6 minute read

Tatum op de thee

Next Article
De kast van

De kast van

Op de thee bij

ZUIDASSERS PATRICIA EN RICHY

Advertisement

ELKE MAAND GAAT TATUM DAGELET OP DE THEE BIJ EEN INTERESSANTE, BEROEMDE OF BERUCHTE BEWONER VAN ZUID.

In mijn gehele op-de-thee-carrière was ik nog nooit bij iemand op de Zuidas geweest en eindelijk is het zover! Dit 150ste theebezoek breng ik aan wel hele leuke Zuidas-bewoners: Patricia van Dinther en Richy Brown. Zij is eindredacteur van succesvolle televisieprogramma’s, hij werd als zanger bekend door X-Factor en stond met LA The Voices in alle grote podiumzalen van Nederland. Op het moment staat Richy met de dinnershows ‘Grandeur’ in Studio 21 en ‘TOTO Vegas’ in The Harbour Club. Naast televisiewerkzaamheden en optredens runnen ze samen ook nog kinderdagverblijf Villa Bambini aan de Amsterdamseweg én zijn ze ouders van twee prachtige jonge dochters. In hun fantastische loftwoning met uitzicht over de Boelegracht keuvelen we aan de keukentafel. Over hun eerste ontmoeting en hun aangewakkerde liefde voor de Zuidas.

Wat een wáánzinnig huis! Patricia: “Ja, het is heel fijn. Met twee kinderen moest er wel een extra kamer bij, dus we hebben het compleet verbouwd en een heel andere indeling gemaakt. Daar is Richy heel goed in, dat is echt zijn ding.” Richy: “We kijken ook altijd samen naar ‘Kopen Zonder Kijken’, goed programma om inspiratie op te doen en te zien wat er allemaal mogelijk is.”

Sinds wanneer wonen jullie hier? R: “Sinds twee jaar. We hebben er tien jaar over gedaan om een hypotheek te krijgen. Voor twee zzp’ers die ook nog samen een bv hebben, was dat heel moeilijk. Net toen corona uitbrak lukte het. Echt mazzel, twee maanden later zouden we het niet voor elkaar hebben gekregen: ik ben zanger en mijn cijfers zijn behoorlijk gedaald, na twee jaar niet optreden.” P: “De timing was perfect, ook omdat wij lekker konden klussen in huis tijdens de lockdowns.” R: “Hiervoor woonden we in een huurwoning op de Boelenlaan, aan de overkant van de Boelegracht, die echt wel de scheidingslijn is tussen Buitenveldert en de Zuidas.” P: “Buitenveldert vond ik best een trage bedoeling. Ik dacht steeds: wat rijden de mensen hier langzaam.”

En hoe bevalt de Zuidas? P: “Heel goed! Richy zijn ouders wonen ook in dit appartementencomplex, zij verhuisden hier elf jaar geleden naartoe. Destijds was de buurt heel doods, met alleen maar bedrijfspanden en slechts enkele woningen. Dus toen Richy aangaf ook op de Zuidas te willen wonen, dacht ik: daar is werkelijk níks. Maar de laatste vijf jaar is de buurt zo veranderd! Met leuke eettentjes, allemaal terrassen, een foodcourt aan de Claude Debussylaan. Het is supergezellig. Vooral in de zomer, als de terrassen stampvol zitten. Niemand verwacht dat het hier zo gezellig is, omdat het een compleet nieuwe wijk is.”

Waarom wilde jij zo graag op de Zuidas wonen, Richy? R: “Op mijn achttiende heb ik drie jaar in New York gewoond om het muziekvak te leren. De vibe van de Zuidas doet me een beetje denken aan New York. De hoge gebouwen, het zakelijk district met alle culturen, de expats. Dat allemaal op zo’n heel klein stukje Amsterdam. De Zuidas is misschien niet de eerste plek waar je aan denkt om te gaan wonen met jonge kinderen...” P: “Eerder de laatste...” R: “Haha ja, maar dat maakt ons wel minder lui. Ik ben opgegroeid in Buitenveldert en wilde echt niet buiten Amsterdam wonen, wat veel van onze vrienden met kinderen zijn gaan doen. Hier kunnen onze kinderen dus niet lekker de achtertuindeur opengooien om te kijken of vriendjes al wakker zijn, maar dat motiveert ons juist om eropuit te gaan met ze. We fietsen naar speeltuintjes in Zuid of pakken de auto naar de grote speeltuin op IJburg. Bovendien zijn we omringd door groen: op loopafstand zit het Amstelpark, het Amsterdamse Bos, het Gijsbrecht van Aemstel- en het Beatrixpark. Daarbij wonen mijn ouders ook hier en ik ben heel close met ze.” P: “Wat grappig en heel handig is. Want dan kun je dus wel de deur openzetten en zeggen: ‘Ga maar naar opa en oma.’ En door Richy, die zo close is met zijn ouders, heb ik mijn moeder vanuit Meppel naar Buitenveldert gehaald.”

“Niemand verwacht dat het hier zo gezellig is!”

Hoe hebben jullie elkaar leren kennen? P: ”Bij het televisieprogramma X-Factor, zestien jaar geleden.” R: “Zij was eindredacteur van het programma en ik was kandidaat.”

Sloeg de vonk meteen over? P: “In het begin helemaal niet, al viel hij me wel op. Op de eerste opnamedag zei ik tegen een collega: ‘Kijk, hij heeft hele grappige kleine oren.’ En dat was het. Bij de volgende ronde zei ik: ‘Oh, dat is die jongen met die grappige oren.’ Uiteindelijk zat Richy in het groepje van jurylid Henkjan Smits en op een gegeven moment zei een van de verslaggevers tegen me: ‘Je moet echt even met Richy praten. Iedere keer als ik ‘m een vraag stel, denkt ‘ie heel lang na en krijg ik een ongelooflijk politiek correct antwoord, ik kan er niks mee.’ Dus toen heb ik tegen Richy gezegd dat als hij het vak in wil, hij wat meer zichzelf moet zijn. Want als je alleen maar politiek correcte antwoorden geeft, gaat niemand op je stemmen tijdens de

liveshows.” R: “’Anders vlieg je eruit’, zei ze. Ik vond haar vervelend streng.” P: “En ik had het gevoel dat ik hem een peptalk gaf. In retrospectief vond hij het een heel beangstigend gesprek, haha! Dus ik werd die strenge mevrouw voor hem en hij werd die correcte jongen voor mij. Later, tijdens de liveshows, is het een aantal keren voorgekomen dat hij mee moest terugrijden naar Amsterdam, omdat er geen treinen meer reden. Zo leerden we elkaar een beetje beter kennen. En na de opnames bleven we contact houden.” R: “We gingen samen hardlopen en uiteindelijk kregen we een relatie.” P: “En begonnen we het kinderdagverblijf Villa Bambini.”

Hoe kwamen jullie erbij om – naast die drukke levens – ook een kinderdagverblijf te beginnen? R: “Mijn ouders hebben al zevenentwintig jaar kinderdagverblijven, maar zij hadden niet de ambitie om nog verder uit te breiden, terwijl er nog veel vraag naar kinderopvang is. ‘Waarom gaan jullie dat niet doen?’, vroegen ze. Zodoende zijn we panden gaan bekijken en hebben we het opgestart, naast Patricia haar tv-werk en mijn optredens. Villa Bambini loopt heel goed en omdat mijn ouders veel in het buitenland zitten, runnen we soms meerdere vestigingen.”

En een crèche leiden heeft jullie er niet van weerhouden om zelf kinderen te krijgen? P: “Haha, nee. Dat komt door Richy, hij is heel relaxt met kinderen. Ik vind de babytijd best lastig, maar Richy is heel chill met baby’s. We hebben ook afgesproken dat hij zich ontfermt over de jonge jaren, ik neem de pubertijd voor mijn rekening, want ik vind pubers heel leuk. Maar ik doe nu ook genoeg hoor, haha!”

Zuid ooit uit? P: “Nou, we houden allebei erg van verhuizen en verbouwen...” R: “Dit is niet ons laatste huis, nee. Maar Zuid uit, daar kan ik me nu niets bij voorstellen, ik voel me gewoon niet thuis in andere stadsdelen van Amsterdam.” P: “Maar je hebt ook niet in andere stadsdelen van Amsterdam gewoond... Ik ben opgegroeid in Mijdrecht en verhuisde op mijn achttiende naar Amsterdam, ik heb in heel wat stadsdelen gewoond en denk dat ik overal wel kan aarden.” R: “Ik hou wel echt van de vibes hier op de Zuidas. De kantoorpanden die leegstromen rond lunchtijd, de donderdagmarkt op het plein, de ijsbaan op Gelderlandplein, het pannenkoekenhuisje op de hoek, de architectuur...” P: “Deze wijk is heel fotogeniek. Bijna iedere dag zie je wel een film- of fotoploeg aan het werk, en heel veel Instagrammers. Alles oogt heel on-Amsterdams, toch is dit ín Amsterdam, het is geen buitenrandje.” R: “Wat maken we goede reclame voor de Zuidas hè, haha!”

This article is from: