3 minute read
Bram’s Groene Geluk e76 Intiem met Lieve
Column
Vlinders in de tuin
Advertisement
Vlinders in je tuin hebben is natuurlijk fantastisch, maar hoe krijg je deze prachtige diertjes zover? Allereerst: zorg ervoor dat je bloesem in je tuin hebt staan. De vlinder leeft namelijk van bloesem, omdat er nectar in zit. Dat is een sappige vloeistof vol suikers en eiwitten die ze uit de bloem slurpen. In het tuincentrum vind je tegenwoordig voldoende planten met bloesem zodat je bijvoorbeeld een vlinderborder kunt creëren. Er zijn echter ook vlinders die leven van rottend fruit of kadavers van dieren. Minder fris natuurlijk, maar ook hier is een schone oplossing voor: mocht je een stukje fruit zoals een oude appel over hebben, snijd deze dan gerust in partjes en leg ze in de tuin. Grote kans dat er een vlinder op af komt. Wie geen insectenhotel heeft, zoals hieronder in het blokje ‘Biodiversiteit’ staat beschreven, kan voor de vlinder in een hoekje van de tuin een laagje bladeren laten liggen. Hieronder overwinteren sommige soorten ook graag.
Bram Engberts, bevlogen hovenier
Biodiversiteit in mens en dier
Het insectenhotel
Ze zijn in de tuincentra niet aan te slepen: insectenhotels. Je vindt ze in allerlei soorten en maten en zijn met hun stukjes bamboe en ingeboorde stukjes hout geschikt voor de meest uiteenlopende insecten.
Deze insectenhotels hebben tot doel om kleine beestjes, zoals lieveheersbeestjes, bijen en vlinders, een goede schuilplaats te bieden. Daar kunnen ze bijvoorbeeld overwinteren. Hoe beter ze de kou overleven, hoe meer verstuivers er zijn die gewassen en bloemen kunnen bevruchten. Als je een insectenhotel hebt aangeschaft, is het belangrijk dat die op de juiste plek in de tuin wordt geplaatst. Het beste is een zonnige plek, richting zuiden, waar veel bloemen in de nabijheid zijn. Onderzoek heeft aangetoond dat insectenhotels die op een te koude plek (schaduw) of gericht op het noorden geen diertjes aantrekken. Je kunt er trouwens ook voor kiezen om zelf een insectenhotel te maken. Op natuurmonumenten.nl vind je erg leuke tips om samen met de kinderen wat moois te maken!
Hesperis Matronalis
(Damastbloem)
De Hesperis Matronalis is een langbloeier: van mei tot september.
Bouquet
Wie houdt van bloemengeur, kan met gerust hart de Damastbloem plaatsen: het bouquet van de bloemen is heerlijk.
BESTE BESTE PLEK
De Damastbloem houdt van een vochtige plaats in de halfschaduw van de tuin.
Een prachtige langbloeier mag de plant Hesperis Matronalis zeker worden genoemd. Deze plant geeft lilakleurige bloemetjes en wordt in de volksmond ook wel Damastbloem genoemd.
De Nederlandse vertaling van de Hesperis Matronalis zou een verbastering zijn van de vroegere naam: Damesbloem. In oude boeken wordt het ook aangeduid als Vrouwen-Cruydt omdat het een gunstige uitwerking op de vruchtbaarheid zou hebben. Tegenwoordig is de Damastbloem als sierplant in tuinen te vinden. Zijn verschijning doet erg denken aan de Judaspenning, maar dan met minder bloemen. Dit maakt de Damastbloem makkelijker te plaatsen in borders. In combinatie met bijvoorbeeld vingerhoedskruid, rozen of geraniums is de lilakleurige Hesperis Matronalis een prachtige aanvulling in de tuin.
Nachtvlinders
De bloemetjes zijn bovendien een magneet voor nachtvlinders. Vooral de agaatvlinder wordt aangetrokken door de geur van de Damastbloem die juist ’s avonds het beste waarneembaar is. De Damastbloem is er niet alleen in lila, maar ook in het wit. Deze wordt aangeduid als Hesperis Alba.
MAKKELIJKE GAST
Naar de Damastbloem hoef je nauwelijks om te kijken. Er is geen bijzondere verzorging nodig en de plant is winterhard.