13 3 March 2016 | year 58
@tuecursor @TUeCursor_news Biweekly TU/e Magazine
|
www.cursor.tue.nl
|
tuecursor
|
@tuecursor @TUeCursor_news
22 | G etting a ‘higher’ education: Smoking weed at TU/e International students admire the Dutch pragmatism and openness about marijuana use. “I heard really good feedback about the university so I wanted to be here. But it’s maybe also 10% that I could smoke here.”
11 The Tetris effect
Droom je weleens over Candy Crush? Troost je: je bent niet de enige.
12 All eyes on lumo
Voor 100 euro zelf de kleur van TU/e’s lichtlogo bepalen
Great glory for
14 honorary doctor and promotor
De eredoctoren én hun erepromotor belicht
18 Designing for dementia
Ontwerpen om dementerenden langer thuis te laten wonen
2 | Vooraf
CURTOON
3 maart 2016
Colofon
A story worth telling
Concurreren met de catering
Hoofdredacteur Han Konings
Eindredacteur Brigit Span
Redactie Judith van Gaal Tom Jeltes | Wetenschap Norbine Schalij Monique van de Ven Myrthe van der Putten (stagiaire)
Medewerkers Angela Daley Tiny Poppe
Fotografie Rien Meulman Bart van Overbeeke
Coverbeeld Bart van Overbeeke
Nooit geweten hoe moeilijk het is om een enquête uit te zetten. Ik kwam er achter toen ik ons lezersonderzoek wilde Han Koning s, rondsturen. Aansluiten in de rij graag. hoofdredac teur Een vragenlijst van het sportcentrum, een onderzoekje voor de catering, de evaluaties van de bachelorvakken; telkens schoot er weer een instantie voor. Elke club vindt zijn activiteiten natuurlijk het belangrijkst. “Ook de geest van een bèta heeft behoefte aan een gezond lichaam”, zal sportcentrumdirecteur Wim Koch zeggen. En het Onderwijs en Studenten Service Centrum zal wijzen op de noodzaak snel te weten wat er schort aan de bachelor. Meten is weten is aanpassen, zal hun adagium zijn. Blijft over de catering. De Duitse filosoof Feuerbach wist het al: de mens is wat hij eet. Dus natuurlijk is het belangrijk welke snacks en vette happen er straks in de kantines liggen. Ik zou daar deze diepe gedachte naast willen zetten: de mens is wat hij weet. Daar is Cursor voor. Dus vul ons lezersonderzoek (http://tinyurl.com/ gsooxk5) vandaag nog in, dan kunnen we dat in de toekomst nog beter doen. PS: Je maakt bij ons ook nog kans op een VVV-bon van 25 euro.
(anonymously) Angela Dal ey
This week I wrote about foreign students’ experiences with marijuana. And even though all three of my interviewees requested anonymity - a situation journalists prefer to prevent at all costs - I still felt it was a story worth telling. Many of our students are from far less permissive cultures than what they’ll be confronted with here in the famously ‘open’ Netherlands, and I strongly believe that even anonymous experiences from their fellow students are of great value to them so that they can make informed choices during their stay at TU/e. See pages 22-23
Opmaak Natasha Franc
Vertalingen Annemarie van Limpt Benjamin Ruijsenaars
Aangesloten bij Hoger Onderwijs Persbureau
Redactieraad prof.mr.dr. Jan Smits (voorzitter) prof.dr. Marco de Baar Willem van Hoorn Lucas Otten (studentlid) Anneliese Vermeulen-Adolfs (secretaris)
Redactieadres TU/e, Matrix 1.90 5600 MB Eindhoven tel. 040 - 2474020 e-mail: cursor@tue.nl
Cursor online www.cursor.tue.nl
Druk Janssen/Pers, Gennep
Advertenties Bureau Van Vliet BV tel. 023 - 5714745
Advertentie
Cursor zoekt studentjournalisten We zijn op zoek naar studenten met journalistieke ambities. Heb je al ervaring met verslaggeving of met het schrijven van verhalen, of zou je graag willen uitproberen of je er aanleg voor hebt, neem dan contact op met de redactie van Cursor. Meld je aan voor een kennismakingsgesprek, waarbij wij je alles kunnen vertellen over de aard van het werk, de uitstekende begeleiding en - niet onbelangrijk - de beloning. Stuur een mail aan cursor@tue.nl, eventueel al voorzien van voorbeelden van je werk.
Cursor is looking for student reporters We are looking for students with journalistic ambition. Do you already have some experience with reporting or writing stories, or would you like to see if you have a talent for it, then contact Cursor. Apply for an introductory interview, in which we will inform you about the nature of the work, our excellent guidance, and - not unimportant - the financial benefits. Send an email to cursor@tue.nl, accompanied by (if any) examples of your previous work.
Nieuws | 3
Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl
TU/e verliest koppositie masteropleidingen aan Twente
Britse partners helpen spin-off Preceyes mee de markt op
Voor het eerst in zes jaar tijd prijkt de TU/e niet bovenaan de lijst van beste technische universiteiten voor masteropleidingen. Twente neemt de eerste plek in.
TU/e-spinoff Preceyes en het Engelse bedrijf Nightstar hebben een overeenkomst getekend voor de ontwikkeling van hoge-precisietechno logie voor de afgifte van medicijnen in het oog. Als onderdeel van de samenwerking zal Nightstar het eerste exemplaar kopen van de oog chirurgierobot van het Eindhovense bedrijf Preceyes. Daarnaast heeft Preceyes een samenwerkings overeenkomst getekend met University of Oxford, dat klinische studies gaat uitvoeren met de oogchirurgierobot.
Vorig jaar kwam de TU/e nog als tweede uit de bus in de lijst van voltijdsmasters voor Nederlandse universiteiten. De TU/e moet het dit jaar doen met een gedeelde zesde plaats. Net als vorig jaar komt Wageningen University (WUR) als beste naar voren. Rector Frank Baaijens van de TU/e is niet helemaal verrast door de resultaten. Uit een eigen analyse door de universiteit bleek enkele maanden geleden al dat Eindhoven het relatief minder deed dan voorheen. Baaijens wijt de mindere resultaten aan een aantal factoren. Hij wijst onder meer op de fors gestegen studentenaantallen op de campus, terwijl de beschikbare ruimte en de faciliteiten aan de TU/e niet meegroeien.
Doorgroeien wordt must voor elke universitair docent Elke nieuwe universitair docent die de TU/e straks aanneemt, moet doorgroeien tot universitair hoofddocent. Wie dat na acht jaar niet lukt, moet de universiteit verlaten. Dit staat in de notitie ‘Excellent People Attract Excellent People’, waarin het nieuwe personeelsbeleid voor wetenschappers wordt beschreven. De ud komt terecht in een ontwikkeltraject en uiterlijk binnen vier jaar moet ‘op basis van een evaluatie en potentieel inschatting een vaste aanstelling verleend worden’. Dit is afhankelijk van hoe de medewerker zich ontwikkelt.
University Council agrees to accession of Wageningen to 3TU Federation The intention to allow Wageningen University to accede to the 3TU Federation was given a positive recommendation by the University Council. President of the Executive Board Jan Mengelers sees opportunities for research and education in the area of agriculture. The new name will be 4TU Federation, “because all four institutions train engineers”, says Mengelers. The actual launch of the joint venture will not be for tomorrow, because a number of formal steps still need to be taken in Delft and Twente. TU/e policy officer Ben Donders expects that that track can be completed by the middle of April.
‘Opwarmertje’ voor de Bedrijvendagen Om studenten te lokken voor de Bedrijvendagen - dinsdag en woensdag gehouden - bedacht het team van de Wervingsdagen een ‘opwarmertje’: een ijsbaan van 100 kunststof vloerplaten waarop 70 schaatsers tegelijkertijd konden ‘schuifelschaatsen’. Daarnaast moesten 1 kerstman, 4 jongens, 4 meiden, 6 studie verenigingen, 150 liter chocolademelk, 600 worstenbroodjes, 1 filosoof en een 1 cabaretier ervoor zorgen dat zoveel mogelijk studenten 2 dagen lang 136 bedrijven en 20 bedrijfs presentaties bezochten.
Warm-up for Career Days To stimulate students to attend this year’s Career Days - held on Tuesday and Wednesday the Career Days team thought of a warm-up: an ice skating rink made of 100 plastic floor boards that enabled 70 students to ‘shuffle skate’ at the same time. Apart from the rink, there were 1 Santa Clause, 4 guys, 4 ladies, 6 student associations, 150 liters of chocolate milk, 600 sausage rolls, 1 philosopher and 1 comedian that all had to attract as many students as possible. Those who attended, could visit 136 businesses and 20 company presentations.
Photo | Monique van Ven
More news on page 5 and www.cursor. tue.nl/en
TU/e ontwikkelt EEG-chip voor thuis
De TU/e werkt aan een EEG-chip die bij epilepsie- en Parkinsonpatiënten 24/7 en buiten het ziekenhuis de hersenactiviteit kan registeren. Dankzij de voortdurende EEGmonitoring zijn acute symptomen, zoals een epileptische aanval, sneller in beeld en kan hierop direct worden ingespeeld, bijvoorbeeld met medicatie. Het TU/e-project BrainWave moet een draagbaar systeem opleveren waarmee men bij epilepsie- en Parkinsonpatiënten los van het ziekenhuis en 24/7 EEG-signalen kan analyseren. Onlangs kende technologiestichting STW een beurs van 750.000 euro toe aan het project, waarin de TU/e samenwerkt met Kempenhaeghe, expertisecentrum voor epilepsie, het Donders Instituut en het Radboud UMC in Nijmegen.
4 | Universiteitsberichten
ALGEMEEN Cursor | Doe mee aan ons lezersonderzoek! Als je dit leest, ben je een Cursorlezer, wat wij erg waarderen. We zouden het erg fijn vinden als je ons lezersonderzoek wilt invullen, zodat wij kunnen leren wat er goed gaat, beter kan of helemaal anders moet. In ons lezersonderzoek worden vragen gesteld over het blad, over onze nieuwssite, social media en over een universiteitsblad/ -medium in het algemeen. We verloten tien VVV-bonnen van 25 euro onder de deelnemers. Je kunt ‘m invullen op: http:// tinyurl.com/gsooxk5 Dank voor je moeite namens de redactie van Cursor. Cursor | Participate in our readers’ survey We’d like to invite you to participate in a reader’s survey about Cursor, the TU/e magazine and news website. How do you feel about our magazine, our site, and how we present ourselves on social media? What is the purpose of a university newspaper according to you? What would you like to see? What can we do to improve?
Expect these and other questions in our survey, which will take up no more than ten minutes of your time. To thank you for your cooperation, participants can join a raffle to win one of ten 25-euro VVV gift vouchers. Please go to: http://tinyurl.com/gsooxk5 Thank you very much for your time.
ICT Services | Servermigratie op 5 maart Op zaterdag 5 maart vindt er een servermigratie naar het nieuwe datacenter plaats. Hierdoor is het niet mogelijk om TU/e-installaties te plaatsen op TU/e-notebooks totdat de migratie is voltooid. De verwachting is dat de migratie rond 16.00 dezelfde dag klaar zal zijn. Dienst Personeel en Organisatie | Employabilityfonds: vergroot je inzetbaarheid op de arbeidsmarkt Wil jij een opleiding of training volgen die buiten de scope van je huidige functie valt, maar erop is gericht om je positie op de arbeidsmarkt duurzaam te verbeteren? Mogelijk kun je voor de financiering gebruik maken van het Employabi lityfonds. Kijk voor meer informatie op de intranetpagina’s van DPO of informeer bij je HR-adviseur.
3 maart 2016
especially for second and last-year TU/e bachelor’s degree students. During the Master Months each master’s program organizes an information session. These sessions are all scheduled on different days. This way you will be able to attend all presentations you are interested in. Check educationguide.tue.nl/ mastermonths for more information about the program.
UNIVERSITEITSBERICHTEN
TU/e Graduate School | Master Months Wil je je nu alvast oriënteren op een master? In februari en maart organiseert de TU/e Graduate School speciaal voor tweede- en derdejaars studenten de ‘Master Months’. Tijdens de Master Months organiseert iedere master op een ander moment een voorlichting. Op deze manier kun je alle voor lichtingen die je interessant vindt bezoeken. Kijk voor meer informatie over de Master Months op educationguide.tue.nl/mastermonths. TU/e Graduate School | Master Months Are you planning to enroll in a master’s degree program after your bachelor? In February and March the TU/e Graduate School is organizing ‘Master Months’
EIT-Digital Master Program in Data Science | Become a professional in a highly innovative area: Data Science The profession in Data Science is hailed as the “… Sexiest Job of the 21st Century,” by Harvard Business Review. Do you want to be a data scientist in future? Do you possess the entrepreneurial spirit? Are you looking for a master program with financial support? (No tuition fee for EU/EEA Citizens, possibility for 500/1000 euro monthly allowance and a 3000 euro travel and installation grant.) Are you curious to explore Europe during your studies? Then, apply NOW for the EIT-Digital Master Program in Data Science. Join the Facebook page: ‘EIT Digital Data Science Master-EU applicants’ and invite your friends.
http://www.masterschool. eitdigital.eu/programmes/dsc/ SAI | Third Generation SEB&C PDEng’s graduated! On February 23 2016, seven Smart Energy Buildings & Cities technological designers graduated. The graduates (from Greece, Turkey, India, South-Africa and The Netherlands) received their Professional Doctorate of Engineering degree (PDEng). Successful projects funded by industry were done with e.g. Heijmans, Gemeente Den Haag and SBHelmond. We wish our graduates lots of success and would like to thank the companies for their collaboration. TGD | Lunch lecture: Sumba: the Iconic Island for Renewable Energy By: HIVOS Date: 02 March Time: 12:30 - 13:30 Location: IPO 2.18 For more information, see: https://goo.gl/JemWSz
Lees verder op pagina 21 >>
Advertentie
ASML Technology Scholarship Are you considering a Master’s degree in technology in the Netherlands? If so, you may be eligible for an ASML Technology Scholarship. You’ll get financial support, a professional development program and plenty of direction from your personal ASML mentor, who will share his/her technical knowledge and network with you. Go to the ASML Technology Scholarship page via
www.asml.com/scholarship to sign up. This year’s registration will close on April 18.
/ASML
@ASMLcompany
Nieuws | 5
Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl
TU/e hoopt op reuring door new kid SingularityU Een ‘grote’ Amerikaanse jongen die in de wijk komt wonen en hier hoe dan ook voor reuring gaat zorgen. Zo omschrijft TU/e-collegevoorzitter Jan Mengelers Singularity University (SingularityU), dat eind mei zijn eerste buitenlandse vestiging opent op Strijp-S in Eindhoven. Over concrete samenwerkingsvormen wordt niet gesproken, maar de TU/e sluit graag vriendschap met de volgens hem veelbelovende “new kid on the block”. Onder andere Google, Amazon en Deloitte behoren tot de enthousiaste ‘klanten’ van het Amerikaanse instituut, die SingularityU - met haar zware executive programs - als één van hun favoriete denktanks zien. Carlo van de Weijer, directeur van TU/e’s strategic area Smart Mobility, wijst daarnaast op Singularity’s beurzenprogramma voor studenten en op de verwachte komst van grotere congressen en symposia naar Nederland en Eindhoven: “Daarmee kun je jezelf ook als universiteit weer extra op de kaart zetten”.
Pitchen in het Gaslab voor podiumplaats op TEDx Studenten en promovendi met passie, die een goed verhaal kunnen houden over wat ze doen of meemaken: ze krijgen een podium tijdens de TEDx Pitch Night, op woensdag 9 maart in het Gaslab. Eén van de tien sprekers van deze avond mag zich daarna gaan voorbereiden op een ‘talk’ tijdens de eerste editie van TEDx Eindhoven op 8 juli. De sprekers hoeven zich wat Marieke Kruithof, programmamaker bij Studium Generale, betreft niet per se te beperken tot waar ze aan de TU/e mee bezig zijn, “ze kunnen ook vertellen over iets persoonlijks”. Ze vervolgt: “Bij dit soort evenementen komen toch vaak degenen naar boven die al veel aandacht hebben gekregen, vooral vanuit de studententeams. Ik hoop dat we ook verrast worden door mooie níeuwe verhalen en ideeën van studenten hier”.
How antifreeze proteins hinder the growth of ice crystals This week Dutch, American and Canadian researchers present a major step in understanding antifreeze proteins, the proteins that hinder the growth of ice crystals. Artificial forms of these proteins are interesting for a whole range of applications - from de-icing spray and road salt to improved preservation of frozen food and organs. The team, led by TU/e researcher Ilja Voets, published its findings in the leading journal PNAS on how we need a different type of antifreeze protein than previously thought for most applications.
Money for innovative aquarium technology in microscopy TU/e is going to cooperate with foreign universities and companies to investigate how porous materials can be built up by organizing pre-formed building blocks, just like the process taking place in many natural materials. Once more knowledge has been gathered about this process, these materials can be utilized for societal challenges such as worldwide clean drinking water, alternatives to fossil fuels and pushing back global warming. The MULTIMAT research project is rendered financially possible through a European subsidy of 3.4 million euro within the Marie Skłodowska Curie ITN program and a Netherlands subsidy of 400,000 euro within the 3TU research center for High-Tech Materials. TU/e professor Nico Sommerdijk will be coordinating the project.
Jarige TU/e eert drie nieuwe wetenschappelijke goden De drie topwetenschappers die de TU/e tijdens haar diesviering eind april speciaal gaat eren, zijn logistiekexpert Gilbert Laporte, materiaalchemica Joanna Aizenberg en plasmafysicus Mark Kushner. De drie eredoctoren krijgen aan de TU/e een rol als distinguished professor. Dat houdt in dat zij minstens vier jaar lang telkens een week op bezoek komen in Eindhoven voor colleges aan studenten of vakinhoudelijk overleg met onderzoekers aan de TU/e. Rond de dies, dit jaar op donderdag 21 april, wordt voor iedere eredoctor een symposium georganiseerd. Zie ook pagina’s 14-16
Gilbert Laporte
De mens achter het nieuws
Joanna Aizenberg
Mark Kushner
Interview | Norbine Schalij Foto | Privé-archief
Joanna Aizenberg krijgt op 21 april een eredoctoraat aan de TU/e. Wie zich bezighoudt met Bio-inspired Materials Engineering kent haar onderzoek zeker. Scheikundige Technologie-student Remco Fijneman deed een onderzoeks stage bij Aizenberg aan Harvard.
Hoe kwam je daar terecht en wat heb je daar gedaan? “Ik ben in de zomer van 2012 voor vier maanden naar de groep van Joanna Aizenberg gegaan als onderdeel van mijn minor. Dit was in het kader van mijn Honors STAR programma, dat geleid werd door Nico Sommerdijk. Gedurende mijn onderzoeksstage heb ik gewerkt aan de groei van complexe, spiraalachtige microstructuren van calcium carbonaat en ik heb deze structuren geanalyseerd met behulp van scanning elektronenmicroscopie.”
Hoe is Joanna als begeleider van studenten?
Remco Fijneman
“Ik kreeg gegarandeerd nuttige feedback van Aizenberg”
“Joanna is een erg vriendelijke en open vrouw. Haar onderzoek is van absoluut wereldniveau en ze is erg geïnteresseerd en betrokken bij de personen en het onderzoek in haar groep. Ze heeft enorm veel ervaring in biomineralisatie en biomimicry en kan hierdoor erg kritische, maar ook gerichte vragen stellen. Ik vond het altijd erg prettig om te meeten met Joanna, omdat ik wist dat ze dan gegarandeerd nuttige feedback zou geven op mijn project. Daarnaast is ze ook erg aardig.”
Wat heb je geleerd? “Ik heb tijdens mijn project vooral ervaren hoe het is om mee te draaien in een laboratorium waar onderzoek wordt gedaan op het hoogst mogelijke niveau. Van Joanna heb ik geleerd dat je altijd kritisch moet zijn op het werk van anderen, maar zeker ook op je eigen onderzoek. Haar standaard ligt erg hoog en dat zie je terug in de mensen die in haar groep werken.”
Hoe is ze als docent? “Ik heb haar nooit meegemaakt als docent, aangezien ik geen vakken volgde op Harvard. Wel heb ik haar meerdere keren horen spreken op bijvoorbeeld symposia. Je merkt aan al haar presentaties dat ze echt heel erg goed weet waarmee ze bezig is.”
Hoe is ze als kampeerder? Erg leuk. Als jaarlijks uitje gingen we met de hele groep een weekend lang kamperen in een nabij gelegen natuurgebied. Iedereen sliep in tenten (ook Joanna), we hebben bergen beklommen en natuurlijk hadden we een kampvuur, compleet met marshmallows en iemand die gitaar speelde.
Vind je het terecht dat ze eredoctor aan de TU/e wordt? “Zeker. Ik vind het geweldig om te zien dat er zo’n goede band is tussen haar onderzoeksgroep en die van Nico. Harvard is misschien wel de bekendste universiteit in de wereld, wat het misschien nog wel bijzonderder maakt dat juist de TU/e aan haar een eredoctoraat mag uitreiken.”
6 | Gelinkt
3 maart 2016
De TU/e: dagelijks het tweede thuis van zo’n dertienduizend studenten en medewerkers. Een relatief kleine gemeenschap, met ontelbare banden tussen de leden - zakelijk en/of privé. In ‘Gelinkt’ laten we steeds een aantal van hen aan het woord over hun relatie met elkaar en de universiteit.
Ongestoord je gang kunnen gaan met je onderzoek. Dat is wat Georg Prokert (46), UD bij Wiskunde & Informatica, en Jan Philipp Hofmann (33), UD bij Scheikundige Techno logie, maandenlang hebben kunnen doen tijdens hun sabbatical leave. ‘Werkstage’ noemen ze het zelf. Ze zien het absoluut niet als een periode waarin ze er tussenuit knijpen om bij te komen van werkstress. “Weer zelf het lab in of dagenlang ongestoord rekenen, dat is een enorm privilege.” “Hoor ik daar een Duits accent? Nou, dat lijkt me dan wel een link, dat we beiden Duits zijn.” Het zit Georg Prokert een beetje dwars dat de enige reden dat Jan Phillip Hofmann en hij samen geïnterviewd worden hun maandenlange verblijf aan een buitenlandse universiteit is. Dus hebben we het een tijdje over hun tocht van Duitsland naar de TU/e. Hofmann kwam in 2011
naar Utrecht als postdoc nadat hij gepromoveerd was aan de Universi teit van Giessen in de deelstaat Hessen. In mei 2013 werd hij UD bij Molecular Catalysis van Scheikundige Technologie aan de TU/e en toen begon hij voor het eerst actief Nederlands te spreken. Dat gaat zo goed dat slechts een klein accent - en zijn naam - zijn Duitse afkomst verraadt. Prokert is hier al wat langer. Hij is geboren in Dresden en kwam via een studentenuitwisseling met Erasmusbeurs naar de TU/e in 1992. In 1993 begon hier zijn promotie onderzoek en deed hij een cursus Nederlands bij het taleninstituut van de TU/e. Sinds 2001 is hij als UD aan het werk bij CASA (Centre for Analysis, Scientific Computing and Applications) bij Wiskunde & Informatica. Maar we zijn benieuwd naar de ervaringen tijdens hun sabbatical leave in 2015. Hoewel daar bij Hofmann niet letterlijk sprake van
Sabbatical leave is - hij spaarde er bijvoorbeeld geen vrije dagen voor, maar maakte een dienstreis in het kader van zijn tenure track - is hij wel net als Prokert maanden onder dak geweest bij een buitenlandse universiteit. Hoe is dat? Waarom wil je dat? Wat levert het op?
Prachtige uitzichten, maar daar gingen ze niet voor De scheikundige ging twee maanden met vrouw en baby naar het zonnige Lawrence Berkeley National Laboratory, dat gelinkt is aan de University of California. Als hij uit het raam keek, kon hij de Golden Gate Bridge in de verte zien. “Het Berkeley lab is op een heuvel gebouwd. Ik overzag de hele baai en de Pacific achter de brug.
Jan Philipp Hofmann
Het was november, toch 25 graden warm, en we hebben er wel eens gezwommen. De zonsondergang daar, prachtig! Dat beeld zal ik nooit vergeten.” Prokert is, na vijf jaar lang verlof sparen, vier maanden in Hannover geweest. Minder ver, maar niet minder chic want we hebben het hier over de Leibniz University of Hannover die in de negentiende eeuw als koninklijk kasteel gebouwd is. De wiskundige mocht er wonen in het gastenverblijf. Zijn raam bood een blik op toeristen die naar zíjn huis opkeken. Maar ze gingen niet voor het uitzicht. Beide wetenschappers hadden een taak te volbrengen, vooraf gepland en georganiseerd. Hofmann leerde een meetmethode voor solar fuels catalysis. “Hoe kun je met infrarood spectroscopie de processen die daar een rol spelen, beter begrijpen? Een van de wereldexperts op dat
gebied zit nu in Berkeley. Ik vroeg hem of ik langs mocht komen.” Het twee maanden durende bezoek was succesvol - “ik heb een dieper inzicht gekregen” - en terug in Eindhoven werkt Hofmann aan een publicatie erover. Prokert ging naar Hannover, waar hij vaker is geweest en zich kind aan huis voelt, om te werken als gastonderzoeker in een vergelijkbare groep als CASA. “Ik hield me bezig met een wiskundig model dat voorspelt wat er gebeurt als water door een poreus medium stroomt, denk aan grondlagen, waarin het tegelijk verdampt. Bijvoorbeeld bij een tunnel of een mijn.”
“Je wilt ook een beetje afstand houden”
Linked | 7
Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl
om lekker hard te werken Het heerlijke aan werken in het buitenland vinden de mannen het privilege om ongestoord te kunnen focussen op eigen onderzoek. Ze hebben er wel het een en ander voor moeten regelen aan de TU/e. Hofmann is als docent betrokken bij zeven vakken en voor één is hij verantwoordelijk docent. Maar er kon wat geschoven worden met de lessen die hij moest geven. Zijn begeleiding bij een OGO-project kon hij laten verzorgen door een promovendus. Prokert heeft naast zijn onderwijsverplichtingen ook bestuurlijke taken. “Ik ben mijn mail blijven lezen, maar heb vooraf tegen iedereen gezegd dat ik selectief op mail zal reageren.” Nu begint Hofmann driftig te knikken. “Dat moet je zeggen, je wilt ook een beetje afstand hebben.” Prokert vervolgt: “Want je wilt je op één ding kunnen focussen. Dat lukt op de TU/e niet. Dat accepteer je, meestal houd je een aantal ballen tegelijk in de lucht. Het mooie van
een sabbatical is dat je geconcentreerd aan een onderwerp kunt werken en dan zie je ook dat je veel sneller vooruit gaat.” Na een uur praten komen de mannen tot de conclusie dat ze ondanks de verschillen hetzelfde gevoel bij hun sabbatical hebben. Ze hebben ervan genoten om weer zelf in het lab te werken of onge stoord te kunnen rekenen. Ze konden zich focussen en zijn opgeschoten met eigen onderzoek. En ze hebben ook nog een beetje vakantiegevoel gehad, want na het werk konden ze recreëren in een bijzonder mooie omgeving. En bovenal: de batterij is weer opgeladen en er is inspiratie opgedaan voor verse ideeën. Prokert is al weer aan het sparen voor een nieuwe sabbatical leave.
Interview | Norbine Schalij Photo | Bart van Overbeeke
Sabbatical leave in order to work really hard Being able to continue your research without interference. That is what Georg Prokert (46), Assistant Professor at Mathematics & Computer Science, and Jan Philipp Hofmann (33), Assistant Professor at Chemical Engineering and Chemistry, have been able to do for many months during their sabbatical leave. ‘Working traineeship’ they like to call it themselves. They definitely do not regard it as a period during which they are skipping it to recover from work stress. “Spending time in the lab again or calculating for days on end without interruption, that is a huge privilege.”
TU/e: a home away from home for about thirteen thousands of employees and students. The community is a relatively small one, with infinite connections between its members, be they professional or private. In ‘Linked’, community members talk about their mutual relationship and their connection to the university.
The great thing about working abroad, as the men say, is the privilege of being able to focus on one’s own research without interruption. Admittedly, they did have to arrange a number of things at TU/e to achieve this. Hofmann is involved with seven subjects as a lecturer and for one of those he is the lecturer responsible. Nevertheless a few shifts could be made in the lessons he had to teach. He managed to get a PhD candidate to take care of his supervision during a Design-Based Learning project. Prokert has administrative duties as well, apart from his educational obligations. “I have continued to read my email, but I told everyone in advance that I was going to react to mails selectively.” This is when Hofmann starts nodding emphatically. “You do need to say that, for you also want to have a bit of a distance.” Prokert continues: “After all, you want to be
Georg Prokert
able to focus on one thing. At TU/e that is simply impossible. You accept it, which means you are usually trying to keep several fires burning at once. The great thing about a sabbatical is that you can work on a subject in concentration and then you experience that you are making much faster progress.” Prokert and Hofmann have enjoyed working in the lab themselves again and calculating without interruption. They could focus and have made progress with research of their own. Their bonus was that they got a touch of a holiday feeling as well, as they could unwind in a particularly fine environment after work. And above all: the battery has been recharged again and they have drawn inspiration for fresh ideas from this stint. Prokert is already saving up again for a new sabbatical leave.
8 | Student
Aanschuiven bij
3 maart 2016
dispuut La Donna e Mobile Roeklaan 10
Wat is dit voor een huis? “We wonen hier met zeven dames van het dispuut La Donna è Mobile van SSRE”, vertelt Jasmijn de Boer (tweedejaars Industrial Design). Maar het huis heeft een andere naam. RLX, dat staat voor het adres van het rijtjeshuis, Roeklaan 10. Het vrouwendispuut zit sinds 1998 in het huis, dat officieel van Vestide is. “We hebben een regeling met de woningbouwvereniging. Zolang er geen rare dingen gebeuren, mogen we zelf beslissen wie er in ons huis komt”, vertelt Jasmijn. Hebben jullie rituelen of tradities? Jara Smeets (tweedejaars Technische Bedrijfskunde): “Jazeker, als er een jongen blijft slapen, moet hij de volgende dag pannenkoeken bakken.” De meiden lachen en vertellen dat ze dan ook gelijk de jongen kunnen keuren. Volgens Jara hebben ze laatst besloten dat je maar drie jaar in het huis mag wonen. “Dan kan er doorgeschoven worden voor nieuwe leden”, vertelt ze. Ook gebeurt het wel eens dat als de dames ’s nachts thuiskomen er een ‘bedje wordt gekiept’: het omkiepen van een bed met de persoon er nog in. “We hebben ook nog een speciale kelder”, zegt Jasmijn. “Wat daar is, weten alleen de leden van ons dispuut.” Sanne Eemers (tweedejaars Medische Wetenschappen en Technologie) woont in het huis, maar is officieel nog geen lid van het dispuut. “Ik heb als enige nog niet in de kelder mogen kijken, maar dat gebeurt hopelijk zodra ik lid ben,” aldus Sanne.
Wat is het raarste wat jullie hier ooit hebben meegemaakt? Huisoudste Rosa Hendrikx (vierdejaars Industrial Design), weet dit haarfijn uit te leggen. “Disputen plagen elkaar graag, maar dat namen sommige heren wel erg letterlijk”, vertelt ze lachend. Dispuut Pegasus, ook van SSRE, heeft ooit een hele hoop sprinkhanen losgelaten in huis. Achteraf bleken het mannetjes én vrouwtjes te zijn, en ze hadden eitjes gelegd waardoor het oude pand op de Roeklaan last had van een sprinkhanenplaag. Waarom ze dit deden? “O, we hadden een dispuutsgenoot van Pegasus gekidnapt en dit was hun wraakactie”, vertelt Rosa nonchalant.
Recept Courgette gevuld met zalm en daarnaast aardappeltjes Industrial Design-studentes Jasmijn de Boer en Rosa Hendrikx zijn de koks van vanavond. Ze maken het gerecht klaar voor zeven personen. • Snijd vier courgettes doormidden, hol ze uit en snijd het vruchtvlees in stukjes • Kook ondertussen anderhalve kilo aardappeltjes. • Bak stukjes vruchtvlees van de courgette met zalm, knoflook, cherrytomaatjes, een pepertje en (volgens de dames heel belangrijk) veel liefde. • Vul elke halve uitgeholde courgette met de gebakken zalm en groente en doe ongeveer tien minuten in de oven. • Serveer de gevulde courgette met de aardappelen.
Eet smakelijk
Recipe Stuffed zucchini with salmon and potatoes
@ Chapter La Donna e Mobile Roeklaan 10
Do you have any rituals or traditions? Jara Smeets (second-year student of Industrial Engineering): “For sure. When a guy sleeps over, he has to make pancakes the next morning.” The girls laugh and explain it gives them a chance to assess the man in question. Jara says they recently decided you can’t stay in the house for more than three years. “To make room for new sorority members”, she explains. Sometimes, when the girls come home in the middle of the night, they will go ‘bed tipping’: tipping a bed with its owner still in it. “We also have a special basement, but only our sorority chapter knows what’s down there.” Sanne Eemers (second-year student of Medical Sciences and Technology) may live in the house, but is not a member of the chapter yet. “I’m the only one who hasn’t seen the basement, but I’m sure I will as soon as I’m initiated,” Sanne says.
What’s the weirdest thing that has ever happened here? House senior Rosa Hendrikx (fourth year Industrial Design) doesn’t hesitate. “Chapters like to mess with each other, and some take it quite seriously”, she laughs. The Pegasus chapter, also part of SSRE, once set free a ton of grasshoppers in their home. It turned out there were both males and females in the bunch, and they mated, so the old Roeklaan house was infested with grasshoppers in no time. Why they did what they did? “Oh, we once kidnapped one of Pegasus’ members, so this was their revenge”, Rosa says unfazed.
Would you and your roommates like to feature in this item? Let us know at cursor@tue.nl
Industrial Design students Jasmijn de Boer and Rosa Hendrikx are tonight’s chefs. They will be cooking for seven. • Cut four zucchinis in half, empty them and mince their pulp; • Boil 1500 grams of (new) potatoes; • Fry the zucchini pulp with the salmon, garlic, cherry tomatoes, a chili pepper and (a vital ingre dient, according to the ladies) a dollop of love; • Stuff each halved and emptied zucchini with the salmon and vegetables and place them in a preheated oven. • Serve the zucchini with the potatoes.
Enjoy! Interview | Myrthe van der Putten Photos | Bart van Overbeeke
Student | 9
Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl
Studenten van de TU/e gaan steeds vaker voor hun studie naar het buitenland. Voor stage of voor het verrichten van onderzoek, omdat het verplicht is of omdat ze het leuk vinden. Cursorlezers kunnen iedere twee weken over de schouder van een TU/e-student in het buitenland meekijken.
En hoe is het in ...?
Karlsruhe |
Ik heb niet alleen voor Duitsland gekozen om lol te hebben, maar ook om écht wat te leren. De universiteit - het Karlsruhe Institute of Technology - scoort hoog in de rankings en ik leer het nodige Duits. De Duitse cultuur is strikter en ‘officiëler’ dan de Nederlandse, maar als je daar niet van houdt zijn er genoeg buitenlandse studenten om dingen mee te doen. Ik heb veel plekken bezocht: Berlijn, Heidelberg, Fryburg. We gaan vaak samen lunchen en dineren. De prijzen in restaurants zijn hier namelijk erg prettig: 2,90 euro voor een bord pasta. Ook de supermarkten hanteren vriendelijke prijzen. Ik vind ’t erg leuk om nieuwe culturen te leren kennen. Het is interessant om te zien waarin culturen totaal verschillen of gelijk zijn. Ik heb inmiddels vrienden uit ieder land behalve IJsland. Het is hier allemaal goed georganiseerd, maar soms nog wat ouderwets, met veel schrijven op een schoolbord en overheadprojector. Vakken voor industrial engineering worden voor twintig procent in het Engels en
Maarten Voss (links voor).
tachtig procent in het Duits gegeven. Er zijn studenten die alles in het Engels doen, maar de Duitse vakken zijn voor mij goed te volgen en vaak mag je tentamens ook in het Engels beantwoorden. Bovendien wordt er ook vaak Engels materiaal verschaft. Duitsland staat bekend als land met veel regels en structuur. Je krijgt hier iedere dag mee te maken, en dat vind ik soms lastig. Zo kreeg ik een preek omdat ik een Mars at in de bibliotheek. “Je mag niet eten, heb je de reglementen niet gelezen?”, en ik kreeg een folder in mijn handen gedrukt. Ook moet je een kaart neerleggen als je gaat lunchen en je je plek wilt behouden, al zou volgens mij niemand je spullen wegleggen. Maarten Voss, masterstudent Innovatie Management
And how are things in ...?
TU/e students go abroad more and more for their study. Be it for an internship of for doing research. They write in Cursor about all their experiences abroad.
Vancouver |
Canada, that really is something different than ‘the States’. Surprisingly, it actually are the gigantic trucks, white vans with blinded windows, and walking coffeecups that dominate the streets. At the same time, you could easily believe to be walking somewhere in Asia, as 40% of the people living in Vancouver has an Asian background. Asking someone where they come from, hoping to find the ‘real’ Canadian, permanently results in an answer about a family history of two, three, sometimes four generations back. With that, every inhabitant (despite the ‘First Nations’) of Vancouver proofs not to be a Canadian. No one comes from this city, which makes you believe that within a few months you are as much as a ‘Vancouverite’ as anyone else. At the TU/e I study Industrial Design under the supervision of Joep Frens. Here, thanks to the Irving K. Barber Scholarship, I have a spot at the researchgroup ‘Everyday Design Studio’. This group is part of the School of Interactive Arts and Technology (Simon Fraser
University). In this studio, under supervision of prof. Ron Wakkary, I find fascinating philosophical perspectives on the role of technology in our lives. Through design, I philosophize and discuss in my Master Graduation Project how technology influences our approach towards the use of time in the context of sleep, or the lack of it. Back to the city, or actually anything that is not ‘the city’: You’re on the slopes in an hour (often reachable by public transport); you could choose to go for a ‘hike’, or; you could enjoy the view from the ferry when going to one of the nearby islands. Greater Vancouver is a place where you have to do the work, because with being just a ‘consumer’ you will never discover the richness that this country has to offer. It is something that everybody knows, but here you’ll experience it firsthand. Anne Spaa, Master student Industrial Design
Vind jij het ook leuk om een bijdrage te leveren aan deze rubriek en ben jij dit collegejaar in het buitenland? Stuur dan een mailtje naar cursor@tue.nl.
10 | Human Interest
? De Vragenbank Wat zou je doen als je één dag zonder technologie zat? “Als ik op een zonnige dag zonder technologie zit, wil ik met vrienden naar het park of naar het strand. Op een regenachtige dag vind ik het moeilijker om te bedenken wat ik kan doen. Ik denk dat ik een heel grote puzzel zou leggen. De laatste tijd probeer ik mijn mobiel vaker weg te leggen en minder televisie te kijken. Ik wil er niet constant mee bezig zijn en dat gaat goed tot nu toe.”
Op welke prangende vraag zou jij het antwoord willen weten? “Als eerste denk ik aan de zin van het leven of in de toekomst kijken, maar die zijn een beetje cliché. Maar als ik moet kiezen, wil ik weten wat ik wil. Het is lastig om keuzes te maken, als ik niet weet welke kant ik op wil. Als ik daar achter ben, dan kan ik me meer voorstellen waar ik over vijf of tien jaar sta. Ik twijfel veel en vraag me af wat de beste keuze is. Wil ik in de onderzoekswereld blijven of het bedrijfsleven ontdekken? Ik weet wel zeker dat ik niet naar het buitenland wil.”
3 maart 2016
Deze keer nemen we Michiel Janssen (24), promovendus aan de faculteit Wiskunde & Informatica, onder de loep bij de Vragenbank. Hij is na zijn studie een promotietraject gaan doen, want meteen het bedrijfsleven in na zijn studie zag hij niet zitten. “Nu kan ik onderzoek doen in de academische wereld en kan ik me nog een beetje student voelen.” Geloof je in toeval?
Welke superkracht zou je willen bezitten?
Wat is je grootste bron van ergernis?
“Ik geloof in toeval, maar niet vanuit een deterministisch standpunt. Het staat vast dat als je een appel laat vallen, dat hij op de grond valt. Dat kan altijd nog veranderen als kwantummechanica om de hoek komt kijken, maar het staat vast dat hij valt. Maar vanuit een menselijk standpunt, dat er dingen vast staan omdat er een groot plan is, geloof ik niet. Ik heb niet het idee dat dingen gebeuren om een reden. Ik denk dat er soms dingen toevallig gebeuren.”
“Ik zit te twijfelen tussen terug in de tijd gaan of kunnen teleporteren. Ik ga toch voor teleporteren. Als ik terug kan gaan in de tijd, kan ik me voorstellen dat het verkeerd uitpakt. Net als in de film About Time, daar gaat de hoofdpersoon terug in de tijd en als hij terug is, blijkt dat hij ineens geen kind meer heeft. Als ik voor teleporteren kies, wil ik wel vrienden kunnen meenemen. Dan kunnen we in de pauze bijvoorbeeld even piramides gaan bekijken in Egypte of op een vrije dag gaan woestijnsurfen.”
“Deze is makkelijk! Als mensen een redenatie gebruiken die niet klopt, maar die zo overtuigend is dat veel mensen het toch geloven. Dit gebeurt geregeld in de politiek, maar ook gewoon in discussies. Ik trek op kleine schaal wel mijn mond open, maar ik ga bijvoorbeeld geen brief naar de minister-president sturen. Ik vind dat ik meer verstand moet hebben van het onderwerp als ik daar echt iets aan wil doen. En ik heb ook niet het gevoel dat het mijn levensdoel is.”
Interview | Myrthe van der Putten Photo | Bart van Overbeeke
? The Hot Seat
This time, all eyes are on Michiel Janssen (24), PhD candidate at the Department of Mathematics & Computer Science. After graduating, he started a PhD track because he didn’t warm to the idea of looking for a job yet. “Now I can conduct research within the academic world, and there’s more time to feel like a student.”
What would you do if you had to go a day without technology?
What pressing question would you like an answer to?
Do you believe in chance?
What superpower would you want?
What is your number one annoyance?
“If it’s a sunny day, I’d go to the park or the beach with friends. Rainy days are tougher. I think I’d assemble a huge jigsaw puzzle. Lately, I’ve been trying to put my smartphone away and watch less TV. I don’t want to look at screens all the time, and I’ve been doing pretty well so far.”
“Initially, I’m thinking of the meaning of life or knowing the future, but that’s a little corny. If I had to choose, I’d like to know what I want. Making choices is hard if I don’t know where I’m headed. If I know, it’s easier for me to imagine where I’ll be in five or ten years. I question a lot and often wonder what is the best option. Do I want to continue in research or discover the world of corporates? What I do know, is that I don’t want to go abroad, by the way.”
“I do, but not from a deterministic point of view. Of course, if you drop an apple, it will hit the floor. It might not because of quantum mechanics, but fall it will. However, from a human perspective I don’t believe things are set in stone because there’s a greater plan. I don’t think things in life happen for a reason. Sometimes things just happen.”
“I’m considering reverse time travel and teleporting. I’m going with the latter. Traveling back in time might backfire. In the film About Time, the protagonist travels back in time only to find that when he returns, he never had a child. I choose teleporting on the condition I can take friends. We could look at the pyramids in Egypt during lunch, or go sandboarding in the desert one afternoon.”
“Easy! It’s when someone’s reasoning is incorrect, but so convincing that many people believe them anyway. It happens a lot in politics, but in discussions as well. I do speak up in my surroundings, but you won’t see me writing a letter to the Prime Minister. I need to learn more about the problem if I want to address it. And I don’t really feel it’s my life goal, either.”
Mens & Mening | 11
Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl
In Cursor worden iedere twee weken studenten, docenten, labs, technische artefacten, de werkomgeving, het wetenschappelijk bedrijf, de campus, het onderwijs en websites onder een psychologische loep gelegd door de medewerkers van TU/e-opleiding Psychology & Technology.
TUssen de oren
Het Tetris-effect Droom je weleens over gekleurde jelly snoepjes die je rij na rij als domino’s laat verdwijnen? Zie je de hele wereld weleens automatisch voorbij scrollen na een paar uur Guitar Hero? Of heb je na een middagje FIFA soms heel even het idee dat je met een klein tikje van je rechterduim Luuk de Jong een prachtige steekpass kunt laten geven tijdens de Eredivisiesamenvatting? Als je dit herkent ben je niet alleen. Dit fenomeen heeft zelfs een eigen naam: het Tetris-effect. Het eerste
wetenschappelijke onderzoek hiernaar werd uitgevoerd door een psychiater uit Harvard, Robert Stickgold, die geïnteresseerd was in de oorsprong van hypnagoge hallucinaties - dat zijn de beelden die we soms zien tijdens de schemerfase tussen waken en slapen. Hij liet studenten urenlang Tetris spelen, en jawel, men zag vallende blokjes tijdens de halfslaap. Interessant was dat hij ook een aantal patiënten met een geheugenstoornis liet meedoen aan het experiment. Ofschoon zij zich niets meer konden herinneren van het feit dat ze Tetris
hadden gespeeld, rapporteerden ook zij zwevende en draaiende blokfiguurtjes. Zelfs zonder expliciete herinnering kunnen activiteiten uit je dagelijks leven je dromen beïnvloeden. Recent onderzoek uit ons eigen Game Experience Lab laat zien dat games niet alleen tijdens de halfslaap hun sporen achterlaten. We hebben gesproken met mensen die regelmatig World of Warcraft speelden, en we zagen dat elementen uit die game-wereld ook terugkwamen in hun dagdromen, fantasieën, hun alledaags taalgebruik, associaties
met geluid en muziek, en ook in hun waarneming van de alledaagse omgeving. Eén proefpersoon associeerde de richtingsbordjes die her en der op de TU/e campus staan met de bordjes die in het spel de richting van Stormwind en Ironforge aangeven. Toegegeven, Stormwind en Ironforge klinken een stuk spannender dan Metaforum, Flux, of Atlas. Het Tetris-effect gaat natuurlijk niet alleen op voor gamers. Computerprogrammeurs dromen van code, wiskundigen van algoritmes, en muzikanten van muziek. Iedere activiteit waar we betrekkelijk monomaan en langdurig mee bezig
zijn laat zijn sporen achter in ons brein, en kleurt op die manier onze ervaring van de wereld. We lijken vooral gevoelig te zijn voor een ‘instant replay’ wanneer we ons brein even in zijn vrij hebben gezet - tijdens halfslaap, meditatie, dagdromen, of gewoon wanneer we wat voor ons uit zitten te lummelen. Weet je meteen ook waarom je, tijdens dat saaie college laatst, de Health Status Bars boven de hoofden van je medestudenten zag teruglopen. Wijnand IJsselsteijn | hoogleraar Cognition and Affect in HumanTechnology Interaction
In every Cursor staff from the human-oriented program Psychology & Technology Cursor will be taking a closer psychological look at students, teachers, labs, technical artifacts, the workplace, the scientific business, campus, education, and websites.
Brain matters
The Tetris effect Ever dream of colored jellybeans you can make disappear by the row, like dominoes? Do you ever see the world scrolling by automatically after playing several hours of Guitar Hero? Or do you sometimes feel, watching the soccer highlights on Sunday, you can help Luuk de Jong play a perfect through ball by moving your right thumb, because you played FIFA all afternoon? If you recognize any of this, you’re not alone. The phenomenon even has a name: the Tetris effect.
The first-ever scientific study on the subject was carried out by Robert Stickgold, a Harvard psychiatrist. He was interested in hypnagogic hallucinations, which are the images we sometimes see when we’re half awake, half sleeping. He had students play Tetris for hours and what do you know? They saw falling blocks in their half sleep. Interestingly, he also had a number of patients participate who suffered from memory issues. Although they couldn’t remember having played Tetris, they still reported seeing floating and turning block shapes.
Even without the explicit memory, activities from your daily life can influence your dreams. Recent research from our own Game Experience Lab shows games don’t come back during half sleep (hypnagogia) only. We’ve talked to regular World of Warcraft players and they saw elements from the game world appear in daydreams, fantasies and their day-to-day language, they had WoW associations with sound and music, and it even affected the perception of their surroundings. One subject
associated the TU/e campus signage with signs in the game that indicate the region Stormwind and city Ironforge. Admittedly, Stormwind and Ironforge do sound much more exciting than Metaforum, Flux, and Atlas. The Tetris effect doesn’t apply to gamers exclusively, of course. Computer programmers dream of codes, mathematicians of algorithms and musicians of music. Any activity we work on like a mild monomaniac for a long time takes root in our brain, and so affects the way we
see the world around us. We seem especially susceptible to instant replays when we let our brains wander off – during half sleep, meditation, daydreaming or when we’re doing nothing in particular. So now you know why you saw your fellow students’ health status bars run low during that boring lecture that one time.
Wijnand IJsselsteijn | Professor of Cognition and Affect in HumanTechnology Interaction
12 | Focus
Text | Judith van Gaal Photos | Bart van Overbeeke Het TU/e-logo kijkt al jaren uit over de universiteit en de stad en heeft duizenden studenten en medewerkers voorbij zien komen. Sinds 2006 is het voorzien van dynamische ledverlichting - een cadeau van de gemeente aan de toen vijftigjarige TU/e. Sinds kort kun je voor 100 euro zelf de kleurstelling van de lichtgevende letters op het dak van Vertigo bepalen.
De TU/e kreeg het ‘dynamische lichtlogo’ tien jaar geleden van de gemeente Eindhoven voor het vijftigjarig bestaan van de universiteit. Voor die tijd stonden er al letters op achtereenvolgens het Hoofdgebouw en op Vertigo, maar in 2006 werd de verlichting aangebracht en kreeg het lichtlogo de naam Lumo. Het cadeau kostte destijds ongeveer een ton.
Van logo naar Lumo
Cees Donkers werkte in die tijd bij de gemeente en was actief als coördinator voor E+, een project waarbij studenten aan de slag gaan met vragen van de gemeente. Donkers: “Ik had vanuit de gemeente het verzoek gekregen om een cadeau te realiseren, en het idee was om iets dynamisch te maken met ledverlichting om daarmee de beweging van statisch naar dynamisch te symboliseren.” Drie Industrial Design-studenten gingen ermee aan de slag: Philip Mendels, Ber van Dijk en Alexander Rulkens. Ber heeft goede herinneringen aan die tijd. “De opdracht was vrij vaag omschreven en met de gemeente, de TU/e en Philips Lighting, die de techniek zou aanbrengen, hebben we brainstormsessies gehad. Wij hebben onder meer het idee uitgewerkt en een stukje software geschreven. Het begon als een leuk klusje en groeide uit tot een ontzettend tof project. Ik kijk er nog altijd met trots naar.” .
Hoe werkt het?
Dagelijks zijn de TU/e-kleuren op Vertigo te zien; blauwe letters en een rode slash. Naast dit ‘programma’ zijn nog drie andere kleurenschema’s voorgeprogrammeerd: de PSV-kleuren (rood,wit, rood,wit), Koningsdag (rood, wit, oranje en blauw) en kerst (groen, rood, oranje, groen). Het is niet meer mogelijk om meerdere kleuren binnen één letter te laten zien. Wat wel kan is om bijvoorbeeld in tien seconden de kleur blauw geleidelijk naar rood te sturen. Onder de letter T staat een printplaat met het programma erop, waarbij op afstand - via de computer - voor een bepaald programma kan worden gekozen, vertelt Frans van de Poll, beheertechnicus en projectleider bij Dienst Huisvesting. Ook kunnen er nieuwe programma’s worden geüpload, die bij Dienst Huisvesting worden geschreven. Iedere RGB-codekleur kan erin en de aansturing verloopt via zogeheten DMX-lichtsturing, een driedradensysteem. Onder elke letter zit een besturingskast gemonteerd. Aan de achterkant van de letter ‘e’ zit een sensor die op licht reageert. Daardoor gaan de letters aan bij zonsondergang en uit bij zonsopkomst. De huidige aansturing zit er sinds 2011, toen er ook nieuwe ledlampen nodig waren. Voor die tijd konden de ledlampen afzonderlijk worden ingesteld en waren de letters ook overdag aan. Nu is de aansturing per letter. Die eerdere aansturing werd te duur in vervanging en in onderhoud, volgens Van de Poll. Lucas Asselbergs, destijds als beleidsmedewerker bij ID betrokken bij het project: “Het was een erg leuk plan en een geweldig project, maar het functioneerde vanaf het begin niet optimaal. Het is mooi dat je zo’n cadeau krijgt, maar je moet er ook nog eens heel goed voor zorgen. Het beheer was wel een issue.”
3 maart 2016
Focus | 13
See for news www.cursor.tue.nl/en
TU/e-logo onder de loep De cijfers bij de letters
De letters T en U zijn allebei 4 meter hoog en 72 centimeter breed. De Slash is 5,20 meter hoog en 57,5 centimeter breed. De e is 2,80 meter hoog en 72 centimeter breed. Het vermogen van de T is 720 watt, van de U 1200 watt, van de slash 480 watt en het vermogen van de e is 720 watt. Dat brengt het totale vermogen op 3120 watt.
Het is mogelijk om Lumo te laten oplichten in de kleuren die jij wil. Een belangrijke eis is dat de kleuren een relatie moeten hebben met de TU/e. Dit beoordeelt Dienst Huisvesting en bij twijfel wordt met het College van Bestuur overlegd. Eerst waren de kosten hiervan 1.800 euro, maar sinds twee maanden is het nog maar 100 euro, dankzij de aanschaf van een stuurmodule en de mogelijkheid om zelf te programmeren. Volgens Van de Poll is hier in het verleden nauwelijks vraag naar geweest, maar hij hoopt dat de belangstelling toeneemt met de afgenomen kosten.
Zelf aan het roer van Lumo
Onderhoud
Het bedrijf Strukton is verantwoordelijk voor het onderhoud. Om de twee jaar maken zij de letters schoon en jaarlijks controleren ze de kwaliteit van de letters, de bevestiging en de besturing. Waar de levensverwachting van de ledlampen, die in 2011 nieuw erin zijn geplaatst, normaal gesproken tien jaar is, gaat Dienst Huisvesting ervan uit dat de lampen zestien jaar goed werken. Van de Poll: “Dat proberen we onder meer te bereiken door Lumo ’s nachts tussen 2 en 6 uur uit te zetten.”
A closer look at the luminous TU/e logo From logo to Lumo
TU/e was given the ‘dynamic light logo’ ten years ago by the municipality of Eindhoven for its 50th anniversary. Before that time there were letters already on the Hoofdgebouw and on Vertigo respectively, but in 2006 the lighting was fitted and the light logo was baptized Lumo. At the time the present cost about 100,000 euro. Three Industrial Design students got to work on it: Philip Mendels, Ber van Dijk and Alexander Rulkens. Ber has dear memories of those days: “The description of the idea was rather vague and we went through a number of brainstorming sessions with the municipality, TU/e and Philips Lighting, which was going to install the underlying technology. We elaborated the idea among other things and wrote some software. It began like a nice little job and developed into an incredibly cool project. I still feel proud when looking at it.”
For many years the TU/e logo has looked out on the university and the city and it has seen many thousands of students and employees pass by. Since 2006 it has been fitted with dynamic LED lighting – a present from the municipality to TU/e on the occasion of its 50th anniversary. Lately it has become possible for anyone paying 100 euro to determine the colors of the prominent and distinctive luminous letters on the roof of Vertigo.
How does it work?
Every day the TU/e colors can be seen on Vertigo; blue letters and a red slash. In addition to this ‘program’ three other color combinations have been preprogramed: the PSV colors (red, white, red, white), the King’s Birthday (red, white, orange and blue) and Christmas (green, red, orange, green). It is possible to illuminate Lumo in the colors of your choice. An important requirement is that the colors should have a relation with TU/e. Real Estate Management assesses this and if in doubt it consults the Executive Board. First the costs involved amounted to 1,800 euro, but since two months ago it has been only 100 euro, as a result of the purchase of a steering module and the option to program it yourself.
14 | Uitgelicht
3 maart 2016
Drie TU/e-eredoctoren erbij In dit lustrumjaar zal de TU/e tijdens de diesviering weer drie topwetenschappers eren door ze een ‘doctor honoris causa’ aan te bieden. Niemand hoeft over zo’n aanbod na te denken; de eer is groot en de plichten zijn niet onprettig. Dit jaar krijgen plasma fysicus Mark Kushner, materiaalchemica Joanna Aizenberg en logistiek-expert Gilbert Laporte een erebul. Ook over hun erepromotoren glanst een deel van de glorie. Gerrit Kroesen (Technische Natuurkunde), Nico Sommerdijk (Scheikundige Technologie) en Tom van Woensel (Industrial Engineering & Innovation Sciences) spreken vol lof over ‘hun’ eredoctor en zien de vriendschappelijke collegiale band nog sterker worden.
Grote glorie voor eredoctor én erepromotor Tekst | Norbine Schalij Foto’s | Bart van Overbeeke en privé-archieven
Gerrit Kroesen:
“Mark Kushner is een wereldleider in plasmamodellering” Kernwoorden voor eredoctor Mark Kushner: Vooroplopend, hardlopend, altijd bereikbaar. En hij is enorm bescheiden. Zet een r tussen de letters van zijn naam en er komt fonetisch een samentrekking met de naam van zijn erepromotor Gerrit Kroesen. En zo voelt het ook voor de TU/e-decaan bij Technische Natuurkunde. “We zijn complementair. Hij is - van oorsprong - de plasmamodelleur en ik doe de plasma-experimenten. Voor de lol hebben we eens een paper ingediend onder de naam Krushner.” Vanaf het begin van zijn carrière is Mark Kushner (63) erkend als een van de meest innovatieve plasmafysici ter wereld, zegt
erepromotor Gerrit Kroesen. Toen Kroesen drie decennia geleden in Eindhoven promotieonderzoek deed, kende hij Kushners naam op het gebied van plasmamodellering al. Ze zagen elkaar bij conferenties en er ontstond een hartelijke samenwerking. “Telkens als er in het internationale veld een vakinhoudelijke uitdaging werd gesignaleerd, dan was Mark er al mee bezig en vaak al een eind richting oplossing gekomen.” Het is een man die altijd bezig is. Met zijn werk, met tijd maken voor anderen. “Toen hij decaan werd, heb ik hem gevraagd hoe hij dat nou ging doen. Hij antwoorde rustig: ‘ach, bedenk eens hoeveel tijd we verdoen met slapen.’ Dat is typisch Mark Kushner. Heeft overal
tijd voor. Tot een jaar of zeven geleden was hij vrijgezel. Als je hem wilt spreken, ook al is het in het weekend, komt hij naar zijn werkkamer voor je. Hij is ook een fervent hardloper. Hij loopt één of twee uur per dag, ook met een gebroken schouder.” Kushner schreef zelfs een roman over een hardloper, Runner’s Honor is de titel. Kroesen heeft het in zijn kast staan, maar nog niet gelezen. Op het cv van Kushner staan pagina’s vol prijzen. De meest prestigieuze daarvan is de Will Allis Prize die de Kushner in 2010 ontving. Die wordt eens per jaar uitgereikt, alleen aan de grootsten uit het vakgebied. Volgens Kroesen is deze prijs voor een plasmafysicus wat een Oscar is voor een acteur.
“Kushner heeft nu de godenstatus bereikt”
Mark Kushner
De eredoctor zelf
Mark Kushner: ‘Het is een enorme eer voor me om de titel doctor honoris causa te mogen ontvangen en het biedt me de gelegenheid om de banden tussen de TU/e en de University of Michigan aan te halen. Ik zie er met verlangen naar uit om deze relatie langdurig in stand te houden. Al vele jaren heb ik het genoegen en de eer om samen te werken met de faculteit, met wetenschappers en studenten aan de TU/e, waarbij ik ook in promotiecommissies heb gezeten. Het is van groot nut geweest voor mijn onderzoeksgroep om te worden blootgesteld aan de vooraanstaande activiteiten binnen het vakgebied van plasma’s aan de TU/e.’
“Kushner heeft nu de godenstatus bereikt. Hij zit aan de absolute top. De kwaliteit van zijn werk, gecombineerd met de breedte, is de aanleiding. Hij loopt mijlenver op de rest van de wereld vooruit op het gebied van simulaties van plasma’s in interactie met vloeistoffen en met levende weefsels. De tijd is nu rijp voor een eredoctoraat. Ik merk dat dat wordt gedeeld door vakbroeders over de hele wereld en in de buurt.” Aan Kroesen mailde Kushner, die wars van vertoon en wijwater kwasten is, dat hij totaal overdon-
Gerrit Kroesen
derd was door het verzoek van rector Frank Baaijens om eredoctor aan de TU/e te worden. Kroesen zich dat goed voorstellen: “Ik zou ook steil achterover slaan. Een eredoctoraat is toch een heel bijzondere eer. Het is echt spaarzaam. Voor mijzelf is dit indirect ook een eer. Ik zie het als erkenning van het vakgebied plasmafysica. Ik voel het als een positief stempel.” Op vrijdag 22 april wordt een symposium gehouden. “Daarvoor vliegen we tien experts uit de hele wereld in”, zegt Kroesen. “We buigen ons over een gedetailleerde kwestie op hoog niveau. Het is de bedoeling dat er publicaties uit volgen. Het is een nuttig symposium zoals dat past bij Mark en mij. Wij hebben een bloedhekel aan symposia ‘ter ere van’.”
Uitgelicht | 15
See for news www.cursor.tue.nl/en
Wat is een cappa en zijn er nog meer gebruiken?
Hoe gaat het in zijn werk?
Een grijze satijnen schoudermantel, de cappa, komt tijdens de plechtigheid (na het uitreiken van de doctorsbul) om de schouders van de eredoctor te liggen. Het is een door kunstenares Emmy van Leersum ontworpen cape waar het motto van de universiteit ‘Mens agitat molem’ op is geborduurd. De plechtigheid volgt een strak protocol. De erepromotor krijgt vijf minuten om de laudatio (lofrede) uit te spreken. Daarna vraagt de rector magnificus de aanwezigen om op te staan en bekrachtigt hij de promotie. De erepromotor mag vervolgens de met de hand gekalligrafeerde bul overhandigen. De eredoctor krijgt dan enkele minuten tijd voor een toespraak.
Bij aanvang van het collegejaar worden uitgebreid gemotiveerde voorstellen ingediend bij de Commissie Eredoctoraten. Dat gebeurt door decanen of vice-decanen en betreft zowel de eredoctor als de erepromotor. Als de kandidaten geselecteerd zijn, zal de rector magnificus ze bellen om de titel aan te bieden. Daarna is er contact tussen eredoctor en erepromotor, die elkaar vaak al jaren goed kennen. Er wordt in overleg een symposium georganiseerd op de dag voor of na de dies natalis. Tijdens de dies in de Catharina- of Paterskerk vindt de plechtigheid plaats.
Wat zijn de rechten en plichten?
Hoe vaak komt het toekennen van eredoctoraten voor?
Een proefschrift hoeft een eredoctor niet te schrijven. De titel (en de bul) wordt verleend op grond van bewezen diensten. Sinds 2008 verwacht de TU/e wel dat de eredoctor een distinguished professor wil zijn. Dat houdt in dat hij of zij minstens vier jaar lang één week per jaar naar de TU/e komt om deel te nemen aan onderzoek en contact te hebben met collega’s, studenten en promovendi.
In 1976 heeft de toenmalige THE haar eerste eredoctoraat verleend aan ir. Hendrik Kramer. Hij kreeg het ‘als een hommage aan het vele en belangrijke werk dat hij heeft verricht voor de technische wetenschappen’, zo staat op de TU/e-website te lezen. Die motivatie geldt ook voor de toppers (voornamelijk mannen, de vrouwen zijn op de vingers van één hand te tellen) die na Kramer geëerd werden. Dat ging vroeger met een tempo van drie per lustrumjaar. Sinds 2005 komt er ook ieder ‘gewone’ dies natalis één bij. Inmiddels telt de TU/e 31 eredoctoren.
Lees verder op pagina 16 >>
Nico Sommerdijk:
“Joanna Aizenberg is voor mij een voorbeeld in haar manier van werken” “Ze is jong van geest (en uiterlijk), enthousiast, werkt heel hard en efficiënt en reist veel”, zegt erepromotor Nico Sommerdijk over materiaalchemica Joanna Aizenberg (56). Hij ziet haar soms worstelen met haar enorme hoeveelheid taken en verantwoordelijkheden. “Maar als je met haar spreekt, heb je geen moment het idee dat ze de baas is van een groep van vijftig onderzoekers.” Haar werkterrein begint in de natuur en strekt zich uit over brede gebieden. Ze zoekt manieren om nieuwe materialen te maken en kijkt tegelijk naar de toepassingen van deze materialen. Een voorbeeld is het door haar ontwikkelde oppervlak waaraan geen ijs hecht, belangrijk voor vliegtuigvleugels. De eerste conferentie waarop Nico Sommerdijk Joanna Aizenberg (hij spreekt het uit als ‘Sjanna’, net zoals haar Russische moeder deed) persoonlijk leerde kennen, nu twaalf jaar geleden in het pittoreske Acquafredda di Maratea, Italië, maakte ze meteen grote indruk op hem. Door zijn onderzoek vanaf eind jaren negentig naar harde materialen in de natuur, zoals botten, tanden en schelpen, was hij daarvoor al in aanraking gekomen met haar onderzoeksveld, biomineralisatie en bio-geïnspireerde kristallisatie. Zij was gepromoveerd binnen een prominente groep wetenschappers uit Israël waarmee Sommerdijk contact had. Kort daarop, in 2005, kwam ze op bezoek bij Sommerdijk in Helix. Dit bezoek bracht een verrassing voor Sommerdijk. Hij was in de veronderstelling dat ze leiding gaf aan een grote groep wetenschappers
Ik ben bij haar thuis geweest, ken haar man ook.” Hij voelt zich dan ook zeer vereerd om haar een eredoctoraat aan te mogen bieden. “Het laat mijn collega-wetenschappers zien wat voor relatie ik met haar heb.” Sommerdijk verwacht dat ze als distinguished professor de eerste vier jaren minimaal een week per jaar naar de TU/e komt. “We kijken nog hoe er invulling komt bij beide faculteiten. Het is mijn hoop dat ze ook college gaat geven aan onze studenten, maar dat moet wel passen in haar schema.” Tien dagen geleden sprak Sommerdijk haar nog en hadden ze het erover. “Ons geluk
Nico Sommerdijk
omdat er ieder jaar een heel sterk artikel van haar verscheen in belangrijke tijdschriften, maar tijdens hun gesprekken werd hem duidelijk dat haar hele groep slechts bestond uit twee of drie postdocs. Inmiddels is die aan Harvard uitgebreid naar vijftig werknemers die werken in het Aizenberg Biomineralization and Biomimetics Lab.
“Als ik een idool heb, dan is zij het” “Ik raakte toen gefascineerd door haar manier van werken. Ik zag dat ze zich focuste op dingen die er écht toe doen. Dat ze niet schrijft om nog meer te publiceren (zoals veel wetenschappers doen), maar dat ze gelooft dat kwaliteit belangrijker is dan kwantiteit. Het is jammer om
tijd en energie te stoppen in onderzoek dat niet wordt opgemerkt. Dat heb ik wel van haar geleerd.” Een beetje aarzelend: “áls ik een idool heb, dan is zij het.” In 2011, ze had net in Nature gepubliceerd over de eigenschappen van de wand van vleesetende planten en hoe ze die kon gebruiken om materialen te ontwikkelen waarop niets blijft plakken, kwam ze weer naar de TU/e. Bij het faculteitscolloquium van Scheikundige Technologie vertelde ze voor het eerst aan een breed publiek over haar aanpak van antifouling materials. “Dat was echt heel interessant.” Sommerdijk vindt dat hij veel aan Aizenberg te danken heeft. Door haar werd hij in 2006 uitgenodigd te spreken op de Gordon Conference on Biomineralization, hét platform waar sprekers de ultieme erkenning krijgen van vakgenoten. “Dat is een belangrijk punt in mijn carrière geweest. Sindsdien hebben we altijd nauw contact gehad.
is dat ze haar verhaal altijd voor een breed publiek presenteert, goed te volgen voor bachelor chemiestudenten.” Op 21 april vertelt Aizenberg over de biomedische toepassingen van haar bevindingen. Een dag later is er een symposium over Bio-inspired Materials waar Sommerdijk zijn studenten graag voor uitnodigt. Dat zou prima passen bij de collegereeks die hij vlak daarvoor start. “Ik vind het belangrijk dat een grote groep mensen aan de TU/e profijt heeft van haar eredoctoraat.”
Joanna Aizenberg (midden)
De eredoctor zelf
Joanna Aizenberg: ‘Toen ik werd gebeld door Frank (Baaijens, red.), kon ik mijn oren niet geloven. Ik was een poosje stomverbaasd, en heb toen gereageerd door te zeggen dat ik me opgewonden voel, bevoorrecht, extatisch en gelukkig dat ik in aanmerking kom voor deze eer. Waarschijnlijk heb ik verschillende dingen gezegd die nog emotioneler waren, omdat geen enkel woord de opwinding kon uitdrukken die ik voelde. Ik vind echt dat het scheikundig onderzoek in Nederland in het algemeen en met name dat aan de TU/e wereldwijd aan de top zit. De kwaliteit van de wetenschap en de doorbraken op het gebied van dynamische materialen, zelfassemblage en karakterisering van kristallisatiemechanismen zijn weergaloos.’
16 | Uitgelicht
3 maart 2016
Worden TU/e’ers ook eredoctor elders?
Jazeker, maar dat gebeurt niet vaak. Er wordt niet centraal geregistreerd wie elders een eredoctoraat bekleden, maar het lijken er niet veel meer dan een dozijn te zijn. Wil van der Aalst (W&I) heeft een erebul van Hasselt, Hans Niemantsverdriet (ST) werd geëerd aan de Aalto University in Finland en Onno Boxma (W&I) is eredoctor aan Haifa University in Israël, om wat voorbeelden te noemen. Van de drie Spinoza-laureaten die de TU/e heeft voortgebracht, heeft enkel Rugter van Santen een eredoctoraat aan de National Technical University van de Oekraïne.
bekend zijn. Hoe anders is dat bij collega-universiteiten. Die scoren met eredoctoraten voor politici als Angela Merkel of Ruud Lubbers (Radboud Universiteit), documentairemaker Ad van Liempt (Universiteit van Amsterdam) en beroemdheden als Nelson Mandela en prinses Beatrix (Universiteit van Leiden). Niet alleen algemene universiteiten eren bekendheden. Universiteit Twente verleende in 2011 doctor honoris causa aan de ‘mythbusters’ Jamie Hyneman en Adam Savage.
Waarom halen onze eredoctoren het NOS journaal niet?
Slechts uitmuntende wetenschappelijke kwaliteit wordt aan de TU/e met een eredoctoraat beloond. Er worden geen politieke, publicitaire of strategische redenen aangevoerd om een topwetenschapper van een (buitenlandse) universiteit aan de TU/e te binden. Dat geeft kwaliteit, maar heeft tot gevolg dat de gelauwerden vaak niet bij een breed publiek
Tom Van Woensel:
“Logistiek onderzoekers kunnen niet om Gilbert Laporte heen”
Tom Van Woensel
Natuurlijk is de voorgedragen eredoctor een topwetenschapper, maar de vijfenzestigjarige Gilbert Laporte is bovendien altijd toegankelijk gebleven als persoon en als onderzoeker. “Dat komt omdat hij permanent nieuwsgierig is om leuke dingen te onderzoeken”, zegt erepromotor Tom Van Woensel, hoogleraar logistiek bij IE&IS. Leuke dingen zijn voor de Canadese hoogleraar operations research aan HEC Montreal alles wat te maken heeft met transport en logistiek. Het meest bekend is Gilbert Laporte om zijn onderzoek naar vehicle routing. Dit wiskundig rondrit probleem heeft hij op alle mogelijke
manieren onderzocht. De expert in combinatorische optimalisering op het gebied van transport en logistiek voegde ook voor het eerst emissies toe in deze modellen. “Laporte is een ongelofelijk slimme kerel die erg gedreven is. Vorig jaar heeft hij op 64-jarige leeftijd een verlenging voor vijf jaar gekregen van de prestigieuze Canada Research Chair.”
“Je kunt geen paper schrijven zonder aan zijn werk te refereren”
IE&IS-studenten leren Laporte kennen in de bachelorfase. Ze werken het boek ‘Introduction to logistics systems management’ door bij een transportvak. Maar ook na het Bachelor College kunnen ze niet om hem heen. En voor promovendi geldt volgens Van Woensel: “De kans om een paper te schrijven zonder aan werk van Laporte te refereren is nul.” Hij heeft een Hirsch-index van 100. Dat betekent dat hij honderd artikelen gepubliceerd heeft die minstens honderd keer geciteerd zijn. De eerste keren dat Tom van Woensel als PhD-student Laporte zag, vijftien jaar geleden op conferenties, durfde hij nog niet echt in zijn buurt te komen. “Ik had schrik om met hem te gaan babbelen. Het is toch een van de paar goden in ons vakgebied.” Vanaf 2003 nam Van Woensel als UD zakelijk contact op - per mail - om PhD-studenten uit te wisselen. In 2006 sprak hij Laporte voor het eerst op een symposium in Groot Brittannië. “Op het moment dat je drie woorden met hem spreekt, merk je hoe toegankelijk en aimabel hij is.” Er ontstond een goede en vriendschappelijke werkrelatie. Van Woensel: “Ik voel me vereerd dat ik nu erepromotor mag zijn. Het bevestigt dat het pad dat ik hier heb bewandeld, het juiste is. Van 2003 tot 2011 ben ik van UD naar UHD naar hoogleraar gegaan. Ik ben gegroeid, ook door van Gilbert te leren. Het voelt als waardering dat ik nu een goede kandidaat heb voorgedragen. Ik vind het trouwens wel vreemd
dat hem die eer nooit eerder elders is toegekend.” De band die Tom Van Woensel tien jaar terug smeedde, zal nog steviger worden. “We blijven doen wat we nu doen”, zegt de hoogleraar logistiek. Het houdt in dat Laporte jaarlijks naar Eindhoven zal blijven komen, en dat hij in contact blijft met jonge onderzoekers. Wat er bij komt nu de Canadees distinguished professor wordt, zijn bijvoorbeeld ook colleges in de masterfase.
De dag voor de dies houdt Freight Transport & Logistics een symposium waar Laporte geëerd wordt en waar georakeld wordt over de toekomst. Iedereen mag komen luisteren naar internationale sprekers. De focus zal liggen op de ontwikkelingen in transport en logistiek in de toekomst en de rol die Laporte heeft gespeeld om het vakgebied te brengen waar het nu is.
Gilbert Laporte
De eredoctor zelf
Gilbert Laporte: ‘Het is voor mij een zeer groot genoegen en een eer dat de TU Eindhoven mij de titel doctor honoris causa verleent. De TU/e is een onderzoeksinstituut van wereldklasse op het gebied van techniek. In de voorbije jaren heb ik voor een aantal wetenschappelijke projecten samengewerkt met verschillende faculteitsleden, postdocs en promotie kandidaten van de School of Industrial Engineering. Ik wil mijn onderzoekssamenwerking met de TU/e verder voortzetten en verrijken, met name op het gebied van groen vervoer en logistiek binnen steden.’
Zoom in | 17
See for news www.cursor.tue.nl/en
Three more TU/e honorary doctors
Great glory for honorary doctor and honorary promotor Gerrit Kroesen: “Mark Kushner is a world leader in plasma modeling” Keywords for honorary doctor Mark Kushner: prominent, moving fast, always accessible. And a man of great modesty. Insert an -r- between the letters of his name and you get a phonetic contraction with the name of his honorary promotor Gerrit Kroesen. And this is how closely attached the TU/e dean at Applied Physics feels to him. “We are complementary. He is - originally - the plasma modeler and I conduct the plasma experiments. For a lark we once submitted a paper under the name of Krushner.”
Nico Sommerdijk: “Joanna Aizenberg is a role model for me in her way of working” “She has a young spirit (and appearance), enthusiasm, works very hard and efficiently and travels a lot”, says honorary promotor Nico Sommerdijk about materials science engineer Joanna Aizenberg (56). “When you talk to her, you don’t think for a moment that she is the head of a group of fifty researchers.” At the first conference where Nico Sommerdijk personally made Joanna Aizenberg’s acquaintance, twelve years ago, she immediately made a profound impression on
Tom Van Woensel: “Logistics researchers cannot imagine a route without Gilbert Laporte” It goes without saying that the nominated honorary doctor is a top scientist. What is more, 65-year-old Gilbert Laporte has always remained accessible as a person and a researcher as well. “That is because he has this permanent curiosity for investi gating fun things”, says honorary promotor Tom Van Woensel, Professor of Logistics at IE&IS. To the Canadian Professor of Operations Research at HEC Montreal, fun things comprise anything that is to do with transportation and logistics.
During the foundation day celebration in this lustrum year TU/e will be honoring three more top scientists by bestowing the title of ‘doctor honoris causa’ upon them. Nobody needs to think twice about such an offer; it is a great honor and the duties are far from unpleasant. This year honorary doctorates will be conferred upon plasma physicist Mark Kushner, materials science engineer Joanna Aizenberg and logistics expert Gilbert Laporte. Part of their glory is shining upon their honorary promotors as well. Gerrit Kroesen (Applied Physics), Nico Sommerdijk (Chemical Engineering and Chemistry) and Tom van Woensel (Industrial Engineering & Innovation Sciences) have nothing but praise for ‘their’ honorary doctors and see the friendly ties with their peers become even stronger.
Ever since the start of his career Mark Kushner (63) was acknow ledged as one of the most innovative plasma physicists in the world, says honorary promotor Gerrit Kroesen. When Kroesen was conducting his PhD research in Eindhoven three decades ago, he already knew Kushner’s name in the area of plasma modeling. They met up at conferences and congenial cooperation developed between them. “Whenever a subject matter challenge was identified in the international field, Mark would already be involved in it and had often come a long way already towards finding a solution.” He is someone who is always going
full throttle. With his work, with making time for other people. Kushner has now achieved a divine status. He is at the absolute top. The quality of his work, combined with its breadth, is the reason. He is many miles ahead of the rest of the world in the field of the simulations of plasmas in inter action with fluids and with living tissue. The time is now ripe for an honorary doctorate. I have noticed that this feeling is shared by peers far across the globe and nearer to us.” Kushner, who is averse to outward show and holy-water sprinklers, mailed to Kroesen that he was totally flabbergasted by the request
from Rector Frank Baaijens to become an honorary doctor at TU/e: ‘Receiving the doctor honoris causa is a tremendous honor for me and provides a means to strengthen ties
between TU/e and the University of Michigan. I look forward to maintaining the relationship for many years.’
him. Through his research since the late 1990s into hard materials in nature, such as bones, teeth and shells, he had already got into contact earlier with her field of research, biomineralization and biologically inspired crystallization. In 2005 she came to visit Sommerdijk. This visit led to a surprise for Sommerdijk. He presumed that she was in charge of a large group of scientists, because she published a pioneering article in leading journals every year, but it gradually became clear to him during their talks that her whole group consisted of merely two or three postdocs. Meanwhile this group at Harvard has increased to fifty co-workers, all employed at the Aizenberg Biomineralization and
Biomimetics Lab. “I began to be fascinated with the way she worked. I saw that she was focusing on things that really matter. That she does not write to add to the number of publications, but that she believes that quality is more important than quantity. It is a waste to devote time and energy to research that is not being noticed. That is something I have learned from her.” Sommerdijk says that he owes a great deal to Aizenberg. It was she who invited him in 2006 to address the Gordon Conference on Biomineralization, the pre-eminent platform where speakers receive the ultimate accolade from peers. Consequently he feels greatly honored to be given the opportunity
to offer her an honorary doctorate. Aizenberg reacted to her appointment by mail: ‘When Frank (Baaijens, red.) called me, I could not believe it. I was paralyzed for
some time, and then responded that I feel thrilled, privileged, ecstatic, happy to be considered for this high honor.’
Gilbert Laporte is noted most for his research into vehicle routing. He has researched this mathe matical routing problem in every conceivable way. The expert in combinatory optimization in the area of transportation and logistics was the first one to include emissions in these models. “Laporte is an incredibly clever man with a strong drive.” IE&IS students get to know Laporte during their Bachelor phase. They work through the book ‘Introduction to Logistics Systems Management’ for a subject about transportation. And for PhD candidates there is one rule, according to Van Woensel: “The chance of writing a paper without referring to work conducted by Laporte is zero.” He has a Hirsch index of 100, which means that he
has published one hundred articles that have been cited at least one hundred times. On the first couple of occasions when Tom Van Woensel as a PhD student saw Laporte, fifteen years ago at conferences, he was a bit apprehensive of approaching him. “I was afraid to strike up a conversation with him. After all, he is one of the few gods in our field of study.” As of 2003 in his capacity of Assistant Professor he contacted him by email for the business purpose of exchanging PhD students. In 2006 he talked to Laporte for the first time at a symposium in Great Britain. They developed a good, friendly work relations. Van Woensel: “I feel privileged to be honorary promotor now. It confirms that the track I have decided on here is the
right one. From 2003 to 2011 I have developed from Assistant Professor to Associate Professor to Professor. I have grown, also by learning from Gilbert.” Laporte himself reacted as follows via email: ‘I feel extremely pleased and honored to be awarded a
doctorate honoris causa from Eindhoven University of Technology, a world-class research institution in the field of engineering. I wish to maintain and enrich my research collaboration with TU/e in the coming years, namely in the areas of green transportation and city logistics.’
18 | Onderzoek
3 maart 2016
Interview | Tom Jeltes Photos | Bart van Overbeeke and Rens Brankaert
Ontwerpen voor dementie Mensen met beginnende dementie hebben niet alleen geheugenproblemen, maar raken ook ruimtelijk gedesoriënteerd en verliezen grip op de tijd. De dagelijkse problemen die daardoor ontstaan, kun je met slimme technologie proberen te verlichten. Maar welke hulpmiddelen aanslaan, is lastig te voorspellen, vertelt Rens Brankaert, promovendus bij Industrial Design. “Direct aan de patiënten vragen wat ze nodig hebben, werkt door hun ziekte niet. Bovendien is het lastig om je als ontwerper te verplaatsen in de gedachtewereld van iemand met dementie. Daarom moet je ideeën in een vroeg stadium experimenteel toetsen in een Living Lab.” Dat ‘Living Lab’ was in Brankaerts geval vooral de thuissituatie van dementiepatiënten. Hij introduceerde een aantal prototypes - waaronder een slimme kalender, een speciale smartphone en een kompas dat altijd naar huis wijst - bij diverse Een mobiel voor dementerenden.
De slimme kalender.
patiënten en hun partners, om aan de hand van deze voorbeelden te leren hoe je het best kunt ‘ontwerpen voor dementie’. Ondertussen hoopte hij uiteraard dat één of meer van deze ideeën daadwerkelijk van nut zouden blijken, zeker toen kort na aanvang van zijn promotieonderzoek bij zijn grootvader dementie werd geconstateerd. “Dat heeft me wel extra gemotiveerd.” De slimme kalender begon als Brankaerts afstudeerproject; het is een weekoverzicht dat het midden houdt tussen een gewone kalender en een klok. De kalender bevat een mechanische lezer die real time over de weekindeling beweegt, en geeft een signaal als het tijd is voor één van de activiteiten - aangeduid met een gekleurd plaatje voorzien van een RFID-tag. Met een licht- en geluidsignaal wordt de patiënt naar de kalender geroepen, waar hij vervolgens ook in gesproken woord te horen krijgt dat hij zijn medi
cijnen in moet nemen, dat het etenstijd is, of dat het wekelijkse kaartavondje er weer aankomt. “De kalender hebben we bij vier patiënten thuis getest”, vertelt Brankaert. “Net als bij alle prototypes waren dat mensen die thuis door hun partner werden verzorgd, die hadden geaccepteerd dat ze aan het dementeren waren, en daarover konden en wilden praten. De partner kon mij bellen, mocht de patiënt in de war raken van de kalender. Dat is belangrijk als je met zo’n kwetsbare doelgroep werkt.”
“De partner kon mij bellen, mocht de patiënt in de war raken van de kalender”
Een kompas dat altijd naar huis wijst, een slimme kalender die je letterlijk vertelt dat het tijd is voor je medicijnen, of een smartphone waarmee je met één druk op de knop meerdere mantelzorgers bereikt. Promovendus Rens Brankaert hoopt dat dementerenden dankzij dergelijke innovaties langer thuis kunnen blijven wonen: dat is niet alleen vaak prettig voor de betrokkenen zelf, maar ook voor de schatkist.
Over de kalender is hij niet gebeld. Dat gebeurde wel bij een andere studie, waarin de promovendus een speciale seniorentelefoon, de GoLivePhone, testte. “Na een week werd ik gebeld of ik de telefoon weer wilde ophalen. De partner kon er namelijk ook niet mee overweg. Een smartphone paste blijkbaar gewoon niet bij die mensen. Dat kan gebeuren; daar kun je uit leren dat je goed moet opletten dat je niet al te geavanceerde apparaten gebruikt, waar de doelgroep geen affiniteit mee heeft.” De GoLivePhone is een Android telefoon met extra grote iconen, geproduceerd door Gociety, een commerciële partner binnen het Europese project Innovate Dementia waarbinnen Brankaerts onderzoek plaatsvond. Behalve een paar standaardfuncties als bellen, sms’en en contactenbeheer, bevat de telefoon ook drie speciale apps: een hulpknop, waarmee een
standaard sms en email wordt verstuurd naar drie voorgeprogrammeerde contacten; een GPS-functie met navigatie voor als de patiënt de weg kwijt is, en een GPS-functie waarbij een signaal wordt gestuurd naar de mantelzorgers als de patiënt te ver buiten zijn leefgebied dwaalt. “Allemaal dingen die buiten het formele zorgcircuit omgaan, waarbij een kring van mantelzorgers wordt ingeschakeld”, benadrukt de promovendus. “Precies zoals dat vanuit de overheid wordt gestimuleerd om de zorgkosten te drukken.” De knop die automatisch 112 belt was overigens geen goed idee, zo werd tijdens de tests wel duidelijk. Dat icoontje werd te vaak per ongeluk ingedrukt. “Die hebben we snel verwijderd.” De helft van de proefpersonen had baat bij de telefoon, zo bleek. Voorspellen wie dat zouden zijn, bleek echter nog lastig. “Sommigen konden prima omgaan met de Het ‘welthuis’-kompas .
Het belevingskussen.
Research | 19
See for news www.cursor.tue.nl/en
telefoon als ik er naast zat om te vertellen wat ze moesten doen, maar die bleken helemaal niets meer met de telefoon te doen zodra ik weg was. Ze namen zelf gewoon geen initiatief meer. En er waren ook patiënten bij die in eerste instantie een aversie tegen techniek hadden, maar die de telefoon juist wel veel bleken te gebruiken en er uiteindelijk ook een hebben aangeschaft.”
“Het kompas doet denken aan dat van Jack Sparrow uit Pirates of the Caribbean” De navigatiefunctie op de seniorentelefoon leek een goed idee, maar de bediening bleek te hoog gegrepen voor veel patiënten. Daarom bouwde Brankaert, samen met PDEng-studente Rian de Jong, een speciaal ‘welthuis’-kompas. Een simpele schijf met een pijltje erop dat altijd richting huis wijst. “Ik heb een GPS-chip gekocht, en die gecombineerd met een bewegings- en zwaartekrachtsensor en een apparaatje dat de stand van het pijltje op het kompas meet en corrigeert. Het doet denken aan het kompas van Jack Sparrow uit Pirates of the Caribbean, maar dan met de GPS-coördinaten van het thuisadres erin geprogrammeerd.
Designing for dementia A compass that always points home, a clever calendar which audibly tells you that it is time for your medication, or a Smartphone that puts you into contact with several informal caregivers with one push of a button. PhD candidate Rens Brankaert hopes that patients with early dementia can stay at home longer thanks to such innovations: often that is not only pleasant for the patients themselves, but for public finances as well.
Rens Brankaert
En het bleek boven verwachting te werken. Zeven van de acht demen terende proefpersonen konden er een vooraf geprogrammeerde route mee volgen.” En passant bedacht Brankaert met ID-student Eriano Troenokarso het Beste Zorgidee van 2014: het belevingskussen, dat persoonlijke liedjes laat horen als je het aanraakt. “Dat kussen is bedoeld
voor een vergevorderde fase van dementie, waarbij de patiënt al in een verzorgingshuis is opgenomen. Met die mensen kun je geen gesprek meer voeren, maar ze bleken de liedjes uit hun jeugd - geselecteerd na gesprekken met de familie - nog wel met veel plezier mee te zingen. Dat is natuurlijk heel waardevol.”
verzorgd door zijn oma. Alle prototypes heeft hij ook aan opa laten zien. Helaas is diens dementie inmiddels te ver gevorderd om nog iets aan het kompas te hebben. “Maar ik ben er van overtuigd dat als het product er eerder was geweest, hij hier veel voordeel van had kunnen hebben.”
Zijn dementerende grootvader is nog steeds thuis, vertelt Brankaert,
Brankaert ziet zijn proefschrift meer als een begin dan een afsluiting.
People suffering from early dementia do not only have trouble remembering things, but also lose their spatial orientation and their grip on time. By means of clever technology you can try to alleviate the everyday problems caused as a result. Still, it is difficult to predict which tools are effective within that context, says Rens Brankaert, a PhD candidate at Industrial Design. “Direct questions to patients about what they need are no use due to their disease. Moreover, it is awkward as a designer to envisage the way of thinking of someone suffering from dementia. That is why you need to test ideas experimentally in a Living Lab at an early stage.” In Brankaert’s case that ‘Living Lab‘ was especially the home situation of dementia patients. He introduced a number of prototypes - including a clever calendar, a special Smartphone and a compass that always points home - to various patients and their partners, in order to learn through these examples how one may best ‘design for dementia’. In the meantime he hoped, of course, that one or more of these ideas would actually prove to be useful, even more so when shortly after he had started his PhD research his grandfather was diagnosed as suffering from dementia. “That did form an extra motivation for me.” The clever calendar began as Brankaert’s graduation project; it is a weekly overview somewhere between an ordinary calendar and a clock. The calendar contains a mechanical reader which moves across the weekly schedule real time, and gives a signal when it is time for one of the activities - indicated by a colored picture fitted with an RFID tag. By means of light and auditory signals patients are called to go to the calendar, where they are then told by a voiceover that it is time to take their medication, that it is time to eat, or that the weekly card-playing night is coming up again.
De afgelopen maanden werkte hij al voor de bij Innovate Dementia betrokken organisatie Slimmerleven2020, en ook in de toekomst hoopt hij betrokken te blijven bij de verdere ontwikkeling van de ideeën uit zijn proefschrift. “Er gebeurt nog maar weinig met technologie voor dementie. Dat is een heel veld dat nog bloot te leggen valt, en daar wil ik graag aan bijdragen.”
“We tested the calendar in four patients’ homes”, says Brankaert. “As with all prototypes they were for patients who were cared for by their partners at home, who had accepted their condition with the onset of dementia, and who were able and willing to talk about it. The partners could phone me if the patients got confused by the calendar. That is essential when you’re working with such a vulnerable target group.”
This is work with a vulnerable target group Although the navigation function on the GoLivePhone, an adjusted senior citizens’ telephone also tested by Brankaert, seemed like a good idea, its operation turned out to be too complicated for many patients. And so, together with PDEng student Rian de Jong, he constructed a special ‘get-home-safely’ compass. A simple disk showing an arrow that always points in the direction of home. “I just bought a GPS chip, which I combined with a motion and gravity sensor and a device that measures and corrects the position of the arrow on the compass. It is reminiscent of the compass used by Jack Sparrow in Pirates of the Caribbean, though this one has the programed GPS coordinates of the home address. And it turned out to work better than we had expected. Seven out of the eight early-dementia trial subjects were able to follow a preprogramed route with it.” His grandfather who is going senile is still at home, says Brankaert, and is being cared for by his grandmother. He also showed his grandfather all the prototypes. Unfortunately his dementia has now progressed so far that the compass is no use to him anymore. “Still, I’m convinced that if the product had been available earlier, it could have benefited him considerably.”
20 | Onderzoek/Research
3 maart 2016
Sluitstuk In de rubriek Sluitstuk vertellen afstudeerders en promovendi over hun (afstudeer)onderzoek. Wil je ook in deze rubriek, mail dan naar cursor@tue.nl.
Gevarieerde vrachtwagens Als je een truck koopt bij DAF, dan kun je daar een servicecontract bij nemen. Hoe duur zo’n contract is, hangt af van de verwachte onderhoudskosten. Afstudeerder Lex Roording dook in de technische verschillen tussen de verschillende typen trucks, om DAF te helpen de juiste prijs te bepalen voor deze servicecontracten. Elke paar minuten loopt er bij DAF Trucks in Eindhoven een vracht wagen van de lopende band. Die trucks zijn echter allesbehalve identiek, vertelt student Operations Management & Logistics Lex Roording. “Sterker nog, een werknemer vertelde me dat er dagen zijn dat er geen twee exact dezelfde motoren geproduceerd worden.” De variaties zijn eindeloos, zo leerde hij. “Er zijn alleen al negentien verschillende as-configuraties; al dan niet enkel of dubbel aangedreven, gestuurd of gelift, met één of twee wielen aan elk uiteinde. En dan heb je dus verschillende motoren, maar ook diverse typen cabines - met of zonder slaapgelegenheid bijvoorbeeld.” Veel van die technische verschillen werken uiteraard door in de te verwachten onderhoudskosten
gedurende de looptijd van de servicecontracten. “Ze kunnen bij DAF in de praktijk goed inschatten welke prijs ze moeten vragen voor welk type truck, maar het is lastig om de klant duidelijk te maken waar de prijsverschillen nu precies vandaan komen”, zegt Roording. “Daarom zijn ze hun rekenmodellen aan het herstructureren. Mijn taak was om te kijken of je op basis van de technische verschillen tussen de trucks het faalgedrag en de reparatiekosten kunt berekenen.”
Een extra as levert al 54 technische verschillen op Het bleek voor de bedrijfskunde student nog niet eenvoudig om grip te krijgen op de materie. “In het begin was het taaie kost voor me. Ik heb diverse mensen bij verschillende afdelingen van DAF geïnterviewd, en het duizelde me regelmatig van de onbekende afkortingen en technische termen. Maar na zo’n twee maanden begon ik door de bomen het bos weer te
Home Stretch
Varied trucks When you buy a truck from DAF, you can also conclude a service contract for it. The price of such a contract depends on the expected maintenance costs. Graduating student Lex Roording went into the technical differences between the various types of trucks, in order to help DAF determine the right price for these service contracts.
Every couple of minutes a new truck emerges from the conveyor belt at DAF Trucks in Eindhoven. Those trucks are anything but identical, though, student of Operations Management & Logistics Lex Roording explains. “Better still, I was told by an employee that on certain days no two exactly identical engines are produced.” The variations are endless, as he has found out. “For starters, there are as many as nineteen different axle configurations; they may be with a single or double drive, steered or lifted, with one or two wheels at each end. And then there are different types of engines, as well as various types of cabins - with or without sleeping accommodation, for instance.” It stands to reason that many of those technical differences influence the maintenance costs to be
Lex Roording
zien, en kreeg ik zicht op hoe de dingen met elkaar samenhangen.” Uiteindelijk kreeg Roording toegang tot lijsten met alle mogelijke specificaties voor de trucks, die hij in zijn analyse combineerde met de geregistreerde onderhoudsclaims. Als case study vergeleek Roording een veel verkocht model met
datzelfde type, maar dan met een extra as. “Om een indruk te geven van de complexiteit: dat levert direct al 54 technische verschillen op tussen die twee modellen; je houdt bijvoorbeeld minder ruimte voor de brandstoftank over.” Desondanks verloor hij nooit de moed, vertelt hij. “Ik ben geen moment echt vastgelopen en ben
altijd enthousiast gebleven.” Daarbij hielp het dat hij regelmatig afsprak met twee andere afstude rende studiegenoten. “Het is goed als iemand eens vanuit een andere invalshoek naar je probleem kijkt; dat levert vaak nuttige inzichten op.” Interview | Tom Jeltes Photo | Rien Meulman
In Home Stretch, graduate students and PhD students talk about their thesis. Would you like to feature in this item, let us know at cursor@tue.nl
expected during the term of the service contracts. “In practice, DAF is quite capable of assessing what price it should ask for each type of truck, although it is by no means easy to explain to customers what exactly the price differences are caused by”, says Roording. “For this reason they are restructuring their calculation models. It was my job to see whether you can calculate the failure behavior and the repair costs on the basis of the technical differences between the trucks.”
On certain days no two identical engines are produced
It was far from simple for the Industrial Engineering student to get a grip on the subject matter. “In the beginning the going was rough for me. I have interviewed various people from different departments within DAF, and my head was regularly in a whirl with the unknown abbreviations and technical terminology. Still, after some two months I was beginning to see the wood for the trees again and got some idea of the way things were interconnected.” In the end Roording was given access to lists of all the possible specifications for the trucks, which he combined in his analysis with the registered maintenance claims. By way of a case study Roording compared a frequently sold model with the same type, but one with an extra axle. “To give you an inkling of the complexity: this immediately
yields no less than 54 technical differences between those two models; for one, there is less space left for the fuel tank.” Nonetheless he never lost courage, he says. “I never got really bogged down and have always remained enthusiastic.” In this process it did help that he regularly met up with two other graduating fellow students. “It is worthwhile when somebody looks at your problem from another angle occasionally; that often produces valuable insights.”
Universiteitsberichten | 21
Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl
MENS Bureau voor Promoties en Plechtigheden | Promoties Donderdag 3 maart, 16:00 uur, CZ5: promotie F.F.E. Jaulmes MSc (TN) Promotor: prof.dr. A.J.H. Donné Voorzitter: prof.dr. K.A.H. van Leeuwen Titel proefschrift: “Kinetic behaviour of ions in tokamak inductive scenarios” Woensdag 9 maart, 16:00 uur, CZ4: promotie P.J.M. Smeets MSc (ST) Promotor: prof.dr. N.A.J.M. Sommerdijk Voorzitter: prof.dr. D.J. Broer Titel proefschrift: “Towards Understanding Pathway Complexity in Calcium Carbonate Mineralization”
De VAWO, vakbond voor de wetenschap, nodigt medewerkers van de TU/e uit om op vrijdag 11 maart in de Traverse Zaal 2 om 12.30 uur tijdens een lunch mee te denken en mee te praten over gezonde wetenschap voor 2016.
Donderdag 10 maart, 16:00 uur, CZ4: promotie ir. A.M. Römgens (BMT) Promotoren: prof.dr.ir. C.W.J. Oomens en prof.dr. J.A. Bouwstra Voorzitter: prof.dr.ir. F.P.T. Baaijens Titel proefschrift: “Combined experimental and computational analysis of dermal vaccine delivery using microneedles”
en prof.dr. J.C. van de Pol Voorzitter: prof.dr. J. de Vlieg Titel proefschrift: “Fixpoint Logic, Games, and Relations of Consequence”
Donderdag 10 maart, 16:00 uur, CZ5: promotie L.A. Truter MSc (ST) Promotor: prof.dr.ir. J.C. Schouten Voorzitter: prof.dr.ir. R.A.J. Janssen Titel proefschrift: “Capillary and chip microreactors for the continuous synthesis of fine chemicals”
VAWO | Denk, praat en eet mee tijdens de lunchbijeenkomst op de TU/e 2015 was een roerig jaar voor de Nederlandse universiteiten met de afschaffing van de basisbeurs, onbehoorlijk declaratiegedrag van bestuurders, de bezetting van het Maagdenhuis en de wildgroei aan flexibele contracten. Hoe kunnen we in 2016 werken aan verbeteringen?
Dinsdag 15 maart, 16:00 uur, CZ4: promotie M.W. Gazda MSc (W&I) Promotoren: prof.dr.ir. J.F. Groote
DIVERSEN
Aanmelding vóór 7 maart i.v.m. de catering via scholtes@vawo.nl Stichting Open Business Borrel Eindhoven | Netwerkborrel in Zwarte Doos Stichting Open Business Borrel Eindhoven (OBB040) houdt op donderdag 17 maart van 17.00 tot 20.00 uur voor ondernemende mensen in de regio Eindhoven een netwerkborrel in de Zwarte Doos. Entreekosten: 2 euro. Volgens de
organisatoren betreft het netwerken op een ontspannen en laagdrempelige manier. De stichting kiest iedere maand voor een andere unieke locatie en maakt gebruik van de hulp van vele vrijwilligers. Studenten biedt men de mogelijkheid om actief deel te nemen aan evenementen onder meer als ondersteuning van het vrijwilligersteam, maar ook door het geven van een pitch. Zie: facebook.com/OBB040.
Ook een bericht plaatsen op deze pagina? Mail het bericht (maximaal 100 woorden) dan naar universiteitsberichten@tue.nl.
Advertenties
Je hebt nu Cursor-magazine in je handen, maar wist je dat we ook online te vinden zijn? Op www.cursor.tue.nl vind je al het nieuws rondom de TU/e. Surf ook eens naar www.facebook.com/tuecursor en volg ons op www.twitter.com/tuecursor Wil jij jouw feest, lezing, symposium of andere activiteit gratis onder de aandacht brengen op www.tue.nl/agenda? Mail ons dan voor inloggegevens (cursor@tue.nl).
We zien je graag online terug! www.cursor.tue.nl
KWF Kankerbestrijding gelooft in de dag dat niemand meer hoeft te sterven aan kanker. Samen kunnen we deze dag dichterbij brengen. Kijk wat jij kunt doen op kwf.nl.
Samen komen we steeds dichterbij
Laat ons overleven. Doen je nieren hun werk niet, dan ga je dood. De Nierstichting legt zich hier niet bij neer en zet alles op alles zodat nierpatiënten als Fabian en Dirk in leven blijven en ook écht blijven leven. Uw steun is onmisbaar. SMS NIER naar 4333 of geef via nierstichting.nl. Met 1 SMS doneert u eenmalig € 2,- (exclusief telefoonkosten). www.nierstichting.nl/sms
22 | Zoom in
3 maart 2016
Getting a ‘higher’ education:
Smoking weed at TU/e Text | Angela Daley Photo | Bart van Overbeeke There are many things to appreciate about living in the Netherlands - picturesque views, biking in fresh air, and last but certainly not least, legalized (sort of) marijuana. For Sebastian* (22) from Germany (Department of Electrical Engineering) that unique aspect of Dutch life even played a role in his decision to study here: “I heard really good feedback about the university so I wanted to be here. But it’s maybe also 10% that I could smoke here.”
The background on getting baked
Accepted or Social Stigma?
Just to set the record straight marijuana isn’t actually 100% legal in the Netherlands. You can use it personally, coffee shops can sell small amounts of it, but growing fields of the stuff will get you in serious trouble. Since 1976, Dutch drug policy has distinguished between ‘hard’ and ‘soft’ drugs, with marijuana falling into the latter category. That means Dutch authorities have chosen to consider cannabis use to be gedoogd or tolerated and won’t prosecute anyone in possession of less than five grams of marijuana for personal use.
Although marijuana use is decriminalized in the Netherlands, that doesn’t translate to wide-spread social acceptance of the drug. All three students interviewed for this article asked to remain anonymous for the same reason - they fear that it’ll affect either their current jobs or their future professional lives. Sondh* (26) is from India and getting his master’s degree in the Department of Mechanical Engineering. He explains why he wants his identity to remain a secret: “I was talking to friends about getting a job and the subject of weed came into it. They said it is tolerated in Netherlands but as far as your professional life goes, it can be a concern. If the people in the company know about it, it might give a bad impression.”
However, things may be changing. In the past few years, the Dutch have reconsidered their relaxed stance on weed and there are proposals to reclassify cannabis with more than 15% THC (the substance that makes it intoxicating) as one of the ‘hard drugs’ that comes with stiff penalties. Mathijs de Croon works in the prevention department of Novadic-Kentron, a local addiction center, and says it’s a difference that foreign students should know about. “Since we made the distinction between hard and soft drugs, the amount of THC in Dutch cannabis has grown from an average 6% to about 17%. Our Dutch nederwiet is probably a lot stronger than what they might be used to from their home countries.”
However, despite the social stigma, all three students admire Dutch pragmatism and openness about marijuana use. Ella* (20) is an undergraduate in the Industrial Design Department and hails from Canada: “It’s a lot better giving people the right to choose. That’s really important. I think Dutch people are better at self-governance. In Canada, people will say ‘I don’t smoke weed because it’s illegal’. But here people have gone through a thought process. They might say ‘I don’t smoke because it’s bad for my body or I don’t
enjoy it’. I really appreciate that perspective.” Sebastian* from Germany agrees: “Dutch culture is a bit of a miracle for me. Everything is so transparent. Everyone is super friendly. But at the same time, everyone is doing his own stuff. Carnival was really interesting in that lots of people were high. During the day, you really saw that people were smoking. For me it’s really nice that people are so open about it. It’s a lot better because it’s something I did at home almost every day so it’s really nice that it’s legal. It makes it less stressful.” Mathijs de Croon explains why marijuana use, though tolerated, is still stigmatized in the Netherlands. “Probably about 85% of Dutch people drink alcohol but the number who smoke is a lot less maybe about 2 ½ million people. And because most people don’t, there’s still a social stigma about using it. We always tell students that, yes, it’s available here but a great majority of Dutch people don’t smoke weed.”
Use or abuse? Like with any drug, there’s a fine line between using and abusing. Another widely-held belief about marijuana is that it’s not addictive. Mathijs de Croon says that’s absolutely not true: “One in six of our patients have come to us for
cannabis use. Ten percent of users will develop an addiction. Like with alcohol, it depends on how young they began to use the substance.” Out of the three students interviewed, Ella* is the least regular user: “I only smoke recreationally. Like if I’m with my boyfriend and we don’t have anything to do, maybe we’ll smoke and watch a movie. But if I have school work to do, I’d do that first obviously. It’s funny because we’re a very dedicated house. We’re all kind of nerdy and we really focus on school but someone is almost always high.” Sondh* spends about 20-30 euro a week on marijuana but says that smoking is purely for fun. “The studies are stressful but it isn’t that much stress that you need to take weed to relax yourself. Once in a blue moon, I’ll think I’d like to smoke because I’m stressed but normally it’s just something I do for recreation.” He also likes that smoking marijuana has helped him settle into his new life in Eindhoven: “I have my Indian buddies that I smoke with but I also started going on solo walks at night. I’d go to a coffee shop and sit there and smoke. And through that I made a couple of friends and came to know the culture. It helped me a lot to socialize.” Sebastian* started smoking when he was 18 and admits that he’s addicted. “Sometimes you just
can’t handle everything that’s around you. When you’re a student my age, it’s sometimes really hard and marijuana is something that calms me down. I think about my course and doing everything perfect so that later I can get a good job. Those are some really big questions that I’m really stressed about. I think I smoke too much. I smoke three grams a week. That’s more than 100 euro a month. It’s really a lot when you think about it.” Sebastian* stresses that his cannabis use is something that’s confined to this period of his life and a habit he’ll leave behind when he leaves TU/e. “One of the key things that I’m smoking so much, that I’m stressed, is that I don’t have structure in my school. I don’t have a rhythm. I would really like to stop [after university]. Now is really the time to find your way, to find yourself. I think in the future when I have a job I can quit.” *Not their real names.
If you’d like more information or advice about marijuana use/abuse, you can make an appointment with a student psychologist at the STU-reception desk or by calling them at 040-2472221. Or call Novadic-Kentron at 040-2171200. They’re website is in Dutch but most counselors will be able to discuss your concerns in English.
See for news www.cursor.tue.nl/en
Zoom in | 23
Overal waar dagelijks in groten getale mensen komen, raken dingen kwijt. Zo ook aan de TU/e. Cursor speurt de hokken en portiersloges af waar deze kwijtgeraakte spullen terechtkomen. We zijn vooral benieuwd naar het verhaal achter deze eenzame kwijtgeraakte wezen, maar hey: we zijn de beroerdste niet. Als rechtmatige eigenaren hun eigendommen herkennen, zorgen wij ervoor dat je het terugkrijgt. Tips? Mail naar cursor@tue.nl
Waar gevonden: portiersloge Auditorium Wat is het: vragen wij ons ook af Waarom: Eerst antwoord op de vraag ‘wat is het?’. Het zou een prototype kunnen zijn van een ID-student die een spelletje heeft gemaakt voor moeilijk lerende kinderen of zo. Maar de eerste indruk die we hadden was een maquette van een Bouwkundestudent. En als dat zo is, is de waarom-vraag zo beantwoord. Waarom achtergelaten? Tja, sorry, omdat het best wel spuuglelijk is. Een groot vierkant laag gebouw met een transparant dak om de dialoog met de omgeving aan te gaan en natuurlijke elementen erin verwerkt als draagbalken om de dichotomie mens-natuur te benadrukken. Zoiets. Ik weet niet of je Vertigo wel eens binnenloopt, maar in de grote hal op vloer 1 vergaap ik me wel eens aan al die mooie maquettes. Je ruikt het bloed, zweet en tranen dat aan al het geconstrueer, gefrase, geplak, gezaag, gelijm en geniet is besteed. Zitten soms zulke juweeltjes tussen dat je je in het Diorama in de Efteling waant, en ja, dit monsterbouwsel hoort daar niet, fair is fair.
Dream and Dare
Zestig jaar bestaat de TU/e in 2016. Zestig jaar vol dagelijkse kleine en grote dromen en uitdagingen voor de mensen die er stude(e)r(d)en en werk(t)en. Cursor haakt graag aan op het ‘Dream & Dare’-lustrumthema van de universiteit met deze rubriek, waarin TU/e’ers zichzelf en elkaar uitdagen met prikkelende opdrachten.
Ichthus “I don’t make love. I study. Hard” Kijk, dat zijn de leukere verrassingen. Dat de Eindhovense studentenvereniging die tot doel heeft ‘haar leden te vormen tot mensen die Jezus navolgen in elk aspect van hun leven’ uitgerekend de kinky-classic-dare uit onze lijst pikt. Om preciezer te zijn: ‘Laat je creativiteit de vrije loop en visualiseer ‘60 Shades of Grey’ op het TU/e-terrein’. Daar zagen ze bij Ichthus de lol wel van in. Of, zoals bestuurslid Simone Wiskerke (what’s in a name) formuleert: “We willen laten zien dat wij als christelijke studentenvereniging best een beetje out of the box kunnen zijn. En het is natuurlijk pas echt een dare als je iets durft te doen wat niet direct in je straatje ligt”. Bovendien is grijs ook nog eens heel toevallig de lieve lingskleur van de vereniging, waarvan de 83 leden zich graag hullen in hun grijze verenigingsvesten.
“A gentleman in public. And a master in sciences” Alle reden dus voor de jonge christenen om hun tanden te zetten in een TU/e-versie van de veelbesproken bestseller uit 2012, waarin de seksuele relatie tussen de net afgestudeerde Anastasia Steele en jonge zakenman Christian - what’s in a name again - Grey centraal staat. Het resultaat is een drie minuten durend filmpje met Ichthusleden in verschillende campus-situaties, met op de achtergrond citaten uit ‘Fifty Shades of Grey’ als rode draad. Maar: “Uiteraard zouden we niet een christelijke studentenvereniging zijn als we er niet hier en daar aan gesleuteld zouden hebben”, aldus Wiskerke, in 2015 bij Fontys afgestudeerd als toegepast psycholoog. Het maken van de grijs getinte TU/e-remake vereiste wel wat research, bekent ze: “Onze kennis van de film of boeken was niet genoeg op peil om zomaar even wat quotes op te lepelen”. Een al te royale lezersschare zal Vijftig Tinten Grijsschrijfster E.L. James binnen Ichthus ook niet hebben, denkt Wiskerke, “aangezien het verhaal nogal ingaat tegen hoe tegen liefde en seks aangekeken wordt. Zelf heb ik niet echt
Hello... world?
Comic | Elles Raaijmakers Inkleuren | Minke Nijenhuis
de behoefte gehad om de film te kijken of de boeken te lezen, anderen zijn wel geïnteresseerd in de hype en kijken de film wél - dat verschilt dus per persoon”. Thema’s als erotiek en seks liggen overigens zeker niet per se gevoelig binnen Ichthus, benadrukt Wiskerke: “Als je je leven als christen wilt inrichten, zijn juist dit onderwerpen die je in je dagelijks leven tegenkomt. En dat is moeilijk, maar daar hebben we het wél over”. Voor haar is het onderwerp in elk geval prima bespreekbaar. Lachend: “Het is bijna altijd het eerste waar mensen me naar vragen.” Ichthus daagt studentenroeivereniging Thêta uit tot het vervullen van de vólgende dare in deze reeks. Allez Thêta! Bekijk het filmpje op https://youtu.be/UaS5G5-qC6k.