4 minute read
JOEP VOSSEBELD
from ZOUT 12-2022
by ZOUT
scheiding uit het oog verloor. Toen al wilde hij schrijven. ‘Ik las veel: Reve, Céline, Bukowski. Daar zit een waarachtigheid in, die schreven met zweet en vuiligheid.’ En dankzij meester Zegers in Venray had hij een zwak opgebouwd voor dichters als Van Ostaijen en Slauerhoff. ‘Morgen ga ik zelf een meesterwerk schrijven’, besloot hij elke avond weer in de kroeg. ‘Maar ik was een luie hedonist, een sloeber, een nul. Had geen werk, geen geld.’
Op zijn 40ste debuteerde hij dan toch - dat was tenminste het verhaal. In werkelijkheid was hij tien jaar ouder. Maar een debuterende zanger van 50 kon niet, vond hij. Te oud. Het was een teken van zwakte, zegt hij een kwart eeuw later. Hij schaamt er zich een beetje voor. ‘Aan de andere kant ben ik nu ineens een rolmodel voor ouderen: als die oude lul dat allemaal kan, dan moeten wij dat ook misschien wel kunnen.’ Aan ‘die belegen Nederlandstalige muziek’ had Roeka een hekel. Dylan en Cohen, dát waren zijn helden. Tot hij zelf een keer een liedje in het Nederlands schreef. ‘Ik dacht: verrek, hier kan ik me perfect in uitdrukken. Ik wilde liedjes schrijven die hier nog nooit geschreven waren. Heel persoonlijk. Hoe dieper ik over mijn eigen ontreddering vertelde, hoe meer mensen het aansprak, merkte ik.’
Advertisement
alex Roeka werd in 1945 in Klooster Nazareth in Ravenstein, bij Nijmegen, geboren als Lex van Mourik. Hij groeide op in een gegoed notarisgezin. ‘Er heerste een sterk ontwikkeld standsgevoel. Ze zullen zich wel verraden hebben gevoeld door mij.’ Zijn oudste broer, die hoogleraar zou worden, was het alfamannetje. ‘Als ik me tegen iemand heb willen afzetten, dan is hij het.’ Intussen neemt het verlangen naar Ravenstein toe, merkt hij. ‘Met het verdwijnen van alles, het ouder worden, gaat het verleden meer spelen. Dat gaat over ontworteld zijn, ontheemding. Dat gevoel heb ik al sinds ik op mijn negende naar kostschool werd gestuurd.’ Het voelt altijd goed om in Ravenstein te komen, zegt hij, want nergens is de stroom zo helder als bij de bron. ‘Als het uitgaat met mijn vriendin, verhuis ik morgen nog naar Ravenstein. Hoewel. Dan krijg je natuurlijk weer die dorpsruzies, de vetes, dat gezeik. Maar die plek heeft betekenis; elke keer als ik er ben, bij de Maas, de spoorbrug, de weilanden, komt er iets naar boven. Een mix van zonde en verlangens. Wij zwierven daar als kind door de velden. Dat was ons leven, het was omgeven met geheimzinnigheid. Seksualiteit speelde ook een belangrijke rol. Onder de spoorbrug lagen jongeren die maar net iets ouder waren gewoon te neuken. Dat wilde je ook, maar je was te verlegen, te bang, te onwetend.’ Zijn wens is dat zijn as ooit onder die spoorbrug verstrooid zal worden. ‘Dat er dan op een plakkaat op de pijler komt te staan: hier rust Alex Roeka, haha.’ Niet dat iemand hem kent in het stadje, zegt hij. ‘Ik ben een marginale artiest. Geen Meeuwis of Borsato. En mijn generatiegenoten zijn dood.’ Soms heeft hij wel moeite met z’n leeftijd: ‘Dat zo’n oude lul als ik nu de Poelifinario wint, en niet een talent dat 50 jaar jonger is, pff. Van de andere kant, Leonard Cohen schreef zijn mooiste plaat op z’n 82ste, met één been in het graf.’ Van de drank en andere troep is hij allang af, anders had hij de 77 niet gehaald, zegt hij. ‘Na je 40e is alcohol puur vergif.’ In het café drinkt hij graag thee. En okay, heel af en toe gaat er een scheut Bacardi of gin in.
Z
Alex Roeka speelt in december in Roosendaal, Roden, Rilland en Beuningen. alexroeko.nl
2022 in scherven
Tijd om te gaan
Samen met Toon Hezemans van het Dutch Mountain Festival liep ik enkele jaren geleden rondom alle bruinkoolgroeves in NoordrijnWestfalen, om een gevoel te krijgen bij de schaal ervan. Per groeve waren we twee à drie dagen onderweg. ’s Nachts sliepen we in een slaapzak in de sneeuw aan de rand van de groeve en in het door de inwoners verlaten dorpje Pier. Het plan om de afgravingen, tussen Keulen, Aken en Düsseldorf, in een groot meer te veranderen is intussen achterhaald, wegens watergebrek; het laatste megalomane idee van energiereus RWE, de eigenaar van de groeves, was om de Rijn dan tijdelijk om te leiden. Deze zomer is besloten dat de mijnbouw uiterlijk in 2030 stopt, 25 jaar eerder dan gepland. Bij wijze van compromis sneuvelen wel nog enkele dorpen. In totaal zullen dan bijna 50.000 mensen uit hun huis zijn verjaagd. Nu was ik er met fotograaf Mattias Jung die de protestbewegingen rondom de mijnen al jaren volgt, hij heeft er een mooi boek van gemaakt, Revier. Diezelfde dag bezocht ik Inge Broska, een 80-jarige performancekunstenares (en een van de eerste feministische activisten in Duitsland) die in haar huis in Jüchen een museum heeft gemaakt met voorwerpen die achter zouden blijven in haar gesloopte geboortedorp Otzenrath, een collectie handvegers, bakvormen, brieven, noem maar op. Bijzondere vrouw, bijzondere plek. Ze vertelde over het moment dat ze moest wijken voor de sloopkogel, ze was de laatste achtergeblevene in het dorp. Hoe op een ochtend de machinist van een graafmachine naast haar bed stond. ‘Goedemorgen mevrouw, tijd om te gaan.’
JOEP VOSSEBELD