Blauw

Page 1

brussel Hoofdstedelijk Gewest 19

vanwege Piet en Wilfried

Gemeenten

Brussel Parijs Londen

Europa

Jean-Luc Vanraes over de rol van regio’s en steden

Brusselse parlementsleden

Onderwijs

Samen de e Brussels ken Wafel ma

Ann Brusseel over de hervorming van het secundair onderwijs OPEN VLD


GEWEST

Interview

JEAN-LUC VANRAES

STEDEN NAUWER BIJ EU BETREKKEN “Ik pleit voor een Europese Senaat, een tweede Kamer van het Europees parlement waarin regio’s en steden vertegenwoordigd zijn.”

LIBERALE Nieuwsbrief

D

e samenleving verandert grondig. De kennis van de mens verhoogt. De burger is mondiger geworden en de groep middenklassers groeit. Deze maatschappelijke evolutie gaat gepaard met een aangroei van de stedelijke bevolking. Ook in Brussel. Maar wat hebben die steden in de pap te brokken als het over een beslissing gaat die Europa over hen neemt? “Te weinig”, zo weet Jean-Luc Vanraes, voorzitter van de Raad VGC, lid van de Assembly of European Regions (AER *), en sinds kort ook van het Comité van de Regio’s (**). JEAN-LUC VANRAES: “Regio’s en steden zoals Brussel wegen vandaag te weinig op Europa. Steden zijn anders een bron van welvaart voor een regio of een land. Zij zijn aantrekkingspolen voor tolerantie en openheid. Steden moeten een belangrijk element worden in de Europese beslissingsmacht. De eis tot meer participatie van steden in het Europees democratisch proces is zeer terecht.” Wat is het antwoord op die eis? VANRAES: “Op dit ogenblik nemen nationale staten beslissingen in de plaats van de regio’s. Dit staat in contrast met het groeiend belang van regio’s en steden. Het klassieke Europa met de 27 lidstaten, met daarnaast de regio’s en de steden, is geen goede structuur om die nieuwe spelers op de Europese democratische markt in te passen.” Wat stelt u in de plaats? VANRAES: “We moeten komen tot decentralisatie gebaseerd op subsidiariteit: de juiste bevoegdheden op het passende beleidsniveau leggen. Politiek dicht bij de burger. We mogen immers niet vergeten dat de burger zich sterk identificeert met


"Steden moeten een belangrijk element worden in de Europese beslissingsmacht." Jean-Luc Vanraes samen met voorzitter van de Europese Commissie José Manuel Barroso

zijn regio of zijn stad. Eén van de redenen waarom hij minder in Europa gelooft, is omdat de besluitvorming te ver van zijn bed is. Bovendien ben ik ervan overtuigd dat regio’s een betere dienstverlening kunnen afleveren. Laten we dàt debat in België eens deftig voeren, los van communautaire tegenstellingen, los van het denken in machtsblokken, Vlamingen tegen Franstaligen. Wie wordt daar het eerste slachtoffer van? De burger!” Hoe ziet u dit in de praktijk? VANRAES: “Zoals reeds gezegd pleit ik voor een Europese Senaat, een tweede Kamer van het Europees Parlement die meer aandacht heeft voor de autonomie van de regio’s en de groei van de Europese steden. Dit is geen nieuwe instelling maar een uitbreiding van de taak van het Comité. Ik stel ook voor om de dialoog tussen de Europese en de lokale instellingen te versterken met het oog op directe samenwerking tussen regio's, steden en gemeenten en Europa. Door deze georganiseerde aanpak ben ik ervan overtuigd dat we een beter Europa kunnen uitbouwen, een Europa waarin de burger zich beter zal herkennen.” *AER, de Assembly of European Regions is een instelling waar 272 gewesten deel van uitmaken. Naast regio’s uit de Europese Unie zijn ook Turkije en staten van de vroegere Sovjet-Unie lid. *Het Comité van de Regio’s telt leden afgevaardigd uit de lidstaten. Die leden vertegenwoordigen hun regio uit die lidstaten. De belangrijkste taak van het Comité is het adviseren van de Europese Commissie, het Europees Parlement en de Raad over regionale bevoegdheden zoals onderwijs, milieu, cultuur, beroepsopleidingen… Het Comité is in Brussel gevestigd.

Jean-Luc Vanraes is als Brussels parlementslid niet alleen actief op Europees niveau in het Comité en de AER. Hij is sinds begin maart ook opnieuw voorzitter van het OCMW van Ukkel, een terrein dat hij goed kent. “Deze job gaat voor mij over twee zaken: iedere inwoner van Ukkel heeft recht op menselijke waardigheid en er wordt een actieve en optimale deelname aan de samenleving beoogd.” In tien jaar tijd werden ongeveer 1500 loontrekkers via de jobdienst naar een baan geleid. Jean-Luc is intussen ook voorzitter geworden van de Conferentie van Vlaamse schepenen en OCMW-voorzitters in het Brussels Gewest. Meer info: www.jeanlucvanraes.be OPEN VLD


GEWEST

Actueel

SECUNDAIR ONDERWIJS: Hervormen of niet? Al jaren woedt de discussie over de hervorming van het secundair onderwijs. De bevoegde Vlaamse minister heeft spectaculaire plannen, maar geen politieke medestanders om ze mee goed te keuren. Vlaams parlementslid Ann Brusseel, lid van de commissie Onderwijs, ziet verschillende problemen die moeten aangepakt worden, maar wil geen grote omwenteling.

D

e minister van Onderwijs Pascal Smet wil niet dat ASO, TSO en BSO nog van elkaar gescheiden zijn. Humaniora en de beroepsrichtingen, allemaal onder één dak. En dit vanaf het 1ste middelbaar tot het 6de. Is dit haalbaar? ANN BRUSSEEL: “Zo goed als onhaalbaar: we hebben amper centen om nieuwe lagere scholen te bouwen, hoe zouden we nu alle athenea en colleges gaan verbouwen? De opdeling in ASO, TSO en BSO is trouwens niet de oorzaak van bepaalde problemen zoals de vele schoolverlaters zonder diploma en de achteruitgang van de kwaliteit. Veel leerlingen die in het middelbaar onderwijs moeilijk kunnen volgen, hadden op de lagere school ook al problemen. Je moet hen vanaf het eerste leerjaar sterk ondersteunen. Leerproblemen en taalachterstand

LIBERALE Nieuwsbrief

moeten weggewerkt worden vóór je naar het secundair gaat. De eerste twee jaren van het middelbaar zijn nu ook voor iedereen gelijk op een

“Te weinig leerlingen kiezen wetenschappen, wiskunde en techniek.” keuzevak na. Want inderdaad, elke jongere moet een goede basisvorming krijgen. Even belangrijk is dat de scholen die technische en beroepsopleidingen aanbieden, goed uitgerust zijn met moderne apparatuur, dat ze een goed imago hebben en voor elke jongere een stage kunnen garanderen.”

Dus eigenlijk moet er meer samenwerking komen tussen scholen en bedrijven? BRUSSEEL: “Zeker, werkplekleren is ontzettend belangrijk. Zo zien leerlingen waar hun opleiding naartoe leidt. Nu zijn veel jongeren snel schoolmoe omdat ze teveel tijd op de schoolbanken moeten doorbrengen. Ik stel voor dat ze vanaf 15 jaar al terreinervaring kunnen opdoen. Zeker in Brussel is dat belangrijk. We hebben een schrikbarend hoog percentage spijbelaars en schoolverlaters zonder diploma. Daarnaast is het ook voor de leerlingen die wetenschappen-wiskunde volgen nuttig te zien wie wat doet in een bedrijf. Zouden veel 16-jarigen weten wat een ingenieur precies doet? Om de talrijke knelpuntvacatures in de technische beroepen te kunnen invullen, moeten we aan jongeren tonen welke jobs er bestaan en hoe boeiend techniek en technologie kan zijn. Ook voor leer-


"We hebben amper centen om nieuwe lagere scholen te bouwen, hoe zouden we nu alle athenea en colleges gaan verbouwen?

krachten biedt de uitwisseling met de bedrijven het voordeel dat ze bij kunnen blijven met de nieuwste evoluties.” Klopt het dat de kwaliteit van ons onderwijs erop achteruit gaat? BRUSSEEL: “Als we de meest recente onderzoeken bekijken, is dat inderdaad zo. We gaan lichtjes achteruit op vlak van wiskunde en veel leerlingen hebben moeite met het schrijven van een synthese of een verhandeling. We moeten terug naar het evenwicht tussen kennis en vaardigheden. Een ander probleem is dat te weinig leerlingen kiezen voor richtingen wetenschappen, wiskunde en techniek. We zitten met problemen op de arbeidsmarkt. We hebben een tekort aan huisartsen, leerkrachten wetenschappen, goede techniekers e.d. Het is vijf voor twaalf.” Zou het allemaal beter gaan met minder vakantie? BRUSSEEL: “Neen, dat is te kort door

de bocht. Kinderen hebben vooral op tijd een pauze nodig. Als Pasen laat in het jaar valt, dan is de lesperiode in de winter te zwaar voor de leerlingen. Het laatste trimester gaat dan plots zo snel naar de examens toe. Dat probleem kaartte ik al aan in 2011. De vakanties moeten dus beter gespreid worden, misschien iets minder in de zomer dan nu, maar wel met regelmaat in de herfst en in de winter. Ook het aantal lesuren per week kan bekeken worden, nu zitten de weken nogal vol. Met een betere spreiding kan je ook wat meer ruimte creëren voor sport en creatieve vakken, zonder dat je aan de inhoud van de leerstof moet prutsen. Kwaliteit behouden, studiediscipline durven eisen, maar tegelijk schoolgaan aangenaam maken.”

ANN BRUSSEEL Vlaams Volksvertegenwoordiger

WISKUNDIGE GELETTERDHEID 2003 1. Finland 544 2. Zuid Korea 542 3. Nederland 538 4. Japan 534 5. Canada 532 6. België 529 7. Zwitserland 527 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14.

2009 Shanghai China 600 Singapore 562 Hong Kong China 555 Zuid Korea 546 Taiwan 543 Finland 541 Leichtenstein 536 Zwitserland 534 Japan 529 Canada 527 Nederland 526 Macau, China 525 Nieuw Zeeland 519 België 515

BRON: OESO – PISA onderzoek

OPEN VLD


GEWEST

Just is just PARLEMENTAIR WERK

STADSLUCHT MAAKT VRIJ GUY VANHENGEL Guy Vanhengel nam afscheid van Charles Picqué en verwelkomde Rudi Vervoort aan het hoofd van de Brusselse regering. Deze regering heeft nog een goed jaar te gaan tot aan de gewestverkiezingen, maar ze zit nog vol ambitie. “Met de regering gaan we meer dan ooit inzetten op jobs voor Brusselaars. Opleiding en talenkennis zullen nog meer aandacht krijgen”, aldus minister Guy Vanhengel. “Open Vld heeft daar terecht aan toegevoegd dat we ook zullen moeten investeren in netheid en veiligheid en een goede stedelijke levenskwaliteit. Want wie hier werk vindt, moet ook in de stad kunnen en willen blijven wonen”. Het deed Guy Vanhengel dan ook plezier dat de kersverse minister-president Rudi Vervoort in het Brussels parlement de liberale slogan van zijn vriend Sven Gatz in de mond nam: Stadslucht Maakt Vrij!* Ruim tien jaar geleden startte Sven Gatz dit initiatief, omdat hij weigerde enkel naar de stad te kijken als een bron van problemen. “Gatz benadrukte met Stadslucht Maakt Vrij dat de steden eerst en vooral de bron van welvaart zijn” aldus Vanhengel. *Het Willemsfonds, Liberaal Archief en ASP-publishers brengen in juni opnieuw een handig Stadslucht Maakt Vrij-boekje uit met daarin het oorspronkelijk Liberaal Stedenmanifest van 2004 en het Liberaal Manifest voor een Open Stad uit 2008. Patrick Stouthuysen en Johan Basiliades zorgden voor een inleiding over liberalisme en stedelijkheid. Meer info hierover of boekje bestellen (€5) via info@vldbrussel.be of 0495/210.501.

LIBERALE Nieuwsbrief

DE TEVREDEN BELASTINGBETALER RENÉ COPPENS Het Brussels Instituut voor Statistiek en Analyse (BISA) maakte in opdracht van de regering een studie over de “Evolutie, kenmerken en verwachtingen van de Brusselse middenklasse.” (December 2012). “Uit die studie blijkt alvast hoe belangrijk solidariteit via belastingen is”, meent Brussels parlementslid René Coppens. “Als liberaal willen we de belastingdruk beperken, maar we zijn en blijven ook voorstander van een grote mate van solidariteit”. Volgens deze studie zijn middenklassers alle inwoners die een Netto Belastbaar Inkomen hebben tussen de 15.000 en 30.000 euro per jaar. In Brussel is dat het geval voor 34,2% van de bevolking. Deze groep betaalt ongeveer 23,2% van de totale gewestelijke inkomsten uit de personenbelasting. Het is essentieel dat het Gewest een gericht beleid voert om deze middenklasse in de stad te houden. Stedelijke levenskwaliteit, veiligheid, netheid, parkeerplaats, betaalbaar wonen… het zal allemaal belangrijke elementen. “Het is een sterke studie, met goede conclusies” meent René Coppens, “maar ik denk dat we gelijktijdig ook moeten inzetten op de 20% inwoners, die 77% van de belastingen betalen. De inwoners met een Netto Belastbaar Inkomen van boven de 30.000 euro per jaar. Zij moeten zich goed voelen in onze stad. We moeten ze een beetje verwennen. We moeten er naar de woorden van professor Bruno Heyndels (VUB) tevreden belastingbetalers van maken. Dat heb ik een beetje gemist in deze studie.” Lees de studie op www.bisa.irisnet.be


Plat Préféré

De Brusselse

Wafel

Voor minimum 12 wafels: - 450g zelfrijzende bloem - 150g boter - 20g verse gist - 3 eieren (Eidooiers en eiwitten scheiden) - 375 ml volle melk - 375 ml spuitwater - Kleine lepel vanillesuiker - Snuifje zout Speculooscreme: - 350g banketbakkersroom - 100g boter - 100g speculoospasta Kriekengarnering: - 375g krieken - 1/2 flesje kriekbier - 250g minuutsuiker

Carla Dejonghe en Els Ampe brengen graag hulde aan de authentieke Brusselse wafel. Dit culinaire icoon wordt in de hoofdstad immers te vaak in de hoek gedrongen door zijn Luikse zusje. Volgens Els Ampe valt een krokant gebakken, luchtige Brusselse wafel altijd in de smaak bij jong en oud. “De combinatie van zelfrijzende bloem, verse gist én spuitwater zorgt gegarandeerd voor een luchtige wafel.” In het kader van een wafelbakwedstrijd tussen de verschillende Brusselse gemeenten, ontwierp Carla Dejonghe met haar vereniging Fret&Verzet een ietwat bijzondere versie. Ze garneerde de ‘dikke wafel’, zoals die vroeger werd genoemd, met chocolade, krieken (gekookt in kriekbier) en een mousse van speculaas en ging zo met de eerste prijs aan de haal. “Ons recept viel onlangs zelfs opnieuw in de prijzen op een wafelwedstrijd in New York!”, aldus een trotse Carla Dejonghe. WIj vertellen je alvast hoe je deze bekroonde Brusselse wafel zelf kan maken.

Bereiding: 1) Neem twee ruime mengschalen en scheid de eieren. 2) Klop de eidooiers een beetje op met de vanillesuiker. 3) Smelt de boter en voeg dit toe aan het eidooiermengsel. Roer goed. 4) Los de gist op in de lauwe melk en giet dit bij de eidooiers en de boter. 5) Zeef vervolgens de bloem in de mengkom en roer tot er geen klonters meer in het beslag zijn. 6) Voeg een snuifje zout toe. 7) Klop de eiwitten tot een stevig schuim en spatel dit voorzichtig onder het beslag. 8) Laat het beslag minstens 30 minuten rijzen met een handdoek over de kom. 9) Verwarm het wafelijzer op de hoogste stand. Laat het ijzer ook voldoende lang voorverwarmen. 10) Schep een portie beslag in het wafelijzer en bak een luchtige goudbruine wafel.

Speculooscrème: Klop alle ingrediënten samen luchtig op. Doe de crème vervolgens in een spuitzak. Kriekengarnering: Laat alle ingrediënten samen 5 minuten koken en bind, indien nodig, met wat maïzena. Afwerking 1) Spuit mooie bolletjes speculooscrème op de wafel. 2) Vlij de kriekjes royaal neer over de wafel. 3) Prik enkele dunne krokante plakjes chocolade in de wafel. 4) Strooi enkele chocoladebolletjes en wat bloemsuiker over het geheel. OPEN VLD


Verrekijk Door de demografische evolutie zal tegen 2040 bijna 70% van de wereldbevolking in steden wonen. Ook in het Brussels Gewest. Momenteel telt Brussel 1.147.043 inwoners. Met een verwachte bevolkingsgroei van bijna 20% zullen er tegen 2040 bijna 1.400.000 mensen wonen. Er staan grootsteden zoals Brussel dan ook enorme uitdagingen te wachten op vlak van mobiliteit, huisvesting, leefmilieu, onderwijs... Op vlak van huisvesting bijvoorbeeld zullen we er op moeten letten dat Brussel geen stad wordt met twee snelheden, een stad van rijk en arm. Ook de sociale mix dient gehandhaafd te blijven en vooral, dat de middenklasse haar plaats in ons gewest behoudt en hopelijk zelfs verstevigt. Bovendien is het van belang dat iedereen, ook de allerlaagste inkomens, over een duurzame kwaliteitsvolle woning beschikt. De vastgoedprijzen in ons Gewest blijven immers stijgen en het zal voor bepaalde doelgroepen dan ook moeilijk worden om een eigendom te verschaffen. Om hier aan tegemoet te komen zien we vandaag al dat bepaalde oplossingen zich spontaan aandienen. Zoals bv. het kangoeroewonen of zorgwonen waarbij 1 of 2 ouderen in een aparte woongelegenheid bij een jong gezin wonen. Daarnaast zie je ook meer en meer vrienden een gezamenlijke woning kopen. Een andere tendens die zich volgens mij zal manifesteren is het (individueel) gaan samen leven in ‘woongroepen’. In dergelijke woongroepen heb je telkens een afgescheiden woonruimte, maar deel je bepaalde voorzieningen zoals een gemeenschappelijke keuken. Beschutte woonstraten en woonpleinen, die vaak rond een gemeenschappelijke tuin of parkeerplaats liggen, passen volledig in dit concept. Ook zullen bepaalde voorzieningen zoals zorg, voeding, onderwijs volledig worden geïntegreerd in de wijk. Onze hoofdstad zal tegen 2040 ook meer ingekleurd worden door talrijke nieuwe concepten voor groene ruimte, zoals parken op daken van appartementsgebouwen en verlaten spoorwegverbindingen omgevormd tot groene recreatiegebieden. Deze plekken zullen niet alleen groene oases zijn waar mensen tijdens hun vrije tijd vertoeven, maar men zal er ook zijn job kunnen uitoefenen. Parken zullen dus herdacht worden naar de hedendaagse noden van de inwoners. Kortom we gaan terug naar de natuur of – misschien zelfs beter - terug naar de natuur van de stad.

EEN TOEKOMSTBLIK BRUSSEL ANNO 2040

KHADIJA ZAMOURI

Vlaams Volksvertegenwoordigster

LIBERALE Nieuwsbrief


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.