Lubach IV einde

Page 1

In deze ijzingwekkende thriller gaat Elsa op zoek naar de moordenaar van haar vader. Ze komt tot de ontdekking dat hij op het spoor was van de ontrafeling van een groot staatsgeheim. Als blijkt dat Elsa zelf wordt verdacht van de moord, volgt er een bloedstollende achtervolging van 24 uur door Amsterdam, via de duinen bij Heemskerk naar Zuid-Frankrijk. Wie heeft haar erin geluisd? Wat hebben de geschriften van Cicero ermee te maken? En wie is toch de mysterieuze Vier? Speciaal voor deze midprice-editie schreef Arjen Lubach een epiloog met een nieuwe, verrassende ontknoping. Arjen Lubach, bekend van onder andere zijn geprezen roman Magnus, schreef met IV zijn thrillerdebuut. De pers was unaniem lovend. IV werd genomineerd voor De Gouden Strop en bekroond met de Crimezone Debuutprijs.

‘Een spannend boek in een pakkende schrijfstijl, een pageturner, waarbij je continu benieuwd blijft naar de volgende pagina.’ Jury De Gouden Strop 2013 ‘100% plotgedreven thriller in de traditie van Dan Brown.’ Crimezone

ARJEN LUBACH IV

winnaar crimezone debuutprijs 2013

ARJEN LUBACH

IV

‘Een boek waarvoor de dvd-speler gerust een paar avonden uit kan blijven.’  NRC Handelsblad thriller | podium


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 1

‘De “Tomas Rossiaanse” plot is ingenieus.’ De Telegraaf ‘Goed boek, knap in elkaar gezet, spannend, fraai slot.’ Maarten van Rossem ‘Een 100% plotgedreven thriller in de traditie van Dan Brown. Lubach betreedt met IV het faction-territorium dat in Nederland lange tijd alleen door Tomas Ross werd bezet. Uiterst boeiende pageturner.’ **** Crimezone ‘Soepele stijl en een sterk plot.’ BOEK ‘Als je eenmaal begint, wil je door! Doe mij nog maar zo’n boek.’ Ricky Koole ‘Voor dit boek kan de dvd-speler gerust een paar avonden uit blijven.’ **** NRC Handelsblad ‘In één ruk uitgelezen! Heerlijk vakantieboek.’ Klaas van Eerden ‘IV is een boek waarvoor het woord pageturner uitgevonden zou kunnen zijn. Lubach weet de lezer van pagina 1 tot en met 314 te boeien met zijn schrijfkunsten en briljante, loeispannende plot dat onverwachtse wendingen maakt. Steeds als je het boek door hebt, komen er meer saillante details bij. Een must-have dus!’ Deadline.nl ‘Meeslepende thriller.’ AD ‘Drie uur, en uit had ik het!’ Matthijs van Nieuwkerk


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 2

‘Onwijs fijn boek. Ludlum, Clancy, eat your heart out. IV maal hoera.’ Diederik Jekel ‘IV is een grappig boek. Het bevat alle ingrediënten van de geslaagde thriller: actie, een vlotte stijl, daders met duistere motieven.’ Trouw ‘De Nederlandse De Da Vinci Code. Steengoeie thriller.’ Liesbeth Staats ‘Een heuse thriller die je echt in één keer wilt uitlezen.’ Marie Claire ‘Verrassend actueel. Dit zijn van die boeken waardoor je plezier in lezen behoudt.’ Leeuwarder Courant ‘Briljante speurdersroman.’ deleesfabriek.nl ‘Megaspannend boek. Bloedstollende thriller.’ Dagblad de Limburger


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Arjen Lubach

IV

Uitgeverij Podium Amsterdam

Pagina 3


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 293

18:00 uur M a i s o n Ta c i t u r n e L e M u y, P r o v e n c e

Van Eck filmt het huis van binnen. Dan richt hij de kleine HD-camera op Elsa. ‘Dit is Elsa Ruys. Op een memorabel moment in haar leven.’ ‘Laat me even nadenken,’ zegt Elsa, terwijl ze haar best doet om uit beeld te blijven. ‘En het zou fijn zijn als jullie een beetje meedachten.’ Van Eck stopt de camera in zijn broekzak en kijkt nerveus op de klok. Hij loopt naar de keuken en voegt zich dan bij Elsa en Robin die samen overleggen. Joost zit in de woonkamer op de bank met Lars. Elsa heeft hem in een paar zinnen uit proberen te leggen wat er aan de hand is. Toen hij er nog steeds niets van begreep heeft ze hem gevraagd of hij haar kan vertrouwen en of ze alles later uit mag leggen. ‘Goed. De Nieuwe Aarde ligt onder de zwijger,’ zegt Elsa in de keuken. ‘Dit huis is de zwijger, dus dan ligt het lichaam in de kelder. Maar daar ben ik net geweest: er liggen alleen ondrinkbare flessen wijn te verstoffen.’ ‘Het lichaam,’ zegt Robin. ‘Dat klinkt alsof Marcus een volledig gebalsemd lijk heeft meegesleept naar Zuid-Frankrijk.’ ‘Hij was misschien bejaard,’ zegt Van Eck, ‘maar niet gek.’ Ze kijken rond in de ruimte. ‘Misschien onder, als in: beneden, in het dal?’ gaat Robin verder. ‘Of in een schuur of zo?’ ‘Er staat een huisje beneden bij het zwembad,’ zegt Elsa. ‘Daar kijken?’ Ze opent de terrasdeuren. Van Eck en Robin volgen haar over het smalle stenen pad naar beneden, naar het huisje bij het zwembad. Daar vinden ze niets bijzonders, alleen wat schepnetten en leeggelopen strandballen. Het zwembad ziet er aanlokkelijk uit. Elsa zou erin wil293


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 294

len springen en daarna in slaap willen vallen op de bank. ‘Ook niet, hè?’ zegt Robin. ‘Nee,’ zegt Elsa. ‘Shit. We moeten iets over het hoofd zien. Een aanwijzing, mijn vader kennende. De delta. Of liever nog een omega, dan weten we dat we er zijn.’ Ze werpen nog een laatste blik op de muren van het huisje bij het zwembad, maar vinden niets wat op een teken zou kunnen lijken. Dan lopen ze weer naar boven. ‘Waar zijn jullie in vredesnaam naar op zoek?’ vraagt Joost als ze het huis weer binnenkomen. ‘Ik wil je best vertrouwen, maar als je iets zoekt kan ik misschien helpen?’ ‘Een letter, denk ik,’ zucht Elsa. ‘Heb jij een Griekse letter gezien? Een delta, een omega?’ Joost denkt lang na. Lars maakt vrolijke geluiden. Dan lijkt Joost zich iets te realiseren. ‘Gewoon ergens in huis? Een letter?’ ‘Ja?’ ‘Ik heb wel een omega gezien,’ zegt hij. Van Eck, Robin en Elsa kijken hem verwachtingsvol aan. Joost staat op en zet Lars in het reisbedje dat in de hoek van de kamer staat. ‘Gevoeld zelfs,’ zegt hij en hij wrijft over zijn voet. Hij gaat de anderen voor naar de keuken. Dan wijst hij op een van de grote tegels op de vloer. De tegel waar de ring aan vastzit. De ring waar hij de dag ervoor zo hard zijn teen tegen heeft gestoten. ‘Mijn teen is er nog blauw van,’ zegt hij. Elsa bekijkt de ring in de vloer. Misschien was het ding ooit bedoeld om een koe aan vast te maken, maar nu is het een loos ornament: een ring in de vorm van een omega.

V De randen van de tegel zien er anders uit dan die van de andere tegels. Een smalle kier om de tegel wijst erop dat de voegen niet sluiten en het lijkt erop dat deze tegel niet lang geleden is opgetild. Elsa kijkt naar Joost. Ze geeft hem een kus. 294


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 295

‘Ja!’ zegt ze. ‘Je bent een held.’ Van Eck filmt alles, Robin staat al aan de ring in de tegel te trekken, maar er lijkt geen beweging in te komen. Pas dan herinnert Elsa zich de kist met gereedschap die hier in de gang had gestaan toen ze vorige week waren aangekomen. Ze had al die tijd gedacht dat die van Pierre was, die op het huis let als ze er niet zijn, maar nu realiseert ze zich dat die van haar vader moet zijn geweest, die hier een paar weken geleden in zijn eentje naartoe is gereden en met zijn bejaarde lijf deze gigantische tegel had gelicht. Elsa loopt naar de gang en opent de deur van een kast waar ze de kist heeft neergezet. Daar ziet ze welk gereedschap erin zit. Ze lacht omdat ze zich nu pas realiseert wat een merkwaardige verzameling voorwerpen het eigenlijk is: een krik, een metalen stang en wat schroevendraaiers. Alles voor het oprapen in een houten kist, klaargezet door haar vader, maar door haar en Joost volledig genegeerd. Als ze terug de keuken in komt lopen met de kist, heeft Van Eck de laptop klaargezet en drukt op een paar knoppen. ‘Nou, laten we hem maar liften,’ zegt Elsa. ‘Het zal mij benieuwen.’ ‘Momentje,’ zegt Van Eck. Hij kijkt naar de computer. Elsa heeft geen zin om te wachten. Ze is blij dat het allemaal bijna achter de rug is. Met de brief, de steen en wat er hier onder de vloer ligt in handen durft ze zich wel over te geven aan de politie. Het zal nog een heel gedoe worden, maar het vluchten is dan voorbij. Ze kan niet meer wachten. Ze duwt de ijzeren staaf door de ring en plaatst hem op de krik aan de andere kant. Dan draait ze aan de slinger die bij de krik hoort, waardoor de tegel langzaam omhoog komt. Als er twintig centimeter speling is, kijkt ze of er al wat te zien is. In een kleine, uitgegraven ruimte, niet veel groter dan een sigarenkistje, ziet ze een kleine kartonnen doos liggen, met plastic eromheen. ‘Let op dat-ie er niet af valt,’ zegt ze tegen Robin en ze tast met haar hand onder de tegel. Dan trekt ze het doosje tevoorschijn. Op het doosje is een briefje geplakt. Elsa leest het voor, door het doorzichtige plastic heen.

295


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 296

V Aan de vinder. MR Elsa haalt het plastic eraf en opent het doosje. Een muesliverpakking, ziet ze nu. Het lichaam, de ontknoping van de laatste speurtocht van haar vader ooit, zit in een mueslidoos. Als ze het doosje heeft geopend ziet ze vier plastic zakjes. Alle lucht is eruit gezogen en de zakjes zijn geseald. In het plastic vacuüm zitten goed zichtbaar een viertal reageerbuisjes. In de afgesloten buisjes zit een vloeistof, sterk water, denkt ze, formaline, en daarin drijft iets wat nog het meest lijkt op houtskool. Iets bruiner. Het zijn kleine hapjes verdorde huid. In een ander zitten ook wat haren. ‘Gadverdamme,’ zegt Robin. Ook Elsa trekt een vies gezicht. Ze wil wat zeggen, maar dan klinkt een vrolijke, snel pratende stem door de keuken. Een vervormde stem uit een luidsprekertje. ‘…bezig met baanbrekend onderzoek – zelfs in de zomer – zoals het een echte professor betaamt, onze eigen Maarten van Eck belt live in met Skype vanuit Zuid-Frankrijk. We zien hem op het scherm… Jongens?’ Hij wacht even. ‘Ja! Daar heb je hem. Maarten, goedenavond.’ Maarten van Eck zwaait naar de laptop. ‘Goedenavond, Michiel,’ zegt hij. ‘Grote commotie hier op de redactie en in de studio,’ zegt Michiel. ‘Een Van Gogh. Een onontdekt meesterwerk van de grootste kunstenaar uit de negentiende eeuw. Hoe komt onze Maarten van Eck eraan en hoe ziet het schilderij eruit, nou daar ben je. Goed, hou ons niet langer in spanning. Wat zien we hier? Waar hang je uit?’ Van Eck draait zich naar de computer en begint te praten. Elsa en Robin kijken verbaasd naar Van Eck. Dat was dus waar hij mee bezig was. Niet alleen een reportage, een item, opnames van het zogenaamde onderzoek, maar live op de zender de onthulling van de omega, vermomd als een Van Gogh. Allebei kijken ze onwennig naar hoe Van Eck zijn tv-stem opzet en hoe hij zijn minicollege begint. ‘Michiel, ik moet je eerlijk zeggen: er is geen Van Gogh. Er is iets veel groters aan de hand. Ik moet je aan iemand voorstellen. Dit is Elsa Ruys, dochter van wijlen wetenschapper Marcus Ruys.’ Elsa kijkt van een afstandje naar het scherm. Ze twijfelt of ze nu 296


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 297

moet zwaaien of iets moet zeggen, maar dan gaat Van Eck alweer door met praten. ‘Sinds Marcus Ruys enkele maanden geleden een document ontdekte dat mogelijk het huidige Nederland – zoals we dat nu kennen – zou kunnen laten kantelen, is er een klopjacht op hem geopend. Een klopjacht die hij zelfs met de dood heeft moeten bekopen. Nu hij niet meer leeft, maar de waardevolle informatie via een ingenieuze speurtocht heeft achtergelaten aan zijn dochter, onze Elsa hier, heeft de manhunt zich verplaatst naar haar. Een groepje mannen van wie ik vermoed dat ze behoren tot een soort supergeheime dienst probeert nu de waarheid koste wat kost te verdoezelen.’ Ze horen Michiel via de computer. ‘Maarten, we zien je wel praten, maar we kunnen je niet horen. Hartstikke spannend natuurlijk, maar is daar iets aan te doen, jongens?’ Michiel kijkt langs de camera naar de technici in de studio. ‘Wacht even,’ zegt Van Eck. ‘Ben ik nu te horen? Vanaf wanneer heb je me niet verstaan?’ ‘Nee, dit wordt niks,’ zegt Michiel. ‘We gaan het later in de uitzending nog een keer proberen, maar voor nu gaan we door met het volgende onderwerp. De Tweede Kamer heeft maandag…’ ‘Hallo?’ vraagt Van Eck nog. De Skypeverbinding wordt verbroken. Van Eck loopt naar de laptop en probeert terug te bellen, maar op dat moment horen ze buiten het geluid van een auto. Elsa schrikt op. ‘We hebben bezoek,’ zegt Robin. Ze horen voetstappen op het grind voor het huis en voor ze het weten zwaait de lage voordeur open. Elsa’s hart slaat over. Eerst komt er een jongere man binnen, in zwart pak. Ze herkent de man onmiddellijk als de chauffeur die haar op Schiphol heeft opgehaald. Meteen daarna volgt Jacob. Veen, zoals hij zich eerder aan Elsa had voorgesteld. Beiden dragen ze wapens, kleine zwarte revolvers. Ze zeggen niets, maar gaan aan weerszijden van de deur staan. Dan komt Vier binnen. Hij draagt zijn hoed, zijn zonnebril. Langzaam stapt hij de ruimte in. Eerst zet hij zijn hoed af. Dan zijn zonnebril. Hij kijkt geduldig om zich heen. 297


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 298

Elsa schrikt als ze ziet wie het is. Robin slaakt een gil. In het vakantiehuisje in Zuid-Frankrijk staat de kroonprins van Nederland. De zoon van de koningin. Degene die ze jarenlang hebben zien koekhappen op Koninginnedag, de Dam hebben zien oversteken naar het oorlogsmonument of tijdens fotoshoots op een fiets hebben zien zitten met zijn dochtertjes. Die man staat hier nu in de keuken van Maison Taciturne. ‘Goedenavond allemaal,’ zegt hij. ‘Goedenavond, Elsa. Het wordt hoog tijd dat wij eens met elkaar praten.’

298


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 299

18:30 uur M a i s o n Ta c i t u r n e L e M u y, P r o v e n c e

John Hart is volkomen kapot als hij de laatste heuvel op rijdt. Laat het in godsnaam zin hebben, verzucht hij. Laat het niet allemaal voor niets geweest zijn. Hij zweet, ondanks de airco die non-stop in zijn gezicht blaast. Om zichzelf wakker te houden heeft hij zoveel Red Bull gedronken dat hij zijn hart voelt bonken. Zijn telefoon gaat. Hij kijkt op het schermpje. Mirjam Levi. De woede is terug. De afgelopen vijftien uur was Mirjam Levi in zijn beleving de belichaming van al het kwaad geworden. Wat er was gebeurd had zijn vertrouwen in collega’s – in mensen op zich – geschaad. Mirjam Levi was de laatste die hem nu zou moeten bellen. Waar haalt ze het lef vandaan? Hart laat de telefoon overgaan tot hij stopt. Dan, na een halve minuut, gaat de telefoon nog een keer. Dezelfde naam licht op. Hij twijfelt. Hij voelt zich vies, moe en belazerd. Misschien moet hij maar gewoon opnemen. Hij heeft niets te verliezen. Hart wacht nog een paar seconden en neemt dan op. ‘Ja,’ zegt hij. ‘John?’ ‘Ja?’ ‘Kun jij dat uitleggen?’ ‘Wat?’ ‘Waarom die dochter en Van Eck en dat andere meisje live op televisie te zien zijn?’ Hart slikt. Hij haalt een wielrenner in die net als hij aan de klim naar boven is begonnen. ‘Wat zeg je nou?’ 299


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 300

‘Ze waren live te zien. Bij Michiel in de uitzending. Het geluid was slecht, maar ze waren op televisie net. Heb jij daar iets mee te maken?’ ‘Ik weet van niets,’ zegt hij. ‘Ik ben in het buitenland.’ Alsof hij na zijn schorsing doodleuk een vlucht naar Portugal had geboekt. Zo klinkt het. ‘Ik ben in het buitenland.’ ‘Nog geen vijf minuten geleden. Die Van Eck begon te vertellen. Over een ontdekking die Nederland kan veranderen. Meteen daarna viel de audio weg. Ze zijn nu aan het kijken of ze de verbinding kunnen herstellen.’ ‘Dus wacht even, dat weet je zeker: zitten ze ergens in een studio?’ Hart baalt. Hij is naar Zuid-Frankrijk gereden, terwijl de hoofdrolspelers in Nederland op tv zijn. Wat doet hij hier? ‘Nee,’ zegt ze. ‘Dat zeg ik: de verbinding viel weg. Ze zijn niet in de studio, ze zijn ergens anders. In een huis, een oude boerderij lijkt het. In het buitenland, denk ik.’ Hart draait de laatste bocht in. Bijna gelijktijdig met de woorden van Mirjam ziet hij het huis waar ze het over heeft. ‘Ik snap er niets van,’ zegt Hart. Zijn stem klinkt zacht, onzeker. ‘John. Doe je voorzichtig?’ Waarom zegt ze dit, denkt Hart. Wat is dit voor medelijden? Nadat ze hem kapot had gemaakt, nadat hij alles wat hij ooit over haar had gedacht had moeten herzien. Zou ze er dan niets aan kunnen doen? Is Mirjam ook een slachtoffer? ‘Ja,’ stamelt Hart. ‘Dat doe ik.’ ‘Ik mag je natuurlijk eigenlijk niet bellen,’ zegt Mirjam. ‘Maar, nou ja. Ik had zo het idee dat jij misschien meer wist.’ Het navigatiesysteem geeft aan dat Hart zijn bestemming bereikt heeft. Naast het zandkleurige huis dat onder een paar olijfbomen verscholen ligt, staat de zwarte Mercedes die hij een dag heeft gevolgd. De Mercedes met het Nederlandse kenteken. ‘Ik heb geen idee,’ zegt Hart. ‘Ik zit in een hotel aan het strand. Portugal.’ ‘Oké,’ zegt Mirjam. ‘Het spijt me.’ ‘Wat spijt je?’ ‘Nou ja… van ons. Ik weet niet wat ik erover kan zeggen.’ 300


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 301

‘Zeg maar niets dan,’ zegt Hart. ‘Ik moet ophangen.’ Hart drukt de verbinding weg en parkeert zijn auto honderd meter van het huis. Dan opent en sluit hij het portier zo zacht als hij kan en loopt op de voordeur af.

301


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 302

18:40 uur M a i s o n Ta c i t u r n e L e M u y, P r o v e n c e

‘Er is geloof ik het een en ander misgegaan,’ zegt Vier kalm. ‘Het spijt me van jouw vader. Echt. Je hield vast veel van hem.’ Elsa’s lip trilt. Ze staat naast Joost. Hij heeft Lars op de arm. Zijn vrije hand heeft hij op haar schouder gelegd. De plastic zakjes met de reageerbuisjes legt Elsa zo onopvallend mogelijk op het aanrecht. ‘Ik herken dat,’ zegt Vier. ‘Ik had dat met mijn grootvader. Het idee dat je elkaar echt begrijpt, zonder veel woorden te gebruiken. Zo was het toch?’ Elsa reageert nog steeds niet. ‘Nou goed,’ gaat Vier door. ‘Waar we voor komen. Het lijkt erop dat het idee is ontstaan dat deze charmante gymnasium-4-speurtocht merkwaardig genoeg gevolgen kan hebben voor... ja, voor wat eigenlijk? Voor iets wat al jaren zo is. Laat ik het zo zeggen.’ ‘Voor de orde,’ zegt Jacob. ‘Voor de orde,’ herhaalt Vier. ‘Dat is mooi gezegd, Jacob. De orde, Elsa. Daar moet je toch respect voor kunnen opbrengen. Wat studeer je ook alweer? Natuurkunde?’ ‘Ze promoveert,’ zegt Robin. ‘Dat is iets anders dan studeren. En het is wiskunde.’ ‘Kijk eens aan,’ zegt Vier, afgeleid. Hij draait zich naar Robin. ‘En wie ben jij?’ ‘Robin,’ zegt Robin. ‘En jij?’ Vier lacht ongemakkelijk. ‘Elsa,’ zegt hij. ‘Vertel eens, hoe kwam je vader aan die brief?’ Elsa twijfelt. Ze voelt niet de geringste behoefte om ook maar iets te zeggen, maar het is duidelijk dat ze niet in de positie is om dat zelf te bepalen. De keuken van het huis staat vol met mensen die hier niet 302


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 303

horen. Lars hoort hier, Joost hoort hier, zij hoort hier. De anderen zijn indringers, in haar huis, in haar leven. ‘Die kreeg hij via mij,’ zegt Robin. ‘Bedreig mij maar. Ik heb de brief gevonden. Het is allemaal mijn schuld. Laat Elsa erbuiten.’ Elsa fronst en kijkt naar Robin. Ze probeert haar zonder woorden duidelijk te maken dat ze haar mond moet houden. Vier zet een stap in de richting van Robin. Hij zweet en haakt met een vinger achter zijn boord. ‘Ah!’ zegt hij als hij voor Robin staat. ‘Kijk, nu wordt het helderder. Dus jij hebt die brief aan Ruys gegeven?’ Robin antwoordt niet meer. Ze kijkt van Vier naar Elsa. ‘Het was te verwachten,’ zegt Vier. ‘We wisten dat er vroeg of laat weer iemand op een verklaring van Thorbecke zou stuiten. Dat het dit keer zo ingewikkeld zou zijn om hem in handen te krijgen wisten we niet. Dit is de eerste in deze nieuwe eeuw.’ Hij kijkt alsof ze blij zouden moeten zijn. ‘Gefeliciteerd, jongens!’ ‘Hoeveel brieven zijn er?’ vraagt Van Eck vanuit de hoek van de keuken. Hij heeft zijn armen over elkaar. ‘O ja,’ zegt Vier. ‘Meneer Van Eck. Die is er ook nog. Ik ken u van televisie. Nooit ontmoet toch? Vreemd eigenlijk. U weet oneindig veel meer van mijn familie dan ik van de uwe. Misschien weet u wel meer dan ik zelf weet?’ ‘Hoeveel?’ vraagt Van Eck. ‘Hoeveel brieven? Jacob? Op hoeveel brieven zitten we nu?’ Jacob lijkt zich niet geroepen te voelen om die vertrouwelijke informatie te delen. De prins lacht. ‘Ach kom op, Jacob. Deze mensen weten alles al.’ ‘Vijf,’ zegt Jacob. ‘Oké. Nou. Vijf dus. Wat een heisa, hè? Om een paar van die oude brieven?’ Niemand reageert. Elsa kijkt naar Vier. Zijn glimlach smelt langzaam van zijn gezicht. Hij lijkt zijn geduld te verliezen. ‘Misschien tijd om eens te kijken wat er allemaal naar boven gepuzzeld is de laatste dagen. Waar is die brief nu? Het is goed dat jullie erachteraan zijn gegaan. Ik ben jullie dankbaar, maar nu is het de hoog303


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 304

ste tijd om alles aan ons over te dragen. Dan kunnen we allemaal door met de zomer. Prachtig uitzicht hier trouwens. Daar hoef je dus niet helemaal voor naar Mozambique.’ Niemand doet iets. Niemand zegt iets. Vier houdt nog altijd de schijn van vriendelijkheid op, maar het zweet op zijn voorhoofd verraadt zijn zenuwen. Elsa zou in huilen uit willen barsten. Ze zou willen dat haar vader hier was. Die had het opgelost, dat weet ze zeker. Hij had iets gezegd waardoor alles weer anders werd. Hij had haar kunnen beschermen. ‘Niemand?’ zegt Vier. Daarna wendt hij zich tot Jacob. Hij knikt. Jacob en de chauffeur heffen hun gestrekte arm met wapen en al en brengen hun vinger naar de trekker. Jacob richt op Elsa. De chauffeur richt zijn wapen op Van Eck. Elsa gilt. Ze kan zich niet herinneren dat haar hart ooit zo snel heeft geslagen. In haar ooghoek ziet ze Joost en Lars. Joost staat als aan de grond genageld. Lars is heel stil. Hij kijkt met grote ogen de keuken rond. ‘Is dat het?’ vraagt Jacob. Hij wijst op de vacuüm getrokken plastic zakjes met reageerbuisjes op het aanrecht. Robin staat het dichtstbij. Ze pakt de zakjes en drukt ze tegen haar buik. ‘Jullie krijgen ze nooit,’ zegt Robin. ‘Robin, niet doen,’ zegt Elsa. Zowel de chauffeur als Jacob richt nu zijn wapen alleen op Robin. Jacob steekt zijn hand uit, ten teken dat Robin de zakjes aan hem moet geven. Elsa formuleert tien zinnen in haar hoofd die ze geen van alle uit durft te spreken. ‘Nee,’ zegt Robin. Ze schudt haar hoofd. Maarten van Eck kijkt toe vanuit de hoek van de keuken. Nu hij niet langer onder schot wordt gehouden vist hij het pistool van Kahn uit zijn jasje en richt het op Jacob. ‘Blijf staan,’ zegt Van Eck. ‘Laat haar met rust.’ Elsa schrikt. Van het pistool van Kahn, van de herinnering aan gisteren. Vier doet een stap naar voren, richting Van Eck. Nu staat hij in het midden. 304


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 305

‘Nou,’ zegt hij. ‘Kijk eens aan. Nóg een pistool. Dat had ik niet achter jullie gezocht, een bewapende strijd aangaan. Aan de andere kant: is dat het wapen waar je die bankdirectrice mee hebt neergeschoten, Elsa?’ ‘Dat deed ze zelf,’ zegt Elsa. Ze begint te huilen. Het is niet meer tegen te houden. Ze voelt de tranen over haar wangen stromen. ‘Dat heb ik niet gedaan, dat deed ze zelf.’ ‘Hoe dan ook,’ zegt Vier. ‘Daar staan we dan. Het lijkt verdorie wel een western, zeg. Misschien dat de wiskundige hier even wil tellen hoeveel wapens wij hebben en hoeveel jullie?’ Hij kijkt Elsa aan. Elsa zwijgt. Ze veegt de tranen uit haar ogen. ‘Ik vroeg je iets,’ zegt hij. ‘Zou je me willen helpen tellen? Misschien maakt dat de boel wat overzichtelijker.’ ‘Jullie twee, wij één,’ zegt ze met tegenzin. ‘Heel goed. Twee tegen één,’ zegt Vier. Dan klinkt er nog een stem in de ruimte. Een nieuw geluid dat alle aanwezigen naar de deur doet kijken. ‘Plus één,’ zegt de stem. Elsa herkent zijn stem en postuur van gisteren. In de deuropening staat een man, met nog een pistool. Het is John Hart. Jacob richt zijn pistool nu niet meer op Robin, maar draait naar de deur, in de richting van het geluid van Hart. ‘Nu is het twee tegen twee,’ zegt Elsa zacht. ‘Mocht je het overzicht nog willen.’ Ook Vier kijkt om. Hij lijkt geërgerd, gestoord in zijn plan. ‘Wie is dat?’ vraagt hij aan Jacob. ‘Die rechercheur uit Amsterdam,’ zegt die. ‘Hoort die bij ons?’ ‘Nee, meneer.’ Hart loopt in de richting van Vier. Hij slaat nu twee handen om zijn dienstwapen en richt het op de kroonprins. Hij heeft er zichtbaar moeite mee. ‘Sinds wanneer is de Nederlandse politie bevoegd om in Frankrijk met wapens rond te lopen?’ vraagt Vier verbaasd. ‘Sinds wanneer is het Nederlands koningshuis bevoegd om de wet te overtreden?’ antwoordt Hart. 305


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 306

Vier geeft geen antwoord. Hij kijkt alle aanwezigen één voor één aan. Lijkt na te denken over een nieuw plan. ‘Wapens neer,’ zegt Hart. ‘Allemaal wapens neer. We moeten hier als beschaafde mensen uit zien te komen.’ Geen van de aanwezigen doet wat Hart zegt. Alleen Van Eck doet een poging, maar als hij ziet dat de anderen niets doen, richt hij het pistool van Kahn weer op Jacob. ‘Wapens neer, zeg ik,’ herhaalt Hart. Hij wisselt tussen Jacob en de chauffeur. Beiden reageren niet. Vier loopt naar de chauffeur, pakt zijn pistool af en schiet in het plafond. De knal laat Lars schrikken. Hij zet het op een brullen. ‘Afgelopen!’ roept hij. ‘Al die onzin! Afgelopen nu! Jullie hebben geen flauw benul van waar je je mee inlaat. Het is van de zotte dat ik dit zelf moet doen, maar nu is het afgelopen.’ Robin staat als bevroren met de plastic zakjes in haar handen. Ook Elsa lijkt versteend. Ze kan niet geloven dat er net een schot is gelost. Vier kijkt alsof hij het zelf niet helemaal begrijpt. Hij ziet eruit als een kind. Een kind dat zijn zin niet krijgt. Van Eck schuifelt steeds een stukje naar achteren, tot hij vlak naast de laptop staat. Hij houdt nog altijd het pistool van Kahn vast, maar beweegt ondertussen naar de computer op het aanrecht. Hij drukt op een aantal knopjes. De laptop laat het geluid horen dat klinkt als je iemand op Skype probeert te bellen. ‘Wat is dat?’ vraagt Vier verschrikt. ‘Blijf van die laptop af.’ De verbinding lijkt even tot stand te komen. Er klinkt een technicus aan de andere kant. ‘Maarten?’ vraagt een stem. ‘Ik hoor je nu weer. Maar nu zie ik niks.’ ‘Verbind me door met de studio,’ zegt Maarten. ‘Blijf daar van af,’ roept Vier. ‘Dat kan nu niet,’ zegt de stem uit de laptop, ‘we zitten midden in een gesprek met het boekenpanel. Blijf aan de lijn. Ik laat de regie weten dat je er weer bent.’ ‘Ik schiet als je nu niet die verbinding verbreekt,’ zegt Vier en hij richt zijn pistool op Van Eck. Langzaam komt hij dichterbij. Als hij een meter van hem verwijderd is, neemt Hart weer het woord. 306


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 307

‘Ik schiet als u nu niet blijft staan,’ zegt de rechercheur. ‘Ik meen het.’ Elsa bijt op haar lip. Vier reageert niet op de woorden van Hart. Hij kijkt alleen van Van Eck naar Jacob, naar Robin met de buisjes in haar hand. ‘Laat het wapen vallen,’ herhaalt Hart. ‘Nu.’ Vier luistert niet. Hij zet nog een stap. Hart houdt zijn pistool nog steeds met twee handen vast en gaat wijdbeens staan. Hij weet hoe hij moet schieten. Hij is degene die de meeste ervaring heeft. Hij heeft er uren training op de schietbaan op zitten. Hij schiet op deze afstand met gemak een niet-levensbedreigende wond in een been. Dat het de kroonprins is kan hem even niets schelen. Er is iemand anders in de ruimte die niet beseft dat Hart niet wil doden. Er is iemand met een andere ervaring, de ervaring van beschermen. Die van de orde handhaven, die van opofferen. Het is iemand met een missie die lang geleden is ingegaan, toen alles nog anders was, toen de eerste man een pijp rookte en er werd gekaart na de vergaderingen van het Leger van Drie. Het is iemand die de weg kent in de tuinen van Soestdijk, de tunnels in de rododendrons kent, de kelders in het paleis. Het paleis dat nu voor het volk is opengesteld. Er worden toneeluitvoeringen gehouden in de vijver, heeft hij gelezen in de krant. Dagjesmensen worden rondgeleid. Maar hij weet beter. Jacob weet beter. Hij weet hoe het was. Hij weet hoe belangrijk de familie is voor Nederland. Zo belangrijk dat ze een eigen elitegarde hebben gekregen. En Jacob maakt daar onderdeel van uit. Jacob heeft een belangrijke taak gekregen, jaren geleden, daar achter in die Mercury Park Lane van Bernhard en hij heeft beloofd die taak uit te zullen voeren. Koste wat kost. Jacob weet wat hem te doen staat. Met een flinke sprong en een halve val is hij bij Vier. Op dat moment klinkt een nieuw schot. In de milliseconde die het geluid van het schot duurt, verlaat een kogel de loop van het dienstpistool van John Hart, snijdt de lucht in het zwijgende huis in flarden en stevent af op het bovenbeen van Vier. De val van Jacob en het schot van Hart lijken gelijktijdig plaats te vinden. De kogel die het pistool van Hart verlaat, boort zich niet in het dij307


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 308

been van Vier, maar schuin in de borstkas van Jacob. De generaal van het Leger van Drie grijpt naar de plek waar de kogel zijn lichaam binnendringt en zakt tegen het been van Vier in elkaar. Dan slaat hij zijn ogen op – zijn lichaam verslapt. Het duurt even voor iedereen beseft wat er is gebeurd. John Hart kijkt naar het lichaam van Jacob dat voor hem ligt. Vier duwt Jacob van zich af. De rest kijkt naar Hart, de man die nu de leiding heeft. Niet door zijn functie misschien, maar omdat hij heeft geschoten. Vier heeft nog steeds het pistool van de chauffeur vast, maar laat het zakken. Hij ziet zijn kans schoon en draait zich om naar Robin. Dan grist hij de buisjes uit haar handen. Robin protesteert, maar Vier wint de worsteling. ‘Kom,’ zegt Vier tegen de chauffeur. ‘We moeten gaan. Neem hem mee.’ Hij wijst op het levenloze lichaam van Jacob. Ondertussen richt hij het vuurwapen weer, niet op iemand in het bijzonder, maar met ongecontroleerde bewegingen lijkt hij zijn aftocht veilig te willen stellen. ‘Laat hem liggen,’ zegt Hart, maar zijn stem klinkt zwakker. Hij lijkt ineens te snappen wat de consequenties kunnen zijn. Hart heeft zojuist in een ander land, met een vuurwapen dat hij niet mocht gebruiken, tijdens een onderzoek waar hij niet meer aan werkt, een man neergeschoten. Vermoord zo te zien. ‘Blijf staan,’ zegt hij nog een keer, maar alle kracht lijkt verdwenen. Hij wordt duizelig. De chauffeur loopt naar Jacob en tilt hem over zijn schouder. Dan volgt hij zijn baas naar buiten. Samen lopen ze naar de zwarte Mercedes. Vier springt op de bijrijdersstoel. De chauffeur opent het achterportier en legt het lichaam van Jacob op de achterbank. Daarna gaat hij achter het stuur zitten, start en rijdt slippend in het droge grind weg, naar beneden, weg van het huis. Even zijn ze stil. De benzinemotor van de zwarte auto echoot vanuit het dal. Ze accelereren en remmen hard. Ze hebben haast om weg te komen. Niemand zegt iets. ‘We zijn weer terug in Frankrijk,’ klinkt een iele stem vanuit de keuken. ‘Maarten, ben je daar weer? Wat heb je ons te vertellen?’ Maarten zwijgt. Hij wrijft in zijn gezicht. ‘Maarten?’ 308


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 309

19:00 uur M a i s o n Ta c i t u r n e L e M u y, P r o v e n c e

Elsa, Robin, Van Eck en Joost staan als verdoofd in de keuken. Lars huilt nog steeds. Joost houdt hem stevig tegen zich aan. Hart is naar buiten gerend, maar komt nu de keuken weer binnen. ‘Ze zijn echt weg,’ hijgt hij. Het gebeurde niet vaak, maar Maarten was van zijn apropos. ‘Technisch probleem,’ had hij gemompeld, waarop de redactie van het televisieprogramma had besloten de verbinding definitief te verbreken. Nu staat Maarten in de keuken. Zijn hoofd voorovergebogen, zijn handen steunen op het aanrecht. Elsa loopt de gang in, het huis door. Vanaf het terras kunnen ze de weg volgen. De anderen komen achter haar aan. In de richting van het dal loopt in haarspeldbochten de route die ze net omhoog hebben gereden. De zwarte Mercedes is bijna beneden. Als een insect is de auto soms nog even zichtbaar tussen de bomen. ‘Daar gaat het bewijs,’ zucht Elsa en ze denkt aan hoe haar vader zijn leven heeft gegeven voor die paar reageerbuisjes met stukjes huid en haar. Nu zijn ze weer terug bij af. ‘Waar zouden ze heen gaan?’ vraagt Robin. Niemand reageert. De zwarte auto is niet meer te zien. Met het verdwijnen van Vier, van de reageerbuisjes, van Jacob en de chauffeur heeft Elsa het gevoel dat langzaam alles van de afgelopen dagen aan het verdwijnen is, alsof de mist van het avontuur optrekt. Alsof ze zich alles heeft ingebeeld. ‘Weg,’ zegt Robin. Hart zucht. ‘Ik moet even bellen, geloof ik,’ zegt hij. ‘Ik hoor hier helemaal niet te zijn. Een en ander heeft nogal wat consequenties.’ 309


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 310

Elsa loopt weer naar binnen, loopt langs Lars en Joost, geeft ze allebei een kus en verdwijnt dan de gang in, naar de slaapkamer. Daar staat het bed waar ze al die tijd naar heeft verlangd. Ze laat zich voorover vallen en sluit haar ogen. ‘We moeten toch iets doen?’ vraagt Robin vanuit de woonkamer. ‘Elsa! Maarten? We kunnen toch nu niet zomaar niks doen? Gaan we zomaar vergeten wat er gebeurd is? De kroonprins heeft met getrokken wapen het sluitende bewijs tegen zijn aanspraak op de troon gestolen. Hier. Net in deze keuken. Zijn we dat vergeten?’ Niemand zegt iets. ‘Hallo?’ ‘Wie gaat je geloven?’ vraagt Maarten. ‘Wie gaat dat in vredesnaam nog geloven?’

310


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 311

Epiloog 30 april 2013 11.00 uur Amsterdam

Elsa was vast in lachen uitgebarsten als iemand haar een paar maanden geleden had voorspeld dat ze hier zou staan. Maar toch, vanmorgen was er iets gaan kriebelen. Alsof het noodzakelijk was dat zij er getuige van was. Zij bij uitstek. Zij en Lars. Joost was de hele week al bij zijn zieke moeder in Drenthe, maar hem had ze niet verteld wat ze van plan was. Hij had haar nooit laten gaan. Ze had Lars, inmiddels een vrolijk kindje van meer dan een jaar, in een draagzak gestopt en was met een tram naar het centrum gereden. Omdat de binnenstad was afgezet had ze een stuk moeten lopen. Met de stroom mee. Duizenden mensen legden die ochtend dezelfde route af en het werden er steeds meer. Tienduizenden oranje-uitgedoste mensen waren op weg naar dezelfde plek, maar Elsa was de enige die niet ging om feest te vieren. Ze moest er zijn. Ze moest het proberen. Het afgelopen jaar was er veel gebeurd, maar merkwaardig genoeg was alles uiteindelijk weer gewoon geworden. Het onderzoek naar de dood van haar vader was gestaakt, haar baan bij de universiteit en de zorgen voor Lars hadden haar geleidelijk aan weer opgeslokt en er waren dagen dat ze zich realiseerde dat ze bijna niet aan de zomer had gedacht, dat het allemaal erg ver weg leek, alsof ze alles had meegemaakt in haar dromen. De gegevens van de klm in combinatie met het autopsierapport hadden haar uitgesloten als verdachte van de moord op haar vader. Sporenonderzoek in het huis van Kahn had Kahn zelf als de schutter aangewezen. Nog een paar keer was Elsa ondervraagd, had ze haar verhaal gedaan, precies zoals het gegaan was, maar op een gegeven moment 311


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 312

had Mirjam Levi, de rechercheur die ze al eerder in het huis van haar vader had ontmoet, laten weten dat van hogerhand was besloten om het onderzoek voor nu te laten rusten. Wel moest ze benadrukken dat Elsa niet ‘uit beeld’ was. Wat dat betekende kon Mirjam niet goed zeggen. John Hart was dezelfde avond nog vertrokken uit het huis in Frankrijk. Ze had niets meer van hem gehoord. Mirjam Levi kon haar ook geen informatie over hem geven. Robin en Maarten van Eck waren nog twee dagen gebleven in Taciturne, maar waren toen met goedkeuring van Elsa in de Saab van haar stiefvader weer naar Nederland teruggereden. Zelf was ze met Joost en Lars na een week teruggegaan. Ze hadden haast niet gesproken. ‘Kunnen we niet…’ begon Joost soms in de dagen na het voorval en later onderweg naar huis, maar zijn zin stokte in zijn eigen besef. Ze konden niks. Bij terugkomst in Nederland hadden ze zowel in haar eigen huis als het huis in de Rivierenbuurt een kleine ravage aangetroffen. De politie had de inbraken afgedaan als twee toevallige voorvallen in een reeks van woninginbraken en eigenlijk was niks van waarde verdwenen, behalve dan de Waterloo-eenling die ze achter hadden gelaten in De Wolkenkrabber. Die was in de aangifte bij de politie omschreven als ‘sieraad, erfstuk, niet getaxeerd, waarde onbekend’. Ook de Thorbecke-brief lag niet meer in de lade van haar moeder, waar ze hem had verstopt toen ze naar Delft vertrokken. Alles dat het verhaal van Van Eck en de theorie van haar vader had kunnen ondersteunen was niet meer in fysieke vorm aanwezig. Ze had het huis aan het Vondelpark geërfd, maar ook daar was alles dat zou kunnen wijzen op haar vaders onderzoek verdwenen. Ze had de meubels en boeken met lakens bedekt en de luiken gesloten. In de winter was ze een keer teruggaan, omdat de buren aan het park hadden gebeld over een geknapte waterleiding, maar de afwezigheid van haar vader en het gebrek aan leven in zijn huis maakten haar zo neerslachtig dat ze er sindsdien niet meer was geweest. Joost had haar aangespoord het te verkopen, maar daar was ze nog niet aan toe. Robin was in de maanden na de zomer nog een paar keer komen eten en elke keer was ze opnieuw strijdlustig en boos geweest. Ze leek het 312


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 313

een ondraaglijk idee te vinden dat ze alles voor niets hadden gedaan, maar telkens kwamen ze tot de conclusie dat ze geen idee hadden waar ze moesten beginnen, dat ze met hun rug tegen de muur stonden. Elsa is aangekomen op de Dam. Ze had moeten lopen vanaf de Munt. Op de Dam is het zo druk als op een popfestival. Hoog boven de hoofden van de mensen glijdt een camera over het plein heen en weer langs een strakgespannen kabel. De officiële genodigden en de normale bezoekers worden strikt gescheiden. Schuin voor het paleis staat een mobiele tv-studio en ook al weet Elsa het bijna zeker, toch kijkt ze even naar binnen om te zien of Van Eck op de bank zit. Andere jaren had hij zeker een uitnodiging gekregen om te komen praten over de troonswissel, maar uiteraard is er nu ingegrepen en zitten er andere mensen met microfoons in hun hand uit te leggen wat er die dag allemaal gebeurt. Ernstige, maar ook vrolijke mensen. Mensen die de rol speelden die ze was toegewezen: vandaag waren zij de deskundigen en vandaag vertellen ze dit. Die taak hadden ze vast gretig op zich genomen en Van Eck was deskundige-af, alsof hij er ineens geen verstand meer van had. Sowieso had Elsa Van Eck sinds de zomer niet meer op televisie gezien. De berichten die ze hem had gestuurd waren weliswaar beantwoord, maar altijd was de strekking summier: ‘Ik heb het druk, sorry dat ik niet eerder iets stuurde, later meer,’ alsof Van Eck de confrontatie met hun mislukte avonturen niet aandurfde. Soms hoopte Elsa dat Van Eck bezig was met iets. Dat hij een plan had, dat het niet lang kon duren of Maarten van Eck stond op haar stoep, even gepassioneerd als de zomer ervoor, even fel, met verheven stem: ‘Kom Elsa, we zijn nog niet klaar! Mijn auto staat om de hoek, we moeten gaan!’ Dat was niet gebeurd. In de verte wandelen de opvolgers van staatshoofden onder een overkapping van de Nieuwe Kerk naar het Paleis. Mannen in pakken, vrouwen in jurken die wel mooi waren, maar die niet mooier mochten zijn dan de jurk van de nieuwe koningin. Arabieren in hagelwitte thobes. De zoon van de sultan van Brunei, de zoon van de emir van Qatar. Bevriend met het koningshuis, maar zo corrupt en ondemocratisch dat 313


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 314

je je afvraagt waarom een modern westers staatshoofd dergelijke types überhaupt tot zijn vrienden wil rekenen. Erfprinsen en erfgroothertogen van ministaatjes, kroonprinsen van de Scandinavische monarchieën, allemaal types die op dezelfde grond aanspraak maken op de macht in hun land. Elsa vraagt zich af in hoeveel gevallen er verhalen te vinden zijn die lijken op het verhaal dat haar vader op het spoor kwam, nu een jaar geleden. Het duurt lang. Mensen zingen, zijn uitgelaten, maar de beveiliging is streng. Niet ver van waar Elsa staat worden een man en een vrouw afgevoerd die kartonnen bordjes omhoog houden waarop ze hun ongenoegen over de monarchie uiten. De omstanders juichen als de deviatie uit de menigte wordt verwijderd. Er is geen plek voor een ander geluid. Niet vandaag, niet nu. Daar is goed voor gezorgd. Daar is iedereen het mee eens. Er mag uiteraard worden gedemonstreerd, maar dan op enkele afgelegen, aangewezen pleinen. Daar waar geen camera’s komen, geen buitenlandse gasten zijn en zeker geen leden van het Koninklijk Huis zelf. ‘Wat kijk je ernstig,’ hoort Elsa een paar keer van omstanders. Een groep middelbare vrouwen probeert haar op te vrolijken. Een van hen zet haar plastic kroon af en zet de kroon op het hoofd van Lars. ‘Vandaag is iedereen een beetje koning,’ zegt ze met een Brabants accent. Ze knijpt Lars in zijn wang. Hij lacht. Elsa glimlacht ook en wil iets terugzeggen, maar voor ze iets uit kan brengen stijgt er een gejuich op en gaan de balkondeuren van het Paleis open. De vrouw die sinds enkele minuten geen koningin meer is, stapt naar buiten. Daarna volgen haar zoon en zijn vrouw. De oude prinses stelt de nieuwe koning voor aan het volk. Hij kijkt en zwaait en lacht. Zijn blik glijdt langs de menigte. Elsa dringt steeds verder naar voren, tot ongenoegen van de omstanders, en staat uiteindelijk bij de hekken. Lars kijkt met grote ogen naar alle gezichten. De nieuwe koning blijft zwaaien. Hij ziet de eerste rijen, hij ziet de mensen die de hele dag bij het hek gebivakkeerd hebben om maar een glimp op te kunnen vangen. Elsa wordt op haar schouder getikt. Een jonge agent met een geel hesje en een oortje in buigt zich naar haar toe. 314


Lubach - IV 4 M.bw

10-02-2014

10:41

Pagina 315

‘Ik heb opdracht u even mee te nemen. Zou u mee willen gaan? Nu?’ Elsa kijkt verbaasd. ‘Ik? Nu?’ ‘Ja. Geen tijd voor discussie. U loopt gewoon rustig met mij mee.’ Elsa kijkt weer naar boven, naar het balkon. De koning zwaait. Dan, op het moment dat zijn ogen achter Elsa haken, betrekt zijn gezicht heel even. Terwijl de jonge agent zijn hand om haar bovenarm legt, kijkt ze nog één keer naar boven. Het duurt niet langer dan een halve seconde, maar ze kijken elkaar zeker aan, zoals ze dat nog geen jaar geleden in het huis in Zuid-Frankrijk hadden gedaan. En even zijn zij twee, tussen al die duizenden mensen, tussen al die uitzinnige onderdanen, tussen al die toekomstige staatshoofden en Oranjegezinde journalisten op de Dam, daar, op dat moment, de enige twee die weten wat de waarheid is.

zomer 2012 Hotel Locarno, kamer 101 Rome Aangepaste ontknoping Winter 2013 - 2014 Amsterdam


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.