Louis Jonckheere, Wintercircus
WHERE
Beleef hospitality op het hoogste niveau bij Mövenpick Hotel Brussels Airport. Betreed een surrealistische wereld waar professionaliteit en ontspanning samen komen. Op de achtste verdieping ben je letterlijk in de wolken met een panoramisch zicht over Brussel. De ligging in het hart van Zaventem, op enkele minuten van de luchthaven zorgt voor een ideale bereikbaarheid. Met 103 stijlvolle kamers, een ruime ondergrondse parking en rooftop restaurant Magritte de perfecte locatie voor zakelijke actviteiten.
4-STERREN PREMIUM HOTEL
BISTRONOMISCH
RESTAURANT
WELLNESS & GYM
Kijk op de zaak
Is China een bedreiging of een opportuniteit? Drie ondernemers en Voka reageren.
Jonge wolven
Hoe pakt Caroline Vercauteren van BonMush ondernemen aan?
Levenswerk
De vele levens van serial enterpreneur Louis Jonckheere.
Compagnons de route
Wie en wat inspireren
Mieke Neven van Burocad.
Perspectief
De ondernemer in Jan Leyers.
De verbinding
Hoe VITO ondernemers helpt met hun duurzame omslag.
Het Aha-moment
Van start-up Rebin.
De brief
Wouter Torfs schrijft een brief aan zichzelf.
Ondernemersbrein
Wat maakt van Isabel Baert, CEO van Neuhaus, een ondernemer pur sang?
In het spoor van John McNally, de man die Project One van INEOS in goede banen moet leiden.
Sleutelmoment
Ondernemen in tijden van oorlog. Drie ‘crisismanagers’ delen hun inzichten.
Focus op wat echt telt met ICT- en connectiviteitsoplossingen
van Orange Belgium
Naar het buitenland, een nieuwe productielijn of een geplande overname? Ondernemers die groeien, hebben specifieke businessnoden. Gelukkig weten de ICT experten van Orange Belgium raad. Met een uitgebreid gamma aan oplossingen op maat helpen ze uw bedrijf focussen op wat echt telt. Nu en in de toekomst. Laat u inspireren op business.orange.be/ict
—
COLOFON
VOKA TRIBUNE
Een magazine van Voka, Vlaams netwerk van ondernemingen
Koningsstraat 154-158, 1000 Brussel
T. 02 229 81 11, F. 02 229 81 00, M. info@voka.be, www.voka.be
REDACTIERAAD
Eric Laureys, Sandy Panis, Yoann Stas, Katrien Stragier, Martine Taeymans
REDACTIECOÖRDINATOR
Sandy Panis
REALISATIE
The Fat Lady, www.thefatlady.be
COVERFOTO Thomas Sweertvaegher
DRUK INNI group
ADVERTENTIES
Chris Lens, T. 0475 856 232, M. chris.lens@voka.be
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER
Hans Maertens, i.o.v. Voka vzw, Burg. Callewaertlaan 6, 8810 Lichtervelde
Samen zetten we de toon voor 2025
Voornamen kies je niet, ze worden je gegeven. Ze komen in allerlei soorten: voornamen die mooi klinken, voornamen met een diepe betekenis, eenvoudige roepnamen. Een van die eenvoudige maar krachtige namen is Toon. Het doet me denken aan inspirerende figuren zoals Toon Hermans die met zijn unieke combinatie van humor, warmte en poëzie mensen wist te raken. Het doet me ook denken aan veldwielrenner Toon Aerts, topondernemer Toon Bossuyt of de befaamde sportarts Toon Claes. Elk in hun vakgebied hebben zij de spreekwoordelijke toon gezet. De toon zetten betekent niet alleen het ritme bepalen, maar ook inspireren en leiderschap tonen.
Wat ik iedereen wens voor 2025, is dat we samen ‒ elk in onze verantwoordelijkheid, rol of passie ‒ de toon kunnen zetten. Dat is nodig, want de uitdagingen en kansen die op ons afkomen zijn immens. De 21e eeuw ‒ die nu echt begint ‒is een eeuw vol transformaties.
Het is de eeuw van verregaande digitalisering met kunstmatige intelligentie en het toenemend en noodzakelijk belang van cybersecurity. Het is de eeuw van verduurzaming, gedreven door klimaatverandering. Het is de eeuw van ingrijpende demografische veranderingen: vergrijzing in Europa en een jonge, groeiende bevolking in Afrika, met massale migratiestromen tot gevolg. Geopolitieke spanningen en oorlogen hertekenen de wereldkaart, terwijl we aan de vooravond staan van nieuwe handelsoorlogen na een tijdperk van globalisering. Democratieën staan onder druk, extremisme neemt toe en leiders zoals Trump worden herverkozen.
In deze uitdagende wereld moeten wij meer dan ooit geloven in een toekomst, in de kracht om problemen om te zetten in kansen, om crises om te buigen naar oplossingen.
Wat ik iedereen wens, is dat we in 2025 samen bouwen aan een betere, leefbare wereld. Een wereld van meer welvaart, meer ondernemerschap, en vooral meer hoop. Want het zijn ondernemers en ondernemerschap die de toon kunnen en zullen zetten voor een vernieuwde samenleving en wereld.
Met dit nieuwe Voka Magazine willen we ook de toon zetten. We doen dat door verhalen te delen van ondernemers die ‒ elk op hun eigen terrein ‒ laten zien hoe je uitdagingen kunt omarmen en transformeren tot kansen. Of het nu gaat om ondernemen in tijden van geopolitieke spanningen of de toon zetten op het vlak van duurzaamheid of AI: met visie, passie en een onuitputtelijke gedrevenheid tonen zij ons wat mogelijk is – en inspireren ze ons om samen de toon te zetten in 2025.
Hans Maertens
Gedelegeerd bestuurder Voka
Voor vandaag en morgen
U kan gerust zijn. Het vermogen dat u opbouwt, nemen wij ter harte. Dat koesteren, bewaken en versterken we. Van beleggingen tot vermogensplanning. Op onze persoonlijke manier, met een vooruitziende blik.
Zo dragen we zorg voor u en uw familie, vandaag en morgen.
China: bedreiging of opportuniteit?
1
Thomas Baert Eigenaar van vloerbekledingsbedrijf CFL
2
Jan Dorssemont CFO bij communicatiebureau
Happiness
3
Bart Van Craeynest Hoofdeconoom bij Voka
4
Manfred Van Vlierberghe CEO van ArcelorMittal
Belgium
Kijk op de zaak
“Het grootste gevaar als CEO? De waan van de dag.”
— Wat maakt een goede praline? Als het aan
Neuhaus-CEO Isabel Baert ligt, draait het
om
perfectie: twaalf gram gastronomie waarin smaak en textuur in harmonie samenkomen. Het is diezelfde gedrevenheid die haar loopbaan vormgaf.
“Voor elkaar zorgen, creëert de sterkste loyaliteit.”
Isabel Baert
Bracht haar vroege jeugd door in Göttingen, Duitsland.
Studeerde rechten aan de KU Leuven.
Verdiepte zich in mode aan de gerenommeerde Italiaanse modeschool Polimoda.
Werkte voor Hugo Boss en Van de Velde. Voor haar jobs woonde ze in Atlanta, New York en Londen, in die laatste stad leerde ze haar partner kennen.
Heeft twee zonen en twee pluszonen. Woont in Herent.
Werkt sinds 2017 bij Neuhaus en volgde in 2023 Ignace Van Doorselaere op als CEO.
Berlijn, Firenze, Atlanta, New York, Londen, Herent. Isabel Baert (38) moet lachen wanneer we de plekken opsommen waar ze de laatste 15 jaar gewoond heeft. “Ja, Herent, het klinkt wat exotisch in dat rijtje. Ik ben blij dat ik de kans heb gehad om op zoveel verschillende plekken te wonen. Herent biedt op dit moment alles wat we nodig hebben.” Een warme thuis voor zichzelf, haar partner, hun twee zonen en haar twee pluszonen, op een boogscheut van de oprit naar de autosnelweg. “En nog doe ik er anderhalf uur over naar Vlezenbeek.”
Vlamingen kunnen de deelgemeente van Sint-Pieters-Leeuw om drie redenen kennen. Je vindt er een Lourdesgrot, de beschermde boom uit de begingeneriek van de populaire VRT-serie ‘Witse’ en de productiesite van Neuhaus, waar al 40 jaar pralines gemaakt worden. Sinds november 2023 mag Isabel Baert zich CEO noemen van het luxepralinemerk, dat meer dan 160 jaar geleden de Belgische praline uitvond.
Is er een groot verschil tussen een rol als commercieel directeur en CEO?
“De sprong van commercieel directeur naar algemeen directeur is zonder twijfel de grootste die ik heb gemaakt in mijn loopbaan. Als Channel Director of Commercieel Directeur (twee rollen die Baert binnen Neuhaus vervulde, nvdr) ben je verantwoordelijk voor een duidelijk afgebakend stuk. Als CEO moet je het geheel
overzien. Ik ben verantwoordelijk voor afdelingen van Neuhaus waar ik tot een jaar geleden weinig concreet wist hoe er gewerkt werkt, denk aan de supply chain en alles wat daarbij komt kijken.”
Wat was de grootste uitdaging van Neuhaus toen je in november 2023 CEO werd?
“Ik zet de strategische lijn verder die we in 2017 hebben uitgestippeld. Mijn voorganger Ignace Van Doorselaere heeft in dat jaar voor een langetermijnvisie gezorgd met een gerichte online- en offline verkoopstrategie. Dat is een belangrijke mijlpaal gebleken in de groei van Neuhaus. Ik heb die visie in de afgelopen zeven jaar mee vormgegeven. Wij willen het beste van de Belgische chocolade naar de wereld brengen. Die missie is kristalhelder. Als we spreken over het beste van de Belgische chocolade, dan hebben we het over de kwaliteit van elk ingrediënt en de harmonie in smaak en textuur die onze pralines definiëren als ‘twaalf gram gastronomie’. Door onszelf uit te dagen om elke dag beter te worden, zullen we ook groeien. Groei is een effect van ons oog voor kwaliteit.”
Een van de keuzes om de beste praline te maken is om die exclusief in België te produceren.
“Elke praline wordt in onze ateliers in Vlezenbeek gemaakt. Het machinepark in Vlezenbeek is stilaan aan
begrijpt, kan je kijken hoe jij vanuit jouw afdeling kan bijdragen om die te overwinnen. Dat klinkt als een cliché en dat is het ook. In de praktijk lukt dat niet altijd, maar we proberen het elke dag beter te doen dan de vorige.”
Hoe houd je zelf focus?
“Ik werk met scorecards. Dat is een overzicht van een vijf- of zestal strategische pilaren waar ik doelen opschrijf. Geen numerieke targets, maar zaken waar we inhoudelijk vooruitgang op willen boeken. Ik noteer bij elke pijler welke acties ik kan ondernemen. Maandelijks grijp ik ernaar terug om te checken of ik genoeg gedaan heb om progressie te boeken. Deze techniek helpt me op een eenvoudige manier om overzicht en afstand te behouden. Een van de grootste gevaren als leidinggevende is dat je je verliest in de waan van de dag.”
Focussen betekent ook loslaten.
“Ik moet eerlijk zijn, dat is heel moeilijk voor mij. Vroeger hanteerde ik het adagium ‘vertrouwen is goed, controle is beter’, ik houd nog steeds van controle. Maar ik heb ook leren loslaten. Ken je de metafoor van de laatste domino?”
Neen, leg eens uit.
“Het is waarschijnlijk de belangrijkste les die ik leerde van Ignace, en vandaag heel vaak herhaal – bijna
“Een van de grootste gevaren als leidinggevende is dat je je verliest in de waan van de dag.”
vernieuwing toe. We investeren stap voor stap in state-ofthe-art machines. We willen nog altijd dezelfde kwalitatieve praline maken, maar efficiënter, want we willen er meer kunnen maken. Liefst zo efficiënt en duurzaam mogelijk. Daar komt heel wat technisch vooronderzoek bij kijken. Vooral omdat wij een breed palet aan pralines aanbieden die we allemaal moeten kunnen maken. Die innovatie is alleen maar belangrijker geworden. De explosieve prijsstijgingen van cacao hebben de uitdagingen op scherp gezet. Als CEO is het ook mijn rol om de hele organisatie te coachen en motiveren wanneer de wateren wat woeliger zijn.”
Hoe zorg je dat een ploeg ook tijdens een storm de focus houdt?
“Ik probeer zo transparant mogelijk te zijn om mensen te betrekken en te motiveren. Als je de uitdagingen
predik – in alles wat we met het team ondernemen. Elk project bestaat uit verschillende dominostenen die moeten vallen. De eerste dominosteen is die van de duidelijkheid. Welk project gaan we aanpakken? Wat is het doel? Wat verwacht de consument? Hoe meten we succes? Hoe we dat succes dan behalen, is aan onze experts. Daar bemoei ik me zo weinig mogelijk mee.
Als de laatste steen valt, betekent dat succes. In termen van Neuhaus: heeft de consument gezien, gehoord en geproefd wat wij hebben bedoeld? Als de laatste dominosteen valt, ben ik duidelijk geweest. Gebeurt dat niet, zoeken we uit wat er is fout gelopen en hoe we dat in de toekomst beter kunnen doen. Kortom, het zijn die eerste en de laatste dominosteen die in mijn functie het allerbelangrijkste zijn, daar moet ik me op concenteren.”
Beter willen doen. Die drie woorden staan in Isabel Baerts hoofd geprent sinds de derde bachelor rechten aan de KU Leuven. Tot dan haalde ze haar motivatie vooral uit haar winnaarsmentaliteit. Als collega-studenten erin slaagden om geen herexamens te hebben, dan moest het haar ook lukken. In het derde academiejaar veranderde alles.
“Een aantal weken voor de eindexamens kreeg mijn vriendin Linde te horen dat ze leukemie had. Een maand later, midden in de examens, is ze gestorven. Ik herinner me hoe we met vriendinnen om de beurt een dag studeerden en dan tijd vrijmaakten om haar te bezoeken in het ziekenhuis. Tot een week voor haar dood dachten we allemaal dat het goed zou komen. Het ging allemaal zo snel. Ik ben zo blij dat ik toen niet beslist heb om me eerst te focussen op mijn examens en dan pas op de vriendschap. Ik ben mijn ouders enorm dankbaar dat ze me toen om de dag van en naar het ziekenhuis brachten.”
Wat heb je uit dat verlies geleerd?
“Eerst was er veel verdriet. Maar ik merkte al snel dat ik alles uit het leven wilde halen. Iets waar Linde niet de kans toe heeft gekregen.”
Hoe haal je alles uit het leven?
“Ik ben na mijn rechtenstudies naar Firenze verhuisd om er aan Polimoda te studeren, een van de beste modescholen ter wereld. Ik wist als tiener al dat ik in de mode wilde werken. Ik herinner me nog hoe ik gezwoegd heb op het ingangsexamen. We moesten een business case maken over de iconische jeans van Levis: de 511. Wat maakt die broek zo speciaal? Wat is het succes? Hoe zat de marketing in elkaar? Wat was het businessmodel? Allemaal zaken die je toen - 15 jaar geleden - nog niet aan ChatGPT kon vragen (lacht). Zodra ik geaccepteerd werd voor de opleiding heb ik me op het Italiaans gegooid. Ik wilde niets aan het toeval overlaten.”
Wat neem je uit die periode mee?
“Ik genoot met volle teugen. Ik kwam van een rechtenopleiding waar je met je neus in de boeken zat, en moest nu leren kijken, ruiken en voelen. Dat was een openbaring. Ik wist ook plots heel goed wat ik wilde doen. Een thesis maken, had ik al eens gedaan, ik wilde praktijkervaring opdoen. Niet in een Italiaans modehuis zoals de meesten deden, want ik wilde graag terug naar Duitsland. Voor Adidas of Hugo Boss werken, leek me wel iets, iconische
GEBOUWEN PAS
Het digitale paspoort van jouw niet-residentieel gebouw
Een niet-residentieel gebouw verbouwen, verkopen of verhuren? Gedaan met overvolle mappen vol attesten en documenten: op gebouwenpas.vlaanderen.be vind en beheer je de relevante informatie over jouw gebouw op één plek.
merken die over heel de wereld bekend zijn. Uiteindelijk werd het Hugo Boss, waar ik twee belangrijke zaken heb geleerd: dat ik energie krijg van mensen te helpen om hun doelen te bereiken en dat ik heel graag onderhandel.”
Over welke soort onderhandelingen heb je het?
“Als junior brand manager was ik verantwoordelijk voor de jeanscollectie. Ik herinner me de vergaderingen met de creatives. Zij wilden altijd de gekste dingen ontwerpen. Het was mijn taak om hen te vertellen dat ze zich in drie modellen mochten uitleven, maar dat de zeven andere modellen voor een breder publiek waren. Dat waren altijd geanimeerde gesprekken.”
Je besliste in 2012 om Hugo Boss in te wisselen voor Van de Velde. Wat was de belangrijkste beweegreden?
“Hoezeer ik er de liefde voor werken ook heb ontdekt, toch bleef ik wat op mijn honger zitten. In een bedrijf met duizenden werknemers is het moeilijk om écht impact te hebben. De uitdaging die op mij lag te wachten bij Van de Velde was bovendien niet min.”
werkte en aan niets anders kon en moest denken. Ik was ervan overtuigd dat de strategie van Van de Velde de juiste was, het was een kwestie om iedereen daar in de VS van te overtuigen. Ik heb toen ook ervaren hoe belangrijk het is dat je steun krijgt van het management. Ik heb er geleerd om me niet te laten afleiden door side tracks. Focus on the mission, was mijn devies. Ik ben trots op wat ik daar verwezenlijkt heb. We zijn erin geslaagd om de aankoopcondities te verbeteren en om de voorraad te verlagen.”
Had je het gevoel dat jij je extra moest bewijzen omdat je een vrouw bent?
“Dat denk ik niet. Ik ben er nooit echt mee bezig geweest dat ik een vrouw was in het bedrijfsleven. Enkel toen ik bij Adidas solliciteerde voor een stage, lieten ze me weten dat ze liever voor een man kozen. Dat was tenminste wel eerlijk. Vandaag voel ik wel dat het bedrijfsleven een harde mannenwereld kan zijn, al is dat subtieler. Ik ga me als vrouw dan niet aanpassen, maar me net proberen te onderscheiden. Zoals ik al zei, focus on the mission is mijn werkmotto, dus ik heb er geen moeite mee om me te bewijzen (knipoog).”
“Ik heb bij Hugo Boss twee zaken geleerd: dat ik energie krijg van mensen te helpen om hun doelen te bereiken en dat ik heel graag onderhandel.”
Vertel.
“Van de Velde had in de Verenigde Staten de keten Intimacy overgenomen. Ik werd samen met een collega naar Atlanta gestuurd om het bedrijf te integreren in de moederorganisatie. De sfeer was niet optimaal. Twee Belgen die eens kwamen vertellen hoe ze de boel moesten regelen, dat pikten ze daar niet zomaar.”
Hoe kijk je terug op die periode?
“Atlanta was geen makkelijke stad om je in thuis te voelen. Het was hard, maar ontzettend boeiend. Ik leefde om te werken. Ik was om zeven uur ‘s ochtends op kantoor en ging pas ‘s avonds laat naar huis. Ook op zondag was ik van de partij. Ik gaf alles van mezelf, maar het gaf me ook enorm veel energie terug.
Je zou kunnen zeggen dat ik in Atlanta volwassen ben geworden. Als ik eerlijk ben: soms mis ik het zelfs op een bepaalde manier: van die dagen waarop je keihard
Kan jij je kwetsbaar opstellen?
“Dat heeft mijn jongste zoon me onrechtstreeks geleerd. Julian was als baby veel ziek. Toen ik na drie maanden zwangerschapsverlof terug aan de slag wilde gaan, merkte ik dat dat geen goed idee zou zijn. Dat zadelde me op met een groot schuldgevoel. Ik had het gevoel dat ik mijn collega’s bij Neuhaus in de steek liet. Ik had een groot team dat me terug verwachtte.
Ik voelde dat ik toen op de rem moest gaan staan. Ignace gaf me de noodzakelijke push die ik daarvoor nodig had. Hij drukte me op het hart dat ik eerst voor mijn kern, mezelf en mijn gezin moest zorgen. Ik besloot om geen twee weken, maar twee maanden extra thuis te blijven. Enkel zo kon ik weer de beste versie van mezelf zijn voor Neuhaus. Ignace nam toen over en zorgde voor een indrukwekkende overdracht. Ik heb toen zelf aan den lijve ondervonden hoeveel loyaliteit je creëert als je zorgt voor elkaar, zowel privé als professioneel.”
In je bedrijf is precisie alles.
Dankzij onze slimme bedrijfssoftware voorkom je fouten, want je verstuurt makkelijk (e)facturen en automatiseert belangrijke processen.
Vertrouw dus, net als 675.000 tevreden kmo’s, op Exact Cloud Business Software.
Ontdek jouw ideale pakket op exact.be
Met ongeveer weet je niets. Met Exact weet je alles.
WERK STERK ER MAAK JE BEDRIJF
Help je medewerkers en je bedrijf vooruit met voorafbetaalde opleidingen, persoonlijke begeleiding en andere diensten van Cevora! Als bedrijf in paritair comité 200 heb je hier al voor bijgedragen via het Sociaal Fonds.
Ontdek al onze kosteloze diensten op www.cevora.be.
Thomas Baert
bouwde zijn vloerbekledingsbedrijf CFL bijna 20 jaar geleden op vanuit China. Hij heeft fabrieken in Azië en de VS en was getuige van de globalisering van de wereldeconomie.
Voor Thomas kan China een opportuniteit zijn, vooral omdat we er als Europeanen van kunnen leren: “Het is een land met een enorme dynamiek. Ondernemers grijpen elke kans aan en werken hard om vooruit te komen. Die drive mis ik soms in Europa. Wij zijn bang voor chaos, terwijl in China die ‘jungle’ ondernemers juist verder helpt. In Europa hebben we vaak slechts drie concurrenten in plaats van de honderd in China. Hun drive en flexibiliteit is een kracht en zou ons in Europa kunnen inspireren om ons businessmodel opnieuw te evalueren.”
Tegelijk ziet hij ook gevaren rond China, al komen die in de eerste plaats vanuit Europa zelf:
“Ik kijk met bezorgdheid naar de toenemende handelsoorlog tussen China en Europa en dan vooral naar de import-
tarieven op Chinese producten. Ik denk niet dat zulke maatregelen veel effect zullen hebben en de Europese producenten zullen vooruithelpen. Chinese ondernemers zullen gewoon elders produceren en van daaruit exporteren.
Uiteraard ben ik tegen de onterechte dumpingpraktijken zoals we nu zien in sectoren als de staalindustrie of die van de zonnepanelen. Maar ik vind ook dat de meeste kritiek op China gebaseerd is op vooroordelen. Dan denk ik vooral aan de kritiek vanuit Europa op Chinese overheidssubsidies die leiden tot oneerlijke concurrentie. Ik heb nooit subsidies van de Chinese overheid gekregen en ik zie in Aziatische landen duizenden ondernemers die zelf voor oplossingen zorgen. In Europa moeten we leren om creatiever en flexibeler om te gaan met veranderingen in de markt.”
Hoe bouw je een kraker van 4 miljard?
Vraag het aan John McNally
John McNally heeft geen eigen kantoor op de werf van Project One. Hij brengt daarom het grootste deel van zijn dag vergaderend door in een van de zaaltjes in het uit containers opgetrokken kantoorgebouw.
— Een dag in het zog van John McNally. Als CEO van Project One, het petrochemisch bouwproject van INEOS ter waarde van 4 miljard euro, leidt hij een team verspreid over drie continenten. “INEOS had geen ervaring in megaprojecten. Maar we hebben een team samengesteld dat het wel kan!”
— 06:30 uur
Wie denkt dat John McNally zijn dag begint met een inspectie op de werf van Project One, zit ernaast. Elke dag zijn er in de Antwerpse haven tussen de 1.500 en 2.000 mensen aan de slag om de meest duurzame ethaankraker van Europa uit de grond te stampen. Die zal ethaan omzetten in ethyleen, een essentiële bouwsteen voor verpakkingen, medicijnen, huishoudtoestellen, bouwmaterialen en ontelbare andere toepassingen.
“Het laatste wat dit project nodig heeft, is dat ik hier te vaak ben,” zegt McNally. “Ik leid te veel af.” Hij werkt het grootste deel van de tijd van zijn kantoor in Zwitserland, bij zijn vrouw Thelma. “Ik heb altijd veel gereisd in mijn carrière. Deze job accepteerde ik alleen op voorwaarde dat ik en mijn vrouw minder op pad hoefden.”
— 08:47 uur
We ontmoeten John McNally in de uit containers opgetrokken kantoorgebouwen op de werf. Een vast kantoor heeft hij er niet en de vergadering in het zaaltje dat zijn communicatieverantwoordelijke Nathalie Meert voor ons reserveerde, loopt uit. “U moet ons verontschuldigen”, zegt de dame die als eerste de vergaderzaal verlaat. “We waren aan het kijken waar we kosten kunnen besparen.”
McNally grapt dat de vergadering gerust nog wat langer had mogen uitlopen als dat extra besparingen zou opleveren. Hij legt uit dat de kosten van het project serieus de lucht zijn ingeschoten door de inflatie. Alle grondstoffen voor de bouw van de kraker vielen duurder uit dan gepland. “We vragen onze teams voortdurend of we zaken goedkoper of efficiënter kunnen aanpakken zonder aan kwaliteit in te boeten. Het financiële aspect van dit project is een gedeelde verantwoordelijkheid. Ook leveranciers en aannemers denken constant mee.”
— 10:02 uur
McNally grinnikt wanneer we hem vragen waarom Jim Ratcliffe, de eigenaar van INEOS, hem gevraagd heeft om dit megaproject in goede banen te leiden. Hij had nog maar net de bouw van een enorme tank op de raffinaderij van Grangemouth (Schotland) afgerond toen Ratcliffe hem de volgende woorden toesprak. “Als je een tank ter waarde van 150 miljoen kunt bouwen, dan moet een kraker van 4 miljard ook lukken.”
“Als dingen misgaan, wil je niet een CEO moeten bellen en jezelf eerst voorstellen.”
Vanaf dag één bleek dat gemakkelijker gezegd dan gedaan. Bij de start van het project benaderden McNally en zijn collega’s zestig aannemers voor de bouw. 52 van hen weigerden omdat het project te groot was. “Uiteindelijk kwamen er acht aannemers in aanmerking, maar geen van hen kon het hele project uitvoeren, wat de complexiteit alleen maar verhoogde.”
— 12:35 uur
Hoe je die complexiteit de baas blijft? Naast massa’s spreadsheets en strategische calls is relaties opbouwen en cruciaal stukje van de puzzel om de duizenden bewegende delen van Project One te laten functioneren. “Als dingen misgaan, wil je niet een CEO moeten bellen en jezelf eerst voorstellen. Je wil kunnen zeggen: ‘Dave, we hebben een probleem. Kunnen we dit oplossen?’ Dat telefoontje kun je alleen doen als je een band hebt opgebouwd.”
Die strategie bleek geen overbodige luxe. “Toen onze vergunning werd ingetrokken, kostte ons dat niet alleen tijd, dat was ook een periode van intense onderhandelingen. In zulke situaties is het aangewezen dat je weet hoe andere partijen denken en wat zij belangrijk vinden. De politieke dimensie had ik onderschat toen ik aan dit project begon.”
— 14:02 uur
Wie de kans krijgt om de bouw van Project One te bekijken, moet die grijpen. De werf is van een omvang die we hier in jaren niet gezien hebben. “Met andere woorden: er bestaan geen kant-en-klare processen om dit project tot een goed einde te brengen.” Hier komt McNally’s technische ervaring van pas. “We moeten bij wijze van spreken alles opnieuw uitvinden. We botsen ook op het gebrek aan schaal. Mocht Project One in een stad als Houston worden gebouwd, konden we wel één aannemer vinden voor de bouw van de volledige infrastructuur.”
Dat gebrek aan ervaring hoeft geen nadeel te zijn volgens de topman. “Net omdat we geen ervaring hebben, staan we open voor nieuwe technieken.”
— 16:42 uur
Het gros van McNally’s dag bestaat uit vergaderen, meestal digitaal. Recurrente bijeenkomsten om de financiële en operationele evoluties van het project op te volgen. Zijn rol? “Luisteren en kijken. Ik wil dat iedereen zijn camera aanzet. Een lichaamshouding of gezichtsuitdrukking zegt meestal meer dan woorden.” McNally benadrukt dat zijn team uit ervaren mensen bestaat die hij kan vertrouwen. Zijn rol is een omgeving creëren waarin ze zo goed mogelijk kunnen functioneren.
Het welzijn van alle medewerkers staat voor McNally voorop. Iets wat hij leerde in zijn tijd in de VS. Hij werkte in Chicago toen er twee vliegtuigen in de WTC-torens vlogen. “De manier waarop mijn manager toen reageerde, door mensen naar huis te sturen om bij hun familie te zijn, heeft een diepe indruk op me nagelaten. Dat was een les die ik elke dag in de praktijk probeer te brengen.”
— 19:17 uur
Het zal niet verbazen dat de CEO van Project One lange dagen maakt, maar dat betekent niet dat er geen tijd is voor ontspanning. “Een goeie chemicus houdt van koken. Thelma en ik kunnen het goed vinden in de keuken. We zijn een geolied team. Koken voor vrienden die op bezoek komen is een van de mooiste zaken die er is.”
Daarnaast is McNally een wandelaar. Deze zomer wandelde hij naar Santiago De Compostella met zijn vrouw. “Veertig dagen zonder gemotoriseerd voertuig, dat reinigt de ziel. Het geeft je de tijd om na te denken over de zaken die echt belangrijk zijn. Ik ga niet nog eens een kraker op deze manier bouwen, denk ik. Al weet je nooit. Het is moeilijk neen te zeggen tegen Jim Ratcliffe (lacht).”
FAMILIEBEDRIJF
TRANSPARANTE PRIJZEN
EXPERTISE & ERVARING
SNEL & BETROUWBAAR
— Caroline Vercauteren (36) nam in 2017 het charcuteriebedrijf van haar schoonouders over om het assortiment volledig plantaardig te maken met producten op basis van de oesterzwam. Ondertussen draait BonMush evenveel omzet als het bedrijf dat ze overnam. “Ik ben meer bescheiden geworden.”
“Omarm de naïviteit van jonge
ondernemers.”
Wie niet zaait, oogst niet. De voorbije twee jaar lag de focus op interne uitdagingen. Denk aan de organisatie op punt zetten of de aankoopstrategie optimaliseren. Dat heeft ervoor gezorgd dat BonMush een stabieler bedrijf is geworden met gezondere marges. In 2025 gooien we ons weer volop op verkoop. Ik was in het verleden de belangrijkste verkoper. Iedere keer ik zelf in de supermarkt kwam, probeerde ik mensen te overtuigen om BonMush te testen. “Ge moet dat echt eens proberen!”
Dat is sympathiek, maar daar bouw je geen bedrijf mee uit. We zijn volop bezig om onze sales te professionaliseren. En dat werpt zijn vruchten al af. Onze spreads zullen niet alleen in Colruyt en Delhaize, maar ook bij Carrefour en Albert Heijn te vinden zijn.
De wereld veranderen begint bij elke boterham. De ontwikkeling van onze salades op basis van de oesterzwam heeft ongeveer twee jaar geduurd. We hadden het momentum mee. Door de coronapandemie konden mensen niet op restaurant en waren ze bereid nieuwe dingen thuis te testen. De BonMush-spreads waren nieuw, lekker en een enorm succes. Dat was een fantastische periode. Het leek wel of mensen maar twee dingen nodig hadden in de supermarkt: wc-papier en BonMush.
Het voelde alsof ik de wereld kon verbeteren. Ik speelde in die periode iets te veel Moeder Theresa. Om een goed mens te zijn, moest je BonMush op je boterham smeren. Ondertussen ben ik meer bescheiden. Spanje stond vorig jaar nog onder water, Donald Trump is weer president. Ik probeer gewoon blij te zijn voor elke boterham waar iemand BonMush op smeert.
Naïviteit is een superkracht die we moeten blijven omarmen. Als ik terugdenk aan die keer dat ik met mijn frigobox naar Colruyt reed om hen te overtuigen dat ze BonMush in de winkel moesten leggen, voel ik me trots. Maar ook besef ik: hoe heerlijk naïef! Je wordt geen ondernemer als je niet over een gezonde portie naïviteit beschikt. En hoe meer ervaring je opbouwt, hoe moeilijker het is om naïef te blijven.
Het maakt me dan ook super gelukkig dat doorgewinterde ondernemers zoals Jurgen Ingels en Marc Coucke die argeloosheid blijven zoeken bij jonge ondernemers. Dat is niet vanzelfsprekend. Ik ben zelf veel ervaren knarren tegengekomen die alle nieuwsgierigheid in ondernemen verloren waren. Vandaar mijn oproep aan alle ervaren ondernemers die dit lezen: omarm de naïviteit van jonge ondernemers, ze zorgen er instant voor dat je je weer jong voelt.
Caroline Vercauteren
is sinds 2017 zaakvoerder van vegetarisch en veganistisch bedrijf BonMush.
Groeide op als dochter van ondernemende ouders, die een bloemenzaak hadden in Lochristi.
Nam na 5 jaar als apotheker samen met haar man Thomas, bioingenieur van opleiding, het charcuteriebedrijf van haar schoonouders over.
THEY HYPE THE HIGHTECH
China: bedreiging of opportuniteit?
Jan Dorssemont
is CFO bij communicatiebureau Happiness. Hij koestert enkel positieve herinneringen aan Hongkong, waar hij jarenlang woonde en werkte. Toch erkent hij dat de situatie aan het veranderen is.
“Hongkong genoot lang een unieke positie als financieel centrum en internationale hub in Azië. Vandaag heeft Singapore sterk aan regionaal belang gewonnen. Hongkong behoudt weliswaar een belangrijke rol als toegangspoort tot China. In de jaren na de overdracht aan China in 1997 was Hongkong de toegangspoort tot de Chinese markt én het financiële hart van de Aziatische economie. Ik werkte voor een internationale bank in Hongkong. Een fantastische ervaring – zowel persoonlijk als professioneel –die me veel heeft bijgebracht, onder meer over de verschillen tussen de westerse en oosterse (werk)cultuur. De lokale collega’s en ondernemers met wie ik samenwerkte, inspireerden mij met hun lef, drive en ambitie.
Vandaag lijkt Hongkong toch wat van zijn internationale aanzien te verliezen. De stad, ooit een unieke en bruisende mix van oost en west, wordt gradueel meer geïntegreerd in China en minder
Kijk op de zaak
toegankelijk voor westerlingen. Kennis van Mandarijn wordt belangrijker en zakelijke connecties met het vasteland zijn essentieel. Hongkong blijft belangrijk als toegangspoort tot China, maar er zijn heel wat westerse bedrijven en expats die de stad verruild hebben voor Singapore.
Westerse bedrijven proberen hun afhankelijkheid van China als handelspartner te verminderen en diversifiëren richting andere groeilanden zoals Vietnam – de zogenaamde ‘China +1’ strategie. In 2017 trok ik zelf ook naar Vietnam. Vietnam kent al jaren een bijzonder sterke groei, ook omdat het door westerse bedrijven steeds meer gezien wordt als een alternatief voor China. In veel sectoren blijft China evenwel essentieel als toeleverancier of handelspartner. Het blijft met andere woorden cruciaal om ondanks de geopolitieke uitdagingen, een goede dialoog met China te onderhouden.”
— Jarenlang bouwde Louis Jonckheere (40) als techondernemer vanuit Silicon Valley aan een multinational. Vandaag leidt hij de
Gentse hotspot en techhub Wintercircus. Zijn overstap kwam
er na een periode van bezinning. “Je eigen zaak is als je kind.
Als ouder ben je maar zo gelukkig als je meest ongelukkige kind.”
Een gesprek over de weg die hij al afgelegd heeft en het pad dat nog voor hem ligt.
Tekst Jan Stevens — Fotografie Thomas Sweertvaegher
Louis Jonckheere
In de lente van 2023 vond Louis Jonckheere de job van zijn leven. “Als vriendjes van onze kinderen vragen wat hun papa doet, antwoorden ze: ‘Circusdirecteur!’” De CEO van het Gentse Wintercircus lacht aanstekelijk. “Het is hier ook een echt circus”, zegt hij. “Van bij de start wilden we niet dat dit een plek zou worden waar er maar één activiteit plaatsvindt. Wintercircus moest zoveel meer zijn dan louter kantoorruimte voor bedrijven. Naast intensief begeleide start-ups tref je hier horeca aan, vele vormen van cultuur en een state-of-the-art concertzaal. Als ‘circusdirecteur’ is het mijn taak om van Wintercircus een goeddraaiend bedrijf te maken dat zelfbedruipend is. We ontvangen geen subsidies, maar worden aangestuurd door een commercieel gedreven vennootschap. Wat wil zeggen dat we winst nastreven. Die zal vervolgens opnieuw geïnvesteerd worden in projecten met impact.”
Nog niet zo lang geleden runde je als ondernemer en medestichter van Showpad vanuit Silicon Valley een techbedrijf dat internationaal actief is. Waarom ruilde je die internationale ambitie in voor Gent?
Louis Jonckheere: “Veertien jaar geleden richtte ik samen met Pieterjan Bouten en Jeroen Lemaire hier in Gent de digitale productstudio In The Pocket op, dat mobiele toepassingen voor bedrijven bouwt. De intussen door zowat iedereen gebruikte apps It’s Me en Payconiq zijn door ons gemaakt. Dat eerste jaar bij In The Pocket groeide bij mij en Pieterjan het idee voor de bouw van een alomvattende digitale verkoopstool voor tablets en computers. In 2011 hielden we samen Showpad boven de doopvont en ons bedrijf groeide uit tot een internationaal succes, met bijna honderd miljoen euro omzet en 600 medewerkers.
Ruim de helft van de omzet draait Showpad in Amerika. Ook de helft van het team woont in de VS. Het bedrijf is vandaag half Amerikaans en half Europees. Ik werkte met hart en ziel aan dat project. Zo zit ik in elkaar: als ik me ergens voor engageer, is het alles of niets. Maar na dertien jaar als CEO van Showpad werd dat alles wel héél veel. Zo was er het vele reizen met het continue
aanpassen aan andere tijdzones. Er was ook de nooit aflatende druk om die succesvolle scale-up nóg verder uit te bouwen. Op een bepaald moment kon ik dat gewoon niet meer volhouden.
Het besef groeide dat ik misschien wel iets anders wou. Twee jaar geleden besloot ik bij Showpad op de pauzeknop te drukken om een sabbatical van een half jaar te nemen. Ik deed mijn job nog altijd graag, maar ik voelde de toenemende vermoeidheid.”
Je was op weg naar een burn-out?
“Ja. Ik had een heel slechte levensstijl, at ongezond, had een broertje dood aan sporten en werkte véél te hard. Tijdens mijn sabbatical zette ik alles op een rij. Ik was het reizen beu en verlangde naar een lokaal project. Toen kwam het Wintercircus op mijn radar.”
Silicon Valley is een keiharde wereld met enorme risico’s voor een Belgische start-up?
“Het water stond er ons meerdere keren aan de lippen. Een start-up heeft 99 procent kans om te mislukken. De kansen op succes zijn dus miniem en de risico’s torenhoog. Met Showpad pakten we het vanaf dag één heel on-Belgisch groots aan: we trokken snel naar Amerika en haalden in een vliegende vaart kapitaal op.
Het product van Showpad doet het goed als de economie in de lift zit. Want dan investeren bedrijven volop in sales en marketing. Die ups zijn fantastisch, maar als het macro-economisch wat slechter gaat, volgen de downs, en die kwamen soms hard aan. We zagen een paar keer lelijk af, zeker in het begin. Na verloop van tijd leerden we daar beter mee omgaan.
Louis Jonckheere
De Gentse serial entrepreneur Louis Jonckheere is co-founder van Showpad. Daarnaast is hij CEO van ondernemershub Wintercircus.
Richtte 14 jaar geleden In The Pocket mee op.
Zette na zijn studies rechten en General Management zijn eerste professionele stappen bij Netlog.
Als stichter ontwikkel je een heel persoonlijke band met je bedrijf. Als het slecht gaat met je levenswerk, gaat het ook niet goed met jou. Dat mocht ik zelf ervaren. Je eigen zaak is als je kind, en als ouder ben je maar zo gelukkig als je meest ongelukkige kind.”
Erg gezond is het niet als je geluk te sterk begint af te hangen van je werk?
“Nee, dat is niet gezond. Inmiddels heb ik meer jaren op de teller en kan ik beter relativeren. Maar in de beginjaren van Showpad voelde dat allemaal zeer persoonlijk. Louis en Pieterjan waren Showpad en Showpad was Louis en Pieterjan. Alles wat verkeerd liep, namen we op ons.
Eerlijk gezegd blijft dat de aard van het beestje. Ik merk dat het nu bij Wintercircus ook soms zo is: succes geeft me vleugels
Van Karaokeking tot circusdirecteur: Louis Jonckheere heeft er op zijn 39e al vele levens op zitten.
en negatieve feedback raakt me persoonlijk. Wat positief kan zijn, want dat gevoel geeft me ook die drive om actie te ondernemen, naar oplossingen te zoeken en beter te worden.
Toch is er een groot verschil met de jaren in Silicon Valley: vandaag onderneem ik in Wintercircus met meer zelfvertrouwen, een grotere ervaring, ruimere kennis en een uitgebreider netwerk. Maar ook met een gezonde levensstijl. Want dat pakte ik de laatste jaren sterk aan: regelmatig sporten is heilig voor mij, ik eet gezond en drink minder alcohol dan vroeger. Ik voel me nu energieker dan ooit tevoren.”
Van Silicon Valley naar Gent was ook een beetje thuiskomen voor jou?
“Ik ben geboren en getogen in de Gentse
Levenswerk
wijk Meulestede. Mijn moeder was kok in een rusthuis van het OCMW. Mijn vader is altijd zelfstandig ondernemer geweest. Hij is een avonturier, doorzwom verschillende waters en baatte lang kunstgalerieën uit. Die prikkel om te ondernemen, komt van hem. Tijdens mijn rechtenstudies in Gent startte ik mijn eerste bedrijfje, huureenkaraoke.be. Ik programmeerde een website, kocht samen met een vriend tien karaokesystemen en verhuurde die. Vier jaar lang.”
Je was de ‘King of Karaoke’?
“Dat was exact de bijnaam die ik van mijn vrienden kreeg: de Karaoke King (lacht). Als jongen van een jaar of tien droomde ik ervan om advocaat te worden. In tv-series zag ik advocaten pleiten en ik wou in hun voetsporen treden. Maar na het tweede
jaar rechten werd me duidelijk: de advocatuur is niets voor mij. Ik werkte mijn studies af en voelde hoe de drang om te ondernemen allesoverheersend werd.
In het middelbaar koos ik de richting informatica. Ik moest een computer kopen, maar mijn ouders hadden daar de middelen niet voor. ‘Je zal er zelf voor moeten gaan werken’, zeiden ze. Wat ik ook deed. Van in het vierde middelbaar begon ik te programmeren. Zo raakte ik steeds meer in de ban van het digitale. Ik bouwde websites en kon in 2009 aan de slag bij het Gentse bedrijf Netlog als ‘strategic partnerships manager’.”
In die tijd was Netlog toch big business?
“Als sociaal medium was Netlog héél groot. Later vervelde het tot datingapp en werd het verkocht aan Meetic, de onderneming achter Tinder. Het team dat de boel draaiende houdt, zit nog steeds in Gent.
Toen ik er begon, was Netlog met honderd miljoen gebruikers groter dan concurrent Facebook. Maar Facebook haalde vlot honderden miljoenen dollars aan kapitaal op, waar Gent niet kon tegen blijven opboksen.
Pieterjan Bouten werkte ook bij Netlog. In 2007 kwam de eerste iPhone op de markt. Wereldwijd begon de markt voor mobiele websites, voor apps, te bloeien. Alleen België bleef achter; smartphones werden bij ons niet meteen een groot succes. Maar Pieterjan en ikzelf zagen in het buitenland een voorafspiegeling van de toekomst in België. In 2010 vertrokken we bij Netlog om samen In The Pocket op te starten. In ons allereerste businessplan schreven we dat smartphones onze manier van communiceren ingrijpend zouden veranderen. Net als onze manier van werken, media consumeren en spelletjes spelen.”
Vijftien jaar geleden was er bij ons vooral angst voor de ‘digitale disruptie’. “‘Disruptie’ was toen het buzzwoord. Die vond niet van de ene op de andere dag plaats, maar spreidde zich over een langere periode. Zo verliep de overschakeling van gedrukte naar digitale media de voorbije vijftien jaar geleidelijker dan eerst gevreesd werd. De meeste mediabedrijven kregen de tijd om zich goed voor te bereiden. Vandaag staan we aan de vooravond van een nieuwe disruptiegolf als gevolg van artificiële intelligentie. Ik vraag me af hoe die AI-ontwrichting nu zal plaatsvinden. Minder overrompelend dan sommigen voorspellen, vermoed ik, maar wel sneller dan de omwenteling door de smartphone.”
Je ziet het wel als een cruciale factor, want één van de voorwaarden voor start-ups die in Wintercircus aan de slag willen, is dat ze AI omarmen?
“We plaatsen AI doelbewust centraal omdat we met bedrijven willen samenwerken die de potentie hebben om succesvol, groot en goed te worden. Een technologiebedrijf kan vandaag geen strategie op lange termijn hebben zonder duidelijke AI-component. Want AI heeft de wereld van de software grondig veranderd.
Nuclivision is een van die beloftevolle bedrijven die wij onderdak bieden. Met behulp van AI ontwikkelen zij een technologie die scanonderzoek bij kankerpatiënten comfortabeler maakt. Nu moeten patiënten eerst ingespoten worden met ongezond radioactief materiaal voor ze onder de scan gaan. De software van
Nuclivision maakt kwaliteitsvolle scans mogelijk waarbij patiënten veel minder schadelijke stoffen in hun lichaam krijgen.”
Eerder dit jaar won de ‘godfather van de AI’ Geoffrey Hinton de Nobelprijs fysica. In 2023 verliet hij Google omdat hij wilde waarschuwen voor de gevaren van AI. Deel je zijn zorgen?
“Ik begrijp zijn bezorgdheid heel goed en ik verwacht dat nog meer mensen afstand zullen nemen van AI. Oprah Winfrey interviewde onlangs Sam Altman, de CEO van OpenAI. Zij vroeg hem hoe de wereld er onder invloed van AI binnen tien jaar zal uitzien. Ze had waarschijnlijk een helder antwoord van Altman verwacht, maar hij zei: ‘Ik weet het niet.’ Hij vertelde dat we op het punt afstevenen waarop AI zichzelf verder zal ontwikkelen. Wat als consequentie heeft dat we die technologie niet langer onder controle zullen hebben.”
Dat klinkt redelijk beangstigend. “Het is dubbel: aan de ene kant zullen onze problemen van morgen opgelost worden dankzij AI, maar aan de andere kant creëert AI er wellicht nieuwe bij. Ik blijf geloven dat technologie oplossingen zal leveren voor de grote problemen in onze samenleving, inclusief voor ons grootste probleem: de klimaatverandering. AI-technologieën zullen ons helpen om efficiënter te produceren en ertoe bijdragen dat onze CO2-uitstoot afneemt.
In onze westerse samenleving staat de productiviteit onder druk, met minder mensen die actief zijn op de arbeidsmarkt. Misschien kan in de toekomst technologie voor de broodnodige productiviteitswinst
“Succes geeft me vleugels en negatieve feedback raakt me persoonlijk.”
zorgen zodat we onze welvaartstaat in stand kunnen houden en helpen groeien. Binnen een jaar of tien werken fabrieken door de combinatie van robotten en AI zo goed als autonoom. Waar nu nog 10.000 werknemers aan de slag zijn, zal er dan geproduceerd worden met pakweg 100 werknemers.”
Veel mensen halen zin uit hun werk. Vrees je niet voor nieuwe maatschappelijke problemen zoals eenzaamheid en isolement wanneer die 9.900 ontslagen werknemers thuis met hun vingers zitten te draaien?
“De industriële en technologische revoluties van de 19e en 20e eeuw leren ons dat het vuile werk en de gevaarlijke handenarbeid gaandeweg overgenomen werden
door machines. Ik vind dat fantastisch én hoopgevend. De kwaliteit van leven ging er zo alleen maar op vooruit. Er ontstonden nieuwe jobs en dat zal nu ook gebeuren, maar misschien niet voldoende, al zal onze levenskwaliteit er nóg meer dan ooit op vooruitgaan.
Voor veel mensen is zingeving gekoppeld aan werk; ze willen meerwaarde helpen creëren en een concrete bijdrage leveren. Ik deel de bezorgdheid: de komende decennia zullen we moeten nadenken en debatteren over hoe mensen in deze snel veranderende wereld een zinvolle invulling aan hun bestaan kunnen geven. Sommige landen lichten nu al een tip van de sluier over hoe onze toekomst er zou kunnen uitzien.”
Zoals?
“Het beste voorbeeld is Zuid-Korea, waar de digitalisering zowat het sterkste van de hele wereld is doorgevoerd. De smartphone, het internet en elektrische auto’s zijn er alomtegenwoordig. Zuid-Korea is niet voor niets het land van Samsung en Hyundai. Het is superinnovatief en uiterst geavanceerd. Ik was er niet zo lang geleden en zag hoe zij volop bezig zijn met het automatiseren van hun fabrieken. In de hoofdstad Seoel testen ze ook het vervoer van mensen in de lucht met grote volautomatische drones, zonder piloten achter de stuurknuppel.
Op technologisch vlak is Zuid-Korea het neusje van de zalm. Tegelijkertijd is het een van de meest ongelukkige samen-
De komende decennia zullen we moeten nadenken en debatteren over hoe mensen in deze snel veranderende wereld een zinvolle invulling aan hun bestaan kunnen geven.
levingen ter wereld met de hoogste zelfmoordcijfers. Het geboortecijfer zakt er in elkaar, met in 2023 het laagste cijfer ooit van 0,72 per vrouw. In 2015 bedroeg dat nog 1,24. Om de bevolking op peil te houden, is een cijfer van 2,1 het minimum. Ik zeg niet dat technologie de enige oorzaak is van die dramatische toestand, maar ze speelt wel een grote rol. De Zuid-Koreaanse tieners en twintigers van vandaag hebben veel minder nood aan écht sociaal contact dan vorige generaties. Ze leven online. Eigenlijk zitten we in een groot experiment, want ons brein is niet gemaakt om continu om te moeten gaan met de korte prikkels van de smartphone.
Dat werkt verslavend.”
Volgens de Amerikaanse sociaal psycholoog Jonathan Haidt veroorzaken de smartphone en sociale media een mentale gezondheidscrisis onder
jongeren. Hij pleit voor een radicaal verbod voor kinderen.
“Mijn kinderen zijn 9 en 8, hebben nog geen gsm en ik wil dat graag zo houden. De afspraak is dat ze er een krijgen na hun twaalfde verjaardag. Sommige klasgenootjes hebben er wel al een, waardoor het sociaal leven van de klas online doorleeft na de schooluren. Kinderen zonder telefoon voelen zich daarom soms uitgesloten. Net als Jonathan Haidt maak ik me daar zorgen over. Want depressies en eetstoornissen bij tieners komen niet zomaar uit de lucht vallen. We kunnen ze linken aan sociale media en aan isolatie als gevolg van de verslavende smartphone.
Er moet dringend nagedacht worden over hoe we dit grote experiment dankzij regelgeving in veiliger banen kunnen leiden. Steeds meer scholen beslissen nu al om de telefoon op school te verbieden.
Ik juich dat toe, want al te vaak is de speelplaats geen sociale ontmoetingsplaats meer, maar een plek waar jongeren zonder opkijken op hun gsm zitten tokkelen.”
De verhouding technologie versus ons welzijn is een thema waar je je duidelijk voor engageert?
“Als we er als samenleving in slagen om de noodzakelijke correcties door te voeren, blijft technologie onze beste sleutel op de toekomst. Met Wintercircus willen we daar ons steentje toe bijdragen. We zijn techno-optimisten: wij geloven dat technologie de maatschappij beter kan helpen maken. We geloven in innovatie, maar zijn niet naïef. Wintercircus wil een plek zijn die technologie dichter bij de mensen brengt, maar die ook de duistere kant van technologie bespreekbaar wil maken. Bij Wintercircus steken we onze koppen niet in het zand.”
Wintercircus revisited
Samen met 59 ondernemers en instellingen als UGent, iMec en de stad Gent zet Voka zijn schouders onder ondernemershub Wintercircus. Het gebouw aan De Krook dateert van 1885. In het ‘Nieuw Circus’ genoten de Gentenaars in alle seizoenen van spectaculaire shows met olifanten. Na de Tweede Wereldoorlog vertimmerde Ghislain Mahy het circus tot garage. De piste bleef bewaard, maar alle circusattributen gingen verloren. Mahy stalde er vanaf 1978 twintig jaar lang zijn verzameling oldtimers. In 2005 kocht de stad Gent het inmiddels zwaar verwaarloosde 15.000 vierkante meter grote gebouw en renoveerde het. Tijdens de coronacrisis rijpte bij Gentse
techondernemers en bij Voka het plan om van het Wintercircus niet alleen een ontmoetingsplaats voor ondernemers te maken, maar ook een publieke ruimte. De arena waar ooit de olifanten hun kunstjes toonden, is nu een overdekt stadsplein. De smeerputten van Garage Mahy werden ontmoetingsruimtes en de vroegere paardenstallen een concertzaal. Drie verdiepingen van het Wintercircus zijn omgetoverd tot een magnifiek kantoor voor startende technologiebedrijven. Iedereen is welkom in de horecazaken, verspreid over de site. Met op het dak van het Wintercircus: een ‘rooftop bar’ met een adembenemend uitzicht over Gent.
50% van wat je in je bedrijf in de vuilbak gooit, kan een tweede leven krijgen. Ontdek hoe je kunststoffolies, karton of houten palletten beter kan sorteren op iksorteerinmijnbedrijf.be
— Mieke Neven is gedelegeerd bestuurder van de digitale drukkerij Burocad in Peer. Sinds ze de operationele leiding uit handen gaf en zich opnieuw toespitste op haar grote passie, sales en klantencontact, is haar auto haar dagelijkse compagnon de route. Maar ze heeft er nog meer die haar op alle mogelijke manieren ondersteunen als ondernemer.
1. App Blinkist
“Ik ga graag naar lezingen, vooral om te netwerken met andere ondernemers. Nadien koop ik altijd het bijbehorende boek, maar dat blijft meestal ongelezen. Geen tijd, en op vakantie wil ik geen werkgerelateerde boeken lezen. Ik ben fan van de app Blinkist, die korte samenvattingen geeft van boeken. Daar luister ik naar in de auto, en ik zit veel in de auto.”
2. Smartphone
“Ik ben tot groot ongenoegen van mijn man helemaal vergroeid met mijn smartphone. Ik let er wel op om tijdens het rijden via de carkit te bellen. Een tweede goede gewoonte is om niet al bellend thuis te komen. Ben ik nog bezig met een professioneel telefoontje, dan rijd ik wat blokjes om tot ik klaar ben. Zo probeer ik écht aanwezig te zijn voor mijn gezin als ik thuiskom.”
Mieke Neven
3. Zonnebril
“Ik heb altijd een zonnebril in mijn haar. Mensen vinden dat soms raar, zeker als het regent (lacht). Ik ben ermee begonnen om wat volume in mijn haar te krijgen. En ook al heb ik nu een goede kapper, die zonnebril is gebleven.”
4. Familiefoto
“Ik kom uit een echte ondernemersfamilie. Met mijn vader heb ik heel regelmatig een-op-een sparringsessies, net als met mijn man en mijn beste vriendin. Zij kunnen me door de juiste vragen te stellen een spiegel voorhouden waardoor ik mijn mening kan vormen. Als ik ondernemers hoor zeggen hoe eenzaam ze het vinden om CEO te zijn, dan vind ik dat erg. Het is belangrijk om je door mensen met gelijkaardige ervaringen te omringen. Het doet enorm deugd om te merken dat ook anderen met dezelfde zaken worstelen.”
5. Wandelschoenen/ armbandje Berrefonds
“Ik wandel heel graag, het liefst alleen. Mijn compagnon de route is Artus, ons sterrenkindje dat we twee jaar geleden verloren. Hij helpt me om terug te ‘centeren’ en mijn rust te vinden. Mijn armbandje van het Berrefonds* draag ik altijd, het is iets heel tastbaar en helpt me om mezelf (terug) te vinden in de chaos van elke dag.”
* Het Berrefonds is een organisatie die (groot)ouders en gezinnen ondersteunt bij het verlies van een kind.
“Zo snel als kan, zo traag als moet.” 8
8. Levensmotto
6. Drinkfles Kambukka
“Met mijn drukke leven is het een uitdaging om voldoende te drinken. Daarom heb ik altijd een drinkfles bij. Mijn favoriet is de zwarte van Kambukka, een Limburgs merk.”
7.
Reproductie van Burocad voor (h)ars
“Mijn liefde voor kunst bracht me bij een bijzonder project: (h)ars. Dat is een Limburgs initiatief dat kunst van jongeren met een beperking promoot. De kunstwerken zijn schitterend, dankzij de deskundige begeleiding van PO-leerkracht Nele. Eén keer per jaar worden de werken geveild en de opbrengst gaat terug naar de school. Met Burocad zijn we sinds de start partner en maken we reproducties van de werken op verschillende dragers die voor het goede doel verkocht worden. Thuis hebben we intussen ook een mooie collectie.”
“Regelmatig lees ik inspirerende quotes, maar ik vergeet die even snel (lacht). Behalve deze die me helpt om even stil te staan en te reflecteren. Hij komt van Rik Verbeemen van Pauze: ‘Zo snel als kan, zo traag als moet’. Ik ben gigantisch ongeduldig, maar soms moet het traag gaan als je iets wil bereiken. Je kan niet altijd iets forceren. Integendeel, met even loslaten en vanop een afstand te bekijken, bereik je vaak meer. En dat is als ondernemer die altijd graag regisseert en controle heeft niet evident.”
What makes our candidates outstanding is not their CV, but what they make of it.
Finding the executive who exceeds your expectations
Altior is a leading executive search firm that specialises in recruiting and assessing candidates for executive positions. We recruit outstanding talent that lifts our clients’ performance to a higher (“altior” in Latin) level. We combine in-depth knowledge of our clients’ business with extended labour market expertise. This combination leads us to unique leaders who can apply their leadership skills in our clients’ business immediately. After all, it is not the CV that makes candidates outstanding, but what candidates make of it. For more information, visit our website www.altior.be
China: bedreiging of opportuniteit?
Bart Van Craeynest
is hoofdeconoom bij Voka. Hij spot zowel uitdagingen als opportuniteiten in de omgang van Europese bedrijven met China.
“Na jaren van dubbele groeicijfers volgt China een strategische koers gericht op eigen economische belangen, met een agressieve export van gesubsidieerde producten. Tegelijk blijft de toegang tot de Chinese markt moeilijk. Europese bedrijven lijden onder de massale import van Chinese producten, een gevolg van Europa’s lang aangehouden te lakse vrijemarktbeleid. China en de VS beschermen hun industrieën al volop via protectionistische maatregelen. Nu Trump in het Witte Huis zit, zal die handelsoorlog verder escaleren.
Tegelijk liggen er opportuniteiten, in de eerste plaats door de interne problemen in het land. “De actieve bevolking krimpt de komende 25 jaar met 25 procent. De economische groei, gedragen door overheidsinvesteringen, blijft niet houdbaar. Wat China nodig heeft – de transitie
naar een consumptiegedreven economie – blijft uit. Dit zorgt voor overcapaciteit en afhankelijkheid van buitenlandse handel. Als China economisch hervormt, biedt dat kansen voor Europese bedrijven, op voorwaarde van een betere toegang tot de interne Chinese markt.
Europa moet minder afhankelijk worden van China, vooral op het vlak van grondstoffen en toeleveringsketens. “Diversificatie en reshoring zijn noodzakelijk, maar invoerheffingen lossen dit niet alleen op. Handelsakkoorden met strengere voorwaarden voor duurzaamheid en concurrentie kunnen een eerlijker speelveld creëren.”
Europa mag zijn aantrekkelijkheid als markt met 500 miljoen consumenten niet vergeten,” besluit hij. “Die troef kan helpen de Europese positie te versterken en de uitdagingen van China aan te pakken.” Kijk op de zaak
Ondernemen in tijden van oorlog
— Oorlog is al even geen ver-van-ons-bedshow meer, het gebeurt nu en vandaag, aan onze grenzen. Verbetering is niet meteen in zicht, als ondernemer ben je dus maar beter voorbereid op het ergste.
Hoe je dat doet, vroegen we aan enkele crisismanagers par excellence. De rode draad doorheen hun verhalen? Nicholas Lataire van DPG Media vat samen: “Voorbereiding is de moeder van alle spontane beslissingen.”
Tekst
1
Backer
“Geen enkel nieuwsbericht is een mensenleven waard.”
Nicolas Lataire
Afgelopen oktober was Vlaanderen in shock na het geweld tegen VTM Nieuws-journalist
Robin Ramaekers en cameraman Stijn De Smet in Libanon. Naast de feiten viel ook het professionalisme van de twee op. Geen toeval, horen we bij Nicholas Lataire, directeur
News City bij DPG Media. “Het klinkt misschien hard, maar de voorbije terreurjaren hebben ervoor gezorgd dat we perfect voorbereid zijn op onverwachte gebeurtenissen zoals de Russische inval in Oekraïne en de oorlog in Gaza. Het heeft geleid tot een strak georganiseerde aanpak en een versterkte teamspirit, waarbij crises uiteindelijk zelfs een soort teambuilding zijn.
Als er iets gebeurt, start er een logische ketting van verslaggeving. Het belangrijkste om alles vlot te laten verlopen is de voorbereiding. Een goede voorbereiding is de moeder van alle spontane beslissingen. Centraal staat een heldere taakverdeling, korte communicatie-
lijnen en snelle besluitvorming.
Door te zorgen dat we de juiste experten in huis hebben en die goed op te leiden kunnen we snel beslissen of we mensen naar een oorlogssituatie uitsturen. Robin Ramaekers en Stijn De Smet volgden bijvoorbeeld een training over hoe ze met een gijzeling moeten omgaan. We sturen alleen ervaren teams naar gevaarlijke gebieden, ondersteund door hun collega’s hier, een netwerk aan oorlogsjournalisten, fixers en fysieke beschermingsmiddelen. Geen enkel nieuwsbericht is een mensenleven waard.
Je bent nooit op alles voorbereid, elke situatie is anders. Denk aan het onverwachte incident in Libanon. Maar ook dan proberen we te handelen volgens een draaiboek. Communiceren is cruciaal: communiceer vroeg, ook bij onvolledige informatie. Chaos mag er even zijn, maar delen wat je weet blijft essentieel.”
“Bepaal je rode lijnen en blijf trouw aan je missie.”
Kristel Eerdekens
Kristel Eerdekens is adjunct-directeur van Artsen Zonder Grenzen (AZG) en ondersteunt 10.000 medewerkers in 40 landen vanuit het operationeel centrum in Brussel (OCB). “Wij werken niet enkel volgens een draaiboek, elke situatie beoordelen we afzonderlijk. We onderzoeken telkens wat de grootste noden zijn en wat onze toegevoegde waarde kan zijn. We kunnen heel snel schakelen en op 48 uur onze teams en goederen ter plaatse krijgen, onder andere dankzij ons noodfonds voor urgenties.
Zo’n mobilisatie gebeurt pas nadat we de situatie correct hebben kunnen inschatten. Het is ook cruciaal dat lokale autoriteiten of gemeenschappen onze aanwezigheid en onafhankelijke hulp aanvaarden. Zonder een minimum aan toestemming en garanties gaan we niet aan de slag.
Veiligheid is essentieel bij de beslissing om in actie te komen, maar we tasten vanuit ons medisch humanitair engagement die grenzen wel af. Risico’s zoals bombardementen of ontvoeringen worden grondig afgewogen. Onze medische meerwaarde en de risico’s die we nemen als organisatie en voor onze medewerkers, moeten rechtstreeks met elkaar in verhouding staan. Om risico’s te nemen moet je rekening houden met de draagkracht van je medewerkers. We investeren dus ook in opleidingen om zo veilig mogelijk te kunnen werken naargelang de context. Ook de mentale ondersteuning en nazorg werden de laatste jaren flink verbeterd.
Word je als bedrijf met een crisis geconfronteerd, dan is het belangrijk dat je weet waar je voor staat. Hoe veerkrachtig is je organisatie en waar ligt voor jullie de grens? Bepaal je rode lijnen en blijf trouw aan je missie.”
“Een crisis is nooit helemaal voorbij.”
Nico Cardone
In de luchtvaartsector is een onvoorziene situatie dagelijkse kost, vertelt woordvoerder Nico Cardone van Brussels Airlines. In de luchtvaart onderscheiden we twee soorten incidenten: een crisis en een irregularity. We spreken over een crisis als het voortbestaan van het bedrijf in gevaar is of als er dodelijke slachtoffers zijn gevallen. Een irregularity zijn alle andere mogelijke problemen: van slecht weer tot een staatsgreep. De laatste crisis waren de terreuraanslagen op de luchthaven in 2016. De oorlogen in Gaza en Oekraïne kwalificeren we als een irregularity, omdat Brussels Airlines niet rechtstreeks betrokken is. Zonder de conflicten te willen minimaliseren, uiteraard.
Is er sprake van een crisis, dan activeren we ons crisiscentrum. Daarin zitten leden uit elke dienst. Vanaf dan treedt een gedetailleerd draaiboek in werking, inclusief checklists en vooraf uitgewerkte communicatiematerialen.
Er is een onboekbare vergaderzaal – de ‘crisisroom’ – gereserveerd voor crisissituaties.
We zoeken altijd naar oplossingen om vluchten te laten doorgaan. Zeker ten opzichte van Sub-Saharalanden is ons maatschappelijk engagement groot, door onze historische band met deze landen. Bij een conflict daar zijn wij de laatste die vertrekken, en de eerste maatschappij die terugkeert. Als we twee keer ‘ja’ kunnen antwoorden op de vraag of het veilig kan en er vraag naar vluchten is, dan gaan we door. Soms, zoals tijdens de ebolacrisis of nu bij het conflict in Gaza, kunnen medewerkers kiezen of ze willen werken op vluchten naar deze bestemmingen.
Ondertussen heb ik geleerd dat een crisis – zoals de aanslagen – nooit helemaal afgesloten is. Daarom organiseren we elk jaar onder collega’s een kleine herdenking met een minuut stilte.”
Vandaag moet je als bakker ook al je eigen content creëren.
Maar je handelspand verzekeren, dat broodje bakken wij voor jou.
Als KMO-zaakvoerder ben je al expert op heel wat vlakken.
Gelukkig is je makelaar de expert in al je verzekeringen.
Wij verzekeren zoals jij onderneemt.
Handel Plus is een brandverzekering van Baloise. De verzekering is onderworpen aan het Belgisch recht. De polis (verzekeringsovereenkomst) duurt een jaar en wordt stilzwijgend verlengd. Wil je een polis nemen? Bekijk dan de IPID-fiche, onze Algemene Voorwaarden, onze segmentatiecriteria en onze Kennismakingsbrochure om je grondig te informeren over je wettelijke bescherming op www.baloise.be. Wil je meer informatie? Neem dan contact op met je makelaar. Heb je een klacht? Laat het ons weten per e-mail via klacht@baloise.be, www.baloise.be/klachten, per brief of telefonisch 078 15 50 56. Biedt dat geen oplossing? Dan kun je contact opnemen met de Ombudsman van de Verzekeringen: info@ombudsman-insurance.be, www.ombudsman-insurance.be, de Meeûssquare 35, 1000 Brussel, 02 547 58 71.
Partners in ambitie
Starter of groeier, éénmanszaak of multinational, je wil vooruit. Soms heb je daarvoor een partner nodig.
Als Vlaamse investeringsmaatschappij zijn wij die partner voor jouw financiering. Ben je een ondernemer met een goed idee, een sterk dossier en veel goesting? Maar vind je niet de financiering om je plannen te realiseren?
Overtuig ons en verdien de waarborg, lening of kapitaalparticipatie van jouw partner in ambitie. Graag een eerste gesprek?
Contacteer ons.
www.pmv.eu
Oude Graanmarkt 63, B-1000 Brussel
T +32 (0)2 229 52 30 info@pmv.eu
“Mijn doelen? Geen das, geen baas en nooit vroeg opstaan.”
Wat maakt een muzikale plantrekker tot ondernemer? →
Jan Leyers
Studeerde in 1980 af als licentiaat filosofie aan de UGent.
Scoorde met Soulsister in 1988 een wereldhit met The Way to Your Heart.
Combineerde verschillende muzikale projecten met een carrière als presentator, reportagemaker en auteur.
Hij presenteerde onder meer het VPRO-programma Zomergasten.
Maakte voor Canvas bekende reportagereeksen als Arm&Rijk, Allah in Europa, en Jan Leyers en de Duitsers
— Wat doet een muzikant, filosoof en reportagemaker in een ondernemersblad? Verrassend veel, zo blijkt. Jan Leyers werkt projectmatig, stelt sterke teams samen, pitcht zijn ideeën met overtuiging, en streeft een resultaat na dat nooit minder mag zijn dan perfect.
“Ik? Ondernemer? Een ondernemer ben je pas zodra je mensen in dienst neemt. Ik ben een plantrekker met een BTW-nummer. Laat mij maar gewoon doen. Honderdveertig mensen aan de waggel houden, ik zou er niet van slapen.” Er zijn maar weinig plantrekkers met een BTW-nummer die zo weinig introductie nodig hebben én van zoveel markten thuis zijn als Jan Leyers. Muzikant, filosoof, songwriter, reportagemaker en pater familias van de alomtegenwoordige Leyers-clan. Dat verwezenlijkt een sterveling niet zonder ietwat ondernemend te zijn.
“Nu je het zegt.” Leyers is niet bang om pauzes te laten en even na te denken voor hij op een vraag antwoordt. “Ik ben misschien gewoon een mens voor projecten op de middellange termijn. Ik gooi me op iets, verlies me daar helemaal in, werk dat af en dan verander ik in een python die net een geit heeft ingeslikt. Ik moet gaan liggen om te bekomen.”
Doden in Duitsland
Op het moment dat je dit leest, is de meest recente geit waarschijnlijk zo goed als verteerd: de VRT-Canvasdocumentaire ‘Jan Leyers bij de Duitsers’. Daarin onderzocht Leyers hoe het toch komt dat het land dat zijn pluimen – die vervaardigd zijn uit qualität und gründlichkeit – lijkt te verliezen. De insteek van die reportagereeks was bij aanvang nog compleet anders. “Ik wilde onderzoeken waarom in Duitsland altijd alles zo goed geregeld was, waar die überdegelijkheid vandaan komt en hoe we dat zouden kunnen kopiëren.”
Net zoals ondernemers het geweer van schouder veranderen, is Leyers niet te beroerd de insteek van zijn project totaal om te gooien. “Tijdens de coronapandemie bleek plots dat een verbijsterend aantal Duitsers zich niet wilde laten vaccineren. In het land van Robert Koch en Max Planck dan nog wel. Dat Amerikanen sceptisch zijn over de wetenschap kan ik plaatsen, maar Duitsers? En dan waren er die overstromingen in Noordrijn-Westfalen en Rijnland-Palts in 2021. Meer dan 180 doden. In Duitsland?”
Pitch zonder Powerpoint
De start van zo’n project start met een pitch in de kantoren aan de Reyerslaan. “Ik doe er gewoon mijn verhaal, zonder hulpmiddelen. Een powerpoint? Ik zou zelfs niet weten hoe dat moet.” Leyers valt terug op twee fundamenten: zijn research en zijn enthousiasme. “Voor een reeks als ‘Jan Leyers bij de Duitsers’ verdwijn ik helemaal in mijn onderwerp. Ik lees alleen nog Duitse boeken, kijk alleen nog Duitse tv en droom ’s nachts zelfs in het Duits.”
Freek Evers — Fotografie Joris Casaer
Dergelijke grondige research dient het tweede fundament. “Hoe dieper ik in een onderwerp duik, hoe enthousiaster ik erover kan worden”, zegt Leyers. “Dat enthousiasme heb je in de eerste plaats
zelf nodig, pas dan kan je het overbrengen aan degene bij wie je pitcht. Ik heb nu het voordeel dat ik al een aantal documentaires op mijn conto heb staan, waardoor ik ook ruwere ideeën kan aftoetsen bij de VRT.”
Gelijk hebben en krijgen
Voor documentaires zoals ‘Jan Leyers bij de Duitsers’ of ‘De weg naar Mekka’ verzamelt Leyers een toegewijd team rond zich. Een regisseur, redacteuren die helpen bij research en interviews regelen, een cameraman en een monteur. Het zijn periodes van intense samenwerking. “Of er nu koffie of cola geserveerd wordt, kan me weinig schelen, maar inhoudelijk bijt ik me vast. Ik besef dat ik mijn medewerkers soms tot wanhoop drijf wanneer ik aan het einde van een lange dag vind dat de passage over het Joods kerkhof toch nog naar een andere aflevering zou moeten.”
“Ik noem het niet-kunnen-afgeven. Tot ze het uit je handen komen trekken.” Of Leyers nu een plaat of een documentaire maakt, het eindresultaat moet zo goed zijn als hij het in zijn hoofd heeft zitten. “Phil Spector en Brian Wilson zijn mijn voorbeelden. Zij waren in hun topdagen niet te beroerd om een volledig orkest terug naar de studio te roepen als ze vonden dat een detail niet klonk zoals het moest. That’s why I love those guys. Inhoudelijk geen compromissen maken.”
Leyers geeft het grif toe: hij discussieert graag. “Ik ben dol op verbale duels. Discussiëren op het scherp van de snee. Terwijl in mijn branche gelijk hebben of niet er eigenlijk totaal niet toe doet. Het is allemaal een kwestie van smaak. En zoals ze zeggen: over kleuren en smaken valt niet te discussiëren. Ik sta tijdens het maakproces wel open voor alle vormen van kritiek of commentaar. Als ik in een studio een nummer aan het mixen ben, en de gast die de pizza’s komt leveren zegt: staat die stem niet wat te luid? Dan denk ik: shit ja, die staat precies wat te luid. Anderen zouden misschien zeggen: wat kent zo’n pizzagast daar nu van? Ik pruts dan verder. En zo is het elke keer voor je ’t weet zes uur ’s morgens.’
De kikker en de schorpioen
Toch is hij soms jaloers op mensen die beter kunnen loslaten. “Voor de gemoedsrust en de goede vrede lijkt dat aangewezen.”
Maar dan verwijst hij meteen naar het verhaal van de kikker en de schorpioen. “Die laatste vraagt aan de kikker of hij op zijn rug naar de overkant van het water mag reizen, waarop de kikker antwoordt: ‘Ja maar, jij gaat me doodsteken.’ De schorpioen overtuigt de kikker: ‘Als ik jou steek, verdrink ik ook.’ Twee keer raden wat er halverwege de oversteek gebeurt.” De aard van het beestje.
Wie Leyers interviewt merkt op hoe makkelijk hij songwriters, filosofen, oud-politici of andere interessante denkers citeert om zijn punt te maken. “Ik lag als tiener op de zetel Madame Bovary te lezen. Ik was een übernerd. Ik onthoud geen kleuren, maar woorden vergeet ik nooit.”
“Zodra ik een project heb afgewerkt, ben ik als een python die net een geit heeft ingeslikt. Ik moet even gaan liggen om te bekomen.”
Jan Leyers
Zeker niet woorden die hem geraakt hebben.
Zoals die ene recensie bij de lancering van de eerste lp van Soulsister. “De laatste zin ging als volgt: met die twee dikke nekken zal het nooit wat worden. Ik kan je verzekeren, dat komt hard binnen.” Of die keer dat Frank Vander linden, toen nog muziekrecensent en vandaag frontman van De Mens, over ‘Through Before We Started’ schreef: Was u ook zo uitgegleden over de gladde sound van de nieuwe Soulsister-single?
Bemerk wel de wonderlijke knik in het refrein. “Toen wist ik dat Frank te veel van muziek kende om recensent te blijven. Kort daarop zijn we vrienden geworden.”
Drie vinkjes
Tot op de dag van vandaag combineert Leyers wat op het eerste gezicht niet te combineren lijkt. De ene dag zit hij aan de piano een liedje voor Günther Neefs te schrijven, de volgende dag modereert hij een debat voor Voka of pitcht hij een nieuwe documentairereeks aan de Reyerslaan.
Wat hem drijft? Ambitie is het niet. “Dat klinkt alsof je ergens mee wilt pronken, dat voel ik helemaal niet.”
Geld? “Je maakt geen album of een documentaire om winst te maken.” Dat is het dus ook niet. Wat dan wel?
“Goh, misschien zijn het die drie doelen wel die ik me op mijn vijftiende heb gesteld. Ik wilde nooit vroeg moeten opstaan. Ik wilde nooit een das dragen.
En ik wilde nooit een baas hebben die me vertelde wat ik moest doen.” Drie vakjes die hij vijftig jaar later mag afvinken.
Het raakt, want het is echt. Het blijft hangen, want het is tastbaar.
Het is waardevol, want het is vakmanschap.
Het is drukwerk.
Drukwerk durft.
Expertly crafted print-work.
China: bedreiging of opportuniteit?
Manfred Van Vlierberghe
is CEO van ArcelorMittal Belgium. Dat het niet goed gaat met de Europese staalindustrie ligt voor een groot stuk aan de dumping van Chinees staal op de Europese markt, schetst hij de uitdagingen.
“Onze sector, verantwoordelijk voor zeven procent van de wereldwijde CO2-uitstoot, moet verduurzamen en tegelijk oneerlijke concurrentie door Chinese staalimport aanpakken. Wereldwijd is er een overcapaciteit van 600 miljoen ton. China produceert door subsidies en interne problemen meer staal dan nodig. Slechts vier procent van die productie is winstgevend, de rest wordt tegen lage prijzen gedumpt. Ook in Europa, waar importheffingen ontbreken. Dit ondermijnt de Europese producenten: elk jaar verdwijnt een fabrikant. Europese staalbedrijven dragen tot 25 procent CO2-rechten bij, terwijl geïmporteerd staal niets betaalt. Dit belemmert investeringen in duurzame technologieën. Bovendien drukken stijgende CO2-prijzen en het afschaffen van gratis emissierechten onze marges verder.”
Hij waarschuwt ook voor een andere dreiging: “China heeft dankzij overheidsinvesteringen een voorsprong in groen staal. Europa moet snel schakelen
Kijk op de zaak
om die achterstand in te halen en onze positie te versterken.”
De toekomst van Europees staal vereist dringend structurele maatregelen.
“In België moeten de hoge energieprijzen worden aangepakt en sterker worden ingezet op automatisering om de hoge loonkosten tegen te gaan. Op Europees niveau zijn herijkte antidumpingmaatregelen, hogere importheffingen en het Carbon Border Adjustment Mechanism (CBAM) essentieel. Dit mechanisme belast de koolstofuitstoot van importstaal, wat een eerlijker speelveld creëert. Maar het helpt de export van Europees staal niet, dat buiten de EU stuit op landen zonder CO2-heffingen.”
Hij pleit verder voor de volledige terugbetaling van ETS-bijdragen om verdere decarbonisatie te financieren.
“De EU moet ook kiezen voor groen staal bij publieke bouwprojecten. Zonder ingrijpende maatregelen is de toekomst van de Europese staalindustrie zeer onzeker.”
— Er is geen weg terug: onze samenleving moet duurzamer worden. Een hele uitdaging voor veel ondernemers. VITO, de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek, wil hun ervaren en betrouwbare gids zijn in de soms moeilijke zoektocht naar futureproof oplossingen. “We zoeken samen naar alternatieven”, zegt Inge Neven, CEO van VITO.
“We bieden oplossingen aan voor de problemen van deze tijd.”
VITO, wat doen die eigenlijk?
“De missie van VITO is het versnellen van de overgang naar een duurzame samenleving. Als onafhankelijk wetenschappelijk onderzoekscentrum leggen we ons daarom toe op de ontwikkeling van schone en veilige energie. We werken ook aan een circulaire economie, betere gezondheidszorg en duurzaam land- en watergebruik. We zijn er voor de overheid, het middenveld, de industrie en de burgers. Onze neutrale wetenschappelijk onderbouwde kennis en expertise vormen de basis voor het aangaan van een open dialoog met al die belanghebbenden.
We zijn ons erg bewust van onze verbindende rol en brengen nuance in het publieke debat. In tijden van polarisering is dat niet altijd even vanzelfsprekend. Maar ons vertrekpunt is altijd de wetenschap.”
Wat betekent VITO voor ondernemers?
“Eén van de grote topics vandaag is bijvoorbeeld PFAS, de zogenaamde ‘forever chemicals’. De overheid vroeg ons om
wetenschappelijk inzicht waarop ze haar beleid voor een normenkader kon funderen. Sommige spelers in de chemische industrie beschouwden VITO achteraf als de instantie die de normen oplegde. Terwijl dat helemaal niet zo is: wij leveren enkel wetenschappelijke informatie. Het is aan de overheid om het beleid te bepalen.
Bij de aanpak van chemische stoffen zoals PFAS zijn wij wel een partner voor de industrie, want samen met hen gaan we op zoek naar alternatieven en oplossingen. In deze problematiek zijn we trouwens ook partner van de burgers van dit land: we geven uitleg, bieden context en schetsen de noodzakelijke grijstinten in wat vaak als een zwart-wit verhaal in de media komt.”
Hoe ondernemend ben je zelf?
“Als pas afgestudeerde bio-ingenieur ging ik eerst als consultant aan de slag. Ik herinner me nog mijn allereerste professionele training: ‘Zet je in de schoenen van je klant en probeer te begrijpen wat hij nodig heeft.’ Die wijze woorden zijn me altijd bijgebleven. Later ging ik voor een
ngo in Afrika werken. Ik heb toen geleerd dat je niets kunt realiseren als er geen vertrouwen is en je geen goede verbinding met anderen hebt. Ontwikkelingssamenwerking kwam vroeger neer op: we boren waterputten, voeren ons Europees democratisch systeem in en zo is alles opgelost. Tot onze scha en schande moesten we vaststellen dat dat niet werkt. Als je dingen in beweging wilt zetten, moet je samen met de mensen vanuit hun context zoeken naar oplossingen. Zolang zij niet overtuigd zijn of niet meegaan in je verhaal, zal er niets wezenlijks veranderen.
Met neutrale technologische onderzoeksinstellingen van over de hele wereld richtten we het G-STIC-platform op, of de Global Sustainability Technology & Innovation Community. Daarin wisselen we best practices uit van over de vier windstreken. Zo verruimen we ons Europese perspectief. We leren bij van onze collega’s in Afrika, Azië, Amerika en kunnen zo aan de industrie en de samenleving nog betere oplossingen aanbieden voor de grote problemen van deze tijd.”
Toegang tot de stad nu binnen handbereik
Directe toegang via nummerplaatherkenning of QR-code
Bespaar tot 30% op je parkingkosten
Laad je wagen op
Beschikbaarheid van de laadpalen in real time
Kyanu
Delrue & Simon De Geyter, oprichters Rebin →
Je hoort vaak dat ondernemen met vrienden spelen met vuur is. Dat ziet Kyanu helemaal anders. “Ik vind het net een voordeel dat we elkaar al zo lang kennen. Emilio (Van der Linden, de derde co-founder, nvdr) en Simon zijn vrienden sinds de lagere school, ik leerde hen kennen in het middelbaar. We kennen elkaars sterktes en zwaktes en moeten ons niet inhouden. Uiteraard hebben we af en toe stevige discussies, maar dat hoort er bij. Aan het einde van de dag staan de neuzen in dezelfde richting. En we vieren samen elke nieuwe klant.”
Hun aha-moment beleefden ze tijdens een wandeling in het Gentse Citadelpark. “We vroegen ons af hoe het mogelijk was dat anno 2022 een simpele vuilnisbak zo overvol kon zitten. Uit gesprekken met enkele lokale besturen bleek dat het probleem lag bij de inefficiëntie van de vuilnisophaling. Zo kwamen we op het idee om bestaande vuilnisbakken slim te maken met een sensor die exact meet hoe vol de vuilnisbak is. Met die data worden overvolle vuilnisbakken niet enkel vermeden, maar kunnen dankzij efficiëntere ophaalroutes ook heel wat tijd en kosten worden bespaard. Bovendien is het systeem niet enkel van toepassing op vuilnisbakken, ook textielcontainers, glasbollen, ... profiteren van deze voordelen.”
Dat ze van hun idee een onderneming wilden maken, komt niet uit het niets. Kyanu: “Emilio en ik hadden al het plan om een eigen zaak te staren, we zagen ons niet werken voor een baas. Met dit idee voelden we: hier zit iets in. Dus zijn we gesprongen, wat hadden we te verliezen (lacht)?”
Hun enthousiasme vertaalde zich niet in onbesuisdheid, ze pakten het slim aan. “We namen deel aan Start for Future, een internationaal programma voor jonge ondernemers. Daar werden we intensief begeleid door een business coach met wie we héél veel gesprekken hadden om de puntjes op de i te zetten. Toen we de prijs voor ‘meest innovatieve idee’ wonnen, gaf dat ons een boost om de volgende stap te zetten. Via het traject Durf Ondernemen van de UGent konden we ons eigen bedrijf starten als student-ondernemers. Ook daar werden we opnieuw enorm goed begeleid en aangemoedigd.” Als lid van Bryo, het startersnetwerk van Voka, brainstormen ze regelmatig met andere starters en bouwen ze een netwerk van gelijkgezinden uit.
In juni 2023 ging het eerste proefproject van start, ondertussen zijn al een vijftal lokale besturen en de haven van Rotterdam klant. Het lijkt alsof niets de twintigers in de weg staat. Maar dat is natuurlijk niet zo. “Problemen zijn er om op te lossen en die horen er nu eenmaal bij als je een onderneming start. We zijn alle drie volhouders en we geloven zeer hard in de meerwaarde van ons product.”
— Rebin startte als studentenproject aan de UGent. Drie vrienden ontwikkelden een systeem met sensoren die meten hoe vol een vuilnisbak is. Ondertussen wisten ze al over de grenzen klanten te lokken. Van een vliegende start gesproken.
Wouter Torfs
— Jarenlang stond Wouter Torfs aan het hoofd van Schoenen Torfs. Nochtans leek hij na zijn rechtenstudies voorbestemd om advocaat te worden aan de balie van Antwerpen. Tot hij in 1989 overstapte naar het bedrijf van zijn familie. Het werd een succesverhaal, niet voor niets volgde de titel ‘werkgever van het jaar’ maar liefst tien keer. In 2022 zwaaide hij af als CEO van Schoenen Torfs en een jaar later werd hij voorzitter van het Centrum Algemeen Welzijnswerk (CAW). Nu schrijft hij een brief aan zichzelf, beschouwend én met een vooruitblik.
Dag Wouter,
Niet vanzelfsprekend, zo’n brief aan jezelf schrijven. Mensen denken dat een gepensioneerde tijd in overvloed heeft; dat valt soms nogal tegen. Golfen en de kleinkinderen opvangen is zalig, maar na je pensioen wil jij ook nog iets voor de samenleving blijven betekenen. Net als veel andere zestigplussers die hun talenten inzetten als vrijwilliger.
Je had gerust de balie van een plaatselijk CAW kunnen bemannen. Maar je ervaring als CEO van Schoenen Torfs en het leiden van een organisatie gingen niet onopgemerkt voorbij aan An-Rose Vandewinckele, de directeur van CAW Antwerpen. Eind 2020 vroeg ze je al of je voorzitter wilde worden van de CAW Groep, de overkoepelende vzw. Volgens An-Rose sloot jouw profiel als ondernemer aan bij onze organisatie. Je bent niet voor niets tien keer verkozen tot Beste Werkgever en in 2019 zelfs tot Beste Werkgever van Europa. Bij Schoenen Torfs had je geleerd: zonder gelukkige werknemers kun je nooit een succesvolle onderneming uitbouwen.
‘Wil je jouw bekendheid inzetten om ons te helpen groeien?’ vroegen de leden van de raad van bestuur. Met je uitgebreide netwerk kan je misschien nóg meer in beweging krijgen. Natuurlijk wil je dat. Met hart en ziel.
Want een organisatie zoals CAW is broodnodig. Je leest in de krant verhalen over jonge mensen die aan het eind van hun Latijn zijn. Of over mensen die worstelen met burn-out. Sommigen bezwijken door de stress en krijgen last van paniekaanvallen. Steeds meer relaties staan onder druk. Nee, in het welvarende Vlaanderen gaat het niet zo goed met het mentaal welzijn.
CAW geeft zorg in de eerste lijn. Iedereen kan er terecht. Zowel de alleenstaande ouder als de ondernemer bij wie het tegenslaat.
Je hoort soms zeggen dat burgers zelfredzamer moeten worden. In theorie is dat misschien wel zo. Tot je een nacht doorbrengt in de daklozenopvang, of getuige bent van een ouder in een moeilijke gezinssituatie die voor het eerst sinds lang bezoek krijgt van zijn kind. Want ook daar zorgt CAW voor. En dan besef je: soms staat de werkelijkheid haaks op de theorie.
Je stelt jezelf de vraag: ‘Wouter, waar wil jij de komende jaren nog hard aan werken?’ Eén antwoord ken je al: aan het geluk van onze hulpverleners. Hoe beter zij zich in hun vel voelen, hoe beter ze anderen kunnen helpen. En net daar schort er iets, zoals je weet. Hulpverleners hebben in de eerste plaats oog voor hun cliënten. Maar wie heeft er oog en vooral een hart voor de hulpverlener zelf? Ook de overheid laat steken vallen met te veel planlast. Want er moeten rapporten geschreven worden en cijfers verzameld. Zo raken ook onze hulpverleners overvraagd. Probeer daar nog iets aan te doen als voorzitter, Wouter.
En bak straks pannenkoeken voor je kleinkinderen.
Onze financieel adviseurs staan tot uw dienst om u te begeleiden op de wereldwijde aandelenmarkten en bieden u gepersonaliseerde beleggingsoplossingen .
TREETOP ASSET MANAGEMENT BELGIUM
Frankenstraat, 79 bus 7 1040 Brussel +32 2 613 15 30
Leopoldlaan, 111 8300 Knokke-Heist +32 50 950 760 www.treetopprivate.be