Handleiding Boszoektocht kleuters en 1ste leerjaar
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
Doelgroep: Van 5 tot 7 jaar (3de kleuterklas en 1ste leerjaar)
Tijdsduur: Ongeveer 2 uur
Plaats: In het bos
Wat heb je nodig: Zie inventaris
Werkwijze: Op voorhand worden wegwijzers opgehangen en knuffels verstopt om de stopplaatsen aan te duiden. Bij elke knuffel wordt een stuk uit het prentenboek voorgelezen en wordt er een opdracht uitgevoerd. De kinderen krijgen eventueel materiaal (waskrijt, kaartjes,…) en voeren de opdracht in groep, individueel of per twee uit. Afhankelijk van de opdracht licht de gids individueel of klassikaal toe.
Opbouw van de tocht: De tocht start bij een mooie eik in het bos. Op voorhand werd de knuffel van de uil op deze eik gezet. Hier wordt het begin van het verhaal uit de prentenboek voorgelezen.
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
Er zijn 8 stops op deze tocht. Het is belangrijk dat de juiste volgorde aangehouden wordt!
Stop 1 - eekhoorn Pluis
Stop 2 - egel Joppe
Stop 3 - bosmuis Knabbel
Stop 4 - lieveheersbeestje Stippel
Stop 5 - specht Pico
Stop 6 - vos Tuur
Stop 7 - eik Lodewijk
Stop 8 - wintervoorraad terugzoeken
Belangrijk! Een aantal dingen moeten zeker op voorhand gedaan worden. Bij elke stop wordt dit duidelijk aangegeven in deze handleiding.
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
Inventaris ‘Lodewijk de rijke eik’
Nog zelf te zorgen:
Enkele eikels
Enkele bladeren van de eik
Nootjes
1 x boek ‘Lodewijk de rijke Eik’ KNUFFELS 1 x knuffel uil 1 x knuffel eekhoorn 1 x knuffel egel 1 x knuffel bosmuis 1 x knuffel lieveheersbeestje 1 x knuffel specht 1 x knuffel vos WEGWIJZERS 1 plastieken opbergbox met: 12 x wegwijzer eekhoorn 12 x wegwijzer egel 12 x wegwijzer bosmuis 12 x wegwijzer lieveheersbeestje 12 x wegwijzer specht 12 x wegwijzer vos 40 x gekleurde wasknijper Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
STOP 1 - EEKHOORN PLUIS Wintervoorraad verstoppen Stukken touw om gebied af te bakenen
STOP 2 - EGEL JOPPE Verstop de egel 1 x kaartje voedsel egel (groen A5 mapje)
STOP 3 - BOSMUIS KNABBEL Seizoenenspel 1 x paarse A4 map met:
Foto lente
Foto winter
Foto herfst
Foto zomer
1 x rode doos met:
48 kleine kaartjes seizoenen
1 x groen A5 mapje met:
16 grote kaartjes seizoenen
STOP 4 - LIEVEHEERSBEESTJE STIPPEL OF tikspel OF zoek hetzelfde lieveheersbeestje Voor het tikspel 1 x poncho lieveheersbeestje Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
1 x kaartje larve lieveheersbeestje (groen A5 mapje) 1 x kaartje met lieveheersbeestje met open dekschilden (groen A5 mapje) 1 x kaartje met bladluis (groen A5 mapje) 1 x foto bladluis en bloemknop (paarse A4 map) Voor het spel ‘zoek je partner’ 1 plastieken doosje met:
26 kaartjes lieveheersbeestjes
1 x kaartje larve lieveheersbeestje (groen A5 mapje) 1 x kaartje met lieveheersbeestje met open dekschilden (groen A5 mapje) 1 x kaartje met bladluis (groen A5 mapje) 1 x foto bladluis en bloemknop (paarse A4 map) STOP 5 - SPECHT PICO Tekenen boomschors 1 plastieken opbergbox met:
24 waskrijtjes
1 oranje map met witte papieren (A5) 1 x kaartje voedsel specht (groen A5 mapje) STOP 6 - VOS TUUR Maken van een voedselketen
touwtjes (zakje Zeeman)
eikels
bladeren
kaartje voedsel egel (groen A5 mapje)
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
kaartje bladluis (groen A5 mapje)
kaartje voedsel specht (groen A5 mapje)
STOP 7 - LODEWIJK DE EIK 1 x puzzel ‘Lodewijk de rijke eik’ (groot) 3 x puzzel ‘Lodewijk de rijke eik’ (klein) 4 x plastiek om puzzels op te leggen 1 x rood blad (paarse A4 map) 1 x groen blad (paarse A4 map) 1 x quizvragen (paarse A4 map) STOP 8 - WINTERVOORRAAD TERUGZOEKEN 1 x tasje met uiltje (gevuld met nootjes)
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
START - BO DE UIL Dit doe je op voorhand:
De knuffel van de uil ophangen
Verwelkom de kinderen. Laat hen een aantal eikels zien die je in je hand houdt. Vraag hen of ze weten wat je vast hebt. Zeg dat je bij een bijzonder bos staat. Dat in dat bijzonder bos één heel speciale boom staat: de eik Lodewijk. Zeg dat deze boom, Lodewijk, boos en verdrietig is. Vraag aan de kinderen of ze willen weten waarom. Neem nu het prentenboek en lees het stuk van Bo de uil.
Vraag de kinderen of ze mee willen gaan zoeken naar de vrienden van Lodewijk. De groep volgt vanaf nu de wegwijzers. Wat heb je nodig:
Prentenboek
Knuffel uil
Enkele eikels
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
STOP 1 - EEKHOORN PLUIS Dit doe je op voorhand:
Wegwijzers ophangen
De knuffel van de eekhoorn in een boom hangen
Afbakening met touw van het gebied waarin ze mogen verstoppen
Je eigen wintervoorraad verstoppen (buiten het afgebakende gebied)
Als de kinderen de knuffel van de eekhoorn gevonden hebben wordt het stuk uit het prentenboek over eekhoorn Pluis voorgelezen. De knuffel wordt besproken. Laat de kinderen vertellen wat ze over de eekhoorn weten. Met kleuters kan je de kleur van de eekhoorn, het aantal poten, de staart,… bespreken.
Wat heb je nodig:
Wegwijzers eekhoorn
Prentenboek
Knuffel eekhoorn
Stukken touw
Opdracht: verstop je eigen wintervoorraad De kinderen gaan in het bos op zoek naar dingen die ze mooi vinden. Bijvoorbeeld een takje, een eikel, een dennenappel,... Elk kind apart gaat nu, in het op voorhand afgebakende terrein, zijn/haar eigen wintervoorraad verstoppen. Op het einde van de tocht kijk je wie zijn wintervoorraad volledig teruggevonden heeft.
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
ACHTERGRONDINFORMATIE Een eekhoorn slaapt niet tijdens de winter, maar houdt wel een ‘winterrust’, andere dieren slapen de hele winter door. Maar omdat er in de winter weinig voedsel te vinden is, leggen heel wat dieren een wintervoorraad aan. Zonder eten overleven ze de winter niet. Sommige dieren stoppen zelfs honderden eikels onder de grond! De Gaai is hier een mooi voorbeeld van. Hij verstopt eikels op heel veel verschillende plaatsen, maar uiteindelijk vindt hij ze niet allemaal meer terug. Enkele van die eikels die onder de grond blijven zitten, kunnen dan uitgroeien tot een boom.
Eén van de kinderen mag nu de knuffel van de eekhoorn meenemen naar de volgende stop. Ze volgen nu de wegwijzers van de egel.
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
STOP 2 - EGEL JOPPE Dit doe je op voorhand:
Wegwijzers ophangen
De knuffel van de egel verstoppen
De kinderen volgen de wegwijzers van de egel. Op een bepaald moment houden de wegwijzers op… In tegenstelling tot bij de andere knuffels wordt hier de opdracht reeds uitgevoerd alvorens voor te lezen uit de boek.
Opdracht: zoek de egel De egel heeft zich goed verstopt. Kunnen de kinderen de egel vinden? Wat heb je nodig: De knuffel wordt besproken. Laat de kinderen vertellen wat ze over de egel weten. Met kleuters kan je de kleur van de egel, het aantal poten bespreken. Heeft de egel een staart? Wat denken de kinderen?
Wegwijzers egel
Prentenboek
Knuffel egel
Lees nu het stuk uit de prentenboek over Joppe de egel.
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
ACHTERGRONDINFORMATIE Een egel is een insecteneter. Hij heeft een gedrongen lichaam, een spitse kop en een kleine staart, die hij verborgen houdt tussen de stekels. De oren zijn klein en nauwelijks zichtbaar. De egel houdt een winterslaap. Hij kan slecht tegen de kou; de stekelvacht isoleert niet. Om zich voor te bereiden op de winterslaap, gaat de egel vanaf juli beginnen met het aanleggen van een vetvoorraad in de vorm van onderhuids vetweefsel. Als de temperatuur onder de 10°C komt, gaat de egel een nest bouwen. Dit is een losse, structuurloze hoop bestaande uit dorre bladeren, aangevuld met droog gras, mos en soms twijgen en stengels van varens. Als het nest groot genoeg is, maakt hij er een holte in. Zodra de bladerberg een doorsnede van ongeveer 50 cm heeft, legt hij een ingang aan om naar binnen te komen en wordt de bodem van het hol bekleed met een 10 cm dikke laag bladeren.
Eén van de kinderen mag nu de knuffel van de egel meenemen naar de volgende stop. Ze volgen nu de wegwijzers van de bosmuis.
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
STOP 3 - BOSMUIS KNABBEL Dit doe je op voorhand:
Wegwijzers ophangen
De knuffel van de muis verstoppen
Foto’s seizoenen ophangen
Als de kinderen de knuffel van de muis gevonden hebben wordt het stuk uit het prentenboek over bosmuis Knabbel voorgelezen. De knuffel wordt besproken. Laat de kinderen vertellen wat ze over de (bos)muis weten. Met kleuters kan je de kleur van de bosmuis, het aantal poten, de staart,… bespreken.
Opdracht: speel het seizoenenspel Dit spel kan zowel klassikaal als individueel gespeeld worden. De kinderen moeten proberen om de juiste tekeningen/foto’s bij het juiste seizoen te leggen.
Achteraf wordt samen besproken waarom een bepaalde foto/tekening bij dat seizoen wordt gelegd.
Wat heb je nodig:
Wegwijzers bosmuis
Prentenboek
Knuffel muis
Materialen seizoenenspel (zie inventaris)
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
ACHTERGRONDINFORMATIE De bosmuis is een opportunist. Hij heeft een gevarieerd dieet: hij leeft van graan, noten, vruchten, bessen, eikels, beukennootjes, hazelnoten, paddenstoelen, mossen en galappels, maar ook van insecten, duizendpoten, spinnen, regenwormen en slakken. De bosmuis is meestal ‘s nachts actief, ‘s zomers ook in de schemering. De bosmuis kan goed lopen, springen en klimmen dankzij sterke achterpoten waarmee hij zich op een kangoeroeachtige manier voortbeweegt. Bij onraad richten ze zich op de achterpoten. De bosmuis houdt geen winterslaap, maar bij voedselschaarste treedt er een soort verstarring van het lichaam op, waardoor veel minder energie wordt gebruikt. Soms legt de bosmuis een voedselvoorraad aan in de omgeving van zijn hol.
Eén van de kinderen mag nu de knuffel van de muis meenemen naar de volgende stop. Ze volgen nu de wegwijzers van het lieveheersbeestje.
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
STOP 4 - LIEVEHEERSBEESTJE STIPPEL Dit doe je op voorhand:
Wegwijzers ophangen
De knuffel van het lieveheersbeestje verstoppen
Als de kinderen de knuffel van het lieveheersbeestje gevonden hebben wordt het stuk uit het prentenboek over lieveheersbeestje Stippel voorgelezen. De knuffel wordt besproken. Laat de kinderen vertellen wat ze over het lieveheersbeestje weten. Met kleuters kan je de kleur van het lieveheersbeestje, het aantal stippen en poten,… bespreken.
Afhankelijk van het terrein kan je kiezen voor opdracht 1 of opdracht 2. Wat heb je nodig:
Wegwijzers lieveheersbeestje
Prentenboek
Knuffel
Poncho lieveheersbeestje
De andere kinderen zijn de bladluizen die over moeten proberen lopen zonder door het
Kaartje met bladluis
lieveheersbeestje aangetikt te worden.
Kaartjes met lieveheersbeestjes
Opdracht 1: tikspel lieveheersbeestje
Bij het tikspel wordt één kind het lieveheersbeestje en trekt de poncho aan.
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
Opdracht 2: zoek je partner In het doosje zitten 2 maal 13 kaartjes met daarop de afbeelding van een lieveheersbeestje. Geef elk kind een kaartje. Let op dat telkens koppels gevormd kunnen worden m.a.w. je moet telkens van elk kaartje dat je uitdeelt nog eenzelfde kaartje aan een ander kind geven. Laat de kinderen nu door mekaar lopen (zoals echte lieveheersbeestjes). Vindt elk kind z’n partner? Als de koppels mekaar gevonden hebben blijven ze staan en steken hun hand op.
ACHTERGRONDINFORMATIE Lieveheersbeestjes zijn kevers. Deze insecten zijn te herkennen aan de aanwezigheid van dekschilden, een stevig en doorschijnend omhulsel dat ontstaan is door de omvorming van de voorvleugels, waaronder zich de vliesvleugels bevinden. Ze hebben vaak rode, gele, witte en zwarte kleuren en zijn vaak gestippeld. De meeste lieveheersbeestjes leven ongeveer een jaar. Het aantal stippen zegt dus niets over de leeftijd. De kleur en de vlekken op de dekschilden spelen wel een belangrijke rol bij het op naam brengen van de verschillende soorten lieveheersbeestjes. Lieveheersbeestjes leven zowel van planten en schimmels als van kleine diertjes. Als je een lieveheersbeestje “pest” door zachtjes op hem te drukken dan produceert hij een gele vloeistof. Dit gedrag heet “reflexbloeden”. De vloeistof heeft een kwalijk geurtje en smaakt erg bitter. Vogels proeven dit bloed en laten hem dan snel vallen. Het rood met zwarte kleurpatroon is dan ook te beschouwen als een waarschuwing.
Eén van de kinderen mag nu de knuffel van het lieveheersbeestje meenemen naar de volgende stop. Ze volgen nu de wegwijzers van de specht.
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
STOP 5 - SPECHT PICO Dit doe je op voorhand:
Wegwijzers ophangen
De knuffel van de specht in de boom hangen
Als de kinderen de knuffel van de specht gevonden hebben wordt het stuk uit het prentenboek over specht Pico voorgelezen. De knuffel wordt besproken. Laat de kinderen vertellen wat ze over de specht weten. Met kleuters kan je de kleur van de specht, het aantal poten,… bespreken.
Opdracht: tekenen boomschors Laat de kinderen kijken, voelen en ruiken aan boomschors. Is de schors van elke boom hetzelfde? Laat elk kind (of per twee) een boom kiezen. Ze gaan nu de schors van de boom tekenen. Bespreek nadien de tekeningen. Was het makkelijk om deze schors te tekenen? Wat vonden ze?
Wat heb je nodig:
Wegwijzers specht
Prentenboek
Knuffel
Waskrijt en papier
Kaartjes met lieveheersbeestjes
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
ACHTERGRONDINFORMATIE Een typisch geluid voor de grote bonte specht is het roffelen op een boom of dode tak. De meeste mensen weten dat de vogels dat doen om voedsel te zoeken of om een nest te maken, maar er zijn ook nog andere redenen. Zo bakent een grote bonte specht op die manier zijn territorium af en met het roffelen maakt hij ook duidelijk dat hij wil paren. Naargelang de boodschap kan de roffel verschillen (verschil in snelheid en in lengte). De specht voedt zich met insecten, vooral met larven van kevers die zich onder de bast van (naald)bomen ingraven, maar hij eet ook noten, bessen en zaden van naaldbomen. Zij plukken de “mastentoppen” uit de bomen en vliegen ermee naar een vaste plaats. De dennenappel wordt vast geklemd en de specht peutert de zaden eruit. Eens leeg gehaald laat hij de mastentop vallen en zo zie je soms tientallen dennenappels liggen onder een eikenboom. Dan weet je dat je onder een “spechtensmidse” (een gevorkte tak, een spleet of een zelfgemaakte nis in een eikenboom).
Eén van de kinderen mag nu de knuffel van de specht meenemen naar de volgende stop. Ze volgen nu de wegwijzers van de vos.
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
STOP 6 - VOS TUUR Dit doe je op voorhand:
Wegwijzers ophangen
De knuffel van de vos verstoppen
Als de kinderen de knuffel van de vos gevonden hebben wordt het stuk uit het prentenboek over vos Tuur voorgelezen. De knuffel wordt besproken. Laat de kinderen vertellen wat ze over de vos weten. Met kleuters kan je de kleur van de vos, het aantal poten,… bespreken.
Opdracht: maak een voedselketen met knuffels
Wat heb je nodig:
Wegwijzers vos
Prentenboek
(de eekhoorn eet eikels, het lieveheersbeestje eet bladluizen,…)
Knuffel
Laat de kinderen een touwtje leggen tussen wat er wordt gegeten en wie het eet. Zo ont-
Stukjes touw
Eikels, bladeren, afbeeldingen voedsel egel,
Leg eikels, de afbeeldingen van het voedsel en de bladeren op de grond. Wie eet wie/wat? Wat denken de kinderen.
staat er een ketting.
lieveheersbeestje, specht
De andere knuffels
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
ACHTERGRONDINFORMATIE Vossen jagen solitair, meestal ‘s nachts en in de schemering, maar in onverstoorde gebieden jaagt hij liever overdag. De vos is een opportunist: hij eet bijna alles. Zijn prooien zijn meestal kleine en middelgrote prooidieren, zoalst grote kevers, muizen en andere knaagdieren, konijnen, hazen, vogels en eieren, regenwormen en egels. Ook vruchten en bessen (vooral bramen) worden gegeten, evenals aas, placenta’s en afval. Voedselresten worden begraven en later weer opgezocht, maar de vos legt geen voedselvoorraden aan. Een vos is meestal zeer succesvol in het terugvinden van begraven voedsel. Vossen leven in een hol. Het hol is zelfgegraven of van een konijn of een das. Een zelfgegraven hol bevindt zich meestal in een zandbank, onder een omgevallen boom, tussen boomwortels of onder rotsen, en heeft vaak twee tot vier ingangen. Een hol, met meerdere ingangen, wordt een burcht genoemd. De vos houdt geen winterslaap. Hij gaat zich wel aanpassen aan de lagere temperaturen in de winter. Zo krijgt hij een dikkere en dus warmere vacht.
Eén van de kinderen mag nu de knuffel van de vos meenemen naar Lodewijk. Nu gaan de kinderen met al de knuffels terug naar Lodewijk de eik.
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
STOP 7 - LODEWIJK DE EIK De kinderen komen nu met al de knuffels terug bij Lodewijk de eik. Hier wordt het slot gelezen uit het prentenboek. Belangrijk is de achterliggende boodschap: je bent niet enkel rijk als je veel geld hebt ook als je veel vrienden hebt mag je jezelf ‘rijk’ noemen.
Opdracht: maak de puzzel Verdeel de klas in 4 groepen. Leg de stukken plastiek op de grond en leg hierop de puzzel. Verdeel de puzzelstukken onder de kinderen en laat hen (om ter snelst) de puzzel maken. Zorg dat er geen puzzelstukken achterblijven!
Opdracht: Quiz
Wat heb je nodig:
Prentenboek
Hang het rode en het groene blad op. Stel de quizvragen. Is het antwoord op de vraag die
4 x stuk plastiek
gesteld wordt ‘waar’ dan lopen de kinderen naar het groene blad. Is het antwoord op de
1 x puzzel Lodewijk (groot)
3 x puzzel Lodewijk (klein)
1 x rood blad (paarse A4 map)
1 x groen blad (paarse A4 map)
1 x quizvragen (groen A5 mapje)
Dit spel wordt klassikaal gespeeld.
vraag die gesteld wordt ‘niet waar’ dan lopen de kinderen naar het rode blad.
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’
STOP 8 - WINTERVOORRAAD TERUGZOEKEN Dit doe je op voorhand:
Wintervoorraad (tasje met de uil) verstoppen
Als afsluiting van deze activiteit gaan we terug naar de stopplaats van eekhoorn Pluis. Wie van de kinderen vindt zijn voedselvoorraad terug?
Als verrassing en ter afsluiting van de activiteit werd er een wintervoorraad verstopt voor de kinderen. Zij mogen nu op zoek gaan naar het tasje met de uil. Hierin zitten nootjes verstopt. De kinderen mogen allemaal van de nootjes proeven.
Wat heb je nodig:
1 x Tasje uil met nootjes
Handleiding ‘Lodewijk de rijke eik’