6 minute read
Sterker op de arbeidsmarkt dankzij opleidingstraject
OPLEIDINGEN INVESTMENT MANAGEMENT EN PATRIMONIAL APPROACH
Sterker
op de arbeidsmarkt dankzij opleidingstraject
De Private Bankers Association biedt, in samenwerking met Febelfin Academy, twee opleidingstrajecten voor private bankers: Investment Management en Patrimonial Approach. De cursisten verbeteren hiermee niet alleen hun beroepsbekwaamheden, maar staan ook sterker op de arbeidsmarkt.
Bart Corthouts en Peter Van der Smissen, bezielers van het opleidingstraject PBA-B
‘Tijdens de eerste jaren van haar/zijn loopbaan krijgt de private banker interne opleidingen bij haar/zijn werkgever, maar er is ook nood aan een extern georganiseerd opleidingstraject dat de private bankers een erkende certificatie geeft dat ze voor de rest van hun carrière kunnen gebruiken’, zegt Bart Corthouts, business project manager bij Febelfin Academy.
Samen met de Belgische Private Bankers Association verzorgt Febelfin Academy twee opleidingstrajecten: Investment Management en Patrimonial Approach. Deze worden jaarlijks georganiseerd. Terwijl in 2020 de lessen nog volledig op afstand plaatsvonden, zijn de lessen dit jaar opnieuw klassikaal, rekening houdend met alle gezondheidsmaatregelen.
Minstens twee jaar ervaring
Aan de cursussen nemen minimum 15 en maximum 24 cursisten deel, per taalgroep. Zowel Investment Management als Patrimonial Approach richten zich naar private bankers met minstens twee jaar ervaring. ‘De gemiddelde deelnemer heeft al enkele jaren op de teller staan, daarom niet per se in de functie van private banker maar wel in andere functies binnen de banksector. Veel deelnemers stromen bijvoorbeeld door van retail banking naar private banking. Bij deelnemers die minder dan twee jaar ervaring hebben, merken we dat hun slaagkansen dalen. Naast de technische bagage die ze tijdens die twee jaar werkervaring opbouwden, is er ook een zekere commerciële bagage nodig. Ze moeten weten hoe ze omgaan met klanten, hoe hun behoeften juist te detecteren en zo antwoorden op maat leren te bieden.
De deelnemers volgen een dag per week les in Brussel. ‘Dat betekent dat ze voltijds blijven werken. Dat heeft een grote impact op hun werk, sociaal leven, familie en gezin. We hebben alleen maar respect voor private bankers die de cursus volgen en hun tijd en moeite hierin investeren.’
Investment Management
Het opleidingstraject Investment Management, dat acht lesdagen duurt, verspreid over evenveel weken, focust vooral op het economische; het investeringsluik.De lesgevers zijn allemaal actief in de banksector.
‘De basis van het programma is de financiele behoeften en wensen van de klant bepalen en haar/zijn risicoprofiel inschatten’, legt Bart Corthouts uit. ‘Hoeveel kent de klant van de financiële wereld en markten en hoeveel risico is hij of zij bereid te nemen? De klant wil zijn vermogen laten aangroeien en goed beheren. Het is de taak van de private banker om de klant te informeren over haar/zijn mogelijkheden en eventueel door te verwijzen naar het netwerk in de bank dat wel advies mag geven.’
Voor het eerst zal de module aandelenbeheer in hybride vorm plaatsvinden. ‘Een deel van de theorie verschuift naar interactieve e-learning met video’s van lesgever of bijvoorbeeld een quiz. Op die manier kan de docent tijdens de les interactief werken door oefeningen te geven in groepjes van drie of vier. Ze geven verschillende casussen waarmee de cursisten zelf aan de slag gaan. De cursus is heel praktijkgericht.’
De kennis die de deelnemers opdoen tijdens het opleidingstraject, wordt getoetst aan de hand van een schriftelijk examen dat uit 80 meerkeuzevragen bestaat. De deelnemers die minstens 50% halen, nemen deel aan het mondelinge examen. ‘Dat bestaat uit een businesscase, waarbij een fictieve klant een portefeuille erft. Het is aan de cursist om de portefeuille te analyseren en een risicoprofiel op te stellen. Na een uur voorbereiding voert hij dan een gesprek met die fictieve klant en drie adviseurs. Het is geen rollenspel, maar een simulatie.’
Herfst 2021 p. 9 ‘De basis van het programma is de financiële behoeften en wensen van de klant bepalen en haar/zijn risicoprofiel inschatten.’
Patrimonial Approach
Het tweede opleidingsproject, Patrimonial Approach, gaat niet over het economische investeringsluik, maar over het juridische-familiale: hoe de klant helpen om zijn vermogen, zowel roererend als onroerend, te structureren en zo optimaal mogelijk over te dragen naar een volgende generatie?
‘Dit is een traject van 14 lesdagen, verspreid over evenveel weken met een zwaar juridisch luik. De deelnemers krijgen zowel samenlevingsrecht als huwelijksrecht, vermogensrecht, planningstechnieken en overdracht van de familieonderneming voorgeschoteld. Dat is best wel pittig’, aldus Bart Corthouts.
De lesgevers zijn juristen van hoog aangeschreven notaris- en advocatenkantoren. Voor hen is het de uitdaging om de cursus up-to-date te houden, zeker met de grote wijzigingen die in 2018 gebeurd zijn rond de vennootschapswetgeving. ‘We doen trouwens regelmatig een doorlichting van het programma om te kijken of de Nederlandstalige en de Franstalige sessies nog met elkaar overeenkomen en de materie nog altijd relevant is. Is dat niet het geval, dan worden bepaalde zaken toegevoegd of geschrapt en vervangen.’ Terwijl het examen voor Investment Management uit een dikke bundel papier bestaat, beslaat de test voor Patrimonial Approach slechts twee pagina’s. ‘De insteek is helemaal anders, maar minstens zo zwaar’, aldus Corthouts. ‘Tijdens het examen krijgen de cursisten een casus van een koppel dat een woning bezit. Ze krijgen info over het nageslacht, het huwelijksstelsel, hun vermogen en hun levensverzekeringen. De private banker krijgt de opdracht om een vermogensbalans op te stellen en uit te leggen wie wat erft als een van de partners komt te overlijden. Het is geen gemakkelijke oefening, want ze moeten alle stelsels kennen. De jury stelt ook een paar oplossingen voor. Het is aan de private banker om informatie te geven over bepaalde specifieke situaties.’
Levenslang leren
Heel wat private bankers volgen beide cursussen, maar dat hangt vaak af van de ervaring, kennis en expertise van de deelnemer. ‘Zit je al tien jaar in het vak en heb je bijscholing gevolgd, dan zal de ene of de andere opleiding minder relevant zijn’, zegt Corthouts. ‘Maar dat neemt niet weg dat veel van de relevantie zit in de certifiëring, die erkend wordt door alle leden. Levenslang leren is belangrijk en dat belang neemt de komende jaren alleen maar toe. De leden van de PBA-B zetten daar ook op in. De opleidingstrajecten zijn uiteraard een meerwaarde voor de bank omdat ze medewerkers hebben die gekwalificeerd zijn en up-to-date zijn. De klant profiteert hier rechtstreeks van, want het certificaat garandeert dat hij/zij te woord wordt gestaan door een private banker met kennis van zaken. Maar ook voor de werknemer zelf is het certificaat een groot voordeel, want het verhoogt je kansen op de arbeidsmarkt. Wanneer je afscheid neemt van je huidige werkgever en je hebt dat certificaat in handen, dan zal dit alleen maar de toegang tot het beroep bij een andere werkgever makkelijker maken.’
Het is nog geen wettelijke verplichting om de opleidingen te volgen, maar Febelfin Academy en de Private Bankers Association zijn daar wel op voorbereid. ‘De regulator werkt mee aan het programma. Mensen van FSMA nemen bij elk traject een deel van de leerstof voor hun rekening. Die samenwerking is belangrijk zodat we voorbereid zijn als er in de toekomst wettelijke verplichtingen komen.’