IVAN DE VADDER
De machtigste en invloedrijkste mensen van Vlaanderen
DE 40 POWER PEOPLE VAN VLAANDEREN ‘Hitparade’ van in België verblijvende, nog levende personen met een hoge mate van macht of invloed in Vlaanderen Bart De Wever partijvoorzitter De voorzitter van de grootste partij van Vlaanderen, de Vlaamse voorzitter met de meeste ervaring ook, burgemeester van de grootste stad van Vlaanderen en schaduwvicepremier van zijn partij in de regering. Charles Michel premier De primus inter pares, de voorzitter die premier werd omdat hij het vertrouwen had en heeft van de andere voorzitters van de regeringspartijen; door dat vertrouwen kan hij boven het gekibbel van de Vlaamse partijen staan. Wouter Beke partijvoorzitter De man die door de regeringsonderhandelingen definitief heeft aangetoond dat hij en niemand anders de touwtjes in handen heeft in zijn partij. Rudy De Leeuw vakbondsleider De vakbondsleider die in het najaar van 2014 – samen met Marc Leemans van het ACV – de acties tegen de regering-Michel heeft belichaamd. Hij trok ten strijde tegen de besparingen van de regeringenMichel en -Bourgeois, en maakte van de strijd over de ‘indexsprong’ zijn stokpaardje. Christian Van Thillo mediabaas De baas van De Persgroep, een bedrijf dat kranten als Het Laatste Nieuws, De Tijd en De Morgen uitgeeft, tijdschriften als Dag Allemaal, Humo en Story, en dat een stevige vinger in de pap heeft bij VTM, de commerciële tv-omroep, en Q-Music, de commerciële radio. Met Nederlandse kranten als De Volkskrant en Trouw ook een speler in Nederland.
-5-
Gwendolyn Rutten partijvoorzitter Voorzitter van Open VLD, leidde haar partij in 2014 onverwacht weg van een voorspelde verkiezingsnederlaag, en loodste haar partij vervolgens in twee regeringen. Kreeg het epitheton ‘mirakelvoorzitter’ voor die prestatie. Frans Van Daele kabinetschef van de koning Na Didier Reynders wellicht de man met het grootste netwerk in het land. Hij teert op zijn diplomatieke netwerk en zijn netwerk bij de christendemocraten en voegt er nu de invloed van het koningshuis aan toe. Didier Reynders vicepremier Vicepremier voor de MR. De man met het grootste netwerk in de Wetstraat, én de minister met de langste staat van dienst. Hij is al minister sinds de paars-groene regering van 1999, eerst op het departement Financiën en daarna op Buitenlandse Zaken. Kris Peeters vicepremier Voormalig minister-president en in die hoedanigheid was hij absoluut de machtigste man van Vlaanderen. Nu vicepremier en federaal minister van Werk en Economie. De nummer twee van CD&V. John Crombez partijvoorzitter In juni 2015 is hij Bruno Tobback opgevolgd aan het hoofd van de SP.A, maar hij verdiende zijn strepen vooral als staatssecretaris voor Fraudebestrijding in de regering-Di Rupo. Hij is medeverantwoordelijk voor een paradigmashift in het denken over fraude en eerlijke fiscaliteit. Thomas Leysen ondernemer Het Mediahuis is, naast de Persgroep, een groot mediabedrijf in Vlaanderen. Het Mediahuis geeft de kranten De Standaard, Het Nieuwsblad, Het Belang van Limburg en Gazet van Antwerpen uit. In Nederland is het Mediahuis onder andere de uitgever van NRC Handelsblad. Hij heeft ook een vinger in de pap bij De Vijver Media.
-6-
Elio Di Rupo partijvoorzitter De partijvoorzitter van de grootste partij in het Franstalige landsgedeelte. In de verkiezingen van 2014 kon hij geen kanseliersbonus opstrijken, maar hij heeft als voorzitter de langste staat van dienst van het hele land. Piet De Zaeger kabinetschef De rots in de branding op het hoofdkwartier van N-VA, de manager van de partij en vertrouweling van Bart De Wever. Hij stelde een studiedienst samen waarvan de leden terechtkwamen in alle mogelijke N-VAkabinetten. Hij is het geheugen van de partij. Marc Leemans vakbondsleider Kwam in de herfst van 2014 uit de schaduw van vakbondscollega Rudy De Leeuw. Leidde met de ABVV-voorzitter het protest tegen de besparingen door de regeringen-Michel en -Bourgeois. Catherine De Bolle commissaris-generaal van de federale politie Enkele jaren geleden stond ze nog het verkeer te regelen als politiecommissaris in de stad Ninove. Probeert de federale politie te hervormen en te moderniseren. Ze werd in 2015 uitgeroepen tot overheidsmanager van het jaar en werd onlangs benoemd tot voorzitter van het Coördinatiecomité voor Inlichtingen en Veiligheid, het hoogste veiligheidsorgaan in ons land. Marc Coucke ondernemer De man achter het farmaceutische bedrijf Omega Pharma, dat hij kon verkopen voor een bedrag van rond het miljard euro. Kreeg kritiek omdat hij op dat bedrag geen belastingen hoefde te betalen. Sportfanaat, sponsor van de Quick Step Etixx-wielerploeg en eigenaar van voetbalploeg KV Oostende. Karel Van Eetvelt bestuurder ondernemersorganisatie Als gedelegeerd bestuurder van de ondernemersorganisatie UNIZO de tegenhanger van de vakbondsleiders. Heeft een stevige stem in het verdedigen van de belangen van vooral kmo’s – de middenstand, zeg maar.
-7-
Marianne Thyssen Europees commissaris De opvolger van Karel De Gucht als Europees commissaris. Heeft een lange staat van dienst in het Europees Parlement, en heeft daardoor een groot netwerk opgebouwd. Haar stijl (‘op z’n meisjes’) doet niet meteen aan machtspolitiek denken, maar ze is doortastend.
Hans Bourlon en Gert Verhulst ondernemers Het duo achter Studio 100, het merk dat op zijn beurt heel wat merken en figuren op de wereld zette: gaande van K3 via Kabouter Plop tot Maya De Bij. Gooide zich met Plopsaland ook in de pretparken, en opende onlangs Plopsaqua, de nieuwste telg in die reeks.
Koning Filip koning Meer invloed dan echte macht, maar hij kan wel een beroep doen op een groot netwerk in binnen- en buitenland.
Jan Smets gouverneur Nationale Bank Smets volgde in 2015 Luc Coene op als gouverneur van de Nationale Bank. Hij mist nog de impact van zijn voorganger, maar heeft een even grote staat van dienst bij regeringskabinetten en bij de Nationale Bank zelf.
Vincent Kompany sportman Voetballer, bij het Engelse Manchester City en bij de Rode Duivels, waar hij telkens de aanvoerdersband draagt. Ondernemer en willens nillens Belgisch boegbeeld. Met één tweet daagde hij op een bepaald moment Bart De Wever uit. Als hij spreekt, wordt er geluisterd. Jo Cornu CEO overheidsbedrijf De CEO van de NMBS, een van de belangrijkste overheidsbedrijven van het land. De modernisering van de Spoorwegen blijft een prioriteit voor de regering-Michel. De realisering ervan zal de lakmoesproef zijn voor Cornu. Alexander De Croo vicepremier Na Rutten de nummer twee van de Open VLD, ex-partijvoorzitter en nu vicepremier en federaal minister. Hij is voorgoed uit de schaduw van zijn vader getreden. Geert Bourgeois minister-president Zijn macht beperkt zich tot het institutionele belang van zijn functie als minister-president van Vlaanderen. Hij is de eerste Vlaams-nationalist die deze functie bekleedt. Wouter Vandenhaute en Eric Watté ondernemers Het duo achter Woestijnvis, en via dat productiehuis ook achter De Vijver Media, de holding die de tv-zenders Vier en Vijf beheert. Vandenhaute is ook de organisator van de Ronde van Vlaanderen.
-8-
Jef Colruyt ondernemer De man wiens voorouders de naam aan de supermarktketen gaven, en daardoor nog alle dagen in het straatbeeld opduikt. Het concept van de keten is al jaren garantie voor succes. Tegelijk is de groep erg begaan met de toekomst van de sector. Guy Verhofstadt fractieleider in het Europees Parlement De voormalige premier heeft zich een tweede leven in Europa uitgebouwd. Zijn partij is er niet de grootste, en daardoor kan hij geen aanspraak maken op een leidende functie, maar hij leeft zich uit in het Europees Parlement en weegt op de Europese opinievorming. Stromae zanger Op dit moment een van de meest succesvolle exportproducten van ons land. Net als Vincent Kompany willens nillens het boegbeeld geworden van het belgicisme, dankzij een paar zinnetjes Nederlands op een concert voor de Franse Gemeenschap. Carl Devos politicoloog Professor politieke wetenschappen aan de Universiteit van Gent. Volgt het reilen en zeilen in de Wetstraat op de voet en speelt meer dan eens een rol op dat politieke toneel.
-9-
Wim Distelmans arts De arts die in ons land al jaren het boegbeeld is van het recht op euthanasie en de erkenning van palliatieve zorg.
Maggie De Block minister Zowat de populairste politicus en minister van het land, eerder op Asiel en Migratie, nu op Sociale Zaken en Volksgezondheid.
Manu en Michiel Beers ondernemers De broers zijn eigenaar van Tomorrowland en namen de fakkel over van Herman ‘Rock Werchter’ Schueremans, het icoon van de Belgische zomerfestivals. Hun aanpak heeft internationaal succes.
Carlos Brito ondernemer Braziliaan die al vele jaren de CEO is van wat nu Anheuser-Busch InBev heet en de grootste brouwerijketen ter wereld is, met hoofdzetel in Leuven.
Ivo Mechels belangenvereniging De man achter Test-Aankoop. Hij startte de eerste groepsvordering in België op, tegen de NMBS, om een vergoeding te krijgen voor de talloze vertragingen, en startte een protestactie tegen hogere tarieven bij Telenet.
Luc Tuymans kunstenaar Internationaal geroemd kunstschilder met grote invloed op de mondiale kunstscène. Hij is ook niet vies van politieke stellingname.
Frank Van Massenhove overheidsdienst Baas van de Federale Overheidsdienst (FOD) Sociale Zekerheid. Een man met vernieuwende ideeën over de werking van overheidsdiensten. Kristof Calvo politicus oppositie Boegbeeld van Groen met scherpe tong en dossierkennis. Hij verpersoonlijkt de oppositie tegen de federale regering. Paul De Grauwe economist Professor die vroeger vooral een vertolker was van de liberaal-economische principes, maar recent meer genuanceerde standpunten oppert die vrij veel aandacht krijgen. In de kwestie-Griekenland vertolkte hij afwijkende, maar luide en goed beluisterde meningen. John Porter ondernemer Australische Amerikaan die in 2013 Duco Sickinghe opvolgde als CEO van telecombedrijf Telenet.
- 10 -
- 11 -
DEEL 1 De invloed van de macht
1. De macht van een premier 2. De macht van een partijvoorzitter 3. De macht van het geld 4. De macht van een keuze 5. De scheiding der machten 6. De macht van het overleg 7. Tanende macht en stijgende invloed
17 26 44 58 71 88 98 110
DEEL 2 Over macht en invloed: een bloemlezing 135
1. Een parabel van de macht 2. De oorsprong van de macht 3. Macht en democratie 4. Het glazen plafond van de macht 5. Onmacht en machteloosheid 6. Een bloemlezing bis
DEEL 3 De macht van de invloed
1. De macht van het kippenvel 2. De koning: Alleen maar invloed? 3. Vande Lanotte: Macht of invloed? 4. De invloed van een netwerk 5. Handel in invloed 6. De invloed van de pers 7. De macht van het getal
143 149 156 169 181 190 199 206 221 229 238 256 265 283
DEEL 4 De hitparade van macht en invloed
299
Bio’s top 40
343
Bibliografie
356
Deel 1
De invloed van de macht “Let op voor politici die doen alsof ze geen macht hebben. Dat zijn de echte machtswellustelingen.� Karel De Gucht
DEEL 1 — DE INVLOED VAN DE MACHT
DE INVLOED VAN DE MACHT
DÉJEUNER SUR L’HERBE Zondag 6 juli 2014. Aan de oevers van de Leie in Sint-Martens-Latem komt de jury van een ambitieus project bij elkaar: zes journalisten willen een poging wagen om de macht in Vlaanderen in kaart te brengen. Een ambitieus project, dat sowieso gedoemd is om te mislukken. De macht laat zich per definitie niet in kaart brengen, want er is altijd wel een of andere duistere vertegenwoordiger – in het geval van macht gaat het altijd om een duistere vertegenwoordiger – van de macht tussen de mazen van het net geglipt, vergeten of onderbelichaamd gebleven. En toch heeft het project wel degelijk zin. Macht is onlosmakelijk verbonden met democratie. De geschiedenis van de democratie is het proces van het verminderen van de macht voor enkele individuen en, logischerwijze, het verspreiden van de macht over zo veel mogelijk mensen. De representatieve democratie, zoals we die kennen in de meeste westerse landen, is het voorlopige resultaat van dat proces. Tegelijk is het een proces dat nog altijd aan de gang is. Kijk maar naar de Verenigde Staten, waar het stemrecht voor Afro-Amerikanen op sommige plaatsen nog altijd onder druk staat. En in ons land, en in de meeste landen van Europa, stelt het fenomeen van de migratie de kwestie van het stemrecht voor ‘alle burgers’ in vraag. De representatieve democratie botst aan het begin van de 21ste eeuw ook geregeld tegen haar limieten. Heel wat burgers voelen zich door de representatieve democratie, waarbij verkiezingen om de paar jaar plaatsvinden, onvoldoende vertegenwoordigd
- 17 -
DEEL 1 — DE INVLOED VAN DE MACHT
en hebben moeite met de mechanismen van de politieke macht. Veel onmacht of machteloosheid bij een groot deel van het wel degelijk geïnteresseerde publiek zou weleens te maken kunnen hebben met onbehagen tegenover de mechanismen van de macht. Daarom is de bijeenkomst van zes juryleden niet helemaal zinloos. De discussies tussen hen – met elk een eigen profiel – zou een beeld van de ‘macht in Vlaanderen’ moeten opleveren. Jan Segers, opiniemaker bij Het Laatste Nieuws, is na het vertrek van Luc Van der Kelen het gezicht geworden van de politieke opinie van de krant. Het Laatste Nieuws is de krant met de grootste oplage van het land, en is daardoor een speler van formaat in de wereld van invloed en macht. Politiek is Jans tweede liefde. Hij was eerst sportjournalist en kent dus ook die wereld van binnen en van buiten. Ik leerde Jan kennen als een aangename collega, die mij altijd verraste met originele invalshoeken.
voor haar, en ze vult op die manier de rest van het panel aan met verrassende keuzes en opmerkingen. Michaël Van Droogenbroeck is het jongste lid van de jury. Hij volgt sinds jaar en dag voor de VRT-Nieuwsdienst het reilen en zeilen in de financiële wereld. De eurocrisis loodste hem naar Griekenland, waarvan hij het virtuele failliet van dat land voor alle Vlamingen dag na dag verduidelijkt. Daarom volgt hij ook de Europese politiek op de voet. Met hem deel ik een liefde voor wijn. Zes journalisten op een regenachtige zondagmiddag, met als opdracht: breng de macht in Vlaanderen in kaart. Het was geen evidente opdracht, en het gesprek heeft ons elders gebracht dan voorzien. Maar dat was ook het boeiende aan de discussie.
MACHT HOORT BIJ DEMOCRATIE Chantal Pattyn is de netmanager van Klara, het klassieke radionet van de VRT, en ze is al jaren het culturele geweten van Vlaanderen. Ze volgt de kunsten op de voet (dans, schilderkunst, muziek en literatuur) en is als geen ander thuis in die wereld. Ook bij Pattyn is de klassieke muziek een gedeelde liefde. Ze stond jaren geleden mee op de barricades van Studio Brussel en ze was zelfs een jaar mijn co-presentatrice bij De Zevende Dag, ergens in de jaren negentig. Haar eigenzinnigheid is haar kracht.
Met Indra Dewitte deelde ik jaren De Zevende Dag. Ook de hoofdredacteur van Het Belang van Limburg is een goede allrounder, gepokt en gemazeld door het politieke bedrijf, met de klemtoon op de sociaaleconomische wereld. Vakbonden en bedrijven hebben nauwelijks geheimen
Het is niet de eerste keer dat er in Vlaanderen een poging wordt gedaan om de macht in kaart te brengen. In 2001 schreef Ludwig Verduyn De Power List. De 200 machtigste mensen van België. De auteur probeert macht in verschillende gedaanten en facetten op te lijsten, en het boek werd destijds voorgesteld door toenmalig premier Jean-Luc Dehaene. Op de eerste plaats van de lijst stond zijn opvolger, premier Guy Verhofstadt. “Macht wordt ook gewantrouwd, men vreest absolute macht”, zo begon Dehaene zijn uiteenzetting. “Daarom worden er in een democratisch bestel die naam waardig institutioneel checks en balances ingebouwd. Zo werd de ‘scheiding der machten’ – basis van onze westerse democratieën – opgebouwd als een dam tegen willekeurige almacht van vroegere autoritaire regimes.” Het ontstaan van de democratie – met horten en stoten – zal inderdaad een zoektocht blijken naar de manier waarop de almacht van enkelingen kon worden ingeperkt en uitgebreid naar zo veel mogelijk deelnemers. Dehaene ging verder: “Macht wordt maatschappelijk steeds met achterdocht bekeken. Macht heeft ook iets mythisch, iets geheimzinnigs, is vaak niet transparant. Niet voor niets spreekt men van ‘duistere machten’. Het merkwaardige is dat veel buitenstaanders geneigd zijn wat onbekend
- 18 -
- 19 -
Stijn Meuris is de allrounder. Hij is van alle markten thuis, voelt zich als een vis in het water in de wereld van de media, van de film, van de muziek en van de astronomie. Regisseur, muzikant, ex-journalist, een man met een mening. Hij draait al jaren mee in het wereldje en ook hij deelt die eigenzinnige blik op de wereld.
DEEL 1 — DE INVLOED VAN DE MACHT
Elke power list is met andere woorden per definitie erg tijdsgebonden. Vermits er bijna elke dag mensen zijn die op een of andere manier verdwijnen uit machthebbende functies, kan de lijst bijna elke dag worden aangepast. Ze is dus per definitie een tijdsopname. Een power list zou zich kunnen beperken tot de belangrijkste functies van het land: premier, vicepremiers, parlementsvoorzitters... De protocollaire lijst die gebruikt wordt bij de receptie van de Gestelde Lichamen zou daarbij een perfect hulpmiddel kunnen zijn. Maar dan doe je afbreuk aan de invulling die sommige persoonlijkheden geven aan hun functie. In een regering bijvoorbeeld zijn niet alle vicepremiers even machtig, en ook onder de ministers bestaat er een duidelijke – maar niet welomlijnde – pikorde. De tijdsopname die de power list maakt, moet wel rekening houden met de evolutie van de samenleving. Ook Jean-Luc Dehaene maakte zich die bedenking bij de voorstelling van het boek van Verduyn in 2001. “Bij het begin van de vorige eeuw zou de koning boven aan de lijst van de machtigsten in de politiek staan en zou de eerste minister er nauwelijks in voorgekomen zijn, want hij was slechts voorzitter van de Ministerraad als de koning niet zelf voorzat.” Een andere evolutie, van recentere datum, is het gebruik van de sociale media. Moet je bijvoorbeeld ook geen macht toekennen aan een voetbalster, wanneer één tweet van Vincent Kompany (“België is van iedereen, maar vanavond toch vooral van ons! #Rode Duivels”) door de media wordt opgepikt en zelfs politiek wordt uitgespeeld?
is voor hen veel macht toe te kennen. De ingewijden zelf schatten hun eigen macht veel minder hoog in. En ook de echte machthebbers hebben de neiging hun eigen macht te onderschatten.” Het is met andere woorden schier onmogelijk om een juiste inschatting van macht te maken, en die dan ook nog eens op te lijsten. Twee voorbeelden ter illustratie. Ze komen uit het boek Het einde van macht van Moisés Naím. Hij interviewt de voormalige president van Brazilië, Fernando Henrique Cardoso, over zijn aanvoelen van macht. “Het verbaasde me altijd om te horen hoe machtig mensen dachten dat ik was”, zegt Cardoso. “Zelfs goed geïnformeerde mensen die iets van politiek begrepen, kwamen me vragen of ik dingen wilde doen die ver buiten mijn bereik lagen. Ze dichtten me veel meer macht toe dan ik bezat. Ik dacht altijd: wisten ze maar hoe beperkt de macht van een president is tegenwoordig.” Ook dichter bij huis, in Duitsland, bestaat er een kloof tussen de werkelijke macht van een politicus en de verwachting die mensen ervan hebben. Dat tekent Naím op bij Joschka Fischer, de voormalige minister van Buitenlandse Zaken. “Een van de grootste verrassingen van mijn leven was dat al die grootse regeringspaleizen en alle andere luxe die bij macht hoort, lege hulzen zijn. De imposante architectuur van overheidsgebouwen moet verhullen hoe beperkt de macht is van de mensen die er werken.” Macht komt dus met de functie die men bekleedt. Dat wil zeggen dat heel wat politici en andere vertegenwoordigers van de samenleving hun macht halen uit het feit dat ze verkozen zijn, en vervolgens in een bepaalde functie gaan functioneren. Dat geldt bijvoorbeeld voor de regering en het parlement, maar evengoed voor de Groep van Tien, vakbonden en werkgeversorganisaties die onderhandelen over de verschillende aspecten van de arbeidsvoorwaarden, of voor de macht bij justitie. Wie verdwijnt uit die functie, om gelijk welke reden, verliest zijn macht. Wat eventueel overblijft, is een moreel gezag. Dat stelt die personen in staat om nog invloed uit te oefenen, wat je eventueel nog kunt begrijpen als een vorm van macht. Maar dan gaat het om een onrechtstreekse vorm van macht, zonder beslissende stem. Misschien is het beter om dan te spreken over invloed.
Het zinnebeeld van de politieke macht is wellicht Frank Underwood, de antiheld uit House of Cards, de serie van Netflix over het wel en wee van een op macht beluste politicus in Washington. Naar aanleiding van de start van de derde serie in ons land ondervroeg de pers een aantal Vlaamse politici. De situaties in de tv-serie zijn herkenbaar, geven de Vlaamse politici toe. “Natuurlijk is het leuk om naar een serie te kijken die zich afspeelt in mijn leefwereld. De machtsspelletjes, de machinaties achter de schermen: hoe overdreven ook, er zit een zekere herkenbaarheid
- 20 -
- 21 -
POLITIEKE MACHT
DEEL 1 — DE INVLOED VAN DE MACHT
in”, zegt John Crombez. Alexander De Croo heeft het over “Machiavelli ten top”. Ook Ivo Belet, die alleen kan vergelijken met het Europees Parlement, dat toch een andere stijl hanteert dan de nationale parlementen, vindt de serie toch herkenbaar. “Het is natuurlijk geen kopie van de echte politiek, maar het wheelen en dealen, het afkopen van stemmen om aan een meerderheid te geraken, de koehandel van de ene steun voor de andere stem, dat herken ik.” Maar zowat iedereen geeft toe dat de karakterschets van Frank Underwood overdreven is. Dat is ook de analyse van Alexander De Croo: “Frank Underwood is een goddelijke politicus die de werkelijkheid helemaal naar zijn hand zet, maar zo werkt het natuurlijk niet echt. De serie is duisterder dan de realiteit ooit kan zijn.” Sommige details zijn wel erg realistisch of net niet. Zo merkt Inga Verhaert van de SP.A op dat “ze nooit moeten vergaderen. Je ziet spannende seks en intriges, maar nooit vermoeiende vergaderingen. Weinig realistisch”, besluit ze. De relatie met de media valt ook op. “Want ook die is herkenbaar”, zegt Ivo Belet. “De manier waarop Frank omgaat met de journaliste Zoe, hoe hij naar geprivilegieerde relaties met de pers zoekt, dat spel van primeurs en spinning. Dat gebeurt, maar ook dat gaat in de reeks veel verder dan wij het hier kennen.” John Crombez herkent dan weer de lobbyisten in de serie. “Op het eerste gezicht zijn ze vriendelijk en uitnodigend, maar net daarom gevaarlijk. Als het erop aankomt, zijn ze onverbiddelijk. Of neem nu die episode waarin zakenman Tusk (een invloedrijke vriend van de president) belt naar de president om te melden dat hij zijn nucleaire installaties stillegt als de subsidies er niet doorkomen. Alsof de scenaristen de chantage van de Belgische nucleaire aandeelhouders hebben gecopy-pastet. Dat hele spectrum tussen vriendelijke lobby en pure powerplay is mij niet onbekend.” Geen enkele politicus wil zich met Frank Underwood vergelijken. “Frank wil ik niet zijn. Zijn wil om zijn politieke ambities te verzilveren, gaan me te ver.” Dat zegt Liesbeth Homans. Karel De Gucht noemt Underwood “een tragisch figuur, zo verblind door zijn eigen ambities dat hij niet in staat is tot een normale, menselijke relatie.” De Gucht ziet geen Underwood opduiken in ons land. Ook Alexander De Croo ontdekt in de Belgische politiek geen Frank Underwood. “Wel herken ik
zijn ongebreidelde ijdelheid. Om het land vol te hangen met affiches met je eigen kop moet je wel een beetje ijdel zijn. Underwood heeft ook een sterke veroveringsdrang, politiek en seksueel. In mijn wereld lopen ook wel wat mensen rond die graag tonen dat ze slimmer, knapper of beter zijn dan een ander.” Alleen John Crombez heeft een Frank Underwood gevonden. “Nu ik erover nadenk, komt Didier Reynders wellicht het dichtst in de buurt.” House of Cards is herkenbaar voor de Vlaamse politici, maar die beseffen dat de serie vooral een goede fictiereeks is. En toch beantwoordt het beeld dat de meeste mensen over ‘macht en invloed’ hebben erg aan de stereotypen die de media verspreiden. “Macht ruikt naar geld, naar dikke sigaren, dure cognac en schaars geklede topmodellen. Macht doet ons denken aan The Godfather, aan Tony uit The Sopranos of in het beste geval aan George Bush.” Een citaat uit het boek Koorddansers van de Macht van Koert Debeuf, die een tijdje de tekstschrijver én woordvoerder van premier Verhofstadt is geweest. Macht is een donker en duister woord. Het woord doet in teksten over politiek meteen aan complotten denken, aan duisternis en aan geheimhouding. Macht lijkt iets wat per definitie het daglicht niet mag zien. Macht ontmoet macht op plaatsen waar andere mensen niet gemakkelijk komen. Er worden zelfs ontmoetingsplaatsen speciaal met dat doel opgericht. Een bekend voorbeeld daarvan is De Warande, een ontmoetingsplaats in de Brusselse Hertogstraat (een zijstraat van het Warandepark die, net als de Koningsstraat, het parlement met het koninklijk paleis verbindt). Het is een exclusieve club met lidgeld en met als doel ondernemers, beleidsmensen en politici bij elkaar te brengen. Onder het motto ‘koppel het nuttige aan het aangename’ zorgt De Warande bovendien voor lekker eten en drinken.
- 22 -
- 23 -
OP ZOEK NAAR EEN DEFINITIE De meest gebruikte definitie van macht is de “capaciteit van sommige personen om bedoelde en voorziene effecten op anderen te produceren”. Zoals vaak bij definities, is elk woord belangrijk. Het gaat om een ‘capaciteit van personen’; dat wil zeggen dat het vermogen hebben voldoende is om macht te hebben. Er zit ook een asymmetrische relatie in
DEEL 1 — DE INVLOED VAN DE MACHT
een machtsverhouding: het is de capaciteit van sommigen om effecten te hebben op anderen. En ten slotte gaat het om ‘bedoelde en voorziene’ effecten. Het is bij machtsverhoudingen wel degelijk de bedoeling om iets teweeg te brengen, en dat effect is intentioneel. In zijn speech bij de opening van het Vlaams Parlement in september 2014 hield voorzitter Jan Peumans een toespraak over ‘macht en onmacht van het parlement’. Hij definieerde macht als “het vermogen om iets te doen of te bewerkstelligen. Macht is het uitoefenen van gezag, verkregen uit het mandaat of de functie die men bekleedt. Macht is ten slotte ook het uitoefenen van invloed, de kracht van verandering, gebaseerd op overtuigingskracht en charisma.” Daarmee heeft de parlementsvoorzitter ook meteen de slogan van zijn eigen partij, N-VA, in de definitie van macht gesmokkeld. Een andere politicus, Didier Reynders, geeft uiteindelijk de simpelste en duidelijkste definitie: “Macht is de capaciteit om beslissingen te nemen die de zaken doen veranderen.” Macht is onlosmakelijk met politiek, maar vooral ook met democratie verbonden. “Politiek is immers in essentie de zoektocht naar macht, omdat dit het enige instrument is om ideeën in daden om te zetten”, zo redeneert Koert Debeuf. “Macht en politiek zijn niet per definitie vies. Integendeel, het zijn twee begrippen zonder welke een democratie onmogelijk is.” En zo ontdekken we naast de ‘duistere’ macht, ook de ‘gewone’ macht. Een minister heeft per definitie de macht om een ministerieel besluit of een koninklijk besluit uit te vaardigen. Daarmee oefent hij macht uit. Die macht is zichtbaar en die macht is hem zelfs wettelijk toegekend. Vaak wordt macht ook verward met invloed. Er zullen wellicht nog heel veel Belgen zijn die denken dat de koning macht heeft. Strikt genomen, geeft de grondwet hem ook nogal wat macht, maar de praktijk toont aan dat de koning in ons land nauwelijks nog enige concrete macht heeft. Maar hij heeft wel invloed. Als de koning ergens om vraagt, zullen er weinigen zijn die hem iets zullen weigeren. Maar als het er echt toe doet, hebben ministers en parlementsleden de macht om te weigeren. Macht laat zich ook beledigen. Die dimensie werd benadrukt na de
aanslag op het Franse satirische weekblad Charlie Hebdo. Bart De Wever tweette dat “beledigd worden de prijs is die we betalen voor de vrijheid, en die betalen we”. En hij postte op de sociale media meteen een Hitlercartoon van zichzelf die hij naar eigen zeggen niet zo erg kon appreciëren. Marc Reynebeau reageerde via Twitter: “Beledigd worden is niet de prijs van de vrijheid, het is wat de macht moet betalen in een vrije democratie.” De reactie van Marc Reynebeau vertaalt ‘het recht om beledigd te worden’ als een recht dat iedereen tegenover machthebbers mag uitoefenen. En in die optie is ‘macht’ dan de beloning voor de vrijheid om beledigd te worden.
- 24 -
- 25 -
DEEL 1 — DE MACHT VAN EEN PREMIER
1. DE MACHT VAN EEN PREMIER
De politieke macht in dit land is vooral een institutionele macht. De verschillende functies, en hun hiërarchische band, staan mooi opgesomd in de Grondwet. Het mag dan een frustratie zijn voor een politicoloog als Wilfried Dewachter dat de perceptie van de macht niet prefect past bij de beschrijving van de grondwet, toch blijft de politieke macht de macht van mandaten. Parlementen worden verkozen door de burgers bij verkiezingen, en regeringen worden gevormd uit – meestal – verkozen parlementsleden. Verder is er nog de rechterlijke macht. Ook die is erg institutioneel. Magistraten worden benoemd door de overheid, en vormen op die manier de derde macht. En dan is er nog de overlegdemocratie: de verkozen politici hebben in de loop van de jaren beslist om verschillende aspecten van hun macht over de arbeidsmarkt en sociale zekerheid af te staan aan de sociale partners. Vakbonden en werkgevers, maar ook de ziekenfondsen en de artsen hebben op die manier een deel van de institutionele macht verworven.
PREMIER: EEN STEEDS MINDER GEGEERDE BAAN Natuurlijk kijkt iedereen in de eerste plaats naar de politieke wereld als het om de macht gaat. En helemaal boven aan die politieke piramide staat de premier. Wanneer Ludwig Verduyn in het jaar 2001 premier Verhofstadt aan het hoofd van zijn power list plaatst, is de rangschikking van de politieke macht in België nog vrij eenvoudig en ondubbelzinnig. Veertien jaar later is die eenvoud verdwenen. We hebben een van de meest turbulente
- 26 -
politieke periodes achter de rug: een bankencrisis gevolgd door een eurocrisis, de val van de regering-Leterme, de komst van Herman Van Rompuy die later weer vervangen wordt door Leterme, die vervolgens premier in lopende zaken wordt voor bijna zeshonderd dagen. De regering die erop volgt, die met Elio Di Rupo aan het hoofd, heeft 541 dagen nodig om zich te vormen. Een wereldrecord. We sluiten het decennium af met iets wat tien jaar geleden ondenkbaar leek, met twee opeenvolgende Franstalige premiers: Elio Di Rupo van de PS en Charles Michel van de MR. Maar de belangrijkste wijziging in die veertien jaar lijkt wel dat niemand nog staat te trappelen om premier te worden. Bovendien is de evidentie dat de grootste partij van het land meteen de premier levert, ook voorbijgestreefd. In 2011 wordt de leider van de grootste partij van de regering premier omdat de grootste partij van het land buiten de regering werd gehouden. Die keuze was nog verklaarbaar en verdedigbaar. Maar in 2014 maakt de grootste partij van het land wel degelijk deel uit van de nieuwe regering, en toch wordt hét boegbeeld van die partij, Bart De Wever van N-VA, niet de eerste minister. In De Tijd reageert De Wever: “Bij het begin van de onderhandelingen (in 2014, nvdr.) hebben we een gentleman’s agreement gesloten. In mijn memoires leg ik het hoe en het waarom nog weleens uit. In elk geval is toen afgesproken dat ik zou passen voor het premierschap, omdat dat moeilijk lag voor de MR.” Zo wordt Charles Michel van de MR premier en niet Bart De Wever. De politieke wereld is nog op een ander punt grondig gewijzigd in vergelijking met 1999, het moment waarop Guy Verhofstadt zijn regering op de been bracht. Op dat moment worden in het hele land nog systematisch symmetrische regeringen gevormd: de basiskleur van zowel de federale als de gewestelijke regeringen is dezelfde, namelijk paars-groen. Maar vanaf 2004 wordt de symmetrie geregeld doorbroken. De gewestelijke regeringen hebben sindsdien nooit meer exact dezelfde samenstelling gehad als de federale, en ook dat heeft gevolgen.
PREMIER VERHOFSTADT De liberaal Guy Verhofstadt heeft in totaal drie regeringen geleid. In 1999 slaagt hij erin een paars-groene regering op de been te brengen na
- 27 -
DEEL 1 — DE MACHT VAN EEN PREMIER
verkiezingen die in het teken staan van de dioxinecrisis. Die crisis waarbij giftige dioxines bewust in veevoeder waren vermengd, domineert de verkiezingscampagne van 1999 helemaal. Uittredend premier Jean-Luc Dehaene, die nochtans geen slecht bilan kan voorleggen, beseft al snel dat het kalf verdronken is. Hij probeert het tij nog te keren, maar weet vooraf dat de CVP de verkiezingen niet kan winnen. Met de moed der wanhoop gaat hij voor de tv-camera’s zelf aan het barbecueën, maar het mag niet baten. Na de verkiezingen kondigt de CVP aan dat ze geen enkel initiatief zal nemen voor regeringsonderhandelingen. Uittredend premier Jean-Luc Dehaene zet meteen een stap opzij. Uittredend Vlaams minister-president Luc Van den Brande wordt in de toiletten van het partijgebouw voorzichtig gepolst naar zijn bereidheid om een gelijkaardig ‘gebaar’ te stellen als Dehaene. In het Vlaams Parlement is de CVP echter nog altijd de grootste partij. Van den Brande heeft bovendien een goed argument om dwars te liggen. Er is – tot ergernis van Van den Brande – in de campagne van de CVP maar één boegbeeld geweest. Dat had de partij zo beslist, want ook al waren er vier verkiezingen op één dag, er was maar één kiezer. Daarom verdween ‘de Vlaamse motor’ uit het straatbeeld tijdens de campagne. En in die logica moet volgens de Vlaamse minister-president Van den Brande na de verkiezingsnederlaag één persoon, namelijk boegbeeld Jean-Luc Dehaene, conclusies trekken. Maar die vlieger gaat niet op, en uiteindelijk zal ook Van den Brande zwichten en het initiatief laten aan de liberalen van de VLD. Op het federale niveau wordt Louis Michel het veld ingestuurd als informateur; in Vlaanderen probeert Verhofstadt zelf een regering te vormen van liberalen, socialisten, groenen en de Vlaams-nationalisten van VU-ID. Eén week na de verkiezingen houdt Guy Verhofstadt een persconferentie, waarop hij zegt dat er aan Vlaamse kant onderhandelingen zullen komen tussen VLD, SP, Agalev en VU-ID onder leiding van VLD’er Patrick Dewael. Aan Franstalige zijde volgen er ook paars-groene regeringen van liberalen, socialisten en ecologisten. Nog een dag later overhandigt Charles Michel zijn informatienota aan de koning. Hiermee zit zijn opdracht erop. Volgens hem kan er een paars-groene federale
coalitie gesmeed worden met PRL, VLD, PS, SP, Ecolo en Agalev, onder leiding van toekomstig premier Guy Verhofstadt, die meteen als formateur wordt aangesteld. Op 4 juli bereiken de onderhandelaars een basisakkoord. Op 10 juli keuren de partijcongressen het akkoord goed en op 12 juli legt premier Verhofstadt voor de eerste keer de eed af. Het is een van de snelste regeringsformaties in de naoorlogse Belgische geschiedenis. Ze duurt nauwelijks 29 dagen. Het is dan ook begrijpelijk dat premier Verhofstadt op de eerste plaats opduikt in de power list van Ludwig Verduyn. De regeringsvorming vond heel snel plaats, de verbanning van de CVP naar de oppositie op alle niveaus na 54 jaar was een revolutie en de paars-groene regering was ongelooflijk ambitieus. De paars-groene regering nam zich voor om op het ethische domein eindelijk euthanasie en het homohuwelijk mogelijk te maken; er zou een Zilverfonds worden opgericht om de gevolgen van de vergrijzing aan te pakken; de ambtenarij zou via de Copernicushervorming grondig worden gemoderniseerd; de snelBelgwet zou de integratie van migranten vergemakkelijken, en politie en rijkswacht zouden in één korps worden samengebracht. De regering zou ook nog weigeren deel te nemen aan de oorlog in Irak, een vijfde staatshervorming uitvoeren én de Kieswet hervormen. Intussen zijn veel van die hervormingen weer teruggeschroefd, maar op dat moment was de agenda van de paars-groene regeringen wervend en ambitieus. Op dat ogenblik was de Vlaamse regering duidelijk nog ondergeschikt aan de federale regering. De regering-Verhofstadt komt op de eerste plaats, en dan volgt de Vlaamse regering, onder leiding van ministerpresident Patrick Dewael. Dat ook Dewael dat zo aanvoelt, wordt pijnlijk duidelijk bij de volgende verkiezingscampagne, die van 2003. Het is de eerste keer dat de regionale en de federale verkiezingen niet op hetzelfde moment plaatsvinden. Dat is het gevolg van de staatshervormingen, waarin het dubbelmandaat werd afgeschaft. Tot in 1995 waren parlementsleden in dit land tegelijk lid van het federale parlement en van het parlement van de regio waartoe ze behoorden. In 1995 werden er voor het eerst verkiezingen gehouden voor autonome regionale parlementen. Die kregen een legislatuur van vijf jaar, in tegenstelling tot het
- 28 -
- 29 -
DEEL 1 — DE MACHT VAN EEN PREMIER
federale Parlement, waar de legislatuur slechts vier jaar duurt. Daardoor vielen de regionale verkiezingen in 2004 voor het eerst niet samen met de federale verkiezingen. Dat betekende ook dat er in 2003 uitsluitend verkiezingen waren voor het federale Parlement. Enkele dagen vóór die verkiezingen kondigt minister-president Patrick Dewael aan dat hij wil overstappen van de Vlaamse naar de federale regering. En de ministerpresident heeft haast, want nauwelijks enkele dagen na de verkiezingen neemt hij effectief ontslag om deel te nemen aan de regeringsonderhandelingen. Uiteindelijk zal hij minister van Binnenlandse Zaken worden in de tweede regering van Guy Verhofstadt. Hij zal in de Vlaamse regering vervangen worden door Bart Somers, die het resterende jaar van de legislatuur uitdoet als minister-president.
ZONDER DE GROENEN
maken CD&V-boegbeeld Yves Leterme en N-VA-kopstuk Geert Bourgeois bekend dat ze een kartel hebben gesmeed. De twee partijen blijven afzonderlijk bestaan, maar trekken wel met één lijst naar de regionale en Europese verkiezingen die in juni 2004 zullen plaatsvinden. Onder andere door de hele heisa over het migrantenstemrecht die het federale Parlement maandenlang bezighoudt, zullen de verkiezingen van 2004 gewonnen worden door de antimigrantenpartij Vlaams Belang. Dat werd de nieuwe naam van het Vlaams Blok nadat de partij in het voorjaar van 2004 door de rechtbank veroordeeld werd voor racisme. Die overwinning dwong de drie traditionele families om samen te werken aan een nieuwe Vlaamse regering. De leiding van de regering kwam in handen van CD&V’er Yves Leterme, want door het samengaan van CD&V en N-VA was het kartel de grootste partij geworden. Na vijf jaar oppositie kan CD&V dus opnieuw aansluiten bij de uitoefening van de macht. De Vlaamse regering wordt voor de Vlaamse minister-president Yves Leterme een hefboom om zich te profileren tegenover de federale premier Guy Verhofstadt. Er ontstaat een strijd tussen de twee stijlen, die van ‘Peter Pan’-Verhofstadt, en die van de Vlaamse nuchterheid van Leterme. De Vlaamse regering probeert ook nog de federale regering (waarbij twee partijen, VLD-Vivant en SP.A/Spirit, vertegenwoordigd waren in de twee regeringen) te dwingen om de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde ‘onverwijld’ te splitsen. Uiteindelijk zal ook minister-president Yves Leterme (net als Patrick Dewael hem voordeed) versneld de Vlaamse regering verlaten om naar de federale regering over te stappen. Zowel Inge Vervotte (Vlaams minister) als Yves Leterme stellen zich kandidaat bij de federale verkiezingen van 2007, en verlaten de Vlaamse regering. In de Vlaamse regering wordt Kris Peeters de nieuwe minister-president. Hij zal de rit uitdoen tot aan de Vlaamse verkiezingen van 2009.
De verkiezingen van mei 2003 zijn vooral de verkiezingen van het verlies van Groen. In het federale Parlement is die partij gewoon van de kaart geveegd. Ze heeft geen enkele vertegenwoordiger meer. De partij haalt de kiesdrempel van 5 % niet die ze zelf mee heeft goedgekeurd. Door het verdwijnen van de partij uit de Kamer, verliest ze ook haar partijfinanciering op het federale niveau. De partij dreigt daardoor in moeilijke financiële papieren te komen, maar de wet wordt aangepast. Het zijn dus de andere regeringspartijen, de liberalen en socialisten, die de verkiezingen winnen. De VLD verwacht een snelle herstart van de regering, maar de verhoudingen tussen de liberalen en de socialisten zijn intussen grondig gewijzigd. De vier partijen van de toekomstige paarse regering zijn ongeveer even groot en de onderlinge machtsstrijd komt de cohesie niet ten goede. De VLD verwacht dat Guy Verhofstadt meteen tot premier zal worden benoemd, maar eerst wordt PS-voorzitter Elio Di Rupo als informateur aangesteld. Een eis van de PS, omwille van de gewijzigde krachtsverhoudingen tussen de liberalen en de socialisten. Na de informatieopdracht van Elio Di Rupo wordt Guy Verhofstadt op 28 mei benoemd tot formateur. Op 12 juli 2003 legt Verhofstadt II de eed af na een formatie van 55 dagen. Op Valentijnsdag 2004, in de aanloop naar de Vlaamse verkiezingen,
In 2007 verliezen de liberalen de verkiezingen, maar de nederlaag van de socialisten is nog groter. Daardoor wordt een regering met het kartel CD&V/N-VA en de socialisten onmogelijk en wordt er gewerkt
- 30 -
- 31 -
HET KARTEL BIS
DEEL 1 — DE MACHT VAN EEN PREMIER
aan een oranje-blauwe regering. Die onderhandelingen zullen, onder andere door een halsstarrige houding van de Franstalige christendemocraten onder leiding van Joëlle Milquet, volledig mislukken. Tot twee keer toe geeft formateur Leterme er de brui aan. Uiteindelijk wordt er een regering op de been gebracht door de verliezer van de verkiezingen, Guy Verhofstadt, die enkele maanden nog de leiding op zich neemt. Verhofstadt hijst ook de PS mee aan boord, terwijl de Vlaamse socialisten aan de zijlijn blijven staan. Daardoor is de samenstelling van de nieuwe federale regering aan Vlaamse zijde, christendemocraten en liberalen, opnieuw niet gelijklopend met de Vlaamse regering. In maart 2008 zal Yves Leterme de leiding van de regering overnemen. Maar zijn regering is geen lang leven beschoren. In oktober 2008 breekt de bankencrisis uit. De regering moet alles op alles zetten om eerst de Fortisbank te redden, later de KBC en vooral ook Dexia. De aanpak van de regering-Leterme in die bankencrisis ligt onder vuur en zal in december 2008 leiden tot de val van de regering. Leterme wordt opgevolgd door Herman Van Rompuy, die probeert de federale regering in rustiger vaarwater te loodsen. Tot Herman Van Rompuy door alle Europese leiders in koor gevraagd wordt als voorzitter van de Europese Raad. In november 2009 wordt Yves Leterme opnieuw premier. Maar ook dit keer zal een regering onder zijn leiding geen lang leven beschoren zijn. In april 2010 laat Open VLD-voorzitter Alexander De Croo de regering vallen omdat de onderhandelingen over de splitsing van de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde niet opschieten.
burgemeesters in de Vlaamse rand rond Brussel, en ruilt Open VLD in voor N-VA. Opnieuw zijn de Vlaamse en de federale regering niet symmetrisch samengesteld: de SP.A maakt geen deel uit van de federale regering, en Open VLD niet van de Vlaamse regering. Stilaan wordt duidelijk dat een beleid op elkaar afstemmen niet meer gebeurt in de toiletten van een partijgebouw, maar wel in de kabinetten van de diverse regeringsgebouwen. De Vlaamse regering van Kris Peeters zal zijn volledige legislatuur uitdoen in een ongewijzigde samenstelling. Bovendien zal de minister-president tijdens zijn ambtstermijn alsmaar vaker het begrip ‘copernicaanse omwenteling’ hanteren. Hij verwijst daarmee naar de Poolse geleerde Copernicus die als eerste terecht de zon centraal zette in ons zonnestelsel in plaats van de aarde. In de Belgische politiek zou een ‘copernicaanse omwenteling’ betekenen dat het zwaartepunt van de politiek verschuift van het federale niveau naar de deelstaten. Een overstap van de Vlaamse regering naar de federale regering – zoals zijn voorgangers Dewael en Leterme deden – zou daardoor geen promotie meer betekenen.
HET WERELDRECORD
In juni 2009 hadden er intussen Vlaamse verkiezingen plaatsgevonden. Die worden opnieuw gewonnen door CD&V, nu weer op eigen kracht. Het kartel met N-VA werd in oktober 2008 officieel ontbonden en N-VA neemt voor het eerst in jaren aan verkiezingen deel als een autonome partij. Ze behaalt trouwens geen slecht resultaat en wordt opgenomen in de nieuwe Vlaamse regering. Kris Peeters kan zichzelf opvolgen als minister-president van de Vlaamse regering. Hij is gebelgd door de houding van de Open VLD in het dossier van de benoeming van de balorige
Die copernicaanse omwenteling zal uiteindelijk de inzet worden van de staatshervorming die de federale onderhandelaars na maandenlange onderhandelingen zullen afsluiten. Bij de voorstelling van die staatshervorming, het zogenaamde Vlinderakkoord, neemt formateur Elio Di Rupo de woorden ‘copernicaanse omwenteling’ niet in de mond. Maar hij zegt wel dat met deze staatshervorming “het zwaartepunt wordt verplaatst van de federale staat naar de gewesten en de gemeenschappen, goed voor een van de grootste institutionele hervormingen die België ooit heeft gekend”. Door die staatshervorming komt er een nieuwe Financieringswet, die de geldstromen tussen het federale niveau en de deelstaten moet regelen; er worden grote bevoegdheidspakketten overgeheveld naar de deelstaten, en de deelstaten worden zelfs verantwoordelijk voor een stuk van de sociale zekerheid (de kinderbijslag). Die staatshervorming komt er na de eerste grote verkiezingsoverwinning van N-VA. Die partij wint in Vlaanderen overtuigend de federale
- 32 -
- 33 -
INTUSSEN IN VLAANDEREN
DEEL 1 — DE MACHT VAN EEN PREMIER
verkiezingen van 2010 en wordt meteen de grootste Vlaamse partij. In de zomer van 2010 starten de onderhandelingen tussen N-VA en PS, de grootste partijen aan elke kant van de taalgrens, om samen een regering te vormen. Met zo’n grote regering zou een tweederdemeerderheid, noodzakelijk voor een staatshervorming, worden gehaald. Maar de onderhandelingen – eerst zonder liberalen, uiteindelijk met de liberale partijen – raken in het slop. Er wordt een beroep gedaan op verschillende koninklijke vertegenwoordigers, die altijd maar één opdracht krijgen: de onderhandelingen voor een nieuwe staatshervorming uit het slop halen. Pas meer dan een jaar later is er een doorbraak, waarop N-VA uit de onderhandelingen stapt. De andere partijen blijven aan de tafel, en bereiken in oktober 2011 een akkoord over een zesde staatshervorming. Na 541 dagen komt er dan een regering onder leiding van PS’er Elio Di Rupo. In 2010 wordt niet de voorzitter van de grootste partij eerste minister. Zelfs wanneer N-VA deel zou hebben uitgemaakt van de regering, zou dat niet het geval zijn geweest. N-VA had die functie sowieso aan de PS aangeboden. En met N-VA in de oppositie is het helemaal evident dat een PS’er premier wordt. Binnen de onderhandelende partijen is de PS de grootste partij en zijn de socialisten de grootste familie. Het is geleden van 1974, toen Leburton eventjes premier was, dat er nog een Franstalige politicus aan het hoofd van de federale regering stond. Merkwaardig, want in 2007 zei Johan Vande Lanotte, boegbeeld van de SP.A, nog luidop dat hij zich niet kon voorstellen dat een Franstalige politicus premier kon worden. “Dat ligt zeer moeilijk en is zeer onwaarschijnlijk”, zegt Vande Lanotte in maart 2007 in Terzake. Vande Lanotte heeft zich op dat moment uitgeroepen tot kandidaat-premier en argumenteert dat die functie de SP.A zou kunnen toekomen, op voorwaarde dat de socialisten de grootste familie zijn. “En Elio Di Rupo dan?”, vraagt de journalist. “Ik heb hem dit al twee maanden geleden gezegd”, antwoordt Vande Lanotte. “Dit is geen manoeuvre om Di Rupo uit te schakelen, dit is een simpele vaststelling.” Vier jaar later wordt Elio Di Rupo de premier van een regering waarin Vande Lanotte vicepremier is.
- 34 -
2014: “PREMIER WORDEN IS EEN DEGRADATIE.” Tijdens de campagne voor de verkiezingen van 2014 wordt duidelijk dat de positie van premier van België niet meer erg gegeerd is. Voor het eerst maakt een Vlaams minister-president duidelijk dat hij niet staat te springen om het Vlaamse niveau in te ruilen voor het federale. Tijdens een bezoek aan de fabriek van Nike in Laakdal laat Vlaams ministerpresident Kris Peeters zich ontvallen dat hij niet geïnteresseerd is in de position switch van Vlaams minister-president naar federaal eerste minister. “Premier worden? Dat is een degradatie”, liet hij zich ontvallen tegenover een groepje leerlingen. De opmerking werd geregistreerd door de camera van VTM. Wanneer iemand hem daarop attent maakt, voelt Peeters zich betrapt. “Goed dat ge het zegt”, gevolgd door een bulderlach, zo probeert hij het weg te lachen. Ook Bart De Wever, de man die volgens alle logica premier zou moeten worden, neemt afstand van die functie. Tijdens een debat in Nederland, in de aanloop naar de verkiezingen, laat hij in zijn kaarten kijken. “De beste premier is de premier die mijn programma uitvoert. In België is het allerergste wat je kan overkomen, verkiezingen winnen. Het tweede ergste is dan premier worden. Wetstraat zestien, het huisnummer is een indicatie van het percentage dat je nog zal halen als je buiten komt.” De Wever heeft een punt. Het is een fenomeen dat zich recent voordoet bij de Vlaamse partijen die de premier hebben geleverd. In het verleden rekende CD&V als staatsdragende partij dat ze die kloof wel zou kunnen overbruggen tijdens de verkiezingscampagne. Guy Verhofstadt slaagt er in 2003 nog in de verkiezingen te winnen, maar in 2007 is zijn partij uitgeregeerd. Het is dat voorbeeld dat Bart De Wever in het Nederlandse debat geeft. “Je moet het maar eens aan Verhofstadt vragen, die schrijft Burgermanifesten, Vlaanderen is enthousiast, zijn partij groeit, hij gaat in de ‘Zestien’, en zijn partij, Open VLD, staat nu in de peilingen op 12 of 13 %. Daarna is er een kartel gekomen, dat ging los over de 30 %, de kopman van dat kartel, Leterme, is dan premier geworden. Het gevolg: er was geen kartel meer en zijn partij staat nu in de peiling op 17 %.” Volgens De Wever is het dus een fenomeen dat vooral te maken heeft met het verwachtingspatroon van de Vlaamse kiezer. De leidinggevende
- 35 -