België - Belgique P.B. Antwerpen X 8/6342
ViB
AFGIFTEKANTOOR ANTWERPEN X Toelatingsnummer P408993
VAKBOND IN BEWEGING
VERSCHIJNT DRIEMAANDELIJKS • NR. 73 • 19e JAARGANG • APRIL MEI JUNI 2012
Het is
een ra
ad va
n het
ABVV
Verantw. uitgever : Dirk Schoeters, Ommeganckstraat 35, 2018 Antwerpen
ViB
INHOUD
VAKBOND IN BEWEGING
Nr. 73 - 19e jaargang APRIL/MEI/JUNI 2012 Prijs: 1 Jaarabonnement: 4 Driemaandelijks tijdschrift van Linx+ ABVV-regio Antwerpen In samenwerking met ABVV seniorenwerking
8
6
Verantwoordelijke uitgever: Dirk Schoeters Ommeganckstraat 35 2018 Antwerpen Redactieadres: Ommeganckstraat 35 2018 Antwerpen (03)220 67 11 cedric.haes@abvv peggy.devis@abvv.be Medewerkers aan dit nummer: Staf Van Gorp Luc Van Overberghe Peggy Devis Patrick VanLael Marina Van Den Bulck Jen Gosse Frans Van Heddeghem Cédric Haes Timothy Wijffels Paul Van Rymenant
10
© Broos
15
Vormgeving: Romain De Fleurquin Albert Balboa llustratie cover : AMSAB met financiële steun van
22
23
INHOUD REDACTIONEEL 4
KINDEREN VAN SEMINI 5 Filip Coenen
LEZERSBRIEF 6 Over het Rex-concern GESCHIEDENIS 8 De Antwerpse Naties INTERVIEW 10 Bernard Dewulf, stadsdichter
ACTUEEL 15 Griekenland 17 De Nationale Bank van België CAMPAGNE 18 Fos Campagne BLIJE BLOEMEN 20 Gezondheid, een mensenrecht MUZIEK VOOR RODE OORTJES 21 Billy Joel - Allentown
MUZIEK 23 Axl Peleman ANTWERPEN IN BEWEGING 24 Positieve veranderingen in de stad FILM 27 Allez Eddy
Ondertekende teksten geven uitsluitend de mening weer van de auteur en binden geenszins de organisatie.
VAKBOND IN BEWEGING 73
REDACTIONEEL
HOOGTEPUNTEN Het volledige ABVV is er al vele maanden druk mee bezig. Campagnes opzetten en voorcampagnes voeren, informatie verspreiden, collega’s aanspreken, kandidaten werven en samenbrengen, thema’s op de agenda plaatsen, bedrijven onder de loep nemen, de procedures en toepassing van de wetgeving opvolgen, vormingen volgen en organiseren. En vanaf 7 mei is het zover. Twee weken lang zullen er in tal van bedrijven en organisaties de sociale verkiezingen doorgaan. Die sociale verkiezingen zijn een hoogtepunt in onze sociale democratie. Werknemers stellen voor vier jaar hun vertegenwoordigers aan in ondernemingsraden en comités. Natuurlijk spelen tijdens deze stembusslag in de eerste plaats de thema’s en de syndicale werking eigen aan het bedrijf een rol. De rol en de inzet van onze militanten en kandidaten is daarbij essentieel. Maar de impact van de sociale verkiezingen overstijgt de muren van de bedrijven. Het ABVV en zijn kandidaten op lijst nummer 3 staan ook voor een linkse en syndicale visie op de maatschappij. Goede resultaten in de sociale verkiezingen getuigen van ons draagvlak en maken ons sterker bij het verdedigen van onze standpunten. Op een ogenblik dat de rechtse politieke krachten er alles aan doen om de gewone werknemers en sociaalgerechtigden te laten opdraaien voor de gevolgen van de financiële en economische crisis, is dit meer dan ooit belangrijk. De sociale verkiezingen geven ons de gelegenheid om de kleine groep van opiniemakers die de geen kans onbenut laten om op het ABVV te schieten, van antwoord te dienen. In tegenstelling tot onze criticasters, waarvan de meesten alleen zichzelf vertegenwoordigen, vertolkt onze vakbond de mening van leden én van kiezers wiens stemmen niet versterkt worden door de megafoons van de media.
VAKBOND IN BEWEGING 73
In deze omstandigheden worden de sociale verkiezingen van 2012 een zaak van ons allemaal. Ongeacht we werken in een bedrijf waar verkiezingen gehouden worden of niet; ongeacht we werken of niet. Met zijn allen kunnen we de ABVV-kandidaten, die in het heetst van de verkiezingstrijd staan, steunen. Door waar mogelijk voor hen te stemmen natuurlijk. Maar even goed door vanuit de eigen situatie – werknemer of sociaal gerechtigde - en in de eigen omgeving mensen aan te spreken en te overtuigen om op hun werk voor het ABVV te stemmen. Een ander hoogtepunt voor de socialistische beweging komt er over enkele dagen aan. Ons feest van de arbeid op 1 mei. Ook deze dag is een gelegenheid om te tonen dat onze vakbeweging en haar ideeën meer dan ooit actueel zijn en gedragen worden door de gewone mensen. Man en vrouw, arbeider en bediende, werknemer en werkloze, jongere en senior, allochtoon en autochtoon, gezond of ziek.: 1 mei is de dag waarop we met ons allen tonen dat socialisme het antwoord is op de uitdagingen van vandaag. Laat ons dus met velen zijn om het feest van de arbeid te vieren. En te stemmen op het ABVV in de daaropvolgende sociale verkiezingen. Dirk Schoeters algemeen secretaris De cover op de voorpagina is oorspronkelijk een affiche van de Jongsocialisten. Ze werd gemaakt in 1970 ter gelegenheid van de gemeenteraadsverkiezingen. Vandaag, 32 jaar later, is de boodschap actueler dan ooit. Met verzameld rechts die van de crisis gebruik wil maken om ons sociaal model onderuit te halen. Vandaar dat we deze affiche aan de vooravond van de sociale verkiezingen licht aangepast op het voorblad van VIB zetten. Ga nu links en stem op lijst 3 van het ABVV.
KINDEREN VAN SEMINI
FILIP COENEN
Stamvader van Antwerps socialisme Albert Van Laar, de auteur van de Geschiedenis der Arbeidsbeweging van Antwerpen en omliggende, noemde Filip Coenen de eenvoudige schoenmaker die zich tot “levenswekker”’ van de ingedompelde Antwerpse arbeidersmassa had opgewerkt en die vanuit zijn werkatelier de beweging in Vlaanderen bestuurde. Filip Coenen stierf in juli 1893. MILITANT FILIP COENEN Er is weinig te vinden over de jeugd van Coenen. Hij was zijn militantenloopbaan begonnen in het ‘Algemeen Werkersverbond’, een organisatie die eigenlijk niet meer was dan een verzameling van beurzen en mutualiteitskassen van ambachtslieden. Haar actie beperkte zich tot onderlinge bijstand, doch van zuiver socialisme was er (nog) geen sprake. Voor een resoluut man als Coenen was dit verbond veel te tam en te gematigd om ervoor te zorgen dat de arbeiders een politieke macht konden worden. De cholera zorgde ervoor dat er een jaar verloren ging, maar in maart 1867 verliet hij deze beweging en stichtte hij een eigen ‘Volksverbond’ dat voor het eerst in Antwerpen pleitte voor een zelfstandige arbeiderspolitiek. 18 maart 1867 was voor de arbeidersbeweging in Antwerpen een beslissend moment. Vanaf die dag begon een nieuw tijdperk, dat jarenlang door de sterke persoonlijkheid van Filip Coenen beheerst werd. Het was republikeins en Vlaamsgezind en steunde op vrijheid van gedachte en met als doel het algemeen stemrecht, de morele en materiële verbetering van de arbeiderstoestand, de afschaffing van het leger, de scheiding van kerk en staat en de gemeenschappelijke eigendom. Dit waren de eerste echte socialistische sporen. DE WERKER De naam Filip Coenen zal steeds verbonden blijven met het blad ”De Werker” dat hij sinds 1868 publiceerde. Dit blad kende een lang bestaan en was uitgegroeid tot een Gents-Antwerpse onderneming waaraan talrijke prominente socialisten als Emiel Moyson en Eduard Anseele meewerkte. De Werker was destijds het eerste en enige Ne-
derlandstalig socialistisch weekblad, waarin radicale socialistische standpunten werden verdedigd. Het was een orgaan van de Vlaamse Afdelingen der Internationale. De Werker was geen zuiver Antwerpse aangelegenheid maar “diende” het Vlaamse landsgedeelte. Het eerste nummer verscheen op 18 oktober 1868. Door de organisatorische aanleg van Coenen en de propagandistische uitstraling van zijn blad kwam Filip Coenen spoedig in contact met de Brusselse socialisten die zich hadden aangesloten bij het Internationaal Verbond der Arbeiders, m.a.w. de Eerste Internationale,die in 1864 door Karl Marx in Londen was opgericht. Figuren als César de Paepe konden Coenen van het belang van deze organisatie overtuigen. Zijn afdeling werd eveneens lid en noemde zich voortaan ‘Internationale Werkersvereniging het volksverbond – afdeling Antwerpen’. In werkelijkheid wist Coenen maar weinig af van het gedachtengoed van Marx. Het “wetenschappelijk socialisme” sprak helemaal niet tot zijn verbeelding, maar door de slogan “Werklieden aller landen, verenigt u!” voelde hij zich wel aangesproken. COENEN VERSUS KARL MARX De ideologie van Marx veranderde het politieke wereldbeeld, voor Coenen was hij een doodgewoon lid van de Algemene Raad van de Internationale en bovendien deelde hij zelden de opvattingen van deze grote denker. Dit was dan ook de reden waarom in De Werker met geen woord over Marx gerept werd, op één uitzondering na : Coenen was te weten gekomen dat Marx zich tegen de opstand van de Parijse Commune had verzet omdat in zijn ogen de revolutionairen zich aan een
onderneming waagden die ze niet aankonden. Het Volksverbond van Coenen was verontwaardigd over deze houding en eiste hierover uitleg. Karl Marx stuurde hem op 31 maart 1871 een antwoord waarin hij trachtte te bewijzen dat de berichtgeving over deze zaak op een vervalsing van de ‘Paris-Journal’ berustte die door de kapitalistische heersers was geïnspireerd met als doel de Internationale in diskrediet te brengen. Filip Coenen liet toen een gebrekkige vertaling van de brief in De Werker verschijnen. EEN VEELZIJDIG MILITANT Hij was de enige militant van voor 1870 die standhield tot 1885 toen de Belgische Werkiedenpartij gesticht werd. Hij was de grondlegger van het socialisme in Antwerpen en de Rupelstreek. Hij was een veelzijdig militant, de promotor van de syndikale beweging, en mede-oprichter van de eerste verbruikerscoöpertatieven. Hij was volgens getuigenissen een bijzonder sympathiek man, met een heldere kop, iemand die het goed kon uitleggen, en met een gevoel voor humor. Filip Coenen was een schoenmaker die niet bij zijn leest bleef. Hij was een legendarische figuur die bewees dat het in de 19e eeuw niet enkel intellectuelen waren die een eersterangsrol konden spelen in de socialistische beweging. Staf VAN GORP Bronnen : Geschiedenis van de socialistische arbeidersbeweging in België – uitg. Ontwikkeling Geschiedenis der Arbeidersbeweging van Antwerpen en omliggende – A.Van Laar Doen – uitgave van S.P. – 1e jg. Nr 10
VAKBOND IN BEWEGING 73
LEZERSBRIEF
Lezersbrief van FRANS DRUYTS, ex-werknemer bij het REX-concern
Mijn naam is Frans Druyts, ik werkte vroeger als electrotechnieker van de projectiecabines in de bioscoopzalen van het REX-concern. Ik heb 19 jaar voor Georges Heylen gewerkt en heb ook de teloorgang van zijn cinema-imperium van zeer dicht bij meegemaakt. Ook op syndicaal vlak. Bij het lezen van het artikel over Georges Heylen in het vorige VIB nummer, kreeg ik zo’n beetje een wrang gevoel… Baron Georges Heylen werd er haast op en een ere schavot geplaatst terwijl hij in werkelijkheid toch een verlicht despoot kon genoemd worden. Hij was iemand die in de twintigste eeuw leefde maar handelde en dacht naar negentiende-eeuwse normen. Hij was een labiel man vol hoogmoed,die een zeer lange politieke arm had en die zijn hand niet omdraaide om menselijk leed aan te richten. Hij handelde volgens zijn gemoedstoestand…Was zijn maaltijd hem niet bekomen en je had als portier die dag je das niet goed geknoopt, dan kon het zijn dat je je C4 kreeg. Of als het hem voor de wind ging, dan overlaadde hij je met cadeaus. In dat geval meestal met wijn, want hij had een voorliefde voor wijn… zijn “dure” wijnkelder heeft trouwens
VAKBOND IN BEWEGING 73
bij het faillissement veel geld opgebracht om de schulden af te betalen. Het concern bestond uit een 22tal verschillende NV’s/BVBA’s die allemaal bestonden uit dezelfde mensen. Het personeel werd ingeschreven op de pay-rol van de cinema waar ze niet noodzakelijk écht werkten. De werknemers werden per maand ingeschreven daar waar Heylen het meeste financieel voordeel uit kon halen. Hij had een soort “bubbel” gecreëerd dat dan het REX-concern werd genoemd. Maar het stelde inhoudelijk eigenlijk niet veel voor…deze constructie was een slimme zet om de wetgeving en belastingen te omzeilen en vooral om geen syndicale vertegenwoordiging toe te laten. Samen met het ABVV heb ik wel een poging ondernomen om sociale verkiezingen te organiseren…maar helaas is dit mislukt. Heel het kluwen van de verscheidene NV’s, de boekhoudingen, uurroosters van het personeel die niet overeen kwamen met hun loonfiches/vakantiecheques etc. hadden we deskundig ontward. Maar door de lange politieke arm van Heylen hebben we aan het kortste eind getrokken. In het begin van 1990 hing de on-
dergang van het concern reeds in de lucht…Heylen begon een deel wijkcinema’s af te stoten en enkele zalen zoals de REX en de QUILLIN van een groot scherm te voorzien. Dit om te kunnen concurreren met Kinepolis in Brussel. Hij had het ook klaar gespeeld dat er een onderlinge afspraak was met Kinepolis : zij zouden geen bioscoopcomplex mogen bouwen in Antwerpen tenzij ze hem 500 miljoen Belgische franken zouden betalen. Uiteindelijk is deze afspraak nooit hard gemaakt. Metropolis is er gekomen en het REX concern is gegaan. In werkelijkheid heeft baron Heylen maar 1,5 miljoen BF gekregen van de deal met Kinepolis/Metropolis, waarvan hij de helft persoonlijk opeiste. De andere helft is in het faillissement gegaan. De schuldenberg bedroeg op het moment van het faillissement 600 miljoen Belgische franken: schulden aan de banken, achterstallige RSZ, schulden aan filmdistributiebedrijven, vermaaktaksen aan de stad Antwerpen,…hij had hypotheken op hypotheken. Toen de boeken definitief werden neergelegd, werd het personeel in de voormiddag ingelicht en in de namiddag stond de deurwaarder er al met de kettingen. Er was zelfs geen tijd meer om persoonlijke bezittingen te recupereren… Er waren toen een 95 % werknemers die zich hebben gesyndiceerd en die bij het faillissement toch nog een redelijke ontslagregeling hebben kunnen genieten. Het verhaal dat hij van eenvoudige komaf was is waar: hij was vertegenwoordiger van snoepgoed en peperkoek. De connectie met de bioscoopwereld is ontstaan door zijn eerste huwelijk met de dochter van de eigenaar van Cine REX in Antwerpen. Hij heeft het REX bioscoopcomplex uitgebouwd en het is samen met hem in het begin van de jaren negentig ten onder gegaan. Hoe hij baron is geworden en wat zijn verdienste daarin was… niemand begrijpt het eigenlijk… ongetwijfeld weer een lange arm en zijn verdomde dwang naar grootheidswaanzin. Frans Druyts
AKTIVITEITEN
Bezoek aan de ANTWERPSE HAVEN Geleid bezoek aan de haven met de bus. U bezoekt een stukgoedterminal, een containerterminal, een fruitwerf, het opleidingscentrum voor de dokwerkers en het aanwervingslokaal of “het kot”…u voelt zich een dokwerker voor één dag. ’s Middags eten we een warme maaltijd in de kantine van het kot. Prijs: €17/pp dranken niet inbegrepen Wanneer? donderdag 26 april 2012 van 9u00 tot 16u00 Waar? Bus vertrekt aan de BTB, Paardenmarkt 66, 2000 Antwerpen
INFO en INSCHRIJVINGEN: Adviespunt Ommeganckstraat 35 (1e verdiep) 2018 Antwerpen T: 03 220 66 13 adviespunt.antwerpen@abvv.be Betalen kan enkel met Bancontact of via overschrijving op rekeningnummer BE20 132-5201931-56 Bij inschrijving moet de naam en identiteitskaartnummer van ELKE deelnemer meegedeeld worden. Dit op voorschrift van het Antwerps Havenbedrijf.
Concert GLENN MILLER ORCHESTRA (ZITTEND) The World Famous Glenn Miller Orchestra is al meer dan 20 jaar zeer succesvol in vele Europese landen. De muziek van Glenn Miller en andere giganten uit het swingtijdperk heeft nog niets aan populariteit ingeboet. Het orkest onder leiding van Wil Salden komt opnieuw naar De Roma voor een swingende zondagnamiddag. www.glenn-miller.eu Prijs: Speciaal voor de leden van Linx+ en de senioren van ABVV Regio Antwerpen voorziet De Roma tickets aan het actietarief van €12, wat een korting betekent van €8 op het basistarief. Wanneer? zondag 13 mei 2012 om 15u00 Waar? Zaal De Roma: Turnhoutsebaan 286, 2140 Borgerhout INFO en INSCHRIJVINGEN: De Roma Kantoor Turnhoutsebaan 327 - 2140 Borgerhout T: 03 292 97 50 - www.deroma.be
VAKBOND IN BEWEGING 73
7
GESCHIEDENIS
DE ANTWERPSE NATIES Volgens het Woordenboek der Nederlandse taal is natie een Zuid-Nederlandse term voor een corporatie of gilde. In 1421 werden er in Brussel de verschillende ambachten onderverdeeld in negen natiën. In de Antwerpse haven zijn naties of natiebedrijven vennootschappen, oorspronkelijk verenigingen met een gildenstempel, die de behandeling en het vervoer van goederen tussen de kade en de stapelhuizen verzorgden. Alhoewel dit geen typisch Antwerps fenomeen was, gebruikte men in de andere havens andere benamingen, zodat de naam natie dus wel Antwerps was. De meeste naties ontstonden in de negentiende eeuw. NATIE Het woord natie ontstond echter niet in de negentiende eeuw. Het bestond reeds in het oude Antwerpen tijdens de middeleeuwen, en wel in verschillende betekenissen. Een eerste betekenis was deze van koopliedenverbond, een gilde van kooplui, zoals een liga van kooplieden van een zelfde land of natie. Een andere betekenis vond men in de vijftiende eeuw. Toen werd met natie een gezelschap of groepering van werkers bedoeld die een zelfde doel nastreefden en samen een zelfde activiteit of beroep uitoefenden, zoals deze in het kader van het ambacht werden bedreven. Hier was een natie dus reeds een soort gilde. In deze betekenis verscheen de benaming natie voor het eerst in Antwerpse bronnen in 1448. Toen was er sprake van vreemde gesellen van diverse nacien die in het ambacht van de kordewagenkruiers wilden komen. In 1460 vond men een tweede vermelding bij een geschil tussen arbeiders van de Haringvliet en haringkooplui. De tekst vermelde gesellen die gheen nacie of geselscap en zyn. Vreemd was dat destijds niet alle naties qua activiteit verbonden waren met de haven. Zo waren er de diamant- en robijnsnijdersnatie, de garentwijndersnatie, de natie van de perelgaters, de graanverkopersnatie, de goud- en zilversmedennatie, e.d.m. COÖPERATIES Naties waren vennootschappen met een coöperatieve structuur. De aandeelhouders van een natie waren de natiebazen. Een natiebaas
VAKBOND IN BEWEGING 73
stond aan het hoofd van een ploeg havenarbeiders (natiegasten) die hij, of zijn afgevaardigde, elke dag in het aanwervingslokaal (het kot) ging ronselen. De bestuurders van een naties noemde men de natiedekens. Een tekst van 1520 vermelde ghesellen, hen noemende arbeyders. Het ging over onvrijen, mensen die meestal buiten een georganiseerd verband stonden. Arbeider had vroeger een meer beperkte betekenis. De arbeider bracht geen bepaald produkt voort, hij dreef geen handel. In economisch perspectief was hij een ongeschoolde loontrekker. DE EERSTE HAVENARBEIDERS Uiteraard beschikte de haven van Antwerpen van in haar vroegste bestaan over havenarbeiders. Bij elke aanlegplaats hoorden nu eenmaal mensen die instonden voor het laden en lossen van goederen. Ze deden dit met hun eigen lichaamskracht, maar al vlug werd er gebruik gemaakt van werktuigen, om de arbeid te verlichten. Om de verschillende categorieën van havenarbeiders van elkaar te onderscheiden werden ze naar het gebruikte werktuig genoemd. Zo kende men de buideldragers die de goederen in een buidel op de rug droegen, boomdragers die haringtonnen aan een schouderboom hingen en kordewagenkruiers die de kruiwagens als voornaamste hulpmiddel hadden aangewend. Een technisch goed ontwikkeld hulpmiddel was de kraan. Reeds in 1262 was er sprake van een kraan op de Werf, nabij de burcht.
HET AMBACHTSLEVEN De Antwerpse naties van het oude regime pasten volledig in het corporatistisch model van die tijd. De ambachten waren zeer machtig. Ze waren zelfstandige groepen met zelfgekozen leiders, een eigen financieel beheer, een gemeenschappelijk patrimonium, meestal een eigen kapel of altaar in de kerk, en natuurlijk een ambachtshuis met vergaderruimte. Reeds in de dertiende eeuw hadden leden die dezelfde bedrijvigheid uitoefenden zich verenigd om hun belangen te behartigen. Zij vormden een belangrijke categorie in de sociale rangorde van de oude Nederlanden. De stedelijke overheid was in theorie meester over het ambachtswezen en verleende aan verschillende groepen arbeiders voorrechten en erkende ze als rechtspersonen. Dit hield ook in dat de overheid de monopoliepositie van het ambacht aanvaardde. Dat betekende ook dat enkel de leden de toegestane bedrijvigheid mochten uitoefenen. Het ambacht reglementeerde en controleerde het werk van de leden en stelde keuzen op ter bescherming tegen eventuele uitbuiting door derden. Sociale maatregelen bestonden uit een voorzorgskas, waarin de leden bijdragen stortten die dienden om zieke leden te helpen. In de vijftiende eeuw werden de
GESCHIEDENIS ambachten niet alleen officieel erkend, ze slaagden er ook in zich te manifesteren als een politieke drukkingsgroep die zitting verwierf in het stadsbestuur en die zelfs gedurende tijd met geweld de macht uitoefende. De belangrijkste groepen havenarbeiders uit deze periode waren, naast de kraanlieden de vrije en onvrije buideldragers en turfdragers. Deze hadden echter een ondergeschikte positie. Zij verschilden essentieel van de vaklui van de traditionele ambachten. Hun opdrachten vergden in de eerste plaats een sterke lichaamskracht. Verder hadden zij geen beroepskwalificaties. Zij beschikten ook niet over duur of degelijk gereedschap. Deze ongeschoolden dagloners werd de toegang ontzegd tot een ambacht. Ze zwierven aanvankelijk wat rond aan de waterkant en troepten samen aan de waterkant wachtend op de komst van een schip om de schipper hun diensten aan te bieden. Tussen die groepjes dagloners ontstond een vorm van solidariteit. Zij wendde zich uiteindelijk tot de stedelijke overheid om hun arbeidsmonopolies van vervoer van bepaalde producten op een bepaalde standplaats of kade te erkennen op papier. Alzo konden zij zich verder organiseren en groeiden uit tot een gereglementeerde organisatie, naar het voorbeeld van de rijke en machtige ambachten. Zij bleven ook een stuk lager dan hun collega’s van de ambachten ; ze noemde zich dan ook niet ambacht, maar arbeyders van deze of gene steiger of ook wel natie. Met de uitbreiding van de havenactiviteiten werden de naties ook groter en belangrijker. Van de vijftiende tot het einde van de achttiende eeuw waren er een dertigtal havengebonden groeperingen in Antwerpen bedrijvig, verbonden aan bepaalde kaden en vlieten, en/of belast met een specifieke opdracht inzake goederenbehandeling. ORGANISATIE VAN DE NATIES De oude naties hadden, net als de ambachten een bestuurscollege dat was samengesteld uit dekens en oudermans. Dekens waren essentieel gezellen die wegens hun gezag, prestige en bestuurscapaciteiten door hun gelijken in algemene vergadering bij meerderheid van stemmen, werden voorgesteld aan
de magistraat die het laatste woord had. De dekens hadden ruime bevoegdheden van administratieve, juridische en soms van politieke aard. De dekens stonden in voor het dagelijks bestuur. De oudermans of gezwoornen maakten deel uit van het bestuurscollege en assisteerden de dekens. Gewoonlijk waren er vier oudermans per natie. Onder dat bestuur stonden de natiegasten of gezellen. Deze waren aan elkaar gelijk en voerden meestal speciale opdrachten uit zoals ontvanger, busmeester, schrijver.... Alhoewel er bij de naties geen leerjongens waren, kon een jongste lid zich bezwaarlijk de gelijke noemen van zijn oudere collega’s. In reglementen en verordeningen werden allerlei verplichtingen aan de nieuwelingen opgelegd. Maar ook de werkomstandigheden verschilden vaak voor deze jongere medearbeiders. In de Kalk- en Steennatie werkten de zes jongeren onder minder gunstige omstandigheden dan de tien ouderen. De jongeren stonden in voor de ongeblutste kalk, een weinig benijdenswaardige opdracht, en werkten aan twee derden van de gewone verdiensten. We schrijven hier wel 1614. Wie aan de haven wilden werken diende lid te worden van een natie. Dit hield in dat hij door de natie voor zijn taak geschikt moest worden bevonden. Dit gebeurde meestal door de dekens. In de eerste plaats moest de kandidaatnatiegast poorter van de stad zijn. Zonder burgerrechten kon men niet in het corporatieve systeem aan de slag komen. Poorter was hij die in Antwerpen geboren was. Tevens diende men stadsrecht te betalen. Deze taks, de gerechtigheid, werd door de stad geheven De oudste naties vergaderden waarschijnlijk in open lucht, maar stilaan zochten zij toch naar de onderdak. Dat kon een herberg zijn, of in het beste geval een eigen onderkomen. Men noemde dit een natiekamer. Deze hadden niet zo’n uitstraling als de huizen van de ambachten, die meetstal aan de Grote Markt gevestigd waren. De natiekamers waren meestal dicht bij de vlieten gevestigd. Van deze natiekamers is niets bewaard gebleven, dit in tegenstelling tot pakhuizen en magazijnen. Net als de ambachten waren de naties betrokken bij de verdediging van de stedelijke gemeenschap. In tijden van onrust werden ze ook op-
geroepen om diensten te bewijzen of om de openbare orde te herstellen. Een voorbeeld hiervan was: tijdens het beleg door Parma werden op 26 mei 1585 de buildragers, zakdragers en turfdragers door de overheid opgeëist. Zij moesten zich melden aan de ammunitiekamer om vandaar naar de Platte Steiger te gaan voor inscheping op schuiten en platbodems met bestemming Oorderen. Daar moest haver en rogge worden ingeladen voor de hongerende stad. EVEN VERDWENEN Tijdens de jaren van de Franse Revolutie werden gilden en naties door de Franse bezetters ontbonden, maar na de val van Napoleon opnieuw opgericht. Als eerste in 1817 de Valkeniersnatie. Deze werd in 2001 overgenomen door de Katoen Natie, dat werd opgericht in 1885. De namen van de natiebedrijven verwijzen vaak naar het soort goederen waar ze zich op toelegden (Tabaknatie, Katoennatie, Wolnatie.... Aanvankelijk gebeurde het transport van de goederen met paarden en karren ; de lange natiewagens met platte lage bodems getrokken door zware trekpaarden, de natiepaarden. Na de Tweede Wereldoorlog evolueerden de naties naar volwaardige logistieke bedrijven die niet enkel in de haven actief zijn, hun activiteiten, al dan niet via dochtermaatschappijen, omvatten ook het laden en lossen van vrachtschepen (stouwerij), transport, opslag, expeditie, dedouanering enz en dit in binnenals buitenland. Sommige natiebedrijven werden overgenomen door buitenlandse bedrijven (Hesse-Noord Natie – fusie van Hessenatie en Noordnatie) is onderdeel van de havengroep PSA uit Singapore), of hebben niet langer een aantal natiebazen als aandeelhouders (bv. Tabaknatie het grootste opslag- en overslagbedrijf voor tabak ter wereld, werd in januari 2006 volledig door de familie Heyndricvkx overgenomen.) Heden ten dage zijn er nog een veertig tal natie-bedrijven in Antwerpen actief. Staf VAN GORP
VAKBOND IN BEWEGING 73
INTERVIEW
BERNARD DEWULF, de nieuwe stadsdichter Er bestaat geen hiërarchie in gevoelens Bernard Dewulf werd in januari 2012 aangesteld als nieuwe stadsdichter van Antwerpen. Hij trad daarbij in de voetsporen van zijn vijf voorgangers. Na Tom Lanoye, Ramsey Nasr, Bart Moeyaert, Joke Van Leeuwen en Peter Holvoet-Hanssen zal Bernard Dewulf gedurende 24 maanden minimum 12 gedichten schrijven over wat hem treft en bezighoudt in Antwerpen. STADSGEDICHTEN OVERLEVEN HUN STADSDICHTER Een stadsdichter is een dichter die door een bestuur van een gemeente wordt aangesteld om gedurende een bepaalde tijd gedichten te schrijven over die stad en gebeurtenissen die er plaatsvinden. Hij of zij werkt dus in opdracht van de stad, maar heeft een grote vrijheidsgraad om initiatieven te nemen. Dat die initiatieven zeer divers kunnen zijn zowel in zake vorm als inhoud kan je terugvinden op de website van Antwerpenboekenstad. Maar kan je bovendien nog steeds terugvinden in de stad zelf. Ik daag u uit: een fietstour langs alle stadsgedichten is een flinke klus die je niet op 1 dag kan klaren. Het meest dichtstbijzijnde als u voor het ABVV-gebouw staat is het gedicht ‘Hier’ op het Kievitplein. Het verste moet u zelfs in Oostende gaan zoeken op de Visserskaai. Daar liet Peter Holvoet-Hanssen zijn laatste gedicht als stadsdichter aanspoelen. EEN PERSOONLIJKE INLEIDING OP BERNARD DEWULF Bernard Dewulf, een jonge vijftiger, woont met zijn gezin al meer dan 20 jaar in Antwerpen. Hij is dichter, columnist, journalist en kunstkenner. Hij ‘logeert’ in Antwerpen, zei hij zelf. Voor mij is hij de dichter en schrijver die ik leerde kennen als lezer van het ondertussen ter ziele gegane Nieuwwereldtijdschrift, al las ik dat toch vooral als fan van Herman De Coninck. In ‘Twist met ons’, een verzamelbundel uit 1987, debuteerde de dichter en schreef Dewulf alvast mijn persoonlijke favoriet in die bundel: Aquarium. Ze merkt het niet, hoe alles stilaan sneller gaat. Haar blik is stuk. Benen dienen nog tot opschik niet meer. Wat voor haar staat, is blind geluk. Een baard. Ik ben: meneer. Die haar de wereld in, op uitstap draagt. Vandaag eens ver, zegt zij. Aquarium? Dat wordt een lang verhaal, van kleuren en de schildpad. Werd te oud. Zoals wij allemaal. Ze ziet haar eigen knipoog niet.
10
VAKBOND IN BEWEGING 73
De dichter verhaalt en put uit zijn burgerdienst in een bejaardentehuis. Mijn persoonlijke kennismaking in die jaren met bejaardentehuizen en dementie zullen er niet vreemd aan geweest zijn dat net dit gedicht mij zo bijbleef. Wat we zoeken is herkenning. En mogelijk ook een pad om ons te engageren. Zou het daarom zijn dat Bernard Dewulf deel uitmaakt van een dichterscollectief in Antwerpen dat ervoor zorgt dat de begrafenissen van mensen zonder nabestaanden niet in volstrekte eenzaamheid voltrokken wordt? Met het project ‘De eenzame uitvaart’ bewijst hij alvast zijn sociaal engagement op dat terrein. Voor De Morgen-lezers is hij wellicht het meest gekend als de columnist die haasje over speelde met Hugo Camps op de voorpagina van De Morgen en erg gesmaakte columns schreef over het wel en wee van zijn gezin en het ‘kleine’ leven van alledag. De bundeling van deze columns kan je nog teruglezen in ‘Kleine dagen’, waarvoor Dewulf in 2010 de Librisprijs kreeg van de – het moet gezegd voornamelijk vrouwelijke – jury. Toen Dewulf in 2009 samen met 15 anderen werd ontslagen bij De Morgen roerden zich de fans. Het protest was intens, literair, met uitdrukkelijk ook veel vrouwelijk protest … en jammer genoeg voor De Morgen-lezers zoals ik: zonder succes. Dewulf op zijn best gaat over “het kwetsbare, het kleine, het illusoire. De kleine radeloosheid en de minieme hoop in de wirwar van ons mensenbestaan” (uit Trekvogels in de mist – Nieuwjaarslezing 2011). Het stadsbestuur koos voor Bernard Dewulf “omdat hij als dichter een toon heeft die het stadsdichterschap nog niet heeft gehad. Hij is als schrijver observerend ingesteld wat wel eens een verrassende kijk op de stad zou kunnen opleveren.” Zijn eerste gedicht als stadsdichter, op gedichtendag voorgedragen bij zijn aanstelling bewijst alvast een eigen geluid in de stadsgedichten.
INTERVIEW Aan het water Nu ik nooit van hier zal zijn en dagelijks afkomstiger ben van elders, nu ik hier dan toch in een bocht aan het water een straat heb gelegd, een vindplaats ingericht voor een kind, een berk en wat rozen, nu het kind over de latere voetpaden met de jaren steeds meer afkomstig zal zijn uit die straat aan het snelle water tussen de oude berk en de rozen, zal ik nooit meer van hier zijn dan nu.
Hoog tijd voor een gesprek dus ViB: Burgemeester Patrick Janssens, die altijd wel in is voor een doelgerichte ‘branding’ van Antwerpen, stelde expliciet dat het stadsdichterschap geen kwestie is van citymarketing maar dat het stadsdichterschap hoogstens gaat om poëziemarketing. Wat is uw mening daarover? Ik ben het met hem eens. Ik kan me niet voorstellen dat zoiets als het stadsdichterschap nu werkelijk citymarketing zou zijn, in die zin dat je daar toeristen mee aantrekt. Patrick Janssens meent dit ook, omdat ik weet dat hij leest, dat hij een hart heeft voor boeken en literatuur. In die zin kan ik mij zelfs zijn irritatie voorstellen. Dat uitgerekend literatuur dan toch maar weer eens gerecupereerd zou worden. Misschien vinden sommige mensen dat naïef. ViB: Wat zou ‘poëziemarketing’ voor u kunnen zijn? Ik moet daar heel eerlijk op antwoorden dat ik geen gevoel heb voor marketing. Ik ben gewoon de stadsdichter die de gedichten maakt. Als mensen daar marketing van willen maken en dat gebeurt binnen bepaalde limieten van het fatsoen en vooral de esthetiek, dan heb ik daar geen probleem mee. Je moet een beetje realistisch blijven, het gaat maar om poëzie. Who cares? Dat is toch vaak mijn gevoel. Poëzie en marketing is water en vuur zou je kunnen stellen. Unieks aan dat stadsdichterschap is dat het verschillende elementen probeert te combiEen minimum - Ramsey Nasr (©)Sven van Baarle
neren en uit te breiden naar meer dan de “happy few”. Daar ben ik wel voor, al zijn ook daar grenzen aan. ViB: Is het niet een element van democratisering van de poëzie? Poëzie wordt ook zichtbaarder gemaakt. Met de vorm die wordt gekozen bereikt het meer mensen dan de kleine en meestal dure dichtbundel op het kleine poëzierekje van de betere boekhandel. Ja, daar ben ik ook voor. Maar ik ben toch niet voor de totale democratisering, want dat slaat nergens op volgens mij. Je moet het gedicht, de poëzie beschikbaar stellen. Maar waar ik heel erg tegen ben is het opdringen. Voor mij moet niemand een gedicht lezen. Maar als je het beschikbaar stelt en er is hier en daar iemand die het zelf niet wist maar toch een gevoel voor poëzie blijkt te hebben,… dat is fantastisch. Want zo iemand komt dan waarschijnlijk niet in een boekhandel of leest geen literaire tijdschriften. En die bereik je dan wel. En dat wil zeggen dat je goed bezig bent. ViB: U hebt ook gepraat met een aantal van uw voorgangers en geluisterd naar hun ervaringen. Wat leerde u van hen? In de eerst plaats dat het stadsdichterschap zeer druk is, dat er heel veel op je af komt. Ik kan dat nu al – na enkele maanden - bevestigen. Dat je opereert in een vrij klein gebied , met zijn voor- en nadelen. De voordelen zijn dat je dus bereikbaar kunt zijn. Dat je iets kunt doen voor een duidelijke groep mensen. Het nadeel is dat er op sommige momenten het gevoel is dat je iedereen tevreden moet stellen. Wat ook weer onmogelijk is en zeker niet in de poëzie. Dus dat is schipperen. Maar ook dat vind ik interessant, omdat ik deze stad niet tot in de details ken. En nu begin ik te merken dat er authentieke belangstelling komt uit hoeken die ik niet verwachtte. Vanuit het onderwijs, vanuit verenigingen die zich bezig houden met diversiteit, enzovoort. Ik begin die mensen en hun motieven te kennen en ik vind dat heel leuk. Dat wij elkaar vinden, al die verschillende strekkingen, belangen en motieven. Eigenlijk louter en alleen maar om er een gedicht uit te over te houden. Dat vind ik geweldig. ViB: Een van de dingen die u van uw voorgangers kon leren is wat meer nee zeggen. Ja, en dat is soms moeilijk. Je kan niet voor elke vereniging een gedicht schrijven, omdat je dan de klok rond bezig bent. Dat kan ook niet de bedoeling zijn. Poëzie moet toch iets lichts blijven hebben. Exclusief zou ik niet zeggen maar elitair misschien. De verpletterende meerderheid schrijft geen poëzie. Dus is het per definitie elitair, maar dan elitair in de neutrale zin. ViB: Uw voorgangers hebben ook heel wat samengewerkt met anderen, zowel individuen als groepen. Dat is zo, en dat is ook de bedoeling. Mijn voorgangers hebben ook heel duidelijk een traditie gezet. Je merkt aan de mensen die mij nu aanspreken dat die zich ook baseren op wat mijn voorgangers allemaal hebben gedaan en toegezegd. Bij uitstek Peter Holvoet-Hanssen heeft zich ongelooflijk ingezet. Ik ga mij nooit zo kunnen inzetten als Peter. Dat is niet mijn aard en ik heb daar ook de tijd niet voor. Maar die trend is gezet en daar gaat men op voort. Bij het grote publiek bestaat het gevoel dat we aanspreekbaar zijn. En dat doen ze dan ook.
VAKBOND IN BEWEGING 73
11
INTERVIEW geschreven is, is een ode aan de leerkrachten. De Antwerpse onderwijskoepel organiseert elk jaar iets voor alle leraren. Het gaat hier over meer dan 10.000 mensen hé, dat is veel volk. We willen alle leerkrachten op zo’n dag in de bloemen zetten met een gedicht. De mensen van Atlas hebben contact met mij gezocht en om een “poetrymob” te doen tijdens de week van de diversiteit in mei. Daar hebben we al een heel goede vergadering over gehad. Het woord diversiteit mag vooral niet vallen. Ik wil vooral clichés en holle woorden vermijden. De zogenaamde allochtonen, die Antwerpen duizend keer beter kennen dan ik, gruwelen van die lege taal daar rond. We willen in een simpele taal iets proberen te zeggen over individuen die in deze stad rondlopen.
Liedje van de Kanaalzone - Joke Van Leeuwen
ViB: U verwijst zelf al naar het onderwijs en diversiteit. Welke concrete plannen hebt u al? Ik kreeg alvast een vraag vanuit Het Paleis jeugdtheater. Het Paleis is gevraagd om het Steen in te richten voor kinderen. Vandaar hun vraag aan de stadsdichter om daarvoor een gedicht te maken. Toevallig gaat mijn eerste stadsgedicht ‘Aan het water’ over die Scheldebocht aan het Steen. Het voorlopig grootste project situeert zich in het Schoonselhof. Dat is iets wat onmiddellijk in mijn hoofd opkwam toen ik het stadsdichterschap aanvaardde. Er is al veel gedaan in de kern van de stad, ik wil iets doen met en in die periferie. En ik heb altijd iets gehad met de vaststelling dat kerkhoven buiten de samenleving liggen. Uiteraard is dat meer symbolisch dan realistisch maar: betrek de doden meer bij de levenden. Leg ze niet ergens waar je er niets meer mee te maken hebt. Ik wil op het Schoonselhof een poëzieroute maken op grond van de werken en gedichten van een aantal kunstenaars die daar begraven zijn, op die manier mensen poëzie geven van dichters die daar begraven liggen Dat zijn er trouwens heel wat. Op een begraafplaats beitel je iets. Ik wil werken met een gebeiteld gedicht. Met een mooi boekje erbij. Een beetje Père-Lachaise-achtig. De stad wil het Schoonselhof op de Europese kaart zetten als een belangrijk en mooi kerkhof en wil daar ook middelen voor ter beschikking stellen. Daar doe ik heel graag aan mee.. Het is een heel bijzondere plek. Ik ga daar soms gewoon wandelen. Nog een idee is een initiatief rond Maurice Gilliams. Rond Willem Elsschot is er ongelooflijk veel te doen geweest in 2010, 50 jaar na zijn dood. Voor Gilliams is er bij mijn weten geen enkel initiatief gepland in 2012 (nvdr: 30 jaar na zijn overlijden) en dat vind ik een beetje zonde. Omdat hij volgens mij een minstens even grote schrijver was als Elsschot. Daar gaan we samen met Antwerpenboekenstad proberen wat aan te doen. We denken voorlopig gewoon aan de verspreiding van zijn boek ‘Elias of het gevecht met de nachtelgalen’ of zijn boek ‘Winter te Antwerpen’ dat zich volledig in Antwerpen afspeelt. We willen dit boek op grote schaal verspreiden. Daar zou ik dan een inleiding bij schrijven en zo Maurice Gilliams symbolisch teruggeven aan de stad. Ik kreeg ook de vraag om een gedicht te schrijven als een ode aan ouders. Dat gedicht willen we ook in bushokjes hangen. Een ander gedicht dat ondertussen al
12
VAKBOND IN BEWEGING 73
ViB: In een interview zegt u dat voor u poëzie ook in de mozaïek van Luc Tuymans aan het MAS zit of in een schilderij. Is dat voor u geen uitdaging om uw kunstkennerschap te koppelen aan poëzie en aan het stadsdichterschap? Ik ben nog maar 2 maanden mee bezig hé (lacht). Maar ik wil daar zeker iets mee doen, alleen heb ik nog geen concreet idee. Je mag niet vergeten dat in een project als het Schoonselhof heel veel tijd kruipt. Ik krijg wel volop steun. Het is fantastisch hoe ik gesteund wordt, hoe je kunt terugvallen op logistieke hulp en op mensen. ViB: Hebt u een voorkeur voor een bepaalde vorm? Ik bedoel: mooi Nederlands of plat Antwerps, een lied van La Esterella of een rap, een muur of een vlag, een gedicht op papier of een gedicht op een muur, gratis broodzakken of een bierviltje of zegt u: ik ga nog voor andere vormen? Dat weet ik nog niet. Binnen 2 jaar zou ik graag een mooi boekje hebben, met de stadsgedichten enerzijds en anderzijds ook wat ik in de loop der jaren al geschreven heb over de stad. Wat mij betreft wordt dit aan elke Antwerpenaar geschonken. Ik hoop dat dit kan. En voor de rest laat ik het toch ook wel een beetje op mij af komen. Misschien probeer ik een lied schrijven. Of dat lukt weet ik niet. Het moet wel uit mijn hart komen.
INTERVIEW
ViB: U schrijft vaak over het kleine, het alledaagse, het kleinmenselijke, terwijl het soms wel lijkt of het stadsdichterschap over de grote maatschappelijke thema’s gaat. Hoe rijmt u dat met uw stadsdichterschap? In mijn hoofd is dat totaal niet gescheiden. Een van mijn motiveringen om over die kleine dingen te schrijven is: ik heb gewoon geen hoofd voor die grote dingen en ten tweede heeft het veel met taal te maken. De taal die vakbonden en b.v. sommige mensen in het onderwijs gebruiken, daar gaan mijn tenen soms van krullen. Ik kan niet om met dat jargon. Omdat ik vaak holheid hoor die mensen niets meer zegt. Met concrete beelden over de gewone dagelijkse situaties bereik je meer. Als ik het dan mag hebben over een concreet incident in de Brederodestraat tussen verschillende culturen. Zonder dan het woord cultuur te gebruiken, laat staan vreemde cultuur. Ja, dan vind ik dat ik een functie heb. Dat is ‘mijn taal’. ViB: Onze rol als vakbond is ook om dat individuele, vaak individualistische discours te collectiviseren door er iets algemeens van te maken en duidelijk te maken: kijk, dit overkomt veel mensen. Daar gaan wij voor opkomen, voor die belangen
INTERVIEW Ik zei het al: het gaat over taal. Ik moet die taal gebruiken of ik voel mijzelf niet geloofwaardig. Of ik heb toch het gevoel dat ik ongeloofwaardig overkom. En wat is dan de zin ervan? Dan klinkt het hol. Er zijn mensen bij wie dat niet hol klinkt, die je gelooft wanneer ze die grote woorden hanteren. Het zijn er echter niet veel hoor, die dat volgens mij kunnen. Luc Huyse is volgens mij zo iemand. Als hij iets schrijft, dan voel je die sterke verontwaardiging. Dan geloof je dat. Ik vind het belangrijk dat er zulke figuren zijn en die mogen die grote woorden gebruiken van mij.
Scheldeduiker - Peter Holvoet-Hansen (©) Sven van Baarle
van vele gewone mensen. En per definitie gaan wij dus van het kleine en individuele naar het grote en collectieve. Staat dat haaks op wat u zegt? Neen, het is jullie rol om dat te doen. Ik heb alle respect voor de vakbond. Die moet er zijn en die moet blijven druk uitoefenen. Nogmaals, het heeft bij mij veel met de gehanteerde taal te maken en de manier waarop het allemaal gepresenteerd wordt. Dat collectieve is uiteraard een manifest gegeven. Ik heb het daar gewoon als persoon erg moeilijk mee. ViB: Ik kijk even terug naar het sociale conflict dat u zelf hebt meegemaakt en dan bedoel ik het collectief ontslag bij De Morgen in 2009, samen met 13 anderen. Hoe kijk je daar nu zelf op terug? Heeft dit uw bewustzijn veranderd betreffende solidariteit en tegenmacht. Ja toch wel. Ik denk dat ik tot op dat moment nooit zelf heb ervaren wat het is als je in zo een situatie komt, hoe belangrijk solidariteit dan is. Dat er mensen zijn, dat er organisaties zijn, dat er georganiseerde tegenstand komt enzovoorts. Dat heb ik heel duidelijk ervaren. En vooral ook de steun van de vakbond toen. Daar was ik dan ook erg dankbaar voor dat die steun er was. Het heeft een soort zwachtel gelegd rond mijn kwetsbaarheid. En ik moet toegeven dat ik mij daarvan voordien nauwelijks bewust van was. Ik heb heus niet alleen maar stukjes over mijn kinderen geschreven. Als iets mij onrechtvaardig leek dan schreef ik er ook over. Nu zou ik zeker over Bekaert en Bert De Graeve schrijven. Op de barricaden staan is echter niets voor mij. Maar ik ben er mij van bewust dat er duizenden mensen zijn die in stilte met die dingen bezig zijn en die goede dingen doen. ViB: Het leuke van de jaren dat u en Hugo Camps ‘haasje over’ speelden in De Morgen was dat jullie schreven in twee heel diverse stijlen. Ik mis nu soms die diversiteit van stijl en invalshoek. Dat hoor ik nog van mensen. Wat mij verbaast is dat bijna overal waar ik ook kom mensen er nog steeds over beginnen. Het is ondertussen bijna 3 jaar geleden. Mensen hebben behoefte om er over te beginnen. Een sociaal conflict bij een krant heeft die extra symboolwaarde. ViB: Ik hoor u zeggen: Ik schrijf zoals het in mijn hoofd zit. Ik wil vertrekken vanuit dat kleine, van wat ik observeer en wat ik zie. Daar schrijf ik over en geef dat dan een plek. Ik geef er extra aandacht aan.
VIB: In uw laatste boek ‘Trekvogels in de mist’ verwijst u naar Toon Tellegen : via kleine concrete gebeurtenissen krijgen we de grote gevoelens mee. Tegelijkertijd zegt u dat u niet erg hoog oploopt met grote gevoelens. Moet ik daar onder verstaan wat u daarnet zei, grote gevoelens zijn niet voor mij? Waarom is het ene klein en het andere groot? Waarom is wat er over kinderen geschreven wordt de ‘kleine‘ ge-
Een lange lijst gedichtenmuren: - Mechelseplein: Een minimum – Ramsey Nasr - De Meerminne (Universiteit Antwerpen, op een muur binnen in de hal): UtopiA – Ramsey Nasr - Carnotstraat (binnenplaats Atlas): Schoon Volk – Joke Van Leeuwen - Oude Leeuwenrui (in Felixarchief): Ons Geheugen – Bart Moeyaert - De Coninckplein (in Bibliotheek Permeke): Binnen – Bart Moeyaert - Frankrijklei (in Vlaamse Opera): Dirigent – Bart Moeyaert - Kievitplein: Hier – Joke Van Leeuwen - Theaterplein (aan het Paleis): Ben ik – Joke Van Leeuwen - Brug over Albertkanaal Merksem (op Bosto-toren): Liedje voor de Kanaalzone – Joke van Leeuwen - Veltwijckpark, Ekeren (op bank): MDDLPNT – Joke Van Leeuwen - Havencentrum Lillo: De Haven – Joke Van Leeuwen - Leo Bosschartlaan, Hoboken (stalen blokken in de Schelde aan het ponton): De Inwijkeling – Peter Holvoet-Hanssen - Keizerstraat 10-12 (binnentuin Rockoxhuis, enkel in voorjaar en zomer): Rockox – Peter Holvoet-Hanssen - Willemdok (op boot Festina Lente): Scheldeduiker – Peter Holvoet-Hanssen - Waterkeringsmuur (Scheldekaaien van Noord naar Zuid): Welkom Pierewaaiers – Peter Holvoet-Hanssen - Statiestraat, Berchem (hoek met Villegasstraat): Aangedaan – Peter Holvoet-Hanssen - Wapper: Vertelboom – Peter Holvoet-Hanssen - Turnhoutsebaan, Deurne (hoek met Hallershofstraat): Deurnroosje – Peter Holvoet-Hanssen - Lombardenvest 23 (Vredescentrum): De Laatste Wacht – Peter Holvoet-Hanssen - ZNA Middelheim, Lindendreef 1, 2020 Antwerpen (bij de klok in de hal): Sterrenwijsje – Peter HolvoetHanssen - Oostende, Visserskaai: Aangespoeld in Oostende – Peter Holvoet-Hanssen
VAKBOND IN BEWEGING 73
13
INTERVIEW voelens? Als er 20 kinderen doodgaan dàn spreken we terecht van nationale rouw. Dan ga je me toch niet zeggen dat dat een klein gevoel is. Maar alles wat daar mee te maken heeft, ik bedoel die hiërarchie van gevoelens, ik snap dat gewoon niet. Voor iedereen die kinderen heeft zijn kinderen het allerbelangrijkst. Het is dat wat ik probeer uit te leggen in dat boek. Dat het waarschijnlijk meer met retoriek te maken heeft. Met een angst voor sentiment en de dagelijksheid. Als het dagelijks is, is het dus per definitie klein. Wel voor mij is dat omgekeerd. Als het dagelijks is, is het per definitie groot. VIB: Ik wil u nog enkele afsluitende vragen voorleggen, uit het boekje ‘Lastige vragen’ van Max Frisch en uit de vragenlijst van ‘6miljardmensen’. Om te starten: Wat is de waarde van onvolmaaktheid? Zeer groot volgens mij. Ik moet spontaan denken aan die beroemde regel van Lucebert: alles van waarde is weerloos. Ik denk dat dat gewoon heel erg waar is. ViB: Hoe komt u op een idee? Dat is dubbel. Soms wordt het mij uiteraard aangereikt, want heel veel van wat ik doe is in opdracht. Anderzijds ga ik daar ook soms naar op zoek. Ik leef nu eenmaal van het schrijven dus…
ViB: Wat wilt u graag doorgeven aan uw kinderen? Rechtvaardigheid en wat ik ongelooflijk belangrijk vind: zelfvertrouwen. ViB: Wat is vandaag uw grootste droom? Dat mijn kinderen goed terechtkomen. Je leeft permanent met die gedachte als ouder. ViB: Wat is thuis zijn voor u? Veiligheid. Je kunt mensen eeuwig opdelen in twee soorten. Je hebt mensen die open tegenover de wereld staan. Ik voel het tegenovergestelde. De wereld boezemt mij angst in, dus is thuis veiligheid. ViB: En dan toch in hartje Antwerpen wonen? Ik zie geen enkele reden dat de stad onveiliger zou zijn dan het platteland. Misschien is het zelfs omgekeerd. Voor mij is het de hele wereld, de mensheid die mij angst inboezemt. Dan komen we terug op alles wat massa is, wat collectief is. ViB: We gaan u dus waarschijnlijk nooit zien op een 1 mei stoet. Vermoedelijk niet. Of het moet prachtig weer zijn en ik wil het aan mijn kinderen laten zien als een vorm van traditie.
VLAMINGRANT een expo over migratie van Vlamingen vroeger en nu Migratie is een actueel thema, maar ook een fenomeen van alle tijden. Het komt voor in alle landen en bij alle volkeren. Maar denkt de Vlaming ook aan zichzelf als men het over migranten heeft? Volgens een volkswijsheid zijn Vlamingen honkvast en hebben ze een baksteen in de maag. Toch zijn er de voorbije eeuwen heel wat mensen uit onze contreien weggetrokken: op zoek naar veiligere oorden, een beter leven of nieuwe horizonten. Onze geschiedenis is een aaneenschakeling van emigraties vòòr ze er een werd van immigratie.
Praktische info:
De tentoonstelling loopt van 3 april tot 30 september 2012 en is gratis te bezichtigen op werkdagen van 9 tot 17 uur, dinsdag doorlopend tot 19.30 uur. Groepsbezoeken met begeleiding zijn mogelijk via ahmed.zizaoui@stad.antwerpen.be of op het nummer 03 338 71 15. ATLAS Carnotstraat 110 | 2000 Antwerpen
Vlamigrant is een realisatie van Atlas in samenwerking met Linx+
1
VAKBOND IN BEWEGING 73
ACTUEEL
GRIEKENLAND, PORTUGAL EN SPANJE, BELGENLAND Ik ben altijd een zeer lauwe fan van Griekenland geweest. Dat heeft zeker met die retsina te maken, wie in het bezit van enig gezond verstand doet er nu hars in wijn? Ook dat orakel van Delphi vond ik altijd al overdreven want om aan de hand van onsamenhangende klanken boodschappen door te geven aan het gewone volk hebben wij Peeters en Pichal. En die pomponnekes boven op die schoenen? Griekenland: als ik eerlijk ben, I couldn’t care less... Maar dat was vroeger, voor er Griekse kinderen flauwvielen van de honger, voor het Griekse zelfmoordcijfer steeg met 40%, voor het aantal daklozen in Athene steeg met 20%. We hebben allemaal onze kleine kantjes, één van de mijne is dat ik geregeld wil lezen wat men zoal achterlaat op het forum van Het Laatste Nieuws. Wat zou het leven mooi en vooral overzichtelijk zijn als we het konden inrichten naar model van het wereldbeeld dat daar wordt tentoongespreid. Over Griekenland kunnen we dan kort zijn: die hebben dat zelf gezocht. Dan hadden ze maar niet zoveel moeten frauderen. Toevallig had ik die middag een interview op de radio gehoord met een Griekse man die een pensioen mag genieten van 500 euro waar hij direct 150 euro van mag betalen aan energie. Rest hem 350 euro om een maand van te leven, in een land waar de levensduurte te vergelijken is met die in België. Eigen schuld, hij had maar niet zoveel moeten frauderen. De werkloosheid huppelt ginder over 20 % en de werkloosheidsvergoeding bedraagt nu 1000 euro (per 3 maanden), alleen het eerste jaar want daarna wordt er niets meer betaald. Het minimumloon wordt met 20 % verlaagd tot 460 euro. Allez vooruit. En niet alleen in Griekenland, de jeugdwerkloosheid in Spanje is 50%. In Portugal zitten 771.000 mensen zonder werk en ik las vorige keer in de krant dat de crisis er voor heeft gezorgd dat er steeds meer Portugese vrouwen in de prostitutie belanden. En dat is veel minder grappig dan men zou kunnen denken. En wat ik dan nog het strafste vind is dat Europa eist van Griekenland
dat, ongeacht welke regering er na de verkiezingen zal zitten (en de kans is zeer groot dat dit andere partijen zullen zijn), er garanties komen dat de nieuwe besparingen onverkort zullen worden uitgevoerd. De Duitse minister van Financiën vroeg zich af of we de verkiezingen in Griekenland niet zouden moeten uitstellen omdat onder deze omstandigheden de verkiezingsuitslag ‘‘minder gewenst’ zou kunnen zijn. Buiten Griekenland scheen dat niemand te shockeren; die soeverei-
niteit van landen, dat was eigenlijk ook maar om te lachen. Verder, ik blijf natuurlijk een fan van onze media, valt het me op dat als er in Athene rellen zijn, anarchisten hier steeds de hand in schijnen te hebben. In Syrië, Egypte, Libië is dat altijd het volk dat opkomt voor zijn rechten tegen een tyrannieke overheid. We zullen het er daarna allemaal wel over eens zijn dat een onpartijdige nieuwsgaring één van de pijlers van de democratie is. Tot slot ga ik nu iets zeggen waarna de weinigen onder u die nog niet twijfelden aan mijn bevattingsvermogen hun mening waarschijnlijk zullen bijstellen. Lees eens een boek. En als het kan, ‘Stad der zienden’ van José Saramago, waarin hij een democratisch systeem beschrijft dat democratie niet belangrijk vindt als het minder goed uitkomt. Over elastische principes. Naast een boeiend boek ook mooier Nederlands dan wat je pakweg op het forum van Het Laatste Nieuws zal lezen... Jen Gosse
VAKBOND IN BEWEGING 73
15
ACTIVITEITEN
Stap mee met de ABVV SENIOREN op 1 MEI!! 1 mei is de traditionele dag van de arbeid. Maar ook voor ex-arbeiders is er nog werk aan de winkel. Denk maar aan de constante dreiging van de verhoging van de pensioenleeftijd en het hele pensioendebat. Van een solidair herverdelingsstelsel is niet veel sprake meer, we worden aangespoord om voor onszelf te zorgen. Daarbij worden we met verstomming geslagen als blijkt dat 1 op 4 van de Belgische senioren in armoede leeft! De ABVV senioren gaan dit jaar voluit voor kwalitatief en betaalbaar openbaar vervoer. Mobiliteit is een basisrecht, ook voor senioren! Om maatschappelijke uitsluiting en vereenzaming te voorkomen, moeten we het seniorenbiljet, zoals het vandaag is, bewaken. De senioren verdienen ook hun plaats binnen de maatschappij en binnen alle instanties. Daarom moeten we ons laten horen en laten zien! De ABVV senioren roepen op om op 1 mei de stem van de senioren kracht bij te zetten. We verwelkomen je graag achter onze spandoek tijdens de 1 mei optocht van 2012. Wanneer? 1 mei 2012 om 9u45 Waar? Bolivarplaats, Antwerpen (aan het nieuwe gerechtsgebouw) Tot dan! ABVV senioren regio Antwerpen. Meer info: 03/220.67.111
dinsdag 5 juni 2012
Infomiddag “Hospitalisatieverzekering voor ouderen�
Oudere personen voor wie de aansluiting bij een hospitalisatieverzekering peperduur blijkt te zijn, werkloze vijftigplussers die nauwelijks nog aan een nieuwe job geraken, bejaarde personen met een handicap die het met een tegemoetkoming moeten stellen die lager is dan de integratietegemoetkoming voor jongere personen met een handicap. We kennen ze allemaal, de soms schrijnende voorbeelden van ongelijke behandeling op grond van leeftijd in onze samenleving. Vooral ouderen worden onder meer via weigeringen of buitensporige premiestijgingen uitgesloten en gediscrimineerd. Onze samenleving zou zeer sterk moeten pleiten voor de garantie dat een goede en betaalbare hospitalisatieverzekering voor alle ouderen toegankelijk wordt gemaakt. De Voorzorg geeft toelichting rond het hospitalisatiepakket dat zij bieden. Er zal gelegenheid zijn om uw vragen te stellen. De lezing wordt verzorgd door: De Voorzorg Toegang: is gratis maar inschrijving vereist. Wanneer? Dinsdag 5 juni 2012 om 14u. Waar? Polyvalente zaal | gelijkvloers | Ommeganckstraat 53 | 2018 Antwerpen Zie ook: www.abvv-regio-antwerpen.be | www.vlaamsabvv.be Info en inschrijving? ABVV-regio Antwerpen | Adviespunt | Ommeganckstraat 35 | 2018 Antwerpen tel. 03 220 66 13 | adviespunt.antwerpen@abvv.be
1
VAKBOND IN BEWEGING 73
ACTUEEL
“Over de schuldencrisis en haar economische gevolgen” Voorstelling Jaarverslag 2011 van de Nationale Bank van België in Gent 29 februari jl. Verslagje van een aanwezige ABVV-senior Op 29 februari jl. organiseerde de NBB in Gent de jaarlijkse voordracht over haar Jaarverslag. De voordracht werd gehouden door NBB-directeur Jan Smets. NB: men kan deze slide show zien op http://www.financieelforum.be/ FinancialForum/DOC/1075.pdf Voor mezelf was het een goede afsluiting van de Europese syndicale actiedag; het gaat tenslotte over dezelfde vooral economische problemen. AANWEZIGHEID Het auditorium van de Fac. Economie UG aan het St-Pietersplein was volzet: docenten, veel pakken en dassen (duidelijk “financiële professionals” – genre boekhouders, verzekeringsmakelaars en economisten), casual geklede studenten, nogal wat gepensioneerde dames alsmede een tiental heren met groene petten. Deze laatste bleken, bij nader toezien op hun petje “NBB4EVER”, geen ACV-militanten te zijn, maar wel het groepje activistische NBB- aandeelhouders dat zich op dergelijke bijeenkomsten meestal laat opmerken met kritische vragen en mediatieke acties (cfr. de incidentrijke Fortis aandeelhoudersvergadering indertijd). PRESENTATIE Diverse grafieken belichtten de sterke troeven van ons land, gelukkig ook eens iets anders dan de eeuwige klaagzangen van de patronale en rechterzijde over de Belgische loonkosten en problemen. De slide show was goed opgebouwd en eindigde met een duidelijke pleidooi voor begrotingsdiscipline en ja, voorzichtige en diplomatische statements over de nood aan loonmatiging in België (“onze concurrentiepositie”). Aansluitend toonde Smets ook nog enkele slides over de vergrijzing waarover hij uitdrukkelijk stelde dat we allen langer moeten werken, “ook het onderwijzend personeel”. DEBAT EN TUSSENKOMSTEN - De eerste en meest kritische vraag kwam van de gepensioneer-
de Gentse SPa-er en prof economie Gaston Vandewalle: hij betreurde met een uitroep dat “Keynes dood is” en dat onder druk van Europa een heilloze bezuinigingspolitiek gevoerd wordt die alleen maar groeifnuikend kan werken … Jan Smets bedankte zijn oud professor zeer vriendelijk en wees erop dat landen met hoge staatsschuld volgens empirisch onderzoek uiteindelijk minder investeren en groeien. Na de bezuinigingen keert op de langere termijn het vertrouwen en de consumptie sterker terug. Volgens hem zijn er trouwens nog heel wat Keynesianen in de financiële instellingen en het beleid aanwezig. - “Is er geen spanningsveld tussen enerzijds de traag reagerende overheid en anderzijds de financiële markten waar men op de seconde digitaal kan (re)ageren en zo de crises nog versterkt?” Smets, enigszins filosofisch: inderdaad een zwaar probleem waar ik veel over nadenk. Maar uiteindelijk zijn die markten enkel “vertalers” van het algemeen wantrouwen dat enkel kan gecounterd worden door duurzame groei. Daarbij aansluitend stelde Smets dat er excessen geweest zijn van de deregulering onder Alan Greenspan (de voormalige voorzitter van de Amerikaanse Centrale Bank). - Vraag van “groene pet”-activist Erik Geenen: wat te denken van de recente beslissing van de ECB om 530 miljard euro voor 3 jaar te verstrekken aan de banken? Leidt dit niet tot grote inflatie ? En wat denken “de Duitsers” hierover ? Antwoord Smets: dit is een meesterzet, nodig voor het behoud van de financiële stabiliteit en om een kredietkrapte te vermijden nu de banken aan elkaar niet meer willen lenen. Wel moet er nu al aan gedacht worden hoe dit binnen 3 jaar zal gerecupereerd worden. (Over de Duitse bedenkingen sprak hij niet).
moet bestreden worden en misschien zijn er te veel studenten die te lang studeren. Ook dat laatste zou moeten bekeken worden. GOED OM WETEN Achteraf werd het lijvige NBB Jaarverslag uitgedeeld (gratis) en was er mogelijkheid voor een glaasje, een hapje en gezellige babbel met andere geïnteresseerden. Het verslag is ook te vinden op de website van de NBB. PERSOONLIJK BESLUIT De uitvoerige uiteenzetting en slides van de Gentse NBB directeur Jan Smets waren best interessant. Ik beoordeel het geheel zelf als een objectief economisch relaas over de toestand van ons land, binnen Europa. En eerlijk gezegd, de grafieken over onze concurrentiepositie en de hoge loonkost lijken toch wel sterk en overtuigend, ondanks mijn eigen kritische syndicale visie op dit alles. Ik weet dat Rudy De Leeuw als NBB-regent geweigerd heeft dit verslag goed te keuren, onder meer omwille van de aanbevelingen over die loonkost. Het ABVV zal zijn eigen argumenten alleszins moeten blijven verspreiden bij het brede publiek, dat is duidelijk! Over langer werken: misschien is dit inderdaad een objectieve, economische noodzaak, maar het is alleszins ook de uiting van een politieke beleidsovertuiging die men kan betwisten. Ik ga hier niet verder op in. Hoe dan ook, deze jaarlijkse presentatie had een open, deskundig en zeer informatief karakter en zou vele ABVV-militanten zeker (moeten) interesseren. Men kan er echt iets van opsteken. En er is gelukkig genoeg ruimte voor kritische vragen, wat men zou kunnen benutten. Frans Van Heddeghem, bruggepensioneerd BBTK-militant (contact: frans.vanheddeghem@telenet.be)
- Smets nog over langer werken: ook de jeugdwerkloosheid
VAKBOND IN BEWEGING 73
17
CAMPAGNE
Gezondheid, een mensenrecht om voor te prikken Recht op gezondheid is een mensenrecht. Overal ter wereld moeten mensen kunnen genieten van een kwalitatieve en toegankelijke gezondheidszorg. Onafhankelijk van afkomst, geslacht, leeftijd, inkomen, religieuze of politieke overtuigingen, seksuele voorkeur, nationaliteit of etnische afkomst. Dat betekent dat we overal ter wereld gezondheidsongelijkheid bestrijden. Gezond zijn is niet enkel de afwezigheid van ziekte, maar een volledig lichamelijk en geestelijk welzijn. Het is tegelijk de voorwaarde voor en het resultaat van een goed leven. De uitdaging om iedereen recht op gezondheid te bieden is enorm. Nog al te vaak worden groepen en individuen uitgesloten. Meestal is de afstand tot gezondheidsdiensten te groot, of zijn er gewoon geen. Gezondheidszorg is voor velen onbetaalbaar. Een vangnet dat dient als buffer tegen armoede ontbreekt. Arm maakt ziek, ziek maakt arm. Zowel in arme landen als in BelgiĂŤ en Europa is de toenemende ongelijkheid onaanvaardbaar. Het recht op gezondheid is een mondiale uitdaging die een mondiale aanpak vereist. Als landen niet in staat zijn dit recht te realiseren, is het de taak van de internationale gemeenschap om bij te springen. Dit charter roept op om op een solidaire en duurzame manier dit fundamentele mensenrecht te garanderen. We stellen vast dat: [ 1 ] het recht op gezondheid en de uitbouw van toegankelijke en kwalitatieve gezondheidszorg niet werkt zonder een systeem van sociale bescherming. Dit is in de eerste plaats de verantwoordelijkheid van de overheid van elk land. Landen die hiertoe niet in staat zijn, willen we bijstaan op basis van internationale solidariteit. [ 2 ] solidariteit geen einddatum kent. Internationale steun moet permanent beschikbaar zijn en arme landen stimuleren om zelf meer te investeren in gezondheid, op solidaire wijze.
18
VAKBOND IN BEWEGING 73
[ 3 ] organisaties in het Zuiden die de belangen verdedigen van mensen die weinig of geen toegang hebben tot gezondheidszorg, te weinig betrokken zijn bij de uitbouw van sociale bescherming. Bovendien is het noodzakelijk dat ze er over kun-
nen waken dat de rechten van alle groepen in de bevolking worden gerespecteerd. [ 4 ] elk land volgens de lokale noden, zijn sociale bescherming moet kunnen organiseren. Commercialisering en privatisering willen we vermijden. Dit is immers een belangrijke oorzaak van uitsluiting. We vragen aan de Belgische en Europese overheden: [ 1 ] in hun ontwikkelingsbeleid gezondheid voor iedereen als mensenrecht te beschouwen, ondersteuning te zoeken voor dit principe bij andere donorlanden en de uitvoering ervan te versterken en te controleren.
Als vakbond leggen we vooral de nadruk op de 4e eis: het betrekken van het middenveld en de bevolking! Een slechte woning die je gezin ziek maakt. Ellenlange wachtrijen, onvoldoende personeel of materiaal aanwezig bij de gezondheidsdiensten. Dat zijn de gezondheidsproblemen die de gewone mensen ervaren. Het is dan ook heel belangrijk dat hun organisaties gehoord worden. Want als je niet weet wat de problemen zijn, hoe kan je ze dan oplossen? Inspraak geven aan basisorganisaties is de beste garantie voor een doeltreffend beleid. De inspraak van het middenveld in de sociale bescherming is ook in ons land geen gewonnen zaak. Caroline Copers van het Vlaams ABVV schuift regelmatig mee aan de onderhandelingstafels van tal van raden en organen. Zij is bezorgd: “Vlaanderen heeft steeds meer bevoegdheden op vlak van gezondheid en welzijn. Zo werkt de Vlaamse Regering aan een eigen sociale bescherming, met bijvoorbeeld een maximumfactuur voor de thuiszorg of het rusthuis. Dat klinkt allemaal wel mooi, maar tegelijkertijd wordt de deur wagenwijd opengezet voor de commercialisering van de zorgsector. En het principe dat de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen, wordt helemaal teniet gedaan doordat de bedrijven niet moeten bijdragen. Als vakbond kunnen we wel meepraten in adviesraden, maar niet in beheersstructuren: die zijn er simpelweg niet! Het ABVV heeft in Vlaanderen dus belangrijke strijdpunten. Vakbonden en mutualiteiten moeten betrokken worden in de beheersstructuren om op die manier toe te zien op de solidaire aanwending van de middelen, ook voor de zwaksten. Samen met het middenveld willen we een halt toeroepen aan een verregaande commercialisering. Ten slotte moet het bedrijfsleven ook in Vlaanderen bijdragen aan een goede sociale bescherming. Het gaat om het welzijn van elk van ons!� Ook in een land als Peru is het levensbelangrijk dat organisaties uit het middenveld gehoord worden. Want ongelijkheid en uitsluiting kenmerken er het gezondheidssysteem. Participatie mag dan wel in de letter van de wet staan, in de praktijk ontbreekt het aan mechanismen.
CAMPAGNE [ 2 ] als donorlanden er naar te streven om minimum 15% van hun ontwikkelingsgeld aan gezondheid te spenderen, en dit ook wettelijk vast te leggen. Deze steun moet ook gaan naar de organisatie van solidaire sociale beschermingsmechanismen en kan niet dienen om de commercialisering van de gezondheidszorg aan te moedigen. Tegelijkertijd moet het budget voor ontwikkelingssamenwerking minstens 0,7 % van het BNI (Bruto Nationaal Inkomen) bedragen. Alleen zo kunnen voldoende middelen gegarandeerd worden. [ 3 ] zich te engageren tot de uitbouw van een wereldgezondheidsfonds, waar alle donorlanden hun bijdrage aan leveren. Zo kunnen we een forse terugval in de steun van één land opvangen door een verhoogde inspanning van een ander land. Het wereldgezondheidsfonds vertrekt van het idee dat het realiseren van het recht op gezondheid in de eerste plaats een verantwoordelijkheid is van de ontwikkelingslanden zelf. We willen ontvangende landen aanmoedigen om minstens 3% van hun BNI te besteden aan
lidair sociaal beschermingssysteem, zodat de expertise van deze organisaties wordt benut en zij hun waakfunctie ten volle kunnen uitvoeren. [ 5 ] op internationale fora de uitbouw van wereldwijde gezondheidsbescherming te promoten, en hierbij de rol van de sociale bewegingen en organisaties te erkennen. Wat kan jij doen?
gezondheid, en dit wettelijk te verankeren. [ 4 ] de overheden van hun partnerlanden aan te zetten tot overleg met en participatie van de civiele maatschappij bij de uitbouw van een so-
Laat onze overheden weten dat je achter onze eisen staat! Geef de minister een stevige prik! Laat minister van Ontwikkelingssamenwerking Paul Magnette weten dat we eraan komen met onze eisen. Surf naar www.prikvoorgezondheid.be en stuur hem vandaag nog een prikmail! Of ga naar het ABVV- of Voorzorgkantoor in jouw buurt, en vul daar de actiekaart in! Op deze manier kan het kabinet van Magnette zich voorbereiden op de actiedag die in juni zal plaatsvinden. Op die dag geven we alle ondertekende charters af. Dat doen we samen met de ngo Wereldsolidariteit, die grotendeels hetzelfde eisenpakket deelt.
Organiseert tijdens de maanden juli, augustus en september 2012
Wandel- en Fotozoektocht Antwerpen Familiale wandelzoektocht zonder strikvragen Afstand +/- 4 km Vertrek en eindpunt: Grote Markt – Mas – Grote Markt Formulieren zijn vanaf 1 juli 2012 te bekomen bij: Café Den Bengel, Grote Markt 5, 2000 Antwerpen. Tel: 03/233 32 90. Openingsuren: van maandag tot zondag vanaf 09.00 uur Adviespunt, Ommeganckstraat 35, 2018 Antwerpen. Tel 03-220 66 13. Jos Kalhen, Renaat Veremansstraat 6/64, 2030 Antwerpen. GSM: 0475-55 51 68 Prijsuitreiking: 27 oktober 2012 Deelnemingsprijs: 4 Euro per deelnemingsformulier Inrichters: S. Van Gorp – J. Kalhen – E. Strijbosch Controle: F. Piepers – W. Bonduweel – F. Barbiers J. Van Rompaey
VAKBOND IN BEWEGING 73
1
BLIJE BLOEMEN
EEN ROOS VAN SOLIDARITEIT Wandel je op 1 mei door de straten dan is de kans groot dat je tijdens het feest van de arbeid een Keniaanse Fair Trade roos wordt toegestopt. DE BLOEMENSECTOR EN KENIA In de jaren tachtig groeide de bloemensector in Kenia uit tot de derde grootste sector van het land. De bloemenbedrijven hoeven enkel de theeplantages en toerisme voor zich te laten. Net deze sectoren hebben vandaag te lijden onder de klimaatopwarming, de economische en financiële crisis, etnische conflicten en de dreiging van aanslagen door de AlShabaab milities actief in Somalië. De gevolgen laten zich voelen: regens blijven uit, toeristen blijven weg, de exportcijfers dalen en tijdens de geweldplegingen worden productiemachines, opslagplaatsen en infrastructuur vernield. Deze cocktail aan voortdurende dreigingen duwt Kenia in een neerwaartse spiraal. Daarbovenop staan de verkiezingen van 2012 voor de deur en vermoedelijk ook onrustige tijden. Tijdens de vorige verkiezingen in 2007 werden ernstige misdaden tegen de menselijkheid begaan. Burgers werden vermoord en vrouwen waren het slachtoffer van seksueel geweld. De feiten waren zo ernstig dat het Internationaal Strafhof vrij ongebruikelijk een eigen onderzoek startte in 2011. HET VERHAAL VAN EEN AFRIKAANSE RODE ROOS De Keniaanse vakbondsafgevaardigde Irene Nyambura Kiairie werkt op een gelabeld bloemenbedrijf. Ze vertelt ons haar verhaal over de rozen uit Kenia. Het is een verhaal vol van Keniaanse mensenrechtenkwesties en milieuproblemen. Irene werkt in de bloementeelt sinds 1996. In 2004 verwierf het bloemenbedrijf waar Irene werkt het Fair Trade label. Dit moment betekende een ommekeer in de arbeidsomstandigheden op het bloemenbedrijf. Het management moest transparanter werken en inspraakmogelijkheden toelaten. Sinds de komst van het
20
VAKBOND IN BEWEGING 73
sector kent een grote impact op de werknemers, buurtbewoners, de biodiversiteit en de kopers van de bloemen.
Fair Trade label kon Irene op deze manier meer druk zetten om de arbeidsomstandigheden te verbeteren. Er werden dan ook betere arbeidsvoorwaarden afgesproken en een betere verloning. Tegelijkertijd veranderde de teeltmethode door het terugdringen van het gebruik van chemicalieën, door het experimenteren met biologische teeltwijzen, installeren van een waterzuivering en de modellering van de waterkringloop in het bedrijf. VROUWEN IN DE BLOEMENSECTOR 80% van de bloemenarbeiders zijn vrouwen. Vaak zijn ze in de sector het slachtoffer van seksuele intimidaties door mannelijke oversten. Vaste contracten zijn zeldzaam en de minimumlonen ontoereikend om een gezin te onderhouden. De arbeidsters starten de dag met hoge ‘targets’. Vaak houdt het bloemenbedrijf hier geen rekening met de wachttijd die dient gerespecteerd te worden nadat serres in een nevel van pesticiden zijn gehuld. De arbeidsters gaan daarom noodgedwongen te snel na het sproeien aan het werk in een gevaarlijke omstandigheden. Vaak leidt dit tot ernstige gezondheidsproblemen. GEVAARLIJKE CHEMICALIËN Slechts een beperkt aantal bloemenbedrijven in Kenia werken onder de opgelegde voorwaarden van het Fair Trade label. Onder die voorwaarden valt bijvoorbeeld het inperken van het gebruik van schimmelwerende producten, insecticiden en ontsmettingsmiddelen. De heersende cultuur van het ongeremd chemicaliëngebruik in de bloemen-
In 2009 ontving Irene van de sproeiers etiketten van verboden producten die op het bedrijf waren gebruikt. Dankzij het labelprogramma kon Irene snel reageren en veranderingen onderhandelen. Zonder het label zou dit onmogelijk zijn geweest. “Sinds de komst van de labels in het bloemenbedrijf is het mogelijk om als vakbondvertegenwoordiger je werk te doen en dat is onderhandelen over betere arbeidsomstandigheden en het verkleinen van de milieu-impact van het bedrijf” vertelt Irene me. Maak mee het verschil voor waardige werkomstandigheden wereldwijd en een leefbare wereld. Irene Nyambura Kiairie: “ Ik hoop op jullie solidariteit: koop bloemen met een Fair Trade label. Draagt een bloem een Fair Trade label, dan respecteert het bloemenbedrijf de rechten van de arbeiders, hebben de vrouwen er recht op zwangerschapsverlof en wordt het gebruik van schadelijke pesticiden beperkt of vermeden.” Timothy Wyffels Meer info: surf naar www.vlaamsabvv.be/milieu
Irene Nyambura Kiairie
MUZIEK VOOR RODE OORTJES
ALLENTOWN (of de stormachtige relatie van een stad met een multinational… ) We hadden in de vorige “Rode Oortjes” al het gevoel dat 2012 wel eens een sociaal bewogen jaar zou kunnen worden. En die verwachting wordt zowat dagelijks ingelost. Want zowat elke dag hoor ik in het journaal wel één of meerdere berichten waarover ik kwaad of bedroefd word. Van de sluiting van Crown Cork in Deurne tot absurde bonus bedragen voor Didier Bellens en de zijnen. Van indexsprongen tot herstructureringen bij Bekaert. Het zijn turbulente tijden. En dan slaak ik wel eens de diepe zucht: “Mens, in wat voor tijd leven we” En net dan hoor ik zachtjes op de achtergrond een pareltje van de pop muziek op de radio, alsof het mij eraan wil herinneren dat geschiedenis de grillige gewoonte heeft om zichzelf te herhalen. Het “pareltje” waarvan sprake is “Allentown”, het openingsnummer van Billy Joel’s album “The Nylon Curtain” uit 1982. Dit album bevatte ook de monsterhit “Goodnight Saigon”, een episch protest tegen de Vietnam oorlog. Die stond ook in ons landje ruim drie maanden in de hitlijsten. Allentown deed het bij ons niet zo goed, maar in Amerika werd het een heuse klassieker. Het onderwerp van het lied sprak dan ook vele Amerikaanse werknemers aan. In Allentown vertelt Joel het verhaal van de stad met die naam in Pennsylvania, wiens geschiedenis anderhalve eeuw onlosmakelijk verbonden is met de staalfabriek Bethlehem Steel. Stad en fabriek groeiden en bloeiden samen. Maar toen het slecht begon te lopen met de fabriek, dreigde ook de stad ten onder te gaan. Joel volgde dit verhaal op de voet, want in de jaren 70, tijdens het begin van zijn carrière, trad hij regelmatig op in de regio. En toen werden de barsten in het roemrijke blazoen van Bethlehem Steel al pijnlijk zichtbaar. Voor Joel inspiratie genoeg voor een lied dat het leven in deze ooit florerende industriestad mooi verwoord. Het in 1861 onder de naam Bethlehem Iron Company opgerichte be-
drijf, werkte zich op tot een van de grote namen in de Amerikaanse industrie. Gedurende de eerste jaren leverde het bedrijf vooral rails aan de snel groeiende spoorwegen en pantserplaten aan de US Navy. Dankzij de voor die tijd revolutionaire technologie in staalbewerking, produceerde het ook grote stalen balken met grote flensen. Deze werden gebruikt voor de bouw van wolkenkrabbers die stilaan de skyline van Amerikaanse steden begonnen te typeren. In 1899 werd het almaar groeiende bedrijf tot Bethlehem Steel herdoopt en werd het de leidende leverancier van staal aan de constructie industrie. Hoewel het bedrijf bleef groeien gedurende de jaren 1880, nam haar aandeel in de spoorwereld behoorlijk af door groeiende concurrentie. Tegen 1881 brachten internationale incidenten de slechte uitrusting van de US Navy aan het licht. De Amerikaanse regering besliste haar vloot te moderniseren met oorlogsschepen met een stalen romp en stoomaandrijving. De bouw van deze oorlogsbodems werd dan ook de belangrijkste activiteit van Bethlehem Steel. Tussen 1888 en 1892 werd de eerste zware smeedfabriek in Amerika gebouwd. In de herfst van 1890 leverde Bethlehem de kanonnen aan de US Navy en had het bijna haar faciliteiten klaar voor de productie van de pantserplaten. Begin 1900 breidde het bedrijf uit, met eigen ijzermijnen in Cuba en scheepswerven over de ganse wereld. In 1913 werd het tevens een van de grootste scheepsbouwers ter wereld. In 1917 voegde ze haar scheepsbouwactiviteiten samen binnen een dochteronderneming, Bethlehem Shipbuilding Corporation, ook bekend als BethShip. Ook tijdens de Eerste Wereldoorlog en de Tweede Wereldoorlog was Bethlehem Steel een belangrijke leverancier van pantserplaten en munitie aan de Amerikaanse strijdkrachten, waaronder pantsering en grootkaliber kanonnen aan de Navy. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd 70 procent van vliegtuigcilinders, een
kwart van de pantserplaten voor de schepen en een derde van de grote kanonnen voor de strijdkrachten bij Bethlehem gebouwd. De dochtermaatschappij Bethlehem Shipbuilding Corporations produceerde in haar15 scheepswerven 1.121 schepen, meer dan elke andere bouwer tijdens de oorlog en bijna een vijfde van de Amerikaanse vloot. Het had 180.000 mensen in dienst, het merendeel van de 300.000 werknemers over het gehele bedrijf. Toen de vredestijd aanbrak, ging de fabriek door met het leveren van een breed assortiment van structurele vormen voor de bouw en gesmede producten voor defensie, energieopwekking en staal producerende bedrijven. Van 1949 tot 1952 had Bethlehem Steel een contract met de overheid om brandstofstaven van uranium te maken voor kernreactoren in de fabriek in Lackawanna (New York). Arbeiders waren niet op de hoogte van de gevaren de zware metalen
VAKBOND IN BEWEGING 73
21
MUZIEK VOOR RODE OORTJES die ze rolden en kregen geen stralingsdetectoren of beschermende pakken. Pas in 2000 werd besloten dat slachtoffers tot $150.000 dollar konden krijgen. De Amerikaanse staalindustrie groeide gestaag tijdens en na de Oorlog, terwijl de staalindustrie in Duitsland en Japan in puinhopen lag door Geallieerde bombardementen. Bethlehems hoogtepunt kwam eind jaren 1950, toen het bedrijf 23 miljoen ton staal per jaar produceerde. Het Amerikaanse voordeel duurde zo’n twintig jaar, gedurende welke de Amerikaanse staalindustrie weinig buitenlandse competitie had. Maar uiteindelijke werden de buitenlandse bedrijven herbouwd met modernere technieken, terwijl de Amerikaanse bedrijven niet investeerden in nieuwe technieken. Tegen de jaren zeventig was geïmporteerd staal goedkoper dan Amerikaans staal. Het begin van een lange lijdensweg die zou leiden tot wat niemand ooit voor mogelijk hield, het einde van de staalreus. In 1982 rapporteerde Bethlehem een verlies van $ 1,5 miljard en sloot vele van haar takken. Het was net op dat moment dat Billy Joel terug kwam naar Pennsylvania om er een aantal concerten te geven. Zijn betrokkenheid met het lot van de werknemers, vertaalde hij in de tekst die hij op een al iets oudere melodie dichtte. Midden jaren ‘80 werden de orders voor de standaard structurele producten minder en kwam er meer concurrentie. Lichtere constructiemethoden hadden niet meer de zware stalen constructies nodig die Bethlehem zo goed kon maken. In 1991 stopte Bethlehem Steel met het mijnen van kolen. Eind 1995 stopte het met staal maken in de hoofdfabriek in Bethlehem. Na 140 jaar metaalproductie stopte Bethlehem Steel met haar activiteiten in Allentown. Ondanks de sluiting van de lokale operatie, probeerde Bethlehem Steel de gevolgen voor de regio beperkt te houden met plannen om de zuidzijde van Bethlehem te revitaliseren. In 2001 werd Bethlehem Steel bankroet verklaard. In 2003 werden de resten, inclusief zes gigantische fabrieken, overgenomen door de International Steel Group. In 2007 werden de Bethlehem eigendommen verkocht aan Sands BethWorks en plannen om een casino te bouwen waar eerst de fabriek stond werden gemaakt. De bouw
22
VAKBOND IN BEWEGING 73
begon in de herfst van 2007, waarbij het casino eind 2009 klaar moet zijn. Ironisch genoeg had het casino moeite met het vinden van constructiestaal, door het wereldwijde staaltekort.
Bronnen: http://www.bethlehempaonline. com/steel.html http://www.billyjoel.com/
Allentown – Billy Joel (1982) Well we’re living here in Allentown And they’re closing all the factories down Out in Bethlehem they’re killing time Filling out forms Standing in line. Well our fathers fought the Second World War Spent their weekends on the Jersey Shore Met our mothers at the USO Asked them to dance Danced with them slow And we’re living here in Allentown. But the restlessness was handed down And it’s getting very hard to stay Well we’re waiting here in Allentown For the Pennsylvania we never found For the promises our teachers gave If we worked hard If we behaved. So the graduations hang on the wall But they never really helped us at all No they never taught us what was real Iron or coke, Chromium steel. And we’re waiting here in Allentown. But they’ve taken all the coal from the ground And the union people crawled away Every child had a pretty good shot To get at least as far as their old man got. If something happened on the way to that place They threw an American flag in our face, oh oh oh. Well I’m living here in Allentown And it’s hard to keep a good man down. But I won’t be getting up today And it’s getting very hard to stay. And we’re living here in Allentown.
MUZIEK
BIJNA VERGETEN ANTWERPSE VOLKSLIEDJES, MAAR TOCH OOK NIET Vorig jaar, op 29 maart 2011, bracht Axl Peleman zijn derde langspeler in het Antwerps uit. Na ‘Dagget Wet’ (gouden plaat) en’ In’t Gezicht’ kwam ‘Volksliekes’ uit, een zijsprong maar nog steeds in zijn moedertaal. Het werd een CD mét boek, vol bijna vergeten Antwerpse volksliedjes. “Nog voor er dj’s en jukeboxen waren, zongen mensen 150 jaar geleden oude liedjes, waarvan ik de helft niet ken, maar die wél ontzettend belangrijk zijn voor ons erfgoed”, zei hij bij de voorstelling. De aanzet kwam er dankzij een handgeschreven brief van de 83jarige Godelieve Muys uit Borgerhout. Godelieve zong de laatste jaren veel liedjes uit haar lang vervlogen jeugd. Antwerpse volksliedjes, rijmpjes en muzikale verhaaltjes, waarmee haar ouders en grootouders zich tijdens familiebijeenkomsten amuseerden. Muziek die begraven was met de generaties die na haar kwamen. Of toch bijna: “Wannes is dood” zei ze tegen Axl, “gij moet het doen”. Op zijn site vertelt Axl het vervolg: “De maanden erna heb ik uren muziek opgenomen aan haar keukentafel. Haar stem als enig instrument. De vocale sporen verdwenen in een blikken doos. Met viltstift had ik jaren geleden zorgvuldig op het deksel ‘Antwerpologie’ geschreven. Een doos vol Antwerpse geschiedenis: oude postkaarten uit de 19de eeuw, schetsen van bekende gebouwen, oude straatplannetjes en bierkaartjes met tekeningetjes van de levende legende Fred Bervoets. Diep in de nacht schetste mijn vroegere drinkebroeder wel eens op de achterkant van een bierviltje. Een vilten zelfportret in ruil voor een laatste jenever.” “Twee decennia later hoorden we een bulderende stem uit de baard van een grijze man, door het raam van het café op de hoek van de Heilige Geeststraat en de Hoogstraat. “Van die man hebben we thuis een schat liggen”, vertelde ik mijn zoon. Toen ik de doos aan m’n zoon toonde, viel de inhoud ervan als een perfect passende puzzel in elkaar. De liedjes
Eindelijk kwamen ze samen. Of hoe handgeschreven brieven in deze moderne tijden meer magie bevatten dan ooit tevoren!”
VOLKSLIEKES
van Godelieve, de tekeningen van Fred en de oude postkaarten vormden plots een geheel. Ik ben naar De Zwarte Panter gestapt en heb Fred verteld over m’n idee. Nog geen drie dagen later had hij voor vrijwel elk nummer een schilderij gemaakt. De liedjes zelf heb ik (met toestemming van Godelieve) bewerkt tot hedendaags klinkende nummers. Muziek, geschiedenis en m’n stad zijn drie dingen die me al van kindsbeen af intrigeren.
1. Oepsa Falderaliere 2. Mistinguet 3. Sinjoren 4. De Verlopen Student 5. Aan De Oever 6. Lange Wapper 7. 800 Matrozen 8. In’t Gevang 9. Laat Het Schijn Maar Stinken 10. Wijf En Knecht 11. Leonard Tietz 12. De Bedrogen Duivel 13. Hokendans 14. Adam En Eva 15. Een Goei Pree 16. De Schijthistorie 17. Madam, D’r Brandt Een Schouw 18. Den Brief 19. Hond Van Pier Petaat 20. Rood En Wit
AXL PELEMAN
Wou voetballer en piloot worden, maar was geen kloten getalenteerd in eender welke sport en had (en heeft) een ziekelijke hoogtevrees. Wou daarna apotheker worden, maar besloot toch maar veelvuldig gebruiker te worden van chemicaliën in plaats van ze te verkopen. Kreeg op 9 jarige leeftijd ‘Rubber Soul’ van The Beatles van z’n oom. Besloot bas te leren spelen, omdat Sting en Henny Vrienten blijkbaar veel aantrek van de vrouwen hadden. Deed in de jaren tachtig niet veel meer dan dagdromen en in onbenullige groepjes spelen. Stichtte in 1990 het collectief Ashbury Faith en hield er een stapel cd’s, singles, video’s, een hoop tours en duizenden bootlegs aan over. De lege bankrekening en de verzameling verslavingen bleken in de prijs inbegrepen. Speelde vanaf 1998 bij de groep Angelico, baste z’n weekends weg bij The Paranoiacs, amuseerde zich (net niet) dood bij Automatic Buffalo (met Luc De Vos), lulde z’n huishuur bij elkaar in French Quiz (Studio Brussel) en gaf les tot de notenbalken z’n oren uitspoten. Deed vanaf 2000 teveel studiowerk als bassist, richtte Camden op (3cd’s, 7 singles, weet ik hoeveel videoclips en 500 optredens op 3 jaar tijd), leerde de juiste (tja, daar valt over te redetwisten) mensen kennen en besloot van ‘den tèlevies’ z’n hobby te maken. Op dit ogenblik zingt hij in zijn moedertaal, het Antwerps. Axl heeft momenteel de tijd van z’n leven en is niet van plan daar verandering in te brengen! http://www.axlpeleman.be/
VAKBOND IN BEWEGING 73
23
ANTWERPEN IN BEWEGING
ANTWERPEN VERNIEUWT Jaren geleden ontstonden de plannen voor heel wat stadsvernieuwingsprojecten. Park Spoor Noord, het MAS, het Theaterplein en de zwemvijver Boekenberg in Deurne leken toen nog een verre droom. De dag van vandaag zijn er heel wat van die projecten verwezenlijkt en geven ze, samen met een resem kleinere projecten, een nieuwe uitstraling aan Antwerpen. Onze stad groeit stilaan uit van een stad in de steigers tot een stad waar de vernieuwing zichtbaar wordt. Wie door de stad wandelt, fietst of rijdt, ziet dat Antwerpen een frisse aanblik krijgt. EEN STAD OM IN TE WONEN Antwerpen is een stad die voortdurend groeit. Alle Antwerpenaars - oud of jong, nieuw of hier geboren en getogen - moeten goed kunnen wonen tegen een eerlijke prijs. Daarom investeert de stad, samen met privéontwikkelaars, in grote en duurzame nieuwbouw- en renovatieprojecten. Zowel in volkse als in hippe buurten, zowel in het stadscentrum als in de districten. Zo krijgt Linkeroever een nieuwe woonwijk en prijken er binnenkort nieuwe woontorens op het Eilandje. In het centrum van Hoboken komt er een groene familiewijk met serviceflats en kinderopvang. En op de site van het voormalige Militair Hospitaal komen er 400 woningen, lofts en appartementen. Zo blijft Antwerpen een stad om in te wonen. NIEUWE STRATEN EN PLEINEN De stad en de districten investeren fors in de heraanleg van het open-
baar domein. In een stad waar de mensen dicht op elkaar wonen, zijn ruime, veilige en groene straten en pleinen immers een must. De Scheldekaaien moeten de volgende jaren uitgroeien tot een open en autovrije wandelzone waar iedereen kan komen genieten en uitwaaien. In de Wilde Zee kan je sinds de heraanleg nog gezelliger winkelen. En ook de Driekoningenstraat-Statiestraat, de De Keyserlei en de Suikerrui moeten weer hun uitstraling van weleer krijgen. Maar de heraanleg van straten en pleinen is een dure aangelegenheid. Gelukkig kan de stad vaak rekenen op de steun van andere partners, zoals het Vlaams Gewest, De Lijn en het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO). GROEN IN DE STAD Antwerpen is de laatste jaren begonnen aan een groene inhaalbeweging: parken opknappen, nieuwe parken aanleggen, en waar mogelijk straten en pleinen ‘vergroenen’. Park Spoor Noord is ongetwijfeld het pronkstuk van die groene investeringen. Die inhaalbeweging wordt ook de volgende jaren doorgetrokken. Op grote én op kleine schaal, met plaats voor recreatie in het groen én natuurbehoud. Op het Droogdokkeneiland komt een park waar je kan sporten, barbecueën of evenementen bijwonen. In het toekomstige Neerlandpark in Wilrijk speelt de natuur dan weer de hoofdrol. Tussen november 2009 en april 2011 kwamen er in het stadscentrum en de districten 1110 bomen bij. Ook de volgende jaren zal het aantal bomen toenemen. INVESTEREN IN SPORT Sport is een belangrijk middel om
24
VAKBOND IN BEWEGING 73
om mensen samen te brengen. En uiteraard is sporten ook gezond. Daarom investeerde de stad de voorbije jaren fors in sport en sportinfrastructuur. Ook de volgende jaren staan er enkele opvallende initiatieven op stapel. Zo komt er op het voormalige Petroleum Zuid een nieuw voetbalstadion met 25 000 plaatsen en in het Kattendijkdok ligt binnenkort een drijvend openluchtzwembad. Maar investeren in sport betekent ook investeren in buurtsport: extra sporthallen, kunstgrasvelden en loopparcours, verspreid over de hele stad. Dankzij die inspanningen om sport op brede schaal te promoten, mag Antwerpen zich in 2013 trouwens Europese Sporthoofdstad noemen. RUIMTE CREËREN VOOR DE JEUGD Binnenkort is een kwart van alle Antwerpenaars jonger dan 25 jaar. Al die kinderen en jongeren moeten zich thuis voelen in de stad. Bij het uittekenen van nieuwe plekken voor de jeugd wordt daarom veel belang gehecht aan inspraak. In hartje Antwerpen opende de nieuwe jeugdherberg Pulcinella de deuren, onder de spoorwegberm vlak bij het Centraal Station komt een feestruimte, en in de studentenbuurt een vernieuwd ‘Huis vande Student’. Verder werd er geïnvesteerd in verschillende speelterreinen ennieuwe jeugdcentra. Dankzij al die inspanningen mocht Antwerpen zich in 2011 Europese Jongerenhoofdstad noemen. CULTUUR OM DE HOEK De opening van het MAS was in 2011 voor Antwerpen een culturele mijlpaal. Maar ook het Middelheimmuseum breidt in 2012 nog uit met een halfopen paviljoen en nieuwe kunstwerken van ondermeer Jan Fabre. En in 2013 opent het Museum Red Star Line zijn deuren. Cultuur vind je in Antwerpen echter terug achter elke hoek en in elke buurt. Cultuurcentrum De Schelde in Zandvliet krijgt een grondige opknapbeurt. Gymcentrum Cortina is omgetoverd tot een gloednieuw buurtcentrum. En in UiThuis Hoboken vind je niet alleen een bibliotheek,maar kan je nu ook te-
ANTWERPEN IN BEWEGING recht voor grabbelpassen en tickets voor culturele evenementen. MEER CONFORT VOOR SENIOREN De Antwerpse bevolking verjongt maar blijft tegelijkertijd ook vergrijzen. Het stedelijke Zorgbedrijf Antwerpen moet die vergrijzing mee helpen ondervangen met de verdere uitbouw van dienstencentra, thuishulp, serviceflats en woonzorgcentra. Tegen eind 2012 moeten 500 van de 2675 bestaande serviceflats gerenoveerd zijn en worden er nog eens 500 extra gebouwd. In 2015 levert het Zorgbedrijf opnieuw meer dan 700 nieuwbouwserviceflats op. Ondertussen wordt ook onderzocht waar er nog eens 500 serviceflats kunnen worden gebouwd. Met de dienstencentra Victor De Bruyne, Moretusburg, Gallifort, Silsburg en Europark krijgen senioren vijf nieuwe ontmoetingsplekken in Antwerpen. Tot slot beginnen de volgende jaren ook werken aan zes van de zeventien woonzorgcentra.
EEN BEREIKBARE STAD We verplaatsen ons dagelijks om te werken, naar school te gaan, te winkelen, te sporten … Hoe vlotter die verplaatsingen, hoe aangenamer voor bewoners en bezoekers. Maar hoe houd je een drukke havenstad bereikbaar en toch aangenaam om te wonen? Vlaanderen en Antwerpen werkten daarvoor het Masterplan 2020 uit: de sluiting van de ring, nieuwe wegen rond de stad, extra tramlijnen, fietspaden en investeringen in de (binnen)scheepvaart. Het grote voordeel van wonen in een stad, is dat alles dichtbij is. Heel veel verplaatsingen kunnen dus te voet, met de fiets of het openbaar vervoer gebeuren. Om het verkeer zo vlot en veilig mogelijk te laten verlopen, worden wijkcirculatieplannen uitgewerkt. Zo worden woonwijken bevrijd van te veel doorgaand verkeer. Het STOP-principe vormt daarbij de rode draad: eerst voorrang voor Stappers, dan Trappers, dan Openbaar vervoer en ten slotte Personenvervoer.
STADSVERNIEUWING VOOR EN DOOR IEDEREEN Niet alleen de stad investeert in stadsvernieuwing. Integendeel, alleen met de hulp van andere overheden, privéontwikkelaars, kan Antwerpen echt uitgroeien tot de meest aangename stad. Maar de belangrijkste motor voor stadsvernieuwing zijn natuurlijk de Antwerpenaars zelf. Zij zorgen ervoor dat Antwerpen voortdurend in beweging is en uitgroeit tot een stad waarop iedereen trots kan zijn. Voor informatie omtrent concrete plannen kan u terecht op www.antwerpenvernieuwt.be. Op het gelijkvloers van het FelixArchief op de Oudeleeuwenrui kan je de nieuwe info- en exporuimte over stadsvernieuwing terugvinden. Twaalf thematische tafels brengen grote en kleine projecten in woord en beeld. U kunt de ‘Expo Antwerpen Ontwerpen’ gratis bezoeken, en dit van dinsdag tot en met vrijdag doorlopend van 8.30 tot 16.30 uur.
Naar aanleiding van “Antwerpen Vernieuwt” biedt Linx+ u twee interessante stadswandelingen aan doorheen wijken die de afgelopen twee jaar heropgewaardeerd zijn. WANDELING PARK SPOOR NOORD Een tuin voor de buurt, een park voor de stad. Een oud en afgeleefd spoorwegterrein tussen de wijken Dam, Stuivenberg en Seefhoek werd omgevormd tot een groot stedelijk landschapspark van 18 hectare. Een verademing voor de bewoners uit deze dichtbevolkte buurt. Het bovenste deel van Spoor Noord (zes hectare aan de kant van de leien) wordt de komende jaren commercieel ontwikkeld. Zo komen er twee woontorens en een gezamenlijke campus van Artesis Hogeschool en Plantin Hogeschool. Wat? Geleide wandeling door een gids van Antwerpen Averechts Wanneer? donderdag 24 mei 2012 van 14u30 tot 17u00 Prijs: 3 euro per persoon WANDELING CADIXWIJK Aan de Oude Dokken werd al heel wat gerealiseerd:een wandelpromenade, meer groen en nieuw straatmeubilair.De Cadixwijk moet nu verder uitgroeien tot een duurzame en betaalbare woonwijk aan het water. Dankzij het Museum Red Star Line, het nieuwe Limaplein, de gerenoveerde Kattendijksluis, evenementenhal De Shop en de renovatie van de Montevideopakhuizen krijgt de Montevideowijk een duidelijke culturele stempel. Wat? Geleide wandeling door een gids van Antwerpen Averechts Wanneer? dinsdag 29 mei 2012 van 14u30 tot 17u00 Prijs: 3 euro per persoon Trefpunt voor aanvang wandelingen wordt meegedeeld bij inschrijving. Info en inschrijvingen: Adviespunt : Ommeganckstraat 35 (1e verdieping) 2018 Antwerpen T: 03 220 66 13 adviespunt.antwerpen@abvv.be Betalen kan enkel met Bancontact of via overschrijving op rekeningnummer BE20 1325-2019-3156
VAKBOND IN BEWEGING 73
25
ACTIVITEITEN
Curieus 10 juni 2012 Neuzen in de Zuidrand Je wilt er een dagje tussenuit en eens lekker ontspannen? Als je graag eens kennis maakt met het culturele en toeristische aanbod in je eigen buurt dan kan dit nu! Curieus provincie Antwerpen, gedeputeerde Rik Röttger en Vlaams Parlementslid Steve D’Hulster nodigen je uit om eens te curieuzeneuzen in eigen streek. Programma: 11.30u: Brunch in FORT IV Mortsel 11.30u -13.30u: Verenigingenmarkt met onder meer vzw Curieus, Linx+, viva-SVV, S-Plus, FOS…enz. 13.30u -15.30u: Keuze uit 2 programma’s Programma 1: Gegidste wandeling in en rond FORT IV Programma 2: Fietstocht naar het pas geopende Hof Ter Linden in Edegem met rondleiding op het domein (deze tocht is met eigen fietsen). Na de programma’s sluiten we af met een stevige borrel. PRIJS: 7 euro INSCHRIJVEN op info.antwerpen@curieus.be of T: 03 633 87 70 vóór 1 juni, met het programma van je keuze. STARTADRES: Fort IV, Fortstraat 100, 2640 Mortsel MEER INFO Curieus: Belpairestraat 20/9, 2600 Berchem T: 03 285 91 30
Curieus 16 juni 2012 Neuzen in de Rupelstreek
Je wilt er een dagje tussenuit en eens lekker ontspannen? Als je graag eens kennis maakt met het culturele en toeristische aanbod in je eigen buurt dan kan dit nu! Curieus provincie Antwerpen, gedeputeerde Rik Röttger nodigen je uit om eens te curieuzeneuzen in eigen streek. PROGRAMMA 8.30u – 10.00u:Ontbijt en verenigingenmarkt met onder meer vzw Curieus, Linx+, viva-SVV, S-Plus, FOS…enz. Vanaf 10.00u: keuze uit 4 programma’s: Programma 1 : Ontdek de Rupelstreek per fiets: ganse dag (mogelijkheid om fietsen te reserveren in De Schorre) Programma 2 : Geleide wandeling Rupelstreek – Vaartland en bedrijfsbezoek steenbakkerij Wienerberger: ganse dag Programma 3: Zelfstandig wandelparcours Rupelstreek – Vaartland en begeleide wandeling Rupelkleiroute: ganse dag Programma 4: Begeleide wandeling Rupelkleiroute in de voetsporen van Piet Van Aken: halve dag (vanaf 14.00u) Op de middag genieten we samen van het typische streekgerecht “Schep” tijdens de lunch in het Volkshuis van Terhagen. Na de programma’s sluiten we af om 16.00u met een stevige borrel. PRIJS: 12,50 euro (ganse dag) / 7 euro (halve dag) INSCHRIJVEN op info.antwerpen@curieus.be of T: 03 633 87 70 vóór 1 juni, met het programma van je keuze. STARTADRES: De Schorre, Schommelei 1, 2850 Boom (gps: Kapelstraat ingeven) MEER INFO over het programma: Sashuis, Sasplein 18, 2830 Klein-Willebroek - T: 03 886 22 66
26
VAKBOND IN BEWEGING 73
FILMBESPREKING
ALLEZ EDDY Belgen zijn echte wielerfanaten. Dat is niet enkel te merken aan de resem fans die telkens gekluisterd zitten voor hun televisietoestel om eender welke ronde niet te missen. De Belgische overwinningen zullen hier ook wel niet vreemd aan zijn. Meermaals is dit onderwerp ook terug te vinden in films van eigen bodem of waar toch een Belgische link aan verbonden is. De documentaire “Welcome To My World” van Manu Rich (1999) volgde op onthullende wijze sportdirecteur Paul De Baerdemaeker, vertoond op verschillende festivals en vorig jaar nog op Canvas. Benoït Poelvoorde schitterde in “Le Velo De Ghislain lambert” van Philippe Harel (2001) waarin een gewone man profwielrenner wil worden maar er maar niet in slaagt om toch maar één deftige prestatie neer te zetten. En dan hebben we nog de animatie ‘Les Triplettes De Belleville’, een Franse productie uit 2003 in samenwerking met een Belgisch productiehuis. Nu is er de Vlaamse productie “Allez Eddy” waarin het wielrennen ook centraal staat. We bevinden ons in het jaar 1975 in een Vlaams dorpje. André is eigenaar van een beenhouwerij die sinds vier generaties van vader op zoon is opgevolgd. Samen met zijn vrouw Angel heeft hij vier kinderen: twee dochters Fien en Marleen, zijn oudste zoon Briek is reeds werkzaam in de zaak en dan is er nog de elfjarige Freddy, zijn jongste zoon die een medisch probleempje heeft: telkens zijn darmen overbelast zijn krijgt hij krampen en kan dit niet ophouden. Hierdoor mag hij niet alleen buiten. Ietwat geïsoleerd van de buitenwereld heeft hij op zijn zolderkamertje een eigen wereldje opgebouwd. Een ding heeft de familie gemeen: allen zijn ze supporter van Eddy Merckx die wedstrijd na wedstrijd wint. Indien deze topsporter op televisie komt is het allen verzamelen in het café, de beenhouwerij is zelfs dicht en als dan op hetzelfde ogenblik de processie langskomt heeft de Belgische trots voorrang. Dan op zekere dag opent in het dorp een supermarkt, Le Magique van Franstalige uitbaters, zo’n winkel waar je alles kan kopen op één plaats, vlees naast ondergoed en schoenen naast groenten. Dat kan toch niet goed zijn volgens André, niemand zal daar iets kopen. Maar stilletjes aan verdwijnen al zijn klanten richting supermarkt. Hopend dat dit zelfs een bevlieging is zet Andre alles op alles voor het behoud
van zijn zaak. Ook de tussenkomst van “Het Vlaams Offensief” voor het behoud van de Vlaamse eigenheid biedt weinig soelaas. Machteloos moet hij toezien hoe zijn zaak achteruit gaat. Als klap op de vuurpijl schrijft de supermarkt een wielerwedstrijd uit waar de winnaar een ontmoeting kan winnen met Eddy Merckx. De tegenstanders laten van zich horen maar Freddy is wel geïnteresseerd om deel te nemen. Hij staat voor een hele onderneming om zijn zinnen door te zetten…. “Allez Eddy” is het debuut van Gert Embrechts, die in 2001 in de prijzen viel met zijn korte film “Vincent” en voornamelijk de regie deed voor Vlaamse filmversies van animatiefilms zoals “Bolt”, “Charlie en de Chocoladefabriek” en Alice In Wonderland”. Tevens was hij scenarioschrijver van “Komt Een Vrouw Bij De Dokter” van Reinout Oerlemans. Voor “Allez Eddy” plaatst hij zijn personages anno 1975 in een herkenbare tijdsgeest gesitueerd in drie verschillende denkwerelden. Het fantasierijke zolderkamertje van Freddy waar maquettes staan van het dorp waar speelgoedwielrennertjes doorheen rijden, zijn fiets aan touwen hangt boven de grond zodat hij mee kan rijden met zijn favoriet telkens er een radioverslag is. Ook Freddy heeft veel eigen fantasie want telkens als hij met zijn moeder over ‘zijn probleempje’ spreekt vertelt zij steeds over iemand die zij kende die anders was dan anderen, telkens met fatale af-
loop. Freddy heeft zo zijn eigen visuele manier om dit te interpreteren. Hierdoor probeert zij haar kind te beschermen voor de wrede buitenwereld (waar hij in de loop van de film meermaals met geconfronteerd zal worden). Hierin past het magisch realisme perfect. Dan heeft men de wereld van de conservatieve vader, die niet openstaat voor veranderingen of aanpassingen. De beenhouwerij zal behouden worden en zal in de toekomst van vader op zoon overgedragen worden. Door de komst van de supermarkt wordt deze denkwijze nog eens aangescherpt. Ook zal hij alles in het werk stellen om de wielerwedstrijd die langs zijn deur zal passeren saboteren! Zijn eer en fierheid nemen de bovenhand. Voor hem is de slagerszaak het paradijs op Aarde, dit wordt zeer sterk geaccentueerd door fel tegenlicht wat door de ramen komt waardoor een kleine overbelichting ontstaat. Hierdoor krijgt men een ‘hemels zicht’. De verschillende madonnagezichten houden steeds een oogje in het zeil. Een knipoogje in die richting is dat zijn vrouw meermaals zichzelf de bijnaam ‘God’ toe-eigent. Later in de film zal duidelijk worden dat hij nog nooit buiten zijn dorp is geweest. In een grappige kleurrijke busscène komt letterlijk de flower power, punkgeneratie en stadsmentaliteit tot leven ondersteunt met muziek van Cockney Rebel. Een waar hoogtepunt in de film. Deze scène vormt de sleutel tot de derde denkwereld: de moderne stad in sterk contrast met de dorpsmentaliteit. Dit is de leefwereld van Andre’s zuster Marjet reeds geruime tijd verhuisd naar ‘’ ‘t Stad”, een plaats waar ruimte is voor progressiviteit en vrijheid. Men kan er zelfs kleren bestellen die aan huis worden geleverd. Meermaals overlaadt Marjet de familie met moderne geschenken dit tot grote tegenzin van Andre. Hoofdpersonage Freddy wordt heen en weer geslingerd in deze werelden en probeert hierin zijn eigen weg te vinden. Deze drie belangrijke pijlers vormen de leidraad tot het verhaal dat zich ontspint in “Allez Eddy” Op het eerste zicht is het misschien niet duidelijk maar onderhuids merk je verschillende situaties op waar men in
VAKBOND IN BEWEGING 73
27
FILMBESPREKING die tijd nog maar weinig aandacht aan besteedde maar in het heden uitgebreid aan de orde zijn: zoals de opkomst van extreem rechts, de taalkwestie (een Franstalige uitbater die een zaak begint op Vlaams grondgebied), vrijheid in denken (flower power met als belangrijkste link Marjet) en zoveel meer. In “Allez Eddy” worden meerdere sociale thema’s behandeld maar is niet echt een sociaal drama, eerder een eerlijke vertelling over gewone mensen van vlees en bloed met hun gebreken maar met goede bedoelingen. Soms kunnen de meningen wel eens botsen maar ze komen er altijd wel uit op hun eigen manier, dit allemaal in een tijdsgeest die gedetailleerd en authentiek in beeld wordt gebracht. Een resem Vlaamse acteurs en actrices zijn gecast in de film, we herkennen hierin Peter Van Den Begin, Barbara Sarafian, Jelle Cleymans en Els Dottermans als gevestigde waarden. Mathias Vergels als Briek, die onlangs nog meespeelde in “Noordzee Texas” van Bavo Defurne maar het is vooral debutant Jelte Blommaert die een meer dan geloofwaardige vertolking neerzet als Freddy! Een kereltje om in het oog te houden. Patrick Van Laer
Bedrijfsbezoek Koffiebranderij Verheyen - Deurne We maken kennis met het koffiegebeuren binnen een artisanale en familiale koffiebranderij. We volgen het koffieboontje door de geschiedenis heen, bestuderen de ruwe koffie, zien het volledige proces van branden tot verpakken, en we proeven natuurlijk ook koffie. Dit alles met de nodige versnaperingen. Wanneer? dinsdag 19 juni 2012 om 10u Waar? Koffie Verheyen, August van de Wielelei 15, 2100 Deurne (Antwerpen) Prijs: 8 euro per persoon Vervoer: De koffiebranderij ligt op vijftig meter van de terminus van tram 10. Parking voor auto’s is beschikbaar in de onmiddellijke omgeving. Info en inschrijvingen: Adviespunt Ommeganckstraat 35 (1e verdieping) 2018 Antwerpen T: 03 220 66 13 of adviespunt.antwerpen@abvv.be Betalen kan enkel met Bancontact of via overschrijving op rekeningnummer BE20 1325-2019-3156
2
VAKBOND IN BEWEGING 73
ACTIVITEITEN
Trefdag Linx+ Aalst 6 mei 2012 Kom naar Aalst op zondag 6 mei 2012 en tref daar bekende en onbekende gezichten uit de Linx+afdelingen & groepen. Kom mee afscheid nemen van Vuile Mong (op pensioen! Maar nog lang niet uitgeteld). Kom mee bootje varen op de Dender en ontdek het verleden van Aalst. Kom op ontdekkingstocht naar de wereldberoemde carnavalswerkhallen. Doe je wandelschoenen aan, zoek en vind in de anders-bekeken-zoektocht dé oplossing. Bezoek de L.P. Boontentoonstelling in het Stedelijk Museum. Zin in een blonde Affligem met een ‘stik Oilsjterse vlaaien’? En win een tombolaprijs! Maak snel je keuze en boek. Op is op! (inschrijven verplicht) Afspraak vanaf 9u in het Cultureel Centrum De Werf in Aalst (Molenstraat). Koffie staat klaar! Tijd voor een babbel met Jan en alleman. En vanaf 9u30 schieten we in gang met volgend programma. Een greep uit het aanbod: Kom mee afscheid nemen van Vuile Mong (op pensioen! Maar nog lang niet uitgeteld). De meest bekende/beruchte rebel van Vlaanderen en omstreken gaat met pensioen. Hoogtijd om hem in de bloemen te zetten en om hem voor een allerlaatste keer aan het werk te zien. Podiumbeest, rasacteur én linkse jongen, nog altijd met scherp verstand en scherpe tong. (max. 200 zitplaatsen) Kom mee bootje varen op de Dender en ontdek het verleden van Aalst. Vaar mee met de ‘Kastaar’ op de Dender en ontdek het verleden van Aalst, de fabrieken en de verhalen van vroeger. Een stadsgids vertelt en ondertussen kan je genieten van een kopje koffie of iets anders met of zonder schuimkraag. Beperkte capaciteit, enkel voor snelle matrozen.(max. 80 personen) Kom op ontdekkingstocht naar de wereldberoemde carnavalswerkhallen. Oilsjt is synoniem voor carnaval, de ‘ajoinen’ en hun carnaval zijn wereldberoemd tot in Rio de Janeiro. Via een film én een exclusief begeleid bezoek aan de carnavalswerkhallenkomt u te weten dat carnaval meer is dan ‘voil jeanetten’. (capaciteit zaal: 80 zitplaatsen) Doe je wandelschoenen aan, zoek en vind in de anders-bekeken-zoektocht dé oplossing. Bezoek de L.P. Boontentoonstelling in het Stedelijk Museum, ’t Gasthuys’ ‘. En win een tombolaprijs! Afspraak vanaf 9u in het Cultureel Centrum De Werf in Aalst (Molenstraat). Koffie staat klaar! Maak snel je keuze en boek. Op is op! (inschrijven verplicht via info@linxplus.be ) Prijs deelname: 10€ per persoon : voor elke deelnemer voorzien wij: onthaalkoffie, twee activiteiten naar keuze, een lunchbroodje (kaas of hesp), stuk vla + drankje, gratis deelname tombola, documentatie Aalst Na betaling van € 10 per persoon inschrijvingsgeld + vermelding van het aantal personen op rekeningnummer BE 79 8777 9643 0233 wordt uw inschrijving definitief. U ontvangt nadien een bevestiging van uw inschrijving! Meer info over de Trefdag op www.linxplus.be Tel: 02 289 01 81
VAKBOND IN BEWEGING 73
2
ACTIVITEITEN
30
VAKBOND IN BEWEGING 73
vrijdag 11 mei 2012
lentefeest Antwerpse volksliekes
Axl Peleman
3-stemmige swing van de Andrew Sisters uit de jaren โ 40
The Jacquelines
Zaal Kielpark, St. Bernardsesteenweg 113, 2020 Antwerpen Kiel Deuren: 13u30 v $DQYDQJ 14u00 .DDUWHQ 99. HQ OHGHQ รถ v .DVVD HQ QLHW OHGHQ รถ v prijs inclusief drankje en koffiekoek
Info en reservaties: ABVV Adviespunt v 2PPHJDQFNVWUDDW $QWZHUSHQ 7 DGYLHVSXQW DQWZHUSHQ#DEYY EH %HWDOLQJ HQNHO PHW %DQFRQWDFW RI YLD RYHUVFKULMYLQJ RS UHN %(
S-Plus v Sint Bernardsesteenweg 200, 2020 Antwerpen Kiel, T. 03 285 43 20 of 21 'H 0HURGHOHL 7XUQKRXW 7 v 0XQWVWUDDW 0HFKHOHQ 7 v.u. Dirk Schoeters, Ommeganckstraat 35, 2018 Antwerpen