magazine - mei 2014 veertig pagina’s afstudeerwerk
“De studieleider zag al snel: die Jacob die kan wel wat, maar dat is niet genoeg, dus die breken we een beetje af.”
“Ik durfde niet te zeggen dat ik kunstenaar wilde worden.” Interview met kunstenaar Mark Manders
De Mass Electric ArtEZ Dance Finals: 21 dansers presenteren zich met fris geweld ArtEZ Dance Finals
Interview met acteur Jacob Derwig ArtEZ finals 2014 magazine
Het ArtEZ finals magazine is een jaarlijkse uitgave van ArtEZ hogeschool voor de kunsten. Het blad wordt gratis verspreid onder kunstliefhebbers, studenten, alumni en medewerkers van ArtEZ.
18 Ontwerper Sjaak Hullekes over zakelijkheid en het behoud van een eigen handschrift.
Redactieadres Onderlangs 9 6812 CE Arnhem Postbus 49 6800 AA Arnhem artezmagazine@artez.nl t. 026 3535 758 f. 026 3535 677
30
Redactie Abeke Schreur (hoofd redacteur), Alex van der Hulst (eindredactie), Edith de Vries (redactiesecretariaat) Aan dit nummer werkten mee Alex van der Hulst, Anton de Wit, Eva Thielen, Francien van Zetten, Manon Berendse, Robert Benschop, Duncan de Fey, studenten van de lichting 2014 Foto cover Danser Bilal Bachir is te zien in de Mass Electric ArtEZ Dance Finals. Foto: Robert Benschop Ontwerp Simons en Boom, Arnhem Druk De Raddraaier, Amsterdam Oplage 5.500
Kunstenaar Mark Manders werkte zijn hele studietijd op de gang. 3-39 Sneak previews van studenten Fine Art, Product Design, Docent Dans, Fashion Design, Interieurarchitectuur en meer.
8 Interview met acteur Jacob Derwig die in het spoor van De Trust in Arnhem belandde.
16 alter Bart van acteursgroep Wunderbaum maakt met W de dansers van ArtEZ een dansvoorstelling: de Mass Electric ArtEZ Dance Finals.
26 De master Choreografie: internationaal en cutting edge.
Het volgende magazine van ArtEZ –een nummer gemaakt door studenten- verschijnt in december 2014.
33
Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd zonder voorafgaande toestemming van de hoofdredacteur.
Muziek! De redactie tipt finalsconcerten.
www.artez.nl Adreswijzigingen alumni Ben je oud-student en verhuis je binnenkort? Mail de adreswijziging aan artezmagazine@artez.nl (alleen voor oud-studenten).
Het slot: eindvoorstelling van de toneelschool.
38
35 Anderen enthousiast maken voor muziek, portretten van studenten Docent Muziek.
het nieuwe talent dient zich aan
Voor een studie aan ArtEZ heb je veel talent nodig. Maar talent alleen is niet voldoende om de eindstreep te halen. Vier jaar ArtEZ is namelijk hard werken. Ook voor de groep die na hun afstuderen beroemd is geworden, is het niet vanzelf gegaan. In dit Finals magazine geven we drie bekende oud-studenten het woord: acteur Jacob Derwig, ontwerper Sjaak Hullekes en kunstenaar Mark Manders. Ze hebben alle drie een andere opleiding gevolgd, zaten in een andere periode op ArtEZ en kwamen op een andere manier binnen. De overeenkomst tussen de drie heren is dat het hard werken voor ze was. Vanwege hun doorzettingsvermogen, hun talent en hun duidelijke koers zijn ze goed terecht gekomen. Terugkijkend op hun studietijd merken ze weer hoe onzeker ze begonnen aan hun opleiding, hoe intensief de begeleiding soms was en hoe ze in die vier jaar de richting ontdekten die ze wilden nemen. Ze hebben moeten zoeken, maar alle drie wisten ze uiteindelijk welke kant ze op wilden. Dat is ook te zien in het vele afstudeerwerk in dit ArtEZ Finals magazine. De studenten hebben gezocht en onderzocht. Ze stellen vragen, bekritiseren de maatschappij en komen met originele oplossingen. Misschien horen we later nog eens hoe lichting 2014 ooit is begonnen en hoe ze daarna succesvol werden. Wat nu al zeker is, is dat ook zij hebben gezocht, uiteindelijk een richting hebben gekozen en nu de wijde wereld in trekken. Ook daar is het een kwestie van zoeken en werken, maar wel met de zekerheid dat de studie alvast succesvol is afgerond.
Volg ons op Facebook voor de laatste updates: www.facebook.com/artezhogeschool
We nodigen u van harte uit om het nieuwe talent te spotten!
ArtEZ finals 2014 magazine
3
Vera Roggli, Fashion Design
WTF?! “WTF?! staat voor What The Fashion?! Ik vraag me al langer af wat mode is en hoe mode de mens beïnvloedt. Hoeveel referenties heeft een kledingstuk nodig om als zodanig te worden gezien en geaccepteerd? Door archetypische kledingstukken als de kokerrok en de A-lijn jurk te ontleden, te abstraheren en vervolgens te combineren ontstaat er een jurk met een buitensilhouette (van het lichaam afstaand) en een binnensilhouette (lichaams volgend). Ook past materiaal bij een bepaald gevoel of een bepaald kledingstuk. Denim is stoer, de luipaardprint is ordinair en jersey hoort bij comfortabele kleding. Zo kon ik jurken maken die hetzelfde ‘skelet’ hebben, maar door de materiaalkeuze als avondjurk, reguliere jurk, outdoor jurk, strandjurk, winterjurk of nachthemd kunnen fungeren. Ik heb ook geëxperimenteerd met rubber in combinatie met textiel, hier kwam een polka-dot-print in rubber uit. Vanuit dit ‘rubber-onderzoek’ ben ik een samenwerking aangegaan met schoen- en productontwerper Roderick Pieters en zijn we nu een schoenen- en tassencollectie aan het ontwikkelen.” De Fashion show van ArtEZ waarin de afstudeerders van Fashion Design (bachelors en masters) hun eindexamencollecties laten zien is te zien op 5 en 6 juni in Arnhem in Building 026, de voormalige Bibliotheek. De shows vormen de start van het Fashion Festival Arnhem. Reserveer op tijd kaarten. Zie voor meer informatie www.artez.nl/finals.
Op de foto is een item uit de Toile-deLuxe-collectie te zien, een collectie van luxe proefmodellen die Vera eerder dit jaar maakte. Foto: Moritz Schermbach
4
Dorien Koelemeijer, Crossmedia Design
Muziek, natuur en technologie
“Ik wil geluid, licht en natuur samen laten komen. Op dit moment ben ik aan het experimenteren met het maken van beelden die interactief reageren op muziek. Het resultaat daarvan wil ik een interactie met de natuur aan laten gaan. Mijn examenwerk zal een poëtische benadering worden van de combinatie muziek, natuur en technologie. Het samenbrengen van de concrete natuur met het abstracte van de muziek op een visuele manier, via de technologie, brengt deze drie elementen hopelijk op een hoger niveau.” http://cantseemyownface.blogspot.com http://dorienkoelemeijer.com Eindexpositie AKI ArtEZ in Enschede, 2 t/m 6 juli.
ArtEZ finals 2014 magazine
5
Karin Blaauwijkel, Comic Design
Aan het hof van de farao “Mijn eindexamenwerk is een kort verhaal in stripvorm dat zich grotendeels afspeelt in het oude Egypte. Een Egyptologe wil een mummie beschermen tegen relschoppers
leven aan het hof van de farao was en doet ze een grote ontdekking over de mummie die ze probeerde te beschermen. Ik koos er in deze strip voor om een
heb ik het oude Egypte altijd al fascinerend gevonden, en wilde ik daar graag een verhaal over maken.”
die het Egyptisch museum van Caïro zijn binnengedrongen. In die rellen raakt ze bewusteloos en ze wordt weer wakker in het oude Egypte. Daar ontdekt ze hoe het
hedendaags personage in het verleden te plaatsen omdat ik de verschillen in denken van de mensen in verschillende tijden tegenover elkaar wilde zetten. Bovendien
Eindexpositie Art & Design in Zwolle, 2 t/m 6 juli.
6
Lisa Mandemaker, Product Design
Overdiagnosticering “Ben je als kind bewegelijk, onhandig, dromerig, brutaal of gewoon wat slechter in taal en rekenen dan loop je grote kans op een etiket als ADHD, ADD, dyspraxie of dyslexie. Veel kinderen hebben baat bij deze diagnose, maar door overdiagnosticering krijgt een kind te snel een etiket opgeplakt. Kinderen zijn in de afgelopen decennia niet veranderd, het is het onderwijssysteem dat steeds meer eisen stelt. Het kind moet in korte tijd worden klaargestoomd om mee te kunnen draaien in onze kenniseconomie. Niet gemiddeld zijn, is een afwijking. In mijn eindexamen wil ik de kwaliteit van het gebrek laten zien. Ik denk dat vormgeving en design zich niet alleen moeten richten op technologische verbeteringen en innovatieve ontwerpoplossingen, maar ook op gedragsverandering en kwaliteit van leven. De Zeespeler, de Uitkammer, de Opschepper en de Voelspriet zijn producten die ik heb samengesteld uit verschillende bestaande spullen. Zij moeten inspiratie geven voor nieuwe producten.� Eindexpositie Art & Design in Arnhem, 2 t/m 6 juli.
ArtEZ finals 2014 magazine
7
interview
De zoektocht van Jacob Derwig
Jacob Derwig studeerde in 1994 af aan de toneelschool in Arnhem. Aanvankelijk durfde hij zich niet te wagen aan een toneelopleiding, maar regisseur Theu Boermans trok hem over de streep. Hij praat met het ArtEZ finals magazine over de eenzame zoektocht die de toneelopleiding kan zijn, over kwetsbaarheid en keihard werken. “Die Jacob die kan wel wat, maar dat is niet genoeg, dus die breken we een beetje af.” Tekst: Eva Thielen
8
“Ik voelde mij twee maanden de koning en ben daarna twee jaar ongelooflijk aan het zoeken geweest.”
De open dag die Jacob Derwig op zijn zeventiende in Maastricht bezocht, was zo intimiderend dat hij afzag van zijn jongensdroom om iets met toneel te doen. “Er was een presentatie van leerlingen die daar toen op school zaten. Eén daarvan was de bloedmooie Jeroen Willems. Een superacteur, die verschrikkelijk goed speelde. De sfeer was zo hyper en artistiek en ik vond iedereen, en dan vooral hem, zo goed, dat ik dacht: dit kan ik helemaal niet.” Het was eigenlijk uit angst dat Derwig andere dingen ging doen. Hij was derdejaars theaterwetenschap in Utrecht toen hij voor het eerst iets van De Trust, een toneelgroep opgericht door regisseur Theu Boermans, zag. “Theu had net twee klassen van de toneelschool in Arnhem lesgegeven waarmee hij een voorstelling had gemaakt. Ik vond het zo waanzinnig wat ze deden. Toen durfde ik wel naar de toneelschool, maar ik wilde alleen naar die waar De Trust op school had gezeten. Toen ik auditie deed werd ik meteen aangenomen. De richting werd heel duidelijk aangegeven.” Derwig had les in een gebouw aan de Hommelseweg in Arnhem. “Daar moet je je echt iets heel romantisch bij voorstellen. Alle leerlingen van de toneelschool hadden de sleutel. Het gebouw was zeven dagen per week van ons. Dat gaf een enorm vrij gevoel, wat ervoor zorgde dat je niet alleen bezig was met je rol en wat je tijdens de lessen moest doen, maar ook met vragen als: wat wil ik hiermee, wat is mijn smaak en wat wil ik nog meer spelen? Het was echt een beetje als de televisieserie Fame, maar dan serieuzer.” Derwig werd niet alleen opgeleid tot toneelspeler, maar ook tot maker. “Je werd je ervan bewust dat toneelspelen ook in gesprek gaan is.” Derwig pakt de menukaart die voor hem ligt. “We kunnen het zo spelen, maar het is ook super interessant,” hij draait de menukaart om, “om het zo te doen. En waarom kom ik hier van links op en niet van rechts?”
Jacob Derwig denkt niet dat hij zo ver was gekomen zonder opleiding. “Ik had drie jaar wat gerommeld bij theaterwetenschap, dus ik had al een beetje een idee hoe het moest, maar op school werd me meteen duidelijk gemaakt dat ik het essentiële nog helemaal niet kon. Ik voelde mij twee maanden de koning en ben daarna twee jaar ongelooflijk aan het zoeken geweest. Je leert iets over je stem, over lichaamsbeheersing en inleving. Dat zijn allemaal deelgebieden, maar hoe breng je die bij elkaar? Pas de laatste anderhalf jaar vielen de puzzelstukjes weer in elkaar.” Er waren een paar docenten die niet snel tevreden waren. Sommigen zag hij vier jaar lang elke week, zoals de toenmalige studieleider Anne Buurma. “Die zag al snel: die Jacob die kan wel wat, maar dat is niet genoeg, dus die breken we een beetje af. En zo bleef ik doorzoeken, tot ik voelde: dáár gaat het om. In mijn geval ging dat over kwetsbaarheid, openstaan op het toneel. Of je ontvankelijk bent voor wat je tegenspeler doet, wat je hoort, ziet en ruikt op het toneel. Als je van tevoren al precies weet hoe je het gaat doen, dan sta je niet open. Het is misschien wel het moeilijkste wat er is, maar nu is het één van mijn grootste krachten. Daar was ik niet achter gekomen als die paar docenten, en dan met name Anne, me niet eindeloos bezig hadden gehouden.”
begeleiding van Matthias de Koning. “Dat stuk hebben we toen nogal vrij vertaald en bewerkt. Of het een succes was weet ik niet, in die termen dachten we toen nog niet. We maakten bijzondere dingen, maar succes was er pas als het gezien werd door Amsterdam, waar het allemaal gebeurde. Als er regisseurs waren die zeiden: die acteur wil ik hebben. We hebben de voorstelling een paar keer gespeeld in Amsterdam, maar het was zo anders. Arnhem was nogal afgesloten van de rest van Nederland. Daardoor was het beschermd en veilig, een goede plek om te leren. Al hoop ik dat het nu anders is. Het is inmiddels veel moeilijker om zelf een gezelschap op te richten, er lopen zoveel acteurs rond dat je álle mogelijkheden van het wereldje moet benutten. Daar wisten wij helemaal niets van.”
“Pas de laatste anderhalf jaar vielen de puzzelstukjes weer in elkaar”
Zijn studietijd was soms een zware tijd. “Ik denk dat al mijn klasgenoten zware periodes hebben gehad, omdat ze niet wisten waar ze het zoeken moesten. Het is een heel eenzame zoektocht soms. Dit klinkt zweverig, maar je bent je eigen instrument. Het is niet dat je een viool pakt en deze onder de knie probeert te krijgen, nee je moet jezelf onder de knie krijgen. Je hebt je eigen emoties nodig om die je personage te laten beleven. Ik moet boos worden, anders wordt mijn personage niet boos en dan heb je nog duizenden andere emoties. Dat was best zwaar.”
Derwig verhuisde na zijn afstuderen meteen naar Amsterdam en had helemaal geen last van een zwart gat. “Integendeel, nog voor ik van school was, had ik al drie contracten op zak. Ik heb denk ik vier weken een uitkering gekregen en daarna nooit meer. Ik had het geluk dat ik door Boermans gevraagd werd of ik na school bij De Trust wilde komen spelen. Na één jaar mocht ik me vast aansluiten bij De Trust. Dat was echt een droom die uitkwam. Het gezelschap dat me naar Arnhem had gebracht, wilde mij. Daarnaast heb ik met mensen van het jaar onder mij een gezelschap opgericht, ‘t Barre Land. Met vijf man timmerden we flink aan de
Hij studeerde af met Maria Stuart, een stuk van Friedrich von Schiller onder
weg. Het gaf me een goed gevoel dat ik er niet alleen voor stond. Ik zat uiteindelijk veertien jaar bij dat theatercollectief.”
ArtEZ finals 2014 magazine
9
Hij haalt zijn fotoboek te voorschijn en gaat zijn klasgenoten af. “We begonnen met zeven en eindigden met zes. Dat was het goede van toen, als je was aangenomen wist je dat je er vier jaar bleef, de uitval was heel klein. Vlak na het afstuderen sprak ik ze nog wel eens, maar nu niet echt meer. Het waren vooral mensen uit het jaar onder mij van ‘t Barre Land, met wie ik contact hield.” Jacob Derwig is veruit de bekendste acteur uit zijn klas. “Vier jaar na mijn afstuderen speelde ik Hamlet bij De Trust, wat natuurlijk dé rol is. Als je dat goed doet, zet je jezelf wel op de kaart. Dat lukte en vanaf toen wist Nederland wie ik was. Ik hoefde niet meer bezig te zijn met: “zie mij, ik kan het, hier ben ik!” Dat er snel erkenning was heeft mij geholpen om in een soort ontspanning het vak te kunnen doen. Het was niet dat ik dit tijdens school al had. Het is me ook niet komen aanwaaien. Nee, het is gewoon keihard werken.”
Zelf heeft Derwig ook weleens les gegeven. De afgelopen jaren is hij nog wel eens naar Arnhem gekomen om te helpen bij de selectieweek, een enkele keer begeleidde hij leerlingen. “Ik doe die dingen wel liever voor Arnhem dan een andere school, maar helaas is Arnhem te ver weg om iedere week naar toe te gaan. Ik heb les gegeven in Amsterdam, maar ook dat was niet te combineren met mijn andere werk.” Dat leren een langdurig proces is, heeft hij wel gemerkt. “Toen ik zelf les ging geven, merkte ik hoe vaak ik dingen moest zeggen. Als ik iets twee lessen benoemd had, dacht ik: nu weten ze het toch wel, maar dat duurt veel langer. Ik wil graag echt iets voor iemand betekenen. Als je iemand een jaar lang volgt kun je helpen de sleutels te vinden, dat kan niet in tien weken.” Over de vraag of hij een tip heeft voor kunststudenten moet hij even nadenken.
“Op de Hommelseweg was het echt een beetje als de televisie serie Fame.”
10
“Als het afstuderen in de buurt komt, denk dan vooral aan hoe breed het vak is. Dat je niet terugschrikt om zelf les te geven. In het geval van acteren is het goed om te weten wat casten en inspreken is, en ook een extra taal leren kan geen kwaad, Nederland is maar klein. En misschien wel het belangrijkste: probeer geestverwanten te zoeken. Sommige mensen vinden ze nooit, maar ik had het geluk dat ik ze snel om mij heen had. Als je met een aantal mensen bent en hetzelfde stuk mooi vindt, kun je geld aanvragen en het gaan maken. Ik weet dat dat niet makkelijk is, maar waar een wil is, is wat dat betreft een weg.”
Jacob Derwig tijdens zijn academietijd
DaniĂŤl van Ginkel, Graphic Design
Paspoort voor de mantelzorg
“Al mijn werk, ook mijn afstudeerproject, zit vol sociaal engagement. Ik kijk wat er speelt in sociale ontwikkelingen, techniek en politiek. Dit keer heb ik de communicatie tussen mensen met dementie en hun mantelzorgers onderzocht. Het geven van mantelzorg is een zware en beladen taak. Een belangrijk onderdeel daarvan is het vele geregel door beide partijen. Een groot deel van de te regelen zaken kunnen ook door de zorgbehoevende worden voorbereid wanneer die nog gezond is. Ik heb een paspoort gemaakt waarin een opsomming staat van alle te regelen zaken. Zo wordt het voor de drager makkelijker om te zien wat er moet worden geregeld en de eventuele mantelzorger kan later zien welke zaken nog gedaan moeten worden.� Eindexpositie Art & Design in Zwolle, 2 t/m 6 juli.
ArtEZ finals 2014 magazine
11
Hanna Jansen , Fine Art (specialisatie Media)
Beelden die het kijken veranderen
12
“Ik ben ervan overtuigd dat beelden de manier waarop je kijkt voor altijd kunnen veranderen. Ook ik wilde beelden maken die mensen bijbleven en misschien zelfs het een en ander konden veranderen. In mijn werk heeft de mens altijd al centraal gestaan. Ondanks de geënsceneerde setting waarin ik doorgaans werk, probeer ik een zekere echtheid en daarmee ook kwetsbaarheid te behouden in mijn portretten. Ze tonen de
de technische uitvoering en te streven naar een zekere esthetiek wil ik een serieuze blik bij de kijker afdwingen. Veel van mijn werk bevat en suggereert een gelaagdheid zonder deze direct duidelijk uit te drukken. Zo hoop ik de kijker te verrassen of uit te dagen tot denken of voelen.”
mens als product van zijn samenleving. Door veel aandacht te besteden aan
Eindexpositie AKI ArtEZ in Enschede, 2 t/m 6 juli.
www.hannajansen.com
Mirjam Laater, Illustration Design
Places and Spaces “Ik ben gefascineerd door de plekken die we innemen en hoe die in ons voortleven. Mijn werk is een ingebeelde plek. Een vertaling, geen imitatie, van de
allemaal dezelfde ronde vorm. Maar in die ene gemene deler zitten allerhande interpretaties. Het begint met tekenen. Ik zoek naar
mogelijkÂheden kan uitproberen om illustraties te laten zien. Daarom wil ik mijn werk blijven combineren met webdesign en wil ik van mijn illustraties nieuwe
werkelijkheid en daarom geschikt om vrij te interpreteren. Voor mij zijn geometrische vormen de manier om de ruimte om ons heen te begrijpen. Een glazen bord, de maan, een tunnel: ze hebben
manieren om ruimte en visuele stilte achter te laten. Wat je in een kunstwerk niet ziet, doet mij altijd veel meer dan wat ik wel zie. Ik gebruik digitale en analoge technieken zodat ik kan experimenteren en nieuwe
ruimtes maken om te ontdekken en in rond te reizen.� Eindexpositie Art & Design in Zwolle, 2 t/m 6 juli.
ArtEZ finals 2014 magazine
13
Gunter Gruben, Fine Art (specialisatie Media)
Het bewegend archief
14
“Mijn vader heeft Alzheimer. Ik besef dat het een kwestie van tijd is voordat hij zal veranderen in een persoon die mijn vader niet meer is. Het proces van afscheid nemen van mijn vader is begonnen. Het fotoarchief van mijn ouders is een belangrijke bron voor mijn werk geworden. Ik onderzoek wat ik zoal met de foto’s kan doen. Ik probeer het moment te herkennen waarin poëzie haar intrede doet of een eerste idee gaat vergezellen. Hierin ligt het moment, waar het
maken. Door me op mijn eigen vader te richten, probeer ik alle gevoelens te onderzoeken die ik heb met betrekking tot zijn naderende einde. Omdat ik dagelijks met zijn leven bezig ben, spreid ik het afscheid en streef ik ernaar om een tastbare en duurzame herinnering achter te laten voor mezelf en mijn familie. En hopelijk biedt het voor een groter publiek een moment van contemplatie over het leven.”
private publiek wordt, waarbij er op een ander niveau kan worden gecommuniceerd. Ik probeer met mijn werk dichter bij mijn onderwerp te komen om me er vervolgens weer van los te kunnen
Eindexpositie AKI ArtEZ in Enschede, 2 t/m 6 juli.
Joyce van Seggelen, Fashion Design
Kinderlijke illusie “Tijdens mijn stage in Parijs bezocht ik veel kunsttentoonstellingen en galeries. Kunstwerken met een sprookjesachtige sfeer of kinderlijkheid in figuratie en kleur vormden een grote bron van inspiratie. De basis van mijn eindexamencollectie ligt dan ook in een wereld waarin huizen kunnen vliegen, poppen personen worden en illustraties de waarheid spreken. Bij deze kinderlijke illusie is handmatigheid in vorm, materiaal en dessins belangrijk. Contrasten als harig-glad, transparant-dicht, glanzend-mat, geordend-ongeordend en verfijnd-banaal zijn van belang in het materiaalgebruik en het toepassen van vormprincipes. Mijn eindexamencollectie is een doorontwikkeling van de Toile de Luxe (luxe proefmodellen, zie foto). Dat is een collectie voorafgaand aan de eindexamencollectie waarvan drie outfits in monochrome kleurstelling worden uitgevoerd. In al deze werken samen, en de technieken die ik heb gebruikt, ontstaat een contrastrijk samenspel van vormen, kleuren, technieken en dessins.� De Fashion show van ArtEZ waarin de afstudeerders van Fashion Design (bachelors en masters) hun eindexamencollecties laten zien is te zien op 5 en 6 juni in Arnhem in Building 026, de voormalige Bibliotheek. De shows vormen de start van het Fashion Festival Arnhem. Reserveer op tijd kaarten. Zie voor meer informatie www.artez.nl/finals.
Op de foto is een item uit de Toile-de- Luxecollectie te zien, een collectie die Joyce eerder dit jaar maakte. Foto: Lynn van Asperen
ArtEZ finals 2014 magazine
15
Isabel Bernhard, Docent Dans
Instinct in Dans
Isabel Bernhard aan het werk
“Ik ben op zoek naar het moment waar lichaam en bewustzijn zich niet meer van elkaar laten scheiden en het bewegen weer instinctief wordt. In een boek van Tomáš Sedlácˇ ek over economie las ik over de ‘animal spirit’. Dit fascineert mij. Er is nog steeds iets in ons lichaam dat oncontroleerbaar is. Ik vroeg mij af in hoeverre je dit instinct in de dans kunt prikkelen, kunt manipuleren en wat de gevolgen daarvan zijn. In het theoretische deel van mijn afstudeeronderzoek onderzocht ik wat het verschil is tussen mens en dier, en welke gevolgen de ontwikkeling van ons analytische brein voor de bewegende mens heeft. Op de vloer was het mijn doel een lichaam te creëren dat emoties en beweging instinctief met elkaar verbindt. Ik ging daarbij uit van de basisinstincten macht, agressie en empathie. Tijdens mijn onderzoek experimenteerde ik samen met zes dansers van de opleiding Docent Dans. De afsluitende choreografie is de artistieke verwerking van mijn onderzoeksresultaten.” In het interactieve Docent Dans Event laten studenten de veelzijdigheid zien van het beroep van dansdocent, met workshops, lesmethoden, onderzoek, choreografieën, dansvoorstellingen en meer. Tijdens het event is ook de choreografie van Isabel te zien. 24 t/m 28 juni in het Theatrium van ArtEZ in Arnhem.
16
Carolien Oostveen, Fine Art
De paradox van (on)afhankelijkheid “Identiteit, in het bijzonder identiteits vorming, is paradoxaal. Een kind start als een afhankelijk individu. Een individu
op een angst voor afhankelijkheid? Mijn werk gaat over het spel van afhankelijke onafhankelijkheid of onafhankelijke
dat na verloop van tijd meer eigen keuzes wil bepalen en onafhankelijk wil zijn. Er worden strategieën ontwikkeld om deze onafhankelijkheid vorm te geven. Maar zijn deze strategieën niet te veel gebaseerd
afhankelijkheid in je eigen omgeving en de samenleving.” Eindexpositie Art & Design in Arnhem, 2 t/m 6 juli.
ArtEZ finals 2014 magazine
17
interview
Sjaak Hullekes
“Ik geef het nodige op voor de mode” Zijn opvattingen over mode werden tijdens zijn opleiding stevig op de proef gesteld. En dat was maar goed ook, zegt modeontwerper en ArtEZ-alumnus Sjaak Hullekes. “Ik was een boer uit Zeeland die even uit de klompen moest worden geschopt. Dat heeft ArtEZ wel gedaan.” Tekst: Anton de Wit Portretfoto: Bobbie van Diem
“The hard way is een goede manier om iets te leren.” Sjaak Hullekes lacht. “Dat was bij mij althans wel het geval.” Over succes heeft de modeontwerper niet te klagen. Met zijn eigen herenmodelabel bezocht hij modebeurzen in Milaan en Parijs, hij mocht de Amsterdam International Fashion Week openen en won in 2009 de prestigieuze Dutch Fashion Award uit handen van een internationale jury. Deze droomcarrière begon echter ‘gewoon’ in Arnhem, bij ArtEZ, afdeling Fashion Design. En, zo wil hij maar zeggen: hij kreeg het niet voor niets. “Al toen ik begon aan de opleiding had ik heel duidelijke ideeën, ik had een sterk ontwikkelde smaak. Ik liep er tegenaan dat
gezien. In Arnhem ging men voor het grote gebaar, zelf had ik daar weinig mee. Ik ben juist altijd geïnteresseerd geweest in details, in subtiliteiten. Ja, je kunt wel zeggen dat ik ben geëtterd en gekieteld. Maar ik denk dat dat nuttig was.”
men mijn handtekening niet goed begreep. Ik werd vaak de ‘nep-Vlaming’ genoemd, vanwege mijn voorliefde voor bepaalde kleuren en stoffen die als Vlaams werden
academie, dat je ze je alle hoeken laten zien, om je vervolgens vrij te laten in de keuzes die je maakt.
18
Hoe heeft dat jouw werk gevormd? Is die handtekening veranderd, of eerder aangeslepen? “Ik denk dat mijn stijl er consequenter en scherper door gemaakt is. Uiteindelijk wilde ik toch míjn ding maken, en niet wat de docenten graag zagen. Dat is wel een keuze. ArtEZ heeft me wel eerst alle kanten laten zien voor ik bij die keuze kon komen. Dat vind ik ook het nuttige van een
Mijn voorliefde voor subtiliteiten vertaalde zich in een keuze voor herenmode. Kleding kent sowieso vrij strakke kaders. Een manchet met drie knopen zul je niet snel dragen, want het is gewoon niet praktisch. Met damesmode kan doorgaans nog iets meer, voor heren is veel minder ruimte voor experiment. Dat strakke kader vind ik heerlijk. De beperking is voor mij als ontwerper een verrijking. Kleding moet praktisch blijven.” Je bent in 2005 cum laude afgestudeerd. Kreeg de opleiding dan uiteindelijk toch begrip voor jouw handschrift? “Mijn keuze werd geaccepteerd, zeker. Ik vind ArtEZ een zeer professionele opleiding. De kennis die er rondloopt, is volwaardig, ervaren, volledig. Je keek echt op tegen de leerkrachten, want die hadden zelf hun strepen al verdiend in
Collectie winter 2013 (foto’s Peter Stigter)
moest worden geschopt. Dat heeft ArtEZ wel gedaan. En nee, ik heb dat toen niet alleen maar prettig gevonden. Maar ook dat hoort erbij. Je zet je tanden in iets waarvan je weet dat het je toekomst wordt, en daar horen ook de pijnlijke reflectiemomenten bij. Die ervaar je tijdens de studie volop.”
“The hard way is een goede manier om iets te leren”
Dit klinkt als wijsheid achteraf. Ervoer je dat op het moment zelf ook zo?
Weet je nog wat je ambities destijds waren? Lachend: “Ik ben een Weegschaal, ik ben gebaat bij rust en regelmaat. Ik wilde gewoon ontwerpen, zo simpel was het. Gelukkig ontmoette ik Sebastiaan Kramer, met wie ik nu de zaak run. Hij was een klasgenoot en was veel zakelijker ingesteld dan ik. We hebben elkaar ook echt
mode ligt heel hoog. Er is zeker geld te verdienen, maar je geeft het vaak ook meteen weer uit. Ik ben wel zo praktisch om te zeggen: het moet gewoon nú gebeuren. Je bent geen jonge ontwerper meer als je 55 bent. We werken er graag en hard voor. En ik geef er ook het nodige voor op, hoor. Als ik soms de foto’s van
“Allereerst kreeg ik ook voldoende positieve feedback hoor, heus niet alleen kritiek. Maar ik was natuurlijk gewoon een boer uit Zeeland die even uit de klompen
opgejut: we wilden een nieuwe lichting vormen, een nieuw label maken, een eigen merk. We lieten er geen gras over groeien. Dat moet ook wel, want het tempo van
vrienden zie, die een wereldreis gemaakt hebben of een nieuw huis gekocht hebben dan ben ik wel eens een beetje jaloers. Dat soort dingen kan ik niet zo makkelijk doen.
de mode. Zo had ik het geluk dat ik in mijn eindexamenjaar begeleid werd door ontwerper Alexander van Slobbe. Die begreep mijn handschrift juist heel goed. Sowieso denk ik dat men mijn stijl heus al wel begrepen had, maar dat gewoon niet altijd wilde laten blijken. Ik snap dat heel goed. Je kunt iemand wel een compliment geven, maar hoe houd je iemand ook scherp? Ik was maar een van de vele studenten, ze hebben zo veel mensen met ambities en talenten zien komen en gaan. Dus het is wel goed om wat tegengas te geven.”
ArtEZ finals 2014 magazine
19
De eindexamencollectie van Sjaak Hullekes in 2005.
“Het tempo van mode ligt heel hoog” Maar ik heb dan weer geen baas boven me, dat vind ik weer een voordeel. Wij hebben de regie zelf in handen. Zeker, je hebt je idealen en daar houd je aan vast. Maar dat we staan waar we nu staan komt denk ik ook omdat de wind anders is gaan waaien en wij met die koers meegingen. Dat is een gegeven voor veel ontwerpers. Natuurlijk: blijf bij je leest, bij je handschrift, maar maak ook af en toe een zijsprongetje, want dat kan je verder brengen. Wij hebben soms ook rare jobs aangenomen, die buiten onze comfort zone lagen. Het is een kwestie van zakelijk overleven. Dat is af en toe wel pittig. Mode is één van de grootste bedrijfstakken ter wereld. Je hebt met zo veel partijen te maken: met leveranciers, producenten, klanten, marketeers. Die zijn heus niet afhankelijk van jou hoor, het is eerder andersom.”
20
Is dat iets waar de opleiding je goed op heeft voorbereid? “Nee, totaal niet. Maar dat vind ik maar goed ook. Sommigen zeggen: in zo’n studie mag wel wat meer training zitten voor de zakelijke kant van het vak. Ik ben het daar niet mee eens. Laat die opleiding gewoon een opleiding blijven. Die vier jaar heb je echt wel nodig voor het ontwikkelen van je handschrift, voor de ambachtelijke kant van je vak. Dit is nu net een van de plekken en momenten waar je je daar onbekommerd mee bezig kunt houden, en dat moet vooral zo blijven. Zodra je afstudeert leer je snel genoeg de zakelijke kneepjes van het vak. Dan begint het pas. Tot die tijd is het ook wel fijn om even in een isolement te zitten. Dat doet de stad, dat doet de academie… Laten we wel wezen, dat zijn allebei geen heel
spannende plekken. Dus wat kun je doen? Je smeekt bijna om huiswerk.” Toch ben jij in Arnhem gebleven. Waarom? “Het is een hele praktische plek. Je kunt hier leuk wonen en werken voor relatief weinig geld. Arnhem ligt redelijk centraal, je bent zo in Amsterdam, in Antwerpen, in Duitsland. Maar bovendien: wat ik fijn vind, is dat je hier gedwongen wordt om met je werk naar buiten te treden. Wanneer je in Amsterdam woont, kun je ook lui worden, omdat je geneigd bent te denken dat alles om die stad draait. In Arnhem móet je wel met je product naar buiten. Wacht niet af tot de mensen naar jou toe komen, trek er zelf op uit. Dat vind ik een gezonde werkinstelling.” Meer informatie: www.sjaakhullekes.com
The Mass Electric ArtEZ dance finals
Geïnspireerd door de nieuwe cd van de spiksplinternieuwe band ‘MASS ELECTRIC’ maakt Walter Bart van Acteursgroep Wunderbaum een dansvoorstelling. Met fris geweld presenteren 21 ‘new-working-classheroes’ zich op de arbeidsmarkt. Is hun energie de voorbode van een andere economie? Het lijkt er wel op, deze generatie werknemers kan zich splitsen in meerdere persoonlijkheden. Als dat maar goed gaat....
Hey you!! Split in two!! So, you can work that: Double money!! Met live muziek van MASS ELECTRIC gespeeld door Gerry Arling (Arling & Cameron) en Jens Bouttery. Met elektronische beats, synthesizers en drums komt de arbeidsmarkt weer tot leven.
Dansvoorstelling met studenten van de opleiding Dans
Choreografie Walter Bart (acteursgroep Wunderbaum) Muziek Mass Electric Dansers Fariza Achoendova, Bilal Bachir (te zien op de cover), Marina Barmpaki, Cassidy Cardine, Peter Cripps Clark, Lisa de Groote, Angela Demattè, Sophia Frenzel, Davide Guarino, Katie Jacobson, Ellen Landa, Benjamin Muller, Beatrize Navarro, Sally O’Neill, Nina Schick, Patrick Schmatzer, Diana Vieira, Laya Will plus Rotem Shortson (uitwisselingsstudent), Sharon Israeli (uitwisselingsstudent), Guiseppe Perricone, Gianluca Possidente 18 en 19 juni Arnhem, schouwburg 22 juni, Amsterdam, compagnietheater (ITS festival) 25 juni Den Haag, Theater a/h Spui 27 juni Deventer, schouwburg 29 juni Rotterdam, schouwburg
ArtEZ finals 2014 magazine
21
Jonne Covers, Docent Dans
Muziek en dans in balans
22
“Hoe kan een dansmaker een productie maken waarbij dans en muziek een aan elkaar gelijkwaardige relatie onderhouden? Dat is de vraagstelling geweest van mijn onderzoek. De oplossing van de vraagstelling ligt volgens mij niet in één van de vele visies van dansmakers en componisten, maar in een combinatie van alle. Wanneer alle machtsverhoudingen mogelijk zijn en naast elkaar kunnen bestaan dan kunnen zij elkaar dusdanig in balans houden dat er gelijkwaardigheid ontstaat.
Als maker moest ik het kader stellen waarbij de machtsverhoudingen uitgebalanceerd naast elkaar bestonden. Het resultaat is een voorstelling die volledig afhankelijk is van zowel dans als muziek.”
Met een groep dansers en muzikanten ben ik op zoek gegaan naar verschillende vormen van samenwerking in wisselende machtsverhoudingen. Het doel was een situatie te creëren waarbij de dansers en muzikanten elkaar wederzijds konden beïnvloeden.
van Jonne te zien.
In het interactieve Docent Dans Event laten studenten de veelzijdigheid zien van het beroep van dansdocent, met workshops, lesmethoden, onderzoeken, choreografieën, dansvoorstellingen en meer. Tijdens het event is ook de choreografie
24 t/m 28 juni in het Theatrium van ArtEZ in Arnhem.
Jolijn Kamerink, Docent Beeldende Kunst en Vormgeving
Muterende cellen “Mijn fascinatie voor het menselijk lichaam (met name op celniveau) in combinatie met mijn grote angst voor ziektes, leidde ertoe dat kankercellen het onderwerp van mijn werk zijn geworden. Zo ben ik tekeningen gaan maken van microscopische beelden van cellen die zich ongeremd delen. Ik benader het onderwerp op twee manier. In de poĂŤtische benadering breng ik de geheime wereld die zich diep in het lichaam afspeelt aan de oppervlakte. De cellen komen op bepaalde plekken op de huid van de figuren tevoorschijn en lopen vanaf het figuur door op het grondoppervlak. De figuren vergaan op een sierlijke manier, ze pronken aan de buitenkant met hun muterende cellen (hun binnenste). De wetenschappelijke benadering komt tot uiting in een aantal kokertjes waarbinnen ik lagen cellen (op transparanten) heb getekend. Het licht door de kokers geeft het effect van een microscoop. Uitersten staan centraal in dit werk.â€? Eindexpositie Art & Design in Arnhem, 2 t/m 6 juli.
ArtEZ finals 2014 magazine
23
Annemarie Oosterhuis, Docent Beeldende Kunst en Vormgeving
Mens worden
“Ik wil dat mijn kunst bijdraagt aan het worden van een mooi mens. Dat doe ik door te inspireren met schoonheid, door waarheid te zoeken of door mensen uit te dagen om er gewoon te zijn. Ik geloof dat het de opdracht van de mens is om mens te worden. Een mens die tot zijn recht komt, authentiek en schoon is. Materialen die schoonheid, goedheid of nuchterheid uitstralen zijn de basis voor mijn werk. Vaak gaat het om oude, industriële materialen. Denk daarbij aan gevonden en originele materialen van hout, ijzer of beton. Ik stel mijzelf de vraag hoe veel of hoe weinig ik wil toevoegen aan deze materialen. Door dit te testen ontstaat er een beeld, een concept en een vorm. Elk kunstwerk wil de toeschouwer iets vertellen, laten zien, inspireren of bemoedigen. Want heeft niet iedereen een verlangen naar waarheid, puurheid, schoonheid en echtheid?” Eindexpositie Art & Design in Zwolle, 2 t/m 6 juli.
24
Robin van Dam, Graphic Design
De Monsters van Suikerland “Ik sta er van versteld wat ons door de voedingsindustrie wordt voorgeschoteld. Suiker intrigeert mij het meest. In de volksmond wordt het ook wel ‘wit gif’ of
noodzakelijk om te kunnen overleven. Om de kinderen te betrekken bij het verhaal heb ik een spel ontworpen waarin ze op onderzoek gaan in een wereld van suiker.
en is voor scholen bedoeld, maar kan uiteraard ook op andere manieren worden gebruikt. Omdat het spel zo groot is, worden de kinderen de pionnen en mogen
de ‘sluipmoordenaar’ genoemd. Ik heb ervoor gekozen mijn verhaal vorm te geven voor kinderen van groep 3 en 4 van de basisschool (leeftijd 6 t/m 8). Ik wijs niet met het vingertje, suiker is immers
De Monsters van Suikerland moet kinderen bewust maken van wat te veel suiker met het menselijk lichaam doet. Want waar zit suiker in? En wat gebeurt er als je suiker eet? Het spel is levensgroot (3 m x 4 m)
ze zelf over het bord heen lopen. Zo gaan ze op ontdekking in Suikerland.” Eindexpositie Art & Design in Zwolle, 2 t/m 6 juli.
ArtEZ finals 2014 magazine
25
interview
Dansen, koken en praten Orly Almi is een van de vier studenten master Choreography die dit jaar afstudeert. De Israëlische choreograaf betrok het conflict tussen Israël en de Palestijnen en het conflict tussen man en vrouw in een voorstelling met dans, lezing én koken. Tekst: Alex van der Hulst
“Mensen zijn afstandelijk, door dans en improvisatie in dans ontstaat er een betere relatie met je lichaam.”
26
“ArtEZ is cutting edge, Israël kan daar nog veel van leren.” Iedere twee jaar, en nu al voor het twaalfde jaar, beginnen tussen de drie en vijf studenten aan de opleiding master of Choreography. Studenten komen van alle plekken in de wereld om de studie met een stevig theoretisch kader te volgen. De Israëlische Orly Almi is een van de studenten van de lichting 2012 – 2014. Via Skype vertelt ze vanuit Israël hoe ze enkele jaren geleden door een vriend op de master Choreography werd gewezen. Het was een uitkomst, zegt ze. “Je bent niet verplicht te komen wonen in het land van de opleiding. Er zijn periodes waarin we intensief les krijgen, dat varieert van twee weken achtereen tot drie maanden. In die tijd presenteren we ons werk, krijgen we workshops en zijn er vele discussies.” Als de studenten in eigen land zijn, overleggen ze online met hun studiegenoten en krijgen ze de nodige lesstof door van de opleiding. “Er zijn niet veel plekken waar een master Choreography wordt aangeboden”, zegt Almi. “En zeker niet zo cutting edge als bij ArtEZ. Israël kan daar nog een hoop van leren.”
heb ik geleerd hoe ik te werk ga. Dankzij een van de docenten leerde ik het fenomeen van de performance lecture (uitvoering en lezing) kennen. Zo kan ik door de lezing een concrete dialoog met het publiek aangaan terwijl de dans een manier is om het lichaam daarbij te betrekken. Mensen zijn tegenwoordig afstandelijk, door dans, en improvisatie in dans, ontstaat er een betere relatie met je lichaam.”
De studenten leveren voordat ze aan de opleiding beginnen een onderzoeksvoorstel in. Zo wordt er bijvoorbeeld gekeken naar de band tussen filosofie en dans, of hoe video kan helpen in een werk over de maakbaarheid van het lichaam. Voor Orly Almi, die eerder sociale antropologie studeerde, was het gendervraagstuk en het conflict tussen de Israëliërs en de Palestijnen onderwerp van haar onderzoek. “De theorie in de opleiding is gerelateerd aan het werk dat we maken, het is geen pure academische studie. Mijn aanvankelijke onderzoeksvoorstel is in de loop der tijd
In Israël is het niet gebruikelijk om politieke kwesties via dans aan te kaarten. Film, beeldende kunst, literatuur, poëzie en theater buigen zich geregeld over het onderwerp. “Maar dingen veranderen”, aldus Almi. “Bij Occupy-activiteiten werd ook dans gebruikt. Ik ben benieuwd of het ook tot de mainstream-dans doordringt.” Almi vraagt van haar dansers veel improvisatie, maar wil ze niet de politieke achtergrond van haar denken opdringen. “We hebben wel wat politieke discussies, maar meestal zijn we dan al een tijd op weg. Ik werk graag wat langer met sommige mensen dat maakt het makkelijker. Ik heb ervoor gekozen om alleen met vrouwen te werken. Er verandert iets als er geen mannelijke blik aanwezig is. Veel vrouwen hebben deze mannelijke blik al geïnternaliseerd in hun bewegingen. Dat moet je eerst afpellen.” De genderproblematiek maakt een belangrijk deel uit van het werk van Almi. Zo kookt ze tijdens voorstelling of worden er in de dans kookbewegingen gemaakt. Dit is gedaan om het stereotype beeld van de vrouw ter discussie te stellen. “In haar afstudeervoorstelling zit video, beweging, een lezing en koken.” Na afloop wordt er gegeten en gediscussieerd. Dat is makkelijker uit te voeren in een
flink geëvolueerd. Ik dacht eerst aan een soort van politieke dans. Door de opleiding
huiskamer dan in een grote zaal. Almi: “Er zijn amper plekken in Israël waar je
dansvoorstellingen kunt geven, maar toch wil ik daar ooit nog eens terechtkomen.” Orly Almi geeft op 7 juni haar voorstelling Kitchen Moves in Oostblok in Amsterdam. Daarin danst en kookt Almi, ook praat ze over vrouwen, immigratie en het leven in het MiddenOosten. http://oostblok.nl/evenement/ kitchen-moves/
Nieuw: master of Theatre Practices Per september 2014 stopt de master Choreografie en start de master of Theatre Practices. Het programma van de master of Theatre Practices kent een bredere opzet. Dit is een tweejarige, internationale georiënteerde, Engelstalige master bij ArtEZ. In het programma speelt artistic research naar relaties tussen de verschillende kunstdisciplines een centrale rol. Theorie en praktijk staan nauw met elkaar in verbinding. Studenten starten het onderzoek vanuit hun eigen maakpraktijk en verdiepen en ontwikkelen dit tijdens het masterprogramma. De master of Theatre Practices stimuleert studenten om de verschillende aspecten binnen de theaterpraktijk, zoals acteren, regisseren, schrijven, choreografie, beweging, ensceneren en reflecteren, te verkennen. Tijdens de twee studiejaren ligt de nadruk op het bestuderen van verschillende noties van theater en choreografie in relatie tot de samenleving. Esthetiek, filosofie en ‘critical theory’ vormen hierbij belangrijke handvatten. Het artistieke werk van de studenten wordt aangescherpt en verdiept door middel van praktisch, dramaturgisch en methodologisch werk in sessies met makers uit het professionele werkveld en door eigen onderzoek. De studenten leren niet alleen als professionals te reageren op de complexiteit en eisen in het hedendaagse theater, ze geven dit door middel van theorie en praktijk ook zelf vorm.
ArtEZ finals 2014 magazine
27
Rik Laurentzen, Fine Art
Een mentaal archief schetsen “Ik houd me in mijn werk bezig met persoonlijke ruimte en fysieke en raadselachtige situaties. Tekeningen worden gemaakt naar aanleiding van foto’s, collages, een model of schetsen. Deze eerste schetsen worden gekenmerkt door deformatie en het zoeken naar essentiële fragmenten. De al dan niet aanwezige figuratie schuift in de nieuwe tekeningen op naar abstractie om vervolgens weer naar een nieuwe figuratie terug te keren. Ik
28
probeer in dat proces weer toeschouwer te worden van mijn eigen werk. In mijn handschrift zoek ik een grote mate van expressie waarin de suggestie en beeldende spanning verder moet reiken dan het origineel. De schetsen zijn mijn speelterrein geworden, maar ook mijn mentaal archief.” Eindexpositie AKI ArtEZ in Enschede, 2 t/m 6 juli.
Tessa Groenewoud, Product Design
Transformers aan je voeten “Ik bereken, vervorm en geef een nieuwe context aan mijn materiaal. Door te experimenteren kom ik tot nieuwe ontdekkingen die leiden tot een vernieuwende productiewijze, andere functionaliteit of een nieuwe vormentaal in schoenen. Voor mijn eindexamen ben ik uitgegaan van transformerende principes zoals: klemmen, drukken, en draaien. Hiermee construeer ik vorm. Een van de uitgangspunten waar ik me op heb gericht is de flexibiliteit van het materiaal. Zo heb ik een specifieke vorm in de schoen aangebracht, waardoor je in één handeling de schoen kunt klemmen rond de voet. De schoenen ondergaan op dat moment een gedaanteverandering als een soort ‘transformers’. Deze vormverandering zorgt tegelijkertijd voor functionaliteit.” Eindexpositie Art & Design in Arnhem, 2 t/m 6 juli.
ArtEZ finals 2014 magazine
29
interview
“Durf kunstenaar te Mark Manders en de kunst van het maken
Mind study 2010-2011. Foto: Jan Kempenaers (met dank aan Zeno X Gallery en Tanya Bonakdar Gallery)
In de tijd dat kunstenaar Mark Manders in Arnhem studeerde kwam de kunstwereld niet aan bod in de opleiding, laat staan zoiets als ‘branding’. Het ging om de kunstgeschiedenis en vooral om het maken. “Ik vind het interessant dat iemand iets wil maken. Nu, niet pas over een paar jaar. Het is niet evident dat je kunt overleven als kunstenaar.” Tekst: Manon Berendse
30
zijn”
“Studenten benaderen als collega’s, ik geloof echt in die manier van werken.”
In 1988 meldt Mark Manders (1968) zich in Arnhem, toen de Hogeschool voor de Kunsten. Manders: “Ik had de Grafische School gedaan en was blij met de breedte die ik op de academie vond. In het eerste jaar zat je met mode, vrije kunsten, 3D en grafische vormgeving in één klas. Heel anders dan nu, maar het werkte erg goed. Ik dacht op grafisch gebied verder te gaan en koos bewust voor Arnhem, voor Karel Martens, docent grafische vormgeving. Al na een paar weken werd me duidelijk dat de afdeling Vrije Kunsten mijn eigenlijke werkterrein was. Wel ben ik blijven werken in mijn atelier tegenover het grafieklokaal – bij gebrek aan een eigen plek nam ik mijn intrek in de gang. Ik had er een briefje naast mijn spullen opgehangen: “Wordt morgen opgeruimd”. Uiteindelijk heb ik daar vier jaar lang gewerkt, terwijl er mensen langs liepen. Karel Martens kwam vaak kijken. Ongestoord werken, je concentreren op een publieke plek – daar heb ik nog altijd profijt van bij het inrichten van tentoonstellingen.” “Het klinkt misschien gek, maar ik durfde niet te zeggen dat ik kunstenaar wilde worden. Of was – ik durfde mezelf niet zo te noemen. Maar na die eerste paar weken realiseerde ik me dat ik er voor uit moest komen dat ik kunstenaar wilde zijn. Jan Willem Smeets, hoofddocent in die tijd, zei na onze eerste werkbespreking: “Ik hoef jou niet meer te spreken, je bent goed bezig. We zien elkaar wel op het eindexamen.” De academie was heel erg vrij in die tijd, maar ik vind dat wel goed. Voel maar dat je er alleen voor staat. En besluit dan wat je gaat doen, wat je wilt leren, wie je wilt spreken.” Manders weet nog precies welke docenten hem hebben geïnspireerd. “Met iemand als Jaap Wieseman had ik fijn contact. Ik nam boeken mee over kunstenaars als Giotto om met hem door te spreken – hij wist daar heel veel van. Met welke kunstwerken gaat jouw werk in gesprek? Ik vind dat nog altijd een
juiste verhoudingen. Daar had hij een feilloos gevoel voor. Soms mat hij mijn werk letterlijk na, om te zien of het wel klopte. Na mijn afstuderen vond ik een atelier in Elst. Hij zocht me ieder half jaar op, op de fiets. In feite heb ik vanaf het begin het gevoel gehad dat de docenten je benaderden als een collega. Iemand als Martin Hendriks bijvoorbeeld, vond het jammer dat ik geen schilderijen maakte. Maar schilderijen hebben voor mij een moeilijke relatie met de geschiedenis. Tot dingen kan ik me beter verhouden – als mens en als kunstenaar. Ook dat was een inzicht.” Superkans “Ik heb geen beeld van hoe er momenteel gewerkt wordt aan de academies hier, maar soms werk ik als gastdocent in de Verenigde Staten. Dan geef ik studenten een hand en benader hen als collega’s – ik geloof echt in die manier van werken. Ik vind het interessant dat iemand iets wil maken. Nu dan hè? Niet pas over een paar jaar, zoals ik daar wel vaker mensen hoor zeggen. Ik denk dat je het nu kunt doen, in je academiejaren. Het is niet evident dat je kunt overleven als kunstenaar. De academie is een superkans om je voor te bereiden op een complex beroep. Daar krijg je vier hele jaren de tijd voor.” Manders herinnert zich nog goed hoe eenzijdig dat beroep werd geschetst in zijn tijd (1988-1992). “Ik kan me niet herinneren dat het woord galerie ooit gevallen is. De kunstgeschiedenis deed ertoe. De kunstwereld kwam gewoon niet aan de orde. Ik had er ook nooit over nagedacht en zei overal nee tegen toen ik net was afgestudeerd. Ik wist niet waarvoor ik zou kiezen. Er was veel interesse, dus ik was zelf aan zet. Dat is een comfortabele positie, dat realiseer ik me goed. Het was ook een fijn soort naïviteit. Ik bedoel: toen ik een brief ontving voor een groepstentoonstelling in het Musée d’Art Moderne in Parijs had ik geen idee. Ik
relevante vraag. Met iemand als Han Janselijn voelde ik me verwant. Hij was een poëtische man, altijd bezig met de
schrok me wild toen ik uiteindelijk daar kwam, ik had me niet gerealiseerd dat het zo’n belangrijk museum was. Even kunnen
ArtEZ finals 2014 magazine
31
googelen heeft wat dat betreft heel veel veranderd. Alles gaat sneller, maar ik beschouw het maken van werk nog steeds als het allerbelangrijkste. Dat moeten studenten kunnen, nu en in de toekomst.” Manders is er de kunstenaar niet naar om zijn eigen tijd en nieuwe technieken niet te omarmen. “Weten hoe je dingen kunt maken, geeft je vrijheid. Mijn doel op de academie was om zoveel mogelijk technieken onder de knie te krijgen. In mijn laatste jaar heb ik me bijvoorbeeld verdiept in keramiek. Dat moest van mezelf. In gebakken staat vond ik klei afschuwelijk, maar nog nat vond ik het mooi. Beelden zien eruit alsof ze nog maar net af zijn, alsof ik er nog iets aan zou kunnen veranderen. Ik ben toen natte klei gaan ‘maken’, met brons en epoxy. Ik denk dat als ik nu les zou geven, ik ook gericht zou zijn op het maken. Op de kunst als ambacht.” Vier jaren academie waren rijk, maar daarna was de cirkel voor Manders rond. “Ik zag ernaar uit om echt vrij te zijn. Nergens meer bij te horen. Een
“Ik werkte op de gang, je kunnen concentreren op een publieke plek daar heb ik nog altijd profijt van.”
Rijksacademie boeide me bijvoorbeeld niet. Ik wilde gewoon aan het werk, heb me ook nooit zorgen over gemaakt of dat wel zou gaan, al was dat nergens op gebaseerd. Het zou gewoon wel gaan lukken. Het fenomeen ‘branding’ bestond nog niet, maar daardoor voelden we ook geen druk. We grapten natuurlijk wel over het grote zwarte gat dat ons zou wachten na de academie, maar dat kwam niet.” Manders herinnert zich wel heel goed hoe het was om voor het eerst naar buiten te treden met zijn werk, toen hij, net afgestudeerd, een Prix de Rome won (1992). “De tentoonstelling vond plaats in Museum Fodor, in een indrukwekkend grachtenpand in Amsterdam. Ik dacht dat dat superfijn zou voelen. Maar toen het was geopend, voelde ik helemaal niks. Er liepen allemaal mensen rond waar ik niets mee had. Het was bijna alsof ik er niet meer mocht komen. Toen realiseerde ik me dat het plezier voor mij uit mijn werk komt. Zo is het nog altijd. Uiteindelijk gaat het om de dingen die je maakt: die moeten kunnen dóórpraten, ook als je er niet meer bent.”
Mark Manders tijdens zijn academietijd (archief Mark Manders)
Mark Manders (Volkel, 1968) werkt al sinds zijn achttiende aan zijn oeuvre onder de noemer ‘Zelfportret als gebouw’. In dat werk is plaats voor objecten die hij stuk voor stuk zelf maakt en op verschillende manieren en momenten combineert. Van meubels tot bronzen beelden, van boeken tot kranten en tekeningen. Heb je eenmaal een van zijn installaties gezien, dan herken je zijn beeldtaal de volgende keer direct. Vanuit het Belgische Ronse, in een voormalige textielweverij, werkt Manders graag aan meerdere werken tegelijk. Onder langgerekte, roestende daglichtkappen bouwde hij verschillende ruimtes met gipsbeton en soms met niet meer dan flinterdun plastic. Zo ontstonden meerdere ateliers binnen het atelier. Kleine, verwarmde plekken om te tekenen of te werken aan publicaties, een beschutte ruimte om te werken aan ‘kleine dingen’, hogere ruimtes voor kleibeelden en een weidse hal voor installaties in wording. Een opslag is er ook, voor objecten en installaties die geduldig wachten, soms jarenlang, tot Manders ze weer opneemt in een nieuw project. Naast een hal voor het transportklaar maken van werk ligt een machinewerkplaats – Manders maakt vrijwel alles zelf en werkt pas sinds twee jaar met een assistent. Hij wandelt graag van de ene ruimte naar de andere, denkend over waar hij mee bezig is en zich soms verliezend in wat hij onderweg tegenkomt. Een tikje verontschuldigend: “Ik laat de dingen waaraan ik werk graag staan. Het kan lang duren voordat ze af komen, maar ik wil ze om me heen hebben.” Na de Prix de Rome (1992) ontving hij in 2010 de Dr. A.H. Heinekenprijs voor de Kunst. De lijst met exposities in met name het buitenland is lang: van Berlijn tot Tokio, van Minneapolis tot Mexico City. Vorig jaar was zijn werk te zien in het Nederlandse paviljoen van de Biënnale in Venetië – het werd lovend ontvangen. Momenteel werkt hij aan een groot beeld voor Central Park in New York. Zijn eerstvolgende tentoonstelling is te zien in Antwerpen, bij galerie Zeno X.
www.markmanders.org
Working Table 2012-2013. Foto: Jan Kempenaers (met dank aan Zeno X Gallery en Tanya Bonakdar Gallery)
32
Mark Manders Zeno X Gallery Antwerpen Borgerhout 23 april - 31 mei, 2014 Preview: 20 april, 15 - 18 uur www.zeno-x.com
Het slot Eindvoorstelling Toneelschool
“Op 3 juni is het negentig jaar geleden dat een van de belangrijkste schrijvers van de 20e eeuw overleed: Franz Kafka. Centraal in zijn oeuvre staan thema’s als vervreemding, schuld en boete, bureaucratie, vrije wil en verzet tegen onzichtbare machten. Twee jaar voor zijn dood schreef Kafka Het Slot dat als een van de belangrijkste modernistische romans van de wereldliteratuur kan worden beschouwd. Hierin beschrijft hij de lotgevallen van de vreemdeling K. en diens vergeefse pogingen om toegang te krijgen tot de autoriteiten van een mysterieus kasteel.
De vernederingen die de hoofdpersoon moet doorstaan om aan een verblijfsvergunning te komen raakt niet slechts een klein beetje aan het huidige asielzoekersbeleid. Wij, afstuderende acteurs van Arnhem 2014, hebben samen met Julie van den Berghe besloten dit meesterwerk te lijf te gaan. Niet alleen vanwege de actualiteit maar ook om de absurditeit, erotiek en mystiek ervan. Jona Hoek maakte speciaal voor de klas een toneelbewerking.”
De actualiteitswaarde van het werk is opmerkelijk. De ambtelijke papierwinkel van weleer is weliswaar
Regie: Julie van den Berghe Bewerking: Jona Hoek Met: Eva Heijnen, Tom Jaspers, Anna Keuning, Niels Quist, Laurien Riha en Ali Zijlstra
vervangen door een digitale, en onzichtbare machten huizen tegenwoordig eerder in glazen en stalen torens van financiële instellingen dan in stenen kastelen, toch blijft het gevoel dat er over onze hoofden wordt geregeerd om redenen die we niet kunnen bevatten.
12 t/m 18 juni in Arnhem 19 juni in Rotterdam 21 juni in Amsterdam (ITS festival) Zie voor tijden en locaties www.artez.nl/finals
ArtEZ finals 2014 magazine
33
From Arnhem with Love Met het shirt From Arnhem with Love vragen de derdejaars studenten Fashion Design aandacht voor de schendingen van homorechten in Rusland. Dit t-shirt laat een roze interpretatie van een meesterwerk van de Russische kunstenaar El Lissitzky zien. De 22 studenten hebben From Arnhem With Love opgezet om de Russische lesbian, gay, bisexual en transgender (LGBT-) community een hart onder de riem te steken. Erwin Olaf, bekend voorvechter van homorechten schoot het campagnebeeld. Actie steunen? Bestel het shirt! Stuur een mail met uw naam plus aantal shirts naar collectiearnhem2014@gmail.com. U ontvangt een betaallink. De kosten per shirt zijn â‚Ź 60,- (one size only). De totale opbrengst gaat naar een speciaal LGBT-project van Amnesty International. Naast het shirt is er de Collectie Arnhem, eveneens gemaakt door de derdejaars modestudenten. Deze is te zien tijdens de Fashion Show van ArtEZ op 5 en 6 juni. #fromarnhemwithlove Instagram.com/collectiearnhem Collectiearnhem.nl
Foto: Erwin Olaf Visagie: Anita Jolles @ EEA Model: Diek @ Rocket Garage
34
Docent Muziek
Anderen enthousiast maken voor muziek In de afstudeerprojecten van de studenten van de opleiding Docent Muziek zie je de breedte van het vakgebied terug. Van het begeleiden van een koor tot een muziekles-app en van een muziektheaterproductie tot een educatief programma voor middelbare scholieren. Annemieke van Doesburg, Erik Korterink, Iris van Bueren en Nienke Boinck vertellen over hun project. Tekst: Francien van Zetten Fotografie: Duncan de Fey
“Via muziek kun je emoties aanvoelen en uiten, je leert samenwerken, luisteren naar elkaar en muziek biedt structuur.”
Annemieke van Doesburg Docent Muziek, specialisatie orthopedagogisch muziekdocent
Muziekles-app “Als docent muziek wil ik iedereen zo enthousiast mogelijk maken voor muziek, ook leerlingen in het voortgezet speciaal onderwijs: het vso. Als afstudeerproject ontwikkelde ik de online muzieklesmethode Sleutel tot Succes voor het voortgezet speciaal onderwijs met de richting autisme. Vanaf mijn zevende ben ik met muziek bezig. Ik speel dwarsfluit en
Voor mijn specialisatie orthopedagogisch muziekdocent heb ik veel stage gelopen op vso-scholen en ik ontdekte dat er vaker geen muziek wordt aangeboden. De vakkennis ontbreekt meestal bij de docenten. Dat is heel jammer en dat wil ik veranderen. Via muziek kun je emoties aanvoelen en uiten, je leert samenwerken, luisteren
Sleutel tot Succes heb ontwikkeld als iPad-app in samenwerking met Damz Producties. Dit jaar komen de eerste vijf lessen uit, hierbij wordt gewerkt aan theoretische kennis en luistervaardigheid. De app vult een deel van de les. Uit onderzoek blijkt dat praktijkoefeningen en uitleg van een vakdocent noodzakelijk zijn. Dus maak
piano en heb doedelzak gespeeld bij een band, gitaarles gehad en zing nu enige tijd. Mijn broertje heeft Asperger, een vorm van autisme en gaat naar het vso. Op zijn school wordt geen muziekles aangeboden.
naar elkaar en muziek biedt structuur. Het is daardoor net het schakeltje dat mist bij leerlingen met autisme. Er bleken geen muziekmethodes te zijn voor het vso. Vandaar dat ik de online lesmethode
ik ook een docentenhandleiding voor het gebruik van de app. Na mijn afstuderen wil ik, naast het geven van muziekles op een school, met mijn eigen bedrijf de muziekles-app verder ontwikkelen.”
ArtEZ finals 2014 magazine
35
“Dat wowgevoel was geweldig. Samen zo iets groots neer zetten geeft een kick.”
Erik Korterink Docent Muziek, specialisatie koordirectie
Improvisatie “Op het conservatorium in Zwolle heb ik geleerd mijn passie voor muziek uit te stralen en om te zetten in projecten waarbij je leerlingen in aanraking brengt met muziek. In mijn geval gaat het om klassieke muziek. Mijn afstudeerproject bestond uit een klassiek concert met een koor van zestig leerlingen van het Greijdanus College begeleid door professionele muzikanten in de Sint Michaelskerk in Zwolle. Het is een fantastisch project geworden. Het mooiste is dat de leerlingen en ik zo’n enorme ontwikkeling hebben doorgemaakt. De meeste leerlingen vonden het interessant om met klassieke muziek bezig te zijn. Voor sommigen was het onbekend, maar door het samen in te studeren begonnen zij de muziek ook te waarderen. Het was nieuw voor ze om een stuk op basis van improvisatie op teksten van Shakespeare te maken. Aan het begin moesten ze teksten door de ruimte schreeuwen. Je zag ze denken: waar zijn we mee bezig? Ik moest ze motiveren, meeslepen in het verhaal achter de muziek en tegelijkertijd op hoog niveau werken. Tijdens het concert reageerde het publiek enthousiast, dat wow-gevoel was geweldig. Samen zo iets groots neerzetten geeft een kick. Klaas Stok heeft me tijdens de opleiding de beginselen van het dirigeren van een koor bijgebracht. Ik oriënteer me op een studie in die richting. Ik dirigeer nu twee koren en wil daar graag mee verder. Net als met het begeleiden van koren op de piano en het geven van muziekles in het voortgezet onderwijs, wat ik al doe in Zwolle. Die afwisseling is heel leuk.”
36
“Ik werd verliefd op het conservatorium in Zwolle, op het gebouw, een oud klooster en de sfeer die er hing.”
Iris van Bueren Docent Muziek, specialisatie zang
Puur vocaal
“De muziekproductie waar ik mee af studeer heet Superhelden voor Dummies. Het is een puur vocaal theaterstuk voor vijf zangers; drie vrouwen en twee mannen. Ik heb het zelf geschreven. Het gaat over vijf superhelden, die helemaal niet zo super zijn als ze eigenlijk willen zijn. Er gaat natuurlijk van alles mis, maar het is een vrolijk stuk. De eerste zeven nummers zijn klaar. We hebben ze zelf gearrangeerd. We spelen drie voorstellingen. Voor twee voorstellingen ga ik basisscholen uitnodigen. Als het goed loopt, gaan we met dit stuk toeren als a-capellagroep. Naast de muziekproductie schrijf ik een scriptie over het vernieuwd middelbaar onderwijs en de motivatie van docenten toegespitst op het vak muziek. Er was altijd muziek bij ons thuis. Mijn vader hield ontzettend veel van popmuziek uit de jaren zestig en zeventig, wat heel inspirerend was. Op mijn achtste kreeg ik lierles en later blokfluitles op de Vrije School. Op mijn zeventiende ging ik op zangles, ik zong toen al in schoolbandjes. Na de middelbare school wist ik niet wat ik wilde. Ik werd verliefd op het conservatorium in Zwolle, op het gebouw, een oud klooster en de sfeer die er hing. De docentenopleiding geeft je een brede basis. Van muziek schrijven tot dirigeren en organiseren. Ik zing in de band Dr. Goo’s Masjien. Daar wil ik graag mee doorgaan in combinatie met het lesgeven op een school. Misschien ga ik nog een masteropleiding doen, kunsteducatie of pedagogiek.”
ArtEZ finals 2014 magazine
37
“Aan mij de taak om de sleutel te vinden die past bij middelbare scholieren.”
Tips
Muziek! Muziek! Muziek! Van begin juni tot begin juli zijn er vrijwel dagelijks eindexamenconcerten bij het ArtEZ Conservatorium in Arnhem, Enschede en Zwolle. Er is een grote diversiteit: van jazz en pop tot dance, klassiek, muziektheater, van instrumentaal tot vocaal, van kleine tot grote bezettingen. Iedere locatie heeft een eigen programma. Er zijn optredens in de concertzalen van ArtEZ en ook op andere locaties. De redactie van het finals magazine geeft hieronder een paar tips, maar er zijn nog veel meer eindexamenconcerten om te bezoeken en blij van te worden!
Nienke Böinck Docent Muziek, specialisatie jazz-zang
De kloof dichten “Lesgeven vind ik heel leuk, dat heb ik tijdens de opleiding aan het conservatorium in Enschede gemerkt. Maar ik wil niet fulltime voor de klas staan. Daar sta ik zelf te graag voor op het podium. Ik ben opgegroeid in een muzikaal gezin tussen de pop- en rockmuziek. Sinds de middelbare school speel ik altijd wel in een theater- of muziekproductie. Vandaar mijn specialisatie jazz-zang. De afdeling jazz in Enschede is heel succesvol. Ik ben blij dat ik ben toegelaten en les heb van zangeres
om zo veel mogelijk jonge mensen kennis te laten maken met klassieke muziek. Er is een uitgebreid educatief programma voor het basisonderwijs, voor het voorgezet onderwijs is dit nog beperkt. Tot mijn verbazing weten veel docenten überhaupt niet wat er mogelijk is bij het orkest. Dat ze een repetitie kunnen bijwonen en dat er workshops zijn over de rol van de dirigent. Het orkest heeft weinig kennis van deze doelgroep. Aan mij de taak die kloof te dichten en de sleutel te vinden die past bij middelbare
Adrienne West uit New York. Als afstudeerproject onderzoek ik voor het Nederlands Symfonieorkest welk lesmateriaal het orkest voor het voortgezet onderwijs kan ontwikkelen. De missie van het orkest is
scholieren. Dat is best lastig, want klassieke muziek staat ver van hun belevingswereld af. Een repetitie bezoeken is vrij passief, als je leerlingen zelf mee laat doen, beleven ze de muziek meer.”
38
In Arnhem o.a.: Jazz & Pop: - Alexander Gromeijer (alexander-gromeijer.com) - Paul Rittel (paulrittel.de) Muziektheater: - Mirjam van Dijk - Mirthe Dokter (mirthedokter.nl) - Nike van Essen In Enschede o.a.: MediaMusic: - Ferdy van der Singel - Joris Hoogsteder - Zino van Hamersveld Popacademie: - Rosanne Blufpand (roosblufpand.nl) In Zwolle o.a.: Klassieke Muziek: - Dennis Broeders - Ferdinand Binnendijk (duostringendo.nl) - Russ Zokaites (russzokaites.com) - Simon al Odeh (simonal-odeh.de) Jazz & Pop: - Joanne Smolders (joannesmolders.com)
Zie www.artez.nl/ finals voor voorproefjes en meer info.
Mariska Hoppen, Interieurarchitectuur
Good Food Connects: De keukenverhalen van Zwolle “In ons afstuderen wordt ons, als toekomstig interieurarchitect, gevraagd een andere invulling te geven aan
toenemende groei van en belangstelling voor slow food naast lokale en biologische voeding. Deze manier van eten wil ik met
In het ontwerp staat daarom het bereiden van eten, het foodlab centraal. Trappen, kookmanieren en zichtlijnen zijn daarbij
leegstaande winkelpanden in Zwolle. De explosieve groei van webwinkels is mede oorzaak van deze leegstand. In een opgegeven winkelpand aan de Sassenstraat wil ik een uniek concept vestigen namelijk: ‘Good food connects’. Ik bied Zwolle een platform voor de
mijn ontwerp laagdrempeliger maken en stimuleren. Ik maak daarbij gebruik van allerlei bestaande lokale bedrijven zoals biologische supermarkten, boeren en in Zwolle gevestigde organisaties zoals Slow food. In dit pand komen zij samen en delen zij kennis en keukenverhalen.
essentieel en vormen de kern van het ontwerp.” Eindexpositie Architectuur en Interieur in Zwolle, 2 t/m 6 juli
ArtEZ finals 2014 magazine
39
Bezoek de ArtEZ finals 2014 mei
Arnhem
Enschede
Zwolle
Overige steden
Theater
Muziek
Theater
Dans
Vanaf 1 mei Docent Theater
Vanaf 6 mei Klassieke Muziek / Jazz & Pop / Popacademie / MediaMusic / Docent Muziek / Muziektherapie / master Muziek
19 t/m 23 mei Docent Theater
Vanaf 8 mei master Choreography (Rotterdam / Hamburg)
Art & Design
Muziek
Muziek
Dans
5 en 6 juni Fashion Show
Gehele maand: Klassieke Muziek / Jazz & Pop / Popacademie / MediaMusic / Docent Muziek / Muziektherapie / master Muziek
vanaf 23 juni Klassieke Muziek/ Jazz & Pop / Docent Muziek
t/m 7 juni master Choreography (London / Amsterdam) 22 juni Eindvoorstelling Dans (It’s Festival - Compagnie theater, Amsterdam) 25 juni Eindvoorstelling Dans (Theater a/h Spui, Den Haag) 27 juni Eindvoorstelling Dans (Schouwburg, Deventer) 29 juni Eindvoorstelling Dans (Schouwburg, Rotterdam)
juni
Muziek Vanaf 2 juni Jazz & Pop Vanaf 27 juni Muziektheater
Dans 18 en 19 juni Eindvoorstelling Dans (Schouwburg) 24 t/m 28 juni Docent Dans Event
Theater
Theater
12 t/m 18 juni Eindvoorstelling Toneelschool
19 juni Eindvoorstelling Toneelschool (De Gouverne straat, Rotterdam) 21 juni Eindvoorstelling Toneelschool (It’s Festival Compagnietheater, Amsterdam)
juli
Art & Design
Art & Design
Art & Design
Art & Design
2 t/m 6 juli Product Design / Interaction Design / Graphic Design / Fine Art
2 t/m 6 juli Crossmedia Design / Fine Art
2 t/m 6 juli Animation Design / Illustration Design / Graphic Design / Fine Art
(locatie: Building 26, Koningsstraat
Muziek
5 en 6 juli End of Year Show Werkplaats Typografie master Typografie (De Ateliers, Amsterdam)
Arnhem (voormalige bibliotheek)
t/m 9 juli Klassieke Muziek / Jazz & Pop / Popacademie / MediaMusic / Docent Muziek / Muziektherapie / master Muziek
Muziek t/m 3 juli Jazz & Pop / Muziektheater
Architectuur en Interieur 2 t/m 6 juli Interieur architectuur (bachelor) / Interieurvormgever (associate degree)
Docentopleidingen 2 t/m 6 juli Docent Beeldende Kunst en Vormgeving
Muziek t/m 4 juli Klassieke Muziek / Jazz & Pop / Docent Muziek
Kom talent spotten! Tussen 1 mei en 7 juli presenteren de eindexamenkandidaten van ArtEZ zich met hun eindexamen- werk. In Arnhem, Enschede en Zwolle en in andere steden. De ArtEZ finals zijn voor iedereen toegankelijk, veel activiteiten zijn kosteloos. Zie voor uitgebreide informatie www.artez.nl/finals. Volg ons op Facebook voor de laatste updates. Bij het drukken van dit magazine waren nog niet alle gegevens over de ArtEZ finals 2014 bekend. Check www.artez.nl/finals voor de meest actuele informatie.