2
mei 2017 jaargang 16
Bijna iedereen die te maken krijgt met een reukstoornis zal het herkennen: zonder reuk verandert je smaakbeleving ingrijpend. Eten smaakt niet meer zoals vroeger, en dat kan best confronterend zijn. Omdat smaak zo persoonlijk is zal ieder dit op zijn of haar eigen manier ervaren. In samenwerking met Wageningen University hebben wij de gevolgen van een reukstoornis op voeding en eetgedrag in kaart willen brengen. In dit Nieuwbericht willen we de resultaten van dit onderzoek graag met u delen.
“
Uit de resultaten van het onderzoek uit 2014 bleek dat als gevolg van een reuk- of smaakstoornis de relatie met voeding wel degelijk op gespannen voet komt te staan”, vertelt voorzitter Kirsten Jaarsma. “Natuurlijk was dit binnen de vereniging bekend. Het is voor ons dan ook geen verrassing dat uit dit nieuwe onderzoek van Wageningen University blijkt dat voor bijna alle leden met een niet aangeboren reukstoornis eten anders smaakt dan voorheen en een groot deel van onze leden minder plezier beleeft aan eten en voorzichtiger is met wat hij of zij eet. Toch is het een belangrijk signaal richting de medische wetenschap om mensen met een reuk- of smaakstoornis hierin te begeleiden als daar behoefte aan is, bijvoorbeeld door middel van een diëtiste’’, stelt Jaarsma. Voor Wageningen University was het een signaal om dit nieuwe onderzoek toe te spitsen op het eetpatroon en de voedselvoorkeuren van onze leden.
Inhoud
Kirsten Jaarsma
Aanleiding nieuw onderzoek Eind 2016 kregen de leden van onze vereniging het verzoek deel te nemen aan de enquête van Wageningen University, afdeling Humane Voeding. Elbrich Postma, Lisan Jonker en dr. Sanne Boesveldt onderzochten de invloed van reuk- smaakstoornissen op het eetpatroon en de voedselvoorkeuren. Dit onderzoek is een vervolg op de eerste enquête uit 2014 die ook onder onze leden werd afgenomen. Met de eerste enquête van Wageningen University wilden de onderzoekers in kaart brengen hoe de zorg en informatievoorzieningen verbeterd konden worden. Daarnaast onderzochten zij de effecten van reuk- en smaakstoornissen op de kwaliteit van leven en het voedselpatroon.
“
# nieuwsbericht
Beste vriend(in) van de vereniging
‘’Uit de resultaten van het Klik hier voor het onderzoek uit 2014 onderzoek uit 2014 bleek dat als gevolg van een reuk- of smaakstoornis de relatie met voeding wel degelijk belangrijk signaal richting de medische wetenschap om mensen met een reuk- of smaakstoornis hierin te begeleiden als daar behoefte aan is, bijvoorbeeld door middel van een diëtiste’’, stelt Jaarsma. Voor Wageningen University was het een signaal om dit nieuwe onderzoek toe te spitsen op het eetpatroon en de voedselvoorkeuren van onze leden.
2 HET ONDERZOEK – d e invloed van reukverlies op het eetpatroon en voedselvoorkeuren
4 REACTIE – van de leden Bart Ufkes, Debby Bats en Jacqueline Spierenburg 5 DE ONDERZOEKER – Elbrich Postma aan het woord 6 Nieuws van de vereniging
de nieuwe anosmievereniging
De invloed van reukverlies op het eetpatroon en voedselvoorkeuren Elbrich Postma, Lisan Jonker & Dr. Sanne Boesveldt – Wageningen University In het laatste kwartaal van 2016 hebben we de leden van Reuksmaakstoornis.nl uitgenodigd om mee te doen aan een onderzoek naar de invloed van reuk- en smaakverlies op het eetpatroon en voedselvoorkeuren. Dit verslag geeft een overzicht van de resultaten van het onderzoek, waar in totaal 105 deelnemers aan deelnamen. Om de resultaten te kunnen vergelijken, hebben we in de analyse ook de resultaten van dezelfde vragenlijsten in een controlegroep gebruikt.
“Sinds ik een reukstoornis heb, moet ik het hebben van hoe iets eruit ziet en hoe iets aanvoelt in de mond.”
100
97%
afgelopen maand van 34 veel gegeten voedingsmiddelen in Nederland gemeten wordt. Op basis van de voedingswaarden van deze producten, wordt de inname van 8 verschillende componenten binnen de richtlijnen bepaald:
84% 50
Component
30%
Voorbeelden van producten
Groente
Rauwkost (komkommer, sla), broccoli, wortel
Fruit
Vruchtensap, appel, banaan
Vezels
Volkoren brood, groente, fruit
Vis
Zalm, tonijn, tilapia
Verzadigd vet Volvette kaas (48+), vleeswaren, koek 0 Voedsel smaakt nu anders dan vroeger
Ik eet nu minder dan vroeger
Ik beleef minder plezier aan het eten van voedsel dan vroeger
Transvet
Roomboter, volle melk
Zout
Kant- en klaarmaaltijden, pizza, chips
Alcohol
Bier, wijn, sterke drank
De uitslag van de Eetscore geeft een score per component (0-10) en een totaalscore (0-80). Voor de componenten groente, fruit, vezels en vis geldt: hoe hoger de inname, hoe hoger de score. Voor de componenten verzadigd vet, transvet, zout en alcohol geldt: hoe lager de inname, hoe hoger (en dus beter) de score.
(Veranderde) relatie met voeding Het onderzoek begon met drie vragen over de (veranderde) relatie met voeding. Bijna 97% van de deelnemers gaf aan dat voedsel nu anders smaakt dan vroeger. Bovendien beleefde meer dan 84% van de deelnemers nu minder plezier aan eten dan vroeger. Met ‘vroeger’ werd in dit geval de situatie voor het verlies van het reukof smaakvermogen bedoeld. Het is duidelijk dat er veranderingen optreden in de relatie die de deelnemers met voeding hebben sinds zij een reukstoornis hebben.
Resultaten Eetscore De gemiddelde totaalscore voor het volgen van de richtlijnen was 55.6 punten (de maximale score is 80 punten). Dit geeft aan dat de deelnemers redelijk gezond eten, maar nog niet aan alle Nederlandse richtlijnen voor een gezonde voeding voldoen. Deze gemiddelde totaalscore was vergelijkbaar met de score in de controlegroep. Er waren wel verschillen tussen de scores per component. De deelnemers van Reuksmaakstoornis.nl hadden een opvallend lagere score op de richtlijn voor vezels, transvetten en alcohol dan de controlegroep (hoe lager de score, hoe slechter de richtlijn nageleefd wordt). De score op de richtlijn voor zout was daarentegen significant beter dan in de controlegroep. De componenten vis en verzadigd vet scoorden het laagst op naleven van de richtlijn. Dit was ook het geval in de controlegroep.
“Ik let meer Eetpatroon: hoe goed worden op textuur, knapperig, de Richtlijnen Goede Voeding romig, smeuïg. nageleefd? Vaak leg ik iets meer Het volgende onderdeel was de vragenlijst zoute, of juist zoete genaamd ‘Eetscore’. Deze vragenlijst meet accenten.” hoe goed de deelnemer voldoet aan de Richtlijnen voor Goede Voeding. Dit is een wetenschappelijk gebaseerd advies over de gewenste dagelijkse inname van voeding. Door deze richtlijnen te volgen, krijg je alle benodigde voedingsstoffen binnen. Dit advies wordt opgesteld door de Gezondheidsraad. In deze versie van de Eetscore gebruikten we de richtlijnen uit 2006. De vragenlijst bevat 25 vragen, waarmee de inname voor de
Voedselvoorkeuren: voorkeur voor voedingsstoffen Naast het meten van het voedingspatroon, wilden we ook meten of er voorkeuren zijn voor bepaalde producten bij mensen met een reuken/of smaakstoornis en of deze voorkeuren anders zijn dan die van
2
5
groente
zout
vis
verzadigd vet
vezels
In de voedselvoorkeurentaak hebben we gekeken naar de voorkeur voor eiwitten, vet, koolhydraten en lage-energie producten. Bij deelnemers met een nietaangeboren reukstoornis zagen we hetzelfde voorkeurspatroon als bij de controlegroep. Er was geen verschil tussen de voorkeur voor zoete of hartige producten. Wanneer we keken naar de voorkeuren bij deelnemers met een aangeboren reukstoornis (14 deelnemers), zagen we een ander patroon dan bij de deelnemers met een nietaangeboren reukstoornis. Bovendien hadden de deelnemers met een aangeboren reukstoornis een voorkeur voor zoete boven hartige producten.
alcohol
transvet
Eetscore – score per component
fruit
10
0 deelnemers reuksmaakstoornis.nl
controlegroep
mensen met een normaal reuk- en smaakvermogen. Dit hebben we gemeten met de voedselvoorkeurentaak. Deze taak meet de voorkeur voor de voedingsstoffen eiwitten, vet, koolhydraten. Deze noemen we ook wel macronutriënten. Ook hebben we de voorkeur voor producten met een lage energiewaarde onderzocht. Macronutriënt
Voorbeelden van producten
Eiwitten
Rosbief, kipfilet, garnalen
Vet
Kaas, pinda’s, Bossche bol
Koolhydraten
Winegums, stroopwafel, ontbijtkoek
Lage-energie producten
Komkommer, bleekselderij, tomaat
Voorkeur
Niet aangeboren reukstoornis
1.
Lage-energie producten
Aangeboren reukstoornis Vet
2.
Eiwitten
Koolhydraten
3.
Vet
Eiwitten
4.
Koolhydraten
Lage-energie producten
Zoet/hartig
Geen voorkeur
Voorkeur voor zoet
Aanbevelingen Ondanks de veranderde relatie met “Sinds ik voeding, lijken de deelnemers gemidniet meer kan ruiken, deld redelijk gezond te eten. Over het vind ik het heel moeilijk algemeen gelden voor de deelnemers om te beslissen waar dezelfde aanbevelingen die gelden ik zin in heb om voor de gezonde controlegroep: eet te eten.” meer groente, fruit en vis en minder verzadigde vetten. Hierbij moet wel rekening gehouden worden met het feit dat de deelnemers een andere smaakbeleving hebben dan de controlegroep, waardoor adviezen op maat gewenst zijn. Hoewel de deelnemers met een aangeboren reukstoornis een ander patroon van voedselvoorkeuren hebben, lijken zij de richtlijnen niet minder goed te volgen dan deelnemers met een niet-aangeboren stoornis. Een onderzoek met meer deelnemers en over langere tijd is wenselijk om een beter beeld te krijgen van het eetpatroon en de voedselvoorkeuren van deze groep, ook in relatie tot duur en oorzaak van de stoornis. •
In de taak sorteert de deelnemer telkens 4 afbeeldingen van voeding in de volgorde van voorkeur.
Conclusie Als we de resultaten samenvatten, kunnen we het volgende zeggen: • De deelnemers laten duidelijk een veranderde relatie met voeding zien: ze geven aan dat voedsel anders smaakt en beleven minder plezier aan eten door hun reukstoornis. • De deelnemers eten gemiddeld redelijk gezond, maar voldoen nog niet aan alle Nederlandse richtlijnen voor een gezonde voeding. Dit is gelijk aan de controlegroep.
• De deelnemers houden zich gemiddeld slechter aan de • •
3
richtlijnen voor vezels, transvetten en alcohol en beter aan de richtlijn voor zout dan de controlegroep. De deelnemers die een niet-aangeboren reukstoornis hebben, laten hetzelfde patroon van voedselvoorkeuren zien als de controlegroep. Deelnemers met een aangeboren reukstoornis hebben een ander voedselvoorkeurenpatroon.
Reactie van onze leden Omdat we heel benieuwd waren of onze leden zich in deze resultaten konden vinden, hebben we op Facebook een oproep geplaatst met de vraag wie we mochten spreken over de uitkomsten van de enquête. Drie leden reageerden: Bart Ufkes, Debby Bats en Jacqueline Spierenburg. Jacqueline verloor haar reukzin geleidelijk door chronische ontstekingen, Bart en Debby hebben beiden aangeboren anosmie. Alle drie kregen ze bovenstaande resultaten alvast toegestuurd en vertelden wat zij wel en niet herkenden in de uitkomsten van het onderzoek. Spannende salade en praktische pot Een van de belangrijkste uitkomsten van de enquête is dat de meeste leden redelijk gezond eten. Daar herkennen zowel Bart als Debby en Jacqueline zich in. “Ik at altijd al gezond en dat ben ik ook na mijn reukverlies gewoon blijven doen’’, stelt Jacqueline. “Omdat eten voor mij vooral praktisch is om de trek te vullen, kook ik juist heel gezond voor mijn gezin. Ik houd me bijna altijd aan de richtlijnen van de schijf van vijf. Meestal eten we Hollandse pot: groente, vlees en aardappelen’’, vertelt Debby. Ook Bart eet bewust gezond. “Ik scoor niet middelmatig maar juist heel goed op de richtlijnen van de eetscore’’, vertelt hij. Maar hij geeft ook toe dat sla of tomaat niet tot zijn favorieten behoort: “Qua smaakbeleving heb je daar niet zoveel aan. Ik probeer een salade daarom altijd wat spannender te maken door verschillende structuren toe te voegen zoals noten, quinoa of couscous’’, legt hij uit. Ook Jacqueline heeft haar eigen trucs: “Ik eet veel tomaat en dan het liefst uit de oven. Door de hitte gaan de suikers karamelliseren en wordt de smaak veel zoeter’’, tipt ze. Zalig zout en zoet Uit de resultaten blijkt ook dat de leden van de vereniging de richtlijn voor de zoutinname beter naleven dan de contro-
legroep. “Ik eet juist heel veel zout, en heb dat tijdens de enquête ook zeker aangegeven’’, bekent Bart, “Ik eet elke dag een hardgekookt ei met flink wat grof zeezout, daarvan blijft geen korrel op mijn bord liggen. Collega’s waarschuwen me dagelijks dat ik te veel zout eet, maar ik ben er gek op. Ik koop ook regelmatig potjes met bijzondere soorten zout, zoals vulkanisch zout of zout met hete peper. Heerlijk vind ik dat”, vervolgt hij. Jacqueline is ook een liefhebber van zout: “Ik heb een potje waddenzout en eet ook graag gezouten roomboter. Andere zoute toevoegingen zoals marmite en soja maken gerechten voor mij ook veel smaakvoller.’’ Debby daarentegen, kookt vrijwel zoutloos. “Mijn moeder kookte ook zoutloos, dus ik ben niet anders gewend’’, licht ze toe. Dat betekent niet dat ze zout niet lekker vindt: “Ik lust het wel, maar ik ben eigenlijk gekker op mierzoet. Of heel pittige curry, waardoor het zweet je uitbreekt. Dat heb ik het liefst.’’
reuk heel geleidelijk verloren en heb inderdaad minder plezier in eten en koken dan vroeger. Toch heb ik wel mijn weg gevonden om van eten te genieten. Maar, zoals de quote bij het onderzoek ook zegt, ik vind het wel heel lastig te bedenken waar ik zin in heb. En in een restaurants speel ik meestal op safe. Dan bestel ik weer een salade met geitenkaas en honing. Ik weet dat ik daar qua smaakbeleving wat aan heb. Bart en Debby weten niet beter en vinden het dan ook lastig om in te schatten of zij minder plezier aan eten beleven dan mensen zonder reuk- of smaakstoornis. “Ik geniet op een heel andere manier, denk ik. Wanneer we uit eten zijn geniet ik als mijn tafelgenoten het eten lekker vinden. Het gaat mij dan niet zo zeer om de smaak van het eten maar om de goede sfeer die zo’n etentje gezellig maakt’’, legt Debby uit. Bart is een bourgondiër en geniet volop van lekker eten en een goed glas wijn. “Toch zou ik dolgraag meemaken hoe het allemaal smaakt zonder anosmie’’, vertelt hij.
Op safe Het onderzoek zoomt ook in op het plezier in eten. 84% van de leden stelt minder plezier te hebben in eten dan voor zij hun reukzin verloren. Dat herkent Jacqueline: Ik ben mijn
Veel van de leden die de enquête invulden, hielden zich niet aan de richtlijnen voor vezels, transvetten en alcohol. Voorbeelden hiervan zijn volkorenbrood, roomboter, bier en wijn. “Ik kan ontzettend
4
genieten van goede, stevige wijnen. Voor een goede balans heb ik nu eens een alcoholvrije maand. Ook roomboter lust hij graag, maar volkorenbrood eet hij vaak genoeg: “Dat vind ik juist heel lekker, die zaden en granen zorgen voor een goede bite” vervolgt Bart. Ook Debby en Jacqueline houden van romige dingen als roomboter, maar wijn kan de dames niet zo bekoren. “Soms drink ik nog weleens een wijntje voor de gezelligheid, je gaat je er wel prettiger door voelen maar echt lekker vind ik het niet meer’’, aldus Jacqueline. Debby drinkt zelden tot nooit: “Als ik een keer wijn drink, is het meestal zoete rosé of witte wijn. Ik zou graag rode wijn willen leren drinken, maar tot nu toe vind ik het nog niet zo lekker.’’ Temperatuur en tips Over het algemeen konden de leden zich in de meeste uitkomsten wel vinden. “Eigenlijk wist ik de meeste dingen al wel, er zaten niet echt verrassingen bij’’, vindt Bart, “Wel miste ik de invloed van temperatuur in het onderzoek. Dat is voor mij wel heel belangrijk.’’ Jacqueline vond het jammer dat ze na de enquête geen persoonlijk advies kreeg: “Ik ben eigenlijk heel benieuwd wat de onderzoekers van mijn eetpatroon vinden. Ik ben op zoek naar oplossingen en tips’’, besluit ze. •
Onderzoeker aan het woord Elbrich Postma, een van de drie onderzoekers, reisde eind april af naar Florida (VS) om daar namens de afdeling Humane Voeding van Wageningen University de 39e jaarlijkse bijeenkomst van AchemS bij te wonen. AChemS staat voor ‘Association for Chemoreception Sciences’ en is dé vereniging voor onderzoekers wereldwijd die werken aan onderzoek naar reuk en smaak. Dit gaf Postma de gelegenheid om de resultaten van het onderzoek naar eetgedrag en voedselvoorkeuren dat onder de leden van Reuksmaakstoornis.nl is uitgevoerd, te presenteren aan andere wetenschappers van over de hele wereld. In de spotlights “Het congres vond van 26 tot en met 29 april plaats. Elke dag van de bijeenkomst begon en eindigde met postersessies. Tijdens deze sessies krijgen onderzoekers de kans om de resultaten van hun onderzoek te presenteren. Andere onderzoekers kunnen dan langslopen en vragen stellen. Dit is erg waardevol, omdat andere onderzoekers vaak een net iets andere invalshoek hebben. Dat kan leiden tot nieuwe inzichten’’, vertelt Postma bevlogen, “Tijdens één van de postersessies presenteerde ik een poster met de resultaten van ons onderzoek naar voedselvoorkeuren en voedselinname onder
de leden van de Reuksmaakstoornis.nl. Er is nog maar heel weinig onderzoek naar de relatie tussen reukvermogen en voeding gedaan en onze poster werd dan ook druk bezocht!’’
is, zijn individuele verhalen heel verschillend. “Om die reden onderzoeken we een groot aantal mensen, zodat de persoonlijke verschillen eruit worden gefilterd en het effect op de groep zichtbaar wordt’’, licht ze toe.
Er was dus veel interesse voor de vragenlijsten die we hadden gebruikt en ook voor de onderzoeksgroep. “Dit laat zien dat dit een belangrijk onderzoeksgebied is, waar we nog veel kunnen ontdekken’’, stelt Postma, “Mensen met reuk- en smaakstoornissen zeggen vaak dat hun stoornis invloed heeft op hun beleving van voeding, wij onderzoeken of het ook effect heeft op wat ze eten’’. Omdat voeding heel persoonlijk
Screener Juist omdat er nog maar zo weinig onderzoek is gedaan naar de relatie tussen veranderingen in reukvermogen en voeding, willen de dames (Elbrich Postma, Sanne Boesveldt en Lisan Jonker) zich hier zeker nog verder in verdiepen. “Het is nu belangrijk om te kijken of we met de vragenlijsten op de juiste manier hebben kunnen meten wat we te weten wilden komen, of dat we dat in het vervolg op een andere manier aanpakken. Daarnaast willen we graag een soort screener ontwikkelen in de vorm van een laagdrempelige vragenlijst over voeding. Een arts zou met behulp van zo’n screener gemakkelijk afwijkende voedingspatronen kunnen onderscheppen’’, legt Postma uit, “Artsen zijn zich er vaak wel bewust van dat reuk- smaakstoornissen invloed kunnen hebben op voedingspatronen, maar weten in veel gevallen niet genoeg over voeding om patiënten goed te kunnen begeleiden. Dan zou een arts de patiënt ook naar een diëtiste kunnen doorverwijzen’’, aldus Postma. •
Elbrich Postma tijdens de presentatie van het onderzoek
5
“ Onze geschiedenis staat bol van de geuren. Zelfs op een plek die zo visueel is georiënteerd als een museum is die geschiedenis van geuren – voor wie goed oplet – overal zichtbaar. Nog vaker echter is die onzichtbaar. Van geurige pomanders om ziekte te verdrijven tot kostbare reukoffers; tijdens deze speciale rondleiding komt u er achter dat de reuk ooit een belangrijke plek innam en zult u de cultuurgeschiedenis nooit meer hetzelfde zien.” < Caro Verbeek, kunsthistorica
Uitnodiging rondleiding Rijksmuseum Beste vriend(in) van Reuksmaakstoornis.nl,
W
ij nodigen u van harte uit voor een bijzondere activiteit speciaal voor u als vriend(in) van de vereniging. Op ons verzoek zal kunsthistorica Caro Verbeek ons rondleiden langs een aantal bijzondere werken uit de collectie van het Rijksmuseum. Zij zal daarbij uitleg geven op welke manier geuren een rol spelen in onze kunst- en cultuurhistorie.
U kunt zich aanmelden via secretariaat@reuksmaakstoornis.nl met vermelding van uw naam, het aantal deelnemers en uw voorkeur voor de sessie van 13.00 uur of 15.00 uur. De rondleiding is gratis voor leden van de vereniging en introducé(s) – entree voor het museum is voor rekening van de deelnemers (E 17,50 p.p. – museumkaart gratis). Voor informatie over het Rijksmuseum kunt u terecht op de website www.rijksmuseum.nl
Maria Magdalena Jan van Scorel (ca. 1530) olieverf op paneel. “Maria Magdalena is vaak te herkennen aan haar zalfpot. Hierin bevond zich een extreem kostbare geurstof die onder andere door Plinius de Oudere werd omschreven en ook bij de farao’s niet onbekend was.”
<
De rondleiding is op zaterdag 24 juni 2017 in het Rijksmuseum in Amsterdam. Er zijn twee identieke sessies: om 13.00 uur en om 15.00 uur. Duur van de rondleiding is ca. 1,5 uur. We hebben plaats voor 20 personen per sessie, dus meldt u zich vooral snel aan (vol=vol). U kunt natuurlijk voor of na de rondleiding op eigen gelegenheid de collectie van het Rijksmuseum bekijken.
Na ontvangst van uw aanmelding sturen we u meer informatie over het evenement. We hopen u te mogen begroeten op 24 juni!
AGENDA
Namens het bestuur, Kirsten Jaarsma – voorzitter
Zaterdag 24 juni 2017 – rondleiding in het Rijksmuseum onder leiding van kunsthistorica Caro Verbeek Zaterdag 23 september 2017 – Vriendendag 2017
Algemene Ledenvergadering Op 3 april jl. vond de Algemene Ledenvergadering plaats in Utrecht. Het bestuur blikte samen met de leden terug op de verenigings-activiteiten en projecten gerealiseerd in 2016 en presenteerde een doorkijk naar de plannen voor 2017. Ook werd de jaarrekening 2016 gepresenteerd en heeft de kascontrolecommissie het bestuur décharge verleend waarna de jaarrekening is goedgekeurd. Het bestuur is blij met de diverse nuttige suggesties van de aanwezige leden. Wilt u het verslag van de ALV of de jaarrekening 2016 ontvangen? Neemt u dan contact op met ons secretariaat via: secretariaat@reuksmaakstoornis.nl
Gezocht: algemeen bestuurslid m/v Vindt u het leuk om een actieve rol te spelen in onze vereniging en mee te denken over projecten, activiteiten en beleid? Dan is dit misschien iets voor u! We zoeken een enthousiaste Vriend(in) van de vereniging voor de functie van algemeen bestuurslid. Heeft u interesse? Onze voorzitter Kirsten Jaarsma gaat graag met u in gesprek. U kunt haar bereiken via: voorzitter@reuksmaakstoornis.nl
6