ACTUALITEIT
Vlaamse milieuartsen willen lagere stralingsnormen Patiënten komen steeds vaker op raadpleging met klachten als slapeloosheid, hoofdpijn en concentratiestoornissen die mogelijk te wijten zijn aan elektromagnetische straling van gsm’s of wifi. Dat zeggen de ‘Vlaamse Artsen voor het Milieu’. Ze pleiten voor lagere stralingsnormen. arde wetenschappelijke bewijzen dat blootstelling aan elektromagnetische straling schadelijk is, zijn er niet. Maar er zijn wel indicaties van een mogelijk verband tussen bepaalde gezondheidsklachten en het intensief gebruik van gsm en draadloos internet. Zolang het bewijs niet is geleverd dat elektromagnetische straling veilig is, moet de overheid uit voorzorg de stralingsnormen verlagen. Dat is de boodschap die de Vlaamse Artsen voor het Milieu (VAM) de wereld insturen.
De editie 2012 van het rapport stootte op even forse kritiek als alle eerdere versies. Een select groepje ‘believers’ hield de pen vast en filterde alle onderzoeken weg die geen schadelijk effect
H
vonden, luidt het oordeel van gevestigde wetenschappers. Het rapport werd afgedaan als “pseudowetenschappelijke bangmakerij”. Dr. Armelle Peeters, woordvoerster van de VAM, verdedigt de selectieve aanpak in het BioInitiative-rapport. Alleen de door telecomoperatoren gefinancierde onderzoeken zijn weggelaten, en dat staat ook netjes vermeld, zegt ze.
Nieuw rapport
Asbest Beleidsmakers moeten sneller ingrijpen als er indicatoren zijn die wijzen op risico’s, vinden de Vlaamse milieuartsen. Gsm’s verbieden voor kleuters en mobiel bellen afraden bij jongeren volstaat niet. De stralingsnormen moeten omlaag, al was het maar vanuit het voorzorgsprincipe. “De overheid moet lering trekken uit het asbestdossier. Daar ontbrak het aanvankelijk ook het wetenschappelijk bewijs.”
© Imageglobe
Ze reageren daarmee op het in januari verschenen rapport van de ‘BioInitiative Working Group’. Dat is een meta-analyse van 1.800 publicaties over de gezondheidseffecten van elektromagnetische velden (EMV) door mobiel telefoneren, gsm-masten en draadloos internetten. De auteurs zien een verband tussen EVM, allerhande neurologische en cardiovasculaire aandoeningen en kanker. Langdurig gsm-gebruik aan hetzelfde oor zou het risico verhogen op glioom en akoestisch neuroom. Volgens het rapport veroorzaakt straling ook leukemie bij kinderen die onder hoogspanningslijnen wonen en is er sprake van een toegenomen risico op borstkanker, alzheimer en autisme bij intensief mobiel bellen.
Een huisarts moet durven voortgaan op waarnemingen uit de eigen praktijk, vindt ze. Bij twee patiënten die op consultatie kwamen voor hoofdpijn, slapeloosheid en concentratiestoornissen, leverde het klinisch onderzoek niets op. Ook het algemeen bloedonderzoek was negatief. “Maar in beide casussen was er intens gebruik van computer en blootstelling aan wifi. Ik stelde voor om ’s nachts de wifi uit te schakelen en een week later waren de klachten verdwenen.” Twee casussen volstaan toch helemaal niet om wetenschappelijk sluitende conclusies te trekken? Het blijft niet beperkt tot deze twee gevallen, zegt Peeters. Ze ziet een toename van klachten die mogelijk EMV-gerelateerd zijn. “En dan vind ik het mijn rol collega’s te sensibiliseren om gerichte vragen in hun anamnese op te nemen. Als huisarts moet je je patiënt bijstaan en beschermen. Het gaat niet op om klakkeloos te zeggen: er is geen wetenschappelijk bewijs, dus hoeven we niet in die richting te zoeken.”
Zolang het bewijs niet is geleverd dat elektromagnetische straling veilig is, moet de overheid uit voorzorg de stralingsnormen verlagen. Dat vinden de Vlaamse Artsen voor het Milieu.
Peter Backx
Dokter, hoe goed is uw buikgevoel? Het buikgevoel is een belangrijk instrument voor veel huisartsen bij het beoordelen van hun patiënten. Maar er is slechts weinig bekend over hoe zij ermee omgaan. En ook naar de betrouwbaarheid van het gevoel blijft het vooralsnog gissen. Een team van Nederlandse en Belgische onderzoekers hoopt daar nu verandering in te brengen met een gevalideerde vragenlijst. uisartsen gaan soms af op hun buikgevoel tijdens consultaties en huisbezoeken. Maar het is niet eenvoudig om objectief te bepalen wanneer ze dat doen”, vertelt Erik Stolper, naast huisarts ook onderzoeker (universiteiten van Maastricht en van Antwerpen). “Om dat te bepalen ontwikkelden we een ‘pluis/niet pluis’-vragenlijst, die na uitgebreid testen valide blijkt te zijn. En nu zijn we op zoek naar de financiële middelen om de vragenlijst van
“H
4
voldoende huisartsen in België en Nederland af te nemen.”
Veel vragen Eerder vonden de onderzoekers al dat in zo’n 7 % van alle consulten in de huisartsenpraktijk in Nederland een ‘niet pluis’gevoel een rol speelt. In de huisartsendiensten (vergelijkbaar met onze huisartsenwachtposten) was dat zelfs 14 %, waarschijnlijk omdat de huisartsen daar lang
ARTSENKRANT Vrijdag 15 maart 2013 Nr. 2306
niet alle patiënten persoonlijk kennen. Dat het buikgevoel een rol kan spelen in de diagnose van huisartsen, lijkt dan ook zeker. “Maar er is nog veel onbekend”, aldus Dr. Stolper. “Wat doen huisartsen bijvoorbeeld precies met het gevoel? Speelt het een rol bij doorverwijzingen? Hoe beïnvloedt het hun diagnose? Is het gevoel überhaupt betrouwbaar? Valt het te ‘oefenen’?” “Waarschijnlijk verschilt het ‘pluis/niet pluis’-gevoel van huisarts tot huisarts. De kans is ook groot dat de ervaring van de huisarts en zijn achtergrondkennis over de patiënt een belangrijke rol spelen – net zoals persoonlijkheid en aanleg er ongetwijfeld bij komen kijken. En toch vermoeden we dat gut feelings tot op zekere hoogte te trainen zijn. Bijvoorbeeld door artsen tijdens hun oplei-
ding specifieke diagnostische situaties voor te leggen die hen ‘dwingen’ om naast hun analytische geest ook een niet-analytisch, meer intuïtief denkvermogen aan de dag te leggen.”
Specialisten “Ondertussen is trouwens gebleken dat ook specialisten soms afgaan op hun buikgevoel”, stelt de Nederlandse huisarts-onderzoeker nog tot slot. “Een werkgroep van Belgische en Nederlandse specialisten gaat nu uitzoeken in hoeverre het een rol speelt in ziekenhuizen.” Tijs Ruysschaert Meer info: www.gutfeelingsingeneralpractice.eu Bron: Family physicians’ diagnostic gut feelings are measurable: construct validation of a questionnaire. BMC Family Practice 2013, 14: 1.