6 minute read
Olivier Paul-Morandini ruilt noodnummer 112 in voor Toscaanse wijnen
Olivier Paul-Morandini gooide zijn leven om Van de 112 naar Toscaanse wijnen
tekst Gilda Benjamin / foto Arnaud Bachelard
Advertisement
Olivier Paul-Morandini leek zijn leven helemaal uitgestippeld te hebben in België. Twintig jaar geleden was hij de verantwoordelijke voor de uitrol van het Europese noodnummer 112. Maar dat was buiten zijn Italiaanse roots gerekend. Op een mooie dag verloor hij zijn hart aan een wijndomein in Toscane, waar hij zich in 2010 uiteindelijk vestigde. De wijnen van Fuori Mondo staan tegenwoordig op de wijnkaart van de allerbeste Belgische restaurants.
Waarom viel de keuze op Toscane?
“Ik was op zoek naar een realistische optie om mijn leven in Italië een nieuwe richting te geven. Ik heb architectuur gestudeerd in Luik, maar die studie maakte ik nooit af. In juli 2003 maakte ik op vakantie met Ludovic, een vriend van me, kennis met een wijn die mijn hart helemaal verwarmde en zo ontdekte ik het domein waar ik nu zelf woon. Het was een grote tuin met een hectare wijnstokken die een Zwitsers koppel sinds hun pensioen verzorgde. Die beperkte omvang maakte het financiële aspect van het hele avontuur haalbaar. Ik denk echt dat niet ik het ben die gekozen heeft, maar dat het de plek was die mij gekozen heeft. Zodra ik deze plek zag, is er iets in mij wakker geschoten en heb ik mijn ware roeping gevonden.”
Gaf je werkleven in België je veel stress?
“Ja, ik zou zelfs zeggen dat mijn werk verbaal behoorlijk agressief was. Ik heb een organisatie op poten gezet die aan de uitrol van het Europese noodnummer 112 heeft gewerkt. We moesten de Europese mechanismen aanleren, de dubbelzinnige manier van werken van de Commissie en andere instanties... En daarna alle moeite van de wereld doen om onze visie – om in de eerste plaats de burger van dienst te zijn – voor te stellen, en proberen om onze agenda gehoor te doen vinden bij de lidstaten en de Europese instellingen. Dat heeft twaalf jaar in beslag genomen. Twaalf lange jaren.”
Was het een oude droom om je leven om te gooien?
“Ik droomde ervan, ja, maar had nooit gedacht die droom ooit te verwezenlijken. Het was eerder een soort symbolische zoektocht. Toen ik me vragen begon te stellen over mijn leven, heb ik mijn buikgevoel gevolgd. Had ik geweten wat ik allemaal moest doorstaan om er te komen, dan had ik mijn buikgevoel wel genegeerd. Maar ik had geen relatie toen ik het avontuur aanging. Dat heeft het allemaal wel eenvoudiger gemaakt.”
Wat was het moeilijkste aan het hele project?
“Ik dacht dat ik alleen de werkwijze en dus het product van mijn voorganger zou kopiëren toen ik mijn eigen wijn begon te maken. Het heeft even geduurd voor ik er mijn eigen stempel op heb kunnen drukken, maar vandaag kan ik zeggen dat elk van mijn wijnen zijn geheel eigen karakter en eigen verhaal heeft. Uiteraard twijfel ik soms aan mezelf, maar de authenticiteit dwingt me om mijn ego te overstijgen. Een wijnboer is namelijk niets anders dan een trouwe boodschapper van wat de aarde ons probeert te vertellen via de druiven die ze voortbrengt.”
Welk statuut had je in België?
“Op enkele maanden na ben ik altijd zelfstandige geweest. Vandaag beschouw ik mezelf niet als zaakvoerder, maar eerder als de uitvoerder van een discrete wijnbouwtaak. Ik probeer samen met mijn medewerkers trouw te blijven aan de waarden die me na aan het hart liggen. De vennootschap heeft twee aandeelhouders, maar ik ben degene die zich bezighoudt met de bestellingen. Op het domein heb ik altijd alleen gewerkt. We werken met onderaannemers, zowel op het terrein en in de wijngaarden als in de kelders. Tijdens de wijnoogst zijn wel 15 tot 20 mensen per dag aan het werk.”
Over welke kwaliteiten moet je beschikken om hieraan te beginnen?
“Eerlijkheid, zeker en vast. Vasthoudendheid ook, om de eerlijkheid tot uiting te laten komen en onderweg niet kwijt te spelen. Steun van familie en vrienden, waar ze zich ook bevinden, is ook heel belangrijk, want het is ook een beetje voor hen dat je het doet. De raad die ik zou geven aan iedereen die het wil proberen, is om klein te beginnen. Ik ben begonnen met 1 hectare – waarschijnlijk het kleinste wijndomein van heel Toscane. Maar zo was het project haalbaar. Wie zijn leven en werk wil omgooien, legt het best de nodige voorzichtigheid aan de dag. Ik heb mijn plannen stap voor stap vormgegeven en de economische druk zo klein mogelijk gehouden, zodat ik me volop heb kunnen toeleggen op het leerproces. Het grappige is dat ik een jeugdvriend heb, notaris Renaud Grégoire. Hij investeerde in een wijngaard in België en dertig jaar later zijn we dus collega’s.”
Wat zijn de moeilijkheden als je je wil vestigen in het buitenland?
“De culturele codes waarmee je rekening moet houden. We blijven binnen Europa, maar de cultuur blijft het laatste bastion, en maar goed ook! Administratieve incoherenties en problemen heb je, denk ik, in ieder land, alleen zijn ze overal net dat ietsje anders. Aanvaard worden door de plaatselijke gemeenschap is niet eenvoudig. Maar ik ben hier ook niet komen binnenstormen. Ik wil in de eerste plaats deze grond hier bewerken, en een beetje nederigheid helpt wel om aanvaard te worden. Sinds ik hier ben, heb ik al enkele mooie vriendschappen gesloten. Het moeilijkste om mijn landbouwbedrijf hier op te richten was om de bankgaranties die ik had gekregen in België te gebruiken om een lening te krijgen in Italië. Ook al ging het om dezelfde bank in beide landen, toch liep de communicatie stroef. Ik moest dus langs een notaris om een tweede bedrijf op te richten in België zodat ik het bedrijf in Italië kon opnemen in het kapitaal om zo een lening te krijgen. Dat was een bijzonder zware en dure procedure. We hebben met de voormalige eigenaars van het domein een vennootschap opgericht en beetje bij beetje heb ik dan hun aandelen overgekocht.”
Hoe ziet je activiteit eruit (productie, verkoop, degustatie, rondleidingen, olijfolie…)?
“Ik ben in 2009 begonnen met een wijngaard van één hectare en vandaag heb ik er elf. Olijfolie blijft een beetje een hobby na de intense periode van de wijnoogst, maar onze klanten houden er wel van. De wijnen van Fuori Mondo worden in een vijftiental landen verkocht. Ze staan bij veel Belgische sterrenrestaurants op de kaart, en dat beschouw ik eerder als een duwtje in de rug, als een aanmoediging om dit avontuur voort te zetten, dan als een verwezenlijking. Mijn Belgische inborst blijft heel belangrijk voor mij en dat uit zich ook in de energie van dit domein. Ik ben vooral fier dat mijn wijnen mensen niet onberoerd laten. Het mooiste cadeau voor mij is een berichtje, foto of telefoontje om me te vertellen over het mooie moment waaraan mijn wijn heeft mogen bijdragen. Oma die 80 wordt, een huwelijksaanzoek, een romantisch avondje, een fles onder de sterren... Al die boodschappen geven me ongelooflijk veel kracht om verder te gaan en de bodem hier het beste van zichzelf te laten geven.”
Houdt je succes ook innovatie en een bepaalde visie in?
“Jean Carmay zei ooit dat ‘wie denkt het gemaakt te hebben, het nooit ver zal brengen’. Tien jaar geleden dacht ik heel anders over succes dan nu. Ik heb een Europees lobbyproject overgenomen (TOWA) rond de verstrenging van de wetgeving op de etikettering, met strengere gezondheidsparameters en nieuwe duurzaamheidsparameters, die belangrijk zijn in het licht van de milieuproblematiek. Dat is gewoon hoe ik ben. Ik wil meehelpen aan een betere gemeenschap om in te wonen. Met een gemotiveerd team en het advies van enkele wetenschappers ijveren we binnen de Europese instellingen om ons standpunt bekend te maken. Maar mijn grootste succes is toch mijn negenjarige zoon elke dag opnieuw wakker kunnen zien worden!”
www.fuorimondo.com/fr/vineyard.html