Najaarsaanbieding 2023

Page 1

Brueghel De familiereünie Oog in oog De mensen achter mummieportretten Atlas van Indonesië NA JAAR ’23
OOG IN OOG De mensen achter mummieportretten Gids voor Caesar in de Lage Landen Tom Buijtendorp DE CAESAR ROUTE Gids voor Ceasar de Lage Landen Tom Buijtendorp MODERNITEIT IN KAART Ontwerp en ruimte in de moderne tijd MODERNITEIT IN KAART John Steegh Harrie Teunissen KUNST DERDE RIJK KUNST DERDE RIJK in het PICASSO PePe Karmel Kij K en naar Pe P e Karmel PICASSO KijKen naar ATLAS VAN INDONESIË Van oude koninkrijken tot de economische reus van nu INDONESIË ATLAS VAN Picasso Magisch keramist Picasso Magisch keramist De vrouwen van Rembrandt Saskia Geertje Hendrickje jeroen giltaij De vrouwen van Rembrandt Saskia, Geertje, Hendrickje Bouwqen zonder scrupules Bouwen zonder scrupules De Nederlandse bouwwereld 1940-1950 VASTBERADEN EN VEELBELOVEND VASTBERADEN EN VEELBELOVEND Max van Dam 1910 1943 Max van Dam GOVERT FLINCK 1615-1660 GOVERT FLINCK 1615-1660 TOM VAN DER MOLEN 30 De Caesarroute 32 De vrouwen van Rembrandt 34 Bouwen zonder scrupules 36 De Grote of St. Bavokerk in de kunst 38 Govert Flinck 1615-1660 40 Max van Dam Inhoud Het najaar van WBOOKS 4 14 Kijken naar Picasso 16 Het 50 plekken boek 18 Het onderwater cabaret 22 Moderniteit in kaart 26 Kunst in het derde rijk 28 Picasso, magisch keramist 4 Brueghel, de familiereünie 8 Atlas van Indonesië 12 Oog in oog Pieter Biesboer de grote of st. - bavo kerk in de schilderkunst
grote wilde vaart Wereldhavens en globalisering samenvatting De grote wilde vaart Wereldhavens en globalisering de grote wilde vaart Wereldhavens globalisering Aafke Steenhuis en Jan Joost Teunissen sel freflectiv e hendri k & paul a kersten s uitgegroeid wereldberoemde iconen.grafie vervolgens een wisselwerking langzaamaan steeds nieuwe looks, stijlen en rollen een familiebedrijf, ontwikkelen zich his daughter Paula have becomegraphy, and then became dialogue  has slowly become series of Kerstens continue develop their work Atlas van negen Hanzesteden Hanze steden van negen ATLAS Deventer Doesburg Elburg Harderwij Hasselt Hattem Kampen Zutphen Zwolle Vergeten hoofdstukken uit de kunstgeschiedenis, de schoonheid portretten van bekende en onbekende helden komen samen in Super Saturation Beeldend kunstenaar Jasper Krabbé verzamelt in dit boek portretten die hij maakte van vrienden, zoals de professionele die twee jaar geleden overleed, maar ook van onbekenden die de kunstenaar bijzonder raken. Zoals een dakloze man op Venice Beach in Los Angeles, de Amerikaanse Honey Dijon, black trans Amsterdam. Volgens de kunstenaar zijn zij hedendaagse helden, vanwege hun moed en om het eigen pad dat ze kozen. ‘Super Saturation’ verwijst naar de verzadigde kleuren die de bestorven kleurtoepassingen van weleer. Tegelijkertijd staat het ook voor de verzadiging aan beelden die via sociale media, nieuws en internet op ons afkomen. Uit deze invloeden distilleert Krabbé zijn onderwerpen zorgvuldig. Hij omschrijft dat zelf zo: zichtbaar worden zijn ongeëvenaard en geven een nieuwe energie en graffitischrijver in Amsterdam en groeide uit tot een gewaardeerd en veelzijdig beeldend kunstenaar die regelmatig exposeert in binnen- en buitenland. Krabbé studeerde in cum laude in schilderen en grafiek aan de Gerrit Rietveld Forgotten chapters in art history, the beauty of slowly fading come together in In this book, visual artist Jasper Krabbé collects portraits he made of friends, like professional skater, stylist and dj Clyde Semmoh, childhood friend Krabbé who passed away two years ago, but homeless man on Venice Beach in Los Angeles, the American Honey Dijon, black trans woman, and activist, or Dr. Rat, the first graffiti writer of Amsterdam. According to the artist they are path they chose to take. ‘Super Saturation’ refers to the saturated colours that the artist recently started using, contrast the more defunct colour saturation of images that we’re being fed through social media, the news and the internet. Krabbé carefully distils his topics from all these influences. He himself describes this way: ‘The multiplicity, the speed and simultaneity with which events are now Jasper Krabbé (Amsterdam, started out graffiti writer in Amsterdam and quickly grew into valued and versatile visual Krabbé graduated cum laude with focus on painting and graphics from the Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam and from The Cooper Union New York. Jasper Krabbé Super Saturation Jasper Krabbé Super Saturation AMSTERDAM IN VUUR EN VLAM Het Brandspuitenboek van Jan van der Heyden (1637–1712) AMSTERDAM IN VUUR EN VLAM Het Brandspuitenboek van Jan van der Heyden (1637–1712 creatieve en veelzijdige bewoners die Amsterdam ooit heeft gekend. Hij was schilder, ondernemer en uitvinder een ware Leonardo van de Lage Landen. Europa. In deze tijd lag het gevaar van brand altijd op loer. Daarom ontwikkelde Van der Heyden samen met zijn broer Nicolaas de slangbrandspuit. Hiermee konden branden veel Het zogenaamde Brandspuitenboek uit 1690 vormt de kern van dit boek: een reeks spectaculaire, gedetailleerde prenten en tekeningen van branden in de stad. Dankzij Van der slangbrandspuiten de Jan de Klerk en Erik Schmitz DE IJ SSEL GEEN DAG ZONDER GEEN DAG ZONDER Wim Eikelboom DE IJ SSEL 42 De grote wilde vaart 44 Het stond in de krant 45 Het Vrouwenhuis 46 De Mijnstreek 1944-1975 48 In het spoor van de Blauwe Engel 50 Bruce Springsteen Compleet 59 Geen dag zonder de IJssel 60 Wouter Dam 61 Amsterdam in vuur en vlam COMPLEET COMPLEET –––––––––––––––––niet alleen vanwege wekt de geschiedenis van –BRUCE SPRINGSTEEN COMPLEET HET VERHAAL VAN DE 344 SONGS Philippe Margotin Jean-Michel Guesdon BRUCE SPRINGSTEEN COMPLEET HET VERHAAL VAN DE 344 SONGS in Parijs de Éditions du Pekinois initiëren en te produceren. Hij Musique en Universal. Voor de Romanschrijver, columnist, adviseur en voor Universal/PolyGram Kiosks en Winehouse, John Lennon, Eric Clapton Philippe Margotin Jean-Michel Guesdon 14 Het stond in de krant Twente door de lens van de persfotograaf Het stond in de krant 1945-2023 Het stond in de krant Marco Krijnsen Jan ten Hove Saskia Zwiers van Aleida Greve hetvrouwenhuis Hofje vol historie van Aleida Greve het vrouwenhuis Hofje vol historie hetvrouwenhuis omvangrijke gebouw tussen Melkmarkt en Voorstraat begon zijn bewogen bestaan de De veelzijdige geschiedenis van het Vrouwenhuis en zijn vele bewoners vertelt Tegenwoordig het Vrouwenhuis zowel een museum als een studentenhuis voor jonge Het eerste naoorlogse dieselmaterieel van NS In het spoor van de Blauwe Engel Carel van Gestel In het spoor van de Blauwe Engel T Carel van Gestel In het spoor van de Blauwe Engel Het eerste naoorlogse dieselmaterieel van NS 51 Huizen in Delft 52 De Librije. Het recept 54 Fenomenale vrouwen in de schilderkunst 56 Gevlucht om te vechten 57 Overijssel & slavernij 58 Atlas van negen Hanzesteden wim weve huizen in delft in de 16de en 17de eeuw w m w e v e h u z e n n d f t n d e 6 d e 7 d e u w D - d d d k h dJOËL BROEKAERT GIJS DRAGT DE LIBRIJE HET RECEPT O 10 juli 1887 kwam Hans von Bartels voor het eerst naar Duinpad. Er was maar weinig comfort en geen stromend een spiegelgladde zee. Von Bartels was wat teleurgesteld in Katwijk inwoners. Na die eerste ontmoeting volgde in 1891 een tweede en Von Bartels keerde vervolgens tot aan zijn dood ieder jaar terug in Katwijk. Vanaf 1885 konden kunstenaars die Katwijk bezochten, onder meer kiezen voor een verblijf in het chique Hotel Du Rhin gelegen aan de noordzijde van de Boulevard. Het hotel had vier ateliers en schilders konden er werk exposeren en verkopen. Toch verkoos Von Bartels een de Katwijkers en vernam hij verhalen uit de eerste hand. Daarom zien maar meer de dagelijkse realiteit van het harde vissersbestaan. Een goed vissers wachten de thuiskomst. Zijn motto was: ‘Wat je ziet, kun je ook schilderen, als je zien en schilderen kunt’. Naast Katwijk bezocht Von Bartels ook andere kunstenaars- en schildersdorpen zoals Volendam, Urk en Saint-Guénolé het Franse Bretagne. In een viertal essays gaan Karlijn de Jong, Annemarie Kingmans–Claas, Elisabeth Oost en André Groeneveld in op leven en werk van La Bohème La Bohème Hollandse kunstenaars Parijs 1866-1874 Hollandse kunstenaars in Parijs 1866-1874 Jan Worst A Curious Universe 62 La Bohème 63 Jan Worst 64 Hendrik & Paula Kerstens 65 Jasper Krabbé 66 Museumtijdschrift 68 Backlist 75 Colofon

Een van de belangrijkste families in de kunstgeschiedenis

— De kunstenaarsfamilie

Brueghel, ook gespeld als Bruegel en Breughel, speelde tussen 1550 en 1700 een vooraanstaande rol in de Europese kunst. Tot op de dag van vandaag worden ze bewonderd om hun geestige en onderhoudende compositie, uitzonderlijk vakmanschap en tijdloze, universele boodschap.

➔ Ontdek het geheim van een van de belangrijkste families in de kunstgeschiedenis

➔ Voor het eerst zijn alle vijf generaties Brueghel verbonden in een tentoonstelling

➔ Opvolger van de adembenemende tentoonstelling over Jheronimus Bosch in 2016

OUDE KUNST
KUNST
4

Nadia GroeneveldBaadj CONSERVATOR

Nadia Groeneveld-Baadj is conservator Oude Kunst in Het Noordbrabants Museum. Ze heeft veel gepubliceerd over kunst uit de Zuidelijke Nederlanden, onder meer over schilderijen op koper en over Antwerpse kunstkasten.

Brueghel: de familiereünie

NADIA GROENEVELD-BAADJ (REDACTIE), ARTHUR DIFURIA, CHRISTINE GÖTTLER, MARLISE RIJKS, SARAH JOAN MORAN

• 128 pag.

• 22,5 x 27 cm

• ca. 80 afbeeldingen

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8571 3 (Nederlands)

ISBN 978 94 625 8572 0 (Engels)

NUR 646

• september 2023

• IN SAMENWERKING MET Het Noordbrabants Museum

• TENTOONSTELLING

30 september 2023 t/m 7 januari 2024

• VORMGEVING Studio Berry Slok

€ 29,95

OUDE KUNST KUNST
NL EN 5

De geschilderde ecologie van het landschap

De innovaties in de landschapsschilderkunst van Jan Brueghel de Oude, en die van zijn vader, Pieter Bruegel de Oude, vóór hem, markeren het begin van een aanhoudende fascinatie binnen de Brueghelfamilie voor het weergeven van de manier waarop het land wordt gevormd door klimaatveranderingen, onvoorspelbare weersomstandigheden, veranderlijke watermassa’s, oorlogen, natuurrampen, landbouw, reizen en technologie. Volgens Christine Göttler waren de landschappen die deze kunstenaars schiepen geen passieve of volledig realistische voorstellingen, maar eerder het product van actieve verbintenissen met een voortdurend veranderende omgeving, waarbij bemiddeld werd tussen verleden en heden, natuurlijk en kunstmatig, stabiliteit en onzekerheid, en werkelijkheid, herinnering en verbeelding.45 De prachtige reeks werken op koper van David Teniers de Jonge volgt de traditie van gedrukte en geschilderde reeksen van de seizoenen die ook te zien zijn in de oeuvres van zijn schoonvader, Jan Brueghel de Oude, en Pieter Bruegel de Oude [afb. 37 tot en met 40] Dergelijke schilderijenreeksen waren bijzonder

populair, wat wijst op een wijdverbreide belangstelling voor landschappen waarop niet alleen het klimaat en de weersomstandigheden waren weergegeven, maar ook de menselijke interactie met het land in de vorm van arbeid, recreatie en reizen [afb. 20] Deze composities bevatten een overvloed aan details zoals dorpen, molens, kanalen, landgoederen en rivieroevers, soms met herkenbare gebouwen of locaties, zoals het uitzicht op Antwerpen op Teniers’ Winter en op zijn eigen landgoed net buiten Brussel op Lente De minutieuze, naturalistische details van de Bruegheliaanse voorstellingen van de ecologie van het landschap bieden ook nieuwe aanknopingspunten voor onderzoek. De aandacht die de kunstenaars besteedden aan het verbeelden van klimaatverandering en weersomstandigheden, zoals de ravage die de Kleine IJstijd in Noord­Europa teweegbracht, aan de verhouding tussen land en water, zoals rivieren, havens en duinen, en aan verschillende technologische innovaties, zoals windmolens en sluizen, maakt deze schilderijen rijke bronnen van informatie over milieukwesties in de vroegmoderne periode.

[afb. 20] Jan Brueghel de Oude, Dorpsgezicht naast een gracht 1609, olieverf op koper, 22 x 34 cm. Museum of Fine Arts, Boston. Schenking van Rose-Marie en Eijk van Otterloo, ter ondersteuning van The Center for Netherlandish Art

Op Teniers’ Lente is bijvoorbeeld in de verte een heel scala van weersomstandigheden te zien: uiterst links trekt een storm van links naar rechts over het water, er valt zware regen op het land, er is zon en er zijn wolken. Er is vallende sneeuw te zien op Teniers’ schilderij Winter uit dezelfde serie en op Pieter Brueghel de Jonges Aanbidding der koningen. Schilderijen als deze kunnen belangrijke vragen oproepen en actuele dialogen op gang brengen over klimaatverandering, land­ en waterbeheer en landbouwpraktijken in het heden en verleden.

Mondiale ontmoetingen in Antwerpen

Naast rurale landschappen zijn op veel schilderijen

haven is te zien op de achtergronden van schilderijen van Pieter Bruegel de Oude, Jan Brueghel de Oude, David Teniers de Jonge en Jan van Kessel de Oude. Zoals Marlise Rijks in haar essay bespreekt, leidde de combinatie van het lokale Antwerpse netwerk van verzamelaars, handelaars, kunstenaars en ambachtslieden en de invoer van voorheen onbekende dieren, planten, schelpen, boeken en ‘exotische’ voorwerpen tot uiteenlopende collecties en een rijke verzamelcultuur.46 De wisselwerking tussen mondiale handelsnetwerken, lokale verzamelnetwerken, het kolonialisme in Antwerpen en de impact daarvan op de familie Brueghel verdient nadere beschouwing. Aanleiding tot vruchtbare analyse bieden Jan van Kessel de Oudes op koper geschilderde decoratieve schelpfestoenen en groteske figuren [afb. 21], die verwijzen naar de invoer van schelpen uit de Indonesische archipel, Kaap de Goede Hoop, de Antillen en andere Nederlandse koloniale handelsplaatsen naar NoordEuropa, voornamelijk via Amsterdam en de Verenigde Oost­ en West­Indische Compagnieën (VOC en WIC) en Spaanse en Portugese handelaren.47 De invoer van deze voorheen onbekende voorwerpen leverde inspiratie op voor zowel verzamelaars als kunstenaars. Van Kessels groteske slingers en gezichten gemaakt van schelpen

In het boek bij de nu al spraakmakende tentoonstelling kijken we met nieuwe ogen naar de Brueghelfamilie, de tijd en de context waarin zij werkten. Wie waren de krachtige vrouwen in deze familie en wat was hun rol in de roem en het succes van de familie? We maken onder anderen kennis met Mayken Verhulst, de onzichtbare matriarch. Ze was een van de beroemdste kunstenaars van haar tijd en een slimme zakenvrouw, lerares, schoonmoeder en grootmoeder van de eerste en tweede generatie Brueghelkunstenaars. We maken ook kennis met Anna Maria Janssens en Clara Eugenia Brueghel, van wie kunst- en matronagenetwerken de machtigste artistieke families in Antwerpen met elkaar verbonden. Daarnaast presenteert het boek nieuwe inzichten over de invloed van de wereldhandel en het kolonialisme op het familiebedrijf.

47
van kunstenaars uit de Brueghelfamilie ook herken bare stadsgezichten te zien. Daaronder bevinden zich afbeeldingen van Antwerpen, waar veel leden van de familie hun artistieke carrière en netwerk hebben uitgebouwd. Deze wereldstad met zijn welvarende [afb. 21] Jan van Kessel de Oude, Guirlande, maskers en rozetten gemaakt van schelpen 1656, olieverf op koper, 40 x 56 cm. Fondation Custodia, Collection Frits Lugt, Parijs
6 OUDE KUNST KUNST

Detail

Antwerpse allegorieën. Wereldhandel, verzamelcultuur, en kennis in de 17de eeuw

Naar een schilderij zoals Jan van Kessels Allegorie van het gezicht, met een gezicht op de Schelde in Antwerpen [afb. 44] kan je minutenlang kijken en steeds nieuwe details ontdekken. Je ogen schieten heen en weer, zonder dat duidelijk wordt welk deel van het schilderij nu het belangrijkste is. Alle details doen ertoe. De munten, schelpen, en instrumenten verspreid over de vloer, de tafel met kostbare gouden en vergulde objecten, de kettingen en ringen met edelstenen, de beeldengalerij tegen de achterwand en in de aangrenzende ruimte, en de schilderijen aan de muur en op de grond tegen stoelen en tafels geleund. Dan zijn er nog de levende figuren: de centrale allegorische vrouwfiguur met het kleine jongetje en de twee aapjes. Aan de rechterkant het zicht op de stad waar Jan van Kessel zijn hele leven woonde en werkte: Antwerpen.1

In het 17de-eeuwse Antwerpen van Jan van Kessel waren talloze verzamelkabinetten gevuld met de objecten die zo zorgvuldig zijn weergegeven op dit schilderij.

Handelaars, dokters, geestelijken, en notarissen maar ook kunstenaars en ambachtslieden hadden soms indrukwekkende verzamelingen van artificialia (door de mensgemaakte objecten) en naturalia (objecten

uit de natuur).2 Objecten ergens ertussenin, zoals de gedecoreerde nautilusschelp op Van Kessels schilderij, werden in het bijzonder gewaardeerd. De verscheidenheid van de natuur werd vergeleken met de creativiteit van het menselijk maken. En soms leek de natuur zelf een creatieve grappenmaker: rechts op de tafel (vlak naast het aapje) ligt een mandragora, een plantenwortel die lijkt op een mensfiguur, verzameld om die wonderlijke vorm.3 Antwerpen was een stad waar alles te krijgen was voor wie het kon betalen: van diamanten uit India, schelpen uit de Indonesische archipel en koraal uit de Middellandse Zee, tot lokaal gemaakte sieraden, meubels en schilderijen. In verzamelkabinetten ontmoetten mensen elkaar om zulke objecten te bekijken, bestuderen, en erover te praten. Het waren plekken waar verschillende werelden samen kwamen: kunst, handel, natuurwetenschappelijke kennis en geloof. Vroegmoderne verzamelkabinetten waren van groot belang voor de veranderende ideeën over de materiële wereld. In verzamelkabinetten werden objecten op een zintuigelijke, empirische, manier bestudeerd. Sommige van die objecten kwamen van heel erg ver: via de nieuwe wereldhandel kwamen ze voor het eerst in Europa. Die tot-dan-toe onbekende objecten zorgden voor grote opschudding, want het werd duidelijk dat de traditionele kennis-autoriteiten, de Bijbel en de Antieke auteurs,

87

GERELATEERDE BOEKEN

van Jan Brueghel de Oude en Hieronymus II Francken, De aartshertogen Albert en Isabella bezoeken de collectie van Pierre Roose
7 OUDE KUNST KUNST

Bekende maar vooral ook

onbekende facetten van de geschiedenis van Indonesië

— Op 17 augustus 1945 roept Soekarno de Republiek Indonesië uit. Bijna tachtig jaar later verschijnt dit boek, ter gelegenheid van De Grote Indonesië-tentoonstelling. Het gaat over de geschiedenis van het grootste eilandenrijk ter wereld en zijn bewoners, die verhalen vertellen over de ongekende rijkdom aan culturen van het land.

➔ Geschiedenis, kunst en cultuur van het grootste eilandenrijk ter wereld

➔ Een rijk geïllustreerde atlas met bijdragen van auteurs uit Nederland en Indonesië

➔ De Indonesiëtentoonstelling vormt een tweeluik met de Surinametentoonstelling in 2019/20

8 CULTUREEL
ERFGOED GESCHIEDENIS

Pieter

Pieter Eckhardt is conservator van De Nieuwe Kerk en H’ART Museum Amsterdam.

Atlas van Indonesië

PIETER ECKHARDT E.A.

• 160 pag.

• 24,5 x 31 cm

• ca.150 afbeeldingen in kleur en zwart-wit

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8573 7 | NUR 680

• oktober 2023

• IN SAMENWERKING MET

De Nieuwe Kerk

• TENTOONSTELLING

21 oktober 2023 t/m 2 april 2024

• VORMGEVING

Richard Bos

€ 29,95

Eckhardt CONSERVATOR
9 CULTUREEL ERFGOED GESCHIEDENIS

SPECERIJEN OP DE KAART

De verbeeldingskracht van een kaart

Kaarten spreken enorm tot de verbeelding. Dat is zeker het geval met de zogeheten specerijenkaart van de hand van Petrus Plancius. Zelfs meer dan vier eeuwen na publicatie komt de boodschap luid en duidelijk over: dit zijn de landen waar de gewilde specerijen vandaan kwamen. Deze kaart speelde een belangrijke rol in het creëren van steun voor de Nederlandse expedities naar Azië die in het laatste decennium van de zestiende eeuw worden ondernomen. Deze expedities leidden uiteindelijk tot de oprichting van de Vereenigde Oostindische Compagnie, die de specerijenhandel op gewelddadige wijze monopoliseert.

Belangrijk pleitbezorger voor deze eerste expedities – waaronder de befaamde ‘om de Noord’ met de overwintering op Nova Zembla – was de van oorsprong Vlaamse predikant Petrus Plancius (1552-1622). Als gereformeerd predikant ontvluchtte hij de Zuidelijke Nederlanden om uit handen te blijven van de katholieke inquisitie. Daarin was hij niet alleen. De belangrijkste steden, zoals Brugge, Mechelen en vooral Antwerpen, verloren in enkele jaren tijd veel protestantse inwoners die huis en haard verlieten.

Amsterdam als kennisknooppunt Met zijn vlucht nam Plancius niet alleen zijn fanatisme in religieuze zaken met zich mee, maar ook geografische kennis en de vaardigheid om kaarten te maken. Over zijn scholing in navigatie en cartografie is weinig bekend, maar hij zal in Vlaanderen ongetwijfeld op de hoogte zijn geweest van de revolutionaire wereldprojectie van Gerard Mercator.

Het Amsterdamse handelsmilieu bleek zeer ontvankelijk voor de theoretische kennis en praktische vaardigheden van Plancius. De stad werd eind zestiende eeuw een knooppunt in de kennis over de (mogelijke) route(s) naar Azië. Die kennis kwam voornamelijk uit Portugese en Spaanse bronnen. Hoewel de informatie over de vaarroutes, landen en volken van Azië geheim was, lukte het de Hollanders

via verschillende kanalen toch om ze deze kennis te ontfutselen. Eén van die kanalen was Plancius.

Kaarten populariseren de expedities In 1592 gaf hij een grote wereldkaart uit bij de eveneens in Amsterdam neergestreken Vlaamse uitgever Cornelis Claesz. Daarnaast vroeg hij het exclusieve recht om ‘particuliere zeecaerten’ te drukken die hij ‘tot zijn costen becomen hee van Bartholomeo de Lasso, cosmographo ende meester van de zeevaert des Conincx van Spaengien.’ Het uitgeven van deze kaarten betekende een

gevoelige klap voor de Iberische alleenheerschappij op de scheepvaart naar Azië. Geheime informatie was nu publiek beschikbaar.

Met deze kennis kwam de Nederlandse expansie in een stroomversnelling. In 1617 verscheen bij uitgever Claes Jansz. Visscher een laatste herdruk van de specerijenkaart. In de tussengelegen vijfentwintig jaar, maar ook zeker daarna, populariseerde de visueel aantrekkelijke kaart van Insulae Moluccae (Molukse eilanden) de reizen naar ‘de Oost’. De ervaringen uit de eerste Nederlandse expedities in de jaren negentig van de zestiende eeuw leidden tot de oprichting

van de VOC in 1602. Deze onderneming monopoliseerde de handel in de gewassen die de voet van de kaart sieren, te weten nootmuskaat (Ambon), kruidnagel (Banda) en sandelhout (Timor, Solor). De oprichting luidde een nieuwe fase in: van verkenning naar overheersing.

Thom Hoffman

KIJKEN IS DENKEN

Gemengde gevoelens bij Nederlands-Indische fotografie

Sinds de komst van de fotografie in 1839 (Daguerre in Frankrijke en Fox Talbot in Engeland) is er oneindig veel over deze nieuwe kunstvorm geschreven, gedebatteerd, gefilosofeerd. Ik licht er twee uitspraken uit, die interessant zijn in relatie tot de Nederlands-Indische fotografie. Eén ervan is van Susan Sontag: ‘Elke foto is een nostalgisch object’. Sontag, levenspartner van de beroemde fotografe Annie Leibovitz, noemde fotograferen een in wezen nostalgische daad. We leggen vast wat we bang zijn te verliezen. Omdat de wereld steeds verandert, en we ons daarvan bewust zijn. Volgens filosofe Sontag zelfs, omdat alles sterfelijk is. Het heden is voortdurend een nieuw stukje van het verleden. We willen dat stukje bewaren, omdat we ervan houden.

Eenzijdig

Het genieten van Nederlands-Indische fotografie, zoals die door Rob Nieuwenhuis in Nederland bekend is gemaakt met zijn drie boeken Tempo Doeloe, een verzonken wereld bewijst het gelijk van Sontag. Na de Ona ankelijkheid van Indonesië telde Nederland een aanzienlijke ‘Indische’ gemeenschap. Tel daar de totok ‘repatrianten’ bij op, alle oorlogsveteranen, de Molukse gemeenschap. Na drie decennia van zwijgend aanpassen en meedraaien in het kille Nederland leefde de liefde voor Indië weer op. Werd deze zo diverse groep

in 1969 nog

onaangenaam verrast door de onthullingen van Joop Hueting en de ‘Excessennota’, Nieuwenhuis bracht zalf op de pro-koloniale wonden. Zijn boeken, getiteld Baren en oudgasten (1981), Komen en blijven (1982) en Met vreemde ogen (1988) werden immens populair. Van het comfortabele leven in de tropen, royaal besnorde Europeanen in witte pakken, kapitale villa’s met veranda, waaierpalmen, knielende huisbedienden, en een dure automobiel met een ‘djongos’ op de treeplank. Dat hier niet de werkelijkheid werd weergegeven, of een hoogstens een eenzijdig deel van de werkelijkheid, weten we inmiddels.

Commerciële fotografie Dat brengt me bij de tweede uitspraak, van documentairemaker en fotograaf Johan van der Keuken (‘The Lucid Eye”): fotograferen is denken Elke foto, ook in het negentiende-eeuwse Indië, is vanuit een gedachte ontstaan en gemaakt om die gedachte over te brengen. Meesterlijke fotografen waren het, in de tropische hitte uren bezig met hun chemische vloeistoffen, de breekbare glazen platen in de NAAM-camera plaatsen, belichten en in de meegebrachte uitklap-doka ontwikkelen, net zo lang tot er beeld opkwam. Deze betoverende beelden bleken goed in de markt te liggen. De Europeanen hadden geld in overvloed in Indië. Commerciële studio’s schoten als paddenstoelen uit de grond.

Jeroen Bos ◄ De
▼ Portret van kaartenmaker en predikant Petrus Plancius op 70-jarige leeftijd, vervaardigd door Willem Jacobsz Delff. ca. 1632. Portret van Petrus Plancius. Rijksmuseum, Amsterdam 18 19 ATLAS VAN INDONESIË SPECERIJEN OP DE KAART
zogeheten specerijenkaart van Petrus Plancius. De oorspronkelijke kaart verscheen in 1592, en werd verschillende keren herdrukt en gekopieerd. Door de kaart, en de uitbeelding van nootmuskaat, kruidnagel en verschillende soorten sandelhout, werden de Nederlandse expedities gepopulariseerd. Maritiem Museum, Rotterdam
10 CULTUREEL ERFGOED GESCHIEDENIS
26 27 ATLAS VAN INDONESIË KIJKEN IS DENKEN

Van de hoogtijdagen van het Majapahit-rijk (vijftiende en zestiende eeuw) tot het Indonesië van vandaag. Van de onvoorstelbare natuur en de uitgestrekte rijstvelden langs de koloniale overheersing, de Tweede Wereldoorlog en Japanse bezetting. Van eeuwenoude voorouderverering en rituelen, tot de komst van wereldreligies. Het is een ode aan de grote culturele diversiteit die het land rijk is met aandacht voor verschillende perspectieven en pijnpunten. Met volop ruimte voor nieuwe verhalen en verzwegen geschiedenissen. Tekst en beeld vertellen over de meeslepende geschiedenis van Indonesië.

GERELATEERDE BOEKEN
11 CULTUREEL ERFGOED GESCHIEDENIS

De mooiste portretten uit het oude Egypte vertellen hun verhaal

Prachtige portretten van vooral jonge mensen, op hun mooist afgebeeld. Ze kijken je recht aan met grote donkere ogen en zijn vaak zo realistisch dat ze lijken te leven. Geen wonder dat mummieportretten zo tot de verbeelding spreken, al sinds ze omstreeks 1900 in grotere aantallen werden ontdekt. Wie waren deze mooie mensen? En wie waren de vaklieden die de portretten zo knap op houten paneeltjes schilderden? Hoe werkten ze en wie waren hun opdrachtgevers?

➔ De geportretteerden, de schilders en hun opdrachtgevers, moderne onderzoekers binnen en buiten Egypte: wie zijn de mensen achter de portretten?

➔ Het boek bij de internationale tentoonstelling in het Allard Pierson

GERELATEERDE BOEKEN
12 GESCHIEDENIS ARCHEOLOGIE

CONSERVATOR

Ben van den Bercken (MA) studeerde Egyptische archeologie en museumstudies. Hij heeft op opgravingen in Alexandrië gewerkt en was assistentconservator in het Rijksmuseum van Oudheden. Sinds 2021 is hij conservator van de Collectie Egypte en Soedan in het Allard Pierson.

Olaf Kaper

HOOGLERAAR EGYPTOLOGIE

Olaf Kaper is hoogleraar Egyptologie aan de Universiteit Leiden. Hij richt zijn onderzoek op het Egypte van het Nieuwe Rijk tot en met de Romeinse tijd, in het bijzonder op onderwerpen uit de Egyptische godsdienst, iconografie en culturele geschiedenis. Kaper heeft op opgravingen in de Dachla-oase en de havenstad Berenike gewerkt.

Mummieportretten worden ook wel Fajoemportretten genoemd, naar de oase in Egypte waar de meeste zijn gevonden. Het zijn afbeeldingen van overledenen die op hun mummie bevestigd werden en die zo een belangrijke rol voor de nabestaanden speelden. De mummieportretten werden van de eerste tot de vierde eeuw n.Chr. gemaakt, toen Egypte een smeltkroes van culturen was.

Mummieportretten zijn belangrijke bronnen voor het begrijpen van antieke schildertechnieken en de gebruikte materialen, maar het zijn ook bronnen die iets over dodengeloof en identiteit zeggen. In hedendaags Egypte, met name in de Fajoem, zijn de portretten nu belangrijke symbolen van de eigen identiteit.

Oog in oog

De mensen achter

mummieportretten

BEN VAN DEN BERCKEN, OLAF KAPER (REDACTIE)

• 192 pag.

• 22 x 26 cm

• ca.150 afbeeldingen in kleur

• paperback met flappen

• ISBN 978 94 625 8577 5 (Nederlands) 978 94 625 8578 2 (Engels) | NUR 682

• oktober 2023

• IN SAMENWERKING MET

Allard Pierson Museum

• TENTOONSTELLING

6 oktober 2023 t/m 25 februari 2024

• VORMGEVING

Studio Berry Slok

€ 29,95

NL EN
Ben van den Bercken
13 GESCHIEDENIS ARCHEOLOGIE

KUNST KUNST

Picasso’s kunst was een reflectie van zijn leven

— Pablo Picasso was misschien wel de grootste kunstenaar van de twintigste eeuw. Natuurlijk, er waren anderen die net als hij de richting van de moderne kunst veranderden. Wat hem uitzonderlijk maakt is zijn gave om zichzelf steeds opnieuw uit te vinden. De melancholieke poëet van de Blauwe en de Roze Periode werd de onpersoonlijke ingenieur van het kubisme.

Kijken naar Picasso maakt duidelijk wat zijn kunst zo krachtig maakt, zo mooi en soms aangrijpend

Honderd sleutelwerken van de grote meester laten duidelijk zijn ontwikkeling zien

Boek ter gelegenheid van de vijftigste sterfdag van Pablo Picasso in 2023

Magisch keramist Magisch keramist GERELATEERDE BOEKEN 14
Picasso
MODERNE

Kijken naar Picasso biedt een belangwekkend nieuw overzicht van het werk van de kunstenaar. Pepe Karmel negeert in zijn nieuwe boek speculaties over Picasso’s privéleven en richt de aandacht weer op zijn werk, daarbij eens te meer Picasso’s status bevestigend. In helder en toegankelijk proza onderzoekt Karmel Picasso’s werk, in alle expressie, schoonheid en confrontatie. Hij traceert de ontwikkeling van het oeuvre gedurende zeven decennia en toont hoe Picasso nieuwe beelden en thema’s introduceerde die de moderne kunst hebben veranderd.

Met meer dan honderd afbeeldingen, ook van beroemde schilderijen als Les Demoiselles d’Avignon en Guernica, en daarnaast van talrijke tekeningen, beelden en grafische werken, biedt Kijken naar Picasso een fris perspectief op de sleutelinnovaties van de kunstenaar, en bovendien een compleet overzicht en volledige analyse van het werk van deze grote meester.

Een groot raam, geflankeerd door patroonbehang, klapt open naar een balkon en een helderblauwe lucht. De setting van Drie danseressen (afb. 4.1) lijkt op die van het een jaar eerder geschilderde Mandoline en gitaar (afb. 3.26). Deze keer wordt de kamer bezet door drie vrouwen in een koortsachtige dans.

Ondanks zijn intensieve belangstelling voor ballet maakte Picasso slechts af en toe werken met dansers. Het lijkt erop dat hij het te druk had met de ontwerpen voor decors en kostuums. Maar tijdens een bezoek in het voorjaar van 1925 aan Monte Carlo, waar de Ballets Russes aan het repeteren waren, maakte hij talrijke tekeningen, sommige van uitrustende dansers, sommige van dansers in wilde, losbandige staat. In één studie wordt een flauwvallende ballerina opgetild door haar mannelijke partner; in een andere werpt een danseres haar hoofd en schouders achteruit, en wordt een val alleen voorkomen doordat haar partner haar stevig vast heeft (afb. 5.5).

In de oorspronkelijke versie van De drie danseressen leken de personages op de Drie Gratiën, waarbij Picasso de figuur in het midden haar armen liet uitstrekken in een gebaar van vreugde; de danseressen aan haar beide zijden pakten haar geheven handen, terwijl ze een hand achter haar rug hielden. Het lichaam van het centrale personage was een platte strook, die zich splitste om ledematen en hoofd te vormen. De andere twee danseressen stonden rechtop en waren in dezelfde stijl geschilderd als de middelste.

Na een tijd te hebben nagedacht vond Picasso de symmetrische compositie te statisch. Hij schilderde de figuur links over, waarbij hij haar lichaam weergaf in achterwaartse beweging zoals in de tekening uit Monte Carlo, en haar een opvallend, maskerachtig gezicht gaf. De extatische danseres uit de tekening transformeerde tot een duivelse figuur; de kalme opvoering veranderde in een wild Bacchusritueel. Er verschijnt een groot schaduwachtig profiel in het raam rechtsboven, als van een god die een offer ter zijner eer aanschouwt.2

Zodra het af was, werd De drie danseressen een icoon van de nieuwe beweging van de surrealisten. André Breton vroeg Picasso nadrukkelijk om toestemming voor reproductie ervan in het juli 1925-nummer van La Révolution surréaliste Maar dat verklaart nog niet waarom Breton het schilderij zo belangrijk vond – of wat het nu precies tot een surrealistisch werk maakte. De drie danseressen stelt meer vragen dan het beantwoordt. Wat was surrealisme?

En wat was de relatie van Picasso met deze nieuwe beweging?

In de openingsalinea’s van zijn Manifeste du surréalisme uitgebracht in 1924, roept Breton op tot bevrijding van de logica zoals die wordt opgelegd door ‘beschaving en vooruitgang’.

Hij linkt deze vrijheid aan de ‘ontdekking’ door Sigmund Freud van het onderbewuste; Freud schreef dat het bewustzijn tegenstrijdige ideeën verbiedt, maar het onderbewustzijn ze toestaat. Breton stelt dat kinderen een magische vrijheid van denken hebben, die volwassenen slechts kunnen bereiken in hun dromen. Daarom moeten dromen de bron vormen van de dichtkunst. Of anders moeten dichters schrijven vanuit het onderbewuste, zich laten inspireren door de vrijelijke associatie van de psychoanalyse, om de vrijheid van het onderbewustzijn terug te krijgen.4

4.1 De drie danseressen 1925

Pepe Karmel KUNSTHISTORICUS, TENTOONSTELLINGSMAKER EN KUNSTCRITICUS

Pepe Karmel is kunsthistoricus, tentoonstellingsmaker en kunstcriticus. Als kunstrecensent publiceerde hij in The New York Times en het tijdschrift Art in America. Als curator werkte hij voor het Museum of Modern Art, New York, mee aan tentoonstellingen over Robert Morris, Pablo Picasso, Jackson Pollock en over abstracte kunst.

Kijken naar Picasso

PEPE KARMEL

• 200 pag.

• 22 x 28,6 cm

• 118 afbeeldingen in kleur

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8570 6 | NUR 646

• september 2023

€ 44,95

10645_Looking_At_Picasso_001_200_Combined_CC23_ALTA.indd 92 14/04/2023 13:43 93 Surrealisme HOOFDSTUK IV
15 MODERNE KUNST KUNST

Op stap langs oude, nieuwe, afgelegen en opmerkelijke plekken in het land

— Een vervlogen schipperskerk, reusachtige containerschepen aan een laad- en loskade, een Drentse strafkolonie, creatieve architectuur op voormalige zeebodem, de kleinste vuurtoren van Nederland, een openbare bibliotheek in een paleisachtig postkantoor. Nederland heeft talrijke bijzondere plekken met een verhaal.

➔ Een heerlijke reisgids langs verrassende plaatsen om zelf te ontdekken

➔ 50 Nederlandse plaatsen die het bezoeken waard zijn

REISGIDS GESCHIEDENIS 16

Locaties waar je iets kunt zien of beleven, waar je kunt genieten, gewoonweg actief zijn, of die je enthousiasme doen ontvlammen. Waar je stilstaat bij het verleden of met eerbied herdenkt. In dit boek zijn vijftig bijzondere plekken bij elkaar gebracht om inspiratie op te doen. De plekken zijn kriskras door Nederland te vinden, soms bekend, we hopen vaker onbekend. Ons land heeft talloze gekende en ongekende oorden en vlekken die je op zijn minst gezien moet hebben.

FOTOGRAAF, KUNSTHISTORICUS EN (LOOPBAAN)COACH

Zij schreef boeken over onder andere adviesvaardigheden en Valle d’Aosta.

REISJOURNALIST, FOTOGRAAF EN COMMUNICATIEADVISEUR

Hij schreef verschillende reisboeken over Nederland en buitenlandse landen en regio’s.

GERELATEERDE BOEKEN

Het 50 plekkenboek

Nederlandse plaatsen die het bezoeken waard zijn

EVELINE EIJKHOUT, ELIO PELZERS

• 160 pag.

• 22 x 22 cm

• ca. 200 afbeeldingen in kleur

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8580 5 | NUR 511

• november 2023

• VORMGEVING

Frank de Wit

€ 29,95

Eveline Eijkhout Elio Pelzers
17 GESCHIEDENIS REISGIDS

Een satirisch oorlogstijdschrift

in pocketformaat

Als joodse jurist behoorde Curt Bloch (1908-1975) tot een van de eerste beroepsgroepen die in Hitler-Duitsland werden vervolgd. Halsoverkop vluchtte hij in 1933 vanuit Dortmund naar Nederland en probeerde daar weer een bestaan op te bouwen. Nadat de jodendeportaties waren begonnen, dook hij onder in Enschede. Om niet zijn verstand te verliezen en uit woede over hetgeen de nazi’s hem en zijn familie aandeden, begon hij Het Onderwater Cabaret, een satirisch tijdschrift in pocketformaat met een oplage van slechts één exemplaar.

➔ Een tot dusver onbekend oorlogsverhaal over de kracht van moed en creativiteit

➔ Na tachtig jaar komt dit ontroerende verhaal van Curt Bloch en zijn eenmanstijdschrift beschikbaar voor een breder publiek

18 TWEEDE WERELDOORLOG
GESCHIEDENIS

Elk van de 95 afleveringen die hij tot aan de bevrijding maakte, schreef hij vol met spottende gedichten, in het Duits en in het Nederlands, waarin hij de Duitse machthebbers en hun handlangers hekelde. De omslagen illustreerde hij met kunstzinnige montages, die doen denken aan het werk van John Heartfield. Zijn lezerspubliek bestond uit medeonderduikers, gastgevers en helpers uit het verzet. De tijdschriften vormen samen met Blochs biografie een aangrijpend oorlogsverhaal met grote thema’s als vervolging, verlies, hoop en wanhoop, maar ook de kracht van creativiteit.

SCHRIJVER

Gerard Groeneveld (1956) schreef na zijn studie Nederlandse taal- en letterkunde aan de Rijksuniversiteit Leiden een aantal spraakmakende publicaties over Tweede Wereldoorlog. De meest recente daarvan zijn Rotterdam Frontstad 10-14 mei 1940, Nach Holland, de meidagen van 1940 door Duitse ogen, Hitlers jongste hoop, Nazipropaganda voor de jeugd en Neergestort, Vijftien vliegtuigverliezen in Nederland 1940-1945.

Het Onderwater Cabaret

Satirisch verzet van Curt Bloch

GERARD GROENEVELD

• 296 pag.

• 20 x 26,5 cm

• ca. 140 afbeeldingen in kleur en zwartwit

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8575 1 | NUR 680

• november 2023

• VORMGEVING

Afra Dijkstra, Riesenkind

€ 44,95

Gerard Groeneveld
19 TWEEDE WERELDOORLOG GESCHIEDENIS

Onderduikersbestaan

Ola’s ouders kwamen op een ander adres terecht, maar haar moeder bleek weinig inschikkelijk en had van alles op haar gastheren aan te merken. Toen ze vernamen dat hun huis nog niet verzegeld was, keerden ze naar hun eigen woning terug en verwachtten dat Ola ook kwam. Curt en Bruno waren geschokt toen ze dat hoorden: ‘Als je nu weggaat, nemen deze mensen je niet terug. Hoe lang denk je dat je daar veilig bent en hoe vind je weer een nieuwe plek? Wij kunnen hier voor je zorgen.’ De mannen gingen in de avond naar Ola’s ouders en probeerden hen over te halen. ‘Jullie moeten hier weg en een ander onderduikadres zoeken’, zei Curt. ‘We weten niet hoelang we nog zo gelukkig zijn dat we voor een razzia worden gewaarschuwd, dan pakken ze jullie zonder waarschuwing.’ Dat begrepen ze en Ola bleef. Zo begon het onderduikersbestaan van de drie vervolgden op de krappe zolder van de Plataanstraat. Bats Menneken verdiende de kost als aanspreker bij een begrafenisonderneming en toog iedere ochtend trouw naar zijn werk. Zijn vrouw Leida vulde het inkomen wat aan met schoonmaakwerk. Het echtpaar was kinderloos. De drie onderduikers waren

de hele dag op elkaar aangewezen. Ze hielpen met koken en probeerden zo goed mogelijk de dag door te brengen. Belangrijk was onzichtbaar voor de buitenwereld te blijven. Overdag konden ze niet eenvoudigweg door de kamer lopen. De mensen konden zo naar binnen kijken ‘De omstandigheden waren primitief’, vertelde Ola. ‘Er was geen bad of iets dergelijks, de wc was achter het huis. Maar het was prima. Als zij zo konden leven, konden wij dat ook. Als we ons in huis bewogen, moesten we over de vloer kruipen, zodat ze ons niet konden zien. Alleen in de keuken, achter in het huis, hadden we wat meer ruimte. We waren ons goed van deze situatie bewust.’

Naast de uiterlijke omstandigheden was er de sleur van de dagen, het stilzitten en nietsdoen, de zorg om familie en vrienden, het gebrek aan uitzicht op een goede afloop. Bovendien zorgde de voortdurende angst van ontdekking voor veel spanning. Dat gevaar week nooit en vereiste sterke zenuwen. Ola: ‘Je leefde met de angst, je leerde met de angst te leven. Mensen, buren, waren erg nieuwsgierig. Zo werden veel mensen ontdekt. Het was niet zo dat er veel verraders waren, natuurlijk waren die er, maar er werd veel gekletst: “Kijk er gebeurt iets in dat huis, dat is een beetje vreemd. Waarom hebben zij ineens zoveel meer melk?” Die zaken werden een probleem.’ Een andere complicatie was de uitgifte van distributiestamkaarten, waarmee de verstrekking van voedsel in Nederland werd geregeld. Op vertoon van deze identiteitskaarten kreeg men bonnen voor levensmiddelen of andere producten. Zonder die kaarten waren mensen aangewezen op de zwarte markt. De drie onderduikers kregen evenwel hetzelfde karige rantsoen als de bovengrondse Nederlanders en dat werd naarmate de oorlog vorderde steeds minder.

Coba, Cor en Jopie konden het goed met elkaar vinden, er was zelfs tijd om te lachen. Maar de onderlinge chemie was niet helemaal zonder risico.

‘Een meisje dat ziek was en twee jongens die niet bepaald oude mannen waren, dat zorgde op den duur voor problemen’, bekende Ola naderhand.

‘Mijn vriend wist dat Cor mij ook leuk vond, anders zou hij mij niet hebben gevraagd om erbij te komen.’ Het werd balanceren op het slappe koord. Alle drie wisten dat het van belang was de onderlinge relaties goed en leefbaar te houden op die kleine zolder.

Die ervaring deelde schrijver en journalist Sal Tas, die zelf ook geruime tijd was ondergedoken. ‘De geringste wrijving kon aanleiding worden tot een meningsverschil’, noteerde hij in zijn memoires, ‘en meningsverschillen werden conflicten. […] de karakters versteenden en de wonden die veroorzaakt werden door het langs elkaar heen schuren in die kleine woonruimte, genazen niet meer.’181

Een lange schurftige slang Paula, Leni en de Löwenbergs moesten na enige tijd hun schuiladres in Apeldoorn verlaten. Wellicht waren er aanwijzingen dat het onveilig was, of was er iets anders aan de hand. Alle vier konden bij elkaar blijven en vonden uiteindelijk een nieuw adres in het pension van de weduwe Maria Delfos aan de Morschsingel 9 in Leiden. Dat liep minder goed af. Ze worden verraden en in de avond van 5 mei

1943 door de Leidse politie gearresteerd.182 Officieel heette het dat ze zonder toestemming van adres waren veranderd. Paula en Leni werden ingesloten in cel A2, de Löwenbergs ernaast in cel A3. Ook pensionhoudster Maria Delfos werd gearresteerd, omdat zij Joden verborgen had. Zij werd de dag erop weer vrijgelaten, maar de vier onderduikers werden op 7 mei overgebracht naar de ‘Sicherheitspolizei’ in Den Haag. Zes dagen later werd het viertal overgebracht naar het doorgangskamp Westerbork en komt daar terecht in barak 67, een van de drie strafbarakken waar gewoonlijk ondergedoken Joden terechtkwamen.183 Die moesten werken en kregen minder rantsoen. Duidelijk zichtbaar moesten ze een witte armband met een zwarte S (Strafgeval) dragen. Lang bleven ze daar niet, het Statistisch Bureau van kamp Westerbork had de Enschedese Joden op de lijst gezet voor deportatie op 18 mei 1943.184 Als strafgeval

Ruth moest zich nu alleen zien te redden. Ze herinnerde zich dat haar ouders haar hadden verteld dat ze geld onder een matras in een van de zolderkamers hadden verstop. Via het dak kon ze een van die kamers bereiken en haalde het geld daar weg. Bij vrienden vond ze onderdak. Met haar ouders kon ze spaarzaam corresponderen. Het duurde niet lang voordat ook Ruth door de Duitsers werd opgehaald. Op 11 juni 1943 belandde zij in Kamp Vught en geregistreerd onder kampnummer 1612.260 Dat moment had ze zien aankomen en voor die gelegenheid al een tas met extra kleding en schoenen klaargezet. Voor haar begon nu de reis in het ongewisse, ze had geen idee waar ze haar naartoe zouden brengen. Voorlopig was dat de Hollandsche schouwburg, die

als verzamelplaats werd gebruikt. Tussen de menigte ontdekte ze ook alle andere Joodse meisjes van de bontfabriek. De hele groep ging vervolgens de trein in, richting Vught, hetzelfde kamp van waaruit haar ouders drie weken ervoor richting Westerbork waren vertrokken. Ruth: ‘In Vught namen ze onze kleding af en gaven ons gevangeniskleding en klompen. Omdat we elkaar kenden, probeerden we altijd als groep bij elkaar te blijven. Dat gaf je een soort gevoel van veiligheid.’

Kamp Vught

Eind februari 1943 was de Philips’ Gloeilampenfabriek NV in Eindhoven begonnen met het inrichten van een speciale werkplaats in Kamp Vught, waar Joden uit het kamp te werk zouden worden gesteld.261 Vanaf eind april 1943 werden voor dit zogeheten Philips-Kommando ook vrouwen in de leeftijd van 16 tot 25 jaar geselecteerd om radiobuizen te maken. Ruth en haar groep zagen hierin onmiddellijk een kans om uitstel van deportatie te krijgen. Samen met haar vriendinnengroep lukte het Ruth om door de test te komen. Vanaf 20 november 1943 werkte ze in het Philips-Kommando, tot uiteindelijk tot 3 juni 1944. Toen ging de laatste groep Joden vanuit Vught op transport. Eerst naar Westerbork, daarna richting Auschwitz. De vrouwen werden gescheiden van de mannen in overvolle geblindeerde veewagons gepropt.262 ‘We wisten niet dat Auschwitz een vernietigingskamp was’, vertelde Ruth.263 ‘We hoopten dat we naar Auschwitz zouden gaan, we hoopten dat we zo onze ouders zouden terugvinden.’ Vier dagen later gingen de wagondeuren open. Wat ze zagen en vooral ook roken stemde niet gerust. Ruth: ‘De geur was verschrikkelijk heftig. Het was niet goed. Ik had volstrekt geen hoop meer, voor niets. Via bewakers kwamen we het kamp binnen. Het was desolaat. We beseften hoe goed we het in Vught hadden. Mensen die er al langer waren, vertelden ons dat we ongelooflijk veel geluk hadden, omdat we het kamp via de bewakers waren binnengekomen. Bovendien waren we ook nog

met elkaar.’ Het Philips-Kommando werd bewust gespaard, te nuttig voor de oorlogsindustrie. Na een paar dagen volgde een selectie en werd de groep van Ruth naar de douches gestuurd. Daar hadden ze al over gehoord. Uit de douchekoppen aan de ene kant kwam water, aan de andere kant het verstikkende gas. Ze hadden geluk. De groep waartoe Ruth behoorde, moest zich weer aankleden en werd met een trein naar een fabriek in Reichenbach gebracht, niet ver van de grens met Tsjechië. In de fabriek deden de vrouwen hetzelfde werk als in Vught, maar werkten ze in ploegendiensten van twaalf uur. Met het oprukken van de Russen, verplaatsten de bewakers de vrouwen te voet verder naar het westen, naar kamp Trautenau. Het was inmiddels februari 1945, het sneeuwde en temperaturen zakten in deze strenge winter tot wel -20 of -30 graden. Vier dagen sjokten de slecht geklede vrouwen op houten klompen door de sneeuw. Na enkele dagen wachten in Trautenau werd de groep in open goederenwagons naar Bergen-Belsen vervoerd. Ook daar bleven ze niet. Weer ging het verder, eind maart 1945 bereikten ze Ludwigslust, een kamp bij Hamburg, ooit ingericht voor Sinti en Roma, die inmiddels waren gedeporteerd. De groep werd slechts nog bewaakt door moordlustige criminelen en afgestompte SS’ers. Maar de bevrijding was nabij.

Zweden Op 2 april 1945 werd de groep overgedragen aan het Zweedse Rode Kruis. Ruth en de andere jonge vrouwen uit haar groep werden via Denemarken naar Zweden gebracht om daar op krachten te komen. Gelukkig hadden ze elkaar nog. Aan het einde van het jaar ging ze samen met vriendin Inge terug naar Nederland en kwam ze weer in Amsterdam. Ruth bleek als enige van haar familie de kampen te hebben overleefd. Ze troffen daar ook Arthur Lehmann, eveneens een Joodse immigrant. Die kenden ze, want in Kamp Vught was hij hoofd van de Joodse administratie geweest, vanwege zijn doctorstitel noemden ze hem daar de ‘professor’.

Zijn beide kinderen, Franz en Marianne, waren al met het eerste Jodentransport in de nacht van 15 op 16 juli 1942 weggevoerd en enkele maanden later in Auschwitz omgekomen, zijn vrouw Gertrude overleed kort voor de bevrijding in Bergen-Belsen. Hij ontfermde zich over de jonge overlevers, die hij vaderlijk ‘mein Mädels’ noemde. Lehmann was lid van B’nai B’rith, een Joodse niet-gouvernementele organisatie die Joodse emigranten bijstond na hun aankomst in de Verenigde Staten. Ook Curt Bloch was hier lid van. In dezelfde loge trof Lehmann Ernst Löwenstein, met wie hij kennelijk over Ruth en haar situatie had gesproken:264 Het resultaat was het etentje bij de Löwensteins op 13 februari 1946.

70 HET ONDERWATER CABARET HET ONDERWATER CABARET 71
Idem, p. 166. Conrad Kriechel [interviewer], The Oral Memoirs of Ruth Bloch [New York] March 6, 1978, p. 34. Privéarchief Erven Curt Bloch. Mededeling via e-mail aan auteur van Jessica Gommers, Nationaal Monument Kamp Vught, 22 januari 2022. P.W. Klein en Justus van de Kamp, Het Philips-Kommando in Kamp Vught Amsterdam[enz.] 2003, p. 62 e.v. Van de 496 Joden uit dit Philips-Kommando wisten er 382 de oorlog te overleven. Zie citaat brief Ilse Heyman aan Ruth Kan, 25 juli 1946. Daarin vertelde Ilse wat Lehmann zou hebben gezegd naar aanleiding van de verloving tussen Curt en Ruth. Curt Bloch werd hem in de woning van ‘Logenbrüder’ voorgesteld: ‘Ik had meteen het gevoel, dat hij voor een van mijn meisjes de ‘ware’ zou zijn. Welnu we hebben de jonge luitjes bij elkaar gebracht en ik ben trots en zeer gelukkig, dat Ruth veilig en wel is ondergebracht.’ Privéarchief Curt Bloch, Erven Curt Bloch. Na de bevrijding vertrok Curt naar Amsterdam en leerde daar Ruth Kan kennen. Ruth had in Kamp Vught deel uitgemaakt van het Philips-Kommando en doorliep verschillende concentratiekampen voordat zij in Ludwigslust, (nabij Hamburg) werd bevrijd. Het Rode Kruis bracht haar naar Zweden. Nadat zij daar weer was aangesterkt, keerde ze terug naar Amsterdam. Op de foto is Ruth de tweede van rechts op de onderste rij. BEVRIJDING ZONDER VREUGDE BEVRIJDING ZONDER VREUGDE 48 HET ONDERWATER CABARET HET ONDERWATER CABARET 49
181 Sal Tas, Wat mij betreft Baarn 1970, p. 99. 182 Dag- en nachtrapporten, inv.nr. 2684 mei-juni 1943 en Arrestantenregister Gemeentepolitie Leiden, inv.nr. 1003 - 22 november – 3 juni 1944. Archief Gemeentepolitie Leiden II (1926) 1943-1993. Erfgoed Leiden en Omstreken. 183 Archief Nederlandse Rode Kruis (NRK), Kamp Westerbork, toegangsnr. 2.19.296, inv.nr. 1632. Nationaal Archief. 184 Jules Schelvis, Vernietigingskamp Sobibor Vijfde druk, Amsterdam 2014, p. 71. DUIKEN IN HET DONKER DUIKEN IN HET DONKER De derde onderduiker, Karola (Ola) Wolf. Hier in betere tijden op vakantie in het Zwitserse Grindlwald, 1936. Zolder-Cabaret voor Bats dat Curt maakte ter gelegenheid van diens verjaardag op 16 oktober 1943. 20 TWEEDE WERELDOORLOG GESCHIEDENIS
21 TWEEDE WERELDOORLOG GESCHIEDENIS
GERELATEERDE BOEKEN

perspectieven

ondenkbaar zonder kaarten. scherm in kaart gebracht. Er zullen nog veel bruikbare topografische kaarten verschijnen, maar de vorm van dergelijke

één been in het tijdperk van

in het ordenend principe van

➔ Intrigerende landkaarten van over de hele wereld, verdeeld in tien thema’s

➔ Gebaseerd op een particuliere collectie die wereldwijd uniek is

22

Harrie Teunissen

KAARTSPECIALIST

Gespecialiseerd in de geschiedenis van de betrekkingen tussen joden, christenen en moslims. Hij heeft 10 tentoonstellingen rond kaarten ontworpen.

John Steegh

KAARTSPECIALIST

Jurist, informatiekundige en stadssocioloog. Hij was rijksambtenaar, lid van provinciale staten, hoogheemraad van Rijnland, wethouder van Leiden en voorzitter van Water Natuurlijk.

Harrie en John hebben hun verzameling van 2550 atlassen en reisgidsen en 18.300 kaarten in 2021 geschonken aan de Universiteitsbibliotheken van Leiden.

Moderniteit in kaart Ontwerp en ruimte in de moderne tijd

JOHN STEEGH, HARRIE TEUNISSEN

• 224 pag.

• 24,5 x 31 cm

• ca. 250 afbeeldingen in kleur en zwartwit

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8594 2 | NUR 680

• september

• IN SAMENWERKING MET

Design Museum Den Bosch

• TENTOONSTELLING

23 september t/m januari 2024

• VORMGEVING

WAT Ontwerpers

€ 34,95

GESCHIEDENIS ATLAS
23

[26] Tokyo net voor de modernisering Deze plattegrond van Tokyo stamt uit het jaar na de ‘kanonneerbootdiplomatie’ van de imperiale nieuwkomer Verenigde Staten die met de ‘Perry-expeditie’ Japans isolement doorbreekt. Dit is een deels aangevulde herdruk van 1879. De ‘Fuku geschilderde plattegrond van Tokyo’ dateert van Meiji 3, het

3 jaar van de regeerperiode van keizer Meiji, de herdruk volgt al de westerse jaartelling. Het illustreert het rappe tempo van overname van de westerse rationaliteit. Tokyo is duidelijk al een wereldstad, bij het paleisgebied staat slechts ‘keizer’. De groei van de stad is alleen aangegeven door toevoeging van het stuk

[6] K. Berhardi Sprachkarte von Deutschland Kassel 1843. Coll. S/T U.1c.89, 52 59 cm.

[7] A. Petermann Das General-Gouvernement Elsass und die deutsch-französische Sprachgrenze in: Petermanns Geographische Mittheilungen 16er Band

onderaan (oost) op houtblokdruk. De kaart lijkt verrassend veel op Europese stadsplattegronden: plat vlak, straten, gebouwen met nummers, nieuwe ontwikkelingen in rood. Is het stoomschip linksboven de rood-gele cirkel dat van Perry? Waarschijnlijk niet. Perry’s schip had maar één schoorsteen, de vlag is niet ingekleurd. Japan heeft in 1855 zelf nog geen stoomschepen, dus buitenlands is het wel.

[6] Taalkaart van Duitsland Bernhardi, bibliothecaris te Kassel, stelt in 1834 aan landelijke historische verenigingen voor om een taalkaart van de Duitse natie te maken. In hun romantisch-nationalisme bepaalt de geschiedenis van het volk in hoge mate de ontwikkeling van hun nationaal bewustzijn. En de culturele eenheid van een volk ligt vooral in zijn gemeenschappelijke taal. Op basis van de verzamelde gegevens kan hij negen jaar later de grenzen van Duitsland in oranjerood afbakenen ten opzichte van de andersgekleurde talen van zijn buren (Frans, Italiaans, Deens, Hongaars en ‘Slavisch’). Germaanse enclaves buiten de Duitse Bond staan apart op de kaart evenals de binnengrenzen voor de regionale dialecten (inclusief het Nederlands). De patriot Bernhardi poogt zijn idee van de natie geopolitiek te verbeelden door te tonen hoe het toekomstige Duitsland er uit kan zien. Zijn taaldata zijn echter verzameld door ‘regionale experts’ die uiteenlopende benaderingen hanteren, zoals enquêtes, historisch-linguïstische studies of reisverslagen.

[7] Duits-Franse taalgrens in de Elzas Tweede helft negentiende eeuw wordt de etnokartografie, vooral door taalstatisticus Böckh en geograaf en kartograaf Kiepert, een ‘moderne wetenschap’. Dat is goed te zien op deze kaart van Petermann, gepubliceerd na de grote Pruisische successen in de Frans-Duitse Oorlog (1870-‘71), die voortborduurt op de systematisch verworven taaldata van Böckh. De kaart maakt onderscheid tussen regio’s waar Duits of Frans als moedertaal wordt gesproken en signaleert gemengde tus-

sengebieden. De annexatie van de Elzas door Bismarck en de Duitse staten wordt hier gelegitimeerd op basis van ‘taalkundige mensenrechten’. Alleen Belfort blijft Frans, maar de vesting van Metz in Lotharingen wordt om militaire redenen ook geannexeerd. Nationalisten koesteren het principe dat de staat overeen dient te komen met de geografische grenzen van de natie en niet andersom. Zo wordt de taalstat istiek hun gids om de politieke kaart van Europa (soms drastisch) te herzien. [8] Kantoorkaart van het Duitse Rijk Deze wandkaart, die als zestien gratis bijlagen bij Henzes Illustriertem Anzeiger verschijnt, presenteert het Duitse Rijk dat in januari 1871 in de spiegelzaal van Versailles is gesticht. Daar roepen Duitse vorsten koning Wilhelm van Pruisen uit tot Duits Keizer. De koning van Beieren krijgt daarvoor flinke financiële concessies. Binnen deze statenbond onder Pruisische leiding genieten vier koninkrijken, elf (groot-)hertogdommen, zeven vorstendommen en drie vrije steden op cultureel en bestuurlijk gebied een hoge mate van zelfstandigheid. Bismarck probeert onderlinge verschillen wel te verkleinen, onder meer door het metrieke stelsel in te voeren. Daarom staat hier de schaal niet alleen in geometrische mijlen, maar ook in kilometers aangegeven. Nu het agrarische Duitsland in snel tempo moderniseert poogt Bismarck zijn prille industrie te beschermen met protectionistische maatregelen. Dat brengt hem in conflict met ondernemers die vrijhandel voorstaan. Henze bedient ook die liberale kringen door de kaart te concentreren op industrie, handel en verkeer.

Tokyo als modern design Zelfs met de slimste ontwerpmethoden om een (onder- en bovengronds) spoornetwerk te schematiseren ontstaat in de grootste metropool ter wereld een bijna onoverzichtelijke lijnenbrij. Het is dan ook een kaart/schema van al het openbare zware railvervoer (geen trams) in Groot-Tokyo, een megametropool van 35 miljoen inwoners, een netwerk met bijna duizend stations. Metrokaarten zijn bij uitstek modern design en de revolutionaire vondst los te komen van de topografische ondergrond en diagonalen te gebruiken – voor het eerst radicaal toegepast door Harry Beck voor London Underground, 1933 – maakt dit kaartbeeld tot icoon van moderniteit. Extra voordeel van het loskomen van de ‘topokaart’ is dat plaatsen ver in de randen van het netwerk veel dichter bij het centrum lijken te liggen dan in werkelijkheid. De Tokyose metro is een relatieve nieuwkomer, de eerste lijn stamt uit 1927. Na gedeeltelijke privatisering opereren nu twee metrobedrijven, commerciële spoorlijnen en het staatsspoorbedrijf gebroederlijk naast en door elkaar.

ATLAS GESCHIEDENIS NATIESTAAT EN EERSTE WERELDOORLOG 39 NATIESTAAT EN EERSTE WERELD38
1870. Coll. S/T U.1c.18, 36,5 x 67,5 cm.
XII, Gotha
VERSTEDELIJKING EN METROPOLISERING 99 VERSTEDELIJKING EN METROPOLISERING 98
[26] (onbekend)
van Tokyo) (Tokyo 1855, nadruk 1879). Coll. S/t U.3j.19, 79,5 x 95 cm. [27] Mapple (Shobuncha), Rail Map of Tokyo Aera, JR-lines, Private Railways, Subways, Monorails, All Staitions (sic), Tokyo 2022. Coll. S/T Y.3i.9, 62,5 x 88,5 cm. [27]
24
(plattegrond

Moderniteit in kaart is gebaseerd op de collectie Steegh-Teunissen, een van de grootste particuliere kaartverzamelingen in Nederland, met zo’n 18.300 losse kaarten en 2550 atlassen, kaartboeken en reisgidsen. De hoofdmoot van de verzameling beslaat de negentiende en twintigste eeuw. De voornaamste thema’s zijn watermanagement, stadsontwikkeling, etnische relaties en militaire conflicten. De focus is wereldwijd, met unieke kaarten die dikwijls niet in archieven en musea zijn terug te vinden. Zo’n 250 kaarten zijn te zien in de tentoonstelling in het Design Museum in Den Bosch.

GERELATEERDE BOEKEN

GESCHIEDENIS ATLAS
25

Waarom was er tijdens het naziregime zoveel aandacht voor hedendaagse kunst?

Welke kunst was officieel toegestaan in nazi-Duitsland?

Dat de nationaalsocialisten de moderne kunst uitsloten, is alom bekend.

Maar dat het Duitse rijk onder Hitler de hedendaagse kunst aanwendde als propagandamiddel, kunsttijdschriften liet verschijnen en omvangrijke tentoonstellingen organiseerde, is maar bij weinigen bekend. Steunden de

26 KUNST
MODERNE KUNST

Jelle Bouwhuis

KUNSTHISTORICUS EN CURATOR

Kunsthistoricus en Curator Moderne Kunst bij Museum Arnhem. Hij is daarnaast PhD-kandidaat bij de Vrije Universiteit met zijn onderzoek naar moderne kunstmusea en globalisering.

KUNSTHISTORICUS

Heeft zich gespecialiseerd in het bewaren, bestuderen en presenteren van ongemakkelijk erfgoed. In 2019 maakte hij als gastcurator de veelbesproken tentoonstelling Design van het Derde Rijk in Design Museum Den Bosch.

De officiële kunst uit de periode 1933 tot 1945 is uit het collectieve geheugen verdwenen, omdat ze sindsdien nauwelijks meer is getoond. Kunst in het derde rijk plaatst de kunstenaars en hun werken terug in de kunstgeschiedenis. Het behandelt vragen als: hoe kan het dat in nazi-Duitsland, gekenmerkt door politiek geweld, oorlog, uitsluiting en de Holocaust, zoveel aandacht was voor de kunst? In hoeverre is deze kunst nationaalsocialistisch, en in hoeverre een voortzetting van bestaande tradities? Deze vragen en onderwerpen komen aan de orde tegen de context van de kunstwerken zelf, de betreffende kunstenaars, hun carrières, en de waardering van hun werk voor, tijdens en na het naziregime.

Kunst in het derde rijk

Verleiding en afleiding

GERELATEERDE BOEKEN

JELLE BOUWHUIS, ALMAR SEINEN (REDACTIE)

• 240 pag.

• 17 x 24 cm

• circa 150 afbeeldingen in kleur en zwartwit

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8576 8 | NUR 646

• november 2023

• IN SAMENWERKING MET Museum Arnhem

• TENTOONSTELLING

11 november 2023 t/m 24 maart 2024

• VORMGEVING

Erlend Schenk

€ 24,95

Almar Seinen
27 KUNST MODERNE KUNST

Picasso brengt keramiek letterlijk tot leven

Picasso was al vroeg vertrouwd met het werken met diverse materialen. Net als in zijn schilderijen streefde hij naar vrije individuele expressie en een nieuwe vormentaal. Hij vervormde in een handomdraai een vers gedraaid kannetje tot duifje, beschilderde een vaas als uil en transformeerde en begeesterde zo het dode object. Hij bracht de keramiek letterlijk tot leven.

GERELATEERDE BOEKEN PICASSO PePe Karmel Kij K en naar Pe P e Karmel PICASSO KijKen naar e Karmel KijKen naar picasso Kijken naar Picasso biedt een belangde kunstenaar. Pepe Karmel negeert speculaties over Picasso’s privéleven en richt de aandacht weer op zijn werk, daarbij eens te meer Picasso’s status bevestigend als de grootste kunstenaar van de twintigste eeuw. In helder en toegankelijk proza onderzoekt Karmel Picasso’s werk, in alle expressie, schoonheid en confrontatie. Hij traceert de ontwikkeling van het oeuvre gedurende zeven decennia en toont hoeduceerde die de moderne kunst hebben Met meer dan honderd afbeeldingen, ook van beroemde schilderijen als Demoiselles d’Avignon Guernica en daarnaast van talrijke tekeningen, beelden en grafische werken, biedt Kijken naar Picasso een fris perspectief op de sleutelinnovaties van de kunstenaar, en bovendien een compleet overzicht en volledige analyse van het werk van deze grote meester. kunsthistoricus en tentoonstellingscurator. Momenteel doceert hij aan het Department of Art auteur van nog twee boeken, the Invention of Cubism Abstract Art: A Global History (2020) en schreef geregeld over moderne en contemporaine 28 TOEGEPASTE KUNST KUNST

Sculpturen uit Afrika en Oceanië deden hem beseffen dat de realiteit bepaald wordt door je fantasie. In 1948 vond zijn eerste expositie plaats met keramische objecten, beschilderde schalen en schotels. Zijn vrije geest verdraaide en vervormde de klassieke amforen en kruiken tot lichamen of dierfiguren. Vervolgens paste hij een beschilderingswijze toe die door cartouches en inschilderingen een complexe verschijningsvorm kregen, maar simpele toepassingen verhulden. Hij koos ervoor met een mesje insnijdingen te maken of dikke glazuren gedeeltelijk weer zichtbaar te maken door het gebruik van parafine waar het glazuur geen vat op had. Het resultaat was ronduit verbluffend. Opnieuw bewees Picasso zijn genialiteit. Hij plaveide de weg naar de ‘vrije vorm’ (freeform) in keramiek, meubelkunst en glas die ook bij de experimentele afdeling van de Porceleyne Fles in Nederland zijn weerslag had. Dit boek geeft iets weer van het magisch universum van deze grootse kunstenaar.

KUNSTHISTORICUS

Hij maakte eerder exposities voor ondermeer het Kunstmuseum Den Haag en het Stedelijk Museum Amsterdam. Booij is gastconservator bij het Royal Delft Museum. Hij is daarnaast kunstintermediair en maakt voor de beurzen PAN en BRAFA twee verkoopcollecties per jaar.

KUNSTHISTORICUS

Na werkzaam te zijn geweest voor onder meer Rijksmuseum Muiderslot, het Amsterdam Museum en Museum de Buitenplaats werkt zij nu als conservator voor de John & Marine van Vlissingen Art Foundation. Vanuit die rol werkt ze mee aan verschillende projecten bij het Royal Delft Museum.

➔ Picasso werkte als een magiër die in de trance van zijn werkwijze een vrije vorm en individuele betekenis toevoegde aan de bekende wereld

➔ De aantrekkingskracht van het Picasso keramiek komt voort uit de vlotte, kleurrijke en herkenbare stijl en de gekozen thematiek

Picasso

Magisch keramist

LENNART BOOIJ, ISABEL HEIJNE

• 96 pag.

• 20 x 25 cm

• circa 60 afbeeldingen in kleur

• paperback met flappen

• ISBN 978 94 625 8595 9 | NUR 655

• oktober 2023

• IN SAMENWERKING MET

Royal Delft Museum

• TENTOONSTELLING

8 oktober 2023 t/m 31 mei 2024

• VORMGEVING

Studio Aandacht

• FOTOGRAFIE

Erik en Petra Hesmerg

€ 24,95

Lennart Booij
29 TOEGEPASTE KUNST KUNST

➔ Verschijnt ter gelegenheid van de allereerste solotentoonstelling over Julius Caesar in Nederland

➔ Recente vondsten geven een nieuwe impuls aan het onderzoek naar de activiteiten van Caesar tijdens de Gallische Oorlog

Op zoek naar de sporen van Julius

Caesar

Julius Caesar: Romeins

veldheer, politicus, staatsman en schrijver. De dictator aan wie we de maand juli te danken hebben, aan wie de titel ‘keizer’ is ontleend, die viel voor Cleopatra en grote delen van het huidige Europa bruut aan zijn gezag onderwierp. Op 15 maart 44 voor Christus werd hij door een groep tegenstanders doodgestoken. Deze routegids voor Julius Caesar in de Lage Landen schetst het verhaal van Caesar, en toont dicht bij huis musea en mooie wandellocaties waar dat tot

30

Tom Buijtendorp

Tom Buijtendorp promoveerde op de Romeinse stad Forum Hadriani bij Den Haag, en deed onderzoek naar Caesar in de Lage Landen. Op basis van zijn input maakte Maja d’Hollosy voor het Rijksmuseum van Oudheden een gezichtsreconstructie die vanaf 16 september 2023 in bruikleen te zien is op een grote Caesartentoonstelling in het H’ART Museum in Amsterdam.

GERELATEERDE BOEKEN

De Caesar route

Gids bij Caesar in de Lage Landen

TOM BUIJTENDORP

De lezer kan selectief een kijkje nemen, of de hele route volgen. Oudheden in Leiden geven een beeld van Caesars uiterlijk en zijn opkomst, met enkele pas sinds kort bekende sleutelobjecten. Daarna brengen echte wapens en reconstructies in Roomburg en Archeon zijn leger tot leven, met in Nijmegen een impressie van het landschap. Vanaf daar volgt de route door Limburg en België het verloop van de Gallische Oorlog. Afsluitend bieden het Valkhof en Leiden zicht op Caesars lokale erfenis.

• 112 pag.

• 19 x 26 cm

• ca. 100 afbeeldingen in kleur

• paperback met flappen

• ISBN 978 94 625 8579 9 | NUR 680

• september 2023

• IN SAMENWERKING MET

H’ART Museum Amsterdam

• TENTOONSTELLING

16 september 2023 t/m 1 april 2024

• VORMGEVING

Victor de Leeuw

€ 22,95

ARCHEOLOGIE
GESCHIEDENIS
31

Eindelijk duidelijkheid over de vrouwen in

Rembrandts werk

— In het leven van Rembrandt speelden drie vrouwen een belangrijke rol. Met Saskia Uylenburgh (1612-1642) huwde hij in 1634 en kreeg hij zoon Titus. Na haar overlijden had hij een relatie met Geertje Dircx (1610/1615-na 1656). Hendrickje Stoffels (1623/1626-1663) werd zijn tweede vrouw en met haar kreeg hij dochter Cornelia.

➔ Ondanks alle boeken bleef de vraag hoe Saskia, Geertje en Hendrickje eruit hebben gezien en hoe we dat weten

➔ Rembrandtexpert Jeroen Giltaij schept helderheid in de veelheid aan afbeeldingen van de vrouwen van de kunstenaar

OUDE
32
KUNST KUNST

In dit boek zijn de biografieën van deze vrouwen samengesteld, gebaseerd op nagelaten documenten. Van verschillende schilderijen, tekeningen en etsen van Rembrandt is aangenomen dat zij Saskia voorstellen. Hier wordt nagegaan of dat ook echt zo is. Geertje kon worden herkend in de vrouw die voorkomt op vier tekeningen en een schilderij van Rembrandt. De schilderijen en tekeningen van Rembrandt die Hendrickje heten voor te stellen werden bestudeerd. Maar een zeker portret van haar is niet bekend. Dit boek focust op Saskia, Geertje en Hendrickje: hun levens en alle werken van Rembrandt die ze zouden voorstellen worden besproken.

Jeroen Giltaij CONSERVATOR

Jeroen Giltaij was verbonden aan Museum Boijmans van Beuningen en schreef de catalogus van de tekeningen van Rembrandt en zijn school. Later werd hij daar hoofdconservator oude schilder- en beeldhouwkunst. Hij publiceerde in 2022 het veelbesproken overzicht met alle 684 bekende Rembrandtschilderijen.

GERELATEERDE BOEKEN

De vrouwen

van Rembrandt

Saskia, Geertje, Hendrickje

JEROEN GILTAIJ

• 176 pag.

• 23 x 28 cm

• 90 afbeeldingen in kleur

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8581 2 | NUR 646

• november 2023

• VORMGEVING

Marjo Starink

€ 34,95

33 OUDE KUNST KUNST

Het eerste boek over de Nederlandse bouwwereld tijdens de bezetting

— Bouwen zonder scrupules laat zien hoe de Nederlandse bouwwereld zich tijdens de bezetting vrijwillig en op grote schaal heeft laten inschakelen door de Duitsers, zowel in Nederland als daarbuiten. Het betrof niet alleen NSB-aannemers, maar ook grote gevestigde bouwbedrijven. Ondanks de bezetting had de bouwwereld slechts oog voor haar eigen zakelijke en sectorale belangen.

34 TWEEDE
WERELDOORLOG GESCHIEDENIS
GERELATEERDE BOEKEN

➔ De brisante oorlogsgeschiedenis van de Nederlandse bouwwereld

➔ Bouwbedrijven werden door de Duitse bezetter ingeschakeld

bij aanleg, nieuwbouw en herstelwerkzaamheden

Pogingen van zowel Nederlandse als Duitse zijde om tot regulering te komen mislukten door tegenwerking van de brancheorganisatie Federatie Werkgevers Bouwbedrijf en later de Bedrijfsgroep Bouwindustrie. Na de bevrijding werden de woningbouwers alsnog gereguleerd in het kader van de wederopbouw. Het probleem dat veel bouwbedrijven die gecollaboreerd hadden nog over materieel beschikten, terwijl goede bedrijven dat waren kwijtgeraakt door vordering en inbeslagname, werd niet bevredigend opgelost door het belang van de wederopbouw en de trage rechtsgang. Bouwen zonder scrupules is de handelseditie van het gelijknamige proefschrift waarop de auteur dit najaar promoveert.

Geert­Jan

HISTORICUS

Mellink

Mellink is zelfstandig historisch onderzoeker en publiceerde meerdere boeken over de Tweede Wereldoorlog. Hij was co-auteur van Verdreven voor de Atlantikwall.

Bouwen

zonder scrupules

De Nederlandse

bouwwereld 1940­1950

GEERT-JAN MELLINK

• 320 pag.

• 17 x 24 cm

• circa 25 afbeeldingen in zwartwit

• paperback met flappen

• ISBN 978 94 625 8582 9 | NUR 680

• november 2023

• VORMGEVING omslag

Victor de Leeuw

€ 34,95

35 TWEEDE WERELDOORLOG GESCHIEDENIS

De Bavokerk van buiten en binnen

Het gezicht op Haarlem: wie kent het schilderij niet, zou je bijna zeggen. De mooie ligging van Haarlem en de Bavo die er hoog boven uittorent werd al vroeg in de zeventiende eeuw geroemd. Sindsdien hebben tal van belangrijke schilders zich laten inspireren door de Bavo: door haar majestueuze verschijning aan de horizon, door haar ligging in de stad, en door haar interieur.

➔ Het logische vervolg op Het Grote Bavoboek

➔ Een nieuw handboek over de topografie van de Bavokerk

➔ Het hart van Haarlem als inspiratiebron voor grote kunstenaars

36 OUDE KUNST KUNST

Pieter Biesboer KUNSTHISTORICUS

Studeerde kunstgeschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam en Bryn Mawr College (USA). Van 1976 tot 2009 was hij conservator van het Frans Hals Museum. Hij werkte mee aan tentoonstellingen over zeventiende-eeuwse kunst. Biesboer publiceerde een aantal artikelen over Frans Hals en wordt beschouwd als één van de Hals experts.

Wereldberoemd zijn de panoroma’s vanaf de duinen door Jacob van Ruisdael (1628-1683), die de benaming ‘Haerlempjes’ kregen. Het weergeven van de schoonheid van de stad met de Grote Markt en de Bavokerk door Gerrit Berckheyde (1638-1698) werd zijn specialiteit. De verstilde interieurs van de kerk met zijn klare lijnen door Pieter Saenredam (1597-1665) wekken nog steeds grote bewondering. De achttiende-eeuwse topografische kunstenaars nemen ons mee op hun wandelingen in de pittoreske omgeving van Haarlem met de Bavo als baken aan de horizon. Later in de negentiende eeuw zullen Cornelis Springer (1817-1891) en Johannes Bosboom (1817-1891) de in verval geraakte schoonheid van de stad en de Bavo romantiseren.

De Grote of St.-Bavokerk in de schilderkunst

PIETER BIESBOER

GERELATEERDE BOEKEN

• 204 pag.

• 23 x 29 cm

• 138 afbeeldingen in kleur

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8583 6 | NUR 646

• september 2023

• IN SAMENWERKING MET

Vrienden van de Bavo

• TENTOONSTELLING

Frans Hals Museum

22 september 2023 t/m 7 januari 2024

• VORMGEVING

Frederik de Wal

€ 39,95

37 OUDE KUNST KUNST

Govert Flinck vanuit het

perspectief van zijn tijdgenoten

Govert Flinck was een van de meest getalenteerde leerlingen van Rembrandt, maar hij was veel meer dan dat alleen. Na zijn leertijd ontwikkelde hij al gauw zijn eigen stijl waarmee hij een uitstekende reputatie bij zijn tijdgenoten opbouwde. Dit leidde er toe dat het Flinck was, die in 1659 de meest prestigieuze opdracht kreeg van alle schilders in Amsterdam in de zeventiende eeuw: de geschilderde decoraties van de galerijen van het nieuwe Stadhuis op de Dam. Zijn dood vier maanden later zorgde ervoor dat die decoraties nooit zijn uitgevoerd.

➔ Het eerste boek over de grote meester in vijftig jaar

➔ Een nieuwe biografie met archiefvondsten, een catalogus van schilderijen volgens de meest recente inzichten, maar vooral een bredere, open blik op de schilder en zijn werk

38 OUDE KUNST SCHILDERKUNST

Dit boek beschouwt Flinck vanuit het perspectief van zijn tijdgenoten: zijn familie, vrienden, zijn opdrachtgevers, zijn leermeesters, medekunstenaars en leerlingen, maar ook de dichters die zijn leven en werk bezongen. Door leven en werk van Flinck in deze context te plaatsen wordt het beeld van de kunstenaar en zijn oeuvre completer en krijgt het meer betekenis.

Govert Flinck (1615-1660) bevat –naast essays die de wereld van en rond Govert Flinck beschrijveneen biografie en een catalogus van schilderijen. Zijn portretten, schutterstukken en schilderijen met Bijbelse, historische en mythologische onderwerpen laten zien dat hij zeer getalenteerd was, en in een breed scala aan stijlen uit de voeten kon.

GERELATEERDE BOEKEN

KUNSTHISTORICUS

Kunsthistoricus, gespecialiseerd in Nederlandse, zeventiende-eeuwse schilderkunst. Hij werkt als conservator bij het Amsterdam Museum sinds 2013 en was betrokken bij vele tentoonstellingen, waaronder Ferdinand Bol en Govert Flinck: Rembrandts meesterleerlingen in het Amsterdam Museum en het Rembrandthuis in 2017-2018 en Govert Flinck: Reflecting History in 2015-2016 in Museum Kurhaus in Kleef.

Govert Flinck (1615-1660)

TOM VAN DER MOLEN

• 560 pag.

• 23 x 28 cm

• ca. 300 afbeeldingen in kleur

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8590 4 | NUR 646

• november 2023

• VORMGEVING

Marjo Starink € 75,00 (Vanaf 1 maart 2024 € 100,00)

Tom van der Molen
39 OUDE KUNST SCHILDERKUNST

Het aangrijpende verhaal van een joodse kunstenaar in Sobibor

Vastberaden en veelbelovend gaat over het leven en werk van de joodse kunstenaar Max van Dam. Max van Dam werd in 1910 geboren in Winterswijk en groeit op in een ‘rood nest’ met aandacht voor maatschappelijke vraagstukken, kunst en literatuur. Al jong besluit hij zijn leven te wijden aan de kunst. Wanneer hij zijn kunstopleiding heeft afgerond, breken de crisisjaren aan en neemt Hitler in Duitsland de macht over.

➔ Een monument voor Max van Dam als symbool voor de ruim 34.000 Nederlandse joden die in Sobibor zijn vermoord

➔ Verschijnt aan de vooravond van de 80-jarige herdenking van de opstand in Sobibor GERELATEERDE

40 TWEEDE WERELDOORLOG GESCHIEDENIS
BOEKEN

Frederieke Jeletich­Visser

KUNSTHISTORICUS EN CULTUREEL ONDERNEMER

Als projectleider en curator is zij de schakel tussen inhoud, ontwerp en productie van tentoonstellingen en evenementen op het snijvlak van geschiedenis en kunst.

Dankzij zijn grote toewijding aan de schilderkunst, de steun van familie, vrienden, collega-kunstenaars en zijn mecenas Jaap Hemelrijk, groeit Max van Dams bekendheid. In 1938 wint hij de Prix De Rome. Zijn kunstenaarschap krijgt erkenning in artistieke kringen, juist op het moment dat hij zich, vanwege toenemend antisemitisme en het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, zo onzichtbaar mogelijk moet maken.

Langzaam maar zeker verliest Max van Dam zijn vrijheid. Hij krijgt nauwelijks meer kunstopdrachten. Exposeren wordt onmogelijk. Na een periode van onderduik en vlucht naar Zwitserland, komt Van Dam via het Franse interneringskamp Drancy terecht in vernietigingskamp Sobibor. Hier weet hij bijna een half jaar als gevangene te overleven door schilderijen te maken voor SS’ers. Het blijkt geen uitstel van executie te geven: Max van Dam wordt op of rond 20 september 1943 in Sobibor vermoord. Dit boek laat zien dat er zonder maker geen kunst is, maar ook dat wanneer anderen zich ontfermen over zijn kunst de maker weer zichtbaar kan worden.

Vastberaden en veelbelovend

Max van Dam 1910­1943

FREDERIEKE JELETICH-VISSER

• 192 pag.

• 22 x 24,5 cm

• ca. 120 afbeeldingen in kleur en zwartwit

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8584 3 | NUR 680

• september 2023

• IN SAMENWERKING MET

Museum Sjoel Elburg

• TENTOONSTELLING

21 september t/m 27 januari 2024

• VORMGEVING

Studio Koster Van Lienen

€ 34,95

41 TWEEDE WERELDOORLOG GESCHIEDENIS

Hoe wereldhavens economische knooppunten werden

Wereldhavens zijn toenemend in het nieuws. Een scheepsongeluk in het Suezkanaal, de coronapandemie, oorlogen, klimaatverandering, geopolitieke spanningen: havens en wereldhandel raken makkelijk ontwricht.

➔ Scheepvaart, havens en handel zijn essentieel voor de mensheid

➔ De wereldhandel gaat voor 90 procent per schip van haven naar haven, de knooppunten van de wereldsamenleving

Wat gebeurt er in die wereldhavens? Hoe zijn ze ontstaan? Hoe hebben ze zich ontwikkeld? Hoe hebben de havens in China zich zo enorm kunnen uitbreiden? Kunnen havens eindeloos blijven groeien, of niet? Wat doen ze aan het klimaat en de energietransitie? Hoe ziet de maritieme wereld er straks uit?

Dat zijn vragen die Aafke Steenhuis en Jan Joost Teunissen zich stelden. De afgelopen tien jaar reisden ze, nieuwsgierig en gedreven, naar cruciale en kleurrijke havens in de wereld, zoals Shanghai, Singapore, Mumbai, Dubai, Alexandrië, Kaapstad, Rotterdam, Hamburg, Marseille, Genua, Los Angeles, Santos. Over hun reis om de wereld schreven zij een spannend, informatief en sfeervol boek.

42 20E
EN 21E EEUW GESCHIEDENIS

Aafke Steenhuis

SCHRIJFSTER EN SCHILDER

Al op jonge leeftijd geïnteresseerd voor wereldpolitiek. Werkte in de landhervorming in Chili. Oud-redacteur van het weekblad De Groene Amsterdammer. Oprichter van de Golfgroep, een discussiegroep die zich met internationale politieke thema’s bezighoudt. In haar tekenwerk geïnspireerd door het Duitse expressionisme en door de Groninger schilderbeweging De Ploeg.

Jan Joost Teunissen

SOCIAAL WETENSCHAPPER EN JOURNALIST

Als onderzoeker verwierf hij veel inzicht in internationale financiën en economische betrekkingen. Oprichter en oud-directeur van internationaal beleidsonderzoekcentrum FONDAD. Sinds 2013 reizen Aafke en Jan Joost naar grote internationale havens, en doen zij onderzoek naar globalisering en naar de geschiedenis van wereldhavens.

De grote wilde vaart

Wereldhavens en globalisering

AAFKE STEENHUIS, JAN JOOST TEUNISSEN

• 320 pag.

• 17 x 24 cm

• circa 20 afbeeldingen in kleur

• paperback met flappen

• ISBN 978 94 625 8591 1| NUR 680

• september 2023

• VORMGEVING omslag

Victor de Leeuw

€ 39,95

43 GESCHIEDENIS 20E EN 21E EEUW
GERELATEERDE BOEKEN

uit 350.000 persfoto’s

Bekijk Twente door het oog van de persfotograaf

Twentsche Courant legden na de oorlog alle belangrijke nieuwsgebeurtenissen in Twente vast. Van de eerste Twentse zeepkistenrace tot de vuurwerkramp in Enschede. Van de langzaam oprukkende E8 tot de opening van Nederlands eerste moskee in Almelo. Van de Boerenopstand in Tubbergen tot de corona-

Het stond in de krant

Twente door de lens van de nieuwsfotograaf

MARCO KRIJNSEN

• 144 pag.

• 22 x 24 cm

• ca. 100 afbeeldingen in kleur en zwartwit

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8589 8 | NUR 693

• oktober 2023

• VORMGEVING

Frank de Wit

€ 24,95

is een kleurrijke bloemlezing uit het recent ontsloten archief met 350.000 krantenfoto’s. Belangrijke nieuwsgebeurtenissen komen voorbij. Ook is er aandacht voor maatschappelijke veranderingen, rituelen en vermaak door de jaren heen. Journalist en historicus Marco Krijnsen plaatst de 125 geselecteerde foto’s in de tijd. Dit fotoboek vertelt op geheel eigen wijze het verhaal van het naoorlogse Twente.

Marco Krijnsen

PUBLIEKSHISTORICUS

Freelance schrijver en journalist en daarnaast publiekshistoricus bij de Overijsselacademie. Van 1989 tot 2007 was hij als journalist verbonden aan de Twentsche Courant Tubantia.

GERELATEERDE BOEKEN

44 GESCHIEDENIS REGIONAAL

Jan ten Hove

ZELFSTANDIG HISTORICUS

Jan ten Hove heeft als historisch zzp’er tal van publicaties verzorgd. Zijn werk is bekroond met de prijs voor het Overijssels Boek van het Jaar (2012), de Ithakaprijs (2018) en de mr. J.W. Racerprijs (2022).

GERELATEERDE BOEKEN

Sporen van bijna

700 jaar bouw­ en bewoningsgeschiedenis

Het Vrouwenhuis is een van de meest bijzondere monumenten van Zwolle. Het omvangrijke gebouw tussen Melkmarkt en Voorstraat begon zijn bewogen bestaan in de middeleeuwen als een voornaam woonhuis voor bemiddelde burgers. Sinds 1742 heeft het dankzij een testamentaire beschikking van de schatrijke Aleida Greve bijna 250 jaar lang als hofje voor min of meer behoeftige bejaarde vrouwen gefungeerd.

Saskia Zwiers

BEELDEND KUNSTENAAR EN KUNSTHISTORICUS

Saskia Zwiers is sinds 1997 werkzaam als directrice bij Stichting het Vrouwenhuis. Zij publiceert regelmatig over (kunst)historische onderwerpen en doet o.a. onderzoek naar Zwolse schilderessen.

➔ Vanaf de achttiende eeuw uitsluitend bewoond door vrouwen, rijk en arm, jong en oud

Het Vrouwenhuis van Aleida Greve

Hofje vol historie

JAN TEN HOVE, SASKIA ZWIERS

• 208 pag.

• 22 x 24,5 cm

• ca. 200 afbeeldingen in kleur en zwartwit

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8587 4 | NUR 680

• oktober 2023

• IN SAMENWERKING MET

Stichting Het Vrouwenhuis Zwolle

• VORMGEVING

Frank de Wit

€ 29,95

➔ Een tijdlijn vol memorabele gebeurtenissen en mensen
45 GESCHIEDENIS REGIONAAL

Visuele geschiedenis van de naoorlogse Mijnstreek

Steenkool was tot eind jaren vijftig de kurk waarop de Nederlandse economie voor een belangrijk, zij het geleidelijk afnemend deel, dreef. De economische betekenis van de mijnindustrie voor de Nederlandse samenleving had in de jaren van de wederopbouw een beslissende invloed op het wel en wee van de bewoners van de Limburgse mijnstreek.

➔ Loonbeheersing was in de jaren vijftig het motto: het nationale belang ging vóór het belang van de mijnstreek

➔ De Nederlandse wederopbouw was niet mogelijk zonder steenkool

46 GESCHIEDENIS REGIONAAL

Juist op het moment dat aan de spaarzame en vlijtige jaren vijftig een einde komt en de welvaartsstaat in wording is, verliezen de mijnen de strijd tegen goedkopere energiebronnen. Al sedert medio jaren vijftig ontstaat in de Limburgse mijnstreek meer alternatieve werkgelegenheid. Het onderwijs biedt bovendien steeds meer mogelijkheden de eerst zo onvermijdelijke weg naar de mijn te vermijden. Mijnarbeid was nooit geliefd, maar nu slagen de mijnen er niet meer in voldoende arbeidskrachten uit de eigen regio voor het zware, ongezonde en gevaarlijke ondergrondse werk aan te trekken.

Opbouw, groei en stagnatie kenmerken de economie in de jaren 1955-1975. Die fasen kenmerken ook de ontwikkelingen in de mijnstreek. De visuele weerslag daarvan vinden we terug in de fotoverzamelingen van de mijnen, de voormalige mijngemeenten en andere archieven. Net als het rijke, ten dele niet eerder gepubliceerde beeldmateriaal werpen ook de begeleidende teksten voor een deel een nieuw licht op dertig jaar van wederopbouw en neergang van de Limburgse mijnstreek.

Loek Kreukels HISTORICUS

Studeerde geschiedenis en publiceerde in 1986 een veelbesproken proefschrift over de vooroorlogse sociale geschiedenis van de Nederlandse steenkolenmijnbouw. Sedert enkele jaren publiceert hij weer op het terrein van de economische en sociale geschiedenis van de Nederlandse steenkolenmijnen.

GERELATEERDE BOEKEN

Morgen wordt het beter De Mijnstreek 1944­1975

LOEK KREUKELS

• 144 pag.

• 24 x 31 cm

• ca. 130 afbeeldingen in kleur en zwartwit

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8588 1 | NUR 693

• november 2023

• VORMGEVING

Afra Dijkstra, Riesenkind

€ 29,95

47 GESCHIEDENIS REGIONAAL

Vernoemd naar een vooroorlogse speelfilm

Na de Tweede Wereldoorlog werd de stoomlocomotief in Nederland steeds verder naar de achtergrond gedrongen. De elektrificatie van het spoorwegnet vorderde weliswaar in rap tempo, maar voor de secundaire lijnen was dit vooral om economische redenen geen optie. Zo kreeg de NV Allan in Rotterdam de opdracht om voor deze lijnen geschikt dieselmaterieel te bouwen.

Het eerste naoorlogse dieselmaterieel van NS

Een fotografisch feest van herkenning voor de liefhebbers

Het nieuwe boek van spoorwegkenner Carel van Gestel

48 SPOORWEGEN GESCHIEDENIS

In de eerste helft van de jaren vijftig werden 40 tweewagenstellen en 20 motorrijtuigen afgeleverd, die bekend zouden worden als Blauwe Engelen. Niet vreemd, gezien de blauwe kleur en het gevleugelde handelsmerk van Allan onder de cabineruiten. Ook al veranderde later de kleur, de naam bleef hetzelfde. Tot op de dag van vandaag.

Dit boek brengt de herinneringen aan de Blauwe Engel in die ‘goeie ouwe tijd’ weer tot leven in schitterende foto’s, die een uniek beeld geven van dit materieel, van het begin tot het eind, in voor- en tegenspoed. Natuurlijk ontbreekt ook het materieel niet dat voor het nageslacht bewaard is gebleven. De Blauwe Engel, een levende legende!

Carel van Gestel

SPOORWEGKENNER

Was tot zijn pensionering leraar Engels. Over de spoorwegen in Nederland heeft hij een groot aantal boeken en artikelen geschreven. Zijn meest recente boek is Blokkendozen op het spoor.

GERELATEERDE BOEKEN

In het spoor van de Blauwe Engel

Het eerste naoorlogse

dieselmaterieel van NS

CAREL VAN GESTEL

• 176 pag.

• 21 x 28 cm

• ca. 250 afbeeldingen in kleur en zwartwit

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8586 7 | NUR 680

• november 2023

• VORMGEVING

Erik Vos

€ 39,95

49 SPOORWEGEN GESCHIEDENIS

Bruce Springsteen compleet

JEAN-MICHEL GUESDON, PHILIPPE MARGOTIN

• 680 pag.

• 21 x 27 cm

• 450 afbeeldingen

• gebonden

• verschenen

• ISBN 978 94 625 8501 0 |

NUR 660, 666

€ 69,95

Boordevol hits van ‘the Boss’

— We beginnen bij ‘Greetings from Asbury Park, NJ’ en eindigen bij ‘Letter To You’ — daartussenin vinden we klassieke Springsteen-albums als ‘Darkness on the Edge of Town’, ‘Nebraska’ en ‘Born in the U.S.A.’. Bruce Springsteen compleet biedt het volledige verhaal van de ‘boss’ in 680 pagina’s. Achter elk Springsteenliedje zijn verhelderende inzichten op te doen over de creatieve inspiratie van de songwriter en zanger uit New Jersey, die een bijzondere hoek voor zichzelf in de populaire cultuur wist te creëren door te zingen over het arbeidersleven in de Verenigde Staten.

Chronologisch gearrangeerd en uitermate gedetailleerd gaan de auteurs van dit boek de songs, albums, live-opnames, out-takes, rariteiten en samenwerkingen zoals die met de E Street Band bij langs, van vroege hits als ‘Blinded by the Light’ en ‘Spirit in the Night’ tot meesterwerken als ‘Dancing in the Dark’ en ‘Tucson Train’.

➔ ‘Op Bruce Springsteen compleet valt feitelijk niets aan te merken’ – Oor
➔ ‘Alles komt voorbij’
– Dagblad van het Noorden
MUZIEKGESCHIEDENIS GESCHIEDENIS 50
GERELATEERDE BOEKEN

Schijn bedriegt: achter

oude gevels gaan nog veel oudere huizen schuil

Delft werd in 1536 getroffen door een stadsbrand die driekwart van de stad in de as legde. Uit de herbouwperiode daarna blijken nog veel huizen te resteren, maar het uiterlijk ervan veranderde meestal wel. In de 17de eeuw kregen enkele een extra verdieping en een nieuwe voorgevel. In de 18de en 19de eeuw kregen de meeste een lijstgevel. Dat er daarachter veel oudere huizen schuil kunnen gaan, maakt dit boek duidelijk. Het geeft een beeld van de grote variëteit aan architectuur, detaillering, indeling en opzet van huizen in Delft. Elders, in het bijzonder in het westen van ons land, komen vergelijkbare huizen voor. Daarom is het boek niet alleen van belang voor de kennis over Delftse huizen, maar ook om kenmerken te herkennen waaraan de bouwgeschiedenis van huizen in andere plaatsen is af te leiden.

Wim Weve BOUWHISTORICUS

Wim Weve is bouwhistoricus en was tot zijn pensionering vijfentwintig jaar werkzaam bij de gemeente Delft. Hij publiceert veelvuldig over Delftse bouwhistorische en topografische onderwerpen, onder meer over de topografie in het werk van Pieter de Hooch en Johannes Vermeer.

Huizen in Delft in de 16de en 17de eeuw

WIM WEVE

GERELATEERDE BOEKEN

• 264 pag.

• 21 x 28 cm

• 620 afbeeldingen in kleur en zwartwit

• paperback met flappen

• ISBN 978 94 625 8568 3 | NUR 693

• verschenen

• VORMGEVING Marjo Starink

€ 34,95

➔ ‘Een rijk gedocumenteerd en rijk geïllustreerd boek’
Holland Historisch Tijdschrift
➔ Delft bezit uitzonderlijk veel zestiende-eeuwse gevels in de binnenstad
GESCHIEDENIS REGIONAAL 51

30 jaar aan de culinaire

wereldtop Het Zwolse sterrenrestaurant

De Librije weet zich al dertig jaar op hoog gastronomisch niveau te handhaven. Met inmiddels eenzelfde sterrenstatus werken eigenaren Jonnie en Thérèse Boer onvermoeibaar en met schijnbaar onuitputtelijke inspiratie en motivatie aan hun levenswerk. Wat is het geheime recept van hun succes?

➔ De achterkant van het opgemaakte bord

➔ Toprestaurant De Librije backstage

In De Librije | Het recept nemen culinair publicist Joël Broekaert en fotograaf Gijs Dragt ieder op eigen wijze een kijk in de keuken van Jonnie en Thérèse. Gijs Dragt volgde en fotografeerde het echtpaar en hun team backstage. Joël Broekaert sprak met Jonnie en Thérèse over hoe zij hun zaak al die tijd met ups en downs op hoog niveau draaiende wisten te houden, hoe de 3-sterrenstatus bereikt en behouden werd en hoe zij dit alles combineerden met een privéleven.

De Librije | Het Recept is nadrukkelijk geen kookboek, maar Broekaert fileert aan de hand van klassieke Librije-recepten wel de spraakmakende ingrediënten van het Librije concept.

52 CULINAIR
GESCHIEDENIS

Joël Broekaert

CULINAIR JOURNALIST

Joël Broekaert is culinair journalist en restaurantrecensent voor NRC Handelsblad en Vrij Nederland. Hij is vaak op tv te zien als culinair expert.

GERELATEERDE BOEK

Gijs Dragt

FOTOGRAAF EN VORMGEVER

Kunstenaar, fotograaf en ontwerper Gijs Dragt maakte voor WBOOKS een groot aantal boeken, onder andere succestitel

Jonnie & Thérèse Thuis

De Librije

Het recept

JOËL BROEKAERT, GIJS DRAGT

• 240 pag.

• 22,5 x 27,5 cm

• ca. 200 afbeeldingen in kleur en zwartwit

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8564 5 | NUR 440

• oktober 2023

• IN SAMENWERKING MET

De Librije

• VORMGEVING Gijs Dragt

€ 39,95

53 GESCHIEDENIS CULINAIR

Het logische vervolg op bestseller

Het Grote Vrouwen Kunst Boek

Fenomenale vrouwen in de schilderkunst is precies wat de titel doet vermoeden: een royaal overzicht van meer dan 300 vrouwelijke schilders en hun werk, dat zich uitstrekt over bijna vijf eeuwen.

➔ 500 jaar kunstgeschiedenis aan de hand van 300 schilderijen van onder meer Hilma af Klint, Nicole Eisenman en Artemisia Gentileschi

➔ Een heerlijk overzicht van wereldberoemde kunstenaars en ‘rising stars’

➔ ‘Wie kijkt naar het aanbod van grote musea, ziet, eindelijk, heel veel vrouwen’ – Wieteke van Zeil

OVERZICHTSWERK KUNST 54

De schrijver van Fenomenale vrouwen in de schilderkunst woont en werkt in New York en Warschau. Ze cureerde spraakmakende tentoonstellingen in het Guggenheim Museum en Palazzo Grassi.

Dit baanbrekende boek geeft een rijkere en meer diverse vertelling van het verhaal van de schilderkunst dan tot voor kort werd aangehouden. Met kunstenaars van over de hele wereld, bekende vrouwelijke schilders uit de geschiedenis en de meest spraakmakende rijzende sterren van vandaag. Alfabetisch geordend struinen we door deze kleurrijke keuze uit de kunstgeschiedenis waarin geen kunststroming of -stijl onbenoemd blijft. Elke kunstenaar komt aan bod met zowel een iconisch werk als een beknopte tekst met alle onmisbare informatie over haar leven en werk.

Fenomenale vrouwen in de schilderkunst

ALISON M. GINGERAS

• 348 pag.

• 25 x 29 cm

• ca. 300 afbeeldingen in kleur

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8558 4 | NUR 646

• verschenen

Introductieprijs

€ 59,95 (t/m 30-9, daarna € 69,95)

OVERZICHTSWERK KUNST
GERELATEERDE BOEKEN Alison M. Gingeras CONSERVATOR EN SCHRIJVER
55

Het aangrijpende verhaal van Joodse mannen die ontkwamen aan de nazi’s en deelnamen aan de Slag om Arnhem

Op 17 september 1944 begon Operatie Market Garden, de grootste geallieerde luchtlandingsoperatie van de Tweede Wereldoorlog. De Britse 1st Airborne Division werd ingezet bij Arnhem. Onder deze eenheid bevonden zich eenentwintig Joodse Duitsers en Oostenrijkers. Zij waren in nazi-Duitsland opgegroeid maar wisten in de jaren 1930 naar Groot-Brittannië te vluchten en zich daar bij de Britse luchtlandingsstrijdkrachten aan te sluiten.

Gevlucht om te vechten

De Joodse vluchtelingen

van de 1st Airborne Division

JORY BRENTJENS

• 144 pag.

• 17 x 24 cm

• ca. 100 afbeeldingen in zwartwit

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8562 1 | NUR 680

• verschenen

• IN SAMENWERKING MET Airborne Museum

• TENTOONSTELLING

10 juni 2023 t/m 24 februari 2024

• VORMGEVING Erlend Schenk

€ 24,95

In Groot-Brittannië werden hun pogingen om een nieuw leven op te bouwen ruw onderbroken door de Duitse invasie van West-Europa. Het wantrouwen ten aanzien van Duitse en Oostenrijkse vluchtelingen nam toe en in juni 1940 besloot de Britse overheid hen te interneren. Na hun vrijlating sloten veel vluchtelingen zich aan bij Britse leger. Zo kwamen ze, via een lange omweg, met de Britse luchtlandingstroepen bij Arnhem terecht. In Gevlucht om te vechten wordt de bijzondere geschiedenis van deze Joodse mannen verteld aan de hand van persoonlijke verhalen.

GERELATEERDE BOEKEN 56 GESCHIEDENIS TWEEDE WERELDOORLOG
➔ Deze mannen lieten familie en bezit achter voor een ongewisse toekomst in het buitenland
➔ Om zichzelf te beschermen in geval van krijgsgevangenschap vochten ze onder aangenomen namen en religies

Dit boek laat zien dat het slavernijverleden zich niet alleen overzee of in het westen van ons land afspeelde, maar dat het ook deel is van de Overijsselse geschiedenis. De 25 historische verhalen en 5 interviews met nazaten van tot slaaf gemaakten schetsen een beeld van de Overijsselse banden met de koloniale slavernij in de Oost en de West, van de zeventiende tot en met de negentiende eeuw en enkele latere uitlopers.

Overijssel geeft rekenschap van het slavernijverleden

De geschiedenis van kolonialisme en slavernij staat de laatste jaren veel in de aandacht. Toch is er over de betrokkenheid van Overijssel en de Overijsselaars bij dit verleden nog weinig bekend. Terwijl er in de provincie wel degelijk sporen van het slavernijverleden zijn. Denk aan Overijsselse plantage-eigenaren, bewindhebbers van de VOC en WIC, bedrijven en industrieën met koloniale banden, zwarte aanwezigheid in de provincie of Overijsselaars die zich uitspraken tegen het systeem van slavernij.

➔ Overijssel overzee: een bewogen onderwerp waarvan veel sporen zijn te vinden

Overijssel en slavernij

MARCO KRIJNSEN, MARTIN VAN DER LINDE, ESTHER VAN VELDEN (RED.)

• 208 pag.

• 22 x 24 cm

• ca. 150 afbeeldingen

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8559 1 | NUR 693

• verschenen

• IN SAMENWERKING MET

Stichting Overijsselacademie

• VORMGEVING Frank de Wit

€ 29,95

57
➔ Een nieuw perspectief op Overijsselse geschiedenis
REGIONAAL GESCHIEDENIS
GERELATEERDE BOEKEN

Negen Oost­Nederlandse

steden in het teken van hun Hanzeverleden

— Eén van de boeiende aspecten van de geschiedenis van de Hanze is dat zij eeuwenlang functioneerde zonder een organisatie te zijn. Zij was een verbond dat de leden economisch voordeel garandeerde ten opzichte van de concurrentie. Belangrijkste product is de haring uit de Baltische Zee, andere producten zijn wijn uit het Rijngebied, zout uit Lüneburg, stokvis uit Noorwegen, wol uit Engeland, stoffen uit de Nederlanden, bier uit Hamburg en Bremen en granen uit Noord-Duitsland en het Baltische gebied. Aanvankelijk was zij een verbinding van kooplieden, maar omstreeks 1300 werd zij omgezet in een stedenbond.

Atlas van negen Hanzesteden

Doesburg, Zutphen, Deventer, Hattem, Zwolle, Hasselt, Kampen, Elburg, Harderwijk

PAUL BROOD, MICHEL GROOTHEDDE, EWOUT VAN DER HORST, FRANK INKLAAR, HARRY STALKNECHT

• 144 pag.

• 24,5 x 31 cm

• ca. 100 afbeeldingen in kleur

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8563 8 | NUR 693

• verschenen

• IN SAMENWERKING MET Marketing Oost

• VORMGEVING Richard Bos

€ 24,95

Het jaar 1356 is een omslagpunt. Toen werd de zogenaamde Hanzedag ingesteld als orgaan om de gemeenschappelijke belangen van het verbond te behartigen. Ondanks successen nam slechts een beperkt aantal steden regelmatig deel. Bovendien werden de vertegenwoordigers gehinderd door een te gering mandaat om besluiten te nemen. In het huidige Nederland zijn het vooral steden in het noorden en oosten die tot de Hanze toetreden. De Atlas van negen Hanzesteden plaatst hun lidmaatschap in historisch perspectief.

➔ 22 Nederlandse steden zijn lid geweest van het Hanzeverbond
➔ Uitgave in het kader van Hanzejaar 2023
GERELATEERDE BOEKEN
GESCHIEDENIS REGIONAAL
58
➔ Aantrekkelijk historisch overzicht van de relatie tussen negen steden en de Hanze door de eeuwen heen

In dit boek neemt Wim Eikelboom de lezer mee op zijn reis langs de rivier. Een reis langs mensen die leven met de IJssel. Een reis door het landschap en de natuur. Een reis in de geschiedenis. Elke dag heeft de IJssel iets te bieden: schoonheid, inspiratie, ontroering, een historisch weetje, de gevaren van het water, een kunstwerk, gedicht of een bijzonder dier.

Van de IJssel krijg je nooit genoeg

— Rivieren trekken mensen. Een rivier met grote aantrekkingskracht is de IJssel. De liefelijke waterstroom doorsnijdt Gelderland en Overijssel onderweg naar het IJsselmeer. Veel mensen vinden er in alle seizoenen ontspanning, rust, plezier en troost. Van de IJssel krijg je nooit genoeg. Daarom verschijnt Geen dag zonder de IJssel.

GERELATEERDE BOEKEN

➔ Geen dag zonder de IJssel is het bewijs waarom zoveel mensen van de IJssel houden

➔ Verschijnt ter gelegenheid van de IJsselbiënnale

(17 juni t/m 17 september)

Geen dag zonder de IJssel

WIM EIKELBOOM

• 376 pag.

• 19,7 x 19,7 cm

• 365 afbeeldingen in kleur en zwartwit

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8565 2 | NUR 693

• verschenen

• VORMGEVING Richard Bos

€ 29,95

REGIONAAL GESCHIEDENIS
59

Sculpturaal en monumentaal in vorm, kwetsbaar en sensueel in afwerking

— De Nederlandse keramist Wouter Dam wordt, met studiegenoten als Babs Haenen, Geert Lap, Barbara Nanning en Pauline Wiertz, gerekend tot de succesvolste leerlingen van Jan van der Vaart en de keramiekopleiding van de Rietveldacademie eind jaren 1970. Hoewel zijn werk in geen enkel internationaal overzicht van de afgelopen dertig jaar ontbreekt, was er tot op heden geen boek over zijn oeuvre.

Vanaf de jaren 1990 ontwikkelt het werk van Dam zich van klassiek vormgegeven en enigszins ingetogen vaasvormen tot een expressief oeuvre waarin sculpturale kwaliteiten van een vaasvorm abstract worden. Hij maakt geen design, vormgeving of autonome kunst, maar autonome keramiek.

Wouter Dam

Keramiek, ceramics

JAN DE BRUIJN, MARTIJN VAN OOSTSTROOM

• 96 pag.

• 22,5 x 27 cm

• paperback met flappen

• ISBN 978 94 625 8567 6 | NUR 655

• verschenen

• IN SAMENWERKING MET

Kunstmuseum Den Haag

• TENTOONSTELLING

20 mei t/m 29 oktober 2023

• FOTOGRAFIE Studio Hesmerg

• VORMGEVING Studio Aandacht

€ 24,95

➔ De veertigjarige geschiedenis van een kunstenaar die zich volledig heeft losgemaakt van de pottenbakkerstraditie

➔ Boek bij overzichtstentoonstelling in het Kunstmuseum

KUNST HEDENDAAGSE KUNST
60

Uitvinder en ondernemer in Amsterdam

— Amsterdam zinderde in de zeventiende eeuw van groei en welvaart. De scheidslijnen tussen kunstenaarschap, wetenschap en regeren en ondernemen werden niet zo scherp getrokken. Voor mensen als Jan van der Heyden (1632-1712), afkomstig uit Gorinchem, had de hoofdstad een stimulerende invloed. De kunstenaar bleek meer in zijn mars te hebben dan het vervaardigen van bijzondere stadsgezichten. Van der Heyden werd de grondlegger van de moderne straatverlichting en uitvinder van de brandslang. Zijn artistieke talent zette hij in om de uitvindingen die hij deed te verkopen. Door Jan van der Heyden werd Amsterdam een heel stuk veiliger. Dit boek zet de schilder voor het eerst neer in zijn andere hoedanigheid: als uitvinder en ondernemer.

➔ Jan van der Heyden is meer dan alleen schilder van wereldberoemde stadsgezichten

➔ Grondlegger van moderne straatverlichting en uitvinder van de brandslang

Amsterdam in vuur en vlam

De uitvindingen van Jan van der Heyden (1637–1712)

JAN DE KLERK, ERIK SCHMITZ

• 96 pag.

• 22 x 27 cm

• ca. 50 afbeeldingen in kleur

• paperback met flappen

• ISBN 978 94 625 8555 3 | NUR 680, 693

• verschenen

• IN SAMENWERKING MET

Stadsarchief Amsterdam

• VORMGEVING Erlend Schenk

€ 19,95

GESCHIEDENIS REGIONAAL
Retourtje Rome Rondom de Westerkerk Waalseiland Opbouw en afbraak Sprong over HetSingelgrachtde TussenOosterpark Gein en Schinkel Hotel Amsterdam Prinseneiland De IJ-oevers De gevels en grachten van Amster dam zijn ontelbare malen vastge legd. Door Hollandse meesters, Franse impressionisten en Joodse ballingen. Van Rembrandt tot Breitner en van Monet tot Max Beckmann. Hun schil derijen maken deel uit van onze herinne ringen én droombeelden van de stad. In De schilders van Amsterdam kunsthistoricus Werner van den Belt en journalist Bob Hardus groepen kunstenaars die verslag doen van de ontwikkeling van het Amsterdam waarin zij leefden. Soms tonen zij de verstilde vertwijfeling van een stad in verval, maar vaker nog zien we een de schilders van Amsterdam de schilders van Amsterdam 61
GERELATEERDE BOEKEN

La Bohème

Hollandse kunstenaars

in Parijs, 1866­1874

TINY DE LIEFDE-VAN BRAKEL

• 144 pag.

• 23 x 28 cm

• ca. 250 afbeeldingen in kleur

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8561 4 | NUR 646

• verschenen

• IN SAMENWERKING MET

Katwijks Museum

• TENTOONSTELLING t/m 14 oktober 2023

• VORMGEVING Miriam Schlick

€ 29,95

Nederlandse schilders ontdekken wereldstad Parijs

— In 1865 besloot de kunstschilder Jacob Maris (1837-1899) samen met zijn vriend Frederik Hendrik Kaemmerer (1839-1902) zijn geluk te beproeven in de wereldstad Parijs. Korte tijd later stond de schilder David Adolphe Constant Artz (1837-1890) voor hun deur in de bruisende metropool en in 1869 trok Matthijs Maris (1839-1917) bij de schilders in.

➔ De bruisende metropool Parijs trok van heinde en verre kunstenaars aan

➔ Voor de jonge Nederlandse schilders waren het arme maar productieve artistieke jaren

In La Bohème, Hollandse kunstenaars in Parijs 1866-1874 wordt het beeld geschetst van het artistieke, onconventionele, arme, maar vrije leven van vier jonge schilders in de romantische wereldstad Parijs.

David Adolphe Constant Artz schreef vanuit Parijs aan zijn mecenas Jan Kneppelhout. In deze brieven spelen schilders, musici, kunsthandelaren en kunstliefhebbers een belangrijke rol. Het laat een fascinerend beeld zien van het wel en wee van jonge Hollandse kunstenaars op zoek naar inspiratie, liefde en geluk – ‘la vie de Bohème’.

Retourtje Rome Rondom de Westerkerk Waalseiland Opbouw en afbraak Sprong over HetSingelgrachtde TussenOosterpark Gein en Schinkel Hotel Amsterdam Prinseneiland De IJ-oevers D---Amsterdam Amsterdam
GERELATEERDE BOEKEN
62 MODERNE KUNST KUNST

Complexe schilderkunstige composities laten veel aan de beschouwer over

Deze rijk geïllustreerde catalogus laat werk zien van Jan Worst (1953), vanaf de vroege jaren 1980 tot zijn meest recente schilderijen. In een tweetal essays en een vraaggesprek wordt zijn oeuvre op verschillende manieren belicht.

➔ Boek bij de allereerste overzichtstentoonstelling van de kunstenaar in Nederland

➔ Zijn met veel zorg opgebouwde oeuvre doet allesbehalve Nederlands aan

➔ De Italiaanse cinema, waarin het draait om de esthetische ervaring, is een grote inspiratiebron

Het werk van kunstenaar Jan Worst wordt gekenmerkt door complexe, schilderkunstige composities waarin vrouwen en kinderen de hoofdrol spelen. De statige interieurs waarin de figuren zich bevinden zijn rijk gedecoreerd met gobelins, boekenkasten en antieke meubels. Van dichtbij herken je de toets van de schilder, maar van veraf smelten alle elementen samen tot één – bijna fotografisch – beeld. Het zijn herkenbare voorstellingen, maar vaak met een wat ongemakkelijke, broeierige sfeer. De voorstellingen laten veel aan de verbeelding van de beschouwer over, want wat is daar eigenlijk aan de hand?

GERELATEERDE BOEKEN

Jan Worst

A Curious Universe

ADRIAN DANNATT, JULIA DIJKSTRA, JOKE DE WOLF

• 144 pag.

• 23 x 28 cm

• Nederlands en Engels

• ca. 70 afbeeldingen in kleur

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8560 7 | NUR 646

• verschenen

• IN SAMENWERKING MET Museum MORE

• TENTOONSTELLING

9 juli t/m 29 oktober 2023

• VORMGEVING Vanessa van Dam

€ 29,95

63 HEDENDAAGSE KUNST KUNST

Spel met de vroeg­

Nederlandse portretschilderkunst

— Een plastic boodschappentas, een boek of een stuk aluminiumfolie. Meer heb je niet nodig, zo lijkt Hendrik Kerstens met zijn foto’s te zeggen. Een taartrand wordt een kraag, een lampenkap een hoofddeksel. Hij speelt met de karakteristieken van de Hollandse portretschilderkunst in de zeventiende eeuw, waarin het alledaagse tot kunst werd verheven.

➔ Het fascinerende in de Paulareeks is dat het ook gaat over ouder, kind en ouderschap

➔ Kerstens oeuvre vermengt fotografie en schilderkunst, het werkelijke en de fantasie, het kijken en het bekeken worden

Self-Reflective

Hendrik & Paula Kerstens

MAARTJE VAN DEN HEUVEL, PAULA KERSTENS

• 192 pag.

• 23,5 x 29 cm

• Nederlands en Engels

• ca. 80 afbeeldingen

• gebonden

• ISBN 978 94 625 8557 7 | NUR 652

• verschenen

• IN SAMENWERKING MET

Museum Hilversum

• VORMGEVING

Typography & Other Serious Matters

€ 39,95

De foto’s die Kerstens van zijn dochter Paula heeft gemaakt om haar jeugd vast te leggen, zijn uitgegroeid tot wereldberoemde iconen. De reeks waarin zij centraal staat, gaat steeds meer over het aloude spel voor de spiegel, waarbij steeds weer nieuwe looks, stijlen en rollen worden uitgeprobeerd. Paula, inmiddels volwassen, is nu regisseur van haar zelfbeeld. En de Kerstens, nu een familiebedrijf, ontwikkelen zich nog elke dag verder.

64 FOTOGRAFIE HEDENDAAGSE KUNST
GERELATEERDE BOEKEN

Portretten van bekende en onbekende helden

— Beeldend kunstenaar Jasper Krabbé verzamelt in dit boek portretten die hij maakte van vrienden, zoals de professionele skater, stylist en dj Clyde Semmoh, een jeugdvriend van Krabbé die twee jaar geleden overleed, maar ook van onbekenden die de kunstenaar bijzonder raken. Zoals een dakloze man op Venice Beach in Los Angeles, de Amerikaanse Honey Dijon, black trans woman, dj en activiste, of Dr. Rat, de eerste graffitischrijver van Amsterdam.

➔ De veelheid, snelheid en gelijktijdigheid waarmee gebeurtenissen nu zichtbaar worden zijn ongeëvenaard’

− Jasper Krabbé

➔ Vergeten hoofdstukken uit de kunstgeschiedenis en de schoonheid van persoonlijke herinneringen komen samen

Volgens de kunstenaar zijn zij hedendaagse helden, vanwege hun moed en om het eigen pad dat ze kozen. ‘Super Saturation’ verwijst naar de verzadigde kleuren die de kunstenaar recent is gaan gebruiken, in contrast met de meer bestorven kleurtoepassingen van weleer. Tegelijkertijd staat het ook voor de verzadiging aan beelden die via sociale media, nieuws en internet op ons afkomen. Uit al deze invloeden distilleert Krabbé zijn onder werpen zorgvuldig.

Jasper Krabbé

Super saturation

• 128 pag.

• 24 x 32,8 cm

• paperback met flappen

• ISBN 978 94 625 8556 0 | NUR 646

• verschenen

• IN SAMENWERKING MET Slot Zeist

• VORMGEVING Richard van der Horst

€ 39,95

GERELATEERDE BOEKEN
65 HEDENDAAGSE KUNST KUNST

WBOOKS

Boerendanserdijk 33a

8024 AE Zwolle

Postbus 1129 8001 BC Zwolle

Tel. 038-4673400 info@wbooks.com www.wbooks.com

DIRECTEUR-UITGEVER

Marti Huetink mhuetink@wbooks.com

UITGEVER

Johan de Bruijn jdebruijn@wbooks.com

ACCOUNTMANAGER BUITENDIENST

Arend Oole aoole@wbooks.com

Colofon

MARKETING & SALES

Margriet Buitenhuis Tel. 038-4673400 mbuitenhuis@wbooks.com

Manon van de Water-Kersten Tel. 038-4673400 mvdwater@wbooks.com

TWITTER WBOOKSuitgever

FACEBOOK WBOOKSuitgeverij INSTAGRAM wbooksuitgeverij

Voor België

MYTHRAS BOOKS BV

Duboisstraat 50 2060 Antwerpen Tel. +32 361 2993 info@mythrasbooks.be www.mythrasbooks.be

VERKOOP BUITENDIENST

Joeri Dewallef

Tel. +32 470 651394 Joeri.dewallef@mythrasbooks.be

VERKOOP BINNENDIENST

Pieter Geelen

Ingrid van der Vloet

Tel. +32 361 2993

ONTWERP

Miriam Schlick, Tosca Lindeboom

LITHOGRAFIE

Pieter Reinink

Vermelde uitgaven en gegevens over prijzen, ontwerpen en verschijningsdata zijn onder voorbehoud.

AFBEELDINGEN

Omslag afkomstig uit Oog in oog

De mensen achter mummieportretten Op de achterzijde afkomstig uit Atlas van Indonesië

69

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.