Onafhankelijk vakblad voor de agf-handel
38ste jaargang 7/8 - 2024
In dit nummer : Aardappelen Sorteertechniek
Onafhankelijk vakblad voor de agf-handel
38ste jaargang 7/8 - 2024
In dit nummer : Aardappelen Sorteertechniek
Installatie leverbaar voor verschillende producten en snijmaten met een capaciteit tot 70 t/hr.
Additieven vloeistofniveau in de Dip-band instelbaar. Overtollig additief wordt door middel van bovengelegen luchtmessen afgeblazen. De RVS bandmat wordt continu tijdens proces gereinigd door middel van het automatische bandwas CIP-systeem.
Werknemers huisvesten op uw eigen erf of (bedrijfs)locatie?
U wilt uw seizoensmedewerkers een jn thuis bieden wanneer ze in Nederland zijn. Waarom niet op uw eigen erf? HomeFlex biedt hiervoor de mogelijkheid en ontzorgt volledig. Samen brengen we de wensen in kaart en kijken we welke mogelijkheden er zijn. Vervolgens gaat HomeFlex aan de slag, van pril plan tot overhandiging van de sleutels aan uw medewerkers. Zij voelen zich thuis én gewaardeerd in de comfortabele, duurzame en compleet gemeubileerde woningen.
Ook na realisatie heeft u geen omkijken naar hun huisvesting. HomeFlex verhuurt en beheert de woningen, inclusief regelmatige inspectie en alerte storingsservice. Heeft u de woningen tijdelijk niet nodig? HomeFlex verhuurt ze aan andere ondernemers die enkele weken of maanden woonruimte zoeken voor hun buitenlandse exwerkers. Werken met HomeFlex is win-win voor werkgever en werknemer. Ontdekken wat we voor uw agrarische bedrijf kunnen betekenen? Bel Willem Weggeman via 06 51049619 of mail naar willem@home ex.nl.
Lees het interview met HomeFlex en Bio Brass elders in dit magazine.
In Zeewolde hebben we in 2023 een locatie voor 64 werknemers opgeleverd op het terrein van Bio Brass
Gerjan Snippe, eigenaar Bio Brass: ‘We willen onze medewerkers een echt thuisgevoel geven.’
Flexibele personeelshuisvesting in compleet ingerichte woningen
Uitstekende beheerservice o.a. 2-wekelijkse inspecties en 24/7 bereikbaarheid
112 Onzekerheid troef bij het verpakken van AGF
112 “ We moeten flexibel en voorbereid zijn”
JASA
114 “ We gaan richting hergebruik van materialen”
Sarco Packaging & Equipment
116 “Exclusief aardappelras Menopper zorgt voor klantenbinding”
Ton Kruythof, Aardappelhandel Kruythof
119 “Iedereen denkt dat deze prijzen het nieuwe normaal zijn”
Leen Meijer, Aardappelhandel Meijer
122 “ Wij zien groei in de aardappelexport naar
Zuid-Europa”
Anton Riezebos, Polder Potato
124 “Het weer zorgt voor onzekerheid en spanning in de aardappelmarkt”
Adrie Kleinjan, Kleinjan’s Aardappelhandel
126 “Pittige prijzen zorgen voor druk op exportmarkt”
Ramon Wagenaar, Wagenaar
Aardappelverwerking
129 Nieuw-Zeeland had grootste aardappeloogst wereldwijd in 2022
130 Klassieke verse aardappel houdt zich staande te midden van oprukkend convenienceschap
136 “De kwaliteit van de Hollandse aardappelen is voor export naar Oost-Europa een pre”
Ab Nieuwkerk, Nieuwkerk Aardappelhandel
138 “Pootgoedmarkt zoekt nieuw evenwicht”
Gerard Backx, Royal HZPC Group
143 Aardappelteelt EU beheerst door 5 landen
144 Plattegrond Aardappeldemodag + Exposanten lijst
“De
marktopportuniteiten in andere werelddelen blijken vaak interessanter dan in Europa”
Evert
Wulfrank, CEO van Fair Fruit
86 “Er is altijd een k lant die bij je past”
Charles van den Heuvel, Van Wamel
88 “Een goede kwaliteitsanalyse biedt meer zekerheid over wat er in de doos komt te zitten”
Pim Hermans, Greefa
90 “Om alle aspecten te beheersen waar een klant op wil sorteren, heb je speciale technieken en AI nodig”
Robert Peters, Aweta
91 “Samen met de klant kunnen we behoorlijk precies uitrekenen wat de terugverdientijd is”
Antoine van Kasteren, Optiserve
94 Nieuwe hyperspectraal sorteermachine voor frites
98 “Na de zomer stellen we een nieuwe optische sorteerder voor de pootgoedmarkt voor”
Harco Christiaens, DT Dijkstra
102 Een compacte machine die alleen op kwaliteit sorteert als antwoord op het arbeidsvraagstuk
106 Geavanceerde sorteertechnologie bekroont de productielijn voor losse tomaten
38ste jaargang • editie 7-8 - 2024
4 “Met de kolven onder de arm naar de grootwinkelbedrijven”
30 jaar Hermans Suikermaïs
11 Egypte blijft ondanks daling van sinaasappelexport naar Zuidoost-Azië, belangrijke speler
12 Rijk Zwaan viert 100-jarig bestaan
20 Op verzoek ook vleestomaat uit herfstteelt deze winter
22 “Met de overname van de rijpingsfaciliteit van Van Damme bevestigen we onze ambitie om een Europese speler te worden”
Pierre Monteux
24 “Groenteboer is het mooiste beroep dat er is, ook al heb ik er geen donder mee verdiend”
Dirk Verheij
26 “Uitdagende teeltomstandigheden zetten aan tot innovatie”
Arjen Bevelander, Tuinderij Bevelander
28 Zuid-Afrikaanse citrusoogst zwaar getroffen door klimaat en noodweer
30 Vernieuwde AGF-afdeling Hoogvliet Zoetermeer: focus op versheid, kwaliteit en klantbeleving
33 Brazilië is ‘s werelds derde grote fruitleverancier
33 Filipijnen keuren CRISPR-bananen goed
34 Peru voorziet Europa, VS en steeds meer Azië van fruit en enkele groenten
44 Balenciaga introduceert sneakers gemaakt van bananenplanten
45 “Als we de keten goed inrichten, is biologisch net zo efficiënt”
Gerjan Snippe, Bio Brass
49 Steeds meer Australiërs eten spruiten
49 Drone verijdelt diefstal van meloenen
50 China heeft grootste mondiale glastuinbouwareaal
52 Europa in potentie een hele grote markt voor Mexicaanse avocado’s, mango’s en papaja’s
Vaste rubrieken
51 AGF-ster: Nicole Visbeen, DLG Logistics
79 Nevenactiviteit: Piet Roos
81 Wie werkt waar sinds augustus 2024?
85 Column: Jeroen van der Weerd
110 Hobby van: John Vos, Gebrs van Aarle
55 Ruim aanbod plantuien tegen concurrerende prijs biedt exportperspectief
56 “Groot potentieel voor vollegronds waterkers”
Kwekerij De Klispoel
59 Aandeel citrus Zuidelijk Halfrond toegenomen
70 Ondanks klimaatproblemen lichte groei Peruaans druivenareaal
71 “Allochtone supermarkten en boerderijwinkels zijn onze belangrijkste groeimarkten”
Loek Smets, P. Smets & Zn.
73 Onderzoek naar rol van fructose bij het wegwerken van katers
73 Btw-verlaging beïnvloedt voedselprijzen in Spanje
74 “Kiwibessen zullen misschien niet de grootte van onze aardbeien bereiken, maar blijken een mooie aanvulling” Coöperatie Hoogstraten blijft inzetten op kiwibes
76 Minder appelen en wat meer peren in Europa
78 Spanje blijft ‘s werelds grootste handelaar in citrus
78 Pakistan wil mango-export verhogen
80 Meloen, watermeloen, mango en papaja in Rio Grande do Norte, Brazilie
81 Snoep verstandig, eet een appel
81 Verbod op gedroogd kokosvlees aan boord van vliegtuigen vanwege kans op spontane ontbranding
82 Haven Rotterdam gaat nieuwe agrofoodterminal bouwen
111 India: Premier Modi prijst export van peulen
111 Baby wortelen verhogen carotenoïden in de huid bij jongvolwassenen
Voor sommigen van jullie ligt de vakantie nog in het verschiet, anderen hebben het al achter de rug. Na een korte zomerstop kunnen we er ook bij Primeur weer tegenaan! In ieder geval hebben de eerste weken van augustus de thuisblijvers mooi weer gebracht en het weer heeft, zoals als altijd, niet alleen invloed op ons humeur, maar ook op de teelt en de markt.
Zoals bijvoorbeeld bij aardappelen. Het natte weer aan het begin van het seizoen heeft de groei behoorlijk in de weg gezeten. Lees er alles over in onze special Aardappelen. Ook in de spotlight: Sorteertechniek. Kan dit een bijdrage zijn aan een antwoord op het arbeidsvraagstuk?
Verder blikt Giel Hermans terug op 30 jaar suikermais, vertelt Evert Wulfrank van Fair Fruit over onder meer snow peas en sugar snaps, de marktopportuniteiten in verschillende werelddelen en het inkomen van telers in Guatemala en is er aandacht voor het 100-jarig bestaan van Rijk Zwaan.
Maar vergeet ook de 91-jarige Dirk Verheij niet, die over zijn lange loopbaan (77 jaar!) als groenteboer vertelt en is er aandacht voor vleestomaten uit de hersftteelt, kiwibessen en de nieuwe agrofoodterminal in de Rotterdamse haven.
Veel leesplezier!
Pieter Boekhout
128 Hoe is het met: Jaap Kodde
148 Dick Pijpers: Ambarella
149 Inventaris: Chris Koopman
150 Apps en gadgets
152 Primeur 25 jaar geleden
jaar Hermans Suikermaïs
Dertig jaar geleden startte Giel Herman als student aan de HAS met de teelt van verse suikermais. Een leraar op school wees hem op de potentie van de maïs, ook gezien de hoge consumptie in de Verenigde Staten. Toen dacht ik: ‘Minder kan het niet worden, ik ga het proberen.’ Zo ben ik als student gestart met de teelt op een halve hectare.”
“Toen ik startte, dacht ik dat ik de allereerste was die suikermaïs teelde in Nederland. Toen ik eenmaal aan het leveren was, bleek dat er meer pioniers waren. Zo ontmoette ik op de AGF-Totaalbeurs Jos de Regt, die in Zeeland volop aan de weg aan het timmeren was. Hij heeft echter vrij snel de afslag naar de diepvriesmaïs genomen, terwijl wij de volle focus hebben gehad op de grillige versmarkt.”
De sleutel tot de snelle groei in de eerste jaren, is volgens Giel de rassenkeuze geweest. “In Nederland waren er wel suikermaïsrassen, maar die zagen er gewoon
niet uit. In de Verenigde Staten waren ze hier al veel verder mee, daar ontmoette ik een zaadleverancier met prachtige rassen met een veel fijnere korrel. Hier in Nederland zaten er twaalf tot veertien korrels om de spil, in de Verenigde staten hadden ze er met achttien tot tweeentwintig. Met die rassen hebben we echt een gigantische voorsprong genomen. De rassen waren van veel betere kwaliteit dan we in Europa gewend waren.”
GEHEIM VAN DE SMID
“Groot voordeel was dat in die jaren internet nog nauwelijks haar intrede had gedaan, dus niemand kon die rassen vin-
den. Ik denk dat we hierdoor wel twintig jaar een voorsprong hebben opgebouwd met onze rassen. Die voorsprong verviel toen de veredelaar werd overgenomen door een Europese firma. Maar met een goed ras alleen ben je er niet. De kunst zit ’m in goede opvolgende rassen die naadloos op elkaar aansluiten onder verschillende weersomstandigheden. De kunst is om die rassen bij elkaar te zoeken. En daar ben ik wel goed in, al zeg ik het zelf. Hoe ik dat doe is het geheim van de smid, maar er komen heel wat proeven bij kijken. Want voor je een goed ras hebt, ben je al snel een paar jaar verder.”
Met de marketinglessen en het internationale karakter van zijn studie in zijn achterhoofd had Giel al snel het plan opgevat om alles wat hij produceert zelf te verkopen. “Bij de opstart ben ik nog lid geweest van de veiling, maar dan kon je het product voor de klok zetten en was je vervolgens aan de goden overgeleverd. Daar had ik geen zin in, ik geloofde niet zo in
dat veilingmodel. Grootwinkelbedrijven wilden steeds meer rechtstreeks met de telers doen, dus daar zag ik kansen. Zo ging ik met de kolven onder de arm naar de grootwinkelbedrijven toe en dat was vrij snel raak.”
Onder meer Albert Heijn was snel geïnteresseerd. De retailer voerde al Franse suikermaïs en ging graag met een Nederlandse teler in zee. “Inkoper Gé Happe van Albert Heijn kan eigenlijk gezien worden als de ‘godfather’ van de maïs in Nederland. Hij is degene die de suikermaïs in Nederland heeft geïntroduceerd. Die inspanningen zie je tot op de dag van vandaag terug. Mensen weten gewoon dat er jaarrond goede maïs bij de Appie te krijgen is. Via Cor Noordijk van Bakker Barendrecht kreeg ik de kans om de Nederlandse maïs te leveren, ik ben hem er nog altijd dankbaar voor dat ik als jong mannetje die kans kreeg.”
Wel krijgt Giel een boodschap van de inkopers mee. Ze wilden de suikermaïs jaarrond kunnen voeren. Daarvoor reist Giel in de beginjaren wat af en via contacten met telers in Frankrijk, Spanje, Marokko en de Verenigde Staten krijgt hij binnen enkele jaren de jaarrond levering voor elkaar. “In mijn studietijd had ik al veel contacten opgedaan en die kwamen toen goed van pas. Zo hebben we heel lang maïs uit Florida en Georgia geïmporteerd. Daarmee konden we gaten vullen in de markt en hebben we mooie successen geboekt, terwijl niemand wist waar de maïs vandaan kwam. Door devaluatie van de dollar en ook ‘hurricanes’ hebben we de laatste jaren de Amerikaanse maïs vervangen door de maïs uit Senegal.”
De acceptatie van de verse suikermais had tijd nodig. “In de beginjaren stonden we vaak op markten om de mensen te laten proeven. Op zo’n dag kreeg je wel duizend keer te horen dat mensen dachten dat de maïs voor de koeien en de kippen was. Dat is nu na dertig jaar wel een stuk minder,” blikt Giel, terug. Hij herinnert zich een actie bij de Edah in de Bijlmer nog goed. “In die tijd had Edah een gouden inkoopteam, bestaande uit Hero Haak, Harrie van de Mortel en Joachim Nieuwhoff, mijn voormalig klasgenoot van de HAS. Alle winkelbezoekers gingen de maïs in de winkel pellen. De AGF-chef was helemaal over de rooie, want alle gangpaden zagen groen. Maar we hadden wel een volle auto maïs verkocht en door dat soort acties ging de verkoop serieus lopen!”
Naast de retail zorgden de Hollandse AGF-exporteurs voor de buitenlandse klandizie. “Exotenhandelaren als BUD, TFC, Westland Import en Nature’s Pride had ik al snel als klant en dat zijn de meesten tot vandaag de dag naar volle tevredenheid. Dan blijkt al snel de kracht van het Nederlandse logistieke netwerk. Niemand heeft volle pallets suikermaïs nodig, maar op de mixpallets konden alle exporteurs meeliften naar hun klanten. Onder meer Scandinavië, Zwitserland en Oostenrijk zijn grote exportmarkten. Het Verenigd Koninkrijk was dat ook, maar dat is sinds de Brexit verleden tijd. Ook leveren we veel maïs als bulkproduct naar telers/verpakkers in het buitenland. Het leuke is dat de exporteurs vaak een grote diversiteit hebben aan klanten en daar zijn we op meegelift. Ook alloch-
“De gesprekken zijn steeds in een constructieve sfeer verlopen met een groot wederzijds respect”
FruitMasters en Hoogstraten benadrukken dat ze de gesprekken over samenwerkingsvormen op een goede manier hebben afgesloten.
“Als je plezier hebt in wat je doet, volgt de rest vanzelf”
Mons Messaoud heeft per 1 augustus Hortica overgenomen van vader Ben.
“Groei van het bedrijf zal voor een groot gedeelte in het buitenland plaatsvinden”
Roy van Vliet van CombiVliet over de plannen na de fusie met Agro Care
tone ketens zijn in de loop der jaren goede klanten geworden. Die doelgroep eet flink wat maïs. Het blijft lastiger om de maïs in Groningen of Friesland te slijten dan in Amsterdam.”
“Toen ik begon met de teelt lag de consumptie in Nederland per hoofd van de bevolking op 40 gram per jaar. Bij de laatste data die ik gezien heb, was dat 80 gram, dus dat hebben we in dertig jaar toch mooi weten te verdubbelen. Maar we zijn er nog niet, in de Verenigde Staten ligt de consumptie bijvoorbeeld op 10 kilo, dat zijn dertig kolven per jaar, dus er valt nog een wereld te winnen. Ik geloof ook dat de categorie nog wel verder zal groeien, mits die voldoende aandacht krijgt. Het blijft namelijk wel een product dat aandacht nodig heeft, maar gelukkig ook krijgt. Als een TV-kok de suikermais promoot, zien wij de afzet meteen toenemen. Vroeger werd de barbecue alleen geassocieerd met vlees. Tegenwoordig zie je in de reclame ook altijd een maïskolf op de grill. Die hele vegantrend is positief voor ons als groentetelers. Ook komen veel mensen op vakantie in het buitenland met maïsgerechten in aanraking, dus die groei wordt echt niet minder. Of we de consumptie van 10 kilo in Amerika gaan evenaren, weet ik niet. Ik hoop in elk geval dat we er dan wat collega’s bij krijgen.” (IH)
giel@mielies.nl
Evert Wulfrank, CEO van Fair Fruit:
“De
Een eerlijker, rechtvaardiger en duurzamer voedselsysteem voor iedereen, dit is het doel dat het Belgische – of moeten we zeggen: Guatemalteekse? – Fair Fruit zichzelf stelt. Holle woorden? Niet als je klein begint. Want alle beetjes helpen. Onthoud van de bedrijfsnaam bovendien vooral de “Fair”, want met de focus op snow peas en sugar snaps hebben groenten de bovenhand op fruit in het assortiment van Fair Fruit.
Evert, kun je kort de historie schetsen van Fair Fruit?
Fair Fruit is 22 jaar geleden ontstaan in Guatemala. Samen met Sebastiaan Saverys, de huidige eigenaar van de groep, had ik de rotsvaste overtuiging dat er dringend werk moest worden gemaakt van een duurzaam voedselsysteem en van correcte prijzen in de markt. We hadden op dat moment geen enkele ervaring en geen achtergrond in de AGF-wereld. We
waren aan het backpacken in Guatemala en omdat het ondernemersbloed wel in ons zat, kregen we het idee daar iets uit de grond te stampen. We kwamen in contact met coöperatieven en we zijn dan met telers beginnen samen te werken.
Welke producten hadden jullie toen voor ogen?
Vrij snel zijn we gestart met het vermarkten van snow peas en sugar snaps, die
toen voornamelijk nog werden ingevlogen. We waren pioniers in het importeren van deze producten over zee. Dat liet ons toe om een goede prijs te kunnen betalen aan de telers, terwijl de prijs waartegen we het product verkochten nog altijd lager was dan de gemiddelde marktprijs omwille het logistieke voordeel. Er was dus ecologische én sociale winst. En omdat een juiste prijs kon worden gegarandeerd aan de telers, konden zij op hun beurt de nodige investeringen doen om een product te leveren dat aan alle kwaliteitsnormen voldeed.
Zijn de telers ook aandeelhouders in het bedrijf?
Nee, de firma maakt deel uit van Durabilis, een groep die eigendom is van de familie Saverys. De investeringen van de familie hebben meerdere gelijkaardige
projecten mogelijk gemaakt, elk met een langetermijnvisie voor het verduurzamen van ons voedselsysteem. Fair Fruit is ondertussen actief in Guatemala, Peru, Ethiopië, Senegal, Mali en Burkina Faso.
Hebben jullie van meet af aan ook samengewerkt met ngo’s?
Zeker en vast. We hebben ngo’s altijd als partners gezien, bijvoorbeeld in infrastructuurprojecten en om telers opleidingstrajecten aan te bieden en hen te helpen om aan de kwaliteitsnormen te voldoen. Vaak hebben ngo’s en andere partners een rol gespeeld om ons en de telers te laten concurreren met grootschalige tuinbouwbedrijven. Zo schrijven we met USAID continu nieuwe projecten uit om verbeteringen op velerlei vlak door te voeren in Guatemala. Ook het Nederlandse CBI heeft ons geholpen bij het organiseren van trainingen voor telers, niet alleen in Guatemala, maar ook voor een teeltproject dat we in Ethiopië zijn gestart.
Waarom zijn jullie niet gestart als onderdeel van een grote importeur?
Dan had je gelijk marktaandeel.
Het is eigenlijk een kwestie van je positie vinden. Vanaf dag één hebben wij bijvoorbeeld met Greenyard gepraat en vanaf dag één hadden wij daar ook een samenwerking mee. Ze hebben ons geholpen bij het aansturen op een aantal ideeën. Maar ons bedrijf is geboren in Guatemala en in die zin is het veel meer een Guatemalteeks en later ook een Peruaans bedrijf dan dat het een Belgische firma is. Hier in België zit natuurlijk de commerciële tak en ook de moedergroep Durabilis die de financiële ondersteuning biedt.
Leveren jullie ook aan de retail?
In de supply chain hebben wij een positie ingenomen dat we distributeurs bedie-
nen. We helpen de distributeurs in hun missie om de retailers in hun behoeften te voorzien. In die context is productintegriteit een belangrijke waarde-positie. Dan heb ik het over kwaliteit, duurzaamheid en betrouwbaarheid. Bij een categorie als snow peas en sugar snaps is het met de veranderende realiteit allesbehalve evident om het product jaarrond tegen een correcte prijs in het schap van de supermarkten te houden. Met ons model proberen wij dat, zonder daarbij de telers in de kou te laten staan.
Om te overleven moet een bedrijf winst maken. Maken jullie winst als jullie je telers een betere prijs uitbetalen dan andere firma’s doen?
Fair Fruit is een autonoom bedrijf en in die zin is financiële autonomie en financiele duurzaamheid niet in de eerste plaats een doel, maar een basisnoodzaak. Het uiteindelijke doel is om de productiesystemen te verduurzamen. Maar winst is nodig om voldoende middelen te hebben om te innoveren en om buffers in te bouwen voor wanneer het even minder gaat. En die momenten vallen niet uit te sluiten, want over het algemeen zijn de winstmarges in onze sector flinterdun, zowel voor de teler, de exporteur, de importeur als de retailer. Ik wil weg van het paradigma dat een keuze vooropstelt tussen ofwel “for profit” ofwel “non profit”. Voor mij is het “profit for purpose”.
Zijn jullie telers er qua inkomen werkelijk op vooruitgegaan in die twintig jaar dat jullie in Guatemala actief zijn? En hoe zit het met de AGFsector in het algemeen in het land? Absoluut. Het rendement van onze telers is omhooggegaan. Ondanks het feit dat de verkoopprijzen voor groenten en fruit de voorbije twintig jaar op zich niet fors zijn gestegen, zijn wij er, door in te zet-
ten op transport over zee en door het Fair Trade model als basisstructuur te implementeren, in geslaagd de telers continu de juiste prijs te geven. Precies dat heeft een groot inkomenseffect gehad bij onze telers. Maar of dit de algemene tendens is in Guatemala, daar heb ik de cijfers niet voor. Wat ik wel zie is dat vele telers een dagje ouder worden en de nieuwe generatie het bedrijfje van de ouders niet vlot overneemt. Ze vinden het beroep minder aantrekkelijk dan andere sectoren.
Is de tendens in Guatemala naar steeds minder telers met een steeds groter areaal?
We kunnen spreken van schaalvergroting, maar kleinschalige telers hadden vroeger vaak maar een kwart van een hectare in bezit. Als ze dan tien keer zo groot worden, hebben ze nog altijd maar twee of drie hectare. Met andere woorden, het blijft kleinschalig. Maar snow peas en sugar snaps lenen zich uitstekend voor dit soort intensieve teelt op kleine arealen. Qua sociale impact is het daarom een zeer relevante teelt.
Is jullie assortiment inmiddels uitgebreid met andere producten?
Naast aanwezigheid in Guatemala en Peru, waar de focus op snow peas en sugar snaps ligt, werken we ook samen met telers van peulen en sugar snaps in Ethiopië, waar we bovendien een eigen teeltbedrijf hebben. In Guatemala betrekken we ook flespompoenen, zoete aardappelen, babymaïs, babywortelen, sperziebonen en erwten, vaak voor de Amerikaanse markt. In Peru doen we ook gember. In Burkina Faso zijn we actief met mango’s. De teelt is niet volledig biologisch, maar altijd regeneratief geïnspireerd. En omdat alles naar de andere kant van de wereld vervoeren niet helemaal past in
dat verhaal, wordt een deel op de lokale markt afgezet.
Kunnen jullie met de snow peas en de sugar snaps, jullie specialiteit, boksen met de grote jongens?
Ik denk dat ik kan zeggen dat er geen grote jongens zijn in deze teelt, wel in de afzet natuurlijk. Er zijn wat grote bedrijven in Egypte, maar voor het overige is het een “knelpuntproduct” geworden. Vroeger was er eigenlijk een overaanbod uit Guatemala, maar ondertussen zijn de kwaliteitseisen strenger en de klimaatomstandigheden uitdagender geworden, terwijl de prijs onvoldoende is mee geëvolueerd. En dat is echt een probleem.
Kun je dit concept van knelpuntproduct nader toelichten?
Je zou kunnen stellen dat deze business gedurende lange tijd gesubsidieerd is geweest door de armoede van de telers. Vaak hebben onze klanten ons gevraagd waarom wij ons product niet zo goedkoop aan konden bieden zoals sommige andere leveranciers. We speelden toen open kaart en lieten onze hele kostenstructuur zien. De conclusie was dat die lage prijzen enkel aangeboden konden worden vanuit een ongezonde machtspositie ten opzichte van de kleinschalige teler. En dat heeft ertoe geleid dat die zijn motivatie heeft verloren en dit product een “knelpuntproduct” is geworden. In Europa is er tegenwoordig drastisch
minder aanvoer uit Guatemala. Iedereen begrijpt dat er eisen rond kwaliteit en gewasbescherming worden gesteld, maar daar moet een juiste prijs tegenover staan. De afzet richting de Verenigde Staten loopt veel vlotter, daar zijn de eisen op fytosanitair vlak niet zo streng. Vanuit Guatemala verzenden we 75% van de volumes naar de Verenigde Staten, 20% naar Europa en 5% naar Japan.
Kun je stellen dat Latijns-Amerikaanse en misschien ook Afrikaanse landen de focus verleggen naar Noord-Amerika en Azië als bestemmingsmarkten vanwege de te strenge eisen in Europa? Ik zie al geruime tijd dat de marktopportuniteiten in andere werelddelen
vaak veel interessanter zijn dan in Europa. Europeanen benaderen vaak de herkomstlanden met de idee dat ze als klant kunnen zeggen wat er moet gebeuren. Alles moet duurzamer, op allerlei gebied, en dat moet aangetoond worden met een waslijst aan certificeringen. Omdat dit zijn kost heeft, verwacht je dat de klant daaraan tegemoet komt met een hoge-
re prijs. Daar wringt het schoentje soms. Maar ik heb goede hoop dat dit wel terug in balans zal rollen. Ik zie een welgemeende interesse en bezorgdheid over duurzaamheid, zeker bij de consument. In die zin zien wij de retail als een partner om de consument op de juiste manier te informeren. Empowering responsible choice is een grote doelstelling van Fair
Fruit. En dat moet uitmonden in een correcte prijs.
Zie je die bezorgdheid over sociale duurzaamheid ook bij exporteurs in Zuid-Amerika?
Net zoals overal in de wereld zie je ook daar bedrijven die puur winstbejag nastreven, maar persoonlijk ken ik wel
toch een aantal familiebedrijven die de sociale waarden hoog in het vaandel dragen door verbondenheid met hun werknemers na te streven en een mooie bedrijfscultuur op te bouwen. Ook wij trachten daar in elk geval een voorbeeld in te zijn.
Hoe gaan jullie naar de toekomst toe?
Willen jullie het assortiment uitbreiden of groeien in volume?
Omdat we werken in een risicovolle omgeving is veerkracht belangrijk. Diversifiëren helpt om vlug te kunnen schakelen. Al nemen we zeker onze tijd om te bepalen in welke richting we ons willen verbreden, we zullen niet roekeloos te werk gaan.
Wat is het aandeel bio in jullie aanbod?
Het is moeilijk om deze categorie structureel biologisch te kunnen aanbieden. Daar hebben we al heel veel onderzoek naar gedaan. We hebben momenteel een beperkt biologisch aanbod, we focussen eerder op bepaalde milieuvriendelijke teeltpraktijken met aandacht voor
regeneratieve tuinbouw. We onderkennen zeker de waarde van bio, maar onze groenten en fruit komen bij de consument dus grotendeels als conventioneel product terecht. Op dit moment is het voor ons belangrijker om de supply chain van snow peas en sugar snaps weer veerkrachtiger te maken.
Wat maakt de aanvoer van snow peas en sugar snaps zo uitdagend?
Dat heeft veel te maken met de schommelingen in de oogst, onder meer door klimaatissues. Elk teeltland heeft zo wel zijn klimaatuitdagingen. Peru heeft zijn window traditioneel tussen mei en november, Guatemala tussen december en mei. Maar het zijn wat we de schouders van die periodes noemen die altijd de moeilijkste zijn. En zowel Guatemala en Peru hebben een slecht jaar gehad. Om het marktaanbod veilig te stellen is daarom ook de aanvoer vanuit andere landen nodig. Egypte is een mogelijkheid, dat land biedt overigens scherpe prijzen aan. Zimbabwe is traditioneel een belangrijke leverancier, maar
heeft nu ook te maken met klimaatverandering. Ook in Kenia is het weer wisselvalliger dan gewenst, zodat de kwaliteit niet altijd optimaal is. Omdat elke origine zo zijn moeilijkheden heeft, zijn alle herkomsten broodnodig.
Strooit Egypte dan geen zand in de raderen bij jullie?
Als klanten zouden vragen om aan dezelfde prijs als Egypte te leveren, dan zouden we moeten antwoorden dat we dat niet kunnen. Nu is het wel zo dat het gros van onze volumes in de VS worden verkocht. Europese klanten die op prijs willen kopen, kunnen dan bijvoorbeeld twee containers in Egypte kopen en een halve in Guatemala als back-up. Dat is een mogelijkheid.
Wat is momenteel de grootste uitdaging voor jullie als bedrijf? Logistiek of de beschikbaarheid van werknemers? Opvolging bij de telers of oogstproblemen? Wetgeving of de wisselkoers?
Voor Fair Fruit is de grootste uitdaging op dit moment de financiële gezondheid in balans te houden. Onze buffers zijn op na twee heel moeilijke oogstjaren. Het probleem is geweest dat we niet altijd voldoende volumes van goede kwaliteit hebben kunnen garanderen, ook omwille van het feit dat er steeds minder gewasbeschermingsmiddelen zijn toegelaten. De telers moeten dat opvangen met andere teelttechnieken. Dat lukt deels, maar het maakt er het product ook niet goedkoper op. Maar nu het Peruaans seizoen, dat onlangs is opgestart, vlot loopt, denk ik dat we weer in rustiger vaarwater terecht zullen komen. (PB/PDC)
communications@fair-fruit.com
Schaap Holland B.V. Oogstweg 7 8256SB Biddinghuizen
Tel. +31-(0)321-335050 info@schaapholland.com www.schaapholland.com
In het seizoen 2023/24 zal Egypte een van zijn kleinste volumes sinaasappelen exporteren naar Zuidoost-Aziatische landen, maar toch zal het een belangrijke speler blijven op de regionale markt, volgens EastFruit.
Van november 2023 tot mei 2024 exporteerde Egypte slechts 42.000 ton sinaasappelen naar de belangrijkste Zuidoost-Aziatische landen (exclusief Hongkong en Vietnam), een van de laagste cijfers van de afgelopen seizoenen. De belangrijkste daling van de Egyptische aanwezigheid in de regio werd opgetekend in januari-februari, tijdens het begin van het actieve exportseizoen voor sinaasappelen.
gevolg daarvan dreigt Egypte voor het eerst sinds het seizoen 2019/20 geconfronteerd te worden met een aanzienlijke daling van het volume van zijn sinaasappelaanvoer naar Zuidoost-Aziatische landen,"
In plaats daarvan sloot de blokkade van de Rode Zee de Aziatische markt tijdelijk af voor Egyptische exporteurs en daalden de prijzen, die al relatief laag waren door de devaluatie van het Egyptische pond, nog verder. In april bijvoorbeeld, ondanks het herstel van de aanvoer naar Azië via een omleidingsroute rond Afrika, werden sinaasappels op de binnenlandse markt in Egypte aangeboden tegen een ongelooflijk lage
aldus Yevhen Kuzin, marktanalist groenten en fruit bij EastFruit.
"Helaas betekende de blokkade van de Rode Zee door de Jemenitische Houthi's een zware klap voor de Egyptische sinaasappelaanvoer naar Azië aan het begin van het seizoen. Hoewel de Egyptische export zich in maartapril enigszins herstelde en in mei zelfs een record bereikte, ging er tijd verloren. Als
Egypte had dit seizoen alle kans om zijn positie in deze regio te versterken. Analisten van FAS USDA verwachtten dit seizoen een recordoogst aan sinaasappelen in Egypte en dus ook een recorduitvoer van dit fruit uit het land. Op zijn beurt zou de vraag naar sinaasappels in Zuidoost-Aziatische landen zijn aangewakkerd door de snelle economische groei van de regio, een zich ontwikkelende consumentenmarkt en een bloeiende toeristische sector.
prijs van ongeveer 15 dollarcent per kg.
"Met uitzondering van Hong Kong vestigde Zuidoost-Azië een record voor de import van sinaasappelen in de eerste zeven maanden van dit seizoen, maar Egypte had weinig invloed op deze gebeurtenissen. In plaats daarvan was de groei van het aanbod bijna volledig te danken aan de toegenomen export vanuit China, dat al meer sinaasappels naar Zuidoost-Azië heeft geëxporteerd dan Egypte, hoewel het eerder slechts op de vijfde plaats stond van leveranciers," vervolgt Yevhen Kuzin.
China en de VS zijn belangrijke concurrenten voor Egypte in de regio, aangezien de andere twee grootste leveranciers (Zuid-Afrika en Australië) van juni tot november aanwezig zijn op de Zuidoost-Aziatische markt. De import uit Australië schommelt jaarlijks tussen 29.000 en 36.000 ton, terwijl Zuid-Afrika de regio (exclusief Vietnam en Hongkong) bevoorraadt met 45.000 tot 74.000 ton sinaasappelen. Aan het einde van het vorige seizoen 2022/23 was Egypte de leider (62.000 ton), en Zuid-Afrika nam de tweede plaats in met 58.000 ton.
"China exporteerde in de eerste zeven maanden van dit seizoen drie keer meer sinaasappelen naar de regio dan in het hele vorige seizoen en slaagde erin de niche in te nemen die Egyptische producten hadden achtergelaten. Tegelijkertijd is de Amerikaanse export in de afgelopen vijf seizoenen bijna gehalveerd tot 20.000 ton, en dit is een feit waar Egyptische leveranciers aandacht aan moeten besteden. Het zal steeds moeilijker worden voor Egyptische leveranciers om in het goedkope segment te concurreren met Chinese sinaasappels en ze zullen de prijs van hun producten niet onbeperkt kunnen verlagen. De geleidelijke terugtrekking van de VS uit de Zuidoost-Aziatische markt creëert op zijn beurt uitstekende kansen voor premium sinaasappelexporteurs, en in dit segment is de factor van gestegen logistieke kosten niet langer kritiek," concludeert Yevhen Kuzin.
Rijk Zwaan’s Zaadteelt en Zaadhandel zag in 1924 het licht aan de Zwaanshals in Rotterdam. De boeiende 100-jarige historie van deze op drie na grootste groentezadenveredelaar ter wereld wordt onderhoudend beschreven in het op de bedrijfswebsite gratis te downloaden boek “Samen doorgaan”, een chronologisch geordend verhaal vol met interessante feiten, leuke anekdotes en tientallen foto’s uit de oude doos. Wij spraken met Manager Chain Jan Doldersum.
Kun je enkele mijlpalen van de afgelopen honderd jaar aangeven? Het verhaal van Rijk Zwaan startte in de roaring twenties met een winkel in Rotterdam, genaamd Rijk Zwaan’s Zaadteelt en Zaadhandel. Bijna tien jaar later, in 1932 om precies te zijn, begon Rijk Zwaan ook te veredelen, eerst in Bergschenhoek en later hier in het Westland, waar zich ook vandaag de dag de hoofdvestiging van het bedrijf bevindt. We veredelden zowel groenten voor de vollegrondsteelt, zoals bloemkool, prei en wortel,
als groenten voor de bedekte teelt, al had je toen natuurlijk nog geen grote kassen. Daar zijn we jarenlang leidend in geweest in Nederland, ook na de oorlog.
Een tweede mijlpaal, na de beslissing om zelf gewassen te gaan veredelen, was de internationalisering van het bedrijf vanaf midden jaren ‘60. Daarvóór was het assortiment volledig gericht op de Nederlandse tuinder. Onze eerste buitenlandse vestiging was in Welver, in de buurt van Dortmund. In de jaren ‘80 zetten we
met komkommertelers naar Enkhuizen 1934-1935-prijscourant
ook voet aan grond in Spanje en Frankrijk en in de jaren ‘90 zijn we buiten Euro-
pa gegaan, met vestigingen in Amerika, India en Australië, om zaden voor gewassen te ontwikkelen en te produceren in het tegengestelde seizoen. Anno 2024 blijft Europa onze grootste markt. Maar de Amerika’s groeien heel hard, waar vooral Mexico, met zijn groentestromen naar de VS, heel belangrijk voor ons is geworden. Ook het aandeel van Brazilië in de omzetcijfers wordt steeds groter.
Als wereldspeler in de veredeling is Rijk Zwaan als familiebedrijf een buitenbeentje. Is het altijd een familiebedrijf geweest?
De zelfstandigheid van het bedrijf is een constante in de honderdjarige geschiedenis en zal ook aan de basis blijven liggen van het volgende centennium. Toch is er een kort intermezzo geweest. Dat was in 1986, toen de biotechnologie opkwam en er geen familie-opvolging was. Rond die tijd investeerden meerdere multinationals, zoals Shell en Unilever, in grote veredelingsbedrijven. Jaap Zwaan, de toenmalige eigenaar, verkocht Rijk Zwaan aan BP Nutrition. Maar omdat de veredelingsactiviteit een hele lange return on investment had, verkoos BP de aandelen na drie jaar weer aan te bieden. In 1989 kochten de drie directieleden, Anton van Doormalen, Ben Tax en Maarten Zwaan, met de hulp van de Cebeco Handelsraad, de aandelen terug in een management buy-out.
Dat heeft de historie van Rijk Zwaan heel erg bepaald, want het liet het bedrijf toe de zelfstandigheid te herwinnen. De Cebeco Groep had 70% van de aandelen, de drie directieleden elk 10%. In 2001 werden de aandelen van Cebeco met financiering van de Rabobank uiteindelijk teruggekocht door de drie families en zo werd Rijk Zwaan weer helemaal zelfstandig. Het jaar daarop werden er ook certificaten uitgegeven voor werknemers. Ook nu nog kunnen onze werknemers elke drie jaar een participatie kopen.
Welke toegevoegde waarde biedt een familiebedrijf in de veredelingssector? Beursgeoriënteerde organisaties moeten elk kwartaal cijfers rapporteren, waardoor er wordt gestuurd op financiële resultaten op de korte termijn. Als familiebedrijf hebben wij de mogelijkheid om winstmaximalisatie niet als ultieme doelstelling te stellen. Na de management buyout zijn de kernwaarden en de bedrijfscultuur vastgelegd in een document – ons drieluik. Het belangrijkste doel voor Rijk Zwaan is een gezond arbeidsklimaat en
goede arbeidsvoorwaarden te scheppen voor de werknemers. Natuurlijk moet je een winstgevende organisatie hebben, maar het is niet het primaire doel. Naast onze mensen een goede baan bieden, zijn ook eerlijkheid, betrouwbaarheid, duurzame relaties met leveranciers en klanten en respect voor het milieu kernwaarden voor Rijk Zwaan.
Als familiebedrijf kunnen we ook langdurig investeren in nieuwe veredelingsprogramma’s voor gewassen. Een voorbeeld daarvan is dat we zijn gaan veredelen in berries. Dat is een investering voor de komende tien, twintig, dertig jaar. Die investering hoeft niet binnen twee jaar terugverdiend te zijn. We zijn er voor de langere tijd.
Hebben jullie nooit een bedrijf overgenomen?
Rijk Zwaan heeft ooit één bedrijf overgenomen, namelijk TS Seeds in sla. Dat is wel een uitzondering, want het is niet gemakkelijk twee bloedgroepen te verenigen. We geloven veeleer in autonome groei. Met ons nieuwe programma in berries hadden we ook kunnen opteren om iets over te kopen, want er zijn veel kleine veredelaars. Maar het past beter bij ons om het zelf op te zetten. Het proces duurt
langer, maar wij geloven dat het bestendiger is voor de toekomst.
Waar staat Rijk Zwaan anno 2024? Toen ik bij Rijk Zwaan begon in 1996 had het bedrijf een omzet van 50 mln gulden, vorig jaar was dat ruim 600 mln euro. Na het Franse Vilmorin, het Duitse Bayer en het momenteel in Chinese handen zijnde Syngenta zijn we de nummer vier in de wereld in groentezaden. De top tien wordt vervolledigd door BASF, de twee andere oorspronkelijk Nederlandse familiebedrijven Bejo en Enza, de twee Japanse veredelaars Sakata en Takii en ten slotte East-West Seeds. Deze tien bedrijven bepalen ruim 80% van de wereldmarkt van groentezaden. Rijk Zwaan heeft momenteel 35 zelfstandige dochtermaatschappijen in 31 landen. In meer dan 100 landen heeft het distributeurs. We bieden werk aan 3.900 mensen, waarvan 1.650 in Nederland. Er worden zaden op de markt gebracht voor meer dan 25 gewassen, goed voor in totaal ongeveer 1.500 commerciële rassen.
Welke factoren zijn bepalend voor de oprichting van een zelfstandige dochtermaatschappij?
De belangrijkste factor is de totale marktpotentie in de regio in kwestie: hoeveel zaden zouden er kunnen worden afgezet? Naast een minimale grootte van de bestemmingsmarkt is politieke stabiliteit essentieel. De gewassen moeten ook in het portfolio van Rijk Zwaan passen. Zuid-Afrika zou best kunnen groeien naar een omzet van diverse miljoenen, maar Thailand, ook een heel groot land qua tuinbouw, sluit bijvoorbeeld minder goed aan bij ons eerder westers assortiment. Komkommer, sla, paprika, tomaat, spinazie en meloen zijn onze grootste gewassen. Dat zijn westers georiënteerde producten, dan heeft het geen zin om in Thailand een eigen vestiging te starten. Daar werken we nog met een distributeur.
Hoeveel verschillende veredelingsstations hebben jullie? Is er voor ieder klimaat een eigen station? We hebben tien R&D-stations. In De Lier doen we de veredeling van de groenten voor wat we noemen de “warme Noordwest-Europese omstandigheden”: tomaat, komkommer, paprika en aubergine voor de kasteelt. In het West-Brabantse Fijnaart veredelen we voor de vollegrond. Buiten Nederland zijn er veredelingslocaties in onder andere Spanje, Frankrijk, Turkije, de VS, Brazilië, Australië, India, Vietnam en Tanzania. Die locaties over heel de wereld zijn nodig om rassen te selecteren voor lokale teeltomstandigheden.
Maar ik neem aan dat als de R&D elders is gedaan, het zaad lokaal kan worden geproduceerd. Rijk Zwaan heeft een businessmodel dat bestaat uit drie fasen: R&D, zaadproductie en zaadverkoop. De veredeling gebeurt op de bovenvermelde locaties. De zaadteelt doen we deels zelf en deels doen we een beroep op contracttelers. Maar alle zaden die we wereldwijd produceren, komen naar De Lier voor kwaliteitscontrole, behandeling en opwaardering en uiteindelijke distributie. Om kwaliteitszaden te garanderen, wordt de controle gecentraliseerd. In dit verband openen we volgend jaar in De Lier ons Seed Connect Centre, de grootste investering van Rijk Zwaan tot nu toe. De nieuw-
bouw betekent een forse capaciteitsuitbreiding voor de bewerking en opslag van groentezaden. Omwille van protectionistische maatregelen wordt de puzzel van waar je zaad kunt produceren voor welke bestemmingsmarkt overigens ook steeds complexer.
Lopen jullie voorop qua technologie en innovaties?
Veredeling kun je een beetje vergelijken met de Formule 1-sport. Een omvangrijk team is elke dag bezig met heel veel technologie om zo snel mogelijk nieuwe varieteiten te ontwikkelen. De time to market is heel belangrijk. Er worden daarbij allerlei moleculaire technieken en heel veel data science gebruikt om het veredelingsproces te versnellen. Om aan biotechnologie te doen heb je een grote financiële slagkracht nodig. Daarom hebben we in 1988 samen met vier andere veredelingsbedrijven KeyGene opgericht. Fundamenteel onderzoek doen we evenwel ook in samenwerking met allerlei universiteiten en onderzoeksinstituten in de hele wereld. Want alleen kun je dat niet. Jaarlijks stoppen we maar liefst 30% van onze omzet, ongeveer € 150 miljoen, in R&D.
Wat betekenen de Europese regels omtrent nieuwe veredelingstechnieken voor jullie activiteiten?
Gene editing, wat nog niet is toegestaan in de EU, maar wel in de VS en enkele andere landen, is preciezer en sneller dan wat wij in Europa doen. CRISPR-Cas is de bekendste gene editing-techniek. Het maakt het veel makkelijker om gericht de functie van een gen te analyseren of aan te passen.
Een geschiedenis vol verhalen die gestart zijn door onze mensen met het ontwikkelen van een eerste idee, een eerste aanpassing en het allereerste zaadje dat leidde tot de innovaties van Rijk Zwaan nu. Het motto van Rijk Zwaan, ‘stoer vooruit gaan’, zit ingebakken in het DNA van het bedrijf. Met oog voor innovatie en vooruitgang blijft Rijk Zwaan pionieren en nieuwe wegen inslaan.
We zijn erg dankbaar voor de bijdragen van medewerkers, klanten en partners aan het succes en kijken uit naar vele vruchtbare jaren van samenwerking en groei. Dit is de eerste dag van onze volgende eeuw!
Vier samen met ons het honderdjarig bestaan! #rijkzwaan100years | www.rijkzwaan.com/100years
100 jaar met mensen, pionieren en ‘stoer doorgaan’
2021 - Door de opkomst van teelt op water hebben we sinds 2021 ook een veredelingslocatie in Dinteloord voor hydroponic leafies
Een van de grote zorgen van de sector in Europa is dat er geen level playing field is, want vooralsnog is de toegang tot genetische merkertechnologie in de EU verboden. De zorg is ook onlangs op het ISF World Seed Congress in Rotterdam uitgesproken door Marco van Leeuwen, onze directeur die op dat moment ook voorzitter was van de ISF. Er liggen nu wel voorstellen op tafel om een aantal technieken toe staan in de EU. Maar rassen die met de nieuwe genomische technieken in de VS ontwikkeld worden, zijn niet meer te onderscheiden van de standaard hybride rassen die hier verkocht worden. Want je kunt niet achterhalen hoe het ras veredeld is. En dus is er feitelijk geen level playing field.
Gelukkig is er niet één weg die naar Rome leidt. Er zijn meerdere technologieën beschikbaar en bovendien is CRISPRCas niet de heilige graal. Het is een techniek die de veredeling kan versnellen, maar met bijvoorbeeld marker assisted breeding, een techniek die wel is toegestaan in de EU, kun je ook al heel wat. Het houdt in dat je genen in kaart brengt en vervolgens kijkt of een bepaald gen met een interessante eigenschap is overgegaan naar de volgende generatie. Ook die techniek versnelt het veredelingspro-
ces. Tegelijkertijd blijft wetenschappelijke kennis over planten, het genoom en de relatie met fenotype en hoe de plant zich gedraagt in verschillende teelten en klimaten ook nodig. Net als de kennis over de markt.
Als je terugkijkt naar de afgelopen jaren, wat is jullie meest succesvolle product?
Wat rassen betreft, is dat al tien jaar lang onze Caribbean Gold meloen, een oranjevlezige, goed houdbare Cantaloupe meloen met een heel consistente smaak waarvan we de zaden met name in Midden-Amerika verkopen. Wat gewassen betreft, hebben onze komkommers, van lange tot snackkomkommers, een groot marktaandeel. Ook in het Midden-Oosten verkopen we daar veel zaden van. Van onze zoete puntpaprika Sweet Palermo, waarvan we al meerdere rassen op de markt hebben, is een areaal van ongeveer 1.000 hectare aangeplant in Spanje. Ook dat is een product dat het al jaren goed doet. Je kunt beter succesvol zijn over de jaren heen. Hopelijk kan ook onze rode blokpaprika Alzamora, die nu door Nederlandse telers wordt omarmd omdat deze paprika goed groeit in een iets koelere kas, die lijn nog een aantal jaren doortrekken. We zijn ook lang heel suc-
cesvol geweest met onze cocktail- en trostomaten. Maar deze succesnummers maken niet de helft van onze omzet uit. We hebben immers meer dan 1.500 verschillende variëteiten, waarvan ruim 500 alleen in sla.
Waarom zijn jullie in het zachtfruit gestapt?
Een bedrijf dat toekomstbestendig wil zijn, moet groeien. Dat kan door met het bestaande productportfolio te groeien in meerdere landen – wat we ook doen met onze 35 verschillende dochterbedrijven –, maar dat kan ook door nieuwe producten in de markt te zetten. We zien marktpotentieel in pompoen, watermeloen en asperge, maar ook in berries. Het is een categorie die de afgelopen tien jaar enorm is gegroeid. Maar de vraag die je jezelf moet stellen, is of je als veredelaar ook een toegevoegde waarde kunt bieden in het betreffende segment. In het zachtfruit zijn er nog niet zo heel veel spelers actief. We denken dat we daar iets kunnen bijbrengen.
We hebben nu veredelingsprogramma’s voor zowel het vegetatief vermeerderde als op zaad veredelde product in aardbeien, frambozen en bramen. Aardbeien opkweken uit zaad bestaat al, voor
bramen en frambozen kan het nog niet. We hopen daar vooruitgang in te boeken, want fytosanitair gezien is het distribueren van zaad heel wat aantrekkelijker dan plantmateriaal verdelen. Onze focus op aardbeien is ook ingegeven door het feit dat je een verschuiving ziet van de buitenteelt naar de binnenteelt. Vroeger kwamen alle aardbeien uit Spanje, nu komen ze nagenoeg jaarrond uit Nederland. In heel veel markten groeit de binnenteelt en ook voor de tuinbouw in Nederland is dat een heel gezonde ontwikkeling. Het gaat er dus om variëteiten te ontwikkelen voor de lokale markt.
Ook sla, een van jullie specialiteiten, wordt de voorbije tien jaar steeds meer op goot geteeld. Wat drijft die ontwikkeling?
Sla telen op water is gewoon een heel duurzaam model. Je kunt je arbeid efficiënter en beter inzetten en je hebt jaarrond een stabiele productie, wat de voedselzekerheid versterkt. Het gaat er uiteindelijk om van hoe stabiel, hoe schoon en hoe zeker je iets kunt telen. Maar ook de prijs is bepalend, daarom ben ik op dit moment nog wat sceptisch als je de vertaling maakt naar vertical farming. Er zijn de afgelopen twee jaar veel hightech projecten over de kop gegaan. Ook ijsbergsla in de binnenteelt is vooralsnog te duur. Toch is het mogelijk dat de druk van bodemziektes, waterschaarste of ander klimaatgerelateerde issues er binnen tien jaar voor zorgen dat ijsbergsla op goten wordt geteeld. Dat zou zomaar kunnen.
Rijk Zwaan was één van de eerste in de sector die met Salanova een sla-concept promootte middels een consumentenmerk. Biedt de markt ruimte voor de promotie van specifieke rassen van groenten, net zoals je ziet bij fruitsoorten als appel, peer en mandarijn?
Het is een complex verhaal, want groenten is een categorie, zeker in West-Europa, maar ook in Noord-Amerika, waaraan supermarkten hun private label willen koppelen. En dat snap ik ook, want daarmee kunnen supermarktketens zich onderscheiden. Dus geven ze heel weinig ruimte voor merken in het groenteschap. Toch geloven wij in het uitleggen van de unieke smaakeigenschappen van een bepaald ras of concept. Maar we zijn geen bedrijf met de financiële slagkracht van pakweg Coca Cola. Ons business model is ook niet zo ingericht dat wij een echt consumentenmerk kunnen creëren. Dus we moeten inventief zijn. Je kunt het ook alleen maar met een product met een uni-
Onze Commissie Ontwikkelings-samenwerking ondersteunt kleinschalige telers in Afrika en verzorgt trainingen op een demonstratieveld in Tanzania
que selling proposition gericht op de consument én in samenwerking met partners. We geloven sterk in wat we noemen de “gouden driehoek”: de veredelaar, de teler en de retailer. Dergelijke producten moeten samen met de teler en de handelaar of retailer in de markt worden gezet. Sweet Palermo is een mooi voorbeeld. Vruchtgroenten, maar ook meloenen en convenienceproducten zoals sla in zakjes zijn categorieën waarmee je met de ketenpartners gezamenlijk nieuwe concepten in de markt kunt zetten. Voor een product als prei is dat dan weer lastiger.
Een van de uitdagingen in het huidige tuinbouwlandschap is klimaatverandering. Hoe dragen jullie bij aan de voedselzekerheid? In de veredeling zijn duurzaamheid en klimaatverandering heel belangrijke onderwerpen. Voor de teelt in vollegrond moeten er rassen ontwikkeld
worden die beter bestand zijn tegen bijvoorbeeld hitte, koude of zilte omstandigheden. Anderzijds zie je dat de teelt steeds meer van buiten naar binnen gaat om jaarrond product te kunnen garanderen. Sla is een goed voorbeeld. In de VS, waar nog steeds een groot deel van de sla in de Salinas Valley wordt geteeld, zijn er de afgelopen vijf jaar ook veel hightech kassen gebouwd, vooral voor de teelt van de wat meer gespecialiseerde bladgewassen. Klimaatverandering dwingt ons niet alleen om veerkrachtige rassen voor de buitenteelt te veredelen, maar ook rassen die geschikt zijn voor de nieuwe teelttechnieken in hoogtechnologische kassen.
In deze context worden we ook samen met de partners van KeyGene en van Genetwister, een ander samenwerkingsverband van veredelaars, door het Nationaal Groeifonds gefinancierd voor Crop
2024- Rijk Zwaan start met een nieuwe veredelingslocatie in Dinteloord voor Berries, aardbeien, framboos en braam
XR, een onderzoeksprogramma dat de komende tien jaar gaat kijken wat de impact van de klimaatverandering is op de ontwikkeling van variëteiten en hoe je veerkracht kunt definiëren.
Kijken jullie ook hoe voedselzekerheid in ontwikkelingslanden kan worden gedefinieerd?
Zowel vanuit commercieel oogpunt als vanuit de gedachte van sociale verantwoordelijkheid onderzoeken we welke rassen gedijen in landen die qua infrastructuur en politieke context grote uitdagingen stellen. Zo hebben we een veredelingsstation in Tanzania. Dus veredeling in Afrika voor Afrika. Maar we hebben ook een eigen commissie ontwikkelingssamenwerking die training organiseert voor kleinschalige telers in onder meer Guatemala, Peru en enkele Afrikaanse landen. Vaak gaat het gewoon om basistechnieken: hoe moet je een gewas telen, hoe kun je op een eenvoudige manier bemesten, hoe moet je gewasbeschermingsmiddelen toedienen? Dergelijke initiatieven, alsook het opzetten van schooltjes voor lokale gemeenschappen, zijn allemaal langetermijntrajecten.
Hoe belangrijk is de gasprijs nog voor jullie?
Energiezuinig telen is zeker een item, maar niet meer zo urgent als twee jaar geleden. Het succes van Alzamora, het blokpaprikaras waarmee we nu marktleider zijn, is deels te danken aan het feit dat je het één of twee graden kouder kon telen zonder in te boeten op het aantal kilo’s. Dat is eigenlijk een toevalligheid, want daar hadden we niet specifiek op veredeld. Het gaf ons wel het inzicht dat er ook op energiezuinigheid, qua warmte en licht, veredeld moet worden.
Welke uitdagingen zie je nog voor de toekomst?
Het arbeidsvraagstuk, dat zowel de beschikbaarheid als de betaalbaarheid betreft, mag zeker niet vergeten worden. Hoe kun je rassen maken die minder
arbeid nodig hebben? Mechanische oogst gebeurt onder meer al bij sla en augurken. Er lopen ook allerlei robotiseringsprojecten voor teelthandelingen en oogst van tomaten, paprika’s en aardbeien in de kas. Het is niet een kwestie van of, maar van wanneer. Dat houdt in dat je rassen moet veredelen die geschikt zijn voor machinale behandeling.
Kostenefficiëntie van gewassen is ook in het algemeen een heel belangrijk veredelingsdoel. Je ziet het ook met de resistenties, want als je bijvoorbeeld een ToBRFV-resistente tomaat op de markt brengt die voor 20% inboet op productiviteit, dan heb je alsnog een groot probleem. Wij brengen in ieder geval hoogresistente tomatenrassen op de markt waarvan de gemiddelde opbrengst per hectare nagenoeg gelijk is aan die van vóór het uitbreken van ToBRFV.
Niet alleen door virusdruk en klimaatuitdagingen is de markt de afgelopen drie tot vijf jaar complex geweest, ook corona en de inflatie door de wereldwijde politieke instabiliteit hebben impact gehad op het assortimentsbeheer. Er is nauwelijks ruimte geweest voor innovaties. Zo is het niet makkelijk om onze Tatayoyo
paprika, een ras waarmee we twee jaar geleden de Fruit Logistica Innovation Award hebben gewonnen, in de markt te zetten. Retailers verkozen een simpel assortiment. Beschikbaarheid en prijs waren de factoren die het zwaarst wogen. Zelfs duurzaamheid, toch een belangrijk thema, was even ondergeschikt. Gelukkig klimmen we nu weer uit het dal.
Tot slot hebben we als sector nog de volgende enorme uitdaging het hoofd te bieden: hoe krijgen we de consument overtuigd meer groeten en fruit te eten? Wij dragen ons steentje bij door onder meer heel actief ons social mediakanaal LoveMySalad in te zetten en allerlei campagnes met partners in de keten op touw te zetten. “Samen doorgaan” wordt ook hier essentieel, maar we hebben er het volste vertrouwen in dat we er samen met onze partners in zullen slagen telers over de hele wereld te blijven voorzien van kwaliteitsvolle groente- en fruitzaden. (PB/ PDC)
j.doldersum@rijkzwaan.nl www.rijkzwaan.com/nl/100jaar
DevilDoors is die ene partner waar U beroep kan op doen om Uw dringende interventies, herstellingen of onderhouden uit te voeren, ongeacht type poort of deur, alsook die ene leverancier waarbij U terecht kan voor nieuwe poorten of deuren, ongeacht de toepassing waarvoor deze nodig zijn.
Wij willen het verschil maken door mee te denken, en samen te bepalen wat de beste oplossing is voor Uw noden en wensen. Dit zodat U zich kan richten op Uw eigen corebusiness, en zich geen zorgen hoeft te maken over een goeie werking van poorten of deuren.
U ontzorgen is onze eerste prioriteit.
▪Officiële verdeler Nergeco & Dynaco snelrolpoorten
▪Sectionaalpoorten
▪Shelters
▪Levellers
▪Nooddeuren
▪Koel- en vriesdeuren
info@devildoors.be T.+32 56 25 51 81
▪Services, Interventies & Onderhoud op diverse merken
Na enkele moeizame jaren keert de belichte teelt van tomaten en komkommers weer stevig terug komende winter. De geluiden over honderden hectares belichte tomatenteelt worden hartje zomer steeds sterker. Voordat de telers met belichting echter volop in productie zijn, zijn het de herfsttelers die de lokale tomaten leveren. Met een oogstvenster van december tot en met januari vullen zij mooi het gat in dat er valt tussen de traditionele onbelichte teelt en de belichte teelt, zelfs nu productiecycli onder druk van virus- en energieproblematiek meer zijn gaan schuiven de laatste jaren.
De belichte teelt en de herfstteelt van tomaten bijten elkaar niet of nauwelijks. Toen de belichte tomatenteelt twee winters terug nagenoeg op zijn gat kwam te liggen vanwege de energiecrisis, floreerde de herfstteelt. Het areaal nam eenmalig fors toe. Twee jaar later is het areaal weer gestabiliseerd op het niveau van voor die bijzondere winter. Een hectare of 70 is de inschatting van Peter Custers, accountmanager voor veredelingsbedrijf Bayer De Ruiter, medio juli. Het veredelingsbedrijf is van oudsher sterk met rassen voor de herfstteelt van tomaten. Peter voorziet een kleine stijging ten opzichte van vorig seizoen. “Her en der komt er een nieuwe teler bij of een teler die er een jaartje tussenuit was.”
Bij BelOrta rekent Maarten Verhaegen, het hoofd van de afdeling groenten bij de coöperatie, op een hectare of 30 à 40 trostomaten in de herfstteelt. “Echt dikke trostomaten bedoel ik dan, hè, uit het Princess segment.” Het zijn traditioneel vooral veel komkommertelers die in het najaar een herfstteelt tomaten opzetten. Daarbij kiezen zij veelal voor grove trostomaten. Een enkele teler teelt ook nog wel losse tomaten in de herfstteelt. “Maar dat is wel een niche geworden,” erkent hij. “Vooral enkele kleinere telers telen nog losse tomaten in de herfstteelt.” In losse tomaten is de importconcurrentie hoog en zijn enkele afnemers tijdens de energiecrisis bij gebrek aan lokale productie hun heil gaan zoeken in Spanje
en Noord-Afrika. “Daarmee is een trend gezet en zijn andere partijen gaan volgen. Dat is niet ten goede gekomen van de verkoop van losse lokaal geteelde tomaten,” constateert het hoofd groenteverkoop bij BelOrta.
MEER AANVULLING DAN OVERLAP
Over de belichte winterteelt van tomaten doen medio juli schattingen de ronde van rond de 600 hectare, alleen al in Nederland. Daarmee zou driekwart van het bestaande areaal van voor de energiecrisis terug in productie zijn. Afgelopen jaar ging het na de crisiswinter van 2022/2023 alweer om zo’n 300 tot 400 hectare. Overlap in productie tussen beide teelten is er vooral in januari, weet Peter. “Vanuit de belichte teelt is de productie in december vaak beperkt. Vanaf januari kunnen beide teelten elkaar wel overlappen.”
Concurreren met import
In tijden waarin de lokale glastuinbouw behoorlijk op de vingers wordt gekeken vanwege energiegebruik en ondertussen stevige buitenlandse concurrentie ondervindt, lijkt de herfsttomaat een goede propositie te hebben als het op een CO2-voetafdruk aankomt. Met de hulp van een goed najaar met genoeg zon is het mogelijk met relatief weinig stoken een mooie tomatenoogst rond Kerst te realiseren. Harde cijfers over die CO2-voetafdruk zijn er echter (nog) niet. Het maakt dat zowel Peter Custers als Maarten Verhaegen voorzichtig zijn.
Voor komende winter verwacht Maarten op basis van zijn informatie medio juli dat de belichte tomatenteelt en de herfstteelt van tomaten “nog meer dan anders mooi in elkaar gaan passen”. “De energieprijzen zijn ondertussen voor belichte telers toch weer iets hoger geworden dan waarmee eerst gerekend is. Dat heeft toch gevolgen voor wanneer zij verwachten in productie te komen. Momenteel krijgen wij elke week andere informatie, maar het lijkt erop dat telers soms toch pas in de tweede helft van januari in productie gaan komen met hun belichte teelt.” Op dat moment ronden de herfsttelers hun oogst juist af. “Deze winter verwachten we een redelijke vlakke winter in de positieve zin van het woord, dus met continue producties.”
Bij BelOrta waren ze jarenlang gewoon om de eerste oogst uit de herfstteelt, net als uit andere teeltcycli, het predicaat ‘jonge teelt’ mee te geven. Voor het uitbreken van de energiecrisis voorzag Maarten hier al een einde aan (Primeur september 2021) en dat einde is er inmiddels ook gekomen. “Omwille van ToBRFV-problematiek, maar ook vanwege energie en andere beslissingen, zijn telers flexibeler geworden met hun zaaidata, waardoor er eigenlijk continu oogst uit nieuwe teelten op de markt komt. Ik ken een teler die nu plant en nog weer een andere teler die over vier weken weer start. Hierdoor hebben wij bij BelOrta jaarrond tomaten van hoge kwaliteit.”
Een enkele teler zet ook een zomerteelt met tomaten, bijvoorbeeld na teeltproblemen of voorafgaand aan een belichte komkommerteelt aan de hogedraad, signaleert Peter. Bij een zomerteelt wordt al geplant in juli of augustus, waar bij de traditionele herfstteelt in de eerste helft van september wordt geplant. Telers kiezen overwegend voor grove trostoma-
Ook voor een herfstteelt tomaten is energie nodig. “Zonder energie telen gaat niet,” is Peter realistisch. “Je moet de plant wel activeren, zelfs als de zon goed schijnt en zeker als het vochtiger weer is.” Als je nettocijfers zou vergelijken van enerzijds importtomaten en anderzijds herfsttomaten, dan zou het best weleens kunnen dat de herfsttomaat er goed uit komt in de vergelijking met importtomaten, denkt hij.
Ook Maarten wijst erop dat de herfstteelt van tomaten “niet de meest energie-intensieve
ten. “In dat segment zijn wij van oudsher sterk,” verklaart Peter de sterke marktpositie van Bayer De Ruiter in de herfsttomaten. Het meest gekozen ras van Bayer De Ruiter in dit segment is Speedella. “Voor de zomerteelt kiezen telers bij ons voor het ras Marinice of Grandice.” Middelgrove trostomaten staan soms ook nog wel in de kas voor een herfstteelt. “Daarvoor hebben wij het ras Sevance.”
VLEESTOMATEN OP VERZOEK
Belangrijk voor de prijsvorming van herfsttomaten is vooral wat er aan importtomaten deze kant op komt, zijn Peter en Maarten het met elkaar eens. “De import bepaalt voor honderd procent de prijsvorming van de herfsttomaten,” is Maarten stellig. “Twee winters terug was de prijsvorming tot nieuwjaar matig en daarna goed en afgelopen seizoen precies andersom, met goede prijzen tot nieuwjaar en daarna slecht.”
Bij BelOrta hechten ze veel waarde aan klokverkoop. Van contractteelt is er in
teelt” is. Toch is hij net als Peter voorzichtig. “De CO2-voetafdruk leeft volgens mij meer bij marketeers dan dat de consument er echt al mee bezig is.” Zonder volledige berekening van de CO2-voetafdruk, inclusief alle factoren zoals bijvoorbeeld ook transport en arbeid, vindt hij keiharde conclusies trekken gevaarlijk. “Iedereen heeft nu nog zijn eigen waarheid. Voor onze telers moet wel een toekomst weggelegd zijn. Als de huidige discussie over de CO2-voetafdruk hier negatieve invloed op zou hebben, dan is het volgens mij een foute discussie.”
herfsttomaat, anders dan in de belichte teelt, niet echt sprake. “Omdat het oogstvenster vrij kort is, is het lastig afspraken maken met retailers of groothandelaren.” Een uitzondering is de herfstteelt van vleestomaten. Hier heeft BelOrta voor komend seizoen een aantal telers gevraagd om op contractbasis een herfstteelt vleestomaten op te zetten. De keuze valt hier, eveneens anders dan bij trostomaten in de herfstteelt, op ToBRFV-resistente rassen, ziet Maarten. “Met deze vleestomaten kunnen onze telers zich met mooie dikke vruchten goed onderscheiden. Klanten in dit segment, die gesteld zijn op kwaliteit en versheid, zien hier ook echt de waarde van in. Maar zou die vraag vanuit de klant er niet zijn, dan zouden wij telers ook niet aanmoedigen zomaar vleestomaten te zetten voor een herfstteelt.” (TT)
maarten.verhaegen@belorta.be peter.custers@bayer.com
Pierre Monteux, Managing Director Solveg Group:
“Met de overname van de rijpingsfaciliteit
In lijn met haar ontwikkelingsstrategie heeft de Solveg Group begin 2024 het Belgische rijpingsbedrijf Van Damme en de handelsmaatschappij Aïda overgenomen. Dit is een nieuwe stap voor Solveg sinds de overname van Fruidor in 2008: “Beide groepen delen dezelfde zakelijke filosofie, met vergelijkbare waarden zoals professionaliteit en zorg voor de kwaliteit van de klantenservice. De familie Van Damme en onze organisatie hadden al snel een goede klik, omdat we elkaar beter leerden kennen voordat we de overname afrondden,” aldus Pierre Monteux, Algemeen Directeur van Groupe Solveg.
Van Damme beschikt over 72 rijpingskamers en verwerkt jaarlijks zo’n 80.000 ton bananen. “Het is een familiebedrijf met een schat aan expertise, dat momenteel wordt geleid door de vijfde generatie eigenaren. Dit is wederom een overeenkomst met onze groep, aangezien wij werken volgens een coöperatief model, waarbij de hele onderneming eigendom is van de bananentelers. Van Damme zal zijn identiteit behouden, aangezien het een bekend en zeer gerespecteerd bedrijf is in de bananensector. De handelsmaatschappij Aïda daarentegen verhandelt zo’n 18.000 ton bananen, naast andere exotische vruchten. Net als wij is Aïda stevig verankerd in de regio en staat het goed bekend op de Brusselse groothandelsmarkt. Het levert aan
le markten in België en Luxemburg. Het is een grote uitdaging voor ons om deze bedrijven te blijven ondersteunen in hun markten en hun klanten en consumenten tevreden te stellen.”
VOORBIJ DE FRANSE GRENZEN
Deze groei is “essentieel” voor de Solveg Group, die tot nu toe alleen op de binnenlandse markt actief was met bananen uit Guadeloupe en Martinique: “Natuurlijk blijven Franse bananen onze kernactiviteit. Maar we hebben de ambitie om ons verder te ontwikkelen in Europa, aangezien de Europese bananenmarkt sinds de Covid-crisis sterk is veranderd. De markt van vandaag is open, gemeenschapsgericht en in toenemende mate Europees georiënteerd. Veel van onze klan-
uit voor de verschillende landen waar hun winkels zich bevinden. Het was voor ons te beperkend geworden om alleen te kunnen inspelen op één product - Franse bananen - en één markt - Frankrijkin vergelijking met onze concurrenten. Daarom willen we onze grenzen oversteken. Eerder dit jaar deed zich deze mooie kans voor, nog steeds heel dicht bij ons geografisch gebied.”
GROTERE INKOOPCAPACITEIT VOOR ANDERE HERKOMSTEN
Solveg heeft nu toegang tot een breder assortiment bananen, zowel wat betreft herkomsten als variëteiten, hoewel Franse bananen nog steeds de kern van de activiteiten van de groep vormen. “Onze bananen uit Guadeloupe en Martinique zijn voornamelijk gericht op de Franse markt en hebben daar een marktaandeel van 20-22%. Maar we moeten ook voldoen aan de verwachtingen van grote retailers voor bananen uit andere herkomsten en andere bananenrassen. De overname van Van Damme stelt ons in staat onze betekenis te vergroten en geeft ons een grotere inkoopcapaciteit voor deze andere herkomsten, evenals de mogelijkheid om duurzame partnerschappen aan te gaan met producenten, waarbij we onze waarden echt delen. Dit is onze belangrijkste inzet voor de bananentelers in Guadeloupe en Martinique, en het is ook ons doel voor de Afrikaanse en Latijns-Amerikaanse telers waarmee we willen samenwerken. Van Damme is een groot rijpingsbedrijf met een enorm industrieel knowhow, terwijl wij
een netwerk van rijpingsfaciliteiten zijn. We hebben elk onze eigen specificiteiten en kunnen veel van elkaar leren. We moeten synergieën vinden op het gebied van productie en commercie om aan de verwachtingen van onze Europese retailklanten te voldoen.”
BELGISCHE CONSUMPTIE BLIJFT ACHTER
De overname van de rijpingsfaciliteiten van Van Damme biedt de Solveg Group ook de kans om de Belgische markt te verkennen: “Deze reis brengt veel verrassingen, tevredenheid en nieuwe ambities met zich mee. Wat betreft consumptie zijn de Belgen geen grote consumenten van bananen, wat betekent dat we kunnen uitkijken naar een toename van de volumes. We hopen ook een aantal tonnen bananen uit Guadeloupe en Martinique in de Europese hoofdstad te kunnen positioneren. De Belgische markt verbruikt gemiddeld 8,5 kilo bananen per inwoner per jaar, in vergelijking met 11,5 en 12,7 kilo respectievelijk voor Frankrijk en andere Europese landen. Daarbij mogen Nederland en Luxemburg, die
ook belangrijke markten zijn, niet vergeten worden. We ontdekken de Belgische markt met veel enthousiasme en motivatie. Ons doel is om de bananenconsumptie te ontwikkelen, vooral op de Belgische markt, zodat België het consumptieniveau van de Europese markt bereikt. Het is nu aan ons om samen aan dit doel te werken.” (AP/LS)
Verwerkingsmachines voor aardappels en uien
•Lossen - verladen
•Monstername
•Droog ontgronden
•Mechanisch maatsorteren
•Bunkeropslag
•Tarreerinstallaties
•Maatwerk-engineering
Dirk Verheij (91)
“Groenteboer is het mooiste beroep dat er is, ook al heb ik er geen donder mee verdiend”
Twee keer per week rijdt de 91-jarige Dirk Verheij nog naar Spaanse Polder om zijn handel uit te zoeken. Een tocht die hij talloze keren maakte en hoopt te blijven maken. “Ik hoor er nog bij,” zegt hij trots. “Groenteboer is het mooiste beroep dat er is, ook al heb ik er geen donder mee verdiend.”
Dirk vierde onlangs zijn 77ste jubileum als groenteboer en kreeg ter ere daarvan de landelijke pers op bezoek in zijn winkeltje in de Pompstraat in Rotterdam. Bij het 75ste jubileum stond de toenmalige Rotterdamse burgemeester Aboutaleb bij hem op de stoep met een bos bloemen. “Sommige mensen krijgen een oorkonde voor hun jarenlange verdienste. Ik vind dat onzin, het is toch gewoon je werk?” zegt Dirk en voegt nuchter toe: “Tegenwoordig hebben ze het over zware beroepen, maar die bestaan in mijn ogen tegenwoordig niet.”
Want als iemand uit ervaring weet wat een zwaar beroep is, dan is het Dirk, de oudste groenteboer van Nederland. Geboren op 10 juni 1933 in de Rotterdamse wijk Charlois, groeide hij op in de AGF-handel. Zes dagen per week ging dat door,
behalve in de oorlogsjaren, toen de zaak op last van de bezetter ook op woensdagmiddag dicht moest. Aan de achterkant werd ook dan doorgewerkt. Hoewel dat ook verboden was, ging Dirk met zijn vader op de handkar mee op de lange wandeltocht naar
Rhoon om aardappelen te halen. De taak van Dirk was om bovenop de kisten te liggen, de randjes werden dan afgevuld met spruiten. In spruiten mocht wel gehandeld worden, maar niet in aardappelen, die waren bestemd voor de Wehrmacht. “Mijn
vader heeft zich kapotgewerkt. Hij deelde aardappelen uit aan onderduikers, maar na de oorlog kenden ze hem niet meer,” schampert Dirk. De weegschaal uit die tijd, 1945 om precies te zijn, gebruikt Dirk nog altijd in zijn winkel in de Pompstraat.
Na de oorlog hield zijn vader het zware werk niet lang meer vol wegens ischias. Dirk als oudste zoon, nam al op zijn 14e de groentewinkel over. “Er moest brood op de plank komen,” zegt hij nuchter. Dat betekende ook dat hij zelfstandig moest
Oud-burgemeester Aboutaleb van Rotterdam bracht in 2022 een verrassingsbezoek. Dirks’ winkel vervult ook een belangrijke sociale rol in Oud-Charlois
gaan handelen op de veiling Zuid-Hollandse Eilanden. “Daar ben ik voor de leeuwen gegooid. Gelukkig was de afslager mij goed gezind. Hij bleef de partij andijvie doorveilen toen ik per abuis voor 80 kisten drukte. Dat was veel te veel, de andijvie die ik nodig had, had hij voor mij apart gezet.”
Door schade en schande werd Dirk wijs. Til- en sjouwwerk heeft ‘heel wat druppeltjes zweet gekost.’ Een kist ging wel 3 tot 4 keer door de handen voordat de handel verkocht was: van de grossier naar de handkar, van de handkar naar de opslagkelder, van de opslagkelder naar de winkel en dan kwamen er nog de nodige zweetdruppels bij. “We haalden handel op het Noordplein bij de grossiers en dan moest dat op de handkar de brug over naar Zuid, dat was heel zwaar. Vooral als het asfalt warm was, dan zakten de wielen erin weg.” Dan bezorgden ze de wintervoorraad aardappelen, wortels en uien bij klanten. “We sjouwden zware aardappelzakken van 70 kg op de nek de trap op naar 3 hoog achter. Daar strooiden we er zand over tegen het vocht en kon het bewaard worden. Goudrenetten werden los verspreid, die bleven dan bijna een jaar goed.” Ook bewerkten ze producten voor de lange bewaring. “We maakten zelf zuurkool en zoute bonen in, in vaten van 200 liter. Dat betekende dat je hele dagen aan het snijden was in de kelder, daar was het koud.”
Mooi werk vond Dirk het ophangen van de Westlandse druiven in de winkel. “We spanden een gaas, staken er eikenbladeren tussen, aan haakjes hingen we er de
druiventrossen aan, Frankenthalers en Alicante, een machtig mooi gezicht.”
Dirks vader Klaas kocht in 1936 een groentewinkel aan de Wolphaertsbocht 43 voor 150 gulden (75 euro). Dirk zette onder zware concurrentie met andere groentemannen, 40 jaar lang de groentewinkel voort. In 1976 brandde de winkel af en ging alles verloren. Het herbouwde pand kon hij huren, maar dat was te duur. Daarom huurde Dirk een opslagruimte aan de Westduelstraat om vanuit daar met de ambulante AGF-handel door te gaan.
Noch de brand, noch de AOW, noch de teruggaande gezondheid weten hem te stoppen met zijn vak, soms tot wanhoop van zijn familie, die al twee keer een afscheidsfeest organiseerde. “We hebben wel eens op hem gescholden, maar hij kan er niet van buiten,” vertelt zijn dochter Diana. “Vroeger, als we op vakantie waren, verkocht hij groenten en fruit op de camping.”
Sinds een aantal jaar heeft hij een winkel in een garageruimte in de Pompstraat die hij twee keer per week vult met handel die hij in Spaanse Polder haalt. Heel mobiel is Dirk niet meer, hij heeft een scootmobiel en rollator nodig om zich te verplaatsen en is blij met de hulp van de handelaren op Spaanse Polder die de handel voor hem in de bus zetten. Wel blijft hij scherp op de handel. “Ik zie kopers die van alles pakken en dan gaan afrekenen. Ik vraag altijd eerst wat het mij gaat kosten, want ik wil weten wat ik koop.” Gelukkig hoeft hij geen administratie bij
te houden. Dirk: “Zo heel veel handel doe ik niet meer, ik ben vrijgesteld van btw.”
Dirk probeert zijn prijzen zo laag mogelijk te houden. De groentewinkel van Dirk hoort bij de identiteit van de wijk Charlois waar veel mensen van weinig rond moeten zien te komen. Gezonde voeding schiet er al snel bij in. Dirk: “Ik weet van mezelf dat ik een klein hart heb, altijd gehad. Dan vraag ik aan mensen: ‘Heb je fruit voor de kinderen? Nee? Mooi,’ zeg ik dan. Dan pak ik wat appelen en peren erbij, die doe ik in een zakje en geef ik mee. ‘Ik zie je nog wel eens een keer terug, hopelijk in betere omstandigheden.’ Dan hoeven die mensen dat niet te betalen.”
Dirk kan geen dag zonder AGF-handel, maar vindt het niet erg dat er geen opvolger is in de familie. “Ik heb nooit gewild dat ze dit werk gingen doen, je bent een slaaf!” zegt hij stellig. Bij de winkeluitstalling helpt de familie wel mee, en goede kennissen uit de buurt die hem ook koffie of een patatje brengen. “Zo helpen we elkaar door het leven, gelukkig is het is hier nog een heel sociaal gebeuren,” lacht Dirk. “Van nietsdoen gaat een mens achteruit. Ik heb het van collega’s meegemaakt, die zijn dementerend. Ik mag van geluk spreken. De groentewinkel is mijn hobby.” (ML)
diana@thuisincharlois.nl
Arjen Bevelander, Tuinderij Bevelander:
“Uitdagende teeltomstandigheden zetten aan tot innovatie”
“Het weer is lastig, maar tot nu toe komen we er redelijk goed doorheen,” zegt Arjen Bevelander van Tuinderij Bevelander begin juli over de vollegrondstuinkruidenteelt. Arjen spreekt van een uitdagend jaar waarin het, met het maximaal benutten van de droge uren, telkens nog wel lukt om de wekelijkse aanplantingen te doen. “Onder deze omstandigheden kunnen we nog geen twee dagen vooruit plannen. We maken een grove planning en doen de werkzaamheden op het moment dat het kan.”
De oogst geeft hier en daar wat uitval, merkt de tuinder op. Zo ziet hij dat plantenvoeding soms uitspoelt door de vele regen en dat ook de hoge ziektedruk een rol speelt. “Doordat er zoveel water beschikbaar is, is er minimale wortelgroei waardoor de vitaliteit van de plant
onder druk staat en deze vatbaarder is voor ziekten.”
Waar de klimatologische omstandigheden voor uitdagingen zorgen, ziet Arjen dat het ook aanzet tot innovatie; een
terrein waar Tuinderij Bevelander vaak mee bezig is. “We zijn niet bang van innovatie. We worden nu steeds creatiever in het oogsten van onze producten, maar we kijken ook breder: bijvoorbeeld naar de kruidenteelt op water of we richten de focus op machines.” Zo is Arjen bezig om een energieneutrale oogstmachine te bouwen. “De machine is volledig zelfvoorzienend en rijdt op stroom die wordt opgewekt met zonnepanelen op de machine zelf. Daarmee wordt de accu opgeladen. Ook als de machine stilstaat, kan de accu opladen en op die manier verwachten we voldoende stroom te genereren voor onze werkzaamheden.”
“Waar de oogst eerder volledig met de hand werd gedaan, kunnen we met deze
oogstmachine de fysieke belasting van de medewerkers aanzienlijk reduceren. We zetten in op arbeidsverlichting en daarmee maak je het werk leuker.” Een belangrijk aspect, ook voor de invulling van arbeid, merkt Arjen op. “Op dit moment is arbeid voor ons geen probleem, maar je moet er wel alles voor doen. Het heeft onze volle aandacht.”
Een andere innovatie, de teelt van kruiden op water, pakte anders uit dan verwacht, geeft Arjen aan. Teelttechnisch was het dik in orde, merkt hij op, maar vooral de arbeidsintensiteit van deze manier van telen heeft roet in het eten gegooid. “Wil je deze teelt renderend krijgen, moet je schaalvergroting toepassen en automatiseren. Dat vergt een enorme investering waarbij het de vraag is of de markt het extra volume dat opschaling met zich meebrengt, kan opnemen.”
“Het gevaar van opschalen en volledig automatiseren is dat je met een productoverschot blijft zitten. Want in dat geval zijn er al enorme kosten gemaakt voor teelt en handmatige oogst zonder dat daar opbrengst tegenover staat. Dus daarom is het heel belangrijk om voor de teelt op water het product te kiezen dat daarvoor ruimte biedt in de markt.” Uiteindelijk heeft Tuinderij Bevelander geconcludeerd dat een dergelijke opschaling van productie en de afzetmogelijkheden daarvoor momenteel niet overeenkomen.
TOEKOMSTBESTENDIG
Eén van de grootste uitdagingen noemt Arjen de toekomstbestendigheid van de kruidenteelt. “Hoe kunnen we een gezond gewas blijven telen met minder kunstmest en chemie? Dat is een uitdaging, zeker in combinatie met de ver-
andering van het klimaat.” Ondanks de beschikbaarheid van voldoende zoet water, blijft ook dat aspect een zorg, geeft Arjen aan. “De beschikbaarheid van zoetwater is van levensbelang. In grote delen van de wereld is er een tekort. Dus we zullen moeten zorgen dat we het bewaren en veiligstellen.”
Toch blijft de tuinder positief. “Hoewel uitdagend, biedt het telen van kruiden een enorme kans. Kruiden zijn een waardevolle aanvulling van een gezonde maaltijd. En als consumenten minder vlees gaan gebruiken, willen ze toch een andere smaakmaker. Ik verwacht eerder een toename in vraag dan een afname.”
Arjen voorziet dat, om de klimatologische uitdagingen het hoofd te bieden, de kruidenteelt van de toekomst deels overdekt
zal zijn. “Daarmee kunnen we de risico’s beperken, productbeschikbaarheid beter garanderen en het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen terugbrengen. Van onze teelt is nu zo’n 10 procent bedekt en ik verwacht dat we de komende vijf jaar richting 50 procent bedekte teelt zullen gaan.” (MW)
arjen@tuinderijbevelander.nl
Het huidige Zuid-Afrikaanse citrusseizoen heeft flink geleden onder de weersomstandigheden. Eerst werd de groei van de gewassen gehinderd, gevolgd door hevige regenval in de eerste week van juli die de Westkaap teisterde, en ongekend koude temperaturen in het noorden van het land.
“Veel
mensen denken dat El Niño eigenlijk meer invloed had dan verwacht. Hittegolven en droogte op cruciale momenten leidden tot minder fruitontwikkeling, terwijl sommige regio’s tijdens de bloei te maken hadden met harde wind die het gewas beïnvloedde. Dit betekent dat het gebruikelijke patroon waarbij minder fruit vaak grotere maten oplevert, niet gold voor 2024,” merkt Justin Chadwick, CEO van de Citrus Growers’ Association, op.
De exportramingen voor alle citrussoorten zijn herhaaldelijk verlaagd, omdat het kleinere fruit betekent dat er minder kartons gevuld kunnen worden. Aanvankelijk hoopte de citrussector op een recordoogst, maar met de recente tegenslagen zullen ze al blij zijn als ze het exporttotaal van vorig jaar, 165 miljoen kartons van 15 kg, kunnen evenaren.
“VERSCHRIKKELIJK SEIZOEN”
In juni beschreef een teler-exporteur uit Oost-Kaap het als “een werkelijk verschrikkelijk seizoen tot nu toe, de kwaliteit is afschuwelijk. Ik denk niet dat ik ooit zoiets heb gezien in mijn vijftien jaar in de sector. De telers hebben niets verkeerd gedaan. Het probleem is van fysiologische aard, met symptomen zoals
slechte kleur en grootte. Alles is te wijten aan het klimaat, en niemand kan er iets aan doen.”
Het zuurgehalte was erg laag in de citrusboomgaarden in het noorden en de Oostkaap. Sommige telers hadden een exportontheffing aangevraagd voor late mandarijnen, maar deze werd niet verleend omdat het zuurgehalte te laag was, wat de houdbaarheid en de eetkwaliteit beïnvloedt. Creasing, een groeistoornis die verschrompeling veroorzaakt, komt dit seizoen veel voor bij Navels, met name in de Oostkaap. In het Mpumalanga Lowveld melden telers echter dat hun late mandarijnen de beste interne kwaliteit hebben die ze in jaren hebben gezien.
Het fruit uit de Westkaap werd destijds beschreven als perfect, zonder de kleuren zuurproblemen die zich voordeden in de Oostkaap of het noorden. Echter, alles veranderde door opeenvolgende strenge koufronten die in de eerste week van juli over de Westkaap trokken. Deze koufronten en veel wind leidden tot de sluiting van de haven van Kaapstad gedurende meerdere dagen, waardoor transporten naar Europa en Rusland vertraging opliepen.
TWEEDE OVERSTROMING IN TWEE JAAR IN CITRUSDAL
De stad Citrusdal ligt aan de oevers van de Olifants River, die zeven jaar geleden tijdens een droogteperiode opdroogde. De kwetsbare positie van Citrusdal werd duidelijk toen midden juni vorig jaar de hoofdbrug die de stad verbindt met de snelweg naar Kaapstad werd weggespoeld tijdens een overstroming. Dankzij financiële steun, voornamelijk van de teeltbedrijven, kon de brug snel herbouwd worden.
Nu, midden in het citrusseizoen, is diezelfde brug opnieuw weggevaagd door een krachtige overstroming. De eerste schattingen geven aan dat de schade dit jaar nog groter zal zijn dan de R500 miljoen (25,6 miljoen euro) van vorig jaar als gevolg van de overstroming.
Gerrit van der Merwe, voorzitter van de Citrus Growers’ Association en erfgenaam van ALG Estates, een van de oudste citrusbedrijven in Citrusdal, voorspelt dat de aanvoer van citrus de komende weken minstens onderbroken zal zijn.
“We hebben al een zwakke oogst door de overvloedige regenval. Nu hebben we nog meer problemen. We zitten klem omdat onze klanten op ons vertrouwen. We verkopen niet alleen fruit, maar ook het vertrouwen in onze leveringen. De impact op het fruit zal minder ernstig zijn dan vorig jaar, maar het zal wel gevolgen hebben voor onze oogstraming. Onze hoogste prioriteit op dit moment is om een humanitaire crisis te voorkomen, omdat
de voedselvoorraden in de stad kunnen opraken.”
De stad, waar bijna alle inwoners afhankelijk zijn van de citrussector, was minstens vijf dagen afgesloten. Aanvankelijk hoopten de producenten slechts anderhalve week export te verliezen, maar door de omvang van de schade en verdere regenval werden de vertragingen verlengd doordat het enkele dagen duurde voordat het hoge waterpeil was gezakt.
VORSTSCHADE IN LIMPOPO
Het weerfront dat de Westkaap teisterde, ging gepaard met strenge en uitzonderlijk koude temperaturen in het noorden van Zuid-Afrika. “Er was grote schade langs de Elands River, met boomgaarden die 100% bevroren waren,” vertelt een citrusexporteur die niet bij naam genoemd wil worden. “Als je het fruit opensnijdt, ziet het eruit als slush puppies [een ijsdrankje]. Naar het westen toe ziet het er beter uit, maar er is overal schade. Temperaturen varieerden tussen -3 en -5°C, zelfs -8°C. Op de meeste plaatsen waar het zo koud werd, gebeurde dat tussen 6 en 7 uur ‘s ochtends.”
Er waren drie dagen met temperaturen van -5°C gedurende twee uur en langer in centraal Limpopo. De omvang van de schade is nog niet helemaal duidelijk en de oogst is in sommige blokken stilgelegd, wat niet ideaal is: “We verdrinken momenteel in het fruit,” merkt hij op, “en we kunnen het ons niet veroorloven om achter te lopen met ons schema.”
HOGE SAPPRIJZEN
Het Summer Citrus-programma van Zuid-Afrikaanse citrus in de Verenigde Staten zal ernstig worden getroffen door de overstroming in Citrusdal. Het verlies aan citrus uit de Westkaap, voor-
al easy peelers, kan niet worden gecompenseerd door fruit uit andere provincies zoals de Noordkaap, de enige andere provincie met markttoegang tot de VS. Hierdoor kan de handel met de VS dit seizoen onderbevoorraad zijn, wat een uitdaging vormt na jaren van stabiele groei en prijzen in vergelijking met volatielere citrusmarkten elders.
Lokale retailers kunnen het tekort door de overstroming in de Kaap mogelijk vervangen door fruit uit andere provincies. De prijs voor sinaasappelsap blijft echter uitstekend - beter dan ooit tevoren - en fungeert als een buffer tijdens dit moeilijke seizoen, hoewel de prijs voor industriecitroenen zwak blijft.
“We worden overspoeld met sinaasappels en we gaan ze tegen een premie verkopen overzee,” zegt een eigenaar van een sapfabriek die anoniem wil blijven. “We gaan veel meer sinaasappels verkopen dan gepland vanwege de hoge prijzen. De sapprijs is verdrievoudigd en concurreert sterk met exportprijzen.”
Verschillende exporteurs bevestigen dat Europese kopers momenteel niet kunnen concurreren met de prijzen die worden geboden door lokale sapfabrieken, waarbij de extra handling van verpakking, steriprotocol en verzendkosten een rol spelen.
De hoge prijs voor sinaasappelsap is een welkome ontwikkeling, waarvan de industrie verwacht dat deze nog minstens vijf jaar zal aanhouden, totdat andere landen sinaasappelboomgaarden hebben kunnen ontwikkelen om de verwoeste boomgaarden in Brazilië, getroffen door de Aziatische citrus greening (huanglongbing), te vervangen. (CJ/LS) info@cga.co.za | Afmetingen, aantallen en leveringen altijd naar klantwens | Planken van geschaafd, Scandinavisch hout | Speciale modellen, extra sterk en geschikt voor droogwand of beluchting
Hoogvliet introduceerde onlangs een meerjarenplan om zowel de organisatie als het merk te vernieuwen. Dit plan versterkt de balans tussen discountprijzen en service, wat altijd in het DNA van Hoogvliet heeft gezeten. Uit klantonderzoek bleek waar Hoogvliet stond en welke verbeteringen nodig waren. De vernieuwde AGF-afdeling in Zoetermeer speelt een centrale rol in deze transformatie, met nadruk op kwaliteit, betaalbaarheid en een verbeterde klantreis.
De transformatie van Hoogvliet Zoetermeer baseert zich op een uitgebreid customer journey-onderzoek, vertelt Joris Malipaard, projectmanager formule bij Hoogvliet. “Door de hele klantreis in kaart te brengen, van het eerste contactmoment tot de aankoopbeslissing en het gebruik van producten, konden we gerichte verbeteringen doorvoeren. Dit onderzoek optimaliseerde onze besluitvorming en verbeterde de winkelervaring, waarbij we specifieke aandacht hebben besteed aan de brood- en AGF-afdeling, omdat deze van oudsher bij Hoogvliet in het DNA zitten.”
AGF SINDS 1936
Hoogvliet begon in 1968 als een supermarktformule. Eind jaren ’90 opende Hoogvliet een eigen bakkerij in het toenmalige DC in Alphen aan de Rijn. Dit unie-
ke aspect stelde hen in staat om de kwaliteit van de producten en recepturen nauwlettend te controleren en aan te passen. Maar niet veel klanten weten dat de roots in AGF nog dieper in de formule wortelden. Voordat ze uitgroeiden als supermarkt, handelde de familie Hoogvliet sinds 1936 in groenten en fruit.
Doorheen de geschiedenis is er altijd focus geweest op verse, betaalbare producten. Joris: “Hoewel ik niet graag vergelijk, zeggen veel mensen dat ze Hoogvliet een combinatie van Albert Heijn en Dirk vinden, en dat klopt eigenlijk wel.” Joris benadrukt dat in de kern alles om versheid draait. “Uit onderzoek blijkt dat kwaliteit voor onze klanten vaak belangrijker is dan prijs. Dat heeft ons aangemoedigd om voortdurend te streven naar
betere productkwaliteit en een meer klantgerichte aanpak.”
DUIDELIJKE ASSORTIMENTSKEUZES
Daarom sneden ze in het assortiment van de winkel. Op de AGF-afdeling biedt Hoogvliet nog altijd een mix van diep en breed georiënteerde assortimenten aan, maar minder diep dan voorheen. Hoogvliet kiest in het nieuwe concept bewust voor minder variatie en kleinere schapruimte voor hogere omloopsnelheid, wat resulteert in versere producten. “We merkten ook dat ons diepe tomatenassortiment tot keuzestress leidde bij de consument,” vertelt Sharon Jongerius, Categorymanager AGF bij Hoogvliet. “Daarom hebben we onze focus verlegd naar het verbeteren van de kwaliteitsperceptie en het vergemakkelijken van de keuze. We blijven er wel naar streven om voor elke consument iets te bieden, op elk moment van de dag.”
LOGISTIEK EN VERSHEID
Het unieke logistieke systeem van Hoogvliet levert misschien wel de grootste bijdrage aan versheid. In 2020 openden ze een volledig geautomatiseerd supermarktmagazijn met een assortiment van 11.700 verschillende producten: droge artikelen, verse producten, groenten en fruit en diepvriesproducten. Van daaruit beleveren ze dagelijks alle 75 Hoogvliet-winkels. Sharon: “Dit betekent dat een afdelingsmanager 4 tot 5 keer per dag AGF geleverd krijgen en nauwelijks voorraad hoeft aan te houden.”
EIGEN IDENTITEIT VOOR DE AGFAFDELING
Op de AGF-afdeling in Zoetermeer vind je geen Hoogvliet blauw, wel veel actierood. De afdeling kreeg een geheel eigen identiteit met nieuwe ruwhouten meubels, groene banieren, handgeschreven letters voor actiecommunicatie. Dit alles draagt bij aan een ambachtelijke en marktachtige uitstraling.
De rijke geschiedenis van Hoogvliet in AGF is terug te zien op vergrote foto’s uit het familiealbum van Hoogvliet. Deze geven een nostalgisch beeld van de oorspronkelijke groentewinkel en maken de
lange traditie van versheid en kwaliteit die Hoogvliet nastreeft authentiek.
Verspakketten, kant-en-klaarmaaltijden en verse pasta’s vormen een integraal onderdeel van de AGF-afdeling, wat bijdraagt aan het gemak voor de klant. Sharon wil dit graag verder ontwikkelen door ook producten als bloemkoolrijst en courgettespaghetti in te passen in het bewerkte aardappel- en pasta-assortiment.
Hoogvliet heeft de prijscommunicatie in heel de winkel en ook op de AGF-afdeling versterkt, waardoor acties en aanbiedingen prominenter aanwezig zijn. Klanten krijgen zo de bevestiging dat zij voordelig uit zijn. In de nieuwe winkel komt met name het rood uit de huisstijl van Hoogvliet extra naar voren op borden en in actiemeubels, waarin een zeer ruim aanbod van weekacties, volumeacties (superdeals), verrassingsacties (buitenkansjes) en vaste Kies & Mix-aanbie-
Sorteren Verwerken Verpakken
Wij leveren machines voor de verwerking van aardappelen, groenten, granulaten en andere losgestorte producten
Bezoek ons deze zomer tijdens de volgende evenementen: 21 augustus: Aardappeldemodag Westmaas 29 augustus: Uiendag Colijnsplaat
VACATURE: BBL LEERLING MONTEUR
Voor alle werkzaamheden binnen ons groeiende bedrijf: Installatie, reparatie en onderhoud aan machines Ook las- en constructiewerkzaamheden komen voor
Ben jij degene die wij zoeken?
Neem contact op via onderstaande gegevens!
Kettingdijk 5 | 4691 PE Tholen info@denboeragri.nl | +31(0)617036858 www.denboeragri.nl
dingen worden uitgestald. Daarnaast introduceert Hoogvliet het concept van ‘Spotgoedkoopjes’, waarbij ruim 1000 producten van hoge kwaliteit tegen een lage prijs worden aangeboden.
Op de AGF-afdeling is gekozen voor hardlopers met vaste Kies & Mix-aanbiedingen. Er is een hoek met maaltijd- en soeppakketten, 2 voor €8, en een snoepgroentenactiekop met 3 voor €5. In het koelmeubel is een Kies & Mix-schap voor bakjes gesneden fruit, 3 voor €5. Voor
wisselende aanbiedingen zijn in totaal 8 actiekoppen, een actiekoeling en bij de entree van de winkel staan twee rode AGF-actiemeubels voor volume aanbiedingen. In de schappen zelf is er ook volop actiesigning aanwezig.
Hoogvliet werkt op winkelniveau samen met lokale leveranciers en kan daardoor specialties aanbieden zoals Westlandse aardbeien en Streek producten van telers uit het Groene Hart. Met name deze producten zorgen voor verbinding. “Klanten kijken jaarlijks vol verwachting uit naar dit soort producten,” vertelt Sharon. Daarnaast zorgt ze buiten de folderacties voor buitenkansjes om klanten te verrassen. Ze zoeken bewust naar leveranciers van producten die partijhandel kunnen leveren. Sharon: “Hiermee willen we terug naar de kern van handel drijven, door goed te kijken naar beschikbaarheid en relevantie van producten in de markt, zoals vroeger gebruikelijk was.”
VERPAKKING EN DUURZAAMHEID
In lijn met de trend naar duurzaamheid biedt Hoogvliet zowel verpakte als onverpakte AGF-producten aan. “Consumenten hebben nu de keuze, wat inspeelt op hun voorkeuren die sinds de coronapandemie zijn veranderd,” vertelt Sharon. “Waar consumenten voor corona graag onverpakt product zagen, nemen ze nu liever voorverpakte producten mee. We zien dat heel duidelijk in hardfruit; voorheen verkochten we het meeste los, nu zijn dat de verpakte kartonnen en tassen.”
Hoogvliet werkt aan het verminderen van plastic verpakkingen door over te stappen op alternatieven zoals flowpack in plaats van plastic bakjes, dunner plastic en karton. Sharon: “Door kruiden in flowpack te verpakken in plaats van bakjes, hebben we het plasticgebruik met 70% kunnen reduceren.”
Daarnaast test Hoogvliet innovatieve technologieën zoals dry misting om de versheid van producten te behouden. De winkel in Zoetermeer fungeert als testlo-
catie voor deze nieuwe aanpak, met plannen om succesvolle elementen op te schalen naar andere filialen.
SERVICE OP MAAT
Medewerkers spelen een cruciale rol in de klantbeleving. Hoogvliet investeerde in nieuwe bedrijfskleding voor de AGF-afdeling en biedt medewerkers training die past bij de ambitie om een goede buur te zijn. Personeel wordt aangemoedigd om klanten actief te benaderen en te helpen, wat bijdraagt aan een persoonlijke winkelervaring. Joris: “Hoogvliet staat bekend om haar sterke binding met medewerkers, wat blijkt uit de vele jubilea van 25, 30 en zelfs 40 jaar. Ook jonge vakkenvullers blijven vaak lang bij ons en maken dan carrière in de winkel.”
Een vast onderdeel van het AGF-assortiment zijn de halfjes. Die liggen in het schap en zo niet, dan weten klanten dat ze om een halve meloen of bloemkool kunnen vragen. Ook voor andere vragen en advies staan de AGF-medewerkers klaar, met name de AGF-chef die voortdurend de schappen inspecteert en bijvult. Voor klanten is hij duidelijk herkenbaar, want zijn foto hangt prominent boven de schappen.
Het servicekantoor zorgt ervoor alles voor de filialen zo goed mogelijk beschikbaar te maken. “Alleen samen kunnen we winnen,” voegt Sharon toe tot besluit. De AGF-afdeling Zoetermeer is het paradepaardje van Hoogvliet en een ideale testwinkel. “Het is een speeltuin vlak bij ons bureau, want het filiaal ligt op 10 minuten rijden van het hoofdkantoor.” (ML)
Joris@ct-company.nl
Sharon.Jongerius@hoogvliet.com
Brazilië staat wereldwijd op de derde plaats in de fruitteelt, na China en India. De fruitsector vertegenwoordigt 16% van de totale AGF-sector, volgens de Brazilian Association of Fruits and Derivatives (Abrafrutas). Carlos Fávaro, de minister van Landbouw, merkte op dat Brazilië zich ontwikkelt tot een belangrijke speler op de wereldwijde voedselmarkt, waarbij fruit een essentieel onderdeel is. Hij benadrukte de toewijding van de federale regering aan het openen van nieuwe markten en het benutten van kansen voor Braziliaans fruit op mondiale schaal. In 2023 bereikte de export van Brazi-
liaans fruit een recordhoogte van $1,35 miljard, het hoogste niveau ooit. Sinds 2019 heeft de fruitexport van het land consequent de grens van 1 miljard dollar overschreden, met een groei van 24,5% in het afgelopen jaar. De Europese Unie is de belangrijkste afnemer van Braziliaans fruit en ontvangt ongeveer de helft van de totale export. Roberto Perosa, secretaris van Handel en Internationale Betrekkingen (SCRI), benadrukte het historische succes van de fruitexport en schreef dit toe aan de kwaliteit en diversiteit van de Braziliaanse producten. De erkenning door de Europese Unie en de Verenig-
de Staten werd gezien als een bewijs van het concurrentievoordeel van Brazilië op de wereldwijde fruitmarkt. De inspanningen om Braziliaans fruit te promoten en nieuwe markten te verkennen, zullen dan ook worden voortge-
zet. Een grafiekoverzicht van Datamar's DataLiner maritieme inlichtingendienst geeft een gedetailleerd inzicht in de fruitexport in containers van januari tot mei over de afgelopen drie jaar.
Het Filipijnse ministerie van Landbouw - Bureau of Plant Industry (BPI) - heeft Certificates of Non-Coverage afgegeven voor twee nieuwe bananenvariëteiten, TRB011001 en TRB011002, waarin wordt bevestigd dat deze geen genetisch gemodificeerde organismen (GGO's) zijn. Deze bananen zijn ontwikkeld door Tropic Biosciences met behulp van CRISPR-Cas9-technologie en vertonen verminderde verkleuring, wat tot doel heeft om voedselverspilling en CO2-uitstoot te verminderen. De certificering, verleend op 21 juni 2024, volgt
op de indiening van wetenschappelijk bewijs door de productontwikkelaar en volgt de procedure voor tech-
nisch overleg voor evaluatie en vaststelling zoals uiteengezet in DA Memorandum Circular No. 08 s. 2022.
Oudebosweg 14 | 8 T: +31(0)321 336 272 | E: in
Oudebosweg 14 | T: +31(0)634745662 |
geschilde aardappelproducten en verse friet
Deze stap sluit ook aan bij eerdere goedkeuringen voor andere genetisch gemodificeerde gewassen, waaronder een andere bananenvariant met verminderde verkleuring van Tropic in 2023 en de Sicilian Rouge tomaat van Sanatech Seed. Deze certificeringen staan de import en teelt van deze gewassen binnen de Filipijnen toe.
Reisverslag: Peru
Van onbekend 20 jaar geleden tot onmisbaar anno 2024
Met een kuststreek van ruim 2.000 km lang die grotendeels uit woestijngebied bestaat, daarachter het Andesgebergte en ook een stuk oerwoud, is het best opmerkelijk dat Peru zich de voorbije twintig jaar heeft kunnen opwerpen als een onontbeerlijke schakel in de toeleveringsketen van fruit in het laagseizoen op het noordelijk halfrond. Begin mei sprak Pieter Boekhout er met de managers van een 25-tal AGF-bedrijven en organisaties. In dit artikel brengen we verslag van zijn rondreis.
Profiterend van het water van de 53 rivieren die de Andes op Peruaans grondgebied uitstort naar de Stille Oceaan, hebben kleinschalige telers, maar vooral ook grote projecten sinds de jaren ‘90 voor een heuse uitbouw gezorgd van de teelt van onder meer asperges, bananen, druiven, mandarijnen, avocado’s, mango’s en blauwe bessen. Ondanks de soms gespannen politieke situatie – denk maar aan de recente onrusten in december 2022 en juli 2023 –, zijn privé-initiatieven er glansrijk in geslaagd de Peruaanse groenten en fruit op de kaart te zetten, ondersteund door speciaal op de tuinbouw gericht overheidsbeleid.
Peru, een land 31 keer zo groot als Nederland en met een bevolking van 34 miljoen inwoners, is met zijn verschillende klimaten in staat een breed assortiment
van groenten en fruit te telen. Maar het is niet allemaal rozengeur en maneschijn voor de Peruaanse fruittelers. Zoals in elk deel van de wereld liggen er uitdagingen op het pad. Klimaatissues – wie heeft nog niet van El Niño gehoord? – en waterbeschikbaarheid – de toevoer vanuit de Andes ten spijt – zijn de twee belangrijkste.
BRANCHEORGANISATIE
Peru is anno 2024 de grootste exporteur van blauwe bessen en biologische bananen ter wereld, de op een na grootste van avocado’s, asperges, artisjokken, mandarijnen en druiven en de op twee na grootste van mango’s. “Dit is mede mogelijk gemaakt door de oprichting eind vorige eeuw van verschillende brancheorganisaties per tuinbouwproduct, zoals
onder meer ProCitrus, ProArándanos, Provid en ProHass, alsook door een vereniging die de hele sector vertegenwoordigt,” aldus Gabriel Amaro, voorzitter van de overkoepelende organisatie Agap, de bevoorrechte gesprekspartner van de Peruaanse overheid en een van de drijvende krachten achter de enorme irrigatieprojecten langs de Peruaanse kust, die essentieel zijn voor het beheer van een areaal van 400.000 hectare aan gewassen. Het doel van de sector en de overheid is om door te gaan met het winnen van tuinbouwgrond op de woestijn in het noorden en zuiden van Peru, voor een totaal van ongeveer 200.000 hectare extra.
Op institutioneel niveau werkt Agap ook samen met Senasa, de agrarische gezondheidsdienst die de fytosanitaire barrières in nieuwe markten probeert te slechten, en met Promperú, een overheidsagentschap voor de promotie van de Peruaanse export. “Via vrijhandelsovereenkomsten wordt gepoogd de importtarieven in bestemmingsmarkten te verlagen of af te schaffen. Op dit moment verkennen we verschillende markten, waaronder Turkije, India en Hongkong,” aldus Gabriel Amaro.
Op supra-internationaal niveau onderhoudt de dienst relaties met de OESO, de ILO, de WTO en de Wereldbank. “Peru is een land dat conventies heeft ondertekend met de ILO, omdat we ervan overtuigd zijn dat arbeiders over de volledige arbeidsrechten moeten beschikken. Hoewel deze aanpak de sector misschien iets minder concurrerend maakt dan de omringende landen, vooral vanwege het hogere minimumloon, proberen we dit nadeel te compenseren door de productiviteit op het veld, in de verwerkingsmagazijnen en in de logistiek te verhogen. We hebben nog maar net 20 jaar op de teller en het potentieel is nog steeds erg groot. Het is zelfs waarschijnlijk dat in de komende 20 jaar de AGF-export zal verdubbelen, niet alleen van gevestigde producten zoals asperges, blauwe bessen, druiven en avocado’s, maar ook dankzij de introductie van nieuwe referenties zoals dragonfruit, kersen, kaki’s en pecannoten uit Ica,” aldus de voorzitter van Apap. “Kaki heeft een enorm potentieel, vooral voor de export naar landen als Spanje en Japan,” zei Salvador Orrego de la Borda, land- en tuinbouwadviseur op de ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden in Peru, daarover. “En net zoals Chili heeft gekozen voor de ker-
senteelt, omdat het over voldoende koude-uren beschikt, zou Peru het kersenareaal kunnen uitbreiden in gebieden dicht bij de Andes.”
“20 jaar geleden was de Peruaanse agro-export, die toen voornamelijk uit koffiebonen, cacaobonen en asperges bestond, ongeveer 1 miljard dollar waard,” zo stelde Edgar Manuel Vásquez Vela, de directeur van het onderzoekscentrum Cien – Adex die tussen december 2018 en juli 2020 minister van Buitenlandse Handel en Toerisme van Peru was. “Vorig jaar slaagde de sector erin om, na diversificatie van de exportmand met de gekende huidige fruitsoorten, de 10 miljard dollar te overschrijden. De grootste vooruitgang werd evenwel geboekt tussen 2010 en 2019, omdat de pandemie en het weerfenomeen El Niño de voorbije jaren voor een vertraging van de groei hebben gezorgd. Het belang van de export is enorm. Het inkomen van telers van groenten en fruit bestemd voor de internationale markt ligt 50% hoger dan dat van telers die hun producten op de binnenlandse markt verkopen.”
Vanuit de lucht is goed zichtbaar hoe de plantages in Piura in de woestijn liggen. Door voldoende water is tienduizenden hectare vruchtbaar teeltgebied aangelegd
Volens de directeur van Cien – Adex groeien er bovendien nog veel gewassen in het Amazonegebied die het potentieel hebben om het fruit van de toekomst te worden. De slechte verbinding van het Amazonegebied en zelfs de Andes met het Peruaanse kustgebied is echter een
van de belangrijkste factoren die de verdere ontwikkeling van de agro-exportsector bemoeilijken. “Zo hebben we bijvoorbeeld een ananas van zeer goede kwaliteit die op grote hoogte in het oerwoud groeit, maar de export is lastig door het gebrek aan goede wegen naar de haven of luchthaven.”
Een andere grote uitdaging – in tegenstelling tot de afgelopen drie decennia, toen politiek en economie in Peru geheel afgescheiden werelden leken te zijn – is volgens de directeur van het onderzoekscentrum de impact die de politieke instabiliteit de afgelopen twee jaar heeft gehad op de groeivooruitzichten van de bedrijven. “Feit is dat twee jaar geleden een wet is veranderd die de voorbije twintig jaar heel belangrijk is geweest voor de bevordering van de agro-exportsector.”
De wet stelde werkgevers in de AGF-sector in staat om arbeiders aan te nemen met bepaalde belastingvoordelen in vergelijking met andere sectoren. “Gelukkig is de huidige regering van plan om deze wet ter bevordering van de tuinbouw, die ook steun voor irrigatieprojecten omvat, weer in ere te herstellen.”
NIEUWE HAVEN VAN CHANCAY Begin volgend jaar worden de eerste schepen verwacht in de nieuwe haven van Chancay, zo’n 70 km ten noorden van de Peruaanse hoofdstad Lima. Cos-
co Shipping Ports, dat meer dan 300 ligplaatsen in 38 havens beheert, steunt op zijn uitgebreide ervaring om een nieuwe haven te bouwen die Peru, en bij uitbreiding de buurlanden, zal verbinden met de Aziatische markt via een directe route waarvan de transittijd niet meer dan 27 dagen zal bedragen, vergeleken met de huidige 38-40 dagen. “Op dit moment is slechts 10% van de Peruaanse agro-export bestemd voor het Verre Oosten, voornamelijk vanwege de lange duur van het zeetransport,” gaf Alonso Guinand, hoofd marketing bij Cosco Shipping Ports, aan.
De nieuwe haven, die in deze eerste fase van de bouw vier overslagplaatsen zal tellen, waarvan er twee zijn uitgerust om de grootste containerschepen ter wereld te ontvangen, met een capaciteit tussen 18.000 en 21.000 TEU, zal na voltooiing elf terminals voor containerschepen en vier multifunctionele terminals omvatten. De geplande opleverdatum voor de vierde fase is over ongeveer 15-20 jaar. De meeste containers die bestemd zijn voor China worden momenteel geladen in de haven van Callao, vlak bij Lima, waar echter geen directe route naar Azië is. Voor fruit uit het noorden van Peru, Ecuador en Colombia, maar ook voor goederen uit Chili, zijn er in de toekomst feederdiensten gepland naar de haven van Chancay.
Veel Peruaanse fruitexporteurs kijken al uit naar de ingebruikname van deze directe route naar China. “Een voordeel van de Chinese markt is dat de bedrijven er vaak goed betalen en soms zelfs vooruitbetalen. De kleine maten avocado’s vinden er een afzetmarkt en de mandarijnen worden er ondanks hun groene kleur goed ontvangen. In Europa daarentegen willen consumenten alleen oranje mandarijnen,” wist Manuel Augusto van het teeltbedrijf Sun Fruits Exports te vertellen. “Tot nu toe werd het Verre Oosten vanwege de lange reis niet gezien als een aantrekkelijke optie voor ons, vooral in het geval dat koudebehandeling noodzakelijk is. Fruit lijdt immers enorm als het 35 dagen bij nul graden wordt opgeslagen,” verwoordde Alfonso Rizo-Patrón, bestuurslid van Procitrus, het.
In 2022 zette Peru 583.214 ton avocado’s af op de buitenlandse markt. “Van de 27.000 avocadotelers in Peru bezitten ongeveer 20.000 een perceel, vooral in de Andes, van minder dan één hectare,” vertelde Arturo Medina Castro, directeur van brancheorganisatie ProHass. Het avocado-areaal in Peru bedroeg in 2022 70.545 hectare, waarmee het land de derde grootste producent van dit fruit ter wereld is, na Mexico (234.821 ha) en Colombia (110.183 ha), zo blijkt uit gegevens van de FAO. “Ongeveer 60% van de Peruaanse avocado’s wordt naar Europa geëxporteerd, 20% naar de Verenigde Staten, 10% naar Chili en de rest naar landen in Azië,” aldus de directeur van ProHass.
“Net als bij onder meer druiven, mandarijnen en blauwe bessen, vindt de teelt plaats in de woestijnvalleien van het kustgebied. Peruaanse avocado’s worden grosso modo tussen de weken 12 en 37 op de markt gebracht, met het hoogtepunt van het seizoen tussen de weken 21 en 31,” gaf Arturo Medina Castro aan, die naar aanleiding van de uitbreiding van het rassenassortiment en het areaal evenwel waarschuwt voor overproductie.
“We maken ons zorgen over de marktprijzen op bepaalde momenten van het seizoen, aangezien de concentratie van de oogst in het centrale deel van Peru kan leiden tot lagere prijzen, zeker als we daar ook de volumes bij optellen die onze concurrenten leveren, op de Europese markt met name Zuid-Afrika en Kenia, en op de Amerikaanse markt de lokale productie en Mexico.”
Het is een mening die gedeeld werd door Manuel Augusto van Sun Fruits Exports: “Meerdere telers in het centraal gelegen Ica zijn hun avocado’s aan het vervangen door druiven, mandarijnen of blauwe bessen. Hoewel de Europese markt gemakkelijk 500 containers per week absorbeert, zorgen pieken in de productie, met uitschieters van 1.000 containers per week vanuit Peru naar Europa, voor een overaanbod en bijgevolg lagere prijzen. Een telersprijs van € 0,60 per kilo dekt de kosten niet. Andere fruitgewassen, voornamelijk druiven, zijn veel winstgevender.”
Ook de waterbeschikbaar en -kwaliteit baren zorgen. Voor de teelt van avocado’s heeft Sun Fruits gemiddeld 14.000 m3 water per hectare nodig, ruim 50% meer dan de 9.000 m3 voor druiven. “Het probleem is niet alleen de grote hoeveelheid water die nodig is, maar ook dat het water een zeer laag zoutgehalte moet hebben. Het zoutgehalte van de watervoerende laag waaruit we pompen, neemt echter jaarlijks toe, niet vanwege de nabijheid van de zee – we bevinden ons hier 400 meter boven zeeniveau –, maar omdat
het waterniveau in de aquifer zakt, waardoor de zoutconcentratie toeneemt. Hoewel de initiële investering voor een druivengaard groter is dan die voor een
Roto-Sieve trommelzeven
Roterende trommelzeven voor de verwijdering van vezels, groenten- en aardappelsnippers uit afvalwater en spoelwater. Onze toestellen zijn doeltreffend, duurzaam en onderhoudsvriendelijk. Wereldwijd zijn er reeds meer dan 5500 zeven in bedrijf.
avocadoperceel, wordt de investering gecompenseerd door het snel in productie komen van de gewassen. Bovendien verstrekken banken gemakkelijker lenin-
Waterbehandeling groenten- en aardappelverwerking
Hergebruik van afvalwater en spoelwater
De nieuwste membraantechnologie (ultrafiltratie, nanofiltratie & omgekeerde osmose) laat toe een substantieel deel van het huidige effluent (tot 80 %) opnieuw te gebruiken Zo kunnen grote besparingen op de water- en lozingskosten worden gerealiseerd. Contacteer ons vrijblijvend voor advies op maat van uw bedrijf!
gen voor de druiventeelt dan voor de avocadoteelt.”
“Op dit moment is de prijs voor de kleine en middelgrote maten laag op de Europese markt,” zei Omar Díaz, directeur van Westfalia Fruit Peru, een dochteronderneming van de multinational Westfalia Fruit Group, begin mei. “Er is immers veel aanbod van landen als Kenia, Tanzania en Mozambique. Daarom is Azië belangrijk voor ons. We kunnen er onze kleine maten naartoe sturen, die daar erg gewild zijn.” Om langer op de markt te kunnen blijven doet Westfalia Fruit Peru testen met andere rassen, voornamelijk GEM® en Lamb Hass. “Met GEM®, een ras dat iets later is dan Hass, en Lamb Hass, dat het seizoen afsluit en over het algemeen met grotere maten komt, zouden we de export kunnen verlengen tot half oktober.”
“Dit jaar zal de Peruaanse avocado-oogst volgens officiële cijfers van de sector met 16% afnemen als gevolg van klimaatverandering,” zei Arantxa Nuñez, verkoopdirecteur bij Danper, een Peruaans teeltbedrijf dat zo’n 14.000 mensen in dienst heeft. “Wij en andere marktdeelnemers denken echter dat de daling groter zal zijn, tussen 25% en 30%, voornamelijk door het gebrek aan grote maten. Terwijl we in een normaal jaar een opbrengst van 20-25 ton per hectare halen, komen we dit seizoen in sommige regio’s niet boven de 12 ton per hectare uit. We moeten investeren in nieuwe rassen die bestand zijn tegen hitte en die zich aanpassen aan de nieuwe klimaatomstandigheden.”
Volgens Isaías Segovia Romaní, verantwoordelijke voor de tuinbouwactiviteiten in Peru van het Deense bedrijf Ingleby Farms, waren de verliezen in de
avocadoteelt vanwege het klimaatfenomeen El Niño vorig seizoen nog groter. “Niet zozeer door de hogere temperaturen, die ook wel een impact hadden op de bloei, maar vooral door het teveel aan water, waardoor ongeveer 30% van het wortelstelsel verloren ging. In anderhalve maand kregen we 1.300 mm regen te verwerken, vergeleken met een gemiddelde van 60 mm per jaar. Maar na wat er vorig jaar is gebeurd, hebben we verbeteringen aangebracht aan het drainagesysteem. Het gewas staat er dit jaar veel beter op.”
Terwijl er voor de teelt van 1 kilo avocado’s in Peru gemiddeld ongeveer 900 liter water wordt gebruikt, heeft Ingleby Farms op zijn percelen in de provincie Lambayeque slechts iets meer dan de helft van deze hoeveelheid nodig. “We gebruiken ook 30% meststoffen, gewoon door het wortelsysteem van de planten te verbeteren met behulp van micro-organismen die in synergie met de wortels leven. En terwijl sommige andere telers verliezen van rond de 80% registreren door ongunstige weersomstandigheden, bedraagt de oogstdaling bij ons niet meer dan 15%.”
Ingleby Farms produceert in het laboratorium Trichoderma Harzianum en Bacillus Subtilis, bacteriën die de wortels van de avocadobomen koloniseren en voedingsstoffen zoals suikers, koolhydraten en stikstof uitwisselen, naast mineralen zoals kalium en fosfor. “De verbetering van het wortelsysteem zorgt ervoor dat de gemiddelde opbrengst per hectare een niet te verwaarlozen 30 ton bereikt.”
In Nakhon Nayok, Thailand, kreeg een ambulancechauffeur kritiek nadat hij tijdens een spoedrit met een patiënt stopte om bananen te kopen. De dochter van de patiënt plaatste een virale video waarin ze de chauffeur confronteerde. Het ziekenhuis erkende dat de drie seconden durende vertraging ongepast was, hoewel het geen gevaar opleverde voor de patiënt, die stabiel bleek.
DRUIVEN
Peru exporteerde in 2022 in totaal 526.857 ton druiven, zo blijkt uit gegevens van de FAO. Op basis van cijfers van Provid ligt 49% van het areaal in het departement Ica en 37% in Piura. Ongeveer 90% van de export vindt traditioneel plaats tussen week 40 en week 3, met de piek van het seizoen in de weken 47 en 48. In 2023-2024 was 59% van de druivenexport bestemd voor Noord-Amerika, 21% voor Europa en 13% voor Azië. “Vorig seizoen daalde de export echter met 12% door de invloed van El Niño,” zei Manuel Yzaga, voorzitter van brancheorganisatie Provid. “In het noorden van Peru had de oogst te lijden onder een hoge vochtigheidsgraad. Komend seizoen denk ik dat de export weer zal aantrekken, want met de komst van koeler weer als gevolg van de invloed van La Niña zal de opbrengst waarschijnlijk toenemen.”
Ongeveer 30 jaar geleden had Peru voornamelijk Crimson, Thompson, Flame en Sugraone druiven beschikbaar. Later, toen ook de Aziatische markt zich opende, kwam daar Red Globe bij. In 2023-2024
waren de meest geteelde rassen Sweet Globe (22%), Red Globe (16%), Autumn Crisp (14%), Sheegene 20 - Allison (7%) en Sweet Celebration (5%). Witte pitloze druiven vertegenwoordigden vorig seizoen 54% van het areaal, rode pitloze 25%, Red Globe 16% en zwarte pitloze 5%.
Creeër een passend aanbod voor uw doelgroep met ons totaalpakket van kwaliteitsaardappelen variërend van 300g-verpakkingen tot 25kg-zakken.
“De planten namen vorig seizoen een andere groeisnelheid aan,” vertelde Alonso Puga, directeur van Proserla, een teler
Wat wij doen?
Van iets simpels iets bijzonders maken. Wij houden niet van gladde praatjes. We houden van eerlijk en oprecht. Van directeur tot inpakker, het is een team met hart. Een team waarmee we graag investeren in de omgeving.
Quik’s is een écht familiebedrijf. Dat merk je. Dat voel je. Dat proef je!
naarbenieuwdmeer?
“Door
verbetering van het wortelsysteem gaat de gemiddelde avocado-opbrengst naar 30 ton per hectare”
en verpakker in het noorden van Peru. “In een normaal jaar verstrijken er tussen het snoeien en het oogsten van Autumn Crisp druiven 160 dagen, vorig jaar was het slechts 125 dagen. En terwijl de trossen normaal gesproken 700-750 gram wegen, wogen ze vorig seizoen 300-350 gram. Ook dit jaar staan we voor uitdagingen, omdat er zeer grote volumes op de markt worden verwacht vanuit heel Peru. Met dergelijke grote volumes zullen we een verkoopstrategie moeten bedenken gebaseerd op kwaliteit en goede timing. We zullen schaakspel moeten spelen,” aldus Alonso.
Het Peruaanse citrusseizoen loopt van april tot en met september. Peru is na Brazilië, Zuid-Afrika en Argentinië de op drie na grootste citrusteler van het zuidelijk halfrond. In 2022 oogstte Peru 344.265 ton limes en citroenen, 591.187 ton sinaasappelen en 638.844 ton mandarijnen en clementines, zo blijkt uit gegevens gepubliceerd door de FAO. “Slechts 15% van het in Peru geteelde citrus wordt geëxporteerd, het overgrote deel wordt op de binnenlandse markt afgezet,” wist Sergio del Castillo, CEO van brancheorganisatie ProCitrus. “Nadat vorig jaar de bloei van de citrusbomen tegenviel door de hoge temperaturen, wat resulteerde in een daling van 6% van zowel de oogst als de export, verwachten we dit jaar een herstelbeweging. De export wordt geraamd op 280.000 ton, waarvan 220.000 ton mandarijnen en clemen-
tines, ongeveer 30.000 ton limes, 25.000 ton Valencia sinaasappelen en circa 2.000 ton grapefruit.”
Ondanks de goede vooruitzichten voor de afzet van hoogwaardige easy peelers, met name Nadorcott en Tango, zijn er momenteel geen grote projecten voor de uitbreiding van het Peruaanse areaal. “De grote investeringen concentreren zich in het noorden van het land, met aanplantingen van avocado’s en blauwe bessen. De citrusteelt bevindt zich eerder in het centrum en het zuiden van het land,” gaf Alfonso Rizo-Patrón, bestuurslid van ProCitrus, aan. “Satsuma was het eerste mandarijnenras dat in Peru neerstreek, meer bepaald in de centrale provincie Huaral. Het werd geïntroduceerd door telers met een Japanse achtergrond,” vertelde dan weer Diego Garibaldi, directeur van het teeltbedrijf Agroindustrial G&P SAC.
“Acht jaar geleden vonden slechts 10% van de citrusaankopen in de EU in ons venster plaats, nu is dat gestegen naar 30-35%,” aldus de vertegenwoordigers van ProCitrus. “En terwijl in de Verenigde Staten vroeger vijf keer meer citrus in de winter dan in de zomer werd verkocht, is dit cijfer nu gedaald naar 1,5. Deze verandering in het consumentengedrag opent perspectieven voor de afzet van onze moderne easy peelerrassen, die ondanks hun minder goede kleuring wegens de hoge temperaturen toch zeer kwaliteits-
vol zijn met een Brix-gehalte tussen 10,5 en 12 graden.”
De limesteelt bevindt zich voornamelijk in het noorden van het land, waar enkele telers tot 1.000 of 1.500 hectare bezitten. De Peruaanse limes concurreren volgens Ricardo Solorzano Cadillo, financieel manager van Sol de Olmos, vooral met het Mexicaanse fruit. “De Peruaanse limes bevatten met een gemiddeld sapgehalte van 38-42% evenwel meer sap dan de Mexicaanse tegenhanger, die op 25-28% blijft steken. Ze hebben een dunnere schil en zijn met een pH van 6 bovendien ook zuurder dan de Mexicaanse, die een pH van 9 hebben. Maar omdat de Mexicaanse limes donkerder zijn, wat door de consument als een indicatie van kwaliteit wordt beschouwd, leveren ze 30-40% hogere verkoopprijzen op dan de Peruaanse. En hoewel we ook concurreren met Colombia en Brazilië, slagen we erin om zeer goede resultaten te behalen op de exportmarkt.”
Hoewel citroen een klein product is in Peru, heeft een Argentijns bedrijf de afgelopen jaren de teelt van biologische citroenen opgezet in het noorden van Peru. “Argentinië heeft een enorm groot citroenenareaal, maar de teelt is er conventioneel, omdat ze gewasbeschermingsmiddelen moeten gebruiken om verschillende ziekten te bestrijden. In Olmos, waar de grond nog maagdelijk is, het klimaat droog en het water van hoge kwaliteit, is de biologische fruitteelt echter een grote troef. Zo komen ook Huanglongbing of citruskanker nog niet voor in onze teeltgebieden.”
BANANEN
Hoewel de export van Peruaanse biologische bananen al in 1995 via Dole Ecuador van start ging, werd pas in 2002 de eerste container bio-bananen met het Fairtrade label naar Nederland geëxporteerd. “Met de komst van Fairtade begonnen de telers zich te organiseren en de bananen voor een hogere prijs te verkopen,” vertelde Walter Mauricio Canovas, adviseur bij de Junta Nacional del Banano, een organisatie die kleinschalige Peruaanse bananentelers verenigt. “Ondertussen is ook de gemiddelde prijs van twee dollar per karton die de telers in die beginjaren ontvingen al gestegen naar gemiddeld zes dollar vandaag.”
Dat Peru, in tegenstelling tot landen als Colombia of Ecuador, zich kan richten op de biologische bananenteelt heeft te maken met de lage relatieve vochtigheid
in het noorden van het land. Nagenoeg 90% van de biologische bananenteelt in Peru vindt plaats in de Valle del Río Chira, in het departement Piura. “We zijn het enige land dat geen Sigatoka heeft. In het Colombiaanse en Ecuadoraanse tropische klimaat zijn de telers verplicht om behandelingen met gewasbeschermingsmiddelen toe te passen om de schimmel op afstand te houden. Maar de Peruaanse export is natuurlijk veel kleiner dan die van Ecuador,” legt Walter Mauricio uit. Volgens gegevens van de FAO bedroeg de Peruaanse bananenexport in 2022 in totaal 164.971 ton, vergeleken met de 6.879.238 ton die Ecuador in dat jaar op de internationale markt heeft afgezet.
“De kleinschaligheid van onze teelt en het feit dat het areaal niet veel groter kan worden door de beperkte beschikbaarheid van water, zijn twee van de redenen waarom multinationals niet actief zijn in ons land,” aldus Diego Balarezo van Solidaridad Peru, die eraan toevoegde dat hij in de 20-jarige geschiedenis van Fairtrade bananen in Peru meer vooruitgang heeft gezien in de levensomstandigheden van de kleinschalige telers dan in de 35-jarige geschiedenis van het Fairtrade
label in de koffiesector. “We hebben echter een groot probleem en dat is dat we nu al bij de tweede of derde generatie telers zijn aanbeland die het areaal dat ze bezitten telkens weer verdelen onder hun kin-
deren. Nu heeft een teler gemiddeld één hectare, maar er zijn ook huishoudens met 0,25 hectare of minder.”
Vanaf de oogst van 2025 zullen wij zelf onze aardappelen inkopen. Wil jij voor ons telen? Neem contact met ons op om de mogelijkheden te bespreken. www.celavita.nl | info@celavita.nl
Solidaridad is een wereldwijde organisatie die ruim 50 jaar geleden werd opgericht in Nederland. In 1988 was Solidaridad betrokken bij de stichting van Max Havelaar. In Peru ondersteunt de organisatie kleinschalige mijnwerkers en producenten van koffie, duurzame palmolie, cacao en fruit. In de fruitsector is de grootste productgroep banaan, waarvan de afzet werd opgestart in samenwerking met het Nederlandse handelsbedrijf AgroFair.
Fairtrade International heeft nu echter een moratorium aangekondigd op de certificering van nieuwe plantages vanwege de stagnatie van de markt voor Fairtrade en biologische bananen in de afgelopen jaren. “Bananen zijn een van de best verkopende producten in supermarkten, die vastbesloten zijn om de prijs van dit fruit laag te houden. Bananen dienen op die manier als lokproduct,” legde Luud Clercx van AgroFair uit. “Het is onmogelijk om winst te maken met een prijs van 0,99 €/kg in de winkel, maar het doel van de supermarkten ligt dan ook elders: klanten aantrekken die vervolgens andere producten kopen die wel de winstcijfers opkrikken. Met andere woorden, bananen zijn ‘een eiland van verlies in een zee van winst’ in de winkels, zoals een retailonderzoeker het eens verwoordde.”
Naast de versnippering van de percelen is er nog een ander probleem, dat volgens Walter Mauricio kan leiden tot het verdwijnen van de bananensector als er geen oplossing voor wordt gevonden. “Ik heb het over Fusarium TR4. Tot vorig jaar hadden we nauwelijks problemen met deze schimmel, omdat hij niet gedijt in ons droge klimaat. Maar met het weerfenomeen El Niño en de doortocht van de cycloon Yaku vorig jaar kon de schimmel zich toch enigszins verspreiden door de
enorme toename van de relatieve vochtigheid. Hopelijk blijft het klimaat in onze regio de komende jaren droog, want het lijkt erop dat de enige afdoende oplossing voor TR4 de introductie van een nieuw resistent bananenras zou zijn.”
MANGO
Het nieuwe mangoseizoen start rond week 45 en zal duren tot circa week 13. De teelt bevindt zich in het noorden van het land. In de regio Piura heeft 80% van de mangotelers een areaal van minder dan 10 hectare. Met een aandeel van 90% is Kent het belangrijkste ras. “De overige 10% bestaat uit rassen die worden verkocht op de lokale markt of bestemd zijn voor de verwerkende industrie, met name het ras Edward,” vertelde César Morocho Marchán, directeur van Frutas de Piura.
“De Peruaanse mango komt op de markt op een moment met veel opportuniteiten, namelijk na Ecuador en vóór Mexico en Centraal-Amerika. Hoewel we het grootste deel naar Europa zenden, is de VS met een jaarlijkse consumptiestijging van 3-4% een mooie groeimarkt.” In 2022 verscheepte Peru 241.182 ton mango naar het buitenland. Met 447.502 ton is Mexico de primus, maar Peru houdt landen als Brazilië (231.874 ton) en India (171.748 ton) achter zich, zo blijkt uit gegevens van de FAO.
Vorig jaar exporteerde Peru 2.600 containers naar overzeese markten, veel minder dan de 10.600 containers van het voorgaande seizoen. “De gemiddelde temperatuur in de maanden juni, juli en augustus was 19°C, terwijl mango een temperatuur van 16°C nodig heeft tijdens de bloeifase. Daarnaast waren er problemen met vruchtrot bij aankomst op de bestemmingen door een schimmelziekte
die werd veroorzaakt door de hoge temperaturen en de hoge luchtvochtigheid. Hoewel er gewasbeschermingsmiddelen zijn die de gevolgen kunnen verzachten, is het gebruik ervan niet toegestaan in de teelt die bestemd is voor de EU,” aldus César Morocho, die eraan toevoegde dat de sector dit nieuwe seizoen met enige schrik tegemoet ziet. “We moeten de teelttechnieken aanpassen, bijvoorbeeld door dieper te snoeien zodat de boomkroon zich opent en meer ventilatie toelaat in de gewassen. En als het probleem van de hitte zich in de toekomst blijft stellen, zullen we rassen moeten aanplanten die bestand zijn tegen hogere temperaturen.”
DRUK OM CERTIFICATEN TE BEHALEN
Een van de grote uitdagingen voor de Peruaanse telers en exporteurs zijn de regelgeving en eisen die door de overheden van de bestemmingslanden en de buitenlandse klanten worden opgelegd. “Op het gebied van verpakking worden de wetten steeds restrictiever wat betreft het gebruik van plastic,” stelde Juan Antonio Portugal van PromPerú. Ook de druk om allerlei certificaten te behalen die getuigen van goede praktijken op het vlak van kwaliteit, arbeid en milieu, is heel hoog. De lijst is vaak langer dan de gebruikelijke certificeringen zoals GlobalGAP, GRASP, SMETA en BRC.
“Voor de Amerikaanse markt hebben we de Sustainably Grown certificering, een certificaat dat zeer vergelijkbaar is met Rainforest Alliance,” aldus de commercieel directeur van Pampa Baja. “Bovendien hebben we, omdat de avocadoteelt veeleisend is op het gebied van water, het Alliance for Water Stewardship certificaat behaald, een accreditatie in handen van slechts enkele Peruaanse telers.” Danper legt dan weer de focus op socia-
le certificaten zoals ISO 45001, NSF en EDGE. “Die laatste is de belangrijkste certificeringsstandaard en evaluatiemethodologie voor gendergelijkheid ter wereld (Equity, Diversity and Gender Equality). In Peru bestaat 40% van de huishoudens uit alleenstaande moeders. Dat is een verschrikkelijke statistiek. Bij Danper bieden we vrouwen kansen, omdat we de situatie willen omkeren waarin de kinderen van alleenstaande moeders geen onderwijsopportuniteiten hebben,” aldus de directeur.
Alle geïnterviewde exporteurs deelden de mening dat Europa over het algemeen veel strengere eisen stelt dan de VS en Aziatische markten en dat ze best willen tegemoet komen aan de eisen van de bestemmingsmarkten en de noodzaak om bepaalde certificaten voor te kunnen leggen, als daar tenminste een billijke vergoeding voor de geleverde producten tegenover staat. Maar daar wringt het schoentje nog al te vaak, zo was de teneur.
OOK BLAUWE BESSEN, ASPERGES, GEMBER, ...
In dit artikel is gepoogd een impressie te geven van het belang van de Peruaanse AGF-sector voor de economie van het land en voor meerdere exportmarkten, zoals naar voren is gekomen in de vele interviews die Pieter Boekhout heeft afgenomen bij leidinggevenden van brancheorganisaties, coöperaties, teeltbedrijven en pakstations. Noodgedwongen hebben we ons moeten toespitsen op enkele producten en op bepaalde aspecten, die maar deels recht doen aan de Peruaanse realiteit, die rijker en diverser is dan hier aan bod is gekomen.
Zo hebben we het niet gehad over de omvangrijke en belangrijke teelt van blauwe bessen, asperges, artisjokken, paprika’s, pepers, knoflook, gember en kurkuma en hebben we de schijnwerpers niet kunnen richten op de ijver en toewijding van vele private bedrijven om de kleinschalige telers en arbeidskrachten te voorzien van een waardig loon en betere leefomstandigheden, om hun zorg
om het milieu en om de veerkracht van de ondernemingen om zich aan te passen aan de wijzigende marktvraag, onder meer met een schuchter begin om ook in Peru zelf waarde toe te voegen aan de productie door de verse groenten en fruit te verwerken tot diepgevroren producten, sappen, sauzen of conserven.
Ook het thema van de toenemende moeilijkheid om voldoende arbeidskrachten te vinden is onvoldoende belicht. Want ja, ook een land als Peru kent deze problematiek, die geïllustreerd kunnen worden met de volgende woorden van Micky Luzquinos van Pampa Baja: “In Olmos richten we ons liever op de avocadoteelt. De blauwe bessenteelt vereist immers veel arbeid en die is schaars in het noorden van het land, waar het moeilijk is om op de arbeidsmarkt te concurreren met enkele andere blauwe bessentelers die al een groot deel van de markt innemen.” Wie weet worden het de onderwerpen voor een volgend artikel na een nieuwe reis naar dit prachtige Andesland… (PB/ PDC)
Modelabel Balenciaga heeft een nieuwe versie van zijn
Triple S sneakers onthuld, die gebruik maakt van Bananatex. Dit materiaal, ontwikkeld door het Zwitserse bedrijf
QWSTION, is afkomstig van Abacá bananenplanten uit de hooglanden van de Filipijnen. Bananatex is een milieuvriendelijke, plasticvrije canvasstof.
€ 199,-
Onze stapelbare bedden zijn getest op 200 kg gewicht belasting, zijn absoluut
heavy-duty
Hufter en Hooligan proof
Kunstenaar Nathan Wyburn heeft een opmerkelijk kunstwerk onthuld: een replica van Stonehenge, gemaakt van onder andere prei, koolbladeren en ander voedsel. Naast Stonehenge creëerde hij nog drie eetbare scènes: Ribblehead Viaduct, Giant’s Causeway en de Clifton Suspension Bridge bij Avon Gorge. De kunstwerken, elk 1,5 bij 1,2 meter groot, zijn gemaakt met 67 kg verse producten en kostten Wyburn 48 uur om te voltooien, met hulp van biologische chef-kok Ali Pumfrey uit Yeo Valley.
Hoogtepunten:
€ 99,50
Super gemakkelijk in 30 seconden in elkaar te zetten!
Ook bij commercieel gebruik 10 jaar garantie op fabricage en materiaal fouten!!
Matras maat 90 x 200 cm. Deze bedden zijn als enkelbed, stapelbed of als ruim tweepersoons bed te gebruiken.
Tevens verkopen wij tafels, stoelen, beddengoed en geheel afwasbareen bedwants resistente matrassen en kussens.
• Goede hitte en droogte resistentie
• Lage stikstof behoefte
• “Multipurpose” ras
Bezoek ons op:
11 en 12 september 2024
Villers-Saint-Christophe Stand C142-144
Gerjan Snippe, Bio Brass:
“Als we de keten goed inrichten, is biologisch net zo efficiënt”
“Wij zijn eigenlijk wel positief over de afzet van biologische producten. Er worden grote stappen gezet,” duidt Gerjan Snippe van Bio Brassdat zich richt op de teelt, verwerking en vermarkting van biologische groenten - de markt. Gerjan ziet dat de inrichting van de keten daarbij een belangrijke rol speelt. “Wij kijken vanuit data. Vaak is biologisch misschien wat duurder, soms ingewikkeld of van mindere kwaliteit is, maar dat komt vaak ook omdat er kleine volumes worden verhandeld.”
“Dat is het gevolg van hoe je de keten inricht. Dat heeft niets te maken met de basisproductie. Voor elk nicheproduct geldt dat als er maar een paar producten in een colli zitten en de vrachtwagen voor een half pallet moet komen, alles vanzelf duur wordt. En als het dan lang onderweg is en een lage omloopsnelheid heeft, heb je automatisch minder mooie kwaliteit.”
STERKER GEWAS
Gerjan ziet de oplossing in opschalen. “Als de retail ervoor kiest om van bepaal-
de producten alleen de biologische variant in het schap te leggen, krijg je dezelfde dynamiek als in het niet-biologische schap en is ineens zichtbaar dat er helemaal geen kwaliteitsderving is, maar er misschien wel sprake is van een sterker gewas. Je ziet dan dat biologisch net zo efficiënt is in de logistieke keten. De productiekosten van biologische producten zijn vaak niet zo heel veel hoger dan die van conventionele producten en dan valt het voor iedereen op zijn plek.”
Lang is het inrichten van de keten waardoor de biologische groenten niet onnodig duur zijn, één van de belangrijkste speerpunten van Bio Brass geweest. Gerjan ziet dat daar in toenemende mate de klimatologische context bijkomt waarin de groenten geteeld worden, want die verandert snel. “We hebben echt wel een uitdaging en moeten ons afvragen of we nog wel de juiste dingen doen. Als bijvoorbeeld het telen van bloemkool in juni vanwege de mineralisatie lastig wordt, moet je dat product in juni dan nog willen hebben of moeten we dan beslissen om later te beginnen?”
VERBONDENHEID
En ook daar ziet Gerjan een rol voor de hele keten weggelegd: “Dat het buiten rommelt en verandert en dat daardoor de hele keten anders moet worden ingericht omdat de dingen niet meer vanzelfsprekend zijn, is voor de gehele landbouw de grootste uitdaging.” Hij merkt dat verbondenheid in de keten daarbij
een pluspunt is. “Ik ken niemand die zegt ‘ik snap het niet’. Het is meer: hoe krijgen we gezamenlijk een bestaand systeem om naar een situatie die onder de huidige omstandigheden werkt. Wij zien daar ook veel kansen in. Alleen houdt het ook in dat je af en toe moet incasseren.”
JAARROND BEWAREN ZONDER EN MÉT BUITENLUCHT
CO2-neutraal en met minimaal gebruik kiemremmers
Vraag het kennisdocument ‘Intelligente bewaartechnologie voor aardappelen’ gratis op via aardappelbewaring.nl
Productbewaring zonder kwaliteitsverlies
• Gecontroleerd drogen en bewaren
• Minimaal gewichtsverlies
• Maximale energie-efficiëntie
• Geen uitbreiding van rotnesten, geen drukplekken
• Zonder en mét buitenlucht aardappelbewaring.nl
Bezoek ons op de Aardappeldemodag. Meer weten? Equans Refrigeration +31 (0)88 484 40 00
Bringing together leading brands in processing, inspection and packaging equipment for the vegetable industries. Our solutions set the standard for yield, efficiency, and safety across a wide range of industries. Whatever your product needs, we can meet it with precision and passion.
Produce Storage I Peeling, Grading, Washing I Electroporation
Value-added Processing I Product Handling I Inspection
Find out more:
LOOKING BACK. PRESSING FORWARD. ALWAYS INNOVATING.
traject een langdurig proces is, werd die tijd overbrugd met losse huisvesting. “We zijn daarbij door HomeFlex goed geholpen, maar we kwamen overal en nergens terecht. Dan zie je de waarde van het goed op orde hebben van huisvesting.”
Hoewel hij ziet dat er door de druk op de woningmarkt door overheden steeds meer mogelijkheden worden geboden voor het faciliteren van flexibele accommodatie, concludeert Bert Verheij van HomeFlex - dat zich richt op het bieden van flexibele huisvesting - ook dat het beleid van gemeente tot gemeente verschilt, wat de nodige hoofdbrekens kan opleveren. “Alhoewel ik denk dat huisvesting de grootse rem op de economie gaat worden, merk ik rondom flexibele huisvesting ook veel weerstand. Sommi-
ge gemeentes staan daarvoor open, terwijl andere gemeentes dat proberen af te remmen. Elke gemeente heeft rondom huisvesting van arbeidsmigranten zijn eigen beleid en er ontbreekt daardoor uniformiteit. Je kunt er ook niet vanuit gaan dat je in elke gemeente een huisvestingsproject kunt realiseren.”
Naast weerstand en regelgeving speelt ook de beperkte toegang tot het elektriciteitsnet, waternet of riool een rol. Bert noemt het realiseren van een huisvestingsproject maatwerk en een constante zoektocht. In Zeewolde is dat gelukt en is er voor Bio Brass flexibele huisvesting gerealiseerd, die onlangs in gebruik is genomen. “Daardoor hebben we een voorbeeld van hoe het kan en wat er mogelijk is op het gebied van alle eisen.
Daarmee hopen we anderen te motiveren tot het zetten van stappen.”
PASSENDE OPLOSSING
Gerjan ziet dat daarbij een ‘open mind’ belangrijk is. “Ik denk dat Bert en ik elkaar hebben uitgedaagd, en dat daardoor stakeholders zoals gemeentes en banken merken dat er iets gebeurt. Dit kan veranderingen teweegbrengen en dat is heel belangrijk.” Gerjan maakt de huisvesting ook onderwerp van gesprek met afnemers. “Wat wij doen, heeft een prijs. We moeten de waarde van het werk van de collega’s op het land in het product erkennen en daar geen concessies aan doen. Deze houding moet ook door klanten gedeeld worden.”
Deze insteek heeft geleid tot de realisatie van een huisvestingsproject waarbij kwaliteit en privacy de uitgangspunten zijn geweest, geeft Bert aan. “Bedrijven moeten zuinig op hun werknemers zijn en ze goed faciliteren; dus moet je ook zorgen voor een correcte huisvesting. En dat betekent vooral kwaliteit en privacy. Dat houdt in een eigen slaapkamer, een beperkt aantal bewoners in een huis, voldoende vierkante meters en voldoende licht, lucht en hygiëne.” En ondanks de zoektocht die de realisatie van zulke projecten met zich brengt, blijft Bert mogelijkheden zien. “Er zijn altijd nieuwe lijnen te ontdekken, zodat we een project met elkaar kunnen sturen naar een passende oplossing.” (MW)
Snippe@biobrass.nl Bert@homeflex.nl
Ondanks het algemene tekort aan groenten onder Australiërs, vindt er een opmerkelijke verschuiving plaats aan de kassa van de supermarkt, waarbij steeds meer consumenten kiezen voor spruiten. Deze groente, die ooit werd verbannen naar een ongewenst bijgerecht tijdens familiebijeenkomsten, beleeft een opleving in populariteit. Volgens Hort Innovation Austra-
lia is er het afgelopen jaar een aanzienlijke groei van 53% geweest in de spruitensector, waardoor het de groente is met de hoogste waardegroei voor 2022/23. "We hebben een enorme groei in de categorie gezien - een stijging van 53 procent in de afgelopen 12 maanden," verklaarde Anthony Kachenko, algemeen manager voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied
De lokale politie van Almenara, een gemeente in de Spaanse provincie Castellón, heeft twee personen gearresteerd toen ze meloenen aan het stelen waren op een veld. Ze konden de dieven op heterdaad betrappen dankzij het gebruik van drones.
Het hoofd van de lokale politie, Javier Navarro, legt uit dat tijdens een van de surveillancevluchten twee mensen werden gezien die meloenen aan het oogsten waren, vermoedelijk zonder toestemming van de teler. Bij aankomst op de locatie werden de vermoe-
Snijdt aardappelen in 2, 4 of 8 stukken. Capaciteit tot 32.000 stuks/uur.
■ Hogere capaciteit
■ Weinig onderhoud
■ Betere snijresultaten
van teelt en duurzaamheid bij Hort Innovation Australia. Hij benadrukte ook dat spruiten op verschillende manieren gegeten kunnen worden, zowel gebakken als rauw, wat bijdraagt aan hun groeiende populariteit in een tijd waar-
in mensen meer groenten willen eten.
dens van de politie bevestigd. De twee dieven hadden al 500 kilo meloenen buitgemaakt. De dronevluchten die de lokale politie uitvoert zijn niet alleen gericht op het voorkomen en opsporen van diefstallen van gewassen, maar ook van afvaldumping.
Een recent onderzoek, gepubliceerd in Nature Food, onthult dat 1,3 miljoen hectare van de planeet wordt gebruikt voor glastuinbouw, verspreid over 119 landen, waarbij Spanje op de tweede plaats staat, na China. Deze analyse, uitgevoerd door onderzoekers van verschillende internationale instellingen, benadrukt de snelle groei van de glastuinbouw, vooral in lage- en middeninkomenslanden op het zuidelijk halfrond. Het onderzoek maakte gebruik van deep learning-algoritmen en nieuwe bronnen van satellietbeelden om de omvang van de glastuinbouw in kaart te brengen, en onthulde dat het areaal bijna drie keer zo groot is als eerdere schattingen. China domineert de sector met 60,4% van het totale areaal, gevolgd door Spanje (5,6%), Italië (4,1%), Mexico (3,3%), Turkije (2,4%), Marokko (2,3%), Zuid-Korea (1,8%), Japan (1,7%), Nederland (1,4%) en Frankrijk (1,3%). Op het noordelijk halfrond wordt een stagnatie in de uitbreiding van kassen waargenomen, terwijl de groei doorzet in Azië, Afrika en Midden- en Zuid-Amerika. Kassen in het zuiden vertegenwoordigen zelfs 2,7 keer meer oppervlakte dan in het noorden. Xiaoye Tong van de Universiteit van Kopenhagen, de eer-
ste auteur van het onderzoek, wijst erop dat "kassenteelt een wereldwijd fenomeen is geworden en alles erop wijst dat het zich zal blijven uitbreiden. Tot nu toe is dit fenomeen echter grotendeels onopgemerkt gebleven en hebben we grote hiaten in ons begrip van de dynamiek die het aandrijft." Het onderzoek suggereert dat China's leiderschap op dit gebied verband kan houden met zijn sociaaleconomische ontwikkeling en de vraag naar AGF-producten van een groeiende stedelijke bevolking. "De hausse in China lijkt nauw
samen te hangen met de sterke economische prestaties van de afgelopen tien jaar en de opkomst van een stedelijke bevolking met koopkracht die vraagt om tomaten, komkommers en andere verse groenten en fruit," aldus Tong. "Tegelijkertijd ontvangen telers die anders niet in staat zouden zijn om deze vorm van teelt te financieren, subsidies en steun van de overheid om kassen te bouwen en teelttechnieken te leren." De onderzoekers waarschuwen ook voor de ecologische en sociale gevolgen van de kassenteelt, vooral in het zuiden
van de wereld, waar het kan bijdragen aan overexploitatie van waterbronnen, vervuiling en bodemdegradatie, naast andere problemen. Marianne Nylandsted Larsen, co-auteur van het onderzoek, benadrukt de noodzaak van meer onderzoek naar deze gevolgen en het belang van beleidsregulering voor de sector. "In landen met lage en middeninkomens, die 70-80% van het totale areaal beslaan, is er een gebrek aan regulering van de glastuinbouw. Dit moet worden aangepakt," benadrukt Tong.
China Southern Airlines trok onlangs de aandacht met een ongewone creatie hoog in de lucht. Een reisblogger deelde op Weibo een foto van zijn recente maaltijd aan boord, die bestond uit vier gestoomde broodjes, een pakje ingemaakte mosterd en een koolblad. “Ze noemen dit een ‘tussendoortje’,” grapte de blogger. “Met een stuk kool voor de crunch” De luchtvaartmaatschappij haastte zich om het misverstand recht te zetten. Het ging om broodjes met zes verschillende vullingen, elk met zijn eigen smaakprofiel. Het koolblad diende slechts als bescherming en vochtvasthoudend middel tijdens het opwarmen - een innovatieve benadering in het luchtvaartmenu-ontwerp.
Nicole Visbeen, DLG Logistics:
“De interactie met klanten en de dynamiek van de sector hebben me echt gegrepen”
In een sector die over het algemeen door mannen wordt gedomineerd, laten we graag vrouwen aan het woord over hun ervaringen. Deze maand is Nicole Visbeen, Tradelane manager bij DLG DailyFresh Logistics onze AGF-ster.
Geboren in een familie die diep geworteld is in de transportsector, leek het bijna onvermijdelijk dat Nicole dezelfde weg zou inslaan. Visbeen Transport werd in 1925 opgericht door haar overgrootvader, Adrianus Visbeen. Sinds 1998 werkt het bedrijf samen met Post-Kogeko in DailyFresh Logistics, dat in 2019 onderdeel werd van het huidige DLG Logistics, een fusie van alle drie de bedrijven.
Aanvankelijk leek de transportsector haar niets. “Vrachtwagens waren totaal niet mijn ding,” vertelt Nicole. Maar toen ze op 16-jarige leeftijd in aanraking kwam met de hectiek van de AGF-logistiek bij DailyFresh Logistics, was ze verkocht. “De interactie met klanten en de dynamiek van de sector hebben me echt gegrepen.”
Dit markeerde het begin van een loopbaan waarin ze het bedrijf vanaf de basis leerde kennen. Nicole begon met taken zoals order entry en routeplanning. Na twaalf jaar in operationele functies ontdekte Nicole haar passie voor de commercie. “Daar ligt mijn hart. Ik kan echt uren praten over klanten, hun producten en hoe we aan hun behoeften kunnen voldoen. Daar haal ik enorm veel energie uit.”
Uiteindelijk leidde deze passie haar naar haar huidige positie als Tradelane manager, waar ze verantwoordelijk is voor DailyFresh Logistics. “Ik denk dat ons vermogen om een persoonlijke service toe te voegen aan de logistieke dienstverlening ons echt onderscheidend maakt in de sector. We kijken altijd vanuit het perspectief van de klant, in plaats van eerst naar vrachtwagens en routes te kijken.”
De logistieke sector staat misschien meer nog dan de AGF bekend als een mannenwereld. “Mijn grootste uitdaging was het
winnen van het vertrouwen van klanten,” vertelt Nicole. “Zodra je hebt laten zien dat je weet waar je het over hebt, behandelen ze je gelijkwaardig, misschien zelfs met respect. Ik denk dat de strijd tussen een vrouw en een man bij de klant een stuk milder is dan de concurrentie tussen mannen onderling.” Nicole ziet ook dat de sector langzaam verandert; steeds meer vrouwen vinden het leuk om in de logistiek te werken, en DLG spant zich in om dit te bevorderen. “In onze interne podcastserie over DLG hadden we een aflevering met diverse vrouwen die al lange tijd werkzaam zijn in de AGF-transportsector. We bespraken de uitdagingen van vrouwen in de logistiek, inclusief hoe we meer vrouwen kunnen aantrekken en behouden. Momenteel vervullen vrouwen slechts ongeveer 15% van de operationele rollen, maar we streven ernaar dit percentage te verhogen.”
PODCAST
De podcast biedt een platform waarop DLG verschillende onderwerpen deelt, van praktische zaken zoals schadepreventie tot inspirerende verhalen van chauffeurs. Nicole: “Het is een waardevol middel, vooral omdat chauffeurs tijdens het rijden kunnen luisteren in plaats van ‘s avonds video’s te moeten bekijken of teksten te lezen. Met dit soort initiatieven streven we ernaar om niet alleen onze operationele efficiëntie te verbeteren, maar ook onze kernwaarden van professionaliteit, respect, ondernemerschap, focus en samen (PROFS) te versterken, zowel binnen ons team als richting onze klanten.”
UITHOUDINGSVERMOGEN
Teamwerk en innovatie zijn aspecten van haar werk waar Nicole trots op is. “Luisteren naar de klant is essentieel. Het lijkt simpel, maar in deze dynamische en soms dominante wereld is dat vaak een uitdaging. Ons team heeft een groot uithou-
dingsvermogen en de wil om altijd het beste voor de klant te doen.” Daarnaast is ze trots op het samengaan van Visbeen, Post-Kogeko en DailyFresh Logistics. “Wij hebben altijd de belangen van beide families en de stabiliteit van onze organisatie op de lange termijn voor ogen gehad. Zeker in tijden van grote wereldwijde uitdagingen zoals Brexit en Covid-19, heeft dit ons de nodige veerkracht gegeven. Zonder deze stap zouden we nu mogelijk niet staan waar we zijn.”
Hectiek rondom Brexit heeft plaatsgemaakt voor relatieve rust binnen DailyFresh Logistics. Want waar voorheen vooral flexibiliteit gevraagd en geleverd werd, is nu vroegtijdig plannen en coördinatie met overheidsinstanties essentieel geworden. Dat maakt de balans vinden tussen thuis en een hectische en verantwoordelijke baan wat gemakkelijker. “Werken is echt mijn passie,” besluit Nicole, “maar naast mijn werk is er ook tijd voor mijn gezin.” (ML)
info@dlg-logistics.com
“Europa in potentie een hele grote markt voor Mexicaanse avocado’s, mango’s en papaja’s”
Als je in een willekeurig Europees land een avocado of mango uit het schap pakt, zie je al snel een label met als origine Peru, Kenia of soms Spanje. Slechts sporadisch zal er Mexico te lezen zijn, wat toch vrij bijzonder is, omdat in beide fruitsoorten Mexico de grootste exporteur ter wereld is. Echter gaat het overgrote deel van deze volumes niet naar Europa, maar naar buurland Verenigde Staten of naar andere delen van de wereld. “Zonde,” zo stelt Rodolfo Meza van Aztec Fruits. “Ook op de Europese markt liggen zeer veel mogelijkheden voor Mexicaans fruit.” Het is de reden dat hij een aantal jaar geleden besloot een verkoopkantoor te openen in het Belgische Leuven.
Deexporteursgroep werkt met telers die gespecialiseerd zijn in avocado’s, mango’s en papaja. “Als groep waren we in Mexico al langere tijd actief in de handel en export van deze producten op de lokale markt en naar andere delen van de wereld,” legt Rodolfo uit. “Niet onder de naam Aztec Fruits, maar toen ik vijf jaar geleden persoonlijk besloot naar Europa te verhuizen, wilden we ons met de producten specifiek gaan richten op de Europese markt. We merkten dat weinig mensen er echt mee bekend waren en daar moest verandering in komen.”
“Op het moment dat wij startten, zag ik een tabel voorbij komen dat er bijvoorbeeld meer Mexicaanse avocado’s naar Japan of Korea gingen dan dat er naar Europa werden geëxporteerd. Dat is natuurlijk heel bijzonder als je zo’n groot producerend land hebt, wat Mexico is, en daartegenover één van de belangrijkste afzetmarkten, wat Europa is. En helemaal als je ziet hoe populair producten als avocado’s en mango’s zijn in Europa. “
VS MAKKELIJKER
Voor de afwezigheid van Mexicaans fruit in het Europese schap ziet de handelaar
een aantal grote redenen. “Europa is over het algemeen niet de eerste bestemming voor Mexicaanse telers,” legt hij uit. “De VS is in veel opzichten de grootste handelspartners van Mexico en dat is op het gebied van de verse AGF niet anders. Veel producenten opteerden daardoor sneller voor export naar de VS, omdat het makkelijker is en er vaak beter betaald werd. Ook Europese klanten kregen hierdoor het gevoel dat Mexicaanse exporteurs Amerikaanse klanten prefereerden en het betere fruit daardoor die kant op gestuurd werd.”
Een opvatting die, zo stelt Rodolfo, vaak ook wel hout sneed, maar niet altijd de realiteit hoeft te zijn. “Omdat menig exporteur opteerde voor andere delen van de wereld, hadden wij het gevoel dat er veel opportuniteiten lagen in Europa. Niet als vervanging van de bestaande origines in onze gespecialiseerde productgroepen, maar als aanvulling op het assortiment in Europa.”
PERCEPTIE EUROPESE KLANT
“Dat is alleen natuurlijk niet zo 1,2,3 gedaan,” gaat hij verder. “Europa is namelijk een hele moeilijke markt als je er niet eerder ervaring mee opgedaan hebt. Er is ontzettend veel regelgeving en strenge eisen op het gebied van voedselveiligheid en kwaliteit. Als je dit vergelijkt met hoe het in de Verenigde Staten is, liggen de twee markten mijlenver van elkaar verwijderd. Dat heb je niet zomaar onder de knie. Ook wij hebben daaraan moeten wennen. Daarnaast komt dus misschien nog wel het belangrijkste deel: de perceptie van Europese klanten veranderen ten opzichte van Mexicaans fruit. Inmiddels kunnen wij een continue aanvoer verzorgen van kwalitatief hoogwaardig fruit, maar men moet er wel mee aan de slag durven gaan, maar als we het goed zouden aanpakken, hadden wij het gevoel dat Mexicaans fruit haar plek in het schap kon verdienen.”
“Alleen was dat gevoel wat wij hadden nog niet helemaal bij iedereen in Europa aanwezig,” lacht Rodolfo. “In de beginperiode merkten we dan bijvoorbeeld dat ik van de 5 deuren waar ik op klopte ongeveer 4,5 keer weggestuurd werd
met de boodschap dat ze geen behoefte hadden aan Mexicaans fruit. Dan is het zaak om te investeren. Vertrouwen winnen en laten zien dat Mexicaanse avocado’s, mango’s en papaja’s ook heerlijk kunnen zijn. Zo hebben we in het begin bijvoorbeeld Ataulfo mango’s praktisch gratis per pallet verstuurd om maar aan te tonen dat we kwaliteit konden leveren.”
VOORAL MANGO EN PAPAJA
Inmiddels heeft Aztec Fruits daar in de afgelopen jaren ook stappen in weten te maken. Hoewel het in sommige producten makkelijker gaat dan andere. “Avocado is en blijft een heel lastig verhaal. Ten eerste omdat Mexico een zeer vochtig klimaat heeft. Dan zie je dat we een stuk afhankelijker zijn van het weer voor de oogst. Deze verschilt per seizoen. Zo hebben we het afgelopen seizoen erg lastig gehad met de producties en zal het komend seizoen, zo lijkt het, weer dezelfde kant opgaan. Als je dan kijkt naar Peru,
waarbij ze soms uit de fabriek lijken te komen, is dat lastig concurreren. Bovendien is de Mexicaanse avocado niet goedkoop. De VS en de lokale markt zijn enorm, waardoor de prijs snel omhoog wordt gedreven. Dan is het moeilijk om in Europa te concurreren met goedkoper product uit bijvoorbeeld Colombia of Kenia.”
“In mango en papaja zien we echter wel zeer veel potentie,” vervolgt Rodolfo. “In de mango zitten we namelijk met de Kent variëteit in een andere periode dan bijvoorbeeld het product uit Peru. Daardoor kunnen we op momenten dat daar minder beschikbaar is, voorzien in de behoefte op de Europese markt. Met de Ataulfo variëteit zitten we dan wel in eenzelfde seizoen, maar dit is een compleet andere soort met een eigen unieke smaak. Bij die Ataulfo, dat de grootste variëteit in Mexico is, zien we dat we in die afgelopen vijf jaar van één pallet naar sterke volumes
zijn gegroeid, waarmee we alleen maar verder verwachten te groeien.”
“Hetzelfde geldt voor papaja. Daar hebben we sinds kort mooie programma’s mee op kunnen starten, waardoor we er veel potentie in zien. Het is niet altijd even makkelijk geweest en dat zal het ook niet worden, maar we zijn toch zeer positief over de toekomst van het Mexicaanse fruit. Het zal stap voor
stap gaan en tijd kosten, maar ook vanuit Mexico wordt de potentie van Europa meer en meer onderkend. Nu is het zorgen dat we het op een goede, verantwoorde manier uitbouwen,” besluit Rodolfo. (JF)
rodolfo@aztecfruits.com
Uw project compleet uitgewerkt in 2D & 3D. Volledig dynamische calculaties voor logistiek- en arbeidsbesparing. Neem vrijblijvend contact met ons op voor uw nieuwe project of aanpassing van een bestaande lijn
8 augustus. Met 1.060.000 ton uitgevoerde Hollandse uien is het afgelopen seizoen een mooie export neergezet, ondanks het relatief hoge prijsniveau. Momenteel ligt de uienprijs in de baal rond de 25 cent. Beurs Goes noteerde in week 32 een telersprijs van 15 tot 17 cent, maar enkele dagen later werden ook al uien aangeboden voor 12 cent. Daarmee staat de prijs onder druk. De eerste uien van dit seizoen gingen voor meer dan 40 cent van de hand. Het aanbod plantuien is groot en zal de zaaiuien straks wellicht in de weg zitten. De opbrengst en kwaliteit zijn over het algemeen goed te noemen. Over de oogst van zaaiuien is nog weinig te zeggen. Augustus is de groeimaand en de opbrengst zal dan ook afhankelijk zijn of er regelmatig neerslag valt in de komende weken.
De export loopt in de eerste drie weken 8.000 ton achter op het voorgaande seizoen. Dat is vooral te wijten aan 3.700 ton minder naar Engeland en ook Senegal en Mauritanië namen respectievelijk
Foto: holland-onions.org
2.700 en 1.000 ton minder uien af. De komende weken kan deze achterstand nog wel worden ingelopen. Senegal is dit seizoen laat aan de markt. Dat heeft te maken met de lokale oogst die eerst van
de markt moet zijn alvorens de overheid importlicenties uitgeeft. Dit seizoen is zo’n 30.000 ton Senegalese uien bewaard, die in mei al waren geoogst. Langere bewaring van de eigen oogst is nieuw in Senegal. De tweede week van augustus is er vanuit Nederland een eerste schip van 5.000 ton Hollandse uien vertrokken met de haven van Dakar als bestemming. De 17 miljoen Senegalezen consumeren samen jaarlijks zo’n 600.000 ton uien, oftewel gemiddeld 35 kilo per hoofd van de bevolking. De uien worden op de lokale markten per stuk verkocht. Driekwart van de vraag wordt in het land zelf geteeld en een kwart wordt geïmporteerd in de periode dat er geen eigen oogst beschikbaar is. De import komt vrijwel volledig uit Nederland.
De komende weken zal duidelijk worden of de Hollandse ui tegen een concurrerend prijsniveau een brede waaier bestemmingen kan bedienen. Met de hoge prijzen in de afgelopen seizoenen zijn afnemers op zoek gegaan naar alternatieven. De vraag is of deze bestemmingen de Hollandse kwaliteit herwaarderen. Nederland is en blijft als gatenvuller vooral afhankelijk van opbrengsten elders in de wereld.
“Het zal alleen maar groeien, omdat er meer bekendheid aan gegeven wordt en als consumenten het eenmaal kennen, blijven ze het gebruiken,” zegt Koen Ketelaars over de afzet van waterkers. Koen, verantwoordelijk voor voedselveiligheid, kwaliteit en administratie, nam onlangs samen met Bernadette Cusack, verantwoordelijk voor de teelt, waterkerskwekerij De Klispoel in Ubbergen over.
Koen constateert dat waterkers (nog) niet in de Nederlandse cultuur zit, zoals dat bijvoorbeeld in het Verenigd Koninkrijk wel het geval is. “Nederlandse consumenten denken vaak nog dat waterkers alleen geschikt is voor in de salade, maar kan ook als groente gegeten worden in een stamppot of worden verwerkt als waterkerssoep, in een wokgerecht of door de pasta, om maar een paar voorbeelden te noemen.”
GEZONDSTE GROENTE?
Dat er nog een groot potentieel voor de afzet van deze waterminnende groente is, bleek onlangs toen de Amerikaanse Food and drug Authority (FDA) waterkers de gezondste groente ter wereld noemde, vertelt Koen. “Hoewel groene bladgroenten gezond zijn, zal ik niet zo gauw claimen dat iets het gezondste is, maar toen
Bernadette Cusack en Koen Ketelaars namen onlangs waterkerskwekerij De Klispoel over
de media over deze uitspraak van de FDA berichtten, zagen we de verkoop hard stijgen. Dat geeft dus aan dat er nog veel potentieel in de markt is. We zien dat die vraag beklijft en wie weet wat er mogelijk is als nog meer consumenten waterkers ontdekken.”
Het is de reden dat De Klispoel, die de waterkers voornamelijk afzet bij reguliere en biologische supermarktketens en groothandels, goede toekomstverwachtingen heeft voor het product. Daarbij ziet en zoekt Koen ruimte voor meer afzet bij bijvoorbeeld retailpartners of in maaltijdpakketten. “Dat laatste zou als bijkomend voordeel hebben dat de consument meer bekend raakt met waterkers.”
Ook merkte Koen dat waterkers in beeld kwam als vervanging van bijvoorbeeld spinazie toen dat aan het begin van het seizoen maar beperkt beschikbaar was vanwege de natte teeltomstandigheden. “Dat zal met waterkers niet zo snel gebeuren, omdat de teelt veel minder afhankelijk is van de weersomstandigheden.” De Klispoel levert jaarrond waterkers. Het overgrote deel van het jaar uit eigen teelt
en in januari, februari en maart wordt er uit Spanje geïmporteerd, geeft Koen aan.
Het hoogtepunt van de groei valt in de zomermaanden, laat Bernadette weten. “Als we nu waterkers oogsten, groeien er vrij snel nieuwe toppen en kunnen we opnieuw oogsten, wat ons de mogelijkheid geeft om in de zomer grotere partijen ook actiematig af te zetten. Als er minder daglicht is, is er ook minder groei en moeten wij het qua afzet wat rustiger aan doen.” Waterkers wordt in het voorjaar gezaaid en geeft daarna verschillende oogsten van dezelfde plant.
BIOLOGISCH
Nadat Koen en Bernadette hun biologische supermarkt hadden verkocht, wilden ze graag in de biologische teelt aan de slag. Waterkerskwekerij De Klispoel, waar al zo’n 40 jaar biologische waterkers wordt geteeld, kwam op hun pad en de beslissing was snel gemaakt. Waterkers is erg geschikt voor de biologische
teelt, legt Bernadette uit. “Juist door die snelle groei, wordt waterkers zo snel geoogst dat er nauwelijks tijd is voor plagen en ziekten om toe te slaan. Voordat het spannend kan worden, oogsten we.”
De Klispoel is de enige Nederlandse vollegronds waterkersteler. Dit gebeurt door in de grond met een betonnen omlijsting een soort van bakken te creëren waardoor het water geleid kan worden, geeft Koen aan. “Het water stroomt constant door de bakken; de hoeveelheid passen we aan op de natuurlijke wateromstandigheden.” Bernadette merkt op dat de waterkwaliteit voor de teelt van groot belang is. Daarvoor maakt de kwekerij gebruik van 4000 jaar oud bronwater dat uit een stuwwal door een klein natuurgebied naar De Klispoel stroomt.
UNIEKE WATERKWALITEIT
“Deze unieke omstandigheden zorgen voor veel voedingsstoffen en maken de locatie in Ubbergen erg geschikt voor de
teelt van waterkers. De kwekerij begon ooit in Wijchen en daar is nog steeds een kleine teeltlocatie, maar we zien dat de waterkers daar veel minder hard groeit. In Ubbergen zijn de omstandigheden zo goed dat het hier lukt om op deze schaal waterkers te telen.” De bijzondere teeltomstandigheden komen ook tot uiting in de zaadproductie, die De Klispoel zelf verzorgt. “Op zijn reizen nam Ivo regelmatig waterkerszaad van elders mee om de kwaliteit van het eigen zaad te kunnen beoordelen. Het waterkerszaad van elders deed het hier aanmerkelijk minder goed. Het waterkerszaad wat wij hier ontwikkeld hebben, is goed afgestemd op de teeltomgeving,” besluit Koen. (MW)
info@klispoel.nl
Plus maakte bekend dat circa 70 winkels, die nu onder de formule Coop opereren, niet zullen worden omgebouwd naar de Plus-formule en te koop zullen worden aangeboden. In totaal zijn er nog 130 Coop-winkels die niet zijn omgebouwd. Circa 60 daarvan worden richting 2026 omgebouwd naar Plus. De resterende 70 betreffen vooral vestigingen van Coop Compact en de acht winkels van Coop Vandaag, die de door Plus gestelde kritische ondergrens van € 80.000 per week niet halen. Ook maakte Plus bekend het format Plus Vandaag niet verder uit te rollen. Dit betreft zes winkels die ook niet doen wat verwacht werd en mogelijk ook worden afgestoten.
Op dit moment beschikt Coop nog over ruim 100.000 m² wvo en bedraagt het gemiddeld winkelvloeroppervlak per winkel circa 770 m². De gemiddelde Plus in Nederland telt circa 1.100 m² wvo, dus na ombouw is sprake van relatief kleine Plus-vestigingen in marktgebieden waar Coop niet zelden moet concurreren in een formulebeeld met Albert Heijn en/ of Jumbo. In dat concurrentieveld bediende Coop het middensegment. Na ombouw zal nadrukkelijker worden geconcurreerd in het hogere segment. Om dat succesvol te kunnen doen, is tegenwoordig een minimale schaal nodig van circa 1.200 m² wvo. Ofwel, veel van de nog om te bouwen vestigingen van Coop zullen te maken krijgen met een hogere concurrentiedruk. Tel daarbij op dat de gemiddelde omzet per m² winkelvloeroppervlak van Coop circa € 50 lager ligt dan bij Plus en je begrijpt dat de noodzakelijke omzetplus om als Plus rendabel te kunnen draaien, een behoorlijke uitdaging is.
De gemiddelde Coop zal na ombouw een omzetplus moeten laten zien van circa € 35.000 om qua vloerdruk op Plus-niveau te komen. Dat is een extra uitdaging in marktgebieden waar Plus te maken krijgt met een hoge concurrentiedruk. Nu al zie je in bepaalde marktgebieden met een hoge concurrentiedruk in het fullservicesegment dat Plus het onderspit delft en exploitaties aanbiedt ter overname. Veel supermarktondernemers hebben moeite om het hoofd boven water te houden vanwege hogere kosten en ‘down trading’ van consumenten. Dat geldt ook voor
Plus-ondernemers in marktgebieden met veel fullserviceconcurrentie met een winkel die niet toekomstbestendig is (te beperkte schaalgrootte of de minste locatiekwaliteit t.o.v. Albert Heijn en/of Jumbo). Daar staat de omzet onder zware druk.
En dan zijn er nog de ruim 70 winkels die Plus wil afstoten. Dit zijn voornamelijk winkels van Coop Compact die een buurt- of dorpsfunctie hebben met een omzet van circa € 50.000 tot € 70.000 en een winkelvloeroppervlak van gemiddeld circa 500 m². Slechts een paar organisaties zijn in staat om op deze maat een exploitatie te realiseren: Spar, Boon’s Markt en Van Tol. De komende maanden zal duidelijk worden hoe deze ruim 70 winkels zullen worden verdeeld. Spar en Boon’s Markt hebben al een aantal Coop-winkels overgenomen, maar het is niet waarschijnlijk dat één van de twee partijen alle winkels over kan nemen. Mogelijk roert Poiesz zich nog in het noordoosten van het land, maar niet uitgesloten is dat een aantal winkels zal stoppen. De impact daarvan op lokale leefbaarheid is groot; het gaat dan met name om marktgebieden waar het draagvlak dun is en het voorzieningenniveau al flink is verschraald. De dynamiek in het supermarktsegment is nooit eerder zo groot geweest. Er steekt een ‘perfect storm’ op in het Nederlandse supermarktlandschap, die nog lang niet is uitgeraasd…
Jeroen van der Weerd Supermarktgeograaf www.bureauvandeweerd.nl
In de zomermaanden dominant
In de zomermaanden wordt het overgrote deel van de citrusmarkt voorzien door product van het Zuidelijk Halfrond (ZHR). Dan is het aandeel van het ZHR-product in de EU groter dan 80%. Door de jaren heen is het belang van ZHR-citrus groter geworden. Dat is met name het geval bij mandarijnen. In 2017 was het aandeel van ZHRmandarijnen in de totale import van de EU-landen nog 6%; vorig jaar was dat gestegen naar 14%. Veruit het grootste ZHR-aandeel is er te zien bij limes. Hiervan is het ZHR-aandeel gestegen van 55 naar 84%. Bij citroenen was dat van 24 naar 32% en bij grapefruit van 20 naar 27%. Bij het grootste product sinaasappelen schommelt het aandeel van ZHR-product in de EU steeds zo tussen de 22 en de 24%.
Op wereldschaal gezien neemt het belang van ZHR-citrus ook toe. Van de wereldwijde export komt tegenwoordig 26% uit ZHR-landen. In 2017 was dat nog 21%. Rekening houdend met re-export is het aandeel ZHR een procent of 2 groter. Bij citroenen is het belang van ZHR-product wat groter dan bij de andere citrus producten.
In absolute hoeveelheden gezien is de wereldwijde export van citrus al jaren redelijk constant. De export van ZHR-citrus groeide sinds 2017 van 3,4 naar 4,3
ZHR-citrus: Import in EU-landen in 2023 (in tonnen)
miljoen ton. De citrusexport van de overige landen liet een dalende trend zien en wel van 13 naar ruim 12 miljoen ton.
MEESTE ZHR-CITRUS NAAR DE VERENIGDE STATEN
De ZHR-landen exporteerden in 2023 voor een bedrag van bijna 3,5 miljard dollar aan (vers) citrus. Zuid-Afrika was met een exportwaarde van 1,9 miljard dollar veruit de belangrijkste. Chili en Australië met beide ca. 0,35 miljard dollar volgden op flinke afstand.
De Verenigde Staten zijn de belangrijkste afnemer van ZHR-citrus met in 2023 een (export)waarde van 0,75 miljard dollar gevolgd door Nederland met ruim 0,6 miljard dollar (export)waarde. De import
EU-landen: Import citrus; excl.
van de Verenigde Staten komt voor de helft uit Chili. Bij de import van ZHR-citrus in Nederland komt driekwart uit Zuid-Afrika.
IN EU VOORAL MEER ZHRMANDARIJNEN
De citrusimport in de EU-landen daalt en dan vooral de import uit Europese teeltlanden met Spanje voorop. De import uit andere landen van het Noordelijk Halfrond en dan vooral die uit Egypte groeit. Ook de EU-import van citrus van het Zuidelijk Halfrond en dan vooral die uit Zuid-Afrika groeit.
Bij het belangrijkste product, sinaasappelen, daalt de import vanuit het Zuidelijk Halfrond wel, maar minder sterk dan die uit NHR-landen.
Groei van de Europese import van het Zuidelijk Halfrond is vooral te zien bij mandarijnen en limes. Die van citroenen
lijkt te stabiliseren en die van grapefruit schommelt nogal.
MEESTE KOMT VIA NEDERLAND
Twee derde van de EU-import van ZHR-citrus komt in Nederland binnen. Vooral limes (> 90%) komen in Nederland binnen en citroenen relatief (50%) het minst. Van de EU-import van ZHR-sinaasappelen komt 60% in Nederland binnen. Bij ZHR-mandarijnen gaat het om ruim 70% en bij grapefruit om bijna 80%.
OVER HELE LINIE MINDER SINAASAPPELEN IN EU
De wereldwijde export van sinaasappelen daalt. Dit komt doordat de export van landen van het Noordelijk Halfrond steeds kleiner wordt. De wereldwijde export van ZHR-sinaasappelen is de afgelopen jaren redelijk stabiel geweest.
Aardappelhandel
Van der Windt is gespecialiseerd in de handel in aardappelen geschikt voor industrie en veevoeder, in de Benelux, Duitsland en Frankrijk. Fouragehandel
Voor in- en verkoop van voeraardappelen of andere veevoederproducten bent ubij ons aan het juiste adres.
Van der Windt Transport vervoert aardappelen, fourage en andere (agrarische) producten in binnen- en buitenland.
Bij Wipal bent uaan het juiste adres voor de inen verkoop van gebruikte houten en kunststof pallets en emballage.
De import van sinaasappelen in de EU-landen laat een dalende trend zien. Dat geldt zowel voor NHR- als ZHR-product. De laatste jaren was er vooral minder Spaans product beschikbaar. Griekenland kon wel meer leveren maar er werd vooral veel meer uit Egypte ingevoerd.
De import van ZHR-sinaasappelen in de EU kwam voor meer dan 80% uit Zuid-Afrika en hiervan kwam ruim 60% in Nederland de EU binnen. Ook in Portugal en in mindere mate ook Frankrijk en Italië komt Zuid-Afrikaans product binnen. Zimbabwe is op grote afstand de tweede ZHR-leverancier. Hoeveelheden van rond de 15.000 ton komen uit Argentinië, Uruguay en Peru.
De import van ZHR-sinaasappelen komt in juli flink op gang. Dan is ca. de helft van de import in EU-landen afkomstig van het ZHR. Van augustus tot en met oktober komt rond de 80% van het Zuidelijk Halfrond. Spaans product is tegenwoordig dominant van november tot en met februari. Vanuit Egypte wordt er steeds meer ingevoerd. Het Egyptische importseizoen is in maart al flink op gang en dat duurt tot en met juni.
WERELDWIJD STEEDS
MEER ZHR-MANDARIJNEN
De wereldwijde export van mandarijnen groeide tot en met 2021 naar een hoeveel-
Citrus: Import in Nederland in 2023 (in tonnen)
Hamelers palletten bvba
Slakweidestraat 33A
3630 Maasmechelen
GSM: +32 496 35 79 05
Tel: +32 116 120 47 info@hamelerspalletten.be
Citrus: Import in Nederland (in tonnen)
heid van 5 miljoen ton. In 2022 en 2023 kwam er veel minder uit Spanje. De export van ZHR-mandarijnen is blijven groeien naar ruim 1,2 miljoen ton in het afgelopen jaar. Daarmee had het ZHR-product een aandeel van 25%.
In de EU worden steeds meer ZHR-mandarijnen in gevoerd. In het afgelopen jaar 210.000 ton. Voor 2019 was dat minder dan 100.000 ton. Bijna driekwart van het ZHR-product komt uit Zuid-Afrika met Peru op grote afstand als tweede ZHR-leverancier. De import uit overige ZHR-landen is van bescheiden omvang.
Binnen de EU is het ZHR-product dominant van juni tot en met september. De mandarijnenconsumptie is in die maanden echter wel veel kleiner dan in de rest van het jaar.
De EU-import van ZHR-citroenen is gestegen van 225.000 ton in 2017 naar meer dan 300.000 ton nu. Vooral de export vanuit Zuid-Afrika is in sneltreinvaart gegroeid naar meer dan 200.000 ton nu. In 2017 was dat nog geen 60.000 ton. Toen kwamen de meeste van het Zuidelijk Halfrond vanuit Argentinië; nl. 150.000 ton en nu minder dan 100.000 ton.
De import van ZHR-citroenen komt eind mei op gang
Import in een paar EU-landen in 2023 (in tonnen)
in EU-landen (in tonnen)
Import in een paar EU landen in 2023 (in tonnen)
in EU-landen in 2023 (in tonnen)
Import in enkele EU-landen in 2023
Import in EU-landen in 2023 (in tonnen)
Import in enkele EU landen in 2023 (in tonnen)
en loopt door tot eind september. Daarbuiten komen er geen ZHR-citroenen op de EU-markt. Opvallend is wel dat er de consumptie van citroenen in de EU in het ZHR-seizoen groter is dan daarbuiten. Sinaasappelen en mandarijnen worden in de zomer minder gegeten dan in de rest van het jaar.
STEEDS MINDER GRAPEFRUIT
In de EU-landen wordt steeds minder grapefruit ingevoerd. Dat geldt voor vrijwel alle leveranciers, maar de daling van de import van ZHR-grapefruit is wat kleiner dan die van andere leveranciers zoals Spanje, maar vooral die van China. ZHR-product komt vrijwel uitsluitend uit Zuid-Afrika. De import vanuit Zuid-Afrika komt in mei op gang en loopt met redelijke hoeveelheden door tot augustus.
STEEDS MEER LIMES
Bij limes overheerst het ZHR-product en dan met name limes uit Brazilië. De EU-import uit Brazilië nam toe van 70.000 ton in 2017 naar 120.000 ton in het afgelopen jaar. Vrijwel alles komt binnen via Nederland. De import van (Braziliaanse) limes gaat jaarrond door met een piekje in mei en juni.
Jan Kees Boon
Fruit and Vegetable Facts
www.fruitandvegetablefacts.com fruitvegfacts@gmail.com
In 2023/24 heeft Peru 62.745.726 kartons druiven geëxporteerd. Dat is 12% minder dan de 71.404.349 kartons in 2022/23. De daling wordt voornamelijk toegeschreven aan de kleinere oogst in het noorden van het land vanwege ongunstige weersomstandigheden zoals hoge temperaturen en zware regenval. Provid, de Peruaanse vereniging van druiventelers, wees erop dat de export vanuit het zuiden van het land daarentegen is toegenomen, mede dankzij de verbetering van de haven van Paracas, die het maritieme transport naar vooral Europa vergemakkelijkte.
De Verenigde Staten waren ook in 2023/24 de grootste importeur van Peruaanse druiven, gevolgd door Neder-
land en Mexico, dat China van de derde plaats stootte. Noord-Amerika was de regio die de meeste Peruaanse druiven kocht. Daarna volgen Europa en Azië. Witte pitloze druiven waren de populair-
ste soort, gevolgd door rode pitloze, Red Globe en zwarte pitloze.
Desondanks was het areaal licht gegroeid tot 22.343 hectare. Tot de meest geteel-
TIBO TECHNIC:
Uw Partner in Aardappelzeven en Mechanisatieonderdelen
TIBO TECHNIC is een toonaangevende leverancier van aardappelzeven en onderdelen voor sorteermachines in de mechanisatiebranche. Met jarenlange ervaring en expertise biedt TIBO TECHNIC hoogwaardige producten en een snelle levering.
Aardappelzeven en Sorteerplaten
Of u nu op zoek bent naar aardappelzeven, sorteerplaten of andere onderdelen voor uw sorteermachine, TIBO TECHNIC heeft het allemaal.
De aardappelzeven worden snel geleverd en zijn van uitstekende kwaliteit. Daarnaast zijn de sorteerplaten verkrijgbaar in elke gewenste lengte / breedte en gemaakt van duurzame materialen zoals hardhout, aluminium, RVS en staal. Ze kunnen worden geleverd met of zonder randlijst en met of zonder magneetstrips.
de rassen behoren Sweet Globe, Red Globe, Autumn Crisp, Sheegene 20 of Allison en Sweet Celebration.
Comfortabele Bedrijfsstoelen Naast aardappelzeven en sorteermachine-onderdelen is TIBO TECHNIC ook leverancier van comfortabele (Score) bedrijfsstoelen. Deze stoelen zijn ideaal voor gebruik in de landbouw- en mechanisatiesector. TIBO TECHNIC staat bekend om zijn betrouwbaarheid, klantgerichtheid en hoogwaardige producten. Als u op zoek bent naar aardappelzeven, sorteerplaten of mechanisatieonderdelen, bent u bij TIBO TECHNIC aan het juiste adres!
Meer informatie? Kijk op www.tibotechnic.nl
Voor vragen en bestellingen info@peterbos.eu
De vijfjarige Mia uit Southampton deed een onverwachte vondst in haar zakje Snackrite chips: een halve aardappel en enkele kruimels. Haar moeder Alice vertelde hoe Mia eerst in verwarring was en haar erbij riep om te kijken naar wat ze had ontdekt. De schrik sloeg Alice even om het hart toen ze vreesde dat het om een dode rat kon gaan, maar al snel bleek het gelukkig slechts een verrassende vondst van een halve aardappel te zijn.
Loek Smets, P. Smets & Zn.
“Allochtone supermarkten en boerderijwinkels zijn onze belangrijkste groeimarkten”
Sinds 1930 is P. Smets & Zn. een gevestigde naam als groothandelaar in Geleen. Terwijl vele collega-grossiers door de jaren heen verdwenen, heeft Smets haar positie steeds verder versterkt en uitgebreid. Een belangrijke opkomende markt voor P. Smets & Zn. zijn de allochtone supermarkten. “In ons afzetgebied rond Geleen is er een grote Turkse en Italiaanse gemeenschap,” vertelt Loek. “Deze winkels kopen vaak grotere hoeveelheden groenten en fruit, waardoor de volumes daarheen toenemen. Vooral in Duitsland groeit het aantal allochtone winkels sterk, en nu ook in België.”
Vlak na de Tweede Wereldoorlog opende opa Smets een klein groentewinkeltje in de binnenstad van Geleen. Al snel werd de overstap gemaakt naar een groothandel, een rol die het bedrijf tot op de dag van vandaag vervult. “In 1961 namen mijn vader Pierre en zijn broer Twan het bedrijf over,” vertelt Loek. “Vanaf dat moment kwam de groei in een stroomversnelling.” Het eerste grote pand werd in 1995 gebouwd en in 2005 volgde een verdubbeling van deze ruimte. Tegenwoordig beschikt P. Smets
& Zn. over twee locaties met ruim 6000 vierkante meter aan geconditioneerde ruimte en ongeveer 40 medewerkers. Onder leiding van de derde generatie blijft het bedrijf groeien en innoveren, met een sterke focus op klantgerichtheid, brede beschikbaarheid van producten en een fijnmazige distributie. Dat laat zien dat P. Smets & Zn. niet het typische familiebedrijf is waar de derde generatie het vaak moeilijk heeft. Integendeel, de derde generatie bij Smets gaat juist vol gas vooruit met passie en energie. Vol-
gens Loek is het spel van de handel wat het werk leuk maakt. Loek: “Je moet goed gek zijn, 100% voor de zaak gaan en geen 9-tot-5-mentaliteit hebben.”
VAN GROOT NAAR KLEIN
Volgens Loek ligt de kracht van P. Smets & Zn. in het vermogen om grootschalige partijen te verdelen naar kleinere hoeveelheden en een zeer breed assortiment aan te bieden. “We bieden een totaalpakket, waarmee we al onze klanten, van een Turkse markthandelaar tot de beste groenteman van Nederland, volledig kunnen voorzien,” zegt hij.
De klantenkring van P. Smets & Zn. bestaat voornamelijk uit detaillisten, horecaleveranciers, marktkooplui en boerderijwinkels. “Ongeveer 65% van de verkoop is gericht op winkels, 20% op markten en 15% op horecaleveranciers,” licht Loek toe.
DIGITALISERING
Een belangrijk aspect van hun succes is de online verkoop, die tegenwoordig ongeveer 50% van de omzet vertegenwoordigt. Het overige deel van de verkoop vindt plaats via cash & carry (5-10%) en telefonisch (40-45%). De webshop, voorzien van actuele foto’s, zorgt ervoor dat klanten precies weten wat ze kunnen verwachten. “Onze webshop is een gouden greep geweest. Alle producten die op de webshop staan, zijn de producten die hier binnen staan. Zo zijn we altijd up-to-date. ‘What you see, is what you get’.” Gezien het grote aantal etnische klanten is online bestellen ook een uitkomst, omdat het taalbarrières en dus fouten vermindert.
Want de logistieke operatie moet gesmeerd en accuraat lopen. “Online bestellingen die tot middernacht binnenkomen, worden de volgende ochtend al bezorgd,” legt Loek uit. De eerste vrachtwagens vertrekken om 2 of 3 uur ‘s nachts om klanten binnen een straal van 100150 kilometer rond Geleen te bevoorraden. Dit gebied is strategisch gekozen om rendabele dagritten mogelijk te maken. “Met een vloot van 11 vrachtwagens kun-
nen we elke hoek van dit gebied bedienen,” voegt hij toe.
INKOOP EN TRENDS
Het assortiment is zeer breed; in principe is “alles” beschikbaar. Het netwerk om in te kopen is vertakt over heel de wereld, beschikbaarheid is geen probleem. Loek: “Zolang de klant betaalt, kunnen we alles leveren, al moeten we in geval van misoogsten ijsbergsla uit Canada halen.”
Het bedrijf merkt geen significante trend naar lokaal of biologisch; het draait om kwaliteit en wat de klant wil. Toch halen ze veel product uit de directe omgeving. Een groot deel van de inkoop gebeurt via veilingen zoals ZON, BelOrta en The Greenery, waar dagelijks ingekocht wordt. Over de recente fusie tussen BelOrta en The Greenery heeft Loek Smets nog geen sterke mening. “Ik zie de ontwikkelingen afwachtend aan,” zegt hij. “Bij BelOrta staan de producten binnen twee uur na aankoop klaar op de gewenste locatie, wat bizar goed is. Bij The Greenery gaat het daarentegen nogal eens mis.” Daarnaast heeft het bedrijf eigen import uit Zuid-Europa en Noord-Afrika, vooral
Onze vollegrondsgroenten liggen wereldwijd in de schappen; van lokaal tot aan het Midden Oosten, overal vind je onze producten bij consumenten terug op hun bord.
Bent u op zoek naar de beste service en de hoogste kwaliteit? Dan bent u bij ons aan het juiste adres.
U kunt bij ons terecht voor onder andere:
LOLLO BIONDA
LOLLO ROSSA
RODE EIKENBLADSLA SALANOVA TYPES
voor producten zoals watermeloen, citrus en steenfruit.
UITDAGINGEN EN TOEKOMST
Loek benadrukt dat de toekomstvisie van het bedrijf gericht is op beheersbare groei. “We gaan geen overhaaste stappen zetten.” Het nieuwe pand is voorbereid op de stijgende vraag naar voorbewerkte en kant-en-klare producten, hoewel Smets momenteel bijna uitsluitend onbewerkte groenten en fruit levert. Een van de grootste uitdagingen voor P. Smets & Zn. is het vinden van personeel. “Jonge sollicitanten haken vaak af als ze horen dat ze met hun handen moeten werken en hun telefoon in hun broekzak moeten houden,” zegt Loek. “Chauffeurs zijn wel te vinden, maar uitbreiding van de distributieroutes is complex zonder voldoende personeel.” (ML)
loek@psmets.nl
FRISEE SLA ROMANASLA
SLA OP AANVRAAG
Dr Rhonda Patrick, een voedingsdeskundige besprak op haar podcast FoundMyFitness de invloed van fructose, een natuurlijke suiker in fruit, op het alcoholmetabolisme. Onderzoek wijst uit dat het consumeren van fruit zoals druiven, watermeloen en bananen voorafgaand aan alcoholgebruik de effecten van een kater kan verminderen door het alcoholgehalte in het bloed te verlagen. Bovendien kan fruitconsumptie na alcoholconsumptie het herstel versnellen door het lichaam te rehydrateren en zouten aan te vullen, hoewel vruchtensap misschien niet dezelfde voordelen biedt vanwege de snelle absorptie van suikers, wat leidt tot bloedsuikerschommelingen. Dr. Patrick benadrukte dat heel fruit, vanwege de vezels en micronutriënten die het bevat, langzamer wordt opgenomen, waardoor scherpe pieken in de bloedsuikerspiegel worden voorkomen. Het onderzoek waarnaar ze verwees,
suggereert dat een aanzienlijke hoeveelheid fruit nodig is om de verwerking van alcohol merkbaar te beïnvloeden, waarbij een gram fructose per kilogram lichaamsgewicht de duur van de intoxicatie met ongeveer 31% kan verminderen en de eliminatietijd van alcohol met bijna 45% kan verlengen. Bovendien zouden vruchten die rijk zijn aan antioxidanten, zoals zachtfruit en citrus, de leverfunctie kunnen verbeteren, waardoor alcohol beter wordt afgebroken. Patrick verduidelijkte dat, hoewel fructose uit hele vruchten de nadelige effecten van alcohol kan verminderen, het niet beschouwd moet worden als een middel tegen een kater. De studie die ze aanhaalde betrof 45 gezonde mannen tussen 25 en 35 jaar, allemaal matige drinkers, die naast alcohol ook fructose toegediend kregen in een vorm die geen hele vruchten bevatte, om het effect ervan op de klaring van alcohol te beoordelen.
In Spanje heeft een btw-verlaging invloed gehad op de prijsaanpassingen in grote supermarkten, met name voor aardbeien, sinaasappels en Golden Delicious appelen. De analyse van Facua-Consumidores en Acción, die betrekking heeft op de prijstrends van begin mei tot juni bij acht supermarktketens, laat opvallende verschuivingen zien. Aardbeien hebben bijvoorbeeld een gemiddelde prijsstijging van 50,9% gezien, met een stijging van 90% voor Eroski, de grootste onder de onderzochte artike-
Golden Delicious appels hebben een gemiddelde prijsstijging van 11,2% genoteerd, met Dia die te maken kreeg met een stijging van 33,5%. Daarnaast geeft het rapport prijsstijgingen aan voor aardappelen, Conference peren, Fuji appelen, citroenen, ijsbergsla, uien en linzen, terwijl de prijzen voor witte pitloze druiven, wortelen, champignons, rode aardappelen en knoflook stabiel bleven. Daarentegen zijn citroenen, ijsbergsla, sinaasappelen, wortelen, rode aardappelen, Golden Delicious appe-
len. Sinaasappels volgen met een gemiddelde stijging van 23,8%, waarbij Carrefour een sprong van 65,4% laat zien.
len en aardappelen goedkoper geworden in vergelijking met het jaar ervoor.
Coöperatie Hoogstraten blijft inzetten op kiwibes
“Kiwibessen zullen misschien niet de grootte van onze aardbeien bereiken, maar blijken een mooie aanvulling”
Een snackproduct met de smaak van een kiwi, maar zo handzaam als een blauwe bes. Het lijkt het recept voor een succesformule in het winkelschap. In de laatste jaren heeft deze kiwibes dan ook bekendheid vergaard op de Europese markt, maar toch komen er ook de nodige uitdagingen bij kijken. Zo ook bij Coöperatie Hoogstraten, waar ze nu sinds een vijftiental jaren met de kiwibes aan de slag zijn gegaan. “De kiwibes is eigenlijk ideaal als snack, maar de uitdaging ligt hem in het feit dat alle bessen in een verpakking eetrijp moeten zijn en dat is niet zo evident,” vertelt Jan Engelen van Coöperatie Hoogstraten.
Het is inmiddels zo’n 15 jaar geleden dat de coöperatie, samen met haar telers, de eerste stappen zette in de teelt van de kiwibes. “Eigenlijk was het in dit deel van de wereld totaal geen bekend product, maar één van onze medewerkers stond in contact met Filip Debersaques, docent aan de Universiteit Gent. Die had ons al in eerdere producten geadviseerd en hij deed destijds onderzoek naar mogelijkheden van de teelt van kiwibessen in België,” zo legt Jan uit. “Hij stelde voor dat we hier eens naar moesten kijken, omdat het een product was met veel potentie. Zo is het balletje eigenlijk gaan rollen. Na verloop van tijd kregen we meer en meer informatie en werd steeds
duidelijker hoe je het hier het beste aan kon pakken.”
UITDAGINGEN IN TEELT EN COMMERCIALISATIE
“In de jaren die volgden is er dan veel rassenonderzoek geweest, waardoor de teelt verder en verder is geëvolueerd,” vervolgt hij. “Er zat dan namelijk wel veel potentie in de kiwibes, maar het was en is ook een uitermate lastig product om te telen, wat veel vraagt van onze telers. Zo zit je met een bloemaanleg en bevruchting die in het voorjaar plaatsvinden. Als je dan een product hebt dat zeer vorstgevoelig is, zoals de kiwibes, krijg je nog wel eens te maken met jaren waarbij er vorstschade opgelopen kan worden en
het ook direct grote gevolgen heeft voor de oogst. Daarnaast zijn de vruchten ook gevoelig voor schuurschade van bijvoorbeeld hevige wind of hagel wanneer ze aan de plant hangen. Dan kan er verkurking optreden, wat niet aangenaam is voor een product dat met de schil opgegeten wordt. Dat zijn wel de grootste uitdagingen in de teelt, die we in de afgelopen jaren zo goed mogelijk hebben opgepakt met onze telers.”
Coöperatie Hoogstraten werkt inmiddels nog met zo’n vijf telers in de kiwibessen. “Daar ligt ook gelijk een tweede aspect wat de kiwibes kan hinderen te groeien naar de niveaus van andere grote gezonde snackproducten. De commercialisatie
is zeer uitdagend. Het is namelijk perfect als snackproduct en zo zetten we het ook in de markt, maar als een consument een verpakking heeft om te snacken willen ze ook dat elke bes eetrijp is. Om dat te realiseren is de grootste uitdaging van het hele project, aangezien het niet eenvoudig is om dat te garanderen. Zeker in de eerste jaren is het zaak om je hier bekend mee te maken, maar in de loop der jaren hebben we de ervaring opgebouwd dat we hier meer en meer controle over hebben. Zo zijn onze mensen er inmiddels goed in opgeleid om de kwaliteit van het fruit te herkennen en hebben we bovendien een centrale sorteermachine voor kiwibessen, waarmee we nog betere controle kunnen uitvoeren op rijpheid. Kiwibessen die te hard zijn, worden dan op een natuurlijk wijze bijgerijpt.”
ZEKERHEID VOOR TELERS
Jan kijkt dan ook met een goed gevoel naar een nieuw seizoen, wat eind augustus traditioneel van start gaat. “De eerste vruchten zijn inmiddels al aangeleverd (red. begin augustus). Dat is heel vroeg, maar dat zijn vruchten die nog niet consumptieklaar zijn, maar eerst nog in onze koelcellen verder worden gerijpt voor we ze vermarkten. Onze telers kunnen de eerste vruchten namelijk niet aan de plant laten rijpen, omdat ze dan massaal afvallen. Die ervaring hebben we in de afgelopen jaren opgedaan, waardoor deze al wat vroeger worden geplukt.”
“De grotere volumes komen dan eind augustus/begin september, wanneer we ook met de vermarkting zullen starten,” legt hij uit. “Dan loopt het ongeveer zo’n 6 tot 8 weken door tot half oktober. We zijn positief over de kwaliteit van de vruchten die we tot nu toe hebben ontvangen en het ziet er vooralsnog veelbelovend uit. Omdat het zo’n gevoelig product is,
kunnen weersextremen ook aanzienlijke gevolgen voor de volumes hebben, maar het ziet ernaar uit dat onze telers dit jaar een normale oogst kunnen realiseren. In de gloriejaren hebben we grotere producties gehad. Door de uitdagingen in de vermarkting hebben we echter wel een aantal telers gehad die afgehaakt is, maar met de telers die er nog steevast in geloven, hebben we inmiddels een aantal vaste klanten, waardoor we ook op een punt zijn dat al ons product onder dak is voor het geoogst is. Dat is wel zo fijn voor de telers, die een stukje zekerheid hebben in inkomsten. We zien dat dit nodig is, omdat het geen makkelijk product is voor de daghandel. Je moet er simpelweg afspraken voor hebben liggen.”
INZETTEN OP SOCIALE MEDIA
En dus blijft de coöperatie, ondanks de uitdagingen, geloven in de toekomst van de Belgische kiwibes. “We hebben nu een groep van telers die er heilig in geloven, dus zo lang dat het geval is, zullen wij het op een zo optimaal mogelijke manier in de markt zetten. Het is namelijk ook gewoon een heel gezond product. Zo heeft het een zeer hoog vitamine C-gehalte, wat het de ideale vrucht maakt om in september/ oktober te consumeren. Bovendien kun je het dus met schil eten en is het simpelweg een heerlijke bes wanneer hij goed gerijpt is. Het zal misschien niet de grootte van onze aardbeien bereiken, maar voor ons is het een prachtige aanvulling op het zachtfruitassortiment.”
“Daardoor zullen we er ook dit jaar weer op in gaan zetten in de marketing. Zo leggen we opnieuw wat meer focus op de kiwibes via sociale media. We werken al een aantal jaar met een groepje influencers, die het product in de kijker zetten door ermee aan de slag te gaan. Dit lijkt zeker aan te slaan in de herkenning onder de consumenten. Het ideale scenario is dat deze populariteit door kan groeien, maar de uitdagingen in de teelt en vermarkting, gecombineerd met een korte verkoopwindow, zorgt dus voor de nodige uitdagingen. Of het echt grote hoogtes zal bereiken, is lastig met een dergelijk nieuw product. Het betekent overigens niet dat er geen toekomst in zit, want met de telers die erin geloven, zullen we zeker doorzetten en voorzie ik een mooi plekje in het schap voor de kiwibes.” (JF)
Jan.engelen@hoogstraten.eu
World Apple and Pear Association (WAPA) verwacht voor de Europese perenoogst van 2024 een stijging van 4,9 procent ten opzichte van vorig jaar. Ten opzichte van het driejarig gemiddelde komt de perenoogst 2,1 procent lager uit. De groei vergeleken met vorig jaar komt vooral op het conto van de productie in Italië, die naar verwachting zal groeien met 121 procent afgezet tegen de perenoogst van 2023. Daarmee neemt Italië met een verwachte productie van 405 miljoen ton weer de leiding van de Europese perenproductie. Hier speelt het herstel van de teelt van Abate Fetel een grote rol. Waar er in 2023 in Italië maar 54 miljoen ton van dit ras werd geteeld, zal dat dit jaar met 125 miljoen ton 132 procent meer zijn.
France 1.6741.5141.4241.4771.6511.3371.3831.3911.5081.463 -3,0%2,5%
Germany 9731.0335971.0939911.0231.0051.072941793 -15,7%-21,2%
Greece 242259231301276280246321183287
Hungary 522498530782452350520280550330 -40,0%-26,7%
Italy 2.2802.2721.7042.2642.0962.1242.0532.1132.1752.162 -0,6%2,3%
Latvia 810814101481087 -9,1%-19,2%
Lithuania 46504862265236512735
Netherlands 336317228267272220243235199197 -1,0% -12,6%
Poland 3.9794.0352.8704.8102.9103.4104.3004.4953.9703.190 -19,6%-25,0%
De nummers twee tot en met vier uit de Europese top vijf, zijn Nederland, België en Spanje en zullen allen vermoedelijk minder peren oogsten dan in 2023; respectievelijk -9 (327 miljoen ton), -27 (280 miljoen ton) en -15 procent (244 miljoen ton). De nummer vijf is Portugal en dat land verwacht een plus van 10 procent (124 miljoen ton) te kunnen realiseren. Ook Frankrijk en Griekenland gaan ervan uit meer te oogsten. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld Hongarije en Roemenië, die waarschijnlijk zullen inleveren op hun perenoogst.
Van de verwachte 1.790.000 ton peren vormt Conference het grootste deel (43 procent). Dit is 14 procent minder dan vorig jaar en 12 procent minder dan het driejarig gemiddelde. Naast Abate Fetel, stijgt ook de productie van Williams BC; vermoedelijk met 34 procent. Een in het oog springende daler is Doyenne du Comice, die naar verwachting dit jaar blijft steken op 37 miljoen ton, een afname van 31 procent ten opzichte van vorig jaar. Waar er in 2015 nog 85 miljoen ton van dit ras werd geoogst is dat dus de afgelopen 10 jaar meer dan gehalveerd.
APPELEN
De Europese appeloogst 2024 wordt geraamd op 10,2 miljoen ton, 11 procent minder dan vorig jaar. Dat komt overeen met een daling ten opzichte van het driejarig gemiddelde van 14 procent. De top vijf Europese telers – Polen, Italië, Frankrijk, Duitsland en Spanje – zijn gezamenlijk goed voor 80 procent van de Europese appelproductie. Allen –met uitzondering van Spanje –verwachten, in verschillende mate, minder appelen te oogsten dan vorig jaar. Polen: -20 procent, Italië: -1 procent, Frankrijk: -3 procent, Duitsland: -16 procent. Spanje is met een verwachtte groei van 9 procent een uitzondering in dit plaatje.
Een andere stijger is bijvoorbeeld Griekenland (+56 procent). Oostenrijk moet dan weer bijna de helft van de oogst inleveren (-49 procent) en ook Tsjechië (-76 procent) en Hongarije (- 40 procent) missen een groot deel van hun oogst. In Nederland (- 1 procent) valt de daling mee, maar ook België (-34 procent) moet inleveren. De raming van de Nederlandse en Belgische appeloogst ligt op respectievelijk 197 en 133 miljoen ton. Wapa noemt een slechte bloei, late vorst en hagel als redenen voor de lage appelraming in Centraal- en Oost-Europa en met als gevolg minder aanvoer voor de appelverwerkende industrie in het seizoen 2024/2025.
Uit de Wapa cijfers blijkt dat wat betreft de belangrijkste rassen, de productie van Golden Delicious naar verwachting zal afnemen met 10 procent tot een totaal van 1.972.514 ton. Gala, de op één na grootste variëteit, zal naar verwachting met 11,1 procent afnemen (1.350.835 ton). De productie van Red Delicious zal vermoedelijk toenemen (+2,8 procent), terwijl die van Idared naar verwachting 18,4 procent lager zal zijn dan in 2023.
Wapa stelt dat de marktbalans beïnvloed zal worden door een relatief stabiel volume dat bestemd is voor de verse markt, dankzij stabiele productie in het westelijke deel van de EU in Frankrijk, Italië en Spanje. Daartegenover staan de lagere oogsten in Centraal- en Oost-Europa. Maar alles bij elkaar genomen is Wapa optimistisch. “De vooruitzichten voor het seizoen zijn over het algemeen positief en zouden kansen moeten bieden voor betere opbrengsten voor de sector, die nog steeds te maken heeft met de uitdagingen van inflatie en de stijgende kosten van de afgelopen maanden.” (MW)
In 2023/24 overtrof de Spaanse export van citrus de import met € 2,509 miljard, ondanks een opbrengstdaling als gevolg van ongunstige weersomstandigheden. Met een aandeel van 25% blijft Spanje 's werelds grootste handelaar in vers citrus, zo stelde de Spaanse citrussector begin juli tijdens een bijeenkomst, waar de resultaten van 2023/24 werden geanalyseerd. Er werd 2,34 miljoen ton citrus geëxporteerd, 3,1% minder dan in 2022/23 en 17,8% minder dan het vijfjarig gemiddelde. In waarde werd er wel een stijging opgetekend, zowel ten opzichte van het voorgaande seizoen als tegenover het vijfjarig gemiddelde. Spanje ontving €2,662 miljard voor zijn citrusexport. De import, die 168.130 ton bedroeg, was met 0,4% gestegen ten opzichte van het voorgaande seizoen en met 17% ten opzichte van het vijfjarig gemiddelde. De waarde van de import was €153 miljoen, 15% meer dan in 2022/23
en 31% meer dan het vijfjarig gemiddelde. Dit panorama weerspiegelt een moeilijke teeltcontext. Droogte en extreme weersomstandigheden hebben immers geleid tot een van de laagste oogsten van de afgelopen elf jaar. De totale opbrengst wordt geraamd op 5,73 miljoen ton,
Pakistan is de vijfde grootste mangoteler ter wereld en biedt 24 unieke variëteiten. Het mangoseizoen loopt van mei tot augustus en concentreert zich voornamelijk in de provincies Punjab en Sindh, waar de Sindhri en Chaunsa variëteiten prominent worden geteeld. Ondanks zijn wereldwijde reputatie exporteert Pakistan slechts 6 tot
15% minder dan het vijfjarig gemiddelde. Toch blijft Spanje volgens het ministerie van Landbouw de grootste citrusproducent van Europa en de op vijf na grootste ter wereld. Sinaasappel is het citrus dat het zwaarst getroffen is door deze omstandigheden. Met een oogst van 2,65 miljoen
ton is de opbrengstdaling opmerkelijk, namelijk 10,6% minder dan het voorgaande seizoen en 24,2% minder dan het vijfjarig gemiddelde. De mandarijnenoogst is 15% kleiner, terwijl er anderzijds meer citroenen en grapefruit zijn geplukt. Andalusië, de regio die het zwaarst getroffen is door de droogte, stelt 20% minder citrus te hebben geoogst. Voor de regio Valencia wordt een daling van 17% en voor Murcia een stijging van 6% verwacht. De telersprijzen schommelden doorheen het seizoen. Hoewel de telers in het begin van het seizoen hun citrus vlot verkocht kregen, begon de markt tegen het einde van 2023 logger te worden, wat ook de prijzen beïnvloedde. Vooral de citroenprijzen zijn een punt van aandacht vanwege het onevenwicht tussen vraag en aanbod. Er zijn grote zorgen dat het een structureel probleem is en dus nog enige jaren kan aanhouden.
7% van zijn mango-oogst. Het land staat voor uitdagingen op het gebied van teelt, verwerking, transport en het voldoen aan internationale normen.
Dit jaar daalde de teelt als gevolg van plagen en klimaatproblemen, maar het land blijft aan de binnen- en buitenlandse vraag voldoen. Het grootste deel van de export, ongeveer 75%, gaat naar de GCC-landen (Bahrein, Koeweit, Oman, Qatar, Saudi-Arabië en de VAE) via zee, lucht en land. Er worden inspanningen geleverd om de logistiek van luchttransporten te verbeteren om de kwaliteit en concurrerende prijzen te behouden.
Het verbeteren van merkpositionering en verpakking is
van vitaal belang om internationaal te kunnen concurreren. In tegenstelling tot Mexico en India hebben Pakistaanse mango's geen sterk wereldmerk, wat hun prijs in het buitenland beïnvloedt. Het stroomlijnen van de naleving van de regelgeving en de exportprocedures is ook cruciaal voor een vlottere markttoegang.
Strategische initiatieven zijn gericht op het versterken van de handel, het verbeteren van de verwerkingsfaciliteiten en het verkennen van nieuwe markten in Europa, Afrika, Iran en China. Verwacht wordt dat deze inspanningen de exportbestemmingen zullen diversifiëren en de duurzame groei van de sector zullen ondersteunen.
Piet Roos:
“Ik wil bezig zijn met de Bijbel en met mensen”
Bruisend Water is voor Piet Roos meer dan een verfrissend drankje; de naam staat symbool voor zijn christelijke missie om Jezus te laten sprankelen in de wereld. Ongebonden en openstaand voor allerlei contacten. Zijn werk als kwaliteitscontroleur in de AGFsector maakt dat mogelijk. “Ik verdien daar genoeg om van te leven en kan mijn tijd flexibel indelen voor pastorale activiteiten en studies. Ik kan ‘s avonds en in het weekend afspraken maken en voel me hierin bijzonder gezegend,” vertelt Piet.
In 2016 schreef hij zich in als ZZP’er en is hij vanuit Bruisend Water actief als coach, spreker, mediator en pastoraal werker. Om in zijn levensonderhoud te voorzien laat hij zich inhuren als kwaliteitscontroleur, vooral van uien voor de internationale markt. “Dat doe ik met veel motivatie en plezier, maar mijn hoofddoel is om bezig te zijn met de Bijbel en met mensen die zijn vastgelopen of die een stukje coaching nodig hebben.”
BEWUSTWORDING
Als kleine jongen wilde Piet politieman worden. “Al vanaf mijn vierde jaar. Niet om stoer te zijn, maar om dienstbaar te zijn. Ik was binnen de politie ook geen ‘bonnenschrijver’, ik wilde de dingen mondeling oplossen, een beetje olie in de maatschappij zijn.”
Piets geloofsleven kende zijn ups en downs. Hoewel hij religieus werd opgevoed, raakte hij als tiener vervreemd van zijn geloof. De ellende die hij tijdens zijn werk bij de politie zag, deed hem sterk twijfelen aan het bestaan van God. Toch bleef hij, mede door zijn relatie met zijn vriendin uit de kerk waar hij mee trouwde, steeds verbonden met het geloof. Op zijn achtentwintigste kwam hij bewust tot geloof, een ervaring die zijn leven drastisch veranderde. “Vanaf dat moment werden de Bijbel en Jezus realiteit voor mij,” vertelt Piet.
In 1998 verliet Piet de politie om een evangelische boekhandel in Soest over te nemen. Dit avontuur duurde twee jaar voordat hij besloot naar Zeeland te verhuizen voor een rustigere levensstijl. Hier begon hij aan een reeks banen in de AGF-sector, onder andere bij Aldi en later bij Coroos Conserven, waar hij uiteinde-
lijk hoofd van de kwaliteitscontrole werd.
In 2016 kwam het punt dat Piet wilde leven “in het voetspoor van Paulus”. Als rondreizende evangelist verspreidde Paulus de boodschap van Jezus Christus en voorzag daarbij in eigen inkomen door tenten te maken en te verkopen. ZZP’er zijn geeft Piet die mogelijkheid ook.
EENHEID
Misschien belangrijker nog is Paulus’ boodschap van eenheid als essentieel voor de getuigenis van de kerk en haar impact op de wereld. Piet heeft een groot interkerkelijk netwerk opgebouwd. Hoewel hij nergens lid van is, komt hij in verschillende gemeenten. Hij gelooft in eenheid onder christenen door geloof in Jezus Christus als Heiland en Heer, door Zijn werk aan het kruis van Golgotha, ongeacht hun specifieke kerkelijke achtergrond, en werkt met mensen uit diverse kerkelijke stromingen. “Ik hoor gewoon bij mijn broeders en zusters,” legt hij uit. “Ik vind het belangrijk dat mensen de Bijbel serieus nemen en in God geloven, zelfs als er verschillen zijn in opvattingen over bepaalde zaken. Het is echt mijn hart om met die Bijbel bezig te zijn en die actueel te maken voor onze tijd. Gods boodschap is momenteel buitengewoon relevant.”
HERSTEL EN VERNIEUWING
Ondanks de seculiere trends in de maatschappij ziet Piet een groeiende behoefte aan zingeving. “Ik zie heel veel mensen op
zoek naar zelfverlossing. Ze denken zich een weg naar bevrijding, maar het christendom leert dat ware bevrijding niet uit eigen kracht komt. Dat is voor velen moeilijk te erkennen. Helaas zijn sommige christenen ook in de valkuil gevallen van wetten en verplichtingen, terwijl het geloof juist vrijheid belooft. Jezus heeft ons bevrijd en de Bijbel roept op om in die vrijheid te wandelen, hoewel dit een voortdurende uitdaging blijft.” Piet heeft al veel mensen mogen begeleiden op hun geloofsweg. Hij heeft ook huwelijken en relaties zien herstellen. “Als God zijn werk mag doen, is er altijd hoop op herstel en vernieuwing,” besluit Piet. (ML)
roospiet1960@gmail.com
De gunstige omstandigheden in Rio Grande do Norte, waaronder het klimaat, vruchtbare grond en waterreserves, hebben bijgedragen aan de groei van fruitgewassen in het afgelopen decennium. De regio staat bekend om de '4M's' - meloen, watermeloen, mango en papaja - die 14,72% van de Braziliaanse teelt van deze fruitsoorten vertegenwoordigen. In 2022 oogstte Rio Grande do Norte ongeveer 775,4 duizend ton van de 5,266 miljoen ton die nationaal werd geoogst. Deze gegevens zijn afkomstig uit de laatste enquête van het BIM naar de gemeentelijke teelt, waaruit blijkt dat het areaal van deze vier fruitsoorten 31.742 ha besloeg. Bovendien is dit fruit jaarlijks goed voor bijna de helft van de Braziliaanse fruitexport. Telers in de regio zien potentieel voor verdere groei in het telen van
fruit. Aldair José Vital da Silva, een teler in het Baixo Açu Irrigatiedistrict (Diba), heeft zijn land de afgelopen zeven jaar uitgebreid van 24 ha naar meer dan 48 ha, met de ambi-
tie om 100 ha te bereiken. De uitbreiding van de mangoteelt is bijzonder opmerkelijk: een bedrijf in de regio Vale do Açu heeft zijn mangoplantage in 25 jaar tijd uitgebreid van
40 hectare naar 600 hectare. José Aldair, die op 72 ha mango's verbouwt naast papaja's en bananen, exporteert bijna 70% van zijn mango-oogst, voornamelijk naar de Verenigde Staten en Europa. Hij merkte ook een aanzienlijke stijging van de productiviteit op dankzij de vooruitgang in technologie en irrigatiesystemen. Michel Ângelo de Macedo de Lima Cosme, president van Diba, meldde gunstige omstandigheden voor de teelt van fruit in de regio, met een stuwmeer dat op 85% van zijn capaciteit zit en meer dan 1200 millimeter neerslag. Terwijl meloenen en watermeloenen een kleinere aanwezigheid hebben in Diba, worden papaja's en mango's prominenter geteeld, naast bananen, kokosnoten en citroenen.
Geswitcht juni 2024
Friso Sterk
Anton Maris
Van
Fairtrasa Holland
Vogelaar Vredehof
Marco Harinck The Greenery
Wouter de Bruin
Hello Fresh
Rob van der Weele The Greenery
Mustafa Yanik
Fanny van Gestel
Huub Welles
Kuehne+Nagel
HTP Fresh Food Group
Bayer
Maandelijks melden we AGF-switchers die de overstap hebben gemaakt naar een ander AGF-bedrijf. Heb je een switch van jezelf of namens je bedrijf te melden? Geef ze door aan marjet@agfprimeur.nl
Naar
Halls International
Energy Food Ingredients
Primeale United
Gebrs van Aarle
JH Wagenaar
Shypple
Source.Ag
Manuella van der Westen The Greenery BerryWorld
Jan Nijenhuis
Alexander Van de Mierop
Rob Mulder
Wellner Fruittrade VeggieHouse
Coöperatie Hoogstraten
Growers United
Muhammad Semega Janneh PotatoNext
Alex van Luijk
Peter van der Klift
Ronald van Vossen
E.F.P. International
Getting Logistics Done
TripleF Fruit
Henk ten Hove Greenyard/Freshsolutions
Christophe Taymans Greenyard
Daniel Slegers Agrico
Henk Nooteboom
Fruitmasters
Ondanks het feit dat fruit koolhydraten en suikers bevat, is het een zeer geschikt voedingsmiddel om het lichaamsgewicht op een gezond peil te houden. De reden is dat de vezels en het water in fruit het gevoel van verzadiging kunnen verlengen. En wie minder eet, krijgt minder calorieen binnen en kan dus gewicht verliezen. Bovendien bevat fruit meestal weinig calorieën. Appelen worden vaak geprezen als het beste fruit om af te vallen. Een grote appel bevat 5 gram vezels, een combinatie van oplosbare en onoplosbare vezels. Oplosbare vezels vertragen de spijsvertering, waardoor je langer het gevoel hebt voldaan te zijn. Bovendien kauw je langer op een appel dan op bij-
voorbeeld steenfruit, wat het gevoel van verzadiging kan versterken. Appelen trekken ook water in de dikke darm, wat de eetlust verder kan verminderen. Uit een onderzoek uit 2015 bleek dat mensen die regelmatig appelen aten 30% minder kans hadden op obesitas in vergelijking met mensen die dat niet deden. Fruit is dus een uitstekende keuze voor wie wil afvallen, vooral fruit dat vezelrijk is en waar je even op moet kauwen.
Den Berk Délice
Fresh Solutions
Luonnosta Holland
Van Geest International
LBP Rotterdam
Keelings EurAsia
The Greenery
BelOrta
DST Holland
Fruit Tree Consultancy
Verbod op gedroogd kokosvlees aan boord van vliegtuigen vanwege kans op spontane ontbranding
De International Air Transport Association (IATA) heeft kopra opgenomen in haar lijst van verboden artikelen voor vluchten. Hoewel passagiers hele kokosnoten mogen meenemen in zowel hun handbagage als hun ingecheckte bagage, geldt de beperking voor het gedroogde kokosvlees, bekend als kopra. Het gedroogde vruchtvlees is rijk aan olie en wordt beschouwd als licht ontvlambaar. Kop-
ra dat in de retail is aangekocht als verpakt product is wel toegestaan. Gedroogde kokosnoot wordt door de IATA geclassificeerd als een Class 4 Dangerous Good, wat betekent dat het een brandbare vaste stof is. Deze classificatie plaatst gedroogde kokos naast andere gevaarlijke artikelen zoals lucifers, aanmaakblokjes, metaalpoeders en natriumbatterijen.
Rotterdam is een van ’s werelds grootste AGF-havens en is van primair belang voor de Europese import en export van groenten en fruit. Om deze leidende positie verder te verstevigen en uit te bouwen, zal de Rotterdam Food Hub gerealiseerd worden op de Kop van de Beer.
Voor de locatie Kop van de Beer is gekozen vanwege de uitstekende ligging ten opzichte van de Maasvlakte en de Noordzee. Het gebied is het laatste water ontsloten greenfield in de haven van Rotterdam. Bovendien moest er een nieuwe locatie gevonden worden in verband met de voorziene herontwikkeling van het Merwe-Vierhavengebied, traditioneel dé fruithaven van de regio, tot een nieuw
woon- en werkgebied. Met de realisatie van de Rotterdam Food Hub is de logistieke positie in de AGF-sector verzekerd.
De naam doet meteen vermoeden dat ook andere voedselproducten zullen worden overgeslagen op het 60 hectare grote terrein. “De bedoeling is inderdaad om als haven een antwoord te bieden op de groei van het hele agrosegment. We
willen zo goed mogelijk de supply chain van gekoelde lading faciliteren. We denken daarbij niet alleen aan de import en export van verse groenten en fruit in koelcontainers, maar ook van diepgevroren producten zoals vlees of vis. Fruit uit bijvoorbeeld Zuid-Amerika of Zuid-Afrika maakt daar natuurlijk een substantieel onderdeel van,” zegt Sander Jongeneel, business manager van Havenbedrijf Rotterdam.
Op dit moment is op de Kop van de Beer al de sapfabriek ‘Blender’ van Innocent operationeel. “Al hun ingrediënten voor de productie van sap en smoothies komen er aan, zoals bijvoorbeeld sinaasappelsap in bulk. Maar we zijn nu ook al een heel eind gevorderd in onze gesprekken met een divers scala aan partijen die interesse tonen om op de Kop van de Beer te gaan bouwen. Dat kunnen logistieke dienstverleners zijn, producenten zoals Innocent of verladers die een eigen locatie willen openen. Met het oog op synergiën gaat het erom een cluster van meerdere foodbedrijven te krijgen die elkaar op een of andere manier aanvullen qua product of type dienstverlening. Wanneer het plaatje volledig is, zullen ook wij onze investeringspositie innemen voor de aanleg van de nodige infrastructuur,”
vult Anne Saris, business manager Agrofood, aan.
Op de Kop van de Beer kan aan twee kanten een kade worden gebouwd. “De kade aan de noordkant van het terrein is ontworpen voor de afhandeling van zowel diepzeeschepen als ook binnenvaartschepen. Daar focussen we echt op de diensten die veel reefers hebben, we noemen dat ‘reefer dominated services’. Die hebben een gespecialiseerde terminal nodig om de ladingen zo snel en veilig mogelijk af te kunnen handelen,” aldus Sander.
GEKOELDE LADING VEREIST EEN SPECIFIEKE AFHANDELING
Volgens Anne is ongeveer 95% van het maritieme AGF-transport reeds gecontaineriseerd. “De resterende lading komt in conventionele schepen aan in de haven van Rotterdam, met pallets benedendeks en containers bovendeks. De toekomst van conventioneel geladen schepen lijkt onzeker, hoewel door de jaren heen gebleken is dat er altijd wel ruimte blijft voor dit type verscheping. Uit de belangrijkste fruitregio’s in Latijns-Ame-
rika zien we de trend dat de kleinere containerschepen met een capaciteit van 2.000 tot 3.000 TEU op termijn vervangen worden door grotere schepen tot circa 10.000 TEU.”
Door de tijdsintensieve lading die erin zit, vereisen reefers een specifieke afhandeling. “Ze moeten ook geplugd kunnen worden en de achterlandlogistiek is gewoon anders dan die voor droge containers. Speciaal voor de gekoelde lading, of het nu in pallets komt of in containers, willen we alle mogelijke faciliteiten bieden om ervoor te zorgen dat Rotterdam zijn positie als grootste haven in dit segment kan behouden en versterken.”
“FIRST PORT OF CALL”
Een aantal van de diensten uit Zuid-Amerika en Zuid-Afrika zijn de afgelopen jaren immers verloren gegaan aan omliggende havens, zo legt Anne uit. “De andere havens zitten natuurlijk ook niet stil. Kijk maar naar Vlissingen, dat zich hard ontwikkeld heeft voor gekoelde lading. De bestaande terminals in de haven van Rotterdam liggen bovendien vaak vol met de grote schepen uit bijvoorbeeld Azië.
Vooral als je weet dat 60% van de lading van zo’n schip uit Latijns-Amerika doorgaans uit reefers bestaat, kun je je voorstellen dat dit een behoorlijke druk geeft op de terminals. Rotterdam Food Hub moet dus echt een aanvulling worden op de bestaande containerterminals en agrofoodfaciliteiten in de haven en daarnaast opties bieden voor conventionele diensten en eventuele shortsea feederdiensten.”
Voor een heel aantal diensten, ook uit Zuid-Amerika en Zuid-Afrika, is Rotterdam evenwel nog steeds de first port of call, de eerste haven waar de schepen in Europa aanlopen. “En dat willen we zo houden, want voor fruitimporteurs in het Westland, Barendrecht, Ridderkerk of Venlo is Rotterdam natuurlijk de snelste route. Het is onze taak om ervoor te zorgen dat de haven op de juiste manier geëquipeerd is om gekoelde ladingen efficient af te handelen. In die zin zal ook de nieuwe Blankenburgverbinding de routing naar in ieder geval het Westland gemakkelijker maken, naast het feit dat ze de ring van Rotterdam wat zal ontlasten. Voor de logistiek naar het achter-
Ontwerp & Productie
Verpakkings- & Palletiseersystemen De
Verpakkings- & Palletiseersystemen Consistent, betrouwbaar palletiseren
Rotax Palletiseerkop positioneersnelheden tot 50 zakken/minuut
land toe – denk daarbij aan Duitsland of Zwitserland – zal ook binnenvaart steeds belangrijker worden. De Rotterdam Food Hub zal daar mogelijkheden toe bieden,” legt Sander uit.
INTERMODAAL TRANSPORT
Efficiëntie is het codewoord, zo legt Anne uit. “Intermodale achterlandverbindingen kunnen daartoe een bijdrage leveren, niet alleen per binnenvaart, maar ook per spoor, als alternatief voor het wegvervoer, wat tegenwoordig nog steeds de belangrijkste logistieke optie is om de ladingen vanuit de haven op bestemming te krijgen. Op de Kop van de Beer zelf is er geen ruimte voor een spooraansluiting, maar zo’n 200 meter verder is die er wel. We zijn nu aan het onderzoeken of het mogelijk is om daar ladingen op de trein te zetten. In het teken van efficiëntie staan ook onze projecten met de douane om de doorlooptijd van de inspecties te verkorten.”
UITDAGINGEN: ONDERMIJNING EN VERDUURZAMING
Ondermijning is een thema waarrond de zorgen de laatste tijd alleen maar zijn
“We hebben alvast met elkaar de ambitie uitgesproken om 100% van de importlading te controleren”
gestegen. “De Rotterdam Food Hub is natuurlijk een locatie waar veel reeferlading zal binnenkomen,” aldus Anne. “We zijn dan ook vanaf dag één met de douane en de zeehavenpolitie in gesprek over hoe we die uitdaging het best kunnen aanpakken. We hebben alvast met elkaar de ambitie uitgesproken om 100% van de importlading te controleren. Op het gebied van veiligheid gaan we de lat hoog leggen, tegelijkertijd zal de efficiëntie verder omhoog gaan.”
Een andere uitdaging is de energievoorziening in het gebied. “Al biedt dit aan de andere kant ook weer mooie kansen,” stelt Sander. “De agrofoodsector moet immers net zoals elke andere sector verduurzamen. Met alle partijen waarmee we spreken, wordt er gepraat over ‘net zero’. De footprint van de koel- en vriesloodsen zal zeer beperkt zijn. Het is de perfecte gelegenheid om op basis van de nieuwste technologieën de energietransitie heel concreet handen en voeten te geven. De bedoeling is ook om de benodigde energie zelf op te wekken en op te slaan. En wie weet, wellicht een beetje terug te leveren aan het net.”
Naast ondermijning, een duurzaamheidsslag en de toegenomen investeringskosten in bredere zin, is ook het ruimtevraagstuk in de haven een kwestie die de volle aandacht vereist. “Elke vierkante centimeter in de haven staat onder druk, ook op de Kop van de Beer. En met zoveel stakeholders en zaken waar je rekening mee moet houden, wordt het nog een complexe puzzel. En ja, we vrezen een beetje dat we een aantal geïnteresseerde partijen zullen moeten teleurstellen. Toch verwachten we een heel mooi resultaat, een harmonieus samenspel van vele elementen. En precies omdat het een greenfield betreft, hebben we de ultieme mogelijkheid om alles perfect met elkaar te integreren, met één groot doel voor ogen: een snelle en veilige supply chain voor de gekoelde lading,” besluit Sander. (PB/ PDC)
ae.saris@portofrotterdam.com s.jongeneel@portofrotterdam.com
Een piloot uit New Hampshire is beschuldigd van stalking en het overtreden van een beschermingsbevel door met zijn vliegtuig over het huis van een vrouw in New York te vliegen en tomaten te gooien. De betrokken vrouw, eigenaresse van een café, beschuldigt de piloot ervan haar al jaren lastig te vallen. Hij werd al meerdere keren gespot boven het café.
Transformeert de wereldwijde voedselproductie met sorteermachines op basis van sensoren en geïntegreerde oplossingen voor na de oogst, maximaliseert de voedselveiligheid en minimaliseert voedselverlies.
“Er is altijd een klant die bij je past”
Als je als bedrijf een product op de markt wilt brengen, moeten keuzes worden gemaakt. Doordachte keuzes. Want een product is niet zomaar een product. Dat geldt ook voor sorteermachines: met welk doel en voor welk publiek ontwerp je, van welke functionaliteit voorzie je de machines, maak je ze groot of klein? Ook PERFECT – Van Wamel gaat niet over één nacht ijs en introduceert innovatie met Artificial Intelligence technieken.
“We gaan niet voor de megaprojecten,” zegt productmanager Charles van den Heuvel, die ruim 20 jaar ervaring heeft met software-oplossingen voor internationale agro- en voedingsmiddelenbedrijven. “Wij richten ons met onze wereldwijde dealerorganisatie met name op telers en op de pakstations. Bij de ontwikkeling van sorteersystemen ligt de nadruk op een vruchtvriendelijke behandeling en het bedieningsgemak voor de gebruiker.”
Ook wendbaarheid is volgens Charles heel belangrijk in de huidige economie en fruitwereld, en dus kiest PERFECT – Van Wamel ervoor om sorteermachines te leveren die én voldoende capaciteit hebben én flexibiliteit in de bedrijfsvoering toelaten. “Ik denk dat het als sorteerbedrijf interessanter kan zijn om twee flexibele, iets kleinere machines te hebben dan één grote joekel. Je kunt dan makkelijk op- en afschalen naargelang de vraag,
of zelfs meerdere soorten producten tegelijkertijd verwerken. Onze modulaire oplossingen zijn bovendien bijna altijd te integreren in een bestaande lijn.”
ARTIFICIAL INTELLIGENCE
De optische sorteermachines van PERFECT – Van Wamel, ook bekend als specialist in maai- en klepelmachines, spitsen zich toe op hardfruit en steenfruit. “Onze cupmachines, die in 2- tot 8-baans geleverd kunnen worden, zijn geschikt voor ronde en halfronde vruchten. De highend kleuren- en infraroodcamera’s sorteren zowel op diameter, gewicht, kleur als externe kwaliteit.” Ook voor kersen heeft het bedrijf een oplossing in huis, dat is een mechanische sorteermachine.
De Uni-Grader, de sorteermachine met AI voor onder andere appelen en peren, herkent rot, schurft en alle typen defecten zoals schuurschade, drukplekken of beschadigingen door de schil. “De machi-
ne wordt op basis van vele voorbeelden aangeleerd wat goed of fout is en uiteindelijk laten de algoritmes het systeem toe zelf verbanden te leggen, waardoor je als sorteerbedrijf een oneindigheid aan mogelijke defecten in de praktijk kunt tackelen. Immers, elke vrucht is een uniek product.”
Charles haalt een voorbeeld van rot aan. “Rot kan in veel kleurverschillen en vormen voorkomen. Een mens kan die allemaal wel herkennen, terwijl je in principe een machine eerst alle mogelijke verschijningsvormen zou moeten aanleren, voordat die ze een voor een kan identificeren. Met AI en deep learning wordt dat probleem ondervangen, want het stelt de machine in staat ook niet-aangeleerde vormen van rot te ontwaren. Daar hebben we met onze unieke techniek snel heel grote sprongen in gemaakt. Met AI kan ook heel goed worden ingespeeld op seizoensgebonden factoren, zoals de invloed van specifieke weersomstandigheden in een bepaald jaar op het te sorteren product.”
GEMAK EN INTUÏTIEVE
GEBRUIKERSINTERFACE
De Uni-Grader is speciaal ontwikkeld voor de Conference peer en dat biedt andere fruitsoorten alleen maar voordelen. “We weten en hoorden van klanten dat de Conference peer een nogal
ingewikkeld ras is qua maatvoering en ook een gevoelig product qua behandeling. Andere (hard)fruitsoorten kunnen alleen maar profiteren van deze specialisatie, want wat goed is voor Conference, is ook goed voor bijvoorbeeld appelen en andere vruchten als pruimen, abrikozen en perziken.”
Naast zeer betrouwbaar is de Uni-Grader volgens Charles ook eenvoudig te onderhouden, ook wat de schoonmaak betreft. Bovenal is de Uni-Grader heel gebruiksvriendelijk. “Heel bewust hebben we voor een touchscreen met een grafische, intuitieve gebruikersinterface gekozen. Mensen zijn dat gewend van hun smartphone. Hoewel de machine in alle talen uitgevoerd kan worden, kunnen zo ook werknemers die de taal minder beheersen, het apparaat tóch vlot bedienen. Tevens is door slimme features de foutkans voor elke gebruiker tot een minimum beperkt.”
SERVICE: HULP EN ONDERDELEN
De machines zijn doordacht ontworpen, zodat de klant zelf bepaalde onderdelen kan vervangen indien nodig. “Onderdelen hebben we altijd voorradig en kunnen dus op werkdagen dezelfde dag worden opgestuurd.” Heeft de klant toch hulp nodig, dan staat het team van PERFECT –Van Wamel altijd klaar om die met raad en daad bij te staan bij het onderhoud of gebruik van de machine. “Dit kan zowel
PERFECT sorteermachine met verpakkingsoplossingen
telefonisch, via email, ter plaatse, maar zeker ook met videobellen. Dit laatste is erg handig en wordt steeds meer de standaard. Als een klant dat wil, kunnen we online inloggen en direct helpen. Afstand mag geen beperking zijn.”
UNIVERSEEL VRUCHTSYSTEEM
“We hebben de afgelopen jaren een volledig nieuwe aanpak gehanteerd, waarbij op basis van moderne gestandaardiseerde software en generieke high-end industriële componenten een uniek systeem is ontworpen. Voor elke bouwsteen wordt alleen de topkwaliteit gekocht en de componenten moeten goed beschikbaar zijn. Het resultaat is een deugdelijk en universeel systeem. Op die manier zijn aanpassingen en uitbreidingen in leng-
te van jaren mogelijk en is de ondersteuning naar de klanten toe, ook met hardware, verzekerd. Toekomstige wensen van klanten zullen steeds ingepast kunnen worden op onze apparatuur.”
INTERNE KWALITEITSSORTERING
“De machine is mechanisch en softwaretechnisch op interne kwaliteitssortering voorbereid. Maar in de praktijk zie ik nog veel vragen, ideeën en bedenkingen over de inzet van interne kwaliteitssortering. Niet in de laatste plaats omdat het een dure optie is. Elke potentiële koper denkt er hard over na of de aankoop van die functionaliteit te verantwoorden is. Technisch is er veel mogelijk. Maar telers willen ook een boterham verdienen.”
Een demo-opstelling van de UniGrader met PERFECT-Sort Artificial Intelligence kwaliteitssortering
Zo heeft Charles sorteerders gesproken die de techniek hebben aangeschaft, maar aangeven die niet bedrijfseconomisch optimaal te gebruiken. “Zeker omdat interne kwaliteitssortering niet voor alle rassen en niet elk jaar of op elk moment in het jaar nodig is. De afschrij-
ving van de investering is dan niet zomaar rond te rekenen of terug te verdienen. Zij zeggen dat ze, mochten ze weer voor de beslissing staan, nog eens heel goed zouden nadenken. De hoge investering staat in feite niet in verhouding tot ‘onderaan
Pim Hermans, exportmanager bij Greefa:
de streep’. Het is toch erg afhankelijk van bepaalde omstandigheden,” ziet Charles. “Daarnaast kunnen er ook principiële bezwaren rijzen. Want als er afkeur komt van wat nog een goed te eten product blijkt te zijn, is dat dan een vorm van voedselverspilling? En zijn de telers ook blij met interne kwaliteitssortering? Hou je als verpakker je telers tevreden en willen die blijven leveren als er op interne kwaliteit gesorteerd wordt? Hoe dan ook, uiteindelijk zal de investering per uur of per kilo terugverdiend moeten worden, zowel voor de teler als voor de sorteerder. Als die beiden geen voldoende hogere meerprijs krijgen, blijkt sorteren op interne kwaliteit bedrijfseconomisch en relationeel nog een lastig verhaal.”
PERFECT – Van Wamel is niet enkel actief op de Nederlandse en Belgische markt, je vindt de sorteermachines in een groot deel van de wereld. “Er is altijd een klant die bij je past,” aldus Charles. (PB/PDC)
charlesvdheuvel@vanwamel.nl
“Een goede kwaliteitsanalyse biedt meer zekerheid over wat er in de doos komt te zitten”
“Het is zeker niet zo dat er in het hardfruit elk jaar veel last is van interne bruining, maar is er zo’n jaar, dan kun je bij het sorteren eigenlijk niet meer om een inwendige kwaliteitsanalyse heen”, stelt Pim Hermans, exportmanager bij Greefa. Elke afzetmarkt de appel die hij wil, dat is het uiteindelijke doel. Met de huidige technologie is dit geen utopie meer.
“Sinds de introductie van iQS Performance en iQS Performance Plus, beide een modulair systeem voor externe defectherkenning, het eerste op basis van een kleurenbeeld en een golflengte infrarood, het tweede op basis van een kleurenbeeld en van drie golflengtes infrarood, zijn we continu bezig om verbeteringen aan te brengen in de algoritmes om de herkenning en identificatie van uitwendige defecten op fruit te optimaliseren”, aldus Pim. “We voeden de machines met informatie over de verschillende defecten, hetzij kurkstip,
windschade of gaten. Met deep learning wordt daar ook een stukje gebruiksvriendelijkheid aan toegevoegd, want de machine is nu immers nog gemakkelijker in te stellen en de resultaten van de herkenning nog beter.”
Kurkstip is in tegenstelling tot windschade een progressief defect, waardoor het, zelfs als het dezelfde afmeting heeft als een zwarte plek door het zwiepen van de takken, de verwerker noopt de beschadigde appel te bestemmen voor de industrie. “Een goede kwaliteitsanalyse biedt meer
Interne kwaliteitsmeting detecteert bruining
zekerheid over wat tenslotte in de doos zit. Onze sorteermachines kunnen ingesteld worden op defect én op de omvang van het defect. Zo kan er geopteerd worden om een heel klein beetje windschade nog toe te laten in de klasse I.”
ELKE CENTIMETER WORDT BEOORDEELD
Op de in hardfruit gespecialiseerde GeoSort en CombiSort – voor onder meer citrus en steenfruit heeft Greefa de SmartSort en EasySort in de catalogus en voor langwerpige producten de QSort
Externe defectherkenning met één of met drie golflengtes infrarood
–worden de appelen door v-banden zorgvuldig uit het waterkanaal getild – ook droge aanvoer is mogelijk – en allemaal netjes op een rijtje gelegd richting de verenkelaar. Op diabolo’s rollen ze onder de kleurencamera door. Grote vruchten roteren één keer volledig, kleine vruchten tot twee keer, waardoor elke centimeter van elk stuk fruit beoordeeld kan worden door de camera’s.
Automatisch sorteren kan vandaag de dag vlot op eigenschappen zoals maat, gewicht, kleur en kromming, op externe kwaliteit en steeds beter op interne defecten. “Met de gebruikelijke camera’s kun je tot op zekere hoogte iets onder de schil kijken van een vrucht, maar voor de echte interne kwaliteitsmeting van bijvoorbeeld een appel laten we van boven een lichtstraal los op de vrucht die we
onderaan de cup, waarop de appel ligt en waarin een gat zit, weer opvangen. Het resulterende lichtspectrum dat we onderscheppen vertelt ons dan iets over eigenschappen als Brix en droge stof, maar ook over interne defecten als bruining. In een jaar waarin bruining een veel voorkomend probleem, doe je zeker je voordeel met inwendige kwaliteitsanalyse.”
NIET ELK JAAR IS EVEN UITDAGEND
Pim vertelt dat zeker niet alle klanten die voor interne kwaliteitsmeting kiezen, alle sporen uitrusten met het iFA-systeem – zo heet het geavanceerde meetsysteem voor inwendige kwaliteit van Greefa. “Je kunt het ook gewoon installeren op bijvoorbeeld twee van de acht sporen. Niet elk jaar is immers even uitdagend. Zet je het iFA-systeem aan, dan heb
Het hele jaar door topkwaliteit
Door de optimale bewaarconditie die wij garanderen, zijn de aardappelen het hele jaar rond van uitstekende kwaliteit
Transparant en klantgericht
Goede service en een fijne band met onze klanten vinden wij belangrijk en daarvoor stellen wij dan ook alles in het werk
Goede prijs-kwaliteitverhouding
Bij Van der Kroon Aardappelhandel koopt u zowel friet- als tafelaardappelen tegen een aangename en nette prijs
je op dat moment iets minder capaciteit –de overige zes sporen worden niet benut –, maar je haalt de bruine appelen er wel uit. We zien zelfs klanten die op de markt specifiek de lastige partijen goedkoop opkopen om die dan volledig schoon te sorteren. De goede appelen worden dan alsnog voor een mooie prijs vermarkt.”
Naast sorteeroplossingen biedt Greefa ook apparatuur aan voor de aanvoer, het vullen, intern transport, data-analyse en verpakking. “Op dit moment focussen we met onze verpakrobots op het verpakken in pakbladen. Onze SmartPackr legt de appelen mooi gepresenteerd met de rode kant naar boven en de steeltjes dezelfde kant op – ideaal voor enkellaagsdozen –, terwijl de Automatic TrayPackr meer op capaciteit en minder op perfecte afwerking is ontworpen. De eerste is ideaal voor verpakking in enkellaagsdozen, de tweede voor telescoopdozen met meerdere pakbladen. Van beide oplossingen hebben we best al wat exemplaren geleverd, ook in Nederland,” besluit Pim. (PB/ PDC)
Robert Peters, Aweta:
“Om alle aspecten te beheersen waar een klant op wil sorteren, heb je speciale technieken en AI nodig”
Ontwikkelen houdt nooit op. Op de technologische vooruitgang lijkt geen rem te staan en ook de AGF-sector doet daar meer dan zijn voordeel bij, zowel in de teelt als in het pakstation. “Op dit moment zijn we bezig met de doorontwikkeling van een camerasysteem met behulp van AI,” zegt Robert Peters, directeur R&D bij Aweta, specialist in oplossingen voor het sorteren en verpakken van groenten en fruit.
“Interne kwaliteitsanalyse hebben we al enkele jaren geleden gelanceerd. Nu betreft de doorontwikkeling vooral het sorteren van paprika’s op uitwendige kwaliteit, nadat we AI en machine learning eerst al hebben toegepast op appelen en citrus. Met een nieuwe beeldvormingstechniek hebben we een veel grotere database met voorbeelden van product met en zonder defect en van de verschillende soorten defecten. Die database wordt dan aangeboden aan een algoritme dat zelf leert het onderscheid te maken.”
Robert maakt de vergelijking met de technieken die Google gebruikt om de wereld in kaart te brengen of Tesla aanwendt om voetgangers van lantaarnpalen te onderscheiden. “Dit krachtige en nauwkeurige systeem, dat ons ook toelaat complexe defecten te detecteren, gaat overigens niet ten koste van de capaciteit. Daar zijn
natuurlijk industriële PC’s voor nodig.”
Aweta gebruikt in haar sorteeroplossingen de laatste generatie CMOS-camera’s. “Dat zijn digitale hoge resolutie camera’s. We maken een hyperspectrale cameraopstelling met een mix van kleurenbeeld en drie verschillende infrarood golflengtes. Dat maakt vier verschillende soorten camera’s, maar van elke soort hebben we er per spoor twee staan om het product van twee kanten te kunnen bekijken. We noemen ze onze Twin Vision camera’s. Door al die beelden op elkaar te leggen en daar kunstmatige intelligentie op los te laten kunnen alle mogelijke defecten van elkaar onderscheiden worden.”
VERENKELAARS IN PLAATS VAN EEN BAND
Naast hyperspectraal zijn er volgens Robert zeker nog andere technieken waarmee je de kwaliteit van groenten en fruit kunt analyseren. “Je kunt er bijvoorbeeld ook met röntgen naar kijken, of met terahertz imaging, maar op dit moment zijn we best in staat om met de huidige kwaliteitseisen die gesteld worden, alle metingen met hyperspectraal te verrichten. Of we de volgende jaren of decennia ook andere technieken nodig hebben, dat zal de toekomst uitwijzen.”
Op de cupmachine van Aweta voor paprika’s kunnen vijf producten per seconde worden gescand, op een sorteerma-
chine specifiek voor citrus wordt een aantal van veertien stuks per seconde behaald. “In principe kun je een avocado en een mandarijn op dezelfde lijn sorteren op kwaliteit, alleen is dat niet optimaal. Ronde en langwerpige producten hebben toch baat bij een specifieke cameraopstelling. Er wordt op een andere manier naar een avocado gekeken dan naar een rond product dat alle kanten kan opdraaien.” Voor een optimale camerapresentatie, zodat het volledige oppervlak van een stuk groente of fruit kan worden geanalyseerd, opteert Aweta voor verenkelaars. “Op een band kun je het product niet ronddraaien en dan mis je dus het deeltje dat de band raakt.”
GEÏNTEGREERDE OPLOSSINGEN
Om de enorme concurrentie wereldwijd het hoofd te bieden, zet Aweta volop in op de doorontwikkeling van sensoren, camerasystemen en software. “Iedereen kan op kleur sorteren, maar een adequate kwaliteitsanalyse is nog iets anders. Niet iedereen kan een beurse plek op een appel of snijschade op een paprika vinden. Het gaat erom in staat te zijn om al die aspecten te beheersen waar een klant op wil sorteren. Daarvoor heb je heel speciale technieken en AI nodig,” legt Robert uit.
“Daarnaast hebben we bij Aweta ook totaal geïntegreerde oplossingen in huis. We leveren niet alleen de sorteermachines, we zorgen ook voor de afvoer van het fust, we kunnen palletiseren en ook het ordermanagement maakt deel uit van ons assortiment. Vanaf één operatorplaats kan de hele installatie bediend worden. Ook dit biedt meerwaarde. Bovendien kunnen onze installaties gekoppeld worden aan het ERP-systeem van de klant. Zo kunnen ten slotte allerlei analyses worden losgelaten op een gesorteerde partij. Dit levert heel waardevolle informatie op voor de verpakker,” besluit Robert. (PB/ PDC)
rpeters@aweta.nl
“Samen met de klant kunnen we behoorlijk precies uitrekenen wat de terugverdientijd is”
Wat doe je als machinebouwer in coronatijd wanneer de orders uitblijven en je niet bij de klanten op bezoek kunt? Je hebt zorgen, maar ook een zee van tijd, die je, als je de makkelijke weg kiest, zou kunnen opvullen met Netflix-series bingen. Of je kunt de handen uit de mouwen steken, de hersencellen activeren en dag na dag op zoek gaan naar waar je de bestaande machines nog kunt verbeteren. En zo ontstond Xcalibur frame 2.0.
Na vele jaren ervaring te hebben opgedaan in de sector van sorteermachines, richtte Antoine van Kasteren in 2004 OptiServe op en begon hij met het refurbishen van sorteerapplicaties van verschillende merken. In 2009 mondde al die ervaring, in combinatie met input van Wageningen University & Research, uit in een eigen sorteeroplossing: Xcalibur.
“In coronatijd hebben we flink moeten aanpoten om overeind te blijven, maar we hebben ook van de vrijkomende tijd gebruikgemaakt om wat doorontwikkelingen te doen op de Xcalibur, zowel wat betreft de mechaniek als de cameratechniek en de software.”
ÉÉN STANDAARDMODEL
In tegenstelling tot de grotere spelers in de markt biedt OptiServe, een bedrijf dat vanuit Maarheeze, iets ten zuiden van Eindhoven, vrij centraal gelegen is tussen het Duitse, Nederlandse en Belgische afzetgebied, geen volledig machinepark aan waarbij soms per product een aparte machine wordt ontworpen. “Wij hebben één standaardmodel, de Xcalibur, die naargelang de capaciteit van de klant wel in verschillende breedtes kan worden geleverd. Het is een basisplatform dat op zich al heel veel toepassingen voor meerdere producten aankan, maar dat ons ook toelaat door te ontwikkelen volgens de specifieke behoeften van de klant. En omdat het basisplatform reeds veelzijdig
is, kunnen de bijkomende ontwikkelingskosten redelijk goed onder controle worden gehouden,” legt Antoine uit.
De Xcalibur wordt gebruikt voor het sorteren van bijvoorbeeld frites en appelpartjes, maar ook van snoep, noten, granen, zaden, schaal- en schelpdieren en zelfs non-food. “Er is ondertussen ook al gekeken naar de mogelijkheden voor het sorteren van onder meer bonen en champignons. Elk nieuw product heeft zijn eigen uitdaging op basis van vorm, want je moet daar telkens een ander algoritme op loslaten. Naast de uitbreiding van het assortiment producten die
door de machine kunnen worden uitgelezen, heeft de doorontwikkeling, die is uitgemond in de Xcalibur 2.0, zich toegespitst op de integratie van de nieuwste 3CCD-camera’s voor een beter contrast op groen en bruin en van LED-verlichting voor een betere sortering en minder energiekosten. Daar zit dus ook een stukje duurzaamheid in.”
VERBETERINGEN
Ook mechanisch zijn er volgens Antoine verbeteringen aangebracht: de airconditioning binnenunit is voorzien van een speciale bescherming tegen corrosie; de uitblaaskleppen, het blaasblad en het spruitstuk zijn herontworpen voor een nauwkeurigere en sterkere verwijdering van de defecte objecten, wat het patent verder optimaliseert; de quick-release constructie en de bandspoormethode voor de detectieband zijn geoptimaliseerd. “Naast deze en nog enkele andere mechanische aanpassingen, zijn er ook softwarematig stappen vooruit gezet, ofwel op basis van eigen onderzoek, ofwel naar aanleiding van feedback
van klanten. De klant heeft bovendien altijd recht op de laatste softwareversie van de Xcalibur. Enkel de arbeid wordt aangerekend die nodig is om de nieuwste versie te installeren. Meestal is met één uurtje de klus geklaard,” legt Antoine uit.
In de toekomst zal worden ingezet op verdere ontwikkelingen van het vision-systeem (infraroodcamera’s voor inwendige kwaliteit, framegrabbers, etc.), op het onderbelichten van de band om schaduwvorming op de producten te minimaliseren en op het upgraden van de software met AI. “Alle nieuwe ontwikkelingen zullen toepasbaar zijn op reeds bestaande machines, wat de levensduur van de Xcalibur verhoogt,” aldus Antoine.
“EEN AUGURK IS NIET ZOMAAR EEN AUGURK”
Als voorbeeld van een productontwikkeling haalt de oprichter en CEO van OptiServe de toepassing van Xcalibur bij een klant aan die augurken sorteert. “Je zou denken: een augurk is toch gewoon een augurk. Maar er blijken dus ook augurken
te zijn die krom zijn, aan elkaar gegroeid of gebroken in de productstroom terechtkomen. Die mogen niet in de glazen pot en het sorteren wordt doorgaans handmatig gedaan. Nu hebben wij ook voor dit product een algoritme ontwikkeld, waarmee mooie resultaten worden bereikt.”
Omdat de Xcalibur niet zomaar een standaardmachine is, is ze niet van de goedkoopste in de markt. “Toch kunnen we mee met de marktprijzen, precies omdat we een klein bedrijf zijn waar ikzelf nog altijd over de grote beslissingen ga. Ik stel me flexibel op en denk mee in de prijzen om ervoor te zorgen dat de klant op een reële manier zijn investering terug kan verdienen. Maar als je onze machine vergelijkt met een auto, dan leveren wij niet de auto van €15.000. Want wie elke dag vele uren op de baan is, heeft een robuuste en comfortabele wagen nodig. Als de klant ons meedeelt welke capaciteit hij heeft, wat het binnenkomende product kost en hoeveel het buitengaande product opbrengt, kunnen we samen redelijke precies uitrekenen hoeveel FTE’s kun-
nen worden uitgespaard en wat dus de terugverdientijd is.”
HET IDEAAL: ÉÉN OPERATOR
De trend naar automatisering is volop ingezet in bijna alle sectoren. Personeel wordt steeds duurder, en belangrijker nog, steeds schaarser. “Iedereen loopt tegen de uitdaging van de beschikbaarheid van arbeidskrachten aan. Idealiter heb je als bedrijf een lijn staan waar
één operator gewoon toezicht houdt. In die zin zetten veel bedrijven nu al twee sorteerapplicaties na elkaar, om zelfs de nacontrole overbodig te maken. Zo hebben wij een kleinschalige fritesverwerker als klant die één operator in dienst heeft. Bij die klant staat zowel onze Xcalibur als onze Glide in de lijn. De frites moeten nooit twee keer over de band heen gaan. Dat zegt toch iets over de machine.”
Naast de universele sorteerder Xcalibur heeft OptiServe ook een apparaat in huis dat de boorden van de uitgesorteerde frietstaven snijdt: de Glide. “Het is een apparaat met een heel simpele uitvoering, dat zelden een defect heeft en bovendien een hoog rendement haalt. Als je 1.000 kilo afval per dag hebt in de vorm van uitgesorteerde frietstaven, kun je dat reduceren tot uiteindelijk 300 kilo in de vorm van afgesneden blokjes of puntjes. Die gaan dan uiteindelijk naar de vlokkenlijn of dienen als veevoer. En deze machine is wel goedkoper dan de meeste van zijn concurrenten,” geeft Antoine aan.
Eind november staat Antoine met de Xcalibur 2.0 op de Interpom. “We nodigen alle geïnteresseerden uit om een kijkje te komen nemen bij stand 1122. Daar zullen we uitleggen dat de machine gemakkelijk te bedienen en te onderhouden is, een lange levensduur heeft, betrouwbaar is en bovenal heel goed haar werk doet. En uiteraard zullen we niet nalaten erop te wijzen dat we als kleine speler in de markt er een erezaak van maken om een uitstekende service te leveren,” besluit Antoine. (PB/PDC)
Tegendraads zijn. Een dwarse manier van doen hebben. Of iets positiever geformuleerd: tegen de stroom in zwemmen. Het kan soms lonen. En dat doet het ook, zo stelt Kees Kelders van Insort. “Om de vreemde voorwerpen bij het sorteren van aardappelen en frites eruit te halen, hebben we het sorteerprincipe volledig omgedraaid. In tegenstelling tot anderen leren we de software aan wat een goede aardappel of friet is, niet wat een vreemd voorwerp is.”
Een tweede bijzonderheid aan Insort, een expert in hightech beeldvormingsoplossingen voor de voedingsindustrie, met name de aardappel- en fri-
tessector, is dat het bedrijf gebruik maakt van hyperspectraaltechnologie. “Met onze CIT-camera, wat staat voor Chemical Imaging Technology, dekken wij in het
infrarode bereik golflengtes af van 700 tot 1.700 nanometer. Daar kun je meer mee zien dan met kleurencamera’s, waarmee onze machines natuurlijk ook zijn uitgerust,” vertelt de Key Account Manager, die nagenoeg van bij de oprichting –zo’n veertien jaar geleden – al werkzaam is bij dit Oostenrijkse bedrijf met filialen in de VS, Canada en Nederland.
FOCUS OP VOEDSELVEILIGHEID
“Hyperspectraaltechnologie komt van oorsprong uit het laboratorium, waar zorgvuldig, off-line, op het gemak als het ware, gekeken wordt naar de chemische samenstelling van producten. Maar wij gebruiken hyperspectraal in-line, met productsnelheden van 2 à 3 meter per seconde en met massa’s van 80-90 ton per uur. En ook al ligt de focus van onze machines op voedselveiligheid, dus op het verwijderen van vreemde voorwerpen, bij het sorteren van aardappelen worden bijvoorbeeld ook de suikerpunten eruit gehaald. Omdat dit probleem maar één keer in de zeven of acht jaar voorkomt, koop je daar natuurlijk geen sorteerder voor. Maar de spectraaltechnologie haalt dit defect en vele andere er sowieso uit.”
En dat heeft te maken met die tegendraadsheid van Insort. “Terwijl onze collega’s doorgaans hun software te leren wat een vreemd voorwerp of een defect is – en er zijn veel mogelijke defecten of vreemde voorwerpen – hebben wij het omgedraaid. Wij leren aan wat het goede product is. Al het andere is dan vreemd. En alles wat afwijkend is, wordt eruit gegooid.”
Volgens Kees is de hyperspectraaltechnologie momenteel de beste, maar ook de duurste sorteertechnologie voor aardappelen en frites. “We zijn niet de goedkoopste, maar we kunnen net een paar procent beter de vreemde voorwerpen eruit sorteren. En voedselveiligheid is tegenwoordig alles. Een groot bedrijf kan zich omwille van eventueel imagoschade geen claims veroorloven.”
NAUWELIJKS SLIJTAGE
Het dure prijskaartje heeft veel te maken met het feit dat de technologie nog redelijk nieuw is. “Momenteel is het enkel voor Frietsorteerder
de grote bedrijven een rendabele investering. Maar in de toekomst zullen die prijzen dalen en zal de technologie ook voor de kleintjes betaalbaar worden. Het is het gekende verhaal van een specialty dat een commodity wordt.”
Om dezelfde accuraatheid te bereiken, voegen andere technologieleveranciers volgens Kees een extra kleurencamera of een extra laser toe in de lijn. “Maar een laser heeft een motor nodig die met 10.000 toeren per minuut draait, dus dat vergt ook een stukje onderhoud. Een hyperspectrale camera staat constant stil en heeft bijgevolg minder slijtage. Klanten kijken uiteindelijk vaak naar de total cost of ownership. En die is dus lager met een CIT-camera.”
MET HET VERGROOTGLAS VAN SHERLOCK HOLMES
Insort heeft meer machines in het assortiment, met elk een eigen functie of productdoelgroep, maar allen delen ze de voornaam Sherlock. “Ja, Sherlock Holmes had ook altijd zijn zoekfunctie aanstaan natuurlijk. De Sherlock Separator is de
pure sorteerder. Die haalt er alle vreemde voorwerpen uit, maar ook de aardappelen met defecten, bijvoorbeeld rot, schurft, suikerpunten en groene of glazige aardappelen.”
De Sherlock Food Analyzer is een apparaat dat de inwendige eigenschappen van voedselproducten analyseert, zoals drogestof-, suiker- of vetgehalte. “Frites hebben idealiter een drogestofgehalte van 34%. De Food Analyzer kan daarop sorteren. De Sherlock Hybrid Potatoe heeft meerdere functionaliteiten en is specifiek ontworpen voor de voorgebakken frites. En eind november zouden we graag op de Interpom een machine voorstellen voor het sorteren van verse frietstaven. Daar hadden we nog geen specifieke oplossing voor. Dit onderdeel kan dan in de lijn ingevoegd worden net nadat de frites door het watermes gesneden zijn. In tegenstelling tot al onze andere machines, waar de vreemde voorwerpen of het suboptimale product in de vrije val worden gescand en verwijderd, zal dit nu op een zogenaamde bandsorteerder gebeuren.”
De machines kunnen in verschillende afmetingen worden geleverd, afhankelijk van de capaciteit van de lijn. Op een lijn kunnen ook meerdere elementen wor-
Toegankelijk platform
Weloverwogen handelen
Transparante prijzen
Snel en eenvoudige (ver)koop
Betalingsgarantie
Begeleiding bij aanvullende diensten
Bezoek ons op 21 augustus bij de Aardappeldemodag. Stand 98.
Scan de QR-code en ontdek de mogelijkheden Maak
“Een hyperspectrale camera staat constant stil en heeft bijgevolg minder slijtage”
den ingevoegd, bijvoorbeeld een Separator vóór en een na het schillen. “Dit om er 100% zeker te zijn dat geen enkel vreemd voorwerp passeert. En even verderop de lijn staat dan de Sherlock Hybrid Potatoe of de Food Analyzer.”
Ondertussen heeft Insort al zo’n 170 exemplaren geleverd in de Benelux. “En niet enkel in Nederland en België is de Sherlock-serie succesvol, ook in Duitsland en de VS staan er heel wat machines. Bovendien lijkt er dit jaar gewoon een bom ontploft te zijn in de fritessector. De capaciteit wordt overal uitgebreid en machines die 10 à 15 jaar oud zijn, zijn niet meer energie-efficient en ook niet meer echt geschikt voor het doel waar ze toentertijd voor gekocht zijn. Het resultaat dat nu gehaald wordt, is vele malen beter dan tien jaar geleden.”
Drogestofgrafiek van de productie
De bereidwilligheid bij de aardappelverwerkers om het geld dat ze verdienen te herinvesteren in betere technologie is groot. “Ze weten ook wel dat het over ongeveer vijf jaar moeilijker zal worden om nog concurrerend te zijn als je niet de nieuwste technologie in huis hebt. Er komt immers een tekort aan aardappelen aan. Dus moet je elke aardappel die je kunt kopen, kunnen verwerken. Je moet eigenlijk zorgen dat je minder afhankelijk wordt van de kwaliteit van de aardappelen die je binnenkrijgt. Bovendien hebben de huidige operatoren niet meer de kennis en de expertise die er vroeger aanwezig was. De huidige generatie is het gewend om naar een beeldscherm met getallen te kijken. Het is dus onvermijdelijk dat sensoren de ogen en de handen van ervaren werknemers gaan vervangen,” besluit Kees. (PB/PDC)
kees.kelders@insort.at
Harco Christiaens:
“Na de zomer stellen we een nieuwe optische sorteerder voor de pootgoedmarkt voor”
In tijden waarin innovaties vaak rechtstreeks gedreven worden vanuit de hightech industrie, blijkt er toch ruimte voor een firma als Visar Sorting, waarvan de eigenaren gepokt en gemazeld zijn in de akkerbouw. DT Dijkstra uit Emmeloord, zelf een leverancier van verwerkingslijnen, is in Nederland en België dealer van deze Zwitserse aanbieder van optische sorteermachines voor wortelen en aardappelen.
“Natuurlijk komt er bij de sorteeroplossingen van Visar Sorting ingenieuze software kijken, maar het product wordt door de ontwikkelaars en softwarespecialisten vanuit de teeltkant bekeken en dat maakt toch een verschil. Die mensen begrijpen echt wat een aardappel en een wortel zijn en dat deze producten onderhevig zijn aan een grote diversiteit van invloeden,” zegt Harco Christiaens, International Sales and Aftersales Manager bij DT Dijkstra, dat naast de samenwerking met partners op het terrein van elektronisch sorteren, wegen, verpakken en palletiseren van
met name aardappelen, uien en wortelen, zelf ook was-, sorteer-, transport- en bunkerinstallaties ontwerpt, vervaardigt en wereldwijd inzet.
TOP DRIE IN WORTELEN
“Visar Sorting behoort ongetwijfeld tot de top drie van leveranciers van machines die wortelen op kwaliteit en maat sorteren. Toen ze het wortelsegment op orde hadden, zijn ze zich ook gaan richten op aardappelen, zowel op het sorteren en inspecteren van gewassen aardappelen als van pootgoed. Voor die laatste categorie verwachten we na de zomer een
nieuwe ontwikkeling te presenteren, wat ons ook in het kransje van topspelers zal brengen.”
Die machine draait al naar wens in o.a. Duitsland, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en Noord-Amerika, maar op de Nederlandse markt is ze nog niet grootschalig geïntroduceerd omdat de normering er volgens Harco toch net ietsje hoger ligt. “Het moet helemaal goed zijn, anders blijven we terughoudend. Maar nu hebben we de laatste evaluatie achter de rug en die was prima. We zijn ondertussen met een aantal partijen in gesprek.”
KORT VLUCHTMOMENT
Onderscheidend in de sorteermachines van Visar Sorting is niet de camera, maar de eigen software en het feit dat het product niet op een rol ligt en rondgedraaid wordt met het oog op de beeldvorming, maar daarvoor een heel kort vluchtmoment heeft. “Tussen twee banden maken
de aardappelen of wortelen een sprong door een tunnel die ongeveer 15 cm lang is en waar LED-verlichting als achtergrondkleur wordt gebruikt. Er is geen schaduw op de beelden en de achtergrondreferentie is altijd gelijk. Daardoor kan de opname en beoordeling via hoge resolutie beelden 360° rondom per product heel nauwkeurig gebeuren.”
Hoewel de gebruikte nabij-infrarood- en kleurencamera’s nog niet onder de huid van de aardappelen of wortelen kunnen kijken, is daar volgens Harco vanuit de sector ook niet meteen vraag naar. “De meeste ziektes bij deze producten uiten zich ook aan de buitenkant. Toch bestaat de techniek al en ik vermoed dat we over ongeveer vijf jaar ook die inwendige kwaliteitsscan zullen aanbieden, maar op dit moment zijn andere ontwikkelingen prioritair. Zo zijn we momenteel heel erg bezig met de vorm van de aardappelen, zeker in de pootgoedsector.”
“NAK-WAARDIGE MACHINES”
Daar hebben de machines van Visar Sorting al hun meerwaarde bewezen, ook in
“Vroeger had je qua kwaliteit een goede en een foute wortel, nu kunnen er tot vijf kwaliteitsnormen uit een partij worden gehaald en worden de volumes bestemd voor voer tot een minimum herleid”
voor het pootgoed aan de gestelde eisen van gezondheid, raszuiverheid en kwali teit voldoet, maar ook tijdens de bewer tuele aanwezigheid van knolziekten en
“Voor partijen pootgoed die volgens de toenmalige normen wegens bepaalde
wij met onze machines aangetoond dat er toch nog verkoopbaar product kon wor
dat de technologie er een antwoord op
De beperking voor optisch sorteren is vaak de capaciteit, maar ook dit blijkt voor de machines van Visar Sorting met gemiddeld 5 ton per uur voor wortelen,len en 6 ton per uur voor pootgoed meechine van ons haalt voor pootgoed 20 ton per uur, maar daarna moet het product nog worden uitgelezen. Afhankelijk van de partij kun je met twee personen 10 ton per uur uitlezen, maar soms ook maar 2 -
“Ook een pootgoedteler die drie maanden op een jaar sorteert, kan investeren in deze machine”
sen aan een leestafel zitten bij een zware partij. Als de NAK dan nog eens zegt dat het niet goed genoeg is, dan moet je ze nog eens lezen. Dat is heel wat handenarbeid. Bij een optische sorteerlijn is er in principe geen leestafel meer nodig. Het bruto product gaat erin en het netto product komt eruit.”
Maar naast arbeidsbesparing haalt Harco voor de optische sorteeroplossingen toch vooral de kwaliteitswinst als grote voordeel aan. “Je haalt gewoon een hoger rendement voor je product. Maar een precies cijfer op de terugverdientijd plakken, durf ik niet zo meteen. Toch denk ik dat, afhankelijk van de situatie, binnen vier of vijf jaar een groot deel van de kosten zijn terugverdiend. En je bespaart als pootgoedteler niet alleen op lonen, het is ook gewoon heel moeilijk om personeel te vinden dat zijn werk goed doet en bereid is drie maanden aardappelen zit te lezen. Daarnaast is de ervaring dat camera’s consistenter zijn in het inspecteren dan mensen. Vermoeidheid, afleiding en concentratiegebrek spelen bij camera’s en software geen rol.”
ZESTIEN UITGANGEN
Voor de wortelmarkt is bij DT Dijkstra mechanisch alles wel al beschikbaar, aldus Harco. “Zo hebben wij bijvoorbeeld naast een heel goede trommelwasser ook passende logistieke en mechanische oplossingen voor elke afzonderlijke klant. Maar als aanvulling daarop hebben we de
optische sorteeroplossingen van Visar Sorting opgenomen in ons pakket. In die sector wordt negen maanden tot soms wel twaalf maanden per jaar gewerkt en er zijn momenteel veel verschillende kwaliteits- en maatvoeringsnormen. Vroeger had je qua kwaliteit een goede en een foute wortel, nu kunnen er tot vijf kwaliteitsnormen uit een partij worden gehaald en worden de volumes bestemd voor voer tot een minimum herleid. Er kan ook vlot gesorteerd worden op dia-
360° beoordeling van het product met een resolutie van 0.16 mm2
meter, lengte en gewicht. Onze machines kunnen beschikken over wel zestien uitgangen.”
Zowel DT Dijkstra als Visar Sorting staan eind november als standhouder op de Interpom. “Wij met onze eigen machines en Visar Sorting met die van hen, omdat zij natuurlijk ook buiten Nederland en België zelf hun machines in de markt zetten. Wij hebben ondertussen in Nederland al negen Visar machines geïnstal-
leerd en die doen het zeer goed. En zoals gezegd is het plan om op de Interpom de nieuwe optische sorteermachine voor de pootgoedmarkt voor te stellen. We hopen daar samen met onze klanten volgend seizoen mooie stappen mee te kunnen maken,” besluit Harco. (PB/PDC)
harco@dtdijkstra.nl
als antwoord op het arbeidsvraagstuk
Het principe dat eenvoud doeltreffendheid een grote dienst bewijst, is Martijn Flikweert niet vreemd. Samen met zijn neef Lars experimenteerde deze twintiger een vijftal jaren geleden met wat camera’s en een computer. Vandaag heeft Flikweert Vision al meer dan 200 QualityGraders bij telers en aardappel- en uienverwerkers staan. “Onze machines sorteren alleen goed of fout. Het lijkt simpel, maar het is juist onze kracht.”
Zonder startkapitaal, gewoon bij hun ouders thuis, begonnen Martijn en Lars, beiden afgestudeerd in agrotechniek, met open blik wat proeven te doen met vision technologie. “Gaan we iets ontwikkelen voor plantherkenning op het land of richten we ons op het sorteren? Het werd dit laatste, en meer specifiek voor de aardappel- en uiensector. We
zagen daar een mooie markt in. Op dat punt had mijn broer Stefan, een technisch tekenaar, zich ook al aangesloten.”
COMPACTE MACHINE
Het doel was een compacte machine te bouwen die toch de kwaliteitscontrole volledig over kan nemen. “Eenvoud in ontwerp en functionaliteit en toch toon-
aangevend in de kwaliteitscontrole. De machine moest makkelijk toe te voegen zijn aan bestaande lijnen bij telers en verwerkers. Zoals zijn naam meteen duidelijk maakt, sorteert de QualityGrader niet op maat, maar op kwaliteit. Zo kenden we best wat pootgoedtelers die zeiden dat ze de maatsortering prima op orde hadden, maar dat het pijnpunt zich in de leeskamer bevond, voornamelijk omwille van het arbeidsvraagstuk. Als je dan een machine ontwerpt die zich volledig richt op kwaliteitscontrole, kun je daar ook in uitblinken,” legt Martijn uit.
WAAROM GEEN MAAT SORTEREN?
Soms hoort Martijn de vraag waarom de camera’s niet ook op maat sorteren. “Dat is een terechte vraag natuurlijk, maar dan
heb je meteen ook meer uitgangen nodig in de machine en dat maakt die weer complexer en groter. Daarbij komt dat al die extra’s ten koste kunnen gaan van de nauwkeurigheid van de kwaliteitscontrole. Vooralsnog huldigen we het principe ‘less is more’. Er bestaan bovendien
voornamelijk voor één bepaalde bestemming draait, dan is het klasse I- en klasse II-verhaal eigenlijk niet zo spannend. Wij hebben de QualityGrader ontwikkeld voor een heel specifiek doel en houden vast aan die focus. Het feit dat we in drie jaar tijd al ruim 200 QualityGraders hebben geleverd, toont, denk ik, wel aan dat de eenvoud, in combinatie met nauwkeu-
righeid en goede inzetbaarheid, enorm aanslaat.”
NAUWKEURIGHEID KUN JE AAN TWEE KANTEN METEN
De capaciteit van een QualityGrader is ongeveer gelijk aan de capaciteit van een afstaarter. “Er zijn twee grote voordelen bij optisch sorteren: je hebt minder mensen nodig en de capaciteit van het pro-
Interested in optical grading? Visit us at one of the following exhibitions: Aardappeldemodag Weuthen Kartoffeltag
August 21 - Combined with a live demo at Aardappelhandel Mol
August 29
Potatodays UK
September 4 and 5
PotatoEurope
September 11 and 12
Or contact us how to optimise your production process
ces is minder afhankelijk van de kwaliteit van het product. Waar vroeger bij een slechte partij uien meer mensen aan de leesband moesten plaatsnemen, of er zachter gedraaid moest worden, maakt het voor een QualityGrader niet uit of er 10% of 25% slechte uien uitgeschoten moet worden.”
Wat de nauwkeurigheidsgraad van de QualityGrader is, daar hangt Martijn niet meteen een percentage aan. “Het hangt af van de partij en het defect dat uitgesorteerd moet worden. Bovendien, nauwkeurigheid kun je aan twee kanten meten. Zo is het probleem niet zozeer om 98% van het slechte product uit een partij te halen, het is zaak ervoor te zorgen dat je niet ook 1% goed product uitsorteert. Want goed product verwijderen kost direct geld.”
EEN INVESTERING DIE TE OVERZIEN
IS
Dankzij het eenvoudige ontwerp zonder verschillende uitgangen, en dankzij de focus op alleen een kwaliteitsscheiding tussen goed en slecht, is de investering in een QualityGrader te overzien. “Ook
een pootgoedteler die drie maanden op een jaar sorteert, kan investeren in deze machine. Zet dit af tegen een uienverwerker die bijna jaarrond mensen aan de band heeft zitten, daar moet de rekensom zeker te maken zijn.”
Flikweert Vision biedt ook een tweede machine aan: de Divider, leverbaar in vijf brede varianten. “Ook dit apparaat heeft een duidelijke focus: het verwijderen van vreemde voorwerpen en extreme productdefecten aan het begin van een productielijn. De Divider wordt vóór de afstaarter geplaatst en bestaat uit een transportband met een camera erboven, gevolgd door een valmoment waar de vreemde voorwerpen eruit worden geschoten. Zelfs investeren in de Divider aan het begin van de lijn én in de QualityGrader voor de fijne kwaliteitscontrole even verderop is nog goed te overzien voor een uienverwerker,” aldus Martijn.
DE CAMERA’S WORDEN NIET VUIL
“In tegenstelling tot enkele andere machines maakt de camera geen foto’s van de objecten in vrije val, maar wanneer ze nog op de transportband liggen. Dat heeft
twee voordelen. Ten eerste is er meer tijd tussen de beeldvorming en het uitschietmoment. Dit maakt het mogelijk om op basis van historische gegevens en AI een zwaardere berekening uit te voeren bij het beoordelen van de foto, waarmee een hogere graad van accuratesse wordt behaald. Een tweede voordeel is dat de camera’s niet vuil worden, want ze hangen boven de transportband. De camerabox die geïnstalleerd wordt ter hoogte van de val kan daarentegen hinder ondervinden door rondvliegend stof of vuiligheid die vrijkomt bij het uitschieten van een vreemd voorwerp of bijvoorbeeld een rotte ui,” legt Martijn uit.
TOEKOMSTIGE
DOORONTWIKKELINGEN
In de nabije toekomst zal Flikweert Vision inzetten op de doorontwikkeling van de huidige systemen. “Hoe kunnen we ervoor zorgen dat de machine zo accuraat mogelijk wordt en blijft? Daarbij zou ook interne kwaliteitscontrole een toegevoegde waarde kunnen zijn, we onderzoeken daarin de mogelijkheden. Tot die tijd doen we het met een controle aan de buitenkant van de ui of de aardappel. We
Een lege stoel (rechtsvoor) als gevolg van het QualityGrader werk
hebben gezien en aangetoond dat door gebruik te maken van de nieuwste technieken ook op de buitenkant van het product een hoge nauwkeurigheidsratio te behalen is. Op de korte termijn verwachten we binnen het huidige systeem nog flinke stappen te kunnen zetten.”
Aangezien Flikweert Vision een breed scala aan verschillende klanten heeft, is het een uitdaging de accuratesse voor elke klant afzonderlijk te garanderen.
“Want elk bedrijf heeft zijn eigen wensen en doelen. Wie uien voor de retail sorteert, kijkt anders aan tegen het sorteerproces dan wie uien sorteert voor de export. En wie consumptieaardappelen verpakt, beoordeelt een groene vlek anders dan een pootgoedleverancier dat doet. De software is standaard in de QualityGrader, maar via een slider kun je aangeven hoe streng je bent op bepaalde defecten,” besluit de CEO van dit bedrijf dat over een goede vijf jaar een wereld-
• Energiezuinige ventilatie en koeling
wijde toonaangevende speler verwacht te zijn op de markt van aardappel- en uiensorteerders. Blijkbaar gaat het lemma ‘less is more’ niet altijd op voor deze jonge, ambitieuze ondernemer. (PB/PDC)
martijn@flikweertvision.nl
Bezoek ons op Aardappeldemodag en Potato Europe
• Optisch sorteren op kwaliteit met Optica Q
Terwijl de traditionele losse tomaat minder vaak te vinden is in het supermarktschap, blijft deze zeer gewild in de verwerkende en quick service restaurants (QSR). Specifiek is er een toenemende vraag naar losse tomaten zonder kroontjes vanwege het gebruiksgemak. Van den Belt Tomaten speelt in op deze vraag, door te investeren in geavanceerde technologie. Ze waren de eerste in Nederland die de Ferrari onder de optische sorteermachines van de Italiaanse Sorma Group aanschaften. Deze investering is de kroon op hun werk en een belangrijke optimalisatieslag voor de teelten van losse ronde tomaten en Intense snijtomaten.
Tomatenkwekerij
Van den Belt, gerund door de broers Klaas en Jacob van den Belt, bevindt zich in IJsselmuiden. Vanaf het begin zijn ze scherp gericht geweest op de marktvraag. Door voortdurend in te spelen op de vraag van de klant en
te investeren in moderne technologie en teeltmethoden, positioneert Van den Belt zich heden ten dage als een belangrijke speler in diverse segmenten binnen tomatenmarkt.
Het familiebedrijf maakte een indrukwekkende groei door naar een kwekerij met een areaal van 28 hectare, die zowel nationale als internationale markten bedient in al deze segmenten. Van den Belt is aangesloten bij de GMO-erkende telerscoöperatie Oxin Growers U.A. Deze samenwerking stelt hen in staat te leveren aan klanten in binnen- en buitenland. Oxin Growers maakt de afspraken tussen kopers en telers, waardoor de logistieke lijnen kort blijven.
OPMERKELIJK VEELZIJDIG
Van den Belt heeft zich naast trostomaten ook gespecialiseerd in traditionele losse tomaten. Van den Belt levert aan een zeer brede range klanten, van AGF-specialisten om de hoek tot supermarkten in heel Europa. Klaas: “Losse tomaten
bieden een opmerkelijke veelzijdigheid, geschikt voor uiteenlopende culinaire toepassingen, van verse consumptie tot verwerking in sauzen en andere bereidingen. Deze veelzijdigheid maakt de losse tomaat aantrekkelijk voor een breed scala aan klanten, variërend van thuiskoks tot professionele chefs. Specifiek is er een toenemende vraag naar losse tomaten zonder kroontjes vanwege het gebruiksgemak. Snijbedrijven en quick service restaurants (QSR) behoren tot de belangrijkste afnemers van deze tomaten.
Op het bedrijf is 20 hectare ingericht voor de teelt van losse tomaten en Intense tomaten. De eigenschappen van de eerste soort, als lange houdbaarheid, fijne maten en stevigheid, maken de ronde tomaten bijzonder geschikt voor kleinverpakkingen met tomaten van gelijke rijpheid en verdere bestemmingen. De Intense snijtomaat wordt ook als losse tomaat verkocht en is met name geschikt voor foodservice. Intense is een pruimtomaat met een zeer hoge dichtheid van het vruchtvlees en heeft een lange houdbaarheid. Dit maakt het tot een stevige, gemakkelijk te snijden tomaat die tij-
SormaTech machine
dens en na het snijden nauwelijks vocht verliest. De Intense snijtomaat is heel geschikt voor plakjes tomaat op sandwiches, fijne schijfjes, wedges of blokjes in maaltijdsalades.
SNEL EN ZORGVULDIG SORTEREN Om die markten nog beter te bedienen investeerde Van den Belt, naast het optimaliseren van het teeltproces, als eerste in Nederland in de geavanceerde Optische Sorteermachine van Sorma Group met Hyper Vision-systeem. Hiermee kun-
Totaal oplossing binnen de Sorma Group - 360 graden zicht - 9 camera’s per spoor - Zeer nauwkeurige interneen externe kwaliteitselectie
Vision camera:
In nauwe samenwerking met Van der Belt Tomaten heeft Sorma Group Benelux naast het sorteren ook andere delen van het naoogstproces kunnen automatiseren. Na de pluk komt er nauwelijks meer een mensenhand aan te pas. Geplukte tomaten worden via waterkanalen getransporteerd naar de verwerkingsloods, opgepikt door transportbanden, gedroogd, op klantniveau uitgesorteerd in 6 kg dozen die worden gepalletiseerd met behulp van volautomatische Sorma-palletiseermachines.
De optische sorteermachine vormt het hart van deze verwerkingslijn en garandeert een constante kwaliteit voor de klanten. Om optimale prestaties te waarborgen, wordt elke
sorteerlijn aangestuurd door een industriële computer die meer dan 3,7 gigabytes per seconde aan realtime informatie kan verwerken. De machine is uitgerust met het Hyper Vision-systeem van Sorma Group, dat zowel de interne als externe kwaliteit van de tomaten beoordeelt. Door gebruik te maken van negen camera’s per sorteerlijn (drie kleurcamera’s en zes near-infra red camera’s), worden hyperspectrale afbeeldingen gecreëerd die de tomaten tot in detail inspecteren. Deze sorteerprecisie gaat hand in hand met de hoge snelheid van de sorteermachine.
Een krachtige computer met een Linux-besturingssysteem stuurt de negen videocamera’s aan en verwerkt de data. Elke tomaat wordt
nen ze voldoen aan de hoge en diverse kwaliteitseisen in de markt van losse tomaten. De geavanceerde sorteertechnologie kan zeer snel en zorgvuldig losse tomaten sorteren: met en zonder kroon, op kleurintensiteit, defecten en, dankzij de near-infra red technologie, ook op rijpheid. Dit alles met een snelheid van 20 ton per uur, zodat tomaten zo snel mogelijk na de oogst richting klanten gaan.
LOSSE TOMAAT ALS PREMIUM
PRODUCT
Losse tomaten missen het visuele vers signaal van het kroontje, waardoor ze vaak als commodity worden gezien. Niets is minder waar, legt teler Klaas uit. Aan de teelt en met name het plukproces van losse tomaten wordt juist veel zorg besteed.
Dit rechtvaardigt ook de investering in de hypermoderne sorteerder. Deze kan ervoor zorgen dat elke losse tomaat een specifieke bestemming krijgt. “Doordat de machine zo snel en nauwkeurig de oogst in beeld brengt, kunnen we heel goed inspelen op de vraag en specifieke kwaliteitseisen en daarmee de gehele oogst goed in de markt zetten. Het Verenigd Koninkrijk bijvoorbeeld vraagt om de fijnere maten, terwijl verre bestemmingen onrijpe tomaten vragen die op reis verder rijpen,” vertelt Klaas.
Een ander groot voordeel is de verwerkingscapaciteit van de sorteermachine. De losse tomaten worden na de pluk via een watergoot vanuit de kas naar de
360 graden gefotografeerd. Deze beelden worden aan elkaar gezet om een 3D-beeld te creëren, wat resulteert in een uiterst nauwkeurige kwaliteitscontrole. Dit stelt Van den Belt in staat om tomaten te classificeren op basis van interne en externe kwaliteit, kleur, vorm, diameter, dichtheid en gewicht. De machine maakt gebruik van kunstmatige intelligentie en deep-learning algoritmes om dit proces telkens te verbeteren.
sorteermachine getransporteerd. Om kwaliteitsverlies te voorkomen, moeten de tomaten bij aankomst zo snel mogelijk gedroogd en gesorteerd worden. De optische sorteermachine kan tot 20 ton tomaten per uur verwerken, een verdubbeling van de capaciteit vergeleken met de vorige machine. Dit betekent dat de productielijnen nu efficiënter draaien en er personeel op andere plekken ingezet kan worden. Klaas: “Dankzij de nieuwe machine kunnen we niet alleen onze productie opschalen, maar ook onze arbeidskosten verlagen door efficiënter te werken. Dit is cruciaal in een tijd waarin het vinden van gekwalificeerd personeel een uitdaging is.”
KROONLOOS
Als het om losse tomaten gaat, willen klanten van Van den Belt er het liefst zoveel mogelijk van het kroontje af. In de loop der jaren zijn klanten het kroontje minder gaan waarderen. Verwerkers willen in de geautomatiseerde mechanische snijprocessen geen enkel kroontje tegenkomen en al helemaal niet in het eindproduct. Verpakkers zijn minder streng; daar wordt een enkele tomaat met kroon nog wel geaccepteerd wegens de vers perceptie, maar ook daar weren ze de kroontjes liever van de tomaat omdat de harde puntjes van het kroontje voor vruchtbeschadigingen kunnen zorgen en daarmee de houdbaarheid verminderen. Tijdens het plukken worden al zoveel mogelijk kroontjes verwijderd, maar de nieuwe sorteerder zorgt ervoor dat de tomaten met kroon die erdoor glippen alsnog verwijderd worden.
Het optische sorteersysteem helpt Van den Belt om tomaten te leveren met een gegarandeerde kwaliteit op de eindbe-
stemming, zelfs na meerdaags transport. Dit betekent niet dat er alleen maar perfecte tomaten van de band rollen. Hoewel het teeltproces sterk gestuurd en geoptimaliseerd is, blijven tomaten een natuur-
product en moet er binnen een bepaalde bandbreedte worden gewerkt. Per oogstmoment maakt het eenvoudig te bedienen dashboard de variaties in de oogst inzichtelijk en kan de sorteerder indien
nodig gemakkelijk worden bijgestuurd. “De Sorma’s Optische Sorteermachine is uitgerust met de meest geavanceerde technologieën om de kwaliteit en efficientie van het sorteerproces te waarborgen. Het systeem zorgt ervoor dat zelfs de kleinste defecten en te rijpe zones, die met het blote oog onzichtbaar zijn, gedetecteerd kunnen worden,” licht Evert-Jan Wassink van Sorma Benelux toe. “Maar het sorteren van producten houdt altijd in dat je een compromis zoekt. We trainen de computer voortdurend in wat acceptabel en wat niet acceptabel is met als doel om zoveel mogelijk product te behouden.” (ML)
klaas@belttomaten.nl evert-jan@sormabenelux.com
DOWNS
Crop Vision: De nieuwe maatstaf in optische kwaliteitssorteerders
Bezoek ons op de Aardappeldemodag - Stand 75
De ‘UPS’ van DOWNS:
- Optisch sorteren met de nieuwste stand van de techniek
- Volledig in eigen huis ontwikkeld
- Standaard scheiding in 3 productstromen
- Uiterst productvriendelijk
- Herkenning van rooibeschadiging, groeischeuren, halve, rot, groen
- Stenen en kluiten naar keuze apart
- Hoge capaciteit (tot 80 ton/u)
- Mobiele uitvoering (2 modellen)
- Snel verplaatsbaar, flexibel inzetbaar
- Automatische reiniging van aanklevende grond bij slechte rooiomstandigheden.
- Past achter ieder merk stortbak
- Leverbaar in 3 breedtes (210, 240, 280)
- Gemakkelijk instelbaar door groot 20” touchscreen
- Intuïtieve ‘Swipe-control’ bediening
- Intensieve monitoring en begeleiding
- Regelmatig updating van Algoritmen
- On-line fieldlab beschikbaar om op locatie
- Volledig autonoom en selfsupporting
- Vanaf 2025 ook als 110 cm “in-store” oplossing leverbaar.
Mijno van Dijk Mechanisatie B.V. St. Annaparochie info@mijnovandijk.nl T. +31(0)518-402215 www.mijnovandijk.nl
ROGO Machines B.V. Middelharnis info@rogo.nu
T. +31(0)187-482319 www.rogo.nu
John Vos, Gebrs van Aarle, groeide op tussen de AGF en het basketbalveld:
“De dynamiek van het spel en het teamgevoel
Als je werkt in de AGF-sector is geen dag hetzelfde, het is een wereld vol dynamiek en variatie. Dat vind je ook op het basketbalveld. Voor John Vos (25) vormen deze twee omgevingen haast dagelijkse kost.
John Vos heeft al een stevige basis gelegd in de AGF-sector. Het familiebedrijf Vos Groente en Fruit vormde het startpunt van zijn loopbaan. “Mijn carrière begon al vroeg, op de markt bij mijn vader, daar werkte ik als bijbaantje op zaterdagen,” vertelt hij. “Na mijn studie in de commerciële economie ben ik in de AGF-sector gerold. Ik wilde wat meer verdieping dan alleen ambulante handel, maar ik wilde wel aan het werk in de AGF-sector, het zijn producten die ik echt fantastisch vind.” John heeft ervaring opgedaan bij verschillende groothandels. Sinds kort werkt hij bij Gebrs van Aarle in Schijndel. John: “Ik richt me op de verkoop aan foodservices, groothandels en voedselverwerkende industrie, en ben ik bezig met het opzetten van trade-activiteiten, waaronder export. Het is een dynamische omgeving waar ik veel voldoening uit haal. Het contact met klanten en het realiseren van deals geeft me energie,” zegt hij enthousiast.
Naast AGF heeft John een tweede passie: basketbal. “Mijn broer was basketbaltrainer en hij introduceerde mij in de sport. Sindsdien ben ik verkocht,” vertelt John met een glimlach. LeBron James, een van de grootste basketbalspelers aller tijden, is zijn grote voorbeeld. “Hij heeft me geïnspireerd om door te gaan en mezelf steeds te verbeteren.” Deze sportieve activiteit groeide tevens uit tot een serieuze bezigheid. “Ik speel in het eerste team van de basketbalclub ABC Basketball uit Wijk en Aalburg. Hier ben ik sinds 5 jaar actief als bestuurslid en vanuit die functie verantwoordelijk voor de sponsoring.”
ONTWIKKELING ABC BASKETBALL
door de groeiende populariteit van basketbal in Nederland. John: “Het is een kleine, maar gezellige club waar ik echt clubliefde voor heb ontwikkeld. De club heeft door de jaren heen ups en downs gekend, maar de laatste tijd is er weer groei te zien, zowel in ledenaantal als in teams,” vertelt John. “En het is geweldig om te zien hoe de leden plezier halen uit de sport.”
De basketbalclub heeft, ondanks zijn kleinschaligheid, ambitieuze groeiplannen. Met een jong bestuur lukt het om de club nieuw leven in te blazen, mede
Hij benadrukt het belang van lokale samenwerking en binding met de gemeenschap. “Lokale bedrijven ondersteunen ons via sponsoring, wat bijdraagt aan de financiële gezondheid van de club. Aan de andere kant stimuleert lokale bekendheid ook weer de lokale economie.” Zijn rol als sponsorverantwoordelijke heeft de club financieel meer armslag gegeven, wat heeft bijgedragen aan de professionalisering van de club. “We hebben een nieuwe kledinglijn geïntroduceerd en ons eerste team speelt nu in de vierde divisie. Dat is voor ons een grote stap vooruit.”
Basketbal biedt John een noodzakelijke balans in zijn drukke leven. “Het spelen geeft me energie én rust,” zegt hij. Zijn rol als forward in het team betekent zowel scoren als het ondersteunen van zijn teamgenoten. “De dynamiek van het spel en het teamgevoel zijn essentieel voor mij.” (ML)
jvos@aarlegebrs.nl
Diversen
In een recente toespraak heeft premier Narendra Modi exporteur Abdul Rashid Mir uit het dorp Chakura in Jammu en Kashmir erkend voor zijn baanbrekende werk op het gebied van de export van peulen, waarbij hij benadrukte dat de regio in staat is om lokale producten wereldwijd te vermarkten. Tijdens de 111e aflevering van 'Mann ki Baat' stelde Modi de inauguratie van de eerste zending peulen naar Londen vanuit Pulwama, wat een belangrijke stap betekende voor de export van land- en tuinbouwproducten uit de regio. Dit initiatief, onder leiding van Mir, omvatte de consolidatie van lokale landbouwgronden voor de teelt van peulen, waardoor ze snel de internationale markt konden bereiken. Modi benadrukte de bredere implicaties van deze prestatie voor de welvaart van deze
Indiase regio en moedigde de nationale promotie aan van unieke producten onder het initiatief #myproductsmypride. Hij gaf ook inzicht in de voedingswaarde van peulen, die rijk zijn aan vitamine C en antioxidanten, en benadrukte hun culturele betekenis in de Kasjmirkeuken. De toespraak omvatte ook de enthousiaste viering van de 10e Yoga Dag in Kasjmir, waarbij de brede deelname in de hele regio werd opgemerkt.
Een recent onderzoek heeft aangetoond dat het drie keer per week eten van babywortelen het carotenoïdengehalte van de huid bij jonge volwassenen verhoogt. Het onderzoek, uitgevoerd door Mary Harper Simmons aan de Samford University, toonde ook aan dat wanneer deze snacks gecombineerd worden met een multivitamine die bètacaroteen bevat, de stijging in carotenoiden in de huid nog duidelijker is. Carotenoïden, de pigmenten die veel groenten en fruit hun levendige kleuren geven, zijn belangrijke indicatoren voor de inname van groenten en fruit en worden in verband gebracht met een verbeterde antioxidantbescherming en een verminderd risico op chronische ziekten. Aan het onderzoek namen 60 deelnemers deel, verdeeld in groepen, met interventies zoals babywortelen, een multivi-
tamine, beide of de controlegroep. De resultaten toonden een opmerkelijke stijging van de carotenoïdenscores in de huid bij degenen die babywortelen consumeerden, waarbij de combinatie van wortelen en het supplement de grootste stijging opleverde. Dit suggereert een synergetisch effect tussen babywortelen en multivitaminen die bètacaroteen bevatten bij het vergroten van de carotenoïdenaccumulatie in de huid. De bevindingen zullen worden gepresenteerd op NUTRITION 2024, de jaarlijkse bijeenkomst van de American Society for Nutrition.
Een spraakmakend interview met de Canadese conservatieve politicus Pierre Poilievre werd een online hit. Tijdens een bezoek aan fruittelers in Brits-Columbia zette deze politiek leider zijn tanden in zowel appelen als politieke vraagstukken. Ondanks een scherp vragenvuur bleef Poilievre rustig op zijn appeltje kauwen en maakte een punt over gezond verstand. Sociale media explodeerde met reacties, zelfs Elon Musk wierp zijn mening in de ring met een tweet.
Als aardappelen onverpakt in de supermarkt zouden liggen, zouden ze waarschijnlijk heel snel uitlopen en daardoor onverkoopbaar zijn. Verpakken is dus het credo. Maar waarin? Papier of toch het vertrouwde polyethyleen? En is de keuze van vandaag ook nog geschikt voor morgen
JASA:
qua (komende) wet- en regelgeving? PRIMEUR sprak twee verpakkingsmachinebouwers en vroeg hen naar de laatste trends en ontwikkelingen als het om het verpakken van aardappelen gaat.
“Waar de algemene trend in Europa voor het verpakken van aardappelen richting papieren verpakking gaat, is er in Nederland nog geen besluit genomen over het gebruik van laminaat ofwel papier,” zegt Maikel van Wiggen, verantwoordelijk voor commercie binnen JASA in Nederland, dat verticale verpakkingsmachines produceert. “Dit heeft ook de maken met de Nederlandse focus op kleinverpakkingen. In de rest van Europa zie je meer grootverpakkingen.”
Maar welk materiaal dan ook, vanuit Brussel wordt er gekeken om het verpakkingsafval terug te dringen, waarbij hergebruik en recycling van verpakkingen een rol spelen, meldt Oriana Batista, verantwoordelijk voor het volgen van wet- en regelgeving rondom machines en verpakking. “Hierdoor zullen sommige vormen van verpakkingen worden verboden om afval te verminderen. In Brussel is hiervoor nieuwe wetgeving in de maak en dat levert heel veel discussie op. De impact voor de AGF-sector zal onder meer zijn dat er na 1 januari 2030 geen kunststof wegwerpverpakkingen meer gebruikt mogen worden voor minder dan 1,5 kilo voorverpakte verse groenten en fruit.”
Ondanks dit Brusselse voornemen geeft Oriana aan dat het invullen van deze wetgeving nog geen gelopen race is. “Wat het gecompliceerd maakt, is dat dit voorstel vanuit Brussel komt, maar elke lidstaat kan een eigen invulling van de voorwaarden maken. Lidstaten kunnen voorzien in een vrijstelling van deze beperking. Daarvoor moet wel aantoonbaar aan een reeks van voorwaarden worden voldaan.” Zo kan bijvoorbeeld een vrijstelling worden verleend om microbiologische gevaren te voorkomen of om vermenging van biologische en gangbare groenten en fruit te voorkomen, geeft Oriana als enkele voorbeelden. “Hierdoor blijft het voorlopig onzeker wat er precies gaat gebeuren.”
De nieuwste verpakkingsmachine van Jasa
Het zorgt ervoor dat Nederlandse exporteurs dus ook rekening moeten houden met de komende verpakkingswetgeving in de verschillende lidstaten en de landspecifieke wensen op verpakkingsgebied, duidt Maikel de uitdagingen. “Er gaat nog heel veel gebeuren en juist dat maakt het ontwikkelen of produceren van een machine op dit moment heel uit-
dagend, maar niet onmogelijk, dat hebben wij bij JASA al meermaals bewezen. Eigenlijk wil je een machine ontwikkelen die alles kan, van kleinverpakking tot papier of een mooi laminaat en dat weer in een bepaalde verpakkingsvorm zoals een stazak of een pillow verpakking.”
PAPIER EN LAMINAAT
Met name de flexibiliteit van verticale verpakkingsmachines is voor de aardappelsector nu belangrijker dan ooit, geeft Maikel aan. “Want wat voor richting gaat 24, 25
het op: plastic of papier? Omdat JASA eigenlijk altijd bezig is met innovatie, zijn wij gewend om daarop in te spelen. Doordat we daar zo’n 7 jaar geleden al mee zijn begonnen, hebben we op dat gebied met R&D een behoorlijke voorsprong genomen en heeft JASA de Bag-2-Paper™, de eerste verticale verpakkingsmachine die 100 procent papier kan draaien, op de markt gebracht. Met onze huidige NXXT verticale verpakkingsmachines kunnen we op dat vlak helemaal aan de vraag van de markt voldoen: de machines kunnen met veranderingen omgaan en we bouwen ze modulair. De JASA’s zijn voorbereid op de toekomst. Met een zeer korte omsteltijd en zo gebruiksvriendelijk mogelijk, kunnen ze van laminaat naar papier omschakelen.”
Waar de Nederlandse aardappel vaak nog in een PP of PE wordt verpakt, ziet Maikel dat voor het verpakken van biologische aardappelen vaak naar alternatieven wordt gezocht. “Zo zien we onder andere dat de verpakkingen kleiner worden, uit mono materialen bestaan of gebruikmaken van dunner verpakkingsmateriaal. “We zien dat er ook wordt gekeken naar het verpakken in papier. Bij aanvragen
is één van de eerste vragen of de machines ook geschikt zijn voor het gebruik van alternatieve verpakkingssoorten.”
Duurzaamheid is een factor waarvan Maikel ziet dat het voor veel klanten belangrijk is. Waar dat soms leidt tot de afweging om papier te gebruiken, leidt het ook tot een focus op het verpakkingsgewicht. “Het verpakkingsmateriaal –papier of anderszins – wordt steeds dunner. En ook wij kijken bij alles wat we doen hoe we het gebruik van kunststof kunnen reduceren. Zo passen we slimmigheden toe in machines om materiaal te besparen. Bijvoorbeeld door het bekken van een machine wat smaller te maken, kunnen we per verpakking een paar millimeter materiaal besparen.”
Een ander gebied waar vaak nog materiaal bespaard kan worden is bij het wisselen van folie, geeft Maikel aan. “Waar er voorheen bij wisselingen heel veel mate
riaal loos doorheen werd gedraaid, hebben we dat met nieuwe technieken weten te beperken tot enkele zakjes verlies bij het omstellen naar een ander type verpakking.” (MW)
m.vanwiggen@jasa.nl o.batista@jasa.nl
Sarco Packaging & Equipment:
Mondiaal ziet Jaap van der Sar van Sarco Packaging & Equipment – dat zich richt op verpakkingsmachines – voor verpakkingen een beweging naar een circulaire economie waar hergebruik van materialen de boventoon voert. Zo observeert hij bijvoorbeeld dat een grote fabrikant van frisdranken, één van de grootste vervuilende bedrijven wereldwijd, inzet op het gebruik van flesjes die voor 95 procent bestaan uit gerecycled plastic. “Daar zit de toekomst. Ik verwacht dat dit door gaat zetten. Als dit soort grote partijen een keuze gemaakt heeft, zullen er meer bedrijven volgen.” En Jaap voorziet dat ook de Europese wetgeving de intentie heeft die kant op te bewegen. Tegelijkertijd stelt hij vast dat, zowel de Europese als de lokale overheden, op dat vlak weinig concrete beslissingen nemen, waardoor onzekerheid ontstaat en investeringen stilvallen.
Dat wil overigens niet zeggen dat er geen ontwikkelingen zijn. Zo worden verpakkingen steeds dunner. “De dikte van de folie hebben we sterk gereduceerd. Ten opzichte van zo’n 6 jaar geleden gebruiken we nu 25 procent dunner materiaal.” Jaap ziet dat dit deels komt doordat de kwaliteit van de folie beter is geworden, waar-
door met minder dik materiaal gewerkt kan worden.
Anderzijds speelt bewustwording een rol. “Vroeger was men zich van de milieu-impact niet bewust en werd voor de zekerheid een wat dikker materiaal gekozen. Nu wordt, tot zolang de kwaliteit van de verpakking acceptabel blijft, steeds minder materiaal gebruikt. En dan kunnen we dus flink wat materiaal besparen, zonder dat de consument daar wat van merkt.”
PAPIER NEEMT GEEN
Sarco ziet dat papier als verpakkingsmateriaal in Nederland niet echt een vlucht neemt. “Het gebruik van papier zet niet door.”
Daarbij spelen vooral de kosten een rol, geeft Jaap aan. “Het is vele malen duurder en die kosten komen uiteindelijk bij de consument terecht waarbij het verpakken in papier weinig toegevoegde waarde heeft. In de voedingsmiddelenindustrie mag geen gerecycled papier worden gebruikt. Daarmee levert het gebruik van papier als verpakking voor voedingsmiddelen geen bijdrage aan een circulaire economie.”
Ook het biologisch afbreekbare plastic bleek geen blijvertje, geeft collega Mark van der Kamp aan. “Er is een verschuiving geweest
richting biologisch afbreekbaar materiaal. Maar deze ontwikkeling is ook alweer voorbij. De consument heeft moeite met het weggooien ervan in de juiste container en vraagt zich af of afbreekbaar plastic thuishoort bij het restafval, plastic afval of in de groene container. Daardoor is het moeilijk te verwerken: als het in de groene bak terechtkomt is het vervuiling en als het in het plastic afval terechtkomt, verzwakt het de keten van hergebruik van plastic weer.”
Kortom: PE is zo gek nog niet. “Onze conclusie is dat de standaard PE-verpakking, zoals we die nu gebruiken, zowel milieutechnisch als kostentechnisch de meest
interessante verpakking is.” Daarbij vult Jaap aan dat het materiaal ook prima past bij het streven naar circulariteit.
“Een PE-verpakking kan gewoon in het plastic afval, waarna het hergebruikt kan worden. Niet voor voedingsmiddelen, maar voor heel veel andere toepassingen kan het gewoon weer worden gebruikt. Daar wordt steeds vaker op ingezet.” Daarbij ziet Sarco dat de retail ook aanstuurt op het gebruik van PE. “Een verpakking die bijvoorbeeld bestaat uit een kartonnen schaal met daarom heen folie met een label erop, brengt meer kosten met zich mee dan wanneer enkel folie wordt gebruikt.”
Waar het bij het verpakken van voeding niet is toegestaan om daarvoor materiaal te gebruiken dat (deels) al eerder
is gebruikt, geeft Mark aan dat er toch gewerkt kan worden met PE-materiaal dat een gedeelte gerecycled materiaal bevat. “Dat is materiaal – zoals bijvoorbeeld snijafval – dat nog nooit de fabriek heeft verlaten en dus nog steeds voedselveilig en schoon is en op die manier her-ingezet kan worden.”
KLEINERE
AARDAPPELVERPAKKINGEN
De verpakkingswereld is dus volop in beweging en dit is voor aardappelen niet anders. Zo ziet Mark dat het volume van de aardappelverpakkingen in de supermarkt de laatste jaren steeds verder afneemt. “Waar voorheen de 5- en 10-kilo verpakkingen de boventoon voerden, kiezen retailers er nu voor om aardappelverpakkingen van tussen de 1 en 3 kilo in de schappen te leggen.”
Daarnaast merkt Mark op dat supermarkten meer verschillende aardappelproducten aanbieden, die door de consument in de verpakking bereid kunnen worden. “We zien bijvoorbeeld steeds meer verpakkingen met krieltjes die worden inge-
zet om te bereiden in de oven met kruiden erbij of een 500 grams verpakking met een stoomventiel voor bereiding in de magnetron.” En hoewel technisch geen aardappel, maar een wortelgewas, is de zoete aardappel stevig in opkomst, geeft Jaap aan. “Geliefd vanwege het lagere koolhydraatgehalte dan aardappelen. Wij zien dat de aardappelverpakkers dit product ook naar zich toe trekken.” (MW)
j.vandersar@sarcopackaging.com m.vanderkamp@sarcopackaging.com
Ton Kruythof, Aardappelhandel Kruythof:
“Exclusief aardappelras
“Wij moeten het van de binding met onze klanten hebben en het aardappelras Menopper leeft echt onder onze klanten; consumenten vinden het leuk om iets nieuws te vinden in de aardappelwereld en daarin mee te groeien,” zegt Ton Kruythof van Kruythof Aardappelhandel dat zich richt op de teelt en vermarkting van aardappelen op de markt en online. “Wij kunnen nooit op prijs met de supermarkt concurreren, maar we kunnen ons wel onderscheiden met een ras en dat hebben we met de Menopper voor elkaar gekregen. Het succes daarvan is echt doorslaggevend om vooruit te kunnen met onze onderneming.”
Hetras heeft dan ook veel om de consument voor zich in te nemen. Zo geeft Ton aan dat het naast goede smaakeigenschappen, ook goede kookeigenschappen heeft; geschikt om te koken, stampen, bakken en frituren in het eerste deel van het seizoen. “Daarbij is het ras in tegenstelling tot veel andere aardappelrassen
niet kiemlustig. Met het wegvallen van de beschikbaarheid van verschillende middelen om het kiemen tegen te gaan, is dat een belangrijk aspect geworden voor de houdbaarheid van de aardappelen bij hogere temperaturen bij de consument thuis.”
CONSUMENT BEPAALT
Al ziet Ton dat het toch vooral de smaak en het bereidingsgemak is waardoor de consument herhaalaankopen doet. “Want uiteindelijk bepaalt de consument. Ik kan wel zeggen dat Menopper een geweldig ras is, maar als consumenten bijvoorbeeld liever Eigenheimers eten, kopen ze Eigenheimers. De afgelopen vijf jaar hebben laten zien dat de consumenten de Menopper blijven kopen, waardoor we het succesvol in de markt hebben kunnen zetten.”
Vijf jaar geleden bracht Kruythof Aardappelhandel deze exclusieve aardappelsoort – uit de koker van aardappelveredelaar Peter van Eerdt, voormalig directeur van Danespo, die ook aan de basis stond van de rassen Bildtstar en Nicola – voor het eerst op de markt. Sindsdien is het areaal uitgebreid naar 14 hectare en vinden de ongeveer 700 ton Menopper-aardappelen jaarrond hun weg naar de consument via de eigen verkoop op weekmarkten, de webwinkel en doorverkoop.
KWALITEIT
De ambitie is om het Menopper-ras verder uit te bouwen. “Waar we tot voor kort jaarlijks het areaal verdubbelden, breiden we nu uit met kleine stapjes van zo’n twee hectare per jaar omdat we de kwaliteit willen kunnen garanderen.” De teelt vindt plaats in eigen beheer en door derden waaronder een biologische teler. “De afzet van de biologische Menoppers loopt ook goed; er is een goede markt voor. Waar de meeste biologische aardappelrassen qua smaak vaak niet onderscheidend zijn, is de Menopper-aardappel dat wel. Het is een goede concurrent op smaak in de bio markt.”
Menopper is een middelvroeg ras dat 130 groeidagen nodig heeft om tot een kwalitatieve consumptieaardappel uit te groeien, geeft Ton aan. “Je kunt wel wat eerder rooien, maar als een aardappel goed doorgroeit en afrijpt, is het drogestofgehalte beter en dat komt de smaak ten goede.” Eind juni verwacht de aardappelhandelaar dat de eerste nieuwe oogst zo rond eind juli/begin augustus op de markt zal komen.
NAUWELIJKS
Hoewel het huidige seizoen uitdagingen met zich meebrengt – Ton noemt onder meer de vele regen – prijst hij zich gelukkig met goede drainage op de teeltpercelen en het ontbreken van excessieve regenval in de Hoeksche Waard, zoals die op sommige andere plekken in het land wel plaatsvond. “Daarom hebben we nauwelijks uitval op de percelen en bijna geen missers in het pootgoed.”
Ton verwacht dat het een goed uitgangspunt is voor de komende oogst. “Door voldoende vocht hebben we een goede knolzetting gehad. We zien gemiddeld zo’n 12 knollen aan een plant. Door de gelijkmatige verdeling, ze zijn allemaal bij benadering even groot, gaan we ervan uit dat alle knollen zullen uitgroeien tot consumptiemaat-aardappelen. Daarbij voorzien we een gemiddelde oogst van tussen de 50 en 55 ton per hectare, wat een goede opbrengst is.”
Een punt van zorg is de phytophthora infectiedruk, die door de vele regen ongekend hoog is, geeft Ton aan. “Dat is op dit moment het grootste probleem in de aardappelwereld. Het is een uitdaging voor de telers. En al is het nu spannend, het helpt daarbij zeker dat Menopper een hoge phytohphtora resistentie heeft.” (MW)
c.kruythof@upcmail.nl
Zaakvoerders:
Peter De Clercq +32(0)475 75 29 44
Lieve Vandycke +32(0)475 70 57 90
Huttegemstraat 52
9630 Zwalm Roborst
T.+32(0)55 49 95 97
F.+32(0)55 49 69 52 info@dcupotatoes.be
Snijoplossingen voor verwerkte aardappelen en aardappel snacks
Leen Meijer, Aardappelhandel Meijer, over de hoge aardappelprijzen aan het begin van het seizoen:
“Iedereen denkt dat deze prijzen het nieuwe normaal zijn”
“Het zal een bijzonder jaar worden,” duidt Leen Meijer van Aardappelhandel Meijer begin juli de uitzonderlijke teeltomstandigheden van dit seizoen. Afhankelijk van de teeltregio zijn de problemen wat meer of minder, maar Leen geeft aan dat er op alle aardappelpercelen door de vele regen wel wat is.
Door de natte omstandigheden is er laat in het seizoen gepoot, waardoor de oogst van vroege aardappelen is vertraagd en is er begin juli weinig aanbod wat leidt tot hoge prijzen. Leen ziet dat het ervoor zorgt dat de markt zoekende is. “Ik verwacht dat we het seizoen duur gaan beginnen en dat de prijs langzaam gaat zakken, maar het is voor mij een vraagteken op welk prijsniveau we uitkomen.”
DALEN DE PRIJZEN?
Hij stelt vast waar zo’n twee jaar geleden een telersprijs van 25 cent een prima prijs was, dit door de teler nu niet meer zo wordt gezien. Toch is de aardappelhandelaar ervan overtuigd dat de prijzen zullen zakken. “De tijd van lagere prijzen komt weer terug. Iedereen denkt dat de huidige hoge aardappelprijzen het nieuwe normaal zijn, maar ik verwacht dat de prijzen toch weer zullen dalen, al zullen ze niet
meer zo laag worden als een aantal jaren geleden.”
En voor de export is dat nodig ook, merkt Leen op. “Voor de export en de fritesindustrie zijn de Nederlandse aardappelen nu te duur. Aardappelen van rond de 60 cent wordt toch wel wat veel. Als de prijzen zo blijven, gaan we handel kwijtraken.”
LAGER VOLUME
Door de natte teeltomstandigheden verwacht de aardappelhandelaar dat het volume van de Nederlandse aardappeloogst het komende seizoen lager dan gebruikelijk zal zijn. “Als alles geoogst kan worden – en dat hangt af van het verdere verloop van de zomer en het najaar
Symach ziet dat snelheid in het verpakkingsproces steeds belangrijker wordt, nu de verpakkingen kleiner worden
–krijgen we geen misoogst. Op basis van de huidige stand van zaken verwacht ik een opbrengst iets onder het gemiddelde.”
Waar de Nederlandse oogst dus naar verwachting wat kleiner zal zijn, ziet Leen in Frankrijk en Duitsland wat uitbreiding van het areaal. “In wat voor mate
dat meer volume oplevert, is nu nog niet te voorzien, maar het zou het verlies aan Nederlandse aardappeloogst mogelijk (deels) kunnen compenseren.”
KOSTEN STIJGEN TE SNEL
De hoge prijzen belemmeren dus de export – Aardappelhandel Meijer richt
voor de AGRI-branche
zich onder meer op de export van consumptie- en fritesaardappelen – maar ook de hoge bedrijfskosten vragen de nodige aandacht, geeft Leen aan. “De kosten stijgen eigenlijk te hard, je probeert ze zo laag mogelijk te houden.”
Leen ziet dat automatisering een bijdrage kan leveren aan het in de hand houden van de kosten. Dat automatisering ook helpt bij het arbeidstekort is mooi meegenomen, geeft hij aan. “Personeel – al mogen wij niet klagen – is een grote uitdaging. De poppetjes worden steeds minder.”
EENVOUDIGE BEDIENING
Iets wat Johnny de Bat van Symach –gericht op het bouwen van palletiseer- en verpakkingsmachines, onder meer voor aardappelen, uien, wortelen en rode bieten – beaamt. “Personeel is een factor die veel invloed heeft. Voor het type werk dat bijvoorbeeld een aardappelhandel zijn medewerkers kan bieden, staat de jeugd niet meer in de rij. Daarbij wordt steeds minder vaak voor een technische opleiding gekozen en is die kennis en kunde bij de operators dus minder aanwezig.
Het beste dat Moeder Natuur te bieden heeft, dat verpakken onze machines met respect voor de planeet.
Portaal kistlediger agri
uitgevoerd met de modernste techniek
Gebruik de QR-code voor meer informatie en bekijk gerealiseerde projecten op onze website!
Weihoek 11, 4416 PX Kruiningen +31 (0)113-501373 info@burgmachinery.com www.burgmachinery.com
GH-Ulma Brandekensweg 9D 2627 Schelle (Belgium) Info@gh-ulma.com www.gh-ulma.com
Daarom proberen wij machines te maken die eenvoudig te bedienen zijn waarbij we geen concessies doen aan de kwaliteit van materialen en onderdelen.”
Symach plaatste onlangs voor de derde maal een palletiseermachine bij Aardappelhandel Meijer. Bij de keuze voor deze machine speelden vooral de goede kwaliteit en service een rol, laat Leen weten. “Als je belt met een probleem, wordt dat direct opgepakt. En op ons verzoek heeft Symach enkele aanpassingen aan de machine gemaakt.” Zo geeft Johnny aan dat de palletiseermachine van Aardappelhandel Meijer is uitgerust met een ROTAX vulbak waarmee de snelheid van de machine verhoogd wordt. “Dat is één van de nieuwste ontwikkelingen om te kunnen inspelen op aspecten waar klanten iedere keer op terugkomen: snelheid en capaciteit.”
SNELHEID EN CAPACITEIT
Want naast eenvoudige bediening is snelheid een speerpunt bij de ontwikkeling van de machines, geeft Johnny aan. “Europees gezien is er een tendens naar minder gewicht per verpakking. Waar voor-
heen 25 kilo de standaard was, zie je nu bijvoorbeeld ook veel 10 kilo verpakkingen. Dat geeft meer handling dan bij zakken van 25 kilo. Dan wil men toch net als voorheen 40 ton per uur kunnen verwerken. De afgelopen 25 jaar komt dit vraagstuk telkens naar voren en iedere keer kunnen we toch technische aanpassin-
gen maken om uiteindelijk de snelheid naar een hoger niveau te tillen,” besluit Johnny. (MW)
info@aardappelhandelmeijer.nl Johnny.debat@bwpackaging.com
“Hier in Flevoland is de aardappelteelt vanwege de vele regen dit seizoen zeker niet verloren. Over het algemeen staan de aardappelen redelijk. De eerste proefrooiingen lijken wel goed te zijn, maar we staan niet te applaudisseren over het volume,” zegt Anton Riezebos van Polder Potato half juli. Anton ziet dat er grote verschillen zijn in de percelen. “Er zijn percelen die mooi staan, maar er zijn ook percelen waar hele stukken gewas missen.”
Anton merkt op dat veel nog afhankelijk is van de rest van het groeiseizoen en de rooiomstandigheden in het najaar. “Het moet allemaal maar weer gerooid worden. Veel aardappelen zijn laat geplant, waardoor de oogst gedeeltelijk ook later zal vallen dan gebruikelijk. Vorig jaar is het voor veel telers een gigantische uitdaging geweest om alle aardappelen te kunnen rooien en we moeten afwachten hoe de rooiomstandigheden dit jaar zullen zijn.”
EGALER GEWAS
Voor het komende aardappelseizoen verwacht Anton een meer egaal gewas dan
vorig jaar. “We verwachten niet zoals vorig jaar vier of vijf immens grote knollen per aardappelplant, dit is jaar is er een mooi gewas met een beter tal.”
Polder Potato is onder meer actief op de vroege aardappelmarkt, waarvan Anton half juli opmerkt dat de prijs al langere tijd goed is gebleven. Hij verwacht wel dat een prijsdaling in het verschiet ligt. “Er groeien continu tonnen bij, dus vandaag of morgen zal de prijs een keer dalen. Ondanks het late en natte voorjaar zien we toch genoeg beschikbaarheid van vroege aardappelen omstreeks half juli.”
Naast het sorteren en verpakken van aardappelen, verkoop aan de Nederlandse groothandel en de aardappelschillerij ASN, richt Polder Potato zich op de exportmarkt met Zuid-Europa als belangrijkste bestemming. “Het wordt in landen als Spanje of Frankrijk steeds warmer waardoor de lokale aardappelteelt moeilijker wordt, terwijl de vraag toeneemt,” verklaart hij de groeiende Zuid-Europese aardappelexportmarkt. “Wij zien groei, deels door de klimaatverandering in combinatie met meer vraag en deels heeft dat ook te maken met het verder uitbouwen van bestaande relaties.”
HOGERE CONTRACTPRIJZEN
De aardappelprijzen zijn een aantal jaren achter elkaar goed geweest en Anton ziet dat dit ook van invloed is op de contractprijzen. “Als de aardappelen een paar jaar achtereen duur zijn, moet je daar met de contractprijzen in mee. En ook de stijgende kosten voor de teler hebben bijgedragen aan hogere contractprijzen.”
Waar de meeste telers waar Polder Potato mee werkt in elk geval deels op contractbasis aardappelen telen, ziet Anton dat de hoge aardappelprijzen voor sommige telers ook weer aanleiding zijn om zich meer richting de vrije aardappelteelt te bewegen. “Er zijn telers die zeggen ‘we hebben een goede bewaring en we gaan het avontuur aan’.”
Maar voor welke afzetvorm ook wordt gekozen, de goede prijzen dragen bij aan een goed investeringsklimaat, merkt Anton op. “De afgelopen jaren zijn de prijzen goed geweest en dan ontstaat er zowel bij ons als bij de telers ruimte om te investeren.” Een belangrijk aspect voor Polder Potato, omdat het streven is de kwaliteit steeds een stapje verder omhoog te krijgen.
“De vraag naar goede kwaliteit en constant goed bakkende Agria’s wordt steeds groter. Daarom investeren we in een bewaring met veel droogcapaciteit.
De Agria is een mooie aardappel waar je alles mee kunt doen: koken, frites en hij is exportgeschikt. Maar het is voor het bewaren wel belangrijk dat deze aardappel in de eerste tijd na het rooien goed gedroogd wordt.” Daarvoor heeft Polder Potato gekozen voor kistenbewaring. “Wij richten ons op de versmarkt en als je de Agria’s in kisten bewaart, ontstaan er
minder drukplekken en houd je de aardappel vitaler.”
Anton geeft aan dat de nieuwe bewaring is uitgerust met zonnepanelen en dat de koeling wordt voorzien van een automatisch systeem dat stuurt op de elektriciteitsprijs. “Een standaard koeling schakelt in als de ingestelde minimumtemperatuur is bereikt. Dit systeem vermijdt, binnen de eisen die aan de temperatuur worden gesteld, pieken en daarmee dure stroom en schakelt pas in als de prijs lager is.” Verder is bij de nieuw-
In de nieuwe koeling gaat Polder Potato werken met 2.300 vurenhouten kisten van Naus Agriboxes, dat houten kisten voor de landbouwsector produceert. Die worden zodra de koeling opgeleverd is op locatie gemonteerd, vertelt Patrick Goosens, verantwoordelijk voor verkoop bij Naus Agriboxes. “Dan hebben we minder transportbewegingen en naast de milieuwinst die dat oplevert, kunnen we de kisten goedkoper aanbieden.”
Want de prijs-kwaliteitsverhouding is een belangrijk aspect voor Naus Agriboxes. “We willen een kwalitatief hoogwaardige kist tegen een competitieve prijs in de markt zetten. En daar hoort bij dat we over alle schakels in de keten, vanaf het hout - wij verwerken alleen PEFC of FSC gecertificeerd hout dat komt uit duurzaam geteelde bossen - dat we gebruiken tot de montage van de kisten goed nadenken.”
Prijs-kwaliteitsverhouding
Ook voor Polder Potato is de prijs-kwaliteitsverhouding leidend geweest bij de aanschaf
van de nieuwe kisten. “Van telers krijgen we heel veel kisten binnen, dus we zien wel welke kisten goed en minder goed zijn. Prijs is daarbij niet het allerbelangrijkste, maar wel van belang. Wij doen behoorlijk wat in- en uitslag, dus de kisten worden wel gebruikt en dat stelt eisen aan de kisten die we gebruiken,” zegt Anton Riezebos.
Patrick geeft aan dat naast het gebruik van de juiste grondstoffen ook vocht in de bewaaromstandigheden de levensduur van een kist bepaalt. “Een kist die onder droge omstandigheden wordt bewaard, zoals bij Polder Potato het geval is, kan een generatie lang meegaan. Als er, zoals bijvoorbeeld bij de witlof- of wortelopslag vocht bij komt kijken, gaat het hout minder lang mee. De reden hiervoor is dat al het hout onbehandeld is en hierdoor gevoelig voor vocht wat op den duur rot kan veroorzaken. Alternatieven zoals Inlands Lariks/Douglas zijn steeds minder goed beschikbaar. Momenteel zijn we nu een proef gestart om het hout te verduurzamen met een middel dat geschikt
bouw aandacht besteed aan de logistieke stromen. “We hebben ervoor gezorgd dat de bewaring geschikt is voor het regelmatig in- en uitslaan van partijen aardappelen. Door deze bewaring kunnen we op het niveau van de partijen veel makkelijker schakelen en die mogelijkheid hadden we voorheen minder.”
Naast investeringen in de aardappelbewaring, heeft Polder Potato vorig jaar ook optische sorteermachines en een wasser geplaatst om de jaarlijks groeiende vraag te kunnen faciliteren. “Daarmee krijg je ruimte op je lijn en als er ruimte is, kunnen we de stijgende vraag invullen.” Daarbij ligt de focus van de aardappelhandel op de kwaliteit. “Wil je bij de stijgende vraag mee in het geweld van de laagste prijs of bedien je de klant die kwalitatief een betere aardappel zoekt en daar een nette prijs voor betaalt? Wij zetten in op dat laatste segment.” (MW)
Anton@polderpotato.nl
is om in aanraking met voedingsmiddelen te komen. Als wij het hout hiermee gaan behandelen, kunnen wij garanderen dat het hout 10 jaar niet door rot aangetast zal gaan worden.”
Daarom blijft hout voor Patrick voor wat hij noemt ‘vuile opslag’ van landbouwproducten de beste keuze. “De houten kisten gaan lang mee en hout is een duurzame grondstof. Alternatief zou een kunststof kist zijn, maar deze kosten veel energie om te produceren, zijn lastig te recyclen, duur in aanschaf en moeilijk te repareren.”
p.goosens@nausagriboxes.com
Adrie Kleinjan, Kleinjan’s Aardappelhandel:
“Het weer zorgt voor onzekerheid en spanning in de aardappelmarkt”
“Het Nederlandse aardappelareaal is circa 3 tot 4 procent gegroeid dit jaar. Maar dat op zich zegt niets over het oogstvolume,” geeft Adrie Kleinjan van de gelijknamige aardappelhandel, begin augustus de stand van zaken rondom de oogstverwachtingen weer. “Er zijn van maart tot juni aardappelen geplant, daardoor zijn er grote verschillen en van elk perceel zal moeten blijken wat de opbrengst is.”
“Er zijn maar weinig percelen die vierkant zijn en waar 100 procent geplant is en ook 100 procent geoogst kan worden.” Adrie ziet dat factoren als verminderde kiemkracht door het late planten, enorm natte grond met een slechte structuur, koude temperaturen en weinig daglicht van invloed zijn op het groeiproces. “Dat alles bij elkaar zorgt ervoor dat de groei in het begin van het groeiseizoen niet voorspoedig is geweest,
maar de weersomslag van de laatste weken heeft voor flinke groei gezorgd. Elke verandering van het weer zorgt ook voor verandering in de markt. Totdat de aardappelen achter de planken liggen, blijft dit een uitdaging in de markt.” De handelaar merkt op dat deze omstandigheden zorgen voor veel onzekerheid en spanning in de markt.
Een aspect wat die onzekerheid nog heeft vergroot, is de Phytophthora-druk, die door het vochtige weer in de maand juli en de relatief hoge temperaturen hoog was. “Door het wegvallen van de toelating van diverse gewasbeschermingsmiddelen, had de teler meer en meer moeite om de ziekte onderdrukt te houden en op sommige plekken lukte dat niet. Overigens is door de drogere weersomstandigheden begin augustus de Phytophthora-druk wel weer wat afgenomen.”
Er is de telers veel aan gelegen de schimmelziekte zo goed mogelijk te bestrijden. “Je kunt wel zeggen dat de aardappelen duur worden vanwege de omstandigheden. Dat kan wel zo zijn; maar je moet soldaten hebben om oorlog te kunnen voe-
ren: als je als teler geen aardappelen hebt en de prijs is een euro, heb je nog steeds 0 euro opbrengst. Dus de telers zitten er bovenop om Phythophthora te onderdrukken en het gewas zo gezond mogelijk te houden.”
Kleinjan’s Aardappelhandel verhandelt sinds begin juli nieuwe aardappelen voor de binnenlandse markt en zodra de aardappelen velvast waren, vanaf eind juli, ook voor de exportmarkt. Die markt is vrij prijzig van start gegaan. “De markt voor de oude oogst is duur geëindigd en de nieuwe aardappelen zijn daar vlot achteraan gegaan, tegen soortelijke prijzen. Rond half juli is de afzet wat teruggelopen vanwege de vakantie. Waar traditiegetrouw daarna de industrie en exportpartijen weer meer afzetmogelijkheden bieden, laten deze markten dit seizoen flink op zich wachten. Het aanbod van veel buitenlandse aardappelen op zowel de frites- als de exportmarkt, maakt dat er begin augustus zeer weinig vraag is.”
De hoge prijzen van het afgelopen seizoen spelen de export parten, ziet Adrie. “De prijzen zijn eigenlijk te hoog geweest en dat zie je terug in de volumes. De exportmarkten zijn overvoerd met product uit onder meer China, Egypte en Marokko. Dat beperkt de exportruimte voor het Hollandse product. Daarbij komt dat door de groei van de laatste weken de groeiachterstand flink is ingehaald. Daardoor zijn de prijzen behoorlijk gezakt, waardoor we bijna weer met de benen op de grond staan.”
EXPORTMARKT IN BALANS
Momenteel exporteert Kleinjan’s Aardappelhandel naar de wat verder gelegen bestemmingen zoals Afrika en het Caraï-
bisch gebied. Maar de handelaar gaat mee op de golven van de markt en exporteert in principe wereldwijd. Hij ziet dat het exportvolume redelijk stabiel is, terwijl de exportbestemmingen wisselen. “We gaan niet wereldwijd extreem veel meer aardappelen eten of telen. Dus dat is aardig in balans. Maar waar de aardappelen heen zullen gaan is vooraf niet te bepalen. Het aantal uren dat de zon schijnt, bepaalt waar volgend jaar onze aardappelen naartoe gaan. Bijvoorbeeld in het Oosten en het Zuiden is het momenteel zo warm dat daar de aardappelen op het veld niet meer groeien. Het kan best zo zijn dat daar volgend jaar onze aardappelen naartoe kunnen.”
Adrie ziet dat de markt van vraag en aanbod begin augustus weinig kansen biedt. “Maar we hebben nog een heel jaar voor
ons. Als het in de maand augustus zomers warm weer wordt, dan ziet de markt er weer heel anders uit en zullen ook de prijzen daar weer op reageren.” In elk geval ziet hij dat het belangrijk is om altijd voor voldoende aanbod te zorgen. Dat doet de aardappelhandelaar door goed te zijn voor de telers en klanten, met goede prijzen, goede rassen en voldoende beschikbaarheid van pootgoed. “Daarmee hebben we ons areaal aardappelen goed kunnen invullen. We hopen dat daar de komende jaren nog een plusje kan bijkomen; wij zijn altijd op zoek naar goede telers.” (MW)
adrie@kleinjansaardappelhandel.nl
E-mail: info@kleinjansaardappelhandel.nl
Ramon Wagenaar, Wagenaar Aardappelverwerking:
“Het zal dit seizoen een grote uitdaging zijn om de benodigde volumes te krijgen en de kwaliteit van de aardappelen zou ook een probleem kunnen worden, al kan er nog veel goedkomen als we nog twee maanden mooi groeizaam weer hebben,” geeft Ramon Wagenaar, van Wagenaar Aardappelverwerking – actief in de export van aardappelen, veelal naar het Caraïbisch gebied en Oost-Europa –begin juli de gevolgen van de natte teeltomstandigheden weer.
Ramon verwacht uit de eigen teelt zo’n 30 procent minder opbrengst het komende seizoen. “Op een perceel zijn de aardappelen overgeplant vanwege rot in de knollen. Daardoor wordt de oogst heel laat. Normaal proberen we rond half september klaar te zijn, maar dat gaat dit jaar niet lukken.”
BOVENMAATS POOTGOED
Waar Wagenaar Aardappelverwerking voorheen vaak het bovenmaats pootgoed verhandelde, wordt dit door het tekort aan pootgoed steeds vaker alsnog als pootgoed ingezet. Het zorgt ervoor dat Wagenaar van strategie verandert en zoekt naar manieren om consumptieaardappeltelers aan zich te binden. Doordat dit jaar het volume onder druk staat door de natte teeltomstandigheden, komt ook import uit bijvoorbeeld Egypte of Israël – al zorgen de geopolitieke omstandigheden daar ook voor een kleiner aanbod – in beeld, geeft Ramon aan.
Wagenaar Aardappelverwerking exporteert aardappelen vooral naar bestemmingen in Oost-Europa en in het Caraïbisch gebied. Van die laatste bestemming merkt Ramon dat de vraag naar verse aardappelen wat afneemt ten gunste van frites. In Oost-Europa ziet hij dan wel weer veel vraag. “Over de afzet in Oost-Europa ben ik positief. Daar wordt veel gevraagd om aardappelen uit West-Europa: Frankrijk, Duitsland en ook Nederland.”
AFNEMERS ZITTEN BOVENOP DE PRIJZEN
Wel merkt Ramon dat de aardappelprijzen hoger zijn door het achterblijvende volume en dat dit druk zet op de exportmarkt. “Afgelopen jaar waren de prijzen regelmatig stevig en ook nu worden er al pittige telersprijzen betaald. Voor de handel kan daar niet heel veel bij, want de aardappelen moeten ook nog getransporteerd worden en betaalbaar blijven voor de consument op bestemming.” Hij
ziet dat de afnemers bovenop de prijzen zitten. “Als Nederland telen we heel veel aardappelen en er wordt ook heel veel geëxporteerd, maar als we te duur worden, neemt de export hard af. Dan kunnen de aardappelen ook uit andere landen vandaan komen.” Als voorbeeld noemt de aardappelhandelaar de negatieve invloed op de afzet van Nederlandse aardappelen richting de Caraïben vorig jaar vanwege de beschikbaarheid van goedkopere Canadese verse aardappelen.
Wat bij de prijsvorming ook niet helpt is dat er momenteel vanuit de telers weinig spreiding is in de afzet van hun aardappelen, geeft Ramon aan. Hij ziet dat veel wordt gewacht met de productverkoop en pleit ervoor meer spreiding aan te brengen, zodat de handel niet stilvalt. “Als telers te veel wachten met het verkopen van hun aardappelen, hebben handelaren geen aanbod en gaan klanten andere wegen zoeken. Als op een gegeven moment een groot deel van de markt overgaat naar import van aardappelen van andere origines, zijn we echt wel te laat,” besluit Ramon. (MW)
kantoor@wagenaaraardappelverwerking.nl
Jaap Kodde:
De wereldwijde aardappelhandel is verruild voor een focus op de korte keten, wat flink wat tijd in beslag neemt voor Jaap Kodde, die al een aantal jaar van zijn pensioen kan genieten.
In de jaren ‘80 begonnen Jaap Kodde en zijn vrouw met een akkerbouwbedrijf van 40 hectare aardappelen in Flevoland. Hoewel het aanvankelijk een goede stap leek, kwam hun verdienmodel al snel onder druk te staan door toenemende concurrentie en economische druk van frietfabrieken. Dit dwong hen om hun bedrijfsmodel te herzien en te diversifiëren, waardoor ze zich gingen richten op de directe markt voor consumptieaardappelen en samenwerkingen met AGF-groothandels en speciaalzaken. “Via een vertrouwenspool leverden we aan drie frietfabrieken, maar dat werd ieder jaar minder terwijl de kosten opliepen. We zijn toen ook consumptie gaan telen en zo dicht mogelijk bij de markt af te zetten,” herinnert Jaap zich. “Toen ik in de AGF-handel belandde, werd ik met argwaan bekeken, omdat ik ook een stukje van de taart opeiste.” Dat lukte overigens goed, het combineren van teelt en handel is niet voor iedereen weggelegd, maar volgens Jaap wel een gouden combinatie.
SERIEUS
In 1989 werd Flevostar Dronten echt serieus opgericht en breidde het echtpaar in 1991 het bedrijf uit met nieuwe
• Vernieuwde trekkast met beter resultaat.
schuren en lijnen voor het wassen, sorteren en inpakken van aardappelen. Begin van de eeuw kwam er ook export en veranderde de naam in 2018 naar het huidige Polder Potato. De boerderij breidde in 2004 en 2008 uit naar 100 hectare, maar dat was nog steeds onvoldoende om de markt te voorzien. Jaap: “Als je in de handel zit, moet je altijd aardappels hebben, en dat is ons ook gelukt. Ik probeerde zoveel mogelijk om ons heen te kopen, maar ook verder weg indien nodig; vroege aardappelen komen natuurlijk uit Tholen.” Ook in de export had Jaap als aardappelteler een voordeel. “Wij hebben consumptie-aardappels geleverd tot ver in Azië, wat heel bijzonder was. Ook naar het Midden-Oosten waarnaar vrachtwagens negen dagen onderweg waren. Als teler weet je hoe je aardappels moet bewaren, zelfs in zeecontainers. Helaas is deze expertise nu minder van belang omdat het vervoer tegenwoordig veel te duur is geworden.”
OPROEPBAAR
In 2018 besloten Jaap en zijn vrouw te stoppen met het actieve beheer van de aardappelhandel en ging het onder
de naam Polder Potato verder, op dit moment geleid door hun zoon, met een compagnon. Met de overname van schilbedrijf ASN Potato is weer een nieuwe groeifase ingegaan. “Voor mij is het allemaal in een sneltreinvaart gegaan en ik vind het prachtig dat het zo goed loopt. Regelmatig kom ik als gepensioneerde op het bedrijf en help ik ook mee op de boerderij met de oogst en andere werkzaamheden. Ik heb geen proactieve bemoeienis, maar ben oproepbaar.”
• Een klassieke toepassing in een moderne en milieuvriendelijk bedrijfsvoering.
• Abrupte scheiding van stengel en aardappel.
• Goede mogelijkheid voor exacte maatvoering van de aardappelen.
• Een snellere afhardingsproces van de aardappel.
• Betere rooicapaciteit.
• Minder rooiverliezen.
• Vermindert infectie en aantasting door ziekten (rhizoctonia).
POLITIEK
Naast zijn agrarische en handelsactiviteiten vond Jaap ook tijd de politiek in te gaan. Hij bekleedde diverse functies, waaronder 13 jaar gemeenteraadslid voor de VVD, wat hij een jaar combineerde met een statenlidmaatschap in Flevoland. Ook werd hij wethouder, maar omdat dit niet te combineren was met het gezin en bedrijf, legde hij die functie na korte tijd neer. Zijn betrokkenheid in de politiek, gecombineerd met zijn agrarische achtergrond, gaf hem een unieke kijk op beleid en regelgeving die de landbouwsector beïnvloeden.
FLEVOFOOD
Na zijn pensioen werd Jaap al snel door de provincie Flevoland gevraagd om mee te
werken aan de oprichting van Vereniging Flevofood, een initiatief om de afzet van lokale producten te bevorderen. Flevofood brengt producenten samen om nieuwe teelten en afzetmarkten te verkennen. De vereniging, met 70 leden en netwerkpartners waaronder gemeenten, richt zich op de korte keten van boer naar bord, met als doel lokaal voedsel te promoten en voedselkilometers te verminderen. Dit past in de bredere trend van de eiwittransitie en het verkennen van nieuwe teelten zoals soja. “De korte keten heeft zeker een plek, blockchaintechnologie kan hier ook een grote rol in spelen, maar het is ook een kwestie van overheidsbeleid. Instellingen zoals ziekenhuizen willen lokaal product, maar waar haal je dat vandaan? De overheid wil meer lokaal
voedsel gebruiken, maar veel tussenhandelaren hebben dat nog niet gedaan. Zij worden nu op de vingers getikt en zullen wel een keer moeten.”
Flevofood neemt redelijk veel tijd in beslag, daarnaast vindt Jaap ook nog tijd om actief te zijn als voorzitter van de Stichting Paardrijden Gehandicapten Flevoland, een activiteit die voortkomt uit zijn persoonlijke betrokkenheid bij zijn gehandicapte kleinzoon. De dagen blijven dus goed gevuld met diverse activiteiten, van vergaderingen tot het oogsten op het land. (ML)
jaap@koddedronten.nl
In het seizoen 2022/23 bereikte de aardappeloogst in Nieuw-Zeeland 419.200 ton, een daling van 8,1% ten opzichte van het voorgaande jaar en een daling van 20,5% ten opzichte van 2018/19, volgens Potato New Zealand. Het land had 176 commerciele aardappeltelers die 8.424 hectare bewerkten, met een geschatte totale waarde van NZ$931,3 miljoen (ruim 518 mln euro). Deze teelt omvatte 234.194 ton aardappelen voor de verwerkende industrie, 168.855 ton consumptieaardappelen en de rest pootgoed. Ondanks de daling van de oogst behaalde Nieuw-Zeeland in 2022 de hoogste aard-
appelopbrengsten wereldwijd, met een gemiddelde van 50,9 ton per hectare. Hiermee overtrof het land zowel de Verenigde Staten als Dene-
marken, volgens de Voedsel- en Landbouworganisatie van de VN. De cijfers voor de teelt in het seizoen 2023/24 zijn echter nog niet bekend-
gemaakt. Er zijn aanwijzingen dat het aardappelvolume zal toenemen als gevolg van de lagere prijzen die dit seizoen zijn gemeld. De exportprijzen voor consumptieaardappelen daalden aanzienlijk, van NZ$1200 (€668) per ton naar NZ$400 (€223) per ton. Fiji kwam naar voren als de grootste exportmarkt en is goed voor 80% van de Nieuw-Zeelandse export van consumptieaardappelen, gevolgd door Frans-Polynesië en Samoa.
+32(0) 57 216221 info@goconbvba.be www.houtenkisten.be aardappelkisten • (witloof)wortelkisten uienkisten • zaadkisten • fruitkisten
Voorkomt beschadiging. Onmisbaar accessoire bij het rooien, c.q. laden van aardappelen, uien, etc. Snel en eenvoudig te monteren.
Klassieke verse aardappel houdt zich staande te midden van oprukkend
Sinds eind 2023 kiest PLUS voor biologische aardappelen, als het om huismerk gaat. Op dit moment zijn alle 1-kilo zakken al biologisch. De 3- en 5-kilo zakken volgen gefaseerd
In Nederland werden in 2022 consumptieaardappelen geteeld op 77.000 hectare op 6.700 bedrijven en dat leverde 3,6 miljoen ton op, is te lezen op de Agrimatie website van Wageningen University & Research. Van die consumptieaardappelen gaat het grootste deel naar de verwerkende industrie om te worden verwerkt tot voornamelijk diepvriesproducten.
“Een klein deel van de consumptieaardappel is de ‘tafelaardappel’ die zonder bewerking – met uitzondering van wassen en verpakken – verkocht wordt. De consumptie van tafelaardappelen in
Nederland staat onder druk: consumenten kopen steeds minder vaak en kleinere hoeveelheden verse aardappelen. Omdat tafelaardappel niet apart staat vermeld in de statistieken, is enkel een schatting van
de consumptie mogelijk. In 2020 schatte men dit op circa 275.000 ton. Vanwege de jaarlijks licht dalende consumptie van verse aardappelen en kleiner wordende huishoudens komen verpakkers en retailers met kleinere verpakkingseenheden.”
DALENDE TREND OP LANGE TERMIJN
In België ziet VLAM (Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing) in een onderzoek uit 2021 een gelijke trend. “Aardappelen blijven in België de maaltijdbegeleider bij uitstek. Dagelijks eet gemiddeld maar liefst 41 procent van de
Belgen aardappelen. In 2014 was dit nog wel 49 procent, dus het aardappelverbruik is op lange termijn dalend.” Daarbij heeft ook de Belgische consument steeds vaker de voorkeur voor een kleinere verpakking. “In 2021 kocht 93 procent van de Belgische gezinnen verse aardappelen en ze deden dit gemiddeld 15 keer dat jaar. Zowel het percentage kopende gezinnen als de aankoopfrequentie blijft al jaren nagenoeg stabiel. We zien daarentegen wel een daling in het aangekocht volume per winkelbezoek. De verpakkingen van 5 kilo en meer verliezen terrein ten voordele van kleinere verpakkingen.”
KLEINERE VERPAKKINGEN
In het kader van deze Aardappelspecial vroeg PRIMEUR zich af hoe het er eigenlijk voor staat met de tafelaardappel in de supermarkt. Dat kleinere verpakkingen een grotere rol gaan spelen, is een ontwikkeling die ook Albert Heijn waarneemt. “We zien nog steeds groei in het volume tafelaardappelen. Hierbinnen zien we wel dat met name de kleinere verpakkingen terrein winnen. Maar ook de opkomst van de zoete aardappel met een compleet ander smaakprofiel draagt bij aan de groei.”
“Consumenten hebben nog steeds behoefte aan tafelaardappelen, maar de manier waarop ze worden gekocht en bereid, verandert. Zo zijn er bijvoorbeeld meer kleine verpakkingen van tafelaardappelen beschikbaar gekomen, die beter passen bij kleinere huishoudens. En bieden we onze klanten de mogelijkheid om de pondjes kriel met verpakking en al slechts in 8 minuten in de magnetron gaar te stomen.”
Aldi België zag in de eerste helft van 2024 vrij stabiele verkopen van tafelaardappe-
Colruyt ziet dat consumenten smaakaardappelen, zoals bijvoorbeeld Laurette, weten te waarderen. Van de Laurette aardappel is Colruyt de enige verdeler in België
len in vergelijk met dezelfde periode in 2023. “Dit is één van de populairste aardappelen bij onze klanten. Aardappelen staan regelmatig op het menu bij de Belg. Het aandeel van kleinere gezinnen in de samenleving groeit. Hoewel de verpakking van 5 kilo het populairst is, merken we dat de vraag naar verpakkingen op maat toeneemt. Daarom bieden wij naast vaste kiloverpakkingen ook losse aardappelen aan. Zo kunnen klanten eenvoudig zelf de gewenste hoeveelheid bepalen.” Daarbij ziet Aldi dat de consument in de eerste plaats op zoek is naar kwalitatieve en Belgische producten. “Doorheen het jaar trekken we bij Aldi waar mogelijk de Belgische kaart om onze klanten aardappelen van eigen bodem aan te bieden. Op die manier ondersteunen we maximaal onze lokale landbouwers.”
NOG STEEDS GROEI IN AFZET
Ook bij de Nederlandse Aldi-klant is de tafelaardappel populair. “Tijdens de coronapandemie zagen we een sterke toename in de verkoop van tafelaardap-
pelen, doordat mensen vaker en uitgebreider thuis kookten. Deze stijging is na Covid logischerwijs weer afgevlakt. Toch weten we door hoge kwaliteit voor een lage prijs aan te bieden en met aantrekkelijke promoties nog steeds een groei in de afzet te realiseren.”
Belgische supermarktketen Colruyt ziet dat de consumptie van tafelaardappelen licht stijgend is en dat vooral aardappelen van Belgische origine in trek zijn. “Consumenten zijn héél alert en bewust op zoek naar de Belgische origine. Via het aardappelproject van Colruyt Group – een rechtstreekse samenwerking met 15 aardappeltelers – vervroegen en verlengen we het Belgische aardappelseizoen zodat we alsmaar minder volume moeten importeren. Daarnaast heeft dit aardappelproject tot doel om constantere kwaliteit te bekomen en de telers een stabiele prijs te garanderen.”
B.V.
Gommeren Trading & Service B.V.
Pootaardappelen sorteren opslag verhuur koeling
Biezenstraat 4 4756 TA Kruisland
Mob. 06 41 62 19 64
E-mail: kees@gommeren-kruisland.nl
Aldi Belgie biedt naast verpakte ook losse aardappelen aan om de klant de kans te geven zelf de gewenste hoeveelheid te bepalen
Waar het gemak dus in het aardappelschap een steeds grotere rol gaat spelen, zien nog niet alle supermarkten dat deze ontwikkeling de klassieke tafelaardappel verdrijft. Aldi België: “Klanten hebben natuurlijk steeds meer keuze uit verschillende bewerkte convenience-alternatieven, zoals aardappelschijfjes en bereide puree, en hier zien we een lichte groei. Het aandeel van convenience blijft evenwel kleiner in verhouding tot de verkoop van de klassieke aardappelen. We merken dat consumenten voor een aardappelbereiding nog steeds graag met verse aardappelen aan de slag gaan.”
BEWERKTE AARDAPPELEN WINNEN TERREIN
KLASSIEKE AARDAPPEL STAAT
ONDER DRUK
Toch is Colruyt alert op de ontwikkeling van de tafelaardappelcategorie op de langere termijn. “Op langere termijn zien we wel een watch-out. Volumes van de klassieke aardappel staan onder druk door
verschillende trends, zoals het belang van de wereldkeuken en dus groei in alternatieven zoals rijst of pasta, het belang van gezondheid en de negatievere perceptie van de aardappel en het stijgend belang van convenience en dus groei in versneden en bereide aardappelproducten.”
Aldi Nederland constateert dat in de hele markt bewerkte aardappelen steeds meer terrein winnen ten opzichte van tafelaardappelen, wat aansluit bij de behoefte van de klant aan gemak. En ook Albert Heijn merkt dat er steeds meer vraag is naar gemakkelijke en snelle maaltijdoplossingen. “Dit heeft geleid tot een groeiende populariteit van bewerkte aardappelproducten, zoals voorgekookte aardappelen, aardappelschijfjes en -blok-
Sigma S1070-G60Y INVENTIVE IN
Sorteren
Maak kennis met onze unieke machines ten behoeve van Spreiden
Consumption- and Seedpotatoes
Egyptische consumptie- en friet geschikte aanrdappelen
Transporteren Filteren
Informeer o.a. naar onze inventieve spreidmachine
Ontwateren
ISM Machinery B.V. Hudsonweg 10 4462 HJ Goes www.ismgroup.nl
Johan Kant
Entrepotstraat 35 | B - 9100 Sint-Niklaas
Tel. office: +32.3.765.07.65 | +32.3.765.07.66
GSM: +32.472.09.34.70 Email: Johan.kant@kalisatrading.be
jes en diepvriesaardappelproducten. We zien dat naast bereiding in de oven ook de airfryer sterk in opkomst is. Wij spelen hierop in door ook de bereidingstijd in de airfryer op de verpakking te vermelden.”
Ook Colruyt geeft aan dat er meer focus op gemak is. “Convenience wint aan belang, dat zien we voor heel wat producten, en zeker ook voor aardappelen. Toch zien we dat de hogere prijzen in dit segment, dus bewerkte aardappelen en vierde gamma, de stijging in verkoop een beetje afremmen. Krieltjes doen het ook goed, omdat deze sterk aanleunen bij convenience. Daarnaast zien we in diepvriesaardappelen dat de markt nog steeds groeit. Hier is de trend echt: diepvriesaardappelproducten die in de oven en airfryer kunnen. Klanten proberen die producten massaal uit en we zien de groei vooral vanuit deze categorie komen.”
OMSCHAKELING NAAR BIO
Een andere ontwikkeling in het aardappelschap is het aspect duurzaamheid. Zo kiest Plus sinds vorig jaar voor biologische aardappelen, als het om het huismerk gaat. “In 2021 zetten we al een grote stap voor meer biologisch door ons volledige dagverse zuivelassortiment om te zetten naar standaard biologische zuivel. Dat is een eerste grote stap richting biologische zuivel van Nederlandse koeien. Een unieke switch in de markt. Nu zetten we samen met telers de volgende stap binnen het aardappelschap. Dat we het aardappelschap gefaseerd omzetten naar biologisch, is een bewuste keuze. Want zo krijgen onze telers de tijd die ze nodig hebben om hun volume biologische aardappelen uit te breiden. Meer biologische producten betekent meer klanten, die we met biologisch bereiken zonder dat we de prijs verhogen.”
Ook Albert Heijn benoemt duurzaamheid als een belangrijk aandachtspunt, waarbij lokale teelt en korte ketens belangrijk zijn. “Bij Albert Heijn werken we in Nederland binnen Beter voor Natuur & Boer samen met 440 aardappel-, groenten- en fruittelers waarbij de teler kiest voor Albert Heijn en Albert Heijn voor de teler. Wij werken dagelijks samen met
onze telers vanuit een gesloten keten aan het verduurzamen van onze keten. Voor de bovenwettelijke duurzaamheidsinspanningen betaalt Albert Heijn jaarlijks een duurzaamheidspremie aan elke deelnemende teler.”
NIEUWE RASSEN
Colruyt zet dan weer in op robuuste aardappelrassen die resistent(er) zijn tegen bepaalde ziekten omdat bijvoorbeeld traditionele rassen zoals Charlotte en Nicola onder druk staan. “Enerzijds wordt het moeilijker om te telen omwille van degeneratie van het pootgoed en anderzijds het veranderende klimaat.”
Aldi België constateert eveneens dat er steeds meer wordt ingezet op nieuwe aardappelvariëteiten. “Enkele gekende rassen zijn meer vatbaar geworden voor virussen en aantastingen. Door vanuit de sector in te zetten op nieuwe variëteiten kunnen er sterkere aardappelras-
sen geoogst worden. Voor sommige consumenten is het echter soms nog moeilijk om een vertrouwde naam zoals ‘Nicola’ in te wisselen voor een ‘extra vastkokende’ aardappel, terwijl er nochtans nauwelijks verschil is. We proberen hier vanuit Aldi op in te spelen door de nieuwe varieteiten een prominentere plaats te geven in ons winkelbeeld.” (MW)
1 Wat zijn de belangrijkste kenmerken van de nieuwe PET-technologie en waarin onderscheidt deze zich?
‘De PET-technologie bevat drie belangrijke verbeteringen op het gebied van ethyleenbeheer: ethyleen met een ultra lage dosis en een geavanceerde sensor, inclusief een algoritmisch gestuurd doseersysteem dat zorgt voor een nauwkeurige ethyleentoepassing, bescherming van de bakkleur van de aardappelen en vermindering van het ethanolverbruik. Het onderscheidt zich door de voorzichtige behandeling van aardappelen, waardoor hun kwaliteit behouden blijft.’
2 Wat motiveerde de ontwikkeling van PET-technologie voor kiemremming?
‘De ontwikkeling van de PET-technologie kwam op gang door de behoefte aan een efficiënte, nauwkeurige, milieuvriendelijke, flexibele en kosteneffectieve oplossing voor kiemremming, vooral na het verbod op CIPC. Het doel was om de industrie te voorzien van een betrouwbaar alternatief dat voldoet aan de moderne wettelijke normen, terwijl de hoge aardappelkwaliteit behouden blijft.’
3 Hoe worden aardappelen met PET-technologie voorzichtiger behandeld dan met traditionele methoden?
‘De PET-technologie, met zijn ultra-lage doseringssysteem waarop patent is aangevraagd, levert geprogrammeerde ultra lage doses ethyleen. Deze aanpak minimaliseert de ademhaling en vermindert de stress in de aardappelen, waardoor hun natuurlijke kwaliteit behouden blijft en gewichtsverlies wordt tegengegaan. Door gebruik te maken van meer nauwkeurige dosering worden de aardappelen voorzichtiger behandeld dan bij traditionele methoden, waarbij vaak hogere doseringen worden gebruikt die meer stress
en schade aan de knollen kunnen veroorzaken.’
4 Hoe verbetert de software de nauwkeurigheid van ethyleentoepassingen in PET?
‘De gepatenteerde software in de PET-technologie maakt gebruik van geavanceerde algoritmes om nauwkeurig de optimale ethyleenniveaus in bewaaromgevingen te regelen en te handhaven. Dit zorgt ervoor dat ethyleen consistent en nauwkeurig wordt toegepast, wat leidt tot effectieve kiemremming en een consistente aardappelkwaliteit. De precisie van de software helpt het delicate evenwicht te bewaren dat nodig is voor optimale bewaaromstandigheden.’
5 Hoe verbeteren de nieuwe sensoren de betrouwbaarheid en nauwkeurigheid van ethyleenmetingen?
‘De nieuwe sensoren in PET-technologie zorgen voor zeer nauwkeurige en continue ethyleenmetingen. Ze zijn ontworpen om andere moleculen uit te filteren, zodat de ethyleenniveaus nauwkeurig en betrouwbaar worden gemeten. Deze verbeterde nauwkeurigheid en reactiesnelheid maken een betere controle van de ethyleentoepassing mogelijk, wat leidt tot consistentere resultaten en een betere aardappelkwaliteit.’
6 Hoe vermindert de PET-technologie de impact op bakkleur en het ethanol verbruik?
‘De PET-technologie behoudt de natuurlijke bakkleur van de friet door het ethyleenniveau nauwkeuriger te regelen waardoor de omzetting van zetmeel in reducerende suikers, die de bakkleur van de friet negatief kunnen beïnvloeden, wordt voorkomen. Bovendien vermindert het efficiënte en geavanceerde doseersysteem het ethanolverbruik, waardoor het bewaarproces kosten effectiever en mi-
lieuvriendelijker wordt. Dit dubbele voordeel van behoud van bakkleur en lagere operationele kosten onderscheidt de PET-technologie.’
7 Welke voordelen op lange termijn voorziet uvoor de aardappelindustrie met PET?
‘Langetermijnvoordelen van PET-technologie voor de aardappelindustrie zijn onder andere een verbeterde aardappelkwaliteit, lagere operationele kosten, verbeterde duurzaamheid en flexibiliteit in opslagbeheer. Het feit dat de technologie voldoet aan de wettelijke normen positioneert de industrie ook voor toekomstig succes en zorgt ervoor dat de aardappelbewaring milieuvriendelijk en economisch levensvatbaar zijn. Het aanpassingsvermogen van de PET-technologie aan verschillende bewaaromstandigheden maakt het een robuuste oplossing voor de toekomst.’
8 Hoe kunnen klanten het komende opslagseizoen gebruikmaken van de nieuwe technologie?
‘Klanten kunnen de PET-technologie eenvoudig implementeren met hun bestaande opslagsystemen. De geautomatiseerde controle- en bewakingsfuncties van de technologie zorgen voor een naadloze integratie zonder dat er grote aanpassingen nodig zijn. Door gebruik te maken van PET-technologie kunnen klanten hun bewaaromstandigheden voor aardappelen optimaliseren, de kiemremming verbeteren en gedurende het hele bewaarseizoen aardappelen van hoge kwaliteit bewaren.’
9 Hoe gaat u klanten ondersteunen bij het invoeren van PET-technologie voor het seizoen 2024/2025?
‘We zullen klanten ondersteunen met uitgebreide online en on-farm trainingsprogramma’s, zodat ze goed zijn uitgerust om de PET-technologie effectief te gebruiken. Controle op afstand via cloud-verbindingen zal beschikbaar zijn voor een aantal pilots om real-time ondersteuning en aanpassingen te bieden. Daarnaast staan speciale klantenserviceteams klaar om te helpen bij eventuele problemen, zodat de technologie soepel wordt geïmplementeerd en gebruikt.’
10 Op welke toekomstige ontwikkelingen richt Restrain zich na PET?
‘Restrain streeft naar voortdurende innovatie op het gebied van ethyleenbeheer. Toekomstige ontwikkelingen zijn onder andere de ontwikkeling van stand-alone sensoren, de introductie van nieuwe cloud-gebaseerde commerciële modellen en de uitbreiding van monitoringsdiensten om de communicatie met en ondersteuning van klanten te verbeteren. Deze innovaties zijn bedoeld om de groei op grote schaal te stimuleren en de effectiviteit en efficiëntie van bewaaroplossingen verder te verbeteren.’
“De kwaliteit van de Hollandse aardappelen
“Onlangs zag ik een kar gerooide aardappelen rijden terwijl in de tegengestelde richting een kar met pootgoed reed, die nog geplant moest worden,” zegt Ab Nieuwkerk die als derde generatie aan het roer van de gelijknamige groothandel in aardappelen staat, half juli. Hij wil er maar mee aangeven dat de aardappelteelt momenteel extreme tijden doormaakt.
Toch is hij niet pessimistisch. “De natuur is zo veerkrachtig en de uiteindelijke oogst is van veel factoren
afhankelijk. Als het deze zomer redelijk op temperatuur blijft en vochtig, dan kan het gewas nog flink groeien. Maar als het
heel warm wordt, dan zou de groei, net als vorig jaar, stil kunnen vallen.”
GOED EN GEZOND MATERIAAL EXPORTEREN
Met spanning wacht Ab dan ook op de nieuwe oogst, die vanaf half augustus wordt verwacht. “De export ligt nu al even stil, omdat er minder vrije aardappelen beschikbaar waren en de prijs te hoog was. De exportbestemmingen konden niet mee. Zodra de aardappelen van de nieuwe oogst goed huidvast zijn, kan de export weer van start gaan.” Daarbij legt Ab de focus op kwaliteit en niet op zo snel mogelijk uitleveren. “Wij zijn meestal niet de laatste die nog aardappelen exporteert of de eerste die start. Want het brengt ook altijd weer risico’s met zich mee. Je moet alleen goed en gezond materiaal exporteren, anders loop je tegen problemen aan.”
Het beschikbare volume blijft voor Ab half juli nog een groot vraagteken. Hij exporteert veelal de bovenmaat pootgoed, waarvan hij constateert dat het aanbod vorig jaar afnam. “Door krapte in het aanbod van pootgoed, is de maat aangepast en wordt ook grover pootgoed gebruikt om te planten. Dat betekent dat de bovenmaat, normaal > 55 mm, nu verschoven is naar > 60 mm of zelfs < 70mm. Dus de aanvoer werd minder. Hoe dat in het nieuwe seizoen zal zijn, is half juli lastig te voorspellen. Veel hangt af van de teeltregio en hoeveel wateroverlast daar is geweest en het resterende groeiseizoen.”
Nieuwkerk Aardappelhandel exporteert voornamelijk naar Oost-Europa met Roemenië als voornaamste bestemming. Ab ziet dat die markt groeiend is, maar -door stijgende prijzen als het volume tegen zou vallen - mogelijk onder druk komt te staan. “In Oost-Europa zijn ze wel de kwaliteit van Hollandse aardappelen gewend, dat is onze pre. Maar de prijs is nummer twee. Als die Europees gezien stijgt, blijft er wel vraag. Maar als de prijzen alleen in Nederland stijgen, wijken de exportbestemming uit naar andere leve-
Nieuwkerk Aardappelhandel deed onlangs investeringen om onder meer de verwerkingscapaciteit omhoog te brengen
ranciers in Frankrijk, Duitsland of Polen, wat vaak ook nog dichterbij is.”
Het is de reden dat Nieuwkerk Aardappelhandel investeringen doet om de kwaliteit van de aardappelen omhoog te brengen. Zo is er onlangs een nieuwe
teit. Met de nieuwe investeringen kunnen we met dezelfde mensen een grotere verwerkingscapaciteit bereiken en kunnen we constanter werken waardoor de kwaliteit gewaarborgd blijft.”
GROEI IS MOGELIJK
inpaklijn geïnstalleerd met een Manter weeginstallatie en in de loshal een optische sorteerder van Downs. Binnenkort komt er nog een nieuwe Verbruggen palletiseerder, geeft Ab aan. “Het formaat van de aardappelzak wordt steeds kleiner en dan val je terug in je inpakcapaci-
Ondanks onzekerheden rondom prijs en volume, sluit Ab groei van de aardappelexport richting het Oosten van Europa niet uit. “Er zijn diverse afzetkanalen binnen die landen en met een goed product is daar groei mogelijk. Je moet wel altijd kunnen beleveren en dat is op het einde van het seizoen wel eens lastig. Als de Nederlandse aardappelen eerder op zijn, dan moet je ze verder weg gaan halen uit bijvoorbeeld België, Frankrijk of Schotland om toch te kunnen beleveren. Dat is weer prijsverhogend.” (MW)
info@nieuwkerk.nl
Sinds 1932
Noord-Brabant! Kom en beleef de aardappel Demo Dag op 21-08-2024 van 17:00 - 21:00 uur
Adres: Appelaarsedijk 10 | Fijnaart
“Pootgoedmarkt
“Het is mijn inschatting dat er minder volume aan pootaardappelen beschikbaar zal zijn dit seizoen,” zegt Gerard Backx, CEO van Royal HZPC Group – dat zich internationaal bezighoudt met aardappelveredeling, pootgoedhandel en productconceptontwikkeling – half juli. “Op veel plekken is het knolaantal redelijk tot goed en daar waar de omstandigheden niet extreem geweest zijn, groeit de aardappel elke dag en ligt een goede oogst in de lijn der verwachting. Maar dat neemt niet weg dat door de natte weersomstandigheden er regionaal de nodige velden zijn met schade. Als het droog is, speelt dat meestal in het hele land, maar waterschade kan heel lokaal optreden. Er zijn gebieden waar we grote hoeveelheden hectares hebben verloren. Het pootgoed areaal liep al terug en in combinatie met de weersomstandigheden leidt dat tot een beperkter volume.”
Toch gaat Gerard er niet vanuit dat dit volgend jaar een lager consumptieaardappelareaal tot gevolg zal hebben. “Hoewel het pootgoedvolume het afgelopen seizoen ook wat beperkt was, is het
totale areaal consumptieaardappelen in Europa toch gestegen. De telers zijn dus creatief in het vinden van oplossingen.” Hij ziet dat telers bijvoorbeeld hun toevlucht nemen tot andere bronnen
zoals het gebruik van ‘farm saved seed’ –pootgoed uit eigen teelt; wat in sommige Europese landen zonder voorbehoud kan worden gebruikt en waarvoor in andere landen, waaronder Nederland, restricties gelden. Want zonder risico is het niet als telers bijvoorbeeld vier of vijf jaar achtereen ongekeurd farm saved seed gebruiken; naast een lagere opbrengst kan ook de ziektedruk daardoor mogelijk vervelende vormen aannemen. “En als dat alleen die teler betreft, is het geen probleem. Maar die ziektes kunnen ook nabijgelegen percelen infecteren,” geeft Gerard aan.
Gerard ziet dat er sprake is van disbalans in de pootgoedmarkt. “De fritesindustrie heeft in januari 2023 met een verhoging van de telersprijzen van 40 procent een disruptie veroorzaakt in de hele keten en het heeft een paar jaar nodig voordat er een nieuw evenwicht is ontstaan. De huidige weersomstandigheden zorgen
ervoor dat dit proces wat langer duurt.” Hoewel HZPC de (fritesaardappel)pootgoedteler compenseert met hogere prijzen, ziet het bedrijf een zekere omschakeling bij telers in zuidwest-Nederland, België en Frankrijk van de pootgoedteelt naar de fritesaardappelteelt vanwege het betere saldo, waardoor er krapte in het pootgoed ontstaat. Gerard noemt het een bedreiging, zowel voor de pootgoedteelt
“De fritesindustrie heeft in januari 2023 met een verhoging van de telersprijzen van 40 procent een disruptie veroorzaakt in de hele keten en het heeft een paar jaar nodig voordat er een nieuw evenwicht is ontstaan. De huidige weersomstandigheden zorgen ervoor dat dit proces wat langer duurt.”
Gerard Backx
als voor de industrieteelt – die immers ook niet zonder pootgoed kan – en merkt op dat HZPC maar beperkt kan manoeuvreren om de gevolgen hiervan op te vangen.
Onder dergelijke uitdagende omstandigheden ziet Gerard dat planning en overzicht rondom de pootgoedproductie van essentieel belang zijn. “Wij werken zowel
met een lange termijn – wat wil je over 5 jaar aan pootgoed hebben en wat moet je dan aan verschillende generaties telen –als met een kortetermijnplanning – wat is er geoogst en kan er worden uitgeleverd.” HZPC is bezig een nieuw ERP-systeem te implementeren en daar is ook deze lange- en kortetermijnplanning in opgenomen. “Deze nieuwe automatiseringstool geeft ons de mogelijkheid om een goed
7 & 8 November 2024 Royal HZPC Group Edisonweg 5 Joure
overzicht te hebben en snel te kunnen plannen op een Europese schaal. We kunnen snel zien wat het effect van bepaalde omstandigheden is op de volgende generaties pootgoed.”
Veel aandacht wordt er daarbij besteed aan de variabelen die voortdurend veranderen. “Alles staat of valt met de randvoorwaarden. De tool moet goed gevoed worden met data per ras en per regio.
We starten het planningsjaar met een meerjarig gemiddelde en als er zich in de loop van het groeiseizoen bijzonderheden aftekenen, kunnen data, zoals bijvoorbeeld het knolaantal of de opbrengst, worden aangepast en worden gebruikt in doorberekeningen. Daarmee is het systeem veel fijnmaziger geworden en daardoor sneller dan voorheen.”
HZPC is bezig met een transitietraject waarvan het nieuwe ERP-systeem de uit-
werking is, geeft Gerard aan. “We werkten met een computersysteem uit 2001 dat redelijk heeft gefunctioneerd, maar inmiddels niet meer door Oracle wordt ondersteund en door de wirwar aan uitbreidingen is het niet goed geïntegreerd. Daarnaast zijn de productstroom en de financiële stroom niet aan elkaar gekoppeld waardoor het systeem controle technisch zwak is en niet meer voldoende voor onze compliance aan regelgeving.”
Een aantal jaren geleden heeft HZPC al onderkend dat het ERP-systeem aan vernieuwing toe was. En een nieuw ERP-systeem introduceren, is zo simpel nog niet, merkt Gerard op. “Het maken van een automatiseringssysteem is niet het ingewikkeldste, maar vaak dwingt een computersysteem de processen af. Dat is ook waar een eerdere poging om een ERP-systeem te ontwikkelen op spaak liep.” Uiteindelijk heeft HZPC de interne processen onder de loep genomen en door te focussen op een uniforme inrichting van processen rondom bijvoorbeeld wetgeving of het bepalen van voorraad en kwaliteit binnen de hele Royal HZPC Group,
Veiligheid verhogen door training
Een ander aspect van automatisering – naast ERP ook bijvoorbeeld hardware en telefonie – is de veiligheid ervan. Een belangrijk aspect voor HZPC. Eens te meer na de cybercrime-aanval van vorig jaar. “We hadden ook vorig jaar een redelijk hoge mate van bescherming, maar een heel stuk ‘bad luck’ heeft ons op de feiten gedrukt, waardoor we nu nog meer aandacht hebben voor veilige werkwijzen.” Toch zijn risico’s nooit helemaal
een nieuwe manier van werken ontwikkeld. “Het feit dat je dan kiest voor andere processen dan dat je tot nu gedaan hebt, zodat de data op een andere manier benaderd kunnen worden, is eigenlijk de grootste hobbel waar je tegenaan loopt, want dat vraagt een andere manier van werken van de medewerkers.”
“Wij produceren in acht verschillende Europese landen en de pootgoedstromen uit die productielanden lopen door heel Europa. Dan is bijvoorbeeld het regelen van btw een heel ingewikkelde zaak en daar heb je een ERP-systeem voor nodig.”
Toen duidelijk was wat HZPC van het systeem verlangde, is pas gekeken naar welk systeem het meest passend zou zijn. Voor het leveren van het ERP-systeem kwam FoodQloud – dat actief is in het ontwikkelen van ERP-systemen voor voedselproducenten en -handelaren – in beeld.
“We wilden graag werken met een flexibele, gespecialiseerde partij met een goed begrip van de processen in de agro-foodsector, want die zijn ingewikkeld ten opzichte van andere sectoren.”
OPTIMALE INRICHTING VAN STANDAARD SYSTEEM
Dat de processen in de agro-food sector ingewikkeld kunnen zijn, beaamt
uit te sluiten, geeft Gerard aan. “Een absolute bescherming is onmogelijk, omdat je dan bijvoorbeeld alleen met vaste telefoons kan werken en ook thuiswerken zou dan niet meer tot de mogelijkheden behoren. Dat betekent dat je moet accepteren dat je je bedrijf niet kunt afsluiten van de buitenwereld. Wat wel heel belangrijk is en waar we veel aandacht aan besteden is het trainen van het personeel in het herkennen van ver-
keerde mails en berichten. Als medewerkers de verplichte trainingen missen, wordt automatisch de computer afgesloten. Hoewel we voor de werkbaarheid niet tot het uiterste kunnen gaan, kunnen we met de aanscherping van een aantal processen, wel een hoge mate van bescherming bereiken.”
HZPC verwacht een lagere pootgoedopbrengst als gevolg van de natte weersomstandigheden
ook Anton Goosen, Partner en CFO van FoodQloud. Hij geeft aan dat voor veel HZPC-processen een optimale inrichting van het standaard ERP-systeem NetSuite mogelijk is, maar dat sommige unieke processen om maatwerk vragen. Als voorbeeld noemt Anton de aardappelpool.
Groothandel in poot- en consumptieaardappelen
“Daarbij worden aardappelen in verschillende kwaliteitsklassen ingedeeld en van daaruit wereldwijd verhandeld. Dat is een bepaalde systematiek die niet erg bekend is bij standaard ERP-systemen en voor dat onderdeel hebben onze experts een maatwerk configuratie gebouwd.”
Desondanks is het grootste deel van het systeem gebaseerd op standaard NetSuite. “Waar nodig passen we maatwerk toe om de unieke processen van HZPC te ondersteunen. Deze aanpak heeft gere-
sulteerd in een gebalanceerd systeem dat volledig aan de specifieke behoeften van HZPC voldoet, zonder de hoge kosten en onderhoudsuitdagingen van een volledig op maat gemaakt systeem.”
Momenteel is het ERP-systeem bij de HZPC-vestigingen in centraal Europa geïmplementeerd, laat Gerard weten. “Het zal nog twee jaar duren voordat het systeem over de gehele Royal HZPC Group is uitgerold. Met de volledige implementatie verwachten we veel minder tijd kwijt te zijn aan interne processen waardoor er effectiever gewerkt kan worden en er arbeid bespaard kan worden. We zullen dan ook een beter en accurater inzicht hebben in de winstgevendheid per perceel, ras of teler.” Het is overigens niet HZPC’s insteek om het personeelsbestand te laten krimpen. “Functies zullen veranderen en dat zal wat verloop in de organisatie geven, maar niemand hoeft zijn baan te verliezen. De bedoeling is om de tijd die vrij komt te besteden aan klanten en telers. Daar moet onze winst vandaan komen.” (MW)
Gerard.Backx@hzpc.com agoosen@foodqloud.com
Fabrikant van Stenen/kluitenscheiders, vellenbakken, trommelwassers en lappendrogers.
Groot assortiment professionele artikelen uit ons centraal magazijn.
Op voorraad al uw Botman en Demco machineonderdelen.
Het gros (73,1%) van de aardappelen die in 2020 in de EU werden geoogst kwamen uit slechts vijf lidstaten: België, Duitsland, Frankrijk, Nederland en Polen.
De aardappelen werden in de EU-27 op 1,7 miljoen hectare geteeld. Dit komt overeen met 1,7% van de landbouwgrond.
In Nederland vertegenwoordigde het aardappelareaal in 2020 maar liefst 16,3% van de landbouwgrond, in België 11,3% en in Malta 7,5%.
Samen waren die vijf landen goed voor 66,8% van het totale areaal. Polen had een aandeel van 21,6%, Duitsland van 16,5%, Frankrijk van 12,9%,
Nederland van 9,9% en België van 5,9%. Ook Roemenië had met een aandeel van 10,0% heel wat aardappelvelden liggen. Het areaal is tussen 2000 en 2020 bijna gehalveerd.
Een bijzonder sterke daling deed zich voor in Polen (-71,3%) en in Roemenië (-41,4%). Er zijn echter ook enkele stijgingen op te tekenen (zie figuur 1): Frankrijk (vooral sinds 2015), België (vooral sinds 2009) en Denemarken (ook sinds 2015).Er werden 55,3 miljoen ton aardappelen geoogst in de EU in 2020, ongeveer een kwart (-27,4%) minder dan in 2000. Duitsland was de grootste producent met 11,7 miljoen ton (21,2% van het EU-totaal), gevolgd door Polen (16,4%), Frankrijk (15,7%) en Nederland (12,7%).
SPONSOREN:
Stand Bedrijfsnaam Website
118 Aardappelwereld Magazine www.aardappelwereld.nl
1 ABN AMRO Bank NV www.abnamro.nl
68 AGB Bouw www.agbbouw.nl
25 AGF.nl / Primeur ww.agf.nl
52 Agri Poppe www.agripoppe.com
82 Agrico www.agrico.nl
35 Agrifirm nwe BV www.agrifirm.nl
65 Agrio / Akkerwijzer www.akkerwijzer.nl
2 AgriVer B.A. www.agriver.com
41 Allround Vegetable Processing www.allroundvp.com
50 Alzchem Group www.alzchem.com
66 Aviko www.avikopotato.nl
103 AVR nv www.avr.be
90 BASF Nederland www.agro.basf.nl
32 Bayer CropScience SA-NV www.agro.bayer.nl
106 Beco Group www.beco-groups.com
72 Beeleap www.beeleap.com
12 Boerenbusiness www.boerenbusiness.nl
71 Bouwbedrijf Jos Vrolijk www.josvrolijk.nl
56 Broson www.broson.nl
33 Bunt Montage www.buntmontage.nl
9 CêlaVíta Foods www.celavita.nl
22 CertisBelchim www.certisbelchim.nl
57 Comgoed www.comgoed.nl
80 Corteva Agriscience Netherlands www.corteva.nl
114 CropX www.dacom.nl
58 Cuelenaere Agricultural Equipment B.V. www.boerderijmachines.nl
86 CZAV www.czav.nl
112 Delphy www.delphy.nl
102 Den Boer Agri www.denboeragri.nl 107 Dewulf www.dewulfgroup.com
109 Dick Klok Mechanisatie www.dickklok.nl
40 Equans Refrigeration www.koudetechniek.nl 16 Europlant Aardappel www.europlant.nl
Evers Agro www.eversagro.nl 23 Farm Frites International www.FarmFrites.com 115 Farm Trans www.farmtrans.com 63 Farm24 www.farm24.io
Farmers Funding www.farmersfunding.nl
Filius Machines www.filiusmachines.nl
Flikweert Vision Technologies www.flikweertvision.nl
Flynth adviseurs en accountants www.flynth.nl
Gebr. Weststrate BV www.gebrweststrate.nl
GreenA www.greena.nl
Grimme NL BV www.grimme.com
Hamoen LMB www.hamoen-tractoren.nl
Hanse BV www.hansegroep.nl
HarvestEye Ltd. www.harvesteye.com
HLB B.V. www.hlbbv.nl 5 HZPC www.hzpc.com 81 ICL Europe www.icl-growingsolutions.com
Imants B.V. www.imants.com 89 Interpolis www.interpolis.nl 20 Interseed Holland B.V. www.interseed.nl 27 Jongejans Luchttechniek www.jongejansluchttechniek.nl 76 Joppe-Voorkiemsysteem www.voorkiemen.nl 51 K+S Minerals and Agriculture GmbH www.ks-benelux.com
nvt Kelp Products International (PTY) LTD www.kelpak.com
69 Kleinjans Aardappelhandel BV www.kleinjansaardappelhandel.nl
92 Koeckhoven.net B.V. www.koeckhoven.net
85 KomOnkruid
104 Kraakman www.kraakman.com
97 Lemken www.lemken.com
79 LTO Akkerbouw www.lto.nl
8 Machinefabriek D.T. Dijkstra B.V. www.dtdijkstra.nl
10 McCain Foods Holland B.V. www.mccain.com
117 Mechatec BV www.mechatec.nl
59 Middendorp Montage www.middendorpmontage.nl
75 Mijno van Dijk Mechanisatie www.mijnovandijk.nl
13 Mooij Agro www.mooij-agro.com
21 Naus Agriboxes BV www.nausagriboxes.com
60 Necap B.V. www.necap.nl
87 Nedato www.nedato.com
74 Netafim Netherlands www.netafim.nl
96 Nufarm www.nufarm.com
6 Omnivent www.omnivent.com
64 Overwater Rentmeesterkantoor BV www.ovtr.nl
101 P. de Heus & Zonen Greup BV www.heustractors.com
17 PlantoSys Nederland b.v. www.plantosys.nl
61 Profile DBS www.profile-dbs.nl
43 Q-potato Holland BV www.qpotato.com
45 Rabobank www.rabobank.nl
99 Reesink Agri www.reesinkagri.com
7 Reijngoudt Rentmeesters www.r-rentmeesters.nl
36 Restrain Company Ltd www.restrain.io
73 RMA-Techniek www.rma-techniek.nl
113 Rovensa Next www.rovensanext.nl
Sarco Packaging www.sarcopackaging.com
Schaap Holland www.schaapholland.com
Seerden Kisten www.seerden.nl
Select Potato www.selectpotato.nl
Service2potato www.service2potato.com
www.smartgrader.com
Soiltech www.soiltech.nl
Holland www.solanaholland.nl
www.stet-potato.com
Syngenta Crop Protection www.syngenta.com
Ten Brinke Potato plus www.tenbrinkebv.nl
Tolsma-Grisnich www.tolsmagrisnich.com
Topteam Agrarische Verzekeringen www.topteam.nl
TTW-Systeem www.ttw.nl
De Ambarella komt van nature voor in Polynesië en Melanesië, de eilandengroepen ten noordoosten van Australië. Tegenwoordig is de vrucht te vinden tussen de 30e breedtegraad noord en 30e breedtegraad zuid, met name in Zuid-Amerika en Zuidoost-Azië waar de Ambarella veel wordt aangeplant.
De Ambarella is een steenvrucht die voor het eerst werd beschreven in 1782, toen deze vanuit Tahiti naar Jamaica werd gebracht door Captain Bligh, bekend van de Bounty. De hangende, eivormige steenvruchten zijn 3,5-7 × 5-9 cm groot. Onrijp is de schil groen, glad tot licht wrattig, mat en ongeveer 2,5 mm dik. Eetrijp is de schil goudgeel. Het vruchtvlees van jonge vruchten is wit tot geelgroen, stevig, sappig en zoetzuur van smaak, terwijl eetrijp vruchtvlees goudgeel, zacht en zoet is. De vrucht bevat één grote pit met harde schil, voorzien van meer dan 1 cm lange, gekromde en gedeeltelijk vertakte stekels.
Ambarella-bomen kunnen tot 20 meter hoog worden en worden vaak als erfboom aangeplant. Jonge bladeren zijn aantrek-
NL: Ambarella – CythereKedondong
ENG: Ambarella – Hogplum
DE: Goudpflaume – Tahitiapfel
FR: Pomme de cythère
ES: Ambarella – Jobo indio
IT: Ambarella
SUR: Pommisitair
INDO: Kedondong
kelijk zuur en worden rauw gegeten in Zuidoost-Azië, gestoomd met gezouten vis en rijst in Indonesië, of gebruikt als smaakmaker in verschillende gerechten. Onrijpe vruchten worden verwerkt tot zoetzure curry’s, terwijl rijpe vruchten vers gegeten kunnen worden. Het vruchtvlees is ook geschikt voor jam, chutney, sauzen, soepen, stoofschotels en sappen.
In sommige streken heeft de Ambarella een matige reputatie door de vergelijking met de mango en de herhaling van zijn vermeende inferieure kwaliteit in de literatuur. Echter, geoogst op het juiste moment, als het vruchtvlees nog stevig is, levert het een heerlijk sap voor koude dranken. Knapperig gesneden vruchtvlees kan worden gestoofd met water en suiker en vervolgens gezeefd tot een smakelijk product, vergelijkbaar met appelmoes, maar met een rijkere smaak. Onrijpe vruchten kunnen worden omgezet in gelei, chutney, of gebruikt om sauzen, soepen en stoofschotels op smaak te brengen. Het vruchtvlees zonder pit kan zowel gedroogd als diepgevroren worden.
In Brazilië wordt van het sap een vruchtenwijn gemaakt, bekend als ‘Vinho de Taperiba’. De schil bevat een hoog percentage pectine en wordt gebruikt in de conservenindustrie. Er is jaarrond aanvoer mogelijk vanuit onder andere Vietnam, Indonesië, Somalië, India, Hawaii, Tahiti en Florida. Import komt ook uit Suriname, waar de vrucht bekend is als Pommisitair en wordt gekweekt op laagstambomen tot 5 meter hoog.
Plukrijpe vruchten zijn 2 tot 3 weken te bewaren bij een temperatuur van 6 tot 8°C en een relatieve vochtigheid van 85%. Narijpen gebeurt bij 20°C; onder de 5°C ontstaat lage temperatuurbederf (LTB).
Voedingswaarde per 100 gram vers product:
© Dick Pijpers www.allesovergroentenenfruit.nl
Wanneer iemand lang in dienst is bij dezelfde werkgever, mag deze persoon tot de inventaris van het bedrijf gerekend worden. Deze maand is het Chris Koopman, sinds april 1999 in dienst bij Burg Machinery.
Zijn ervaring bij Champi-Mer, met de verwerking van champignons in emmers en diepvriesproducten met machines van Burg, legde de basis voor een carrière vol technische uitdagingen, internationale projecten en langdurige relaties bij Burg Machinery, waar Chris Koopman op 12 april 1999 in dienst trad. Als buitendienstmonteur reisde Chris veelvuldig en vaak wekenlang. Zo kent hij vele bedrijven in de AGF-branche van binnenuit. Niet alleen de machines boeien hem, maar ook de ondernemers, die hij soms al 25 jaar kent. De Terp Squashpackers noemt hij speciaal: “Eigenaar Jeroen Robbers is een echte pionier. Hij heeft de biologische pompoenteelt in Nederland vanuit het niets op de kaart gezet en ook geholpen verwerkingsmachines te ontwikkelen. Maar hij is niet alleen bedrijfsmatig goed, hij heeft ook een groot hart voor mensen en heeft veel mensen met afstand tot de arbeidsmarkt op zijn bedrijf begeleid. Bewonderenswaardig is ook de manier waarop ze na de verwoestende brand in 2022 hun bedrijf weer opbouwden.”
TALLOZE ANEKDOTES
Chris heeft zijn carrière lang genoten van de variatie en de verschillende werkomgevingen, met name in de verwerking van uien, aardappelen, paprika’s, pompoenen, broccoli, appelen, peren, zoete aardappels, en zelfs in de tulpen. Sommige bedrijven startten vestigingen in het buitenland en ook buitenlandse bedrijven vonden Burg Machinery als leverancier. Chris kan talloze anekdotes vertellen over projecten. “Ik heb altijd leuk en afwisselend werk gedaan en als de tijd ervoor was, ook genoten van mooie en prachtige streken in diverse landen,” zegt hij. Een memorabel avontuur beleefde hij in Noorwegen, waar hij bij padvinders overnachtte en ramen moest verduisteren omdat de zon niet onderging. In Denemarken bereidde hij zich voor om de nacht in de auto door te brengen. “De
klant bleek Burgmachines te hebben overgenomen en was ons daarom nog niet bekend. Het bedrijf lag op een eiland en daar waren geen hotels, dus nam ik mijn slaapzak mee. Gelukkig was er toch een B&B op het eiland. Ik kwam ook vaak in Altes Land, de Betuwe van Noord-Duitsland. Daar is een schnitzelbar met 200 soorten schnitzels, dus keuze genoeg,” lacht Chris. “Natuurlijk is er soms stress. Dan kom je bijvoorbeeld bij een sorteerbedrijf waar 60 tot 70 mensen wachten op het oplossen van een storing die ze hebben gemeld. Daar kan ik gelukkig redelijk goed mee omgaan.”
VOORUITGANG
aan een klant in Nijmegen, waar ik al 25 jaar kom. Het is een heel gezond bedrijf, maar vanwege de vele uitdagingen, ook in het werven van personeel, overwegen ze te gaan stoppen.”
Technologische vooruitgang heeft zijn werk aanzienlijk veranderd; alle machines zijn nu uitgerust met modems voor remote monitoring en aanpassing. Dit betekent minder reizen en avontuur, maar het werk is een stuk efficiënter geworden, wat een uitkomst was in coronatijd. “Via videobellen en camera’s konden we samen machines monteren en opbouwen,” vertelt Chris. Steeds strengere regelgeving maakt het werk er echter niet makkelijker op. “Vroeger kon je gewoon binnenlopen, tegenwoordig willen ze dat je je registreert en moet je eerst allerlei vragenlijsten en protocollen afwerken. Afhankelijk van de plek zijn vervolgens mondkapjes, haarnetjes en soms zelfs handschoenen verplicht voordat je aan het werk kunt.” Deze ontwikkelingen hebben invloed op de bedrijfsvoering en brengen sommige bedrijven ertoe te overwegen hun activiteiten te staken. “Recentelijk heb ik een bezoek gebracht
Hoewel hij met pensioen mag, wil Chris dit jaar in elk geval nog volmaken en misschien nog wel langer doorgaan. Hij waardeert de prettige werksfeer en prijst de goede relatie met directieleden en collega’s. “We moeten het samen doen. Het is heel fijn dat ik in zo’n mooi en innovatief bedrijf mag werken dat zulke geweldige machines maakt, soms zelfs te goed. Er zijn machines die al ruim 30 jaar meegaan,” aldus Chris.
Tijdens zijn reizen heeft Chris meer dan 250 visitekaartjes verzameld, met de intentie deze bedrijven opnieuw te bezoeken. Liever nog blijft hij nog even meedraaien bij Burg. “Ik heb gezegd dat ik al deze relaties nog een keer kom opzoeken als ik met pensioen ben, maar wellicht gaat dat niet meer gebeuren.” (ML)
wkoopman@solcon.nl
IT’S_BIO (acroniem voor “It’s good healthy and natural_BIO FRUIT&VEG”) is een Europees project gericht op het bevorderen van biologische productiemethoden in de groente- en fruitsector van Italië, België en Griekenland. Het project benadrukt de voordelen op het gebied van productgezondheid, milieuduurzaamheid en naleving van de EU-regels op het gebied van biologische teelt. GRUPPO VI.VA., een samenwerkingsverband van 12 producentenorganisaties verspreid over bijna alle Italiaanse regio’s, beheert het project op een totaal van ongeveer 23.000 hectare landbouwgrond, waarvan 15.000 hectare voor fruitteelt en iets meer dan 8.000 hectare voor groenteteelt.
Thuis naar de schoolbanken
Cousera maakt een leven lang leren via een app toegankelijk. Het platform ondersteunt de ontwikkeling van zowel technische als ‘zachte’ vaardigheden en bevat 5800 online cursussen en trainingsprogramma’s van hoge scholen en universiteiten wereldwijd. Er is zowel een gratis lidmaatschap voor individuen als een betaald abonnement voor bedrijven met op maat gemaakte leerpaden. Bedrijven van alle groottes kunnen profiteren van de schaalbaarheid en flexibiliteit van het platform, waardoor medewerkers in hun eigen tempo en overal kunnen leren.
Atlas
Spotzi is een Atlasapp met themakaarten van over de hele wereld, denk aan bijvoorbeeld het inkomen van de bevolking, percentage landbouwgrond en de verdeling van religies. Deze data zijn in te zetten voor geomarketing. Spotzi helpt bij het profileren van bewoners en bezoekers van specifieke gebieden en kan inzicht geven in huidige en toekomstige klanten. Met Mapping-, Profilingen Targeting-plannen kunnen grote datasets worden omgezet in inzichten.
E-mail gemoderniseerd
“E-mail is drie decennia oud en er is sindsdien niet veel veranderd. Hoewel andere technologieën sindsdien veel zijn geëvolueerd, moet de moderne e-mail nog worden gecreëerd,” aldus de makers van Newton. De e-mail-app belooft futuristische functies voor moderne zakelijke communicatie. Je kunt er diverse e-mailaccounts toevoegen die een universele inbox krijgen. Onderscheidend is de zoekfunctie, waarmee je in een keer alle mailboxen kunt doorzoeken.
Dankzij slimme sloten kun je de toegang tot je huis regelen en ben je af van de huissleutel: je telefoon fungeert als sleutel, je kunt gasten tijdelijk toegang verlenen en je kunt het integreren met smart home-systemen als je die hebt. Hier zijn drie slimme sloten, maar pas natuurlijk wel op voor hackers.
Nuki is een slim slot dat je aan de binnenkant van je deur monteert. Het is eigenlijk een soort motortje dat de deursleutel voor jou omdraait. Zelf ga je dus zonder sleutel op pad, en open je je deur met je telefoon. Dat kan door de app te openen, maar je kan ook Auto Unlock instellen. Dan springt de deur vanzelf open zodra je die nadert. En trek je hem achter je dicht als je gaat, dan draait Nuki de deur op slot. Ook kan je anderen makkelijk toegang geven tot Nuki. Zij kunnen de deur dan openen, ook als je zelf niet thuis bent. Je kan bijvoorbeeld elke dinsdag tussen 12 en 14 uur toegang geven aan je schoonmaker.
Netatmo biedt een ander ontwerp zonder motortje, maar met een draaiknop aan de buitenkant. Dit slot maakt gebruik van slimme sleutels met een Secure Element en een versleutelde bluetooth-verbinding. De sleutels werken zoals traditionele sleutels, maar dan zonder tanden. Dit verlengt de levensduur van de batterijen aanzienlijk. Het slot werkt ook via je smartphone, en je kan ook anderen tijdelijk toegang geven. Maar de sleutel is de primaire methode om het slot te openen, met je telefoon eerder als backup. Zo heb je alle voordelen van een slim slot, zonder er constant bij stil te staan dat je met een slim slot te maken hebt.
Wist je dat een ananas eigenlijk uit heel veel vruchten bestaat? Een ananas ontstaat door veel kleine bloemen die samensmelten en bestaat uit andere delen van de plant. Binnenin zit een dikke, vlezige, vezelige stengel waar de bloemen aan vastzitten. Het vruchtvlees bestaat uit meerdere samengegroeide bessen en delen van de schutbladen. Aan de buitenkant van de ananas zie je de kelkblaadjes, de bloemblaadjes, het bovenste deel van het zaadbeginsel en de bruine, vliezige toppen van de schutbladen.
Minder slimme schoenen
De zelfstrikkende
Nike schoenen, zoals de Nike Adapt Huarache en de Nike Mag, waren behoorlijk slim met hun geavanceerde technologie. Tot voor kort kon je deze schoenen zonder te bukken aantrekken en je veters strikken/aantrekken met je smartphone. Ze verliezen echter wat slimheid: per 1 augustus is Nike gestopt met de ontwikkeling van de bijbehorende app. Als je Nike Adapt schoenen hebt, kun je de app nog gebruiken als hij op je telefoon staat, maar deze kan verdwijnen tijdens een iPhoneupdate. Overzetten naar een nieuw toestel is ook niet mogelijk.
De schoenen blijven wel bruikbaar, je moet dan wel weer bukken om met behulp van de knopjes op de schoenen je veters te bedienen. Veters kun je aan- en uit blijven zetten en strakker en losser maken, ze onthouden ook nog één voorinstelling. De verlichting, die uitsluitend via de app werd bediend, zal echter niet meer werken.
Een slim slot met weer een andere insteek is Bold Smart Lock. Buiten bevindt zich een draaiknopje dat alleen werkt als je met je telefoon in de buurt bent. Als je voor de deur staat, dan kun je die gewoon opendraaien met de draaiknop aan de buitenkant. Probeert iemand anders dat, terwijl jij niet voor de deur staat, dan draait die knop gewoon dol. Dus wel de fysieke sensatie van deur ontgrendelen, maar dan zonder sleutel. Ook de toegang tot dit slot kan je delen, inclusief tijdsloten voor bijvoorbeeld de schoonmaker. Leuke extra van de Bold: de draai-pincode, voor als je telefoon leeg is. Dat is een veelgehoorde angst. Draai, alsof het een kluis is, de knop in een richting. Elke draai wordt als een cijfer geteld, en draai je de andere kant op, begin je aan het volgende cijfer. Zo kun je met wat draaiwerk toch nog je huis binnen, zelfs zonder of met een lege telefoon.
AGF-PRIMEUR bv
Stevinweg 2, 4691 SM Tholen
Tel +31 (0)166 - 69 82 00 info@agfprimeur.nl • www.agfprimeur.nl
Uitgever en hoofdredacteur: Pieter Boekhout
Redactie:
Marjet Lubbers-Bruijnse, Martine van der Wekken, Izak Heijboer, Thijmen Tiersma, Liesbeth Stikkelman, Jannick Flach, Peter De Craemer, Aurélie Pintat, Carolize Jansen
Illustrator: Sandor Paulus
Advertenties & abonnementen:
Andries Gunter, T. +31 (0)166 698232 - andries@agfprimeur.nl
Vormgeving:
Viola van den Hoven, Martijn van Nijnatten
Drukkerij:
Senefelder Misset, Doetinchem
Jaarabonnement
€ 79,95 in Nederland en België
€ 90,- in andere landen automatisch doorlopend tot schriftelijke opzegging tot 2 maanden voor de vervaldatum. Losse exemplaren € 7,50 ex. verzendkosten
Copyright Het is niet toegestaan om, zonder voorafgaande toestemming van AGF-Primeur, door AGF-Primeur gepubliceerde artikelen, onderzoeken of gedeelten daarvan over te nemen, te (doen) publiceren of anderszins openbaar te maken of te verveelvoudigen.
Privacy
AGF-Primeur legt uw klantgegevens vast voor de uitvoering van de (abonnements)overeenkomst, of wanneer u in het kader van dienstverlening contact heeft met AGF-Primeur. De gegevens worden tevens gebruikt om u te informeren over producten en diensten van AGF-Primeur en zorgvuldig geselecteerde derden.
Disclaimer
Alle (redactionele) informatie, waaronder begrepen adviezen, ideeën en meningen, is op zorgvuldige wijze en naar beste weten samengesteld. De inhoud en inkleding van advertenties is bepaald door of namens adverteerders en wordt door AGF-Primeur niet beoordeeld op de juistheid, volledigheid en rechtmatigheid daarvan. AGF-Primeur en auteurs zijn niet aansprakelijk voor schade in verband met gebruik van (redactionele) informatie en de inhoud en vormgeving van advertenties.
Ondanks de vele zorg die aan deze uitgave is besteed, kunnen er fouten voorkomen. Onze excuses hiervoor. Wij willen allen hartelijk danken die aan het tot stand komen van deze uitgave heeft meegewerkt. In het bijzonder danken wij God die kracht en wijsheid geeft. ... juli 1999 (Primeur • veertiende jaargang)
Ontdek de voordelen van een Urschel snijmachine
Als uw partner in productiviteit werkt Urschel met u samen om nieuwe snijtechnologie te delen en om rendabele oplossingen voor het precisie verkleinen te vinden die passen bij uw einddoelen. Elke machine is uitgevoerd in roestvrijstaal en gemaakt volgens de kwaliteisnormen van Urschel. Wij geven ondersteuning en service voor een lange levensduur van uw machine.
OPTIMALISEER UW PRODUCTIE MET DE NIEUWE
Microadjustable Snijkop
Bediening met 1 druk op de knop bespaart tijd en arbeidskosten. De machines zijn ontworpen voor een continue, ononderbroken productie tegen een zo hoog mogelijke capaciteit. Door verschillende soorten verwisselbare snijcomponenten, kunt u uw machine aanpassen en laten meegroeien met uw productielijn. Neem contact op met Urschel om te ontdekken hoe wij u kunnen helpen met uw ontwikkeling.
Met 14 Snijsegmenten (SL-14)
Voor het Model CC Slicer
Nr. 1 Best verkopende leverancier van industriële snijmachines ter wereld.
De wereldleider in Voedsel Snijtechnologie
Neem contact met ons op voor een gratis demonstratie met uw product.
B.V. | nl.urschel.com