
3 minute read
Toon was drugsverslaafd
Tekst: Thomas Detombe – Illustratie: Eva De Block (Eve Design)
Advertisement
Toon (28) groeide op in de Kempen. Hij werkt als technicus bij een truckbedrijf.
Na het werk kan hij zijn energie kwijt in lopen en cross-fit. Toon is trots op zijn
twee neefjes en koestert een passie voor muziek. Niets wijst op de strijd die hij
leverde met drugs tussen zijn 13de en 24de. “Vandaag voel ik me goed.
Maar voor hetzelfde geld was ik dood.”
Joints aan de visput
“Op mijn dertiende was ik een onzekere jongen die moeilijk nee durfde te zeggen. Aan de visput in Dessel ontmoette ik enkele foute vrienden die me wiet aanboden. Zo kwam ik in aanraking met drugs. Van die eerste joint herinner ik me weinig. Toch moet het mij hebben opgepept, want ik bleef gebruiken. Na de jointjes, volgde xtc, vloeibaar en in pilvorm. We gebruikten voor de schoolpoort. Drugs gaven me zelfvertrouwen, ze hielpen me om stoer te zijn. Dat was plezant, ik was cool en werd gezien.”
Rond zijn vijftiende veranderde Toon van school, wat een nieuwe start leek in te luiden. Nieuwe mensen, nieuwe vrienden. Toch bleek ook die omgeving niet vrij van schadelijke invloeden. “Na een tijdje stelde ik vast dat mijn nieuwe vrienden óók drugs gebruikten”, vertelt Toon. “Ik kwam opnieuw in de foute groep terecht, en herviel. Op een dag bleek mijn dealer geen wiet meer bij zich te hebben. Ik heb toen voor de eerste maal speed gekocht. Vanaf dan liep het fout. Speed gaf me een enorme boost, een wereld ging open. Ik was instant verslaafd.”
Slijpschijf
“Op een bepaald punt, ik had toen meerdere dagen niet geslapen, begon ik stemmen te horen. Ik kreeg last van paranoia en maakte mijn eerste psychose door. Eén stem dreigde dat ik non-stop een slijpschijf zou horen tot ik zelfmoord pleegde. Het joeg me de stuipen op het lijf. Ik wilde niet dood. Ik wilde leven! In overleg met een psychiater besliste ik om me te laten opnemen. Alles om die stemmen te laten verdwijnen, ze maakten me gek.”
Toon verbleef uiteindelijk meer dan vijf jaar in de psychiatrie. Hij kickte af en volgde een behandeltraject rond psychose. Een positief keerpunt bereikte hij naar eigen zeggen kort na twee dagen afzondering. “Ik ging mezelf iets aandoen. Uit voorzorg moest ik in de isolatiecel. Toen ik daar uit kwam, sprak ik een psycholoog aan. Alle pijn van de voorbije jaren vond plots een weg naar buiten. Vanaf dat moment kon ik open over mijn gevoelens en angsten spreken. Die gesprekken hebben me gered. Zonder hulp van de psycholoog was ik er vandaag niet meer.”
Geef je over
Mijn boodschap aan andere mensen die worstelen met een verslaving is: geef je over aan hulp! Alles wat de hulpverlening me aanbood heb ik uitgeprobeerd. Soms werkte het, soms niet. Het belangrijkste is dat je blijft proberen en open durft te spreken over je kwetsbaarheid. Het heeft mij geholpen om opnieuw hoopvol en nuchter in het leven te staan.”
Nooit meer nuchter
“Aanvankelijk hielp speed me te concentreren op school, maar de negatieve aspecten namen al snel de bovenhand. Ik bleef soms dagenlang na elkaar wakker. Het was alsof er geen grenzen meer waren. In die tijd had ik een vriendin. Ik zag haar graag, en zij mij. Ze verhinderde een tijdlang dat het van kwaad naar erger ging. Zo beloofde ik haar om op zondag geen drugs te gebruiken. Zondag was immers onze vaste dag samen. Toen ik die belofte brak, beëindigde ze de relatie. Daar was ik echt kapot van, ik was kwaad op mezelf. Het duurde niet lang voor ik nog meer begon te gebruiken. Drugs milderden het verdriet. De beslissing om nooit meer nuchter te zijn, was eigenlijk een vluchtpoging. Ik wilde weg uit de sombere realiteit.”