5 minute read
Zomerschaak
De zomerstop is eigenlijk een idioot concept. Juist wanneer de temperatuur aangenaam begint te worden en je zeeën van tijd hebt, wil je de dingen doen die je het liefste doet. Voor steeds meer mensen is dat schaken. We zochten tijdens de lockdown massaal een leuke, nieuwe bezigheid en werden vervolgens ook nog eens verleid door het hoofdpersonage van The Queen’s Gambit, Beth Harmon. Sindsdien is schaken ‘heter’ dan ooit. Dat is ook goed te zien op zomaar een zwoele nazomeravond, op het uitpuilende terras van Proeflokaal Hooghoudt aan het Gedempte Zuiderdiep in Groningen.
DOOR: BENNO DE JONGH FOTOGRAFIE: SIESE VEENSTRA
Daar, onder de witte parasols en de bordeauxrode luifel, hebben zich even na achten zo’n vijftig schakers verzameld. De stem van indeler Kenneth klinkt over het terras: “Milan tegen Jan, Sophie tegen Taco, Johan tegen Erik-Jan…” Niet veel later zitten de schakers schouder aan schouder aan een lange rij tafels, zodanig opgesteld dat voetgangers hen gemakkelijk kunnen passeren. Niet alleen op het trottoir is het passen en meten, ook op de tafeltjes zelf is de ruimte schaars. Rondom het bord vechten de schaakklok, geslagen stukken, pakjes peuken, mobiele telefoons en glazen om een plekje op de tafelrand. De deelnemers wensen elkaar een prettige partij, de klok wordt ingedrukt en heel eventjes daalt er een stilte over het terras. Die is van korte duur, want niet veel later vallen de eerste stukken op de grond, sneuvelt er een glas en valt er een krachtterm, uitgeroepen door iemand die na negen zetten mat wordt gezet. Nu beginnen ook de schakers van wie de partij nog bezig is met elkaar te praten. Proeflokaal Hooghoudt leek heel even het decor van een klassiek schaaktoernooi, maar kruipt nu weer in de gedaante van een rumoerig terras.
Van Beginner Tot Grootmeester
Het Zuiderdiep is met zijn vele horecazaken een van de drukste straten van Groningen. In de zomermaanden is flaneren in dit deel van de stad de belangrijkste bezigheid en veel toevallige voorbijgangers steken hun liefde voor het schaakspel niet onder stoelen of banken. Twee jongens in trainingspak, die net een jointje hebben gehaald bij de naburige coffeeshop, roepen dat zij wel beschikbaar zijn mocht iemand hulp nodig hebben bij het bedenken van een goede zet. Er stijgt gelach op vanaf het terras, maar niemand maakt gebruik van het aanbod. Even later schuifelt een gezin voorbij – waarschijnlijk toeristen – en de dochters sporen hun vader aan om ook een potje te schaken. Papa moet ongetwijfeld een keer gezegd hebben dat hij goed kon schaken en hij bekijkt met aandacht een partij, maar besluit uiteindelijk samen met het gezin verder te lopen. Of hij zichzelf een afgang voor de ogen van zijn dochters wil besparen of het niveau juist te laag vindt, weten we niet. Het ligt er maar net aan of hij de partij van de grootmeester of die van een beginner heeft bekeken, het kan allebei. Het is een gemêleerd gezelschap dat afkomt op Zomerschaak. Toegegeven, mannen zijn veruit in de meerderheid, verder zien we van alles: studenten, gepensio-
De schaakscene kan voor buitenstaanders lijken op een onneembare vesting vol ontoegankelijke types die zich verliezen in een veel te gecompliceerd spel, maar Zomerschaak bewijst al jaren het tegendeel neerden, verdwaalde dammers of toeristen, clubschakers uit Stad en Ommeland, en grootmeesters, tot aan de winnaar van Tata Steel Chess toe. Letterlijk, want als Jorden van Foreest in zijn geboortestad is, brengt hij geregeld ook een bezoekje aan de schaakkroeg. Maarten Roorda, de organisator van Zomerschaak en samen met zijn vriendin Lydia van Altena eigenaar van Proeflokaal Hooghoudt, had het na Jordens aanwezigheid begin juni over Zomerschaak als het sterkste toernooi van Nederland, op Tata Steel Chess na.
‘ANDERS’ DAN IN DE LOCKDOWN
Vanavond geen Jorden, en ook geen andere schakende broertjes of zusje(s) Van Foreest. Overduidelijk wel aanwezig is de groep die tijdens de lockdown heeft leren schaken. Voor Vincent is het zelfs de allereerste kennismaking met houten stukken. En dan blijkt het driedimensionale schaken nog een stukje wreder dan online. Want op lichess of chess. com laat je in de tijdnoodfase geen stuk op de grond vallen, staat er geen cirkel mensen om je bord heen te hijgen en hoef je de tegenstander niet recht in de ogen te kijken als je hem of haar een handje geeft na een verliespartij. Of zoals Vincent het zegt: “Het is echt een andere manier van kijken én spelen, maar wel een stuk leuker.”
Groningen kent sinds vele decennia een levendige schaakscene en daar past een maandenlange stilte tijdens de zomermaanden niet bij. Dat vond Michiel Zeevaarder ook, die geldt als de geestelijk vader van het Groningse
Zomerschaak. Het idee werd geboren op een clubavond van Schaakgenootschap Staunton, vermoedelijk eind jaren 80. Het decor van die eerste zomers was De Evenaar, waar volop werd geschaakt, gedamd en gebridged en waar damwereldkampioen Jannes van der Wal een van de stamgasten was. Zomerschaak werd toen al gespeeld volgens de formule die het nu nog steeds kent: alle woensdagavonden van juli en augustus, vier rondes in rapidtempo met een dagprijs en een algemeen klassement met een winnaar aan het eind van de zomer. Aan het Zomerschaak in de Folkingestraat kwam definitief een einde toen iemand op een donderdagochtend de piano uit De Evenaar in de naastgelegen rosse buurt terugvond. Café De Walrus in de Haddingestraat nam het stokje over en Ton Palmans organiseerde vervolgens jarenlang Zomerschaak. Daarna verhuisde het circus naar Café Atlantis in de Oude Kijk in ’t Jatstraat, waar Bert van der Marel en zijn vrouw Judith Valkenburg de bende schakers in toom probeerden te houden.
Toen Bert besloot dat hij zelf ook wel eens een potje wilde schaken onder het genot van een biertje, schakelde hij Maarten in als organisator van Zomerschaak. Een paar jaar later verhuisde Bert met zijn Atlantis naar het Zuiderdiep en in 2016 namen Maarten en Lydia de tent over, gaven de kroeg z’n oude naam terug en zetten de traditie van Zomerschaak voort.
Liefde Voor De Schaaksport
Het is even na middernacht en nog steeds klinkt er volop gelach op het terras. Van de vijftig schakers en tientallen toeschouwers zijn er nog zo’n dertig over, van wie sommigen ook al in de jaren 90 Zomerschaak frequenteerden. Met een biertje in de hand praten ze over de dingen des levens. Degenen die geen genoeg kunnen krijgen van het schaken, bespreken hun partij na of spelen een potje snelschaak. Dan maakt Maarten bekend dat Erik-Jan met vier gewonnen partijen de dagwinnaar is. Het terras applaudisseert en Maarten overhandigt de winnaar een verdiende fles rode wijn.
Iedereen die schaakt, weet dat de pijn van de onterechte nederlaag, of nog erger: de teréchte nederlaag, onlosmakelijk verbonden is met de schaaksport. Maar voor hen die uiteindelijk kunnen leven met dit leed, staat er veel fraais tegenover. Het belangrijkste is ongetwijfeld de ontmoeting met zielsverwanten, die dezelfde hobby, passie of verslaving delen. De schaakscene kan voor buitenstaanders misschien lijken op een onneembare vesting vol ontoegankelijke types die zich verliezen in een veel te gecompliceerd spel, maar Zomerschaak bewijst al jaren overtuigend het tegendeel. De liefde voor de schaaksport druipt er tot ver na middernacht vanaf, hier op het terras in de Groningse binnenstad. Met een drankje in de hand, omringd door zielsverwanten, zien we hier schaken in z’n puurste vorm. Dit is schaken zoals schaken zou moeten zijn. .
Analyse eindspel Bok – Banusz op de Olympiade