C N V Inte rnation aal • Pos t bu s 2 4 7 5 • 3500 GL U t re c ht • T 030 - 751 12 60 • F 03 0 - 7 5 1 1 1 4 9 i n t ernationaal @ c n v. n l • www. c n vi n t erna t io na a l .nl
Jaarbericht 2009
omslagJAARBERICHT09.indd 1
29-06-2010 17:05:55
Inhoudsopgave
Voorwoord
p.5
1
Inleiding
p. 6
2
Ontwikkelingssamenwerking in de context van de vakbonden 2.1 Inleiding 2.2 Vakbondsorganisatie: vereniging van leden 2.3 Vormen van samenwerking
p. 9
3
Programma Sterke Partners voor Fatsoenlijk Werk 3.1 Inleiding 3.2 Doel 3.3 Resultaten 3.4 Conclusies en geleerde lessen 2009
p. 13
4
Programma Lobby en beleid voor Fatsoenlijk Werk 4.1 Inleiding 4.2 Doel 4.3 Resultaten 4.4 Conclusies en geleerde lessen
p. 23
5
Programma Draagvlakversterking voor Fatsoenlijk Werk 5.1 Inleiding 5.2 Doel 5.3 Resultaten 5.4 Conclusies en geleerde lessen
p. 31
6
Bestuur en organisatie 6.1 Inleiding 6.2 Beheersstructuur 6.3 Strategie en Beleid 6.4 Mens en Organisatie 6.5 FinanciĂŤle resultaten 6.6 Management Informatie Systeem 6.7 Facilitaire ondersteuning
p. 37
Bijlagen A. Accountantsverklaring B. Bestuur en medewerkers van CNV Internationaal C. Lijst van afkortingen en organisaties
p. 42
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
3
4
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
Voorwoord Als het met de eigen portemonnee slecht gaat, dan is men geneigd om elk dubbeltje om te draaien. Dat geldt ook in deze economisch moeilijke tijden. Overal zien we de klassieke reflex, om voor het eigen belang op te komen en om de blik ‘naar binnen’ te richten. Die houding is begrijpelijk, maar we moeten ons blijven realiseren dat wij in een wereld leven waarin mensen op allerlei manieren met elkaar verbonden zijn, bijvoorbeeld via handel, energielevering, maar ook door reizen. Kijk naar alledaagse dingen, zoals onze kleding: waar is die gemaakt? Door wie? Onder welke arbeidsomstandigheden? Het antwoord op die laatste vraag zal vaak een ongemakkelijk gevoel geven. Veel producten die wij in Nederland kopen, zijn immers in ontwikkelingslanden geproduceerd, vaak onder omstandigheden en voor lonen die niet best zijn. Om die reden vindt het CNV dat wij, naast de belangrijke binnenlandse kwesties over werkgelegenheid, inkomen en de AOW, ook oog moeten houden voor de wereld om ons heen. Dat past ook bij onze waarden die voortkomen uit een traditie en verhalen die mensen al eeuwen lang weten te inspireren om te bouwen aan een rechtvaardige wereld. Daar geldt niet het recht van de sterkste, maar is er ruimte voor elk individu. Daarom steunt CNV vakbonden in ontwikkelingslanden, die opkomen voor de arbeidsrechten van werkende vrouwen en mannen. Zij waken ook over de naleving van internationaal erkende arbeidsnormen en spreken daar werkgevers en overheden op aan. Het vakbondswerk klinkt heel vanzelfsprekend, maar dat is in andere delen van de wereld lang niet altijd het geval. In 2009 zijn maar liefst 101 mensen om het leven gebracht, omdat zij opkwamen voor de rechten van werknemers. Met name in Colombia en Guatemala is het levensgevaarlijk om actief te zijn voor de vakbeweging. Onze collega’s daar ondervinden dat
In dit eerste jaar van mijn voorzitterschap van het CNV heb ik al veel mensen ‘uit de polder’ ontmoet. Maar ook zal ik vakbondscollega’s uit andere landen ontmoeten om met hen ervaringen uit te wisselen. Wij zijn er trots op dat wij deel uitmaken van dat uitgebreide internationale vakbondsnetwerk. Dat maakt ons uniek, naast de vele ontwikkelingsorganisaties die Nederland kent. Zo is het CNV aangesloten bij de ITUC, de internationale vakbondsorganisatie die maar liefst 312 vakbonden uit 155 landen vertegenwoordigt en daarmee staat voor 176 miljoen werkende vrouwen en mannen. In dit Jaarbericht 2009 ziet u hoe onze vakbondspartners en wij hebben bijgedragen aan een wereld die werkt.
aan den lijve. Onlangs bezochten Guatemalteekse vakbondspartners ons land om de mensenrechtensituatie in hun land onder de aandacht te brengen van Nederlandse politici, vakbondsmensen en vertegenwoordigers van andere maatschappelijke organisa-
Jaap Smit, Voorzitter CNV
ties.
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
5
1. Inleiding Het Christelijk Nationaal Vakverbond (CNV) bestond in 2009 honderd jaar. Sinds ruim veertig jaar steunt CNV ook vakbondsorganisaties in ontwikkelingslanden. Dit gebeurde aanvankelijk onder de naam CNV Actie Kom Over, maar tegenwoordig werkt CNV onder de naam CNV Internationaal. In onze huidige globaliserende wereld staan arbeidsrelaties in ontwikkelingslanden steeds meer onder druk. Flexibilisering, informalisering van arbeid en toegenomen (arbeids) migratie zijn hiervan belangrijke oorzaken. Het respecteren van arbeidsrechten is dan ook zeker geen vanzelfsprekendheid. Volgens CNV zijn het waarborgen van deze rechten en een goede sociale dialoog echter belangrijke voorwaarden voor een rechtvaardige verdeling van economische groei. En dus voor effectieve armoedebestrijding.
Resultaten en activiteiten van 2009
Opzet Jaarbericht 2009
Dit Jaarbericht gaat over CNV’s aanwezigheid in de
• In hoofdstuk 2 omschrijft CNV Internationaal
internationale samenwerking. In deze uitgave rap-
het karakter van vakbondsontwikkelingssa-
porteert CNV over de behaalde resultaten en over de
menwerking en de wijze waarop CNV daaraan
activiteiten die daarvoor in 2009 zijn opgepakt. Het Jaarbericht is bedoeld voor collegiale organisaties met een inhoudelijke interesse voor arbeidsrechten-
inhoud geeft. • In hoofdstuk 3 volgt het verslag van het programma Sterke Partners.
versterking in ontwikkelingslanden.
• In hoofdstuk 4 zijn de behaalde resultaten voor
De verantwoordelijkheid van deze internationale
• In hoofdstuk 5 zijn de behaalde resultaten van
Lobby en Beleid beschreven. werkzaamheden ligt bij het CNV, de vereniging van
het programma Draagvlakversterking geana-
elf vakbonden in Nederland. De afzonderlijke bonden
lyseerd.
worden bestuurd door het Algemeen Bestuur. CNV In-
• Hoofdstuk 6 biedt tot slot het verslag van de
ternationaal doet haar werk namens de circa 340.000
bedrijfsvoering, inclusief de financiën van CNV
leden die in 2009 waren aangesloten bij de elf bonden.
Internationaal in 2009.
De werkzaamheden van CNV in ontwikkelings-samenwerking zijn ook bekend onder de naam CNV Internationaal.
Ontwikkelingssamenwerking en internationale zaken Zoals hierboven gesteld is CNV Internationaal
Wijze van rapportage
binnen CNV verantwoordelijk voor de voorbe-
In lijn met de huidige gangbare planningstechnieken
reiding en uitvoering van internationale samen-
binnen ontwikkelingssamenwerking, is een vierjarig
werking. Dit werk bestaat uit een omvangrijke
programma geformuleerd op basis van SMART-prin-
component ontwikkelingssamenwerking en een
cipes. Deze hebben vervolgens de grondslag gevormd
klein deel internationale zaken. Beide werkvel-
voor het Jaarwerkplan 2009. Naar aanleiding van dit
den zijn nauw met elkaar verweven en wederzijds
werkplan wordt in dit jaarbericht gerapporteerd over
versterkend. De interactie tussen beide draagt bij
de drie onderscheiden programma’s: Sterke Part-
aan het succes dat CNV Internationaal behaalt op
ners, Lobby en Beleid en Draagvlakversterking.
het gebied van ontwikkelingssamenwerking. De middelen die worden besteed aan internationale zaken door CNV zijn afkomstig uit ledencontributies, terwijl voor ontwikkelingssamenwerking tevens externe financiering beschikbaar is.
6
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
Subsidie en andere inkomsten
afgesloten. Al deze financieringsbronnen zijn aange-
Ook in 2009 ontving CNV subsidie vanuit het Vak-
wend voor medefinancieringsactiviteiten in ontwik-
bondsmedefinancieringsprogramma (VMP). Op 26
kelingslanden. In beperkte mate zijn deze middelen
juni 2009 verstrekte het Ministerie van Buitenlandse
ook gebruikt voor lobby- en draagvlakactiviteiten in
Zaken een nieuwe, vierjarige subsidiebeschikking.
Nederland en soms daarbuiten.
De beschikbare gelden uit het VMP werden in 2009 aangevuld met particuliere donaties en financiering vanuit afspraken in bedrijfstak-cao’s (IC Cao, zie hoofdstuk 5) die door een aantal CNV-bonden zijn
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
7
8
CNV Internationaal Jaarbericht 2008
2. Ontwikkelingssamenwerking in de context van vakbonden 2.1 Inleiding
Anders gezegd: de nationale vakbeweging kent ide-
CNV is vanuit haar beginselen solidair met werkenden
aliter een verenigingsstructuur van drie niveaus.
wereldwijd. Via CNV Internationaal stelt CNV natio-
Daarbinnen zijn er de vakcentrale, beroepsfederaties
nale vakbondsorganisaties in ontwikkelingslanden in
en basisbonden. Dit zijn zelfstandige organisaties
staat om de situatie van werknemers in hun land te
die ervoor hebben gekozen om met elkaar samen te
verbeteren. Ook voert CNV Internationaal campagne-
werken. Daarmee staan zij sterker in hun belangen-
en lobbyactiviteiten uit in Nederland en Europa. Deze
behartiging en dienstverlening aan de leden.
zijn bedoeld om de arbeidsverbetering te ondersteunen en mogelijk te maken. Voor een beter inzicht
Uitgangspunten samenwerking
in hoe deze internationale vakbondsondersteuning
CNV vindt het belangrijk dat individuele leden en de
werkt, gaat dit hoofdstuk eerst in op de verenigings-
aangesloten bonden zich verbonden voelen met het
structuur van de partnerorganisaties en van CNV zelf.
nemen van een brede, maatschappelijke verantwoor-
Vervolgens komen de diverse samenwerkingsvormen
delijkheid. CNV wil dat de werknemer als mens in al
aan de orde.
zijn facetten volledig tot ontplooiing kan komen. De primaire arbeidsvoorwaarde (het salaris) is volgens
2.2 Vereniging van leden
CNV slechts één van de vele factoren die bepalend is
Een belangrijk kenmerk van de vakbeweging wereld-
voor succesvolle belangenbehartiging en dienstverle-
wijd is dat het een ledenvertegenwoordiging betreft.
ning aan de leden. Het instrument van sociale dialoog
De leden worden door hun vakbond vertegenwoor-
met werkgevers en de overheid is voor CNV een be-
digd. De leden zijn meestal werkenden. Daarnaast
proefd middel.
zijn soms ook gepensioneerden, jongeren en werkzoekenden lid.
Organisatie
Weliswaar bestaan er verschillen tussen vakbonds-
De leden bepalen de koers van hun vereniging. In
organisaties, maar in veruit de meeste gevallen is de
de praktijk betekent dit, dat de leden (werknemers)
volgende structuur op nationaal niveau herkenbaar.
van een bedrijf beslissen over hun basisbond. De
Er is een vakcentrale, er zijn meerdere beroepsfe-
basisbonden beslissen vervolgens over hun beroeps-
deraties (ook wel sectorale bonden genoemd) en vele
federatie en de beroepsfederaties beslissen over
basisbonden. Elke organisatie is een vereniging van
hun vakcentrale. De gezamenlijke taak, de belan-
leden die zelf een bestuur kiest. Dit bestuur is ver-
genbehartiging en dienstverlening aan werknemers,
antwoordelijk voor de leiding en richting van de orga-
moet daarbij goed worden georganiseerd. Ook is een
nisatie. De hoogste zeggenschap in de vakbeweging
duidelijke taakverdeling en coördinatie tussen de drie
ligt steeds bij de aangesloten leden, via de algemene
niveaus een belangrijke vereiste.
(leden)vergadering. Ook de onderwerpen waarmee de vakbeweging zich In de meeste landen is de structuur als volgt:
bezighoudt, vertonen wereldwijd overeenkomsten. In grote lijnen kennen we de volgende werkterreinen:
• Een vakcentrale verenigt nationale beroepsfederaties, die elk werkzaam zijn in een vergelijkbare groep van economische sectoren. • Elke beroepsfederatie heeft basisbonden als leden. Deze zijn werkzaam in een bepaalde economische sector. • Ook de basisbonden zijn verenigingen, maar dan op de werkvloer: in een individueel bedrijf of instelling. De leden van de basisbonden zijn werknemers binnen het bedrijf of de instelling.
• Naleven van bestaande (inter)nationale arbeidswetgeving in een bedrijf; • Onderhandelen met een individuele werkgever over de bedrijfs-cao; • Afsluiten van een overeenkomst met een sectorale werkgeversvereniging; • Onderhandelen met het Ministerie van Arbeid / Sociale Zaken over overheidstaken; • Lobbyen bij parlementsleden, beleidsvoorbereiders en opiniemakers.
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
9
CNV-organisatie
2.3 Vormen van samenwerking
Ook bij CNV zijn er bonden op bedrijfs- / instellingsni-
CNV kiest bewust voor het actief uitdragen van inter-
veau aangesloten, die vervolgens zijn vertegenwoor-
nationale solidariteit. Dit doet zij vanuit het principe
digd in de diverse CNV-bonden. De elf bonden (per 1
van solidariteit tussen werknemers in Nederland en
januari 2010 tien bonden, vanwege een fusie tussen
in ontwikkelingslanden. Het gaat om de onderlinge
twee CNV-bonden) vormen samen de CNV Vakcen-
samenhang in de belangen van werkenden tussen
trale. Het hoogste besluitvormende orgaan binnen
landen, regio’s en werelddelen. Maar ook om het
de CNV-vereniging is het Algemeen Bestuur. Hierin
ondersteunen van de vakbeweging binnen ontwikke-
zitten alle voorzitters van de CNV-bonden en het Da-
lingslanden. GeĂŻnspireerd door de christelijke naas-
gelijks Bestuur van de CNV Vakcentrale. Het hoogste
tenliefde wordt er samengewerkt en ondersteuning
controlerende orgaan is de Algemene Vergadering.
geboden, met armoedebestrijding als doel.
Hierin zijn alle CNV-bonden vertegenwoordigd op basis van het aantal leden.
Een aanvullende reden voor samenwerking met bonden in ontwikkelingslanden is het feit dat de
Positie CNV Internationaal
vakbeweging een duurzame organisatievorm is. De
Voor de beleidsvoorbereiding en -uitvoering op het
vakbeweging brengt werknemers bijeen en biedt hen
terrein van internationale solidariteit heeft de CNV
een consistent en blijvend platform voor belangen-
Vakcentrale een interne organisatie opgezet, met als
behartiging en dienstverlening. Dit is vooral relevant
merknaam CNV Internationaal. CNV Internationaal
voor het sociaaleconomisch klimaat in ontwikkelings-
functioneert binnen de werkorganisatie van de CNV
landen. CNV helpt in de bestrijding van armoede, door
Vakcentrale tussen de andere afdelingen. Zo zijn er
de arbeidsrechten te bevorderen.
de afdelingen Beleid, Marketing / Communicatie, Ledenservice, Rechtshulp, CNV Info en het Shared
De vakbeweging in ontwikkelingslanden opereert in
Services Centre (de groep van afdelingen die de be-
minder gunstige omstandigheden dan CNV in Neder-
drijfsvoering faciliteert van de CNV Vakcentrale en
land. Er is vaak weerstand van sterkere economische
drie van de aangesloten CNV-bonden).
tegenkrachten. Hierdoor is het werk van vakbondsmensen in ontwikkelingslanden vaak moeilijk of zelfs onmogelijk. Vaak zijn arbeidsrechten formeel wel goed geregeld, door de nationale ratificering van ILOconventies. Maar het ontbreekt dan aan de naleving van deze afspraken. CNV biedt ook in die situaties een helpende hand, middels advies en ondersteuning. Internationale koepel van vakcentrales: ITUC Tot en met 2006 waren vakcentrales die lid waren van het voormalig WVA (internationale koepel van vakbondsorganisaties waarvan ook CNV lid was), de natuurlijke partners van CNV. Door de oprichting van de ITUC in november 2006 en het CNV-lidmaatschap daarvan, is er een nieuwe situatie ontstaan. Niet langer wordt de keuze van partnerorganisaties in ontwikkelingslanden gebaseerd op het lidmaatschap van een internationale koepelorganisatie. Tegenwoordig is een gedeelde waarden-oriĂŤntatie van belang bij het aangaan van nieuwe samenwerking.
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
Bij het aangaan van nieuwe samenwerking vindt CNV
mentatie van de vakbeweging, zoals dat in sommige
het belangrijk dat de partnerorganisatie voluit demo-
landen gebeurt. Regimes stimuleren dan de oprich-
cratisch functioneert en ongebonden is. Vakbonden
ting van dermate veel verschillende vakbonden, met
die politiek gekleurd zijn en directe banden onderhou-
alle een eigen organisatie-identiteit. Het gevolg is
den met één of meerdere politieke partijen, zijn geen
dat de vakbeweging als geheel geen enkele rol kan
counterpart. Een ander, zeer belangrijk criterium is
spelen als tegenwicht (countervailing power) van die
dat de vakbondsorganisatie een betekenisvolle bij-
regimes.
drage moet leveren aan de eigen omgeving, op basis van een gericht en hoogwaardig programma.
Mondiale beroepsfederaties Zoals CNV in internationaal verband lid is van ITUC,
In 2009 zijn er echter op deze gronden geen nieuwe
zo zijn de bij CNV aangesloten sectorale bonden lid
samenwerkingsverbanden ontstaan.
van een mondiale beroepsfederatie. Voorheen betroffen dit de International Trade Federations (ITF’s). Zij opereerden als zelfstandige vakorganisaties naast de diverse Global Union Federations (GUF’s). De veranderingen in de internationale vakbondsstructuren hebben sinds 2006 ertoe geleid dat het merendeel van deze ITF’s inmiddels zijn verenigd met een GUF. Enkele ITF’s bestaan nog zelfstandig. Medefinanciering Nationale vakcentrales in ontwikkelingslanden vormden in 2009 de partnerorganisaties van CNV Internationaal. CNV kan een specifieke activiteit of project van een internationale organisatie (die is gelieerd aan één van de aangesloten CNV-bonden) medefinancieren. Hiervoor gelden echter wel voorwaarden: zo moet de nationale
Pluralisme
partnerorganisaties een directe betrokkenheid of
Verscheidenheid binnen de vakbeweging (pluralisme)
aandeel hebben in het project of activiteit. Ook moet
is voor het CNV een belangrijke pijler van vakbonds-
de betreffende activiteit vanuit en op hen gericht zijn
werk, ook binnen de internationale koepelorganisatie
en moet er concrete verbinding zijn met nationale
ITUC. Het is belangrijk dat werknemers zich kunnen
uitvoering van werkzaamheden.
organiseren in vakbonden op een wijze die bij hen past, vanuit een eigen identiteit en op hun eigen ma-
In 2009 zijn enkele op zichzelf staande internationale
nier van actie voeren. Met deze werkwijze en manier
bijeenkomsten van mondiale beroepsfederaties gefa-
van benaderen onderscheidt CNV zich. Het aangaan
ciliteerd door medefinanciering van de congreskos-
van de sociale dialoog ziet CNV als eerste en beproefd
ten. De toezeggingen hiervoor waren echter al ge-
middel om te komen tot behartiging van werknemers-
daan, voordat per 2008 werd besloten om geen struc-
belangen.
turele samenwerkingsrelaties meer te onderhouden
Pluralisme is binnen de vakbeweging tevens een
met internationale vakbondsorganisaties.
waarborg voor brede en kwalitatief goede vertegenwoordiging van werknemers in de nationale gremia.
De samenwerking met de ITUC in het kader van ont-
In 2009 waren dan ook díe organisaties partnerorga-
wikkelingssamenwerking richt zich in eerste instantie
nisatie van CNV Internationaal, die verantwoordelijk-
op coördinatie en kennisuitwisseling / deskundig-
heid nemen voor een duurzame sociaaleconomische
heidsbevordering. Daarnaast kan een medefinancie-
vooruitgang en die de belangen van werkenden op
ringsrelatie ontstaan, bijvoorbeeld bij een specifieke
zoveel mogelijk niveaus meewegen en behartigen.
activiteit of project van de ITUC. Wel moet dan één of
Maar voor CNV mag pluralisme niet leiden tot frag-
meerdere van de nationale partnerorganisaties van
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
11
CNV daarin een directe betrokkenheid of aandeel
Interventiekanalen
hebben. Ook moet er een concrete verbinding zijn met
De internationale samenwerking van CNV heeft aan-
de nationale uitvoering van werkzaamheden. In 2009
knopingspunten in zowel binnen- als buitenland. In
heeft CNV op deze manier één project medegefinan-
ontwikkelingslanden worden programma’s en projec-
cierd: de deelnamekosten van CNV-partnerorganisa-
ten gefinancierd die de verbetering van arbeidsrech-
ties aan het 1st World Women’s Committee, gehou-
ten van werkenden tot doel hebben. Dit gebeurt door
den in oktober 2009 in Brussel.
middel van zogenoemde ‘medefinanciering’: partiële financiering van initiatieven die ook worden bekostigd
Complementariteit
uit eigen middelen en andere financieringsbronnen
In 2009 is een vervolg gegeven aan de complemen-
van de partnerorganisaties. Door dit type financiering
tariteit van werkzaamheden met andere (vakbonds)
kunnen partnerorganisaties autonoom functioneren,
organisaties. Een tweedaagse bijeenkomst tussen
zonder dat er een te grote financiële afhankelijkheid
CNV, de volledige internationale teams van de Bel-
van CNV ontstaat.
gische vakcentrale ACV en de non-gouvernementele
Daarnaast adviseert CNV haar partnerorganisaties
organisatie Wereldsolidariteit leverden voor diverse
over project- en organisatiemanagement en steeds
regio’s coördinatie-overleggen op. Deze resulteerden
vaker ook over arbeidstechnische onderwerpen.
in het voorkomen van mogelijke dubbelingen richting partnerorganisaties in het Zuiden. Ook leverden zij
De internationale samenwerking heeft in 2009 ertoe
bruikbare kennis op over de context van sommige
geleid dat er talloze activiteiten plaatsvonden waar-
landen.
door de belangen van werkenden in ontwikkelingslanden voor het voetlicht kwamen, zowel bij (potentiële)
Met het internationale programma van FNV is in 2009
CNV-leden, bij het brede publiek als bij beleidsma-
minder frequent contact onderhouden. Ten opzichte
kers en politici. De behaalde resultaten in 2009 op het
van 2008 was er namelijk minder aanleiding voor
vlak van beleidsbeïnvloeding, advocacy/pleitbezorging
afstemming. De werkwijze van FNV verschilt funda-
en draagvlakversterking komen in dit jaarbericht
menteel van die van CNV, waardoor FNV een ander-
uitgebreid aan de orde in de hoofdstukken 4 en 5.
soortig partnernetwerk onderhoudt dan CNV. Anders dan CNV legt FNV een flink accent op het ondersteunen van internationale vakbondsstructuren. In 2010 zal CNV nadrukkelijk contact zoeken, met name op het niveau van aanwezigheid binnen landen. CNV heeft in 2009 de halfjaarlijkse bijeenkomsten bijgewoond van het Trade Union Development Cooperation Network (TUDCN) van ITUC in respectievelijk Brussel en Stockholm. Het resultaat was een combinatie van kennisuitwisseling en afstemming met andere vakbondsorganisaties die eveneens donor zijn of die samenwerkingsrelaties onderhouden met partners in het Zuiden. Sinds eind 2009 participeert CNV binnen het Private Sector Development platform in Nederland. Dit is een groep organisaties die werkt aan (sociaal)economische ontwikkeling in ontwikkelingslanden. In potentie is dit platform een belangrijk aanknopingspunt voor CNV in het kader van verdergaande complementariteit.
12
3. Programma Sterke Partners voor Fatsoenlijk Werk 3.1 Inleiding vanuit een arbeidsperspectief. Het gaat hierbij om
Indonesië - Federatie NIKEUBA, aangesloten bij de confederatie SBSI
het verwezenlijken en versterken van arbeidsrechten
De federatie van de banken en verzekeringen,
en daarmee het creëren van decent work. Om deze
NIKEUBA, heeft via rechtshulp diensten verleend
doelen te realiseren, werkt CNV Internationaal nauw
aan 843 werknemers (45% vrouw) in tien bedrijven
samen met partnerorganisaties in ontwikkelingslan-
(banken/verzekering). Eén zaak is in 2009 succesvol
den. Het zijn vooral deze partnerorganisaties (meest-
afgerond: 139 werknemers (30% vrouw) hebben
al vakbondsorganisaties) die arbeidsverbeteringen
een vast contract ontvangen. Voor één case (onte-
realiseren. Dit doen zij via het afsluiten van overeen-
recht ontslag) is er een hoger beroep aangetekend.
komsten met derden of het verlenen van diensten aan
De overige acht cases lopen nog. Deze resultaten
leden.
worden in 2010 verwacht. Het gaat om loon dat niet
CNV Internationaal richt zich op armoedebestrijding
lager is dan het minimum loon, tijdelijke contracten Vier thema’s
die omgezet moeten worden in vaste contracten,
CNV Internationaal richt zich binnen het concept Fat-
vergoeding bij onterecht ontslag, toegang tot sociale
soenlijk Werk op de thema’s ‘Informele Economie’,
zekerheid.
‘Gendergelijkheid’, ‘Eerlijke Globalisering’ en ‘Sociale Dialoog’.
Costa Rica – Confederatie CMTC
3.2 Doel
De CMTC heeft zeven coöperaties opgericht om
Met het programma ‘Sterke Partners voor Fatsoenlijk
daarmee inkomenszekerheid te realiseren voor 210
Werk’ streeft CNV naar ‘sterke partnerorganisaties
vakbondsleden (45% vrouw) uit sociaal kwetsbare
die arbeidsverbeteringen voor mannen en vrouwen
groepen. Een voorbeeld is een vrouwencoöperatie
realiseren’.
in Santa Teresa de Sabalito. Hier zijn 35 vrouwen
Met sterke partners bedoelen we dat zij in staat zijn
actief in het produceren en verkopen van organische
om een sterk maatschappelijk middenveld op te bou-
landbouwproducten. Een ander voorbeeld is een co-
wen. De partnerorganisaties van CNV Internationaal
operatie van 25 blinden en slechtzienden die samen
dragen door middel van het afsluiten van overeen-
een callcenter hebben opgericht. Om deze leden te
komsten met derden en/of door middel van dienst-
ondersteunen gedurende het proces van oprichting
verlening aan leden bij aan arbeidsverbeteringen in
en bij het ontplooien van winstgevende activiteiten,
de formele en informele economie. Zij rapporteren
zijn 38 vakbondsleiders (63% vrouw) van de CMTC
over activiteiten op de themagebieden Formele eco-
opgeleid in Maatschappelijk Werk.
nomie, Gendergelijkheid en Eerlijke Globalisering die voor 2009 gepland waren. Ook rapporteren zij over
Dennis Cabezas Badilla, voorzitter van de CMTC:
themagebieden die al resultaten laten zien, terwijl die
“Het is erg belangrijk om verbeteringen voor wer-
nog niet waren voorzien.
kenden te bereiken via Sociale Dialoog. Op deze manier kunnen wij als CMTC onze leden laten zien
Formele economie
wat de meerwaarde is van hun lidmaatschap.”
Partnerorganisaties in Senegal, Togo, Indonesië, Pakistan, Honduras en Costa Rica hebben in 2009 door middel van dienstverlening en afspraken met derden arbeidsverbeteringen voor werkenden gerealiseerd. Zie voor enkele voorbeelden de blokjes.
Togo – Federatie FESSEP, aangesloten bij de confederatie CSTT De Togolese overheid heeft toegezegd de salarissen van 24.300 ambtenaren (waarvan 4.680 vrouw) te herwaarderen en de inkomensbelasting te verlagen. Dit is het resultaat tussen overleg van FESSEP en de Togolese overheid. In 2010 monitort de federatie of deze overeenkomst in de praktijk is gebracht.
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
13
Eerlijke Globalisering
Gendergelijkheid
CNV wil bijdragen aan een verduurzaming van de
Geweld tegen vrouwen
productieketens van voedsel- en drankproducten.
In het kader van de Millenniumdoelstellingen heeft
Daarom zijn in 2009 rond het thema Eerlijke Globa-
CNV Internationaal het Schoklandakkoord rond het
lisering veertien onderzoeken (zogenaamde assu-
thema ‘het voorkomen van geweld tegen vrouwen’
rances) gedaan. Dit gebeurde in samenwerking met
ondertekend. In Nederland worden deze Millenni-
Fairfood door zes partnerorganisaties binnen lokaal
umdoelstellingen geïnitieerd door het Ministerie van
producerende bedrijven (voor Europese en Neder-
Buitenlandse Zaken.
landse markten). De onderzoeken vonden plaats in Ghana (ananas en cacao), Zuid-Afrika (wijn), Sri Lanka
CNV is in 2009 ook concreet met deze doelstellin-
(thee), Indonesië (garnalen), Costa Rica (bananen) en
gen aan de slag gegaan. Bijvoorbeeld in Guatemala,
Chili (wijn). Met deze zogenaamde assurances is er
waar veel geweld tegen vrouwen plaatsvindt. In 2007
informatie beschikbaar gekomen over de daadwerke-
heeft het Nationaal Congres van Guatemala een wet
lijke naleving van arbeidsnormen en arbeidsomstan-
aangenomen tegen feminicide (vrouwenmoorden) en
digheden bij het tot stand komen van de producten.
andere vormen van geweld tegen vrouwen. De situatie is echter nog niet verbeterd. Dit komt onder an-
In Ghana heeft onze partnerorganisatie GFL onder-
dere doordat veel vrouwen de wet niet kennen of niet
zoek gedaan in de productieketen van ananas en
weten hoe de wet toegepast kan worden. Daarnaast
cacao (cacaoverwerkende bedrijven). Het rapport over
doet de overheid weinig aan de schendingen van
de cacao heeft Fairfood gebruikt in een kritische dia-
deze wet. De partnerorganisatie in Guatemala, CGTG,
loog richting een Italiaans chocoladebedrijf, waarvoor
heeft daarom 50 vrouwen getraind in de mogelijke
de bedrijven in Ghana produceerden. Als vervolg op
toepassingen van deze wet. Daarnaast heeft lobby bij
dit onderzoek bekijkt GFL in 2010 welke interventies
de overheid ertoe geleid dat een commissie van het
mogelijk zijn voor een eerlijkere productieketen in
Ministerie van Arbeid en Sociale Zaken heeft twintig
Ghana, waarbij ook aandacht is voor arbeidsrechten.
bananenplantages bezocht. De commissie heeft on-
Hierbij komt de focus onder andere te liggen op de
derzoek verricht naar schendingen van arbeidsrech-
boeren als producent.
ten van vrouwen en geweld tegen vrouwen op deze plantages.
14
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
In 2010 organiseren de 50 opgeleide vrouwen work-
Citaat van Jorge Pú Mendoza,
shops om daarmee hun kennis door te geven aan andere vrouwelijke leden. Begin 2010 wordt ook een
projectcommissie van de CGTG: “Onze vrouwelijke vakbondsleden kampen
jurist aangenomen binnen de CGTG, die juridische
met problemen van verschillende aard:
bijstand kan bieden aan vrouwelijke leden die met
machismo, geen steun van partner / echtgenoot in
geweld te maken hebben.
huishouden en kinderopvang, discriminatie en seksuele intimidatie
In Macedonië hebben CNV Internationaal en de
op het werk, druk van werkgevers om
UNASM in 2009 verschillende initiatieven onderno-
over te werken en afkeuring van of zelfs
men die passen binnen het Milleniumakkoord ‘het
verbod op deelname aan vakbondsactiviteiten.
voorkomen van geweld tegen vrouwen’. In eerste
Wij hebben niet de illusie dat we alles kunnen op-
instantie heeft CNV Internationaal verkennende ge-
lossen. Maar we hopen, door ons in te zetten
sprekken gevoerd met de Nederlandse ambassade en
voor bewustwording en naleving van de wet,
de vraag neergelegd of een onderzoek naar de situa-
toch kleine verbeteringen te
tie van geweld tegen vrouwen (arbeidsgerelateerd) in
kunnen bewerkstelligen.”
Macedonië zinvol zou zijn. De noodzaak werd door de ambassade bevestigd. CNV Internationaal heeft ondertussen verkennende gesprekken gevoerd met een
De boerenfederaties van de CGT in Honduras stre-
onderzoeksinstituut, wat in 2010 een vervolg krijgt.
ven ernaar dat bij de toegang tot land, kredieten en
De vrouwengroep van UNASM is daarnaast actief
training de participatie van vrouwen 50% is. De boe-
geweest op het gebied van de strijd tegen ongewenst
renfederaties hebben specifieke aandacht voor het
gedrag op de werkplek. De lobby samen met een
verbeteren van de situatie van vrouwelijke boeren. In
parlementair comité heeft ertoe geleid dat ongewenst
veel gevallen gaat het om eenoudergezinnen, waarbij
gedrag nu in de arbeidswetgeving is opgenomen. Dit
de man is overleden of vertrokken en de vrouw nu
resultaat draagt bij aan de bescherming van vrouwen
verantwoordelijk is voor het gezinsinkomen.
die te maken hebben met geweld op de werkplek. Aan dit resultaat zijn paneldiscussies en een hoorzitting in het parlement vooraf gegaan. Verder helpt UNASM mensen die geweld hebben ondergaan. De SOS-hulplijn is één van de diensten die UNASM aanbiedt met financiële steun van het CNV. Gendersensitieve organisaties Het werkplan 2009 bevatte nog geen resultaten op het gebied van gendersensitiviteit van de partnerorganisaties. Deze worden vanaf 2011 zichtbaar. Eerst
3.3 Resultaten van CNV Internationaal
moeten genderaudits worden gehouden. Ook worden
De resultaten van CNV Internationaal in 2009 richten
naar aanleiding van de nieuwe themabeleidsnotitie
zich op drie terreinen:
‘Gendergelijkheid’ van CNV Internationaal nieuwe
1. kwaliteit projectbeheer (strategie 1)
additionele initiatieven ontwikkeld, bedoeld om de
2. kennis beschikbaar bij partnerorganisaties (stra-
gendersensitiviteit van partnerorganisaties te vergroten. Maar gendergelijkheid, in meer of mindere mate, heeft reeds de aandacht van de partnerorganisaties.
tegie 2) 3. contacten beschikbaar voor partners / geparticipeerd in netwerken ten behoeve van de partnerorganisaties (strategie 3)
De SBSI heeft een genderbeleid waarbij minimaal 30% van de deelnemers aan trainingen vrouw moet
Het leveren van kwaliteit in projectbeheer, kennis en
zijn. Vakbondspartners, zoals CGTG, zijn zich bewust
contacten proberen we op verschillende manieren
van de ongelijke positie van vrouwen en mannen.
vorm te geven. De resultaten van CNV Internationaal
Daarom krijgt het thema aandacht in het dagelijkse
leiden ertoe dat partnerorganisaties op verschillende
vakbondswerk.
wijzen beter worden gefaciliteerd in het beter bereiken van werkenden.
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
15
STRATEGIE 1: CNV INTERNATIONAAL HEEFT KWALITEIT GELEVERD IN HET PROJECTBEHEER
De bezoeken aan de focuslanden die volgens het werkplan 2009 waren gepland, is door pensionele onderbezetting beperkt gebleven tot Senegal, Togo, Nepal, Ma-
Focuslandenbeleid
cedonië en Moldavië. Vertegen-
Voor het nieuwe focuslandenbeleid, dat vanaf 2010
woordigers van de drie overige
van kracht is, is in 2009 de eerste basis gelegd. Zo zijn
focuslanden (Indonesië, Colombia
de eerste context analyses en organisatieanalyses
en Guatemala) hebben echter wel
uitgevoerd. Op basis van de uitkomsten analyseren de
Nederland bezocht. De geleerde
programmamedewerkers welke intensiveringsmoge-
les is, dat in tijden van onderbezet-
lijkheden er in 2010 zijn voor de focuslanden Senegal,
ting nog meer prioriteiten moeten
Indonesië, Guatemala en Macedonië. Dit kan met de
worden gesteld (in het identifice-
huidige partnerorganisaties zijn. Maar het is ook mo-
ren van landen voor partnerbezoe-
gelijk dat er in de betreffende landen samenwerking
ken).
wordt gezocht met andere organisaties die complementair zijn.
Context analyse De uitgevoerde context analyses in
Kwaliteit door missies
Senegal, Guatemala en Macedonië
In 2009 stond het bezoeken van de focuslanden op het
hebben ons meer inzicht gegeven
programma, onder meer vanwege de invoering van
in de sociale, economische, poli-
het focuslandenbeleid. Om deze bezoeken beter te
tieke en culturele context waarin
laten aansluiten op het werkplan van CNV Internatio-
onze partnerorganisaties werken.
naal is er in 2009 een nieuw stramien ontwikkeld voor
Zo kregen we antwoorden op vragen, zoals: Welke
de voorbereiding, uitvoering en rapportage van dit
interventiemogelijkheden zijn er voor de partnerorga-
soort missies.
nisatie? Hoe zit het precies met de sociale dialoog?
Het doel van deze missies is vierledig: 1. Het verifiëren van de resultaten 2. Het monitoren van de kwaliteit van het projectbe-
Uitkomsten context analyse Senegal:
heer (PME proces, context analyses, focuslanden-
samenwerking tussen de vakbonden
beleid)
De context analyse van Senegal heeft bevestigd dat
3. Het plannen, uitvoeren en monitoren van ingezette
de Senegalese vakbeweging erg gefragmenteerd is.
kennis ten behoeve van de partners (organisatie-
Eén van de aanbevelingen in het rapport betreft de
analyses, onderzoeken, genderaudits, beleidsin-
ondersteuning van de UDTS en verwante confedera-
strumenten)
ties in het komen tot een strategisch antwoord op de
4. Het plannen, uitvoeren en monitoren van de bij-
huidige verdeel- en heerspolitiek van de regering.
drage die CNV Internationaal doet (zou kunnen
Op de langere termijn moeten de UDTS en andere
doen) middels ons netwerk (Noord-Zuid en Zuid-
vakcentrales een strategie ontwikkelen omtrent
Zuid uitwisseling).
de vraag voor de langere termijn: Waar willen we (Senegalese vakbeweging) zijn over tien jaar? Welke
Het gaat hierbij om de integratie van de doelstellin-
allianties hebben het in zich om (meer) duurzaam
gen van de drie programma’s van CNV Internationaal
en veelbelovend te zijn en hoe zouden ze hieraan
(Sterke Partners, Lobby en Beleid en Draagvlakver-
kunnen werken? CNV Internationaal gaat dit in 2010
sterking) in de reizen (en verslagen). Het stramien
als een van de aandachtspunten oppakken met de
moet deze integratie waarborgen.
UDTS. CNV Internationaal kan kwaliteit leveren in het projectbeheer. Namelijk door te zoeken naar
Met het stramien is in 2009 tijdens de missie naar het
nieuwe strategische interventiemogelijkheden met
focusland Senegal voor het eerst gewerkt. Op basis
de partnerorganisatie die cruciaal zijn voor het land.
daarvan is het stramien verder aangepast (begin 2010). Vanaf 2010 vinden de missies plaats volgens de nieuwe werkwijze.
16
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
De geplande context analyse voor Indonesië is helaas niet succesvol verlopen. Er is onvoldoende kwaliteit geleverd, waardoor de opdracht is teruggetrokken. De context analyses zijn uitgevoerd door onderzoekers van Nederlandse universiteiten. Deze onderzoeken vinden plaats in samenwerking met lokale onderzoekers. Een stuurgroep van externe deskundigen begeleidt de verschillende onderzoeken. Wel is in de stuurgroep de deskundigheid op de thema’s Sociale Dialoog en Eerlijke Globalisering nog onderbelicht. Terugkijkend… De context analyses hebben op een aantal deelterreinen voldoende aanknopingspunten opgeleverd voor discussie met partnerorganiUitkomsten context analyse Macedonië:
saties over mogelijke nieuwe interventiestra-
verdeeldheid vakbeweging en aandacht voor de infor-
tegieën. Wel blijkt dat in de pilot-analyses de
mele economie
thema’s van CNV Internationaal onderbelicht
Ook in Macedonië zijn er nieuwe aanknopingspunten ge-
zijn gebleven. Dit komt ondermeer doordat de
identificeerd. De context analyse heeft onderstreept dat
themabeleidsnotities pas in tweede helft van
twintig jaar na de val van het communisme oude machts-
2009 zijn vastgesteld, terwijl deze analyses
structuren nog deels overeind staan in de vakbeweging.
toen al gaande waren.
Er is in de vakbeweging veel onderling wantrouwen. Dit is veelal gebaseerd op ‘oud zeer’. Op papier is de sociale dia-
Daarnaast is er nog onvoldoende informatie
loog geregeld, maar in de praktijk blijkt de grootste vak-
aanwezig over de verschillende relevante
bond een duidelijke vinger in de pap te hebben. Vakbonden
actoren in de partnerlanden. Er is eveneens
kunnen in Macedonië niet rekenen op groot vertrouwen
meer inzicht nodig in de ‘opportunities and
onder de bevolking. Dit komt door hun huidige onderlinge
threats’ voor de vakbeweging op het gebied
verdeeldheid, soms vermeende politieke betrokkenheid en
van arbeidsrechten.
de beperkte mogelijkheden van beïnvloeding van sociaal economische vraagstukken. UNASM moet zich daarom
Landen in afbouw
bezinnen op de vraag: Op welke terreinen kunnen de ver-
Om meer kwaliteit te kunnen leveren aan de
schillende vakbonden samen wél sterk zijn, om zo hun
partnerorganisaties, zijn in 2009 acht partner-
meerwaarde zichtbaar te maken? Daarnaast bleek uit de
relaties in niet-focuslanden afgebouwd. Dit
analyse dat een groot deel van de bevolking deel uitmaakt
zijn de partnerrelaties in Filippijnen, India,
van de informele economie. Zij hebben niet of nauwelijks
Venezuela, Bulgarije, Litouwen, Servië en
toegang tot sociale voorzieningen en bescherming. Hoe
Slowakije. In Chili is het proces van afbouwen
met dit vraagstuk moet worden omgegaan, dient UNASM
nog gaande. Deze partnerrelatie wordt in 2011
mee te nemen in de lange termijnplanning. CNV Interna-
beëindigd.
tionaal kan UNASM adviseren bij het maken van strategische keuzes op het gebied van arbeidsverbeteringen. De context analyse vormt daarbij een uitstekend hulpmiddel.
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
17
CNV PME Multi annual tool
De 58 vertegenwoordigers van de partnerorganisaties
In 2009 werken zes organisaties in Senegal, Togo,
blijken vooral tevreden over de kwaliteit en het
Indonesië, Pakistan, Honduras en Costa Rica volgens
projectmanagement van CNV Internationaal.
de CNV PME-meerjarenmethode. Deze methode is
De gemiddelde tevredenheidscore was 92%.
door CNV Internationaal in 2008 geïntroduceerd. Bij
Ten aanzien van het beschikbaar stellen van kennis
twee nieuwe partnerorganisaties in Benin en Ghana is
bedroeg de tevredenheidscore 83%. Het beschikbaar
de PME-methode in 2009 geïntroduceerd. Vanaf 2010
stellen van contacten / het participeren in netwerken
gaan zij volgens het CNV PME-meerjarenplan werken.
scoort het laagst, met een gemiddelde tevredenheid-
De geplande PME-introductie bij de partnerorganisa-
score van 72%.
tie in Colombia is door personele onderbezetting niet doorgegaan. In 2010 gebeurt dit alsnog.
De tevredenheidscores komen overeen met de
De resultaten die de partnerorganisaties in hun
nieuwe werkwijze van CNV Internationaal. De laat-
meerjarenplannen formuleren, zijn in eerste instantie
ste score bevestigt dat het beschikbaar stellen van
gericht op arbeidsverbeteringen voor werkenden (zie
contacten en het participeren in netwerken voor CNV
ook de verschillende blokjes van behaalde resultaten
Internationaal een nieuw werkterrein is, waarin de
door partnerorganisaties). In tweede instantie gaan
komende jaren nog meer moet worden geïnvesteerd.
de partnerorganisaties resultaten formuleren die
De ingeslagen weg van meer Zuid-Zuid uitwisselingen
bijdragen aan de eigen organisatieontwikkeling. Dit
en Noord-Zuid uitwisselingen kan de tevredenheid-
gebeurt in 2010. Deze resultaten worden gebaseerd
score verhogen. En dan met name door meer kennis
op de in 2009 uitgevoerde organisatieanalyses. Doel is
en contacten beschikbaar te stellen aan de partner-
dat partnerorgansaties straks nog beter in staat zijn
organisatie. Al in 2009 is hiervoor de eerste nulmeting
om de belangen van de eigen leden te behartigen.
gedaan (was eigenlijk gepland voor 2010).
Een aantal partnerorganisaties in Azië en LatijnsAmerika moet bij de toepassing van de ‘PME Multi annual tool’ nog een kleine kwaliteitsslag maken. Dit heeft te maken met de introductie van de CNV PME-meerjarenmethode. Dit gebeurt namelijk door de PME-trainers van de partnerorganisaties zelf. Hoewel deze trainers tijdens het traject van de CNV PME-jaarmethode (vóór 2005) door CNV Internationaal zijn opgeleid, zijn zij tot nu toe onvoldoende in staat gebleken om de stap van jaarplan naar meerjarenplan te zetten. De aanpak van CNV Internationaal bij de introductie van de ‘PME Multi annual tool’ moet daarom worden herzien, zodat ook deze partnerorganisaties in de toekomst kwalitatieve plannen kunnen leveren. Tevredenheidsonderzoek onder partnerorganisaties Tijdens de partnerconsultatie is bekeken hoe tevreden de partners zijn over CNV Internationaal. Het onderzoek richtte zich op drie punten: • de tevredenheid rond projectmanagement • het beschikbaar stellen van kennis • de vraag of CNV Internationaal voldoende contacten faciliteert 18
STRATEGIE 2:
Daarnaast hebben de partnerorganisaties strate-
CNV INTERNATIONAAL HEEFT KENNIS
gieën gedefinieerd, om de eigen organisatie verder
BESCHIKBAAR GESTELD AAN PARTNERS
te versterken en ontwikkelen. Hiermee verwachten de organisaties nog beter hun rol richting de leden te
Themabeleidsnotities
kunnen vervullen.
In 2009 heeft CNV Internationaal vier beleidsinstrumenten (beleidsnotities) ontwikkeld. CNV heeft deze bovendien gedeeld met 31 partnerorganisaties. Dit
Organisatieanalyse UDTS Senegal
gebeurde tijdens een partnerconsultatie in novem-
De partnerorganisatie in Senegal heeft vastgesteld
ber 2009. De notities zijn gericht op de vier centrale
dat er onvoldoende (in kwantiteit en kwaliteit) ma-
thema’s van CNV Internationaal: Informele Economie,
nagementinformatie beschikbaar is om goede stra-
Fair Globalization, Sociale Dialoog en Gender Equa-
tegieën te ontwikkelen. En dus om haar represen-
lity. Door het maken van thematische beleidsinstru-
tativiteit en positie nationaal te versterken. Ook de
menten faciliteert CNV Internationaal partnerorgani-
communicatie (intern/extern) is een aandachtspunt
saties in het formuleren van een eigen beleid en het
voor de organisatie (voor 2010). Bijvoorbeeld het op-
identificeren van nieuwe initiatieven en projecten rond
zetten van een website, het uitgeven van een nieuws-
deze thema’s.
brief en het opzetten van een ledenadministratie.
Tijdens de partnerconsultatie hebben de partneror-
Maar ook het versterken van de lobby- en advocacy-
ganisaties de themanotities inhoudelijk besproken
capaciteit is een uitkomst van de organisatieanalyse.
en beoordeeld. Vanaf 2010 kunnen zij met deze input
Zodra er meer capaciteit beschikbaar is, hoopt de
aan de slag. Wel zal CNV Internationaal nog een uit-
UDTS te kunnen werken aan de herziening van de
werking maken van de beleidsnotities, zodat de toe-
arbeidswetgeving (gebaseerd op de al geratificeerde
passing ervan makkelijker wordt. In deze uitwerking
ILO Conventies). De UDTS doet dit bij voorkeur in
geeft CNV antwoord op de vragen: Wat kan CNV Inter-
samenwerking met andere actoren (inter-syndicale
nationaal leveren en aan wie?
samenwerking).
Organisatieanalyses
Organisatieanalyse UNASM Macedonië
CNV Internationaal is in 2008 het organisatieontwik-
De organisatieanalyse in Macedonië heeft laten zien
kelingtraject gestart middels het ontwikkelen en vast-
dat het ontwikkelen van een dienstenpakket dat nog
stellen van zes ontwikkelingskenmerken. Inclusief de
beter aansluit bij de behoefte van de (potentiële)
daarbij behorende vraagstukken. Deze ontwikkelings-
leden, een cruciale factor zal zijn voor de toekomst.
kenmerken en vraagstukken zijn karakteristiek voor
Hetzelfde geldt voor een beter ledenregistratiesys-
de vakbeweging. Het gaat om:
teem. Ook de capaciteitsontwikkeling van de trainin-
1. arbeidsverbetering
gen en de trainers zijn aandachtspunten.
2. representativiteit 3. human resources 4. financiële situatie en kwaliteit financieel beheer 5. bestuur en organisatie
Terugkijkend….
6. samenwerking en positionering.
Het traject is nog in ontwikkeling. De partnerorganisaties zijn erg enthousiast over de gekozen werk-
In 2009 kreeg de ontwikkeling van deze kenmerken
wijze van de organisatieanalyse. De sterkte van een
vervolg middels een pilot-organisatieanalysetraject.
organisatie kan deels al worden afgelezen uit de
De ontwikkelingskenmerken vormden de basis van
informatie die voorhanden is door middel van de nul-
een base-line meting (nulmeting) van de organisatie.
meting. De ene organisatie (SBSI, UDTS) heeft al veel
Deze nulmetingen voeren de partnerorganisaties zelf
data in kaart gebracht, terwijl de andere organisatie
uit.
(UNASM) minder kennis heeft over dit soort data. De
Er zijn in 2009 vier organisatieanalyses opgestart.
uitkomsten van de nulmetingen verschillen dan ook
Twee daarvan zijn in 2009 afgerond (Senegal en Ma-
erg tussen de partnerorganisaties. Dit komt mede
cedonië) en twee pas in februari 2010 (Indonesië en
doordat de indicatoren door de partnerorganisaties
Guatemala). Dit laatste was te wijten aan de eerder
zelf zijn geformuleerd. De evaluatie van het pilottra-
genoemde personele onderbezetting.
ject waarin uitdrukkelijk aandacht zal worden gegeven hieraan krijgt vervolg in maart 2010.
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
19
STRATEGIE 3: CNV INTERNATIONAAL HEEFT CONTACTEN GEFACILITEERD AAN PARTNERS EN/OF GEPARTICIPEERD IN NETWERKEN TEN BEHOEVE VAN DE PARTNERORGANISATIES Contacten / Netwerken CNV Internationaal heeft in 2009 partners gefaciliteerd bij het leggen van contacten. Ook heeft CNV deelgenomen aan netwerken. Met deze inspanningen konden de partnerorganisaties hun voordeel doen. Een manier was de ‘World Social Assembly’ (WSA), waarvan CNV Internationaal gastheer was. Aan deze bijeenkomst namen 112 vakbondsleiders uit Afrika, Azië, Europa, Latijns-Amerika en Noord-Amerika deel. Door deze bijeenkomst is het netwerk van vakbondsleiders versterkt. Of zoals waarnemend voorzitter van het CNV, Bert van Boggelen, het belang omschrijft:
“Sociale dialoog draagt bij aan ‘fatsoenlijk werk’. Tegelijkertijd is ‘fatsoenlijk werk’ de beste route om armoede het hoofd te bieden. Kortom, sociale dialoog speelt een belangrijke rol in de vermindering van armoede.” Piet Hein Donner, Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, World Social Assembly, 17 november 2009
Ook was de vraag hoe de ITUC nog beter kan voorzien in de behoeften van haar leden (de nationale vakbondsorganisaties) een vraagstuk tijdens de WSA. “De strijd tegen armoede overwinnen we alleen door
Partnerconsultatie
samenwerking. Daarbij gaat het om ‘Decent Work’(…)
Aansluitend op de WSA volgde de partnerconsultatie
Onderzoek van onder meer de Wereldbank bevestigt
van CNV Internationaal. Gedurende vier dagen wer-
dat vakbonden goed werk doen (it works).”
den de beleidsnotities van CNV Internationaal over de
Bert van Boggelen, Waarnemend voorzitter CNV, World
thema’s Informele Economie, Sociale Dialoog, Eer-
Social Assembly, Utrecht, 17 november 2009
lijke Globalisering en Gendergelijkheid uitvoerig besproken. Deze notities had CNV Internationaal voorafgaande aan de consultatie al aan de partners toe-
Bij de WSA was ook de internationale koepelorganisa-
gestuurd. Per thema werd er een ‘good practice’ door
tie ITUC aanwezig. De thema’s sociale dialoog en in-
een partnerorganisatie gepresenteerd. Aan de hand
formele economie stonden centraal tijdens de uitwis-
daarvan werden de thema’s in werkgroepen verder
seling van kennis en ervaringen. Enkele uitspraken
uitgediept. Dit gebeurde op de volgende punten: het
die tijdens de WSA werden gedaan en die het belang
behaalde resultaat voor werkende mannen en vrou-
en de noodzaak van deze thema’s onderstrepen:
wen, de activiteiten die voor dit resultaat nodig waren, de geleerde lessen, de rol van CNV Internationaal. De uitwisseling tussen de partnerorganisaties bleek
“Vakbonden maken het verschil, óók in de informele economie. Sociale dialoog is daarbij steeds van groot belang.” Bert Koenders, Minister voor Ontwikkelings-
zeer waardevol, vooral ook de uitwisseling van kennis en ervaringen tussen de verschillende continenten. Een kijkje in de keuken in een ander continent leverde nieuwe inzichten op.
samenwerking, World Social Assembly, 17 november 2009
20
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
Terugkijkend…
PME-meerjarenstrategie - waarborgen van kwaliteit
Tijdens de partnerconsultatie is gebleken dat de part-
In 2010 gaat CNV Internationaal weer een aantal PME
ners de themabeleidsnotities van CNV Internationaal
‘training of trainers’ verzorgen, om daarmee de kwa-
omarmen. De aanbevelingen van de partnerorganisa-
liteit van de plannen en rapportages te waarborgen.
ties worden verwerkt in een ‘uitvoeringsdocument’,
Het ‘Bureau voor Technische Ondersteuning’ (BCPA)
ook wel ‘delivers’ genoemd. In 2010 ontvangen de
van CNV Internationaal in Afrika heeft de PME-trai-
partners deze delivers.
ning voor de Afrikaanse confederaties en federaties gefaciliteerd. Door intensieve opvolging van de trai-
Ook hebben de partners de onderlinge afstemming
ningen blijft hier de kwaliteit van de plannen hoog.
en de afstemming met CNV Internationaal tijdens de
Deze methode wordt ook in de komende jaren in
partnerconsultatie als zeer nuttig ervaren. De uitwis-
Afrika voortgezet.
seling van kennis en ervaringen zien zij als een toege-
In Azië, Latijns-Amerika en Centraal en Oost-Europa
voegde waarde, die zij mee terugnemen naar de eigen
zal CNV Internationaal opnieuw de ‘Training of Trai-
organisatie om daarmee aan de slag te gaan.
ners Workshop’ organiseren. Het is de bedoeling dat de PME-trainers van de organisaties die in deze
3.4 Conclusies en geleerde lessen 2009
workshops worden opgeleid, de methode vervolgens
Over de drie strategieën van CNV internationaal zijn
gaan invoeren in de eigen organisaties.
in 2009 verschillende conclusies te trekken en er zijn
Deze methode van ‘training of trainers’ werd eerder
lessen geleerd voor de toekomst. In dit hoofdstuk
al toegepast bij de introductie van de CNV PME-
komen deze lessen en conclusies aan bod.
jaarplannen (vanaf 2005). De programmamedewerker heeft vervolgens de taak om de kwaliteit van de plan-
Strategie 1
nen en rapportages te onderhouden, door blijvende
Context analyse
kwalitatieve input te geven.
De pilotfase van de context analyse is in 2009 afgerond. Deze fase heeft opgeleverd dat op een aantal
Relatie context analyse, organisatieanalyse en
thema’s de geleverde informatie nog meer moet
PME-meerjarenplannen.
worden aangescherpt. Ook moet er meer aansluiting
In het afgelopen jaar is de chronologische volgorde
komen tussen de context analyse en de organisatie-
van eerst een context analyse, daarna de organi-
analyse.
satieanalyse en als laatste de formulering van de
Met betrekking tot de inhoud van de context analyses
PME-meerjarenplannen niet altijd toegepast (context
zijn de volgende aanpassingen nodig:
analyse nog in pilotfase). Hierdoor bleek dat er vanuit
• meer focus op de thema’s
CNV Internationaal onvoldoende kwaliteit kon worden
• meer inzicht in de verschillende actoren en in de
geleverd. Daarom wordt vanaf 2010 deze volgorde
opportunities and threats voor de vakbeweging
standaard doorgevoerd. Daar waar nodig en mogelijk, maakt CNV Internationaal een inhaalslag met de verschillende analyses.
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
21
STRATEGIE 2
STRATEGIE 3
Organisatieanalyse
Zoals gezegd, is tijdens de partnerconsultatie van
Er zijn in 2009 twee organisatieanalyses uitgevoerd en
eind 2009 een eerste behoefte-identificatie gedaan
één wordt afgerond in februari 2010. Doordat dit voor
voor een Zuid-Zuid uitwisseling. Daarnaast zijn
CNV Internationaal en de partners nieuwe methodes
partnerorganisaties opgeroepen om met concrete
zijn, wordt het huidige traject als een ontwikkelings-
voorstellen te komen voor het invullen van de diverse
proces gezien. Na de eerste twee organisatieanalyses
behoeften.
zijn er kleine aanpassingen doorgevoerd. Daarvoor
De eerste inventarisatie die was gepland in 2009,
werd onderzocht of de base-line indicatoren (voor de
gericht op de uitkomsten van de organisatieanalyses,
nulmeting) die de ontwikkeling van organisaties moe-
heeft reeds de eerste (wel voorzichtige) denkbeelden
ten laten zien, niet teveel de kwalitatieve aspecten
opgeleverd over de mogelijke inbreng vanuit CNV. En
ontberen of te verschillend zijn in kwaliteit en inhoud.
dan met name op het gebied van ledencontributie-
Dit betekent onder andere een aanpassing van de
systemen voor de partnerorganisatie in Macedonië,
werkwijze bij deze nulmeting.
typen dienstverlening in verschillende sectoren en de
Daarnaast werd na deze eerste twee organisatieana-
link tussen de jongerenorganisaties (CNV Jongeren
lyses vastgesteld dat de zogenaamde cultuuraspecten
en Macedonië). De nadere uitwerking vindt plaats in
(bijvoorbeeld het leiderschap en organisatiemanage-
2010.
ment) binnen de organisatieanalyse onvoldoende aan bod zijn gekomen.
Een andere conclusie is dat de Noord-Zuid uitwis-
In maart 2010 volgt een uitgebreidere evaluatie van
seling tussen CNV Internationaal en Moldavië als
de pilotfase. Daarna worden alle aanpassingen in het
een voorbeeld kan worden gezien voor vergelijkbare
nieuwe traject meegenomen.
uitwisselingen. Gebleken is, dat de CNV Vakcentrale voldoende kennis en vaardigheden in huis heeft om
In Guatemala is gekozen voor een apart traject met
in de kennisbehoeften van de partnerorganisaties te
een lokale consultant. Dit heeft een aantal nadelen
kunnen voorzien. Hierbij kan naast de afdeling CNV
met zich meegebracht, waaronder: moeilijke afstem-
Opleiding en Training ook worden gedacht aan de
ming, het uitlopen van de planning en een deels an-
expertise van de vakcentrale en bonden op het gebied
ders uitgevoerde analyse. De voordelen/nadelen van
van sociale dialoog, ledenadministratie en andere
een lokale consultant worden in 2010 meegenomen in
vormen van dienstverlening.
de evaluatie van deze eerste pilot.
22
4. Programma Lobby en beleid voor Fatsoenlijk Werk 4.1 Inleiding
4.3 Resultaten
Beleid is bedoeld om kaders te vormen waarbinnen vakbonden hun werk doen. In de vakbondscontext
STRATEGIE 1-A: HELDER SER-ADVIES
gaat het dan voornamelijk om sociaal en economisch beleid. Het spreekt voor zich dat deze kaders sterk
Op 20 juni 2008 bracht de Sociaal-Economische Raad
bepalend zijn voor het mogelijk maken van Decent
(SER) het advies ‘Duurzame Globalisering: een we-
Work.
reld te winnen’ uit. In dit advies beschrijft de SER de
De kaders komen op verschillende manieren tot
kenmerken van het huidige globaliseringproces en de
stand. Zo worden zij gevormd door de toepassing van
effecten van dit proces op Nederland. Naast adviezen
de fundamentele arbeidsnormen van de ILO. Maar
voor de Nederlandse arbeidsmarkt en de beleids-
ook de overlegvormen waarin ruimte is voor de so-
ruimte voor nationaal regeringsbeleid, besteedt het
ciale partners en waarin de inbreng van die partners
advies ook aandacht aan de onderwerpen: internati-
serieus wordt genomen, leveren doorgaans belang-
onale arbeidsnormen, internationaal ketenbeheer en
rijke input op voor deze kaders. Beleid is een breed
maatschappelijk verantwoord ondernemen. Maar op
terrein. En omdat een diffuse lobby weinig zoden aan
het onderwerp ontwikkelingssamenwerking beperkt
de dijk zet, heeft CNV Internationaal ervoor gekozen
het advies zich tot een discussie over de toegang van
om de lobby te richten op een specifiek aantal dos-
producten vanuit ontwikkelingslanden tot de markten
siers: private sector ontwikkeling, Europese handels-
van westerse landen. Wel werd afgesproken dat er
akkoorden en internationaal ketenbeheer. In al deze
een apart advies moest komen over de ontwikkeling
dossiers is het van belang dat de naleving van funda-
van de particuliere sector en ‘pro-poor’ economische
mentele arbeidsnormen goed is geregeld. Ook staat
groei in ontwikkelingslanden.
bij ieder dossier vast dat Decent Work een integraal
De opdracht voor dit specifieke advies ontving de SER
onderdeel van het beleid moet vormen. Naast deze
van de minister voor Ontwikkelingssamenwerking.
dossiers stelt CNV Internationaal ernstige schendin-
Echter, op datzelfde moment bleek de Wetenschap-
gen van arbeidsrechten aan de orde.
pelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) eveneens bezig met een advies over hetzelfde onderwerp.
4.2 Doel
De SER besloot de uitkomst van dit advies af te wachten. Op basis daarvan zou de SER bezien hoe
Het doel van het programma Lobby en beleid voor
wenselijk een aanvullend advies nog is. De WRR heeft
Fatsoenlijk Werk is het beïnvloeden van politieke en
haar advies ‘Meer pretentie, minder ambitie. Ontwik-
bestuurlijke kaders waar sociaal-economisch beleid
kelingshulp die verschil maakt’ op 18 januari 2010
wordt bepaald. Deze beïnvloeding richt zich primair
uitgebracht. De SER beraadt zich op de noodzaak van
op de versterking en verbetering van arbeidsrechten.
een aanvullend advies.
Dus op de opname van Fatsoenlijk Werk in de beleidskaders.
In het SER-advies ‘Duurzame Globalisering: een wereld te winnen’ is veel aandacht besteed aan de Decent Work-agenda. Zie hieronder een citaat uit dit advies: “Decent Work is uitdrukkelijk bedoeld als een kader voor meer coherentie in het sociaal-economische beleid op nationaal en op internationaal niveau. Het bevorderen van Decent Work als flankerend beleid bij globalisering zal eraan bijdragen dat de positieve effecten ervan aan meer mensen en met name ook aan de armen ten goede komen. ‘Decent Work for all’ is wat de globalisering een sociaal gezicht zal geven.” ‘Duurzame Globalisering: een wereld te winnen’, SER, 2008 23
(…) Work – decent work – is the best route out of poverty. (..) The notion that work is more than income alone implies a certain degree of affluence. Anyone who spends all day scratching around for food has little time for reflections on the merits of work. In such cases life is work and work is life. Only where there is a choice there can be an appreciation of the merits of work. This is why we are focusing, nationally and internationally, on decent work for all. Decent work to combat poverty. Decent work to promote health and good working conditions.” Minister Piet Hein Donner, World Social Assembly, Utrecht, 17 november 2009
World Social Assembly Op 17 en 18 november 2009 verzorgde CNV samen met de Belgische vakbond ACV en de Belgische NGO ‘Wereldsolidariteit’ de World Social Assembly (WSA). Meer dan honderd vakbondsvertegenwoordigers uit ontwikkelingslanden, partners van CNV en ACV waren aanwezig om het te hebben over het thema ‘Trade Unions against Poverty, it Works!’. Zie ook hoofdstuk 3 van dit Jaarbericht. Dat Fatsoenlijk Werk ook de aandacht heeft gekregen van beleidsmakers, blijkt uit een aantal uitspraken van minister Piet Hein Donner van Sociale Zaken en Werkgelegenheid tijdens de WSA:
Fatsoenlijk Werk in crisistijd In 2009 ontstond naast de financiële crisis ook een economische crisis. Dankzij de aandacht die in de afgelopen jaren is gevraagd voor Decent Work, bleef het onderwerp ook tijdens de crisis onderdeel van het beleid. Dit is een duidelijk winstpunt uit de afgelopen jaren. Op de G20-top (24 – 25 september 2009) in Pittsburgh zei minister-president Jan Peter Balkenende dat ‘investeren in de meest kwetsbaren op de arbeidsmarkt, onder wie de jongeren, van groot belang is’. Ook zei hij dat ‘lange termijn ontwikkelingen, zoals de vergrijzing, moeten worden meegenomen’. Hij nodigde de ILO uit om op basis van de Decent Work-agenda
“The labour market will therefore always require special rules and procedures in order to protect labour and labourers from the
expertise met landen te blijven delen, maar beklemtoonde dat een one-size-fits-all benadering op dit onderwerp niet mogelijk is.
raw operation of economic laws. That is the deeper reason why government and the social partners engage in ongoing consultation with one another and conclude central agreements in the social and economic fields, and take joint decisions on a wide range of subjects. I am telling you this not to bore you with a lesson in
STRATEGIE 1-B: ACTIEVE DEELNAME zUIDELIJKE PARTNERORGANISATIES CNV IN NEDERLANDSE INITIATIEVEN SOCIALE DIALOOG
Dutch history but to show you that here in the Netherlands we have a long tradition in this field and that social dialogue has been of inestimable value to us. As it still is. Indeed, it is thanks to social dialogue that the Netherlands is the country it is today. This is why we are also working at the
Hoofdstuk 3 van dit jaarbericht gaat in op de rol van de partnerorganisaties van CNV in Nederlandse initiatieven tot sociale dialoog. Deze deelname bestond in 2009 uit onderzoeken, zogenaamde ‘assurances’ rond het thema Eerlijke Globalisering.
international level to promote ‘decent work’. And by ‘we’ I do not just mean the government, but also and above all the CNV and FNV trade union federations. 24
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
STRATEGIE 2: DUURzAMER ASSOCIATIEVERDRAGEN VAN DE EU MET MIDDEN-AMERIKA EN DE ANDESLANDEN
CNV en de partnerorganisaties in Midden-Amerika zien graag dat er in het verdrag een apart hoofdstuk komt over mensen- en arbeidsrechten. Maar dat blijkt niet haalbaar. Tijdens gesprekken met EU-onderhandelaars is duidelijk geworden dat het verdrag beperkt
Associatieverdrag met Midden-Amerika
blijft tot de eerdergenoemde drie gedeelten (politieke
De Europese Commissie onderhandelt in naam van
dialoog, samenwerking en handel). Wel geven de on-
de 27 Europese lidstaten met Midden-Amerika over
derhandelaars aan dat in die hoofdstukken aandacht
een Associatieverdrag met Midden-Amerika. Dit
kan zijn voor mensen- en arbeidsrechten. Daarom oe-
verdrag geeft een juridische basis aan de relatie van
fent CNV, samen met de partnerorganisaties in Mid-
de EU met Midden-Amerika. Het verdrag bestaat uit
den-Amerika, op verschillende fronten druk uit om
drie onderdelen: politieke dialoog, samenwerking en
deze aandacht voor mensen- en arbeidsrechten in het
handel. De Midden-Amerikaanse landen treden per
verdrag voor elkaar te krijgen. De lobby vindt plaats
toerbeurt op als de vertegenwoordiger van de regio.
bij zowel de onderhandelaars in Midden-Amerika als
De onderhandelingen zijn afwisselend in Brussel en
aan de zijde van de EU-onderhandelaars.
Midden-Amerika. Tumult Debat Op 23 januari 2009 verzorgden CNV en CLAT Nederland een debat over de vraag hoe sociaal het Associatieverdrag tussen de EU en Midden-Amerika is. Hoofdgasten waren Raimon Obiols i Germa en Carlos Molina. De Spanjaard Obiols i Germa is Europarlementariër en tevens voorzitter van de Europese delegatie voor betrekkingen met Midden-Amerika. Hij is direct betrokken bij de onderhandelingen over het Associatieverdrag. Molina is voorzitter van het Consultatief Comité van Systeem voor Midden-Amerikaanse Integratie (CC-SICA), de vertegenwoordiger van het maatschappelijk middenveld in Midden-Amerika. Daarnaast was er een panel, bestaande uit Bert van Boggelen (toenmalig Algemeen Secretaris van het CNV), Peter Geertse (Netherlands-Latin American Business Council), Klaas Johan Osinga (LTO Nederland) en Judith Sargentini (kandidaat-lijsttrekker voor het Europees Parlement en fractievoorzitter GroenLinks in Amsterdam). Enkele punten uit dit debat: De eerste onderhandelingsronde vond plaats in oktober 2007 in San José, Costa Rica. De zevende onder-
Klaas Johan Osinga van LTO Nederland
handelingsronde van 30 maart tot 3 april 2009 werd
vroeg zich af of de verwachtingen van een integraal
na één dag onderhandelen opgeschort. De Midden-
Associatieverdrag realistisch zijn:
Amerikaanse landen waren verdeeld over een voorstel om een Midden-Amerikaans investeringsfonds
“Binnen de WTO werden de non-trade concerns van
op te zetten van 60 miljard euro, dat voor 90 procent
tafel geveegd. Uiteindelijk bleek er alleen ruimte voor
gefinancierd zou worden door de EU en 10 procent
voedselveiligheid en dierziektes.”
door de Midden-Amerikaanse landen zelf. Op 29 juni 2009 vond een coup in Honduras plaats. Op 1 juli 2009 maakte de Europese Commissie bekend dat vanwege de situatie in Honduras de onderhandelingen opgeschort zouden worden.
Het maatschappelijk middenveld in MiddenAmerika is bezorgd over het Associatieverdrag. De afgelopen vijf ronden is vooral onderhandeld over de vrijhandelscomponent. Carlos Molina (CC-SICA):
Inmiddels is de zevende onderhandelingsronde in
“70 Procent van de eindtekst gaat waarschijnlijk alleen
februari 2010 hervat. Ook is Panama toegetreden tot
over commercie, maar wij willen inhoud geven aan de
de onderhandelingstafel.
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
andere pijlers.”
25
Molina heeft gemerkt dat de EU onderhandelt met een
“(..) More specifically, the Association Agreement
dubbel discours: de commissie gaat diplomatiek om
will include in its different chapters both general and
met politieke thema’s en is minder flexibel als het gaat
specific provisions which refer to human rights, social
over commercie: “De Midden-Amerikaanse regeringen
standards and the gender dimension. In this regard, can
kijken vooral naar de handel. Zo raakt de dialoog
be mentioned the reference to the achievement of the
over mensenrechten, de vakbonden en het milieu
Millennium Development Goals which include specific
ondergesneeuwd.”
goals applying to women.
Verslag Tumult Debat
The cooperation chapter will also include a general article on social cohesion addressing in particular gender discrimination and a specific reference to women
Bezoek aan Europarlementariërs
in the articles on health, employment, education and
In samenwerking met de Belgische vakbond ACV
vulnerable groups. A specific article will be devoted to
maakte CNV het in januari 2009 mogelijk dat Carlos
gender including the promotion of equal opportunities,
Molina in gesprek kwam met leden van het Europees
integration of gender into all relevant fields of
Parlement, die betrokken zijn bij handelsakkoorden
cooperation. Furthermore specific provisions should
en de relatie met Midden-Amerika.
allow both parties to assess the social impact of the
Verschillende Europarlementariërs hebben vervolgens kritische vragen gesteld aan de Europese Commissie over het verloop van de onderhandelingen en de inhoud van het verdrag. Zo vroeg Europarlementariër David Martin van de
Agreement, including on working conditions. In the trade chapter, the Commission has also proposed specific provisions related to trade and sustainable development which includes a follow up by both regions on the implementation of international social and
Europese Socialisten op 9 februari 2009 aan de Eu-
environmental standards. This includes relevant United
ropese Commissie: tot welke wijze van beoordeling
Nations Conventions including International Labour
heeft de Commissie zich verplicht om de huidige levensstandaard van de Midden-Amerikanen te
Organisation (ILO) conventions. The civil societies of the two regions will be involved
waarborgen, maar ook de differentiële effecten van
in the follow up of the Association Agreement and that
de voorgestelde liberalisering van de handel, de in-
process should include relevant representatives such as
vesteringen en de dienstverlening voor mannen en
women organisations. (..)”
vrouwen? Eurocommissaris Benita Ferrero-Waldner antwoordde onder meer:
Benita Ferrero-Waldner, Eurocommissaris voor Buitenlandse Betrekkingen, Vraag E 0666/09 Europees Parlement
Open brief EVV Het Europees Verbond van Vakverenigingen (EVV) is
1. That the substance of the trade union proposals
de Europese koepelorganisatie van vakbonden in de
be incorporated into the three pillars of the As-
EU. Het EVV zit bij de Europese Commissie als sociale
sociation Agreement in order to regulate and
partner aan tafel. Het EVV vertegenwoordigt daarbij
overcome conditions that permit the violation of
82 vakbonden in Europa, waaronder CNV. Tot op he-
human and labour rights, particularly in the
den heeft het EVV weinig aandacht besteed aan de
form of unpunished violations of the right to life
Associatieakkoorden. Het EVV gaf prioriteit aan dos-
and trade union freedom in Central America.
siers die werknemers in de EU raken. Op verzoek van Spaanse vakbonden en CNV publiceerde het EVV op 5
2. In order for these points to be properly implemen-
maart 2009 een open brief. Dit gebeurde samen met
ted it is essential to define obligatory monitoring
de Midden-Amerikaanse vakbondsorganisatie. De
and implementation mechanisms.
brief was gericht aan de onderhandelaars aan beide zijden en riep onder meer op:
26
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
Associatieverdrag tussen EU en Colombia
Op gelijksoortige vragen van diverse Europarlementa-
In 2002 is de EU een handels- en politieke dialoog
riërs aan de Commissie in december 2009 antwoord-
gestart met de Andes-regio. Het doel was om toe
de Eurocommissaris Ashton in gelijke bewoordingen.
te groeien naar een volwaardig Associatieakkoord.
De verwachting is dat begin 2010 een akkoord met
Hiervoor moesten met name Bolivia, Colombia, Peru,
Colombia wordt gesloten. Maar dankzij het nieuwe
Equador en Venezuela eerst komen tot een betere
verdrag van Lissabon moet het Europees Parlement
regionale aanpak. Die aanpak bleef uit, waardoor in
nog wel zijn goedkeuring aan dit akkoord geven. Dit
mei 2008 werd besloten dat met elk van de landen
biedt de lobbyisten een nieuwe kans.
apart onderhandeld zou worden. Ook deze akkoorden bevatten drie hoofdstukken: handel, politieke dialoog en economische samenwerking. Deze werkwijze maakte het de onderhandelaars aan zowel de Europese als de Andes-zijde eenvoudiger. De onderhandelingen met Colombia gingen in 2009 in een rap tempo. Maar anders dan bij de onderhandelingsronden met Midden-Amerika, had CNV hier slecht toegang tot de onderhandelaars. Door de snelheid van de onderhandelingen was het bovendien moeilijk om tijdig vragen aan de Europese Commissie te stellen of om leden van het Europees Parlement te verzoeken de Commissie te bevragen. Europarlementariër Jim Higgings (EVP) vroeg de Europese Commissie in september 2009 of de Commissie bereid was de onderhandelingen met Colombia op
STRATEGIE 3:
te schorten, gezien de stijging van het aantal moorden
VERBETERDE NALEVING ARBEIDSRECHTEN IN
op vakbondsleiders. Eurocommissaris Catherine Ash-
PARTNERLANDEN WAAR SPRAKE IS VAN ERNSTIGE SCHENDINGEN
ton bevestigde de toename van het aantal moorden op vakbondsleiders. Maar dat was voor de Commissie geen aanleiding om de onderhandelingen stop te zet-
In sommige landen worden de arbeidsrechten struc-
ten. Zij stelde:
tureel geschonden. In andere landen zijn de schendingen onderdeel van een regeringscrisis of coup. CNV heeft in 2009 specifiek aandacht gevraagd voor
“(..)We hebben onlangs bovendien een begin gemaakt
Honduras en Guinee.
met een bilaterale mensenrechtendialoog met de Colombiaanse regering. Dit zal een kanaal zijn voor
Honduras
een meer geregelde, systematischere uitwisseling
In juni 2009 vond in Honduras een staatsgreep plaats.
van informatie en ervaringen op het gebied van de
Deze zorgde ervoor dat veel vakbondsleden werden
mensenrechten en deze dialoog zal helpen om de
opgepakt en door de tijdelijke regering werden vast-
technische samenwerking van informatie te voorzien.
gehouden. Ook waren door de crisissituatie arbeids-
Voorts proberen we aanvullende garanties op te nemen
rechtenschendingen ineens aan de orde van de dag.
in de geplande meerpartijen handelsovereenkomst.
Werkgevers misbruikten de situatie om bijvoorbeeld
Teneinde de tenuitvoerlegging van de belangrijkste
werknemers zonder vergoeding te ontslaan en om
kernverdragen op het gebied van arbeid en milieu in
hen geen overuren meer uit te betalen. CNV Interna-
Colombia te verbeteren, als onderdeel van het hoofdstuk
tionaal heeft zich op twee manieren ingezet om aan
over duurzame ontwikkeling. We stellen ook voor om
deze schendingen een einde te maken:
de instellingen van het maatschappelijk middenveld toezicht te laten houden op de tenuitvoerlegging van
•
in Nederland.
arbeidswetten. We hopen dat de overeenkomst op deze manier de situatie voor arbeidsrechtenactivisten in
Via lobby richting de Ambassadeur van Honduras
•
Door de partnervakbond CGT Honduras bij ver-
Colombia zal helpen verbeteren.”
schillende activiteiten financieel en inhoudelijk te
Catharine Ashton, Hoge vertegenwoordiger voor
ondersteunen. De activiteiten waren gericht op het
Buitenlandse Zaken en Veiligheidsbeleid van de EU
tegengaan van mensen- en arbeidsrechtenschen27
dingen. Zo werden voorlichtingbijeenkomsten voor
Op de World Social Assembly zei minister Bert Koen-
leden gehouden, werd er gelobbyd en onderhan-
ders (Ontwikkelingssamenwerking) in zijn videobood-
deld met de overheid en gaf CGT Honduras opge-
schap:
pakte vakbondsleden juridische ondersteuning. “Finally, I would like to stress the important
Zie ook hoofdstuk 6.8.
role the CNV plays in protecting human rights. Guinee
This ranges from protecting trade union leaders
In Guinee was er in december 2008 een militaire
who are being threatened to actively championing and
staatsgreep. Legerleider Moussa Dadis Camara be-
securing human rights. Two examples are Colombia and
noemde zichzelf tot president. In de periode direct na
Guatemala, where trade union leaders are in dire straits
de machtsgreep kon Camara nog rekenen op brede
and the violence often costs people their lives. The CNV
steun van de bevolking, maar velen begonnen aan
provides training for members of sister unions and
zijn goede bedoelingen te twijfelen toen hij opdracht
ensures these violations do not go unnoticed.
gaf tot intimidatie en invallen in woningen van voor-
This is vitally important work.”
aanstaande leiders. En zeker ook toen hij vervolgens
Bert Koenders, Minister voor Ontwikkelings-
bekend maakte toch mee te willen doen aan de ko-
samenwerking, World Social Assembly,
mende presidentsverkiezingen. Onder leiding van
17 november 2009
Rabiatou Serah Diallo (Secretaris Generaal van partnerorganisatie CNTG) namen vakbonden het voortouw STRATEGIE 4:
in een constructieve dialoog met de regering om de
RESPECT VOOR INTERNATIONAAL ERKENDE
politieke problemen op te lossen. Ook Rabiatou werd
ARBEIDSRECHTEN IN DE KETEN
slachtoffer van bedreigingen. CNV Internationaal heeft de Nederlandse Ambassade in Senegal hierover geïnformeerd, die daarop telefonisch contact zocht
SER-verklaring
met Rabiatou om haar te laten weten dat men haar
Op 19 december 2008 kwam de Sociaal-Economische
situatie op de voet volgde.
Raad (SER) met een verklaring over internationaal
De regering trad in 2009 zeer hard op tegen protesten
verantwoord ondernemen (MVO). Met deze verklaring
van de bevolking, wat escaleerde op 28 september
geven de bij de SER aangesloten partijen, waaronder
2009. Er vielen 150 doden en zeker 1.200 gewonden.
CNV, aan dat:
Samen met FNV heeft CNV daarop minister Maxime
•
heer is geboden
Verhagen van Buitenlandse Zaken middels een brief verzocht om druk uit te oefenen op de machthebbers.
vormgeving van internationaal MVO en ketenbe-
•
internationale aspecten van MVO en ketenbeheer
De vakcentrales pleitten bij de minister onder andere
moeten worden ondersteund door een breed nor-
voor gerichte sancties en reisverboden.
matief kader, waaraan bedrijven dienen te voldoen
In 2010 is er een overgangsregering aan de macht gekomen. Deze moet binnen 6 maanden verkiezingen
•
het normatieve kader moet worden ingevuld en toegepast.
organiseren. Rabiatou is aangesteld als vicepremier van de Nationale Overgangsraad. De veiligheidssitu-
Tot aan 2012 stelt de SER jaarlijks een voortgangs-
atie in Guinee is verbeterd.
rapportage op. Daarna volgt in 2012 een evaluatie van de verklaring. Richtlijn 400 In 2009 werd op verzoek van dit SER-initiatief Richtlijn 400 van de Raad voor de Jaarverslaglegging aangepast. De richtlijn eist nu van bedrijven dat zij rapporteren over maatschappelijke aspecten van het ondernemen, inclusief (internationaal) ketenbeheer. De herziene RJ 400 Jaarverslag geldt vanaf 1 januari 2010. Eerdere toepassing wordt aanbevolen. De reikwijdte van de informatieverschaffing over MVO zal afhangen van de aard en activiteiten van een onderneming.
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
Daarnaast is nu duidelijk dat van ondernemingen mag
4.4 Conclusies en geleerde lessen
worden verwacht dat zij aangeven hoe zij leveranciers ‘met wie een frequente, intensieve en kenbare relatie
Strategie 1
bestaat’ aanmoedigen om sociale en milieunormen
Adviezen van de SER zijn een beproefde methode om
na te leven. En of zij dat nagaan en hoe zij dit nagaan.
overheidsbeleid te beïnvloeden. De sociale partners maken daarvan dan ook dankbaar gebruik. Een advies
MVO-aandacht bij cao-onderhandelaars
over de ontwikkeling van de private sector in ontwik-
Met de brochure ‘Het CNV & Sociaal Verantwoord On-
kelingslanden is uitgesteld, omdat de WRR in 2009
dernemen’ worden kaderleden en cao-onderhande-
met een soortgelijk advies zou komen. Dit advies
laars van de CNV-bonden voorgelicht over hoe zij MVO
werd uiteindelijk in 2010 gepresenteerd. Het is nog
vorm kunnen geven. Deze brochure werd opgesteld
onduidelijk of de SER een vervolgadvies op dit terrein
door CNV Internationaal. In de brochure dient CNV
gaat uitbrengen. CNV volgt dit proces nauwlettend.
metaaltechniek als voorbeeld. Op 18 maart 2009 werd deze vakgroep lid van MVO Nederland.
Strategie 2 Handelsakkoorden bevatten grote economische be-
CNV Metaaltechniek partner MVO Nederland
langen. In het geval van de akkoorden met Midden-
CNV Bedrijvenbond Metaaltechniek is in 2009 partner
Amerika en Colombia liggen deze belangen met
geworden van MVO Nederland. “Duurzaamheid laat
name aan de kant van Midden-Amerika en Colombia
het mkb-bedrijf overleven”, aldus bestuurder Marco
en minder aan de kant van de EU. Het is vooral de
Hietkamp. Hietkamp overhandigde aan Willem La-
Europese markt die de verdragspartners grote voor-
geweg, directeur van MVO Nederland, het boekje ‘In-
delen biedt. Deze constatering betekent dat de lobby
clusief ondernemen’. In dit boekje staat de CNV-visie
voor aandacht voor mensen- en arbeidsrechten in
op duurzaam ondernemen voor bedrijven in de sector
de verdragen aan EU-zijde minder in conflict komen
kleinmetaal. MVO Nederland ondersteunt de Vakraad
met mogelijke economische belangen. Aan de andere
Metaal bij een plan van aanpak voor de opzet van spe-
zijde van de onderhandelingstafel is dat echter wel
cifieke opleidingen voor medewerkers, waarin MVO
zo. Vandaar dat het van belang blijft om als Europese
een onderdeel is.
vakbond de Europese onderhandelaars onder druk te zetten om paragrafen over mensen- en arbeidsrech-
Arbeidsvoorwaardennota CNV
ten in de verdragen op te nemen.
Jaarlijks stelt CNV een Arbeidsvoorwaardennota vast. Deze nota dient als leidraad voor alle cao-onder-
Een groot verschil tussen de onderhandelingen met
handelaars. In de nota van 2009 is expliciet aandacht
Midden-Amerika en met Colombia is de rol van het
besteed aan MVO. Zo bepaalt de Arbeidsvoorwaarden-
maatschappelijk middenveld. In Midden-Amerika is
nota dat CNV in sectoren en bedrijven een passende
de bijdrage van het maatschappelijk middenveld goed
invulling wil geven aan MVO. Dit kan betrekking heb-
georganiseerd en praten / denken de partijen mee
ben op interne omgangsvormen, zorg voor inzetbaar-
over de onderhandelingen. De succesvolle lobby van
heid van medewerkers op lange termijn (arbeids-
CNV in dit traject is ook deels te danken aan de goede
omstandigheden, werkdruk), zorg voor het milieu,
informatievoorziening vanuit de CC SICA, de regio-
duurzaam consumeren binnen het bedrijf (catering),
nale organisatie die het maatschappelijk middenveld
duurzaam inkoopbeleid, duurzaam produceren, out-
vertegenwoordigt. Het feit dat deze organisatie wordt
sourcing, ketenverantwoordelijkheid en respecteren
voorgezeten door een vakbondsbestuurder, maakt de
van werknemersrechten wereldwijd.
informatievoorziening extra relevant voor CNV. De hoge snelheid en geringe informatievoorziening
CNV wil afspraken maken over het vastleggen van
rond de onderhandelingen met Colombia heeft CNV
normen en uitgangspunten rond MVO binnen sectoren
in de lobby op achterstand gezet. Overigens geldt die
en bedrijven, bijvoorbeeld in een mission statement
achterstand ook voor het Europees Parlement. Pas in
of gedragscode. Bij de toepassing van en de controle
een laat stadium (december 2009, terwijl het nieuwe
op deze afspraken dienen stakeholders betrokken te
verdrag in het voorjaar 2010 wordt verwacht) kwam
worden, waaronder vakbonden en ondernemingsra-
in het parlement een aantal vragen over dit akkoord
den.
op gang. De les die het CNV hieruit trekt, is dat in een
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
29
vroeg stadium contacten moeten worden gelegd en
om in crisissituaties kaderleden te activeren voor
onderhouden met de EU-onderhandelaars. Maar ook
projecten. Vaak zijn kaderleden bang voor de conse-
met andere NGO’s die zich specifiek richten op een
quenties van hun vakbondsinzet. Een voorbeeld is dat
bepaald handelsakkoord.
na de crisis het hoofdbureau van CGT onmiddellijk met voorlichtingsbijeenkomsten voor vakbondsleden
Dankzij het nieuwe verdrag van Lissabon moet ook
begon, om met hen een strategie te bepalen voor het
het Europees Parlement goedkeuring geven aan de
tegengaan van de schendingen van arbeidsrechten.
Associatieakkoorden. De lobby verlegt zich dus na de
Van degenen die deze activiteiten op regionaal en
onderhandelingsfase van de onderhandelaars naar
lokaal niveau zouden coördineren, haakten sommigen
de besluitvormers in het Europees Parlement. Er is
af omdat zij bang waren dat de overgangsregering dit
zogezegd nog een extra kans.
zou zien als samenzwering. Zij vreesden de eventuele negatieve gevolgen. CGT had hier niet op gerekend en
STRATEGIE 3
moest op het laatste moment nog andere coördinato-
CNV Internationaal werkt al lang samen met CGT
ren vinden.
Honduras. Hierdoor is er veel kennis van de organisatie en de situatie van werkenden in Honduras op-
STRATEGIE 4
gebouwd. Eén van de geleerde lessen is dat juist door
Het eerste voortgangsverslag van de SER-verklaring
deze kennis CNV Internationaal zo snel kon insprin-
over internationaal MVO verscheen in 2009, maar
gen op de crisissituatie na de staatsgreep. Hierdoor
miste de ambitie waarmee het SER-initiatief was ge-
was het direct mogelijk om een gezamenlijk project te
start. Onder druk van onder meer de Tweede Kamer,
ontwikkelen, waarin de behoeften van werkenden en
staatssecretaris Frank Heemskerk (Economische
de schendingen van arbeidsrechten konden worden
Zaken) en CNV werd de ambitie bijgesteld. De lobby
aangepakt.
op dit terrein wordt de komende jaren voortgezet.
Ook CGT Honduras heeft in de maanden na de staats-
Voor 2009 stonden geen concrete resultaten gepland
greep lessen geleerd. Zo blijkt het soms moeilijk
en zijn deze dan ook niet behandeld.
30
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
5. Programma Draagvlakversterking voor Fatsoenlijk Werk 5.1 Inleiding Om effectief te werken aan armoedebestrijding via vakbondswerk in ontwikkelingslanden, is het van belang dat er een breed maatschappelijk draagvlak bestaat voor het internationale vakbondswerk. Daarom werkt CNV Internationaal aan het creëren en versterken van dat maatschappelijke draagvlak in Nederland. Zo kan concreet invulling worden gegeven aan de gezamenlijke verantwoordelijkheid van samenleving en overheid voor armoedebestrijding en kunnen kennis en krachten worden gebundeld. CNV Internationaal draagt daaraan bij, door bij stakeholders en specifieke publieksgroepen draagvlak te creëren en te versterken.
5.2 Doel
STRATEGIE 1:
Het doel van het programma Draagvlakversterking voor Fatsoenlijk Werk van CNV Internationaal is het creëren en versterken van een zo groot mogelijk maatschappelijk draagvlak binnen Nederland in het
CNV BEDRIJVENBOND EN CNV DIENSTENBOND GEVEN INHOUD AAN MAATSCHAPPELIJK ONDERNEMEN
algemeen, en bij de natuurlijke achterban van CNV Internationaal in het bijzonder. Tot de natuurlijke achterban van CNV Internationaal behoren de CNVbonden, leden, vrijwilligers en potentiële sympathisanten.
5.3 Resultaten Met het programma Draagvlakversterking voor Fatsoenlijk Werk wil CNV Internationaal bereiken dat er in Nederland meer draagvlak komt voor armoedebestrijding in het algemeen. In het bijzonder gaat daarbij de aandacht uit naar armoedebestrijding, door het onderkennen en respecteren van arbeidsrechten in ontwikkelingslanden. Om dat te bereiken, heeft CNV Internationaal zich in 2009 een aantal doelen gesteld. Aan de hand van de drie strategieën worden hierna de resultaten geanalyseerd.
Internationale collegialiteit in cao’s (IC CAO) Het streven was om in 2009 de inkomsten uit IC CAO met 3% te laten groeien. IC CAO zijn cao-afspraken, waarbij de werkgever een afgesproken bedrag beschikbaar stelt voor een of meerdere projecten van vakbonden in ontwikkelingslanden. Ook werknemers kunnen een bijdrage afspreken. Het is gebruikelijk dat CNV Internationaal via de cao-onderhandelaars een geschikt project voorstelt aan de werkgevers. Dit project kan met de toegekende bijdrage worden gefinancierd. Bij de CNV Bedrijvenbond zijn in 2009 de meeste afspraken rond internationale collegialiteit in cao’s gerealiseerd. In totaal zijn in 2009 tien nieuwe IC CAO-afspraken gemaakt, bestemd voor projecten van vakbondspartners van CNV Internationaal. Zie ook onderstaande tabel. Hieruit valt af te lezen bij welke bonden er in 2009 nieuwe cao-afspraken ten behoeve van IC CAO zijn gemaakt. Ook de bedragen voor internationale collegialiteitprojecten staan in de tabel.
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
31
CNV-bond
Aantal IC CAOafspraken in 2009
Financiële toekenning voor IS in cao-afspraken 2009 (in €)
CNV Bedrijvenbond
9
41.000
18 (incl. 9 nieuwe)
CNV Dienstenbond
1
21.155
13 (incl. 1 nieuwe)
CNV Hout en Bouw Totaal IC CAO
Toegekende Inkomsten bonden
11.000 10
62.155
Totaal Inkomsten bonden
Aantal IC CAO-projecten in beheer in 2009
1 31
11.000
In totaal is er in 2009 via IC CAO en inkomsten van
In 2008 werd door de CNV Bedrijvenbond voor €
bonden (zonder dat daar een cao-afspraak tegenover
150.621 aan IC CAO-middelen gereserveerd en door
staat) € 73.155 toegekend aan internationale collegia-
de CNV Dienstenbond € 139.917. Gezien de boven-
liteitprojecten.
staande redenen is de voorgenomen 3% groei in nieuwe IC Cao-afspraken voor 2009 niet gerealiseerd.
De internationale solidariteitsbijdragen en de lopende
Wel is het aantal nieuwe IC CAO-afspraken bij de CNV
projecten creëren draagvlak voor internationale col-
Bedrijvenbond in 2009 gelijk gebleven in vergelij-
legialiteit. En daarmee draagvlak voor ontwikkelings-
king met 2008, te weten negen. Dit geeft aan dat het
samenwerking bij de werkgevers en op de werkvloer.
draagvlak bij bedrijven weliswaar gelijk is gebleven,
De CNV Dienstenbond is aangesloten bij de internatio-
maar dat er minder geld beschikbaar was.
nale beroepsfederatie World Organization of Workers
Wat tenslotte ook bijdraagt aan het percentagever-
(WoW). In 2009 heeft deze bond de gemaakte interna-
lies, is dat een aantal cao’s is afgesloten voor de duur
tionale collegialiteitsafspraken binnen nieuwe cao’s
van twee jaar. De NAM heeft bijvoorbeeld zo’n cao.
gereserveerd voor projecten van de WoW. Hierdoor is
In de NAM-cao (2008 / 2009) is €75.000 afgesproken
de capaciteit van sommige, bij CNV-partnerorganisa-
voor IC CAO-projecten. Hierover is echter al in het
ties aangesloten dienstenbonden versterkt. Dit komt
jaarverslag van 2008 gerapporteerd.
echter niet tot uitdrukking in de bovenstaande tabel.
Op het gebied van samenwerking met bonden is er verder intensief contact met CNV Hout en Bouw en
De economische crisis heeft tot gevolg gehad dat in
CNV Onderwijs. Met CNV Hout en Bouw worden de
de onderhandelingen tussen werkgevers en werkne-
mogelijkheden voor samenwerking verkend, waaron-
mers meer waarde werd gehecht aan het behouden
der een gezamenlijk pilot-project in Togo. Concrete
van een kleine loonsverhoging en eigen arbeidsvoor-
samenwerkingsmogelijkheden met CNV Onderwijs
waarden, dan aan een afspraak over internationale
krijgen in 2010 vervolg.
solidariteit.
32
Particuliere relaties CNV Internationaal wilde het jaar 2009 afsluiten met een toename van het aantal particuliere relaties van 3%, ten opzichte van 2008 (2008: 17.000 particuliere relaties). Onder particuliere relaties verstaat CNV Internationaal particulieren die CNV Internationaal financieel steunen, middels losse giften of periodieke donaties. De gegevens worden bijgehouden in een eigen Access-bestand. Volgens dit bestand telde CNV Internationaal op 31 december 2009 19.881 particuliere relaties. Ten opzichte van 2008 is dit een groei van 16,9%. Deze stijging is vijf keer groter dan STRATEGIE 2: CNV-LEDEN EN SyMPATHISANTEN ONDERSTEUNEN DE NOODzAAK VAN VERBETERDE ARBEIDSRECHTEN IN ONTWIKKELINGSLANDEN.
verwacht! Handtekeningenacties Het streven was om in 2009 bij handtekeningenacties een gemiddelde respons te bereiken van 15%. Er zijn in 2009 vier digitale protestbrievenacties gehouden. In
CNV Panelonderzoek Het streven was dat eind 2009 55% van de CNV-leden zou weten hoe het met de naleving van arbeidsrechten in ontwikkelingslanden is gesteld. Via het CNV Panelonderzoek is dit gemeten. Dit onderzoek wordt zo’n zes keer per jaar gehouden onder CNV-leden. Diverse thema’s komen daarbij aan de orde. Uiteindelijk is niet in december 2009 de mening van de CNV-leden gepeild, maar in januari 2010. Uit het onderzoek bleek dat 57 procent van de 1.243 respondenten CNV Internationaal kent en weet hoe het is gesteld met de naleving van arbeidsrechten in ontwikkelingslanden. Geefbereidheid CNV-leden Het streven was om in 2009 de geefbereidheid onder CNV-leden te laten stijgen. Van de 1.243 ondervraagden in het CNV Panelonderzoek gaf 6% aan bereid te zijn geld te doneren aan CNV Internationaal. Dit is een daling van 2% ten opzichte van 2008.
CNV Internationaal Jaarbericht 2008
alle gevallen waren de aanleidingen bedreigingen en moorden op vakbondsleiders: tweemaal in Guatemala en tweemaal in Colombia. In deze twee focuslanden van CNV Internationaal eist vakbondswerk de meeste slachtoffers. De Nederlandse Ambassades in die landen zijn geïnformeerd over de protestbrievenacties. De Nederlandse Ambassade in Guatemala heeft deze zaken ook aan de orde gesteld in het reguliere overleg met de Guatemalteekse overheid. De handtekeningenacties zijn via de CNV Wereldnieuwsbrief (digitale nieuwsbrief) aangekondigd en toegelicht. Via een groepsbericht worden ook de Hyves-vrienden van CNV Internationaal opgeroepen om mee te doen. De respons was gemiddeld 6,5%. Wel bleek dat als de actie het hoofdthema vormt van de Wereldnieuwsbrief, de respons het hoogst is. Daar waar de protestbrievenactie slechts een van de berichten in de Wereldnieuwsbrief was, bleef de respons lager. De respons daalde ook in de loop van het jaar. De oorzaak daarvan bleek deels van technische aard. In 2010 wordt gewerkt aan vernieuwing van de website en komen er technische verbeteringen.
33
Overzicht digitale protestbrievenacties 2009
Maand
Aanleiding
Land
Aantal deelnemers
Aantal ontvangers Wereldnieuwsbrief
Response
Januari
Bedreiging Judith Montes
Guatemala
237
1949
12%
April
Poging tot ontvoering Mauricio Meza Blanco
Colombia
50
1994
3%
Oktober
Moord op Fredy Diaz Ortiz
Colombia
74
2030
4%
December
Moord op Miguel Chacaj Jax
Guatemala
174
2196
7%
Gemiddeld
6,5%
Deze CNV TeamTour werd op 9 oktober 2009 gehouden, met een bescheiden aantal deelnemers (26 mensen hadden zich opgegeven, maar 15 mensen deden er uiteindelijk mee). Desalniettemin bracht de campagne in totaal ruim € 41.000 op. Dit was mede dankzij de 223 ‘sponsoren’ van de deelnemers aan de fietstocht. Verder hebben 2.062 mensen via een donatie de campagne gesteund.
STRATEGIE 3: STAKEHOLDERS (O.A. MAATSCHAPPELIJKE ORGANISATIES, MEDIAPARTNERS, KERKEN) WERKEN SAMEN MET CNV INTERNATIONAAL Campagne Het doel was om in de tweede helft van 2009 campagne te voeren rond het thema ‘informele economie’. Bij deze campagne zouden voorlichting/bewustwording, actiehandeling, lobby, fondsenwerving en de samenwerkingsstrategie met derden volledig worden geïntegreerd. De campagne werd ‘Fiets voor een wereld die werkt’. Op 7 juli 2009 verrichtte minister Verhagen van Buitenlandse Zaken de officiële start. Centraal in deze campagne stonden vakbondsprojecten in Senegal, Togo en Indonesië die zich richten op de werkenden in de informele economie. Er werd een sponsorfietstocht georganiseerd rond het IJsselmeer, waarbij deelnemers zich konden laten sponsoren door familie
Samenwerking met derden Het streven was om gedurende de campagne ‘Fiets voor een wereld die werkt’ samen te werken met een aantal organisaties en verenigingen die actief zijn in de fietssport. In de campagne is inderdaad samenwerking gevonden met fietsorganisaties. Zo bracht de Fietsersbond de campagne en thematiek actief onder de aandacht van de 35.000 lezers van het ledenblad. Ook de Nederlandse Tourfiets Unie (NTFU, de grootste fietssportbond van Nederland) heeft zich als samenwerkingspartner verbonden aan de campagne van CNV Internationaal. De NTFU bracht de CNV TeamTour en de projecten van CNV Internationaal onder de aandacht van de 45.000 leden.
en vrienden.
34
CNV Internationaal Jaarbericht 2008
Ook bereikte de campagne de media. Naast de ma-
5.4 Conclusie en geleerde lessen
gazines van de fietsorganisaties hebben ook de zes belangrijkste fietsbladen en –magazines in Nederland
STRATEGIE 1
aandacht besteed aan de campagne en thematiek.
•
Veel cao-onderhandelingen verliepen door de
Deze bladen hebben in totaal een bereik van 282.400
economische crisis moeizaam. Dit leverde veel
abonnees. Verder is in de kranten Spits en Metro over
extra werk op en vergde extra overleg door be-
de campagne geschreven. Deze gratis kranten heb-
stuurders. CNV Internationaal had oog voor deze
ben een totaaloplage van 640.000 exemplaren.
drukke agenda’s. Daarom koos CNV Internationaal ervoor om bestuurders niet apart voor een bijeen-
Advertorial
komst / rondetafelgesprek uit te nodigen, maar
In samenwerking met Global Village Media en FNV
om in te steken op een betere dienstverlening
Mondiaal werd op de World Day of Decent Work (7
rondom projecten. Ook investeerde CNV Internati-
oktober 2009) een 2-pagina’s grote advertorial ge-
onaal in meer contactmomenten in het opbouwen
plaatst in Metro. Aanleiding was de World Day of
van een netwerk. Daarnaast werd ervoor gekozen
Decent Work, waarbij de economische crisis centraal
om een aantal bestuurders uit verschillende bon-
stond. De advertorial ging vooral in op de gevolgen
den inhoudelijk te betrekken bij de nieuwe folder
van de economische crisis voor de informele econo-
over internationale collegialiteit.
mie. Ook kwam een aantal vakbondspartners aan het
•
Bij een aantal bonden is los van het IC CAO-kanaal
woord, werd er een dubbelinterview geplaatst met
vraag naar mogelijkheden om eigen projecten
Bert van Boggelen (waarnemend voorzitter CNV) en
te steunen. Ook met deze projecten wordt het
Agnes Jongerius (voorzitter FNV) en werd een korte
draagvlak voor internationale solidariteit vergroot.
vraag-en-antwoordrubriek opgenomen met minister
CNV Internationaal wil zich in 2010 verdiepen in
Koenders (Ontwikkelingssamenwerking). Deze uit-
de mogelijkheden van dit soort projecten en in de
gave van Metro verscheen in een oplage van 530.000
mogelijke rol van CNV Internationaal.
exemplaren.
CNV Internationaal Jaarbericht 2008
35
STRATEGIE 2
komstige campagnes wordt daarom het concept
•
Het CNV Panelonderzoek wees uit dat de ‘geefbe-
van een sponsorevenement niet meer als leidraad
reidheid’ met 2% is gedaald ten opzichte van 2008.
gebruikt.
Uit het onderzoek is tevens naar voren gekomen
•
dat 10% van de respondenten bereid is om aan
STRATEGIE 3
een handtekeningenactie mee te doen. Met dit
•
signaal wordt in 2010 rekening gehouden, door
publiciteit van de CNV TeamTour is goed geslaagd.
een handtekeningenactie een prominentere plaats
Er werd gekozen voor organisaties die een grote
te geven in de campagne.
achterban hebben en die geïnteresseerd zouden
De significante stijging van het aantal particuliere
zijn in de campagneactiviteit (sponsor fietsevene-
relaties (16,9%) is met name te danken aan de
ment). In de voorlichting is die campagneactiviteit
handtekeningenactie van eind 2008. Deze gege-
gebruikt om te informeren over het werk van
vens werden in 2009 in het systeem opgenomen.
vakbonden in ontwikkelingslanden. Op die manier
Overigens wisselt het aantal particuliere relaties
is een groep mensen bereikt, die normaal ge-
per jaar. Dit komt door de vergrijzing en natuurlijk
sproken niet in aanraking komt met armoedebe-
verloop. Aan de hand van de ervaringen uit 2009
strijding door vakbondswerk. Ook in toekomstige
wordt de ambitie voor 2010 bijgesteld: het streven
campagnes wordt voortaan op die manier een
is om in 2010 10% meer particuliere relaties te
analyse gemaakt van potentiële samenwerkingspartners in campagnes.
verkrijgen (ten opzichte van de stand op 31 december 2009). •
De samenwerking met fietsorganisaties rond de
•
De samenwerking met FNV Mondiaal bij de sa-
In 2009 bleef de gemiddelde respons op de hand-
menstelling van een gezamenlijke advertorial
tekeningenacties (6,5%) achter op de beoogde
van twee pagina’s in Metro, is goed geslaagd. De
respons (15%). De beoogde respons is een erva-
advertorial werd geplaatst op de World Day for
ringscijfer voor een offline handtekeningenactie
Decent Work (7 oktober 2009) in een krant die
(papieren actiekaarten bijvoorbeeld). In 2009 zijn
voornamelijk door reizigers met het openbaar
alleen online handtekeningenacties gehouden.
vervoer wordt gelezen. Echter, op die bewuste
In 2010 wordt daarom onderzocht of er weer
7 oktober organiseerde de FNV ook een staking
een offline actie ondernomen kan worden. De
in het openbaar vervoer (over de verhoging van
streefwaarde van 15% wordt daarom gehanteerd
de AOW-leeftijd). Hoewel dit niet cijfermatig is te
voor offline handtekeningenacties. Voor online
onderbouwen, hebben deze acties mogelijk ertoe
handtekeningenacties stelt CNV het streefcijfer
geleid dat de krant op die dag niet het normale
bij naar een gemiddelde respons van 10%. Dankzij
bereik heeft gehad dan op reguliere woensdagen.
betere technische mogelijkheden is deze stijging
Bij toekomstige campagneacties is dan ook een
van de respons realistisch te noemen. De nieuwe
goede afbreukrisicoanalyse noodzakelijk.
techniek maakt het bijvoorbeeld mogelijk om een analyse te maken van de externe sites waar de deelnemers vandaan komen, op hoeveel externe sites de actie wordt genoemd, etcetera. •
Hoewel de CNV TeamTour veel aandacht heeft gekregen, viel het uiteindelijke aantal deelnemers tegen. Uit een vragenonderzoek onder deelnemers en mensen die zich hadden aangemeld maar niet meededen, is gebleken dat er nogal wat praktische bezwaren waren. Zo werd de route ‘rondje IJsselmeer’ (ruim 300 km) te zwaar geacht en viel het tijdstip (9 oktober) buiten het ‘fietsseizoen’ (hoewel het weer die dag meer leek op een zonnige lentedag). Ook bleek het te sponsoren streefbedrag van 3.000 euro per deelnemer te hoog. Daarnaast was het gecompliceerder dan verwacht om de bonden bij deze campagne te betrekken als wervers van deelnemers aan de fietstour. In toe-
36
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
6. Bestuur en Organisatie 6.1 Inleiding In dit hoofdstuk gaat het om de resultaten en activi-
staan sinds 2008 een eigen visie, missie en strategie.
teiten in 2009 op het terrein van de bedrijfsvoering.
Ook hierin zijn in 2009 geen veranderingen aange-
Zo komen het beheersmodel, financieel management,
bracht. Wel zette de verankering van de uitgezette
personele zaken en facilitaire aangelegenheden aan
koers in de CNV-vereniging zich voort.
de orde. In mei 2008 werd het Strategie Plan 2008 – 2011 voor
6.2 Beheersstructuur
CNV Internationaal goedgekeurd door het Algemeen
De doelen, resultaten en activiteiten van CNV Inter-
Bestuur. Het werken op basis van de nieuwe strategie
nationaal zijn ingebed in de bestuurlijke structuur
stelt CNV Internationaal in staat een betekenisvolle
van CNV. De werkorganisatie (medewerkers, inclusief
samenwerkingspartner te blijven voor vakbondspart-
management) bereidt voor, het bestuur besluit en
ners in ontwikkelingslanden. En daarmee voor de
vervolgens voert de werkorganisatie uit.
werkenden in deze landen. Belangrijke elementen in
De verantwoordelijkheid voor de besluitvorming door
de strategie zijn de missie, strategische richtingen en
CNV Internationaal (als onderdeel van de CNV Vak-
beleidsthema’s.
centrale) ligt bij het bestuur van de CNV Vakcentrale en daarna bij het Algemeen Bestuur (AB). Het AB
Missie statement
bestaat uit de voorzitters van alle CNV-bonden en
“Wij bestrijden armoede door wereldwijd vakbonden
het bestuur van de CNV Vakcentrale. Ten aanzien van
en andere organisaties te versterken, die zich door
internationale samenwerking wordt het AB verte-
sociale dialoog inzetten voor de naleving van ar-
genwoordigd door de Commissie Internationaal (CI).
beidsrechten. In dat kader informeren, mobiliseren
Hierin zitten afgevaardigde bestuurders van de CNV-
en ondersteunen wij organisaties daar en hier. Dit
bonden. Alleen de meer fundamentele aangelegenhe-
doen wij op doelmatige, transparante en betrouwbare
den, zoals vaststelling van de meerjarenstrategie, zijn
wijze. Wij vragen hen daarbij solidariteit te tonen en
niet gedelegeerd aan de CI.
verantwoordelijkheid te nemen.”
De samenstelling van het bestuur van de CNV Vak-
Strategische richtingen
centrale wijzigde in de loop van 2009 van een vier-
De strategie van CNV Internationaal omvat vijf be-
hoofdig bestuur naar één waarnemend voorzitter
langrijke strategische richtingen:
en vier gedelegeerde bondsbestuurders. Deze be-
•
kwaliteitsverbetering
stuurssamenstelling was geen bewuste opzet, maar
•
complementariteit
stond borg voor bestuurlijke continuïteit. Hoe de CI
•
draagvlakversterking
gedurende 2009 was samengesteld, staat vermeld in
•
donordiversificatie
bijlage B.
•
versterking van de interne organisatie.
De CI kwam bijeen ter informatie, bespreking en besluitvorming omtrent zaken van CNV Internationaal.
Beleidsthema’s
Een enkele keer nam de CI per ‘schriftelijke ronde’
Vanuit de strategie wordt gewerkt met een viertal
een besluit over aangelegenheden. De toekenning
beleidsthema’s. Deze thema’s zijn sinds 2008 in toe-
van financiering aan partnerorganisaties vond in alle
nemende mate leidend in de keuzes ten aanzien van
gevallen plaats door de CI, na inhoudelijke advisering
medefinancieringsactiviteiten, beleidsbeïnvloeding en
door de werkorganisatie.
draagvlakversterking. De thema’s zijn: •
Gendergelijkheid (Gender Equality)
6.3 Strategie en Beleid
•
Informele Economie
Er vonden in 2009 geen wijzigingen plaats in bestuur-
•
Eerlijke Globalisering (Fair Globalisation)
lijke plannen en prioriteiten, die van invloed waren op
•
Sociale Dialoog (als overkoepelend beleidsthema)
het werk van CNV Internationaal. Het Bestuursplan 2007 - 2010 vormde opnieuw het overkoepelende kader, waarbinnen CNV Internationaal haar werk deed. Voor de werkzaamheden van CNV Internationaal be-
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
37
6.4 Mens en Organisatie Het jaar 2009 werd voor de medewerkers van CNV
directie samengesteld met een tijdelijk mandaat tot
Internationaal in personele zin gekarakteriseerd
1 mei 2010. Voor CNV Internationaal betekende het
door stabiliteit. Het ziekteverzuim daalde opnieuw in
dat de inbedding binnen de sector Maatschappelijke
vergelijking met het voorafgaande jaar, hoewel dit
Actie, zoals die sinds 2000 heeft gegolden, werd los-
verzuim nog steeds substantieel is. Er waren geen
gelaten. Dwarsverbanden en afstemming met andere
wijzigingen in het personeelsbestand. Zie voor een
disciplines en werkterreinen binnen de CNV Vakcen-
overzicht van medewerkers bijlage B.
trale worden nu op directe wijze naar en vanuit CNV Internationaal georganiseerd. Binnen de CNV Vakcen-
Meerdere medewerkers volgden externe training,
trale en daarmee binnen CNV Internationaal wordt
voornamelijk gericht op ontwikkeling van persoon-
gewerkt volgens het principe van ‘integraal manage-
lijke vaardigheden. CNV kent naast reguliere scho-
ment’. Deze werkwijze houdt in dat de diverse organi-
ling ook een Persoonlijk Opleidingsbudget (POB), als
satieonderdelen zelf resultaatverantwoordelijk zijn.
secundaire arbeidsvoorwaarde. Het P&O-beleid van de CNV Vakcentrale, dat ook in 2009 werd uitgevoerd
Verhoging van de interne kwaliteit van werken binnen
door het CNV Shared Service Centre, onderging geen
CNV Internationaal is ook in 2009 nagestreefd. Dit
ingrijpende wijzigingen. De éénjarige cao voor 2009
gebeurde onder meer middels structureel afstem-
liep af op 31 december 2009. De besprekingen om te
mingsoverleg tussen de relatiebeheerders en de kwa-
komen tot een nieuwe cao voor 2010 gingen eind 2009
liteitsadviseur. Deze overleggen gingen vooral over de
van start.
vormgeving en uitvoering van het programma Sterke
In november 2009 vond een interne reorganisatie
Partners. Complexe financieringsaanvragen en ma-
plaats binnen de CNV Vakcentrale. Hierbij werd de
nieren van samenwerking met partnerorganisaties
aansturing van de diverse afdelingen vanuit drie
werden met elkaar besproken. Hierdoor werd meer-
sectoren losgelaten, de functie van sectormanager
waarde gecreëerd voor de advisering en coaching van
werd opgeheven en het Management Team werd ont-
de partnerorganisaties door CNV Internationaal.
bonden. Daarvoor in de plaats werd een driehoofdige
38
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
6.5 Financiële resultaten De tabel bij dit hoofdstuk geeft een overzicht van de
In de tabel wordt ook gesproken over ‘incidentele
betalingen in geheel 2009. Het betreffen medefinan-
financiering’. Hierbij gaat het om medefinanciering
cieringsbedragen per partnerland.
van internationale bijeenkomsten van de International Trade Federations (ITF’s). Dit zijn mondiale beroeps-
Op basis van de VMP-subsidiebeschikking voor het
federaties, gelieerd aan het voormalige WVA waarvan
tijdvak 1 april 2009–31 december 2012 is in de tabel
CNV-bonden lid waren en / of zijn en die voorheen als
een onderverdeling gemaakt. Enerzijds naar CNV-
zelfstandige vakorganisaties opereerden naast de
partnerlanden die tevens partnerlanden zijn van het
diverse Global Union Federations (GUFs). De verande-
Ministerie van Buitenlandse Zaken en / of een Minst-
ringen in de internationale vakbondsstructuren sinds
Ontwikkeld Land (MOL) zijn. En anderzijds CNV-
2006 hebben ertoe geleid dat het merendeel van deze
partnerlanden waarvoor deze indeling niet geldt. Voor
ITF’s inmiddels zijn verenigd met een GUF. Enkele
eerstgenoemde categorie geldt dat per eind 2012
ITF’s bestaan zelfstandig voort, zoals de WoW (World
minimaal 60% van de activiteiten gericht moet zijn
Organization of Workers).
op deze groep landen. CNV bereikte voor de periode
Omwille van de inzichtelijkheid is in de tabel ervoor
april-december 2009 het percentage 73,7%. Voor alle
gekozen om de ‘Overige Financiering’ van de World
financieringsbronnen tezamen was het aandeel in
Social Assembly (WSA) en de Partnerconsultatie niet
2009 72,6% (zie tabel).
te noemen. Reden is dat deze activiteit aan alle partnerlanden ten goede kwam.
Bestedingen in geheel 2009 per land: VMP en Overige Financiering
CNV-partnerlanden, tevens BuZapartnerland en/of MOL
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18
Financieringsbron VMP: conform CNVsubsidieaanvraag 2009 - 2012 X X X X X X X X X X X X X X X X X X
Benin Cambodja Colombia Ghana Guatemala Guinee-Conakry Indonesië Macedonië Madagascar Moldavië Nepal Nicaragua Niger Pakistan Senegal Sri Lanka T ogo Zuid-Afrika
Overige Financiering (excl. WSA/ PC) X X X X X X X X X X X X -
Totaal:
6.6 Management Informatie Systeem
Bedrag (in €)
CNV Internationaal heeft enkele jaren geleden een nieuwe, geauto188.351 99.082 268.843 111.813 65.449 121.613 306.921 66.747 162.376 182.186 2.124 67.582 91.636 167.384 129.784 154.890 152.034 150.730 2.489.545
matiseerde projectenadministratie in gebruik genomen; Informatie Systeem Internationaal (ISI). Dit softwareprogramma is op maat gemaakt voor CNV Internationaal. Het programma is toegespitst op het management en het beheer van de medefinancieringsactiviteiten binnen het programma Sterke (= 72,6 %)
Partners. Het nieuwe systeem is gekoppeld aan het financiële
Overige CNV-partnerlanden
19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31
Chili (VMP-financiering in afbouw) Costa Rica Cuba El Salvador Honduras Hongarije India (VMP-financiering in afbouw) Kameroen Namibië Panama Paraguay Roemenië Venezuela (VMP-financiering in afbouw) Totaal:
Financieringsbron VMP: conform CNVsubsidieaanvraag 2009 - 2012 X X X X X X X X X X X
Overige Financiering (excl. WSA/ PC) X X X X X X X X
administratiepakket Navision.
Bedrag (in €)
ISI moet, naast het beheren en managen van de projecten en pro-
124.016 113.726 30.697 42.643 104.614 16.508 5.896 64.158 67.241 54.512 126.894 51.918 6.269 809.092
gramma’s, vooral de ontwikkeling en performance van partnerorganisaties inzichtelijk gaan maken. In 2009 is in ISI een aantal aanpassingen doorgevoerd die de integriteit van het informatiesys(= 23,6 %)
teem vergroten. Daardoor kunnen financiële verplichtingen nog
Incidentele financiering o.b.v. intern beleid/ commiteringen vòòr 2008:
Financieringsbron VMP
FIOST, IFTK, WVB, W OW
X
Overige Financiering -
maar beperkt worden gewijzigd.
Bedrag (in €)
Ook kunnen betalingen slechts op
Totaal:
130.000 130.000
Grand Total:
3.428.637
basis van goedgekeurde verplich(= 3,8 %)
tingen worden uitgevoerd door de daartoe geautoriseerde medewer-
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
ker. 39
Naar aanleiding van de nieuwe VMP-subsidieaan-
Ondersteuning CGT na staatsgreep Honduras
vraag en het bijbehorende monitoringsprotocol is nu
Op 28 juni 2009 vond er een staatsgreep in Honduras
vastgelegd voor welke resultaten monitoring plaats-
plaats waarbij het leger president Manuel Zelaya
vindt en welke bestedingsinformatie beschikbaar
afzette en de regering in het land overnam. Daardoor
moet zijn. De planvorming hiervoor is afgerond. In
ontstond er in het land een acute crisissituatie. De
2010 implementeert een extern automatiseringsbe-
tijdelijke regering probeerde met harde hand elke
drijf de benodigde aanpassingen.
vorm van protest te onderdrukken. Mensen werden opgepakt en gemarteld en het recht op organisatie en
6.7 Facilitaire ondersteuning
vrije meningsuiting werd aan banden gelegd.
Sinds 2007 zijn de CNV Vakcentrale, CNV Bedrijven-
bond, CNV Jongeren en CNV Onderwijs gezamenlijk
Deze situatie had ook grote gevolgen voor de Hon-
gehuisvest in één kantoorgebouw in de Utrechtse wijk
durese vakbond CGT, een partnerorganisatie van
Overvecht. Het gebouw is modern uitgerust en voor-
CNV Internationaal. Leiders en kaderleden van de
zien van de nieuwste infrastructuur. De ondersteu-
vakbond werden opgepakt vanwege hun protest tegen
nende diensten P&O, Financieel Beleid en Beheer,
de nieuwe regering. Ook had de crisis als gevolg van
ICT en Facilitaire Zaken worden verzorgd vanuit het
de staatsgreep een direct effect op werkenden in
CNV Shared Service Centre (SSC). Op basis van inter-
diverse sectoren van het land. Vaak verslechterden
ne verdeelsleutels werd ook in 2009 door CNV Inter-
arbeidsomstandigheden en maakten werkgevers
nationaal een vergoeding betaald voor het gebruik van
misbruik van de crisissituatie, onder andere door
de SSC-dienstverlening. De hoogte van de betaalde
werknemers te ontslaan zonder vergoeding en geen
bedragen ligt deels vast (aantal m2 kantoorruimte en
overuren meer uit te betalen. Tijdens de maanden na
aantal werkplekken) en wordt deels bepaald door de
de coup had CNV Internationaal intensief contact met
daadwerkelijke afname van diensten en producten.
haar partnervakbond CGT. Samen werd er nagedacht over hoe CNV de CGT en werkenden in Honduras kon
In het kantoorgebouw van CNV is een interne Bedrijfs
ondersteunen in deze crisis en kon bijdragen aan het
Hulp Verleningsdienst (BHV) aanwezig. Voor preven-
vinden van een duurzame en democratische oploss-
tie van ziekteverzuim, begeleiding en re-integratie is
ing. CNV heeft zich hierbij tweeledig ingezet. Vanuit
door het SSC een servicecontract afgesloten met een
het programma Lobby en Beleid is er contact gezocht
Arbodienst.
met de Ambassadeur van Honduras in Nederland
Voor het reserveren van vliegreizen bestaan af-
om deze op te roepen zich in te zetten voor naleving
spraken met een reisbureau. CNV krijgt korting bij
van arbeidsrechten in deze crisissituatie en voor het
afname van bepaalde hoeveelheden. De CO2-uitstoot
zoeken naar een democratische oplossing.
die wordt veroorzaakt door het vliegverkeer van medewerkers tijdens werkbezoeken aan partneror-
Daarnaast heeft CNV binnen het programma Sterke
ganisaties, wordt sinds 2007 gecompenseerd via CO2-
Partners de CGT financieel ondersteund bij verschil-
reductieprojecten van het bedrijf Green Seat / Climate
lende activiteiten ter confrontatie van de crisis. Ten
Neutral Group.
eerste ging het om voorlichtingsactiviteiten. De CGT heeft vier voorlichtingsbijeenkomsten georgani-
6.8 Integraliteit programma’s
seerd over de staatsgreep voor vakbondsleden in
In de werkzaamheden en activiteiten probeert CNV In-
vier verschillende regio’s. Elke bijeenkomst duurde
ternationaal haar drie programma’s (Sterke Partners,
een dag en er waren ongeveer 400 leden aanwezig.
Lobby en Beleid en Draagvlakversterking) onderling
Op deze bijeenkomsten werd er gesproken over de
zo veel mogelijk aan elkaar te verbinden. Deze geïnte-
impact en consequenties van de staatsgreep en werd
greerde werkwijze werd in 2009 versterkt toegepast,
er gezamenlijk nagedacht over het ontwikkelen van
conform de intenties die daarover zijn vastgelegd in
strategieën ter confrontatie van deze verslechterde
de VMP-aanvraag over 2009-2012. Hierna volgt een
arbeidsomstandigheden als gevolg van de insta-
aantal voorbeelden van projecten waardoor synergie
biliteit. Ten tweede ging het om organisatie van
is ontstaan door de intensieve samenwerking tussen
bijeenkomsten met andere maatschappelijke organi-
de drie programma’s.
saties (andere vakcentrales, boerenorganisaties en vrouwenorganisaties) om samen verzetsactiviteiten te coördineren en om samen na te denken over oplossingen. De CGT heeft vier forums georganiseerd in vier
40
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
verschillende regio’s, voor vertegenwoordigers van
laten blijken. Ze hebben gereageerd en zijn in discus-
deze samenwerkende maatschappelijke organisa-
sie gegaan met CNV Internationaal.
ties. Resultaten van deze forums waren onder andere afspraken over gezamenlijke lobby en onderhandeling
Senegalese versie van ‘Op hoop van zegen’
met de overheid en over monitoring van de verkiezin-
Een van de bekendste, Nederlandse toneelstukken
gen.
is ‘Op hoop van zegen’ van Herman Heijermans, die
Ten derde ging het om juridische ondersteuning aan
honderd jaar geleden voor het eerst werd opgevoerd
opgepakte vakbondsleden. In de maanden juni tot
en sindsdien een bron van inspiratie is gebleven. Het
en met september waren er 55 leden van de CGT
stuk gaat over de beroerde leef- en werkomstandigh-
opgepakt vanwege protest tegen de staatsgreep. Zes
eden van Nederlandse vissers in het begin van de
hiervan waren vakbondsleiders van een onderwijs-
twintigste eeuw.
bond en een landbouwfederatie, 49 waren vakbondsleden aangesloten bij een boerenbond. Om hen te
Maaike Cotterink, die onderzoek deed naar de leef-
kunnen ondersteunen heeft de CGT twee advocaten
en werkomstandigheden van Senegalese vissers,
aangenomen en een juridische afdeling opgericht.
zag overeenkomsten met het vissersleven in het
Deze afdeling kan in de toekomst gebruikt worden
Nederlandse toneelstuk. In nauwe samenwerking
voor juridische ondersteuning bij arbeidsconflicten.
met CNV Internationaal en de Senegalese partner-
vakbond UDTS, werd ‘Op hoop van zegen’ bewerkt
Ook vanuit het programma Draagvlakversterking is
tot het Senegalese theaterstuk ‘Dieuna Diaffé’ (wat
er aandacht besteed aan de situatie in Honduras. Via
zoveel betekent als ‘Dure Vis’). Dankzij dit stuk werd
de websites van CNV Internationaal en Oneworld en
de problematiek van vissersfamilies gemakkelijker
de digitale CNV Wereldnieuwsbrief zijn CNV-leden en
bespreekbaar gemaakt, doordat vissers zich herken-
andere betrokkenen in een aantal berichten geïn-
nen in de personages van het toneelstuk. De vissers-
formeerd over de staatsgreep in Honduras. In de
bond van de UDTS werd daardoor gemakkelijker in
berichten is duidelijk gemaakt wat de nadelige gevol-
staat gesteld om de werkomstandigheden van vissers
gen van de staatsgreep waren voor de arbeidsrechten
aan de kaak stellen. Tevens heeft de theaterpro-
van werkenden, voor de vrijheid van handelen van de
ductie er ook toe geleid dat er een dialoog op gang
vakbondsorganisaties en voor de mensenrechten in
is gekomen tussen vissers, de ‘koppelbazen’ en de
het algemeen. Verschillende bezoekers hebben hun
visserij-ambtenaren om te komen tot verbetering van
betrokkenheid bij de gebeurtenissen in Honduras
de werkomstandigheden.
41
In 2009 heeft de Senegalese theatergroep het hele
CNV TeamTour: fietsen voor het goede doel
jaar door voorstellingen gegeven in Senegal zelf. In
In veel ontwikkelingslanden werken velen in de
september kwam de groep naar Nederland voor op-
informele sector: dat deel van de economie dat zich
tredens op het Fringe Festival in Amsterdam. Van 10
kenmerkt door arbeid die niet formeel geregistreerd
tot en met 12 september speelden zij in de oude ha-
is. Het ontbreekt werkenden onder meer aan toegang
ven van Scheveningen. Leden van het CNV kregen de
tot sociale zekerheid, bescherming door arbeidswet-
mogelijkheid om met korting de voorstelling bij te wo-
geving, belangenbehartiging en algemene waarder-
nen. In de diverse ledenbladen van de verschillende
ing. Daardoor staan zij gemakkelijk bloot aan schend-
CNV-bonden is er aandacht aan het stuk besteed. De
ing van arbeidsrechten. Voor hen is Fatsoenlijk Werk
voorstellingen waren uitverkocht: in totaal hebben
ver te zoeken. In tijden van economische crisis zijn
zo’n 350 CNV’ers de voorstelling gezien. Voorafgaand
zij degenen die er het zwaarst worden getroffen. Part-
aan de voorstelling sprak waarnemend CNV-voor-
nervakbonden van CNV Internationaal komen op voor
zitter Bert van Boggelen het publiek toe, waarin hij
de belangen van de werkenden in de informele sec-
meer vertelde over het project en de achterliggende
tor. Daarbij ligt de nadruk op het verbeteren van de
gedachte ervan.
naleving van arbeidsrechten, zoals het verbeteren van de inkomenssituatie en sociale zekerheid toegankelijk
42
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
maken. Juist in een tijd dat het met de economie niet
De CNV TeamTour zelf vond plaats op 9 oktober 2009
goed ging, vond CNV Internationaal het belangrijk om
en startte in Kampen. In die stad werd honderd jaar
extra aandacht te besteden aan de werkende vrouwen
eerder de allereerste christelijke besturenbond
en mannen in de informele economie. Via campagnes
opgericht, een voorloper van het CNV. De sponsorfi-
werd hun positie op de publieke en politieke agenda
etsactie bracht uiteindelijk ruim 41 duizend euro op.
gezet.
De opbrengst kwam ten goede aan drie vakbondsprojecten.
Op 7 juli 2009 verrichtte minister Verhagen van Buitenlandse Zaken de officiële start van de CNV
De vakbond UDT in Senegal kan daarmee
TeamTour, onderdeel van de jubileumactiviteiten rond
tweehonderd zeevisverkopers en visverwerkers
het 100-jarig bestaan van het CNV. Deelnemers aan
helpen aan goede apparatuur en materialen om hun
deze sponsoractie fietsten geld bijeen voor vakbond-
werk te kunnen doen. Ook worden vrouwen in de tex-
sprojecten in Togo, Senegal en Indonesië.
tielindustrie geholpen om hun werkomstandigheden
Minister Vehagen erkende dat in crisistijden de meest
te verbeteren en veiliger te maken.
kwetsbare groepen in de informele sector als eerste
In Togo richt de CSTT zich op schoolverlaters die een
en het hardst worden getroffen. Bij de start van de
eigen onderneming zijn gestart als kapper, kleer-
campagne zei hij: “De gevolgen van de financiële
maker of monteur. “Grootste probleem in Afrika is
crisis laten zich wereldwijd voelen. Onze economie
dat er steeds minder vast werk is in de informele
krimpt. Het zijn echt moeilijke tijden. Elders in de
economie,” stelt Adrien Akouete, leider van de CSTT.
wereld is dat zeker niet anders, en soms nog veel
“Daardoor neemt de armoede en ongelijkheid toe.
erger. De economieën van ontwikkelingslanden
Vooral jongeren en vrouwen zijn daarvan de dupe.”
worden het aller-hardst getroffen. Juist de meest
Via het project van de CSTT krijgen zij trainingen om
kwetsbare groepen in die landen moeten het ont-
een ondernemingsplan te maken en leren ze hoe ze
gelden. Zoals de mensen die in de informele econ-
hun bedrijf financieel gezond kunnen houden.
omie werkzaam zijn, zijn als eerste de klos. Daarom
In Indonesië richt de vakbond SBSI zich op projecten
is het goed dat CNV ook in tijden van crisis over de
voor duizend werkenden in de informele economie in
grens kijkt, en probeert deze mensen een steuntje in
tien verschillende districten. Daarbij gaat het onder
de rug te geven. Dat past prima in jullie traditie van
meer om bouwvakkers. De SBSI kan onder meer
internationale betrokkenheid.”
zorgverzekeringen voor hen afsluiten. De CNV Hout en Bouw heeft speciaal voor de SBSI extra inspanningen verricht om het project onder de aandacht van haar leden te brengen. Via een fondsenwervende actie in het ledenblad van de CNV Hout en Bouw werd 1.824 euro bijeen gebracht. Via verschillende media werd er via advertenties en artikelen aandacht besteed aan het lot van de arbeiders in de informele economie. Gedurende de campagne plaatsten de ledenmagazines van zes CNVbonden een advertentie of een artikel over de campagne en het thema. Daarmee werden 339 duizend abonnees bereikt. De zes belangrijkste fietsbladen en –magazines in Nederland hebben aandacht besteed aan de campagne en de thematiek. Deze bladen hebben in totaal een bereik van 282.400 abonnees. Verder is in de kranten Spits en Metro ook aandacht besteed. Deze gratis kranten hebben een totaaloplage van 640.000.
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
43
Bijlage A
44
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
45
Bijlage B Bestuur en medewerkers van CNV Internationaal Het bestuur van CNV Internationaal was per 31 december 2009 als volgt samengesteld: Voorzitter:
H. van Boggelen (wnd. voorzitter CNV Vakcentrale)
Secretaris/penningmeester:
J.G. van Norel (programmaleider CNV Internationaal)
Leden:
H.J. Kleian (voorzitter ACOM)
A. Bruggeman (namens CNV Bedrijvenbond)
H.A. van der Spek (penningmeester CNV Hout en Bouw)
W. Prins (namens CNV Onderwijsbond)
J. Klaver (voorzitter CNV Jongeren)
J. Veldt (namens CNV Publieke Zaak)
R.J. Rotshuizen (algemeen secretaris CNV Dienstenbond)
G. van de Kamp (voorzitter Politievakorganisatie ACP)
L. la Rivière (voorzitter CNV Kunstenbond)
De vaste staf van CNV Internationaal bestond per 31 december 2009 uit de volgende personen: Programmaleider:
J.G. van Norel
Programmamedewerkers:
K.H. Bouwsma (Relatiebeheer Centraal- en Oost-Europa en IC-CAO)
E. Droppers (Relatiebeheer Westelijk Afrika)
C.W. Johannes (Webredactie en Programma-assistentie)
M.C. Lips (Relatiebeheer Latijns-Amerika)
E.A.F. Litamahuputty (Campagnes en Communicatie)
L.E. Meijer (Beleidsadvies Internationale Zaken)
J.M. Ridder (Relatiebeheer Zuidelijk Afrika en deel Azië)
M. Vrieling (Beleidsadvies Ontwikkelingssamenwerking)
K.G. Wedda (Kwaliteits-/ PME-adviseur en Relatiebeheer deel Azië)
Programma-assistent:
K.S. Zwart
46
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
BIJLAGE C Lijst van afkortingen en organisaties CNV Internationaal werkt intensief samen met verschillende organisaties, zowel op nationaal als op internationaal niveau. Onderstaand een overzicht van samenwerkingsorganisaties en afkortingen, die alle in dit Jaarverslag 2009 worden genoemd: ACV
Algemeen Christelijk Vakverbond België
Akkoord van Schokland
Verklaring waarin maatschappelijke organisaties, overheden en bedrijven aangeven hoe zij een bijdrage leveren aan de Millenniumdoelstellingen.
CAO
Collectieve arbeidsovereenkomst
CLAT Nederland
Organisatie die o.a. vakbonden in Latijns-Amerika steunt.
CNV
Christelijk Nationaal Vakverbond
Fairfood International
Internationale campagne- en lobbyorganisatie die de voedingsmiddelenindustrie aanspoort haar ketens te verduurzamen.
FNV
Federatie Nederlandse Vakvereniging, Nederlandse werknemersorganisatie.
IC CAO
International Collegialiteit in Collectieve Arbeidsovereenkomsten, waarbij een deel van de loonruimte wordt gereserveerd voor projecten van CNV Internationaal.
ILO
International Labour Organization, internationale arbeidsorganisatie van de Verenigde Naties.
ITUC
International Trade Union Confederation, internationale arbeidsorganisatie van 312 vakbondsorganisaties.
Loonwijzer
Stichting die ten doel heeft om de arbeidsmarkt transparanter te maken, o.a. door voorlichting te geven over salarissen.
LTO Nederland
Ondernemers- en werkgeversorganisatie voor de agrarische sector in Nederland.
MVO
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
MVO Platform
Kennis- en netwerkorganisatie die Nederlandse ondernemers ondersteunt en adviseert op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen.
Oxfam Novib
Nederlandse stichting die werkt aan armoedebestrijding.
PME
Planning Monitoring & Evaluatie
SER
Sociaal Economische Raad
VMP
Vakbondsmedefinancieringsprogramma
COLOFON Tekstbijdragen: Gemma Andriessen, Karen Bouwsma, Esther Droppers, Corita Johannes, Eugène Litamahuputty (coördinatie), Leon Meijer, Jan Gerrit van Norel (eindredactie), Jan Ridder, Conny Wedda Redactie: Frieda Tax Beeldredactie: Corita Johannes Foto’s: CNV Internationaal (Eric Aarts en Jan Ridder), Erik Kottier, Bas de Meijer Vormgeving: Marjoleine Reitsma Druk: Sauterelle, Cothen
CNV Internationaal Jaarbericht 2009
47
C N V Inte rnation aal • Pos t bu s 2 4 7 5 • 3500 GL U t re c ht • T 030 - 751 12 60 • F 03 0 - 7 5 1 1 1 4 9 i n t ernationaal @ c n v. n l • www. c n vi n t erna t io na a l .nl
Jaarbericht 2009
omslagJAARBERICHT09.indd 1
29-06-2010 17:05:55