SPECIALE EDITIE
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
Sport&Strategie VOOR EXECUTIVES IN DE SPORT, BIJ OVERHEID, BEDRIJVEN & MEDIA
WORDT HET TOKIO OF NOKIO 2021?
PAGINA 10
JOHN BIERLING (NOC*NSF) BEREKENT CORONASCHADE AAN NEDERLAND SPORTLAND
PAGINA 12 EN 13
DEBAT: LEIDERSCHAP EN CRISISMANAGEMENT IN TIJDEN VAN CORONA
PAGINA 18 TOT EN MET 23
JAN DIRK VAN DER ZEE (KNVB): “SOCIALE SCHADE GROTER DAN FINANCIËLE”
PAGINA 26 EN 27
JET BUSSEMAKER OVER DE BENARDE POSITIE VAN OUDEREN
PAGINA 42 EN 43
“Onze breedtesportinfrastructuur van 25.000 verenigingen móet overeind blijven” VVD-Kamerlid Rudmer Heerema wil structureel meer geld voor de sport Wie sport zegt, zegt VVD, de politieke partij die de sport de laatste tien jaar zo’n beetje als haar eigendom is gaan beschouwen. Is het niet via de minister van sport (Edith Schippers, Bruno Bruins en nu Martin van Rijn), dan wel via Rudmer Heerema, het meest invloedrijke (vinden niet alleen zijn partijgenoten!) Kamerlid met sport in zijn portefeuille. In de afgelopen jaren wist Heerema bij beide ministers bijna eigenhandig 20 miljoen extra af te troggelen voor de topsport, 10 miljoen voor sportbonden en -verenigingen en 5 miljoen voor sportevenementen. Ook de verplichting voor scholen in het basisonderwijs om minimaal twee uur gymles te geven – een voorstel daartoe werd in februari, nog net voor de coronacrisis, in de Tweede Kamer aangenomen – kan op zijn conto worden geschreven. DOOR FRANS OOSTERWIJK
Geen volksvertegenwoordiger ook met betere voelsprieten in de sport. Bonden, verenigingen, fitnessscholen, betaaldvoetbalclubs, KNVB, NOC*NSF, organisatoren van evenementen – allemaal wisten ze Heerema de afgelopen maanden te vinden voor overleg en advies. Als een verkeersregelaar was hij bezig ze te verwijzen naar de juiste ministeries en de aangewezen loketten in politiek Den Haag om hun claims te deponeren. Heerema (42): “De sport kent veel sectoren en partijen. Voor ondernemers in de sport, zoals fitnessscholen of tennisscholen, zijn andere regelingen beschikbaar dan voor verenigingen die draaien op subsidies. Of neem de evenementorganisatoren. VWS heeft een potje waaruit evenementen worden gesubsidieerd. Dat potje kan nu wellicht worden aangewend om de nood van organisatoren van evenementen die niet doorgaan, te lenigen.”
Nooit had Heerema het drukker dan juist in deze crisis. “De sport loopt normaal de deur niet plat in Den Haag en is politiek wat te bescheiden. Meer dan in andere sectoren is het parool: handen uit de mouwen en eerst zelf iets proberen op te lossen. Nu komen mensen en organisaties wel op voor hun belang, onder andere door mij te bellen en te mailen. Het belangrijkste was, gegeven al de verschillende sectoren en partijen in de sport, uit te zoeken wat binnen de door de overheid getroffen regelingen wel wordt vergoed en wat niet. Ik heb de afgelopen tijd met veel vertegenwoordigers Lees verder op pagina 5
FOTO: HOLLANDSE HOOGTE/CC PETER HILZ
Snelle toewijzing
RUDMER HEEREMA: “ALS ER NU VERSNELD MEER SAMENWERKING KOMT TUSSEN GEMEENTE, SPORT EN SCHOOL, IS DAT ALLEEN MAAR BETER.”
2
Sport&Strategie
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
“Ook het beroep van topsporter moet opgenomen worden in de lijst van vitale beroepen” In tijden van quarantaine kan topsport, ook al vindt ze plaats zonder publiek en kan ze alleen via de televisie worden gevolgd, de bittere pil van ledigheid en binnen zitten nog enigszins verzachten. Vanwege de bijdrage aan het maatschappelijk geluk zou daarom ook het beroep van topsporter opgenomen moeten worden in de lijst van vitale beroepen. DOOR EDWARD SWIER
Charles van Commenée, voormalig technisch directeur NOC*NSF: “De maatschappij kan probleemloos doordraaien zonder topsport. Het is een beetje als een maaltijd zonder zout, meer niet. In grote delen van de wereld zouden ze alles over hebben voor een zoutloze maaltijd. Dit betekent niet dat topsport geen belangrijke functie heeft, dat heeft zout tenslotte ook. Eerder sprak ik mijn verwondering uit dat Papendal niet als quarantainelocatie werd benut. Het Olympisch Trainingscentrum is er bijna voor ontworpen, met separate slaap-, eet- en trainingsvoorzieningen. Sporters hadden gewoon hun werk kunnen blijven doen zonder anderen in gevaar te brengen. Maar het zou een belediging zijn richting de werkers in de zorg, de politie en het vervoer, om topsporters dezelfde vitale functie toe te dichten.”
ILLUSTRATIE: HANS KLAVER
Joop Alberda, technisch directeur volleybalbond Nevobo:
Gerben Wiersma, bondscoach turnen dames: “Die stelling is te kort door de bocht. We moeten onszelf niet gelijkstellen met bijvoorbeeld de zorg. Dat neemt niet weg dat er een enorme frustratie bij mij leeft, omdat de sport kennelijk onderaan de agenda komt bij onze overheid en dat het ons niet is gelukt duidelijk te maken wat topsport precies inhoudt! Klaarblijkelijk heerst de gedachte dat sport vooral belangrijk is in tijden van voorspoed. Binnensporten, zoals turnen, mogen pas weer in september, maar bruiloften tot honderd personen mogen wel. Wat mij betreft is dit scheef. Onze senioren, in voorbereiding op Tokio 2021, zijn nu weer aan de slag, maar jonge sporters, in voorbereiding op de Spelen van Parijs, zitten thuis. Een ramp voor de topsport! De negatieve effecten gaan we zien in de
en organisaties die van sport leven en de miljarden fans die plezier aan sport beleven. Sport is een maatschappelijke en economische sector als alle andere, en lijdt als alle andere onder deze bizarre situatie. Ik hoop dat de autoriteiten zich snel de vraag stellen onder welke condities we met acceptabele risico’s weer sport kunnen bedrijven. Na de crisis willen we snel weer elke dag aan de slag, zonder de gedachte dat ons bestaan slechts ‘bijzaak’ is.”
Welles/nietes
volgende cyclus. Ik hoop dat NOC*NSF en de bonden de overheid tot andere inzichten kunnen bewegen.”
Hessel Evertse, technisch directeur roeibond KNRB: “Het gemak waarmee sport door sommigen is weggezet als ‘Het is maar sport’ stoort mij. Sport is allang geen bijzaak meer voor de tienduizenden atleten en professionals die zich voorbereiden op topprestaties. Of voor de veelvoud van sporters, professionals en vrijwilligers die zich dagelijks met sport bezighouden, de bedrijven
“Ik zou het niet over de sporter of topsporter willen hebben, maar over sport. Sport is een vitale activiteit. Voor ons allen. Als de coronacrisis één ding duidelijk maakt, is het dat vitaliteit van belang is om het virus de baas te blijven.”
André Cats, technisch directeur zwembond KNZB: “Op de lijst van vitale beroepen staan functies die absoluut doorgang moeten vinden als we in tijden van crisis de maatschappij aan de gang willen houden. Dan hebben we het over sectoren als gezondheidszorg, betalingsverkeer, schoonmaak van ziekenhuizen en vitale overheidsdiensten. Onder die noemer wil ik het beroep van topsporter niet scharen. Maar ik hecht sterk aan het begrip ‘beroep’. Mondiale topsport is allang geen tijdverdrijf of hobby meer. Het is een vak dat in een professionele setting wordt uitgevoerd. Sporthal, atletiekbaan of zwembad is de werkplek van de topsporter. Deze werkplek is voor topsporters van cruciaal belang. Thuiswerken is voor topsporters immers verre van ideaal.”
•
Column
Sport ná corona Onze maatschappij zit in coronatijd. Wij zijn beperkt in onze bewegingen door een “intelligente lockdown”. Volgens virologen blijft het virus onder ons totdat wij groepsimmuniteit hebben of INEKE DONKERVOORT er een vaccin beschikbaar is. Groepsimmuniteit lijkt in een lockdown geen reële optie. Daarvoor zal het aantal mensen dat het virus heeft gehad, moeten stijgen van circa 3 naar 60 procent. En de schattingen over het beschikbaar komen van een goedgekeurd vaccin lopen uiteen van een halfjaar tot anderhalf jaar. Dus misschien wel anderhalf jaar anderhalve meter afstand bewaren. Zo veel mogelijk thuiswerken. Drukke plekken mijden. Blijvende voorzichtigheid, met name voor mensen van 70 jaar en ouder. Mondkapjes in het openbaar vervoer. Desondanks kondigde premier Rutte op 6 mei aan dat, als het virus niet opnieuw de kop opsteekt, iedereen vanaf 1 september weer mag sporten, binnen en buiten. En ook dat de competities weer opgestart mogen worden en de sportkantines weer open mogen. Alleen moeten alle wedstrijden zonder publiek worden gespeeld, en is er nog geen zicht op toestemming voor evenementen met meer dan honderd mensen. Wat betekent dat?
groep worden aangemerkt (mensen met hoge bloeddruk, diabetes, hart- en vaatziekten et cetera) zullen zich afvragen of het nog wel verstandig is een sport te beoefenen waar de anderhalve meter afstand maar moeilijk kan worden bewaard. Dat zijn alle teamsporten, maar ook roeien, kanoën en zeilen in meermansboten. En wat te doen met marathonschaatsen, een sport met een bloeiende veteranencompetitie? Zelfs als het mag, wil je dan nog wel als je tot een risicogroep behoort? Die vraag geldt ook het corps aan scheids-, kamp- en lijnrechters, vrijwel altijd mensen op veteranenleeftijd. Willen ze hun taken wel oppakken? En wat betekent die anderhalve meter voor sportverenigingen? Hoeveel leden zullen het laten afweten? Hoeveel omzetverlies zullen de kantines moeten incasseren?
In de eerste plaats vraagt de oproep om anderhalve meter afstand te bewaren en het vooruitzicht dat contactsporten, ook in competitieverband, weer mogen, enige uitwerking. Oudere sporters en degenen die als risico-
Onder druk wordt alles vloeibaar. De afgelopen vijftien jaar is er met veel geld geprobeerd om sportverenigingen meer klantgericht te laten werken en zich open te stellen voor nieuwe doelgroepen. Toch zijn de resul-
Zwembaden en schaatsbanen zoeken de oplossing in het toelaten van minder mensen. Wie draait dan op voor het exploitatieverlies? Dreiging van rode cijfers geldt ook voor alle betaaldvoetbalorganisaties en voor elke andere sportorganisatie die naast de inkomsten uit contributies ook ‘leeft’ van sponsorinkomsten. Hoe groot is het risico dat sponsors in de recessie die nu alom wordt verwacht, niet aan hun verplichtingen kunnen voldoen?
taten beperkt. Volgens het brancherapport Sportverenigingen in Nederland (2018) vindt een derde van de sportverenigingen het organiseren van sportaanbod voor de eigen leden voldoende. De helft van de sportverenigingen heeft minder dan honderd leden. Dan lijkt méér doen sowieso geen optie. Zouden er nieuwe kansen ontstaan nu de omgeving van de sportvereniging ingrijpend verandert? Leren op afstand lijkt in het onderwijs na twee maanden corona, tot veler verrassing, voorgoed te zijn ingeburgerd. Zou de sport ook gebruik kunnen maken van het feit dat we voorlopig meer thuis zijn en meer gespreid zullen gaan werken? Welke nieuwe mogelijkheden levert dat op? Is samenwerking tussen sportverenigingen in verschillende takken van sport een optie? Wat is nodig om sporters, vrijwilligers en kader die tot een risicogroep behoren en nu wellicht voorzichtiger zijn geworden, aan de vereniging te blijven binden? Veel vragen, nauwelijks antwoorden. Wellicht is de NLsportraad het aangewezen orgaan om een denktank te organiseren. Het coronavirus lijkt de (sport)wereld blijvend te veranderen. Laten we ons daarop voorbereiden!
•
Ineke Donkervoort is ex-topsporter, sportbestuurder, organisatiedeskundige en eigenaar van ID management & advies (www.idmanagementenadvies.nl).
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
Inhoud
Editorial
Gratis sport “Never let a good crisis go to waste.” Dat zou Winston Churchill kort na de Tweede Wereldoorlog hebben gezegd in een onderhoud met Stalin en Roosevelt, waarin de vorming van de Verenigde Naties ter sprake kwam. Volgens Churchill bewees die oorlog onomstotelijk nut en belang van zo’n VN. “Elk nadeel heb z’n voordeel”, zo bracht de FRANS OOSTERWIJK Nederlandse filosoof Johan Cruijff de gedachte dat voor- en tegenspoed hand in hand gaan, jaren later minstens zo kernachtig onder woorden. Ook de coronacrisis is kennelijk een prima moment om de wereld opnieuw in te richten. Crisis geeft kans “op nieuwe normen en waarden”, zo staat in de krant. Solidariteit en compassie zijn belangrijker dan materieel succes, lees je overal. Alles moet groener en gelijker. Het leven is kwetsbaar en geluk zit hem in kleine, alledaagse dingen – nog zo’n les die corona ons leert. Een crisis doet pijn, zo veel is duidelijk, maar kan ook leiden tot een culturele en psychologische omslag. Hoe inspirerend die gedachte ook kan zijn, toch zullen maar weinig mensen plezier beleven aan het coronavirus. Gewoon doorleven en hopen dat het virus snel onder controle komt, is waarschijnlijk de beste manier om ermee om te gaan. Ook in de sport zijn er mensen die de verleiding niet kunnen weerstaan om de coronacrisis als iets goeds en positiefs te zien. Die crisis is hét moment om af te rekenen met ingesleten gewoonten en zaken anders, eerlijker en rechtvaardiger, aan te pakken. Met name in de voetbalsport steekt die gedachte de kop op. Het voetbal kan het heel goed stellen zonder verwende voetbalmiljonairs, incompetente of corrupte bestuurders en twijfelachtige, steenrijke eigenaars.
COVER VVD-Kamerlid Rudmer Heerema wil structureel meer geld voor de sport . . . 1
ACTUEEL Welles/nietes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 Hollands Kwartiertje . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Hangende Zaken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
BELEID & MANAGEMENT Column: sport ná corona . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 Debat: leiderschap en crisismanagement in tijden van corona . . . . . . . . . . . . . 18
INTERNATIONAAL Corona als scharnier naar een nieuwe sportindustrie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 The American Way: ook Amerikaanse sporten in intelligente lockdown . . . . 11
OLYMPISCH Wordt het Tokio of Nokio 2021? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 John Bierling (NOC*NSF) over de financiële schade door corona voor de sport . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
WETENSCHAP & ONDERZOEK Hoe veerkrachtig zijn onze verenigingen? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 Sport & Society: online sporten tijdens de coronacrisis . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
RONDJE LANGS DE SPORTVELDEN De wens is de vader van de gedachte, maar hoe je die verandering in gang zet, weet niemand. Een tikje pervers ook wel om je punt te maken over de rug van de vele coronadoden. Zin zoeken in zinloos onheil is sowieso nogal zinloos. Vooral ouderen en mensen met een zwakke gezondheid zijn slachtoffer van het virus. Daarmee wordt opnieuw aan het licht gebracht – en dat is voor de sector wel degelijk goed en positief nieuws – dat sport niet alleen een willekeurige vorm van vrijetijdsbesteding is, maar er ook echt toe doet. De uitbarsting aan fysieke activiteit die sinds 11 mei zichtbaar is in de buitenlucht (omdat sportscholen nog niet open mogen, hebben veel scholen hun lessen verplaatst naar park en bos), laat zien hoeveel mensen het niet-sporten gedurende de weken van quarantaine als een gemis hebben ervaren. Sport is ideaal om de zinnen te verzetten, je fysiek en mentaal goed te voelen en je conditie te versterken. Ook is het beter een slecht humeur te botvieren op een kettlebell dan op je partner. Als Maslov de universele menselijke behoeften opnieuw zou mogen ordenen, dan zou sportbeoefening vast en zeker hoog in de hiërarchie komen te staan. Het coronavirus dwingt tot veerkracht en weerbaarheid, tot aandacht voor je gezondheid. Het is goed dat besef diepgaand te laten indalen. Dan hoeft niemand bang te zijn dat verenigingen en sportscholen níet als een feniks uit hun as zullen herrijzen en brengt de crisis toch iets goeds: de wetenschap dat sport een wezenlijke, essentiële bijdrage levert aan de volksgezondheid. Op 17 maart 2021 zijn er landelijke verkiezingen. Tijd voor een partij met ‘gratis sport voor iedereen’ in het programma.
“De coronacrisis laat zien hoe sterk betaaldvoetbalclubs verbonden zijn met de samenleving” . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 Jan Dirk van der Zee (KNVB): “De sociale schade voor het amateurvoetbal is nog veel groter dan de financiële” . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 Schade in wielersport valt nog mee (mits de Tour doorgaat) . . . . . . . . . . . . . 28 Hoe fit is de fitnessbranche? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
EN HOE STAAT DE REST VAN DE SPORT ERVOOR? Harde klappen voor sportmarketingbureaus en evenementorganisatoren . 32 De impact van de coronacrisis op vier kleinere bonden . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34 Ellis van der Weerden (Team Sportservice): “Iedereen beseft nu hoe belangrijk sport is in het leven van de mensen” . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Lokale sportakkoorden: In de kiem gesmoord of redder van de sport na corona? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 Fondsen en foundations: “We kijken niet naar wat er niet kan, maar vooral naar wat er wel kan” . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40 Jet Bussemaker (RVS): “Juist nu kunnen sportverenigingen zich van hun beste, verbindende kant laten zien” . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42
EN… Sportgeschiedenis… . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44 De column van Bert Wagendorp . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44 De sport volgens TRIK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
Colofon Sport & Strategie is een uitgave van Arko Sports Media en verschijnt zes keer per jaar. Het volgende nummer verschijnt september 2020. Hoofdredactie Frans Oosterwijk E-mail: f.oosterwijk@chello.nl Eindredactie Janeke de Zeeuw Met redactionele bijdragen van: Ernst Bouwes, Trudo Dejonghe, Ineke Donkervoort, Mark van der Heijden, Resie Hoeijmakers, Leon Janssen Lok, Janine van Kalmthout, Hans Klippus, Nanny Kuijsters, Hendrik Meijnders, Marjan Olfers, Guus Peters, Micha Peters, Friso Schotanus, Edward Swier, Hans Vandeweghe, Pieter Verhoogt, John Volkers en Bert Wagendorp
Uitgever Michel van Troost E-mail: michel.van.troost@sportsmedia.nl Redactie-adres/Lezersservice Arko Sports Media Wiersedreef 7 3433 ZX Nieuwegein Tel. 030 707 30 00 E-mail: info@sportsmedia.nl Advertentie-exploitatie Voor meer informatie over partnerships en/of adverteren kunt u contact opnemen met Wendy Coppers. Advertorials vallen buiten de verantwoordelijkheid van redactie en uitgever. E-mail: wendy.coppers@sportsmedia.nl Opmaak en realisatie www.ikgraphicdesign.com
Fotografie en illustraties: ANP Foto/Hollandse Hoogte, Atletiekunie, Bas van de Goor Foundation, Fonds Gehandicaptensport, House of Sports, Hans Klaver, KNVB, KNWU, Koninklijke Wandel Bond Nederland, Ministerie van VWS, NL Actief, NLsportraad, NOC*NSF, PEC Zwolle Media, RVS, Shutterstock.com, Spieren voor Spieren, Sportcluster Veenendaal, Sportvisserij Nederland, Team Sportservice, TRIK, Triple Double, VSG en YouTube
Studentenlidmaatschap Studenten aan het hoger beroepsonderwijs (hbo) en wetenschappelijk onderwijs (wo) kunnen zich opgeven voor een studentenlidmaatschap. Een jaarlidmaatschap voor studenten kost € 164,30. Voor dit tarief hebben studenten recht op het totale aanbod met uitzondering van de netwerkbijeenkomsten. Prijzen zijn inclusief 9% btw en verzend- en administratiekosten.
Druk PreVision, Eindhoven Bijdrage Wetenschap & Onderzoek Onder redactie van Mulier Instituut E-mail: info@mulierinstituut.nl Lidmaatschap Sport & Strategie De prijs van een jaarabonnement op Sport & Strategie bedraagt € 246,45. Eventuele opzeggingen graag minimaal zes weken van tevoren schriftelijk doorgeven.
© 2020 Arko Sports Media Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, in fotokopie of anderszins gereproduceerd door middel van boekdruk, foto-offset, fotokopie, microfilm of welke andere methode dan ook, zonder schriftelijke toestemming van de uitgever.
3
Sport&Strategie
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
HOLLANDS KWARTIERTJE
Door Mark van der Heijden
Gelukkig was het ook een tijd waarin volop lichtpuntjes te zien waren, tekenen van de wil om er samen het beste van te maken. Dat begint klein, bij gemeenten. Amsterdam besloot bijvoorbeeld een huurverhoging voor de sportclubs uit te stellen. Kampen, Maastricht en vast nog meer gemeenten hebben zelfs de huur van de sportaccommodaties stopgezet. Ook sportverenigingen kwamen hun leden tegemoet. Voetbalvereniging Uno Animo uit Loon op Zand heeft besloten om al haar actieve leden dertig euro contributie terug te betalen. “Wij hebben onze zaakjes financieel goed voor elkaar”, zegt voorzitter Joost van Loon in het Brabants Dagblad. Voetballers van Achilles 1894 uit Assen kunnen de helft van hun contributie over april, mei en juni terugvragen. Het zijn tegemoetkomingen die je min of meer kunt verwachten op het moment dat we elkaar moeten ondersteunen. De echte creativiteit komt boven als sporters gezamenlijk willen trainen of deelnemen aan een wedstrijd. Zo bedachten de atleten Jelmer van der Linden en Tom de Gelder de Corona Solo 5K. Het idee is simpel: als niet iedereen op een parcours kan lopen, waarom niet deelnemers vijf kilometer met loop-app Strava laten lopen? De eerste editie bleek direct een schot in de roos. 1.800 deelnemers, uit binnen- en buitenland, liepen op zaterdag 25 april een zelf uitgestippeld rondje van vijf kilometer. Mike Foppen liep daarbij zelfs, in zijn eentje, een Nederlands record: 13 minuten en 41 seconden. Een officieus record, dat wel. Omdat Foppen niet deelnam aan een officiële wedstrijd, gaat het niet als record de boeken in. De vele enthousiaste reacties zorgden ervoor dat de dezelfde organisatoren op zaterdag 16 mei een loop over de dubbele afstand op touw zetten. Thomas Roijakkers zag andere onlinemogelijkheden. De basketbalcoach die behalve in Nederland ook teams in België, Duitsland en zelfs Japan coachte, startte een reeks webinars waarvoor hij verschillende internationale topcoaches wist te strikken. Onder andere Aleksandar Džikić van Estudiantes in Spanje, Mike Taylor van het Poolse nationale team en David Adkins van NBA-team Washington Wizards deelden het eerste weekeinde van mei hun kennis van basketbal. Ruim 3.500 geïnteresseerden uit de hele wereld wisten de webinars van de Brabander te vinden. “De sessies zijn gratis te volgen,” vertelde Roijakkers in het Eindhovens Dagblad, “maar mensen hebben de mogelijkheid te doneren aan Artsen zonder Grenzen. Ik vind het in deze tijden van de coronacrisis belangrijk aandacht te vragen voor deze stichting.” Denken in mogelijkheden, dat deed ook volleybalvereniging Trivos uit Wijchen. De leden mogen voorlopig niet volleyballen, maar sporten in de open lucht mag wel. En dat is precies wat ze gaan doen op de zaterdagen in mei, samen met andere sportverenigingen.
DE CORONACRISIS ZORGDE ERVOOR DAT DE SPORTDEELNAME VAN JONGE KINDEREN IN MAART 2020 EEN DIEPTEPUNT BEREIKTE.
HET KUNSTWERKJE VAN VVGZ ZWIJNDRECHT. WIE NA DEZE VIDEO NOG GEEN ZIN HEEFT OM TE VOETBALLEN…
Suzanne Loermans, bestuurslid bij de volleybalvereniging, legde contact met de voetbalvereniging V.V. Niftrik, die toch lege velden had, en met tennisvereniging L.T.V. Vormer. Een gezamenlijke balsportdag op zaterdagochtend voor de Wijchense jeugd was het gevolg. Nou ja, voor zover er ruimte was voor elkaar in de anderhalvemetermaatschappij. De eerste zaterdag deden er zeventig kinderen mee. “Wij doen dit als verenigingen vooral om mee te werken aan de oproep van premier Rutte, om zo veel mogelijk kinderen te laten sporten en bewegen”, vertelde ze op Allesoversport.nl. “Het zou natuurlijk mooi zijn als kinderen daardoor enthousiast worden voor volleybal, en misschien zelfs lid willen worden van Trivos.” De samenwerking tussen organisaties werd ook landelijk opgepakt. Zo wil hockeybond KNHB de clubhuizen en accommodaties van de hockeyverenigingen beschikbaar stellen aan scholen. Nu deze de capaciteit per klaslokaal moeten halveren, hebben zij een probleem. “We willen ook graag onderdeel zijn van de oplossing in de samenleving”, zei directeur Erik Gerritsen. “Ik ben ervan overtuigd dat de hockeyverenigingen massaal klaarstaan om in afstemming met het onderwijs en de gemeente clubhuizen open te stellen en buitensport aan te bieden voor iedereen in de schoolgaande leeftijd.” Verenigingen verzinnen ook de meest creatieve oplossingen om op afstand te kunnen trainen. Zo blijken pool noodles, die felgekleurde drijfbuizen voor in het zwembad, een prima oplossing voor rugbyers, al wordt het wel een iets andere sport. Met de buizen kan touch rugby worden gespeeld. Het verdedigen lijkt dan op een soort tikkertje zonder elkaar te raken. Tijmen Vader, Development Manager bij Rugby Nederland, voorspelde: “Bart Smit zal een hoop van die dingen gaan verkopen aan rugbyclubs.”
FOTO: SHUTTERSTOCK.COM
Gelukkig maar, want we hadden het zwaar de afgelopen weken. Al jaren stijgt het aantal Nederlanders dat minimaal wekelijks aan sport doet: vorig jaar nog 10,4 miljoen Nederlanders. In de weken van de intelligente lockdown daalde dat aantal tot 8,7 miljoen; het laagste aantal in zes jaar tijd. En dat juist veel kinderen tussen 6 en 12 jaar minder zijn gaan sporten, maakt de impact des te groter.
FOTO: SHUTTERSTOCK.COM
Hoera, we mogen weer sporten. Op afstand, alleen in de buitenlucht, en zonder op de club om te kleden of te douchen. Maar toch, we mogen weer.
BRON: YOUTUBE
4
POOL NOODLES BLIJKEN PRIMA RUGBYMATERIAAL.
De rugbybond verzorgt ook voorbeeldtrainingen om clubs te inspireren, zei Vader in de Volkskrant. “Een rugbyer is iemand die van actie houdt. Nu niet alles meer kan, keren we terug naar de basis: Hoe ziet een goede pass er ook alweer uit, hoe ren je, hoe verdedig je?” Meer bonden en verenigingen weten de mogelijkheden van online goed te benutten. Zo helpt Judo Bond Nederland judoka’s met oefeningen voor thuis. De mooiste daarvan is judo met fietsbanden. De binnenband blijkt een bijzonder handig middel om de inzet van een worp te oefenen. Knip de binnenband doormidden en bevestig het midden van de band (bijvoorbeeld door een ring) op ongeveer een meter hoogte aan een muur of paal. Pak vervolgens de uiteinden van de binnenband met beide handen vast en zet een worp in. VVGZ Zwijndrecht liet online zien hoe spelers zich moeten gedragen als ze weer naar de trainingen mogen. Het filmpje begint in het ballenhok, waar de ballen worden opgepompt, dan naar het veld, waar de hoekvlaggen worden geplant. Daarna wordt met prachtige shots vanuit een drone getoond waar spelers kunnen worden afgezet en opgehaald. Een klein kunstwerk. Mogen de beelden snel weer realiteit worden.
•
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
5
Vervolg van pagina 1 uit de sport gesproken en hun zorgen aangekaart bij minister Van Rijn [die sinds 20 maart Bruno Bruins als minister vervangt, FO].” De snelle toekenning van 110 miljoen euro aan de verenigingen, de eerste feitelijke steun van het kabinet aan de sport, kwam mede dankzij hem tot stand. Op 1 mei maakte NOC*NSF ’s ochtends bekend dat het VWS om 150 miljoen euro had gevraagd, enkele uren later werd al bekend dat 110 miljoen was toegewezen. Heerema: “Dat bedrag is exclusief voor verenigingen. 90 miljoen wordt ter compensatie van gederfde huurinkomsten over de maanden maart, april en mei beschikbaar gesteld aan gemeenten. Die huur hoeft dus niet door de verenigingen betaald te worden, maar komt binnen via het Rijk. Die andere 20 miljoen is bestemd voor verenigingen die niet huren, maar eigen accommodaties hebben. Behalve die 110 miljoen gaat er ook nog eens 10 miljoen naar Stichting Waarborgfonds Sport, de organisatie die verenigingen helpt bij het vernieuwen van hun accommodaties.”
“Omdat zij al gebruik kunnen maken van de regelingen die zijn getroffen voor ondernemers: de Tozo-regeling, ter compensatie voor loonkosten van personeel, en de NOW-regeling, als tegemoetkoming voor omzetverlies. De vraag is natuurlijk: Is het genoeg, moeten we meer doen? Dat geldt vooral voor de sportscholen, die vooralsnog van openstelling zijn uitgesloten. Zelf willen de sportscholen overigens maar één ding: zo snel mogelijk opengaan, er zijn voor hun klanten. Ik hoop dat er snel ruimte komt voor álle sporten om weer open te gaan. Zodat sport, in al zijn variaties, toch een beetje een lichtpuntje kan zijn in deze donkere tijd.”
Uitzonderlijke situatie Op 18 maart schatte NOC*NSF het gehele schadeplaatje van de sport door het coronavirus, gerekend tot en met de zomer, op 950 miljoen euro. In die schatting werd de schade van het betaald voetbal op 110 miljoen euro gerekend, maar dat was kennelijk een slag in de lucht. Begin mei liet de KNVB in een brief aan de minister weten dat de coronacrisis de bvo’s al gauw 400 miljoen gaat kosten: 300 miljoen vanwege gederfde inkomsten (geen publieks- en sponsorinkomsten, geen horeca-omzet), 60à 100 miljoen vanwege misgelopen transferinkomsten. Heerema: “Achteraf gezien was het beter geweest als NOC*NSF op 18 maart meteen de verschillende belangen in de sportwereld had laten zien. Want het palet van de sport is heel breed. Je kunt de topsport, verenigingen, het betaald voetbal, commerciële aanbieders, de marketing en evenementorganisatoren niet onder één noemer plaatsen.”
De schadeclaim van 400 miljoen euro van de KNVB werd bruut afgeserveerd door uw partijgenoten premier Rutte en fractieleider Klaas Dijkhoff. Kom met een fatsoenlijk plan, onderbouw uw claim, anders kunt u achter aansluiten, was de reactie. Denkt u er ook zo over? “Ja, zo denk ik er ook over. De KNVB-brief ging in op de totale schade die het betaald voetbal lijdt en gaat lijden. Maar wat we nodig hebben, is een goed doortimmerd plan dat de voetbalsector toekomstbestendig maakt. Er werd nu alleen de vraag gesteld of het kabinet creatief kan meedenken over hoe die schade opgelost kan worden. Ik weet niet of daar geld mee bedoeld werd of bijvoorbeeld een manier om voetbal weer zo snel mogelijk toe te laten, met of zonder publiek. Maar ook dan geldt, zoals Rutte en Dijkhoff ook stelden: eerst een plan. Dan hebben we iets om over mee- en na te denken.”
FOTO: ANP PHOTO
“De sport loopt normaal de deur niet plat in Den Haag en is politiek wat te bescheiden geweest” Rudmer Heerema
FOTO: ANP FOTO/CC BART MAAT
Waarom zijn commerciële sportaanbieders van die 90 miljoen uitgesloten?
RUDMER HEEREMA IN ACTIE TIJDENS EEN EERDERE EDITIE VAN DE ‘SPORTIEVE OPENING VAN HET POLITIEKE JAAR’.
Staatssteun aan betaald voetbal staat toch op gespannen voet met de Europese wetgeving? “Staatssteun mag inderdaad niet van de EU. Maar dit is wel een crisis op Europees niveau en overal krijgen gewone bedrijven nu extra mogelijkheden. Zou dat in deze uitzonderlijke situatie dan niet voor het voetbal mogen gelden? Gemeentelijke steun komt overigens veel voor, tot eigenaarschap en gratis huur aan toe. Volgens mij is AZ de enige bvo die geen steun van de gemeente krijgt, alle andere wel. En vaak fors, voor miljoenen. Een bvo in je regio of stad kan heel belangrijk zijn voor de binding, de economische ontwikkeling. Maar het is wel publiek geld, dus ik snap dat gemeenten soms ingewikkelde afwegingen moeten maken.”
Prioriteit Heerema hoopt oprecht dat geen enkele Nederlandse betaaldvoetbalclub door de crisis failliet zal gaan. “Ik ben een groot liefhebber van voetbal en wil niets liever dan dat onze twee profdivisies ongeschonden uit de crisis komen.” Maar hij wil ook niet verhullen dat zijn zorg allereerst uitgaat naar de “unieke” Nederlandse breedtesportinfrastructuur van 25.000 verenigingen. “Die moet overeind blijven, want die structuur stelt onze kinderen in staat om in de eigen omgeving aan sport te doen. Om te bewegen, vriendjes te maken, een sociale omgeving te hebben. Dáár ligt mijn prioriteit. Want een vereniging die omvalt, komt niet snel meer terug, is mijn inschatting.” Als in september de nieuwe competities niet kunnen beginnen, komen die 25.000 verenigingen pas echt in de problemen, vreest Heerema. “Ik hoor nu al van minder aanmeldingen, maar de grote klap dreigt pas echt als competities niet kunnen starten. Dan moet je maar hopen dat mensen lid blijven, enkel om hun vereniging te ondersteunen. Of weer terugkomen als de crisis over is. Maar daar help je de sport echt niet mee.”
Is die 110 miljoen euro generieke hulp van de overheid wel genoeg? Komt geld zo wel terecht bij de verenigingen die er het hardst om staan te springen? “Dit is niet het moment om al een terugblik te doen. We moeten nu zorgen dat er geld beschikbaar komt voor sportverenigingen. En voor de toekomst vind ik
“Wat we nodig hebben, is een goed doortimmerd plan dat de voetbalsector toekomstbestendig maakt” Rudmer Heerema
het veel interessanter om te kijken of het lukt structureel meer middelen voor de sport beschikbaar te krijgen. Mensen die last hebben van het coronavirus, zijn vaak de wat minder fitte mensen. Je ziet daar het belang van sport en vitaliteit. Voldoende sporten kan preventief een heel probaat middel zijn. Ik denk dat we de afgelopen jaren te terughoudend zijn geweest om sport in het speelveld van de politiek de positie te geven die haar toekomt.”
Interdepartementaal Het coronavirus slaat de komende jaren diepe gaten in de rijksbegroting, en het zal niet meevallen om het budget voor sport te laten groeien, weet Heerema. “Maar je kunt wel kijken hoe de sport bijvoorbeeld gebruik kan maken van middelen van het Ministerie van Sociale Zaken. Daar hebben ze geld bestemd voor mensen uit achterstandsgezinnen. Hoe kunnen we een deel van die middelen naar de sport trekken? Of bij het Ministerie van VWS: Hoe kunnen we geld dat door Volksgezondheid is bestemd voor eenzaamheidsbestrijding, beschikbaar stellen aan mensen die alleen thuis zitten, graag zouden willen sporten, maar niet weten hoe ze naar die vereniging of dat fitnesscentrum toe moeten komen of dat niet durven?”, aldus Heerema. “Zo zou je het Ministerie van VWS kunnen vragen wat economischer naar evenementen te kijken. In plaats van evenementen vooral te beoordelen op hun maatschappelijke waarde en op grond daarvan subsidie toe te kennen, zou je meer naar hun economische waarde kunnen kijken en daar samen met het Ministerie van Economische Zaken geld voor kunnen uittrekken. Als je sport aan andere beleidsterreinen weet te koppelen, dan kun je middelen bundelen en aan elkaar binden. Lees verder op pagina 7
CONNECT ONLINE
(SPORT)SPONSORING & MARKETING IN HET NIEUWE NORMAAL woensdag 3, vrijdag 5 en dinsdag 9 juni van 13.45 uur tot 16.30 uur We moeten dingen anders gaan doen, noodgedwongen. Hoe komen we met elkaar tot het ‘nieuwe’ normaal en welke strategieën en modellen kunnen hierin werken? In drie korte, uitgebalanceerde sessies hoor je het hoe & wat rond communicatie, leiderschap, strategie en modellen. Met daarbij ins & outs van actuele voorbeelden. Experts en praktijkprofessionals vanuit (crisis)communicatie, leiderschap, sportmarketing en sponsoring praten je bij. Wat te denken van: • IEG - Terrence Burns / Peter Laatz • De Issuemakers - Mayke van Keep • Triple Double - Bob van Oosterhout • Fonds Gehandicaptensport (Tik ‘n Euro campagne) - Nike Boor • Hill+Knowlton Strategies - Paul Kok MOGELIJKHEID TOT INSCHRIJVEN VOOR 1, 2 OF 3 DAGEN ENKELE DAG: 49,95 EURO 3 DAGEN: 124,95 EURO
SCHRIJF JE NU IN! programma
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
7
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
Vervolg van pagina 5 En wie weet wat er via de loterijen mogelijk is! Nederlandse Loterij draagt af aan de sport en aan het Ministerie van Financiën. Je zou in overleg met Financiën kunnen besluiten dat de afdracht aan de sport omhooggaat. Of neem de aanstaande Wet op de kansspelen. Is het mogelijk om ook via de geliberaliseerde kansspelmarkt middelen vrij te maken voor de sport? Zijn buitenlandse en commerciële aanbieders, de Unibets van deze wereld, ook aan te slaan voor afdrachten? Overigens is dat laatste iets dat je afspreekt bij een nieuwe regeerakkoord, dat doe je niet even tussentijds.”
“We zijn de afgelopen jaren te terughoudend geweest om sport in het speelveld van de politiek de positie te geven die haar toekomt”
Op die manier, door interdepartementaal naar sport te kijken en samenwerking te zoeken met andere departementen, is het volgens Heerema mogelijk veel meer geld voor de sport vrij te maken dan de 163,2 miljoen euro die nu via VWS voor sport in de rijksbegroting is opgenomen. “Nee, daar ga ik nu geen bedrag aan verbinden, zo van: ‘Dit hebben we nodig.’ Je moet als politicus eerst creatief kijken naar bestaande mogelijkheden. Het gaat erom die verbindingen te leggen, die stevig te verankeren en zo het bedrag voor sport te laten groeien.”
Verkiezingsprogramma
Rudmer Heerema
Op 17 maart 2021 zijn er landelijke verkiezingen. Tekstparagrafen van bovenstaande strekking heeft Heerema al klaarliggen voor het VVD-verkiezingsprogramma. “Ik had mijn sportprogramma al klaarliggen voordat het virus toesloeg. De afgelopen weken heb ik het op onderdelen aangepast en de tekst ligt nu bij onze verkiezingscommissie. Ik hoop uiteraard van ganser harte dat ze mijn input overnemen. Juist omdat we sport straks zo nodig hebben als de crisis voorbij is, moet ze mijns inziens een andere, belangrijker positie in de samenleving krijgen.”
Hoeksteen van het VVD-verkiezingsprogramma inzake sport is de ondersteuning van de bestaande Nederlandse sportinfrastructuur c.q. de 76 bonden en 25.000 verenigingen, zo veel wil Heerema alvast wel verklappen. “Ik ben een echt verenigingsmens. 5,2 miljoen mensen zijn lid van een vereniging en halen daar hun dagelijkse of wekelijkse portie sport en bewegen. Veel van die mensen staan nu te trappelen van ongeduld en barsten van de energie. Ze willen weer sporten, missen hun vrienden en trainingsmaatjes en het sociale leven op de club. Ook dat geeft aan hoe belangrijk sport en het verenigingsleven eigenlijk zijn in ons leven. Daarom moeten we bonden en verenigingen omarmen en uitspreken hoe belangrijk die sportverenigingsstructuur voor Nederland is. Dat dat besef nu wat meer is doorgedrongen, is natuurlijk positief, al is het doodzonde dat het coronavirus daar een soort basis voor is geweest. Maar laten we er in ieder geval voor zorgen dat we straks de sport weer een stapje verder kunnen krijgen.”
Sport- en Beweegfonds Alhoewel, een stapje verder. Eerst maar eens zorgen dat de sport weer op het oude niveau komt. Ook Heerema is het niet ontgaan dat het sportparticipatiecijfer danig is gekelderd, nu de verenigingen al maanden op slot zitten. “Het zal ongetwijfeld moeite kosten die participatie weer op het oude peil te krijgen. Vooral kwetsbare groepen, ouderen, mensen met een beperking, die van nature niet graag de deur uit gaan om naar vereniging of sportschool te gaan, zullen het lastig vinden de draad weer op te pakken. Terwijl juist zij sport zo hard nodig hebben om mentaal en fysiek gezond te blijven en meer weerstand te ontwikkelen tegen onheil als het coronavirus. Misschien hebben we wel een speciaal Sport- en Beweegfonds nodig om ze daar weer naartoe te begeleiden. Bonden en verenigingen kunnen daar zelf overigens ook bij helpen. Normaal gesproken wachten ze af tot mensen naar hen komen. Misschien moeten we dat omdraaien. Misschien moeten bonden en verenigingen wel veel actiever en toegankelijker worden, om te zorgen dat mensen, speciaal kwetsbare groepen, naar hen toe komen. Een crisis biedt ook kansen.”
“Het gaat erom verbindingen te leggen, die stevig te verankeren en zo het bedrag voor sport te laten groeien” Rudmer Heerema
FOTO: ANP FOTO/CC DIJKSTRA BV
Hoe kan de coronacrisis nog meer ten gunste van de sport worden aangewend?
RUDMER HEEREMA: “JUIST OMDAT WE SPORT STRAKS ZO NODIG HEBBEN ALS DE CRISIS VOORBIJ IS, MOET ZE MIJNS INZIENS EEN ANDERE, BELANGRIJKER POSITIE IN DE SAMENLEVING KRIJGEN.”
“Misschien moeten bonden en verenigingen wel veel actiever en toegankelijker worden, om te zorgen dat mensen, speciaal kwetsbare groepen, naar hen toe komen” Rudmer Heerema
“Ik denk dat we er vooral voor moeten zorgen dat de sport veel meer gaat samenwerken met het onderwijs. Want het onderwijs stroomt nu helemaal over. Welke rol kunnen bonden en verenigingen spelen om het onderwijs verlichting te bieden? Die vraag prangt des te meer, nu vanwege het virus alleen maar onderwijs geboden kan worden aan halve klassen. Dat betekent dat de ene helft van de klas de ene helft van de week naar school gaat, en de andere de andere helft. Dat houdt wel in dat er steeds een halve klas thuiszit. Sportbonden en -verenigingen kunnen helpen om die helft afleiding te bezorgen en in beweging te houden. Uit gesprekken met sportbonden weet ik dat daar inmiddels heel creatief over wordt nagedacht. Intensiever gebruik vanuit het onderwijs betekent voor verenigingen ook dat hun accommodatie beter bezet wordt en dat ze hun sport beter kunnen positioneren. Ook op die manier kan de sport dus een lichtpuntje zijn. Meer samenwerking tussen gemeente, sport en school was al een belangrijk motief achter de lokale sportakkoorden. Als dat versneld kan, is dat alleen maar beter.”
•
8
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
Sport&Strategie
Corona als scharnier naar een nieuwe sportindustrie Hoe groot de macro-economische gevolgen van het coronavirus zijn, moet nog blijken. Zeker is dat vooral de professionele sportsector, waar de bomen tot in de hemel leken te groeien, door deze onvoorziene “exogene schok” zwaar getroffen is, aldus Trudo Dejonghe, auteur van het vorig jaar verschenen Sport en economie: samen in de spits. Het is de vraag of dat erg is. Juist de professionele sport heeft zich het laatste decennium ontwikkeld tot een wereldvreemde branche die zich ontastbaar waande. De coronacrisis kan voor een welkome correctie zorgen. DOOR TRUDO DEJONGHE
cent, maar in China waren economische groeicijfers te noteren van 9,4 procent en Qatar haalde zelfs 12 procent. De beperkte daling van de sportsponsormarkt in 2009 was in 2010 al vergeten en diezelfde markt kende nadien een nieuwe sterke groei gecombineerd met een globale verschuiving van evenementen naar Azië, het continent waar de financiële middelen bijna onuitputtelijk leken. De consumptie van
sportgoederen ontwikkelde zich verder in een markt met toenemende koopkracht, waardoor de prijs van de aandelen van sportgoederenbedrijven als Nike en adidas exponentieel toenamen. De toekomst voor de sportsector was verzekerd en professionele sporten en de sportgoederenindustrie omhelsden Azië als de nieuwe groeimarkt voor mediarechten en sportgoederenconsumptie.
Vraagschok In januari 2020 voorspelde het International Monetair Fonds (IMF) in zijn rapporten nog een mondiale economische groei van 3,3 procent, maar in april stelde het deze bij tot mondiale krimp van de economie van 3 procent. COVID-19, dat aanvankelijk net zoals SARS een lokaal Zuidoost-Aziatisch probleem was, had namelijk in maart een hold-up gepleegd op
FOTO: SHUTTERSTOCK.COM
In vergelijking met de bankencrisis in 2008 heeft de huidige coronacrisis mondiaal op het eerste gezicht een groter economisch effect. De structurele oorzaak daarentegen is van een totaal andere orde. De bankencrisis zorgde wereldwijd voor een economische krimp van 1,7 procent, maar er waren sterke regionale verschillen. In zowel EU als VS constateerde men negatieve groeicijfers van iets meer dan 4 pro-
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
9
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
de wereldeconomie. Ditmaal is de economische malaise niet enkel in de westerse landen merkbaar, maar kende bijvoorbeeld de Chinese economie in het eerste kwartaal van 2020 een krimp van 6,8 procent. Deze exogene schok bruuskeerde vele sectoren en zorgde voor onzekerheid over de toekomst. Het resulteerde in een al dan niet tijdelijke vraagschok, waardoor de private consumptie sterk terugviel. De diverse overheden legden aan de productie maatregelen op, waardoor ook de vraag naar aardolie kelderde en landen die sterk afhankelijk zijn van deze inkomstenbron deze plotseling zagen opdrogen. Het economisch gevreesde fenomeen onzekerheid leidde mondiaal tot een daling van het consumenten- en producentenvertrouwen, twee leidende indicatoren voor conjuncturele wijzigingen. Volgens het CBS kende het consumentenen producentenvertrouwen in Nederland in april jongstleden de grootste daling ooit. De consument constateert wereldwijd door zijn al dan niet tijdelijke werkloosheid een dalende koopkracht en past zijn private consumptie aan, waardoor hij bepaalde goederen of diensten minder aanschaft of de aankoop al dan niet tijdelijk uitstelt. Zo’n negatieve vraagschok leidt in vele sectoren tot minder bestellingen, waardoor het producentenvertrouwen afneemt, door een daling van de productie de werkgelegenheid opnieuw daalt, het besteedbare inkomen slinkt, de werkloosheid verder toeneemt, kredieten niet betaald kunnen worden en we in een vicieuze cirkel terechtkomen waar we pas na verloop van tijd, als de onzekerheden afnemen, weer uitraken, om opnieuw een positieve cyclus op te bouwen. In westerse landen waar centrale banken een prominente rol spelen en in landen waar in het economisch weefsel overheden dominant aanwezig zijn, worden deze schokken gedeeltelijk opgevangen. Maar in andere landen leidt dit tot massale werkloosheid, waardoor de reële koopkracht al dan niet tijdelijk daalt.
Gevaarlijke cocktail De consumptie van vrije tijd, waaronder sport, is gerelateerd aan de reële koopkracht en was in de westerse maatschappij voor een groot deel van de bevolking een verworven recht. De recente onzekerheid over de toekomst zou voor een kentering kunnen zorgen. Zo is de sportsector ook besmet met de onzekerheidsfactor inzake het toekomstig aanbod. Er zijn vandaag meer vragen dan antwoorden. Zullen competities heropstarten en zo ja, wanneer? Wat gebeurt er met de reeds betaalde gelden voor evenementen die niet doorgingen? Indien competities opstarten, kunnen dan toeschouwers worden toegelaten? Moet ik als bedrijf met dalende omzetcijfers blijven sponsoren als er geen toeschouwers toegelaten worden? Kan ik mijn bod niet verlagen nu concurrenten in de touwen hangen? De combinatie van de economische en sportieve onzekerheden zou wel eens een gevaarlijke cocktail kunnen zijn, want in de professionele sportsector was door de sterke groeicijfers qua mediarechten, sponsorcontracten, merchandisinginkomsten en andere inkomsten de uitgavezijde
FOTO: SHUTTERSTOCK.COM
De combinatie van economische en sportieve onzekerheden zou wel eens een gevaarlijke cocktail kunnen zijn
Nu wordt duidelijk dat brood en zorg tijdelijk belangrijker zijn dan spelen
laten belasten. Bovendien blijkt uit veel kosten-batenanalyses dat bij sportevenementen de overheid een nettobetaler is en dat de ‘feel good-factor’ als verkoopargument gebruikt wordt. Dat laatste zou tijdelijk wel eens kunnen tanen, daar mensen meer aandacht hebben voor het zogenaamde brood, met andere woorden het dagelijks leven.
Sportindustrie 2.0
De professionele sportsector leeft in een zelfgecreëerde zeepbel en beseft waarschijnlijk niet dat ze een wereldvreemde attitude aanneemt. Vele overheden stellen vandaag structurele macro-economische problemen vast en worden geconfronteerd met de terechte vraag van vele sectoren (de zorg, alle andere vormen van hulpverlening en ondersteuning aan mensen
met diverse noden, de arbeidsmarkt, het bedrijfsleven, het onderwijs en eventueel maar in mindere mate de luchtvaart) om te investeren in de toekomst, zodat we beter gewapend zijn tegen een volgende exogene crisis. Als we dan specifiek naar de vrijetijdssector kijken, dan zou de prioriteit bij het opstarten van horeca en toerisme moeten liggen. En indien sport toch in het vizier komt, dan is het alle hens aan dek voor de ondersteuning van de breedtesport, die grotere maatschappelijke baten vertegenwoordigt voor de overheid. De professionele sportsector en de grote sportevenementen konden door hun toenemende populariteit hun greep op overheden blijven uitbouwen en waanden zich zo ‘too big to fail’. Zelfs het bestaan van corruptieschandalen, overbetaalde sportbeoefenaars en entourage en het op diverse manieren ontwijken van belastingen en andere bijdragen, hadden weinig impact op het sportgebeuren. Want de Romeinen wisten het al: de mens heeft nood aan brood en spelen en de droom dat iemand uit zijn omgeving of land ooit een succesrijke sporter wordt. Vandaag wordt het misschien tijdelijk duidelijk dat brood en zorg belangrijker zijn dan spelen.
De professionele sportsector leeft in een zelfgecreëerde zeepbel en beseft waarschijnlijk niet dat ze een wereldvreemde attitude aanneemt
Het probleem is dat de sector zijn problemen economisch niet op de agenda kan krijgen. En waar ze daar wel in slaagt, leidt dit tot verontwaardiging. Landen zoals Denemarken en Polen stelden al dat bedrijven die aan belastingontwijking doen, niet moeten aankloppen voor steun en in België was een gelijkaardig geluid te horen. Meer dan waarschijnlijk zullen vele landen waar de begroting diep in het rood zal gaan dit principe volgen. Vele sportorganisaties hebben hun hoofdkwartier toevallig in belastingparadijzen en repatriëren hun winsten om ze daar te
in dezelfde mate toegenomen. Deze exogene schok was niet voorzien, want de voorspellingen die sommige gerenommeerde bureaus publiceerden voor het topsportjaar 2020 waren veelbelovend. Zo ging vrouwensport eindelijk haar plaats verdienen, zou de goksport zich verder ontwikkelen en zou 5G voor nog meer mediarechten zorgen... Bovendien hadden cijfers uit het verleden reeds aangetoond dat in jaren van grote sportevenementen de omzet van bepaalde aan sport gelinkte producten sterk toenam en de verkoop van sportgoederen een meer dan gemiddelde groei kende. Veel sportorganisaties, competities en clubs hadden wegens deze rooskleurige voorspellingen de middelen van toekomstige stijgende inkomsten reeds omgezet in uitgaven, want economische crises waren hen in het verleden altijd voorbijgegaan. Vandaag constateren ze dat de bron wel eens zou kunnen opdrogen terwijl de uitgaven in mindere mate kunnen dalen en beginnen ze hun “belang” voor economie, bevolking en maatschappij naar voren te schuiven om overheidssteun te ontvangen.
Zelfgecreëerde bubbel
Professionele sportcompetities zien hun inkomsten dalen en zijn door de onzekerheid niet zeker van hun financiële toekomst. Bovendien zijn bijvoorbeeld in de voetbalwereld de competities in de Lage Landen eerder doorverkoophuizen van sporttalenten. Dit economisch model staat nu onder druk, omdat de grote afnemers niet zeker zijn van de huidige inkomsten door het stilleggen van de competities. Het gevolg is een watervaleffect, waarbij zij die post vatten in de lagere hiërarchieën bijkomende economische schade ondervinden door het droogvallen van de transfermarkt. Deze laatste kunnen we opnieuw als voorbeeld nemen om aan te tonen dat men dacht dat de ‘sky the limit’ was. Zo stegen de op wereldvlak betaalde transfersommen in het voetbal van 3 miljard euro in 2009 naar 8 miljard euro in 2018 en dacht men dat dit bedrag door de mooie ‘vooruitzichten’ ging blijven stijgen. De kleinere competities zagen dit natuurlijk graag gebeuren, omdat de meerwaarde van hun spelers sterk toenam. Spelers in België en Nederland verdienen gemiddeld 300.000 euro per jaar, de bondscoach van de Rode Duivels kreeg net een nieuw contract ter waarde van 3 miljoen euro per jaar… Het via lobbywerking vragen van overheidssteun na het aanschouwen van dergelijke lonen krijg je veel moeilijker verkocht in een economische omgeving waar brood weer centraal staat en het vertrouwen weer opgekrikt moet worden. Zo beschouwd kan het coronavirus de scharnier in de deur worden naar een nieuwe, genormaliseerde sportindustrie 2.0.
•
Trudo Dejonghe is als sporteconoom verbonden aan KULeuven FEBAntwerpen.
10
Sport&Strategie
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
Wordt het Tokio of Nokio 2021? Afgelasting Zomerspelen zou financiële bodem onder wereldsport vandaan halen De boycots van de jaren tachtig waren een vervelend hikje vergeleken bij de uitdaging die het IOC, Tokio en Japan te wachten staat met het uitstellen van de Olympische Spelen. Een afgelasting zou een nooit geziene financiële ramp betekenen voor de sport. DOOR HANS VANDEWEGHE
Wereldautoriteit en gezichtsverlies Dat het nog twee weken duurde, heeft twee hoofdredenen. Allereerst is het IOC voor sport wat de WHO voor de wereldgezondheid is: een wereldautoriteit erkend door de Verenigde Naties. “Wij zullen de aanbevelingen van de WHO volgen”, zei Christophe De Kepper, algemeen directeur van het IOC, al op 9 maart, in afwachting van de inzichten en aanbevelingen van de WHO. Het IOC wist dus al heel vroeg dat de pandemie haar voor onoverkomelijke problemen zou stellen. Waarom wachtte ze dan zo lang? Dat brengt ons bij de tweede reden. Michael Payne, die jarenlang de marketingafdeling van het IOC leidde, weet als olympisch insider wat er speelde: “Pure and simple, het vermijden van gezichtsverlies voor Shinzo Abe en bij uitbreiding de natie Japan.” Ook Payne dacht dat het nog weken zou duren voor beide partijen eruit zouden zijn, maar uiteindelijk hebben Shinzo Abe en Thomas Bach elkaar diep in de ogen gekeken, zij het dan via diverse videocalls. De toegift aan Japan was dat Abe het nieuws mocht bekendmaken via het Japanse nieuwsagentschap Kyodo. “Ik heb het IOC een uitstel van ongeveer een jaar voorgesteld en dat hebben ze aanvaard.” In werkelijkheid was het andersom. De Japanners begrepen aanvankelijk niet dat zij moesten wijken met
‘hun’ Spelen omdat het in hun ogen lakse Westen toevallig getroffen was door dat COVID-19, iets waar zij met doortastend handelen relatief snel van af waren geraakt. Inmiddels is ook dat achterhaald en kwam het virus nog een keertje langs in Japan.
Noodscenario’s Het juridische en daarmee verbonden financiële aspect was de grootste hinderpaal: welke partij – Tokio of het IOC – de stekker er ook uit trok, de andere partij zou met het contract staan zwaaien en de kosten willen verhalen. Uitstel is een primeur voor de olympische geschiedenis. Erger nog: het is niet eens voorzien in eventuele noodscenario’s. Hoofdstuk 11, punt 66 van het ‘Host City Contract’ tussen de gaststad en het IOC is het enige juridisch luik dat een beetje in de buurt komt van de situatie die zich nu voordoet. Het punt handelt over de beëindiging van het contract door het IOC. Bijvoorbeeld als het land in oorlog is, of als het IOC gerede gronden heeft om aan te nemen dat de veiligheid van de atleten in het gedrang komt, of als het contract niet wordt nagekomen. Financieel is dit een behoorlijke domper voor de olympische beweging en Tokio 2020. Organisatorisch wordt het sowieso een hele klus. Niet zozeer wat de sporten en de stadions betreft, want die blijven sowieso staan. Ook de tijdelijke faciliteiten vormen geen probleem; die kunnen nu later worden opgetrokken. Maar het Olympisch Dorp is een ander verhaal. Ongeveer 2.500 Japanse gezinnen waren zich aan het verheugen op de dag in oktober van dit jaar dat zij hun intrek zouden nemen in hun nieuwe flat(je) in de Tokyo Bay Area, al of niet met zicht op de Rainbow Bridge. Niet dus. Dat zal een lieve yen gaan kosten.
Verzonken kosten Inmiddels ligt alweer een ander scenario op tafel: Wat als er tegen volgend jaar geen vaccin is, wat als het virus niet is verdwenen, wat als we tegen die tijd nog altijd afstand moeten houden en niet mogen reizen? De voorzitter van de Japan Medical Association Yoshitake Yokokura liet er geen twijfel over bestaan: “In dat geval zijn de volgende Olympische Spelen die van de winter van 2022 in Peking.”
ILLUSTRATIE: SHUTTERSTOCK.COM/CC JANE RIX
Eerst even rechtzetten wat als krom is gepresenteerd in de westerse pers. Het Internationaal Olympisch Comité hield op 9 maart al terdege rekening met een scenario waarbij de Olympische Spelen zouden moeten worden uitgesteld. Dat was niet het verhaal van Thomas Bach, toen journalisten van de Belgische kranten Le Soir en De Morgen (ondergetekende) hem die dag een uur lang interviewden. “Niet aan de orde, maar we hebben wel verschillende scenario’s in gedachten”, kaatste Bach de bal terug. Zijn staf was iets duidelijker en liet uitschijnen dat alle opties mogelijk waren. Tussen de regels en off the record kon je ook vernemen dat het IOC eerst alle juridische en financiële implicaties van een uitstel (aanvankelijk met een paar maanden) wilde berekenen. Uiteindelijk zou op 24 maart de hakbijl vallen: Tokio 2020 zou Tokio 2021 worden.
De ramingen voor de extra kosten van uitstel bedragen nu 2,7 miljard dollar. Die komen bovenop de 12,6 miljard dollar (of 22,3 miljard, als men alle infrastructuurwerken meerekent) aan investeringen voor de Spelen van Tokio. Dat is te overzien. Japan en het IOC kunnen dat samen dragen. Een afgelasting is andere koek: de gemaakte kosten worden dan ineens verzonken kosten waar geen return meer tegenover staat, want televisierechten, sponsoring en ticketing vallen allemaal weg.
De Japanners begrepen aanvankelijk niet dat zij moesten wijken met ‘hun’ Spelen omdat het in hun ogen lakse Westen toevallig getroffen was door dat COVID-19 Het IOC heeft dan wel een verzekering sinds de boycots van de jaren tachtig, maar die dekt slechts 800 miljoen dollar tegenover de eigen investering van 1 miljard. Ook het organisatiecomité heeft verzekeringspolissen afgesloten, maar moest nog checken (geen grap) of afgelasting inbegrepen was. Specialisten in verzekeringen zeggen al langer dat de meeste polissen geen pandemie verzekeren.
Commerciële machine Een olympiade zonder olympische zomereditie is nooit vertoond, behalve dan in de oorlogsjaren 1916, 1940 en 1944. Maar toen was het IOC nog niet die commerciële machine die ze vandaag is en was topsport nog niet de vijfde industrie in de wereld. Het niet doorgaan van de Zomerspelen heeft een directe invloed op de omzet van het IOC en de gehele olympische beweging. Reken even mee. Het IOC kon voor de olympiade 20172020 op ongeveer 6 miljard dollar aan inkomsten rekenen (lokale sponsoring en tickets voor Tokio 2020-2021 niet meegerekend.) Van die 6 miljard houdt het IOC zelf tien procent voor de bedrijfskosten. Ruim 1,7 miljard zou naar Tokio 2020 zijn doorgestort. De 28 olympische zomersportbonden zouden kunnen rekenen op samen 600 miljoen dollar, net als de meer dan 200 nationale olympische comités samen. Het Amerikaans olympisch comité zou door een aparte commerciële deal uit 1979, waar het IOC voor het leven aan vastzit, 500 miljoen dollar krijgen. Al die bedragen worden in geval van afgelasting gedecimeerd. Zal NOC*NSF overleven zonder de olympische bijdrage? Jazeker. Zal wereldvoetbalbond FIFA het wegvallen van 26 miljoen dollar aan olympische inkomsten overleven? Ook. Maar wat met het NOC van een klein arm land en wat met de 40 miljoen dollar waar wereldzwembond FINA zijn organisatiekosten mee financiert? De internationale gymnastiekfederatie FIG staat het water nu al zodanig aan de lippen, dat het een voorschot op de olympische subsidie heeft gevraagd.
•
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
11
FOTO: SHUTTERSTOCK.COM
THE AMERICAN WAY
Ook Amerikaanse sporten in intelligente lockdown Amerika is hard getroffen door het coronavirus. Daarbij gaat het eerst en vooral om menselijk leed. In het besef dat sport daarbij slechts een bijzaak is, toont deze aflevering van The American Way hoe de diverse professionele sportleagues in Noord-Amerika omgaan met de pandemie. DOOR PIETER VERHOOGT
National Football League Van de vier grote sportleagues is de NFL het minst geraakt door de virusuitbraak. Het seizoen 2019 werd begin februari 2020 afgesloten met de Super Bowl en de start van het nieuwe seizoen staat gepland voor 20 september. In de tussenliggende periode heeft de league elk jaar twee belangrijke evenementen: de NFL Combine en de NFL Draft. Beide events zijn bedoeld om nieuwe talenten, afkomstig uit het college football, te laten landen in de NFL. In de Combine mogen de grootste talenten in een serie tests nog eenmaal hun skills tonen. In de Draft kunnen NFL-teams één voor één hun keuze maken uit de talentenvijver. De Combine kon eind februari nog net doorgang vinden. Het driedaagse Draftevent (23-25 april) in Las Vegas werd vanwege het coronavirus door NFL-commissioner Roger Goodell afgeblazen en verplaatst naar het internet. Hoewel velen vooraf sceptisch waren, bleek de virtuele draft, vanuit zijn kelder gepresenteerd door Rodger Goodell, een enorme hit. Over drie dagen trok het evenement in de sportloze periode een recordaantal van 55 miljoen kijkers en een draftinzamelactie leverde 6,6 miljoen dollar op voor de bestrijding van corona. In totaal doneerde de NFL-community inmiddels meer dan 100 miljoen dollar aan dit doel.
National Basketball Association Op 11 maart besloot de NBA het lopende seizoen per direct te onderbreken. Dit gebeurde nadat Rudy Gobert van de Utah Jazz vlak voor een wedstrijd een positieve testuitslag liet zien. Een dag later bleek ook zijn teamgenoot Donovan Mitchell positief. In eerste instantie werd het seizoen voor dertig dagen stilgelegd. Alle teamactiviteiten werden afgelast. Al snel werden meer spelers positief bevonden, onder wie sterspeler Kevin Durant. Begin april werd de staking met nog eens dertig dagen verlengd en eind april gaf commissioner Adam Silver aan dat de league nog de intentie heeft om het lopende seizoen af te maken. Waar het NBA-seizoen normaal eind juni wordt afgerond, bestaat nu de kans dat rond die tijd de league weer op gang komt. Hoewel nog
vijftien wedstrijdronden moeten worden gespeeld, gevolgd door de play-offs, lijkt een ingekort speelschema voor de hand te liggen. Een exacte startdatum is nog niet voorzien. Wel zijn op 7 mei de eerste teams weer begonnen met trainen.
National Hockey League Een dag na de NBA besloot NHL-commissioner Gary Bettman ook de ijshockeycompetitie stil te leggen. Eerder hadden twee teams al besloten vanwege het coronavirus de rest van hun thuiswedstrijden zonder publiek te spelen. Op het moment van stilleggen moesten nog 189 competitiewedstrijden worden gespeeld (tien tot veertien per team) en de aansluitende play-offs. Kort na de schorsing doken de eerste besmette spelers op. Ook de NHL hoopt nog steeds dat er in de zomer weer kan worden gespeeld, zodat de Stanley Cup kan worden uitgereikt voordat in oktober het nieuwe seizoen weer begint. Bettman houdt alle opties open, zoals een ingekort regulier seizoen en het spelen van wedstrijden op neutraal terrein, wanneer sommige teams niet terecht kunnen in hun eigen accommodatie. Het streven is om in mei weer te beginnen met (aangepaste) trainingen. De league en de NHL Players’ Association hebben een gezamenlijke werkgroep opgezet die het pad moeten uitzetten dat leidt tot het hervatten van de wedstrijden (zonder publiek) in de maand juli, mogelijk leidend tot een finale in september.
Major League Baseball Alle MLB-teams waren medio februari in Florida en Arizona begonnen met hun ‘Spring Training’. De start van de competitie (Opening Day) stond gepland voor 26 maart. Na overleg met de dertig teams besloot commissioner Rob Manfred op 12 maart echter om alle honkbalactivi-
teiten per direct te staken en Opening Day twee weken op te schuiven. Enkele clubs en burgemeesters waren hem al voorgegaan door de eerste thuiswedstrijden van het seizoen af te blazen. Op 15 maart maakten de New York Yankees de eerste speler bekend die positief testte voor het coronavirus. Een dag later meldde de league dat de start van het seizoen op z’n vroegst medio mei zal plaatsvinden. Tijdens de corona-onderbreking ontvangen ervaren spelers van MLB een vergoeding van 4.775 dollar per dag (286.000 dollar in twee maanden). Minder ervaren spelers moeten het doen met 15.000 tot 60.000 dollar en spelers met minder dan drie jaar MLB-ervaring kunnen rekenen op 500 tot 1.000 dollar per dag. Er wordt inmiddels al gesproken over een regular season van 140 in plaats van 163 wedstrijden. De 2020 London Series (13-14 juni) zijn inmiddels afgelast. Begin mei gaan de eerste clubs weer in training. Het lijkt erop dat de start van de competitie zal worden afgewerkt zonder publiek, mogelijk zelfs op enkele centrale locaties in Arizona en Florida.
Ultimate Fighting Championship Ondanks de coronapandemie zou UFC 249 op 18 april volgens president Dana White gewoon doorgaan. Forse protesten dwongen White echter bakzeil te halen. De sportondernemer kwam met een nieuwe datum en een nieuwe, nog geheime locatie. Dat bleek later een casino te zijn, in een indianengebied dat niet onder de Amerikaanse wet valt. White maakte vervolgens bekend dat hij bezig was een privé-eiland (‘Fight Island’) te fiksen, waar zijn internationale atleten konden vechten zonder last te hebben van het strenge Amerikaanse inreisverbod. Een aantal weken kon er dan eindelijk gevochten worden, zij het weer ergens anders: medio mei keerde de UFC
Waar het NBA-seizoen normaal eind juni wordt afgerond, bestaat nu de kans dat rond die tijd de league weer op gang komt
als eerste grote sport in de VS terug op het wedstrijdtoneel. Bij UFC 249, dat plaatshad in Jacksonville, Florida, was publiek niet welkom en werden strikte voorzorgsmaatregelen genomen. Ondanks een positieve test van de Braziliaanse vechter Ronaldo ‘Jacaré’ Souza, was White heel tevreden. “Op een schaal van 1 tot 10 geef ik deze week een 10,5. Het was geweldig”, zei hij met Amerikaans optimisme tijdens een persconferentie. “Bijna niemand is positief getest, niemand is ziek geworden. Ik had niet gelukkiger kunnen zijn.” En: “Ik geloof dat niets onmogelijk is, zeker niet in 2020. Je moet hard werken, veel geld uitgeven en oplossingen bedenken.”
NASCAR Ook NASCAR besloot in de tweede week van maart maatregelen te nemen. In de aanloop naar de races op de Atlanta Motor Speedway (15 maart) en de HomesteadMiami Speedway (22 maart) was reeds besloten dat beide evenementen zonder publiek moest plaatsvinden. Kort daarop volgde echter een drastischer besluit: beide races werden uitgesteld. Meer uitstel volgde en NASCAR besloot digitaal te gaan met de eNASCAR iRacing Pro Invitational Series. Op 30 april maakte NASCAR bekend dat zij had besloten tot een ingekort wedstrijdschema met zeven events, te beginnen op 17 mei met de Cup Series-race op de Darlington Raceway. De races worden afgewerkt zonder publiek en met een streng coronaregime. Teams mogen slechts zestien mensen meebrengen, onderlinge afstand is verplicht, net als random tests en het registreren van alle persoonlijke contacten. NASCAR beweert dat er nog steeds de ambitie is om het volledige schema van 36 races te organiseren, maar dat buiten de genoemde zeven evenementen races wellicht worden overgeplaatst naar de klassieke locaties in het zuidoosten van de VS, waar de sport het populairst is en de meeste teams zijn gehuisvest. Op zondag 17 mei is de eerste grote race verreden na de corona-onderbreking. Van basketbal, honkbal, American football, voetbal en ijshockey is vooralsnog niet bekend wanneer de wedstrijden weer beginnen.
•
12
Sport&Strategie
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
“IJkpunt is 1 september” John Bierling over de schade aan de Nederlandse sport Pas op 1 september kan de schade aan de sport definitief worden opgemaakt, verwacht John Bierling, financieel directeur van NOC*NSF. “Als dan de competities niet van start kunnen, gaat onze breedtesportinfrastructuur van verenigingen het behoorlijk lastig krijgen.” Problemen voor NOC*NSF en de bonden dreigen in 2021 als de afdracht van de Nederlandse Loterij over 2020 fors achteruitgaat. DOOR JOHN VOLKERS
Wet van de grote getallen
John Bierling is als codirecteur de financieel expert van nationaal olympisch comité NOC*NSF. Maar in twee maanden tijd, de periode dat het COVID-19-virus de wereld in zijn greep heeft gekregen, is hij ook schade-expert geworden. Het betekent niet dat hij een ijselijk nauwgezette greep heeft op de cijfers die de sport deze zomer rood zullen gaan kleuren. Ook bij hoofdboekhouder Bierling zijn er veel aannames op basis van voortdurende, soms dagelijks, veranderde cijfers, Excel-sheets vol.
Still counting Het was feitelijk een eerste slag in de ruimte, al neemt de beheerste Bierling die term zelf niet in de mond. Hij vertelt van de eerste rekensom, waarbij de schade in het betaald voetbal op 110 miljoen werd bepaald. “En nu bedraagt die 400 miljoen”, zegt hij op maandag 4 mei. Het is het begin van de eerste week van mei, waarin de generieke sport van het kabinet-Rutte weer wat meer ruimte krijgt, maar het betaalde voetbal, als evenement met de grootste publieke belangstelling, moet vrezen voor een langdurige lockdown, met wedstrijden zonder publiek tot in 2021.
FOTO: NOC*NSF
Hij, de paardenman uit Hollandscheveld, was 18 maart een van de rekenaars van de eerste schadesom die op verschillende burelen werd opgemaakt, toen de sport enkele dagen tevoren was stilgevallen. Op zondag 15 maart had minister Bruins van VWS het definitieve verdict uitgesproken. Het technisch opperhoofd van NOC*NSF, de later bekritiseerde Maurits Hendriks, legde zich direct neer bij de sluiting van alle trainingslocaties. Wedstrijdsport was al in de ban geraakt. Bierling tijdens een videocall, met achter zich een gigantische poster van de Baai van Tokio, vertelt van die vijftiende maart. “We zijn direct die dag aan het rekenen geslagen. En aan het definiëren. Van schade voor de sport: Waar hebben we het dan over? En toen kwamen we met een globale benadering op zo’n 950 miljoen euro uit.”
En wat is nou schade, gaat hij in één adem door. “Neem het EK voetbal van dit jaar. Hoe staat het met de aanloopkosten van dit naar 2021 verschoven mega-evenement. Als daar dertig, veertig mensen in de aanloop van EURO 2020 werken aan de voorbereiding van dat voetbaltoernooi, hoe gaat dat nu met dat ene jaar uitstel verder? Gaan deze mensen uit dienst? Of blijven ze werken voor de Nederlandse tak van de organisatie? Op het moment dat je op zo’n calamiteit een bedrag plakt, dan is mijn ervaring dat dat soms 24 uur later al niet meer klopt. Dat is wel het grote probleem van dit moment. Dit is zo uniek. Het is de onzekerheid van de wet van de grote getallen.”
JOHN BIERLING: “TOEN WE HOORDEN DAT DE SPELEN WERDEN VERPLAATST, KLOPTE DE HELE REKENSOM AL NIET MEER.”
950 miljoen schade derhalve, ‘and still counting’. Het miljard aan averij moet de totale sport allang voorbij zijn. Dat heeft alles met de verstreken tijd te maken. Bierling, sinds eind 2016 de financiële man van NOC*NSF naast die andere directeur, Gerard Dielessen: “Het was op 18 maart al heel onzeker. Hoe lang gaat dit duren? Tot 1 april? 1 mei? 1 juni of 1 september? Of wordt het, zoals sommigen zeggen, eind van dit jaar? Dat heeft natuurlijk een enorme impact op die schade-inschatting.” Op de vraag welke termijn op die achttiende maart werd aangenomen, heeft Bierling het over schadeposten tot en met augustus. Maar een goede week later
hing de vlag er al weer anders bij. Op dinsdag 24 maart besloten de Japanse regering, de stad Tokio en het Internationaal Olympisch Comité (IOC) dat de Olympische Zomerspelen van 2020 naar 2021 zouden worden verplaatst. “Toen we hoorden dat de Spelen werden verplaatst, klopte de hele rekensom al niet meer. Op dat moment zou de Nijmeegse Vierdaagse nog doorgaan, stond de TT van Assen nog geprogrammeerd, en zou de Formule 1 in mei Zandvoort aandoen. Die evenementen liggen er inmiddels uit, andere bewegen nog steeds naar achteren op de sportagenda voor de tweede helft van het jaar of nog later”, vertelt Bierling.
“Hoe lang gaat dit duren? Dat heeft natuurlijk een enorme impact op die schade-inschatting” John Bierling
Het kan in de uiteindelijke schaderekening nog alle kanten op, is een opvatting van Bierling aan de hand van Nobelprijswinnaar Daniel Kahneman, een belangrijke pionier op het grensvlak van de economie en psychologie. “Hij zegt: ‘De omgeving waarin iemand opereert moet voldoende regelmatig zijn om voorspelbaar te zijn.’ Dat is een elementaire zin. Want wat er nu gebeurt, is niet voorspelbaar. Dat zie je in een crisis als deze. Gaan mensen meer of minder aan kansspelen doen? Wie weet het? Je kunt niet zeggen dat als mensen minder middelen hebben, dat ze dan stoppen met kansspelen. Of dat ze het lidmaatschap van de vereniging gaan opzeggen. Dat kun je niet zo hard stellen. Omdat mensen ander gedrag laten zien dan wat je puur economisch en rekenkundig zou verwachten. Daarom is het wat mij betreft te ingewikkeld om nu al te komen tot een gedetailleerde schadevoorspelling.”
Betrokkenheid Met de kwijtschelding van huurkosten over de maanden maart, april en mei ter waarde van 110 miljoen, is voor de meeste verenigingen de zomer te overbruggen. IJkpunt in de vaststelling hoe groot de schade aan de sport zal zijn, is wat Bierling betreft 1 september. “Als op 1 september de competities weer kunnen beginnen, niet alleen voor de jeugd maar ook voor de eerste elftallen met supporters langs de kant die na afloop weer hun pilsje pakken in de kantine, dan is er nog steeds schade, maar die is dan beter
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
13
“Tot 1 september zullen de 24.500 clubs van ons land er de schouders onder moeten zetten. Dan komt het aan op betrokkenheid. Een extra braderie, een wc-papieractie, om het tekort samen op te vangen. Maar als dat in september allemaal niet kan, dan gaat die infrastructuur het nog behoorlijk lastig krijgen. Hoe los je het dan op met elkaar? Daar zie je wel onrust. Zoals je ook een afwachtende consumentenhouding bespeurt. Maar die kan bij goed nieuws snel omslaan. Dat sport wordt gemist, merk je aan alles. Mijn twee schoonzoons hunkeren naar hun potje voetbal in het eerste van VV Avereest in Balkbrug. Maar overall is de vraag: Hoe houden we ons kostbare verenigingslandschap redelijk intact? Daar moeten we naast die huurkostenvergoeding via het gemeentefonds nog één of twee oplossingen op verzinnen. En bij dit alles geldt: zolang het maar niet in de tweede helft van het jaar in volle hevigheid zo doorgaat.”
Olympische uitzending 2021 Over de topsport heeft Bierling minder zorgen. “Wij hebben een investeringsprogramma voor vier jaar. Daar reserveren wij voor, zodat er altijd een bestemmingsreserve staat van vele miljoenen, waaruit we de uitzending naar de Olympische Spelen financieren. Die pot was dit jaar ruim voldoende gevuld. Door de coronacrisis gaan nu trainingskampen, vliegreizen en hotelboekingen voor de Olympische Spelen niet door. Er blijft dit jaar geld over, maar er zijn ook kosten gemaakt die niet te reproduceren zijn en nu nog een keer gemaakt moeten worden. Professionals ingehuurd, tickets en hotels betaald. Die kunnen deels verloren zijn. We zijn in gesprek daarover. We vergaderen nu over hoeveel geld we nodig denken te hebben voor de olympische uitzending van 2021. We nemen geld mee uit 2020, maar het is zeker dat we meer geld nodig hebben dan nu gereserveerd staat en denk daarbij wel aan miljoenen. Daar zit een mismatch in. Hoeveel precies, daar kun je niks van zeggen. Dat hangt ervan af hoe de Spelen in 2021 worden georganiseerd. Worden het publieksspelen, wie gaat er naar Tokio om te genieten van de sport? Er ontstaat langzaamaan wel een beeld. Hotels zullen mogelijk minder duur zijn, omdat minder mensen naar Tokio afreizen. Kwestie van vraag en aanbod. Maar het beeld is allesbehalve scherp.” Voor de topsporters met een A- of High Potential-status is veel geregeld waar het gaat om schadebeperking. “Een verlenging van hun stipendium is, na overleg met het Ministerie van VWS, nu in ieder
FOTO: ANP FOTO/CC PIROSCHKA VAN DE WOUW
te overzien. In tegenstelling tot als op 1 september de competities niet kunnen beginnen”, aldus Bierling.
EIND MAART KON OOK NOC*NSF ER NIET LANGER OMHEEN: DE AFTELKLOK NAAR DE SPELEN IN TOKIO WERD BIJGESTELD.
“Veel hangt ervan af hoe de Spelen in 2021 worden georganiseerd. Er ontstaat langzaamaan wel een beeld, maar dat beeld is allesbehalve scherp” John Bierling
geval tot en met september 2020 geregeld. Normaal wordt die lijst telkens ververst. Dat kan nu niet. Dan is er ook een regeling voor de talenten die op de CTO’s trainen en wonen. Zij krijgen, als ze aantoonbaar in betalingsonmacht raken, in principe hun huur vergoed. Die loopt namelijk door, nu zij niet kunnen trainen en niet kunnen studeren. Daar is een regeling voor. En zo werken we ook voor de individuele sporters en sportbonden aan regelingen als NOW en Tozo.”
Coronanoodfonds Sportbonden die in problemen dreigen te komen, kunnen deels leunen op het Coronanoodfonds Sport, dat in allerijl is aangelegd. Een bedrag van 5 miljoen euro hebben NOC*NSF en de bonden samen in de pot gedaan. Daar kwam nog een miljoen bij van Nederlandse Loterij, sponsor, mecenas en financier van de nationale topsport. “De NLO heeft een subliem 2019 gedraaid, met 46,4 miljoen afdracht voor de sport. Supergoed. Er
stond 43,3 miljoen euro in onze begroting. Hun Staatsloterij loopt nu gewoon door, de Lotto gaat ook redelijk. Maar de TOTO staat zoals verwacht onder druk. Teruggang in de afdracht van de NLO over 2020 kan via ons reservefonds van 22,6 miljoen euro worden afgedekt. 2021 wordt dus een uitdagend jaar, maar voor 2020 zie ik geen probleem om aan onze verplichtingen aan de bonden te voldoen, omdat we daarvoor samen gespaard hebben.”
•
NEERWAARTSE KNIK SPORTPARTICIPATIE Een van de twee grote doelen van sportkoepel NOC*NSF, naast de toptiendoelstelling van de afdeling olympische topsport, is de bevordering van sportdeelname in Nederland. Maand na maand, jaar na jaar, procent voor procent, werd die participatie opgeschroefd. Het Nederlandse volk werd steeds sportiever, in elk geval werd er scherper vastgesteld hoeveel de Nederlandse man en vrouw gingen bewegen. Door de vrijwel totale lockdown voor de sport is een ernstig neerwaartse knik in die grafiek te bekennen, aldus een onderzoek van onderzoeksbureau Ipsos namens NOC*NSF *. Wekelijks, zo werd vastgesteld in maart, bleven 1,7 miljoen Nederlanders weg van veld, baan, bad en bos. In maart 2019 bedroeg het aantal sportende mensen nog 10,4 miljoen. In maart 2020 was dat gedaald tot 8,7 miljoen. De grootste daling had plaats bij kinderen. In de categorie 6-12 jaar ging het om een verlies van liefst 35 procent: van 1,3 miljoen actieve kids naar nu slechts 800.000 sportieve bezige kinderen. In de leeftijdscategorie 13-18 jaar was er een min van 13 procent. Bij de jongvolwassenen (19-30 jaar), zo rapporteert Ipsos na een onderzoek met 4.214 respondenten, was er een klein minnetje: van 3 procent. Mannen deden in maart nog voor 55 procent aan sport; vorig jaar was dat 69. Bij de vrouwen bedroeg de teruggang 12 procent: 66 procent werd 54. 12 à 13 procent was ook de gemiddelde teruggang in de leeftijdscategorieën 31-44 jaar, 45-64 jaar en 65-80 jaar. *Ipsos voert maandelijks in opdracht van NOC*NSF de Sportdeelname Index uit. In dit onderzoek wordt iedere maand aan minimaal 3.000 Nederlanders in de leeftijd van 5 tot en met 80 jaar gevraagd of zij in de afgelopen maand hebben gesport, welke sporten en hoe vaak. Deze resultaten worden jaarlijks gebundeld en gepubliceerd in het onderzoeksrapport ‘Zo sport Nederland’. De totale resultaten van 2019 worden in mei gepubliceerd.
14
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
Sport&Strategie
Wetenschap&Onderzoek Vier van de tien sportverenigingen in Nederland voelen zich in voortbestaan bedreigd Zullen sportverenigingen in tijden van corona opnieuw hun veerkracht tonen? Twee jaar geleden werd in het brancherapport Sportverenigingen in Nederland geconstateerd dat de Nederlandse sportverenigingen veerkrachtige verbanden zijn. Daar waar andere organisaties tijdens de financiële crisis van 2008 omvielen, bleven de meeste sportverenigingen – zij het soms met moeite – gewoon doordraaien. Hoe zit dat met de coronacrisis, waar gewoon doordraaien onmogelijk is? Het Mulier Instituut bracht begin april de gevolgen van de coronacrisis voor sportverenigingen in Nederland in kaart. Mogen we ook nu vertrouwen in de veerkracht van sportverenigingen of moeten we ons voorbereiden op ingrijpende consequenties voor de sportwereld?
FOTO: ANP FOTO/CC MARCEL JURIAN DE JONG
DOOR RESIE HOEIJMAKERS EN JANINE VAN KALMTHOUT
Begin april 2020 zijn bij ruim 3.200 sportverenigingen, oftewel bij ongeveer 15 procent van alle sportverenigingen in Nederland, de gevolgen van de coronacrisis in kaart gebracht. Hoewel op dat moment nog veel onduidelijkheid bestond over de duur, inhoud en gevolgen van de maatregelen ter bestrijding van het coronavirus, bleek toen al dat de coronacrisis voor veel verenigingen ingrijpende consequenties heeft.
Verlies van inkomsten Verenigingen verwachtten bij sluiting van de vereniging tot en met 28 april gemiddeld 11 procent van hun begrote inkomsten voor 2020 mis te lopen. Mocht de vereniging tot en met juli gesloten blijven, dan stijgen de gemiddelde verwachte misgelopen inkomsten naar 28 procent van de begrote inkomsten voor 2020. De bezuinigingsmogelijkheden zijn voor verenigingen beperkt, wat leidt tot een tekort onder aan de streep. Gemiddeld verwachtte een vereniging bij sluiting van de vereniging tot en met 28 april 4 procent van de begroting te kunnen bezuinigen. Mocht de vereniging tot en met juli gesloten moeten blijven, dan stijgen de gemiddelde verwachte bezuinigingen naar 11 procent van de begroting. Door de grote diversiteit aan sportverenigingen zijn sterke verschillen te
zien tussen typen verenigingen. Eén op vijf verenigingen verwacht geen inkomstenderving door de coronacrisis. Over het algemeen hebben verenigingen met hogere (vaste) lasten, zoals (middel)grote verenigingen (> 100 leden), veldsportverenigingen (onder andere voetbal, hockey, tennis), verenigingen met een eigen kantine en verenigingen met een eigen accommodatie in hogere mate te maken met inkomstenderving (zie figuur 1) en een gat in hun begroting. Hoewel op 6 mei door het kabinet werd aangekondigd dat de buitensportverenigingen weer deels open mogen, betekent dit voor veel verenigingen niet een afname van de inkomstenderving. Wedstrijden, sportevenementen en clubactiviteiten zijn voor langere tijd verboden, en die zorgen voor veel verenigingen juist voor de noodzakelijke inkomsten.
Verlies van leden Behalve over het verlies van inkomsten maken verenigingen zich ook zorgen over het verlies van leden vanwege de coronacrisis. Verenigingen met een hoge gemiddelde leeftijd van het ledenbestand, zoals bridge- en biljartverenigingen, vrezen voor de gezondheid van hun leden. Andere verenigingen, ruim vier op de tien, verwachten minder nieuwe leden te kunnen werven en één op de vijf verenigingen verwacht dat meer dan normaal bestaande leden hun lidmaatschap gaan opzeggen (zie figuur 2). Dat minder nieuwe leden worden verwacht, is veelal een direct gevolg van sluiting van de sportaccommodaties, waardoor nieuwe leden zich minder snel zullen aanmelden. Anderzijds is dit een gevolg van wervingsacties die niet door kunnen gaan, zoals scholeninstuiven of open dagen, die normaal
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
gesproken goed zijn voor de aanwas van nieuwe leden. Dit zal voor veel verenigingen met name in het volgende seizoen een impact hebben op de contributies die zij kunnen innen, maar wellicht ook voor de kantine-opbrengsten, lesgelden en/of het vervullen van kaderfuncties.
Bindingskracht en solidariteit Gezien de werkingsprincipes van verenigingen is het logisch dat verenigingen zich met name zorgen maken over wat de coronacrisis betekent voor het ledenbestand. Voor hun voortbestaan zijn verenigingen namelijk afhankelijk van leden. Leden betalen de contributies, zorgen voor de kantine-inkomsten, organiseren activiteiten en besturen de vereniging. Doorgaand ledenverlies is vaak de factor die uiteindelijk leidt tot het opheffen van een vereniging. De toekomst van sportverenigingen is sterk afhankelijk van de bindingskracht van leden en vrijwilligers. Dit betekent dat de gevolgen van de coronacrisis nog jaren merkbaar kunnen zijn voor verenigingen. Hun toekomst hangt voor een groot deel af van de mate waarin de leden hun schouders onder de vereniging willen zetten. Dit biedt enerzijds hoop voor de verenigingen die kunnen rekenen op een loyaal en solidair ledenbestand. Anderzijds zijn er verenigingen die hun toekomst zullen vrezen. Want al voor het coronatijdperk vonden verenigingen het op peil houden van het ledenbestand en het aantal vrijwilligers de grootste uitdagingen. Ook uit het onderzoek naar de gevolgen van de coronacrisis blijken hierin verschillen tussen verenigingen. Er zijn net zo veel verenigingen die verwachten dat de coronacrisis leidt tot meer solidariteit onder de leden, als er verenigingen zijn die dit juist niet verwachten (zie figuur 2). Enerzijds verwachten sommige verenigingen dat de sportvereniging meer gewaardeerd gaat worden nu het een lange tijd niet mogelijk was om te sporten. Andere verenigingen verwachten dat de ledenbinding en het verenigingsgevoel op dit moment aan het afnemen zijn, nu leden elkaar niet kunnen ontmoeten.
Sportgedrag Ook worden zorgen geuit over wat de coronacrisis structureel gaat betekenen voor het sportgedrag. Door een aantal verenigingen wordt gevreesd dat sporters na de coronacrisis structureel meer thuis of in de openbare ruimte zullen gaan sporten, vrijwilligers gewend raken aan rustiger aan doen en het nog lang duurt voordat ouderen weer volledig het sociale leven in durven te stappen. Voor de solidariteit en ledenbinding is het positief dat verenigingen weer deels open mogen, al geldt dit op dit moment alleen voor de buitensportverenigingen en mogen sociale activiteiten nog niet plaatsvinden.
Zetje naar de afgrond Uit ons onderzoek naar de gevolgen van de coronacrisis blijkt dat bij sluiting van de sportaccommodaties tot en met juli 10 procent van de verenigingen zich in haar voortbestaan bedreigd voelt. Wanneer de sportverenigingen ook na 1 augustus (deels) gesloten blijven, stijgt dit aandeel naar ruim vier op de tien verenigingen. Het is dan ook belangrijk dat verenigingen snel weer (volledig) open mogen. Hoewel de gevolgen voor de Nederlandse sportwereld nauwelijks te
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
15
overzien zijn als daadwerkelijk één op de tien sportverenigingen omvalt vanwege de coronacrisis, laat staan vier, is het belangrijk om deze cijfers in perspectief te plaatsen. Ook voor corona, begin 2019, is gevraagd naar het toekomstbeeld van verenigingen. Ook toen gaf één op de tien verenigingen aan (zeer) somber te zijn over de toekomst van hun vereniging. Vastgesteld werd dat een vijfde van de verenigingen ‘kwetsbaar’ is voor de toekomst. Vanaf 2003 is het aantal sportverenigingen in Nederland met zo’n 10 procent gedaald en is een tendens ingezet naar steeds grotere verenigingen. Wanneer beide onderzoeken met elkaar worden vergeleken, blijkt dat de verenigingen die somber waren voor de crisis, vaker somber zijn tijdens de crisis. Voor veel van deze verenigingen kan de coronacrisis net het zetje naar de afgrond in betekenen. Maar ook andere dan de kwetsbare en sombere verenigingen maken zich zorgen over de gevolgen van de coronacrisis. Met name de verenigingen die een grote afhankelijkheid hebben van andere inkomsten dan contributies, overwegend kantine-inkomsten, en dus te maken hebben met forse inkomstenderving, komen of zijn in gevaar.
FIGUUR 1 VERWACHTE MISGELOPEN INKOMSTEN IN PERCENTAGE VAN DE BEGROTE INKOMSTEN IN CATEGORIEËN BIJ SLUITING VERENIGING HALF MAART TOT EN MET JULI 2020, UITGESPLITST NAAR KENMERKEN VERENIGING (IN PROCENTEN, N=2.605).
Steunmaatregelen Gelukkig staan sportverenigingen niet alleen in hun strijd tegen de coronacrisis. Het kabinet heeft verschillende steunmaatregelen getroffen om sportverenigingen die in de problemen dreigen te komen, te helpen. Dit lijkt ook nodig te zijn. Ongeveer een kwart van de sportverenigingen in Nederland geeft aan dat noodmaatregelen, hulp of ondersteuning essentieel zijn om als vereniging de coronacrisis te overleven. Dit zijn met name veldsportverenigingen (waaronder voetbal, hockey, tennis), verenigingen met een grote begroting (50.000 of meer, denk aan golf, hockey, voetbal), grote verenigingen (> 250 leden), verenigingen met een eigen kantine en verenigingen met een eigen accommodatie. Daarnaast geven vier van de tien verenigingen met betaald personeel aan dat noodmaatregelen, hulp of ondersteuning essentieel zijn voor de vereniging om te overleven. Vooral verenigingen die zeggen dat ondersteuning essentieel is voor het voortbestaan, maken gebruik van de steunmaatregelen of zijn in overleg met de gemeente. Daarnaast zorgt de aangekondigde uitbreiding van de steunmaatregelen op 1 mei ervoor dat meer verenigingen in aanmerking zijn gekomen voor ondersteuning.
Veerkracht Positief is ook dat twee op de drie verenigingen aangeven vertrouwen te hebben in de veerkracht van de vereniging om de gevolgen van de coronacrisis te overleven. Met veerkracht wordt het vermogen van de vereniging bedoeld om de impact van de coronacrisis te absorberen en terug te veren naar de situatie van voor de crisis. Binnen de literatuur is weinig bekend over de veerkracht van verenigingen en waarom bepaalde verenigingen veerkrachtiger zijn dan andere. Wel lijkt het zo te zijn dat sportverenigingen in vergelijking tot andere soorten organisaties veerkrachtig zijn. In het brancherapport Sportverenigingen in Nederland van twee jaar geleden werd geconstateerd dat de
FIGUUR 2 VERWACHTE GEVOLGEN CORONACRISIS VOOR LEDENONTWIKKELING EN SOLIDARITEIT VERENIGINGEN (IN PROCENTEN, N=3.256).
gehele populatie sportverenigingen veerkrachtig is. Hoewel verenigingen tijdens de economische recessie van 2008 te maken kregen met stijgende kosten en huurprijzen, minder gemeentelijke bijdragen en dalende sponsor- en kantineinkomsten, wisten de meeste verenigingen zich door deze moeilijke periode heen te werken met creativiteit, contributieverhoging en de inzet van meer vrijwilligers. Ook laat onderzoek naar sportverenigingen in krimpregio’s en regio’s waar krimp wordt verwacht, veerkracht zien, doordat verenigingen zich meestal langer staande weten te houden dan andere organisaties, zoals scholen en winkels.
Zelforganisatie Een belangrijke verklaring voor deze veerkracht is de zelforganisatie van sportverenigingen, het gewend zijn om continu op zoek te gaan naar nieuwe (financiële) middelen, betrokken bestuurders en hun constructieve relatie met leden en een sterke identiteit van de organisatie. Een belangrijk aspect van veerkracht is daarnaast het vermogen om te anticiperen en reageren op veranderingen in de omgeving. Verenigingen die onvoldoende weten in te spelen op veranderingen, zullen hun positie in het sportlandschap verliezen en daarmee hun bestaansrecht. Het biedt dan ook hoop dat een kwart van de verenigingen inmiddels is overgegaan tot het aanbieden van alternatieve beweegopties of verenigingsactiviteiten, zoals tips voor thuistraining, beweegtips of trainingsfilmpjes, in een poging om de ledenbinding te onderhouden en te behouden. Maar de coronacrisis zal meer creativiteit en inzet van bestuurders en vrijwilligers vragen. Want hoewel sportvereni-
gingen de financiële crisis hebben weten te overleven, lag de focus toen alleen op inkomstenderving. Nu gelden dezelfde zorgen over financiën, maar moeten verenigingen tegelijkertijd aan de slag met het herinrichten van hun organisatie. Dit vraagt meer van vrijwilligers: toiletten moeten vaker worden schoongemaakt, looproutes moeten worden gecoördineerd, leden geïnstrueerd.
Clubgevoel, passie en inzet Wat valt nu te verwachten? Duidelijk is dat de coronacrisis voor veel verenigingen ingrijpende consequenties heeft, maar dat tegelijkertijd bij verenigingsbestuurders vertrouwen in de toekomst en veerkracht van hun vereniging overheerst. De geschiedenis leert dat sportverenigingen langlevende organisaties zijn. Veel van hen bestaan al meer dan honderd jaar. En hoewel al sinds de jaren vijftig wordt geroepen dat de verenigingsvorm in gevaar en achterhaald is, zijn sportverenigingen nog steeds de meest voorkomende organisatievorm in de sport en kan de sport nog steeds rekenen op een leger aan vrijwilligers. Dit betekent niet dat beleidsmakers en verenigingen rustig achterover kunnen leunen. Voor veel verenigingen zal een zware tijd volgen, die veel creativiteit en inzet vraagt. Belangrijk is dat de steun van de overheid op de juiste plaats terechtkomt, dat sportverenigingen snel weer volledig open kunnen en dat verenigingen in staat blijken om een beroep te doen op het clubgevoel, de passie en inzet van hun leden om de vereniging door deze crisis heen te slepen. Zo zullen sportverenigingen ook tijdens de coronacrisis veerkrachtige verbanden blijken te zijn.
•
CREËER SOCIAL MEDIA VISUALS EN VIDEO’S IN EEN HANDOMDRAAI
“
Het vergroten van het bereik op social media en de
engagement van fans is een belangrijke doelstelling in de
digitale strategie van LFP. Met behulp van Content Stadium kunnen we onze realtime stats gebundeld via onze kanalen
Chief Digital Officer LFP
Hierdoor realiseren we een aanzienlijke verbetering van de
“
Christophe Charmoille
delen in de vorm van krachtige afbeeldingen en video’s.
kwaliteit van de content. Content Stadium is een essentiele tool in onze social media strategie.
WWW.CONTENTSTADIUM.COM info@contentstadium.com
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
17
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
SPORT&SOCIETY OVER SPORT & SOCIETY Sport & Society is zowel een focusgebied van de Universiteit Utrecht als een landelijk netwerk van onderzoekers dat de maatschappelijke betekenis van sport wil begrijpen en vertaalt naar consequenties voor het bestuur en organisatie van de sport. Meer informatie? Zie www.uu.nl/sportandsociety en www.sportandsociety.nl.
Online sporten tijdens de coronacrisis ‘Virtual community building’ voor clubgevoel en ledenbinding binnen sportverenigingen In maart moesten sportverenigingen van de ene op de andere dag de sportvelden en kantines sluiten als gevolg van de coronacrisis. Toch kunnen leden contact houden met elkaar en samen sporten. De sociale media blijken tijdens de coronacrisis het platform te bieden voor wat leden van sportverenigingen graag doen: samen sporten en elkaar ontmoeten. Binnen sportverenigingen vormen de digitale media al geruime tijd en in toenemende mate de communicatiekanalen voor bestuur en leden. Samen vormen ze de virtual community van de club. Vooral sociale media hebben geleidelijk de plaats van het papieren clubblad ingenomen. Nanny Kuijsters onderzocht in haar promotieonderzoek hoe er tegen het gebruik van de socialemediakanalen van de club wordt aangekeken en of het gebruik daarvan kan bijdragen aan het clubgevoel, de binding en de activatie van leden. DOOR NANNY KUIJSTERS
Binnen virtual community’s nemen sociale media een belangrijke plaats in. Met sociale media is het mogelijk om geschreven en gesproken teksten, en (bewegende) beelden te ‘posten’. Door de directe feedbackmogelijkheden kunnen gebruikers op iedere tijd en plaats conversaties voeren (chatten). In mijn onderzoek bestudeerde ik of socialemediakanalen het communicatieklimaat van sportverenigingen kunnen optimaliseren en zo kunnen bijdragen aan het versterken van het clubgevoel van verenigingsleden.
‘Ontmoetingsplek voor de club’ Ruim 3.000 jongvolwassenen is gevraagd naar hun ideeën over het gebruik van de socialemediakanalen van hun eigen club. Gekozen is voor jongvolwassenen, omdat deze groep een groot ‘afhaakrisico’ kent. Naar voren kwam dat sociale media goed ingezet kunnen worden om leden te activeren, bijvoorbeeld voor het oppakken van vrijwilligerstaken. Ook kan gebruik van socialemediakanalen bijdragen aan de intentie om lid te willen blijven. Een verklaring hiervoor is dat leden zich via de sociale media van de club identificeren met hun sportvereniging en dat is van belang voor het ontwikkelen van clubgevoel en binding. Clubs kunnen sociale media op verschillende manieren inzetten, passend bij het DNA van de club: voor sociale interactie, vermaak en informatie (de virtual family), voor informatie en activatie van leden en andere stakeholders (de toolbox community) en als kanalen die informatie, vermaak en ook conversatie bieden tussen leden en clubbestuur, om zo betrokkenheid te creëren (de onlineclub). Duidelijk is dat de ondervraagde leden belang hechten aan actuele en aantrekkelijke socialemediakanalen, met bij het kanaal passende content, waarop ook ‘gepraat’ wordt over de sport en de club en waarin bestuursleden aanwezig zijn. Of zoals een respondent treffend opmerkte: “een ‘ontmoetingsplek voor de club bieden”. Overigens willen jongvolwassen leden graag meewerken, bijvoorbeeld als mediaredacteur. Daarbij is het van belang dat ze
dragen aan activatie en verbinding van leden, net zoals mijn promotieonderzoek uitwees. Hoewel er niets gaat boven samen sporten op het veld of samen een biertje drinken in het clubhuis, bieden clubs met hun virtual community als het ware een onlinesportplatform naast, offline, het sportveld en de kantine. Clubs die weinig gebruik maken van onlinekanalen, hebben in het voorjaar een periode van leegte doorgemaakt, met minder contacten met en activiteiten tussen leden. Dat kan doorwerken op het clubgevoel en de verbinding met de club. FOTO: SHUTTERSTOCK.COM
Sportverenigingen in Nederland zien het ledental al jaren licht afnemen, terwijl het ‘ongeorganiseerd’ sporten blijft stijgen. Het is voor verenigingen dus van belang leden te behouden. Voor ledenbinding spelen het versterken van het clubgevoel en een goed ‘communicatieklimaat’ daarbij een rol. Dat communicatieklimaat komt tot stand op het sportveld, in de kantine en via de virtual community van de club. Een virtual community is een onlineruimte waarin content kan worden uitgewisseld rondom gezamenlijke interesses. We weten dat virtual community’s effecten hebben, zoals verbondenheid en het nastreven van gezamenlijke doelen.
het vertrouwen krijgen om er passende en aantrekkelijke kanalen van te maken. In het onderzoek kwamen al veel ideeën naar voren: streaming van wedstrijden, interviews met spelers, winacties, voorstellen van teams of een fotoquiz, meedenken over uiteenlopende issues. Verder wordt ingespeeld op het open karakter van sociale media, waarbij ook niet-leden die activiteiten kunnen volgen. De clubs zijn daardoor zichtbaarder, waardoor connectie met externe stakeholders, bijvoorbeeld sponsoren of potentiële leden, gemakkelijker is.
Coronacrisis leerzame periode Voor verenigingsbesturen is het een uitdaging om leden te stimuleren en de ruimte te geven om de virtual community van de vereniging verder te ontwikkelen. Door samen met leden te bepalen welke good practices passen binnen de organisatiefilosofie van de vereniging, kunnen deze een blijvend onderdeel van de sportservice vormen. Bijvoorbeeld onlinetoepassingen die gericht zijn op de sportbeoefening (trainen en bespreken), op het besturen (meedenken en meepraten) en op het verbinden van leden (volgen en meedoen). Hiertoe vormt de coronacrisis een leerzame periode. Vele nieuwe en creatieve toepassingen worden door besturen en leden ontwikkeld. Zo plaatsen clubs regelmatig online-updates, verschijnen er speciale trainingsprogramma’s en ‘blijf fit’oefeningen online, soms zelfs in competitievorm. Ook houden clubs onlineteambesprekingen over spelverbeteringen, voorzien van videobeelden of een pubquiz waarbij teams tegen elkaar strijden. De virtual community’s van de clubs leken ook tijdens de coronacrisis bij te
Digital democracy Uit mijn onderzoek kwam ook naar voren dat leden online “gehoord willen worden”, “invloed willen hebben” op zaken die spelen en “in gesprek willen gaan” met bestuursleden. Een aanwezig en responsief bestuur blijkt een cruciale factor voor de vorming van effectieve virtual community’s. Zo kunnen virtual community’s van de sportverenigingen niet alleen informatie en vermaak bieden, maar ook de dialoog stimuleren over wat er leeft binnen de club. Doordat leden via de onlinekanalen makkelijk kunnen ‘meepraten’, kan het bestuur informatie ophalen die van belang is. Dit soort processen noemen we ook wel ‘digital democracy’. Hierdoor kan de virtual community van de vereniging een aanvullend instrument zijn voor de commissies en voor het voorbereiden van besluitvorming in de algemene ledenvergadering. Clubs kunnen door het verder ontwikkelen van de virtual community en het bieden van digital democracy op een eigentijdse manier bijdragen aan het versterken van het clubgevoel en de binding van leden. Inmiddels is deze gedachte door NOC*NSF opgemerkt. In opdracht wordt een communicatietool ontwikkeld die sportverenigingen kunnen inzetten binnen hun virtual community. Deze tool moet het voor clubs gemakkelijker maken om leden te laten meepraten over zaken waarover beslissingen moeten worden genomen. In de tussentijd is de aanbeveling aan clubs om na te denken over de wijze waarop ze hun virtual community verder willen ontwikkelen tot aantrekkelijke communicatiekanalen. Ook kunnen clubs nadenken hoe ze met behulp van digitale kanalen informatie-uitwisseling en dialoog binnen de club willen stimuleren, met als doel om leden meer te betrekken bij en te laten meedenken over wat binnen de club speelt.
•
Nanny Kuijsters-Timmers is docent-onderzoeker bij SPECO Sportmarketing van Fontys Economische Hogeschool in Tilburg en promovenda bij Tilburg University. Drie artikelen van haar proefschrift zijn inmiddels gepubliceerd in (inter)nationale wetenschappelijke tijdschriften.
18
Sport&Strategie
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
DEBAT Leiderschap en crisismanagement in tijden van corona Sport is zonder twijfel een van de bedrijfstakken die het zwaarst is getroffen door het coronavirus. De huidige crisis stelt ook de bestuurders van NOC*NSF en de KNVB zwaar op de proef. Als koepelorganisaties zijn zij de eerstverantwoordelijken om de beleidsmaatregelen van het kabinet sportbreed ten uitvoer te brengen. Tegelijk wordt van ze verwacht dat ze de belangen van hun leden behartigen. Niet makkelijk, zo’n spagaat. NOC*NSF kreeg van sporters en bonden het verwijt dat ze veel te makkelijk akkoord is gegaan met de strikte quarantaineverplichtingen voor topsporters. Het sectiebestuur betaald voetbal bleek niet in staat bvo’s te binden aan een gemeenschappelijk besluit omtrent de afloop van het seizoen 2019-2020. Juist in tijden van crisis mag van bestuurders leiderschap en daadkracht worden verwacht. Hoe hebben de koepels het er in uw ogen van afgebracht? Zijn ze geslaagd voor het onderdeel ‘Leiderschap en crisismanagement in tijden van corona’?
FOTO: SHUTTERSTOCK.COM
MODERATOR: FRANS OOSTERWIJK
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
19
Marcel Wintels, voorzitter van de KNWU
“NOC*NSF had eerder en duidelijker moeten uitdragen dat de Spelen een ‘no go’ waren” Maar toch een kritische noot. Als je dan besluit dat er niet langer in een veilige topsportomgeving getraind kan worden, dan moet je de atleten niet in de waan laten dat ze over enkele maanden ‘klaar moeten zijn voor de Spelen’. Dat het IOC als laatste in de gaten had dat Olympische Spelen deze zomer niet haalbaar waren, ontslaat NOC*NSF niet van een eigen verantwoordelijkheid om te zeggen ‘Tot hier en niet verder’. NOC*NSF had van mij eerder en duidelijker het standpunt moeten uitdragen dat de Spelen een ‘no go’ waren. Dan was volkomen helder geweest voor de atleten dat ze niet illegaal ‘undercover’ of legaal ‘houtje-touwtje-blijf-vooral-thuis’ op balkonnetjes en in schuurtjes door hadden hoeven trainen voor de ‘idee-fixe’ van Olympische Spelen aankomende zomer.
Ik vond het onverantwoord dat we sporters geen veilige trainingsfaciliteiten meer boden en wel nog de gedachte levend hielden dat ze over een paar maanden naar Tokio zouden afreizen. Hen daarmee in de verleiding en omstandigheden brachten dat zij – ieder op eigen wijze – onbeschermd bleven trainen en hun gezondheid en die van anderen op het spel zetten. Daarom heb ik er in die fase bij NOC*NSF voor gepleit om met een eigen Nederlands sportstandpunt naar buiten te komen. Zoals menig buitenlands sportkoepel dat wel deed. Er is niets ergers dan sporters en hun begeleidingsteams hun olympische droom afnemen, het doel waaraan ze jaren gewerkt hebben. Maar een crisis vraagt om leiderschap, waarbij je je verantwoordelijkheid neemt en je niet verschuilt achter anderen.
Mijn oproep aan NOC*NSF was om in Nederlandse NOC-gezamenlijkheid onze eigen Nederlandse mind op te maken en ons standpunt te communiceren. Als KNWU-voorzitter heb ik op enig moment me niet langer thuis gevoeld bij onze zwijgende koepel, die in het kielzog van het IOC vasthield aan dat idee van Olympische Spelen. Als ieder weldenkend mens ziet dat de Spelen niet gehouden gaan worden, spreek dat dan uit. Dat is ook leiderschap. Maar ik eindig zoals ik begon: kritiek leveren is erg gemakkelijk. Ik denk dat NOC*NSF door de bank genomen de sport in deze crisis, die de sport ook zo diept raakt, zo goed als mogelijk is leidt en helpt. Dat mag ook wel eens gezegd.”
FOTO: ANP FOTO/CC PIM RAS
“Een bekend Nederlands spreekwoord luidt: ‘De beste stuurlui staan aan wal’. Vanaf de wal de stuurlui van sportkoepels beoordelen, is iets dat ik met tegenzin doe. Het is zo makkelijk om kritiek te leveren. Daarom eerst een ander perspectief: ik heb me vooral gestoord aan enkele individuele topsporters die vonden dat de regels die voor heel Nederland gelden niet voor hen van toepassing waren. Wat een slecht (voorbeeld)gedrag. Dat brengt me bij een punt van kritiek naar onze sportkoepel NOC*NSF. Dat de topsporttrainingscentra plots gesloten werden, had mijn volledige steun. Niet leuk, en inderdaad, het viel wat uit de lucht, maar een alleszins begrijpelijk besluit van NOC*NSF. De topsport staat niet boven de wet. En soms kun je niet eerst alle bondsbetrokkenen horen.
Chris Woerts, consultant en marketingexpert
“Een sigaar uit eigen doos voor KNVB en NOC*NSF” “De sport is hard getroffen door het coronavirus. Niet alleen qua werk is het ritme uit de Nederlandse samenleving, ook de weekenden en avonden zien er plotseling heel anders uit. Weg zijn de zekerheden van trainen en ontspannen. Van het biertje drinken in de kantine, al dan niet vergezeld van de onvermijdelijke vette hap na een training of wedstrijd. De sportkantine, het stadion, het is de nieuwe kerk. De plek waar iedereen, ongeacht religie, afkomst of sociale status, bijeenkomt en plezier heeft. Niet voor
niets roemde interim-sportminister Van Rijn de Nederlandse sportinfrastructuur en benadrukte hij nog eens dat hij deze wilde behouden. En hop, daar kwam 110 miljoen euro voor beschikbaar. De (amateur)sport was gered. Het lijkt veel geld, 110 miljoen, maar het is een druppel op een gloeiende plaat; de clubs hoeven gedurende drie maanden geen huur te betalen en sportverenigingen met een eigen accommodatie krijgen maximaal 2.500 euro. Nou, daar is echt de vlag uitgegaan hoor. NOT!
Hoe nobel ook, veel gemeentes hadden allang besloten om de huur voor sportverenigingen stop te zetten of op te schorten. Gemeentebestuurders snappen als geen ander dat sport een belangrijke sociale schakel vormt in de lokale gemeenschap. En schrappen in sport is politieke zelfmoord, geen gemeentebestuur wil het op zijn geweten hebben om een sportclub die voor negentig procent draait op vrijwilligers en op zich gezond is, de nek om te draaien!
Die 110 miljoen is dus een sigaar uit eigen doos. Als we de virologen moeten geloven, kunnen we bovendien de borst natmaken. Dan blijven kantines nog wel even gesloten, want ook daar is de anderhalvemetersamenleving een utopie. De kantine is de kurk waarop de vereniging drijft en als die kurk voor langere tijd wegvalt, dan is drie maanden hulp lachwekkend. NOC*NSF en KNVB hadden met die 110 miljoen nooit akkoord moeten gaan. Het Lees verder op pagina 21
Executive MBA Sports & Health
Ben jij goud waard? Advisory & Development | Graduate School | Life Long Learning
t +31 85 016 13 00 Startdatum
10 september 2020
contact@wagner.nl wagner.nl/mba
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
21
Vervolg van pagina 1 was pas echt een goede deal geweest als de financiële hulp zou duren totdat de coronacrisis achter ons ligt. Als er weer ouders langs de lijn mogen staan, de kantines volop draaien, het bier weer uit de vaten vloeit en de frituurpan als vanouds overuren maakt. Wat zal de cultuursector met genoegen en toch ook met dedain naar de sportgemeenschap hebben gekeken. De jongens en meisjes van cultuur krijgen jaar-
lijks al meer dan een miljard (!!!) subsidie voor voorstellingen die amper publiek trekken en alleen in trek zijn bij de elite, die neerkijkt op de sport. En hup, onder aanvoering van cultuurknuffelaar Cornald Maas wordt even 300 miljoen bij elkaar gepraat in Den Haag. Volop publicitaire druk, de cultuurliefhebbers waren niet van de buis te slaan bij talkshows als M, Jinek en Op1. En nergens een kritische toon of vraag. De ronkende verhalen over
hoe belangrijk cultuur wel niet is, gingen erin als zoete koek. De slager keurt zijn eigen vlees, wij van WC-Eend… Enfin, vul zelf maar in. Niettemin hebben de inspanningen van de cultuurlobby hun vruchten afgeworpen. Chapeau! Waar waren de leiders van NOC*NSF en KNVB? Die hebben weliswaar ook direct toegang tot de minister, maar ontberen een ‘gezicht’ dat aan tafel bij de vele talkshows het verhaal van de sport kan doen.
Iemand die kamerbreed lobbyt bij politici. De sport moet het doen met Rudmer Heerema van de VVD, die dat goed doet en een voortrekker is, maar ook vaak een roepende in de Haagse woestijn. Wellicht dat het met de komst van Jan de Jong als directeur van Eredivisie CV beter wordt. De Jong weet als geen ander de weg in politiek Den Haag en kent het medialandschap. De sport heeft behoefte aan daadkracht en smeerolie, niet aan holle frasen.”
Marjan van Kampen, voorzitter Sportvisserij Nederland
“Samen optrekken was cruciaal”
“Op basis van mijn contacten binnen NOC*NSF, met collega-sportbestuurders en wat ik via de media vernam, ben ik van mening dat adequaat is opgetreden. Terecht nam NOC*NSF het voortouw en als Sportvisserij Nederland volgden wij hun adviezen. Heel goed was ook het intensieve overleg tussen NOC*NSF en het Ministerie van VWS, evenals het direct opgestarte wekelijkse digitale bondsdirecteurenoverleg. Samen optrekken was cruciaal. In een onbekende en onmogelijke situatie moesten direct vergaande maatregelen worden genomen. Daarbij heeft
de sport een belangrijke maatschappelijke voorbeeldfunctie en is een gepaste rol van groot belang. Ik hoop dat we stap voor stap weer zo snel mogelijk tot ons normale (sport)leven kunnen komen. Als voorzitter van Sportvisserij Nederland prijs ik mij gelukkig dat sportvissen, evenals een wandeling of een fietstocht maken, door mocht blijven gaan. Van nature vissen de meeste sportvissers alleen of samen met een vismaat en houden ze vanwege de activiteit afstand tot elkaar. Ik ben blij dat het vissen heel veel Nederlanders de gelegenheid bood juist nu even een
frisse neus te halen, te ontspannen en in de natuur te zijn. Dankzij de inzet van de hengelsportverenigingen, federaties en Sportvisserij Nederland kon dit ook. Op afstand kon digitaal direct het lidmaatschap van een hengelsportvereniging en de VISpas worden verkregen. Extra voorlichting naar de jeugd werd verzorgd over hoe goed én verantwoord te vissen. Hiervoor werden allerlei media ingezet, waaronder YouTube-filmpjes ‘Vissen doe je zo’, en vlogger Enzo Knol. En natuurlijk werd continu gehamerd op naleving van de coronaregels.
Financieel verwacht de sportvisserij daarom geen probleem, eerder verdere ledengroei. Veel werkzaamheden moesten echter worden stilgelegd, zoals cursussen voor vrijwilligers, vislessen op basisscholen, vissen met ouderen, vergaderingen, de organisatie van een wereldcongres met 500 deelnemers, van het wereldkampioenschap vissen voor dames en van nationale wedstrijden. Door snel op te treden, konden zaken worden geannuleerd of een jaar worden doorgeschoven en konden we de schade gelukkig beperken.”
Eric van der Burg, voorzitter Atletiekunie
“Ik zie veel bestuurders die hun stinkende best doen” “Sport is zeker niet een van de bedrijfstakken die het zwaarst getroffen is. De reiswereld, de horeca, de bloementelers, de tienduizenden zzp’ers zonder inkomen – zij hebben het veel zwaarder. De meeste sporters blijven lid van hun vereniging, de meeste sponsoren lopen niet weg, overheidssubsidies gaan door en huren worden gelukkig (deels) kwijtgescholden. Daarmee wil ik niet baga-
telliseren dat het nu voor veel sportverenigingen hard werken is om het hoofd boven water te houden. Kantine-inkomsten vallen weg, lucratieve toernooien kunnen niet plaatsvinden en helaas zijn er toch leden die opzeggen en sponsoren die afhaken. Deze tijd vraagt om leiderschap, ook van sportbestuurders, en ik zie heel veel bestuurders die dat heel goed doen. Ze
maken hun vereniging ‘anderhalve meterproof’, knappen clubhuizen en accommodaties juist nu op, gaan in gesprek met gemeente, sponsoren en leden, kijken hoe ze klappen kunnen opvangen en soms zelfs van de nood een deugd kunnen maken. De bestuurders van bonden doen hetzelfde. Gaan in gesprek met verenigingen en sponsoren, en kijken met elkaar wat mogelijk is. Ook NOC*NSF pakt die rol
door met bonden in gesprek te gaan en veel met het Ministerie van VWS te praten. Gaan er dingen fout? Vast. Kunnen dingen beter? Zeker. Moeten we evalueren? Natuurlijk. Maar nu zie ik iedereen zijn stinkende best doen. Evalueren doe je na de crisis, want tijdens de crisis steek je je handen uit de mouwen en ga je aan de slag.” Lees verder op pagina 23
Ethiek is misschien niet een onderwerp dat dagelijks voor op het netvlies staat, maar iedere coach heeft er mee te maken. Het geeft richting aan zijn dagelijkse handelen. Zijn eigen bewustzijn zal de coach helpen daar waar de gestelde regels ophouden en niet dekkend zijn voor de problemen waarmee hij wordt geconfronteerd. Dit boek is bedoeld om de coach aan het denken te zetten en te helpen in zijn sportomgeving, waarin zoveel belangen, uitdagingen, maar ook verleidingen zijn, een eigen gedachte te vormen over wat belangrijk en waardevol is en bovendien hoe die waarden beschermd en bespreekbaar kunnen worden gemaakt. Waar sta ik voor, wat vind ik acceptabel, wat vind ik goed of fout?
Bestel nu voor
â‚Ź 22,95 incl. BTW
Video tags in het boek! Scan ze met je smartphone en start de video.
www.sportsmedia.nl/topsport-ethiek
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
23
Jaap de Groot, journalist en lid van NLsportraad
“Topsport ontbeert autoriteit en aansprekend leiderschap”
“Het gebrek aan leiderschap is tijdens de coronacrisis dé achilleshiel van de Nederlandse topsport gebleken. Zowel bij KNVB als NOC*NSF. Zo is het verwijt van de profclubs aan de voetbalbond dat er geen maatwerk is geleverd, en dat de directie Betaald Voetbal de meute volgt. Verder irriteert het gebrek aan communicatie. Daarmee wordt ook in Nederland het proces versneld dat de profsectie de regie van de bond gaat overnemen. Voor NOC*NSF geldt sport nog altijd als de belangrijkste bijzaak in het leven. Daarmee blijft de sportkoepel het diep in onze samenleving gewortelde verenigingsmodel uitdragen. De bom barstte op zondag 15 maart, toen technisch directeur Maurits Hendriks, enkele uren voordat premier Mark Rutte zijn eerste coronamaatregelen zou bekendmaken, al een lockdown voor de totale sport afkondigde.
In plaats van een uitzonderingspositie voor beroepssporters te creëren, schoor Hendriks met zijn lockdown de hele sport over één kam. Daardoor mocht Joost Luiten niet in zijn eentje trainen op een volkomen lege golfbaan, kon Dafne Schippers geen gebruik maken van de verlaten atletiekbaan op Papendal en bleef voor olympisch kampioene Sanne Wevers de turnhal gesloten. Ook Hendriks maakt geen onderscheid tussen sportend Nederland en de bedrijfstak sport. Blijkbaar ziet hij niet het verschil dat voor de één het trainingsveld de ruimte is om zich fysiek op zijn hobby voor te bereiden, waar dit voor de ander als werkplek geldt. Dat de accommodaties zes weken later alsnog zijn geopend, doet daar niets aan af. Het had nooit zo ver mogen komen. Het maakt duidelijk dat KNVB en NOC*NSF onvoldoende onderkennen dat de professionele sector zich tot een bedrijfstak
heeft ontwikkeld. Alleen is het nog een branche zonder regie, waardoor zowel het profvoetbal, de organisatie van de Grote Prijs van Nederland, de TT Assen en andere evenementen ieder voor zijn eigen belang moet opkomen. Zoals ook politiek Den Haag nog steeds een loket voor de bedrijfstak (top)sport ontbeert. De overheid is vooral gefocust op de sociaal-maatschappelijke waarde van (breedte)sport en onderkent onvoldoende dat het betaald voetbal 600 miljoen euro per jaar omzet en werk aan zo’n 5.000 mensen verschaft. Of dat het economisch effect van de Grand Prix van Zandvoort op 110- tot 150 miljoen euro wordt geschat. Los van de 600 à 800 extra arbeidsplaatsen die het oplevert. Zoals de evenementen rond het TT Circuit in Assen jaarlijks goed zijn voor een economische impuls van 100 miljoen euro en duizend extra banen.
Natuurlijk staat de gezondheid van 17 miljoen Nederlanders voorop. Tegelijkertijd moet voorkomen worden dat een economische ramp ook in de topsportbranche slachtoffers gaat eisen. Door het ontbreken van een relevante lobby is de politieke focus op de breedtesport komen te liggen. De bedrijfstak is nadrukkelijk op een zijspoor gezet. De opmerking van minister Hugo de Jonge, dat alle sportevenementen verboden blijven tot er een vaccin tegen corona is ontwikkeld, heeft dat extra onderstreept. En dat is in de hand gewerkt door het gebrek aan autoriteit binnen de Nederlandse topsport. Een man of vrouw die duidelijk kan uitdragen dat er anno 2020 een wezenlijk verschil is tussen breedtesport en een bedrijfstak waar miljoenen in omgaan.”
Column
HANGENDE ZAKEN Act of God Het went. Het teleconferentie-en. Onder druk kunnen we best veranderen. Nou ja, als ik voor mezelf spreek, met hulp van een van de kinderen dan. In het begin ging het wat MARJAN OLFERS haperig. Inmiddels draai ik mijn hand niet om voor het hosten van vergaderingen en kom ik zelfs op tijd de vergadering binnen. En passant heb ik bijzondere ontdekkingen gedaan. Zo zie je af en toe een interieur waarvan je niet wist dat het nog bestond. Blijkt een collega een cavia te hebben. Of zie je een partner door het beeld banjeren, of een kind, of beiden. Achtergrondruzies zijn minder, net als geconfronteerd worden met opmerkelijke outfits (Is dat een pyjama?). De mogelijkheid om elektronisch te kunnen vergaderen in verenigingsland, ook zonder vermelding van deze mogelijkheid in de statuten, is door de wetgever mogelijk gemaakt. Het is best wonderlijk om een dergelijke vergadering bij te wonen. Vooral wanneer de host de gratis versie heeft gedownload en de meeting na veertig minuten moet beëindigen. Over efficiënt vergaderen gesproken. En soms is het best handig om jezelf te muten, want anders krijg je toch een beetje het idee dat je reply to all hebt gedaan. Terwijl je tegen je partner sist: “Iedereen kan je horen!”
Juridisch is deze tijd superinteressant. Wat te denken van een digitaal uit te vechten bestuurscrisis in de ledenvergadering. Georganiseerd ruziemaken krijgt een totaal andere dimensie. Het is een soort creatief-met-kurk, waarbij je hoopt dat de rechter het allemaal net vindt kunnen. Ik dacht dat er in deze omstandigheden minder ruzie gemaakt zou worden. Per slot zien we nu in hoe kwetsbaar we als mens zijn, en dat het toch leuker is om deze tijd op aarde plezier met elkaar te hebben. Ik merk er echt helemaal niets van. Het lijkt wel alsof tijdens de ophokplicht de lontjes nog korter zijn geworden. Het managen van een bestuurscrisis behoort inmiddels tot de kerncompetenties. Hoe dan? Een mute-knop voor leden die zich niet kunnen gedragen, blijkt best handig. Evenals een beperking in de tijd. Het vooraf indienen van vragen en die voorzien van antwoorden, blijkt een heel efficiënte bezigheid. Weinig verrassingen tijdens de vergadering. Goede regie over wie wel en niet kan/mag stemmen, middels bedrijven die werken met unieke stemcodes. Het kan allemaal. En dat is nog maar de verenigingsrechtelijke nieuwe werkelijkheid. Ook de contracten gaan op de schop. In de overmachtsclausule, waarop de schuldenaar een beroep kan doen, waardoor een eventuele tekortkoming in de nakoming niet aan de schuldenaar kan worden toege-
rekend, staat in internationale clausules meestal een “Act of God” genoemd. Valt daar de huidige COVID-19crisis ook onder? In Nederland gingen de Acts of God toch meestal om een weerssituatie en in het buitenland om bijvoorbeeld de uitbarsting van een onuitsprekelijke vulkaan, waardoor evenementen niet door konden gaan. Vanaf nu wordt deze clausule zeker zodanig aangepast dat een dergelijke pandemie er zonder twijfel ook onder valt. Verzekeringsmaatschappijen zullen zich gaan wapenen. Per slot is het hele verzekeringsbedrijf gebouwd op de gedachte dat er meer gelden geïnd dan uitgekeerd zullen worden. En ondertussen is er ook nog juridisch gedoe in het betaald voetbal en moest de rechter uitspraak doen over de besluitvorming van de KNVB en de onmogelijkheid te promoveren naar de eredivisie. Juridisch smullen dus. Alleen de oorzaak is zo erg. Als je werkt in de sport, ken je veel mensen. Ook mensen die iemand hebben verloren. Ook mensen die geen werk hebben en niet weten of ze de volgende maand nog de huur kunnen betalen. Laten we van deze tijd leren. En blijf gezond. Wat mis ik de sport. Wat mis ik het persoonlijk contact.
•
Marjan Olfers is bijzonder hoogleraar Sport en recht aan de Vrije Universiteit Amsterdam.
•
24
Sport&Strategie
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
“De coronacrisis laat zien hoe sterk betaaldvoetbalclubs verbonden zijn met de samenleving” Als voorzitter van een modale eredivisieclub is Adriaan Visser bovengemiddeld zichtbaar in de coronacrisis. Dat heeft een reden: juist in deze tijden moet je zichtbaar en in beweging zijn, vindt Visser. Hij legt uit hoe PEC Zwolle deze crisis hoopt te doorstaan. DOOR FRISO SCHOTANUS
“Toen de coronacrisis zich aandiende, heb ik teruggegrepen op mijn ervaringen met crises in het bedrijfsleven [Visser was onder meer CEO Benelux en Duitsland van SUEZ, FS]. De voornaamste les is dat je niet moet stilzitten, maar juist in beweging moet komen. We proberen allerlei initiatieven te ontplooien om de band met supporters en sponsoren aan te halen. Ik ben ook heel open in wat we doen, praat er met iedereen over, ook met journalisten. Intern probeer ik de organisatie te inspireren en te activeren. Om zo een dynamiek te creëren waarbij de neuzen zo veel mogelijk dezelfde kant op staan. Want als voetbalclub verlies je van het ene op het andere moment je voornaamste focus: het spelen van wedstrijden. In plaats daarvan bedenken we nu andere activiteiten, die ondersteunend zijn aan het moment dat we weer gaan voetballen. Daarvoor moet je de communicatie met je supporters en de sponsoren goed op orde hebben.”
FOTO: ANP FOTO/CC VI IMAGES
De uitbraak
De schade “Vervolgens kijk je scherp naar de bedreigingen en de opportuniteiten. We stellen ons de vraag: Waar staan we nu en waar dreigen we terecht te komen? Dit splits ik op in een korte en een middellange termijn. Waarbij de korte termijn staat voor het afgelopen seizoen en de middellange termijn voor het seizoen 20202021. Verder kijken is zinloos, we zijn nu bezig met overleven.
Gelukkig hadden wij op onze begroting van het huidige seizoen, 2019-2020, een bedrag gereserveerd voor latere investeringen in de selectie. Dat was een bedrag van om en nabij 1,5 miljoen euro. Met die buffer konden we de klappen van het afgelopen seizoen opvangen. Onze teruglopende inkomsten van zo’n 1 miljoen euro hebben deels – zo’n 25 procent – te maken met tegenvallende sportieve prestaties,
“Net als in de gewone economische markt vind ik dat er een marktmeester moet zijn die de spelregels bepaalt. En bij het organiseren van de competitie is dat de KNVB” Adriaan Visser
maar zo’n 75 procent kun je direct toewijzen aan de huidige crisis. Dat betreft misgelopen wedstrijdbaten, een halve ton per wedstrijd, we hadden nog vijf thuiswedstrijden te gaan. En dan zijn er de sponsoren die niet meer aan hun verplichtingen konden voldoen door de crisis, een bedrag van ongeveer tweeënhalve ton. Ook organiseren wij aan het eind van het seizoen altijd een groot evenement, dat steevast flink wat geld in het laatje brengt. Dat gaat nu ook niet door.”
Het nieuwe seizoen “In de laatste week van mei start altijd de verkoop van nieuwe seizoenkaarten. Dat is het moment waarop veel mensen hun vakantiegeld krijgen en het nieuwe voetbalseizoen alweer voor kriebels zorgt. Dat levert ons in de eerste periode van verkoop tot 1 juli ongeveer 1,2 miljoen euro op. Voor ons is de verkoop van seizoenkaarten de eerste lakmoesproef om te kijken hoe de
crisis uitpakt. Dat is voor mij echt nog een onbekende factor. Er is een vaste kern, waar wij als club ook gesprekken mee voeren. Die is zeer loyaal. Ook van andere supporters hoor ik positieve geluiden, maar: the proof of the pudding is in the eating. Het noodfonds dat de KNVB samen met sponsor ING en de Oranje-internationals heeft opgericht, omvat de mogelijkheid om tegen gunstige voorwaarden een lening af te sluiten voor het geval de tegenvallende seizoenkaartenverkoop tot liquiditeitsproblemen leidt. Met dit vangnet verwachten we qua liquiditeiten geen problemen. Maar we hopen er geen gebruik van te hoeven maken, want je moet het geld op enig moment natuurlijk wel terugbetalen. Naast de seizoenkaarten zijn er de sponsorpakketten. Ongeveer een kwart van alle sponsoren is inmiddels afgehaakt. Ze zeiden: ‘Voor ons is de toekomst zo verschrikkelijk ongewis, dat we voor de
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
FOTO: PEC ZWOLLE MEDIA
zekerheid onze sponsoring opzeggen. Maar we komen terug!’ De bedrijven die het moeilijk hebben, zitten vooral in de vrijetijdsmarkt. Die sector varieert van het café op de hoek tot grote vakantieparken, zoals onze hoofdsponsor Molecaten. Daar zitten bedrijven tussen waarvan de inkomsten zijn teruggelopen tot nul. De sponsorpakketten, 50 tot 55 procent, en de verkoop van seizoenkaarten en losse tickets, 20 tot 25 procent, zijn onze voornaamste inkomstenbronnen. De televisiegelden vormen het resterende kwart van onze totale inkomsten. De bijdrage van FOX is voor elke club een substantieel bedrag. In buitenlandse competities is dat aandeel nog veel groter en is het ook vaak afhankelijk van het live uitzenden van wedstrijden. Als er niet gevoetbald wordt, zijn de gevolgen voor hen dus ook groter. In die zin is het contract van Eredivisie CV met FOX best gunstig.”
“Onze klanten, onze supporters en onze sponsoren lijden. Dan kan en mag het niet zo zijn dat wij niet óók lijden” Adriaan Visser
“Als voetbalclub verlies je van het ene op het andere moment je voornaamste focus: het spelen van wedstrijden”
supporters op bezoek gegaan om ze – op gepaste afstand – vocaal een hart onder de riem te steken en ze te bedanken voor hun steun. Deze PEC-roadshow zorgde voor veel vrolijke gezichten.”
De rol van de KNVB
Adriaan Visser
Saneren “We hebben ook moeten saneren. We hebben alle tijdelijke contracten die per 1 april afliepen, niet verlengd. Dat trof mensen uit onze staf, onder wie de clubiconen en scouts Ben Hendriks en Albert van der Haar. Ook van Erben Wennemars, die bij ons werkzaam was als performance coach, hebben we afscheid genomen, ook al omdat hij geen tijd kon vrijmaken om de club op fulltimebasis te ondersteunen. Erben zal ons nu parttime als vrijwilliger blijven ondersteunen bij het verder realiseren van een topsportklimaat. Daarnaast hadden wij in de wintermaanden al afscheid genomen van een aantal spelers. Tegelijkertijd hadden we besloten om in het komende seizoen meer te leunen op onze jeugdspelers. We hebben gezien dat er een sterke lichting aankomt. We vinden dat ze goed zijn, dus dan moeten we ze ook een kans geven. Dat betekent dus dat we in principe vooralsnog geen geld uitgeven aan nieuwe spelers.
“Juist in dit soort omstandigheden moet je heel creatief zijn en je niet op voorhand door onmogelijkheden laten belemmeren. Want dan kom je helemaal nergens” Adriaan Visser
de directie hebben we hier nog niets over afgesproken. Ik heb zelf natuurlijk makkelijk praten, omdat ik mijn werk onbezoldigd doe.”
De nieuwe begroting Het is mooi dat er zo snel een collectief akkoord is bereikt tussen de voetbalclubs [FBO, FS] en de spelersvakbonden [VVCS en ProProf, FS] over het inleveren van salaris, collectieve bonussen en vakantiedagen [waarmee de Nederlandse bvo’s in eerste instantie in totaal zo’n 35 miljoen euro besparen, FS]. Het is goed dat daarbij een progressieve staffel is gehanteerd, zodat de rijkste spelers het meest [maximaal twintig procent, FS] en de ‘armste’ spelers het minst inleveren. We hebben intern ook gesproken over salarissen van het kantoorpersoneel. Wellicht kunnen ze navolging geven aan deze onderhandelingen met de spelers. Waarbij je ook hier een ondergrens moet hanteren. Binnen
25
“Op basis van de huidige situatie hebben we een werkhypothese gemaakt. In dat scenario gaan wij uit van een begroting van om en nabij de 11 miljoen euro. Dat is 2 miljoen euro minder dan vorig jaar. Hoewel dit bedrag met onzekerheden omgeven is, denk ik dat we het hiermee wel kunnen redden. Daarbij maken we gebruik van de overheidsvoorzieningen die voor het bedrijfsleven in het leven zijn geroepen, zoals de NOW-regeling en de mogelijkheid van uitstel van belastingbetaling. We moeten wel wat geld achter de hand hebben dat we kunnen activeren indien de inkomstenontwikkeling nog verder zou tegenvallen. Daarom zijn we met de gemeente in gesprek over een
“Het besluit dat men in Zeist moest nemen, was op voorhand al een hopeloos besluit; je doet het per definitie niet goed. Wat ik goed vind, is het feit dat men een besluit genomen heeft. Daar kun je van alles van vinden, maar de KNVB heeft wel zijn nek uitgestoken. Waar het in mijn ogen fout is gegaan, is dat ze die rare stemming georganiseerd hebben. Waarbij wij ook als clubs in de spiegel moeten kijken. Niemand heeft gevraagd wat er gebeurde met de niet-uitgebrachte stemmen. PEC heeft ook niet gestemd. Wij vinden en vonden dat wij als club geen mening moeten hebben over promotie en degradatie. Want elke club wordt bij het uitbrengen van een stem slechts door eigenbelang gedreven. Net als in de gewone economische markt vind ik dat er een marktmeester moet zijn die de spelregels bepaalt. En bij het organiseren van de competitie is dat de KNVB. Maar ik vind vooral dat iedereen te makkelijk naar de KNVB wijst. Niemand is onfeilbaar.”
De toekomst verlenging van de garantstelling, zodat we elders een lening kunnen afsluiten.”
Onderdeel van de samenleving “Door deze situatie worden wij veel meer gedwongen om naar onze regio te kijken, om de supporters en sponsoren erbij te betrekken. Dat is zo verschrikkelijk belangrijk. Dat is een wezenlijk verschil met de echte topclubs, waarvan de fanbase en sponsoring landelijk dan wel mondiaal georiënteerd is. De meeste Nederlandse clubs zijn echt onderdeel van de lokale samenleving. Onze klanten, onze supporters en onze sponsoren lijden. Dan kan en mag het niet zo zijn dat wij niet óók lijden. Wij moeten ook offers brengen. Wij moeten ook bezuinigen en nadenken wat wij sponsoren en supporters kunnen bieden om ze toch aan ons te binden, ondanks dat het beroerde tijden zijn. Zo zijn medewerkers van de club, samen met een zanger en de clubmascotte, bij fans en
“Ik denk dat we niet eerder dan in juli of augustus duidelijkheid krijgen over de wijze waarop de competitie kan worden hervat. Iedereen vreest natuurlijk een nieuwe golf van het coronavirus in de tweede helft van dit jaar. We hebben intern gebrainstormd hoe we toch supporters kunnen toelaten in de anderhalvemetereconomie. Vooral de kwetsbare mensen moet je in alle gevallen op anderhalve meter van elkaar zetten. Misschien zou je voor deze groepen de uitvakken kunnen gebruiken, want die hebben een eigen ingang. Buiten het stadion zou je grote schermen kunnen neerzetten, zodat mensen vanuit hun auto, dus als in een drive-inbioscoop, de wedstrijd kunnen zien. Waarbij je ze ook eten en drinken aanbiedt. Dit zijn maar ideetjes, er valt van alles te bedenken. Juist in dit soort omstandigheden moet je heel creatief zijn en je niet op voorhand door onmogelijkheden laten belemmeren. Want dan kom je helemaal nergens.”
•
26
Sport&Strategie
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
“De sociale schade is nog veel groter dan de financiële” Jan Dirk van der Zee over de gevolgen van het coronavirus in het amateurvoetbal Het amateurvoetbal zit in een rollercoaster. Eerst volledig op slot, toen weer open voor de jongste jeugd. Maar het voorjaar, normaal de periode met de meeste inkomsten, is aan gort. En of in september de competities weer van start kunnen, is nog onzeker. De schade, financieel en sociaal, is immens. DOOR ERNST BOUWES
Jan Dirk van der Zee, directeur amateurvoetbal KNVB, prijst zich gelukkig met de uitstekende organisatie van de clubs. “Zo horen we van de overkoepelende organisaties van de gemeenten dat de terugkeer van de jeugd op de voetbalvelden vanaf 29 april over het algemeen heel soepel is gegaan. Goede trainers en begeleiders kennen de kinderen, zodat ze weten hoe ze in deze situatie moeten optreden. Ik ben heel blij hoe de vele vrijwilligers binnen een paar dagen tijd de openstelling van de velden opgepakt hebben. Vervolgens kon ik heel erg genieten van de blije gezichten van de kinderen en hoe onze organisatie hierin heeft kunnen ondersteunen.” De financiële situatie bij de amateurclubs is moeilijk in te schatten. “Wij zijn nog voorzichtig geweest met informatie over de crisis, omdat we de gevolgen toch eerst goed wilden inventariseren. Diverse sectoren hebben direct hoog van de toren geblazen – sommige terecht, hoor – maar ik verwacht dat de overheid echt grondig gaat kijken naar wat de nettoverliezen precies zijn en wat de liquide ruimte is. Kun je overleven of niet? Ik denk dat dat veel belangrijker is dan nu even snel je handje ophouden.”
FOTO: KNVB
100 miljoen euro De situatie bij de clubs is heel divers. “We proberen de 3.000 aangesloten verenigingen voortdurend te monitoren met enquêtes en middels de contacten die onze verenigingsadviseurs hebben met de clubs. Op grond daarvan komen we ruwweg op een schadebedrag van een kleine 100 miljoen euro. We rekenen dan met de omzetderving van de kantine, de doorbetaling van de huurkosten, de personeelskosten voor het technisch kader, maar ook het gemis van inkomsten uit het exploiteren van de eigen ruimte aan ouderen, kinderopvang en dergelijke. En: geen toernooien, loterijen, nacompetities of kampioenswedstrijden. In het voorjaar halen de verenigingen daaruit normaliter de meeste inkomsten binnen.”
Regelingen
“Twintig procent van de sportclubs in ons land is aangesloten bij de KNVB. Statistisch gezien zouden we ons zorgen moeten maken” Jan Dirk van der Zee
De bond kan volgens Van der Zee niet alle kosten berekenen. “In het amateurvoetbal krijgen spelers op de hogere niveaus bijvoorbeeld vergoedingen of salarissen, maar die contracten zijn vaak niet geregistreerd bij de bond. Daardoor kunnen we dat niet becijferen. Verder ontvangen de honderdduizenden clubvrijwilligers een vergoeding, maar ook daarover hebben we geen gegevens. Velen hebben uit loyaliteit direct afstand gedaan van aanspraak op dat geld, dat hoor ik wel. Zij zijn enorm loyaal naar hun club. Wat we wel kunnen inschatten, zijn de kosten voor trainers en verenigingsmanagers. Zij hebben behoorlijk veel last van de crisis. Veel ver-
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
“Vanaf maart zouden we nog bijna 1,5 miljoen euro innen voor de bondsbegroting. Daarvan komt een groot deel dit jaar niet binnen”
FOTO: KNVB
enigingen hebben gebruikgemaakt van de TOGS-regeling, de bekende vergoeding van 4.000 euro, terwijl de trainers die als zzp’er werkzaam zijn aanspraak kunnen maken op drie keer 1.500 euro per maand. Daarnaast hebben veel grotere en middelgrote clubs een beroep gedaan op de loonkostenregeling NOW voor trainers, opleiders en managers die in vaste dienst zijn.”
Noodfonds Eind april vreesde directeur Dick Zeegers van Stichting Waarborgfonds Sport voor het omvallen van bijna duizend sportverenigingen als deze geen snelle financiële ondersteuning krijgen. Deelt Van der Zee die vrees? “Twintig procent van de sportclubs in ons land is aangesloten bij de KNVB. Statistisch gezien zouden we ons zorgen moeten maken en we kennen zeker wat schrijnende gevallen, maar deze hadden het vaak vóór de coronacrisis al moeilijk. Die clubs hebben onze speciale aandacht. Verder hebben we nog onvoldoende inzicht in de precieze cijfers. Het onderzoek van het Mulier Instituut [zie pagina 14 en 15, red.] moet voor meer duidelijkheid zorgen. Het kabinet wil inzicht hebben in de nettoverliezen na aftrek van de steunmaatregelen van de overheid. Op 1 mei kwam het eerste noodfonds van 110 miljoen euro beschikbaar voor acute hulp aan sportverenigingen. Dat richt zich voornamelijk op de vaste kosten, zoals huurkosten aan gemeentes.”
Restitutie Zelf heeft de KNVB daarnaast een steunpakket samengesteld van 11 miljoen euro. “Dat verdelen we ongeveer fiftyfifty over het betaald voetbal en het amateurvoetbal”, aldus Van der Zee. “In dat bedrag zit een bijdrage van ING en van de spelers en speelsters van het Nederlands elftal en Jong Oranje. Een deel zal direct naar verenigingen gaan met de hoogste nood, waarvoor we de richtlijnen nog heel strikt moeten opstellen. Bovendien hebben we diverse regelingen naar voren gehaald om de liquiditeit bij de verenigingen te verbeteren. Bij amateurclubs hebben we bijvoorbeeld de laatste maandafrekeningen niet meer in rekening gebracht.” Daarnaast geeft de bond een restitutie van wedstrijdgelden. Eind juni heeft Van der Zee meer duidelijkheid voor zowel clubs als wat de financiële positie van de bond betreft. “Dan maken we bij de clubs de balans op via hun eindafrekening met de KNVB. De bond ontvangt gedurende het seizoen een maandelijkse bijdrage van iedere club, die je kunt vergelijken met de energierekening van een huishouden. Eerst betaal je periodiek een voorschotnota, later krijg je een afrekening van de reële kosten. Zo ontvangt de KNVB van de amateurclubs ieder seizoen maandelijks één bedrag
27
Jan Dirk van der Zee
voor de kosten rond de wedstrijdgelden, het leveren van scheidsrechters, kassiersgelden, rapporteurs en waarnemers, de communicatie en het bondsdeel van de contributie. Aan het eind van het seizoen maken we voor iedere club de balans op, waarna we de afrekening sturen. Normaal gesproken krijgt de één iets terug, terwijl een ander bijbetaalt, bijvoorbeeld omdat ze meer teams in de competities hadden.”
Tuchtcommissie De KNVB heeft zelf ook meerdere tegenvallers. “Denk aan de eindtoernooien voor onze nationale teams, geen Olympische Spelen. Maar ook de tegenvaller ten aanzien van onze tuchtinkomsten, zoals de boetes voor gele en rode kaarten. Vanaf maart zouden we nog bijna 1,5 miljoen euro innen voor de bondsbegroting. Dat is al tientallen jaren een vrijwel vaste inkomstenbron. Daarvan komt een groot deel dit jaar niet binnen, terwijl wij wel fulltime een secretariaat in dienst hebben om deze zaken te behandelen.”
“Veel bestuurders vragen zich af wat hen in het najaar nog te wachten staat. Die houden liever nog even de hand op de knip” Jan Dirk van der Zee
“Die kans is er nu, maar er zijn wel voldoende liquide middelen nodig om deze plannen te kunnen uitvoeren”, zegt Van der Zee. “Ik hoor van clubs die dat nu met vrijwilligers doen, maar dat zijn vooral opknapbeurten, zonder grote investeringen. Veel bestuurders vragen zich af wat hen in het najaar nog te wachten staat. Die houden liever nog even de hand op de knip. Verder is het op dit moment [4 mei, EB] nog niet toegestaan om sportcomplexen te betreden. Alles is nog gesloten. Het zou mooi zijn als daar wat ruimte komt. Veel mensen kunnen deze zomer niet op vakantie en willen in plaats daarvan wellicht actief meehelpen bij hun vereniging. Zo kunnen ze én een bijdrage leveren aan hun club, én hun sociale contacten onderhouden. Die zijn ook erg belangrijk.”
Sociale kosten Op dit moment onderzoekt de KNVB of de sociaaleconomische impact van het coronavirus op het amateurvoetbal gemeten kan worden in een zogenaamde SROI-meting, een onderzoek naar de social return on investment. “Die impact is groot, dat staat vast. Voetbal is een groot sociaal netwerk met verbindingen die nu wegvallen. Denk aan ouderen die niet op de vereniging mogen komen, maar ook aan jeugdleden die het thuis moeilijk hebben. Voor hen kan de sportclub een veilige plek vormen, waar ze even kunnen ontvluchten aan hun dagelijkse werkelijkheid. Deze verbinding van mensen vormt een sociaal-maatschappelijke schade die waarschijnlijk een veel grotere impact op de samenleving zal hebben dan de financiële. Het onderzoek van het Mulier Instituut maakt hierover al het één en ander duidelijk, maar wij proberen daar, samen met andere sporten, meer zicht op te krijgen”, aldus Van der Zee.
Een andere grote post zijn de kosten die de KNVB namens de clubs betaalt aan Buma/Stemra voor muziekgebruik. “Normaal betalen alle amateurclubs samen bijna een miljoen per jaar aan auteursrechten op de muziek die ze in de kantine en clubhuizen draaien. Daar wordt dit seizoen geen gebruik meer van gemaakt. Met Buma/ Stemra zijn wij in gesprek over het kwijtschelden van de nog te betalen kosten. De grootste drukte bij een amateurclub is altijd juist in de voorjaarsperiode met nacompetities, toernooien, afscheidswedstrijden, feesten en barbecues.”
“Daarom waren we ook zo blij dat de jeugd eind april het veld weer op mocht. Voor veel kinderen is trainen onder een deskundige trainer niet alleen een uitlaatklep, maar ook een deel van hun ontwikkeling en opvoeding, en hun contact met anderen. Dat dat nu niet kan, levert schade op die tot nu toe wordt onderschat. In normale omstandigheden komen ieder weekend rond de 4 miljoen mensen samen op en rond een voetbalveld, op dit moment niemand. De verdwenen kantineomzet is niet leuk, maar die sociale kant vinden we zeker zo belangrijk om goed te onderzoeken.”
Verduurzaming
Knauw
Sinds de horeca de deuren moest sluiten, hebben veel ondernemers in deze branche het moment aangegrepen om verbouwingsplannen naar voren te halen. Ziet de bond kansen voor verenigingen om bijvoorbeeld de verduurzaming van velden en accommodaties te versnellen?
“De financiële positie krijgt pas echt een knauw, als blijkt dat we vanaf 1 september nog geen wedstrijden kunnen voetballen. Dan loopt de schade flink op en gaat het bij de verenigingen, die nu al lijden, echt schrijnen”, besluit Jan Dirk van de Zee.
•
28
Sport&Strategie
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
Schade in wielersport valt nog mee (maar dan moet de Tour wel doorgaan) Sporteconoom Wim Lagae van de Katholieke Universiteit van Leuven en Jumbo-Visma-ploegdirecteur Richard Plugge over de coronacrisis die de wielersport raakt: “We hebben elkaar nu heel hard nodig: organisaties, bonden én ploegen.” De schade? Die lijkt nu nog mee te vallen. Maar dan moet de Tour wel doorgaan dit jaar. “Anders worden het hele zware tijden.”
FOTO: ANP FOTO/CC OLIVER WEIKEN
DOOR EDWARD SWIER
NIEUWE WIELERKALENDER 2020
Afgelopen najaar nog stelde sporteconoom Wim Lagae in een referaat bij de Katholieke Universiteit van Leuven dat hij van een “realo-pessimist” verworden was tot een optimist. Hij voorzag mooie tijden voor de wielersport in de Lage Landen, ook in economisch opzicht. Met name de opkomst van een aantal jonge, aansprekende profs als Mathieu van der Poel en Remco Evenepoel en de sterke positie van teams als Jumbo-Visma, Sunweb, Lotto-Soudal en Deceuninck-Quick-Step gaven hem hoop op een mooie toekomst. “Maar ja, niemand had corona toen zien aankomen natuurlijk. En dus ben ik terug bij het realo-pessimisme van daarvoor. Als je leest dat maar één op de vijf bedrijven door de coronacrisis niet in problemen komt, en dus vier op de vijf wel, zul je toch moeten concluderen dat het bijzonder zou zijn als daar geen enkele wielersponsor tussen zit. Sponsoren zullen, voor wat betreft de toekomst van teams en ook van een aantal wedstrijden, gaan bepalen hoe die toekomst er op korte termijn uit gaat zien. Nu te optimistisch zijn, dat zou niet de goede houding zijn.”
“De Tourorganisatie zal inmiddels ook ervaren in een crisis als deze niet onschendbaar te zijn” Richard Plugge
Gevolgschade Lagae ziet op termijn zeker enkele (kleinere) evenementen verdwijnen. “Nu gaan we zien hoe groot de echte organisatiegraad van de diverse organisatoren is. Koersen die het moeten hebben van een klein groepje vrijwilligers, of van maar enkele sponsoren, zullen minder perspectief hebben. Het zal volgend jaar lastiger worden geldschieters te vinden, vippakketten verkopen is moeilijk als we allemaal anderhalve meter afstand moeten houden. En subsidies van overheden zullen teruglopen, die zullen toch een grotere prioriteit aan gezondheidszorg geven. Van tv-rechten moeten de meesten het toch al niet hebben. Wie nu geen spaarpotje heeft, zal moeten hopen dat uitstel geen afstel gaat betekenen.”
01/08
Strade Bianche
05/08-09/08
Ronde van Polen
08/08
Milaan-San Remo
12/08-16/08
Dauphiné
16/08
Prudential RideLondon-Surrey Classic
20/08-23/08
Nationale kampioenschappen
25/08
GP Plouay
29/08-20/09
Tour de France
07/09-14/09
Tirreno-Adriatico
11/09
GP Québec
13/09
GP Montréal
20/09-27/09
WK wielrennen
29/09-03/10
BinckBank Tour
30/09
Waalse Pijl
03/10-25/10
Giro d’Italia
04/10
Luik-Bastenaken-Luik
10/10
Amstel Gold Race
11/10
Gent-Wevelgem
14/10
Dwars door Vlaanderen
15/10-20/10
Tour of Guangxi
18/10
Ronde van Vlaanderen
20/10-08/11
Vuelta a España
21/10
Driedaagse De Panne
25/10
Parijs-Roubaix
31/10
Ronde van Lombardije
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
Het al dan niet doorgaan van de Tour de France – de start van de belangrijkste wielerronde is nu voorzien voor 29 augustus – is van groot belang voor de hele profwielersport. De wielerkalender die op 5 mei door de UCI werd gepresenteerd, is behoorlijk vol. Allicht dat enkele (of veel?) koersen daarvan alsnog niet doorgaan. Maar de hele wielerwereld kijkt feitelijk vooral naar die ene koers: de Tour.
Tv-magneet De Tour is en blijft de ideale zomerbesteding, doorgaans in juli. Nu misschien in augustus en september. Het is ook dan een tv-magneet. Lagae: “De omzet van de Tour wordt op zo’n 160 miljoen euro geschat. Daar komen andere organisaties niet bij in de buurt. Neem Flanders Classics, dat bijvoorbeeld de Ronde van Vlaanderen organiseert: zij zetten zo’n 6 miljoen euro om.” De Tour, georganiseerd door Amaury Sport Organisation (A.S.O.), speelt al sinds jaar en dag een dominante rol op de kalender. A.S.O. heeft, omdat het naast de Tour ook de Vuelta en klassiekers als Luik-Bastenaken-Luik, Parijs-Roubaix en de Waalse Pijl organiseert, veel in de melk te brokkelen. Er is al jaren een strijd gaande tussen UCI en A.S.O. Ploegen zitten doorgaans gevangen tussen die twee en willen liever geen partij kiezen. Jumbo-Visma-ploegdirecteur Plugge: “Laat ik nu zeggen dat we elkaar op dit moment allemaal heel hard nodig hebben. De Tourorganisatie zal inmiddels ook ervaren in een crisis als deze niet onschendbaar te zijn.”
Financieel fiasco Voor ploegen is deelname aan de Tour vrij cruciaal. “De mediawaarde van de Tour is goed voor zestig procent van de economische waarde van een volledig wielerseizoen. Geen Tour zou een financieel fiasco zijn, zowel voor A.S.O. als voor de ploegen”, aldus Lagae. “Maar een Tour die achteraf gezien het coronavirus weer zou oppoken, is een nog veel groter drama.”
“Geen Tour zou een financieel fiasco zijn. Maar een Tour die het coronavirus weer zou oppoken, is een nog veel groter drama” Wim Lagae
29
FOTO: ANP FOTO/CC ROBIN VAN LONKHUIJSEN
Ongetwijfeld zal ook een aantal teams in zeer zwaar weer komen, doordat sponsoren hun verplichtingen niet kunnen nakomen. De schade op dit moment? Enkele teams zijn nu al in liquiditeitsproblemen. Zij hebben zich de laatste jaren – dat vermoeden bestaat in het geval van de Poolse CCC-ploeg – beter voorgedaan dan verstandig was. Lagae: “De echte schade is moeilijk te meten nu. Omdat de meeste sponsoren hun termijnen bij de ploegen tot op heden hebben voldaan, en er in een pot bij internationale wielerunie UCI altijd een garantie voor nog minstens drie maanden aan salarissen ligt. En zolang evenementen zijn uitgesteld, en niet definitief afgelast, zal daar de schade ook nog meevallen.” Dat wil echter niet zeggen dat er geen grote zorgen zijn. “We moeten vooral zien wat op langere termijn de gevolgschade is. Dat zou nog wel eens een tegenvaller kunnen zijn”, aldus Lagae.
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
DE RENNERS VAN TEAM JUMBO-VISMA, ZOALS TOM DUMOULIN, BLEVEN DE AFGELOPEN WEKEN IN BEELD DOOR VANUIT HUN WOONKAMER OF HUN SCHUUR DEEL TE NEMEN AAN ONLINEFIETSEVENEMENTEN.
BOODSCHAPPEN RONDBRENGEN EN ONLINE FIETSEN De Jumbo-Visma-ploeg heeft de afgelopen weken al het mogelijke gedaan om ‘in beeld te blijven’. Met publieksacties – zo bracht Dylan Groenewegen boodschappen rond voor oudjes in Amsterdam – bleven de coureurs toch in de publiciteit. Ook hebben de meeste Jumbo-renners deelgenomen aan onlinefietsevenementen. Plugge: “Onze media-afdeling is altijd al creatief, maar doet nu extra zijn best om bereik te hebben. Zo kun je nog wat terugdoen voor je partners. Maar we kunnen natuurlijk niet wachten tot de dag daar is dat we weer écht wedstrijden mogen rijden.”
Succesvolle deelname aan de Ronde van Frankrijk kan in normale tijden al beslissen over het voortbestaan van teams, omdat het bestaande sponsoren kan overhalen door te gaan of andere kan verleiden in te stappen. Nu is de Tour, nog meer dan in andere jaren, de kans om de geldschieters van het team nog iets van revenuen te bieden. Met de bekendmaking van de nieuwe kalender hoopt de UCI vertrouwen uit te stralen. En ook al roept A.S.O. al vanaf begin maart “dat de Tour niet zal buigen voor het virus”, uiteindelijk beslist natuurlijk de overheid.
Wankel businessmodel Net als Lagae heeft ook Plugge geleerd alleen te luisteren naar de juiste commentaren. Alleen woorden van ministers hebben zeggingskracht, er zijn te veel amateur-virologen en sportcommentatoren die hun eigen werkelijkheid creëren. “Ik zou de media willen adviseren niet te veel te speculeren”, aldus Plugge. “Ik lees de afgelopen weken overal wilde theorieën en zie beweringen die kant noch wal raken. Twitter is altijd al een slechte raadgever, maar in deze dagen zeker.” Feit is dat er wel enige mate van paniek is. Omdat eens te meer duidelijk is geworden dat het businessmodel van de wielersport wankel is. De sport is zeer afhankelijk van sponsoring, zowel bij de organisatoren als teams. “En heeft,” aldus Lagae, “altijd de neiging een beetje boven zijn stand te leven.” Teams draaien voor 95 procent op sponsorgeld en maken ieder jaar weer hun hele budget op. Entreegelden spelen geen rol, tv-gelden en mediarechten voor organisatoren zijn laag. Lagae: “De schatting is dat de mediarechten van de Tour zo’n 70 miljoen bedragen. Dat is nog altijd enkele tientallen miljoenen minder dan de rechten van een kleine Europese voetbalcompetitie, zoals de Jupiler Pro League in België of de Eredivisie in Nederland.” In 2016 schreef Lagae samen met zijn collega Daam Van Reeth al een blauwdruk voor de economische toekomst van de wielersport. En vond hij het onbestaanbaar dat de sector in betere tijden nooit een gezamenlijke buffer had aangelegd. “Tot onze teleurstelling zijn weliswaar enkele van onze dertig concrete aanbevelingen overgenomen, maar zeker niet veel.” Allicht dat de huidige
crisis zorgt dat meer partijen gaan samenwerken. “Van egocentrisme wordt niemand beter”, aldus Lagae. Een betere samenwerking, dat is ook waar Richard Plugge op hoopt. “We zullen het huidige businessmodel van onze bedrijfstak met z’n allen moeten verbeteren en een aantal zaken ernstig tegen het licht moeten houden.” Zelf heeft Plugge een onzekere tijd achter de rug. Hij werd persoonlijk getroffen door het coronavirus en was zwaar ziek. Zijn conditie heeft flink te lijden gehad en hij is nog altijd herstellende. “Mijn zorgen over onze ploeg gaan vooral over de gezondheid van onze renners en personeel. Bij elke beslissing die wordt genomen, staat dat centraal.”
Veerkracht De Jumbo-Visma-formatie, die naar verluidt met een jaarbudget van rond de 20 miljoen euro werkt, heeft geen twijfels over de eigen toekomst. Financiële zorgen zijn er niet voor de organisatie, die in totaal ongeveer 130 personeelsleden telt. Al is het maar omdat de hoofdsponsor, supermarkt Jumbo, in een branche werkt die deze maanden juist floreert. “Al onze partners laten nu zien dat ze ook echt onze partners zijn, in goede en in slechte tijden. We hebben uitgesproken ons er samen doorheen te vechten.” Becijfert Plugge de schade voor zijn ploeg nu als minimaal, de wielersector in zijn geheel krijgt harde klappen, erkent hij. “Wij horen de verhalen van teams waar sponsoren moeite hebben om aan hun verplichtingen te voldoen. De gevolgschade voor de wielersport zal groot zijn. De totale economie krijgt grote klappen en dat zal ook voor onze sector gelden.” Niettemin vertrouwt Plugge op de veerkracht van de wielersport. “De berichten zijn dat er nu twee, drie ploegen in zwaar weer zitten, waaronder CCC. Maar een heleboel ploegen draaien gewoon door, we merken zelfs al dat er beweging op de transfermarkt is. Er zijn ploegen bezig hun selecties te versterken, alsof er niks aan de hand is.” En net als Lagae is Plugge ervan overtuigd dat de crisis ook kansen biedt. “Misschien zijn er wel bedrijven die constateren dat hun concurrent op omvallen staat en nu kansen zien. Dan zou je zomaar meteen een flink marktaandeel kunnen pakken.”
•
30
Sport&Strategie
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
“Het is nog maar de vraag of opzeggers terugkomen” Hoe fit is de fitnessbranche? Sportscholen zitten vanwege het coronavirus al ruim twee maanden op slot. Een enorme strop voor de ondernemende aanbieders van sport. Zeker nu bekend is dat de sportscholen nog tot 1 september dicht blijven. Hoe penibel is de situatie? “In Nederland maken ongeveer 3,2 miljoen mensen gebruik van fitnessfaciliteiten. Als zij massaal zouden zeggen dat zij deze periode niet wensen te betalen, dan vallen de meeste sportscholen om.” DOOR GUUS PETERS
Een groepsles bodypump, oefeningen met de kettlebell, een halfuur op een cardiotoestel of bankdrukken om de borstspieren te trainen – fitnesscentra kunnen hun diensten niet meer aanbieden sinds zij op 16 maart hun deuren moesten sluiten om verspreiding van het coronavirus tegen te gaan. Het bezorgt de commerciële sportaanbieders kopzorgen. Zeker nu het kabinet begin mei bekendmaakte dat sportscholen tot september verboden terrein zijn. De vraag is hoeveel leden afhaken en wat de gevolgen zijn op lange termijn.
“De grootste onzekerheid zit hem in de datum dat sportscholen weer open mogen”, zegt Ronald Wouters, al gaat hij er dan wel van uit dat de sportscholen gecompenseerd worden door de overheid nu ze tot september dicht moeten blijven. Als algemeen directeur van branchevereniging NL Actief komt hij op voor de 2.200 sport- en beweegcentra die zijn aangesloten. “Het beeld dat wij hadden, was dat de meeste sportscholen het met behulp van de overheidssteun redelijk geregeld hadden tot juni. Maar het is de
vraag hoeveel sportscholen het redden als die tot september dicht blijven, om nog maar te zwijgen over de harde klappen die vallen als de boel daarna weer op gang komt.”
Donatie Volgens de branchevereniging vindt zeventig procent van de sportschoolbezoekers het geen probleem het abonnementsgeld door te betalen, terwijl de deuren toch al bijna twee maanden op slot zitten. Daarmee lijkt een grote groep
bezoekers gehoor te geven aan de oproep van minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid eind maart om te helpen bij het voorbestaan van sportscholen door niet massaal geld terug te vragen. Al wordt die groep wel op een later tijdstip gecompenseerd. Vijftien procent heeft te kennen gegeven dat ze niet gecompenseerd hoeft te worden. Zij doen als het ware een donatie. Wouters: “In Nederland maken ongeveer 3,2 miljoen mensen gebruik van fitnessfaciliteiten. Als zij massaal zouden zeggen dat zij deze periode niet wensen te betalen, dan vallen bijna alle sportscholen om. Ondanks de compensatie vanuit de overheid. Die is bij lange na niet genoeg om bedrijven in leven te houden. Niet betalen is ook niet in het belang van de consument zelf. Waar moeten zij gaan sporten als het straks weer is toegestaan?”
Korting
FOTO: ANP FOTO/CC EXPA_ERWIN SCHERIAU
Ondertussen loopt de schade toch flink op. NL Actief becijferde dat de fitnesssector tot nu toe 532 miljoen euro is misgelopen. In een onderzoek onder de leden zegt 86 procent meer opzeggingen te verwachten. Dat proces is al gaande. De afgelopen maanden werd gemiddeld dertig procent meer opzeggingen genoteerd dan normaal. De vraag is of deze mensen nog terugkomen. Ook melden zich op dit moment geen nieuwe leden aan.
“Het is een oneerlijk speelveld: sportscholen vallen onder sport, maar zijn qua financiering en businessmodellen compleet anders” Ronald Wouters
Om de huidige leden zo veel mogelijk tegemoet te komen, hebben sportschoolhouders compenserende maatregelen voorgesteld. Eén van de maatregelen is dat leden hun abonnementsgeld nu doorbetalen en over een langere periode korting krijgen. Wouters: “Stel dat je veertig euro per maand betaalt, maar straks een paar maanden niet hebt kunnen sporten, dan wordt dat bedrag over bijvoorbeeld twaalf maanden afgetrokken van je abonnement. In plaats van veertig euro betaal je dan dertig euro per maand.”
Oneerlijk speelveld Tegelijk wringt hier de schoen, voegt Wouters eraan toe. Volgens de algemeen directeur van de branchevereniging hebben ondernemers de ruimte niet om die korting straks aan leden te geven. Hij geeft een voorbeeld: “Stel dat een sportschool met duizend leden break-even draait bij 900 leden. Dan zit de winst in die honderd leden. Maar als die sportschool dertig procent, dus 300, van zijn leden verliest, gaat die meteen in de rode cijfers.”
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
31
“Juist in deze tijd hebben mensen vitaliteit en weerstand nodig om zo gezond mogelijk door deze crisis te komen”
FOTO: NL ACTIEF
Ronald Wouters
In de woorden van Wouters heropenen sportscholen straks met maandelijkse tekorten. Daarbij komt dat de ondernemers de leden een korting beloofd hebben, waardoor ook minder abonnementsgeld in het laatje komt. “Daar zit het grote gevaar en de enorme onzekerheid.” Waar sportverenigingen, zoals voetbal- en hockeyclubs, worden ondersteund door subsidiegeld, hebben commerciële aanbieders van sportscholen die luxe niet. “Sportbonden en -verenigingen worden via NOC*NSF gesubsidieerd door lottogelden. Houders van sportscholen kunnen daar geen aanspraak op doen. Het is als het ware een oneerlijk speelveld: sportscholen vallen onder sport, maar zijn qua financiering en businessmodellen compleet anders.”
Ecosysteem Wouters pleit voor een vangnet vanuit de overheid dat ervoor moet zorgen dat sportscholen overeind blijven. “De overheid heeft gezegd dat bedrijven niet mogen omvallen door het coronavirus. Maar het kan best zijn dat de gevolgen nog één of twee jaar doorijlen. Daar zouden bedrijven ook voor gecompenseerd moeten worden.” Daarbij is een belangrijke rol weggelegd voor NL Actief. Volgens Wouters heeft de branchevereniging bij uitstek de taak om zo goed mogelijk inzichtelijk te maken hoe de bedrijfstak ervoor staat en namens de ondernemers en consumenten op te treden als belangenbehartiger en hen waar mogelijk van advies te dienen. De ongewisse toekomst zorgt voor onzekerheid bij de commerciële aanbieders van sport, merkt Wouters. Sommige sportschoolhouders hebben afspraken gemaakt over het opschorten van de huur. Anderen hebben de licenties bij leveranciers van groepslessen stopgezet of uitstel van betaling aangevraagd bij de verhuurder van apparatuur – veel sportschoolhouders hebben zelf niet het geld om die aan te schaffen. “Er hangt een heel ecosysteem aan vast. Als er ergens uitstel op betaling wordt gegeven, heeft dat direct effect op de rest van de keten.”
Slapeloze nachten NL Actief kreeg de afgelopen weken veel bezorgde ondernemers aan de telefoon. Ze hadden slapeloze nachten en zijn verontwaardigd dat ze tot 1 september dicht moeten blijven. Hoe reageert de consument? Wat is hun juridische positie? En wat als de sportscholen de deuren straks weer mogen openen?
“De grootste onzekerheid zit hem in de datum dat sportscholen weer open mogen”
ters wijst op de groepslessen waarvoor leden zich op bepaalde tijdstippen kunnen aanmelden. Volgens hem zou eenzelfde systeem voor alle diensten in de sportschool kunnen dienen. Mensen boeken een tijdslot waarop zij komen sporten. Op die manier kan elke sportschool zelf bepalen hoeveel mensen er maximaal naar binnen kunnen.
Ronald Wouters
Het bericht dat de sportscholen pas vanaf september weer open mogen, was een harde klap in het gezicht voor de sector. Als het aan de branchevereniging ligt, gebeurt dat al vanaf 1 juni, zij het gefaseerd en met inachtneming van alle geldende richtlijnen van het RIVM. Wouters meent dat het niet alleen verantwoord maar ook belangrijk is dat sportscholen weer opengaan. “Als branche weten wij als geen ander hoe je mensen in een veilige en gecontroleerde omgeving kunt laten sporten. Wij zetten ons elke dag in om mensen in Nederland te begeleiden naar een gezonde leefstijl en een fitter en vitaler leven. En juist in deze tijd hebben mensen vitaliteit en weerstand nodig om zo gezond mogelijk door deze crisis te komen. Daarom is het wenselijk dat mensen weer zo snel als het kan, kunnen werken aan hun fysieke en mentale gezondheid en vitaliteit.”
Protocol Niet voor niks stelde de branchevereniging een protocol op om verantwoord te sporten. De anderhalvemetersamenleving kan uitstekend worden toegepast in sportscholen, meent NL Actief. Wou-
Verder is op de vloer met pijlen eenvoudig de routing aan te geven. Eén van de twee toestellen die dicht bij elkaar staan, is niet in gebruik om de anderhalve meter afstand te kunnen bewaren. Bij groepslessen worden kaders op de grond gemaakt waarbinnen mensen zich kunnen bewegen. Kleedkamers blijven op slot. Maar hoe zit het dan met de handvatten en het zweet dat gebruikers op de toestellen achterlaten? “Het is nu al gebruikelijk dat mensen een handdoek leggen op het toestel dat zij gebruiken en het apparaat daarna met desinfectiegel
“Als klanten massaal zouden zeggen dat zij deze periode niet wensen te betalen, dan vallen bijna alle sportscholen om” Ronald Wouters
schoonmaken. Medewerkers zullen daar nog strenger op worden en het anders zelf doen.”
Onlinecoaching Het zijn al met al zware tijden voor de sportscholen. Maar de crisis biedt ook kansen. Wouters merkt dat onlinecoaching meer dan ooit in trek is. “Het wordt nu overal versneld geïmplementeerd.” Hij doelt onder andere op digitale coaches die mensen op afstand kunnen begeleiden. “Het is straks niet meer nodig om op een hometrainer in de sportschool te gaan zitten voor advies. In plaats daarvan kan iemand ook buiten gaan fietsen en op afstand tips en aanmoedigingen krijgen om de afgesproken doelen te realiseren. De kennis en de techniek zijn er. Het voordeel is dat je een grotere groep mensen kunt helpen. Leden die in de sportschool komen sporten, betalen bijvoorbeeld veertig euro voor het gebruik van de faciliteiten. Leden die enkel een coach op afstand willen, betalen bijvoorbeeld vijftien euro voor de kennis. Een coach kan op die manier wel honderd leden op afstand van kennis voorzien.” Het moet ertoe bijdragen dat de klap die sportschoolhouders te wachten staat, zo klein mogelijk is, al heeft Wouters grote zorgen nu de sportscholen nog zeker drie maanden dicht blijven. Wel heeft hij voor de ondernemers nog een dringend laatste advies: “Communiceer goed en duidelijk naar de consument. Deze crisis gaat hoe dan ook pijn doen. Maar hoe beter je communiceert, hoe makkelijker het is om samen naar oplossingen te kijken.”
•
32
Sport&Strategie
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
“Het leek ons allerbeste jaar te worden, nu houden we rekening met de slechtste cijfers ooit” Harde klappen voor sportmarketingbureaus en evenementorganisatoren Het zijn onzekere tijden voor sportmarketeers. Wie wil nu een grappige campagne lanceren? Wat doet een naamsponsor als het shirt met zijn logo door helemaal niemand wordt gedragen? Worden er in 2020 überhaupt nog wel evenementen gehouden, al dan niet met publiek? Welke bedrijven willen in de anderhalvemetermaatschappij nog iets van activatie ondernemen? En kan met onlineacties omzetverlies opgevangen worden? Het is onmogelijk nu al te becijferen wat de uiteindelijke economische impact van de coronacrisis op de sponsormarkt zal zijn. Maar er vallen, sowieso financieel, harde klappen in de sector. DOOR EDWARD SWIER
“Als straks het slot weer van de sport af is, komen de budgetten wel weer terug”
Bij Triple Double en House of Sports maken ze zich grote zorgen. Logisch, als zomaar ineens zestig (Triple Double) tot tachtig procent (House of Sports) van je omzet wegvalt. Ze voelen er echter ook de spirit om er weer sterk uit te komen. “Maar de realiteit is dat de winkel behoorlijk in de fik staat”, zegt Patrick Wouters van den Oudenweijer van House of Sports. “Het is een serieuze stresstest”, aldus Triple Double-partner Michel van Grunsven. Maar, zeggen beide ondernemers, er liggen ook kansen. “Wie creatief is, verzint altijd wel weer iets.”
FOTO: TRIPLE DOUBLE
Erover praten doen ze geen van allen van harte. Er zijn zelfs collega’s die bedanken voor de eer. Niet omdat ze het niet zien zitten, maar omdat ze – in een voortdurend wisselende situatie – eigenlijk geen zinnig woord meer durven te zeggen over de toekomst. Stuk voor stuk schreven ze de afgelopen weken vele scenario’s, van uiterst pessimistisch tot opvallend optimistisch. Gaan er bedrijven omvallen, zullen er evenementenen sportmarketingbureaus verdwijnen? Het is te vroeg voor conclusies in die richting. Wel willen Van Grunsven en Wouters inzicht geven hoe hún ondernemingen zich staande proberen te houden in de storm.
Michel van Grunsven
Zware wedstrijd Wouters vervolgt: “Als je het als bedrijf van je dagelijkse omzet moet hebben, dan speel je een heel zware wedstrijd momenteel. Is je bedrijf gezond, met wat vet op de botten, dan kom je deze fase wel door. Maar er moet natuurlijk wel perspectief op verbetering zijn. Als je geen licht aan het eind van de tunnel ziet, geen economisch perspectief, dan strand je in die tunnel. Wij zetten ons schrap, maar hebben vertrouwen.”
“De sportwereld heeft het beest recht in de bek gekeken” Michel van Grunsven
FOTO: TRIPLE DOUBLE
Grootste uitdaging De cijfers liegen er niet om. De branche van evenementenorganisatie en sportmarketing beleefde tot en met afgelopen winter hoogtijdagen. Er diende zich bovendien een prachtig sportvoorjaar en -zomer aan, met de GP van Zandvoort, de Tour de France, het EK voetbal én de Olympische Spelen. Het wegvallen van deze (en honderden andere) evenementen, toernooien en competities weegt zwaar. In Amerika werd berekend dat van de totale sportsponsormarkt in de VS – waarde 25 miljard euro – zo’n 9 miljard euro inmiddels is verdampt. Liefst 120.000 sponsorcontracten liepen er afgelopen weken spaak.
Bob Verbeeck, oprichter van evenementenorganisator Golazo, rekende in Het Laatste Nieuws (zie kader) voor dat zijn omzet in België en Nederland samen in zes weken tijd “van ongeveer 10 miljoen euro per maand naar een omzet van 1- à 1,5 miljoen per maand zakte”. Wouters en Van Grunsven zijn minder scheutig met cijfers. “Maar,” zegt Wouters, “feit is dat het van misschien wel ons beste jaar naar één van de minste is gegaan. Ik wil het niet dramatisch maken, maar we staan echt voor de grootste uitdaging uit ons bestaan. Dat ook de komende tijd nog veel ongewis blijft, maakt het nog ingewikkelder.”
In Nederland verwacht de verzamelde evenementensector ongeveer de helft van de omzet van 7,4 miljard in 2020 kwijt te raken. NOC*NSF schatte half maart al dat de Nederlandse sport 950 miljoen euro aan inkomsten zou mislopen, inmiddels lijkt dat een voorzichtige schatting geweest. Dat minister Hugo de Jonge begin mei in een brief aan de Tweede Kamer verklaarde dat “massale evenementen met een landelijke uitstraling pas weer kunnen worden gehouden als er een vaccin is”, stemde niet gerust.
Van Grunsven: “Ook voor ons leek het het allerbeste jaar te worden, nu houden we rekening met de slechtste cijfers ooit. We zien een omzetverlies van zo’n zestig procent qua activatie, creatie en strategie. Dat is fors. We zullen met zijn allen wel even nodig hebben om hiervan terug te komen. De sportwereld heeft het beest recht in de bek gekeken.”
Multdisciplinair Bij Triple Double werd al snel duidelijk dat het coronavirus flinke impact zou hebben. “Een aantal van onze klanten trok al vroeg aan de bel. KLM wilde direct de campagnes stoppen”, vertelt Van Grunsven. “Aanvankelijk maak je scenario’s waarbij je niet direct van het slechtste uitgaat, maar al snel bleek dat we ook rekening moesten houden met het ergste: dat de agenda de hele zomer leeg zou zijn. We zijn toen in overleg met onze klanten gaan kijken naar wat we nog wel konden doen. Scoren door goed te verdedigen, noemen we dat. En verder creëren we crisisomzet en bedenken we nieuwe concepten, die snel uitvoerbaar zijn.”
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
Van Grunsven en Wouters zeggen meer dan ooit gelukkig te zijn dat hun bedrijven multidisciplinair zijn. “Dat is echt een voordeel”, aldus Triple Double-partner Van Grunsven. “Onze digitale afdeling heeft het nu bijvoorbeeld hartstikke druk. Voor EsportsXperts, het label dat we samen met SportsCloud voeren, is extra veel belangstelling. We hebben veel virtuele ideetjes en bouwen de platformen nu sneller uit dan gedacht.”
mensen mogen er dan naar binnen? Is het voor een organisator wel interessant om je tribunes maar deels te vullen? Dat brengt minder inkomsten én meer kosten met zich mee. Misschien is dat dus wel helemaal geen interessant scenario en moet je inderdaad maar wachten tot er een vaccin is.”
Tijdelijk abnormaal
Slagkracht behouden
Money well spent Ook bij Triple Double is geschoven. “Mensen van onze eventafdeling zijn aangeschoven bij de creatieve en digitale trajecten. Zodat ze daar de drukte aankunnen. Het is mooi om te zien hoeveel veerkracht er in je organisatie zit. Ik spreek dagelijks collega’s die suggesties hebben om hier of daar mee aan de slag te gaan. We zijn, hoe hard de klappen ook zijn, niet in paniek geraakt.” Dat Van Grunsven zo nu en dan positieve geluiden hoort, helpt en geeft vertrouwen in de toekomst. “Sport heeft iets magisch. Sporters moeten ook vaak uit een dalletje klimmen. Ik kom bijvoorbeeld net uit een call met een klant, voor wie we nog niet zo veel in de sport doen. Zij denken eraan om, zodra het kan, hun activiteit juist wat op te schalen. Omdat ze gezien hebben hoe diep het gemis aan sportevenementen en wedstrijden er bij de mensen inhakt. Acht weken geen actuele sport op tv en in de stadions, daar raken we met z’n allen toch een beetje van in de war. Zij geloven dat investeren in sportsponsoring juist nu ‘money well spent’ is. Anderzijds: sport staat voor bewegen, verbinden, saamhorigheid. Als straks het slot weer van de sport af is, komen ook bij andere bedrijven de budgetten wel weer terug. Als ze het zelf eerst weer wat op orde hebben.” Wouters heeft een motto waar hij juist in deze tijd in gelooft: in tijd van schaarste komt de passie bovendrijven. “Daarmee wil ik zeggen dat het niet helpt om louter en alleen zwarte scenario’s te schetsen. Juist nu moeten we laten zien dat we ondernemers zijn. Het is zaak er, ook al is het niet eenvoudig en geen vrolijke tijd, juist nu het beste van te maken.” Beiden hopen vurig, nu de versoepeling van de lockdown is ingezet, dat er vanaf 1 september weer sportevenementen kunnen plaatsvinden. Al is dat niet meteen zaligmakend. Wouters: “Stel dat er eind december weer met publiek in Thialf geschaatst mag worden. Hoeveel
“De realiteit is dat de winkel behoorlijk in de fik staat” Patrick Wouters van den Oudenweijer
FOTO: HOUSE OF SPORTS
Wouters moet toegeven dat het pittig is. “De realiteit is dat onze branche zich midden in de storm bevindt. Tot op heden zijn de personele consequenties nog beperkt en worden arbeidskrachten elders ingezet. We willen de selectie zo breed mogelijk houden én ‘lean and mean’ zijn. Als bedrijf willen we zo veel mogelijk slagkracht behouden. Als het peloton weer gaat rijden, willen we in de kopgroep zitten en moeten we het vermogen hebben om met de eersten mee te demarreren.”
FOTO: HOUSE OF SPORTS
Ook bij House of Sports is er “nog meer dan voorheen” een grote vraag van klanten naar onlineconcepten en -activaties. Wouters: “Het is goed dat wij al drie, vier jaar investeren in de digitale transformatie en die fase al door zijn. Wie daar nu nog mee moet beginnen, krijgt het knap lastig. Bij ons staan zo’n twintig mensen digitaal maximaal ‘aan’. Op dat gebied zijn we full swing aan het werk.” Dat House of Sports, net als de collega-sportmarketeers van Triple Double, op meerdere fronten actief is, komt dezer dagen goed uit. Wouters: “Het is goed niet afhankelijk te zijn van die ene klant, dat ene evenement of die ene opdracht.” Een aantal bedrijfsonderdelen ligt geheel of bijna geheel stil, voor andere is het – hoewel de revenuen niet direct meetbaar zijn – drukker dan ooit. “We hebben intern ook al wat mensen gerealloceerd.” Het verzorgen van de marketing voor een aantal grote klanten (zoals Nederlandse Loterij, Univé, Droomparken en Arag) gaat gewoon door, maar bedrijfsonderdelen als SportsSpeakers, de organisatie van evenementen, de verkoop van advertising rondom eredivisievoetbal en bijbehorende logistieke werkzaamheden voor KNVB en NOC*NSF liggen logischerwijs stil.
33
Ondertussen wordt bij beide bureaus nagedacht over “andersoortige businessmodellen”. Met SportsSpeakers levert House of Sports bekende (oud-)sporters en coaches voor lezingen en voordrachten. “Maar de boekingen zijn vrijwel volledig stilgevallen. En het is de vraag of bedrijven, als ze weer lopen, meteen weer zulke bijeenkomsten gaan organiseren. Dus bouwen we aan nieuwe SportsSpeakers-concepten, waarbij online nog meer centraal staat dan voorheen. Erover nadenken alleen al geeft energie.” Van Grunsven schetst eenzelfde beeld. “Ongetwijfeld zullen bedrijven straks niet meteen nieuwe sponsorcontracten aangaan en wachten met het vrijmaken van activatiebudget. Of ze willen minder investeren. Juist dan moeten wij met onze creativiteit laten zien dat je ook met minder budget iets kunt realiseren voor je klanten. Dat ze de nieuwe wielerkalender van de UCI de ‘lijst van de hoop’ noemden, gaf me zo’n goed gevoel. Dat is precies het gevoel wat belangrijk is. Je moet nooit de hoop verliezen. Dat past niet bij sport en de sportwereld.” Ook Wouters wil “het nieuwe normaal” niet accepteren als de standaard voor zijn toekomst in de sport. “Ik noem het liever ‘het tijdelijke abnormaal’. Natuurlijk zullen we bepaalde elementen van deze tijd meenemen naar de toekomst. Ik spring straks echt niet meer in de auto voor een vergadering van een halfuur in Heerenveen, daarvoor hebben we ook straks Zoom. Maar op een aantal terreinen zullen we met zijn allen toch graag terug willen naar hoe het was. Terug naar de dingen waar we lol aan beleefden: het voetbal, Thialf, Pinkpop. Het volk wil echt brood en spelen. Of dat al het eind van dit jaar is, of misschien pas over nóg een jaar, weet ik niet. Maar ik ben ervan overtuigd dat het er weer van komt.” TIG Sports wilde bij monde van oprichter en managing partner Niels Markensteijn niet reageren.
•
GOLAZO-OPRICHTER BOB VERBEECK HOOPT OP 1 JULI WEER EVENEMENTEN TE KUNNEN ORGANISEREN “Zonder het vangnet van de overheid waren de faillissementen in onze sector niet te tellen geweest” De verantwoordelijke ministers in Europa zijn nog niet zo enthousiast en houden voor het organiseren van grote evenementen – met of zonder publiek – voorlopig een flinke slag om de arm. Veel organisatoren hebben 1 september in gedachten, de nieuwe kalenders zijn al gemaakt. In Nederland liet minister Hugo de Jonge weten pas weer aan “massale evenementen met een landelijke uitstraling” te denken “als er een vaccin is”. In België hoopt Golazo-oprichter Bob Verbeeck vanaf 1 juli weer evenementen te kunnen organiseren, met ondertekening van een veilige-afstand-en-gedragscode door deelnemers. Verbeeck, die in 1990 begon met het evenementen- en sportmarketingbureau dat ook in Nederland veel publieksevenementen organiseert, voelt dat er haast bij is. Zijn bedrijf lijdt grote verliezen. “Voor het eerst in dertig jaar schrijven we rode cijfers.” De omzet keldert. Van liefst 108 miljoen in 2019 naar mogelijk amper 20 miljoen in dit jaar. “We moeten werk maken van een plan voor heropstart, om de sector te redden. Die verliest nu al 1,3 miljard in België. En toeleveranciers van de organisaties al 3,7 miljard euro.” 250 van de 350 vaste Golazo-werknemers ontvangen hun salaris nu via steun van de overheid. “Was dat vangnet er niet geweest, dan waren in onze sector de faillissementen niet te tellen geweest.” Verbeeck zei eind april in Het Laatste Nieuws het als organisator absoluut “niet op zijn geweten te willen hebben dat er een nieuwe corona-uitbraak komt omdat ik zo nodig een evenement wou organiseren”. Maar hij pleit wel voor het opstarten van een aantal sportevenementen als ook het openbaar vervoer en de terrassen weer vol zitten. “Dat zijn eigenlijk ook dagelijkse massa-evenementen. Ik heb er vertrouwen in dat mensen zich aan veiligheidsvoorschriften zullen houden.”
34
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
Sport&Strategie
“Sport, élke sport, heeft een enorme waarde voor de samenleving” Arjan de Vries is directeur van Sportcluster Veenendaal, een samenwerkingsverband tussen vier landelijke sportbonden: de Nederlandse Onderwatersport Bond (NOB), de Nederlandse Toer Fiets Unie (NTFU), de Nederlandse Bowling Federatie (NBF) en de Koninklijke Nederlandse Dambond (KNDB). Hoe laat de impact van de coronacrisis zich voelen bij deze vier kleinere bonden? DOOR HENDRIK MEIJNDERS
“Ik heb de afgelopen maanden frappante dingen zien gebeuren”, start De Vries zijn verhaal. “Zo zijn er meer mensen op de fiets gestapt, omdat de voetbalcompetities stil kwamen te liggen. Dit had tot gevolg dat de verkoop van fietsen toenam. Extra jammer dus dat de toertochten van NTFU-verenigingen niet ver-
reden konden worden. Daarnaast zijn veel verenigingen digitaal actief geworden. De dam- en duiksport trekt online behoorlijk aan. Voor het dammen is een nieuwe app in ontwikkeling en bij het duiken zie je in webinars over onderwaterbiologie en -fotografie beelden van onder water nu boven water voorbijkomen. Dat draagt
enorm bij aan de beleving van de sport. Anderzijds: webinars zijn tijdelijk leuk, maar de waarde van sport zit uiteraard in de complete beleving ervan.” Het gebrek aan mogelijkheden buiten de deur heeft er bij alle bonden voor gezorgd dat zij in korte tijd een enorme digitaliseringsslag hebben gemaakt. “Sta je
straks in Utrecht op een bowlingbaan, dan kun je tegelijkertijd tegen iemand in Amsterdam bowlen”, vat De Vries die ontwikkeling samen.
Het belang van diversiteit De doelgroep waar Sportcluster Veenendaal zich op richt, is 48 jaar en ouder. De
“Waarom zou je opzeggen, als je de verenigingscontributie voor het hele jaar al hebt overgemaakt?”
FOTO: SHUTTERSTOCK.COM
FOTO: SPORTCLUSTER VEENENDAAL
Arjan de Vries
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
FOTO: KONINKLIJKE WANDEL BOND NEDERLAND
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
35
“We zijn een gezonde bond met een behoorlijk eigen vermogen, maar voor dit jaar verwachten we een omzetdaling van maar liefst 1,1 miljoen euro” Paul Sanders
“JUIST VOOR DE ONGEBONDEN WANDELAAR MOETEN WE ER NU ZIJN”
Vries verwacht dat de sportinfrastructuur te zijner tijd relatief eenvoudig weer op gang zal komen, maar is stiekem ook bang dat mensen gaan afhaken bij de sporten die hij vertegenwoordigt. “Bij elk bowlinghuis zit horeca en die horeca is gesloten. De competities liggen ook al enige tijd stil, dus natuurlijk ben ik bang dat mensen definitief stoppen als ze langere tijd niet kunnen doen wat ze graag willen doen. In augustus moeten de leden van NBF-verenigingen hun lidmaatschap verlengen. Ik ben erg benieuwd hoe dat gaat verlopen.” De Vries heeft onlangs de financiële vooruitzichten van ‘zijn’ bonden geïnventariseerd: voor het moment zijn er nog geen forse geldelijke problemen te melden. De contributies van de NOB en de NTFU worden aan het begin van ieder jaar bij de leden geïnd, er zijn vooralsnog slechts een paar incidentele opzeggingen. “Maar waarom zou je ook opzeggen, als je de verenigingscontributie voor het hele jaar al hebt overgemaakt?” In de anderhalvemetersamenleving gaat een aantal sporten er uiteraard wel anders uitzien. “Naast bowlen zijn ook darts en golf sporten die bedrijfsmatig aan horeca zijn gerelateerd. Dus zolang er geen of beperkt consumpties mogen worden verkocht, zal dat van invloed zijn op de deelname.”
Acute financiële zorgen heeft Paul Sanders, directeur van Koninklijke Wandel Bond Nederland (KWBN), gelukkig niet. “We zijn een gezonde bond met een behoorlijk eigen vermogen. Maar van de 500 geplande avondvierdaagsen zijn er op dit moment al 476 afgelast. En tot 1 september zijn alle publieksevenementen afgelast. Dus ook de Vierdaagse van Nijmegen, met tussen de 45.000 en 47.000 deelnemers en een totale waarde, inclusief de festiviteiten, van 47 miljoen euro. We hebben een crisisteam opgericht voor de communicatie en de financiële afwikkeling van de Vierdaagse. Jaarlijks organiseren wij ongeveer 1.300 wandelevenementen, vele gaan niet door. Dat brengt uiteraard veel werk met zich mee.” Meeste beoefenaars De KWBN heeft ongeveer 60.000 leden en is als bond de belangenbehartiger voor de wandelaar in de breedste zin. De jaaromzet ligt op 3,5 miljoen euro, voor dit jaar wordt een omzetdaling van 1,1 miljoen euro verwacht. Sanders: “Wij zijn geen heel grote bond, maar na fitness is wandelen in Nederland de sport met de meeste beoefenaars. Ik moet zeggen dat we erg goed worden ondersteund door NOC*NSF. En mede door de NOW-regeling van de overheid is iedereen bij ons nog aan het werk.” Er werken in totaal 22 mensen bij de wandelbond, acht werknemers houden zich bezig met marketing. Databasemarketing voor de website www.wandel.nl is een belangrijke financiële pijler, omdat het voor een groot deel van de inkomsten zorgt. Sanders: “Wij leven van onze leden, de opbrengsten van de avondvierdaagsen en de bijdragen van onze partners, die we koppelen aan de onlinedata die binnenkomen via de website. We zien nu dat het aantal unieke bezoekers van 1,3 miljoen per maand rap terugloopt. Dat is uiteraard een serieus punt van zorg. De wandelaar die we daar kwijtraken, willen we zo snel mogelijk terugvinden.” Overgangsperiode Contact onderhouden met de achterban is in deze unieke tijd van levensbelang, vindt Sanders. “We versturen twee nieuwsbrieven per week en bellen met al onze verenigingen. Zo houden we ook persoonlijk contact met de verschillende besturen en lidorganisaties. Ook zijn we nieuwe, digitale initiatieven aan het ontdekken en zijn we bezig met de ontwikkeling van een aantal apps.” De KWBN verkeert in een overgangsperiode. Sanders: “De bond kent 1.100 lidorganisaties en 300 traditionele wandelverenigingen. We zijn aan het nadenken in hoeverre we iedereen willen en kunnen blijven ondersteunen of dat we ons alleen op de grotere koplopers gaan richten. Maar we moeten er ook zijn voor de ongebonden wandelaar, vind ik nu. Daar hebben we in het verleden wel wat steken laten vallen. Gelukkig neemt het individuele lidmaatschap toe. We gaan ons in de toekomst nog sterker op die doelgroep richten, door meer aandacht te geven aan voeding, training, preventie en mindfulness. Daarin maken we nu al een stap, maar er is nog veel te winnen.”
dat ze die digitalisering oppikken en op prijs stellen, gaan we alleen maar meer langs die weg communiceren. Digitale communicatie is de perfecte manier om leden te verrijken met relevante kennis en informatie. Het voegt wat toe aan de beleving van de sporter, of die nu fietst, bowlt, damt of duikt.”
Zorgen over het voortbestaan van kleine bonden lijken wellicht gerechtvaardigd, maar De Vries voelt zich volop gesteund door sportkoepel NOC*NSF, die dat koste wat kost wil voorkomen. “Sport, élke sport, heeft een enorme waarde voor de samenleving. Ook NOC*NSF hecht aan diversiteit in het aanbod en wil de infrastructuur van verenigingen en het sociale aspect dat daarmee samenhangt intact houden.”
Loyaliteit
De afgelopen periode is er ook een van zelfreflectie geweest, aldus De Vries. “Er waren al veel dingen aan het veranderen.” Zo communiceren de bonden in het sportcluster allang niet niet alleen meer via hun magazines, maar veel meer digitaal, via de sociale media en e-marketing. De Vries: “Die beweging maakt nu een versnelling door. En dat brengt ook verenigingen weer op nieuwe ideeën, ze worden er creatiever van.” Sportcluster Veenendaal zit dicht op de huid van de sporter. “Onze dienstverlening heeft een hoog servicegehalte. Leden vragen zich bij alles af: What’s in it for me, wat schiet ik ermee op? Nu blijkt
FOTO: SPORTCLUSTER VEENENDAAL
Zelfreflectie
“Sta je straks in Utrecht op een bowlingbaan, dan kun je tegelijkertijd tegen iemand in Amsterdam bowlen” Arjan de Vries
Vanwege die focus op klantgerichtheid heeft met name de NTFU zich ontwikkeld tot een van de snelst groeiende sportbonden in Nederland, meent De Vries. “ ‘Wat kunnen wij betekenen voor de Nederlandse fietser?’ Die vraag is al jaren onze leidraad. Die insteek, meerwaarde bieden, verklaart de loyaliteit van onze leden, ook in deze tijd. Waarom wordt iemand lid van de NTFU? Niet alleen vanwege de fietsschadeverzekering, maar vooral voor de unieke, digitale fietsroutes voor fietsers en mountainbikers, plus alle extra informatie die we daarnaast beschikbaar stellen. Verenigingen bieden wekelijks clubritten onder deskundige begeleiding en organiseren jaarlijks talloze toertochten, en gaan daar straks gewoon weer mee door. Dat is het totaalpakket dat de NTFU moet blijven leveren.”
•
36
Sport&Strategie
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
Ellis van der Weerden, directeur Team Sportservice:
“Iedereen beseft nu hoe belangrijk sport is in het leven van de mensen” Ellis van der Weerden is sinds 2015 directeur van Team Sportservice, dat overal in het land overheden, scholen en verenigingen ondersteunt en begeleidt rondom de inzet van sport en bewegen. De drijfveer van Team Sportservice is om iedereen maximaal te laten profiteren van de positieve effecten die sport met zich meebrengt; op het vlak van plezier, mentale en fysieke gezondheid en het bieden van een sociaal netwerk. DOOR HENDRIK MEIJNDERS • BEELD: TEAM SPORTSERVICE
Nederland heeft een bijzonder rijke sportinfrastructuur, die onder andere bestaat uit verenigingen, accommodaties, bewegingsonderwijs en vrijwilligers. In de vorm van advies, kennisoverdracht, begeleiding of uitvoering zorgt Team Sportservice ervoor dat dit sportieve kapitaal een zo groot mogelijke bijdrage levert aan een gezonde, vitale en sociale samenleving.
Van der Weerden: “We verzorgen met onze 300 medewerkers het sportbeleid voor een dertigtal gemeenten en voeren dat beleid ook uit. Daarnaast werken er vanuit Team Sportservice 213 buurtsportcoaches bij verschillende werkgevers door het hele land.” Samen met Sportkader Nederland is Team Sportservice daarnaast al ruim veertig jaar dienstverlener op
het gebied van salaris- en personeelsadministratie in de sport. Samen met vier andere dienstverleners op dat gebied verzorgen ze een volledig pakket aan personeelsdiensten voor inmiddels meer dan 3.000 sportleiders en buurtsportcoaches bij sportorganisaties. Ook bieden zij aanvullende diensten op fiscaal en juridisch gebied.
TEAM SPORTSERVICE Team Sportservice is onderdeel van Sportkracht12, het samenwerkingsverband van alle provinciale sportorganisaties. Met een sterk lokaal netwerk en kennis van de lokale praktijk helpt Sportkracht12 om de landelijke voornemens en plannen met betrekking tot sport en bewegen lokaal, regionaal en provinciaal uit te rollen. Meer informatie vind je op www.teamsportservice.nl.
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
37
Hoe slaat het coronavirus toe in jullie organisatie? “Op dit moment hebben we niet echt problemen met omzetverlies. We krijgen subsidies voor een jaar, die we vervolgens in het daaropvolgende jaar moeten verantwoorden. Het eerstvolgende peilmoment is 1 april 2021. Dat maakt dat 2020 ondanks de omstandigheden financieel gezien zal meevallen. 2021 daarentegen zal ongekend worden. Al kan niemand nog een beeld schetsen van hoe hard de crisis ons daadwerkelijk gaat raken. We hebben immers nog nooit te maken gehad met een economische krimp van naar verwachting enige procenten.”
Wat doen jullie sinds het uitbreken van de crisis anders? “We zijn ons zo snel mogelijk gaan aanpassen aan de omstandigheden. Daar zijn we nu nog dagelijks mee bezig. Ik ben ervan overtuigd dat we in de toekomst nieuwe inkomstenbronnen moeten aanboren. Bijvoorbeeld door te investeren in innovaties binnen onze organisatie. En die innovaties zullen van onze eigen mensen moeten komen. Welke processen kunnen we anders inrichten? Juist daar ligt een taak voor mij om mensen te enthousiasmeren en te stimuleren. Zodat we met de beste ideeën aan de slag kunnen gaan in de nieuw ontstane werkelijkheid. Het zal duidelijk zijn dat de crisis een zware wissel trekt op het improvisatievermogen en de flexibiliteit van onze medewerkers. Om van onze buurtsportcoaches nog maar te zwijgen! Die waren gewend om meerdere keren per week face to face contact te hebben met hun sporters. Dat contact is de afgelopen maanden omgezet naar virtuele lessen en andersoortige activiteiten: van balkongym tot lessen via Facebook. Oudere sporters sturen we de oefeningen op papier toe, omdat nu eenmaal niet iedereen online toegang heeft. Zeker niet in deze doelgroep. Maar juist in deze tijd willen we ouderen erbij blijven betrekken. Op die manier houden we ook goed contact met hen. Juist voor senioren is het belangrijk om in beweging en ‘onder de mensen’ te blijven.”
“Ik ben ervan overtuigd dat we in de toekomst nieuwe inkomstenbronnen moeten aanboren” Ellis van der Weerden
“Het herstarten van de sport vergde ontzettend veel voorbereiding, maar zorgde tegelijkertijd voor veel energie” Ellis van der Weerden
Hoe heeft de situatie de dynamiek binnen Team Sportservice beïnvloed? “Uiteraard moet ook ons kantoorpersoneel volgens de richtlijnen van het RIVM thuiswerken. Die transitie is eigenlijk heel soepel verlopen. Ik heb maar vier extra laptops op 300 mensen moeten regelen. Er is onder-
ling veel onlinecontact. Zo heb ik wekelijks een videomeeting met de zes regiomanagers. Iedere regio vult de werkzaamheden anders in, maar zo blijven we van elkaar op de hoogte. Zelf maak ik iedere week een vlog voor mijn medewerkers, om ze op het hart te drukken vol te houden in deze moeilijke tijden.”
Zijn jullie inmiddels ook weer ‘echt’ aan de slag gegaan, nadat vanaf eind april kinderen tot en met 18 jaar weer mochten sporten en sinds kort ook de volwassenen weer samen sportief actief kunnen zijn? “Dat klopt, we hebben overuren gedraaid om eind april weer te kunnen starten. De start vergde ontzettend veel voorbereiding, maar zorgde tegelijkertijd voor veel energie. Niet alleen wij, maar iedereen in Nederland beseft nu nog meer hoe belangrijk sport is in het leven van de mensen.”
•
38
Sport&Strategie
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
Lokale sportakkoorden:
In de kiem gesmoord of redder van de sport na corona? Net nu op lokaal niveau veel sportakkoorden werden opgesteld, op punt van starten stonden of al volop in uitvoering waren, sloeg het coronavirus toe. Hoe erg is dat voor de ontwikkeling die was ingezet? Gaat de energie die er was nu verloren? Of gaan die sportakkoorden de sport juist helpen om weer op te starten? André de Jeu, directeur van Vereniging Sport en Gemeenten (VSG), Joëlle Staps, plaatsvervangend directeur Sport van het Ministerie van VWS, en Erik Lenselink, manager Corporate Affairs NOC*NSF, spreken zich uit.
FOTO: HOLLANDSE HOOGTE/CC CASPAR HUURDEMAN
DOOR LEON JANSEN LOK
Voordeel van ontstane samenwerkingsverbanden De Jeu trapt af: “Het landelijke akkoord heeft niet voor niets de titel ‘Sport verenigt Nederland’ meegekregen. De gedachte daarachter was: horizontale en verticale integratie. De voetbalclub, de tennisclub en de tafeltennisclub, ze kennen elkaar wel, maar weten niet van elkaar wat ze doen. En ze weten vaak ook niet waarmee ze elkaar zouden kunnen helpen. En als je een stap verder kijkt, zie je de professionele sportaanbieders, zorgverleners die mensen met een beperking willen laten bewegen, het onderwijs dat fitte jeugd en het bedrijfsleven dat gezonde en vitale medewerkers wil hebben. Als íets van belang is op dit moment, dan is het elkaar helpen. Ik zie binnensporters op een tumblingbaan buiten. Ik zie commerciële sportaanbieders samen judo en karate aanbieden voor kinderen, soms nota bene op de sportclub. Ineens hebben we die grenzen niet meer. En dat dus allemaal dankzij die lokale samenwerkingsverbanden die in het kader van sportakkoorden zijn ontstaan.”
Bewondering Staps staat er precies zo in. “Het coronavirus en de maatregelen die het kabinet heeft genomen om verspreiding van het virus in te dammen, hebben de sport sterk geraakt. Trainingen zijn gestaakt, competities vroegtijdig beëindigd, clubhuizen gesloten. Dat is natuurlijk ook van invloed op de totstandkoming en uitvoering van de lokale sportakkoorden. Gelukkig zien we dat partijen elkaar door de lokale sportakkoorden snel weten te vinden. Ik heb met bewondering gekeken naar hoe het gelukt is om binnen een week de sport weer op te starten voor de jeugd. Gemeenten, sportclubs en buurtsportcoaches hebben daarin zeer snel met elkaar geschakeld. Ik geloof dat de lokale sportakkoorden, waarbij zij immers ook samen om tafel zitten, daar zeker aan bijgedragen hebben.”
Lenselink vervolgt: “Bij de lokale sportakkoorden gaat het erom wat lokaal relevant is en dat lokale stakeholders met elkaar in contact treden. Natuurlijk is de inhoud cruciaal, maar dat ze elkaar ontmoeten en samen bepalen wat ze belangrijk vinden, is eigenlijk waar het echt om gaat. En dat is tijdloos. Door corona worden straks misschien andere prioriteiten en accenten gelegd. Maar dat past heel erg bij de filosofie: het gaat om de situatie zoals die op dat moment belangrijk is. Dat is het vertrekpunt.”
Geen stapel papieren De sport behoort met het primair onderwijs tot de sectoren die als eerste weer langzaam mochten opstarten. “Daar moeten we trots op zijn”, vindt De Jeu. “Maar het geeft ook een enorme verantwoordelijkheid. We hadden nooit durven beloven dat we de jeugd weer snel aan het sporten zouden krijgen, als we daar niet allang mee bezig waren geweest. Met sportakkoorden, in gemeentehuizen, in sportverenigingen, met buurtsportcoaches.” Al die onderlinge relaties zijn ten volle benut toen de premier aangaf dat de jeugd weer kon gaan sporten. Uiteraard zijn er ook zaken stilgevallen vanwege corona. Vereniging Sport en Gemeenten liet al weten dat de deadline voor het indienen van het sportakkoord blijft staan op 26 juni, maar dat er flexibel mee wordt omgegaan. De Jeu: “Dan maar even geen volledig afgerond
FOTO: VSG
Genoemd drietal probeert met hun organisaties het Nationaal Sportakkoord te laten landen op lokaal niveau. En dat lukt uitstekend, want nagenoeg alle gemeenten in ons land zijn bezig met een lokaal sportakkoord. Een ongekend succes, dat heus niet ineens tenietgedaan wordt door het coronavirus. Integendeel.
“Als íets van belang is op dit moment, dan is het elkaar helpen” André de Jeu
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
39
REGELINGEN VOOR DE LOKALE SPORT Competities zijn voortijdig beëindigd, clubhuizen zijn gesloten: een flinke strop voor veel sportverenigingen. Leuk en aardig, zo’n lokaal sportakkoord, zullen velen denken, maar wij hebben vooral te dealen met een liquiditeitsprobleem en moeten maar hopen dat onze leden ook in het volgende seizoen nog lid zijn… Gelukkig ontstonden al vanaf het prille begin van de coronacrisis initiatieven om sportverenigingen te ondersteunen. Meest in het oog springend is het bedrag van 110 miljoen euro, waarmee Martin van Rijn, minister van Sport, op 1 mei over de brug kwam. Afhankelijk van de uitkomsten van het verenigingsonderzoek van het Mulier Instituut (zie pagina 14 en 15) beziet het ministerie of aanvullende maatregelen nodig zijn.
Bovendien: sommige zaken lopen wellicht vertraging op, andere komen juist in een versnelling. Staps: “Neem het deelakkoord ‘Vaardig in bewegen’. We weten uit onderzoek van NOC*NSF dat juist de jeugd minder is gaan sporten en bewegen als gevolg van de intelligente lockdown. Anderzijds mocht de jeugd als eerste weer gaan sporten. Weliswaar in de buitenlucht en met het voorbehoud dat tieners anderhalve meter afstand in acht nemen. Daardoor moesten diverse takken van sport nadenken over nieuwe trainingsvormen, en juist dat biedt kansen voor het motorisch vaardiger maken van de jeugd. Want als judo in traditionele vorm even niet kan, ligt er een enorme kans om via diverse trainingsvormen de jeugd breed motorisch te scholen. Datzelfde geldt voor het verduurzamen van de accommodatie. Als die voorlopig dan toch is gesloten, is dat dan juist geen goed moment om te gaan verbouwen?”
Herstart Het nieuwe sportregime voor de jeugd zal de komende tijd langzaamaan ook voor andere doelgroepen gaan gelden. Drukke tijden dus, wat veel vraagt van het organisatievermogen van sportaanbieders. Staps benadrukt dat de ontstane lokale netwerken juist nu de meerwaarde van de sportakkoorden laten zien. Partijen hebben sneller leren schakelen, ook op landelijk niveau. “Bijvoorbeeld bij het tot stand brengen van een steunpakket voor de sport [zie kader, LJL] en het opstellen van protocollen bij de herstart van trainingen voor de jeugd. En de herstart van de jeugd leidt er niet alleen toe dat we als VWS schakelen met NOC*NSF en VSG, maar ook dat we in contact staan met Jantje Beton, de Cruyff Foundation en de Krajicek Foundation, die nadrukkelijk kunnen bijdragen in het sport- en spelaanbod voor de jeugd. Ik denk dat deze aanpak de komende maanden ook kan gelden voor andere doelgroepen, als hen ook weer wordt toegestaan om georganiseerd te gaan sporten.”
Eyeopeners Lenselink ziet verder een aantal ontwikkelingen die wel eens als eyeopener kunnen gaan dienen. Als kinderen niet binnen mogen gymmen, biedt dat een uitgelezen mogelijkheid om de banden tussen school en sportvereniging aan te halen. “De hockeybond heeft al aangeboden clubhuizen te gebruiken als leslokalen. Fitheid en weerbaarheid spelen bij de preventie van corona een grote rol, dat vergroot de urgentie voor een gezonde leefstijl. Ik ben ook blij met de inzet van onze Lokale Adviseurs Sport. Hun focus op lokale sportakkoorden is binnen een mum van tijd veranderd in een primaire focus op de coronaproblematiek. Zie ook het videobellen dat we met z’n allen hebben omarmd en de webinars die georganiseerd worden. Allemaal nieuwe mogelijkheden om onze verenigingsadvisering vorm mee te geven.”
De landelijke steun van 110 miljoen euro biedt naar verwachting veel soelaas. 90 miljoen van het totaalbedrag is bedoeld voor de gemeenten die over een periode van drie maanden sportverenigingen geen huur zullen berekenen. 20 miljoen is bestemd voor sportverenigingen met een eigen accommodatie die een eenmalige tegemoetkoming van 2.500 euro kunnen krijgen. Ook wordt verenigingen uitstel verleend voor het betalen van lokale belastingen en hebben banken in overleg met Stichting Waarborgfonds Sport laten weten dat aflossingen tot zes maanden uitgesteld kunnen worden. Deze regelingen komen boven op de tegemoetkoming van 4.000 euro die sportorganisaties kunnen krijgen in het kader van de beleidsregel Tegemoetkoming Ondernemers Getroffen Sectoren. Er zijn daarnaast gemeenten die eigen maatregelen hebben getroffen.
“Fitheid en weerbaarheid spelen bij de preventie van corona een grote rol”
enigingen, want daar ging het toch om: ander aanbod creëren, nieuwe doelgroepen binnenhalen. Noodgedwongen moeten we de sport nu opnieuw inrichten. Dan behoud je natuurlijk wat goed is, maar durf ook los te laten wat verbetering nodig heeft.”
Erik Lenselink
Toekomstbestendig? De sportakkoorden én de coronacrisis zouden dus wel eens kunnen zorgen voor een duurzame verandering van de sportinfrastructuur. Gaan we dat ook terugzien in toekomstig landelijk beleid? Staps: “Er is in ieder geval besloten om het uitvoeringsbudget voor de lokale sportakkoorden met een jaar te verlengen. Dat is goed nieuws. Dit extra uitvoeringsjaar geeft partijen de kans de vertraging die her en der is opgelopen als gevolg van de coronamaatregelen, weer in te lopen. Want we willen immers allemaal dat de sport meer inclusief wordt, het sportklimaat verder verbetert en kinderen vaardiger worden in bewegen. Hoe het er na 2021 gaat uitzien, is nog niet duidelijk. Met alle partijen monitoren we zorgvuldig de voortgang van de sportakkoorden en die kennis benutten we om het beleid voor de volgende cyclus vorm te geven.” FOTO: NOC*NSF
akkoord. Het verhaal was al niet ‘creëer een stapel papier’, maar ‘creëer een netwerk tussen organisaties, sectoren en mensen’.”
Ook op lokaal niveau komen overheden in actie. Sportraad Amsterdam presenteerde al op 24 maart de uitkomsten van een enquête onder Amsterdamse sportaanbieders, van wie er meer dan honderd reageerden. Een groot deel maakte zich toen al ernstig zorgen over de gevolgen van corona voor de sport. Lasten lopen immers gewoon door, terwijl de inkomsten uit sportdeelname en horeca per direct zijn weggevallen. De groep sportondernemers met gemakkelijk opzegbare abonnementen wordt het hardst geraakt, en ook de verenigingen met eigen horeca hebben het zwaar nu juist de meest lucratieve tijd van het jaar zou aanbreken. Een van de suggesties van Sportraad Amsterdam aan de gemeente werd meteen overgenomen door het gemeentebestuur. De huurverhoging die per 1 augustus zou ingaan, wordt uitgesteld tot 1 januari.
Daarnaast bieden de landelijke verkiezingen van 2021 en de gemeentelijke van 2022 volop kansen om de waarde van sport en het belang van de sportakkoorden nog eens extra te benadrukken.
•
“Dat het gelukt is om binnen een week de sport weer op te starten voor de jeugd, daar hebben de lokale sportakkoorden zeker aan bijgedragen”
De Jeu: “Misschien herontdekken we de kracht van de sportverenigingen nu ten volle. Sommige verenigingen hikken er nu tegenaan dat ze hun basis niet op orde hebben, dat ze wel een paar weken nodig hebben om goed op te starten. Dat is een bevestiging van het belang van de pijler ‘Vitale sport- en beweegaanbieders’. En: Gaan we in de zomer onze sportaccommodaties openhouden? Een enorme kans voor veel ver-
FOTO: MINISTERIE VAN VWS
Joëlle Staps
40
Sport&Strategie
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
“We kijken niet naar wat er niet kan, maar vooral naar wat er wel kan” Hoe vergaat het tijdens de coronacrisis de organisaties die zich inzetten voor mensen met een handicap of aandoening? Hun doelgroepen zijn in deze tijd extra kwetsbaar en dat baart zorgen. Aan het woord Nike Boor van het Fonds Gehandicaptensport, Minke Booij van Spieren voor Spieren en Bas van de Goor van de naar hem vernoemde foundation. Juist in deze tijd komt het aan op hun inzet en rechten ze de rug. DOOR HANS KLIPPUS
Fonds Gehandicaptensport
“Zonder sport wanen veel mensen zich in een uitzichtloze situatie” “De situatie is schrijnend”, zegt Nike Boor, directeur van het Fonds Gehandicaptensport, over zijn doelgroep, mensen met een beperking. “Het is voor valide mensen momenteel al lastig om te sporten en te bewegen, maar voor deze groep is het extra moeilijk, of zelfs onmogelijk. Mensen met een handicap hebben vaak fysieke hulp van een trainer of begeleider nodig, maar die kan met de restricties van de overheid in deze periode niet worden geboden.” Het zou misschien wel kunnen met beschermingsmiddelen, maar die zijn, constateert Boor, meestal erg kostbaar voor deze categorie of niet voorradig. “Het komt er dus eigenlijk op neer dat veel mensen met een beperking niet zullen kunnen sporten en bewegen zolang er geen vaccin tegen het coronavirus is. Dat is helaas de harde realiteit.”
Uniek Sporten De coronacrisis komt voor het Fonds Gehandicaptensport net op een moment dat het vernieuwende initiatief Uniek Sporten heel goed draaide. Via dat onlineplatform worden mensen met een handicap geholpen om een voor hen geschikte sport te vinden en kunnen zij zien waar ze die in hun buurt kunnen beoefenen. Sportaanbieders kunnen zich bekendmaken op de site. Ook worden allerhande tips gegeven over sporten met een beperking. Sinds de start, nu anderhalf jaar geleden, heeft Uniek Sporten naar schatting al 50.000 ‘nieuwelingen’ aan het bewegen gekregen. Door de coronamaatregelen loopt die opmars nu een fikse stagnatie op. Boor: “Maar ik ben wel blij dat Uniek Sporten in de lucht is, want via dat platform kunnen we in deze tijd veel mensen bereiken.”
Blok aan het been
Wat het vooral belangrijk maakt om met alle beschikbare middelen zo veel mogelijk mensen met een beperking aan het bewegen te krijgen en te houden, is het gegeven dat sport velen uit hun isolement trekt. Boor wijst wat dat betreft op een alarmerend gegeven: eenzaamheid komt bij 37 procent van mensen met een handicap voor, tegen elf procent bij valide mensen. “Dat betekent dat mensen zich zonder sport in een uitzichtloze situatie wanen. Veel mensen met een handicap beschouwen zich als een blok aan het been van anderen en dat gevoel zal in deze periode waarschijnlijk alleen maar worden versterkt.”
De directeur verwacht dat zijn sportfonds dit jaar minstens een miljoen euro aan donaties zal mislopen, omdat geplande evenementen en bijeenkomsten – zoals de Invictus Games in Den Haag en de start van de Vuelta in Utrecht, waarbij het fonds als goede doel was gekozen – zijn afgelast. Onzeker is nog of het jaarlijkse grote gala van de stichting in de Johan Cruijff ArenA kan doorgaan. Dat is meestal in oktober of november. “De precieze datum is afhankelijk van de thuiswedstrijden van Ajax. Normaal wisten we rond deze tijd wanneer het gala zou worden gehouden. Ook weten we niet welke beperkingen dan nog van kracht zijn en hoe onze partners er straks voor staan.”
ParaPaard Corona Noodfonds Een delegatie van het Fonds Gehandicaptensport had deze maand in Den Haag een al geplande parlementaire lunch met vertegenwoordigers van politieke partijen om steun en aandacht te vragen voor Uniek Sporten en de gehandicaptensport een plek in de verkiezingsprogramma’s te bezorgen. Uiteraard werd ook gesproken over de actuele situatie van gehandicapten die massaal niet kunnen
Het Fonds Gehandicaptensport verkeert gelukkig niet in acute financiële nood, meldt Boor. “We zijn gezond en kunnen al onze verplichtingen voor dit jaar nakomen. Dat is al heel mooi.” Het fonds heeft een continuïteitsvermogen van 1,2 miljoen euro en Boor gaat ervan uit dat er zo’n 80.000 euro wordt verkregen uit de noodhulp van de overheid voor bedrijven en instellingen.
bijna geen reserves meer en zullen we voorzichtiger moeten zijn met het aangaan van verplichtingen. De sportbonden waarbij ook de mensen met een beperking zijn aangesloten, hebben ook zo hun problemen en ik denk niet dat de gehandicaptensport bovenaan de prioriteitenlijstjes staat.”
Tik ’n euro Ook de jaarlijkse collecteweek, meestal begin april, kon geen doorgang vinden. Dat was niet alleen een grote aderlating voor het Fonds Gehandicaptensport zelf, maar ook voor de verenigingen die de collectanten leveren. Zij mogen altijd de helft van de opbrengst houden.
“Veel mensen met een beperking zullen niet kunnen sporten en bewegen zolang er geen vaccin tegen het coronavirus is. Dat is helaas de harde realiteit” Nike Boor
FOTO: FONDS GEHANDICAPTENSPORT
Dat wil niet zeggen dat Boor en zijn Fonds Gehandicaptensport bij de pakken neerzitten. “We zijn positief ingesteld en rechten onze rug. We zijn ook gewend om soms ingewikkelde zaken op te lossen.” Zo wordt er hard gewerkt aan het digitaal ter beschikking stellen van personal trainers aan mensen met een beperking en het aanbieden van hulpmiddelen om het sporten en bewegen thuis makkelijker te maken.
sporten. Vanuit de politiek hoopt Boor op financiële steun om versneld de genoemde innovaties met de personal trainers en de hulpmiddelen te kunnen aanbieden.
Er kan zelfs enige financiële steun worden verleend aan specifieke maneges voor berijders met een handicap. Omdat de activiteiten daar nu helemaal stilliggen, heerst er hier en daar hoge nood en kan er in de meest schrijnende gevallen zelfs geen voer voor de paarden worden gekocht. Daarvoor is het ‘ParaPaard Corona Noodfonds’ in het leven geroepen, waarmee per manege een eenmalige bijdrage van maximaal duizend euro kan worden verkregen. “We proberen te helpen waar we kunnen”, aldus Boor. Met ongerustheid kijkt hij naar volgend jaar. Wat als het virus ook in 2021 nog voor problemen zorgt? “Dan hebben we
Er werd uiteindelijk toch nog gecollecteerd, op alternatieve wijze en kleinschaliger. Via de actie ‘Tik ’n euro’ werd digitaal om een donatie gevraagd. Dat leverde uiteindelijk nog een mooi bedrag op van 130.000 euro, veel media-aandacht en ondersteuning van partners en sporters. Doorgaans brengt de collecte ongeveer een half miljoen op. “Daar gaan we niet over klagen. Er zijn in deze tijd urgentere problemen”, zegt Boor. “Tik ’n euro is in anderhalve week op poten gezet en blijkt als een sympathieke actie te worden gezien. Ook als straks hopelijk alles weer normaal is, kunnen we ermee doorgaan. Het is waarschijnlijk een blijvertje.”
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
41
Spieren voor Spieren
“De levenslust van de kinderen helpt ons op moeilijke momenten”
Daarbij worden Booij, voormalig aanvoerster van het Nederlands hockeyteam, en haar collega’s aangemoedigd door het optimisme dat de groep waarvoor de stichting zich sinds 1998 inzet, namelijk kinderen met een spierziekte, bij uitstek uitstraalt. “De kinderen hebben een ongelooflijke levenslust. Dat blijkt ook uit de filmpjes en reacties die we krijgen. Die helpen mij zelf ook echt op de moeilijke momenten die ik soms heb.”
Trap voor Trap Het valt ook niet mee – alle evenementen en acties die door of voor de stichting worden georganiseerd, kunnen momenteel niet doorgaan. Dat zijn er in een jaar wel 300, van heel groot tot klein. Dus ook geen Spieren voor Spieren Gala, dat elke keer veel mensen op de been brengt,
“Mensen willen elkaar helpen. Dat zagen we voor de crisis, en dat zien we nu”
grote donaties oplevert en in 2020 voor 4 april gepland stond. Geen zwemtocht van Den Helder naar Texel op 20 juni en ook niet een van de nieuwe initiatieven, Trap voor Trap. Mensen zouden geld inzamelen door in de voetbalstadions van AZ en PSV een parcours af te leggen over het veld, de tribunes en door de kleedkamers.
Minke Booij
Wat kan er nu nog wel? Booij: “In een crisis zoals deze hebben we elkaar nodig. Daarom verbinden we onze doelgroepen. De kinderen en hun gezinnen, maar ook de artsen, de onderzoekers en onze gevers. Mensen willen elkaar helpen. Dat zagen we voor de crisis, en dat zien we nu. We willen iedereen een hart onder de riem steken, laten weten dat we aan ze denken. Er zijn bedrijven die het ongelooflijk zwaar hebben. Maar ook een kind aan de beademing is nu extra kwetsbaar.”
Onlinebingo’s Louis van Gaal, samen met zijn vrouw Truus ere-ambassadeur van Spieren voor Spieren, en hoofdambassadeur Sven Kramer spraken inspirerende boodschappen in voor alle gevers. Naar alle onderzoekers en
FOTO: SPIEREN VOOR SPIEREN
“Dit is natuurlijk geen goed jaar”, zegt Minke Booij, directeur van Spieren voor Spieren. “Maar we kijken niet naar wat er niet kan, maar vooral naar wat er wel kan. We zijn mede opgericht door topsporters en in de topsport is opgeven geen optie. Die mentaliteit zit in ons DNA. Dus blijven we samen strijdbaar.”
medici die aan Spieren voor Spieren verbonden zijn, is een brief gestuurd. “Daarnaast organiseren we onlinebingo’s”, vertelt Booij. “Zo blijven we op een leuke manier in contact met de gezinnen.” Er werd midden in de coronacrisis ook een naam van een nieuwe ambassadeur bekendgemaakt: voetbalster en OranjeLeeuwin Dominique Bloodworth.
Spieren voor Spieren heeft haar volgers laten weten dat het voortbestaan van de stichting door de crisis niet in gevaar is, dat de lopende bestedingen gewaarborgd zijn en er zelfs geld beschikbaar is om nieuwe projecten te steunen. Booij: “We zijn financieel heel gezond, hebben voldoende reserves en een brede basis opgebouwd van trouwe gevers. Wel zijn we gedwongen om versneld naar de toekomst te kijken. Wat als het virus ook in 2021 het leven nog beïnvloedt? We blijven in de tussentijd binnen de richtlijnen van het RIVM fondsen werven en mensen enthousiast maken voor ons goede doel. Er is nog steeds ontzettend veel animo om iets te doen. Onze missie is om alle spierziekten bij kinderen te verslaan. En dat gaat ons lukken.”
Bas van de Goor Foundation
“De coronacrisis laat ons zeker niet ongemoeid”, vertelt Bas van de Goor, oprichter en directeur van de naar hem vernoemde foundation. “We zijn voor een groot deel een soort evenementenbureau. We organiseren het hele jaar door kinderkampen, sportdagen en clinics, en dat kan nu dus niet. Tot na de zomer is onze kalender leeg.” Dat wil niet zeggen dat Van de Goor en zijn mensen, die zich dagelijks inzetten om mensen met diabetes aan het bewegen te krijgen, stilzitten. “We hebben wel even de teleurstelling moeten verwerken, maar nu zijn de mouwen weer opgestroopt. Misschien zijn we zelfs nog wel met meer energie bezig dan normaal. Zo’n periode geeft ook de gelegenheid om eens op een andere manier tegen zaken aan te kijken en nieuwe dingen te verzinnen.” Van de Goor wijst op zijn achtergrond als topsporter. “In mijn sport volleybal is het gebruikelijk dat je wordt geblokkeerd”, aldus de olympisch kampioen van 1996. “Als er aan de andere kant van het net ineens een Rus van 2 meter 17 tegenover je staat, dan moet je iets anders verzinnen om die bal langs hem te krijgen. Ook in deze situatie ervaren we onverwachte tegenstand. Dat vraagt om extra creativiteit. Dat kost misschien meer moeite en meer werk, maar we blijven mensen met diabetes helpen.”
FOTO’S: BAS VAN DE GOOR FOUNDATION/CC RONALD HOOGENDOORN
“Verandering van leefstijl komt nu hoger op de agenda. En dat is ons werk” natief wordt de mensen gevraagd weliswaar individueel te gaan wandelen, maar wel tegelijkertijd op 14 november, zodat er toch een soort gemeenschappelijke challenge ontstaat. Ook biedt de foundation online een wandelprogramma aan, ‘Jouw wandeluitdaging’, dat op ieders niveau en mogelijkheden wordt aangepast.
Positief
Nationale Diabetes Challenge Een voorbeeld is de door de Bas van de Goor Foundation opgezette, zeer populaire Nationale Diabetes Challenge. Die vindt nu op een andere wijze plaats. Normaal wandelen groepen mensen, met of zonder diabetes, in een periode van vier à vijf maanden één keer in de week onder begeleiding van deskundigen uit de zorg, welzijn of sport. De feestelijke afsluiting
is dan gezamenlijk op één plek. In 2019 was die in Den Haag en deden er 5.000 wandelaars mee. Dit jaar zou de slotmanifestatie op 26 september in Tilburg zijn. Die werd eerst met anderhalve maand uitgesteld – naar 14 november, tevens werelddiabetesdag – maar al snel werd duidelijk dat het op die dag ook niet mogelijk zou zijn. Als alter-
“De coronacrisis laat ons zeker niet ongemoeid. Tot na de zomer is onze kalender leeg” Bas van de Goor
Uiteraard maakt Van de Goor zich zorgen om zijn achterban, die onmiskenbaar tot de kwetsbare groeperingen behoort. Hoewel de foundation geen zorginstelling is, probeert ze zo veel mogelijk steun te bieden en vragen te beantwoorden. Van de Goor: “Iemand met diabetes heeft reguliere zorg, maar die kan onder de huidige omstandigheden niet altijd worden verstrekt. Dat zorgt voor angst en onrust onder de mensen.” De voormalige volleyballer voorziet dat er uit de crisis ook iets positiefs kan ontstaan. “Verandering van leefstijl zal hoger op de politieke agenda komen te staan. De helft van de Nederlanders heeft overgewicht. Als door de COVID-19-situatie vijf procent van de mensen met diabetes aan de slag wil gaan met zijn leefstijl, dan is dat al een enorme groep. Graag helpen we hen daarmee, want dat is ons werk.”
•
42
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
Sport&Strategie
“Juist nu kunnen sportverenigingen zich van hun beste, verbindende kant laten zien” Jet Bussemaker over de benarde maatschappelijke positie van ouderen “Nee, ik ben niet bang dat er door het coronavirus nu ineens heel anders naar ouderen gekeken zal worden. Of dat ze gemeden gaan worden alsof ze de pest hebben. Het virus drukt ons met de neus op het feit dat niet alles maakbaar is, dat het leven eindig is. Maar dat het een wig zal drijven tussen jong en oud, gezond en ziek, gaat er bij mij niet in. Ik hoop juist op een nieuw besef van solidariteit en harmonie. Een besef bij jong en oud dat we elkaar nodig hebben en naar elkaar moeten omzien.” DOOR FRANS OOSTERWIJK
“Ik geloof heel erg in sociale veerkracht, van mensen individueel, maar ook van Nederland als samenleving. Maar we moeten er wel over nadenken hoe we die veerkracht vormgeven. Hoe bestrijden we, tijdens en na de crisis, de eenzaamheid onder ouderen? Hoe brengen we mensen op nieuwe manieren met elkaar in contact? Dat denkwerk heeft ook een pijnlijke kant. We moeten nadenken over de kwaliteit van leven versus de lengte van het leven. Over sterfelijkheid en de keuzes die je als oudere nog wilt maken.”
De derde levensfase Op 14 januari jongstleden, vlak voor het uitbreken van de corona-epidemie, bracht de RVS op eigen initiatief (de Raad kan door het kabinet of de Eerste en Tweede Kamer om advies worden gevraagd, maar ook ongevraagd adviseren) een rapport uit over de maatschappelijke positie van ouderen, getiteld De derde levensfase: het geschenk van de eeuw (zie https://www.raadrvs. nl/documenten/publicaties/2020/01/08/de-derde-levensfase-het-geschenk-van-de-eeuw).
“Het viel ons op dat vergrijzing in de meeste beleidsverhalen, van overheden, woningcorporaties, sportverenigingen of welke organisaties en instellingen dan ook, vooral als probleem wordt gezien”, licht Bussemaker de achtergrond van het advies toe. “Als mensen met pensioen gaan, worden ze ineens als oud beschouwd en over één kam geschoren. Terwijl er heel veel verschillen zijn tussen ouderen. Financieel, in sociaaleconomisch opzicht, in levensfase en levenskwaliteit, in gezondheid, in wat je wel en niet kan.”
“Ik geloof heel erg in sociale veerkracht, van mensen individueel, maar ook van Nederland als samenleving” Jet Bussemaker
FOTO: HOLLANDSE HOOGTE/BERT BEELEN
Aan het woord is Jet Bussemaker (59), in het verleden namens de PvdA staatssecretaris van VWS (2007-2010) en minister van OCW (2012-2017). Tegenwoordig is zij hoogleraar Wetenschap, beleid en maatschappelijke impact, in het bijzonder in de zorg in Leiden en voorzitter van de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving.
WWW.SPORTENSTRATEGIE.NL
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
43
over wat je wel of niet zou willen, en wie namens jou beslissingen mag nemen als je het zelf niet meer kunt. Tot welke prijs wil je in leven gehouden worden? Wil je wel of niet gereanimeerd worden? Of op een IC worden opgenomen, in de wetenschap dat dit gepaard kan gaan met nieuwe klachten en langdurig herstel? Op het moment dat zoiets zich voordoet, ben je te laat. Het coronavirus dwingt ons hierover meer bewustzijn te creëren en beter na te denken over ouderdom en de waardigheid van leven en sterven.”
Buurtsportcoach voor ouderen Het RVS-advies is een uitstekende en zorgvuldig uitgewerkte analyse van de positie van ouderen. Het is bijna onmogelijk om je niet in de aanbevelingen te kunnen vinden. Door het coronavirus lijkt het alleen in een ander daglicht komen te staan. Het zijn immers vooral ouderen die worden getroffen door het virus; virologen verwachten in de toekomst vaker van dit soort virussen. De groep politici, ondernemers en talkshowgasten die het liefst een hek om (kwetsbare) zestig- en zeventigplussers zet of hen wil weghouden uit het openbare leven, groeit met de dag.
“Gemiddeld genomen worden we in Nederland steeds ouder en blijven we langer gezond. De levensverwachting voor vrouwen is 83 jaar, voor mannen is dat 80 jaar. In ons rapport stellen we vast dat er vaak nog een lange periode is tussen het moment van met pensioen gaan en de leeftijd waarop mensen kwetsbaar worden en zorg nodig hebben. Vroeger waren mensen op het moment van pensionering vaak oud en versleten en hadden ze vooral behoefte aan rust. Dat beeld klopt niet meer. Veel gepensioneerden willen en doen nog van alles en kunnen nog jaren mee. Die periode hebben we de derde levensfase genoemd. Menselijk en maatschappelijk gezien is die levensfase een groot cadeau, vandaar de titel. Alleen zijn we er als samenleving niet goed in om dat cadeau uit te pakken. Met ons rapport willen we politiek, zorg, woningbouw, sport, cultuur en al die andere sectoren bewuster maken dat er een grote groep ouderen is die graag met de samenleving verbonden blijft en dat we die groep niet al te snel moeten afschrijven.”
Maatschappelijke verantwoordelijkheid In 2018 telde Nederland 2,4 miljoen mensen in de leeftijd van 65 tot 80 jaar, in 2040 zijn dat er 3,2 miljoen. Alleen al vanwege het kwantitatieve aspect, de alsmaar uitdijende groep van mensen in de derde levensfase, moet deze fase niet langer als een individuele, maar maatschappelijke verantwoordelijkheid wordt gezien, aldus de RVS. In het rapport wordt dan ook een beroep gedaan op maatschappelijke organisaties en instellingen om de mogelijkheden voor een zinvolle invulling van die derde levensfase te verruimen. Verzilver het maatschappelijk potentieel van deze groep, is de voornaamste aanbeveling. Bussemaker: “In deze levensfase is er voor mensen vaak geen noodzaak meer om inkomen te vergaren. Er is meer tijd voor vrienden en familie, voor hobby’s, reizen en culturele activiteiten. En er ontstaat ruimte voor een nieuwe maatschappelijke rol. Bijvoorbeeld door op de kleinkinderen te passen, als mantelzorger actief te zijn, of als vrijwilliger of bestuurder bij een sportvereniging of cultuurorganisatie. Veel zestigers, zeventigers, en zelfs tachtigers, zijn nog ongelooflijk vitaal. Ze willen van betekenis zijn, voor anderen, voor de samenleving.”
Behoud van autonomie Zo kunnen deze jonge ouderen een belangrijke bijdrage leveren aan de oplossing van maatschappelijke kwesties, zoals woningnood en de krapte op de arbeidsmarkt in zorg en onderwijs, aldus Bussemaker. “Maar dat kan alleen als de maatschappij zich hiervoor openstelt. Bijvoorbeeld door drempels weg te nemen voor langer doorwerken, voor groepswonen en zorgcoöperaties die door henzelf worden gerund. We pleiten voor een generatiebewust, interdepartementaal overheidsbeleid. Hoe beter dat beleid wordt afgestemd op de wensen en behoeften van ouderen zelf, hoe langer ze een betekenisvolle, maatschappelijke rol kunnen blijven spelen.” Dat de maatschappij financieel gezien zelf ook beter af is met ouderen die zo lang mogelijk een vitaal en zelfstandig bestaan kunnen leiden, is bij het uitbrengen van het advies geen overweging geweest. “Het gaat erom ouderen te zien als burgers die zelf kunnen bepalen wat ze belangrijk vinden en ze, met behoud van autonomie, zo lang mogelijk van die derde levensfase te laten genieten. Veel ouderen willen niet alleen fit en zelfstandig blijven, maar hebben ook sociale behoeftes. Dat
FOTO: ANP FOTO/CC WERRY CRONE
Groot cadeau
kan een kaartclub zijn, een gymnastiek-, bibliotheek-, of leesclub, maakt niet uit. Wij zeggen: niets hoeft, alles mag. En met enige zorg en ondersteuning, met name als de vierde levensfase aanbreekt en kwetsbaarheid en afhankelijkheid groter worden, kán ook bijna alles.”
Levenstestament De derde levensfase is niet voor iedereen een geschenk, dat weet Bussemaker ook wel. Ouder worden gaat ook gepaard met verlies, verdriet en pijn. “Met name voor mensen met financiële zorgen of gezondheidsproblemen is het soms moeilijk aan de jaren na het pensioen een goede invulling te geven. Ook het verlies van professionele identiteit kan problematisch zijn, zeker voor wie moeite heeft een nieuwe rol te vinden.” Om mensen in staat te stellen zich beter op die derde levensfase voor te bereiden, roept de RVS werkgevers op tot meer pensioenbewustzijn. Bussemaker: “Ga tijdig met oudere werknemers in gesprek, bereid ze voor op de periode na hun werkend leven. De een wil misschien blijven werken, in deeltijd; de ander is bang in een zwart gat te vallen en wil zich al voordat hij met pensioen gaat maatschappelijk oriënteren. Maak dat mogelijk, begeleid hen daarin.” Dat pensioenbewustzijn mag uiteraard ook van werknemers zelf worden verwacht. “Door bijtijds op zoek te gaan naar activiteiten die aansluiten bij de eigen wensen, talenten en behoeften, vergroot je je perspectief. Denk na over wat je zou willen als je de AOW-leeftijd bereikt, en leg dat naast je mogelijkheden.” Ook adviseert de RVS ouderen om na te denken over een ‘levenstestament’ of ‘behandelpaspoort’. “Dat testament gaat niet over de goederen die je nalaat, maar
“Vroeger waren mensen op het moment van pensionering vaak oud en versleten. Dat beeld klopt niet meer” Jet Bussemaker
De vraag is dus of ouderen, hoe gezond en vitaal ook, nog wel zo welkom zullen zijn – als sporter, maar ook als vrijwilliger of bestuurder – bij sportverenigingen, hoe groot daar de behoefte aan ‘extra handjes’ ook mag zijn. Nederland telt zo’n 25.000 sportverenigingen, die voor het merendeel worden gerund door vrijwilligers die overdag zelf werken en geen tijd hebben om dan voor hun club in actie te komen. Daarom staan veel accommodaties overdag ook leeg: er is niemand om toezicht te houden. Die taak zou door ouderen verricht kunnen worden. Maar willen verenigingen dat in het coronatijdperk nog wel? Ouderen gelden immers als risicogroep, die makkelijk in gevaar kan worden gebracht en als mogelijke infectiehaard anderen in gevaar kan brengen. Zo dreigt het beeld van de fiere, zelfbewuste senior, zoals uitgedragen door de RVS, plaats te maken voor de zorgelijker realiteit van ouderen die terechtkomen in een spiraal van isolatie en vereenzaming. Juist nu kunnen sportverenigingen zich van hun beste, verbindende kant laten zien, reageert Bussemaker. “Betrek ouderen bij je club, haal ze naar je toe. Gelukkig gebeurt dat ook al volop. Door de introductie van sporten als walking football, walking tennis en walking hockey dragen verenigingen al veel bij aan de fysieke en sociale fitheid van ouderen. Het is belangrijk dat ze dat blijven doen en daarin worden ondersteund. Zo ben ik er nog steeds trots op dat ik in 2007 als staatssecretaris van VWS de buurtsportcoach heb ingesteld. In de meeste buurten en wijken wordt die coach vooral voor jongeren gebruikt, om onderwijs en sportvereniging te verbinden, maar hij kan in het kader van sociale cohesie en het bestrijden van eenzaamheid ook heel goed ingezet worden voor ouderen. Een buurtsportcoach voor ouderen – dat idee staat niet bij onze aanbevelingen, maar had er bij prima in gepast.” Die buurtsportcoach zou ook kunnen worden ingezet om ouderen die uit angst voor het virus of voor scheve gezichten bij club of sportschool, het contact met anderen mijden en uit arren moede maar binnen blijven, over de streep te trekken. “Sport en bewegen is zo belangrijk voor ieders gezondheid en welbevinden. Het zou afschuwelijk zijn als mensen om die reden afhaken. In tijden van corona moeten we zeker ook kijken naar wat er wél mogelijk is. Het vereist maatwerk om ook potentieel kwetsbare ouderen kwaliteit van leven te blijven bieden.” En ook buiten sportschool en vereniging kunnen sportmogelijkheden voor ouderen worden gecreëerd! “Laten woningbouwcorporaties en gemeenten nadenken over hoe je in wijken niet alleen een Cruyff Court kunt maken, maar ook een speelterrein voor Golden Sports, zoals knotshockey of tai chi”, haalt Bussemaker een aanbeveling uit het advies aan. “Zo combineer je meerdere doelen. De ene senior zal er komen voor het sportieve of sociale aspect, de ander om mee te doen als vrijwilliger of regelaar.”
•
Sport&Strategie
MEI • JUNI 2020 // JAARGANG 14 // DUBBELEDITIE 2 & 3
SPORTGESCHIEDENIS…
Column
Buitenkans voor wetenschappers Jurryt van de Vooren is medewerker van dit tijdschrift, dus wat ik hier schrijf, kan vooringenomen en subjectief overkomen. Dat risico neem ik dan maar, want het zou onterecht zijn hem te negeren vanwege zijn schrijfactiviteiten voor Sport & Strategie. Van de Vooren publiceerde dit voorjaar een fascinerend boek: BERT WAGENDORP Door Wilskracht Zegevieren. Sport in de Tweede Wereldoorlog. Geschreven met het oog op de festiviteiten rond de 75ste herdenking van het einde van de Tweede Wereldoorlog, maar het zou jammer zijn als het daardoor na 5 mei uit de aandacht zou verdwijnen. In het boek laat Van de Vooren zien hoe sport ook in tijdens van crisis een genadeloze spiegel van de samenleving is en daarnaast wat sport in essentie is: een vlucht uit de harde werkelijkheid. Tijdens de oorlog was er een sterke groei van het aantal sportbeoefenaars (met name in het turnen) en sportwedstrijden bleven onverminderd populair, ook als een bezoek aan de tribunes mogelijk levensgevaar met zich meebracht. Sport, zo laat Van Vooren zien, is onlosmakelijk verbonden met maatschappelijke ontwikkelingen. En dat niet alleen: het is een kraakheldere illustratie van die ontwikkelingen, van de tijdgeest en de mentale gesteldheid van de bevolking in ellendige tijden. Sport was voor gezaghebbers, in dit geval Duitse, een middel om controle uit te oefenen en een suggestie van normaliteit in stand te houden. De geschiedenis van sport in de oorlog is veel méér dan een geschiedenis van sport in de oorlog. Het laat zien wie wij waren, in de bezettingsjaren. Dat is niet altijd een aangenaam beeld, maar daarom niet minder waar. Sporthistorie verzamelt de feiten, sportsociologie en sportfilosofie interpreteren die en onderzoeken de implicaties. Er is in Nederland één hoogleraar Sportgeschiedenis: Marjet Derks van de Radboud Universiteit in Nijmegen. In Groningen hebben ze een hoogleraar Sporteconomie (Ruud Koning) en in Amsterdam een bijzonder hoogleraar Sportsociologie (Rámon Spaaij). Universiteit Utrecht kent het ‘focusgebied’ Sport & Society, een samenwerkingsverband van verschillende disciplines waarbinnen onder anderen Maarten van Bottenburg en Frank van Eekeren actief zijn. De verst ontwikkelde discipline binnen het Nederlands academisch sportonderzoek is vermoedelijk die van de sportfilosofie. Martine Prange is hoogleraar Filosofie van Mens, Cultuur en Samenleving in Tilburg, Ivo van Hilvoorde is al jarenlang actief aan de VU en ook aan andere universiteiten timmeren jonge sportfilosofen aan de weg. Onderzoek naar de rol van sport in de samenleving wint in academische kring aan belangstelling, al is het nog altijd mondjesmaat. Binnen de entertainmentsector is sport wereldwijd de belangrijkste poot, economisch gezien is het een miljardenindustrie en miljoenen mensen verdienen er hun brood mee – van wie een kleine minderheid als profsporter. Sport wordt gebruikt en vooral misbruikt voor politieke doelen; er zijn weinig andere activiteiten die zo veel mensen met elkaar kunnen verbinden – het modewoord van deze tijd. En dan duikt er een virus op dat de sport stillegt. Er wordt niet meer gevoetbald, alle wielerkoersen worden afgelast en wat tot voor kort ondenkbaar was, voltrekt zich ook: de Olympische Spelen worden met een jaar uitgesteld. Dat is vervelend voor de liefhebbers, maar een buitenkans voor de wetenschappers. Wat ze ooit slechts hypothetisch konden onderzoeken – wat gebeurt er in een samenleving zónder sport? – krijgen ze nu op een presenteerblaadje aangeboden. Je kunt het belang van een maatschappelijk fenomeen niet scherper onderzoeken dan door te kijken naar wat zich voordoet als het er ineens niet meer is. History in the making. Alle facetten van sport worden ineens meetbaar. In de bestrijding van het virus groeit de roep om een multidisciplinaire aanpak. Niet alleen virologen, ook economen en psychologen alstublieft. Als het goed is, biedt het ellendige coronavirus de kans om voor eens en voor altijd de rol van sport in onze samenleving onderbouwd te definiëren. Elk nadeel heb z’n voordeel.
•
DE SPORT VOLGENS
TRIK
Geen landstitel voor Willem II vanwege pokkenuitbraak? Op Koninginnedag 1951 werden er in Tilburg enige gevallen van zwarte pokken geconstateerd. De inwoners moesten in quarantaine, dus ook de voetballers van de plaatselijke voetbalclub Willem II, die volop in de race was voor de landstitel. DOOR MICHA PETERS
In de lente van 1951 bracht “een dierenhandelaar uit Afrika het pokkenvirus mee naar Tilburg”, zo schreef De Waarheid destijds. Veel Nederlanders waren ingeënt tegen de pokken, maar lang niet iedereen. Bovendien waren veel inentingen verlopen. Zodra bekend werd dat het virus actief was, werd Tilburg van de buitenwereld afgesloten. Treinen en bussen mochten niet meer stoppen in de stad, mensen met pokken werden geïsoleerd en de bewoners werden massaal en in hoog tempo ingeënt.
FOTO: ANP FOTO/CC SPAARNESTAD PHOTO
44
HET ELFTAL VAN WILLEM II DAT EEN JAAR NA DE POKKENUITBRAAK KAMPIOEN WERD.
De isolatie, die op 30 april begon, had ook direct effect op het voetbal. Een dag eerder was Willem II afdelingskampioen geworden van de Eerste Klasse D, waarmee het zich plaatste voor de kampioenscompetitie tegen de andere afdelingskampioenen. Zo verliep de strijd om de landstitel vóór de invoering van de Eredivisie in 1956. Samen met DWS, Blauw-Wit, PSV en Heerenveen mochten de ‘Tricolores’ strijden om het landskampioenschap. Door het pokkenvirus kwam die competitie voor Willem II echter met horten en stoten op gang. De eerste wedstrijd thuis tegen Heerenveen werd uitgesteld. “Dat was ook de eerste wedstrijd die werd afgelast vanwege de coronacrisis”, aldus Roger Rossmeisl, webredacteur bij Willem II. Hij grapt: “Willem II-Heerenveen en virussen, geen goede combinatie.”
Voetbal voor en door Tilburgers Maar de Tilburgers lieten het voetbalhoofd niet hangen: ze gingen gewoon zelf wedstrijden organiseren. Nieuwsblad van het Zuiden schrijft op 12 mei: “Voetbal voor en door Tilburgers. Dat kan ook interessant worden. Vanmiddag krijgen we al een voorproefje. Sarto-RKTVV. De kampioenen van de derdeklas tegen die van de sterkste tweedeklassers. We zijn werkelijk benieuwd hoe de Sarto-lui, die aan de deur van de tweede klasse kloppen, zich in deze wedstrijd zullen houden.” Een paar dagen later speelde Willem II zelf tegen de lokale NOAD Longa Combinatie. Veel publiek kwam er niet op af. Het koude weer deed vele liefhebbers thuisblijven. Ondanks de kilte en het gebrek aan sfeer won Willem II de wedstrijd met 1-0.
Pokkenbriefje Na een kleine vier weken mocht Willem II eind mei weer meedoen aan de kampioenscompetitie. Op 27 mei trapte de club thuis af tegen PSV, dat er inmiddels al drie wedstrijden op had zitten. Het werd 2-2. Aan de afwikkeling van die wedstrijd waren scherpe voorwaarden verbonden door de KNVB en het Ministerie van Volksgezondheid. Rossmeisl: “Alleen Tilburgse supporters waren welkom. Zij moesten bij binnenkomst in het stadion een zogenaamd pokkenbriefje tonen: het bewijs van inenting tegen het pokkenvirus. Verder diende de PSV-selectie rechtstreeks vanuit de bus het Tilburgse veld te betreden en onmiddellijk na de wedstrijd weer in te stappen voor de terugreis. De spelers moesten thuis maar douchen.” Tijdens de kampioenscompetitie moesten de uitwedstrijden van Willem II worden gespeeld zonder Tilburgse supporters. Bovendien moest de club zich naar uitduels verplaatsen in een bus waarin maximaal dertig personen mochten plaatsnemen.
Oneerlijke strijd? Rossmeisl: “Onder die omstandigheden was het kampioenschap voor Willem II natuurlijk een oneerlijke strijd.” Desondanks eindigden de ‘Tricolores’ met negen punten op een verdienstelijke derde plek, achter DWS en landskampioen PSV. Maar wat zou er gebeurd zijn als die dierenhandelaar gewoon in Afrika was gebleven? De pokkenepidemie eiste uiteindelijk twee dodelijke slachtoffers. Door het resolute ingrijpen van de overheid werd het geen pandemie. Een jaar later won Willem II wél de kampioenscompetitie, en dus de landstitel.
•