4 minute read

Kattenstaart, door onze sluipende reporter Pippa

Dag lieve mensen, ik ben Pippa, meestal kortweg Pip, of ook wel Pippeloentje. Maar sinds kort hebben ze een nieuwe bijnaam voor me: Lelijk Klein Nest…! Waar ik dat nu weer aan te danken heb…

Een paar maanden geleden stond ons mannelijke personeel even buiten met een van de buren te praten, maar hij was vergeten de tussendeur dicht te doen. Daar maakte ik dus meteen gebruik van. Ik vind het namelijk geweldig leuk om de buurt te verkennen, maar ik ben niet lenig genoeg om over de schutting te klimmen, dus ik kom eigenlijk nooit buiten de tuin. Behalve als ik snel door de voordeur mee naar buiten kan glippen, dus. Ik heb de bosjes langs de parkeerhavens uitgebreid verkend, en heb een hele tijd verstoppertje gespeeld met mijn mensen. Ze probeerden zelfs om zich ook een weg door de bosjes te banen, en gingen dan helemaal de verkeerde richting op. Wat zijn die tweebeners toch stom, zeg.

Tijger en Poema waren er ook bij, en die wisten precies waar ik zat. Na een poosje had ik er genoeg van, ik was moe en wilde graag een hapje gaan eten, dus toen heb ik me uiteindelijk op laten pakken en binnenzetten. Maar dat avontuur smaakte naar meer, dus ik let nu goed op of ik stiekem mee naar buiten kan glippen. Meestal letten ze wel op, maar een week of wat geleden is het me weer gelukt. Onze blikopeners lagen al een tijdje in bed toen Tijger buiten op straat ging lopen klieren. Hij wilde naar binnen, maar had geen zin om om te lopen naar de tuin, dus ging hij zitten gillen.

Dat doet hij overdag ook wel eens, en dan wordt hij binnengelaten, dus probeerde hij of de mensen zo gek waren om voor hem hun bed uit te komen. Ja, dus. Tijger had inmiddels de halve straat wakker geschreeuwd, dus het manmens ging de voordeur voor hem open doen. Mark liep ook bij de voordeur rond, maar Tijger had zich nat laten regenen en toen het manmens de tussendeur voor hem open deed, schoot hij naar binnen - en ik naar buiten. Toen begon het spelletje weer. Ik verstopte me in de bosjes, onder auto’s, en allebei onze mensen liepen midden in de nacht over straat naar me te zoeken, manmens in zijn badjas en vrouwmens in haar nachthemd. Mark deed net of hij hielp zoeken, maar eigenlijk vond hij het hartstikke tof om midden in de nacht met zijn mensen over straat te lopen, dus hij liep steeds de verkeerde kant op. Uiteindelijk kwamen ze met het blikje snoepjes aanlopen, en daar kon ik geen weerstand aan bieden. Voor snoepjes kom ik altijd meteen. Dus toen werd ik in mijn lurven gegrepen en mee naar binnen genomen, terwijl Mark de rest van MIJN snoepjes op zat te eten. Mijn mensen waren helemaal niet blij met me. En nu heet ik dus Lelijk Klein Nest…! Snappen jullie dat nou?

Alsof zij nooit eens dingen doen waar WIJ niet blij mee zijn. Vraag maar aan Mowgli. Die hebben ze een paar weken geleden meegenomen in zo’n reismandje. Toen hij terugkwam was hij helemaal van streek, maar zijn vacht zag er ineens wel heel mooi uit. Hij was naar de trimster geweest, en die had alle klitten uit zijn vacht gekamd. Mowgli was tijdens de trimbeurt van pure stress bijna van zijn stokje gegaan, en hij heeft vrouwmens uit protest heel hard in haar hand gebeten. Op zich is het niet zo vreemd dat de stress Mowgli een beetje teveel werd, want we waren toch allemaal al een beetje van streek. Minder dan een week daarvoor voelde Balou zich namelijk ineens helemaal niet goed, dus namen onze mensen hem snel mee naar de dierenarts. Het bleek helemaal mis te zijn met ons arme vriendje. Dat was een enorme schok voor onze mensen, want hij bleek veel ouder te zijn dan iedereen dacht, en zijn lijfje was gewoon ‘op’. Hij is in de armen van het vrouwmens rustig ingeslapen, en nadat we allemaal afscheid van hem genomen hadden, hebben onze mensen hem op zijn favoriete plekje in de tuin begraven.

Waag het niet aan mijn vacht te komen...
This article is from: