Innovatie bouw en energie 2009-2010

Page 1

innovatie 2009 | 2010

Bijlage van

b o u w e n e n e r g i e


innovatie

voorwoord

2

Innovatie is Innoveren moet Kennis ook vermarkten juist nu gebruiken Innoveren is meer dan een technische vernieuwing. Het pad van technische vernieuwing tot succesvol product vraagt meer dan alleen een mooie techniek. Veel kansrijke nieuwe producten verdwijnen met stille trom van de markt omdat de doelgroep (bedrijfsleven of consument) het niet wil kopen. Neem nu de warmtepomp. Deskundigen weten dat iedereen zo’n ding in huis heeft, want een koelkast is niet veel meer dan een gewone warmtepomp. Maar welke consument weet hoe een koelkast werkt, en waarom zou hij dat moeten weten? Dat ding moet het gewoon doen. De kennis ligt bij technische adviesbureaus en bij een beperkt aantal projectontwikkelaars. Daarom zie je de warmtepomp steeds meer in de utiliteitsbouw en nog nauwelijks in de woningbouw. Gemeenten plannen nieuwbouw nog steeds met een gasnet, want dat is bekende materie. Zo blijven kansen liggen voor energiebesparing. De consument kent het ding niet dus vraagt er niet om, en de woningbouw was tot voor kort een aanbiedersmarkt waarin nieuwe toepassingen als lastig werden beschouwd, zoals ook bleek uit het verzet tegen de epc-verlaging. Bij een nieuw product hoort ook het vermarkten. Een technisch product als de warmtepomp vraagt een eigen aanpak. Vermarkten hoort ook bij innovatie, anders komt het product niet van de grond. Omdat er weinig vraag is, is de techniek bij veel installateurs wel bekend, maar toepassen is nog iets anders. Innovatieve projectontwikkelaars moeten gemeenten bijpraten over de warmtepomp, want een wijk zonder gas is de toekomst. En innoveer de marketing naar het voorbeeld van de mobiele telefoon: een gratis apparaat bij een betaald abonnement. Kansen voor energiebedrijven en warmtepompproducenten? En voorzie de warmtepomp van een mooi etiket, want met een toenemende hoeveelheid duurzame elektriciteit en een COP van 4 is het een echte duurzaamheidsversneller.

Sinds de vorige innovatiebijlage van 2008 heeft zich een crisis ontwikkeld die zijn sporen stevig nalaat. Architecten die hun portefeuille dramatisch zagen slinken, zijn een voorbode van wat er verder in de bouwkolom te wachten staat. Er is al weer licht aan de economische horizon te zien, maar de werkdip passeert nog bij de rest van de sector. De bouw gaat het dus nog voelen. Juist in deze tijd is innovatie ontzettend belangrijk en altijd weer blijkt ook na een dip dat de kaarten opnieuw worden geschud. Na een crisis staan andere spelers op die door de concurrentie eerder niet serieus werden genomen. Terwijl ik het schrijf denk ik dat het eigenlijk een open deur is en toch tuinen we er massaal in. Let maar eens op. Het is wel gemakkelijker gezegd dan gedaan. Middelen ontbreken immers juist in deze tijd. Wel is er veel tijd. Mijn ervaring is dat het vaak ontbreekt aan richting en ontwikkelingsmanagement om die tijd in waarde om te zetten. Als een kip zonder kop aan het ontwikkelen gaan, heeft immers geen zin. Naast mijn hoofdredacteurschap van bouwIQ help ik organisaties met bouwinnovatie en productontwikkeling en het valt mij op dat er in lijn met bovenstaande vooral veel behoefte aan coaching is. Er wordt minder uitbesteed, maar helemaal alleen kan men het ook niet af. Later in het proces moet er steviger worden geïnvesteerd, maar dan is de richting al bepaald en zijn de risico’s te overzien. BouwIQ speelt een prachtige rol in dit veld, want het blad en de website gaan specifiek over innovatie en concrete productontwikkeling. Het blad probeert best practices te laten zien en kijkt in keukens. Omdat het leuk is, maar ook om de weg te wijzen en om te inspireren. bouwIQ toont voorbeelden, maar schrijft ook over trends, zoals ‘Conceptueel Bouwen’ en ‘SlimBouwen’, over duurzaamheid in al zijn facetten, over flexibiliteit, efficiëntie en vraaginnovaties. bouwIQ is verplichte kost, zeker in deze tijd!

Bij de nieuwe ontwikkelingen in de bouw en renovatie vormt de techniek nog te veel de leidraad en niet de vraag van de gebruiker, respectievelijk de bewoner. Niet het comfort of bedieningsgemak staat bij de innovatie hoog op de agenda, maar de technische prestatie, de uitvoerbaarheid of de reductie van de prijs. Op zich zijn dit allemaal zeer essentiële zaken, maar uiteindelijk gaat het om het gebruik en het wonen. De kennis over wat belangrijk is voor het wonen, nu en in de toekomst, is volop aanwezig. Het wordt alleen te weinig gebruikt voor innovaties, waarvan de thema’s zijn: toegankelijkheid, dat speelt op alle niveaus: bouwblok/woonomgeving, gebouw en woning; bruikbaarheid, het aantal bruikbare vierkante meters op woningniveau is een belangrijk kwaliteitsaspect, dat zich ontwikkelt in de tijd; veiligheid en gezondheid, met aspecten als afsluitbaarheid, binnenmilieu, geluid en oververhitting; comfort, bepaald door de uitrusting van woningen en woonomgeving; uitstraling/uiterlijk, omdat het steeds belangrijker wordt hoe een woning/gebouw er uit ziet; duurzaamheid (energie), inhoud gegeven door energie, materiaalgebruik, gescheiden waterafvoer en waterberging, waarbij de tendens zich richt op energieneutraal; differentiatie op woningniveau (grootte, type), op bouwblokniveau en stempelniveau. Om de kansen voor de toekomst te vergroten, kunnen twee algemene aanvullende eisen worden geformuleerd: beschikbaarheid van zorg en ruimte voor nieuwe ontwikkelingen, zoals de aanwezigheid van ondersteunende netwerken, autonomie en een groot adaptief vermogen, zodat aanpassingen in de tijd kunnen moeten worden gezocht. Hierbij is het zaak projectoverschrijdend te werk te gaan en te zoeken naar die componenten die voor het gebruik extra kwaliteit leveren.

Ad Brogtrop Hoofdredacteur Energie+

Jos Lichtenberg, Hoofdredacteur bouwIQ

Martin Liebregts Hoofdredacteur renovatie


innovatie

inhoud

3

Inhoud Warmtepomp verdient snelle doorbraak Green Office 2015 Duurzame woning verbetering werkt mee aan forse CO2-reductie Alcoa Architectuursystemen BUVA Brink Climate Systems B.V. Duco Ventilation & Sun Control Intergas Verwarming B.V. Kreunen Kunststoffen B.V. Merford Noise Control Rockwool Benelux B.V. J.E. StorkAir Tremco illbruck B.V. Amsterdam RAI

Colofon 4 6 8 11 12 14 15 16 17 18 19 20 21 22

Innovatie Bouw en Energie is een bijlage die eenmaal per jaar verschijnt bij de vakbladen Energie+, bouwIQ en renovatie. Uitgeverij Æneas, uitgeverij van vakinformatie bv Postbus 101, 5282 AC Boxtel Tel.: 0411 650085, Fax: 0411 650080 Internet: www.aeneas.nl Email: mail@aeneas.nl Projectbegeleiding Hanneke Schaap Verkoop Roy Faas Fannie Groenen Redactie Emiel Bootsma, Tekstbureau Best! Peter de Koning Wilbert Leistra Vormgeving Twin Media bv, Culemborg © 2009 Æneas, uitgeverij van vakinformatie bv Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. Redactie en uitgever stellen deze uitgave zorgvuldig en naar besten weten samen, maar kunnen niet instaan voor de juistheid van de weergegeven informatie. Zij aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook, die het gevolg zijn van handelingen en/of beslissingen gebaseerd op de informatie uit deze uitgave. Niet altijd kunnen alle rechthebbenden van gebruikt beeldmateriaal worden achterhaald. Belanghebbenden kunnen contact opnemen met de uitgever.


innovatie

Warmtepomp

4

Onbekende maar bewezen techniek dringt co 2 -uitstoot ver terug Het grote transitiepotentieel van warmtepompen is nog veel te onbekend. Deze bewezen techniek biedt goede mogelijkheden om de netto opbrengst van aardgas te verdubbelen en de opbrengst van duurzame elektriciteit te verviervoudigen. Bovendien kan het belangrijk bijdragen aan de stabiliteit van het elektriciteitsnet. Warmtepompen hebben een groot potentieel bij het terugdringen van de CO2-uitstoot. Dat potentieel bestaat uit energiebesparing en een betere benutting van energie uit duurzame bronnen. Warmtepompen kunnen niet alleen een belangrijke rol spelen bij de transitie naar een duurzame energievoorziening, maar kunnen ook van grote betekenis zijn als die transitie heeft plaatsgevonden. Desondanks wordt deze techniek nog te weinig toegepast. Belangrijke belemmering voor een brede toepassing is de onbekendheid van de voordelen en keuzemogelijkheden. Om dat te veranderen, hebben het Platform Warmtepompen en de Stichting Warmtepompen de ‘Roadmap Warmtepompen’ gepubliceerd. Die maakt duidelijk waar het bij de toepassing van deze techniek om gaat: energiebesparing, hoger technisch comfort en een eenvoudiger transitie naar duurzame energie.

Beter informeren In de kantoor- en utiliteitsbouw zijn de voordelen van een warmtepompinstallatie redelijk bekend. In het segment grote kantoren wordt het toegepast in 20 tot 30 procent van de totale nieuwbouw. In de woningbouw wordt de toepassing geschat op slechts 10 procent van de nieuwbouw, meestal doordat een innovatieve projectontwikkelaar de voordelen kent en uitdraagt. Bij particulieren is de warmtepomp bijna geheel

warmtepomp; voor, tijdens en na de transitie naar een duurzame energievoorziening. Het is dan ook essentieel dat de warmtepomp een veel prominenter plek krijgt in overheidsstukken over de transitie. Branchevertegenwoordigers moeten een plaats krijgen in relevante transitieplatforms, vinden de samenstellers van de Roadmap. Zij adviseren de oprichting van een apart transitieplatform Duurzame Warmte.

Hybride Systemen gebaseerd op aquifers en grondwater zijn een bewezen techniek. Toch worden ze nog verre van standaard toegepast in de markt. De bestaande wet- en regelgeving is nog een belemmering. Vooral bij kleinere projecten kosten procedures voor vergunningverlening nog te veel tijd, en dat leidt vaak tot extra kosten op de projectbegroting. De samenstellers van de Roadmap hebben vertrouwen in de stuurgroep die in opdracht van minister Cramer (VROM) zoekt naar mogelijkheden om de toepassing van ondergrondse systemen te vergemakkelijken. Volgens hen is de minister uiterst gemotiveerd om de belemmeringen snel weg te nemen. Een ander belangrijk handvat is het programma ‘Meer Met Minder’. Hierin speelt na-isolatie van de bestaande voorraad een voorname rol en dat zal snel leiden tot vervanging van de conventionele gasketel door de hybride combinatie van gasapparaat en warmtepomp. Met als gevolg een grote besparing. En als het onbekend. Een enkeling zal wel weten dat deze techniek energie bespaart. Maar dat een warmtepompinstallatie, die goed en integraal als eenheid met het casco is ontworpen, ook een hoger thermisch comfort kan leveren, is nagenoeg onbekend. Belangenbehartigers in de sector moeten zich beter informeren zodat ze de goede eigenschappen van deze techniek veel breder kunnen uitdragen en kunnen bijdragen aan de doorbraak van deze techniek, vinden de samenstellers van de Roadmap Warmtepompen. Op een aantal plekken worden al initiatieven ontplooid. Bijvoorbeeld, brancheorganisatie Uneto-VNI heeft inmiddels de speciale categorie ‘warmtepompinstallateurs’ geformuleerd. En de Stichting Warmtepompen heeft in samenwerking met branchepartijen een leergang warmtepompen opgezet, wat ondertussen heeft geleid tot een breed cursusaanbod. Ook de Nederlandse Vereniging voor Ondergrondse Energiesystemen (NVOE) en de Stichting LTV (Lage Temperatuur Verwarming) werken, ieder op hun eigen manier, aan deskundigheidsbevordering en kennisverbreiding. Maar voor een brede doorbraak is meer nodig. Vanwege het grote CO2-reductiepotentieel is het cruciaal dat beleidmakers en beslissers een veel breder en dieper inzicht krijgen in de grote mogelijkheden van de

‘Pompen’ naar COP 4 Warmtepompen onttrekken warmte aan de omgeving en ‘pompen’ deze naar een hoger temperatuurniveau zodat die warmte kan worden gebruikt voor verwarmingsdoeleinden. De omgevingswarmte is vrij beschikbaar, de energie om de warmtepomp te drijven moet worden toegevoerd. Meestal is dit elektrische energie, maar er bestaan ook gasgedreven warmtepompen. Een moderne warmtepomp kan makkelijk vier keer de hoeveelheid energie die voor het pompen is vereist als nuttige warmte overdragen. Dit wordt uitgedrukt in de factor COP (coëfficiënt of performance), een maat voor de prestatie van de warmtepomp. COP 4 is inmiddels goed bereikbaar, volgens sommigen zijn binnenkort de factoren 5 en zelfs 6 haalbaar.


innovatie

Warmtepomp

5

Warmtepomp verdient snelle doorbraak

isolatieniveau nog iets ambitieuzer wordt uitgevoerd, zal de verwarmingsinstallatie geheel door een warmtepomp kunnen worden gevoed. Zo kan het huidige energieverbruik van deze woningen ruimschoots worden gehalveerd. Als de woning bovendien intergraal energiezuinig wordt ontworpen, zal het energiegebruik decimeren. In de praktijk is al aangetoond dat dit kan zonder stijging van de woonlasten. Dit betekent ook dat met een investering in duurzame elektriciteit nu al een nieuwbouw woonwijk met beschikbare technologie CO2-neutraal kan worden gebouwd. En bij een ambitieuze uitvoering van het programma ‘Meer Met Minder’ kunnen warmtepompen de bereikte energiebesparing en verminderde CO2-uitstoot nog aanzienlijk vergroten.

Aan- en uitschakelen Bijzondere mogelijkheden ontstaan als warmtepompen centraal kunnen worden aan- en uitgeschakeld, naar analogie van de vroegere elektrische warmwaterboilers. In Duitsland is dit aan- en uitschakelen al gebruikelijk. In ruil hiervoor betaalt de gebruiker een lager tarief. Het stelt de netbeheerder in staat de stabiliteit van het elektriciteitsnet te bevorderen door een deel van de vraag binnen zekere grenzen te manipuleren. Gekoppeld aan een iets groter voorraadvat is het in de toekomst zelfs mogelijk om diezelfde warmtepompinstallatie te gebruiken voor het

opslaan van een overschot aan (duurzame) energie. Dat draagt bij aan het oplossen van een belangrijk probleem: het opvangen van een fluctuerend aanbod duurzame energie (wind en zon). Overigens, de hogere rendementen van STEGcentrales (gas) hebben een extra positieve invloed

op het totaalrendement van de warmteopwekking via elektrische warmtepompsystemen. De potentie neemt in de toekomst verder toe omdat de rendementen van zowel warmtepompen als elektriciteitscentrales blijven toenemen.


innovatie

Green Office 2015

6

Eindgebruiker centraal

Een groep grote vooraanstaande bedrijven, kennisinstellingen en overheden zijn de bedenkers van Green Office 2015: een ambitieuze visie én een concreet innovatief plan, waarin milieu en eindgebruiker centraal staan, binnenstedelijke infragebieden meervoudig worden geactiveerd, en dat alles tegen een marktconforme prijs. Aart van Gelder is nu bestuurder generaal directeur Imtech België en initiatiefnemer van Green Office 2015. Hij vertelt over de totstandkoming van het project: “In april vorig jaar zijn wij vanuit Imtech Nederland – waar ik toen algemeen directeur was – hiermee gestart. We wilden een kantoor ontwikkelen dat energie levert, zonder dat daarbij ingeleverd wordt op comfort. Al snel sloten andere bedrijven, kennisinstellingen en overheden zich aan, en daarmee raakte het project in een stroomversnelling. De Rijksgebouwendienst werd de fictieve opdrachtgever van het kantoor, RAU architecten ontwikkelde het ruimtelijk ontwerp, de branches adopteerden het project en diverse technologiebedrijven sloten zich aan. Green Office breidde zich uit van een groen kantoor tot een integrale meervoudige gebiedsontwikkeling waarin stedenbouw, landschap, architectuur, interieur en technologie samengaan.”

Ruimtelijk ontwerp Het ruimtelijk ontwerp van Green Office 2015 laat zich beschrijven als een glooiend landschap dat over (spoor)wegen in binnenstedelijke gebieden heen wordt gelegd, met op – en deels onder – dat landschap de bebouwing. Door (spoor)wegen te overspannen worden barrières opgeheven en wijken verbonden. Op maaiveldniveau bevinden zich naast het tracé retail- en parkeerfuncties. Daaroverheen ligt een groen tapijt, uitgevoerd als ‘lichte’ tafelconstructie, waarop in honingraatvorm een bouwvolume met groene longen is geplaatst, dat constructief meewerkt voor de overspanning. Het gebouw is vier lagen hoog en vijftien meter diep. Het dak van de bebouwing is vergroend en net als de twee andere maaivelden publiek toegankelijk.

Duurzaamheid Dat Green Office 2015 milieu- en mensvriendelijk is, mag worden gezegd. Het is een CO2-emissievrije, energieleverende biotoop met veel comfort. Het gebouw produceert energie, beperkt de mobiliteit van gebruikers tot een minimum (locatiekeuze, teleconferencing), heeft een gesloten waterkringloop, is deels demontabel en herbruikbaar, gebruikt – voor zover verkrijgbaar – Cradleto-Cradle-materialen en voorziet in een comfortabel, aangenaam en gezond binnenklimaat en omgevingsklimaat. Het concept scoort dan ook uitzonderlijk goed op diverse Life Cycle Analyses en rating tools die duurzaamheid kwantificeren. De GreenCalc+ score is >1000. Van GPR Gebouw krijgt het plan een 9,6. Op de maatlat van BREEAM en LEED behaalt Green Office 2015 de hoogst haalbare labels, respectievelijk Outstanding en Platinum. Van Gelder durft zelfs de uitspraak aan dat het hier wellicht om “het groenste kantoor ter wereld” gaat.

Energieconcept Green Office 2015 is primair volgens passieve principes neergezet, maar ook semi-passieve techniek speelt een rol: de zontoetreding wordt dynamisch geoptimaliseerd en er wordt gebruik gemaakt van warmte-koude-opslag in de bodem. Het tweede uitgangspunt is dat de operationele energie zoveel mogelijk wordt benut. Bewegingsenergie van gebruikers wordt omgezet in elektrische energie. En biomassa, zoals rioolwater, gft-afval en oud papier, wordt omgezet en aan de energetische kringloop van het complex toegevoegd. Voor de restvraag – en de extra productie – wordt op duurzame wijze energie opgewekt, met hoge rendementen en zo min mogelijk verliezen. In de gevels zijn PVelementen verwerkt, in het landschap staan geluidsarme turbines (‘wokkels’) en PV-zonnepanelen die meebewegen met de stand van de zon. In het complex is additioneel een laagspanningcircuit aangelegd om verliezen te beperken. Tot slot wordt alle energie efficiënt aangewend: sensoren detecteren waar en wanneer er hoeveel energie nodig is voor verwarming, koeling, ventilatie of verlichting. Green Office draait geheel op elektriciteit.

Het ruimtelijk ontwerp van Green Office 2015 laat zich beschrijven als een glooiend landschap dat over (spoor)wegen in binnenstedelijke gebieden heen wordt gelegd, met op – en deels onder – dat landschap de bebouwing.


innovatie

Green Office 2015

7

Green Office 2015

Klimaatsysteem Green Office is voorzien van een hybride en dynamisch klimaatsysteem, dat verschillende energiedragers naast elkaar hun werk laat doen. Voor de basistemperatuur van het systeem wordt warmtekoude-opslag (WKO) in de bodem en betonkernactivering in de relatief lichte vloeren gebruikt. De ventilatielucht wordt vervolgens gebruikt voor een individueel aanpasbaar microklimaat. Verse buitenlucht wordt via de gevel aangevoerd en voorverwarmd of -gekoeld. Deze voorbehandelde lucht wordt vervolgens via kanalen in de vloer naar de werkplekken getransporteerd. In het meubilair zijn Peltier-elementen geïntegreerd die de lucht thermisch nabehandelen. Ze leveren binnen enkele minuten het gewenste microklimaat. De lucht wordt middels verdringing toegelaten (via het meubilair) en afgevoerd (via het plafond), zodat nauwelijks menging tussen verse en verontreinigde lucht optreedt. Naast zuinigheid en comfort is ook de controle door de eindgebruiker steeds een belangrijk uitgangspunt geweest. Van Gelder: “De gebruiker kan zelf bepalen of hij een raam open wil zetten, en de mechanische ventilatie past zich hier automatisch op aan. Dat is technisch niet nodig, maar voor de beleving van groot belang. Ook de temperatuur op de werkplek wordt aangestuurd op basis van voorkeuren die hij zelf in kan stellen en kan wijzigen. Naast het microklimaat, passen de inrichting, aankleding en voorzieningen van de werkplekken zich na inloggen automatisch aan de gebruiker aan.”

Het gebouw produceert energie, beperkt de mobiliteit van gebruikers tot een minimum (locatiekeuze, teleconferencing), heeft een gesloten waterkringloop, is deels demontabel en herbruikbaar, gebruikt – voor zover verkrijgbaar – Cradle-to-Cradle-materialen en voorziet in een comfortabel, aangenaam en gezond binnenklimaat en omgevingsklimaat.

berekend, is een werkplek marktconform geprijsd, terwijl het plan een aanzienlijke meerwaarde biedt aan mens, milieu en maatschappij. Van Gelder: “We behalen onze winst met meervoudig ruimtegebruik en een maximale bezetting van het gebouw, met

Open Innovatie Is de bouw er klaar voor om integraal samen te werken aan hoogwaardige projecten? Van Gelder: “De sector is er zeker aan toe. Maar klaar? Nee, absoluut niet. Grote bedrijven moeten deze voortrekkersrol vervullen, en dat is waar wij mee bezig zijn. Dit is geen eindpunt, maar een startpunt. We gaan met de brancheorganisaties het integrale werken actief uitdragen en toegankelijk maken, voor de praktijk en het onderwijs. We gaan onze kennis en ervaringen delen met de sector. We gaan het gesprek aan met de overheid over de aanbesteding op Total Cost of Ownership en een wijziging van de EPC.”

Marktconform Green Office 2015 lijkt door de overspanning van het spoor en de royale toepassing van geavanceerde technologie aan de dure kant. Puur afgaande op de investeringskosten is dat ook zo, maar als Life Cycle Costs en Total Costs of Ownership worden

energiebaten in plaats van -kosten, met lage onderhoudskosten, een lange levensduur en terugverdientijd, en aan het eind van de rit demontage en gedeeltelijk hergebruik.” Hij vervolgt: “Wij tonen met dit plan aan dat we duurzaam kunnen bouwen tegen een marktconforme prijs. Alle groene doelstellingen zijn nu al betaalbaar, maar dan moeten we wél af van aanbestedingen en gunningen op basis van de laagste aanneemprijs. Dat is funest voor elke serieuze ambitie op het vlak van duurzaamheid. Wij willen graag op kosten concurreren, maar in een duurzame maatschappij moeten dat Life Cycle Costs en Total Costs of Ownership zijn.”

Hajo Schilperoort

Green Office 2015 is volgens initiatiefnemer Aart van Gelder misschien wel het groenste kantoor ter wereld.


innovatie

Duurzame woningverbetering

8

Duurzame woningverbetering werkt mee aan forse CO 2 -reductie “De cijfers over CO2-uitstoot in bestaande gebouwen zijn al jaren bekend, maar niemand deed er wat mee”, stelt Willem Otter vast. Hij is directeur W&R bij BAM Woning­ bouw en initiatief­nemer van de Toolkit Bestaande Bouw. Eind vorig jaar werd de Toolkit gelanceerd. Dat bestaande gebouwen een forse bijdrage leveren aan de CO2uitstoot, is al jaren bekend. Het percentage ongeïsoleerde woningen, van de in totaal circa 7 miljoen huizen in Nederland bedraagt 53 procent. Methoden om de stijgende energieprijzen het hoofd te bieden, moeten wel met open armen ontvangen worden. Zoals de Toolkit Bestaande Bouw die een praktisch pakket aan oplossingen biedt voor de duurzame verbetering van verouderde woningen.

Ambitieniveaus Willem Otter is medio 2007 begonnen om samen met een aantal andere partijen een methode te ontwikkelen om het energieverbruik in woningen drastisch te verlagen. “Vooral woningcorporaties kunnen deze methode hanteren als rem op een ongewenste verdere verzwaring van de huurlasten. Zodra een woning is gerenoveerd volgens de werkwijze van de Toolkit Bestaande Bouw, daalt het energieverbruik aanzienlijk”, zegt Otter. De Toolkit Bestaande Bouw bevat zo’n negentig verschillende concepten die van toepassing zijn voor de renovatie van 1,1 miljoen verouderde corporatiewoningen en andere huurwoningen van commerciële verhuurders. Deze concepten zijn in te delen naar de vijf meest voorkomende urgente woningtypen, met verschillende accenten en ambitieniveaus. De Toolkit is een mix van maatregelen die uitgewerkt kunnen worden om ongeïsoleerde woningen van vóór 1976 te renoveren. “Dat is ruim de helft van alle woningen in Nederland, die gezamenlijk 80 procent van de totale verwarmingsuitstoot veroorzaken. Verhuurders die het accent willen leggen op CO2-reductie, vinden in de Toolkit Bestaande Bouw concepten voor zeer ambitieuze doelstellingen en voor minder ingrijpende renovatiemaatregelen om reductie te bewerkstelligen.” Otter wijst op percentages van 50 tot 60 procent, en zelfs 75 procent of meer CO2reductie die haalbaar zijn. Wie de prioriteit wil leggen bij de verlaging van de energielasten, kan via de Toolkit kiezen voor energieverminderingen die variëren van 40 tot 60 procent. Er zijn corporaties en verhuurders die vanuit hun investeringskosten een renovatietraject willen ingaan, waarbij bestedingsbudgetten van 20.000 tot en met 55.000 euro via de Toolkit in kaart gebracht kunnen worden. Ook houdt de Toolkit rekening met verhuurders die voor een bepaalde wijk of woningen een exploitatietermijn van minder dan 15 jaar voor ogen hebben en dat als

aanvliegroute voor een renovatieproject willen nemen.

Label A++ Alle verbeteringen die in zo’n renovatietraject zullen worden gerealiseerd, zijn integraal doorberekend volgens de EPAberekeningstechniek. Deze integrale aanpak maakt een opwaardering mogelijk naar energielabel A, of zelfs A++. De negentig concepten in de Toolkit geven een doorberekening van de energiekosten in detail weer. Hiermee kunnen corporaties en vastgoedbeheerders exact voorberekenen in welke mate de energiebeperkende maatregelen de woonlasten verlagen. “Dat betekent een aanzienlijke versoepeling van het hele besluitvormingsproces”, zegt Otter. “Om investeringen door te voeren die energiebesparende maatregelen inhouden, moet eerst toestemming gekregen worden van


innovatie

Duurzame woningverbetering

bijna driekwart van de zittende bewoners. In de meeste gevallen gaat het dan om ingrepen die de kale huurprijs verhogen. Mensen zitten daar natuurlijk niet op te wachten. Met de Toolkit wordt duidelijk dat huurders minder voor hun energierekening gaan betalen.”

Samenwerking BAM Woningbouw stelde voor om samen met een aantal vooraanstaande corporaties, SenterNovem en een aantal bouwadviesbureaus de Toolkit Bestaande Bouw te ontwikkelen. De methode bestaat uit drie boekwerken. Het eerste boek bevat een algemene beschrijving, de insteek en de rol van de Toolkit. Daarnaast behandelt dit boekwerk strategisch voorraadbeheer, de financiële en economische aspecten rondom woningverbetering en de verschillende kwaliteiten. Hoogbouw en laagbouw zijn per boek gesplitst. Per onderdeel staan de verschillende oplossingen voor een vijftal woningreferenties, dat zijn drie laagbouw eengezinswoningen en twee hoogbouwtypes, de meest voorkomende groepen van huizen in Nederland. Deze woningen zijn in opbouw identiek. Otter geeft als voorbeeld de rijwoningen vóór 1946, waarvoor op basis van die gelijkwaardigheid een oplossing gevonden kan worden. Hetzelfde geldt voor de naoorlogse rijwoningen tot aan 1965, die in vloeren, gevels en dakconstructies identiek qua opbouw zijn. “Zo hebben we dat ook voor de doorzonwoningen gedaan van 1966 tot 1975. Op deze manier hebben we de verschillende woningen in de Toolkit gerangschikt. Vanuit die referenties kunnen keuzes gemaakt worden hoe je die

Gezamenlijk initiatief De Toolkit Bestaande Bouw is ontstaan op initiatief van BAM Woningbouw in 2007 die een samenwerkingverband aanging met SenterNovem, Cauberg-Huygen, DHV, BouwhulpGroep, W/E adviseurs, De Haas & Partners, projectgroep DEPW en vier woningcorporaties: Woonbron in Rotterdam, de Alliantie in Huizen, Vestia in Den Haag en de Goedestede in Almere. “Deze partijen hebben we zorgvuldig geselecteerd, omdat ze vooroplopen in duurzaamheid en milieubeheer en omdat het grote partijen zijn”, zegt Willem Otter, directeur W&R BAM Woningbouw, initiatiefnemer van de Toolkit Bestaande Bouw.

9

toolkit bestaande bouw 2008

deel 4

rijwoning van 1966 – 1975

toolkit bestaande bouw 2008

deel 4

rijwoning van 1966 – 1975

b e s ta a n d e s i t u at i e algemene beschrijving

installatie en bouwkundige gegevens

SterKte-zWaKte analySe • Sterk: ruime woning • Zwak: eentonige en massale bebouwing met weinig uitstraling

Bouwkundig

WonIngenafmetIngen • Totale gebruiksoppervlakte: 106 m² • Lengte: 8,4 m • Breedte (h.o.h.): 6,4 m • Oppervlakte woonkamer en keuken: 44 m² • Oppervlakte grootste slaapkamer: 13 m² • Oppervlakte badkamer: 5 m² • Aantal kamers: 5

dichte delen

ongeïsoleerde gevel, betonnen beganegrondvloer ongeïsoleerd, nageïsoleerd pannendak

beglazing

dubbele beglazing op de begane grond, verdieping enkel glas

kierdichting

geen

oriëntatie

Installaties ventilatie

natuurlijke ventilatie

warmteopwekking

VR-ketel

temperatuurniveau

HtV

warmteafgiftesysteem

radiatoren

tapwaterverwarming

VR-combitap

zonneboiler

nee

Kengetallen energie index

2,20 (a)

gasverbruik

2418 m3

elektraverbruik (inst. + verl.)

865 kWh

CO2-uitstoot

4793 kg/jaar

energielasten reductie

€ 2042/jaar

Foto’s: Hans Pattist

kwaliteit en knelpunten Woning

--

beschrijving basiskwaliteit -

0

+

A Toekomstwaarde a.1 Locatie en woonomgeving a.2 bruikbaarheid / flexibiliteit a.3 uitstraling / imago / identiteit

+

++

--

slecht

-

matig

0

neutraal

+

redelijk

BruIKBaarheId / flexIBIlIteIt: het betreft een ruime woning die geschikt is voor meerdere gebruiksvormen. uItStralIng / Imago / IdentIteIt: vaak grotere projecten en daardoor eentonig (strengperswoningen) zonder eigen identiteit.

++ goed

toeganKelijKheId: de woning biedt mogelijkheden om toegankelijk te maken.

uitgangsniveau

-

B Gebruikskwaliteit b.1 toegangkelijkheid b.2 Veiligheid

veIlIgheId: geen inbraakwerende voorzieningen.

0

technISche Staat: geen bijzonderheden.

-

b.3 technische staat

0

gezondheId: de ventilatie is slecht regelbaar en ongecontroleerd.

C Gezondheid C.1 Gezondheid

0

C.2 Comfort

-

gPr score per thema

D Energetische kwaliteit

-

energie

6

7

8

9

comfort: niet geïsoleerd en daardoor koude bouwdelen.

10

energetISche KWalIteIt: beperkte isolatie en ongunstige isolatie leiden tot een bovengemiddeld gebruik (2000 m³, label e).

Milieu

E Milieukwaliteit e.1 Milieukwaliteit materialen

5

3,3

-

Gezondheid

e.2 Kwaliteit waterhuishouding

Gebruikskwaliteit

F Bewonersparticipatie

toekomstwaarde

mIlIeuKWalIteIt materIalen: mogelijk zijn er bij de bouw belastende materialen toegepast. Ook kunnen er bij renovatie asbesthoudende materialen toegepast zijn.

96

03_084660_d2_1966_1975_1113zct.indd 96

97

17-10-2008 13:39:56

03_084660_d2_1966_1975_1113zct.indd 97

woningen het beste kunt aanpakken.” Naast een uiteenzetting waarom en voor wie de Toolkit is ontwikkeld, wordt ook uitgelegd hoe de overheid, BAM Woningbouw, corporaties en vastgoedbeheerders omgaan met maatschappelijk verantwoord ondernemen en in hoeverre de Toolkit kan bijdragen aan bijvoorbeeld CO2-neutrale woningen binnen het strategische voorraadbeheer.

Peiler Methodische en praktische doorvoering van energiebeperkende maatregelen in bestaande woningen puur om CO2-uistoot te verminderen, bleek al snel tijdens de ontwikkeling van de Toolkit niet de juiste insteek. Otter geeft aan dat in het vooronderzoek met de samenwerkende partijen snel duidelijk werd dat voor de bestaande woningvoorraad veel beter integrale oplossingen aangedragen kunnen worden. “Integraal aanpakken van bestaande woningen houdt in dat meerdere kwaliteiten van ‘oude’ woningen kunnen worden geüpgrade dan alleen die reductie van de CO2-uitstoot”, zegt Otter. Duurzaamheid staat dan mede voor een comfortabel en gezond woonklimaat, in een mooie woning, die goed bereikbaar is. Voor de Toolkit Bestaande Bouw is als basisfilosofie voor het ontwikkelen van de integrale concepten gekozen voor de Trias Energetica. Deze “gezond boerenverstandmethode” zoals Otter deze noemt, werkt volgens een driestappenplan. De eerste stap is het beperken van de energievraag. “Energie die niet nodig is, is de beste bezuiniging! Dit doen we door goed te isoleren, een maatregel die effectief en duurzaam is met een zeer lange levensduur. De tweede stap van de Trias Energetica is het invullen van energiebehoefte met duurzame bronnen. De laatste stap is vervolgens om de

17-10-2008 13:40:01

restenergie in te vullen met fossiele brandstoffen.” Volgens Otter heeft een bouwbedrijf als BAM de maatschappelijke verantwoordelijkheid om bij te dragen aan de oplossing van het energievraagstuk. “In principe richt BAM zich op de nieuwbouw. Logisch, want dat is ook onze core business. Maar als maatschappelijk verantwoord ondernemer hebben we de plicht om onze pijlen ook te richten op de bestaande gebouwen omdat daar de kern van de problematiek ligt en niet bij de nieuwbouw die slechts 20 procent van de CO2-uitstoot met betrekking tot verwarming voor haar rekening neemt”, besluit Otter. Tosca Vissers


Duurzame ambities in de praktijk

Nu op aeneas.n

l!

Duurzame ontwikkeling is volop in beweging. Steeds weer worden nieuwe grensverleggende ideeën bedacht en toegepast. ‘Duurzame ambities in de praktijk’ is een bundeling van duurzame excursies in Delft. Het biedt lezers een handvat om gerealiseerde duurzame ambities te gaan bekijken en er zelf iets mee te doen. Het boek geeft een selectie van duurzame ambities die gerealiseerd zijn in de stad Delft en die om verschillende reden bijdragen aan een duurzame ontwikkeling. De voorbeelden zijn geclusterd langs (fiets) routes rond de thema’s groen, water, mobiliteit en bouwen. ‘Duurzame ambities in de praktijk’ is een uitnodiging om de projecten te bekijken in de praktijk en een uitdaging om de opgedane ideeën op een eigen manier toe te passen. Ook als u buiten Delft bent, is het boekje leuk om te lezen én een uitdaging om dergelijke duurzame aspecten in uw eigen omgeving te ontdekken. ‘Duurzame ambities in de praktijk’ is bestemd voor studenten, architecten, opdrachtgevers, adviseurs, stedenbouwkundigen, planologen, onderzoekers en alle anderen die zich bezig houden met duurzame ontwikkeling gerelateerd aan de gebouwde omgeving.

Duurzame energie ontstaat aan de grens tussen Nederland en Duitsland: wetenschaps- en bedrijvenpark Avantis! Wij zijn een grensoverschrijdend park, waar ontwikkeling van schone energie een belangrijk thema is. Bedrijven die zich richten op de ontwikkeling van innovatieve energievoorzieningen, bieden wij de ruimte en de faciliteiten om verder te groeien. Gerenommeerde bedrijven - zoals Solland Solar Energy bv - vinden bij ons synergie en partnerschap met andere bedrijven. Op deze grens ervaren bedrijven de vele voordelen van grenzeloos ondernemerschap. Bent u geïnteresseerd in onze grenzeloze energie?

Kijk op www.avantis.org

Bestel nu op www.aeneas.nl! Titel: Auteurs: ISBN: Omvang: Formaat: Prijs:

‘Duurzame ambities in de praktijk – Vier routes door Delft’ Peter Teeuw, Christiane de Koning en Niek Stukje 978-94-6104-001-5 82 pagina’s 21 x 21 cm € 17,95


innovatie

Alcoa Alusta Architectuursystemen

11

Alcoa Architectuursystemen helpt bij verhogen brandwerendheid Huisbewoners en kantoorgebruikers willen zich thuis en op hun werkplek vooral geborgen en veilig voelen. Het inzetten van diverse middelen om brand te voorkomen, speelt hierbij een belangrijke rol. Mocht het toch zover komen dat er brand uitbreekt in het gebouw, dan is het goed om te weten dat het gevelsysteem – inclusief de ramen en deuren – van Alcoa Architectuursystemen optimaal getest en goed bevonden is op het gebied van brandwerendheid. Alcoa Architectuursystemen is spraakmakend op het gebied van innovatieve oplossingen voor brandwerende aluminium gevelelementen. Diverse aluminium ramen en deuren van Alcoa voldoen aan de Europese EN-normen ten aanzien van vlamdichtheid (E), isolatie (I) en warmtestraling (W). Begin 2009 heeft ook de naar buiten draaiende dubbele stolpdeur de brandwerendheidstest bij Efectis in Rijswijk met glans doorstaan. Op vlamdichtheid en straling – het EW 30 criterium – heeft het element 36 minuten gehaald. Uniek is de enorme afmeting van de dubbele deur. Met een kozijnmaat van 2315 mm breed x 2395 mm hoog kan men met recht spreken van een vloeroverspannend gevelelement. Een bijzonder gegeven is dat de brandwerende deuren van Alcoa gemaakt worden uit standaard raam- en deursysteem RT 62 zonder koelers.

Minimale aanpassingen Op basis van de al bestaande eigenschappen van het RT 62-systeem zijn er slechts minimale aanpassingen nodig om de standaard raam- en deursystemen brandwerend te maken. Dit uiteraard met behoud van uiterlijk en de goede prestaties op het gebied van waterdichtheid en isolatiewaarde. Een belangrijk pluspunt is dat de basis van de profielsystemen ongewijzigd blijft, hierdoor is er

La Defence, Almere

optisch geen verschil tussen brandwerende en niet-brandwerende ramen, deuren en gevels.

Toonaangevend Alcoa is toonaangevend op het gebied van aluminium en de ongekende mogelijkheden die dit materiaal te bieden heeft. De Nederlandse vestiging van Alcoa Architectuursystemen in Harderwijk ontwerpt, ontwikkelt en verkoopt aluminium profielsystemen voor ramen, deuren, schuifpuien, serres en vliesgevels. Met een eigen Research & Development-afdeling kan Alcoa Architectuursystemen snel inspelen op de projectgerelateerde vragen vanuit de markt.

Alcoa Architectuursystemen Postbus 391 3840 AJ Harderwijik Tel.: (0341) 46 46 11 E-mail: office@alcoa.com Internet: www.alcoa-architectuursystemen.nl Opstelling brandwerendheidstest dubbele stolpdeur bij Efectis te Rijswijk


innovatie

BUVA

12

Nieuw ventilatiesysteem van BUVA Energiebesparing in bestaande bouw met Vital Air System

BUVA introduceert het ventilatiesysteem Vital Air System voor bestaande bouw. Het Vital Air System geeft een energieindexverbetering van 0,14. Bij volledige (gevel)renovaties kan het Vital Air System in combinatie met muurisolatie en toepassing van HR++ glas tot wel 2 of 3 energielabels besparen. Vital Air System voor bestaande bouw bestaat uit natuurlijke toevoer en mechanische afvoer. De natuurlijke toevoer vindt plaats via ventilatieroosters uit de BUVA ‘Stream’serie. Voor iedere situatie is een oplossing aanwezig. De BUVA-roosters zijn voorzien van een mechanische, zelfregelende klep, die niet alleen energiewinst oplevert, maar ook voorkomt dat bewoners last hebben van tocht – een bewezen toepassing sinds 1993. Bij het vervangen van glas of kozijnen kunnen eenvoudig BUVA ‘Stream’ roosters geplaatst worden.

Eenvoudige installatie De mechanische afvoer bestaat uit de BUVA BoxStream, met een of meer bedieningen met een duidelijke vijfstandenregeling. Dankzij eenvoudige pictogrammen begrijpt iedereen de werking van het Vital Air System. De bediening wordt gevoed vanuit de ventilator, er zijn dus geen batterijen nodig. Indien gewenst is er ook een versie leverbaar die wordt gevoed vanuit het lichtnet. De communicatie met de ventilator gaat dan draadloos. De BoxStream kan simpel op bestaande kanalen worden aangesloten; de installatie is eenvoudig en traditioneel, zonder ingewikkelde elektronica. Indien gewenst kan optioneel een aparte keuken- en/of badkamerbediening aan het systeem worden gekoppeld. In deze ruimten kan dan eenvoudig voor een bepaalde periode maximaal geventileerd worden. Deze bediening communiceert altijd draadloos. Er zijn verschillende uitvoeringen leverbaar: op batterijen en met voeding vanuit het lichtnet.


innovatie

13

Gecertificeerd testcentrum BUVA heeft een afdeling productmanagement met tien personen die zich dagelijks bezighouden met ontwikkeling, onderzoek en nieuwe mogelijkheden. In eigen huis ontwikkelt BUVA producten onder het BUVA-label. Al dan niet met partners en gebruikmakend van de uitgebreide testfaciliteiten. Herbert Meijer, hoofd productmanagement: “Innoveren komt niet alleen voort uit in-huisactiviteiten. Een belangrijke faciliteit voor onszelf, maar ook beschikbaar voor de klant, is het gecertificeerde testcentrum. Officieel met onafhankelijke keuringsinstanties, maar ook alledaags beschikbaar om productmogelijkheden en vraagstukken in de praktijk te toetsen. Gevelelementen met afmetingen tot maximaal 4000 x 4000 mm worden getest op onder andere wind- en waterdichtheid of op sterkte en stijfheid.”

Innoveren in toepassingen Herbert Meijer vervolgt: “Met productmanagement zoekt BUVA naar oplossingen die verder gaan dan functionaliteit. Die naast hun toepassing een grotere rol in de gevel hebben en een extra bijdrage kunnen leveren aan het uiterlijk van een gebouw en/of het specifieke vraagstuk van een ontwerper of uiteindelijke gebruiker. De case van BUVA-ISOSTONE® is hiervan een goed voorbeeld.” In opdracht van BUVA heeft adviesbureau Nieman de warmtedoorgangscoëfficiënt (U) berekend van de verschillende BUVAISOSTONE® onderdorpels. De berekening is uitgevoerd volgens NEN 1068 en in combinatie met houten kozijnen. Het resultaat van dit onderzoek is dat de onderdorpels van glasvezelversterkt kunststof een zeer gunstige U-waarde hebben. Deze lage waarde wordt mede bepaald door het toegepaste materiaal en de vormgeving met gescheiden luchtkamers. De U-waarde van het hele kozijn (Ufr;totaal) kan eenvoudig ingevoerd worden in een EPC-berekening. Na toevoeging van de U-waarde van glas, een paneel of deur wordt de totale EPC-besparing berekend. De EPC-reductie kan oplopen tot 0,02. Deze gegevens zijn verwerkt in de speciale SBR-referentie­ details, die BUVA heeft laten samenstellen. Op de website www.buva.nl staat een overzicht van de warmtedoorgangscoëfficiënten, een handleiding voor het gebruik in EPC berekeningen en de SBR-referentiedetails.

Kennis faciliteren is kennis ontvangen “BUVA wil zoveel mogelijk kennis faciliteren” vertelt Herbert Meijer. “Kennis delen betekent dat je kennis retour ontvangt. Kennis die je kan meenemen in verdere ontwikkeling, wat weer resulteert in nieuwe producten en oplossingen voor specifieke of generieke vraagstukken. Deze bieden vervolgens weer uitgangspunten voor verdere ontwikkelingen. Voor klanten en voor onszelf.” BUVA organiseert mede daarom themabijeenkomsten waarin actuele onderwerpen als wet- en regelgeving en vraagstukken in de markt worden gekoppeld aan de praktijk in de

bouwkolom. Een voorbeeld is de vergelijking tussen het Bouwbesluit met andere normeringen zoals het Politiekeurmerk Veilig Wonen (PKVW) en de Nederlandse Beveiligingsrichtlijn (NBR). Dat levert kennis op die in het voortraject van de realisering van een gebouw veel problemen kan voorkomen en het eindtraject beter kan doen verlopen. Denk bijvoorbeeld aan het voorkomen van faalkosten. De deelnemers aan de bijeenkomsten zijn een afspiegeling van alle partijen in de bouwkolom: van voorschrijvende instanties tot bouwende partijen en van adviserende tot verwerkende partijen zoals timmer- en deurenfabrieken. Maar ook leden van normcommissies, politie en brandweer zijn bij deze bijeenkomsten aanwezig. Meijer: “Door in contact te staan met elkaar, wissel je informatie uit. Dat houdt elkaar scherp – nu en in de toekomst.”

BUVA Postbus 262 2990 AG Barendrecht Tel.: (0180) 69 75 00 Fax: (0180) 69 75 05 E-mail: info@buva.nl Internet: www.buva.nl


innovatie

Brink Climate Systems B.V.

14

Uniek ventilatieconcept met innovatieve techniek Ademend Raam bespaart veel energie Het Ademend Raam – ook wel bekend onder de naam Breathing Window – is een decentraal gevelventilatiesysteem met warmteterugwinning. De twee landelijk bekende innovatoren prof. ing. Jon Kristinsson en dr. ir. Noor van Andel hebben een fundamenteel nieuwe warmtewisselaar en besturingssysteem ontwikkeld en gepatenteerd. Brink Climate Systems B.V. heeft met deze innovatieve techniek een nieuw ventilatieconcept ontwikkeld met grote voordelen voor bouwers en gebruikers. Door toepassing van het Ademend Raam heeft men geen verlaagde plafonds, geen lange luchtkanalen, maar een kleine, eenvoudige, intelligente en energieefficiënte gevelventilatie. Het Ademend Raam is toepasbaar in de nieuwbouw (woningbouw, kantoren, hotels, gezondheidscentra, enz.). Doordat lange luchtkanalen ontbreken, is het Ademend Raam tevens uitstekend en eenvoudig toepasbaar bij de renovatie van bestaande woningen en gebouwen. Het Ademend Raam heeft een automatische regeling van de hoeveelheid ven­ tilatielucht. Bewoners kunnen ook zelf de gewenste luchtkwaliteit instellen. Daarnaast zorgt het toestel standaard voor de filtering van de buitenlucht op (fijn)stof en pollen. De warmtewisselaar heeft een hoog rendement, waardoor tochtvrije ventilatie gegarandeerd is.

Unieke producteigenschappen Het Ademend Raam is volledig nieuw, gebaseerd op een unieke, 15 km fijn koperdraad bevattende HR-warmtewisselaar. Het unieke van deze dunne koperdraadwisselaar is de hoge warmtegeleiding, waardoor deze al warmte kan aanmaken vanaf 25 ˚C (wat zeer laag is) en koelte vanaf 15 ˚C (wat erg hoog is). Het Ademend Raam is voorzien van een gepatenteerde temperatuurbalans­ regeling. Hierdoor reageert het Ademend Raam op windbelasting, temperatuur en CO2. Er is een compacte gevelventilatie-unit per ruimte nodig, die via een geheel automatische regeling op basis van het binnenklimaat maximaal energie bespaart. Door toepassing van twee stuks gelijkstroomventilatoren, die in de muurdoorvoer zijn ondergebracht, is een compact ventilatietoestel met een zeer laag geluidsniveau gerealiseerd. Ook kan het Ademend Raam uitstekend worden toegepast bij geluidsbelaste gevels.

Energiebesparend Het Ademend Raam is in hoge mate energiebesparend. Dit komt door de unieke gecombineerde eigenschappen: een hoogrendement (80-90%) koperen warmtewisselaar, vraaggestuurde CO2-regeling, een extreem laag elektriciteitsverbruik door lage drukval in de warmtewisselaar en het gebruik van overgedimensioneerde DC-ventilatoren. De besparing is hoog: één m3 aardgas is in energie-equivalenten uitgedrukt 32 MJ in een stookrendement van 90% HR Ketel, dus: 3.370.000.000 / 32.000.000 x 0.9 = 117 m3 aardgas per Ademend Raam gedurende het stookseizoen. In één huis met 3 tot 5 Ademende Ramen (het gemiddelde daarvan vermenigvuldigen) bespaart men 4 x 117 = 468 m3 aardgas of 13.5 GJ. Uitgaande van een aardgasprijs van € 0,60/m3, wordt de berekende besparing € 0,60 x 468 = € 280,- per jaar per woning. De werkelijke energiebesparing is afhankelijk van de aanwezigheid van personen in de woning en het aantal toegepaste Ademende Ramen. Combinaties van Ademende Ramen met conventionele ventilatiesystemen (hybride ventilatie) zijn mogelijk.

EPBD/verbetering energielabel Ventilatieverliezen in woningen maken 20 tot 30% van de totale energieverliezen in de woning uit. Met het Ademend Raam kan hierop tot 90% worden bespaard. Voordeel van het Ademend Raam is dat dit eenvoudig achteraf in bestaande woningen en gebouwen aangebracht kan worden en zodoende een aanzienlijke bijdrage kan leveren aan de energiebesparing in de bestaande bouw (EPBD/verbetering energielabel).

Jon Kristinsson: “Het idee achter het raam is eenvoudig, maar het is technisch heel moeilijk te maken.”

Brink Climate Systems B.V. Postbus 11 7950 AA Staphorst Tel.: (0522) 46 99 44 E-mail: info@brinkclimatesystems.nl Internet: www.brinkclimatesystems.nl


innovatie

Duco Ventilation & Sun Control

15

Duco Comfort System ‘Plug & Play’ ventilatiesysteem Verbetering van ventilatie en vermindering van energieverbruik is in de bestaande woningvoorraad van groot belang. Het Duco Comfort System zorgt met een minimale investering en eenvoudige installatie voor een optimaal gezond en comfortabel binnenklimaat. Met een forse energiewinst. Ideaal dus voor toepassing in nieuwbouw- en renovatieprojecten.

e

Het Duco Comfort System is een Plug & Play Vraaggestuurd Natuurlijk Ventilatiesysteem (VNV). De vraag naar ventilatie wordt bepaald op basis van de luchtkwaliteit (CO2) en het relatieve vochtgehalte (RH). Het systeem meet in diverse ruimtes, dus direct bij de bron. De CO2-sensor in de woonkamer en de RHsensor in de badkamer communiceren draadloos met de IQ-unit via Z-wave-protocol. De IQ-unit stuurt de centrale mechanische afvoerbox met gelijkstroomventilator (0-10V) aan, die de vervuilde en vochtige lucht afvoert. De verse lucht wordt rechtstreeks van buiten in elke verblijfsruimte toegevoerd via zelfregelende ventilatieroosters in de gevel. Dit zorgt voor een gezond en comfortabel binnenklimaat met een EPC-winst tot 0,21.

0,21

Cwinst

De componenten van het Duco Comfort System worden ingekocht via de standaard in- en verkoopkanalen. Er kunnen extra CO2- en/of RH-sensoren voorzien worden. Alle componenten zijn snel en eenvoudig te installeren, gebruiksvriendelijk en onderhoudsarm. De belangrijkste voordelen op een rij: • Plug & Play: ideaal systeem voor renovatie en nieuwbouw. • Vraaggestuurde luchtafvoer op basis van CO2 en RH. • Meet in diverse ruimtes, dus direct bij de bron. • Draadloze communicatie via Z-wave-protocol. • Zelfregelende toevoerroosters garanderen optimaal comfort.

Duco Ventilation & Sun Control Tel.: 00 32 58 33 00 33 Fax: 00 32 58 33 00 44 E-mail: info@duco.eu Internet: www.duco.eu

Natural Comfort Inside Een gecontroleerde, natuurlijke toevoer van verse lucht via de gevel, gecombineerd met een centrale, mechanische afvoer van vervuilde lucht en vocht via de ‘natte’ ruimtes, oftewel ventileren volgens Systeem C zoals beschreven in de NEN1087: dat is Duco’s formule. Duco biedt een uitgebreid scala van natuurlijke ventilatiesystemen, van basisversie tot high-end systeem. Ze staan garant voor de gezondheid en het comfort van de bewoners en de gezondheid van de woning. De systemen zijn mooi vormgegeven en bijzonder gebruiksvriendelijk. Ze vergen een minimum aan onderhoud en nemen weinig ruimte in. Duco ventilatiesystemen leveren een forse EPC-winst op. Voor elk systeem is een gelijkwaardigheidsverklaring door Cauberg-Huygen afgegeven.


innovatie

Intergas Verwarming B.V.

16

Intergas Kombi Kompakt HR(E)-combiketels Zonder uitzondering milieuvriendelijk Kenmerkend voor de Intergas Kombi Kompakt HR(E)-combiketels is dat ze zonder uitzondering energiezuinig en milieuvriendelijk zijn, of de keuze nu valt op de Kombi Kompakt HRE 24/18 (CW3), de Kombi Kompakt HRE 28/24 (CW4) of de Kombi Kompakt HRE 36/30 (CW5).

De unieke dubbel HR-techniek van de Intergas Kombi Kompakt HRE-combiketels zorgt voor de hoogste jaartaprendementen in ieder CW-klasse. Hierdoor wordt een grote kostenbesparing gerealiseerd bij de nieuwbouw van woningen. Met de Intergas Kombi Kompakt HRE-ketels kan in de EPN-berekening, naast de besparing met de allerhoogste HR-classificatie klasse 107 voor verwarming, ook voor het tapwater en op cv-hulpenergie met een aanzienlijke besparing gerekend worden. De Intergas Kombi Kompakt maakt het hierdoor veel eenvoudiger om te voldoen aan de steeds strengere eisen van de Energie Prestatie Norm bij het bouwen van een woning. Door het hoge jaartaprendement en de winst op cv-hulpenergie kan een verlaging van de EPC met maximaal 0,19 worden gerealiseerd en kunnen kostbare (bouwkundige) voorzieningen achterwege worden gelaten.

EPN en EPBD Naast de EPN (Energie Prestatie Norm) voor de nieuwbouw is in januari de EPBD (Energy Performance Building Directive) van kracht geworden voor de bestaande bouw. Zowel in nieuwbouw als in bestaande bouw levert het inzetten van een Intergas Kombi Kompakt HRE-ketel veel winst op door de hoge energiebesparing. Dit verhoogt de verkoopwaarde van de woning.

Jaartaprendement zwart op wit

Voorsprong in techniek Het geheim van de dubbel HR-techniek schuilt in de unieke, gepatenteerde twee-in-één warmtewisselaar, waarin zowel het cv- als het warmwatercircuit is geïntegreerd. Dit zorgt voor minimalisatie van warmteverlies en een optimale warmteoverdracht. Het cv-water en het koude tapwater stromen rechtstreeks door de warmtewisselaar, zodat rookgassen maximaal afkoelen en de condensatiewarmte optimaal wordt benut. Naast de winst op warm tapwater, die kan oplopen tot maar liefst 0,15, wordt door de toepassing van een geschakelde voeding nog eens 0,04 EPC-punt winst behaald. Tezamen kunnen de besparingen, afhankelijk van het type woning en de bruto warmtebehoefte, oplopen tot maar liefst 0,19 EPC-punt. De Intergas Kombi Kompakt HRE ketels bereiken het hoogste tapwaterrendement in de bruto warmtebehoefte voor tapwater bij 9.000 MJ/jaar. De meeste woningen in Nederland bevinden zich in deze klasse. Hierdoor levert de toepassing van een Intergas HRE-ketel in veel praktijksituaties een maximale besparing op. Met een gelijkwaardigheidsverklaring van Kiwa Gastec Certification wordt de hoogte van het jaargebruiksrendement op tapwater aangetoond. Het rendement kan bij de berekening van de Energie Prestatie Coëfficiënt met stappen van 0,025 (2,5%) worden ingevoerd. De verlaging op cv-hulpenergie is in een gelijkwaardigheidsverklaring van TNO vastgelegd. Het hoge jaartaprendement kan rechtstreeks in de EPN-berekening worden ingevoerd. Om het voordeel te berekenen van het lage elektriciteitsverbruik is een gratis herberekeningsprogramma beschikbaar. Het herberekeningsprogramma en de bijhorende gelijkwaardigheidsverklaringen zijn gratis te downloaden op www.intergaszakelijk.nl. Kortom: Intergas Kombi Kompakt HRE-ketels voor energievriendelijk en milieubewust bouwen. Intergas Verwarming B.V. Postbus 6 7740 AA Coevorden Tel.: (0524) 51 23 45 E-mail: info@intergasverwarming.nl Internet: www.intergaszakelijk.nl


innovatie

Kreunen Kunststoffen B.V.

17

Productverbetering van Kreunen Kunststoffen De DTS ® ReFlex II renovatiedorpel De DTS® ReFlex II renovatiedorpels worden toegepast waar de onderdorpel van het houten kozijn verrot of dermate beschadigd is dat deze vervangen dient te worden. Het gehele kozijn hoeft daarbij niet vervangen te worden. Tevens kan men de bestaande woning een upgrade geven door middel van het zogenaamde ‘opplussen’. Hierbij wordt de woning geschikt en toegankelijk gemaakt voor minder valide mensen. De dorpel wordt dan verlaagd. Met relatief lage investeringen kan men daardoor langer in een woning blijven wonen. De DTS® ReFlex II is de tweede generatie renovatiedorpel die Kreunen Kunststoffen B.V. sinds kort op de markt brengt. In de koppeling tussen neut en kozijnstijl is een verbetering aangebracht, waardoor de dorpel niet alleen nog eenvoudiger te monteren is, maar ook aanzienlijk beter en sterker. Met de DTS® ReFlex II renovatiedorpel is nagenoeg elk dorpelprofiel mogelijk. Wel wordt geadviseerd voor de doorsnede van de dorpel te kiezen voor de standaard DTS® BU, -BUV, -BI of -BIV dorpels. Dat biedt de zekerheid van de kortste levertijd en de hoogste wind- en waterdichtheid. Afwijkende profielvormen, bijvoorbeeld de standaard KVT details, zijn natuurlijk ook mogelijk.

Koppelsysteem Door middel van het nieuw ontwikkelde DTS® RenoFix koppelsysteem worden de DTS® ReFlex II dorpels met de neuten aan de bestaande kozijnstijlen gemonteerd. De neuten worden klantgericht geproduceerd met dezelfde profilering als de bestaande stijlen van het kozijn. De profilering dient dan ook aangegeven te worden bij de bestelling. Om de neut goed op de kozijnstijlen te laten aansluiten, moeten de kozijnstijlen goed vlak en haaks worden afgezaagd. Kreunen Kunststoffen B.V. heeft daarvoor het zogenaamde zaagmaatje ontwikkeld. De neuthoogte kan in principe in elke hoogte geproduceerd worden. De meegeleverde DTS® dichtingsslabbe, met een

ongecomprimeerde dikte van 2 mm, zorgt voor een waterdichte afsluiting van het kopse kozijnhout en voorkomt capillaire werking, mits goed aangeknepen tot ongeveer 1 mm dikte. De RenoFix koppeling is een uitgekiend knelsysteem dat de verbinding op spanning brengt en door het aanknellen van de dichting de kopse kant van de houtenstijl extra goed beschermt. Wel zal de kopse kant extra beschermd moeten worden met de normaal voor de bescherming van kops hout toegepaste middelen. De ReFlex II neuten worden fabrieksmatig voorzien van een speciale sleuf in de bovenkant. De vorm van de sleuf is afgestemd op de RenoFix koppeling. De sleuf loopt door het hart van de neut, gemeten tussen de sponningen. Alle verbindingsmiddelen en glaslatten worden meegeleverd.

geproduceerd uit Hollodeen® (PE) en daarom is het belangrijk speciale aandacht te geven aan de toegepaste beglazingskit. Daarom brengt Kreunen Kunststoffen B.V. nu een beglazingskit op de markt onder de naam DTS® GLAS. Hiermee kan een goede hechting worden verkregen. De kit is tevens universeel toepasbaar voor alle overige beglazingswerk en voegafdichtingen. DTS® GLAS is een kit op basis van hybride polymeer. Bij toepassing van DTS® dorpels bij bijvoorbeeld galerijen adviseert Kreunen Kunststoffen B.V. het gebruik van de lijmende DTS® LIJM. Hiermee zijn duurzame waterdichte galerijaansluitingen mogelijk.

Beglazingskit en lijmende kit Een groot voordeel van de DTS® ReFlex II renovatiedorpel is dat men – net als bij de DTS® onderdorpels voor nieuwe kozijnen – rechtstreeks op de dorpel kan beglazen. DTS® dorpels worden

Kreunen Kunststoffen B.V. Tel.: (0573) 438410 Email: info@dts-dorpels.nl Internet: www.dts-dorpels.nl


innovatie

Merford Noise Control

18

Merford biedt geluidsgarantie bij bestrijden overlast Turn-key geluidsoplossingen voor de energiesector WKK’s, turbines, transformatoren en gascompressoren – allemaal machines die te veel geluid produceren. Vanuit de wetgeving worden strenge eisen gesteld aan deze geluidsoverlast. Merford richt zich al meer dan 30 jaar op de energiesector. Op basis van ervaring en akoestische kennis biedt Merford voor nagenoeg alle geluidsproblemen een turn-key oplossing met geluidsgarantie. Ieder bedrijf heeft een milieuvergunning waarbinnen men moet voldoen aan de geluidseisen. In de wet zijn nauwkeurig de grenswaarden per gebied en tijdstip beschreven. Om te voldoen aan deze grenswaarden moeten er hoe dan ook akoestische maatregelen worden getroffen. Bij voorkeur wordt daarom in de ontwerpfase al aandacht besteed aan het geluid van de installatie. Een belangrijk aandachtsgebied is de omgeving van de installatie: staat de installatie binnen of buiten en/of is er sprake van reflectie? Door reflectie van het geluid tegen andere gebouwen of muren kan het geluidsniveau namelijk met circa 6 dB(A) toenemen!

Akoestische maatregelen Om te bepalen welke akoestische maatregelen noodzakelijk zijn, wordt van iedere machine het totale geluidsvermogen bepaald. In combinatie met de omgevingsanalyse wordt met deze gegevens een akoestische berekening uitgevoerd om de geluidsafstraling naar de omgeving te voorspellen. Naast een akoestische berekening vindt ook een brandveiligheidsonderzoek en een berekening voor de ventilatie plaats. Zo wordt onder andere berekend welke luchthoeveelheden nodig zijn om de motor te koelen en te voorzien van de nodige verbrandingslucht.

Maatwerk Op basis van deze akoestische berekening wordt vervolgens een definitief pakket aan maatregelen opgesteld. Oplossingen bestaan veelal uit een combinatie van een omkasting of afschermwand, stille ventilatie-units, (coulissen)dempers, geluidsisolerende deuren en trillingsisolatie. Iedere oplossing is uniek en 100% maatwerk. In overleg met de klant wordt een oplossing bedacht die voldoet aan de geluidseisen, maar ook aan alle praktische eisen van de klant; een machine moet immers ook toegankelijk blijven voor bediening en onderhoud.

Merford Noise Control Cees Bassa Tel.: (0183) 64 38 88 E-mail: cees.bassa@merford.nl Internet: www.merford.nl

Turn-key oplossingen Merford levert complete oplossingen: van ontwerp tot montage doet Merford er alles aan om de klant te ontzorgen. Niet alleen wordt een project van begin tot eind uitgevoerd; tevens wordt rekening gehouden met alle praktische eisen (just-in-time levering, minimale stilstand, enz.). De klant hoeft zich nooit zorgen te maken over het eindresultaat. Merford biedt standaard een geluidsgarantie, zodat de klant zeker weet dat aan de eisen vanuit de wetgeving wordt voldaan.


innovatie

Rockwool Benelux B.V.

19

Rockwool Fastfixx isoleert hellende daken én werkt ze af Duurzaam wooncomfort begint bij een goed geïsoleerd dak Door een niet of slecht geïsoleerde dakconstructie stroomt warmte relatief snel naar buiten – warmte stijgt namelijk op – en komt kou relatief snel naar binnen. Het is dan ook niet voor niets dat de naisolatie van daken een van de meest voorkomende en meest renderende renovatieklussen is. Het goed na-isoleren van een dak betekent een aanzienlijke en duurzame besparing op de energiekosten. Er hoeft minder te worden gestookt om een aangename temperatuur te bereiken en te handhaven. Dat kan per jaar aanzienlijk op de aardgasrekening schelen. Daarnaast is een goed geïsoleerd dak een belangrijke voorwaarde voor het verminderen van geluidshinder van buiten. De geluidsproductie van bijvoorbeeld auto-, trein- en vliegverkeer is de laatste tientallen jaren sterk toegenomen, waardoor het dempen van buitengeluid naar de binnenwoonomgeving zeer sterk aan belang gewonnen heeft.

Isoleren en afwerken in 1 Snel en eenvoudig, hoogwaardige en afgewerkte isolatie monteren zonder regelwerk: dát is het kenmerk van Rockwool Fastfixx. Een uniek systeem dat wordt toegepast bij het renoveren en/of (na)isoleren van hellende daken. Fastfixx wordt door middel van verlijming bevestigd. Het na-isoleren van een hellend dak bestaat over het algemeen uit verschillende processen. Eerst wordt de isolatie aangebracht, waarna het geheel vervolgens netjes afgewerkt dient te worden. Rockwool heeft een nieuw uniek systeem ontwikkeld dat isoleren en afwerken combineert: het Fastfixx Hellend Dak Isolatiesysteem. In enkele stappen wordt snel en eenvoudig een volledig afgewerkt systeem gemonteerd. Daarbij zijn de volledig afgewerkte Fastfixxisolatieplaten in een gemakkelijk te hanteren kartonnen doos verpakt.

speciale, elastische lijm voor het verlijmen en kitten van het Fastfixx Hellend Dak Isolatiesysteem. En tenslotte zijn er T-afwerkprofielen (te plaatsen tussen de platen ter voorkoming van naden) en L-profielen (optioneel) voor de hoekafwerking. Rockwool Fastfixx heeft legio voordelen: het is een volledig afgewerkt systeem, snel en eenvoudig te monteren zonder regelwerk. Fastfixx is hoogwaardig isolerend, brandveilig en brandwerend, geluidwerend, dampremmend en toepasbaar in nieuwbouw en renovatie. Uitgebreide informatie over het Rockwool Fastfixx Hellend Dak Systeem is te vinden op de website www.fastfixx.nl.

Rockwool Benelux B.V. Postbus 1160 6040 KD Roermond Tel.: (0475) 35 35 77 Fax: (0475) 35 36 66 E-mail: info@rockwool.nl Internet: www.rockwool.nl

Componenten Fastfixx bestaat uit de volgende componenten. De Fastfixx isolatieplaat is een harde, brandveilige, geluidwerende en thermisch isolerende steenwolplaat met geïntegreerde dampremmer en een afgewerkte zichtzijde. Fastfixx-lijm is

Eenvoudige verwerkingsstappen 1. Snijd de Fastfixx plaat indien nodig op maat met een (isolatie)mes. 2. Breng 4 rillen Fastfixx-lijm horizontaal aan volgens de meegeleverde verwerkingsrichtlijnen. 3. Plaats de plaat tussen de gordingen. Druk deze aan tegen het dakbeschot. 4. Breng Fastfixx-lijm aan tussen de platen en bevestig het T-profiel. 5. Kit de platen aan de randen rondom vervolgens dampdicht af.


innovatie

J.E. StorkAir

20

J.E. StorkAir biedt helpende hand bij waarmaken energieambitie: Renoveren doe je niet alleen! Diverse partijen – waaronder woningcorporaties en adviseurs – staan voor een grote uitdaging om de bestaande woningvoorraad energiezuiniger te maken. Bij een renovatie komt veel kijken. Verschillende bouwkundige en installatietechnische aspecten vragen een brede en diepgaande vakspecialisatie om een renovatieproces tot een goed einde te brengen. Zo’n complexe taak, dat doe je niet alleen. J.E. StorkAir heeft daarom de Renovatiecoach in het leven geroepen.

Diverse binnenmilieuoplossingen Het team Renovatiecoaches van J.E. StorkAir / Zehnder Nederland is specialist op het gebied van ventilatie, verwarming en verscheidene duurzame technieken die het binnenmilieu regelen. De renovatiecoach heeft diverse pakketten samengesteld, zodat in één oogopslag te zien is welke oplossing het meest geschikt is voor een renovatieproject. Zo zijn er basispakketten, bestaande uit A-merkproducten, waarmee een woning zonder veel moeite een labelverbetering krijgt. Met de extra pakketten wordt huurders net dat beetje extra duurzaamheid en comfort geboden. Voor meer duurzame ambities zijn de duurzame pakketten ontwikkeld waarmee woningen zelfs tot passiefhuis-niveau kunnen worden gebracht. Elk pakket is visueel gemaakt in een voorbeeldwoning op de website van J.E. StorkAir (www.jestorkair.nl).

De Renovatiecoach • kent de wet- en regelgeving zoals de EPBD en energielabeling; • weet alles over ventilatiesystemen, radiatoren en duurzame oplossingen zoals warmtepompen; • rekent aan energielabel en terugverdientijden; • geeft uitleg aan bewoners over het binnenmilieu en de installatietechnische aanpassingen aan de woning; • is op de hoogte van geldende subsidieregelingen. Zelf een pakket samenstellen? De opdrachtgever kan samen met de renovatiecoach zelf een pakket samenstellen. De renovatiecoach is te bereiken via de renovatielijn: (038) 429 62 80.

J.E. StorkAir Lingenstraat 2 8028 PM Zwolle Postbus 621 8000 AP Zwolle Tel.: (038) 429 69 11 Fax: (038) 429 67 10 E-mail: info@jestorkair.nl Internet: www.jestorkair.nl


innovatie

Tremco illbruck B.V.

21

De afdichtingsproducten van Tremco illbruck: luchtdicht bouwen volgens het nieuwe Bouwbesluit Duurzaam bouwen, PassiefHuis, Nulwoningen en klimaatneutraal zijn momenteel niet alleen hippe woorden, maar zelfs een hype – uiteraard zonder negatieve bedoeling. Met het toepassen van de luchtdicht-bouwenprincipes besparen we al enorm veel energie. Uiteraard zijn de afdichtingsproducten van Tremco illbruck ondersteunend om een PassiefHuis, Nulwoning of klimaatneutrale woning en/of gebouw te realiseren. Het is goed om te weten dat veel toeleverende industrieën aan de bouw zich focussen op energiebesparende maatregelen. Tremco illbruck staat hier volledig achter. Hierbij valt te denken aan installaties voor het verwarmen, warm tapwater, koelen en ventilatie en hoe dit zo energiezuinig mogelijk kan. Waar het echter allemaal mee begint, is de schil van een gebouw. Als de principes van de bouwfysica niet in het ontwerp en uitvoering worden meegenomen, is het simpelweg niet mogelijk om een energiezuinig gebouw te krijgen. Deze basisprincipes zijn warmte, vocht, ventilatie en geluid. Luchtdicht bouwen is dus de basis van ieder gebouw. Luchtdichte aansluitingen in een gebouw voorkomen tocht- en vochtproblemen en een overmatig warmteverlies. Tremco illbrucks interpretatie is dat bij een correct ontwerp en een juiste uitvoering alle energiebesparende maatregelen alleen maar beter presteren en dus nog minder energie verbruiken en minder CO2 uitstoten – en het voor de gebruiker goedkoper wordt.

De oplossing

En nu?

Vaak wordt tijdens de uitvoeringsfase pas stilgestaan bij de keuze van afdichtingsproducten, die meestal onvoldoende luchtdicht zijn of simpelweg niet voldoen in de gegeven situatie. Op de vraag waarom men deze producten toepast, volgt steevast het antwoord: “Zo doen we het al jaren.” Tremco illbruck biedt de oplossing. Met zijn technische adviezen beoordeelt het bedrijf in eerste instantie de specifieke situatie. Met wat voor gevelconstructie hebben we te maken? Hoe ligt het dauwpunt? Om vervolgens pas te bepalen waar de luchtdichtheid gepositioneerd dient te worden. Alleen dan kunnen we het juiste product of systeem beschrijven. Dit alles wordt middels detailtekeningen aan de opdrachtgever overhandigd, waardoor een verwerker geen dikke rapporten dient door te worstelen maar in één oogopslag kan zien wat de bedoeling is. Indien de verwerker getraind moet worden is ook dit geen probleem. Tremco illbruck geeft door het hele land praktijktrainingen, toolboxmeetingen en conceptpresentaties.

Tremco illbruck adviseert om oude gewoontes los te laten. Door de snelle ontwikkelingen en veranderingen in bouwproces en -materialen, is de markt voor afdichtingsproducten dienovereenkomstig in beweging. Tremco illbruck kan de opdrachtgever voorzien van de technische adviezen, begeleiding en service. Naast de lancering van innovatieve producten beschikt het bedrijf over een kostenloze online service voor het vaststellen van product- en systeemkeuzes en bestekteksten. Ten slotte is het een aanrader om de komende maanden de website van Tremco illbruck in de gaten te houden om meer te weten te komen over het principe van luchtdicht bouwen, en over het snel en eenvoudig zelf maken van de technische adviezen voor luchtdicht bouwen en afdichtingen in het algemeen.

Tremco illbruck B.V. Vlietskade 1032, 4241 WC Arkel Tel.: (0183) 568019 Fax: (0183) 568010 E-mail: info-nl@tremco-illbruck.com Internet: www.tremco-illbruck.nl


innovatie

Amsterdam RAI

22

Drieluik BouwRAI, Urban Design en Gebouwtechniek Amsterdam RAI presenteert volgend jaar een nieuw totaalevenement voor bouwend Nederland. In 2010 vormen de bestaande vakbeurzen BouwRAI en Urban Design én het nieuwe evenement Gebouwtechniek gezamenlijk Building Holland 2010 – hét totaalevenement voor woningbouw, utiliteitsbouw en openbare ruimte. De nadruk ligt op de ontwerpfase; het moment dat keuzes worden gemaakt op het gebied van concepten en materialen. De combinatie van de drie vakbeurzen is aantrekkelijk voor opdrachtgevers, architecten, adviseurs, bouwers en eindgebruikers. Zij raken voortaan in één beursbezoek volledig op de hoogte van alle ontwikkelingen rond de gebouwde omgeving. Alle deelevenementen worden onderbouwd met een uitgebreid inhoudelijk programma van congressen, seminars, themapleinen en een eigen thematiek die inspeelt op de vraagstukken in het betreffende segment van de bouwkolom. Het overkoepelende thema van Building Holland 2010 is ‘Duurzaamheid en energie’. Building Holland 2010 wordt van 13 tot en met 15 april gehouden in Amsterdam RAI.

De gebouwde omgeving - complex en dynamisch De ontwikkeling van de gebouwde omgeving in Nederland is een bijzonder complex proces waarbij veel verschillende partijen betrokken zijn. Het ontwerpproces is bepalend bij de keuze voor bouwconcepten en -materialen. BouwRAI is het enige vakevenement dat zich volledig richt op dit vakgebied. Opdrachtgevers, bouwers, adviseurs, installateurs en productleveranciers zijn veel eerder bij de besluitvorming betrokken. Zaken als duurzaamheid, energieefficiency, integraal ontwerpen en bouwen, de inzet van mensen en middelen en de beheersing van faalkosten zijn belangrijke aandachtsgebieden. De nieuwste ontwikkelingen en innovaties bieden uitkomst. BouwRAI is hét platform voor oriëntatie en marketing. BouwRAI was tot nu toe uitsluitend

gericht op woningbouw. De markt vraagt echter om verbreding en verdieping. Projectontwikkelaars houden zich tegenwoordig bezig met integrale projecten waarin woning-, utiliteitsbouw én openbare ruimte samenkomen. BouwRAI speelt in op deze ontwikkeling door in 2010 de horizon te verbreden met architectuur, concepten en materialen voor zowel woning- als utiliteitsbouw.

Focus in 2010 op groeigebieden met actuele thema’s BouwRAI is een vakevenement dat zich richt op de inhoud. Er is dan ook een uitgebreid programma congressen, seminars, workshops en themapleinen over vraagstukken die centraal staan in het ontwikkelen van de gebouwde omgeving in Nederland. • Integraal ontwerpen en bouwen • Focus op scholen, zorginstellingen en openbare gebouwen • Duurzaamheid en energiebeheer • Onderhoud, renovatie en herbestemming • Kostenbeheersing

Openbare ruimte - multidisciplinair vakgebied De toegevoegde waarde van goed functionerende openbare of publieke ruimte wordt steeds breder erkend. Openbare ruimte heeft economische waarde vanwege de invloed op de prijs van het omliggende vastgoed. Inrichting en beheer van openbare ruimte is een complexe opdracht. Integraal ontwerpen, waarbij bebouwing en openbare ruimte als één project worden beschouwd, biedt mogelijkheden tot het optimaal benutten van een locatie: een complexe samenwerking tussen bestuur, beleid, verschillende ontwerpdisciplines en beheer. Het vakevenement Urban Design brengt alle aspecten van inrichting en beheer van openbare ruimte samen en vormt zo een optimaal platform voor alle professionals die erbij betrokken zijn.


innovatie

Amsterdam RAI

23

Building Holland 2010: nieuw totaalevenement voor bouwend Nederland

Programma over actuele vraagstukken Naast het vakevenement is er een uitgebreid programma congressen, seminars, workshops en themapleinen over de meest actuele vraagstukken en visies op openbare ruimte én de relatie met de gebouwde omgeving in Nederland. In samenwerking met deskundige organisaties worden accenten gelegd op de thema’s: • integraal ontwerpen • Young Urban: over jeugd en openbare ruimte • groen en de stad • stadsinrichting en mobiliteit

Het nieuwe platform voor innovaties in gebouwsystemen en –installaties De technische infrastructuur van gebouwen is van grote betekenis voor de ontwikkelingen in de bouwsector. Met name in utiliteitsgebouwen wordt veelvuldig gebruik gemaakt van geavanceerde technieken op het gebied van energie, ICT, klimaatbeheersing en beveiliging. Gebouwtechnische systemen en installaties nemen een zeer groot deel van de investering in beslag – soms tot meer dan 60% van de totale bouwkosten! Bovendien zijn verlichting en klimaatbeheersing verantwoordelijk voor ongeveer 40% van het totale energieverbruik in de EU. Tijdens Building Holland 2010 vindt voor het eerst het vakevenement Gebouwtechniek 2010 plaats. De koppeling van vakinhoudelijke bijeenkomsten en product- en bedrijfspresentaties op de beursvloer vormt het uitgangspunt voor dit nieuwe concept.

Doelstellingen Gebouwtechniek • Hét platform voor ‘state of the art’ gebouwtechniek en -installaties. • Unieke combinatie van product- en bedrijfspresentaties en een hoogwaardig inhoudelijk programma dat is afgestemd op de informatiebehoefte van de bezoekersdoelgroepen • Een laagdrempelig concept waardoor bedrijven en instellingen eenvoudig en compleet kunnen deelnemen

Vier actuele thema’s: • groen • energieneutraal • integraal • veilig

In samenwerking met de deelnemende partijen worden de volgende onderwerpen nader ingevuld: • nieuwe kansen met BREEAM? • energieneutraal (ver)bouwen • herontwikkeling kantoren en bedrijventerreinen • integrale aanpak gebouwbeheer en beveiliging • duurzaam en rendabel renoveren • renovatievraagstuk onderwijsgebouwen • omgaan met integrale contractvormen • het Groene Ziekenhuis • effecten van krimp

Synergie Robert Johnson, domein manager sector Bouw en Overheid van Amsterdam RAI: “Uit de positieve reacties vanuit de markt kunnen wij concluderen dat de synergie van de drieluik BouwRAI, Urban Design en Gebouwtechniek onder de paraplu van Building Holland een schot in de roos is. Nederland heeft nu een vakevenement dat volledig gericht is op alle segmenten in de ontwerpfase in de bouw. Dit is waar de beslissingen gemaakt worden voor ontwerpen, concepten en materialen. Building Holland is het grootste vakevenement voor de bouw in 2010.”

Praktische informatie Building Holland 2010 is van dinsdag 13 tot en met donderdag 15 april dagelijks geopend van 10.00 tot 18.00 uur. Bij voorregistratie via de website www.building holland.nl (vanaf februari 2010) is de toegang gratis.

Building Holland treinretour voor € 7,50. Bezoekers aan Building Holland die met de auto naar Amsterdam RAI reizen, weten hoe druk de wegen rondom de RAI kunnen zijn. Om dit fileleed aan te pakken, komt Building Holland met een unieke aanbieding. Voor slechts € 7,50 reizen Building Hollandbezoekers met een NS-dagretour 2e klas vanaf elk NS-station in Nederland met de trein naar Amsterdam RAI. Het bestellen van dit treinretour verloopt via de voorregistratie. Meer informatie over het evenement is te vinden op www.buildingholland.nl.


BOU CONCEPTUEEL WEN DE WEG NAAR EEN VRAAGGERICHTE INNOVATIEVE BOUWSECTOR

B W OU EN

N WEEN BO UW CONCEPTUEEL BOU

BESTEL NU! EN VERANDER DE BOUW IN EEN INNOVATIEVE SECTOR

EE

L

De traditionele wijze van projectontwikkeling, bouwen en beheren blijkt in de

EP

TU

praktijk tal van knelpunten te kennen. De belangrijkste zijn de lange doorlooptijd,

CO

NC

de hoge prijs, de onzekerheid en de rompslomp. DE WEG NAAR E EEN VRAAGGERICHT ECTOR INNOVATIEVEBOUWS

In het boek Conceptueel Bouwen wordt een heel nieuwe werkwijze belicht, die een oplossing kan bieden voor bovenstaande problemen. Conceptueel bouwen is een nieuwe aanbodstrategie voor partijen in de gebouwde omgeving. Het is het

PIETER HUIJBREGTS

realiseren van gebieden, bouwwerken of bouwdelen vanuit projectoverschrijdende concepten. Voor vernieuwers in de bouw is dit boek zowel een bron van inspiratie

PIETER HUIJBREGTS

als een hulpmiddel in het ontwikkelproces van concepten.

30-09-2009 15:20:38

Titel: Conceptueel Bouwen

Kijk voor meer informatie op www.aeneas.nl of bestel direct via onderstaande bon.

Auteur: Pieter Huijbregts Verschijningsdatum: 26 november 2009 ISBN: 978-90-75365-98-6 Taal: Nederlands Omvang: 206 pagina’s Verkoopprijs: € 59,00

Conceptueel Bouwen bestellen ∙ Hierbij bestel ik ___ exemplaren van het boek Conceptueel Bouwen à € 59,- per exemplaar. Bedrijf Naam Voorletters

Tussenvoegsel

Adres Postcode Plaats Telefoon E-mail Stuur deze bon per fax retour naar: 0411 – 650080. Bestellen kan ook op www.aeneas.nl.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.