5 minute read

Groetjes uit beton

GROETJES UIT

SCHEREN MANNELIJKE GEVANGENEN NOG STEEDS HUN KOPPEN? BETON

Advertisement

Ik vind het warm water niet uit, dacht hij, maar laat ik toch maar beginnen met de stelling dat gevangenen in België weggestoken worden en zo verstoken blijven van veel, zo veel, dat ik mezelf niet de moeite getroost aan een opsomming te beginnen. Ze blijven verstoken van dingen die nodig zijn om te voorkomen dat die gevangenen, eens ze exgevangenen zijn, al snel opnieuw belanden waar ze vandaan komen (de gevangenis).

Gevangenen, op veel plaatsen ter wereld, maar ook, zelfs, in België, wordt niet altijd even menselijke omstandigheden gegund. Op die manier maken we het ex-gevangenen heel moeilijk om niet buiten de boordstenen van het pad der rechtschapenheid te gaan dwalen. Recidive in België scheert hoge toppen, om het met een gefingeerde krantenkop te stellen. Scheren mannelijke gevangenen nog steeds hun koppen? We weten absurd weinig van wat er binnen de gevangenismuren gebeurt.

Binnenin zijn eigen vier veilige wanden denkt hij terug aan dat ene huisbezoek in die ene straat met zo’n klinkende naam en dat huis dat zich tegen de achtermuur van de Gentse gevangenis aan vlijde en waarvan de hoogste kamer door een opengetrokken Velux raam op de koer vol hangende gevangenen uitkeek. Ja, dat doen ze wel vaker, als ze zien dat iemand kijkt. Ze moeten hun daar toch echt vervelen, hé jong. De immovrouw kijkt niet op van fluitende of wuivende boefjes. Voor de jonge huizenjager voelt het wrang, en misschien verbaast hij zich over het aantal vingers aan de opgestoken gevangenhanden: het zijn er vijf (dus niet die ene vinger in het midden). Verdacht vriendelijk om schurken te zijn. Dat is wat ze zijn, toch? Dief, aanrander, drugdealer, moorde naar?

BIO Arne Vlaeminck is afkomstig uit Melle. Respectievelijk 6 en 4 jaar actief in jeugdhuis en jeugdvereniging Laatstejaarsstudent Vergelijkende Moderne Letterkunde

Een paar honderd jaar geleden hadden misdadigers misschien geen handen meer om mee te zwaaien. We hebben als samenleving vast enkele stappen richting menselijkheid gezet. Maar, dankbaar gebruik makend van woorden van die ene acteur die zijn hervonden hobby inzette ter bewustmaking, “onze gevangenissen zijn 19de-eeuws”. Weinig natuurlijk licht, een absoluut gebrek aan zinvolle tijdsbesteding, veel te krappe cellen, kleurloosheid en afvlakkende uniformiteit. We horen het vaak: de Scandinaviërs pakken het beter aan. Daar zou een mentaliteit van ziekte en genezing vigeren, in tegenstelling tot onze cultuur van schuld en boete. Wanneer ook de minister van Justitie zich op het einde van het artikel onder dat standpunt schaart, ontwaart de krantenlezer bij zichzelf een hoopvolle glimhartlach.

Denk eens terug aan het moment in je leven waarop je je het meest opgesloten voelde. Je sloot jezelf als kleuter per ongeluk op in de kleerkast van je ouders, kreeg twee weken huisarrest op je puberboterham, vond jezelf op een dag in het verkeerde lichaam, of dacht onder invloed van hallucinogene middelen in het midden van een rotonde dat de cirkelende wagens bewakers waren.

Ik ben aan het ronddraaien; voor de meest levendige herinnering aan een gevoel dat gevangen zijn benadert, hoeven we niet ver (of lang?) te tijdreizen in ons collectieve geheugen: de lockdown. De literatuurstudent had het niet als enige moeilijk die periode; er verscheen heel wat in de pers over bejaarde eenzaamheid, over wanhopige ouders, over ontsnappende pubers, over de dreigende schade voor de psychologische gezondheid van de ingeperkte Vlaming. Wat met de psychologische gezondheid van de opgesloten gevangene? Toegegeven, wie heel erg over de schreef gaat, kunnen we als maatschappij moeilijk ongestraft zijn gangetje laten gaan. Maar wat heeft een samenleving aan gevangenissen als meer dan de helft van de vrijgekomen gevangenen (en 95% van de gevangen komt ooit vrij) buitenkomt met een brandende schuur als mentale gezondheid en een met zandzakken opgeladen opblaassloep als toekomstperspectief? Ergens las hij: opsluiting is criminogeen. Ga ik wel de goede kant op, vroeg hij zich af. Heeft de opinie van de meerderheid van dng-lezers iets aan het gemoraliseer van een jonkie? Mist hij zijn doel? Wat was het doel? Oh ja – iets vertellen over de stage bij het Vermeylenfonds, en over Groetjes uit beton. Van bij het begin van de stage leek hij op zijn plaats te vallen aan de zijde van Barbara, de geestesmoeder van Groetjes uit beton. Briefschrijfsessies met en voor gevangenen. Een uur of drie figuurlijk gevuld met warmte, kop koffie, oren-geluister en coole typmachines. Voor zij die een brief willen schrijven, naar eender wie, en daarbij wel hulp kunnen gebruiken.

Maar eerst: eindeloos e-mailen en bellen. “Nog voor het einde van 2034? Nee, sorry, dat hadden jullie vroeger moeten aanvragen…” “Hmm, we hadden eigenlijk al een gelijkaardig project een tijdje terug…” “Weet je, we hebben echt amper nog budget voor dit jaar…” “Ik vrees ervoor, maar misschien kan ik je doorverbinden met…” “Mevrouw Wouters is in verlof momenteel, misschien kan je volgende week nog eens proberen…” “Nog een fijne dag, hoor!” “[tuut tuut tuut]” Wanneer een en ander dan toch op poten komt te staan, neemt corona ons allemaal gevangen. Briefschrijfsessies in de gevangenis worden onmogelijk, dus besluiten de projectmakers zich om te buigen naar een alternatief project. Ze nodigen gevangenen uit om zelf brieven te schrijven, beantwoorden die brieven, en vertellen er iets over. (Facebookpagina Groetjes uit beton) Bijna alle gevangen briefschrijvers betuigden hun dank om de hen geschonken mogelijkheid hun verhaal neer te pennen. Het postpakket met stylo’s, enveloppen, briefpapier en postzegels, moest drie dagen in afzondering voor het de gevangenis binnen kon (over de porties speeksel – nodig om de enveloppen toe te kleven – hoefden we ons geen zorgen te maken).

Arne Vlaeminck

KARMA HOTEL

Is de gevangenis écht een hotel? Hoe komen mensen in detentie terug van deze vakantie? En waarom gaan mensen die een crimineel feit pleegden überhaupt naar de gevangenis? Op deze en andere vragen probeert Karma Hotel een antwoord te formuleren in het kader van de Nationale dagen van de Gevangenis.

De wijze waarop de buitenwereld de lockdown heeft ervaren, geeft ons een aanknopingspunt om te sensibiliseren en het in vraag stellen van het nut van een gedwongen (langdurige) opsluiting van gevangenen. Het biedt enig inzicht in de leefwereld van personen in detentie.

De Nationale Dagen van de Gevangenis (NDG) zijn een initiatief van een aantal pluralistische groeperingen en organisaties. Ze willen over de Belgische situatie binnen de gevangenismuren informeren en de dialoog hieromtrent stimuleren.

Voor deze 7de editie, van 20 november tot 6 december 2020 werd er gekozen voor het thema ALTIJD IN QUARANTAINE.

Karma Hotel is een initiatief van het August Vermeylenfonds en het Geuzenhuis, met de steun van de Huizen vzw, SMBG en deMens.nu.

www.karmahotel.org

This article is from: