Tijdschrift voor lokaal beleid voor kinderen en jongeren
PB- PP
Bataljong · Ossenmarkt 3 · 2000 Antwerpen · P206352 · Afgiftekantoor: 2000 ANTWERPEN Stuivenberg December 2020 – jaargang 29 – Nr. 4 · Verschijnt 4x per jaar: maart - juni - september - december
Dropzone BELGIE(N) - BELGIQUE
K IN DVR IEN D EL IJK E ST E D E N E N G EMEEN T E N
Maak kennis met de laureaten! N E T WER K JE U G DVR IEN D EL IJ K
Terugblik op de netwerkdag rond wel-zijn O P SL EEP TO U W ME T D E MIN IST E R
En route naar Denderleeuw en Zwevegem
38
22
De citroen
Colofon Met de medewerking van Cara Allonsius Frauke Baeyens Leen Bartholomeus Kristof Bouvard Bert Delville Ellen De Grauwe Jolijn De Haene Zita De Pauw Tülin Erkan Ilse Holvoet Hannes Jossart Imke Pichal Wim Soontjens Filip Stallaert Jurgen Sprangers Hans Theuns Yentl Tobbackx Tieme Verlinde
Young heroes
Jonge mantelzorgers op zoek naar (h)erkenning
4
Verantwoordelijke uitgever Jurgen Sprangers, Brasschaat Contact Bataljong vzw, Ossenmarkt 3 2000 Antwerpen info@bataljong.be 03 821 06 06 www.bataljong.be
Laureaten Kindvriendelijke Steden & Gemeenten Geel, Gent, Laarne, Mechelen, Oudsbergen, Pelt, Roeselare, Sint-Niklaas en Turnhout halen het label binnen. Proficiat!
12
De brede jeugdreflex in crisistijden Maak het verschil voor jonge inwoners
Druk Drukkerij Jansen Coverfoto Carisse Photography
In gesprek met Youngworks
Verder in dit nummer:
Coördinatie Tülin Erkan Vormgeving hierbenik.be
Generation Z
16
Stel je vraag
Ik wil niet de directeur zijn. Die zijn medewerkers uitperst. Maar het gebeurt wel. Het kan niet anders. Enfin. Ik moet. Zo lijkt het. In deze ratrace-samenleving. Bigger. Better. Faster. Stronger. Het volgende vergaderverzoek landt in mijn agenda. Een vergadereis. Eigenlijk. Zonder vragen. Meegaan of kopje onder gaan. Efficiëntie boven. Meer met minder middelen. Het moet. We duwen er nog wat acties bij. Over mentaal welbevinden dan nog. O ironie. Ten koste van menselijkheid. Zeker nu. Nu je je team enkel nog ontmoet achter een scherm. Met een agenda open op het tweede scherm. En de mailbox, de Teams-chat en een nieuwssite. Schakelen. Bijschakelen. Nog eens bijschakelen. Ik mis collega’s. Aan de lunchtafel. Of samen op de trein.
Dan weet ik wat er echt leeft. Hoe het gaat. En ja. Ik pleit schuldig. Ik duw mee door. Want ik heb de microbe te pakken. Van sterk beleid voor jonge inwoners. Daarvoor brandt de vlam. Stilaan een uitslaande brand. Want er zijn massa’s kansen. En noden. Dus ik spring. Keer op keer. Maar ’t wordt tijd. Voor stabiliteit. Binnenkort. In 21. Ergens. Na de grote versnelling. De cruise control aan. Blijven rijden. Op tempo. Op de juiste weg. Maar zonder je stuur te klemmen. Met zweetpollen. En alsmaar weer schakelen. Op en af. Vooral op. Trouwens. Hoe zou ’t nog zijn met de jeugd? Die van +12 dan? Zo met examens. En al die druk. Maar zonder ontspanning. Niet in groep. Zelfs niet buiten. Voelen ze zich geparkeerd? Of opgejaagd? Of uitgeperst. Als een citroen.
Hoe zetten lokale besturen het Vlaamse noodfonds in voor kinderen en jongeren? 18
De rollen van de jeugdambtenaar in de praktijk Administratieve kracht en (netwerk)managers aan het woord
26
Nieuws uit het Netwerk Jeugdvriendelijk Terugblik naar netwerkdag rond ‘wel-zijn’
29
Op sleeptouw met de minister
Jurgen Sprangers Directeur Bataljong
Op bezoek bij Denderleeuw en Zwevegem 34
Driehoeksverhouding
facebook.com/Bataljong
Stad Halle 36
Beleidsnota Bataljong 2021-2025
Laat ons weten hoe jij werk maakt van #sterkbeleidvoorjongeinwoners
instagram.com/Bataljong @Bataljong
Vragen en antwoorden linkedin.com/company/Bataljong
3
Actueel In coronatijden is ook een labeluitreiking buitengewoon. We gingen de digitale tour op en zorgden voor een uitreikingsfilm voor elke laureaat. Check ze hier: http://bataljong.be/9-laureaten
Kindvriendelijke Steden & Gemeenten Maak kennis met de 9 laureaten
GENT
Ook geïnteresseerd om het label te behalen? Check www.kindvriendelijkestedenengemeenten.be of contacteer Imke: imke.pichal@bataljong.be.
Iedereen plukt de vruchten Een stad die goed is voor kinderen en jongeren, is goed voor élke Gentenaar. Ouders vinden in zo’n stad steun en rust, en iederéén plukt de vruchten van meer groen, veiliger verkeer en ontspannen winkelen. Werken aan een kindvriendelijke stad betekent in alle beleidsbeslissingen rekening houden met kinderen en jongeren en vooral de meest kwetsbare. Een kind- en jeugdvriendelijke stad eindigt niet bij het beleid maar is gebouwd op een stevige samenwerking met middenveld en Gentenaren. - Elke Decruynaere, Schepen van Jeugd
Tekst Tülin Erkan
Op 15 december 2020 ontvingen Geel, Gent, Laarne, Mechelen, Oudsbergen, Pelt, Roeselare, Sint-Niklaas en Turnhout het label Kindvriendelijke Steden & Gemeenten. Met enkele reflecties op het traject en een blik naar de toekomst, stellen ze zich aan jou voor.
Over grenzen heen
GEEL Zaadjes planten Als dienst jeugd waren we vroeger vnl. gericht op de werking van onze jeugdverenigingen en het algemeen vrijetijdsaanbod. We zochten daarom reeds langer naar een manier om te werken aan een sterk en breed beleid voor kinderen en jongeren. Tijdens de Vormingstweedaagse van Bataljong vonden we inspiratie bij gemeenten die het label reeds behaalden. De succesverhalen én de participatieve aanpak motiveerden ons om het traject op te starten. Dit was voor ons de uitgelezen kans om de stem van kinderen en jongeren te laten horen over beleidsdomeinen heen! - Sofie Gilis, Diensthoofd Jeugd
Over diensten heen Bij de voorbereiding van het label zijn veel diensten o.l.v. de dienst jeugd sterk beginnen samenwerken. Deze geïntegreerde samenwerking maakte me enorm trots. Alle mensen die hieraan deelnamen, over de verschillende diensten heen, groeiden als het ware uit tot kindvriendelijke ambassadeurs. Het is zeker niet onmiddellijk zo gegroeid. In het begin van het traject waren sommige mensen/diensten eerder sceptisch. Maar stap voor stap groeide bij hen ook het gevoel, wat draagvlak creëerde.
©Jeugddienst Geel
We hebben samen al veel verwezenlijkt. Ik ben fier op onze Klik erop!- campagne, die jongeren die met hulpvragen zitten naar de juiste organisaties toeleidt (klikerop.be). - Marlon Pareijn, Schepen van Jeugd
Vink en Vox We willen het label ook extern uitdragen, zodat deze deel uitmaakt van de identiteit van onze stad. We willen ons als stad profileren als zorgzaam en barmhartig maar ook als studenten- en onderwijsstad, duurzaam, fietsvriendelijk, innovatief en bruisend. Om onze strategie extra kracht bij te zetten, ontwikkelden we een mascotte: Vink en Vox. Deze zullen we gebruiken in toekomstige participatiecampagnes en om acties en projecten beter zichtbaar te maken. Daarnaast is het de bedoeling dat ons participatieplatform ideevoorgeel.be een handige manier wordt om ideeën van kinderen/ jongeren te verzamelen en te laten leven (delen, reacties plaatsen…). - Karolien Fonteyne, Deskundige Communicatie & Marijn Van de Waeter, Deskundige Jeugd
Wil je echt werk maken van een kind- en jeugdvriendelijk beleid, dan moet verantwoordelijkheid ogenomen worden op alle niveaus (politiek, ambtelijk, middenveld, ..). Respectvol samenwerken, over vele grenzen heen, brengt je heel ver. Luisteren naar elkaar vanuit oprechte nieuwsgierigheid voedt en verrijkt je beleid. Ga niet enkel voor veel en zichtbaar. Kies voor een duurzaam en effectief beleid dat doortastende keuzes durft maken. - Marianne Labre, Programmaregisseur Kind- en Jeugdvriendelijke Stad Gent & Maïté Coppens, Voorzitter Jeugdraad
©Guy Kokken
‘Kinderen Eerst’ Het project ‘Kinderen Eerst’ ondersteunt scholen in de strijd tegen kinderarmoede. Maatschappelijk werkers van de sociale dienst houden zitdagen op scholen en geven gerichte adviezen. Door aanwezig te zijn op school valt voor ouders en jongeren de drempel naar hulpverlening weg. De medewerkers van ‘Kinderen Eerst’ scheppen klaarheid in het administratieve web en brengen de ouders of jongere in contact met de juiste instanties. Ze gaan ook op zoek naar voordelen waar het gezin nog geen gebruik van maakt, maar die hen een welkom duwtje in de rug kunnen geven (bv. de studietoelage of medische kaart). - Ruth Inslegers, Regisseur Kinderarmoede ©Stad Gent
4
5
LAARNE Participatie Tijdens de huidige legislatuur kiezen we ervoor om extra in te zetten op het thema participatie. Het traject naar het label kindvriendelijke gemeente was een opportuniteit om kinderen en jongeren als volwaardige burgers te blijven betrekken over de verschillende beleidsdomeinen heen. Het verkrijgen van het label is geen eindpunt, maar voor ons het startpunt om nog meer te doen voor onze lokale jeugd. - Andy De Cock, Schepen van Jeugd
Rommy Rombouts We zetten ‘Mechelen Kinderstad’ vrij snel op de kaart door onze mascotte, Rommy Rombouts. Rommy werd thematisch aangepast en ingezet om zowel onze beleidsthema’s als evenementen extra in de kijker te zetten. Zorg dus dat je beleidsthema ‘kindvriendelijkheid’ zichtbaar is. D.m.v. een mascotte, een bepaalde lay-outstijl, specifieke gadgets enz. Je moet aanwezig zijn in het straatbeeld zodat je ook opvalt bij je doelgroep. Herkenbaarheid creëren vraagt herhaling maar wanneer je kindvriendelijke ‘ambassadeurs’ mee zijn krijg je een (stads)bredere verspreiding van je verhaal. - Karen Claes, Programmamanager Mechelen Kinderstad
©Gemeente Laarne
Ridder Kasper We zijn trots op de versterkende rol die onze kindvriendelijke mascotte Ridder Kasper al heeft gespeeld. Ridder Kasper is voor ons vereenzelvigd met kindvriendelijkheid. Hij is enerzijds een herkenbaar baken in alle communicatie naar kinderen en jongeren en hij maakt kindvriendelijkheid ook zichtbaar bij de inwoners, de mandatarissen en de medewerkers van het lokaal bestuur. De mascotte helpt ons anderzijds om de kinderrechten op het lokaal niveau zichtbaar te maken en in de praktijk te brengen. - Pieter-Jan Teirlinck, Deskundige Jeugd en Vrije Tijd
Kindvriendelijke rouwplek
Permanente dialoog Tijdens het belevingsonderzoek herontdekten we de kracht van het vindplaatsgericht werken, dit toen we kinderen en jongeren gingen bevragen op onze wijkpleintjes. De aanhoudende coronacrisis daagt ons uit om creatief te zijn om onze doelstellingen en acties in de praktijk om te zetten. Corona heeft een grote impact op het leven van kinderen en jongeren. Een gemeente die er wil zijn voor haar jonge inwoners, wil en moet weten hoe het met hen gaat. Hiervoor werkten we een bevraging uit, verspreid via sociale media. Wekelijks verschijnen er tips en quotes op sociale media. Op deze manier wordt de stem van kinderen en jongeren versterkt. Zo kunnen ze elkaar en hun omgeving inspireren en steunen in deze moeilijke periode. - Pieter-Jan Teirlinck, Deskundige Jeugd en Vrije Tijd
©Stad Mechelen Mechelen Kinderstad mascotte: Rommy Rombouts (gebaseerd op onze Sint-Romboutstoren)
©Stijn De Jaeger
Een begraafplaats met kinderen bezoeken? Da’s niet evident. Om verdriet en rouwen bespreekbaar te maken plaatste de Stad Mechelen een rouwplek incl. een krijtbord en zitplaatsen in wolkenvorm, op de begraafplaats. Op deze bijzondere plek kunnen kinderen praten met hun ouders of familieleden over rouwen en de dood. Moeilijke thema’s bespreekbaar maken, hoort ook bij een kindvriendelijke stad.
MECHELEN
OUDSBERGEN
Kindvriendelijkheid als rode draad
Geen hokjes
We willen een stad zijn waar kinderen kunnen ontdekken, groeien en ontplooien. Daarom is het belangrijk om te luisteren en in dialoog te gaan. Kinderen en jongeren moeten zich te alle tijden thuis voelen in onze stad, zodat ook zij later op hun beurt kunnen zorg dragen voor Mechelen en de volgende generatie. Diversiteit en empoweren is daarin belangrijk. We zijn trots op onze toffe diverse kinderraad die een mooie weerspiegeling vormt van de Mechelse jeugd. - Abdrahman Labsir, Schepen van Jeugd
We wilden vanaf het prille begin van onze nieuwe fusiegemeente laten zien dat we kinderen en jongeren serieus nemen, dat we er willen zijn voor hen. Het label maakt duidelijk dat we hen niet in een hokje willen steken, dat het niet enkel ‘de jeugddienst’ is die zich bezig houdt met het jeugdbeleid. We willen dat al onze medewerkers op de hoogte zijn over het jeugdbeleid en het mee helpen uitdragen. De uitgangspunten voor een kindvriendelijk beleid zijn voor ons dus zeer belangrijk. We zijn er rotsvast van overtuigd dat ‘een kindvriendelijk beleid, zorgt voor een mensvriendelijk beleid’. - Marco Goossens, Schepen voor Kinderen en Jongeren
©Stad Mechelen Kindvriendelijke rouwplek op de Mechelse begraafplaats om thema’s als de dood of rouwen bespreekbaar te maken op een bijzondere locatie.
6
7
©Stad Mechelen Mechelen Kinderstrand 2019, Grote Markt: een instant vakantiegevoel in onze historische binnenstad, voor jong en oud.
De brede jeugdreflex Kinderen en jongeren zijn een doelgroep die je niet zomaar vanuit één dienst kan benaderen. Het label is een middel om te werken aan een brede ‘jeugdreflex’ binnen het gemeentebestuur en om zoveel mogelijk mensen hierin mee te nemen. Dat kan de kinderen en jongeren van je gemeente alleen maar ten goede komen. - Yves Janssen, Coördinator Kindvriendelijke Gemeente
Mentaal welbevinden Het mentaal welbevinden van onze burgers is voor ons zeer belangrijk. We zetten al lang in op preventieve acties zoals het MEGA-project voor leerlingen van het zesde leerjaar. Tijdens het traject om het label te behalen, voerden we een belevingsonderzoek uit rond pesten bij tieners. In dat onderzoek vertelden tieners: “Toen ik gepest werd in de kleuterschool, heb ik daar met niemand over gebabbeld. Mijn ouders weten dat vandaag nog altijd niet”. Aan zo’n uitspraken merk je dat de huidige preventieve acties rond welbevinden het verschil niet zullen maken. We moeten er doordachter mee aan de slag gaan en veel steviger inzetten op een actief beleid rond mentale gezondheid bij kinderen en jongeren. - Kurt Plessers, Schepen van Sociale Zaken
PELT
©Stad Turnhout
©Albert Loos
Mooie beloning maar hier stopt het niet We zijn heel fier op het traject dat we de afgelopen 2,5 jaar hebben afgelegd. Het label is een mooie beloning voor iedereen die meegewerkt heeft aan ons actieplan. Maar hier stopt het natuurlijk niet. We blijven ons elke dag hard inzetten om kinderen en jongeren te helpen, te steunen, naar hen te luisteren en hen kansen te geven. En uiteraard doen we dit niet alleen. Intensieve samenwerking met de kinderen en jongeren, hun ouders en de partnerorganisaties is de sleutel om te komen tot een échte kindvriendelijke gemeente. - Ann Van Dorpe, Schepen van Gezin
Participatiereflex We moeten bij alles wat we doen, de reflex maken: “Wat zouden kinderen en jongeren hiervan/hierover denken? Hoe kunnen we kinderen en jongeren hierin betrekken? Hoe kunnen zij hier een rol in spelen?” We moeten ons bovendien aanspreekbaar opstellen. En we moeten ‘uit ons kot komen’. Wij moeten naar hen toestappen, met hen in gesprek gaan en daar tijd voor nemen. Het bespaart tijd op termijn door vanaf het begin het juiste te doen. - Greet Sleurs, Participatieambtenaar
©Gemeente Oudsbergen
©Marc Faes
Rapnummer Vanuit het overleg jongerenwelzijn vroegen wij dit voorjaar aan de jonge en talentvolle Peltenaar Rian Snoeks, 16 jaar, of het belevingsonderzoek voor hem inspirerend kon zijn. Rian maakte een rapnummer met een sterke songtekst: jongeren aanmoedigen om ZELF beslissingen te nemen en niet toe te geven aan groepsdruk. We plannen een bijhorende videoclip met Peltse jongeren (opnames zijn in coronatijden nog niet mogelijk). De videoclip zal breed worden verspreid en zal ook dienst doen als lesmateriaal in de Peltse secundaire scholen. - Kim Schrooten, Coördinator Huis Van Het Kind
TURNHOUT Regisseur Om dat betere en bredere kindvriendelijk beleid te realiseren, hebben we in het begin van deze legislatuur een regisseur ‘kind- en jeugdvriendelijke stad’ aangeworven. Enerzijds bewaakt zij het kinder- en jongerenperspectief in alle acties die een impact hebben op de leefwereld van kinderen en jongeren. Anderzijds voert zij de regie over een aantal vernieuwende acties. Om te leren van goede voorbeelden, vertegenwoordigt onze regisseur Turnhout in tal van Vlaamse en internationale kind- en jeugdvriendelijke netwerken zoals bv. de intervisiegroep van labelsteden en -gemeenten. - Francis Stijnen, Schepen van Financiën
Evenwichtsoefening Bewaar een goed evenwicht tussen intensieve processen aan de ene kant en snelle, doelgerichte, zichtbare acties aan de andere kant. Je processen leiden tot duurzamere resultaten, maar quick wins zijn óók belangrijk. Om het kindvriendelijke beleid zichtbaar te maken én om een breder draagvlak te creëren. Bijvoorbeeld: via een stadsbreed participatief traject ontwikkelden wij een visie op kindvriendelijke publieke ruimte. Die visie hebben we vertaald in een actieplan. Dat plan hanteren we als leidraad bij alle ruimtelijke projecten, ook die van projectontwikkelaars. Opgedane inzichten pasten we meteen toe. Zo gingen we bv. dadelijk in op de vraag naar avontuurlijke speellandschappen bij de heraanleg van de publieke ruimte. - Caroline Van den Eynde, Programmaregisseur
Elke dag opnieuw We dragen met trots het label kindvriendelijke stad, maar beseffen dat we dat elke dag opnieuw moeten verdienen. De feedback van de jury houdt ons scherp. Er is nog veel werk aan de winkel, er zijn nog veel uitdagingen, denk maar aan (kinder)armoedebestrijding. We hopen samen met de hogere overheden, het middenveld, burgers en vooral met de kinderen en jongeren verder werk te maken van een straf kindvriendelijk beleid. - Paul Van Miert, Burgemeester
©Albert Loos
8
9
©Stad Roeselare
ROESELARE #VANRSL Zowel in de vorige legislatuur als in deze legislatuur wil Roeselare een toonaangevende centrumstad op mensenmaat zijn. Het bestuur wil investeren in mensen. De Roeselaarse kinderen en jongeren vormen ongeveer 20% van de Roeselaarse bevolking. Kinderen en jongeren zijn de toekomst #VANRSL. We willen dat elke jongere zich kan ontplooien in een speelse, veilige en groene omgeving, waar ze hun creativiteit de vrije loop kunnen laten. Het traject zorgt voor verankering en integraal beleid. Het label was dan ook geen doel, maar een middel. - Kris Declercq, Burgemeester
Toekomstdromen
Koffie in de koffer
Ik droom ervan om ons kindvriendelijk label als merknaam op de kaart te zetten. Het zou fantastisch zijn dat alle kinderen en jongeren, ouders, burgers, medewerkers, partners,… weten waar we als stad naar streven en elk vanuit hun rol meewerken aan het dynamisch actieplan. Heel wat van deze actoren zijn reeds betrokken, maar in de toekomst zullen we hier nog meer op inzetten. Een straffe communicatie met gepaste visuals en sterke participatietrajecten met kinderen en jongeren, zijn voor mij goede instrumenten om deze doelstelling verder vorm te geven. - Greet Claeys, Beleidsmedewerker Jeugd
In Sint-Niklaas gingen we op zoek naar de ‘vrienden van jeugd’. We nodigden schepenen en collega’s uit voor een koffie in de koffer van onze camionette en namen de tijd om elkaar echt te leren kennen. We geloven enorm in de kracht van een netwerk van stadsmakers die elk op hun manier een verschil kunnen maken in de leefwereld van kinderen en jongeren. We creëren een community van politici, stadsmedewerkers, ondernemers, middenveld en burgers rond straf beleid voor onze jonge inwoners. We investeren in vriendschappen. We leggen verbinding en prikkelen. - Tim De Brabander, Hoofddeskundige Jeugd
SINT-NIKLAAS Jong. Wild. Goud. Om kinderen en jongeren van je stad te laten houden moeten we ze als stad ook koesteren. En om hun talent van bij de start alle kansen te geven, heb je nu eenmaal specifieke aandacht voor hen nodig in alle levensdomeinen. We gaan voor acties dwars doorheen hun leefwereld. Dat vergt van een bestuur en een samenleving een specifiek engagement. Met onze strategie rond kind- en jeugdvriendelijke stad doen we dat op beleidsniveau. Met ons label Jong. Wild. Goud. zetten we dat naar het brede publiek extra kracht bij. We willen elk kind, elke jongere omarmen en hen laten voelen dat ze goud waard zijn. - Bart De Bruyne, Schepen voor Jeugd en Participatie
Beire Er was een vuurrode lijn doorheen dit hele verhaal, die ervoor gezorgd heeft dat we staan waar we vandaag staan, nl. vol enthousiasme en engagement. Beire veel goesting dus. Die goesting heeft ervoor gezorgd dat we allemaal aan hetzelfde zeil konden trekken en Roeselare een kind- en jeugdvriendelijke stad kunnen noemen. De aanloop naar dit label heeft heel wat voeten in de aarde gehad, maar het resultaat is er en aan dat resultaat blijven we bouwen met dezelfde goesting, of zelfs meer, dan in het begin. - Marieke D’hoop, Erevoorzitter van de Jeugdraad
Influencer Omdat wij ook op lokaal niveau het verschil willen maken, trekken we met team jeugd deze periode volop een traject rond mentaal welbevinden bij jongeren. In november gaf de Sint-Niklase influencer Laurentine Van Landeghem verschillende webinars waar leerkrachten met hun klas aan konden deelnemen. Tijdens een interactieve online les besprak Laurentine het topic ‘mentaal welzijn’ en gaf ze tips en tricks. Ze laat de leerlingen op een laagdrempelige manier kennismaken met organisaties zoals Awel, het JAC en WAT WAT. Ze stelt bovendien het gloednieuwe TEJOhuis in Sint-Niklaas voor waar jongeren vanaf december een gratis afspraak kunnen maken bij een therapeut. We willen mentaal welzijn bij jongeren bespreekbaar maken in de klas en leerlingen die het moeilijk hebben, tonen waar ze terecht kunnen voor ondersteuning. - Laura Van de Vyver, Coördinator Kind- en Jeugdvriendelijke Stad
©FOTTO
10
11 ©FOTTO ©Stad Roeselare
Breed jeugdbeleid
De brede jeugdreflex in crisistijden Maak het verschil voor jonge inwoners Tekst Tieme Verlinde & Klaartje Mariën
Het onderzoek #jongerenovercorona bracht de beleving van 44.000 kinderen en jongeren van de eerste coronagolf in beeld. Het Kinderrechtencommissariaat, KeKi en de Kinderrechtencoalitie voerden dit onderzoek in mei 2020. Wij vertaalden de resultaten van het onderzoek in 6 aanbevelingen voor lokale besturen. Klaartje Mariën, coördinator gemeentelijk en flankerend onderwijs in SintKatelijne-Waver, vertelt aan de hand van de 6 aanbevelingen hoe het lokaal het verschil wil maken voor jonge inwoners.
Beeld Gemeente Sint-Katelijne-Waver
Identikit Sint-Katelijne-Waver
• • • •
Provincie Antwerpen 21.140 inwoners 4.165 kinderen en jongeren tot 18 jaar Scholengemeente: ongeveer 5.500 leerlingen tot 18 jaar gaan hier naar school. • Behaalde het label Kindvriendelijke Gemeente in 2018. Kindvriendelijkheid is één van de ankerpunten van het meerjarenplan. • Breed jeugdbeleid wordt gecoördineerd door de jeugdconsulent. • Kindviendelijkheid is één van de ankerwoorden van het meerjarenplan.
“Tijdens de eerste coronagolf kwam er heel wat op ons af. Onze takenpakketten veranderden snel en plots ging alles digitaal. Hoewel we allerlei projecten wilden opstarten, verliep de opstart daardoor moeizaam. Onze dienst hield nauw contact met scholen, kinderopvangvoorzieningen (0-3 jaar), jeugdverenigingen en beantwoordde vragen van bezorgde ouders. Daarnaast wijzigde regelgeving en wilden we zo goed mogelijk mee zijn om correcte informatie te verspreiden en correct te handelen.” — Klaartje Mariën
12
1. Vertrek vanuit de leefwereld van kinderen en jongeren Niet altijd een evidentie, maar ondertussen wel ons mantra. Het zorgt ervoor dat we beslissingen nemen die onvermijdelijk ook een weerslag hebben op volwassenen. En dat maakt ons niet altijd populair. Zodra de scholen opnieuw voltijds open mochten, was het voor ons een evidentie dat de gemeentescholen de deuren zouden openen. Voor sommige leerkrachten, preventieadviseurs en vakbonden was dit niet zo vanzelfsprekend. Wat met hun veiligheid of die van hun gezinnen? Op deze momenten haal je best objectieve gegevens boven, zoals cijfers, wetenschappelijk onderzoek en logistieke maatregelen. Vermijd dat je in een emotioneel gesprek belandt en benadruk wat er goed loopt.
2. Praat met, niet over, kinderen en jongeren in de coronacrisis Voor ons was dit de moeilijkste om te onderhouden. We timmerden immers net aan een communicatiebeleid op maat van kinderen en jongeren, en hadden nog geen rechtstreekse kanalen. Bijkomend waren we onderbemand op onze dienst. We houden op andere manieren de vinger aan de pols: gesprekken met jongeren binnen onze families, eigen kinderen voor onze kar spannen om verhalen op te vangen, collega’s bevragen over het welbevinden van hen en hun kinderen, tijdens de zomer op het speelplein, de jongeren die aan het gemeentehuis rondhangen benaderen,…
13
5. Zorg ervoor dat kinderen en jongeren naar school kunnen en/of in rust schoolwerk kunnen doen Directie en leerkrachten kennen de gezinnen en weten waar de moeilijkheden zich bevinden. Het onderwijs in onze gemeente zet sterk in op het bereiken van alle kinderen. Dit staat echter wel onder druk. Afstandsonderwijs is geen evidentie: basisvoorwaarden zijn een internetverbinding en computer. Daarnaast moet je er ook mee kunnen werken. Niet alle kinderen hebben die vaardigheden.
3. Zorg voor concrete, begrijpbare en directe informatie
Het ‘SAM project’ – laagdrempelige taalstimulering bij kinderen – ligt even stil. Vrijwilligers (vaak ouders of zelf kwetsbaren), kunnen nu even niet meer bij de gezinnen komen. Dat is jammer. Sommige vrijwilligers probeerden het verder te zetten van op afstand maar dat is toch niet hetzelfde. Taal oefenen, dat is altijd een beetje spelen en dat kan nu niet.
De coronacrisis zorgt ervoor dat dit nog meer prioritair op ons lijstje verschijnt. We stelden vast dat we kinderen en jongeren wilden bereiken en dat niet lukte. Ondertussen konden enkele projecten opnieuw van start gaan, hebben we ‘communicatiebeleid voor kinderen en jongeren’ onmiddellijk heropgestart en binnenkort verwachten we de eerste offertes. Dit najaar maakte de dienst communicatie een folder voor ouders om hen alvast te informeren.
4. Hou rekening met ‘onzichtbare’ en kwetsbare kinderen en jongeren Tijdens de voorbije maanden werd de samenwerking met de sociale dienst iets intenser. Zij vingen meer klanken op en wij ook. De mankracht of toestemming om een integrale aanpak hebben we niet meteen voorhanden. We besloten in te zetten waar we konden. We vingen ad hoc vragen op, organiseerden extra huisbezoeken, pleegden telefoontjes… Gedreven door het recht op vrije tijd, spel, ontspanning en ontmoeting, werd een groot budget vrijgemaakt om zoveel mogelijk kinderen uit kwetsbare gezinnen toe te leiden naar het aanbod. Zo bereikten we nog meer kinderen, want in onze gemeente is de onbekendheid of nabijheid van het aanbod niet het probleem, maar de financiële of taalbarrière is dat wel. Elk jaar zetten sociaal werkers in op bekendmaking en toeleiding naar het aanbod, maar dit jaar moesten ze geen rekening houden met het budget. Gevolg: kinderen konden iets unieks doen, iets dat echt hun goesting was. De budgetten voor vrijetijdsparticipatie werden, bij de aanpassingen van het meerjarenplan, structureel verhoogd omwille van het succes van de actie tijdens deze zomer.
14
Op een bepaald moment kwam een gezin in moeilijkheden omwille van ziekte bij beide ouders. De kinderen konden niet naar de crisisopvang. Ik wilde hen koste wat kost naar vakantie-initiatieven krijgen. De financiële drempel counterden we, maar de ouders konden de kinderen niet brengen. Samen met de dienst communicatie deden we een oproep naar vrijwilligers. We regelden de verzekering en de kinderen hadden een gevarieerd en uitgebreid vakantieaanbod. Nu we weten dat het kan, moeten we bekijken hoe we dit in de toekomst structureler kunnen aanpakken. (sociaal werker, sociale dienst, Sint-Katelijne-Waver)
Door vragen van gezinnen te registeren, konden de sociaal werkers een aankoop van laptops motiveren. Met een van de subsidies die zij ontvingen van de Vlaamse overheid zal er voor elk gezin met kinderen een kant-en-klare laptop voorzien worden.
6. Faciliteer en stimuleer spel en ontmoeting – ook in de publieke ruimte We trachtten de speel-, sport-, skateterreinen en speelbossen zo lang mogelijk open te houden en zo snel mogelijk weer open te stellen. We gingen in gesprek met jongeren om zelf wat meer nabij te zijn. De toeristische dienst maakte een poster met een lijst van activiteiten die kinderen konden doen in de gemeente.
We verdeelden knutsel- en pretpakketten tijdens de paasvakantie en deden een online aanbod. In de zomervakantie werden het pakketten met buitenspeelmateriaal en spelletjes. (Suzy Van Hooff, animatieverantwoordelijke BKO, Sint-Katelijne-Waver)
Meer weten? Contacteer
tieme.verlinde@bataljong.be of Klaartje
klaartje.marien@sintkatelijnewaver.be
15
Stel je vraag Lokale besturen kregen in juli middelen uitgekeerd uit het Vlaamse noodfonds voor de ondersteuning van de sectoren jeugd, cultuur en sport. Vanuit haar missie als ondersteuner voor sterk lokaal beleid voor jonge inwoners lanceerde Bataljong een infopagina rond het noodfonds met aanbevelingen en inspiratie. In oktober lanceerden we een bevraging over hoe jullie deze middelen inzetten. De resultaten delen we hier graag.
V R A AG
n lokale e t t e z e o H het besturen fonds d o o n e s Vlaam inderen in voor k en? en jonger
Vraag het aan Bataljong! Zit je zelf met een vraag of heb je hier of daar nood aan een duwtje in de rug? Laat van je horen via www.bataljong.be/stel-je-vraag
? Meer info? www.bataljong.be/noodfonds
Welke conclusies trekt Bataljong uit deze bevraging? Over de verdeling van de middelen tussen de sectoren 87,1 % van de bevraagden gaf aan absoluut of eerder wel tevreden te zijn met de verdeling van de middelen. In het merendeel van de gemeenten leidde het proces naar de verdeling van de middelen dus tot een eerlijke verdeling. Daarnaast gaf 82,4% aan dat er vanuit het domein jeugd in min of meerdere mate een impact was op het besteden van de middelen in de domeinen sport en cultuur. Het gevoel van urgentie dat bij besturen leefde bemoeilijkte het organiseren van voldoende overleg en grondige analyse. Dit uit zich in de antwoorden op onze vragen naar inspraak en overleg. Bij de vraag naar inspraak van jeugd(werk)initiatieven bij de verdeling van de middelen gaf 70,4% van de bevraagden aan dat er geen of eerder weinig inspraak was, met als meest voorkomende argument het tijdsgebrek. Bij lokale besturen waar er meer inspraak was, werd er dikwijls in twee fases gewerkt. In een eerste fase werden een aantal beslissingen snel genomen (bv. rond ondersteuning zomerkampen). Voor de tweede fase werd meer tijd voorzien om een doordacht plan uit te werken en daarbij tijd uit te trekken voor inspraak van verschillende actoren. Bij de vraag in welke mate de diensten betrokken werden bij het maken van de verdeling van de middelen antwoordt bijna 70% veel of eerder wel betrokken te zijn. Waar de betrokkenheid eerder klein was of niet bestond, waren de meest voorkomende verduidelijkingen een gebrek aan tijd of het niet volgen van de adviezen door het bestuur.
Ondersteuning van jeugd(werk)initiatieven Op onze inspiratiepagina raadden we lokale besturen aan om de middelen niet gewoon uit te delen maar doordacht te spenderen. Verenigingen financieel ondersteunen kan zeker onderdeel zijn van steunmaatregelen, al werd aangeraden om de ondersteuning te baseren op een analyse van de impact van corona op het werkveld. Niet elke werking ondervindt immers evenveel impact.
Financieel
Tot slot
Zo goed als alle lokale besturen maakten de keuze om jeugd(werk)initiatieven financieel te ondersteunen met de middelen uit het noodfonds. Dikwijls met een extra subsidie, gebaseerd op cijfers van de voorbije jaren. Eerder dan gebaseerd op aantoonbare noden. De opvallendste cijfers zijn die bij de vraag of (nog) niet-erkende initiatieven steun konden aanvragen. Jammer genoeg geeft 60% aan dat deze initiatieven niet op steun konden rekenen. Dit vinden we vanuit Bataljong een gemiste kans. Zowel Bataljong als De Federatie schoven in hun adviezen naar lokale overheden duidelijk aandacht voor niet-erkende initiatieven naar voren. Er liggen zeker nog kansen bij het verdelen van de middelen die door lokale besturen werden gereserveerd voor de volgende maanden.
Zo goed als alle lokale besturen hebben hard gewerkt om in deze moeilijke periode het welzijn van kinderen en jongeren in de gemeente voldoende aandacht te geven. Dit liep niet overal even vlot, maar het is fijn om te merken dat er vanuit jeugd- en vrijetijdsdiensten werd gestreden voor aandacht voor de jonge inwoners van elke stad en gemeente.
“Noden voor 2021? Extra aandacht voor nietgeorganiseerde jeugd omdat zij vaak nergens terecht konden tijdens de lockdown.”
Andere vormen van ondersteuning Het voorzien van extra hygiënisch materiaal bleek de meest voorkomende maatregel, gevolgd door het voorzien van extra logistiek materiaal en meer flexibiliteit bij het ontlenen van materiaal. Goed om lezen was dat er doorgaans gewerkt werd met een combinatie van verschillende maatregelen. Bij het antwoord ‘andere’ werd het gratis beschikbaar stellen van locaties voor jeugdwerk en het creëren van extra locaties aangehaald.
— Robin Struys, jeugdconsulent Scherpenheuvel-Zichem
Initiatieven vanuit lokale besturen Op de vraag of de gemeente zelf initiatieven nam met middelen uit het noodfonds liepen de antwoorden sterk uiteen. Gemeentes die ‘nee’ antwoordden gaven ofwel aan dat ze via projectoproepen extra initiatieven stimuleerden of dat de extra initiatieven van de gemeente niet met middelen van het noodfonds werden gefinancierd. Bij de gemeenten die met de middelen eigen initiatieven financierden lag de focus op het creëren van extra (zomer)aanbod en het leveren van extra inspanningen voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren. Opvallend was dat veel lokale besturen extra aandacht gaven aan het uitbreiden van het aanbod van de gemeentelijke uitleendienst.
•
•
•
96% van de bevraagden gebruikte Bataljong om op de hoogte te blijven van de coronamaatregelen. Onze Facebookpagina en onze nieuwsbrief werden het meest gebruikt om op de hoogte te blijven. Ook ons webinar rond de Zomerplannen viel in de smaak. Bedankt voor jullie enthousiaste bedankingen en aanmoedigingen over onze dienstverlening!
of contacteer Bert bert.delville@bataljong.be
16
17
DE ROL VAN ADMINISTRATIEVE KRACHT De administratieve kracht verzorgt de formele kant van het beleid. Bij de uitvoering, opvolging en evaluatie van beleid komen heel wat formele zaken kijken: verslag nemen, rapporteren, inventariseren en evalueren vanuit de praktijk. De andere rollen kunnen daardoor niet losgekoppeld worden van deze rol.
Vicky Vanderroost Stedelijke Jeugddienst Geraardsbergen
De rollen van de jeugdambtenaar in de praktijk Hoe pakken zij het aan? Tekst Ilse Holvoet
Illustratie hierbenik.be
Om de brede jeugdreflex werkelijk vorm te geven, is het nodig dat ambtenaren verschillende rollen toegewezen krijgen. Deze rollen kunnen verspreid zijn over verschillende personen en diensten, maar vaak neemt één persoon meerdere rollen op. Deze ambtenaren noemen we ‘jeugdambtenaren’.
Elke jeugdambtenaar vervult meerdere rollen. We focussen ons op de rol waar zij graag iets over delen en spitsen ons in dit decembernummer toe op drie rollen: de administratieve kracht, de netwerkmanager en de manager. In de vorige Dropzone lees je meer over de rollen van beleidsmedewerker en jeugdwerker.
Rollen van de jeugdambtenaar volgens de visietekst van Bataljong1: Manager: bewaakt en coördineert binnen de administratie het beleid voor kinderen en jongeren. Beleidsmedewerker: inhoudelijk specialist en adviseur op vlak van (een aspect van) de leefwereld van kinderen en jongeren en van het lokale beleid daarrond. Netwerkmanager: bouwt bruggen tussen diensten en mensen op vlak van beleid voor kinderen en jongeren en streeft steeds naar een win-win voor alle betrokken partijen. Jeugdwerker: degene die het gemeentelijk jeugdaanbod organiseert, aanstuurt en uitvoert. Administratieve kracht: verzorgt de formele kant van het beleid. 1
18
https://bataljong.be/sites/default/files/wysiwyg/20200807_visietekst_lokaalbeleidvoorjongeinwoners.pdf
Hoe breng jij deze rol in de praktijk? Vicky: Mijn rol is in de eerste plaats die van administratieve kracht. Daarnaast help ik ook tijdens onze activiteiten zoals het speelplein, Dag van de Jeugdbeweging, Sinterklaasfeest … Ik hou mij in de eerste plaats bezig met facturen, inschrijvingen, het samenstellen van de Kindervakantiekrant, de uitleendienst en de Talentenjacht. Wanneer gezinnen of partners vragen hebben – hoofdzakelijk over inschrijvingen – kunnen ze bij mij terecht en help ik hen verder. Onze focus ligt heel erg op laagdrempeligheid. Wij proberen voor een divers aanvullend aanbod voor kinderen en jongeren te zorgen. We toetsen de noden af bij de doelgroep en vragen wat ze graag willen doen. Mensen kunnen gewoon via mail of Facebook inschrijven voor onze activiteiten. Ik doe dan de achterliggende administratie. We willen echt dat de gebruikers zo weinig mogelijk moeite moeten doen, om zo zeker ook de kwetsbare gezinnen te bereiken en de drempel zo laag mogelijk te houden.
Voor wie maak je het grootste verschil als je deze rol opneemt? Vicky: In de eerste plaats voor mijn collega’s. Ze hebben een paar extra helpende handen wanneer het nodig is en weten dat ze op mij kunnen rekenen. Daarnaast heb ik ook de ruimte om de gezinnen en partners te woord te staan indien ze praktische vragen hebben. Voor hen is het ook aangenamer zelf die administratie niet te hoeven doen.
Heb je een boodschap voor anderen die ook deze rol opnemen? Vicky: Het is belangrijk om je flexibel op te stellen. Zeker dit jaar ondervonden we dat. Zaken lopen niet altijd zoals je wil. Soms moet je het roer helemaal omslaan, soms moet je zaken annuleren en soms zijn er gewoon wat problemen. Focus niet te hard op de zaken die je niet onder controle hebt. Roei met de riemen die je hebt.
Wat vind je een bijzondere meerwaarde aan deze rol? Vicky: Het is fijn dat het niet zuiver administratie is, dat ik mijn collega’s ook kan bijstaan bij onze activiteiten. We werken echt als een team samen en ondersteunen elkaar waar nodig. Verder vind ik het aangenaam om ook contact te hebben met de gezinnen en partners. Ze appreciëren ons werk en dat is motiverend.
19
DE ROL VAN NETWERKMANAGER
DE ROL VAN MANAGER
De netwerkmanager bouwt bruggen tussen diensten en mensen op vlak van beleid voor kinderen en jongeren en streeft steeds naar een win-win voor alle betrokken partijen.
De manager bewaakt en coördineert binnen de administratie het beleid voor kinderen en jongeren. Het is aan de manager om dit te bewaken, maar het is aan elke individuele ambtenaar om zijn of haar mandaat op te nemen.
Klaartje Mariën
Tim De Brabander
Coördinator onderwijs en flankerend onderwijs Sint-Katelijne-Waver
Hoofddeskundige Jeugd Sint-Niklaas
Hoe breng jij deze rol in de praktijk?
collega’s, merk je al snel dat ze aan jou gaan denken of dat er plots andere acties voor kinderen en jongeren op poten worden gezet. Want zodra collega’s de smaak te pakken hebben, komen de aanvragen in overvloed.
Klaartje: Bij de opstart van een nieuwe beleidsperiode probeer ik zoveel mogelijk betrokken te zijn. Ik snuister door het meerjarenplan en zoek raakvlakken met de leefwereld van kinderen en jongeren. Binnen onze werking werken we projectmatig. Er bestaat dus een lijst van projecten die dienstoverschrijdend worden aangepakt. Het is altijd kiezen op wat je inzet. Daarnaast wordt het ook bepaald voor ons door politiek of door kansen die zich voordoen. Om slag- en daadkracht te verhogen, kies ik meestal voor wat op de planning staat. Als ik deelneem aan een projectgroep of trekker ben, wil ik collega’s (subtiel) meenemen in de leefwereld van kinderen en jongeren en kinderrechten. Maar het blijft belangrijk om een brede bril te behouden. Soms wil dat ook zeggen dat ik trekker of deelnemer ben van een project dat pas in een veel latere fase impact heeft op kinderen en jongeren. Door dienstoverschrijdend te werken, kom je ook in andere externe netwerken terecht. Dit levert nuttige inspiratie, linken en, later, medestanders op.
Klaartje: Het grootste verschil is misschien wat sterk uitgedrukt. Vermoedelijk maak ik zelf het grootste verschil binnen de organisatie zelf. Hoewel dit op langere termijn effect heeft op kinderen en jongeren. De reflex maken naar kinderen en jongeren, kwetsbaren en elke keer weer op die nagel kloppen, gaat na een tijdje de reflex bij collega’s automatiseren. Ik merk dat collega’s het erg waarderen dat je meedenkt, beleidsmatig en actiegericht meewerkt. Uiteindelijk komt het kinderen en jongeren ten goede op korte of lange termijn. Vaak maakt het ook een verschil voor andere inwoners. Ingrepen of methodes die werken voor kinderen en jongeren, zijn dikwijls ook geschikt voor anderen.
Wat vind je een bijzondere meerwaarde aan deze rol?
Heb je een boodschap voor anderen die ook deze rol opnemen?
Klaartje: Ik vind het bijzonder leerrijk. Het zorgt ervoor dat ik meer inzicht krijg in procedures en denkprocessen van ruimtelijke ordening, openbare werken of pakweg een dienst burgerzaken. Hierdoor kom je sneller te weten waar je een karretje kan aanhangen, waar zij accenten leggen en leer je kijken vanuit hun perspectief. Met welke hindernissen worden zij geconfronteerd als zij een actie uitrollen, met welke onvermijdelijke procedures moeten zij rekening houden,…? Door veel samen te werken met verschillende
Klaartje: Netwerken opbouwen vraagt tijd, energie,… Je krijgt niet onmiddellijk return van je inspanningen. Probeer een evenwicht te zoeken in rechtstreeks werken met kinderen en jongeren en in het investeren in netwerken. Laat je niet te veel leiden door zichtbare veranderingen. Het zijn soms de onzichtbare die een grotere impact hebben. Laat zien aan je collega’s waar jij het verschil kan maken, ze zullen je snel genoeg weten te vinden.
Voor wie maak je het grootste verschil als je deze rol opneemt?
Hoe breng jij deze rol in de praktijk? Tim: In het team jeugd vervul ik verschillende rollen door elkaar, waaronder die van netwerkmanager, beleidsmedewerker, en ook manager. Zeker in de aanloop naar verkiezingen, het bestuursakkoord en meerjarenplan ben ik samen met m’n collega’s quasi met niets anders bezig geweest dan nadenken over hoe we straf beleid voor kinderen en jongeren kunnen maken. Niet alleen binnen thema’s waar we zelf eigenaar van zijn, maar ook door andere collega’s te prikkelen acties voor kinderen en jongeren op te zetten. Om opnieuw het Kindvriendelijke Steden & Gemeenten-label te behalen hebben we hard gewerkt aan een netwerk stadsmakers, “de vrienden van jeugd”. Niet enkel voor de lol, maar om echt organisatiebreed het verschil te kunnen maken bij de opmaak én uitvoering van het meerjarenplan. De klassieke taken – planning, opvolging, budgetopmaak,… – volg ik ook op. Het financiële luik is een belangrijke. Ik maak er een erezaak van om andere collega’s daar zo weinig mogelijk mee te belasten. Het ‘zoeken naar financiële middelen’ is vaak een dooddoener, maar wel broodnodig.
Wat vind je een bijzondere meerwaarde aan deze rol? Tim: Ik zie deze rol als het cement. Zonder cement zet je geen stevig huis. Een aantal medewerkers zijn echt sterk op een aantal terreinen, zoals jeugdwerk, participatie, jeugdruimte… maar de samenhang en het verbinden van die verschillende sterktes is cruciaal. De koers aangeven ook. En die koers vertalen naar de schepen en omgekeerd. Ik merk
??
dat medewerkers wel appreciëren dat ik hen die kapstok aangeef en het helikopterzicht probeer te behouden.
Voor wie maak je het grootste verschil als je deze rol opneemt? Tim: Eerlijk? Ik probeer vooral het verschil te maken voor mijn medewerkers en ruimte voor hen te creëren, zodat zij zoveel mogelijk kunnen bezig zijn met dingen waar zij energie uit halen. Ruimte als in ‘we gaan op zoek naar draagvlak voor ideeën waar je mee zit’. Maar dus ook financiële ruimte om hun ideeën en plannen ten uitvoer te brengen. Ik probeer hen te versterken in de dingen waar zij mee bezig zijn. Samen bepalen we de richting. Daarom heb ik het niet zo makkelijk met voortdurend thuiswerk. Ik hou graag de vinger aan de pols bij mijn medewerkers en dat is moeilijker van achter een scherm.
Heb je een boodschap voor anderen die ook deze rol opnemen? Tim: Je heb ervaring en kennis van de organisatie nodig. Daarin groei je met de jaren, met vallen en opstaan. Als manager kijk je alle kanten uit: naar je medewerkers, andere collega’s en de politiek. Probeer in concrete projecten met deze mensen naar een succeservaring toe te werken. Die succeservaringen gebruik je om daarna opnieuw contacten te leggen, banden te smeden en samen verder op inhoud te werken. Bouw je eigen community en probeer er op jouw manier zorg voor te dragen. Met die uitdaging start ik elke werkdag!
Welke rol neem jij het meeste op als jeugdambtenaar? Vertel je daar graag wat meer over? ilse.holvoet@bataljong.be Neem contact op met Ilse!
“Er is geen pauzeknop. Het blijft altijd in je achterhoofd, 24u op 24u.”
Young heroes Jonge mantelzorgers op zoek naar (h)erkenning Tekst Hanne Vanmeirhaeghe & Lien Magerman
In Vlaanderen zorgen naar schatting 40.000 jongeren voor een familielid of iemand anders in hun omgeving. Die jongeren en kinderen zijn ‘jonge mantelzorgers’. Ze groeien op in een gezin waar een ouder, broer, zus, oma of opa een beperking, verslaving of psychische problemen heeft. Uiteraard is de situatie van elke jonge mantelzorger uniek. Een jonge mantelzorger kan een jongere zijn die bijvoorbeeld een chronisch zieke vriend gezelschap
“Mantelzorg komt voort uit liefde. Het begint met kleine dingen om te helpen.” — Thalia
22
Beeld Young heroes
houdt. Maar ook een kind dat regelmatig gaat helpen bij oma en opa, of dat zich zorgen maakt over zijn moeder die vecht tegen kanker. Of een kind dat haar alleenstaande vader met een depressie helpt met de administratie. Wat al deze kinderen en jongeren echter bindt, is dat zij (zorg)taken op zich nemen die voor veel van hun leeftijdsgenoten niet aan de orde zijn en zich hierdoor ook meer zorgen maken dan die leeftijdsgenoten.
— Stijn
“Ik wist niet dat ik een jonge mantelzorger ben. Ik kende het woord niet eens.” — Mercy
Onzichtbare kinderen Hoewel de aandacht voor jonge mantelzorgers in onderzoek en bij het beleid groeit, blijven jonge mantelzorgers vaak (te) onzichtbaar. Het zijn ‘onzichtbare kinderen’, minderjarige kinderen en jongeren die onderbelicht blijven in de cijfers en te weinig gevat worden door het beleid en organisaties. Zij vinden hierdoor moeilijk hulp of lotgenoten en ervaren een taboe om over hun situatie te praten.
Joost Bronselaer bracht de effecten van mantelzorg op jongeren in kaart. Deze uiten zich niet enkel op het domein van het gezin. Ook op sociaal vlak is de invloed duidelijk te merken, waarbij het kind meer begrip voor anderen opbouwt, maar anderzijds ook minder sociale contacten heeft en sociaal isolement kan ervaren. Ook op emotioneel vlak zijn er positieve en negatieve effecten van mantelzorg: kinderen die al van jonge leeftijd zorg dragen, zijn vroeger rijp en bouwen meer onafhankelijkheid op, maar kunnen mentaal uitgeput worden door het zich continue zorgen maken. Dit merkt ook Stijn, een jonge mantelzorger die zorgt voor zijn jongere zus en alleenstaande vader die kampt met fysieke en psychologische gezondheidsproblemen. Stijn is er trots op dat hij al jaren zijn plan trekt in het huishouden, maar ondervindt ook dat zorg dragen voor een familielid serieus kan wegen. Als jonge mantelzorger ben je 24u op 24u bezig met je thuissituatie. ‘Me-time’ is uitzonderlijk. Ook op lichamelijk vlak kan mantelzorg een weerslag hebben. Zo leren jonge mantelzorgers waardevolle praktische vaardigheden aan, maar kunnen ze door hun situatie overbelast en uitgeput worden, slaap- en spanningsproblemen ervaren, en een slechtere subjectieve gezondheid hebben. Tot slot is er ook op het schoolleven van het kind een duidelijke invloed te merken. School kan voor jonge mantelzorgers goed zijn om hun gedachten te verzetten, maar ze kunnen ook geconfronteerd worden met gebrek aan respect en bewustzijn voor hun situatie, kunnen gestigmatiseerd worden en het slachtoffer worden van pesten. Daarnaast is ook de rol als ‘leerling’ en ‘helper’ soms moeilijk combineerbaar.
23
Weer of geen weer... je ging buitenspelen!
Jonge mantelzorgers en onderwijs Voor verdere ondersteuning kijken jonge mantelzorgers daarnaast ook naar scholen om het taboe over het thema te doorbreken, de (thuis)situatie van jonge mantelzorgers te begrijpen en hen te ondersteunen.
“Jongeren die zorgen, hebben zelf ook nood aan zorg.” — Thalia
Jonge mantelzorgers en hulpverlening Hoewel jonge mantelzorgers veel positieve ervaringen halen uit zorg dragen voor een vriend of familielid, moet erop worden toegezien dat ze voldoende erkenning en ondersteuning krijgen zodat ze hun recht op ontwikkeling, vrije tijd, rust, gezinsleven, onderwijs en gezondheid ten volle kunnen beleven. Er moet met andere woorden een evenwicht zijn tussen de draagkracht en de draaglast van het kind. Jonge mantelzorgers hechten veel belang aan ondersteuning en erkenning door hun ouders. Hoewel dat niet in elke situatie mogelijk is, kunnen hulpverleners ouders daarbij op weg helpen met de ‘Kindreflex’. Dit houdt in dat hulpverleners systematisch in gesprek gaan met het gezin over de familiebanden en de kinderen in het gezin. Daarnaast is ook de ‘Thuisreflex’ belangrijk. Door bij elke interventie systematisch de thuissituatie te bevragen, kan vermeden worden dat minderjarigen onopgemerkt en zonder ruggensteun een huishouden beredderen.
?
Ontdek meer op: www.youngheroes.be hanne.vanmeirhaeghe@kinderrechtencoalitie.be Contacteer ons! lien.magerman@kinderrechtencoalitie.be
Jonge mantelzorgers en beleid Hoe kan de overheid jonge mantelzorgers helpen? Betaalbare professionele hulp bieden voor gezinnen waarin een ouder een hulpvraag heeft. Voorzie voldoende en duidelijke informatie over waar deze gezinnen hulp kunnen vragen. Toegankelijkere en kosteloze psychologische bijstand voor jonge mantelzorgers om het evenwicht tussen hun draagkracht en de draaglast te vrijwaren. Ondersteun lotgenotengroepen (zoals ZOJONG vzw en de YOUNG HEROES-campagne). Vergroot de (h)erkenning van jonge mantelzorg. Voer bewustmakingscampagnes in het onderwijs, de gezondheidszorg, de sportverenigingen, de jeugdbewegingen en jeugdhuizen en alle andere plaatsen waar jongeren samenkomen.
Omdat het ondersteuningsaanbod en de kennis over jonge mantelzorgers zeer beperkt is, besloot de Kinderrechtencoalitie in te zoomen op deze onzichtbare groep kinderen en hun inzichten te bundelen in de Young Heroes-campagne, die de dringende vraag stelt voor meer (h)erkenning van en voor jonge mantelzorgers. De Kinderrechtencoalitie publiceerde een rapport over onzichtbare kinderen waarin ook de bijdrage over jonge mantelzorgers werd opgenomen.
Toen: ... gewoon omdat er binnenshuis niet veel te doen was. Er was nauwelijks TV noch spelcomputer en er waren altijd wel kinderen buiten. Slecht weer bestond niet. Slechte kleding, dat wel. Dat als het regende of als het pas geregend had, je in diepe plassen kon springen, elkaar nat spetteren. Met iets van wat je op straat vond een bootje laten drijven. Ook al leek het niet op een bootje; je fantasie nam je helemaal mee in je spel. En eenmaal thuis had je pas in de gaten hoe vuil en nat je was... Nu: ... speelt digitaal vermaak een grote rol en spelen steeds minder kinderen buiten. Maar soms, heel soms lijkt het of alle kinderen op straat zijn. Bijvoorbeeld als het sneeuwt en zelfs je ouders weer beetje kind lijken te zijn. Of in de zomer aan ‘t strand: spelen met zand en water. Of, zoals op deze foto van één van onze waterspeelplekken, waar kinderen hun eigen boot hebben gemaakt en kijken of hij blijft drijven en hoe hard die gaat. Hoe staat de wind en welke boot is het eerst bij de sluis?
www.speelprojecten.be
Je vindt bij ons een schat aan creatieve producten, een uitgebreide collectie gezelschapspellen, leuk speelgoed en origineel spelmateriaal! Ben je op zoek naar een originele knutselactiviteit? Kies uit tientallen kant-en-klare creapakketten: alles geregeld voor een leuk resultaat. Heb je twee linkerhanden? Niet erg! Wij twee rechter, en komen met plezier de knutselactiviteit begeleiden. Véél creatief materiaal en MEGA LEUKE ideeën! Wij zijn specialist in creativiteit én zitten bomvol inspiratie om te delen. Check onze website voor de laatste nieuwe knutseltips. Nog gemakkelijker ... Schrijf je in op onze nieuwsbrief & volg ons via: DeBanierCreatief
Ontdek meer: Publicatie ‘Zie mij! Onzichtbare kinderen en hun rechten’ te downloaden op onzichtbarekinderen.be. Of vraag je papieren exemplaar aan via info@kinderrechtencoalitie.be.
de.banier
baniercreatief
25
Netwerkdag Zorgen voor wel-zijn van kinderen en jongeren
Het werd een iets andere vorm dan we aanvankelijk voor ogen hadden. 2020 is voor iedereen een bijzonder uitdagend jaar. Net die uitdagende context vormde mee de inspiratie voor deze Netwerkdag. We kozen voor het thema ‘wel-zijn van kinderen en jongeren’, een kernelement in kindvriendelijkheid: hoe zorgen we dat kinderen en jongeren zich goed voelen, dat ze opgroeien met alle kansen en dat ze krijgen waar ze recht op hebben? Benieuwd naar de inzichten, tips en aanbevelingen? Op p. 28 lichten we al een tip van de sluier met de visuele samenvatting van ‘Goed in je vel’. Het volledige verslag vind je op onze Facebookpagina (@NetwerkJeugdvriendelijk). Welzijn slaat hier dus niet op een sector of beleidsdomein, maar wel op de pure betekenis van het woord: wel zijn. Onze huidige situatie, met de coronacrisis die volop woedt, maakt dat wel-zijn nog uitdagender en essentiëler. De huidige crisis laat zien dat gezondheid, huisvesting, economie, sociaal contact,… met elkaar verbonden zijn en dat kinderen en jongeren vaak een grotere impact ervaren als het evenwicht verstoord is. Kinderen en jongeren staan onder druk en hebben nood aan mensen, professionals die hun belangen op tafel leggen en voor die belangen strijden. Hopelijk doen we dat niet alleen voor kinderen en jongeren maar ook zoveel mogelijk mét kinderen en jongeren. Daarom vroegen we enkele studenten sociaal-cultureel werk om hun visie en perspectief op het thema in beeld te brengen, en dat te linken aan hun verhaal.
Op 20 oktober verzamelden zo’n 50 ambtenaren, praktijkwerkers, onderzoekers en studenten met een hart voor kind- en jeugdvriendelijkheid zich op de digitale Netwerkdag van het Netwerk Jeugdvriendelijk. Het Netwerk bestaat uit iedereen die op de één of andere manier
26
impact heeft op de leefomstandigheden van kinderen en jongeren. We werkten tijdens de Netwerkdag rond drie thema’s: 1) goed in je vel; 2) samenwerken in het belang van kinderen en jongeren en 3) veilige en warme buurten voor kinderen en jongeren.
“Ik stelde een groep meisjes de vraag: “Wat maakt jullie gelukkig?”. Al snel luidde het unaniem “vriendschap”: jezelf kunnen zijn, je met elkaar verbonden voelen en vooral samen plezier maken. De handen in de lucht verwijzen naar dat plezier. De kruising tussen hun armen verwijst dan weer naar de verbondenheid die ze voelen. Helaas zorgt corona ervoor dat het plezier en de onderlinge verbondenheid vervaagt. Jongeren zijn eenzaam, hebben geen doel meer voor ogen en hunkeren ernaar om terug met hun vrienden onbeschrijfelijke momenten te beleven.” – Sterre
“We vroegen aan iemand wat er nodig is om gelukkig te zijn. Als antwoord kregen we te horen dat geluk iets is dat je zelf ook wel wat in handen hebt. Je kan het geluk in kleine dingen zien en zoeken. Vandaar een glas dat voor de helft gevuld is: ‘Probeer het glas als halfvol te zien. Probeer positief te kijken naar de wereld’. En het is wel hoopvol om vast te stellen dat jongeren, zeker in deze moeilijke periode toch ook nog positief in de wereld staan”. – Wannes Tegelijk heeft deze crisis ook laten zien hoe creatief we kunnen zijn, hoe snel we maatregelen kunnen nemen en hoe snel we kunnen schakelen als we de urgentie voelen. Hopelijk nemen we de komende maanden en jaren de tijd om terug te kijken naar wat we allemaal verwezenlijkt hebben, hopelijk nemen we die goeie dingen ook mee en verduurzamen we ze. En hopelijk laat dit ons zien dat we wel degelijk samen impact hebben op zowel wereldwijde problemen als op wat er dicht bij huis gebeurt. Samen kunnen we verschil maken en dat willen we de komende maanden ook samen met jullie doen: verbinden, expertise ontsluiten, signalen doorgeven en innovatie in de hand werken rond alle thema’s die op de één of andere manier verbonden zijn met kind- en jeugdvriendelijkheid.
Zin om mee te bouwen aan dit verhaal? Sluit dan zeker aan op onze volgende meet-ups en Netwerkdagen, volg @NetwerkJeugdvriendelijk op Facebook of mail naar jolijn.dehaene@netwerkjeugdvriendelijk.be
KALENDER 20/01 Meet-up 11/02 Netwerkdag 1/04 Netwerkdag 9/06 Meet-up 27
Visueel verslag van de ‘Goed in je vel’ netwerkdag Samen op sleeptouw De minister van jeugd op bezoek bij Denderleeuw en Zwevegem Tekst & Beeld Tülin Erkan
En route Bataljong speelde al langer met het idee om minister van jeugd, Benjamin Dalle, op sleeptouw te nemen bij enkele lokale besturen. Daarmee willen we hem de vele gezichten van lokaal jeugdbeleid tonen. Er is immers heel wat diversiteit onder lokale besturen: die liggen in landelijke of stedelijke gebieden, werken met geïntegreerde of sectorale diensten, er is een politieke diversiteit... Bovendien wilden we de minister ook in contact brengen met de verschillende stakeholders van lokaal beleid voor jonge inwoners: kinderen en jongeren, jeugdambtenaren in verschillende rollen, schepenen en jeugdraders. Zwevegem en Denderleeuw kregen de eer om de minister te ontvangen. Doel van de dag? De minister laten proeven van de vele facetten van lokaal jeugdbeleid. Gaande van jeugdwerkondersteuning over participatie, ruimte, en spelen tot transversale samenwerkingen, connecties met het Huis van het Kind, enz. Op 27 augustus was het zover. Bij dag en dauw vertrokken we via Brussel naar onze eerste stop: Denderleeuw.
DENDERLEEUW ‘Welkom in Denderleeuw.’ In de raadzaal van het gemeentehuis staat de presentatie en de koffie al klaar. Het uitgebreide ontvangstcomité weerspiegelt een divers Denderleeuw: burgemeester Jo Fonck, schepen van jeugd Sofie Renders, jeugdconsulent Pieter Demyttenaere, twee jeugdraders van de Denderleeuwse jeugdraad ‘Chaud’, jeugdopbouwwerkers vergezeld door twee jongeren, Samenlevingsopbouw Oost-Vlaanderen,… Een mooie mix mensen die vanuit verschillende perspectieven aan het gesprek deelnemen. Denderleeuw is de dichtst bevolkte Oost-Vlaamse gemeente na Gent en kende de voorbije jaren een felle verjonging en een sterke bevolkingsgroei. Bovendien zorgt de nabijheid van Brussel ervoor dat Denderleeuw naar ‘een dorp met de uitdagingen van een stad’ evolueerde. Basisvoorzieningen zoals onderwijs en kinderopvang staan voortdurend onder druk. Etnisch-culturele diversiteit zorgt soms voor spanningen in een niet altijd even verdraagzaam maatschappelijk klimaat,… De huidige pandemie heeft deze zaken helaas verder aangescherpt.
29
Deze uitdagingen zorgen er echter voor dat Denderleeuw zich als pionier kan profileren. Pieter Demyttenaere, jeugdconsulent, beklemtoont: “Ik ben gestart als eenmansdienst. Tussen 2014-2020 zijn er veel investeringen gebeurd. Veel ontkiemt vanuit externe impulsen, experimenten, projecten die worden opgezet,… maar die worden verduurzaamd met middelen van de gemeente. Structurele verankering is nodig.”
“Door te focussen op angst, hou je angst in stand. Onze jongeren doen het goed. Ze studeren goed, zijn tweetalig, bouwen aan hun dromen. Het wordt tijd dat er iemand achter hen gaat staan en kracht bij zet. Het wordt tijd dat iemand de jongeren hoop geeft dat het anders kan.”
Getuigenissen van die sterke vernieuwingsdrang zijn de opstart van een nieuw vrijetijdshuis, een buddy-project voor vluchtelingen en het project Jong-Leren, dat kinderen uit kwetsbare gezinnen extra schoolse ondersteuning biedt.
Op de groei
Mayonaise
Sinds 2018 mag Denderleeuw zich officieel ‘kindvriendelijke gemeente’ noemen. Denderleeuw draagt de kinderrechten hoog in het vaandel en blijft de ‘kindreflex’ doorheen het hele bestuur stimuleren. De gemeente werkt niet aan aparte maatregelen op kindermaat, maar kiest voor een toekomstbestendige strategie die alle inwoners ten goede komt. ‘Op de groei’ erkent dat er een constante groeimarge is. De twee jongeren die de jeugdopbouwwerkers vergezellen, benadrukken dit. Ze groeiden op en wonen graag in Denderleeuw maar vragen aandacht voor de beeldvorming die heerst rond jongeren, de nood aan meer toegankelijke, publieke ruimte, de ruimte om elkaar te ontmoeten en zichzelf te kunnen zijn.
De jongeren formuleren zelf al mogelijke oplossingen. Zonder te beweren dat ze alle pasklare antwoorden hebben, doen Priscillia en Maaike, voorzitsters van jeugdraad Chaud, dat ook. Ze nemen het woord en doen hun originele visie op jongeren als onmisbaar bindmiddel uit de doeken. Kinderen en jongeren zijn de spreekwoordelijke eieren die de mayonaise binden. Zonder eieren, geen mayonaise. Zonder kinderen en jongeren, geen coherent Denderleeuw. Na een boeiende voormiddag rijden we 75 kilometer verder westwaarts naar het landelijke Zwevegem. Op vele vlakken verschillend van Denderleeuw, maar even hartelijk in hun ontvangst.
‘Zonder eieren, geen mayonaise. Zonder kinderen en jongeren, geen coherent Denderleeuw.’ - Jeugdraad Chaud
“Elke schepen is eigenlijk ook schepen van jeugd.”
IDENTIKIT
DENDERLEEUW
– Benjamin Dalle, minister van Jeugd Dorp met uitdagingen van een grootstad
— Lieke De Jans, Samenlevingsopbouw
V.l.n.r. Benjamin Dalle, minister van Jeugd – voorzitsters Priscillia en Maaike van jeugdraad Chaud – Jurgen Sprangers, directeur Bataljong – Sofie Renders, schepen van jeugd.
1.496 inwoners per km2 4.576 inwoners jonger dan 18 jaar ongeveer 40% van andere origine Behaalde in 2018 het label Kindvriendelijke Stad
30
31
IDENTIKIT
ZWEVEGEM
Landelijke gemeente in het zuiden van West-Vlaanderen 6.656 inwoners jonger dan 18 jaar (27%) Zeer ruim vrijetijdsaanbod, 34 openbare speelpleintjes, 11 jeugdverenigingen & 2 jeugdateliers en kindergemeenteraad sinds 2018 Warme gemeente: extra inspanningen voor het welbevinden van kinderen en jongeren en creëren van een toegankelijk aanbod Uniek (ver)bouwproject op site Kappaert voor kunstonderwijs, bijzonder basisonderwijs, vakantiewerkingen en kinderopvang. Realisatie tegen september 2024.
“We willen van Zwevegem een gemeente maken waar het aangenaam is om te wonen, te leven, te werken en te genieten met heel wat aandacht voor jongeren en jonge gezinnen. Daarom kiezen we voor een geïntegreerde aanpak en een ruim aanbod.” – Isabelle Degezelle, schepen van jeugd
Vereende krachten… ZWEVEGEM Ook in Zwevegem wacht ons een warm welkom door de hele delegatie schepenen én Siebe, de kinderburgemeester. Minister Dalle vat het mooi samen: “Elke schepen is een schepen van jeugd.” We beginnen aan onze ontdekkingstocht doorheen de missie en visie van dienst jeugd & kinderopvang Zwevegem. Want ontdekken en beleven, daar draait het om. Zwevegem wil kinderen en jongeren helpen om in hun vrije tijd herinneringen aan hun jeugd op te bouwen. De gemeente gaat voluit voor de beleving en ondersteuning van de vrije tijd van alle kinderen en jongeren.
32
In hun interne werking gaat Zwevegem voor een gecentraliseerde aanpak. Ze treden uit het hokjesdenken en werken over diensten heen. Door ervoor te zorgen dat alle knowhow gebundeld is, zorgen ze voor een verbeterde dienstverlening voor al hun inwoners. Ook zetten ze in op samenwerkingen met andere gemeentes. Op die manier kunnen ze bijvoorbeeld kortingen aanbieden op regionaal vrijetijdsaanbod zoals UiTPAS ZuidWest. Veerle Mondy, clusterverantwoordelijke Dienst Vrije Tijd, maakt wel een belangrijke kanttekening. Zo ervaart ze het wegvallen van de provinciale binding als een echt gemis. Een netwerk onderhouden met andere steden en gemeenten is van cruciaal belang.
“Elke schepen is eigenlijk ook schepen van jeugd” – Benjamin Dalle, minister van Jeugd
… maken licht werk Dat samenwerkingen een positief effect hebben, bewijst het enorme aanbod dat Zwevegem aan haar inwoners kan presenteren. 45 kampen en 3 vakantiewerkingen (speelpleinwerking, Grabbelpaswerking en kleuterwerking), gerealiseerd door samen te werken met een groot aantal diverse partners. Zwevegems jeugdaanbod werkt overduidelijk jeugdwerkoverschrijdend.
“De jeugdsector was vroeger een pionier op het vlak van intergemeentelijke samenwerking. Bataljong nam hierin steeds het voortouw en zorgde voor een optimale ondersteuning van de lokale spelers. Door het wegvallen van de provinciale werking is het moeilijker om over de grenzen van de eigen gemeente heen te kijken. Het zou fijn zijn mocht Bataljong deze rol opnieuw een stuk kunnen opnemen.” – Veerle Mondy, Clusterverantwoordelijke Vrije Tijd
Annelies Staelens van de jeugddienst is er van overtuigd dat door het bouwen van bruggen nog meer mogelijkheden zullen ontstaan om alle kinderen en jongeren verbaal, mentaal en fysiek een plek te bieden in de gemeente.
Verschillende gezichten, gelijkaardige uitdagingen Zowel Zwevegem als Denderleeuw geven aan dat de niet-georganiseerde kinderen en jongeren bereiken een grote uitdaging is. Op welke manier kunnen ze investeren in niet-georganiseerde jeugd? We keren terug huiswaarts, doorkruisen opnieuw een divers landschap en hopen dat de verschillende stemmen van lokaal jeugdbeleid nog lang bij de minister mogen resoneren. En dat de ondersteuning van de vele gezichten van lokaal jeugdbeleid haar investering verdient.
33
Driehoeksverhouding
Driehoeksverhouding
Halle
Je merkte het al… deze Dropzone zit in een kindvriendelijk jasje. Reden te meer om een stad aan het woord te laten dat kindvriendelijkheid hoog in het vaandel draagt. Halle behaalde in 2018 het label en zet zich elke dag in voor een breed en warm gedragen kindvriendelijk beleid. Jeugdambtenaar Astrid Roeges, jeugdraadvoorzitter Andries Devogel en schepen van jeugd Dieuwertje Poté lichten een tipje van de sluier. Tekst Imke Pichal
Beeld Stad Halle
V.l.n.r.: Astrid Roeges, Clusterverantwoordelijke Jeugd & Onderwijs – Andries Devogel, jeudgraadvoorzitter – Dieuwertje Poté, Schepen van Jeugd
Goed beleid voor kinderen en jongeren is een hefboom voor al de rest.
Op welke verwezenlijking van het kindvriendelijk beleid ben je trots? Astrid: Door de integratie met het OCMW zijn de diensten rond kinderopvang, onderwijs, opvoedingsondersteuning, BKO en de jeugddienst samengevoegd tot één dienst. Dat was in het begin niet zo evident omdat de jeugddienst vroeger vooral rond vrije tijd werkte. Ik ben trots op het hele team dat zich hard inzet om een verschil te maken voor kwetsbare kinderen en jongeren. We trachten extra plaatsen kinderopvang te realiseren, wierven een school- en een jeugdopbouwwerker aan en we ondersteunen scholen in deze vreemde coronatijden.
Wat is je ambitie voor het kindvriendelijk beleid? Astrid: De grootste uitdaging was draagvlak creëren. De jeugddienst, jeugdraad én schepen was overtuigd maar ik had het gevoel dat bij andere collega’s toch vooral het gevoel “leuk project, doe maar!” leefde. De ambitie moet zijn dat andere diensten zelf de kindvriendelijke reflex overnemen. Intussen merk ik dat projecten rond aanpassingen van schoolomgevingen of fietsstraten ook zonder ons lopen. Dat is fijn. En ook dankzij de inbedding van kindvriendelijkheid in het meerjarenplan en dankzij onze mascotte Basiel. We blijven samen met de dienst coördinatie en strategie inzetten op de bewustwording van de transversale engagementen (kindvriendelijkheid, duurzaamheid, innovatie en toegankelijkheid) bij alle collega’s, zodat er vroeg genoeg in het proces aandacht is voor deze thema’s. 34
Andries: Mijn ambitie als jeugdraadvoorzitter is om meer Halse jongeren te betrekken bij het beleid van de stad. Vandaag bestaat de jeugdraad nog (te) vaak uit jongeren uit jeugdbewegingen, jeugdhuis en speelpleinwerkingen. Het mooie engagement dat zij opnemen mag, moet en kan breder! Geëngageerde jongeren buiten deze milieu’s aantrekken blijkt moeilijk. Nochtans zijn zij er! Daarnaast wordt de jeugdraad niet bij elke beslissing betrokken. Tenzij wij, of de jeugddienst, het expliciet vraagt. Zou het niet mooi zijn om bij elke beleidsbeslissing (bv.: nieuw verkeersplan) alle stakeholders, en dus ook jeugd, te bevragen?
Dieuwertje: Om het beleid ruimer open te trekken dan enkel goed bestuur voor kinderen en jongeren. Ik ben ervan overtuigd dat een kindvriendelijk bestuur uiteindelijk alle inwoners van onze stad ten goede komt. Zo creëren we een samenleving waar iedereen “mee” is, waar iedereen een plekje vindt en waar mensen van alle leeftijden kunnen floreren. Goed beleid voor kinderen en jongeren is een hefboom voor al de rest.
Andries: Debattle in het verkiezingsjaar 2018! Gemeenteraadsverkiezingen in Halle, daar moesten we iets mee doen. We wilden de jongeren informeren over de partijprogramma’s en hen activeren om deel te nemen aan de verkiezingen. Maar hoe? Jongeren en politiek, dat is niet altijd een goed huwelijk. Al snel kwamen we terecht op de website van Debattle. We doorliepen de stappen, gebruikten de tools en deden tonnen inspiratie op. De thema’s waarover de politici debateerden werden uit bevragingen bij de jeugdverenigingen en -organisaties gehaald. Wat speelt er bij hen? Wat zijn hun dromen? Aangevuld met de creativiteit en inzet van ons team werd het een avond om nooit te vergeten: vinnige discussies, interactie met het publiek, afwisselende debatvormen en vooral: een avond waar jeugd de aandacht kreeg die ze verdient.
Dieuwertje: Ik ben heel fier op de meer dan 30 gevarieerde speeltuinen die we hebben, voor elke leeftijd. De aanleg van nieuwe speeltuinen gebeurt steeds met inspraak van kinderen, scholen en jeugdbewegingen uit de buurt. Ook de inclusieve werking van ons speelplein is een prachtig project. Zowel tijdens de paasvakantie als in de grote vakantie kunnen kinderen met een fysieke of mentale beperking op het speelplein spelen. Dat is de meest pure vorm van kindvriendelijk beleid voor àlle kinderen, omgezet in de praktijk. Ten slotte ben ik ook erg trots op de werking van onze jeugdraad. Zij slagen erin om heel wat jeugdverenigingen naar onze vergaderingen te krijgen (geen evidentie!), samen verbindende projecten op te zetten en jeugdbewegingen te mobiliseren om steeds de beste versie van zichzelf te blijven.
Wat was een struikelblok waarvan je toch iets leerde? Astrid: Het hele traject naar het label had wel wat voeten in de aarde. Ik was mee en mijn collega’s ook, maar ik vergat al eens om ook andere stakeholders op de hoogte te houden. We moeten blijven communiceren over de stand van zaken van projecten, het label, over onze realisaties. En dit zowel naar de jeugdraad en andere diensten als naar andere organisaties en de Halse inwoners. Zo houden we hopelijk het draagvlak warm.
?
Andries: Omwille van vier Russen zit ons land opnieuw in een (semi) lockdown. Deze tijden met beperkt fysiek contact zijn voor veel jongeren erg zwaar. Met de jeugdraad deden/ doen we misschien te weinig om de jongeren een hart onder de riem te steken. We moeten alert blijven voor de (mentale) gevolgen die deze periode op jonge mensen heeft. Ik leerde alvast uit onze alternatieve en online ‘Dag van de Jeugdbeweging’ dat sociale media en ons ongelofelijk veerkrachtig team het potentieel hebben om een beetje soelaas te bieden.
Meer weten? Contacteer Astrid Roeges, clusterverantwoordelijke Jeugd & Onderwijs Halle via
Dieuwertje: Vanaf het begin van ons traject waren we ons ervan bewust dat kindvriendelijkheid geen hol begrip mag zijn. We mogen zeker een aantal quick wins en eerder “commercieel” geïnspireerde acties doen – dat is ook nodig om draagvlak te creëren – maar we moeten aandachtig blijven voor de onderliggende principes en onze einddoelen goed voor ogen houden. Het is natuurlijk veel gemakkelijker om populaire acties te doen in het kader van onze kindvriendelijke stad, maar we moeten ook de problemen en noden ten gronde aanpakken en antwoorden blijven formuleren op complexere problematieken.
astrid.roeges@halle.be
35
Beleidsnota Bataljong 2021-2025
Het beleid van Bataljong voor 2021-2025 Bataljong leeft voor 2/3de van een Vlaamse subsidie. Daarvoor diende Bataljong een beleidsnota 2021-2025 in. We analyseerden de evoluties in lokaal jeugdbeleid. Dat kent steeds meer gezichten en opdrachten. Het ziet er helemaal anders uit dan 10 jaar geleden en dat verdient extra ondersteuning.
Vraag en antwoord Wat was de vraag? Naast een continuering van de basiswerking vroeg Bataljong een pak extra subsidies voor: de organisatorische hosting van het onafhankelijke Netwerk Jeugdvriendelijk de secretariaatswerking voor een groeiend Label KVSG (stuurgroep, communicatie, promotie, uitreikingen…) meer jeugdraadondersteuning in een semiautonome ‘koepel’ onder de organisatorische vleugels van Bataljong instrumenten rond de ondersteuning van lokaal jeugdwerkbeleid i.s.m. De Ambrassade een erkenning als ‘steunpunt bovenlokaal jeugdbeleid’ en de motor achter jeugdregio’s door regionale ondersteuners
Bataljong zorgt voor de lokale verankering en ziet haar rol als verbinder en regisseur. Lokale of regionale noden detecteren en die verbinden met bestaande expertise binnen en buiten de jeugdsector. Voor een sterker jeugdwerk. Analyse en plannen Ontgoocheld over de basissubsidie Ondanks de budgettaire krapte hoopten we dat onze analyse van het lokaal jeugdbeleid zou aanzetten tot bijkomende investering. Lokale besturen en jeugdwerkpartners vragen een sterker Bataljong. Met het verdwijnen van het jeugdbeleidsplan en de provincies zijn 2 belangrijke bruggen tussen Vlaanderen en lokaal verdwenen. Bataljong is nog de enige structurele jeugdbeleidsbrug naar 300 lokale besturen en 300 jeugdraden. De diversiteit in verschijningsvormen van lokaal jeugdbeleid is ook zo groot dat onze ondersteuning breed moet gaan om voor elk lid een verschil te maken.
36
Bataljong gaat structurele verbindingen leggen tussen gemeenten in jeugdregio’s.
De continuering van de basissubsidie en de oproep om niet te breed te gaan, leiden tot pijnlijke beslissingen: Ondanks de extra noden groeit de jeugdraadondersteuning niet. De tendens naar kindvriendelijkheid vertraagt. Zowel het Netwerk Jeugdvriendelijk als het Label Kindvriendelijke Steden & Gemeenten worden niet naar waarde geschat in de adviezen. De aparte financiering voor het Netwerk verdwijnt. De labelwerking staat voorlopig onder druk omdat de stopzetting van het secretariaatswerk van het departement niet gecompenseerd wordt en omdat extra investering voorlopig ontbreekt om de verwachte groei van labelsteden en -gemeenten vanaf 2022 op te vangen. Bataljong kan beide werkingen niet meer kwalitatief hosten. De mede-eigenaars van label en netwerk gaan hierover aan de slag. We zijn hoopvol en roepen de minister op om samen met de partners middelen te zoeken buiten het beperkte budget voor jeugd. Want we erkennen dat er op andere vlakken wel geïnvesteerd wordt. Samenwerken moet kunnen. Transversaal beleid voor kinderen en jongeren heeft voor elke minister zijn waarde.
Blij over de kans voor jeugdregio’s Vlaanderen beseft dat de toekomst van lokaal beleid bovenlokaal is. Het leven van kinderen en jongeren stopt niet aan de gemeentegrens. Niet in hun vrije tijd, bij hun schoolloopbaan of rond hun welzijn. Gemeenten die samenwerken winnen aan bestuurskracht. Bataljong gaat structurele verbindingen leggen tussen gemeenten in jeugdregio’s. Met zo’n € 100.000 ondersteunen we in 2021 circa 12 jeugdregio’s voor circa 100 lokale besturen. Regionale ondersteuners worden het gezicht. Die bieden terug nabije steun. Daarop zitten velen te wachten. Bataljong zal er alles aan doen om jeugdregio’s te doen groeien. Daarvoor pleiten we voor budget na 2021.
Blij over de kans rond jeugdwerkondersteuning en diversiteit Elke kind heeft recht op vrije tijd. Een divers pallet jeugdaanbod met lagere drempels voor diverse doelgroepen, zal daarvoor helpen. Met de oude middelen van Jeugdwerk voor Allen voorziet Bataljong in 2021 een warme overdracht. Tegelijk schrijven we samen met veel stakeholders (lokale besturen en jeugdorganisaties) een nieuw verhaal. Dat zetten we tegen het najaar 2021 op poten, samen met De Ambrassade, Keki en JINT. Netwerkdenken staat voorop. Bataljong zorgt voor de lokale verankering en ziet haar rol als verbinder en regisseur. Lokale of regionale noden detecteren en die verbinden met bestaande expertise binnen en buiten de jeugdsector. Voor een sterker jeugdwerk.
Wat mag je verwachten? Evenveel uitwisselingen, vormingen en events. Meer tools en expertise rond breed jeugdbeleid, beleidsparticipatie en vrije tijd. Even straffe belangenbehartiging en partnerschappen.
Meer inspiratie via onze communicatie. Enkele inspirerende projecten. Evenveel aanbod voor jeugdraden. Regionale ondersteuners voor wie jeugdregio’s vormt en divers jeugdwerk realiseert.
37
Generatie Z Tekst Wim Soontjens
Generatie Zelf zijn jongeren geboren tussen 2000 en 2015. Hun generatie groeit op in een enorme vrijheid, omringd door digitaal gemak en heeft een belangrijke stem in het publieke debat. Youngworks is een Nederlands adviesbureau, gespecialiseerd in jongeren als doelgroep. Hun team werkt voor klanten in het onderwijs, arbeidsmarkt, leefstijl en media. In hun e-book ‘Generatie Zelf’ focust Youngworks op een groep jongeren binnen Generatie Z: 12 jaar en ouder. Wij spraken met Yvonne Van Sark, adviseur bij Youngworks.
Waarom is het belangrijk om te spreken over verschillende ‘generaties’ jongeren? Vanuit de maatschappij leeft vaak de behoefte om in generaties te denken. Youngworks wil daaraan genuanceerd tegemoet komen. Ook binnen Generatie Z zien we veel diversiteit. Binnen een bepaalde leeftijdsgroep zoeken we naar patronen en types jongeren om de complexe werkelijkheid te begrijpen. Wij bekijken de maatschappij dus met de generatieblik, maar relativeren ook onmiddellijk door te benoemen wat nu eenmaal bij het jong zijn hoort. Jong zijn is van alle tijden.
38
je met je verhaal te begeven op hun platforms. Als zij het onecht vinden of volwassenen zich krampachtig jong willen voordoen, vinden jongeren het gewoon gênant. Het daddyon-the-dancefloor-syndroom. Ga als organisatie na in hoeverre je zelf een afspiegeling bent van de maatschappij waarvoor je werkt. Zijn er thema’s waarop je jonge collega’s kan aanwerven of stageplaatsen aanbieden? Of een jongerendenktank die je adviseert in wat werkt en je verhaal mee vertelt? Ligt deze generatie wakker van politiek? Ook jongeren bekijken politiek best zorgelijk. Het is een uitdaging om hen te laten zien dat ze invloed hebben. Jongeren zijn met maatschappelijke thema’s bezig, maar op een andere manier. Bv. de Amerikaanse presidentsverkiezingen, dat leeft ook bij jongeren. Maar ze krijgen hun informatie via andere bronnen. Misschien via afleveringen van South Park? Als ik er met hen over doorpraat, merk ik al snel dat ze zelfs over de meest complexe thema’s meer meekrijgen dan ze zichzelf bewust zijn. Welke tips heb je voor lokale politici om het vertrouwen van jongeren (terug) te winnen?
Deze informatieve levensfase is de tijd waarin je meer eigen keuzes maakt en je identiteit bepaalt, de tijd waarin je nieuwe ervaringen opdoet en nieuwe mensen ontmoet. Door de ontwikkeling van het puberbrein zijn keuzes voor de toekomst bij jongeren vooral emotioneel geladen. Hoe stemmen we onze communicatiestrategie af op Generatie Z? Veel van hun communicatie zit natuurlijk in sociale media. Het is goed om als organisatie online vindbaar te zijn. Maar stel jezelf de vraag of het relevant is voor de jongeren om
We weten dat de grondhouding best cynisch is. Ik denk dat je lokaal heel wat concreets kan laten zien. Of de hele energietransitie die er aankomt. Dát gaat over toekomst. Het is goed dat jongeren er over kunnen meepraten. Maar je moet ook zoeken naar domeinen waar je op korte termijn wat mee kan doen. De tijdshorizon van jongeren is nog meer in het hier en nu. Tijdens de coronacrisis worden jongeren bijzonder getroffen en in hun vrijheden beperkt door de maatregelen. Hoe gaat Generatie Z hiermee om? Jongeren die opgroeien in coronatijd lopen ineens tegen hindernissen aan: een stage die niet doorgaat, een tussenjaar dat in het water valt, een werkgever die niet over de brug komt, een bijbaantje dat abrupt stopt… In deze cruciale fase van hun leven moeten veel jongeren hun plannen bijstellen. Voor deze generatie die opgroeide
?
Meer weten? Vraag het gratis e-book aan via info@bataljong.be – www.youngworks.nl
met het idee dat alles in het leven maakbaar is, is dat vaak een enorme teleurstelling. Om hen mee te krijgen in coronabeleid kun je maar beter begrip tonen. We hebben bruggenbouwers nodig die met jongeren in gesprek zijn en dat ook laten zien. Jongeren weten best wat er gaande is, dus wees feitelijk. De horeca stopt en het onderwijs verandert plots enorm. Dat zijn concrete gevolgen van corona voor jongeren. Wat zijn voor jou de belangrijkste strijdpunten voor een stad of gemeente die jongerenvriendelijk wil zijn? De toekomst is een thema dat veel jongeren onrustig maakt. En duurzaamheid. Laat zien dat je als lokaal bestuur positieve stappen zet en bezig bent met nieuwe dingen die hoopvol stemmen. Jongeren laten zich ook meer en meer sturen door ontwikkelingen wereldwijd. De respons op de Black Lives Matter-beweging in Amerika resoneerde enorm. Jongeren laten zien dat ze het gevoel delen en solidair zijn. Een onderwerp als institutioneel racisme leeft immens. En verder gaat het over kansen, zeker in de komende jaren. De gevolgen van deze coronacrisis gaan nog nazinderen. Het zal gaan over werk, stageplaatsen, betaalbare woningen, … Of zitten jongeren op hun 30ste nog thuis omdat ze zich geen zelfstandigheid kunnen veroorloven? Ga in gesprek met Generatie Z over waar hun zorgen juist liggen en bekijk welke rol je als lokaal bestuur kan spelen om hen een beter toekomstperspectief te bieden.
Youngworks ziet drie tendensen in de leefwereld van Generatie Zelf. 1. Digitalisering Gen Z groeit op in een instant wereld. Ze hebben geen wereld zonder internet meer meegemaakt. 2. Ideologisering Gen Z groeit op in een woke wereld. Het is moeilijk om weg te kijken van wereldproblemen. 3. Individualisering Gen Z groeit op in een zelfgerichte wereld. Dat vormt zowel een bevrijding als een last.
39
De harde kern van ons jeugdbeleid Bij de recente indienronde om het label kindvriendelijke gemeente te behalen, hoorde ik sterke verhalen. Toch formuleerde ik bij mezelf twee grote uitdagingen voor het lokaal beleid rond kindvriendelijkheid. Een discours van kindvriendelijkheid is dikwijls een wat geromantiseerd verhaal, ingekleurd vanuit het beeld van vrolijke kinderen in de speeltuin, naarstig studerende scholieren, geëngageerde studenten in de jeugdbeweging,… We moeten uitbreken uit dat geïdealiseerde jeugdland. ‘Kindvriendelijkheid’ gaat te vaak hand in hand met het onderbelichten van ‘kinderrechten’. Terwijl de kinderarmoede de laatste decennia schrikbarend toenam in al onze gemeenten, wordt er vaak nauwelijks gerept over wat het betekent om op te groeien in schrijnende armoede. Kindvriendelijkheid mag geen schaamlapje zijn voor het ontbreken van een beleid dat armoedebestrijding en rechtvaardige herverdeling centraal stelt. Daar zit een tweede uitdaging voor een waarlijk kindvriendelijk beleid. Rutger Bregman beschreef in zijn meest recente boek mooi hoe alle
mensen deugen. Ik vind anders wel dat er bij de kinderen toch heel wat deug-nieten zitten. Niet makkelijk om vriendelijk te blijven voor die kleine ettertjes. Niet makkelijk om open van geest in gesprek te gaan met jongeren die geen boodschap hebben aan jouw vragen, hun beleving niet willen delen, weinig voeling hebben met hun eigen beleving, omgeving en zingeving of niet de taal vinden om dat gevoel onder woorden te brengen,… Hoe kijken we naar die gasten die participeren aan onze samenleving op een manier waarop wij dat niet willen? In het kindvriendelijke verhaal is participatie noch middel, noch doel, maar uitgangspunt. Het is aan ons om te peilen naar de betekenis van jeugdig gedrag, om stil te staat bij zingeving en identiteitsontwikkeling, ook als het gaat over kleine ettertjes. Nee, kindvriendelijkheid is geen kanttekening in de marge van het beleid, het is de harde kern van een breed gedragen, sociaal lokaal beleid. Filip Coussée, pedagogisch verantwoordelijke OOOC De Luwte
#sterkbeleidvoorjongeinwoners www.bataljong.be