N EEEN D MESY N A ST E E MZICH OP EE RA NZE S E BEVINDT TER LANG NIET D O V EVING
IUNT V L LP E T
LM EN S
N ITE BU , N LKT KA EWO ELF SIGNALEN B AF N TZ O G
AT EE
O
UN
KA N T EL P
CH EF ENL T . “ EA IE E E D M T T T . EF N ZE S DIE IE IS H ND GE E F ERC N K A ER “O EO HT EN H . L H E A R T N NT LAIGN M DE U R N S G O LP NI NW ET E E D O O R IE D ERE T
ET IJ K EER RVEPCP T D OOG IS AT A H H E R E TW O A N SEY E E SIT RE NDEE DI K M J PIL KI J E T E , D K , T E IL OP D I EE ET N EE GSTE EN O NE I O N K Z V Z SY T D IC AA N KA NGEGPU EN ST AT H K T EE E A Z T E N M E P E S O N M N Y E O S E T K T ANT E T , E L T ER K OP EEN KPANE PU EB E T N E V LN PUN A LEAO KT ZELF NR O J A ? NT SIGNALEN IN E G D PU A N DE FG T B EL EE L I P J K UT D FT DIE
EN
O T DE STORM ZIEN NOG NIEO DI G E A V NT AN EL
TB ET RA O R L I UIT W J K E G R G E T V E K H D N L N I AT T I EE T IS EM E J E E OP N SY T EEMT S SYST EK N DE COMPLEX B HE
A A R M ET
TE
RD ES AM EN LE V
ZE LF
SY S T EE
GR
E
H
DE
VA N
R G
EN S
IS
AT S
S
L I JKOEG
EL IJ K
T
ER HT EC
NG LA
O
O G
PU NT
BL IJK TD
O
P
EE
N KA
LF T ZE N T E L P UN
EI NG EZE TTE VE
M
BE RE IK T, D
R
EO L I RTMORM JE J E S C T P H AR JE DE STILTEKOF DE S D UH NA PIJ ITNAAT, ERV B W A STAB AT E M A AR JE IE RA
EE ST SY
B
EM
A
EN TE DA
Y E TV DI T ER F E TE GE ZOE RO AF KEN. W L UIT N A E B E L D ELKE KANTA ZAL
AA W AN
EL
N
P
T
T ZE RAND LF SIGNALEN AFGEEF ERIN T DIE GEN ECH ZIJ
PU
N SIG
E
CH G P U NT B
ET
I EV NL ME SA
OR K A AN : IN
N N A A V P V K OG O K J I L PE J
T DAT EE N LIJK
OP EM E ST K EEN
NGIS FLEZ ELA T AN GF EE TF
DI
O N Z
ZOI
GO
D EI
IN
DO
OVER T DOVERZICHT EN INZICHT V RAN ATIE IS E U T I SIT NS ZO’ AT EE ST GREV N I D IE N? T LLES
EM O E K T IJ YS TELPUN L S EEEN SYSTEEM OO PNEEN KAN AT
IP UITGEBR E GR I D BE T
O
T
N
ET NI
W OR DT
EH
E
T
KT IJ BL
DOO IET N NG LA
CE TH RE AL GN
S
PU N
ER HT C EE DI
NE D RO W
W
A JKP I H C
EI N
TE N
ET E N C H A S DST UK
L
B EL UT
KA N TE L P UN T
U P G O O K J I L E PP
NG
JI
D S I N T E M
KE IE IJ K T L I R PE AP E EK CH T .D S T N TE CH PUN WE ZNI TEL A UIT R K E EN POEV HIO S C I Z DT TIE IN V BE
I L E K N
NT EEN ELPUNUT. D P E ANT KR SLE I T IE K E D
EI R O O D T
ORKAA G R N : DE I P .
G
KAN V T A N EL
KT
RED
ZE LF SI
B E TN GE VCIAN HFG RE N A E SAMENLLEEN U F A N I D T P S G S D E OO K U E PPA EIN T NAWAIR L ITJIEK OJRILEPPH CSGNETEW T S AHE DOALS
H ET
T EF
NE E
BL
CO M
jan rotmans
K S IE EEN BE IT OP NS ET V H R ADT ZICH O O FDSTUK OVER ITN
PU NT
T
P L EX E
AN TA NS TE AS
IS
UIT W
nederland in transitie O
IE
IT .U HT IC EL
HAPPELIJK OOGPUN ENSC
OF DE STORM. VEEL M E T ENSE TE OF DSTEILSTORM L I N ZIE T S . VE E N NOG E N EL M D EE ENS OP M UN AMENLEV E EN P IN TE I OG O G S EHE O ZIE Y OZK O Z ZR TK O EU’N L EN S J N S J HIEJ AN’K L ZO I NN T O A I E A I Z N T E O E “ P S L E P M B NNR I A P T IEITT MRO AETEN KAN HAA UW ME EVWT EEIT D SIJC EGF N B SYSTL V IIHTUT ISTU A IM IE E ARM KSU T D T A E B H R K OG E E L U I T N T N E L N H FEUNW EIW PUN ET IN NEE PAE T E S TK LS E N LLUIJK T C W B U LIE LIWAN I H E AS B T IT I DU P TZ B NIET V C S , T IET E V T U E G C N A T T G T JTIEKEO N D K N P W E H E I U O W E L J E S W N I E E A LR ELN OTIB ZOAO KE I K ELNPIK V LL TE T U GPDA H N A ETA E IG B JPK TP T N A P B C T W H O E EN P A R P KH E J LS I T F Z I U E J E E N K P S C A G H O O N G A V A DE STO E E N N NA C SIGO K U S SCW IW TA ESN EPN T SH N N HERKEND.U FAAE A KT S H A G CH H N AP I N IJD NA K T P RDE IT W L A R O S B E S E L G JK OOGPUNT A EP :PPN LE ET KAEAV NW TI NH TS EN N REE LIERJLKJIEV EL S A E SC N N JK E D FG J E O A E E HA I N R E OO W A A M L E R O PP O I G F
in het D oog T D R O W van de B T orkaan OGPUN
W EN ERE D E RI
inh oud voorwoord 01 InleIdIng 10 Transitiekunde 10 Transities 11 Hoe werken transities?
02 nederland op kantelpunt 20 Kantelperiode 22 Publieke stelsels kantelen 24 Sluipende revolutie
03 Zorgen voor morgen
12 Transitielenzen
30 Inleiding
12 Transitiesturing
30 Geschiedenis van de gezondheidszorg
14 Transitiesturing: aanpak in de praktijk 16 Wat levert een transitie-aanpak op?
in vogelvlucht 33 Symptomen van een ziek zorgsysteem 35 De kern van het probleem in de zorg 38 Een nieuw, duurzaam zorgsysteem 42 Transitie-experimenten
4 jan rotmans in het oog van de orkaan
44 Transitieagenda voor de langdurende zorg 46 Wat heeft het opgeleverd?
04 de voedselrevolutIe: eIgen voedsel eerst?
08 energIetransItIe In nederland
50 Inleiding
140 Inleiding
50 Noodzaak tot verandering
141 Transitieanalyse
53 Fase van voedseltransitie
149 Energietransitie en de macht
55 Wat is duurzaam voedsel?
151 Opbrengst van de energietransitie
56 Voedselketen
152 Energietransitie op kantelpunt
64 Beleidsmatige aanpak
155 Energiebeweging van onderop
66 Voedselbeweging van onderop
160 Hoe kan de energietransitie intelligent
68 Actie-agenda
05 gebIedsontwIkkelIng 3.0: crIsIs als kans
versneld worden? 166 Epiloog
09 de regIo aan Zet
74 Urgentie
170 Parkstad Limburg
75 Persistente ruimtelijke problematiek
178 Zeeland
78 De weg naar gebiedsontwikkeling 3.0
182 Opbrengst Zeeuwse transitieproces
85 Faciliterende overheid
184 Schouwen-Duiveland
06 de nIeuwe goudmIjn voor rotterdam
191 Friesland
90 Stadshavens Rotterdam
10 vooruIt naar vroeger: nederland In 2050
92 Rijnhaven: drijvend evenementenpark
202 Verbroken verbindingen
96 Wat is het DNA van een duurzame drijvende
204 Het helen van verbindingen
wijk? 98 De drijvende bloem 103 Merwe-Vierhavens: van woestijn naar goudmijn 115 De rol van de overheid
205 De beweging van onderop 209 De reactie van bovenaf 211 Nederland 2050: vooruit naar vroeger
07 bouwsector In verbouwIng
11 de theorIe achter transItIes
120 Wat is het hardnekkige probleem in de bouw?
236 Begrippen
121 Structuur, cultuur en werkwijze in de bouw
245 Kantelpunt
124 Visionaire opgave voor de bouw 128 De beweging van onderop
12 de theorIe achter transItIesturIng
130 Mens zoekt energieneutrale gebouwde
254 De theorie
126 Transitieagenda voor de bouw
omgeving 133 ‘De Roadshow’
257 Transitiesturing: praktijkaanpak 263 Lopende transitieprocessen 264 Wat levert een transitieaanpak op?
referentIes
5
voorwoord Twintig jaar geleden begon ik het fenomeen transities te onderzoeken. Ingrijpende en onomkeerbare kantelingen van systemen in de samenleving, op weg naar een duurzamere samenleving. Er was nauwelijks belangstelling voor. Sterker nog, mijn toenmalige werkgever, het RIVM in Bilthoven, vond het nogal risicovol onderzoek en vroeg mij dit ‘achter de gordijnen plaats te laten vinden’. Voor transities was geen belangstelling, voor duurzaamheid wel. Bijna dagelijks pendelde ik van en naar Den Haag omdat veel ministeries bezig waren met duurzaamheidsbeleid. De centrale vraag was: “Hoe krijgen we de bedrijven en burgers mee in het proces van verduurzaming van de samenleving?” De idee was dat politiek Den Haag het proces van verduurzaming centraal aanstuurde. Tegenwoordig kom ik veel minder in Den Haag, maar sta wel wekelijks voor bedrijven en burgerinitiatieven waar mij wordt gevraagd: “Hoe krijgen we politiek Den Haag mee in de verduurzaming van de economie?” Er is dus veel veranderd in twintig jaar, de transitie naar een duurzame samenleving is in volle gang. Burgers en bedrijven hebben het stuur nu in handen en de overheid volgt op steeds grotere afstand. Ook is er een schatkamer aan transitiekennis ontwikkeld. We begrijpen nu beter hoe maatschappelijke stelsels radicaal kunnen veranderen en op duurzamere leest worden geschoeid. “We leven niet in een tijdperk van verandering, maar in een verandering van tijdperken.” Deze quote van Herman Verhagen in zijn boekje De Duurzaamheidsrevolutie typeert de tijdsgeest op rake wijze. Onze samenleving is in een overgangsfase en bevindt zich op een kantelpunt. Van een verticale, centrale en verzuilde samenleving naar een horizontale, decentrale netwerksamenleving. In deze kantelperiode worden oude systemen afgebroken en nieuwe opgebouwd. Oude waarden verdwijnen, nieuwe waarden ontstaan. Dit gaat gepaard met pijn, angst en verlies, maar ook met hoop, geloof en vertrouwen. Kenmerk van een kantelfase zijn crises. Periodes van instabiliteit, chaos en turbulentie. De huidige instabiele kantelperiode is een voorbode voor een lange periode van crises. Na de financieel-economische crisis beginnen de echte ecologische crises rondom grondstoffen, energie en klimaat. Deze stapeling van crises is een zegen. Het zet de deuren open voor een radicale verandering naar een werkelijk duurzame samenleving. Crises zijn de ideale voedingsbodem voor een transitie. Zij laten ons inzien dat het fundamenteel anders moet. Wezenlijk anders omgaan met de aarde en haar hulpbronnen, met elkaar en met onszelf.
6 jan rotmans in het oog van de orkaan
Alle verbroken verbindingen moeten worden hersteld: in onszelf, met anderen en met onze aardse omgeving. Dit zal nog decennia duren, maar uiteindelijk werken de gestapelde crises helend.
Er raast een orkaan door onze samenleving. Niet alleen in Nederland, maar wereldwijd. Afhankelijk van waar je staat ervaar je de hevigheid van de storm. In het oog van de orkaan is het windstil. Maar 100 meter verderop word je omver geblazen. Veel mensen staan nog in het oog van de orkaan. De komende tijd zullen steeds meer mensen uit het oog stappen en de storm in alle hevigheid ervaren. Het komende decennium wordt een heftige periode, waarin krachten en tegenkrachten zich gaan mobiliseren. Koplopers en kantelaars van onderop gaan zich hevig roeren om de transitie te versnellen vanuit de kansen die zij zien. De achterblijvers en remmers proberen uit alle macht deze transitie te vertragen vanuit de bescherming van bestaande belangen. De nieuwe orde van onderop botst in alle hevigheid op de bestaande orde van bovenaf. Uiteindelijk zal dit tot een nieuwe ordening leiden, want beide zijn hard nodig. Dit boek beschrijft een kantelende samenleving vanuit een transitiebril. Het beschrijft de stormachtige opkomst van de beweging van onderop. Het beschrijft de falende pogingen om van bovenaf de samenleving aan te sturen. En het geeft aan hoe beide gecombineerd kunnen en moeten worden. Nu velen zich richten op de maatschappelijke beweging van onderop moet de overheid zich bezinnen op een passend antwoord van bovenaf. Vanuit een nieuwe, faciliterende en stimulerende rol. Dit boek geeft een doorkijkje in een aantal sectoren en regio’s die in een overgangsfase zitten van de transitie. Van energie tot de bouw en van de zorg naar voedsel; van Zeeland naar Friesland en van Texel naar Limburg. Uiteraard zijn er grote verschillen. Sommige sectoren en regio’s zijn veel verder in het transitieproces dan andere. Maar de overeenkomsten zijn treffend. Overal brandt het transitievuur. Overal bestaan spanningen tussen de opkomende krachten van onderop en de tanende krachten van bovenaf. Overal zijn verbindingen verbroken tussen mens en systeem. Overal zijn verbindende krachten bezig met het helen van verbroken verbindingen. Dit boek hoeft niet van voor naar achter gelezen te worden. De transitieverhalen staan op zich; toch zijn ze wel degelijk geschakeld en vormen een transitieketting, die samenkomt in het wenkend perspectief voor Nederland in 2050. Een troostrijk, hoopvol en inspirerend perspectief. Tot slot dank ik allen die hebben meegewerkt om dit boek mogelijk te maken, in het bijzonder de tekstredacteuren Hans Horsten en Ellen van Brummelen en ontwerper Roy Wolfs. Jan Rotmans
7
TransiTiekunde Dit boek verhaalt over de praktijk en de theorie van transitiekunde, een nieuw wetenschapsgebied dat het afgelopen decennium is ontstaan. Het laat zien hoe transities (ingrijpende en onomkeerbare kantelingen van systemen in de samenleving) tot stand komen en hoe ze kunnen worden ‘gestuurd’. Door goede toepassing van de schat aan transitiekennis die inmiddels aanwezig is, kunnen vastgelopen maatschappelijke stelsels op duurzamere leest worden geschoeid. Ten faveure van de samenleving en de mensen die er deel van uitmaken. Aan de vele praktijktransities die in deze uitgave de revue passeren liggen complexe theoretische modellen ten grondslag. niets is tenslotte ingewikkelder en meer onvoorspelbaar dan de samenleving. in de laatste twee hoofdstukken van dit boek (De theorie achter transities en De theorie achter transitiesturing) wordt bij deze wetenschappelijke fundamenten uitgebreid stilgestaan. Voor een goed besef van de hierna volgende hoofdstukken wordt in deze inleiding een aantal essentiële begrippen en beginselen rondom transitiewetenschap overzichtelijk en kort op een rij gezet. Het zijn elementen die in elke praktijktransitie weer komen bovendrijven en daarom wezenlijk voor het begrijpen daarvan. Deze proloog is daarom in zekere zin te beschouwen als een ‘TomTom’ die de lezer de weg wijst door dit boek.
TransiTies Voor een transitie van een complex systeem (dat kan een publiek bestel, een overheid, maar ook een bedrijf zijn) is het nodig om zowel de structuur, cultuur als de werkwijze ervan op de schop te nemen. Dat betekent het omkeren van ons denken, handelen en organiseren en doorgaans gaan daar één tot twee generaties overheen. Transities verlopen langs de weg van schijnbare tegenstellingen. Ze zijn zowel radicaal als beklijvend, revolutionair en evolutionair, geleidelijk en grillig en blijven lang onherkenbaar voor de mensen die er deel van uitmaken.
hfd stk 01 10 jan rotmans in het oog van de orkaan
Transities ontstaan in het eeuwige spanningsveld tussen mensen en systemen die elkaar versterken maar ook gevangen houden. Juist omdat beide constant veranderen loopt de dynamiek daar hoog op. Oorzaken voor transities zijn er velerlei: economisch, bestuurlijk, sociaal, ecologisch en technologisch. Het transitievuur kan ontbranden door een plotselinge, schokkende gebeurtenis, zoals de aanslag op de Twin Towers, maar bijna altijd wortelt zo’n kanteling in een maatschappelijke onderstroom, waar de latere transitie al min of meer voorgekookt wordt.
Hoe werken TransiTies? elk maatschappelijk systeem baseert zich op een stabiele macht en een dominant regime. Dit systeem zet alle middelen in om de status quo te handhaven. Daarnaast zijn er niches. Dat zijn radicale, innovatieve en afwijkende culturen, structuren en werkwijzen die krachtig genoeg zijn om het bestaande regime binnen te dringen. Veel systemen bereiken het moment dat ze los komen te staan van mens en omgeving. er ontstaat een kantelpunt, ze worden dan vatbaar voor de innovaties en impulsen vanuit niches. Vaak proberen ze zich te verdedigen door de eigen routines verder te perfectioneren, maar de druk blijft almaar oplopen. Dat komt door veranderingen in de omgeving (macroniveau) en radicale vernieuwingen van onderop (microniveau). Dit is het moment dat de radicale niches stilaan door het heersende systeem worden opgenomen, waardoor het regime nog verder afbrokkelt. Uit deze co-evolutie van niches en regime groeien de contouren van een nieuw systeem. De kantelfase is bereikt, het oude systeem kiepert om. in het proces daar naartoe zien we verschillende patronen ontstaan. Soms clusteren niches en worden ze zo sterk dat ze met een eigen regime het heersend systeem overnemen, of wordt zo’n nichecluster zelf omarmd door het regime. een andere mogelijkheid is dat de maatschappelijke omgeving het bestaande regime dwingt in zee te gaan met het nicheregime. Deze wisseling van de wacht en de macht kent vele gedaantes, maar in alle gevallen is er sprake van confrontatie en strijd, want de gevestigde orde verzet zich met hand en tand om niches buiten de deur te houden. Bij een geslaagde transitie ontstaat een nieuw regime en geheel andere machtsverhoudingen. De belangen zijn dus groot. Feit is dat transities vaker mislukken dan dat ze slagen. Proberen van binnenuit de zittende macht te veranderen blijkt een doodlopend parcours. Het alleen aan nichespelers buiten het regime overlaten werkt ook niet. Alleen met de juiste coalities van nichespelers binnen en buiten het regime en veranderingsgezinde regimespelers is succes mogelijk. Met gerichte interventies en ingrepen is naar deze situatie toe te werken. Daarmee zijn we bij de kern van transitiesturing oftewel transitiemanagement. er is een aantal voorwaarden voor geslaagde transities. Zo moeten er voldoende meekoppelende autonome trends zijn, genoeg maatschappelijke druk op het regime, aandrang tot interne verandering en voldoende innovatieruimte. Transities ontstaan vaak door toedoen van groepjes koplopers, eigenzinnige en dwarse mensen met visie, strategie en durf die de ruimte krijgen in de praktijk: de zogenaamde friskijkers en dwarsdenkers. Veel van de voorbeelden in dit boek betreffen duurzame transities. Die zijn nodig omdat onze samenleving op veel gebieden vastloopt en bestaande systemen de menselijke maat ontgroeid zijn.
11
18 IN HET OOG VAN DE ORKAAN JAN ROTMANS
02 NEDERLAND OP KANTELPUNT
Onze samenleving bevindt zich op een kantelpunt. De kritieke grens is bereikt, de ingezette veranderingen zijn niet meer terug te draaien. Op zo’n moment is de maatschappij instabiel en kwetsbaar voor verstoringen, maar opent het ook de deur voor radicale veranderingen. In zo’n situatie is overzicht en inzicht ver te zoeken. Welke kant zal de bal uitrollen? In de complexe systeemtheorie is het kantelpunt een sleutelbegrip. In het hoofdstuk over transities wordt dit begrip uitgebreid toegelicht. Uit wetenschappelijk oogpunt blijkt dat een systeem op een kantelpunt zelf signalen afgeeft die echter lang niet door iedereen worden herkend. Het is vergelijkbaar met het oog van de orkaan: in het oog is het windstil en vaak onbewolkt, buiten het oog raast de storm. Afhankelijk van waar je staat, ervaar je de stilte of de storm. Veel mensen zien nog niet de storm die door de samenleving raast en staan als het ware in het oog van de orkaan. Het is een kwestie van tijd voordat ze het gaan inzien en ervaren.
19
Bron: Waterarchitect van Bueren
De drijvende bloem is geheel zelfvoorzienend: via drijvende zonnecellen, drijvende windmolens, warmte-koudeopslag met warmtepompen uit het omgevingswater en warm industrieel restwater. De functies en voorzieningen worden zo gekozen dat ze gebruik kunnen maken van elkaars koude of warmtepieken. Ruimte is gereserveerd voor duurzaam voedsel voor de wijkbewoners. In drij-
hfd stk 06 100 jan rotmans in het oog van de orkaan
Bron: Doepel Strijkers Architects
vende kassen en tuinen kunnen mensen hun eigen eten verbouwen.
Bron: Waterarchitect van Bueren
Vervoer vindt in beginsel over het water plaats: per eigen boot, waterbus of watertaxi. Wel kan beperkt elektrisch vervoer op de bloembladen zelf plaatsvinden. Bijzonder zijn de drijvende diensten: restaurants, winkels, een postkantoor of bibliotheek. Op deze wijze ontstaat er afwisseling en diversiteit in deze drijvende wijk. De hofwoningen bieden veel mogelijkheden voor wonen op het water. Zo worden hofjes gevormd met een intiem binnenplein van circa 1500 m2. De huizen kunnen uniform als een gebouw worden ontworpen of juist als (Venetiaanse) grachtenpanden met elk hun individuele karakter. Dit is een kindvriendelijke zone die bescherming biedt tegen het water. De drijvende constructies maken het mogelijk de duurzame drijvende wijk snel en makkelijk aan te passen aan veranderende behoeften. Het is zelfs mogelijk om alle woningen op hun eigen ark te bouwen en ze individueel los te koppelen en weg te slepen. De woningen kunnen meegroeien en krimpen met de gezinsgrootte. Mensen blijven hierdoor langer op één plaats en krijgen een sterkere sociale binding met de buurt. Deze drijvende bloem sluit aan bij de cultuurhistorie van de Rijnhaven en de Rotterdammers die verknocht zijn aan het water. Voor hen zou zo’n ‘waterwijk’ een revival inhouden van dit stukje Rotterdam.
tRanSitieStuRing in de Rijnhaven Op 25 juni 2010 werd het drijvend paviljoen geopend. Deze eerste drijvende icoon in de Rijnhaven in Rotterdam (zie www.drijvendpaviljoen.nl) bevat tal van technische innovaties, is energieneutraal, op het water gebouwd en futuristisch van vorm. Het
101
bron: Kuipercompagnons
in voedingsland is sprake van twee stromingen: de langzame (slow food) en snelle stroming, die voor veel mensen naast elkaar kunnen bestaan. Dit wordt gesymboliseerd door de mcDonalds anno 2050 die twee ingangen kent: de mcfast voor het snelle voedsel, biologisch fastfood en voedingssupplementen die je met je metamorfose mobiel of auto ophaalt. De andere ingang is voor de mcSlow, waar eten een belevenis is waar je de tijd voor neemt: rond een grote, open keuken kun je gezond, lekker biologisch eten. Veel kringlopen voor voedsel, afval en energie zijn gesloten. Zo worden reststromen verwerkt tot voedsel en gebruikt om energie te winnen en menselijk rest-
hfd stk 10 230 jan rotmans in het oog van de orkaan
afval om fosfaat, nitraat en aardgas te winnen. Veel eten, vooral groenten en fruit, wordt lokaal of regionaal geproduceerd en thuis bezorgd door de moderne SrV-man. granen, soja en bonen komen vooral uit de ons omringende regio’s uit Engeland, Duitsland en frankrijk en zijn onderdeel van Noord-west Euregionale kringlopen. op het platteland heeft ieder zijn eigen moestuin, terwijl in de steden stadslandbouw een wezenlijke rol speelt: in gezamenlijke moestuinen en kassen, ook op daken van gebouwen. Voedsel verbindt en schept een band met je fysieke
omgeving en de mensen om je heen. Supermarkten zijn verantwoordelijk voor regionaal en duurzaam inkopen van producten. Klanten kopen deze regionale producten omdat ze herkenbaar zijn, ze er zich mee kunnen identificeren, maar ook omdat ze goedkoper zijn. De regionale keten bestaat naast de mondiale keten van voedingsbedrijven en supermarkten. Deze laatste stuurt op duurzaamheid tot ver in afrika en Zuid-amerika, op basis van eerlijke, reële prijzen. Voedsel is ons ook meer waard: waar we in 2012 nog maar 8% van ons inkomen uitgaven aan voedsel, besteden we nu ruim 20% van ons inkomen aan voedsel. we hebben nog bijna net zoveel landbouwareaal als in 2012, maar met veel minder boeren. ook de producten zijn anders, zoals zilte zeekool en zilte groene asperges. algen zijn belangrijke voedingsmiddelen en bronnen van duurzame energie. Klimaatvriendelijke frietjes van piepers die de aardappelziekte kunnen weerstaan, zijn populair. Door het veranderde klimaat is Nederland ook rijp voor wijnbouw geworden. biologische wijn uit Nederland is een delicatesse geworden die over de hele wereld zijn weg vindt. HoE bEStEDEN wE oNZE VriJE tiJD? Duurzaam toerisme is gemeengoed geworden in Nederland. over het hele land verspreid zijn duurzame campings en vakantieparken die rust, ruimte en privacy geven aan de gasten en in harmonie zijn met de natuur. De waddeneilanden en Zeeland zijn geliefde duurzame recreatiebolwerken. Zo heeft texel zich gespecialiseerd tot een mentaal oplaadstation, waar je jezelf kunt opladen voor de rest van het jaar en waarvan je anders terugkeert dan je er aankomt. Zo heeft Zeeland zich ontwikkeld tot een recreatieve oase voor mensen die behoefte hebben aan ‘nieuwe rust’. Een ideaal oord niet alleen voor vakantiegangers, maar ook voor kunstenaars en wetenschappers die zich via een sabbatsjaar aan hun dagelijks routine willen onttrekken. in Zeeland maak je contact met de natuur, het licht, de duisternis, de zonsopgang, de zonsondergang, de stilte en met jezelf. Nederland is door zijn aangename (midden-west frans) klimaat in trek bij veel buitenlandse toeristen. Jaarlijks komen miljoenen Zuid-Europeanen naar Nederland, vooral Spanjaarden, grieken en italianen, omdat het in die landen te droog en te heet is om vakantie te vieren. Vakanties worden meer dan vroeger gebruikt om je op te laden en jezelf te ontspannen, maar ook om je blik te verbreden en je zelf te verdiepen. Ze worden gekoppeld aan gezondheid, fitness, beweging en ontspanning, aan het ‘leren balanceren’. De lokale worteling zorgt ervoor dat men vaker dichterbij blijft. Veel Nederlandse toeristen gaan ook duurzaam op vakantie naar het buitenland.
231