3 minute read
INTERVIEW
from ZOUT 12-2022
by ZOUT
De noodzaak om mooie Dingen te blijven zien
Voor Marie Vinck was 2022 een kanteljaar. Met FC Bergman klauwde ze zich vanuit een bijna burn-out naar de New Yorkse podia. Ook speelde ze de hoofdrol in de thriller Ritueel. ‘Het lukt nu beter om meer plezier te hebben’, kijkt ze met YANNICK DANGRE terug. ‘Laat de fun maar beginnen.’
Advertisement
‘H et was eigenlijk best een bevrijdend jaar,’ zegt Marie Vinck aan een tafeltje in De Walvis, een koffiebar in de Antwerpse wijk Zurenborg waar de regen met bakken uit de lucht valt.
In 2021 was ze zowat tegen een burn-out aangelopen door de bewerking van De toverberg van Thomas Mann die ze samen met Stef Aerts, haar partner en collega bij FC Bergman, maakte. Achteraf was dat niet zo’n goed idee, stelt ze vast. ‘Normaal hebben we Joé Agemans en Thomas Verstraeten, de twee andere leden van ons gezelschap, om mee te overleggen, en stopt het intellectuele gepingpong zodra we uiteengaan. Dat was, door corona en het feit dat Stef en ik samenwonen, niet het geval, waardoor het brainstormen over de voorstelling nooit stopte. Elke seconde van de dag konden we elkaar lastigvallen met een nieuw idee, onze woonkamer lag vol materiaal, werk en privé liepen totaal dooreen. Daar zijn we allebei aan onderdoor gegaan, wat ook niet goed was voor de voorstelling. Toen hebben we beseft dat we er altijd andere mensen bij moeten betrekken. En dat het voor Stef en mij gezond is om, naast FC Bergman, ook onze individuele projecten te hebben.’ Toch is en blijft FC Bergman haar core business. Ze definieert zich in de eerste plaats als theatermaakster, ook al was dat niet per se waar ze als kind van droomde. Vinck groeide op in Antwerpen als dochter van actrice en regisseuse Hilde Van Mieghem en wilde vooral niet zomaar in die voetsporen treden. Ondanks enkele bijrollen als kind in televisieseries koos ze voor een studie Germaanse talen. Pas daarna, toen ze zeker wist dat ze wilde acteren, besloot ze naar de toneelschool te gaan. Vinck: ‘Daar is FC Bergman ontstaan, een beetje à l’improviste. We waren zes jaargenoten die elkaar vonden in een afkeer van het teksttheater dat we al zo vaak op school moesten brengen. Wij wilden de focus leggen op het beeldende, en hadden nogal grootschalige voorstellingen voor ogen. Toen ons door een plaatselijk festival werd gevraagd om iets te maken, is de bal aan het rollen gegaan.’ Ze vertelt het glunderend, spreekt nog steeds over de beste jaren van haar leven. ‘Het was een chaotische periode, we moesten toen alles zelf doen: promotie, verkoop, bedenken, regisseren, spelen. Maar precies daardoor was ons zestal ook voortdurend samen, we zaten dag en nacht op café om al die wilde plannen eindeloos te bespreken. Het was een tijd van zwelgen en heerlijk weinig relativering. Het was het soort oeverloze, romantische kunstenaarschap waar ik wel eens heimwee naar heb.’ Inmiddels is FC Bergman sterk geprofessionaliseerd en opereert het sinds 2013 onder de vleugels van het prestigieuze Toneelhuis in Antwerpen. In een hoog tempo oogstten ze successen met Wandelen op de Champs-Elysées, 300 el x 50 el x 30 en Van den vos, groots opgezette voorstellingen in een sublieme, alomgeprezen beeldtaal. Pas met JR in 2018 experimenteerden ze met hun eerste volledige tekstvoorstelling, zij het ook daar weer in een imposant decor waarbij een heel appartementsblok werd nagebouwd. De grote greep is hun niet vreemd. Ondanks het vertrek, in 2016, van Bart Hollanders en Matteo Simoni en de tekstuele experimenten is het kernthema van FC Bergman altijd hetzelfde gebleven: de spartelende mens in een veel te groot universum. ‘We zijn op dat vlak nog steeds niet uitverteld. Door steeds nieuwe ontmoetingen te hebben en andere boeken en kunstwerken te (her)ontdekken vinden we telkens andere wegen om dat verhaal uit te diepen: het individu dat tegen beter weten in vat probeert te krijgen op de wereld. Daarom ben ik ook theater gaan maken: om mijn eigen twijfels, angsten,