LES 3 - Een dag in het leven van…
VAKKEN Nederlands, PAV, Humane Wetenschappen, Godsdienst DOELSTELLINGEN EN EINDTERMEN GEMEENSCHAPPELIJKE STAM De leerlingen brengen belangrijke elementen van communicatief handelen in praktijk. (communicatief vermogen) De leerlingen houden rekening met de situatie, opvattingen en emoties van anderen. (empathie) De leerlingen houden rekening met ontwikkelingen bij zichzelf en bij anderen, in samenleving en wereld. (open en constructieve houding) KENNIS VAARDIGHEDEN De leerlingen kunnen op beoordelend niveau aan een onbekend publiek standpunten/meningen of oplossingen voor problemen uiteenzetten en motiveren in een gedachtewisseling, discussie, vergadering. (Nederlands) De leerlingen kunnen gevoelens in een gepast register uitdrukken en persoonlijke ervaringen presenteren. (Nederlands) De leerlingen kunnen op beoordelend niveau teksten met studiedoeleinden voor onbekende leeftijdsgenoten lezen. (Nederlands) De leerlingen kunnen voor een onbekend publiek op beoordelend niveau tekstsoorten schrijven zoals gedocumenteerde en beargumenterende teksten. (Nederlands) De leerlingen kunnen uit mondelinge en schriftelijke informatie de essentie halen. ( PAV)
De leerlingen kunnen mondeling argumenteren. (PAV) De leerlingen kunnen informatie uit uiteenlopend tekstmateriaal begrijpen en gebruiken. (PAV) ATTITUDE
De leerlingen zijn binnen gepaste communicatiesituaties bereid om te spreken. (Nederlands) De leerlingen zijn bereid om te lezen. (Nederlands) De leerlingen zijn bereid om te schrijven. (Nederlands) De leerlingen zijn bereid om lezend informatie te verzamelen over een bepaald onderwerp. (Nederlands)
METHODIEK Klasgesprek Brainstorm Ontleden dagboek (vergelijkende studie) LESVERLOOP De les vergelijkt een dag in het leven van een Peruaanse jongere met een dag in het leven van een Belgische jongere, met mogelijke verschillen en/of gelijkenissen. De bedoeling is om de jongeren te laten inzien dat culturen op sommige vlakken enorm kunnen verschillen, maar ook enorm op elkaar kunnen lijken. We werken met dagboeken.
DEEL 1 (VOORBEREIDEND WERK) De leerkracht geeft de leerlingen enkele dagen/weken voor de feitelijke les de opdracht om enkele dagen vast te leggen in dagboekvorm. Ze noteren wat ze die dag gedaan hebben en hoe ze zich daarbij voelden, ze houden als het ware een dagboek bij (een schooldag en een vrije dag zullen hierbij enorm verschillen). Mogelijke vragen die je de leerlingen kan stellen om hun op weg te helpen zijn: Wat heb ik ’s morgens gedaan? Wat heb ik ’s middags gedaan? Wat heb ik ’s avonds gedaan? Zijn er vandaag bepaalde dingen gebeurd die mij normaal gezien niet overkomen? Had ik mijn dag graag anders ingedeeld? Bijkomende tips vind je door onderstaande link te volgen. http://www.youtube.com/watch?feature=player_embedded&v=x6VHydUyR_g Geef de leerlingen wel mee dat het de bedoeling is om deze dagboeken te gebruiken in de volgende les, zo voorkom je situaties waarin leerlingen hun dagboek misschien niet willen voorlezen omdat het te persoonlijk is.
Je kan de leerlingen eventueel een sjabloon geven om in te vullen. DEEL 2 (50 MIN) Er zijn verschillende mogelijkheden om deze les in te delen. Dit kan gaan van groepswerk tot een begeleide les waarin jij zelf de toon aangeeft. Als inleiding kan je eerst een kort klasgesprek houden over het bijhouden van het dagboek. Was dit moeilijk voor de leerlingen? Vonden ze het aangenaam? Gaan ze het meer doen? Wat was er zo leuk aan? Wat was er niet zo leuk aan? De leerlingen lezen daarna het dagboek van een Peruaanse jongere en vergelijken dit met hun eigen notities. Ze noteren hierbij de grote verschillen en gelijkenissen. Wat raakt hen? Wat valt hen op? Tot slot kan je dit gezamenlijk bespreken. o Wat zijn de grote verschillen? o Waarin gelijken wij sterk op elkaar? o Had je dit verwacht? o Choqueert je dit? o Zou je willen ruilen met het leven dat een Peruaanse jongere heeft? o Waarom wel? o Waarom niet?