HO_Inhoudstafel_Praktisch strafrecht 2024

Page 1


1.1

2.1

2.2

6.1

6.2

8.1 Definitie strafrecht: ‘… tegenover welke personen …’

8.2 Het legaliteitsbeginsel: nullum crimen sine lege

8.3 Het legaliteitsbeginsel: nulla poena sine lege

8.4 Interpretatie van de strafwet: strikte interpretatie

8.5 Interpretatie van de strafwet: analoge interpretatie

8.6 Niet-retroactiviteit van de strafwet 1

8.7 Niet-retroactiviteit van de strafwet 2

8.8 De werking van de strafwet in de ruimte

8.9 De werking van de strafwet ten overstaan van personen 1

8.10 De werking van de strafwet ten overstaan van personen 2

8.11 De werking van de strafwet ten overstaan van personen 3

8.12 De werking van de strafwet ten overstaan van personen 4

Hoofdstuk 2 Het misdrijf (art. 5-15 Sw.)

1.1

1.2.1.1 Handelingsmisdrijven

1.2.1.2

1.2.1.3

1.2.3

2

1.3.3.1 Algemeen opzet

1.3.3.2 Bijzonder opzet

1.3.4 De onopzettelijke misdrijven

1.4 Het verzwarende bestanddeel

2.1 Het voornemen om een misdrijf te plegen

2.2 Het begin van uitvoering

2.3 Niet voltooien van het misdrijf, buiten de wil van de dader

2.4 Bestraffing van de poging

2.5 De deelnemers

2.6 Het criminele aanbod

3

Afdeling 3. De rechtvaardigingsgronden

3.1 Vooraf

3.2 Rechtvaardigingsgronden: definitie

3.3 Gebod of toelating van de wet

3.4 Bevel van de overheid

3.5 Noodtoestand

3.6 Wettige verdediging

3.6.1

3.6.3.1

3.6.3.2 De aanval moet gericht zijn tegen een persoon

3.6.3.3 De aanval moet ernstig zijn

3.6.3.4 De aanval moet actueel zijn

3.6.3.5 Subsidiariteit

3.6.3.6 Proportionaliteit

3.6.3.7 De verdedigingshandelingen moeten gesteld worden vanuit een verdedigingswil

3.7 Wettig verzet tegen misbruik door de overheid

3.8 Toestemming van het slachtoffer

3.8.1 Rechtsgoederen waarover men vrij kan beschikken

3.8.2 Rechtsgoederen waarover men niet vrij kan beschikken

4.1 De indeling op basis van de aard van de misdrijven

4.1.1 Politieke misdrijven

4.1.2 Drukpersmisdrijven

4.2 De indeling van de misdrijven volgens materiële uitvoeringswijze

4.2.1 Aflopende en voortdurende misdrijven

4.2.2 Enkelvoudige en voortgezette misdrijven 80

4.2.3 Gelegenheidsmisdrijven en gewoontemisdrijven

Afdeling 1. Daderschap en deelneming

1.1 De dader

1.2 Rechtspersonen

1.3 Strafbare deelneming

1.3.1 Rechtstreeks aan de uitvoering deelnemen 88

1.3.2 De voorbereiding of de uitvoering van het misdrijf vergemakkelijken 88

1.3.3 Rechtstreeks aanzetten tot het plegen van een misdrijf 88

1.3.4 Nalaten om te handelen en daardoor het plegen van het misdrijf rechtstreeks bevorderen of vergemakkelijken 88

1.3.5 Hulp of bijstand verlenen aan de dader na het misdrijf indien daarover vooraf overleg is gepleegd 89

4.1

5.4

5.8 Rechtvaardigingsgronden: bevel van de overheid

5.9 Rechtvaardigingsgronden: gebod of toelating van de wet

5.10 Rechtvaardigingsgronden: wettige verdediging of noodweer 1

5.11 Rechtvaardigingsgronden: wettige verdediging of noodweer 2

5.12 Rechtvaardigingsgronden: wettige verdediging of noodweer 3

5.13 Rechtvaardigingsgronden: wettige verdediging of noodweer 4

5.14 Rechtvaardigingsgronden: wettige verdediging of noodweer 5

5.15 Rechtvaardigingsgronden: wettige verdediging of noodweer 6

5.16 Rechtvaardigingsgronden: wettige verdediging of noodweer 7

5.17 Rechtvaardigingsgronden: wettige verdediging of noodweer 8

5.18 Rechtvaardigingsgronden: noodtoestand

5.19 Rechtvaardigingsgronden: toestemming van het slachtoffer 1

5.20 Rechtvaardigingsgronden: toestemming van het slachtoffer 2

5.21 Schuldontheffingsgronden: onoverkomelijke dwaling 1

5.22 Schuldontheffingsgronden: onoverkomelijke dwaling 2

5.23 Schuldontheffingsgronden: onweerstaanbare dwang

5.24 Gronden van niet-toerekenbaarheid

Hoofdstuk 4 De straffen

1

Afdeling 1. Algemeen

1.1 Straf of sanctie

1.2 De doelstellingen van de straf

1.2.1 Maatschappelijke afkeuring

1.2.2 Herstel van het maatschappelijk evenwicht en van de door het misdrijf veroorzaakte schade

1.2.3 Bevorderen van de maatschappelijke rehabilitatie en de re-integratie van de dader

1.2.4 Bescherming van de maatschappij

1.3 Verzwarende factoren en de discriminerende drijfveer

1.3.1 Onderscheid tussen verzwarende bestanddelen en verzwarende factoren

1.3.2 De discriminerende drijfveer

1.4 Verzachtende omstandigheden

1.5

1.6

2

2.1.1 Strafontheffende verschoningsgronden

2.1.2

2.2

3

3.1

4

6

5.1

5.2

5.2.1

5.2.2

5.2.3

5.2.4

5.2.7

6.1

6.2

6.3

6.4

6.7

6.8

8.1

9.1 Dienstverleningsstraf

9.2

Hoofdstuk 6 Tenietgaan en verjaring van straffen en van burgerlijke veroordelingen

1 Dood van de veroordeelde

2 Verjaring van de straf

2.1 Stuiting van de verjaring

2.2 Schorsing van de verjaring

3 Verjaring van de burgerrechtelijke veroordelingen

1 Veroordelingen uitgesproken in een ander land van de Europese Unie

2 Toepassing van de bepalingen van dit boek op Boek II en op de bijzondere wetten

3 Omzetting en bepaling van de strafmaat in bijzondere wetten die geen strafniveau bepalen

Gedwongen verdwijning die geen misdaad tegen de menselijkheid vormt

Hoofdstuk

1.1.2

1.1.3 Verzwaarde doodslag

1.1.4 Uitgelokte doodslag

1.1.5 Bijkomende straf

1.1.6 Verzwarende factoren

1.2 Afdeling 2. Doden door een ernstig gebrek aan voorzorg of voorzichtigheid

1.3 Afdeling 3. Aanzetting tot zelfdoding

2 Hoofdstuk 2. Foltering, onmenselijke behandeling en onterende behandeling

2.1 Afdeling 1. Foltering

2.1.1 Definitie

2.1.2 Verzwarende bestanddelen en factoren

2.1.3 Uitsluiting van rechtvaardigingsgronden

2.2 Afdeling 2. Onmenselijke behandeling

2.3 Afdeling 3. Onterende behandeling

2.3.1

2.3.2.

3 Hoofdstuk 3. Misdrijven tegen de fysieke en psychische integriteit, het seksueel zelfbeschikkingsrecht en de goede zeden (art. 132-192 Sw.)

3.1 Afdeling 1. Aantasting van de seksuele integriteit, voyeurisme, niet-consensuele verspreiding van seksueel getinte inhoud en verkrachting

3.1.1 Toestemming met betrekking tot het seksueel zelfbeschikkingsrecht (art. 136 Sw.)

3.1.2 Aantasting van de seksuele integriteit (art. 134 Sw.)

3.1.3 Voyeurisme (art. 135 Sw.)

3.1.4 Niet-consensuele verspreiding van seksueel getinte inhoud (art. 136 Sw.)

3.1.5 Case: voyeurisme en sexting

3.1.6 Niet-consensuele verspreiding, met kwaadwillig opzet of uit winstbejag, van seksueel getinte inhoud (art. 138 Sw.)

3.1.7 Verkrachting (art. 138 Sw.)

3.1.8 De verzwaarde misdrijven (art. 139-149 Sw.)

3.1.9 De verzwarende factoren (art. 150 Sw.)

3.1.10 Cases: aantasting van de seksuele integriteit en verkrachting

3.1.10.1 Case 1

3.1.10.2 Case 2

3.1.10.3 Case 3

3.2 Afdeling 2. Seksuele uitbuiting van minderjarigen (art. 151-180 Sw.)

3.2.1 Benaderen van een minderjarige voor seksuele doeleinden (art. 151 Sw.)

3.2.2 Seksuele uitbuiting van minderjarigen met het oog op prostitutie (art. 152-169 Sw.)

3.2.3 Beelden van seksueel misbruik van minderjarigen (art. 170-176 Sw.)

3.2.4 Inhoud die bedoeld is om het plegen van seksueel misbruik of seksuele uitbuiting ten nadele van een minderjarige te bevorderen (art. 177-180 Sw.)

3.2.5 Verzwarende factoren (art. 181 Sw.)

3.3 Afdeling 3. Openbare zedenschennis

187

187

187

188

188

189

189

190

190

191

192

193

193

193

193

194

194

194

195

196

196

197

3.3.1 Openbare zedenschennis (art. 182-186 Sw.)

3.3.2 De verzwarende factoren (art. 186 Sw.)

3.4 Afdeling 4. Gemeenschappelijke bepalingen

4 Hoofdstuk 4. Misdrijven tegen de fysieke of psychische integriteit

4.1 Afdeling 1. Opzettelijke misdrijven tegen de fysieke of psychische integriteit

4.1.1.1 Definitie

4.1.1.2 Gevolgen van de gewelddaden (art. 194-197)

4.1.1.3 Verzwarende bestanddelen

4.1.1.4 Uitgelokte gewelddaden

4.1.1.5 Verzwarende factoren

4.1.1.6

4.1.3 Onderafdeling 3. Zwangerschapsverlies zonder toestemming

4.2 Afdeling 2. Aantasting van de fysieke of psychische integriteit door een ernstig gebrek aan voorzorg of voorzichtigheid

5 Hoofdstuk 5. Misdrijven tegen de persoonlijke vrijheid

5.1 Afdeling 1. Vrijheidsberoving

5.2

5.3

5.4 Afdeling 4. Gemeenschappelijke bepalingen

6 Hoofdstuk 6. Misdrijven tegen de persoonlijke rust en de morele integriteit

6.1.1 Bedreiging met een aanslag op personen of op eigendommen (art. 231 Sw.)

6.1.2 Verzwaarde bedreiging met een aanslag op personen of op eigendommen (art. 232 Sw.)

6.1.3 Bedreiging met behulp van radioactief materiaal, kernmateriaal en biologische of chemische wapens (art. 233 Sw.)

6.1.4 Het geven van een vals bericht (art. 234 Sw.)

6.1.5 Het verspreiden van ogenschijnlijk gevaarlijke stoffen (art. 235 Sw.)

6.1.6 Verzwarende factor (art. 236 Sw.)

6.2 Afdeling 2. Belaging

6.2.1 Belaging (art. 237 Sw.)

6.2.2 Verzwaarde belaging (art. 238 Sw.)

6.2.3 Verzwarende factoren (art. 239 Sw.)

6.3 Afdeling 3. Laster en belediging

6.3.1 Laster

6.3.2 Schorsing vervolging wegens laster (art. 241 Sw.)

6.3.3 Lasterlijke aangifte (art. 242 Sw.)

6.3.4 Lasterlijke aantijging tegen een ondergeschikte (art. 243 Sw.)

6.3.5 Belediging (art. 244 Sw.)

6.3.6 Verzwarende factor (art. 245 Sw.)

6.3.7 Bijzondere grond van onschendbaarheid (art. 246 Sw.)

6.4 Afdeling 4. Smaad

6.4.1 Verzwarende factor (art. 248 Sw.)

7 Hoofdstuk 7. Schendingen van de persoonlijke waardigheid en misbruik van de kwetsbare positie van het slachtoffer

7.1 Afdeling 1. Misdrijven inzake de bestraffing van de discriminatie, de aanzetting tot haat en het negationisme 220

7.1.1 Definitie van discriminatie

7.1.2 Aanzetting tot discriminatie of rassenhaat (art. 250 Sw.)

7.1.3 Verspreiding van raciale denkbeelden (art. 251 Sw.)

7.1.4 Deelneming aan een groepering die discriminatie of segregatie verkondigt (art. 252 Sw.)

7.1.5 Discriminatie gepleegd door een persoon die een openbare functie uitoefent of in zijn naam gepleegd door middel van een valse handtekening (art. 253 Sw.)

7.1.6 Discriminatie bij de toegang tot goederen of diensten (art. 254 Sw.) 222

7.1.7 Discriminatie binnen de arbeidsrelaties (art. 255 Sw.)

7.1.8 Negationisme (art. 256 Sw.)

7.1.9 Seksisme (art. 257 Sw.)

7.2 Afdeling 2. Mensenhandel en mensensmokkel 223

7.2.1 Mensenhandel (art. 258 Sw.)

7.2.2 Mensensmokkel (art. 259 Sw.) 224

7.2.3 Verzwarende bestanddelen (art. 260 Sw.)

7.2.4 Verzwarende factoren (art. 261 Sw.)

7.2.5 Verbeurdverklaring van het instrument van het misdrijf (art. 262 Sw.) 225

7.2.6 Specifieke verboden in geval van veroordeling wegens mensenhandel (art. 263 Sw.)

7.2.7 Verschoningsgrond ten gunste van het slachtoffer van mensenhandel (art. 264 Sw.)

7.3 Afdeling 3. Misbruik van prostitutie

7.3.1 Het pooierschap (art. 265 Sw.)

7.3.2 Reclame maken voor prostitutie (art. 266 Sw.)

7.3.3 Het openbaar aanzetten tot prostitutie (art. 267 Sw.) 227

7.3.4 Verzwaard misbruik van prostitutie (art. 268 Sw.) 227

7.3.5 Sluiting van de inrichting (art. 269 Sw.) 228

7.3.6 Specifieke verboden (art. 270 Sw.) 228

7.3.7 Multidisciplinaire evaluatie (art. 272 Sw.) 228

7.4 Afdeling 4. Verkoop van kinderen 228

7.4.1 Definitie (art. 273 Sw.) 228

7.4.2 Verzwaarde verkoop van kinderen (art. 274 Sw.) 229

7.4.3 Verzwarende factoren inzake verkoop van kinderen (art. 275 Sw.)

7.5 Afdeling 5. Handel in menselijke organen (art. 276-287 Sw.)

229

230

7.6 Afdeling 6. Uitbuiting van bedelarij 230

7.7 Afdeling 7. Wanpraktijken van huisjesmelkers (art. 290-292 Sw.)

7.8 Afdeling 8. Gedwongen huwelijk en gedwongen wettelijke samenwoning (art. 293-296 sw.)

231

232

7.9 Afdeling 9. Gemeenschappelijke bepalingen 232

7.9.1 Sluiting van de inrichting (art. 297 Sw.) 232

7.9.2 Specifieke verboden en ontzettingen (art. 298 Sw.) 232

8 Hoofdstuk 8. Misdrijven met betrekking tot het in gevaar brengen van personen 233

8.1 Afdeling 1. Hulpverzuim (art.299 Sw.) 233

8.1.1 Niet-naleving van een bevel tot hulpverlening

8.1.2 Verzwarend bestanddeel (art. 301 Sw.) 235

8.1.3 Verzwarende factor (art. 304 Sw.) 235

8.1.4 Rechtvaardigingsgrond (art. 302 Sw.)

8.1.5 Strafuitsluitende verschoningsgrond (art. 303 Sw.)

8.2 Afdeling 2. Misbruik van de zwakke toestand van personen

8.2.1 Definitie

8.2.2 Verzwaard misbruik van de zwakke toestand van personen (art. 307 Sw.) 237

8.2.3 Misbruik van de zwakke toestand van personen met de dood tot gevolg (art. 308 Sw.) 237

8.2.4 Bijkomende straf (art. 309 Sw.)

8.3 Afdeling 3. Conversiepraktijken

8.3.1 Vooraf

8.3.2 Definitie (art. 310 Sw.)

8.3.3 Twee uitzonderingen (art. 310, tweede en derde lid Sw.)

8.3.4 Het uitvoeren van conversiepraktijken (art. 311 Sw.)

8.3.5 Verzwarende factoren (art. 312 Sw.)

8.3.6 Het aanbieden van conversiepraktijken (art. 313 Sw.)

8.3.7 Het aanzetten om conversiepraktijken te ondergaan, het aanzetten van personen om andere personen conversiepraktijken te doen ondergaan of het maken van reclame voor conversiepraktijken (art. 314 Sw.)

8.3.8 Het verzwaard aanzetten om conversiepraktijken te ondergaan of om andere personen conversiepraktijken te doen ondergaan of het verzwaard maken van reclame voor conversiepraktijken

8.3.9 Specifiek verbod (art. 316 Sw.)

8.4 Afdeling 4. Verkeersbelemmering (art. 317 Sw.)

8.4.1 Verkeersbelemmering

8.4.2 Gevaarlijke verkeersbelemmering (art. 318 Sw.)

8.4.3 Verkeersbelemmering met een integriteitsaantasting van de tweede graad, de derde graad of de dood tot gevolg (art. 319-321 Sw.)

8.5 Afdeling 5. Het in gevaar brengen van de volksgezondheid

8.5.1 Aantasting van voedingsmiddelen (art. 322 Sw.)

8.5.2 Verkoop van aangetaste voedingsmiddelen of van stoffen (art. 323 Sw.)

8.5.3 Opslag van aangetaste voedingsmiddelen (art. 324 Sw.)

8.5.4 Bijkomende straffen (art. 325 Sw.)

8.5.5 Kwaadwillige verspreiding van ziekteverwekkers (art. 326 Sw.)

8.5.6 Verzwarende factor (art. 327 Sw.)

240

241

241

241

242

243

243

243

243

244

244

244

245

245

245

245

246

8.6 Afdeling 6. Het in gevaar brengen van minderjarigen of personen in een kwetsbare toestand

8.6.1 Onderafdeling 1. Verlaten of in behoeftige toestand achterlaten

8.6.1.1 Verlating van personen (art. 328 Sw.)

8.6.1.2 In behoeftige toestand achterlaten van personen (art. 332 Sw.)

8.6.1.3 Verlating van personen met een integriteitsaantasting van de derde graad tot gevolg (art. 329 Sw.)

8.6.1.4 Verlating van personen met de dood tot gevolg (art. 330 Sw.)

8.6.1.5 Verzwarende factoren (art. 331 Sw.)

8.6.2 Onderafdeling 2. Gebrek aan voeding of verzorging

8.6.2.1 Onthouding van voedsel of verzorging (art. 333 Sw.)

8.6.2.2 Nalaten van onderhoud (art. 336 Sw.)

8.6.2.3 Verzwarende factoren (art. 338 Sw.)

8.6.3 Onderafdeling 3. Gebruik of lokken met het oog op het plegen van een misdrijf

8.6.3.1 Gebruik van personen met het oog op het plegen van een misdrijf (art. 339 Sw.)

8.6.3.2 Technologisch lokken van personen met het oog op het plegen van een misdrijf (art. 340 Sw.)

8.6.3.3 Verzwarende factoren (art. 341 Sw.)

9 Hoofdstuk 9. Misdrijven tegen het privéleven

9.1 Afdeling 1. Misdrijven betreffende het geheim van communicatie, privégegevens van een informaticasysteem en brieven

9.1.1 Schending van het geheim van privécommunicatie of privégegevens van een informaticasysteem(art. 342 Sw.)

9.1.2 Bedrieglijk gebruik van wettig gemaakte opnamen van privécommunicatie of privégegevens van een informaticasysteem (art. 344 Sw.)

9.1.3 Onwettig bezit of onwettige terbeschikkingstelling van afluistermateriaal (art. 346 Sw.)

9.1.4 Schending van het briefgeheim (art. 347 Sw.)

9.2 Afdeling 2. Schending van plaatsen die tot woning dienen

9.2.1 Huisvredebreuk of schending van een bewoonde plaats (art. 348 Sw.)

9.2.2 Verzwarend bestanddeel (art. 349 Sw.)

9.2.3 Onwettige bezetting van een niet-bewoonde plaats (art. 350 Sw.)

9.2.4 Weigering om gevolg te geven aan een beslissing tot ontruiming of tot uithuiszetting (art. 351 Sw.)

9.3 Afdeling 3. Bescherming van het beroepsgeheim

9.3.1 Schending van het beroepsgeheim (art. 352 Sw.)

9.3.2 Afwijkingen van het beroepsgeheim (art. 353 Sw.)

9.4 Afdeling 4. Misdrijven betreffende de vrije uitoefening van de erediensten

9.4.1 Aantasting van de vrije uitoefening van een eredienst (art. 354 Sw.)

9.4.2 Verzwarende factor bij de aantasting van de vrije uitoefening van een eredienst (art. 355 Sw.)

9.5 Afdeling 5. Bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de minderjarigen in het kader van de gerechtelijke procedures

9.5.1 Schending van de persoonlijke levenssfeer van de minderjarigen (art. 356 Sw.)

246

246

246

246

247

247

247

247

247

248

249

249

249

250

250

251

251

251

251

252

252

252

252

253

253

253

254

254

254

256

256

256

257

257

10

9.6 Afdeling 6. Gemeenschappelijke bepaling 257

9.6.1 Strafuitsluitende verschoningsgrond (art. 357 Sw.): bevel van een meerdere 257

Hoofdstuk 10. Misdrijven tegen de burgerlijke staat van personen

258

10.1 Afdeling 1. Misdrijven met betrekking tot het bewijs van de burgerlijke staat van kinderen 258

10.1.1 Niet-aangifte van de geboorte van een kind (art. 358 Sw.) 258

10.1.2 Niet-kennisgeving van een bevalling (art. 359 Sw.)

10.1.3 Niet-kennisgeving van een vondeling (art. 360 Sw.) 258

10.1.4 Strafuitsluitende verschoningsgrond (art. 361 Sw.) 258

10.1.5 Onderschuiving van een kind (art. 362 Sw.) 258

10.1.6 Obstructie van het bewijs van de burgerlijke staat van een kind (art. 363 Sw.) 259

10.2 Afdeling 2. Misdrijven met betrekking tot de adoptie

10.2.1 Onwettige adoptie voor eigen rekening (art. 364 Sw.)

10.2.2 Onwettige adoptie door tussenkomst van derden (art. 365 Sw.) 259

10.3 Afdeling 3. Misdrijven met betrekking tot het huwelijk

10.3.1 Bigamie (art. 366 Sw.)

10.4 Afdeling 4. Gemeenschappelijke bepaling

10.4.1 Verzwarende factor (art. 367 Sw.)

11 Hoofdstuk 11. Misdrijven tegen het lijk en de lijkbezorging

11.1 Afdeling 1. Zonder voorafgaande toestemming een begraving of crematie verrichten (art. 368 Sw.) 260

11.2 Afdeling 2. Lijk- en grafschennis

11.2.1 Lijkschennis (art. 369 Sw.)

11.2.2 Grafschennis (art. 370 Sw.) 260

1 Hoofdstuk 1. Terrorisme

1.1 Terroristisch misdrijf

1.2 Toepassingsgebied

2 Hoofdstuk 2. Aanslag op en samenspanning tegen de burgerlijke vrede (art. 389-392 Sw.)

3 Hoofdstuk 3. Vorming van gewapende groepen en deelneming aan dergelijke groepen (art. 393-402 Sw.)

4 Hoofdstuk 4. Vereniging met het oog op het plegen van een misdrijf en criminele organisatie 269

4.1 Afdeling 1. Vereniging met het oog op het plegen van een misdrijf (bendevorming)

4.1.1 Definitie van vereniging van misdadigers (art. 404 Sw.)

4.1.1.1 Deelneming aan een vereniging van misdadigers (art. 404 Sw.)

269

269

269

4.1.1.2 Deelneming aan een vereniging van misdadigers als leidend persoon (art. 405 Sw.) 269

4.1.2 De bestanddelen

4.1.3 Onderscheid naargelang van de functie en het misdrijf

269

270

4.2 Afdeling 2. Criminele organisatie

4.2.1 Definitie van criminele organisatie (art. 406 Sw.)

4.2.2 Bestanddelen van het misdrijf

4.2.3 Deelneming aan het misdrijf

4.2.4 Verschoningsgrond

4.2.5 Verbeurdverklaring

5 Hoofdstuk 5. Externe beveiliging van kernmateriaal en ander radioactief materiaal

6 Hoofdstuk 6. Schending van havengebieden of binnendringen van een voertuig

7 Hoofdstuk 7. Verbod van gezichtsbedekking in de publieke ruimte

7.1 Verbod van gezichtsbedekking in de publieke ruimte (art. 423 Sw.)

7.2 Rechtvaardigingsgrond (art. 424 Sw.)

2 Valse munten en valse

3 Illegale munt en drukwerken die een munt, effecten, post- of andere zegels nabootsen

4 Bescherming van niet-contante betaalinstrumenten

5 Namaking of vervalsing van zegels, stempels, merken enz.

6 Valsheid in geschriften of op andere duurzame dragers en het gebruik van valse stukken

6.1 Definitie van het begrip geschrift

6.1.2 Het uitdrukken van een gedachte

6.1.3 De juridische draagwijdte

6.1.4 Zich opdringen aan het openbare vertrouwen

6.2 De beschermde geschriften

6.3 Het begrip ‘vervalsing’

6.4 Het bedrieglijk opzet of het oogmerk te schaden

7 Aanmatiging van functies, titels of een naam

Titel VI Misdrijven tegen het vermogen

1 Misdrijven met betrekking tot de onrechtmatige toe-eigening van goederen

1.1 Diefstal en afpersing

Diefstal zonder geweld of bedreiging

1.1.1.1 Bestanddelen van het misdrijf

1.1.1.2 Bestraffing van het misdrijf

1.1.2 Diefstal met geweld of bedreiging en afpersing

1.1.3

en afpersing van kernmateriaal

1.2 Bedrog

1.2.1 Misbruik van vertrouwen of andermans kwetsbare toestand

1.2.1.1 Misbruik van vertrouwen

1.2.1.2 Misbruik van vennootschapsgoederen

1.2.1.3 Misbruik van andermans kwetsbare toestand om een nadelige akte te doen ondertekenen

1.2.1.4 Woeker

1.2.2 Oplichting en bedriegerij

1.2.2.1 Oplichting

1.2.2.2 Bedriegerij omtrent de waarde van de munt

1.2.2.3 Bedriegerij omtrent het verkochte goed

1.2.2.4 Bedriegerij omtrent de huur van werk

1.2.2.5 Vervalsing van voedingsmiddelen

1.2.2.6 Te koop aanbieden van vervalste voedingsmiddelen

1.2.2.7 Bedrieglijke aantasting van handelsgoederen

1.2.3 Private omkoping

1.2.4 Bedrog met behulp van een informaticasysteem

1.2.5 Misdrijven die verband houden met de insolventie van ondernemingen 298

1.2.5.1 Eenvoudige bankbreuk

1.2.5.2 Bedrieglijke bankbreuk

1.2.5.3 Bedrieglijke aantasting van de activa of passiva van een gefailleerde persoon

1.2.5.4 Ontrouw in het beheer van het faillissement 301

1.2.5.5 Schending van de procedure van gerechtelijke reorganisatie 301

1.2.6 Overige vormen van bedrog 302

1.2.6.1 Bedrieglijk bewerkstelligen van onvermogen

1.2.6.2 Bedrieglijke verberging

1.2.6.3 Afzetterij

1.2.6.4 Uitgifte van cheques zonder dekking 303

1.3 Heling en witwassen 303

2 Misdrijven met betrekking tot de beschadiging en vernieling van goederen 305

2.1 Misdrijven die een maatschappelijk gevaar doen ontstaan 305

2.1.1 Brandstichting 305

2.1.2 Brandstichting met ernstige schade tot gevolg

2.1.3 Brandstichting van een goed met een bijzonder belang

2.1.4 Brandstichting indien de dader moest vermoeden dat zich daar op het ogenblik van de brand een of meer personen bevonden

306

306

307

2.1.5 Brandstichting met een integriteitsaantasting van de derde graad of de dood tot gevolg 307

2.1.6 Brandstichting bij nacht

307

2.1.7 Verzwarende factoren 307

2.1.8 Veroorzaken van brand door een ernstig gebrek aan voorzorg of voorzichtigheid

2.1.9 Vernieling door ontploffing of overstroming

307

308

2.2

2.2.2 Vandalisme met ernstige schade tot gevolg

2.2.3 Vandalisme aan een goed met een bijzonder belang

2.2.4 Vandalisme met geweld of bedreiging

2.2.5 Vernietiging van authentieke akten, overeenkomsten of overheidsdocumenten

2.3 Misdrijven betreffende informaticasystemen

2.3.2 Aantasting van de integriteit van een informaticasysteem

Titel VII Economische misdrijven

1 Overtredingen van de wetten op de loterij en op de pandhuizen

2 Misdrijven betreffende nijverheid en koophandel

Titel VIII

1 Misdrijven tegen de staatsordening en de staatsmachten

1.1 Misdrijven tegen de staatsordening

1.1.1 Aanslag tegen de staatsordening

1.1.2 Het voorbereiden van een aanslag tegen de staatsordening 319

1.1.3 Samenspanning en voorstel tot samenspanning tegen de staatsordening 319

1.1.4 Aanvaarding van buitenlandse steun aan ondermijning van de essentiële nationale belangen 320

1.1.5 Kwaadwillige aantasting van het overheidsgezag

321

1.2 Misdrijven tegen een wetgevende vergadering 322

1.2.1 Verstoring van parlementaire werkzaamheden

1.2.2 Demonstratie in de buurt van een wetgevende vergadering

1.3 Misdrijven tegen de monarchie

1.3.1 Aanslagen op de Koning en de vermoedelijke troonopvolger

1.3.2 Samenspanning of voorstel tot samenspanning tegen de monarchie

322

322

323

324

324

1.3.3 Voorbereiding van een aanslag tegen de monarchie 324

1.3.4 Majesteitsschennis

1.3.5 Gemeenschappelijke bepalingen

325

325

2 Misdrijven tegen de landsverdediging en de essentiële belangen van België 326

2.1 Uitlokking of veroorzaken van oorlog 326

2.2 Militaire collaboratie 327

2.3 Economische collaboratie 327

2.4 Politieke en intellectuele collaboratie 328

2.5 Misdrijven met betrekking tot staatsgeheimen 329

2.6 Aangifte aan de vijand 332

2.7 Verberging van vijanden of plegers van misdrijven tegen de landsverdediging

332

2.8 Vernieling of brandstichting in strijd met de landsverdediging

2.9 Samenspanning tegen de landsverdediging

2.10 Aanzetten tot misdrijven tegen de landsverdediging

3 Misdrijven tegen de internationale betrekkingen

3.1 Aanslagen tegen een vreemde staat of een buitenlands staatshoofd

3.2 Misdrijven tegen diplomatieke en consulaire vertegenwoordigers van vreemde staten

3.3 Huurlingschap

4 Ambtsmisdrijven

4.1 Schending van fundamentele rechten van de burgers

4.2 Gedragingen met het oog op het ontwrichten van de openbare dienst

4.3 Aanmatiging van macht

4.4 Misbruik van gezag

4.5 Rechtsweigering

4.6 Verduistering, knevelarij en belangenneming

4.7 Publieke omkoping

4.8 Misdrijven met betrekking tot het houden van de akten van de burgerlijke stand

4.9 Strafuitsluitende verschoningsgronden

5

5.1 Belemmering van de onderzoeksdaden en beveiligings- of bewaringsmaatregelen

5.1.1 Weerspannigheid

5.1.2 Valse getuigenis, valse verklaring en meineed

5.1.3 Weigeren van medewerking aan het onderzoek

5.1.4 Verberging van een vervolgde persoon, een lijk of bewijs

5.1.5 De verborgen ruimte

5.1.6 Misdrijven tegen procedurestukken of goederen waarop een maatregel rust 344

5.1.7 Zegelverbreking 345

5.1.8 Inbreuken op het geheime karakter van het strafrechtelijk onderzoek

5.1.9 Uitgeven of verspreiden van geschriften zonder vermelding van de oorsprong 346

5.2 Belemmering van de rechterlijke uitspraak 346

5.3 Belemmering van de uitvoering of de niet-naleving van een rechterlijke beslissing

347

5.3.1 Familieverlating 347

5.3.2 Niet afgeven van kinderen

5.3.3 Niet-naleving van de voorwaarden bij de opheffing van een opsporings- of onderzoeksmaatregel

5.3.4 Belemmering van de uitvoering of niet-naleving van een straf of een vrijheidsbenemende maatregel

5.3.5 Het overgooien van voorwerpen over de muren of afsluitingen van een gevangenis, een afdeling of een inrichting tot bescherming van de maatschappij

348

349

349

350

5.3.6 Niet-naleving van een beslissing tot overlegging van een stuk 350

6 Belemmering van openbare werken

7 Subsidiefraude 350

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.