RAI Amsterdam - Duurzaamheidsverslag 2010

Page 1

Amsterdam RAI Duurzaamheidsverslag 2010

NAAR BINNEN


Inhoud 1. Voorwoord

3

2. Mvo-ambitie en -beleid 4 Inleiding Ambitie MVO-thema’s Herbezinning en borging: interne MVO organisatie Duurzame dialoog met stakeholders

4 4 5 5 5

3. Mvo-prestaties 8 Energie en klimaat Mobiliteit Water Afval Medewerkers Ketenverantwoordelijkheid Maatschappelijke betrokkenheid Externe waardering voor onze MVO-prestaties

8 10 13 13 16 18 19 20

4. Amsterdam rai financieel 21 5. Profiel 22

Onze markt en diensten Onze structuur Corporate Governance

22 22 23

6. Over dit verslag 24

GRI TABEL

25

[2 ]


Voorwoord

Hoe maken we het verschil? Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen stond bij Amsterdam RAI in 2010 vooral in het teken van borging van haar MVO-­ activiteiten. Versteviging en verankering van onze brede MVO basis, zodat wij de komende jaren op een goede en gestruc­ tureerde manier onze ambitie voor 2013 waar kunnen maken. We hebben in 2008 een hoge ambitie ­neergelegd om binnen 5 jaar koploper te zijn op het gebied van duurzaamheid in de congres- en evenementenindustrie in Europa. Om deze ambitie kracht bij te zetten en MVO expliciet in onze bedrijfsvoering te borgen en te integreren hebben we MVO eind 2010 ook officieel

­ pgenomen in onze algemene bedrijfs­ o missie: ‘Amsterdam RAI behaalt duurzaam resultaat.’. Nu is het uitdaging om de vervolgstappen te bepalen en deze ook waar te maken. De weg zal vanaf nu minder makkelijk worden, maar des te uitdagender om het verschil te maken. Wij zijn trots op wat wij al bereikt hebben. Graag maken wij u in dit duurzaamheid­ verslag ook deelgenoot van wat we de komende jaren van plan zijn op het gebied van duurzaamheid bij Amsterdam RAI. Wellicht ziet u mij in Amsterdam fietsen op één van de vier leenfietsen die in 2010 beschikbaar zijn gesteld onder

[ 3 ] TERUG NAAR DE INHOUD

RAI-­medewerkers. Voor mij een ideale manier om mij door te stad te bewegen op weg naar zakelijke afspraken omdat je niet alleen meer van de stad ziet, maar het scheelt daarnaast ook tijd en geld. Het is goed voor de gezondheid en het draagt bij aan een beter milieu in Amsterdam. Ik bedoel maar: vier extra doelstellingen bereiken naast de milieudoelstelling, dat maakt het verschil! Met vriendelijke groet, Hans Bakker Voorzitter directie Amsterdam RAI

Amsterdam RAI Duurzaamheidsverslag


2 Mvo-ambitie en -beleid Inleiding

Ambitie

Als beurs - en congrescentrum en organi­ sator van eigen beurzen faciliteren wij de ontmoeting tussen mensen, merken, producten, ideeën, en ervaringen. Wij nemen onze beslissingen nooit op puur bedrijfseconomische gronden, maar wegen ook sociale en ecologische aspecten mee. Wij zorgen dat toegevoegde waarde wordt gecreëerd, niet alleen voor organisatoren, exposanten en bezoekers, maar ook voor ons personeel, het milieu en de omgeving.

Amsterdam RAI heeft dit uitgangspunt in 2008 vertaald naar de ambitie om in de congres- en evenementenindustrie binnen Europa koploper te zijn op het gebied van duurzaamheid. Dit willen we bereikt hebben in het jaar 2013. Op alle relevante aspecten willen wij minimaal zo duurzaam zijn als onze concurrenten en op een aantal punten lopen we graag voorop.

Deelname Global Compact van VN Het Global Compact van de Verenigde Naties is de grootste wereldwijd opererende netwerk­organisatie op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Het is dan ook logisch dat Amsterdam RAI zich bij de ruim 4000 bedrijven en overheids­instellingen heeft gevoegd die zich al aan het Global Compact hebben verbonden. Hiermee onderschrijft Amsterdam RAI de tien principes van het Global Compact.

TERUG NAAR DE INHOUD

MVO onderdeel van onze missie Om deze ambitie kracht bij te zetten en MVO expliciet in onze bedrijfsvoering te borgen en te integreren hebben we MVO eind 2010 ook officieel opgenomen in onze algemene bedrijfsmissie: ‘Amsterdam RAI behaalt duurzaam resultaat.’ is nu een officiële kernwaarde. In 2011 proberen wij deze kernwaarde te concretiseren en gaan

wij op zoek naar hoe wij dit meetbaar kunnen maken.

Ambitie bereiken Onze MVO-ambitie hebben wij vertaald in een concreet en werkbaar MVO-beleid. Hierbij hanteren wij drie beleidslijnen: ‘Binnen RAI’, ‘Rondom RAI’ en ‘Betrokken RAI’. In totaal hebben wij zeven relevante MVO-thema’s bepaald die elk vallen binnen een van de genoemde beleidslijnen. Wij hebben ervoor gekozen in 2008 en 2009 eerst de nadruk te leggen op ‘Binnen RAI’. Wij vinden dat je eerst intern de zaken op orde moet hebben voordat je het beleid daarbuiten kunt voortzetten. Sinds 2010 krijgt ‘Rondom RAI’ steeds meer aandacht. Hierbij gaat het vooral over activiteiten en plannen gericht op het verminderen van de milieu-impact als gevolg van mobiliteit (zie paragraaf mobiliteit).

Intentieverklaring

Binnen RAI

(eigen bedrijfsvoering en ketenmanagement)

[4 ]

Rondom RAI

(de relatie met de stad Amsterdam en de directe omgeving)

Betrokken RAI (sponsoring en stagetrajecten)


MVO-thema’s Amsterdam RAI richt zich op zeven hoofdthema’s die volgens ons de meest relevante duurzaamheidsaspecten voor Amsterdam RAI vertegenwoordigen. Voor deze thema’s hebben wij concrete doelstellingen geformuleerd. • • • • • • •

Energie en klimaat Mobiliteit Water Afval Medewerkers Ketenverantwoordelijkheid Maatschappelijke betrokkenheid

De keuze voor deze thema’s is gebaseerd op een analyse van de relevante issues in onze sector en op de belangen van onze stakeholders. Inhoudelijk sluiten we nauw aan op de systematiek van Earth Check. Earth Check wordt in onze industrie breed geaccepteerd als een van de belangrijkste standaarden op het gebied van duurzaamheid en kent een specifieke uitwerking voor beursgebouwen. Wij geloven dan ook dat dit een solide basis is voor onze eigen duurzaamheidsstrategie. Door deze gestandaardiseerde aanpak kunnen wij onszelf bovendien vergelijken met onze concurrenten en weten wij waar wij staan ten opzichte van onze koplopersambitie. In dit verslag (hoofdstuk 3) staan we stil bij de stand van zaken in 2010. Hoe ver zijn we in het bereiken van onze ambitie? Hoe gaan we de komende periode vol energie de benodigde vervolgstappen zetten?

Herbezinning en borging: interne MVO-organisatie MVO in 2010 stond bij Amsterdam RAI vooral in het teken van borging. De versteviging van onze MVO-basis zodat wij de komende jaren op een goede en gestructureerde manier onze ambitie voor 2013 waar kunnen maken. Een goede borging van MVO valt of staat met een directie die betrokken en gecommitteerd is aan het MVO-beleid. Bij Amsterdam RAI komt deze betrokkenheid tot uiting in drie belangrijke maatregelen voor de borging van MVO in de organisatie: • Een MVO-manager • Een organisatiebreed netwerk van MVO ambassadeurs • Verankering van MVO in de afdelingsdoelstellingen.

Een MVO-manager Eind 2010 hebben wij een MVO-manager aangesteld die zorgt voor de aanscherping en uitvoering van ons MVO-beleid. Zij houdt zicht op het uitvoeren van de activiteiten en monitort de doelstellingen. Verderop in dit verslag komt Marjolijn Krul zelf aan het woord over haar functie als MVO-manager.

Een organisatiebreed netwerk van MVOambassadeurs Door de hele organisatie heen is een netwerk van 22 MVO-ambassadeurs aan het werk om MVO ‘levend’ te houden op de werkvloer en ideeën aan te dragen voor

verdere verbeterslagen. Zij voeren het MVO beleid uit samen met het lijnmanagement. De MVO-ambassadeurs besteden regel­ matig aandacht aan MVO via het MVO-blog op intranet. Verderop in dit verslag komt Pim van Houten aan het woord over zijn functie als MVO-ambassadeur.

Verankering van MVO in afdelingsdoelstellingen Sinds 2009 zijn we gestart met het meenemen van MVO doelstellingen in de Business Balance Score Cards (BBSC). De BBSC is een overzicht van de doel­ stellingen die een afdeling zichzelf stelt en de resultaten waarop een afdeling wordt afgerekend. Door MVO prominent in deze doelstellingen mee te nemen wordt het onderwerp geborgd en onderdeel van de dagelijkse werkzaamheden. In 2010 zijn de BBSC’s voor 2011 bepaald. Voor iedere leidinggevende (sleutelfunctionaris) is MVO meegenomen. Het gaat in totaal om vijftig leidinggevenden die ieder een eigen MVO doelstelling hebben gekregen. MVO is dus niet langer vrijblijvend.

Verdere borging Momenteel oriënteren we ons op mogelijkheden voor verdere borging. We hebben als doel om in 2011 ons milieumanagement systeem op te zetten en te laten certificeren conform ISO 14001. Voor ons MVO-beleid kijken we momenteel onder andere naar de ontwikke­lingen rondom ISO 26000.

Duurzame dialoog met stakeholders Om op een succesvolle manier maatschappelijk verantwoord te ondernemen werken we niet alleen. Zowel intern als extern leveren onze stakeholders een belangrijke bijdrage. Onze belangrijkste stakeholders zijn klanten (bezoekers, exposanten, organisatoren), toeleveranciers, medewerkers, aandeelhouders, de hospitality sector en omwonenden. In de bedrijfsvoering proberen wij altijd te zoeken naar een goede balans tussen de verschillende belangen van onze stakeholders. Ook betrekken wij hen bij het invulling geven aan ons MVO-beleid. Het is voor ons van belang dat wij werken aan MVO-vraagstukken die ook voor hen relevant zijn.

[ 5 ] TERUG NAAR DE INHOUD

Amsterdam RAI Duurzaamheidsverslag


Wij werken stap voor stap aan een meer gestructureerde stakeholderdialoog gericht op ons MVO-beleid en de verantwoording die wij hier jaarlijks over afleggen in ons verslag. In 2011 organiseren wij een stakeholderconsultatie. In de tussentijd zitten wij uiteraard niet stil en spreken wij geregeld over MVO-vraagstukken met onze belangrijkste stakeholders. De belangrijkste onderwerpen die wij besproken hebben met onze stakeholders komen in dit verslag aan bod.

Aandeelhouder gemeente Amsterdam De gemeente Amsterdam is een van onze belangrijkste stakeholders. Enerzijds omdat zij mede-aandeelhouder is van Amsterdam RAI, maar daarnaast natuurlijk ook omdat Amsterdam RAI een belangrijk onderdeel is van de stad. De gemeente Amsterdam heeft aangegeven het belangrijk te vinden dat Amsterdam RAI aandacht heeft en rapporteert over de volgende MVOonderwerpen: • Economische situatie (zie paragraaf Financieel en ons algemene jaarverslag) • Beloningsbeleid (zie paragraaf Financieel en ons algemene jaarverslag) • CO2 uitstoot (zie paragraaf Energie en Klimaat en Mobiliteit) • Man-vrouw verhouding (zie paragraaf Personeel) • Duurzaam inkopen (zie paragraaf Ketenverantwoordelijkheid) • Arbeidsparticipatie (zie paragraaf Personeel) Amsterdam RAI heeft in 2010 in samen­ werking met de gemeente Amsterdam een opmerkelijke bestuurlijke innovatie gerealiseerd in vergunningenprocedures voor evenementen. Resultaat is dat Amsterdam RAI sinds 2010 als eerste private onderneming in Nederland gecertificeerd is om zelf op een aantal terreinen evenementgebonden vergunningen te reguleren en handhaven.

Leveranciers De dialoog met onze leveranciers is vooral gericht op hoe Amsterdam RAI samen met haar leveranciers kan zorgen voor een zo duurzaam mogelijke dienstverlening. (zie paragraaf Ketenverantwoordelijkheid).

Klanten Na ieder eigen evenement evalueren wij de klanttevredenheid onder exposanten en bezoekers. Voor alle evenementen van derden wordt een enquête opgestuurd naar de organisatoren en een steekproef gehouden onder exposanten en bezoekers. De verbeterpunten en de best practices uit de enquêtes worden besproken na het evenement om er lering uit te trekken voor de andere evenementen. Momenteel kijken we naar een ICT systematiek om de uitkomsten van deze metingen beter inzichtelijk te maken en overwegen wij het meenemen van specifieke MVO-vragen in de enquêtes.

Medewerkers De belangrijkste bron voor wat er leeft onder onze medewerkers is het in 2010 gehouden medewerkerstevredenheids­ onderzoek. De belangrijkste vraagstukken die hieruit naar voren kwamen hebben te maken met werkdruk en efficiency, persoonlijke ontwikkeling, belonings­ systeem en arbeidsomstandigheden. Uiteraard onderzoeken wij deze vraagstukken nader in 2011. Meer informatie hierover is te vinden in de paragraaf personeel en ons sociaal jaarverslag.

Hospitality sector Met dit MVO-beleid probeert Amsterdam RAI een rolmodel te zijn voor onze sector. Dit doen we niet alleen door het deelnemen aan certificeringen als Green Key en Earth Check, maar ook door het aansluiten bij een groot aantal voor ons relevante organisaties en verenigingen. Hierdoor kunnen we gezamenlijk werken aan het oplossen van maatschappelijke vraagstukken die spelen binnen onze vakgebieden.

Omwonenden Wij zoeken actief de dialoog met om­ wonenden zodat wij weten wat er leeft en en omwonende op de hoogte zijn van ontwikkelingen binnen de RAI. Verreweg het belangrijkste onderwerp voor om­ wonenden is hoe Amsterdam RAI zorg draagt voor zo min mogelijk geluids- en verkeersoverlast in de buurt (zie paragraaf Mobiliteit).

TERUG NAAR DE INHOUD

In 2010 is mede door Amsterdam RAI een Nederlandse tak van de Green Meetings Industry Council opgezet. Het belangrijkste doel van de GMIC is om een effectief groen netwerk en educatie aan de leden te bieden en het aantal groene accommodaties, diensten en zakelijke bijeenkomsten meetbaar te laten toenemen.

[6 ]

Amsterdam RAI is aan­gesloten bij de volgende organisaties;

Branchevereniging / zakelijk netwerk • ACC • AEO • AIPC • Amsterdam Centre for Service Innovation (AMSI) • Amsterdamse Kring • Amsterdam Innovatie Motor (AIM) • Amsterdams Theateroverleg (OAT MOAT) • Amsterdam Partners • ASAE • ATCB • Corporate Event Marketing Association (CEMA) • Centre of European Experience Economy • City Wide Task force • CLC VECTA • Clusters & Congressen MRA • Congres- en Vergaderclassificatie • De Industrieele Groote Club • Dialogues House • Economic Development Board Amsterdam (tafel Toerisme&Congressen) • Event Branche • Freelance Event Profs • Frismakers • Genootschap voor Eventmanagers • Golfclub The Dutch • Green meetings Industry Council • Het Innovatiediner • HSMAI • IAEE • ICCA • Innovatielab [initiatief NBTC, HSMAI, NHTV] • Kenniskring Amsterdam • Leading Centres • Mobile Monday • MPI • NAP • NIMA • NNBN • NBTC • NBTC New York • Nederlandse Vereniging Directiesecretaresses • Online Tuesday • Platform Innovatie in Marketing (PIM) • PCMA • SISO • Topsport Amsterdam • UFI • Union of International Associations (UIA) [onderzoek] • UN Global Compact • Vereniging van Evenementen • VNO NCW West • WTC Business Club


MVO-manager Marjolijn Krul aan het woord: Bewust leven vind ik belangrijk. Binnen mijn functie als MVO-manager wil ik dit doel nastreven door vooral bewustwording te creëren en mensen aan het denken te zetten. Al op de middelbare school spraken maatschappelijke thema’s mij aan. Zo heb ik destijds met enkele medeleerlingen een project opgezet voor duurzame koffie en snacks in de kantine.

Inspiring people ‘Inspiring People’, de slogan van Amsterdam RAI, gaat verder dan aan onze bezoekers en klanten te laten zien hoe duurzaam het gebouw van de RAI is. Dit sluit naadloos aan op mijn persoonlijke doel. Toen dit jaar een vacature vrij kwam voor een MVO-manager, hoefde ik niet lang na te denken om hiervoor te solliciteren. In mijn vorige functie bij de RAI was ik immers ook al zijdelings betrokken bij MVO-projecten en volgde ik alle activiteiten op de voet.

Coördineren en stimuleren Er is veel draagvlak voor MVO, maar uiteindelijk moet voor mensen zichtbaar worden wat duurzaamheid uiteindelijk ook onder de streep oplevert. De uitdaging in mijn functie zit in het houden van overzicht op en het coördineren van de verschillende initiatieven en daarbij een strategische lijn in de gaten houden en uitzetten. Amsterdam RAI is ambitieus en wil in 2013 koploper zijn op het gebied van duurzaamheid in de congres- en evenementenindustrie, dat gaat natuurlijk niet vanzelf. Het is erg leuk om te zien dat we als relatief kleine speler op de markt een voortrekker zijn. We zien dat nu ook andere organisaties binnen onze sector bezig zijn om certificaten als de Green Key en de Earth Check te behalen.

Trots op echte doeners Wat mij inspireert binnen Amsterdam RAI is dat allerlei medewerkers binnen de organisatie met duurzaamheid bezig zijn op verschillende manieren. We zijn dan ook echte doeners, wat terug is te zien in alles wat we tot nu toe al hebben gedaan op het vlak van duurzaamheid. Dit in tegenstelling tot veel andere bedrijven waar vooral veel wordt gesproken over duurzaamheid zonder echt actie te ondernemen.

Uitdaging: meer structuur De slogan ‘niet denken maar doen’, is vooral in omgekeerde richting op ons van toepassing. Voor ons geldt nu dat we structuur moeten gaan aanbrengen, beleid formuleren en dit gaan verankeren. Dat zie ik als belangrijke taak voor mij als MVO-manager in 2011. De afgelopen jaren hebben we de basis gelegd voor ons MVO-beleid. Nu is het de uitdaging om de vervolgstappen te bepalen en deze ook waar te gaan maken. Het formuleren en borgen van beleid vormt daarbij een belangrijke voorwaarde. De weg zal vanaf nu minder makkelijk worden maar des te uitdagender om het verschil te maken!

[ 7 ] TERUG NAAR DE INHOUD

Amsterdam RAI Duurzaamheidsverslag


3 Mvo-prestaties In ons eerste duurzaamheidsverslag over 2008 lieten wij zien welke vijfjaren doelstellingen wij hebben geformuleerd voor de periode 2009-2013. Zoals gezegd, is er in 2010 hard gewerkt aan het verstevigen van onze organisatie, de interne verankering van MVO. Dit stelt ons in staat om in de toekomst weer grote stappen te zetten. Wat hebben we al bereikt, wat is minder goed uitgepakt? Zijn er nieuwe ontwikkelingen waardoor bepaalde zaken moeten worden bijgesteld? Dit hoofdstuk geeft hierop per thema een antwoord.

Energie en klimaat Uitdaging Een reductie bereiken van 25 procent van het energieverbruik per verhuurde m2 ten opzichte van het referentiejaar 2008. Stand van zaken eind 2010: Tot en met 2010 is een reductie behaald van; • Elektra: 0,1 procent • Gas: 3,9 procent

TERUG NAAR DE INHOUD

Wat is de huidige stand van zaken? Het eigen energieverbruik van Amsterdam RAI bestaat grotendeels uit het elektriciteitsverbruik voor onze verlichting, kantoorinstallaties, keukeninstallaties, intern transport en klimaatinstallaties. Daarnaast verbruiken wij aardgas voor het verwarmen en koelen van onze hallen. Alle elektriciteit bij Amsterdam RAI, ook voor de exposanten en bezoekers, is afkomstig van duurzame energiebronnen (groene stroom). Omdat er geen fossiele brandstoffen worden gebruikt, is de CO2-uitstoot heel laag.

[8 ]

■ 42% biomassa ■ 22% waterkracht ■ 36% windenergie Groene stroom bij Amsterdam RAI


Inspanningen energiewerkgroep De samenstelling van de energiewerkgroep is divers, van technische dienst tot corporate communicatie. Dit zorgt ervoor dat vanuit verschillende invalshoeken wordt nagedacht over oplossingen die bijdragen aan de verlaging van het energieverbruik. In 2010 zijn bijvoorbeeld de volgende maatregelen geïnitieerd door de werkgroep: • E en proef met inbrengdeuren met een automatische sluiting zodat deze niet onnodig openstaan met oog op koeling of verwarming van de hallen • Vervanging van de verlichting in het Hollandcomplex en de Amstelhal door energiezuinigere verlichting (van 72 watt naar 48 watt per armatuur) • Centralisatie van het personeel, waardoor er minder bewe­gingen zijn en gebouwdelen konden worden afgesloten voor enkel eigen gebruik • Uitbreiding van de aanwezigheids­ detectie binnen de kantoorruimtes • Afschakelen van RAI Live! schermen als ze niet worden gebruikt (dit was tot 2010 technisch niet mogelijk) • Koelvitrines worden uitgezet als ze niet worden gebruikt • Levering van nachtstroom voor exposanten is beperkt zodat er geen onnodig verbruik plaatsvindt • Inrichting van 1 centrale receptie • Meldkamer is zodanig ingericht dat vanuit hier verlichting centraal kan worden geregeld

mogelijkheden om deze vorm van vervuiling terug te dringen. Ook namen we deel aan ‘Earth Hour’ van het Wereld Natuur Fonds, een initiatief waarbij gedurende een uur tientallen miljoenen mensen wereldwijd het licht doven. In 2011 hopen we het Elicium-gebouw te laten certificeren door de DutchGreen Building Council, een non-profitorganisatie die streeft naar blijvende verduurzaming van de bebouwde omgeving in Nederland. Om dat te bereiken ontwikkelen zij keurmerken voor een onafhankelijke beoordeling van gebouwen (zowel nieuw als bestaand) en op het gebied van duurzaamheid. Ook hiermee kunnen we bijdragen aan een bredere bewustwording in de samenleving. Intern spreken we elkaar aan op het energieverbruik en brengen we het belang ervan regelmatig onder de aandacht.

GJ 160.000

Energieverbruik ■ Elektra ■ Gas ■ Totale Energie ■ Stadsverwarming ■ Diesel

140.000 120.000 100.000 80.000 60.000 40.000 20.000

Bewustwording Naast technische oplossingen vinden wij het ook belangrijk om een gedrags­ verandering teweeg te brengen en mensen er toe aan te zetten te letten op energieverbruik. Dit geldt zowel voor onze eigen mede­werkers als voor de maatschappij in bredere zin. Daarom hebben wij in 2010 wederom deelgenomen aan de ‘Nacht van de Nacht.’ Dit is een jaarlijks terugkerend evenement in oktober dat mensen bewust wil maken van lichtvervuiling en van de

0 -20.000 19 96

1998

2000

2002

2004

2006

2008

2010

2012

Jaar

Cijfers over het verleden zijn waar nodig geherrubriceerd ten einde de vergelijkbaarheid met 2010 mogelijk te maken. Het totale verbruik van elektriciteit in 2010 bedroeg 17.506 MwH (63.021 Gj), het totale verbruik van gas bedroeg 2.571.384 m3 (81.384 GJ). Het totale energieverbruik in 2010 komt daar mee op 144.405 Gj.

[ 9 ] TERUG NAAR DE INHOUD

Amsterdam RAI Duurzaamheidsverslag


Elektra Door een nieuwe meet- en rekenmethode zijn de cijfers van vorige jaren herijkt. Dit was nodig om de eenheid te bewaken en een duidelijke scheiding te krijgen tussen eigen energieverbruik en energieverbruik per verhuurde m2. In eerdere meetmethoden werden eigen energieverbruik en bouwprojecten niet op de juiste wijze verwerkt in het totale verbruik. De rapportage zal ook opgesplitst worden in reductie op eigen verbruik en reductie op energieverbruik per verhuurde m2, hetgeen voor Amsterdam RAI niet volledig stuurbaar is. Er spelen verschillende factoren een rol bij het energieverbruik tijdens verhuringen, denk aan: • het soort evenement • de inzet van technologische hulp­ middelen, wat de laatste jaren is toegenomen. Het eigen verbruik (verbruik zonder verhuringen) is onze zogenaamde baseload. In 2010 is hiermee de besparing 4,8% ten opzichte van 2008 gerealiseerd. Hierbij is nog geen rekening gehouden met de toename van het vastgoed van 6,55%. Hiermee komt de relatieve reductie op eigen verbruik op 10,65%. Ons totale jaarverbruik hangt samen met de hoeveelheid verhuringen van het RAI-complex. Om een goede vergelijking tussen de jaren mogelijk te maken hebben we een verbruiksindex opgesteld gebaseerd op onze commerciële bezetting. Hiermee zijn we in staat een goede vergelijking te maken tussen de verschillende jaren. In 2008 was het gecorrigeerde verbruik 17.096 MWh. In 2010 was het 17.077 MWh. Dit betekent een daling van 0.1% per verhuurde m2. Tot op heden heeft Amsterdam RAI zich met name geconcentreerd op de reductie van het eigen verbruik. De focus wordt in 2011 gelegd op organisatoren en exposanten, maar de reductie van eigen verbruik blijft een aandachtspunt voor ons. Warmte/Koude In 2010 is er een fout geconstateerd in de hoofdgasmeter. In overleg met de leverancier is er een inschatting gemaakt van de juiste waarden voor 2009. De stijging in het

TERUG NAAR DE INHOUD

gasverbruik komt mede doordat we te maken hadden met een zeer koud jaar in 2010 (het koudste jaar sinds 1996). Daarnaast hadden we gehoopt in 2010 te kunnen overstappen op stadswarmte. Helaas is er nog geen overeenstemming bereikt over de voorwaarden van levering. Het totaal verbruik met betrekking tot warmte/ koude is eveneens afhankelijk van het aantal verhuringen van het RAI-complex. Dit betekent dat we dezelfde indexering hebben toegepast op de gegevens. In 2008 geldt een geïndexeerd totaal verbruik van 66.044 GJ. Voor 2010 was dit 62.493 GJ, dit is een daling van 3.9%. Helaas liggen we nog niet helemaal op koers.

Hoe gaan we verder? In 2011 zal Amsterdam RAI met hulp van een externe expert een programma starten om bij organisatoren en exposanten significante reductie in het energieverbruik te realiseren. Dit geldt voor elektra en warmte/koude. Een bijkomende uitdaging is dat je met technische oplossingen veel besparingen kunt realiseren, maar dat het uiteindelijk ook neerkomt op menselijk gedrag. Wij schatten in dat van de 25 procent, 18 procent reductie kan worden bereikt met techniek en de overige 7 procent door gedragsverandering. Het invoeren van de kernwaarde ‘Amsterdam RAI behaalt duurzaam resultaat.’ is daar een mooi voorbeeld van. De oplossing ligt dus op beide vlakken. De belangrijkste technische maatregelen die we in 2011 nemen om dit te realiseren zijn als volgt: LED verlichting De neon contourverlichting aan de buitenzijnde van Amsterdam RAI gaan we vervangen door LED verlichting. Het gaat om 1500 strekkende meter verlichting en we verwachten hiermee 7 procent te besparen op ons elektraverbruik. Daarnaast zullen we ook de zaalverlichting in de congreszalen vervangen door een LED oplossing.

[ 10 ]

Warmte Kracht Koppeling (WKK) installatie Amsterdam RAI is op dit moment bezig met de voorbereidingen voor de plaatsing van één of twee WKK’s. De WKK is een generator die elektriciteit opwekt en daarbij als bijproduct warmte levert, hetgeen een rendement oplevert bij afname van elektra en restwarmte van 95,2% (eigen ‘stads­ verwarming’). Deze warmte kan gebruikt worden om de hallen te verwarmen of opgeslagen worden in de warmtekoudebron waar Amsterdam RAI er drie van heeft. Koelcentrale in de Nieuwe Meer Ook voor de iets langere termijn zoeken we naar technologische mogelijkheden om ons energieverbruik verder te verlagen. In 2013 bijvoorbeeld, gaat de koelcentrale in de Nieuwe Meer in werking. Hierbij wordt het water gekoeld door middel van water in de Nieuwe Meer. Hiermee is het gebruik van aardgas niet meer nodig om te koelen. De RAI onderzoekt of het rendabel is om hierop aan te sluiten.

Bewustwording Voor wat betreft onze verantwoordelijkheid ten aanzien van bewustwording blijven wij actief. Een belangrijke uitdaging voor ons is het promoten van de CO2 calculator en CO2 compensatie onder onze organisatoren. Op dit vlak valt nog veel te winnen.


Mobiliteit Uitdaging • Gebruik van zoveel mogelijk andere vervoerswijzen dan de auto voor bezoekers, deelnemers en medewerkers • Geen filevorming op de eerste opbouwdagen van beurzen • Beperken en voorkomen van emissies • Beperken en voorkomen van hinder en geluidsoverlast. Stand van zaken eind 2010 • Er is geen sprake meer van filevorming op de eerste opbouwdagen van beurzen • 5 procent van de bezoekers laat door OV-deal de auto staan, 18 procent van de beursbezoekers maakt gebruik van OV-deal • 20 procent van de medewerkers die recht hebben op een leaseauto ziet hier van af • In 2010 hebben we geen klachten van omwonenden ontvangen over mobiliteitsoverlast

Jaarlijks trekt Amsterdam RAI honderd­ duizenden bezoekers. Deze stroom bezoekers wordt doorgaans soepel verwerkt. Enkele grote publieksevenementen vormen hierop een uitzondering. Wij spannen ons in om overlast te voorkomen door bevordering van het openbaar vervoer en het nemen van tijdelijke maatregelen.

Maatregelen en resultaten 2010 Samenwerking NS en GVB Amsterdam RAI is met het openbaar vervoer (OV) uitstekend bereikbaar en daarom proberen wij, met name bij publieksevenementen, zoveel mogelijk bezoekers ertoe over te halen daar gebruik van te maken. In 2008 zijn wij gaan samenwerken met de NS en het GVB in Amsterdam. Vanwege de uitstekende ervaringen en positieve uitkomsten hebben wij besloten deze regeling voort te zetten. In 2010 gold voor een zevental Amsterdam RAI-beurzen het aanbod van voordelig reizen met het OV te weten: Horecava, HISWA, Intertraffic, Building Holland, ISSA/ Interclean, Art Amsterdam en METS. Uit enquêtes onder bezoekers blijkt dat de klantwaardering voor de bereikbaarheid van Amsterdam RAI overwegend gestegen is. Ook is het imago van Amsterdam RAI en haar partners NS en GVB sterk verbeterd.

90 procent van de bezoekers beoordeelt het initiatief als (zeer) positief. Amsterdam RAI trekt door dit OV-aanbod meer bezoekers naar evenementen. Per evenement zo’n 2 tot 6 procent extra bezoekers. Deze bezoekers waren zonder het OV-aanbod niet naar het evenement gekomen. 5 procent laat door het aanbod de auto staan en in totaal maakten gemiddeld zo’n 18 procent van de beursbezoekers gebruik van de aan­ geboden OV-deal. In 2011/2012 wordt de samenwerking voorgezet en de OV-deal aangeboden tijdens alle eigen beurzen van Amsterdam RAI (zowel nationaal als internationaal). Tevens wordt het aanbod uitgerold naar evenementen van derden. Hiertoe is in 2010 één pilot gedaan tijdens een

nationale vakbeurs. Voor 2011 staan reeds 2 beurzen van derden op de agenda. Bufferen van het vrachtverkeer We hebben zeer positieve ervaringen met het bufferen van vrachtverkeer. Dit hebben we in 2010 dan ook voortgezet. Tijdens drukke beurzen/korte opbouwdagen van beurzen wordt het vrachtverkeer voor de opbouw en afbraak van beurzen gebufferd op het bufferterrein. Hier worden vracht­ wagens geregistreerd en mogen op afroep doorrijden naar Amsterdam RAI. Op deze manier hoeven vrachtwagens niet onnodig te wachten op het RAI-terrein en wordt daardoor de doorstroom op de werkterrassen verbeterd. Het laden/lossen gaat sneller en de capaciteit van het werkterras wordt niet overschreden. Ook staan er minder vrachtwagens te wachten rondom Amsterdam RAI, wat de congestie verbeterd. Taxi: van pilot naar vaste afspraken: Om de ervaring van de bezoeker te verbeteren, de klachten uit de buurt te verminderen en om de kosten van de parkeerwachters te verlagen heeft Amsterdam RAI de Taxicentrale Amsterdam TCA als vaste leverancier aangesteld. Dit houdt in dat alleen taxi’s van TCA op het RAI-terrein worden toegelaten om bezoekers op te halen. Resultaat: Veel meer controle, betere service en minder auto’s die staan te wachten (dus ook minder CO2 uitstoot). Voor de buurt heeft dit ook een positief resultaat want er staan nu geen rijen taxi’s meer voor hun deur. Vanwege

Buurtbewoner Selma Tummers aan het woord Met veel plezier woon ik al ruim twintig jaar om de hoek van de RAI. Echter lange tijd is er een taxi-oorlog geweest. Vele taxi’s blokkeerden de straten, de ronkende motoren en de chaos die dat creëerde, was geen pretje. De buurtbewoners hebben deze problemen gezamenlijk aangekaart bij het stadsdeel, Amsterdam RAI en de politie. Gelukkig is het probleem toen voortvarend aangepakt. Door de samenwerking van de RAI met TCA hebben wij nu nauwelijks meer hinder van taxi’s die aan- en afrijden naar RAI-evenementen. We zijn heel tevreden over de manier waarop deze taxi-problemen zijn opgelost, en vertrouwen erop dat de RAI rekening met de woonbuurt blijft houden. Uiteraard blijft de buurt altijd een vinger aan de pols houden.

[ 11 ] TERUG NAAR DE INHOUD

Amsterdam RAI Duurzaamheidsverslag


Afgelopen jaar hebben we ook geïnvesteerd in het verbeteren van de infrastructuur voor fietsers. Er zijn nieuwe fietsenrekken die zodanig zijn ontworpen dat ze geplaatste fietsen niet beschadigen. Ook hebben we het aantal fietsenrekken uitgebreid, zodat we meer fietsen kunnen faciliteren.

Hoe gaan we verder? We hebben inmiddels een hoop gerealiseerd van de uitdagingen die we in 2008 geïdentificeerd hadden. Tijd dus om de MVO-lat verder op te hogen en te kijken waar we nog meer kunnen bereiken. In het kader van ons milieubeleidsplan voor de periode 2010-2014 hebben wij de volgende doelstellingen geformuleerd: deze positieve resultaten gaan wij door met deze samenwerking en is de pilot inmiddels omgezet in vaste afspraken. Resultaat: In het verleden hadden we per grote beurs ongeveer 5 klachten van omwonenden over overlast. Sinds de pilot hebben we geen klachten meer ontvangen. Pilot registratiesysteem Doordat wij beter inzicht hebben in wanneer bezoekers en logistieke expediteurs bij Amsterdam RAI arriveren kunnen wij actief gaan sturen om deze stromen beter te verspreiden over de dag. Hierdoor ontstaat minder overlast doordat er geen piekmomenten meer zijn. In 2010 zijn we daarom met Transselect een pilot gestart voor kentekenherkenning. Bezoekers kunnen voor een bepaalde dag en tijd een plek reserveren en worden op basis van hun kenteken geïdentificeerd. De pilot was succesvol. In 2011 breiden we dit systeem uit naar alle garages en laad- en losterrassen. We verwachten dat dit een positieve uitwerking heeft waarbij gasten en leveranciers ons sneller en efficiënter bereiken en minder congestie ontstaat. Inspelen op de toekomst: elektrische oplaadpunten: Amsterdam wil het gebruik van elektrische voertuigen stimuleren om zo de CO2 uitstoot te beperken. Om ervoor te zorgen dat er voldoende oplaadmogelijkheden zijn

TERUG NAAR DE INHOUD

voor elektrische voertuigen heeft Amsterdam RAI in totaal vier oplaadpunten in de parkeergarage geplaatst. Twee in de P1 en twee in de P7. Zo zijn wij voorbereid op de toekomst van elektrische auto’s. Uiteraard onderzoeken we ook of we ons eigen wagenpark kunnen uitbreiden of vervangen met elektrisch vervoer.

Verminderen vervoersstromen eigen medewerkers Afzien van een leaseauto Medewerkers die recht hebben op een leaseauto, maar hier van afzien ontvangen een toeslag bovenop het salaris. In 2010 heeft 20 procent van de medewerkers die recht hebben op een leaseauto hiervan gebruik gemaakt. Op de fiets Amsterdam RAI stimuleert het fietsgebruik onder RAI-medewerkers. Voor medewerkers van de RAI zijn vier leenfietsen beschikbaar gesteld. Medewerkers kunnen deze fietsen reserveren in zijn of haar agenda, waarna ze deze fietsen kunnen gebruiken. Hiervan wordt veel gebruik gemaakt. Amsterdam RAI heeft tevens een aantrekkelijke leasefiets-regeling voor RAI-medewerkers die binnen een straal van tien kilometer rondom Amsterdam RAI wonen.

[ 12 ]

• B innen 5 jaar een reductie realiseren van de relatieve emissie (CO2, DME en NOX) met minimaal 15 procent ten opzichte van referentiejaar 2008 • Het realiseren van haalbaarheidsstudies, die aantoonbaar de congesties rondom Amsterdam RAI verminderen • Het realiseren van haalbaarheidsstudies, die aantoonbaar de emissies gerelateerd aan de verkeerscongestie rondom de RAI verminderen • Opstellen van realistische ambities en keuzes in het reduceren van emissie en verbeteren van de congesties Op kortere termijn staan voor 2011 de volgende doelstellingen in de BBSC van de afdeling Traffic Management: • S chonere pendelbussen: We gaan gebruik maken van pendelbussen met schonere motoren voor het vervoer van bezoekersstromen van en naar externe parkeerterreinen • Onderzoek naar emissies: In 2011 doen we onderzoek naar de huidige emissies die worden uitgestoten door de verkeers­stromen van het personeel, de bezoekers en de leveranciers van Amsterdam RAI en derden. Het doel hiervan is het ontwikkelen van een model om deze emissie inzichtelijk te krijgen zodat we kunnen sturen om een reductie van 15 procent te kunnen bereiken t.o.v. 2008.


Water Uitdaging Een reductie bereiken van 25 procent van het waterverbruik per verhuurde m2 ten opzichte van het referentiejaar 2008 Stand van zaken eind 2010 Tot en met 2010 is een reductie behaald van 6,7 procent

Vermindering van het gebruik van water is een blijvend aandachtspunt voor Amsterdam RAI. Het gebruik van drinkwater wordt voornamelijk bepaald door sanitaire en keuken­ installaties. Ook de koeltorens worden met leidingwater gevoed. Verbruik index gebaseerd op commerciële bezetting Verbruik (m3)

2008

2009

68.891

64.328

Maatregelen en resultaten 2010 Sinds 2008 zijn er een aantal besparingen gerealiseerd door middel van quick wins: • Verandering van de doorspoelhoeveelheid van 8 naar 6 liter • Plaatsing automatische kranen. Op het gebied van de legionellabeheersing is de frequentie om de leidingen te spoelen verhoogd door veranderende regelgeving. Deze hogere spoelfrequentie is nadelig voor onze waterreductie, maar we zijn zeker op de goede weg. Bovenstaande betekent een reductie van 6,7% voor de gehele RAI inclusief eigen verbruik.

Hoe gaan we verder? Het reduceren van het waterverbruik blijft een uitdaging. Ondanks verschillende technische oplossingen is het nog niet gelukt om de doelstelling te realiseren. Uiteraard blijven we het proberen. We gaan bijvoorbeeld onderzoeken of het mogelijk is om een grijswatersysteem (regenwater) aan te leggen. In dit systeem zal het regenwater worden opgevangen en worden gebruikt om bijvoorbeeld de toiletten door te spoelen.

Legionellabeheersing Medio 2012 is er een alternatieve methode beschikbaar waardoor er nauwelijks nog gespoeld hoeft te worden. Dit zal een gunstig effect hebben op de reductie van het waterverbruik van Amsterdam RAI.

2010 Percentage 2010 t.o.v. 2008 64.291 93.3%

Afval Uitdaging • 25 procent afvalreductie ten opzicht van 2007 • Afvalscheidingspercentage van minimaal 25 procent ten opzichte van referentiejaar 2007 Stand van zaken eind 2010 • Hoeveelheid afval in 2010 is 80,7 procent van het afval in 2007 • Afvalscheidingspercentage ten opzichte van 2007 is 38 procent Onze core-business brengt behoorlijk wat afvalstromen met zich mee. Wij zien het uiteraard als onze verantwoordelijkheid om dit waar mogelijk te beperken. De grootste afvalstroom vormt zich tijdens opbouw en afbraak van evenementen.

Maatregelen en resultaten 2010 De afgelopen jaren hebben we verschillende maatregelen genomen om invulling te geven aan onze verantwoordelijkheid ten aanzien van het beperken van afval­ stromen: • A fval en het afvaldepot wordt beheerd door afvalverwerkingsbedrijf Icova B.V., een afvalinzamelaar waar maatschappelijk verantwoord ondernemen hoog op de agenda staat.

[ 13 ] TERUG NAAR DE INHOUD

• E r zijn milieucontroleurs (MC‘ers) die toezien dat standbouwers zich aan afvalafspraken houden. Afspraken zijn o.a. dat afval gescheiden dient te worden aangeleverd in de daarvoor bestemde containers en dat de verantwoordelijke voor het afval betaalt. Dit levert een schone halvloer na afloop van het evenement op. • GCA is momenteel de vaste schoonmaakdienst van Amsterdam RAI. Zij worden aangestuurd op afvalscheiding. • Het afvalscheidingsprogramma van Amsterdam RAI bestaat uit: papier, plastic, hout, glas, ferro en swill. • De Swill installatie verwerkt restaurantafval tot biogas. • Plastic wordt verzameld in 1000 liter knapzakken en bij het oud papier verzameld. Bij Icova wordt dit plastic gescheiden van het oud papier en gerecycled. • Het Elicium is een ’paperless office’, waardoor papierafval wordt geminimaliseerd. • Na de restafvalcontainers zijn ook de 25 m3 papiercontainers vervangen door containers met een inhoud van 34 m3. Dit scheelt niet zozeer in afval maar wel in vervoersbewegingen. • Alle papierafval wordt in de eigen papierpers weggeperst om ook daar het te vervoeren papiervolume te reduceren. Na de daling in 2009 steeg het totale bedrijfs­afval excl. bouwafval in 2010 weer licht. Nog steeds is de hoeveelheid afval in 2010 80,7 procent van het afval in 2007. Dit komt mede doordat er in 2009 relatief weinig afval was omdat standbouwers/ standhouders veel afval hebben teruggenomen uit kostenoverwegingen (financiële crisis). Voor 2010 streefde Amsterdam RAI ook naar 5 procent meer afvalscheiding t.o.v. 2009. In 2009 is er een afvalscheidings­ percentage van 44 procent behaald. In 2010 was het afvalscheidingspercentage 45 procent. Het blijkt dat sterkere sturing nodig is ten aanzien van afvalscheiding door onze schoonmakers. Ook waren er minder opbouw/afbraakdagen waardoor afval­ scheiding onder druk kwam te staan. Door de korte tijdspanne is er meer druk om alles

Amsterdam RAI Duurzaamheidsverslag


Tevens is er weinig tijd op het depot om nog extra scheiding te bewerkstelligen door de hoge aanvoer in korte tijd.

de hal in/uit te krijgen dan dat dit ook nog gescheiden gebeurt. Scheiden betekent namelijk tijd en aandacht op de vloer.

Afvalscheiding evenementgerelateerd afval 2007 (%)

2008 (%)

2009 (%)

2010 (%)

81

69

51

51

2

12

21

16

Rest Papier Glas

0

0

1

0

Plastic

0

0

5

4

Hout

17

19

13

19

Tapijt

0

0

9

10

100

100

100

100

totaal %

Percentage afvalscheiding totale RAI-afval Totaal bedrijfsafval (excl. bouw en sloop)

Procentueel bedrijfsafval (excl.bouw en sloop) t.o.v. ref. jaar 2007

kg 2004

2.509.220

59,7%

Afval per verhuurd oppervlak

Afval per bezoeker

Procentuele afval­ scheiding

(kg/m2)

(kg/bezoeker)

(%)

5,9

1,7

25%

2005

3.145.034

74,8%

6,8

1,6

23%

2006

3.174.450

75,5%

6,4

2,1

31%

2007

4.205.213

100,0%

8,2

2,2

35%

2008

3.918.740

93,2%

7,4

2,8

39%

2009

2.670.819

63,5%

6,7

1,5

44%

2010

3.395.232

80,7%

7,3

2,5

45%

Hoe gaan we verder? Uiteraard zetten we de al genomen maatregelen voort. Daarbovenop nemen we nog extra maatregelen om onze doelstellingen te realiseren Ketenefficiency Icova heeft samen met Amsterdam RAI een plan van aanpak opgesteld waarmee de hele afvalketen door Icova wordt uitgevoerd. Nu

TERUG NAAR DE INHOUD

zijn er nog drie partijen in de keten. Vanaf maart 2011 zullen we de eerste stappen zetten in het uitbreiden van de keten. Dit zal in drie fases gebeuren. Eerst wordt het interne afvaltransport overgenomen door Icova. Daarna wordt het transport tussen de inbrengdeuren en het depot (buiten de hal) overgenomen door Icova. Als laatste wordt de inzet en leiding van MC’ers (deels) en het transport in de hal overgenomen door Icova.

[ 14 ]

Afvalplan per organisator ontwikkelen Er wordt intern een Plan van Aanpak per beurs opgesteld waarin beschreven staat wat de actiepunten per fase (opbouw, inrichten, beursdagen ed) van de beurs zijn. Tevens zijn wij van mening dat de organi­ sator zelf kan bijdragen aan optimale schei­ding en reductie op de beursvloer. Hiervoor willen we een afvalplan ontwikkelen dat aan de organisator uitgedeeld kan worden waarin staat wat hij dient te communiceren aan exposanten en standbouwers en zelf aan maatregelen kan nemen waardoor Amsterdam RAI garant kan staan voor meer scheiding en reductie. Hierdoor zullen de kosten van de organisator dalen en draagt hij bij aan een groenere beurs. ‘Amsterdam RAI milieubewust’ In de kantoren van Amsterdam RAI wordt zo goed mogelijk milieubewust gewerkt. Zo is het Elicium zoveel als mogelijk paperless, zijn printers automatisch ingesteld op dubbel­ zijdig printen, wordt er papier gescheiden van restafval en wordt vertrouwelijk papier versnipperd en bij het afvalpapier verzameld. Mokum Mariteam: ‘Vracht door de Gracht’ ’Vracht door de Gracht’ is een efficiënt en milieuvriendelijk vervoerssysteem voor de Amsterdamse binnenstad dat gebruik maakt van bestaande infrastructuur: de grachten. Het afval van Amsterdam RAI wordt dan vervoerd via de grachten. Na decennia worden de Amsterdamse grachten door Mokum Mariteam voor het eerst weer gebruikt voor goederenvervoer. Met als verschil dat de schepen van Mokum Mariteam zijn aangedreven door stille en schone elektrische motoren. Bovendien is het just-in-time principe tot in detail doorgevoerd, want de schepen brengen niet alleen goederen naar de plaats van bestemming, maar retourgoederen als afval, worden op dezelfde efficiënte, milieu­ vriendelijke wijze afgevoerd. Dankzij de RAI-haven is het Amsterdamse beurs- en congresbedrijf direct aangesloten bij het fijnmazige waternetwerk van Amsterdam. Daarmee is Mokum Mariteam een logische keuze voor Amsterdam RAI. In 2011 staat een proefvaart op de planning.


MVO-Ambassadeur Pim van Houten aan het woord: Mijn rol als MVO-ambassadeur Naast het maken van winst vind ik het belangrijk om als organisatie ook rekening te houden met sociale en milieuaspecten. Dat is tevens mijn drijfveer geweest om me op te geven als MVO-ambassadeur. Ik ben senior Communicatie & PR Manager bij Amsterdam RAI. Als MVO-ambassadeur houd ik me bezig met zowel de interne als externe communicatie. Duurzaamheid extern onder de aandacht brengen houdt in dat we op beurzen activiteiten organiseren en stands aanmoedigen om zich in te zetten voor duurzaamheid. Dit varieert van de Huishoudbeurs (duurzaam wasmiddel) tot aan de AutoRAI (elektrisch vervoer). Het hele netwerk van ambassadeurs heeft de taak om duurzaamheid intern onder de aandacht te brengen en alle activiteiten die daaraan vasthangen. Het creëren van draagvlak staat daarbij centraal.

Het netwerk van MVO-ambassadeurs Een netwerk van MVO-ambassadeurs is opgezet in 2009. Medewerkers kunnen zich hiervoor vrijwillig aanmelden. We komen één keer in de zes weken bijeen om de vorderingen door te nemen en kansen en mogelijkheden te bespreken. Duurzame initiatieven komen bij ons terecht en wij nemen als eerste kennis van de status van projecten. Collega’s kunnen altijd ideeën of suggesties bij ons inbrengen, dit kan mondeling maar we ontvangen ook regelmatig e-mails. Binnen het team ben ik één van de weinige met een communicatieachtergrond. Het netwerk bestaat uit medewerkers van verschillende functies zoals cateraars, technici en mensen uit RAI Exhibitions zoals ik. Onze voorzitter is directielid en daarmee het aanspreekpunt om zaken ook hogerop voor te leggen en te realiseren. De resultaten die we tot nu toe hebben geboekt zijn heel uiteenlopend. Dat varieert van afvalreductie tot aan het regelen van stageprogramma’s voor jongeren.

Het doel Ik raad zeker ook andere bedrijven aan om een dergelijk team op te zetten. Ik denk dat je door een MVO-ambassadeurs team een bepaald beleid en zienswijze op duurzaamheid kan borgen en ook collega’s kan aansporen en mee kan krijgen in ideeën en initiatieven. Wij lopen rond in alle delen van de organisatie en zijn daarom ook actief bij de implementatie van ideeën. Ik denk dat ik kan zeggen dat we als Amsterdam RAI al veel hebben gedaan en daar ben ik trots op, maar er is nog steeds een lange weg te gaan om deze wereld een stukje duurzamer te maken!

[ 15 ] TERUG NAAR DE INHOUD

Amsterdam RAI Duurzaamheidsverslag


Medewerkers

Aantal werknemers 2010 450

Uitdaging • Amsterdam RAI wil de leukste, meest innovatieve werkgever binnen de beurzen- en evenementenbranche voor eersteklas medewerkers zijn, en wil dat haar medewerkers trots zijn op de organisatie • 20 procent vrouwen in management en directie in 2014 Stand van zaken 2010 • Uit het Medewerkerstevredenheids­ onderzoek 2010 blijkt dat mede­­­werkers bijzonder trots zijn en zich zeer betrokken voelen. De gemiddelde beoordelingen op trots en betrokkenheid liggen ver boven het landelijke gemiddelde • Er zijn nog geen vrouwen in de top benoemd in 2010

Het succes van Amsterdam RAI wordt in hoge mate bepaald door de deskundigheid, het gastheerschap en de inzet van de medewerkers. Wij besteden dan ook veel aandacht aan ons personeelsbeleid. Voor een uitgebreid overzicht hiervan verwijzen wij graag naar ons sociaal jaarverslag. In dit hoofdstuk behandelen we enkele hoogtepunten. in de verschillende grafieken is gebruik gemaakt van een aantal afkortingen: • Holding: Directie en stafafdelingen • CCC: Convention Centre Commercie • CCP: Convention Centre Productie & Gebouw • CCO: Convention Centre Operations • RE: RAI Exhibitions

Maatregelen en resultaten 2010 Personeelsbestand Na het recessiejaar in 2009 met slechts 37 vacatures was er in 2010 weer een sterke vacaturegroei. Tot en met december zijn 75 vacatures uitgezet waarvan er 65 zijn vervuld. Het totale aantal medewerkers is in 2010 gestegen van 408 naar 423.

TERUG NAAR DE INHOUD

■ vrouw ■ man ■ totaal ■ vrouw ■ man ■ totaal

423

400 450

423

350 400 300 350 250 300 200 250 150 200

222 201 222 201

62 50 100 0 50

108

91

100 150 27

35 62

35 27 holding

totaal

84

69 69 22

91

78 57

53 31

84

21

53 31

22 CCC

78 57

74 74

108 34

CCP

21 CCO

34 RE

CCP

CCO

RE

0 totaal holding In- en uitstroom 2010 60 60 50

CCC

■ in dienst ■ uit dienst ■ groei / afname ■ in dienst ■ uit dienst ■ groei / afname

52 52

50 40

37

40 30

37

30 20 20 10

18

15 7

15 12

10 0

7

0 -10 -10

[ 16 ]

14

13

12

18 5

13 5

5

5

7 7

5 5

2 2

1 1

14

4 -3 4 -3

8 8

6 6


Aantal stagiaires in 2010

om de instroom van jonge technische mensen binnen de afdeling Technische Dienst op peil te houden en onze oudere medewerkers te behouden.

100 90

91

Een belangrijk onderdeel hiervan vormt het aanbieden van leer/werkplekken aan BBL-leerlingen uit het MBO. BBL staat voor Beroeps Begeleidende Leerweg waarbij de leerling in principe per week vier dagen werkt en een dag naar school gaat. Eind 2010 zijn drie leerlingen werkzaam binnen de afdeling Technische Dienst. Het doel is dat de BBL-trajecten leiden tot een vast contract.

80 70 60 50 41

40 30 21

20 9

10

12

Ook is binnen Amsterdam RAI werken na je 65ste levensjaar mogelijk onder bepaalde voorwaarden. In 2010 heeft één medewerker hiervan gebruik gemaakt.

8

0 totaal

holding

CCC

Amsterdam RAI B.V. heeft een eigen arbeidsvoorwaardenpakket en valt niet onder een collectieve CAO. Sinds 1 juli 2010 bestaat RAI Catering BV niet meer als apart onderdeel. Deze medewerkers vallen nu onder dezelfde regelingen als de overige medewerkers van Amsterdam RAI. Diversiteit In 2009 heeft Amsterdam RAI het charter ‘Talent naar de Top’ getekend. Dit charter is gericht op het realiseren van een evenwichtige man-vrouwverhouding in directie- en managementteams. Onze concrete doelstelling is om in vijf jaar te komen tot een aandeel van 20 procent vrouwen in directie- en managementteams. Het aantal vrouwen binnen Amsterdam RAI is gestegen van 212 naar 223, de verhouding man-vrouw is met 52 procent gelijk gebleven. Het percentage vrouwen in de subtop is al wel gestegen van 31 procent naar 33 procent, maar in de top (management en directie) zijn nog geen vrouwen benoemd.

CCP

CCO

RE

Het nieuwe werken In 2010 is door een externe specialist een enquête gehouden onder medewerkers

In 2010 is er wel een traject gestart voor potentiële vrouwelijke topmanagers gericht op leiderschap. Heel praktisch was de uitnodiging aan een aantal vrouwelijke managers om een dag mee te lopen met één van de directeuren onder het mom: ‘walk a mile in my shoes’. Ook bij selectievraagstukken is de samenstelling van het team onderwerp van gesprek tussen recruiter en manager. Op deze wijze wordt meer bewustwording gecreëerd bij het management over het belang van een evenwichtigere man-vrouwverhouding. Om diversiteit verder te bevorderen, hebben we in 2010 afgesproken dat de samenstelling van alle stuur- en werk­ groepen divers moet zijn. Niet alleen qua man-vrouwverhouding, maar ook met betrekking tot leeftijdsopbouw. Er moet in ieder geval altijd iemand aanwezig zijn uit de zogenaamde Y-generatie (geboren na 1980). Arbeidsparticipatie In 2009 heeft de Technische Dienst in samenwerking met HRM een plan gemaakt

[ 17 ] TERUG NAAR DE INHOUD

naar het nieuwe werken. Belangrijke aandachtspunten die hieruit naar voren kwamen en die we hebben opgepakt zijn de behoefte aan meer flexibiliteit en meer eigen verantwoordelijkheid en behoefte aan meer geavanceerde ICT-ondersteuning. De eerste ervaringen zijn inmiddels opgedaan. Onder bepaalde voorwaarden werd het mogelijk om thuis te werken. Ook de randvoorwaarden hiervoor zijn in gang gezet, zoals de Flexibele Virtuele Desktop waardoor overal toegang is tot de eigen werkcomputer en de inhoud daarvan. Medewerkertevredenheid In 2010 is een tevredenheidsonderzoek uitgevoerd onder medewerkers. Er was een

Amsterdam RAI Duurzaamheidsverslag


hoge respons, 78 procent. De algemene tevredenheid van medewerkers is sinds 2007 ongeveer gelijk gebleven en kreeg een zeer ruime voldoende (7,2). Vooral de betrokkenheid van medewerkers bij Amsterdam RAI is groot, hiervoor kregen we een score van 8,5. Ook blijkt dat medewerkers er trots op zijn om bij ons te werken. Zowel trots als betrokkenheid scoorden een stuk hoger dan het landelijke gemiddelde. Natuurlijk kwamen ook een aantal aandachtspunten naar voren: werkdruk en efficiëntie, persoonlijke ontwikkeling, beloningssysteem en de arbeidsomstandigheden. Deze punten worden opgepakt en we gaan samen met de medewerkers aan de slag om te komen tot een organisatie waarbij iedereen nog beter tot zijn recht komt en waar iedereen met nog meer plezier naar zijn werk gaat.

Hoe gaan we verder? Hoewel onder andere uit het MTO blijkt dat ons personeelsbeleid zijn vruchten afwerpt, blijven wij voortdurend op zoek naar verdere verbetermogelijkheden. Voor 2011 staan onder andere de volgende plannen op stapel: • O ntwikkeling van medewerkers: per afdeling en medewerker zijn ontwikkelingsplannen opgesteld, het centrale opleidingsaanbod wordt uitgebreid en specifiek voor leidinggevenden zullen workshops worden georganiseerd over HR aspecten. • Heroriëntatie op het beloningsbeleid. • Werving: voor de werving van nieuwe medewerkers zal Amsterdam RAI nog sterker in de markt worden gezet als werkgeversmerk. Hierbij kijken we ook naar de mogelijkheden van het inzetten van sociale media. • Onderzoek naar mogelijkheden van BBL-ers uit het HBO.

TERUG NAAR DE INHOUD

Keten­verantwoordelijkheid Uitdaging Amsterdam RAI wil in eerste instantie dat 25 procent van de aan ons geleverde producten en diensten ‘groen’ is. Stand van zaken eind 2010 • Percentage blijkt moeilijk te bepalen omdat onduidelijk is hoe we het kunnen meten.

Voor onze doelstelling om 25 procent duurzaam in te kopen geldt dat het in de praktijk lastig blijkt om te definiëren wat duurzaam inkopen precies betekent. Wanneer is een product of dienst duurzaam en kan deze worden meegenomen voor de doelstelling? Het komende jaar gaan wij kijken hoe wij onze doelstelling op een beter meetbare manier kunnen definiëren. Duurzaam inkoopinitiatief = Duurzame Producten Initatief

Amsterdam RAI streeft ernaar zowel achterwaarts in de keten (inkoop) als voorwaarts (levering) duurzaamheid te stimuleren. Hierbij zijn drie pijlers te onderscheiden: duurzaam inkopen, duurzaam gebruik stimuleren bij bezoekers, exposanten en organisatoren en een voorbeeld zijn binnen de sector en de maatschappij in bredere zin.

Maatregelen en resultaten 2010 Duurzaam inkopen In het inkoopbeleid van Amsterdam RAI wordt niet alleen gekeken naar prijs en kwaliteit, maar ook naar duurzaamheid. Eerlijke arbeidsomstandigheden, milieu­beleid, gedragscodes en certifice­ rings­programma’s spelen allemaal een rol bij het aanbestedingsproces. Amsterdam RAI stimuleert leveranciers ook expliciet advies te geven over duurzame alterna­ tieven voor hun producten of diensten. In 2010 zijn de eerste leveranciers afgevallen op basis van het duurzaamheidsaspect tijdens de tenderprocedure.

Voorbeelden duurzaam inkopen • 80 procent van de gebruikte papierproducten door Amsterdam RAI is van FSC oorsprong. Voor het resterende deel blijkt dat leveranciers nog onvoldoende in staat zijn te leveren met FSC keurmerk • Onze preferred supplier Mansveld Expotech heeft in overleg met ons geïnvesteerd in energiezuinige, kleinere verdeelkasten voor stroom op de beursvloer en heeft energie­ zuinige verlichting toegevoegd aan het assortiment.

[ 18 ]

In 2010 is het idee geboren om een wedstrijd op te starten onder leveranciers van onze website. In 2011 kunnen zij duurzame producten en diensten aan­ bieden. Het meest innov atieve duurzame product wordt door een professionele jury beoordeeld. Naast de prijs voor het meest duurzame product, wordt ook een zogenaamde aanmoedigingprijs uitgereikt voor het meest duurzame product van een startende onderneming. De winnaars worden op 1 juli 2011 tijdens Amsterdam Duurzaam, het duurzame evenement van Amsterdam, bekend gemaakt. De winnende producten worden een jaar lang gratis gepromoot in de webwinkel en in mailings van Exhibitor Services. De webwinkel wordt bij ongeveer honderd beurzen ingezet. Ook worden de producten, waar mogelijk, bij Amsterdam RAI-beurzen ingezet. Duurzaam gebruik stimuleren Naast de inkoop die we zelf doen, willen we ook onze klanten de mogelijkheid geven duurzame producten en diensten in te kopen. CO2-Calculator Momenteel onderzoeken we hoe we de calculator en CO2-compensatie beter onder de aandacht kunnen brengen en hoe wij organisatoren ertoe kunnen bewegen van deze mogelijkheid gebruik te maken.


Het evenement kan CO2-neutraal ontwikkeld worden door alle verbruikte energie te compenseren. Deze CO2-compensatie vindt plaats door CO2-rechten aan te kopen die voortkomen uit de productie van duurzame energie. Momenteel onderzoeken we hoe we de calculator en CO2 compensatie beter onder de aandacht kunnen brengen en hoe wij organisatoren ertoe kunnen bewegen van deze mogelijkheid gebruik te maken.

Duurzaam voorbeeld Door bewust te kiezen voor een koplopersambitie hopen wij een voorbeeld te zijn voor onze branche en voor de maatschappij in bredere zin. Onze invloed is natuurlijk moeilijk meetbaar. De media-aandacht voor ons duurzaamheidsbeleid en de regel­ matige uitnodigingen om onze ervaringen te delen zijn voor ons echter een duidelijk teken dat ons beleid wordt gewaardeerd.

Elise’s duurzame stappenplan Elise’s duurzame stappenplan is een tool die ontwikkelt is voor organisatoren en exposanten om hun evenement zo duurzaam mogelijk te maken. De ontwikkeling van de tool is gestart in 2009 en is afgerond in april 2010. Elise’s stappenplan bestaat uit een checklist om een evenement op duurzame wijze te organiseren. De checklist bestaat uit zes stappen en geeft tips over duurzaamheid bij de volgende onderwerpen:

Maatschappelijke betrokkenheid Sinds 2005 ondersteunen Amsterdam RAI en haar medewerkers AMREF Flying Doctors en de Stichting Steun Emma Kinderziekenhuis AMC in een constructieve en inspi­rerende samenwerking. Naast een filantropische benadering spelen uiteraard ook zakelijke motieven een rol voor deze samenwerking. De belangrijkste hiervoor zijn: • RAI-imago laden als maatschappelijk betrokken bedrijf • Fundraising als competentie ontwikkelen • Trots bij medewerkers en andere stakeholders

Maatregelen en resultaten 2010

1. Locatie 2. Transport 3. Catering 4. Organisatie 5. Communicatie 6. Meetbaarheid

Wij maken ook een duidelijke keuze om bij alle communicatie-uitingen MVO mee te nemen. Bijvoorbeeld via onze Event Newsletter. Deze nieuwsbrief gaat elke laatste week van de maand de deur uit naar 300.000 geïnteresseerden in de RAI.

Communicatie en bewustwording Wij zien het als onze taak hier verandering in te brengen, vooral door het aangaan van de dialoog met organisatoren en via de verschillende nieuwsbrieven en onze website. Onze Business Newsletter wordt 4 keer per jaar verstuurd naar onze klanten, prospects en belangrijkste relaties. In totaal 1300 adressen in Nederland en Engeland. We nemen elke keer een MVO-onderwerp mee.

Hoe gaan we verder? In onze BBSC staan voor ketenverantwoordelijkheid de volgende doelstellingen beschreven voor 2011: • Uitvoeren prijsvraag voor duurzaamste product (duurzaam inkoopinitiatief) • Ontwikkelen van een kengetal waarmee we standaard inkopen met duurzaam inkopen kunnen vergelijken. Gedurende de periode 2010-2014 wil de RAI de ‘duurzaamheidsketen’ verbeteren door het realiseren van ongeveer 5 haalbaarheidstudies, die aantoonbaar de duurzaamheidketen rondom Amsterdam RAI verbeteren.

[ 19 ] TERUG NAAR DE INHOUD

Begin 2010 hebben we het contract met beide organisaties verlengt. Hierin staat onder andere dat Amsterdam RAI ieder jaar minimaal 3 5000,- doneert. Deze jaarlijkse donatie staat nog los van fondsenwervende activiteiten die wij organiseren vanuit Amsterdam RAI.

Vooral bij onze internationale beurzen staat ondersteuning voor AMREF Flying Doctors in de aandacht. Sinds 2005 hebben we in totaal ongeveer 3 100.000,- opgehaald. Het Emma Kinderziekenhuis wordt vooral onder de aandacht gebracht bij onze nationale beurzen. Sinds 2005 hebben we in totaal zo’n 3 100.000,- opgehaald.

Amsterdam RAI Duurzaamheidsverslag


Voorbeelden uit 2010: AMREF Flying Doctors doet jaarlijks mee aan Wandelen voor Water, een sponsorloop voor leerlingen van groep 7 en 8 van de basisschool. Duizenden leerlingen uit heel Nederland zamelen op die manier al lopend geld in voor AMREF. Ze lopen dan zes kilometer met zes liter water op hun rug. Voorafgaand aan de wandeling krijgen de kinderen een gastles over onder meer het belang van schoon water. Amsterdam RAI werkt mee aan dit initiatief en heeft het afgelopen jaar vanuit de eigen organisatie tien medewerkers aangemeld die graag bereid waren als gastdocent te participeren. Ten behoeve van Stichting Steun Emma Kinderziekenhuis AMC zijn tijdens twee beurzen sponsoractiviteiten georganiseerd. Zo werd tijdens de Huishoudbeurs het aanwezige publiek onder meer aangespoord om voor het goede doel een duik te nemen in een grote ballenbak, gevuld met prijzen. En tijdens de HISWA werd de traditionele opening van het watersportseizoen kracht bijgezet door samen met bezoekers, exposanten en kinderen van scholen uit Amsterdam 12.000 kleine bootjes symbolisch te water te laten in het grote bassin. De bootjes werden tijdens de beurs ingezet om geld in te zamelen voor het Emma Kinderziekenhuis.

Hoe gaan we verder? De belangrijkste uitdaging is om beursteams zover te krijgen dat men uit zichzelf initia­tief neemt en mogelijkheden van fondsenwerving ter hand neemt. Wij hebben gemerkt dat de betrokkenheid bij onze twee goede doelen matig is en dat medewerkers hun enthousiasme voor de goede doelen niet uitdragen. In 2011 start er daarom een onderzoek met als hoofdvraag: “Hoe kan Amsterdam RAI zich intern en extern profileren als een organisatie die bewust omgaat met haar goede doelen?” Een van de activiteiten die hier zeker aan zal bijdragen is onze deelname aan en betrokkenheid bij de Kenya Classic, een fietsevenement voor AMREF Flying Doctors dat 22 t/m 29 oktober 2011 plaatsvindt in zuidelijk Kenia. Tien collega’s van de RAI doen hier aan mee.

TERUG NAAR DE INHOUD

Externe waardering voor onze MVO-prestaties Amsterdam RAI laat zichzelf regelmatig beoordelen door verschillende instanties. Uit de resultaten van die beoordelingen leiden we af dat we op de goede weg zijn naar een koploperspositie op het gebied van duurzaamheid.

Green Key Sinds 2008 is Amsterdam RAI in het bezit van de gouden Green Key voor haar congrescentrum. De Green Key is hét internationale keurmerk voor bedrijven in de toerisme- en recreatiebranche. Bij Green Key-bedrijven wordt jaarlijks gecontroleerd of hun status nog van toepassing is. Ook in 2010 bleef de gouden status van kracht.

Zilveren status Earth Check Net als in voorgaande jaren behaalde Amsterdam RAI in 2010 de prestigieuze zilveren status van Earth Check (voorheen Green Globe). Dankzij dit keurmerk neemt Amsterdam RAI in de Europese MICE-markt (Meetings, Incentives, Conventions & Exhibitions) een leidende positie in op het gebied van duurzaam ondernemen. Wij hopen de komende jaren in aanmerking te komen voor een gouden status.

Amsterdam RAI als inspiratiebron Onze ambities en prestaties op het gebied van duurzaamheid zijn niet onopgemerkt gebleven. Door de aandacht voor onze prestaties in de media en door het geven van presentaties voor diverse partijen profileren wij onszelf als duurzame organisatie. Bovendien hopen wij hiermee een inspiratiebron te zijn voor andere organisaties. Ook dat zien wij als ‘Inspiring People’.

[ 20 ]


4 Amsterdam RAI financieel Amsterdam RAI gaat voor duurzaam resultaat, dat betekent dat ook de financiële resultaten belangrijk zijn. Een gezonde financiële bedrijfsvoering draagt immers bij aan onze bedrijfs­ continuïteit en maakt investeringen in duurzame(re) oplossingen mogelijk. Betere financiële prestaties dragen bij aan betere MVO-prestaties. Amsterdam RAI heeft in 2010 een netto-omzet behaald van 3 125,0 miljoen, 15,5 procent hoger dan de 3 108,2 miljoen in 2009. De omzetstijging is vooral te danken aan het succes van (eigen) internationale beurzen en evenementen die in 2010 plaatsvonden. Het bedrijfsresultaat steeg en kwam uit op 3 11,6 miljoen (2009: 3 4,4 miljoen). Na aftrek van rentelasten en belastingen bedroeg de nettowinst 3 5,7 miljoen (2009: 3 0,2 miljoen). Het afgelopen jaar was de RAI ruim de helft van de tijd, om precies te zijn 201 dagen, in gebruik voor internationale evenementen. In 2010 zijn in het RAI-­ complex 590 evenementen georganiseerd die circa 1,4 miljoen bezoekers trokken. Het snelle herstel van Amsterdam RAI na de crisis is met name te danken aan de internationale focus en activiteiten. Drie door Amsterdam RAI zelf georganiseerde

internationale vakbeurzen (Intertraffic, ISSA/INTERCLEAN en METS) werden druk bezocht. Daarnaast waren een aantal terugkerende internationale evenementen van derden én succesvolle acquisitie van diverse eenmalige internationale ‘mega events’ de belangrijkste dragers van de hogere resultaten in 2010. Qua meerjarenplanning zijn we terug op het niveau van voor de financiële crisis.

Vooruitzichten Voor de resultaten is het van cruciaal belang dat Amsterdam RAI in staat is, naast de eigen evenementen en de terugkerende evenementen van derden, voldoende grote eenmalige internationale evenementen van derden aan te trekken. Het binnenhalen van deze ‘rondreizende mega events’ vraagt om intensieve en continue markt­ bewerking van Amsterdam RAI en haar business partners.

[ 21 ] TERUG NAAR DE INHOUD

In 2011 is Amsterdam RAI hiervan ­verzekerd door onder meer de 25th Gastech Conference and Exhibition, de Offshore Energy, de 14th World Conference on Lung Cancer en European Respiratory Society (ERS). Vanwege het grotere aandeel van nationale vakbeurzen in de agenda van 2011 en de dalende trend in de bezoekersaantallen daarvan, is de verwachting niettemin dat het financieel resultaat iets lager zal uitkomen dan in het afgelopen jaar. Ook het succes van de AutoRAI heeft op het uiteindelijke resultaat een forse invloed. Voor een volledig inzicht in onze financiële resultaten nodigen wij u graag uit om ons financiële verslag te lezen: Financiële Jaarverslag 2010.

Amsterdam RAI Duurzaamheidsverslag


5 Profiel Onze markt en diensten Onze klanten zijn onder te verdelen in drie groepen: organisatoren, exposanten en bezoekers. De divisie Exhibitions is verantwoordelijk voor de exploitatie en ontwikkeling van eigen beurstitels. De activiteiten zijn onderverdeeld in de aandachtsgebieden internationale vakbeurzen en nationale vak- en publieksbeurzen. Naast de eigen beurstitels faciliteert en accommodeert Amsterdam RAI evenementen van derden. Het gaat om beurzen, congressen, corporate events en andere niche events die in de hallen en het congrescentrum worden georganiseerd. Het multifunctionele congrescentrum wordt tevens verhuurd als RAI Theater voor theaterproducties. Het Elicium ontsluit voor Amsterdam RAI de nationale vergadermarkt. Door de vergaderruimtes op de 3e, 4e en 5e verdieping zijn er mogelijkheden voor grootschalige feesten en (gala)diners in de ballroom.

sarissen en statutaire directie die bestaat uit Hans Bakker, CEO en Luc Beyer, CFO.

Overleg Eens per jaar vindt een aandeelhouders足 vergadering plaats. De Raad van Commis足sa足rissen komt minimaal vier keer per jaar samen.

Onze structuur De activiteiten van Amsterdam RAI B.V. vinden plaats onder de verantwoordelijkheid van RAI Holding B.V. Aandeelhouders van deze Holding zijn: de RAI Vereniging (75%) en de gemeente Amsterdam (25%). RAI Holding kent een Raad van Commis-

TERUG NAAR DE INHOUD

[ 22 ]

Amsterdam RAI heeft daarnaast een ondernemingsraad; de ROR (RAI Onder足 nemings Raad) die maandelijks bijeenkomt en aanbevelingen doet aan het bestuur. Daarnaast zijn acht medewerkers van Amsterdam RAI vertegenwoordigd in een arbo-commissie.


Organisatieschema Amsterdam RAI B.V. Directie RAI Langfords 100% MECC Maastricht 75%

Convention Centre Commercie

Juridische Zaken

Secretariaat

Corporate Comm.

Controlling/FAC

HRM

ICT

Convention Centre Productie & Gebouw

Convention Centre Operations

Exhibitions

Planning & Revenu

Productie

Event Management

Mktg. & Innovation

Inkoop

Service Management

Exhibitor & Visitor Serv.

Parking

Keuken

Security

Flexcentre

Jaarlijks wordt een Business Balance Score Card gemaakt voor Amsterdam RAI in zijn totaal en per divisie en per afdeling. Vier keer per jaar worden deze afspraken ge­ëvalueerd en aan het eind van het jaar

Manager Domein Manager Domein

Manager Domein Manager Domein PMC Automotive

Kwaliteit, Arbo & Milieu

Iedere medewerker ontvangt een vast salaris. Een variabele beloning wordt gegeven op basis van diverse KPI’s. Deze variabele beloning is ook afhankelijk van de financiële resultaten van Amsterdam RAI als geheel.

PMC Internationale Beurzen

PMC Internationale Vakbeurzen

Gebouw & Techniek

Beloning

Marketing Services

Manager Domein Manager Domein

Corporate Governance

business principes en reglementen, deze worden jaarlijks geactualiseerd. De belangrijkste daarvan zijn: • Directiereglement • Reglement Raad van Commissarissen • Klokkenluidersregeling • Protocol ongewenste omgangsvormen • Statuten

Amsterdam RAI is zich bewust van haar maatschappelijke rol en de daaruit voortvloeiende verantwoordelijkheden tegenover alle partijen. We hebben dat vastgelegd in verschillende kernwaarden,

Voor de inhoud van deze reglementen verwijzen wij graag naar onze website: http://www.rai.nl/nl/rai/organisatie/Paginas/ Corporate-Governance.aspx

moeten deze afspraken volbracht zijn. De Raad van Commissarissen keurt de afspraken in de BBSC goed. In 2011 gaan wij ons heroriënteren op onze beloningssystematiek, mede als gevolg van de resultaten uit ons MTO.

[ 23 ] TERUG NAAR DE INHOUD

Amsterdam RAI Duurzaamheidsverslag


6 Over dit verslag Dit duurzaamheidsverslag gaat over Amsterdam RAI B.V. Het is ons derde duurzaamheidsverslag. Met dit verslag rapporteren wij over 2010. Daarnaast geven we een indruk van de ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid die Amsterdam RAI de komende jaren voor ogen heeft. Dit verslag is bedoeld voor iedereen die belangstelling heeft voor onze organisatie en activiteiten en onze impact op duurzaamheid. Wij willen jaarlijks een

TERUG NAAR DE INHOUD

duurzaamheidsverslag blijven uitbrengen zodat onze stakeholders de voortgang van Amsterdam RAI op het gebied van duurzaamheid kunnen volgen. Wij zijn erg benieuwd naar de reactie van onze stakeholders op dit duurzaamheidsverslag en we nodigen u dan ook van harte uit te reageren met opmerkingen, vragen en suggesties. U vindt onze contactgegevens in het colofon.

[ 24 ]


GRI TABEL De indicatorentabel is gebaseerd op de richtlijnen voor duurzaamheidsverslaglegging van het Global Reporting Initiative (GRI). Wij zijn van mening dat op dit verslag het B- niveau van de G3-richtlijnen van toepassing is. Wij streven ernaar het rapporteringsniveau in komende verslagen te verhogen naar niveau A. De geplande stakeholderdialoog is hierbij van groot belang voor het bepalen van onze materiĂŤle onderwerpen. Een ander aandachtspunt hierbij is het meetbaarder maken van onze prestaties. Indicator

Locatie in het verslag

1. Strategie en analyse 1.1 Een verklaring van de hoogste beslissingsbevoegde van de organisatie

p. 3

1.2 Beschrijving van belangrijke gevolgen, risico’s en mogelijkheden

p. 3, 5 -6

2. Organisatieprofiel 2.1 Naam van de organisatie

p. 22-23

2.2 Voornaamste merken, producten en/of diensten

p. 22-23

2.3 Operationele structuur van de organisatie

p. 22-23

2.4 Locatie van het hoofdkantoor van de organisatie

p. 22-23

2.5 Het aantal landen waar de organisatie actief

p. 22-23

2.6 Eigendomsstructuur en de rechtsvorm

p. 22-23

2.7 A fzetmarkten (geografische verdeling, sectoren die worden bediend en soorten klanten/ begunstigden)

p. 22-23

2.8 Omvang van de verslaggevende organisatie

p. 16-18, 21

2.9 S ignificante veranderingen tijdens de verslagperiode wat betreft omvang, structuur of eigendom

n.v.t.

2.10 Onderscheidingen die tijdens de verslagperiode werden toegekend

p. 20

3. Verslagparameters Verslagprofiel 3.1 V erslagperiode (bijvoorbeeld fiscaal jaar of kalenderjaar) waarop de verstrekte informatie betrekking heeft

p. 24

3.2 Datum van het meest recente verslag (indien van toepassing)

p. 24

3.3 Verslaggevingscyclus (jaarlijks, tweejaarlijks, etc.)

p. 24

3.4 Contactpunt voor vragen over het verslag of de inhoud ervan

p. 29

Reikwijdte en afbakening van het verslag 3.5 Proces voor het bepalen van de inhoud van het verslag

p. 5-6

3.6 Afbakening van het verslag

p. 24

3.7 V ermeld eventuele specifieke beperkingen voor de reikwijdte of afbakening van het verslag

n.v.t.

[ 25 ] TERUG NAAR DE INHOUD

Amsterdam RAI Duurzaamheidsverslag


Indicator

Locatie in het verslag

3.8 B asis voor verslaggeving over samenwerkingsverbanden, dochterondernemingen in gedeeltelijk eigendom, gehuurde faciliteiten, uitbestede activiteiten of andere entiteiten die de vergelijkbaarheid tussen verschillende verslagperioden of verslaggevende organisaties aanzienlijk beĂŻnvloeden

n.v.t

3.9 D e technieken en berekeningsgrondslagen voor gegevensmetingen, waaronder de voor schattingen gebruikte aannames en de technieken die zijn toegepast op de samenstelling van de indicatoren en overige informatie in het verslag

Waar nodig vermeld bij kwantitatieve gegevens

3.10 U itleg over de gevolgen van eventuele herformuleringen van eerder verstrekte informatie

n.v.t.

3.11 Significante veranderingen ten opzichte van vorige verslagperiodes

n.v.t.

GRI-inhoudsopgave 3.12 GRI Tabel

p. 25-28

Assurance 3.13 B eleid en huidige praktijk met betrekking tot het betrekken van externe assurance van het verslag.

Er vindt alleen externe Assu­rance plaats op het financiÍle verslag

4. Bestuur, verplichtingen en betrokkenheid Bestuursstructuur 4.1 De bestuursstructuur van de organisatie

p. 22-23

4.2 G eef aan of de voorzitter van het hoogste bestuurslichaam eveneens een leidinggevende functie heeft

p. 22-23

4.3 V oor organisaties met een enkelvoudige bestuursstructuur: vermeld het aantal onafhankelijke en/of niet-leidinggevende leden van het hoogste bestuurslichaam

p. 22-23

4.4 M echanismen die aandeelhouders en medewerkers de gelegenheid geven om aanbevelingen te doen aan of medezeggenschap uit te oefenen op het hoogste bestuurslichaam

p. 22-23

4.5 E en koppeling tussen vergoedingen voor leden van het hoogste bestuurslichaam, topmanagers en leidinggevenden (met inbegrip van vertrekregelingen) en de prestaties van de organisatie (met inbegrip van sociale en milieugerelateerde prestaties)

p. 22-23

4.6 P rocessen waarmee het hoogste bestuurslichaam waarborgt dat strijdige belangen worden vermeden.

p. 23

4.7 P roces voor het bepalen van de kwalificaties en expertise van de leden van het hoogste bestuurslichaam voor het sturen van de strategie van de organisatie aangaande economische, milieugerelateerde en sociale onderwerpen 4.8 Intern ontwikkelde missie- of beginselverklaringen, gedragscodes en uitgangspunten die van belang zijn voor de economische, milieugerelateerde en sociale prestaties, met vermelding van de mate van invoering ervan

TERUG NAAR DE INHOUD

[ 26 ]

p. 22-23

p. 18- 19, 23


Indicator

Locatie in het verslag

4.9 P rocedures van het hoogste bestuurslichaam voor het overzien van de inventarisatie en het beheer door de organisatie van economische, milieugerelateerde en sociale prestaties, met inbegrip van relevante risico’s en mogelijkheden en naleving van of conformiteit met internationaal overeengekomen standaarden, gedragscodes en principes

p. 22-23

4.10 P rocessen voor het evalueren van de eigen prestaties van het hoogste bestuurslichaam, in het bijzonder betreffende economische, milieugerelateerde en sociale prestaties

p. 23

Verplichtingen i.v.m. externe initiatieven 4.11 T oelichting over de toepassing van het voorzorgsprincipe door de verslaggevende organisatie

p. 5

4.12 E xtern ontwikkelde economische, milieugerelateerde en sociale handvesten, principes of andere initiatieven die de organisatie onderschrijft

p. 4

4.13 L idmaatschap van verenigingen (zoals brancheverenigingen) en/of nationale/internationale belangenorganisaties

p. 6

Overleg met belanghebbenden 4.14 Lijst van groepen belanghebbenden die de organisatie heeft betrokken

p. 5-6

4.15 B asis voor inventarisatie en selectie van belanghebbenden die moeten worden betrokken

p. 5-6

4.16 B enadering van het betrekken van belanghebbenden, waaronder de frequentie ervan

p. 5-6

4.17 D e voornaamste onderwerpen en vraagstukken die naar voren zijn gekomen door de betrokkenheid van belanghebbenden en hoe de organisatie hierop heeft gereageerd, onder meer via haar verslaggeving

p. 5-6

Prestatie-indicatoren Economische prestatie-indicatoren DMA economische aspecten (managementbenadering)

p. 5 , 21, financiële verslag

EC1 Directe economische waarden die zijn gegenereerd en gedistribueerd.

p. 21, financiële verslag

EC9 Inzicht in en beschrijving van significante indirecte economische gevolgen, waaronder de omvang ervan

p. 21, financiële verslag

Milieu prestatie-indicatoren DMA milieuaspecten (managementbenadering)

p. 5, 8-14

EN3 Direct energieverbruik door primaire energiebron

p. 8- 10

EN4 Indirect energieverbruik door primaire bron

p. 8- 10

EN5 Energie die bespaard is door besparingen en efficiëntieverbeteringen

p. 8- 10

EN6 Initiatieven ten behoeve van energie-efficiëntie of op duurzame energie gebaseerde producten en diensten, evenals verlaging van het indirecte energieverbruik en reeds gerealiseerde verlaging

p. 8- 10

EN7 Initiatieven ter verlaging van het indirecte energieverbruik en reeds gerealiseerde verlaging

p. 8- 10

Prestatie-indicatoren EN8 Totale wateronttrekking per bron

p. 13

EN22 Totaalgewicht afval naar type en verwijderingsmethode

p. 13-14

EN26 Initiatieven ter compensatie van de milieugevolgen van producten en diensten en de omvang van deze compensatie

p. 8-10, 18-19

EN29 Significante milieugevolgen van het transport van producten en andere goederen en materialen die worden gebruikt voor de activiteiten van de organisatie en het vervoer van personeelsleden

p. 10-12

[ 27 ] TERUG NAAR DE INHOUD

Amsterdam RAI Duurzaamheidsverslag


Indicator

Locatie in het verslag

Sociale prestatie-indicatoren: Arbeidsomstandigheden DMA arbeidsomstandigheden (managementbenadering)

p. 5, 16-18 Sociaal Jaarverslag

LA1 Totale personeelsbestand naar type werk, arbeidsovereenkomst en regio

p. 16-18, Sociaal Jaarverslag

LA2 Totaal aantal en snelheid van personeelsverloop per leeftijdsgroep, geslacht en regio

p. 16-18, Sociaal Jaarverslag

LA4 Percentage medewerkers dat onder een collectieve arbeidsovereenkomst valt

Alle medewerkers vallen onder het eigen arbeidsvoorwaardenpakket van Amsterdam RAI

LA5 Minimale opzegtermijn(en) in verband met operationele veranderingen, inclusief of dit wordt gespecificeerd in collectieve overeenkomsten

1 maand voor de werknemer en twee maanden voor de werkgever

LA6 Percentage van het totale personeelsbestand dat is vertegenwoordigd in formele gezamenlijke arbo-commissies van werkgevers en werknemers die bijdragen aan de controle op en advies over arbo-programma’s

p. 22- 23

LA7 Letsel-, beroepsziekte-, uitvaldagen- en verzuimcijfers en het aantal werkgerelateerde sterfgevallen per regio

p. 16-18, Sociaal Jaarverslag

Sociale prestatie-indicatoren: Mensenrechten DMA mensenrechten (managementbenadering)

p. 4- 5, 18

HR2 Percentage belangrijke leveranciers en aannemers die getoetst zijn op naleving van de mensenrechten en op getroffen maatregelen

p. 18

Sociale prestatie-indicatoren: Maatschappij DMA maatschappij (managementbenadering)

p. 5

Sociale prestatie-indicatoren: Productverantwoordelijkheid DMA Productverantwoordelijkheid

p. 19-20

PR5 Beleid ten aanzien van klanttevredenheid, met inbegrip van resultaten van onderzoeken naar de klanttevredenheid

p. 5-6

TERUG NAAR DE INHOUD

[ 28 ]


Amsterdam RAI Europaplein 1078 GZ Amsterdam Postbus 77777 1070 MS Amsterdam T 020 549 12 12 F 020 646 44 69 www.rai.nl

NAAR BEGIN


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.