ArtEZ Magazine Academie Theater & Dance 2023

Page 1

Van docent naar artisteducator

Magazine ArtEZ Academie voor Theater & Dans 2023


Inhoudsopgave 3

Voorwoord

Maritska Witte

4

De artisteducator in het onderwijs

Marijn Lems

8

“Het woord Doelgroep mag van mij helemaal verdwijnen. We zijn een groep en doen het samen”.

Roos Wijnants

12

De “brave artisteducator”

David Limaverde

14

Bruggen bouwen in Belfast als artisteducator

Iris Janssen

16

De Shankill Mission: “ArtEZ vindt een nieuw thuis in site specific college in Belfast

Roos Wijnants

20

Verbinding door conflict: IMAE alumnus Ana heeft haar doel gevonden

Roos Wijnants

22

Een gereedschapskist vol dans

Iris Janssen

24

“Wie zit aan tafel, wie spreekt en wie moet misschien even luisteren?”

Dana Linssen

28

De artisteducator: een beweging richting non-hiërarchische pedagogiek

Emiel Copini & Fabiola Camuti

31

Liza maakt theater met Oekraïense kinderen

Iris Janssen

32

Dansen als medicijn

Rachel Felix

34

Het DNA van Ja en Nee

37

Een zoektocht naar mijn artisteducator in de praktijk

38

Robby ontwierp zijn eigen studieprogramma in Suriname

Iris Janssen

40

Moving histories: communities verbinden door kunst en educatie

Iris Janssen

42

Het gevoel van dans ervaren zonder te dansen

Iris Janssen

45

Studenten Dance Artist in Museum Arnhem

Noortje Bijvoets

1

ARTISTEDUCATOR IN DANS ARTISTEDUCATOR IN THEATER ARTISTEDUCATOR IN THEATER EN MEDIA MASTER ARTISTEDUCATOR DANCE ARTIST TONEELSCHOOL LECTORAAT ART EDUCATION AS CRITICAL TACTICS

Inés Sauer Jesper Pouw



Voorwoord Beste lezer, Met trots presenteer ik dit magazine van de Academie voor Theater en Dans van ArtEZ 2023. We hebben het dit jaar geheel gewijd aan ontwikkelingen binnen de docentopleidingen theater, dans en media, die per seizoen 2023-2024 een nieuwe naam krijgen. De opleidingen hebben hun programma’s en inhoud de afgelopen jaren ingrijpend gewijzigd, daarmee reagerend – en vooruitlopend - op ontwikkelingen in het werkveld. De nieuwe namen van de opleidingen komen voort uit innovatietrajecten die ze samen met iMAE (International Master of Artist Educator) en het lectoraat Art education as Critical tactics (AeCt) hebben ingezet.   Docent Theater Zwolle wordt Artisteducator in theater & media, Docent Dans wordt Artisteducator in dans , Docent Theater Arnhem wordt Artisteducator in theater.  Artisteducators zetten hun artistieke en sociaal didactische kwaliteiten in binnen de context van uiteenlopende projecten en communities. Ze begeven zich in de ruimte tussen kunst en maatschappij, analyseren de systemen, relaties en structuren die ze in de gekozen context aantreffen, om daar vervolgens artistiek op te reflecteren. Co-creatie in context is de bron van het kunstenaarschap en het sociaal empathisch vermogen van de artisteducator. Artisteducator schrijven wij daarom bewust aan elkaar, om te laten zien dat de kunstenaar en de docent één zijn en niet los van elkaar gezien kunnen worden. Maatschappelijke vraagstukken over gelijkheid, klimaat en cohesie vragen om artisteducators die kunst inzetten om samen met mensen anders te kijken, te verbeelden en zo misschien de wereld anders vorm te geven. We zullen begrippen als groei, succes en goed samenleven moeten herdefiniëren, van nieuwe inhoud voorzien. Daarvoor hebben we verbeelding nodig. We leiden daarom in de eerste plaats mensen op die luisteren en betekenisvolle processen aangaan met verschillende doelgroepen die leiden tot zelfexpressie, zelfbewustzijn en omgevingsbewustzijn. Theater en dans (en film/nieuwe media) zijn de media waarin onze studenten zich bekwaamd hebben. De media waarvan ze zich bedienen om die perspectieven vorm te geven. In dit magazine vind je voorbeelden van hoe dat kan werken in onze eigen onderwijsmodules binnen en buiten ArtEZ, zowel voor de artisteducator bachelor en masteropleidingen als de uitvoerende opleidingen. Daarnaast komen studenten aan het woord die als artisteducator aan het werk zijn. De naamswijziging die we met dit magazine vieren is natuurlijk niet het eindpunt van de reis, eerder een betekenisvolle tussenstop. Dit studiejaar gaat Artisteducator in Dans van start met een volledig herzien curriculum. Ook de opleiding Dance Artist heeft gewerkt aan een nieuw curriculum. Allebei met meer ruimte voor een diverse instroom en flexibele leerroutes. Ik verheug me ook zeer op het komende seizoen omdat Lotte van den Berg tot eind 2024 artist-in-residence is voor de hele academie. Het voelt als een enorme verworvenheid dat we de tijd kunnen nemen om elkaar te leren kennen en door samen te spreken en werken de belangrijkste noden en wensen van studenten en medewerkers kunnen uitlichten en vormgeven. Dit allemaal samen is een basis om te werken aan de afspiegeling van de meerstemmigheid in de samenleving. Om te blijven werken aan studentbetrokkenheid. Om te bouwen aan meer samenwerking tussen de opleidingen. We zijn er nog lang niet. Maar we zijn op een mooie plek om stil te staan en te kijken naar de weg die voor ons ligt. Met hartelijke groet, Maritska Witte *Geheel in de geest van de artisteducator is het magazine trouwens vormgegeven door drie kersverse alumni van de opleiding Graphic Design, en geschreven door studenten, alumni, docenten en onderzoekers *Anders dan voorgaande jaren presenteren we hier niet de individuele nieuwe alumni. Die zijn heel makkelijk te vinden op de finals pagina’s via de QR-code op de linkerpagina.


MARIJN LEMS

DE Artisteducator IN HET ONDERWIJS Op de docentenopleidingen binnen de podiumkunstafdeling van ArtEZ is veel in beweging. Vanaf volgend collegejaar heten het zelfs geen docentopleidingen meer, maar opleidingen voor artisteducator in Theater, Dans en Media. Maar wat betekent ‘artisteducator’ eigenlijk? En welke ontwikkelingen hebben tot deze verandering geleid? We gingen in gesprek met de hoofden van de betreffende opleidingen (Laura Wijnbelt - artisteducator in dance, Cormac Burmania - artisteducator in theatre Arnhem, en Arjen Hosper - artisteducator in theatre and media Zwolle), senior onderzoeker Fabiola Camuti en Maritska Witte, directeur van de Academie voor Theater en Dans. Helaas ontbrak John Johnston, hoofd International Master Artisteducator (IMAe) in dit gesprek door onderwijsverplichtingen in Belfast.

Vanaf dit collegejaar hebben de docentopleidingen podiumkunsten van ArtEZ een nieuwe naam: het zijn opleidingen voor artisteducators geworden. Dat behelst veel meer dan een eenvoudige naamsverandering: de opleidingen zijn van boven tot onder opnieuw georganiseerd. Voor de opleidingen docent theater is dat proces al langer gaande, en de opleiding docent dans staat nog aan het begin van een veranderingstraject, maar in de basis gaat het om hetzelfde: een volledige herziening van hoe het onderwijs wordt ingericht. In die herziening staat de ‘artisteducator’ dus centraal. Artisteducator wordt aan elkaar geschreven om de tegenstelling tussen de kunstenaar enerzijds en de docent anderzijds overboord te zetten. Een artisteducator zet didactisch-pedagogische kwaliteiten in haar kunstenaarschap in, net als vaardigheden en het vakmanschap van de kunstenaar in het werken binnen uiteenlopende contexten. De artisteducator begeeft zich in de ruimte tussen kunst en maatschappij, analyseert de systemen, relaties en structuren die ze in de gekozen context aantreft, om daar vervolgens artistiek op te reflecteren. Altijd in samenspraak met die context zelf. Als een artisteducator bijvoorbeeld in de klas komt, doet ze eerst onderzoek naar wat er in de klas, de school en de lokale omgeving speelt, Het gesprek daarover met de leerlingen is het vertrekpunt van het artistieke proces. Datzelfde kan de artisteducator ook in wijken, communities of bedrijven doen, in iedere context richt ze zich op een omgevings- en systeemanalyse en een vertaling van die realiteit naar de verbeelding. De co-creatie met de context is de bron van haar kunstenaarschap. Om studenten op een loopbaan als artisteducator voor te bereiden op de praktijk, is het noodzakelijk om ze de hele opleiding de kans te geven om op een onderzoeksmatige manier te werken, in steeds wisselende omgevingen, meestal buiten de school. Traditionele afzonderlijke vaklessen verdwijnen bijna volledig, en in de plaats ervan worden er steeds nieuwe ‘laboratoria’ opgezet waarin docenten en studenten samen met een onderzoeksvraag aan de slag gaan. Verderop in dit magazine worden voorbeelden uitgelicht van het werken binnen verschillende contexten. In 2015 zag lector Jeroen Lutters de noodzaak van een transitie in kunsteducatie. Hij nodigde John Johnston uit om naar Nederland te komen en zijn expertise in sociaal-geëngageerde kunst en kunsteducatie bij ArtEZ uit te werken in een nieuw masterprogramma waar het idee van de artisteducator verder ontwikkeld zou kunnen worden. Tegelijkertijd resoneerde dit bij de toen net aangetreden hoofden van de Docent Theater opleidingen die er in het

herzieningsproces van hun curricula handen en voeten aan hebben gegeven. Wat betekent dat, welke uitdagingen levert de onderwijstransitie in de praktijk op? Ik stel voor dat we bij jou beginnen Fabiola. Jij hebt samen met Emiel Copini een theoretisch stuk geschreven over de artisteducator (zie op pag. 28-30 in dit magazine). Kan je concreter maken wat er in het kunstonderwijs moet veranderen, wat houdt de dekolonisatie van specifiek het kunstonderwijs in? Fabiola: ‘We kunnen twee hoofdzaken benoemen. De eerste is de bronnen die we gebruiken: ons canon en curriculum is bijna geheel eurocentrisch en patriarchaal van aard, en mist alternatieve stemmen. Dat betekent niet dat we Stanislavski en Brecht eruit gooien, maar dat we kritisch naar ze kijken, en er andere bronnen naast leggen. We kunnen de geschiedenis niet veranderen, maar we kunnen wel onze blik op de geschiedenis veranderen en verbreden. Ten tweede gaat het over didactiek en pedagogiek. We moeten de relatie tussen docent en student herbekijken, die moet niet meer gaan over kennisoverdracht in hiërarchische zin, maar veel meer over kennisuitwisseling tussen student en docent en gezamenlijk onderzoek. De docent neemt nog steeds de verantwoordelijkheid voor de kaders van het onderwijs, maar stelt zich kwetsbaarder op. Dat noemen we het concept van de ‘leading learner’, de docent leidt het proces maar is nog steeds ook een lerende partij, met eigen onderzoeksvragen.’ Voor de hoofden van de opleidingen: wat is er allemaal nodig om die transitie naar een opleiding voor artisteducator te maken? Laura (hoofd opleiding artisteducator in dans): ‘Dat is een omvangrijke vraag. Ik ben in september pas begonnen in mijn functie aan de dansdocentopleiding, dus dat proces is nog in volle gang. Als je kijkt naar de dansvormen die bij ons worden gegeven, ligt daar volgens mij een schat aan context omdat al die vormen voortkomen, of ten minste gevoed zijn, door verschillende culturen. Dus in zichzelf biedt dans die handvatten al – maar dan moet je daar natuurlijk wel actief ruimte voor maken. Dat betekent dat de insteek verandert van ‘de beweging optimaal leren uitvoeren’ naar ‘wat betekent deze beweging voor mij, en waar komt die vandaan’? Zo kan een danser de bewegingen zoeken die resoneren met hun persoonlijke noodzaak, wat een vorm van belichaamde kennis oplevert. Dan onderzoek je de context niet alleen cognitief, maar ook met het lijf.

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

4


Het andere is dat de nadruk veel meer op onderzoek komt te liggen. Als je als artisteducator met een groep mensen gaat werken, wat betekent dat? Hoe maak je gezamenlijk kunst in een onderwijscontext? Dat is een heel andere insteek dan de van oudsher meer traditionele dansdocentaanpak, die veel meer focuste op het aanleren van techniek’ En wat voor uitdagingen levert dat voor de docenten op? Laura: ‘Docenten maken vaak gebruik van hun eigen ervaringen in hun opleiding en werk, dit is niet meer de vanzelfsprekende basis. Dit is een spannende zoektocht voor ons. Gelukkig heb ik een fantastisch docententeam dat deze beweging vol enthousiasme en met veel expertise weet vorm te geven. Ook vraagt het om studenten die bereid zijn om de ideeën samen met de docenten vorm te geven, zoals Fabiola al zei over de leading learner. Dat betekent ook dat je naar een nieuwe manier van toetsing moet zoeken, die niet meer op technische vaardigheden maar veel meer op gedrag, openheid en een onderzoekende houding moet zijn geënt.’ Arjen: ‘Toetsing is ook voor de theateropleidingen een belangrijk element in het vormgeven van veranderingen.’ Cormac en ik zijn samen zes jaar geleden begonnen met deze transitie en dus al iets langer bezig en er blijven toch cruciale vragen bovenkomen: ‘hoe weet ik nou als docent of ik mijn werk goed doe?’’ Dus niet alleen onze studenten maar ook de docenten leren steeds weer opnieuw benoemen waar studenten in gegroeid zijn. En het mooie is dat de studenten daar zelf ook een belangrijke rol in hebben. Cormac (hoofd Artisteducator in theater): ‘Volgens mij gaat er nog een vraag aan vooraf die we nog niet hebben beantwoord: wat is het doel van het onderwijs? De invulling ervan komt pas daarna. Gaat het over het individu dat je verrijkt, of bereid je mensen bijvoorbeeld voor om een nuttige rol in de samenleving te kunnen vervullen? Onderwijs wordt vaak geïnstrumentaliseerd door de samenleving, dat zie je nu bijvoorbeeld aan de druk die er ligt op mbo-opleidingen voor zorg en techniek, omdat we dat soort professionals nodig hebben. Dat is een heldere opdracht, maar de vraag is: is dat houdbaar en duurzaam, of moet je mensen op een andere, bredere manier opleiden? In het beantwoorden van die vragen kunnen artisteducators een rol spelen, omdat die met een niet-instrumentele blik naar onderwijs kunnen kijken. Kunsteducatie heeft een belangrijke rol in de brede ontwikkeling van ( jonge) mensen in een blijvend veranderende samenleving. Fabiola, jij zegt in het artikel over de artisteducator dat kunstenaars er niet zijn om sociale problemen op te lossen, maar om verandering te stimuleren. Kun je dat uitleggen? Fabiola: ‘Misschien kan ik een voorbeeld geven. Er is natuurlijk een lange traditie van community art, maar de vraag is: wat betekent dat? Want het is nogal een paternalistische insteek als je kunst als iets ziet dat concrete sociale problemen moet oplossen, omdat je dan naar een ‘achtergestelde’ community gaat en als kunstenaar aanneemt dat jij hen wel even zal helpen, dat jij het eigenlijk wel beter weet dan de leden van die community zelf. Als we daar kritisch naar kijken houdt het niet echt stand, omdat het ook alleen maar de oppervlakkige problemen adresseert en niet het onderliggende systeem. Dus een betere aanpak is om samen mét mensen naar hun community te kijken, zodat ze vervolgens zelf aan de slag kunnen met wat in het proces naar boven is gekomen.’

Dat klinkt alsof je mensen tot revolutionairen wilt omsmeden. Fabiola: ‘Ja eigenlijk wel. En die revolutionaire aanpak brengt met zich mee dat je eerst een stap terugdoet en kijkt naar je eigen positie. De artisteducator is tegenover de mensen met wie je samenwerkt eerst transparant over haar eigen kenmerken, vanuit de erkenning dat die geen ‘neutrale’ of ‘objectieve’ aanwezigheid is. Vervolgens gaat het erom om gezamenlijk uitdrukking te geven aan de noden van een community, en daarbij een passende vorm te zoeken. De co-creatie in het proces geeft deelnemers een gevoel van eigenaarschap. En opent mogelijkheden om de eigen identiteit en die van anderen op een andere manier te bekijken.’ Arjen: ‘Een ander verschil is dat er vroeger werd gewerkt vanuit doelgroepen, die van tevoren uitgekozen werden en eigenlijk werden geïsoleerd van de rest van de community. Nu vertrekken we vanuit een plek en bekijken we wie er allemaal bij die plek horen. En dat is dan automatisch een diverse groep mensen die zich op een bepaalde manier tot elkaar verhouden, vanwege die gedeelde lokaliteit. Fabiola: ‘Juist, en als je die aanpak hanteert en op een kritische manier naar de omstandigheden kijkt, kom je vanzelf onderliggende thema’s tegen.’ Hmm, is dat wel zo? Moet je dan niet al een bepaald politiek bewustzijn hebben, en kennis over hoe maatschappelijke systemen werken? Cormac: Het is inderdaad van belang om politiek bewustzijn te ontwikkelen. Educatie vindt plaats in het publieke domein, neutraliteit bestaat niet, dus ook alle educatieve keuzes zijn politieke keuzes. Dat vereist dus nieuwe vaardigheden van jullie docenten, toch? ‘Het vereist nieuwe kennis en vaardigheden bij ons allemaal. Als voorbeeld hadden we laatst hoogleraar Bruce White te gast, die onderzoek doet naar identiteit. Identiteit is een belangrijk ding binnen het onderwijs en tegelijkertijd weten we hier bijzonder weinig van af. Skills in hoe naar identiteit te kijken en daarmee te werken zijn juist binnen het kunstonderwijs van groot belang aangezien kunst en het beoefenen daarvan grote invloed kan hebben op identiteitsvorming. Voor docenten is het van belang dat ze de politieke zeggingskracht van het proces en het werk zien en hierin samen verder zoeken met de studenten. Er is een spanningsveld tussen wat een docent vindt en een student. Dit moet niet verward worden met wat goed is of niet. We kijken veel holistischer naar de opleiding dan voorheen. De betekenisvraag is belangrijker geworden ten opzichte van de individuele vaardigheden. ‘ Dat heeft misschien ook te maken met het imago van docentopleidingen als plekken waar mensen terechtkomen die eigenlijk acteur, danser of maker hadden willen worden, maar op die opleidingen niet zijn aangenomen. Is de switch naar artisteducator ook een manier om daaraan tegemoet te komen – het klinkt alsof (een specifieke vorm van) kunstenaarschap meer voorop komt te staan? Arjen: ‘Bij ons zie je al een duidelijk verschil wat betreft de mensen die komen auditeren – dat zijn al veel meer mensen die echt iets willen vertellen. Vaak hebben ze ook al een soort makerspraktijk, bij voorbeeld op TikTok of andere creatieve media. En de vraag waarmee ze komen is: hoe kan ik middelen vinden om mijn verhaal te vertellen? En hoe doe ik dat in contact met andere mensen?’

VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

5


Maritska: ‘We selecteren daarom veel minder op de vraag

of de studenten goed kunnen acteren of dansen, en veel meer op hoeveel ruimte ze kunnen geven aan ervaringen en verschillende perspectieven en hoe ze dat kunnen vertalen naar een artistiek idee. Dat geeft ook perspectieven aan een ander type student voor deze opleidingen. Overigens zie je dat nu bij alle docentopleidingen gebeuren, landelijk zie je een emancipatieslag. Dat heeft ook te maken met het lerarentekort; studenten hebben allemaal uitzicht op werk bij afstuderen.’ Wijnbelt: ‘Ik merk bij onze studenten een enorme gretigheid om de ruimte te nemen om artistiek onderzoek aan te gaan, en ik zou daar graag eerder in het curriculum al ruimte voor maken. Juist die persoonlijke verbintenis met het vak moet centraal staan, dat is de meest vruchtbare ontwikkelingsbron.’ Cormac: ‘Het is denk ik ook een teken des tijds. Je ziet ook überhaupt dat er meer activisme is onder jongeren, meer wil om de wereld te veranderen. Dat hebben onze studenten al meteen als ze binnenkomen, ze hebben er dan alleen de taal of de uitingsvorm nog niet voor. Daarom moet je vanaf het begin ruimte bieden om dat te onderzoeken.’ Maritska: ‘Wat dat betreft is de naamsverandering ook belangrijk: de term artisteducator gaat een heel ander publiek aanspreken dan ‘docent’. Cormac: ‘We merken het ook al in sollicitaties: als je artisteducator in je vacature zet, reageert daar een veel diversere groep sollicitanten op.’ Fabiola: ‘Het hele onderwijs is veel te veel op toetsbaarheid, meetbaarheid en efficiëntie gericht, wat geen ruimte laat voor individuele zorg. Dat is ook vreselijk voor de docenten zelf, die zijn echt niet de bad guys, maar zitten net zo goed vast in een knellend systeem.’ Hoe geven jullie de switch naar artisteducator vorm op jullie respectievelijke opleidingen? Laura: ‘Wat het belangrijkste is, is dat er in het curriculum qua kennisoverdracht al heel veel goed gedaan wordt, maar dat er meer ruimte mag komen voor verdieping en onderzoek. Dat is de kern van de focus op artisteducator. Met een grotere focus op onderzoekslabs en minder op traditionele lessen. En daarbij komt de vraag aan docenten wat zij zélf willen onderzoeken, want dat is het concept van de leading learner, dat je zelf ook vragen hebt. En de antwoorden op die vragen bieden dan weer nieuwe invalshoeken voor het onderwijs op ArtEZ zelf, en zo zou er een wisselwerking moeten ontstaan, waarin het onderwijs zelf steeds opnieuw wordt bevraagd en heruitgevonden.’ Cormac: ‘Je gaat van docenten, die expertise hebben in het overdragen van kennis, naar onderzoekers, die alles continu bevragen. Dat betekent dat ze de kunst van het niet-weten moeten leren beheersen, en dat is een grote uitdaging. Ze moeten vertrouwen krijgen in dat ze mogen onderzoeken, en niet alle antwoorden hoeven te hebben.’ Fabiola: ‘Deze manier van denken en werken leent zich ook uitstekend voor het kritisch bekijken van het systeem, waar onderzoek over het algemeen voorbehouden is aan het wo, en aan masters aan het hbo. Maar onderzoek zou op alle onderwijsniveaus een rol moeten spelen, omdat dat de enige manier is waarop je je praktijk wendbaar kan maken voor verschillende contexten en vragen, en in kan spelen op onvoorziene uitdagingen (maatschappelijk of anderszins). Zo doorbreek je ook de hiërarchie in onderwijsniveaus’ die nu zo ‘normaal’ is, en spreek je alle studenten op ieder niveau op hun creativiteit, en daarmee op hun eigen talenten aan.’

Kan zo’n basis van vertrouwen geven en het nog-niet-mogenweten ook een manier zijn om met andere maatschappelijke transitieprocessen om te gaan? Ik denk dan specifiek aan de verschillende emancipatiestrijden die er nu worden gevoerd, die gaan over anti-seksisme, anti-racisme, LGQBTIA+ acceptatie en sociale veiligheid in het algemeen. Veel docenten worstelen met hoe ze zich tot deze materie moeten verhouden en willen het graag ‘goed’ doen – helpt het ze als ook op dat vlak het uitgangspunt is dat je fouten mag maken? Cormac: ‘Jazeker, en daar voeren we ook veel gesprekken over, om angst weg te nemen en dat vertrouwen te geven.’ Arjen: ‘En het hele leerproces is gebaseerd op samen dingen onderzoeken. Als je de hiërarchische verhouding tussen docent en student doorbreekt, komt er ook veel meer ruimte voor de docent om zich kwetsbaar op te stellen en dus ook dingen te mogen vragen aan de studenten. En studenten voelen op hun beurt meer veiligheid in een proces als ze het gevoel krijgen dat hun stem ook gehoord wordt.’ Cormac: ‘Maar die stap vraagt wel veel van docenten, dat kost veel tijd en veel energie. Nu we een tijdje bezig zijn, vraagt een docent wel eens: ‘allemaal leuk en aardig, maar mag ik nu misschien toch nog even een les geven waarin ik het wél allemaal weet?’ (lacht). Als docent kun je niet in drie projecten tegelijkertijd zitten, want dat red je qua energie gewoon niet.’ Arjen: ‘Daardoor hebben we ook nieuwe functies nodig, ik heb net weer een nieuwe productieleider aangenomen, omdat ik op die functie echt een heel ervaren kracht nodig heb nu. Die produceert het onderwijs voor de docenten alsof het theaterproducties zijn, bij een onderzoekslab komt veel meer kijken dan gewoon een lokaal op het juiste moment reserveren. Je moet echt iemand hebben die uit kan zoomen, het is binnenschools, buitenschools, met verschillende gastdocenten en andere externe partijen, het is heel complex.’ En sociale veiligheid specifiek? Helpt de nieuwe werkvorm ook tegen het gevaar van machtsmisbruik en grensoverschrijdend gedrag? Cormac: ‘Wat daarin belangrijk is, is dat we niet gaan denken: er is geen hiërarchie meer, dus ook geen kans meer op machtsmisbruik. Er is namelijk nog wel hiërarchie: een docent wordt betaald, en een student moet voor het onderwijs betalen. Dus over die positionaliteit moet je vooral heel transparant zijn. Vervolgens is het wel zo dat binnen deze structuren nooit één docent in zijn eentje over de beoordeling van een student beslist, omdat er geen individuele vakken meer zijn. Uiteindelijk heb je een assessment ten overstaan van een groep docenten en externen, en dat is dus een gezamenlijk besluit op basis van die bijeenkomst. De afhankelijkheidsrelatie tussen student en docent wordt daar minder sterk door. En in brede zin brengt de onderzoekswerkvorm ook met zich mee dat je als student sterker vernetwerkt bent, omdat je nooit één-opéén werkt, maar altijd als onderdeel van een grotere groep studenten en docenten.’ Maritska, zie je op termijn gebeuren dat ook de andere opleidingen op de Academie voor Theater en Dans op een vergelijkbare manier hun onderwijsmethode aanpassen? Maritska: ‘Dat gebeurt al. We hebben in ons team allemaal mensen die buitengewoon geëngageerd in het onderwijs zitten. Bij de dansopleiding heeft Noortje Bijvoets ervoor gezorgd dat die opleiding meer naar buiten treedt en meer de verbinding met de samenleving opzoekt, en de studenten

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

6


al vroeg met andere vormen van werken confronteert. Bij de toneelopleiding hebben ze eenjaar uitsluitend met vrouwen gewerkt als bron, dus alle bewegingsmethodes, teksten, en gastdocenten. Dat heeft enorm veel teweeg gebracht. De focus ligt op de transitie van de docentenopleidingen, vanwege het trickle-down-effect: alle afgestudeerde studenten gaan het veld in en inspireren hopelijk weer andere mensen (kinderen, jongeren én volwassenen). ArtEZ is de grootste leverancier van kunstvakdocenten van Nederland met 750 studenten per vier jaar, en voor veel mensen zijn onze studenten het eerste punt van kennismaking met de (podium) kunsten. Verandering die we op deze opleidingen doorvoeren werkt als een soort vliegwiel. Ook op het gebied van diversiteit in de podiumkunsten: door dit proces eerst op de artisteducator-opleidingen in te zetten, zorgen onze studenten er hopelijk voor dat het kunstonderwijs op scholen inclusiever wordt. En als je artisteducators de wereld instuurt om dat idee te bevragen, om het begrip van dans te verbreden en verdiepen, trek je ook weer andere mensen aan. Dat is een lang traject, maar de sleutel ligt bij de artisteducator-opleidingen.’

Arjen: ‘Maar het een sluit het ander niet uit. Als je ‘gewoon’ lesgeeft, kun je van die gelegenheid gebruik maken om ook onderzoek naar de context te doen: wie loopt er allemaal rond op deze school, wat zijn de bekommernissen van de scholieren/studenten, wat valt je op in de omgeving, en al dat onderzoek kun je weer in je lessen verwerken. Zo kun je die onderzoeksgerichtheid en die kritische blik altijd inzetten.’ Fabiola: ‘Ik heb daar een goed voorbeeld van. In het onderzoek dat Emiel en ik voor ons essay hebben gedaan, sprak hij met artisteducator-studenten die op een middelbare school aan de slag gingen. Ze merkten daar dat de school precies hiërarchisch was vormgegeven – de vmbo-klassen op de begane grond, de havo-klassen op de eerste verdieping, en de vwo-klassen op de tweede verdieping. De studenten van verschillende opleidingsniveaus zien elkaar dus nooit. En toen ik dat voorbeeld op een bijeenkomst met masterstudenten noemde, besefte iedereen dat het op de scholen waar zij gewerkt hadden precies hetzelfde was! We zijn zó gewend aan dat soort structuren dat we ze niet zien, en daar kan de artisteducator dus een verschil in maken.’

Cormac en Arjen, waar staan jullie opleidingen nu eigenlijk in deze verandering?

Cormac: ‘Ja, en behalve het analyseren van de systemen waar we in zitten, kunnen we ook leren van andere systemen. Wat dat betreft vind ik de hiphoptraditie heel inspirerend, omdat die heel andere waarden hanteert dan het onderwijssysteem dat wij hebben. Zoals een focus op learning by doing, het concept van each one teach one dat docentschap als het ware een gezamenlijke verantwoordelijkheid maakt, de cypher, een cirkel waarin je met elkaar improviseert en dingen uitprobeert, enzovoort.’

Cormac: ‘We richten ons nu op zogenaamde site-specific colleges, dus dat je onderwijs in de samenleving zelf hebt. Daardoor ontstaat een wisselwerking tussen onderwijs en samenleving die voor beide partijen vruchtbaar is. Eigenlijk ben je met onderwijsgeld twee dingen aan het doen: je verrijkt het leven en de verbeelding van een bepaalde wijk, én je leert je studenten om onderzoek in samenwerking met een community te doen. Die manier van werken voorkomt ook herhaling, want iedere plek is voor iedere student eenmalig en iedere nieuwe plek is ook weer anders, met nieuwe onderzoeksvragen. Dat brengt ook een heel ander idee van onderwijs met zich mee, je kan bijvoorbeeld ook niet zomaar een les vervangen – als een docent vervangen wordt, worden ook de onderzoeksvragen vervangen, en daarmee het hele project.’ Zo leer je studenten ook dat er niet maar één vorm van kennis is, maar veel verschillende vormen en soorten van kennis, want de onderzoeksaanpak van iedere docent en iedere plek is verschillend.

Maritska: ‘Dat is allemaal extra belangrijk in deze tijd, omdat er een enorm docententekort is. Bovendien is er steeds meer aandacht voor burgerschapsonderwijs, mediawijsheid, digitale vaardigheden, creatief denken, alles wat je nodig hebt om je als toekomstige volwassene staande te houden in een permanent veranderende wereld. Artisteducators kunnen een grote rol spelen bij bewustwording en de brede ontwikkeling van (jonge) mensen. Je wilt docenten opleiden voor de toekomst – en dat is precies waar we met de artisteducator op inzetten.’

Cormac: ‘Precies. En ook de docenten zelf leren dat, omdat ze steeds in andere samenstellingen en op verschillende plekken nieuw onderzoek moeten Maritska: ‘Dat vraagt dus ook om een grote diversiteit aan docenten, met verschillende achtergronden en werkwijzen om uit te putten. Daar werken we hard aan, al zijn we er nog niet. Een kleine kanttekening bij het toepassen van de context onderzoek als methode om tot onderwijs te komen is wel dat niet alle toekomstige opdrachtgevers van onze studenten per se zelf uit de voeten kunnen met een dergelijke aanpak. Die (bij voorbeeld middelbare scholen, of cursushuizen) verwachten vaak nog dat een docent gewoon een lesje komt geven. Dus daar moeten we onze studenten ook op voorbereiden: dat ze dat als gereedschap in hun rugzak hebben, maar ook dat ze moeten inschatten welke aanpak bij iedere opdrachtgever haalbaar is. En dan hebben wij het als theater- en dansopleidingen nog relatief makkelijk; voor muziek- en beeldende-kunstopleidingen is het nog veel moelijker omdat die kunstvormen veel sterker in de middelbare scholen geïntegreerd zijn. Dat is ook de reden dat de podiumkunstdocentopleidingen al veel verder zijn in deze omwenteling.’

VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

7


ROOS WIJNANTS

NL

“Dans moet toegankelijk zijn voor iedereen, ongeacht achtergrond, beperking, herkomst of andere dingen die ons in hokjes willen plaatsen.” Dat zegt Yuliya Globa, masterstudent Kunsteducatie én docent bij de opleiding Artez educater in dans. Voor haar afstudeerproject creëerde ze een omgeving (WELAB) waarin verschillende mensen met verschillende lichamen zich kunnen ontwikkelen in dans. “Het woord ‘doelgroep’ mag van mij verdwijnen.”

Ze heeft een roerig verleden achter de rug. Yuliya Globa is geboren in Oekraïne en emigreerde op haar achtste naar Duitsland. Omdat ze de taal niet sprak en de cultuur niet kende, was dans voor haar een manier om zich met leeftijdsgenootjes te verbinden zonder met elkaar te hoeven praten. “Ik heb me de taal alsnog snel eigen gemaakt, maar je blijft toch een beetje een buitenstaander”, vertelt Yuliya. “Als kind was dat af en toe wel lastig. Kunst werd voor mij een middel om te overleven en te integreren.” “Ik herbeleefde mijn emigratieperiode”

Omdat dans zo’n beetje haar leven was en Yuliya in Duitsland geen geschikte dansopleiding kon vinden om zich verder te kunnen ontwikkelen, besloot ze opnieuw te emigreren. Dit keer naar Nederland. Ze meldde zich aan bij ArtEZ en werd na twee pogingen aangenomen op de opleiding Docent Dans in Arnhem. Enkele jaren na haar studie werd ze aangesteld als interdisciplinair coach voor verschillende docentenopleidingen van ArtEZ, en momenteel is ze bijna klaar met haar master Kunsteducatie. “Die ben ik gaan doen omdat ik op zoek was naar verdieping”, vertelt Yuliya. →

Tijdens de master reflecteer je ook voortdurend op alles wat je doet en deed. Daardoor begon ik steeds meer dingen te bevragen, waardoor er ook steeds meer naar bovenkwam.” - Yuliya Globa, masterstudent Kunsteducatie -

“Het volgen van de master was heftig, omdat ik mijn emigratieperiode een beetje opnieuw herbeleefde, wat ook gebonden was aan taalgebruik. Tijdens de bachelor Docent Dans praat en schrijf je natuurlijk in het Nederlands, maar bij de master ligt er een andere focus op woorden en betekenisgeving. Je gaat weer een stapje verder. Tijdens de master reflecteer je ook voortdurend op alles wat je doet en deed. Daardoor begon ik steeds meer dingen te bevragen, waardoor er ook steeds meer naar bovenkwam.” Dansonderwijs voor iedereen toegankelijk Tijdens haar afstudeerproject WELAB keek ze als dansmaker eens kritisch naar haar eigen benen, voeten en handen. Wat doet ze eigenlijk als ze werkt met mensen met verschillende beperkingen? Yuliya: “Mijn onderzoek bestond eigenlijk uit het samenzijn van een mixed-abled groep mensen die een passie heeft voor dans. →

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

Omdat ik dansonderwijs voor iedereen toegankelijk wil maken, hebben we letterlijk en figuurlijk gekeken naar bepaalde werkvormen die ik kan gebruiken als dansmaker. En daarbij hebben we onszelf ook de vraag gesteld: wat is inclusie voor ons? Wat maken wij mee, wat vinden we waardevol en wat niet?” Iedereen is een inspiratiebron in dans Met WELAB wilde ze inzichten verzamelen van deelnemers. Hoe hebben zij de werkwijze ervaren en wat deed het met ze? Yuliya: “Een van de ‘conclusies’ is dat als er een mooie balans bestaat tussen vrijheid en kaders, deelnemers verschillende leermomenten ervaren die zij dan ook heel bewust waarnemen. Een andere uitkomst is: iedereen is een inspiratiebron in dans, vooral als degene een heel ander lichaam heeft. Uit je comfortzone stappen kan dus heel waardevol zijn. We zagen ook in dat inclusie iets is dat getraind moet worden, het is een proces dat voortdurend in beweging is en wat dus ook geen harde uitkomst kan hebben, omdat we er met z’n allen nog lang niet zijn.” →

8


De dialoog aan gaan met beweging en dans Volgens Yuliya moet het een basisvoorwaarde zijn om samen te leven en deel te kunnen nemen aan talentontwikkeling. “Maar om dat waar te maken, is er veel inspanning nodig. Het is erg complex. Tijdens een van onze bijeenkomsten kwamen we erachter dat het gebouw niet eens toegankelijk is voor iedereen. Er is dus nog aardig wat werk aan de winkel.” Yuliya legt uit dat WELAB een mogelijke omgeving kan zijn waar we met elkaar de dialoog aan kunnen gaan. “Het middel daarbij is dan niet alleen praten, maar ook dansen, bewegen en meemaken. Daarom heb ik deze werkwijze ontwikkeld. Ik denk dat veel mensen het fijn vinden om ergens onderdeel van te zijn. En daar heb ik door mijn achtergrond waarschijnlijk een bepaalde gevoeligheid voor.” →

Ik denk dat veel mensen het fijn vinden om ergens onderdeel van te zijn. En daar heb ik door mijn achtergrond waarschijnlijk een bepaalde gevoeligheid voor.” - Yuliya Globa, masterstudent Kunsteducatie -

Hokjesdenken Hoewel haar toekomstplannen nog niet helemaal duidelijk zijn, heeft Yuliya wel een ultiem doel: artistieke hogescholen toegankelijk maken voor iedereen. “Zit je in een rolstoel en wil je dansdocent of dansmaker worden, dan moet dat gewoon kunnen”, vindt Yuliya. Uiteindelijk wil ze bereiken dat we met z’n allen veel minder in hokjes denken en meer hand in hand gaan leven. “Het woord doelgroep mag van mij helemaal verdwijnen. We zijn een groep en doen het samen.” •

VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

9


ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

10


VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

11


DAVID LIMAVERDE

NL

“Have Courage to be happy”. - Augusto Boal -

Niet zo lang geleden was K. een student van mij. Hen is erg uitgesproken en een teamspeler met een groot verantwoordelijkheidsgevoel. Halverwege ons programma ontstond er een probleem door het gedrag van een ander lid van onze kleine groep studenten. Dit gedrag vormde langzaam een obstakel voor het vermogen van de groep om optimaal te kunnen werken en leren tijdens onze bijeenkomsten. Wat nu te doen? Zou K., wetende dat de situatie gemakkelijk zou kunnen voortduren zonder die persoon te confronteren, zoals zo vaak eerder, uit diens comfortzone stappen en zich uiten over dit probleem? Zou hen het risico nemen dat hierop reageren een onmiddellijke verstoring van de groepsdynamiek zou veroorzaken. Dat hen door te reageren misschien zou worden gezien als onbeleefd, zich te veel vastklampend aan iets en gezien als een “troublemaker”? Zou K. brave kunnen zijn? In dit geval bedoel ik met Brave zijn, dat K. kan handelen in overeenstemming met diens waarden en ten gunste van het collectief, zelfs als je bang bent dat het collectief misschien verkeerd reageert.

ik mijn studiegenoten en vrienden te confronteren als me iets dwars zat. We communiceerden en hebben problemen opgelost, in plaats van alles in te slikken en ons aan elkaar te gaan ergeren.”

Dit is een waargebeurd verhaal (waarin namen en werkelijke problemen zijn weggelaten) om te illustreren hoe een “brave space” eruit kan zien in een onderwijssituatie, in tegenstelling tot een “safe space”. Door de introductie van deze anekdote wil ik de kennis en praktijk over het faciliteren van een “brave space” toevoegen aan de gelaagde complexiteit van wat een artisteducator kan zijn. Maar voordat ik met argumenten kom, wil ik graag de feedback delen die K. me stuurde aan het einde van ons studieonderdeel: “Door de brave space durfde

Door gezamenlijk een brave space te formuleren erkennen de deelnemers dat geen enkele ruimte ooit volledig safe zal zijn. De praktijk van het inrichten van een brave space gaat over het ethisch en authentiek positioneren van mezelf als artisteducator. Daarbij houd ik de verschillende achtergronden die mijn studenten kunnen hebben, in gedachten. Dit met betrekking tot hun geslacht, sociale klasse, ras, neurodivergentie, zelfvertrouwen, gezondheid, enzovoort. Het gaat erom dat bij het inrichten van een brave space meerdere perspectieven aan-

De afgelopen twee jaar heb ik in al mijn bijeenkomsten met studenten het concept van de brave space verwelkomd als een alternatief voor het houden van safe spaces. Ook wanneer ik samenwerk met andere collega artisteducatoren. Als ik denk aan een artisteducator die in zijn of haar praktijk kunstenaar, educator, onderzoeker en veranderaar naast elkaar is, kan ik mijn ogen niet sluiten voor de enorme verantwoordelijkheid die deze persoon draagt. En het eerste woord dat in me opkomt is: “brave”. De artisteducator is van nature moedig.Op de allereerste dag van mijn bijeenkomsten inonderwijssitaties stimuleer ik studenten (en mezelf) om te handelen van safe space naar brave space. We beginnen onze processen met een afspraak over een brave space, een concept dat duidelijker wordt en belichaamd wordt wanneer de juiste uitdagende situatie zich voordoet.

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

wezig zijn die aan bod kunnen komen. Wie heeft het wel eens meegemaakt dat hij deelnam aan een sessie, bijeenkomst, les of therapie waar de begeleider als een van de eerste dingen zei: “Maak je geen zorgen, je bent in een safe space”? Wat doen we met deze hierboven genoemde achtergronden die altijd in beweging zijn en diep belichaamd zijn? Laten we ze buiten onze onderwijsruimte door het simpelweg te zeggen dat je in een safe space bent? Het woord “brave” kwam bij me op als een rijmwoord voor “safe” - nou ja, laten we het erover eens zijn dat het pakkend is, maar wel een beetje flauw klinkt... Niettemin, toen ik onderzoek deed naar dit concept, ontdekte ik dat andere artisteducators over de hele wereld gebruik maakten van dezelfde woordspeling. Wat dacht je van “courageous space”? Ik hou van het woord courageous ook al zit er geen rijm in, maar wel betekenis. De betekenis van een onderwijsomgeving die in beweging is en waarvan de deelnemers ondanks mogelijke angsten blijven streven naar zelfexpressie. Een omgeving waar geen goed of fout bestaat. Hoe kunnen we onszelf “courageous” gedragen in een onderwijsomgeving? Door ons geen zorgen te maken en op eieren te lopen, onszelf het zwijgen op te leggen, geen emoties te uiten (zoals huilen, overstuur zijn of gepassioneerd zijn), fouten te maken, de makkelijkste weg te kiezen of iets te zeggen dat misschien niet “politiek correct” is. De lijst gaat maar door... Integendeel! Een brave space kenmerkt zich door dat deelnemers authentiek en trouw aan zichzelf (kunnen) zijn. Soms is dit ongemakkelijk. Het kenmerkt

12


David Limaverde is een in Amsterdam woonachtige, in Brazilië geboren artisteducator, geïnteresseerd en ervaren in participatieve methodologieën, collaboratieve, relationele en sociaal geëngageerde praktijken, evenals transversale kritische disciplines en wendingen, zoals posthumanisme, antikoloniale benaderingen, gender en queer studies, kritische pedagogiek, subalterne studies en performance theory. Momenteel coördineert hij de bouwsteen NOMAD, onderdeel van de BA Docent Theater/ Artisteducator Theater & Media - ArtEZ, Zwolle.

zich dat deelnemers respectvol openstaan voor kritiek en bekritiseerd durven worden en vooral: door verantwoording af te leggen! De verantwoordelijkheid om een brave space in te nemen, houdt in dat we de consequenties van onze acties accepteren, door niet weg te lopen voor een mogelijk conflict of zelfs fysiek te ontsnappen aan de plek zelf. Kortom, de artisteducator is inderdaad van nature brave, maar ook verantwoordelijk en aansprakelijk. Een professional die omgaat met de gevolgen van wat gezegd, geuit, gedaan en gedragen is. Eerst nog deze tegenstrijdigheid (want het leven zit er vol mee): er zijn momenten dat

ik moedig moet handelen, terwijl ik triggers, gevaar of pijn ervaar… Wie houdt dan een brave space voor me vrij? Wie faciliteert mij en die van anderen? Zal ik zonder professionele ondersteuning met de gevolgen kunnen omgaan? Als en wanneer ik niet echt zeker ben in het beantwoorden van deze vragen, herinner ik mezelf eraan dat het ook oké is om voor mijn zelfbehoud in mijn comfortzone te blijven, net zo goed dat het oké is om “brave” te handelen. Door ervaringen met uitdagende situaties kunnen we in de loop van de tijd onderscheid maken tussen deze twee scenario’s.

VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

Als ik me de artisteducators voorstel die ik wil dat mijn studenten en ikzelf zijn, dan zie ik ons als kunstenaars, educatoren, onderzoekers en veranderaars die in hun binnenste het juiste pedagogische moment voelen om brave spaces te maken en mensen te bemoedigen - net als K. Wij artisteducators zijn van nature brave!

13


IRIS JANSSEN

NL De opleiding Docent Theater krijgt een nieuwe naam: Artisteducator in Theatre. Student Saron Tesfahuney vertelt waarom deze naam zo toepasselijk is. Tijdens een studiereis naar Belfast groeide bij haar het besef: “Ik ben kunstenaar, maar ik kan mijn kunst ook gebruiken als educatievorm. Geen kunsteducatie zoals je kan toetsen op school, maar kunsteducatie om mensen te verbinden en ogen te openen.”

In haar vierde studiejaar reisde Saron met een groep medestudenten voor acht weken naar Belfast, Noord-Ierland. “De kern van de module was het bouwen van bruggen tussen verschillende communitypen,” vertelt ze. In Noord-Ierland woedde in de vorige eeuw een langdurig etnisch conflict, waarvan de gevolgen nog steeds voelbaar zijn. “In Belfast vraagt iedereen: ben je katholiek of protestants? Maar het is nooit de vraag wat je geloofsuiting is. De echte vraag is: welke kant kies je? Ben je Engels of ben je Ier?” De studenten kregen ter plekke les over identiteitsvorming en ‘conflict transformation’. Saron legt uit: “Hoe kun je kunst gebruiken om een voormalig conflictgebied te transformeren? Welke impact heeft het conflict gehad op het nu? En wat kan kunst daarin betekenen?” “Mijn project was intergenerational healing, door middel van storytelling,” vertelt Saron. Elke woensdagmiddag bezocht ze senioren in een ouderenhuis, die allemaal het Noord-Ierse conflict van dichtbij hebben meegemaakt.

Saron besloot alle ouderen in het ouderenhuis dezelfde vraag te stellen: wat zou je anders hebben gedaan in het leven? Met de antwoorden schreef ze een spoken word-gedicht, ‘They told us,’ dat ze cadeau heeft gedaan aan de jongeren in Belfast: een brug van woorden tussen generaties “They told us we were heroes to join the war. We were players, but it wasn’t our own game. We have to define what a

Kunst om te ontwapenen “De dag nadat wij arriveerden in Belfast brak er oorlog uit in Eritrea, waar ik vandaan kom. De oorzaak was religie, hetzelfde als altijd. Het nieuws dat ik via familie en vrienden te horen kreeg, had grote impact op me. Eerst dacht ik: wat doe ik hier in Belfast, terwijl er in mijn land wordt gevochten? Maar toen ging ik dieper graven: hoe ontstaat conflict, waarom zoeken we naar macht, waarom willen we horen bij een bepaalde groep?” Dankzij haar gesprekken met de senioren – vooral met veteraan George – klikte er iets bij haar. “De oudere generatie blijft zich vasthouden aan de pijn die hen is aangedaan. The British did this, the British did that… Ik zat verbaasd te luisteren: ik wist dat witte mensen de zwarte mensen onderdrukten, maar hoe kunnen witte mensen de witte mensen onderdrukken? George zei tegen me: darling, this was never about colour. Religie en identiteit worden vroeger en nu als wapen gebruikt, om mensen te verdelen. Zwart en wit, mannelijk en vrouwelijk – eigenlijk alles wat bij je identiteit hoort, kan worden gebruikt om mensen uit elkaar te drijven. Mijn positie als artisteducator is: hoe kan ik identiteit weer ontwapenen, door middel van kunst?”

hero is today. Today a hero is one who loves.”

Vragen stellen “Bij de opleiding Artisteducator in Theatre is mijn sterkste punt geworden: gewoon vragen stellen. Je kunt kunsteducatie gebruiken om een brug te bouwen, door jezelf open te stellen, je eigen ervaringen te delen en door echt met open oren te luisteren.” Met kunst kun je heel veel overdragen, en dat leer je bij de opleiding Artisteducator in Theatre.” •

What would you tell your younger self? In Belfast bouwde Saron een hechte band op met George. Op een woensdagmiddag vroeg ze hem: what would you tell your younger self? Zijn antwoord was: I would love. Just love, nothing else. “De eerste keer dat hij zijn vader ‘ik hou van jou’ hoorde zeggen, was de dag dat zijn vader stierf. Volgens George is het eigenlijk de stilte die wordt doorgegeven van generatie op generatie.” Saron gebruikte kunst om die stilte te doorbreken.. →

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

14


VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

15


ROOS WIJNANTS

De Shankill Missie: ArtEZ vindt een nieuw thuis in site specific college in Belfast

Sinds 2022 werkt ArtEZ structureel samen met lokale communities in West- en Noord-Belfast als onderdeel van het Noord-Ierse vredesproces. Dit is bereikt door de activiteiten van de International Master Artist Educator (iMAE) de sociaal geëngageerde masteropleiding in kunsteducatie die in Arnhem wordt aangeboden. Het onderwijs wordt tweerichtingsverkeer door het contextgebonden concept. Terwijl de studenten leren, dragen ze ook nieuwe kennis bij aan de communities waarmee ze werken.

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023


De International Master Artist Educator Het hoofd van iMAE, John Johnston, bedacht het concept van contextgebonden onderwijs als reactie op zijn eigen ervaring met werken op het gebied van kunst en conflicttransformatie. Hij komt uit Belfast en heeft de afgelopen twee jaar samen met Cormac Burmania, hoofd van de bacheloropleiding Artisteducator in Theater, gewerkt aan de ontwikkeling van het site specific-college Belfast. iMAE-studenten hebben onlangs hun eindexamenproject gepresenteerd in het gerenoveerde Shankill Mission-gebouw, dat zich in een van de meest sociaal en economisch achtergestelde gebieden van West-Europa bevindt. De geschiedenis van de Mission

WE ARE HERE

De Shankill Mission, ooit een vervallen gebouw, heeft een betekenisvolle geschiedenis. Het ligt aan Shankill Road 116 in Belfast en werd in 1898 gebouwd door de Shankill Shepherd, de Presbyteriaanse predikant Henry Montgomery, om voedsel, medische zorg en een veilige plek te bieden aan de armste nieuwkomers in Belfast. Sinds 1969 ligt het Shankill-gebied in de frontlinie van wat bekend staat als The Troubles in Noord-Ierland. De Shankill, ooit een bloeiende community, is nu verscheurd door zowel het conflict als door slecht doordachte sociale ontwikkelingsplannen. De Mission ligt op niet meer dan een kilometer van de beruchte vredesmuur, een 25 meter hoge constructie van beton en staal die het

VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

katholieke deel van Belfast scheidt van het protestantse Shankill-gebied. The Troubles was een periode van politiek gemotiveerd conflict dat zijn wortels heeft in eeuwen van sektarisch geweld tussen katholieken en protestanten. Tegenwoordig is het een conflict geworden dat meer gebaseerd is op de grenzen van de Britse en Ierse identiteit dan op religie. Hoewel een vredesakkoord dat in 1998 werd ondertekend een einde maakte aan grof geweld, blijven de spanningen tussen de twee identiteiten tot op de dag van vandaag bestaan. Dit kwam verder aan het licht tijdens Brexit in 2019, toen Groot-Brittannië uit de Europese Unie stapte. Velen in de Shankill stemden voor het verlaten van de EU, terwijl de meerderheid van Noord-Ierland voor het blijven in de EU stemde. Sinds het einde van The Troubles heeft Shankill Road de reputatie gekregen als een van de meest achtergebleven wijken van Belfast. ArtEZ iMAE en Artisteducator in Theater werken samen met lokale partners om dat beeld te veranderen. Het Shankill-initiatief en de artisteducator als krachtige ‘uitwisseling en verandering’ Hoewel er oorspronkelijk plannen waren om van het Shankill Mission-gebouw een hotel te maken, werden die plannen tijdens de COVID-19-pandemie op de lange baan geschoven. ArtEZ zag het potentieel van

17


het gebouw als een ruimte voor iMAE-projecten, dus werkten ze samen met kunstenaars van de Vault, een multidisciplinair kunstenaarscollectief uit Belfast dat uit 30 kunstenaars bestaat. Samen promootten ze het idee dat de Shankill Mission omgevormd kon worden tot een communitysruimte voor kunst en educatie. De eigenaars van het gebouw, het Argyle Business Centre (ABC), waren meteen enthousiast en zagen de potentiële impact van ArtEZ artist educators in de buurt voor de lokale community. ArtEZ heeft nu een grote studio- en educatieruimte in gebruik in de Shankill Mission die speciaal voor hun werk is ingericht. Het gebouw is opgeknapt door het ABC in samenwerking met de kunstenaars van de Vault. iMAE hoopt dat dit ook een toekomstige samenwerking tussen artisteducators en de Vault zal vergemakkelijken en bestaande samenwerkingsverbanden zal ontwikkelen, wat mogelijk kan leiden tot een residentieprogramma voor andere ArtEZ-programma’s. Contextgebonden leren De Shankill Mission werd gekozen vanwege de unieke geschiedenis en de mogelijkheden om zinvol contextgebonden te leren over issues based art voor de iMAE-opleiding. Voor iMAE betekent ‘contextgebonden’ dat een deel van de opleiding plaatsvindt in een specifieke sociaal-politieke context, uitsluitend vanwege de unieke educatieve waarde en mogelijkheden die deze locatie biedt. Hierdoor kunnen studenten zich grondig verdiepen in de unieke cultuur van die context, waarbij ze langdurig tijd besteden aan de locatie en de mensen. Dit zorgt voor onderwijs die veel betekenis en impact heeft en uniek is voor de studenten en de mensen met wie zij werken.

Zeggenschap geven

Clara Freiin Von Stackelberg, “The Art

De activiteiten van iMAE in de Shankill hebben de omringende community iets geboden wat ze voorheen niet hadden: zeggenschap. iMAE verblijft iets meer dan 4 maanden in Belfast, bouwt bruggen door middel van kunst om de interculturele dialoog te bevorderen en eindigt met de eindexamententoonstelling. De studenten werken samen met jongeren en ouderen uit de Shankill- en nabijgelegen katholieke communities- aan kunstprojecten die geworteld zijn in de community. Hoewel de werken geïnspireerd zijn door Belfast en zijn geschiedenis, worden ze niet alleen door die geschiedenis bepaald. Ze halen inspiratie uit lokale kwesties, maar ook uit mondiale problemen. Vaak is het resultaat een transformatie van XXX

of Listening” (Tattoo Projects, New Lodge Arts met jeugdgroepen)

De finale: een symbool van creatieve diplomatie en uitwisseling De eindexamententoonstelling voor iMAE vond plaats op 15 juni 2023 in de Shankill Mission. Het evenement werd bijgewoond door meer dan 100 maatschappelijk werkers, kunstenaars, plaatselijke bewoners van beide zijden van de religieuze scheidslijn en politieke vertegenwoordigers, waaronder een vertegenwoordiger van het Britse Hogerhuis. Van video-installaties tot projecten waarin familiegeschiedenissen worden onderzocht tot een project waarin jonge mensen tatoeages als identiteitssymbolen onderzoeken; zoals iMAE dat van nature doet, waren er uiteenlopende perspectieven en stijlen gerepresenteerd. Een student uit Iran maakte een belangrijk werkstuk waarin de patriarchale aard van de bestaande politieke muurschilderingen en graffiti op de beruchte vredesmuur in twijfel werd getrokken. Geïnspireerd

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

18


door haar eigen interesse in en onderzoek naar vrouwenrechten, heeft ze samen met lokale en migrantenvrouwen een groot nieuw kunstwerk gecreëerd dat de gewelddadige aard van de muurschilderingen die het gebied omringen voorzichtig in twijfel trekt. Een andere student legde belangrijke verbanden tussen de lessen uit The Troubles en het toekomstige vredesproces tussen haar thuisland Rusland en Oekraïne. Een andere student presenteerde een wandtapijt dat de complexe lagen van netwerken illustreerde die ze had gecreëerd in haar zoektocht naar het ontwerpen en promoten van een internationaal 48-uurs filmfestival in Belfast. De eindexamenprojecten, de context van de Mission en de diverse soorten van betrokkenheid van de deelnemers verweven zich allemaal tot het kunstwerk dat iMAE op zichzelf is. Dat opent mogelijkheden voor de manier waarop kunst, onderzoek en het concept van onderwijs kunnen dienen als een krachtig symbool van hoop, verzoening, diplomatie en uitwisseling.

eindexamententoonstelling het bewijs is van de impact van iMAE op de Shankill tijdens de 4,5 maanden duur van de projecten, is het gebouw zelf ook een tastbaar voorbeeld van kansen en mogelijkheden. Een maatschappelijk werker had de beste beschrijving: “Alleen al het feit dat ArtEZ hier aan de Shankill Road is, is transformerend. Het geeft een krachtig signaal af dat deze universiteit, uit een ander deel van Europa, na Brexit, hierheen is gekomen omdat ze geïnteresseerd zijn in ons. Het simpele feit dat iMAE- studenten van over de hele wereld hierheen komen, brengt nieuwe internationale kwesties en ideeën naar de community. En deze studenten zijn niet alleen hier aanwezig, maar ze dragen ook bij; ze dragen bij aan ons verhaal met een frisse blik en creëren iets met ons en naast ons. Door dit te doen, transformeert ArtEZ de Shankill, en ik geloof echt dat als je dat kunt doen, je het vredesproces kunt transformeren. Dat kunnen we alleen afsluiten als we de verschillen accepteren. Dit is een krachtig beeld van waar de Europese Unie voor is opgericht. Was het maar eerder gebeurd.”

Het vredesproces transformeren Zelfs aan de buitenkant is de positieve invloed van ArtEZ op de Shankill al te zien. De Shankill Mission bruist en verwelkomt kunstenaars, artisteducators en kleurrijke vlaggen van over de hele wereld. (Zelfs het blauw van de ArtEZ-vlag is aanwezig.) Terwijl de

“ArtEZ verandert de Shankill. Ik geloof erin dat dat kan, dat het vredesproces getransformeerd kan worden. Op die manier kunnen we eindigen met het accepteren van de verschillen. Dat is een krachtig beeld van wat de EU beoogde. Ik zou dat het eerder was gebeurd.”

Leyli Rashid Rauj, “Making Visible and Heard.” Samenwerking met lokale en migrantenvrouwen, vredesmuur in Shankill, West-Belfast.

VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

19


ROOS WIJNANTS

NL Wat de international Master Artist Educator precies ‘internationaal’ maakt? Een deel van je studie vind plaats in het buitenland, naar én met communitypen in het buitenland. Met deze zogenaamde Site Specific Colleges (SSC) kunnen studenten afkomstig uit alle delen van de wereld hun eigen praktijk en onderzoek koppelen aan de behoeften van een lokale community. Voor Anamika 'Ana' Shah, alumnus van de masteropleiding, waren de SSC van onschatbare waarde. “Naar een nieuw land gaan, met mensen werken die je normaal gesproken niet tegenkomt, en vooral aan het eind je eigen pedagogie tot leven zien komen, is van onschatbare waarde. Ik denk niet dat het net zo was verlopen als we in Arnhem waren gebleven, zelfs niet als we daar met NGO's hadden samengewerkt.”

Ana, 24 jaar, is zowel kunstenares als pedagoge met een sociale inslag. Met een achtergrond in op tekst gebaseerde beeldende en conceptuele kunst, behaalde ze eerder een bachelordiploma in Fine Art in Groningen. “Ik voelde me altijd aangetrokken tot het onderwijs, maar niet tot traditionele onderwijstrajecten zoals een PABO-opleiding. Ik wilde mijn creativiteit gebruiken bij het lesgeven en mijn artistieke praktijk niet helemaal achter me laten.” Twee gelijke belangen verenigen Ze begon in 2021 dan ook enthousiast aan de eenjarige internationale masteropleiding Artisteducator (iMAE) aan ArtEZ. Zo kon ze haar persoonlijke artistieke praktijk verenigen met de mogelijkheid om op haar manier les te geven. Toen Ana met haar studie begon, bestond de iMAE-opleiding uit 3 fasen: als eerste een atelier- en klassikale fase in Arnhem, waar studenten aan verschillende individuele kunstprojecten werken op basis van hun eigen identiteit en interesses. De tweede fase in Zwolle richt zich op de identiteit van anderen en is een samenwerkingsproject waarbij studenten uit hun comfortzone worden gehaald en in een realistische situatie moeten werken. De laatste fase speelt zich af in de post-conflictzone van Belfast in Noord-Ierland en is bedoeld om studenten hun eigen interesses met die van anderen te laten combineren.

“We gingen vaak nog wat drinken na onze werksessies en daar hadden we open gesprekken. Het werd ons al snel duidelijk dat we waren verbonden in dezelfde emotionele strijd. Dat hielp ons om elkaar te leren vertrouwen” legt Ana uit. Die ervaring hielp Ana bij haar werk in Ierland, omdat ze leerde hoe belangrijk het is om dat organische vertrouwen te koesteren, zich in het moment aan te passen en iets te vinden dat voor iedereen waardevol is. De kloof in de community door dialoog overbruggen Na Zwolle was de laatste fase in Ierland, waar Ana haar kennis kon toepassen in Belfast, een postconflictzone die nog steeds te lijden heeft onder de restanten van The Troubles, het etnisch-nationalistische conflict in Noord-Ierland. Ana's onderzoek richtte zich op het ontwikkelen van daadkracht bij jongeren en het

Ik voelde me altijd aangetrokken tot het onderwijs, maar niet tot traditionele onderwijstrajecten zoals een PABO-opleiding. Ik wilde mijn creativiteit gebruiken bij het lesgeven en mijn artistieke praktijk niet helemaal achter me laten - Ana, alumnus iMAE -

Samenwerking met Windesheim in Zwolle De fase in Zwolle was een samenwerking tussen vierdejaarsstudenten van de Hogeschool Windesheim en iMAE-studenten en was een complete verrassing voor Ana. ”Aangezien dit een onwaarschijnlijke samenwerking is wilden we vooral iets creëren dat voor beide partijen waarde zou toevoegen aan ons leven,” herinnert Ana zich. →

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

In Belfast werkte Ana met jongeren, jeugdwerkers, communitys leiders en vrijwilligersraden, waarbij deze laatste voornamelijk uit volwassenen en ouderen bestonden. Deze oudere vrijwilligers begrepen niet waarom jongeren vaak rondhangen en feesten op braakliggende terreinen in de buurt. Maar, zoals Ana beschrijft, “door wat we leerden in onze →

20


artisteducator-workshops met de jongeren, hielpen we de vrijwilligersraden begrijpen dat jongeren zich alleen op die locaties vrij voelden om zich te uiten. We konden dat alleen begrijpen door het vertrouwen dat we met de creatieve methoden in onze workshops hadden opgebouwd. Persoonlijke daadkracht in conflicten Naar aanleiding van het project heeft Ana samen met anderen de methoden die tijdens het project zijn ontwikkeld, gedocumenteerd. Hoewel ontwikkeld in het Site Specific College van Belfast, kan het worden gebruikt in elk jeugdcentrum in een huidige of post-conflictzone. “Het was absoluut noodzakelijk om in Belfast te zijn om deze informatiebron te ontwikkelen, omdat we alleen door de directe ervaring konden begrijpen hoe dit conflict de community heeft verdeeld,” legt Ana uit.

Aftrap van de samenwerking tussen iMAE en Windesheim. Op de vlaggetjes staat antwoorden van studenten op de vraag: “wat zijn de hedendaagse issues waar onze maatschappij mee te maken krijgt in de komende jaren"

De combinatie van de praktijk met theorie en deze vervolgens in een realistische context plaatsen, stelt je in staat je vanaf het begin als een professional te gedragen. - Ana, iMAE-alumnus -

Locatiespecifieke voordelen: holistisch en praktisch De contextgebondenheid van het programma gaf ons nog meer inspiratie, zegt Ana. Doordat ze zoveel tijd samen doorbrachten in Zwolle en Noord-Ierland, konden ze elkaar helpen en van elkaar leren door het voortdurende contact. “In Ierland woonden we allemaal samen in hetzelfde huis. Als je je neerslachtig voelde, was er altijd wel iemand die twee deuren verder woonde en zich ook zo voelde. Dat kwam niet alleen de ervaring ten goede, het maakte het ook een stuk gemakkelijker om de werktijden op elkaar af te stemmen en we konden van elkaar leren. De combinatie van de praktijk met theorie en deze vervolgens in een realistische context plaatsen, stelt je in staat je vanaf het begin als een professional te gedragen. Dit programma is uniek, omdat het niet alleen gaat om de blootstelling aan de onderwerpen zelf.”

Ana aan het werk met jongeren in Belfast.

Wat Ana's volgende stappen betreft, realiseerde ze zich dankzij de opleiding dat ze eigenlijk meer geïnteresseerd is in locatie gebonden onderzoek, dan in het traditionele idee van kunst. Ana: “Ik wil ter plaatse met mensen werken. Ik wil vooral doorgaan met jeugdwerk om bepaalde (diepere) gesprekken te inspireren via luchtige, creatieve methoden. Ik heb al gesolliciteerd bij vluchtelingencentra in Arnhem om creatieve programma's te ontwikkelen.” •

VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

21


IRIS JANSSEN

Een gereedschapskist vol dans NL Fintan O’Hara (22), student aan de bacheloropleiding Docent Dans in Arnhem, bewandelt graag zijn eigen pad. Hij stippelt dus ook zoveel mogelijk zijn eigen opleidingsroute uit. “Hierdoor kan ik mijn identiteit volop ontwikkelen. Als artisteducator, maar ook als persoon.”

Vroeger, op de middelbare school was Fintan O’Hara een beetje rebels. Hij vond de lessen meestal behoorlijk saai en de leraren nogal ontoegankelijk. Na schooltijd had hij het beter naar zijn zin. Zeker bij Boys Action, waar hij drie keer per week danslessen volgde. “De docenten boden ons uitdaging en ik had een klik met de andere jongens”, herinnert hij zich. Onwetende meester Nu is Fintan zelf in opleiding en ontwikkelt hij zich als artisteducator. Vooral de lessen over pedagogiek en didactiek spreken hem aan. “Hoe sta je voor een groep? Hoe breng je informatie over? Dat vind ik interessant.” De ervaringen uit zijn eigen schooltijd neemt Fintan mee in zijn ontwikkeling. “Leraren wisten mij alleen te boeien als ze goede verhalen vertelden en zo de lesstof in een context plaatsten. Dat wil ik ook gaan doen. En ik ga graag met leerlingen in gesprek. Ik houd niet van hiërarchie, maar geloof in ‘de onwetende meester’, zoals de filosoof Rancière het noemde. Volgens mij leren docent en leerlingen altijd samen.” Naar Noord-Ierland In het vierde jaar van de opleiding ging Fintan, die familie in Ierland heeft, met studenten van de opleiding Docent Theater en de international Master Artist Educator voor twee maanden naar Belfast. Daar werkten zij met en voor de lokale gemeenschap. Fintan: “We kwamen terecht in een arme wijk, met veel kwetsbare bewoners. De nasleep van de gewelddadige conflicten uit de vorige eeuw is er nog goed voelbaar. Veel mensen lopen gedeprimeerd en met gesloten gezichten over straat.” Fintan ging aan de slag met een groepje jongeren dat van school was gestuurd. “Ik vond dat spannend”, vertelt hij. “Mijn inschatting was dat ze niet zouden openstaan voor danslessen.” Bewegingsanalyse Daarom pakte Fintan het anders aan. Hij begon met het overgooien van een balletje naar de jongeren. Vervolgens vroeg hij ze om te kijken hoe hun voeten stonden tijdens het gooien. En tijdens het stilstaan. “Stap voor stap bouwden we de bewegingen uit. Jongeren gingen bijvoorbeeld ook ervaren én verwoorden hoe het is als je ‘klein en afgesloten’ loopt. Of als je huppelt.” “Mijn hypothese – die ik nog verder wil uitwerken – is dat je fysieke houding invloed heeft op je omgeving. En vice versa.”

Na afloop van het project vertelden sommige jongeren Fintan dat ze hem dankbaar waren. “Dat gaf me zoveel energie!” →

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

Klusjesman De middelen die Fintan inzette om de jongeren te bereiken, kreeg hij aangereikt tijdens zijn opleiding. “Wij worden klaargestoomd tot artisteducator in dance. Dat betekent dat er aandacht is voor verschillende beroepsrollen: die van docent, danser, maker en ondernemer. Ik zie mezelf als een soort klusjesman. Ik kom de groep binnen met een kist vol met gereedschappen, waaronder dansmateriaal en informatie. Vervolgens vertel ik dat ik graag een object wil maken. Bijvoorbeeld een voorstelling over een bepaald thema. Samen werken we daaraan; we leren van elkaar. Scriptie De module in Belfast was eigenlijk enkel bedoeld voor studenten van de opleidingen Docent Theater Arnhem en de international Master Artist Educator. “Gelukkig kreeg ik de mogelijkheid om ook mee te doen”, zegt Fintan. “Al betekent dit wel dat ik studievertraging heb opgelopen. Volgend jaar moet ik nog mijn scriptie schrijven. Waarschijnlijk zal die gaan over kunst als ‘on-wetenschap’. Daarin wil ik betogen dat de waarde van dans moeilijk in woorden te vangen is. De betekenis ligt in de relatie die je aangaat met een dans. Die is voor iedereen anders.” Na zijn afstuderen wil Fintan community-werk gaan doen. Hij heeft er vertrouwen in dat hij goed voorbereid is op wat er mogelijk op zijn pad komt. “Mijn volgende stap zie ik als een mooi avontuur.” •

22


VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

23


“Wie zit aan tafel, wie spreekt, en wie moet misschien even luisteren”

DANA LINSSEN

Op de ArtEZ Toneelschool in Arnhem wordt sinds drie jaar met diverser en inclusiever materiaal gewerkt. Wat heeft dat voor gevolgen voor de vorm en inhoud van de lessen? Een korte rondgang langs studenten en docenten.

Onderzoek inclusief lesprogramma Toneelschool Arnhem

“Het begon met die mail”, vertelt Teuntje Post. “Die heeft inmiddels een bijna mythische status in de school en het werkveld gekregen.” Post zit in het vierde jaar van de ArtEZ Toneelschool in Arnhem, en de mail waar ze naar verwijst [https://www.artez.nl/stories/hoe-een-mailde-toneelschool-verandert] werd geschreven door medestudent Nikki Kuis, die zich hardop afvroeg waarom ze tijdens haar opleiding nauwelijks met teksten van vrouwen had gewerkt. De mail werd een scriptie, en vervolgens een onderzoek in samenwerking met de Theaterkrant en de Toneelmakerij [https://www.theaterkrant.nl/tm-artikel/lang-genoeg-gewacht-over-derol-van-de-vrouw-in-de-theaterwereld/] naar de systemische onderrepresentatie van vrouwen in de theaterwereld. Voor Teuntje, die toen aan het begin van haar schooltijd stond, kwam die constatering als geroepen: “Ik was altijd al bezig met het vrouwelijke perspectief, en dat werd nog versterkt omdat ik in een klas met slechts twee vrouwelijke studenten tegenover acht mannen zat. Ik voelde me daardoor extra geroepen die stem te vertegenwoordigen. Maar opeens was ik niet meer alleen, werd het een verantwoordelijkheid van de hele school.”

Het dominante en het andere verhaal Inmiddels is er veel veranderd. De inclusieweken die de Toneelschool organiseerde, gebaseerd op het uit de Culturele Antropologie afkomstige gedachtegoed over positionaliteit, het dominante en het andere verhaal van Aminata Cairo, en in samenspraak met docenten en studenten vormgegeven door onderzoeker inclusief onderwijs Winnie Roseval, zijn een vast onderdeel geworden van het lesprogramma. Een week per jaar denken studenten en docenten samen hardop na welke verhalen in de school aanwezig zijn. En hoe die effect hebben op de vakmatige studie en ontwikkeling. Studieleider Ernst Braches: “Die vragen lagen er natuurlijk al langer, maar alleen marginaal. Door de inclusieweken en de mail van Nikki besloten we ze naar het centrum te verplaatsen.” De school werd een ‘brave space’, een plek waar zonder vooroordelen een gezamenlijk debat gevoerd kon worden over diversiteit en inclusiviteit. Van de school, van de theatergeschiedenis en over de vraag hoe het beroepsveld van de toekomst eruitziet. Wat doet het bewustzijn over het feit dat er andere perspectieven zijn dan het dominante West-Europese en Angelsaksische, witte, patriarchale, mannelijke, heteronormatieve met de inhoud en de vorm van de lessen? Ook van die waarin het niet alleen om tekstmateriaal gaat, maar ook om figuren die vorm krijgen in bijvoorbeeld bewegingslessen, waarin (het lichaam van) de student zelf materiaal is? Nadat er in studiejaar 2020/2021 alleen werd gewerkt met teksten en ander materiaal geschreven door mensen die zich als vrouw identificeren, werd dat het jaar erop uitgebreid met vragen rondom vrouwelijke personages, en in 2023/2023 kwam daar een gezamenlijk onderzoek bij naar personages die zich als ‘queer’ omschrijven. Onderliggende vragen Ernst: “Daar hebben we wel een aantal randvoorwaarden aan gesteld. Het is belangrijk om te benoemen dat het om de identiteit van de personages gaat, niet van de student of docent, niemand hoeft zich te outen. Het gaat om vakmatig materiaal, niet om persoonlijke bekentenissen.”

24

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023


Acteur en oud-student Hendrik Aerts is docent Dynamische Training en ook actief in de Deelraad. Daarnaast is hij bezig met een voorstelling waar negen kunstopleidingen aan gaan meedoen, waar diversiteit en inclusie een belangrijk onderdeel van zijn. “Dan geldt de vraag: wie zit aan tafel, wie spreekt en wie moet misschien even luisteren? Ik ben er meer en meer van overtuigd dat als het niet plaatsvindt vanuit internalisatie dat het dan weinig kans van slagen heeft. Dan blijft het een idee, een concept. En het gaat het over alle ondergerepresenteerde perspectieven: kleur, vrouw, gender, seksuele oriëntatie, klasse, mensen met een beperking etc.” “Voor mij”, memoreert Hendrik, “was het belangrijkste moment toen we in de docentenvergadering de mail van Nikki bespraken en de vrouwelijke docenten de vraag opwierpen: waaróm vertrekken we eigenlijk altijd vanuit hetzelfde perspectief? De deur die toen werd opengezet is niet meer dichtgegaan.” Ook dramaturgiedocent Ricarda Franzen herinnert zich dat moment nog goed. “Opeens was er ruimte om de inhoud van het lesprogramma te evalueren. Bespreken we de acteertheorieën van Stanislawski omdat we dat nou eenmaal zo gewend zijn, of zijn er andere redenen? We begonnen de vragen te onderzoeken die daaronder liggen. Wat zijn dramaturgische structuren? Die zijn niet overal hetzelfde. Maar de vraag wat een dramatische boog is misschien wel.” “De inhoud van de lessen is daardoor veranderd”, constateert ze. “Behalve met andere teksten, werken we ook minder met definities. Er zijn meerdere gezichtspunten mogelijk. We onderzoeken bijvoorbeeld wat theatraliteit is, zonder meteen terug te grijpen op wat Aristoteles daarover heeft gezegd.” Traditie in de achteruitkijkspiegel Wie bang is dat de Griekse tragedieschrijvers, Shakespeare, Tsjechov en Ibsen op vakantie zijn gestuurd, kan gerustgesteld worden. Ernst noemt als voorbeeld het werken met teksten van Kae Tempest in de leeslessen. “Tempest is opgegroeid met de klassieken. Maar wat er gebeurt is dat we nu via diens werk in de achteruitkijkspiegel naar de traditie kijken. Ondertussen leren de studenten aan de hand van de teksten van Tempest nog steeds over belangrijke vakmatige vaardigheden als rijm, metrum en ritme.” Toneelspelen niet alleen aan tekst gekoppeld. In de lessen Dynamische Training is het lichaam van de student zelf het materiaal. Hendrik beschrijft het gemak waarmee woorden als ‘mannelijk’ en ‘vrouwelijk’ werden gebruikt om beweegpatronen aan te duiden. Daar zijn nu andere termen voor in de plaats gekomen: “We hebben het jargon aangepast; we gebruiken nu de vier elementen water, aarde, lucht en vuur.” En je loopt tegen meer systemische dingen aan. Hij geeft als voorbeeld hoe mensen die vanuit een dominante maatschappelijke positie komen, ook letterlijk anders fysiek gewired zijn. Borst vooruit, kin omhoog. “Maar tegen queer studenten of studenten met een biculturele achtergrond kun je niet zomaar zeggen ‘niet naar beneden kijken’, want in veel gevallen is dat een houding waarin ze sociaal gedrongen zijn. Dat legt dan veel meer bloot.” “We zijn bezig een nieuwe taal te ontdekken”, zegt hij, “en het belang van beargumenteren van wat je zegt.” Er zijn nog geen grote conclusies: “Alles is heel erg in beweging, en dat blijft het zo lang we nieuwgierig blijven, en vragen blijven stellen. Dat inzicht is de grootste winst.” Canon Iedereen die ik spreek heeft het vroeg of laat over de ‘canon’ en de latente angst dat die verdwijnt. Maar wat is die canon eigenlijk? De laatste jaren hebben vragen rondom de female gaze en black lives matter duidelijk gemaakt dat een canon een handig instrument is om een gedeelde geschiedenis te creëren, als toetssteen, maar dat het ook een uitsluitend mechanisme is. Je lost de problemen van een canon, en de daarin impliciete hiërarchische en kwaliteitscriteria in ieder geval niet alleen op door hem diverser te maken. Ernst: “Je moet de canon meer als een verzameling, een catalogus zien, en minder als een Top 10.” Natuurlijk zijn het waarborgen van kennis van traditie, de kwaliteit van het onderwijs net zo belangrijk als die open, onderzoekende houding”, vindt Ricarda. Ze vult aan: “We leiden studenten op die zich moeten verhouden tot een beroepspraktijk waarin zowel Shakespeare als de hedendaagse kijk op de queerness van Shakespeare een rol spelen. Dat koppelen

25

VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR


we altijd terug naar de tekst. Dat gaat niet weg. Wat is verandert is dat iedereen een eigen kennis en positionaliteit mee kan nemen.” Studenten Serah Meijboom en Sem Abelskamp zijn de tweede lichting die met het nieuwe lesprogramma werkt. Serah: ,,Het opvallendste was dat ik werd uitgenodigd om ook mijn stem te laten horen, ook al ben ik als speler nog in ontwikkeling.” Belangrijker dan het diverser maken van de inhoud van de lessen is voor haar en Sem het gesprek erover. Serah: “Het heeft geen zin om zomaar even een tekst van een schrijver uit een Afrikaans land ertussendoor te gooien. Het gaat om de vraag wat het betekent dat we niet alleen het witte perspectief bekijken. Al vond ik het ook wel schokkend dat toen Dramaturgiedocent Maxine Palit de Jongh een tekst van James Baldwin met ons wilde bespreken dat maar zo weinig studenten hem kenden.” Sem beschrijft hoe hij op school kwam met de gedachte dat bepaalde dramatische rollen nooit voor hem zouden zijn weggelegd. “Gay zijn wordt zo vaak als drama gepresenteerd, het is nooit de norm, altijd een probleem. Dus toen we naar queer personages gingen kijken en gingen kijken wat er gebeurt als je de queerness in de traditie herontdekt, ging er een enorme druk van de ketel.” In principe gaat het, denk hij, niet alleen om de vraag wie iets maakt, maar om de vraag wat je eigenlijk aan het maken bent, en waarom: “Uiteindelijk is het personage in de kern altijd genderfluïde – het publiek vult, als het zich identificeert, ook heel veel zelf in.” Onderzoek en kennisdeling Uit voorgaande mag blijken dat niet alleen de inhoud, maar ook de vorm van de lessen is veranderd. Ze worden discursiever. Of in de woorden van Ricarda: “De uitkomst van de les staat niet op voorhand meer vast.” De docenten volgen meer de inspiratie van Jacques Rancière’s ‘Onwetende Schoolmeester’, waarin het minder over zenden van bestaande kennis en meer om een vorm van gelijkwaardigheid draait, concludeert Braches. “Naast de vakkennis en de ervaring van de docenten, zijn nu ook de ‘cultural awareness’ en de inbedding in de tijdsgeest van de studenten geplaatst. Dat is ook nodig, de studentepopulatie is op dit moment nog diverser dan de docenten. Wat je deelt is dynamisch, anders is er sowieso geen uitwisseling mogelijk.”

Toch is er nog veel nodig. Meer onderzoek, meer kennisdeling. Ricarda: “Om nieuw materiaal te zoeken en vaak te laten vertalen, zijn er ook meer middelen nodig. We hebben onze eigen lacunes geconstateerd. Nu moeten we ze gaan vullen.” Hendrik: “Dit soort processen zullen versnellen als we in een klas en in het docentencorps voldoende verschillende perspectieven aanwezig hebben. Hoe gemêleerder een groep, hoe interessanter het materiaal waar je op de vloer mee kunt werken. Maar het gaat echt veel verder dan alleen wat wij op school doen. Je moet ook naar de toplaag kijken, de Raden van Toezicht, de besturen, de beleidsmakers. Het is systemisch. Kunstopleidingen, waartoe ook ArtEZ behoort, zijn voor 99% vormgegeven vanuit hetzelfde perspectief.” Ernst concludeert: “De afgelopen drie jaar hebben we geëxperimenteerd. Nu kunnen we systematischer naar het repertoire gaan kijken. En er dienen zich grotere vragen aan. De vraag naar disciplinariteit bijvoorbeeld, die is in de Westerse traditie tamelijk cerebraal. Je ziet dat in andere speltradities de kloof tussen bijvoorbeeld dans en acteren minder groot is. Dat zijn uiteindelijk ook allemaal kwesties die raken aan het pedagogische.”

26

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023


27

VAN DOCENT NAAR ARTIST EDUCATOR


EMIEL COPINI & FABIOLA CAMUTI

NL ∕

In een maatschappij in beweging, waar discussies over hiërarchische structuren en de roep om inclusiviteit vooropstaan, neemt onderwijs een kritieke en prominente rol in bij het reageren op maatschappelijke behoeften. Tegelijkertijd is de noodzaak tot dekolonisatie van onderwijs wereldwijd urgent geworden. Studentenprotesten hebben zich over de hele wereld verspreid (Zuid-Afrika, Canada, VK) om een radicale verandering in het onderwijssysteem te bewerkstelligen. Het proces van dekolonisatie is een belangrijk gespreksonderwerp en lang uitgesteld, gezien het feit dat het westerse model van waarop het onderwijs is gebaseerd grotendeels onbetwist blijft. Tot nu toe heeft kunsteducatie zelf onvoldoende antwoorden geboden op deze kwesties. Als postdoc-onderzoekers en educatoren bij ArtEZ willen we dragen aan de noodzakelijke radicale verandering van ons onderwijssysteem. In dit proces hebben we de mogelijkheden verkend die het concept van de artisteducator kan bieden om te bewegen naar een gedekoloniseerde, niet-hiërarchische en horizontale pedagogiek. De theorieën, gedachten en ideeën die we als onderzoekers hebben ontwikkeld, zijn ontstaan in samenhang met onze onderwijspraktijken. We kregen de gelegenheid om mee te kijken, te ervaren, mee te doen en te ontwerpen in tal van situaties waarin het concept van de artisteducator tot ontwikkeling komt. We zagen onderwijsvisie en onderwijspraktijk ontstaan in vele contexten: zowel in formele als informele contexten, in de master opleidingen MKE (Master Kunsteducatie) en iMAE (international Master Artist Educator); in de communities van de BA opleidingen Artisteducator in Theater (Arnhem) en Theater en Media (Zwolle); in het op co-creatieve en participatieve wijze herzien van het curriculum bij de BA Artisteducator in Dans; en in de locatie specifieke verbinding met ecologische vraagstukken en wicked problems, in Next Generation, het festival van No University – Center for Advanced Studies. Een theoretische achtergrond Ons theoretisch kader is ingebed in de context van een dekoloniaal en posthumanistisch perspectief ten aanzien van het hoger onderwijs. Al in 1970 benadrukte Paulo Freire in zijn uiteenzetting van de instrumenten voor de opbouw van kritische pedagogie de noodzaak om het ‘gekoloniseerde denken’ te ontmantelen (p. 49) met betrekking →

tot het proces van vervreemding waaraan zowel kolonisator als gekoloniseerde onderworpen zijn en de daaruit voortvloeiende mentale obstakels om het kolonialisme te weerstaan. In de praktijk moet het proces van dekolonisatie van het hoger onderwijs op verschillende dimensies van de onderwijsstructuur plaatsvinden. Ten eerste is er behoefte aan verandering op het curriculumniveau. Denk bijvoorbeeld aan de bronnen die worden gebruikt. De belangrijkste referentie canon is volledig geworteld in de westerse, voornamelijk eurocentrische en voornamelijk door mannen geschreven traditie. Er is weinig ruimte voor verschillende stemmen, verschillende methodologieën voor kennisverwerving en -productie. En wanneer deze er wel zijn, worden ze marginaal gepositioneerd of vertaald en opnieuw gepresenteerd vanuit een wit en westers perspectief. Ten tweede is er behoefte aan verandering op het niveau van de infrastructuur en de organisatorische dimensies. Met zeldzame uitzonderingen, zijn onze hoger onderwijsinstellingen georganiseerd als bedrijven. In navolging van een kapitalistische en neoliberale agenda zitten onze instellingen vast in een productgerichte, efficiëntiegerichte en succes gedreven strategie, waarbij er weinig ruimte is voor identiteitsontdekking en fouten. Last but not least zorgen de gebouwen, de klaslokalen en het gebruik ervan voor verdeeldheid tussen mensen, zoals bijvoorbeeld tussen docenten en studenten in een klaslokaalomgeving, en tussen mensen en hun omgeving, of het nu gaat om communities binnen en buiten hetzelfde schoolgebouw of in relatie tot de natuur en andere vormen van bestaan. →

∕ Artisteducator & Leading Learner workshop, Camuti & Copini, Artisteducator in Theatre & Media Zwolle course, May 2023.

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

28


Tegenwoordig zijn de oproepen tot dekolonisatie vaak verweven met de erkenning van de noodzaak om verder te gaan dan het zogenaamde tijdperk van het Antropoceen, het huidige geologische tijdperk dat wordt gekenmerkt door de dominantie van menselijke activiteiten op het milieu. Als we deze richting volgen, zou het consequent streven naar de koloniale praktijken in het onderwijs direct de hiërarchische machtsstructuren moeten aanpakken die menselijke wezens in het centrum van het universum plaatsen en in plaats daarvan uitkomen op een scenario waarin mensen niet langer het middelpunt van de wereld zijn, maar er deel van uitmaken, in verbinding met en in relatie tot andere levende en niet-levende wezens. Werkend vanuit het perspectief van de artisteducator Als het onze missie is, als onderzoekers en als educatoren, om kunsteducatie op een niethiërarchische en co-creatieve manier te hervormen, kan de artisteducator een belangrijk pedagogisch instrument zijn om in deze richting te bewegen. In 2015 zag lector Jeroen Lutters de noodzaak van een transitie in kunsteducatie. Hij nodigde John Johnston uit om naar Nederland te komen en zijn expertise in sociaal-geëngageerde kunst en kunsteducatie bij ArtEZ uit te werken in een nieuw masterprogramma waar de praxis van de artisteducator ontwikkeld zou kunnen worden. De artisteducator is iemand voor wie mens zijn, professionaliteit en maatschappelijke betrokkenheid samenvallen (Lutters, 2015). Het is iemand die een gevoeligheid ontwikkelt voor wat urgent of noodzakelijk is om op een bepaalde context te reageren. Artisteducators vervullen vier rollen: de belever, de maker, de veranderaar en de onderzoeker. Door deze rollen te combineren, leggen ze waar nodig de nadruk, afgestemd op hun eigen kenmerkende stijl, identiteit en de context waarin ze werken (Copini, 2020). Door de jaren heen zijn deze principes uitgewerkt in een visie die inmiddels door het instituut is omarmd. Bij ArtEZ vragen we expliciet aan studenten, opvoeders en onderzoekers om zichzelf persoonlijk, professioneel en maatschappelijk te positioneren. En we geloven dat kunsteducatie een instrument kan zijn om veerkrachtige samenlevingen te ontwikkelen. Terwijl we samen een onderwijscultuur creëren waarin dit wordt aangemoedigd, komen we natuurlijk ook uitdagingen tegen. We zien die weerstand en wrijving als vruchtbaar en noodzakelijk. In de overgang naar een manier van werken waarbij we kunsteducatie inzetten om verbinding te maken met de ander of het andere, maken we onvermijdelijk fouten en vergissingen. Inclusief denken en →

handelen zijn niet vanzelfsprekend. Het feit dat we langzamerhand zicht krijgen op onze blinde vlekken in hoe we de wereld waarnemen, begrijpen en waarderen, is nog geen garantie dat we ze ook overwinnen. Daarom pleiten we in de eerste plaats voor het proberen, voor het falen en voor een voorzichtige sprong in het diepe. We moedigen onszelf en anderen aan om netwerken te vormen, open te staan voor verhalen die we in eerste instantie niet herkennen of begrijpen, met het besef dat onze verhalen, waarden en waarheden ingebed zijn in een dominante cultuur die blind is voor haar eigen positie. We doen dit, althans dat proberen we, als artisteducators persoonlijk, in onze dagelijkse praktijk, als onderzoekers, als auteurs van dit korte artikel, en ook collectief in de communities waar we deel van uitmaken. Artisteducators zijn niet hét antwoord op de complexe maatschappelijke en ecologische problemen waarmee we worden geconfronteerd. Maar in onze pogingen tot connectie met de ander of het andere, proberen we wel de drivers of (ex)change te zijn. We faciliteren en dragen bij aan verandering.

∕ Education in arts in a more-than-human world keynote, Camuti & Copini, Next Generation September 23, 2022.

Het belang van de dialoog Door samen te reflecteren op de betekenis en mogelijkheden die voortkomen uit onze persoonlijke ervaringen, hebben we ons laten leiden door de volgende vragen: hoe kunnen we rechtvaardige pedagogieën mogelijk maken? Wat maakt ze rechtvaardig? En waar te beginnen? De eerste stap om deze vragen te beantwoorden, was om bij onszelf te beginnen, om onszelf te midden van de storm te plaatsen en onze eigen rol en perspectief in twijfel te trekken. We hebben ontdekt dat dialoog een noodzakelijk begin is. Iedereen die op zoek is naar meer rechtvaardige vormen van onderwijs zou, hoe moeilijk ook, zichzelf en het eigen referentiekader ter discussie moeten stellen. Wie ben ik, wat is mijn rol en perspectief, welke blinde vlekken heb ik? Dit is, om de woorden van Karen Barad (2007) te gebruiken, →

VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

29


een vorm van ‘response-ability’. Het is de erkenning dat onze kennis, onze manier van weten, en onze identiteit verweven zijn met de wereld en andere wezens. Het is de bereidheid om verantwoordelijkheid te nemen voor de gevolgen van onze kennisproductie en pedagogische handelingen.

Brondvermelding: Barad, K. (2007). Meeting the universe halfway. Duke University Press.

Braidotti, R. (2019). Posthuman knowledges. Polity Press. Copini, E. (2020). Hoe is het eigenlijk om mens te zijn? (What is it actually like to be human?) APRIA (ArtEZ Platform for Research Interventions of the Arts). https://apria.artez.nl/hoe-is-het-eigenlijk-

Maar dialoog gaat verder dan individuele reflectie. Het is een collectief proces van luisteren, delen en co-creëren. Het vereist openheid, kwetsbaarheid en bereidheid om te leren van elkaar. In een niet-hiërarchische pedagogie is iedereen een potentiële bron van kennis en ervaring, ongeacht hun positie in de hiërarchie. Het erkent en waardeert de diversiteit van stemmen, perspectieven en ervaringen. In deze dialoog ligt de potentie om gezamenlijk nieuwe betekenissen, inzichten en praktijken te creëren die rechtvaardigheid bevorderen. Door deze dialoog aan te gaan en onze eigen rol als artisteducatorste bevragen, hopen we bij te dragen aan de transformatie van onderwijsinstellingen naar meer gedekoloniseerde en niet-hiërarchische vormen van pedagogie. Het is een complex en langdurig proces, maar we zijn vastbesloten om deze weg te bewandelen en te blijven leren, groeien en veranderen. Conclusie Verdere analyse en kritiek met betrekking tot de noodzaak van een radicale vernieuwing van het onderwijssysteem zijn ongetwijfeld nodig. Net zo noodzakelijk zijn alle acties en experimenten die op verschillende plaatsen in de wereld nieuwe mogelijkheden blootleggen voor niet-hiërarchische en intersoortelijke pedagogieën. Wat we in dit korte artikel hebben gepresenteerd, is slechts een hint naar een van deze denkbare experimenten. Wij geloven dat de artisteducator een mogelijk tegengif zou kunnen bieden voor een gekoloniseerd en hiërarchisch gestructureerd pedagogisch systeem, als een suggestie voor een co-creatieve pedagogische dialoog, geïnformeerd door radicale openheid en liefde (hooks, 1994 & 2003). We geloven ook dat de kunsteducator mogelijkheden kan bieden voor horizontaal en situationeel leren, door te helpen bij het herdefiniëren van de rol van leraren. En we hopen dat het concept zo dynamisch mogelijk zal blijven om in staat te zijn meer-dan-menselijke ontmoetingen te omvatten en deze volledig op te nemen in de pedagogische processen. •

om-mens-te-zijn/

Freire, P. (1970). Pedagogy of the oppressed. Continuum.

hooks, b. (1994). Teaching to transgress: Education as the practice of freedom. Henry Holt.

hooks, b. (2003). Teaching community: A pedagogy of hope. Routledge.

Lutters, J. (2015). Research-based art: Een nieuwe grondslag voor een opleiding tot artist educator. [A new foundation for an artisteducator course.] Culture+Education, 15(43), 63-70.

Mbembe, A. (2016). Decolonizing the university: New directions. Arts & Humanities in Higher Education, 15(1), 29-45. https://doi. org/10.1177/1474022215618513 https://no.university/

∕ Next Generation 24 September 2022.

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

30


IRIS JANSSEN

NL Liza Bukina, geboren en getogen in Oekraïne, is derdejaars student bij de opleiding Docent Theater in Zwolle. Ze zet haar rol als Artisteducator in, om theater te maken met uit Oekraïne gevluchte kinderen. In dit verhaal vertelt Liza over de balans tussen kunst en lesgeven, het leven in een parallelle wereld en hoe belangrijk het is om creatieve impulsen direct op te volgen.

Van betekenis zijn voor communities Eén van de mooiste dingen aan de opleiding Docent Theater is dat je kunt werken met verschillende communities, waar je veel voor kunt betekenen. Liza besloot al tijdens haar opleiding om samen met drie medestudenten een jeugdtheatergroep op te richten, voor Oekraïense kinderen met een oorlogstrauma. De naam van de jeugdtheatergroep is Theater Soloveyko (Oekraïens voor nachtegaal). Interactie is key voor de artisteducator De opleiding Docent Theater leidt je op tot artisteducator, een rol waar Liza zich helemaal thuis in voelt. Het curriculum is praktisch en sociaal geëngageerd. De opleiding gaat wat Liza betreft dan ook vooral om interactie: “Ik vind thee drinken en met elkaar in gesprek gaan al kunst. Ik hoef niet altijd een voorstelling te maken.” Die hang naar interactie komt ook helemaal tot uiting in Liza’s werk bij jeugdtheatergroep Soloveyko. Theater Soloveyko: een magische wereld voor kinderen “De jeugdtheatergroep is ontstaan uit nood,” geeft Liza aan. “We wilden de gevluchte kinderen van de Oekraïense basisschool in Zwolle, waar ik lesgaf, iets anders geven dan de dagelijkse dingen, zodat ze zich niet opgesloten hoeven te voelen. De kinderen missen hun vrienden, hun huisdieren, opa’s en oma’s. Theater maken geeft hen afleiding en ik wil samen met de kinderen creatief zijn. Door middel van theatrale technieken help ik hen om hun eigen kijk naar de wereld te begrijpen. Mijn belangrijkste doel is om hen op dit pad te ondersteunen, om kennis en ervaring te delen.” →

“Ik hoop dat de kinderen tijdens onze lessen beter bij hun gevoel kunnen komen, door middel van verbeelding.”

Een parallelle wereld Wat Liza herkent in de kinderen is het leven in een parallelle wereld: “Ik leef ook in twee werelden. Ik ben niet volledig Nederlander en ik blijf natuurlijk betrokken bij de oorlog in Oekraïne. Daardoor leef ik constant in een wereld waarin er tegelijkertijd oorlog en vrede is. En die versplintering zet soms door in andere aspecten van het leven.” Het zijn thema’s die Liza na haar opleiding verder uit gaat diepen. “Hoe zijn wij als mensen, als landen, met elkaar verbonden? Hoe beïnvloeden we elkaar? En hoe hebben we elkaar beïnvloed als je naar de geschiedenis kijkt?” Tip voor toekomstige studenten Tijdens de bacheloropleiding Docent Theater leerde Liza zowel maker als docent te zijn. Haar advies voor toekomstige studenten is om open te staan voor de vrijheid die je krijgt bij de opleiding. “Creativiteit is het belangrijkste. Alles wat in je opkomt, meteen doen! Het klinkt eenvoudiger dan dat het is, maar als je je creatieve impulsen direct volgt, kom je altijd op mooie plaatsen uit.” • Volg Liza / @theater_soloveyko

VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

31


Dansen als medicijn

RACHEL FELIX

Een dance-artisteducator die dit jaar voor de tweede keer ArtEZ bezoekt, is Lucrèce Atchade uit Benin. Met haar visie op dans motiveert zij ArtEZ studenten om weer vol overgave vanuit hun hart te bewegen; voor haar de enige manier om te dansen. En ook dé manier om als danser je boodschap over te brengen op je publiek. Lucrèce vertelt over de weg die zij als danser, choreografe en docente heeft afgelegd, waarom zij meer wil bereiken dan alleen vermaak bieden en hoe zij dit voor elkaar krijgt; in Benin en hier in Nederland met dansers van ArtEZ. Een lichaam dat spreekt ‘Dansen is iets dat ik mijzelf geleerd heb binnen Compagnie Wâlo, het dansgezelschap van m’n moeder. De eerste keer dat ik tijdens een voorstelling in de spotlight op een podium stond, dacht ik: dit wil ik de rest van m’n leven! Dat was een bijzonder besef, want ik ben een introvert persoon. Maar niet als ik dans. Als ik dans, spreekt mijn lichaam; dan ben ik niet verlegen. Ik kan helemaal mezelf zijn en mezelf uiten. Ik vertel met mijn lichaam wat ik niet kan zeggen met mijn mond. Dat gevoel wil ik doorgeven aan andere dansers. Ik had daarbij het geluk om via Compagnie Wâlo veel internationale dansers, choreografen en docenten te ontmoeten, onder andere via de Nederlandse dansorganisatie Le Grand Cru, toen zij kwamen trainen en een voorstellingen maken met ons. Via hen ben ik op het pad van artisteducator gekomen.’ Ben ik wel goed genoeg? ‘Ook al betekent dans zo ontzettend veel voor me, er was ook een periode in mijn leven waarin ik mijn liefde voor dans helemaal kwijt was. In die periode vergeleek ik mijzelf alleen nog maar met andere dansers, dansers die allemaal grootse dingen deden. Niks wat ik zelf deed, voelde nog goed genoeg. Dat was vreselijk en zorgde ervoor dat ik stopte met dansen. Gelukkig heb ik een slimme moeder; zij liet me inzien dat ik niet meer vanuit mijn hart danste sinds ik mezelf zo vergeleek met

‘Niks wat ik zelf deed, voelde nog goed genoeg.’

anderen. Ik deed bewegingen na. Maar dat is niet wie ik ben als danser! Toen ik dat eenmaal inzag en begreep, begon alles weer te stromen en kon ik weer dansen vanuit mijzelf, vanuit mijn gevoel.’ Iets groters dan dans ‘Op het podium hoef ik geen ster te zijn of de show te stelen. Wel wil ik dat wat ik heb, doorgeven aan anderen die datgene niet hebben. Ik wil - samen met andere dansers en met het publiek - iets groters neerzetten, een boodschap overbrengen, belangrijke onderwerpen bespreekbaar maken, meer bieden dan alleen vermaak. Vanuit deze visie maakte ik verschillende voorstellingen over thema’s als seksueel misbruik, geweld en mensenrechten. In deze voorstellingen raken wij als dansers het publiek via onze manier van bewegen, daarna raakt het publiek ons met verhalen die loskomen naar aanleiding van de voorstelling.’

‘Ik vertel met mijn lichaam wat ik niet kan zeggen met mijn mond.’

Verborgen en vergeten stukken mens ‘Dansen is mijn eigen medicijn; het werkt helend voor me. Dankzij het dansen heb ik rust en een gezonde manier van leven gevonden. Dat is ook iets dat ik verder wil verspreiden. Bijvoorbeeld door niet-dansers aan het dansen te krijgen. Als zij zich weer verbinden met een stukje van zichzelf dat ze vergeten waren en ontdekken dat hun llijf meer kan dan alleen lopen, vind ik dat prachtig om te zien. Door te dansen ontdekken zij verborgen of vergeten stukken van zichzelf, van hun lichaam en van hun geest.’ Dansen met de elementen In West Afrika dansen we vanuit een flow, vanuit energie die voortkomt uit de elementen die we allen in ons dragen en om ons heen voelen. Deze manier van bewegen die uit een andere vibratie voortkomt, wil ik mijn studenten bij ArtEZ laten voelen. Ik wil hen een nieuw vocabulaire leren waarmee ze via hun dansen anderen kunnen bereiken.’

32

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023


Lezen of bewegen? ‘Mensen vragen mij waarom ik dans kies als middel om een boodschap over te brengen. Als ik kijk naar mijn eigen land Benin, of Afrika in het geheel, dan is het moeilijk voor ons om informatie uit boeken tot ons te nemen omdat we het niet gewend zijn om veel te lezen. Dans is daarentegen een manier van communiceren die mensen kennen. Met onze eigen traditionele bewegingen en de met Le Grand Cru ontwikkelde fusion van hedendaagse Europese en Afrikaanse stijlen, geven we via beweging woorden aan wat er leeft in een land of binnen een community. Dat werkt. Mensen begrijpen ons.’ ‘Ik wil iets groters neerzetten, een boodschap overbrengen, belangrijke onderwerpen bespreekbaar maken.’

Dance-artist zijn in Benin ‘Dance-artist zijn in Benin is moeilijk, maar gelukkig is er hoop op betere tijden. Dansen betaalt niet goed. Als danser dans je omdat je het wil, niet voor het geld. Maar daarnaast krijg ik, vooral als vrouw, ook nog eens veel kritiek van mijn omgeving. Ze begrijpen niet dat ik met meerdere diploma’s op zak - ik studeerde Human Resource Management en Sociologie - als danser werk. Ik moet toch een gezin stichten en daarvoor zorgen?! Hoe kan ik dat als danser ooit doen? Gelukkig hebben we nu een regering die kunst als belangrijk onderdeel ziet in de ontwikkeling van Benin. Daardoor is dans nu bijvoorbeeld al onderdeel van het curriculum van scholen. Professionele dansopleidingen zijn er nog niet, maar dit is een mooie stap.’

‘Via dans geven wij woorden aan wat er leeft in een land of binnen een community.’

Dans-docente zijn bij ArtEZ ‘De eerste keer dat ik bij Artez kwam, heerste er Corona. Ik merkte veel onrust en zorgen bij de studenten. Het viel me op dat ze niet meer vanuit hun hart dansten, alleen nog met hun lichaam. Dus vroeg ik hen om zich weer te verbinden met waarom ze ooit voor dans kozen; wat voelden ze toen? Wat waren hun verwachtingen? Soms raak je als danser namelijk dat gevoel kwijt, zoals ik zelf ook heb ervaren. Door studenten opnieuw in zichzelf te laten onderzoeken waarom ze hun leven aan het dansen willen wijden, merkte ik dat ze opnieuw die liefde gingen voelen. Ze begonnen weer te dansen vanuit hun hart; ze vonden hun passie voor het dansen terug. Dat was zo mooi! Omdat dit zo’n bijzondere ervaring was, ben ik hier nu voor de tweede keer. Ik vind het geweldig dat ik opnieuw mijn visie op en manier van dansen mag doorgeven aan studenten van ArtEZ.’

33

VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR


INÉS SAUER

NL

Als dramaturg en docent aan de opleiding Artisteducator in Theatre ontwikkelde ik een module met de titel ’Activisme en Compassie’ (2020-2021). Terwijl ik bezig was met de voorbereiding schreef ik de volgende tekst:

Ik voel pijn en woede, wanneer ik leed en onrechtvaardigheid zie. Vijfentwintig jaar geleden schreef ik een scriptie over Brecht, over zijn eis dat kunst een veranderbare wereld zou voorstellen. “Kunst is geen spiegel die je de werkelijkheid voorhoudt maar een hamer om deze vorm te geven” - Bertolt Brecht -

Ik vind het een mooi citaat. Ik zie hoe woede verandering in gang kan zetten, als krachtig gereedschap dat gehanteerd wordt in een streven naar rechtvaardigheid. En toch kan woede ook hopeloze vernietiging teweegbrengen, wanneer het wordt gebruikt om te straffen, ten behoeve van de grimmige voldoening dat het wezen dat mijn woede opwekte nu ook zal lijden. Brecht heeft het over ‘een hamer om vorm te geven’. Een beeld dat zowel het vernietigende geweld (‘een hamer’) als de opbouwende bedoeling (‘vormgeven’) oproept. Brecht was een dichter, spelend met de spanning tussen woorden. In de module ‘activisme en compassie’ richt ik mij op die spanning. Juist omdat de eis van Brecht mij raakte, maar ik niet zo zeker wist of ik een hamer op moest pakken. Ik koppel die hamer aan datgene wat binnen de methode van Geweldloze Communicatie ‘de Jakhals’ wordt genoemd. De Jakhals is een patroon in onze manier van denken en spreken, dat voortdurend gericht is op het bepalen of iets of iemand goed of slecht is. De Jakhals is druk bezig →

met oordelen, categoriseren, goedkeuren of afkeuren. Het Jakhalsoordeel wil ons helpen overleven in de maatschappij zoals we die hebben leren kennen. Het tragische gevolg van deze Jakhals- hulp is dat het conflict vaak aanwakkert. Het gaat uit van een hiërarchische situatie - waarin de Jakhals wéét wat goed of fout is en houdt die in stand of verhevigt die, waarbij het ene tegenover het andere wordt geplaatst: goed/slecht, mooi/ lelijk, normaal/belachelijk enzovoort. Is er dan een ander gereedschap voor mij? Kan ik empathie gebruiken als transformerende kracht? Niet ‘sympathie’ - dat is wanneer ik tijdens een voorstelling ‘meehuil met de huilenden’ (Brecht), zonder oog te hebben voor de mogelijkheid om dingen te veranderen - maar empathie: het vermogen om voorbij te gaan aan een oordeel en je open te stellen voor wat een ander nodig heeft, waardoor ook een verandering in gang wordt gezet. Empathie als instrument van radicale geweldloosheid. Hoe ziet mijn activisme eruit wanneer ik empathie probeer te belichamen, te (re)presenteren? Als dramaturg en docent aan de opleiding Artisteducator in Theatre ben ik op zoek naar ‘gereedschap’: ideeën, theorieën en methodes die ik kan gebruiken om perspectieven te verkennen op de vraag wat theater zou kunnen zijn. De artisteducator beweegt tussen onderzoeksgebieden, ontwikkelt artistieke praktijken die een educatieve werking hebben en die verbonden zijn aan thema’s die belangrijk zijn voor de mensen met →

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

wie de artisteducator werkt. Het onderzoeken van de rol van compassie binnen activisme en politiek theater is slechts één voorbeeld.Wat ik in elk geval heb geleerd, is dat er voor sociaal herstel beide nodig zijn: het DNA van ‘ja’ en van ‘nee’. Ruimte om creativiteit te ervaren en te delen wordt hersteld wanneer mensen merken dat hun frustraties, pijn, zorgen worden gehoord. Er is aandacht nodig voor de klacht, voor de kritische stem, die aangeeft wat er wordt gemist. Tegelijkertijd is er het vermogen om empathisch te luisteren nodig: ‘zachte’ open oren (of ogen, of handen). Opdat de kritische stemmen daadwerkelijk worden gehoord, Tijdens een workshop Restorative Justice, die gegeven werd in de straat die het meest getroffen is door geweld in Belfast, de Shankill Road, werd aan artisteducator studenten het advies gegeven om eerst op een lichte en speelse manier mensen contact te laten leggen, voordat je belangrijke, gevoelige onderwerpen aansnijdt. ‘Connection before content’ was de spelregel die werd aangeraden. Het deed me denken aan een uitspraak van ‘Artivists’ Isabelle Fremeaux en Jay Jordan over hoe we ons kunnen opstellen: ‘We need the spirit of both the Hippie and the Punk - DNA of the Yes and the NO.’ •

34


VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

35


ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

36


JESPER POUW

NL ‘Ik geloof dat mijn aanwezigheid een activistisch gegeven kan zijn’

In het finale assessment in 2022 lijken alle puzzelstukjes in elkaar te vallen. Het is het begin van de zomer en het einde van vier jaar studeren op ArtEZ. Ik geloof dat ik mijn definitie voor de artisteducator gevonden heb. Dit is een van de laatste gesprekken waar mijn ideeën door ArtEZ bevraagd worden, hierna moeten we het zelf gaan doen. Met een onderzoek naar hoe queerness een lens kan worden om in maatschappelijke contexten te kijken naar transformatie, ga ik bijna het werkveld in. ‘Ik wil makend, lesgevend, denkend, schrijvend en bevragend op zoek gaan naar fluïditeit in identiteit op plekken waar die verloren lijkt te zijn. Een theatrale ruimte maken voor meerstemmigheid in contexten waar identiteiten zijn gereproduceerd tot stugge narratieven. Dan hoop ik over een poosje ook te zien dat ik als artisteducator weer ben veranderd. Getransformeerd ben. Fluïde blijf.’ Altijd veranderen en meebewegen in het werk wat ik ga doen om in verbinding met een context en community artistieke processen te initiëren en begeleiden. Dat is de rol die ik voor ogen heb. Nu is het 2023, de zomer begint en mijn eerste jaar na ArtEZ komt daarmee tot een einde. Met een boel plannen en ambities stapte ik het werkveld in. Ik wist waar ik naar zocht: transformatie en meerstemmigheid. Dit jaar voornamelijk in de context van middelbare scholen, basisscholen, buurtcommunities en theaters. Ik blik terug op een jaar geleden, toen ik zei dat mijn aanwezigheid een activistisch gegeven is. Toen was dat om aan te tonen dat je eigen identiteit als artisteducator van wezenlijk belang is in het werk dat je doet. Nu een jaar later blijkt deze uitspraak niet enkel meer een statement met boodschap voor ons vak, maar vaak genoeg een harde realiteit. Op veel plekken waar ik ben geweest is er een sterk binair denken als het gaat over identiteit. Je bent of dit of dat. Je bent normaal, of niet. Je doet mee, of niet. Ik ben veel uitgescholden en heb naar aanleiding daarvan eindeloze gesprekken gevoerd met jongeren over hoe we gezamenlijk onze eigen ruimte in kunnen nemen, en hoe daarmee ook ruimte voor een ander over te laten. Ik heb geprobeerd om met jongeren een eigen stem te vinden binnen een theatrale context, eigenaarschap aan te bieden. Soms kreeg ik de afwijzing keihard teruggekaatst. Dan denk ik dat ik dit vak heb onderschat. De uitdaging zit niet enkel in jezelf als kunstenaar en educator ontwikkelen en werk te creëren, maar ook in hoe je anderen daarin meeneemt. Hoe neem je die jongeren mee in een theatraal onderzoek als ze al lang niet meer geloven dat ze zelf een stem hebben? Hoe bevraag je samen wat identiteit betekent als daar maar één verhaal over is verteld? Hoe verbinden we met elkaar als we zo ver uit elkaar lijken te staan? Ik zag mijn artisteducatorschap veranderen van een fluïde en misschien bijna poëtische rol, naar een strenge en grensbewakende versie, waarin ik mezelf aan het eind van de dag ongelukkig terugvond. Afvragend wat er was gebeurd met die zoektocht naar meerstemmigheid en fluïditeit. Toch stond er ook een leerling op om te vertellen dat ze anders dacht dan alles wat we die dag hadden gehoord. Er was een mevrouw die een verhaal deelde over haar gecompliceerde relatie tot religie waar ze zich altijd voor schaamde. Een groepje studenten die midden in een storm van geweld, veroorzaakt door →

VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

mede-studenten, een stem vonden in de opdracht om een eigen alterego te maken. Een groep jongens die zich niet durfden te verkleedden, dat uiteindelijk toch deden en er plezier in hadden. Docenten die met elkaar in gesprek gingen over hoe ze omgaan met macht in hun werk. Tientallen leerlingen die voor het eerst iets van zichzelf in een personage konden vinden. Ook dat gebeurde. Op die momenten konden we onszelf en de wereld opnieuw voor te stellen. Dan braken we even los uit die binaire realiteit. In dit moment vind ik hoop en weet ik weer glashelder waarom ik de rol van de artisteducator zo bijzonder vind. Ik denk terug aan een docent die me ooit vertelde dat je altijd moet blijven houden van je leerlingen of mensen met wie je werkt. Dit is niet altijd makkelijk als je een ruimte van liefde en meerstemmigheid probeert te maken en die afgebroken ziet worden waar je bij staat. Toch blijft de mantra zich herhalen in mijn hoofd. De artisteducator creëert eigenaarschap met de mensen met wie die werkt, om verhalen te vertellen uit contexten en communities die onderbelicht blijven of je dwingen om naar binnen te keren. De rol van de artisteducator is politiek, artistiek, educatief, compassievol en fluïde. En blijkbaar soms streng. Ik denk dat het je taak is om contexten te leren begrijpen, dat ook je eigen aanwezigheid iets los kan maken bij die ander. Om dan niet weg te lopen maar aan het werk te gaan. •

37


IRIS JANSSEN

NL Student Robby Hoesenie gaf een grote wending aan zijn opleiding Docent Theater in Zwolle. Na het volgen van zijn eerste ‘Exile’-module - een studieonderdeel waarin je als student het werkveld in gaat - ontwierp hij namelijk een half jaar lang zijn eigen lesprogramma. In Suriname!

Robby’s duik in zijn herkomst “Toen ik aan ArtEZ begon dacht ik mijn technische knobbel (ik heb ook een jaar ICT gedaan) in te zetten op kunstgebied; door me bijvoorbeeld te richten op nieuwe media en digitale vertelvormen.” Maar Robby volgde de bouwsteen Nomad (waarbij studenten langs andere theatermakers in het land trekken) en kwam zo terecht bij een voorstelling van het Nationale Theater in Den Haag, rondom de Dag der Marrons, de jaarlijkse gedenking en viering van de Marroncommunities van Suriname en Frans-Guyana. En dat opende Robby’s ogen. “Het was alsof ik binnenliep op een familiefeest!”

“Ik zag mensen in Surinaamse traditionele kleding en hoorde Surinaamse muziek. Ik zag de cultuur van mijn ouders gerepresenteerd in het theater, in míjn wereld.” Waar Robby als kind vooral afstand wilde nemen van de Surinaams-Hindoenstaanse cultuur, door zich zo Hollands mogelijk te gedragen en vooral niet anders dan zijn vriendjes op school, voelde hij nu de behoefte om zijn verleden te ontdekken. Sneeuwbaleffect In juni 2022 meldde hij zich aan voor een vertellersavond van de Surinaamse theatermaker Jose Tojo. “Vertelkunst is ontzettend belangrijk in onze cultuur,” zegt Robby. “Omdat er weinig officiële documenten bestaan, zijn we voor ons bestaansrecht afhankelijk van de verhalen die altijd mond-tot-mond zijn doorverteld.” Het vertellen van Surinaamse verhalen door theater past volgens Robby dan ook naadloos bij de creatieve, maar ook educatieve kant van zijn studie en zijn rol als artisteducator: “Door deze verhalen te vertellen leren we mensen over onze rijke geschiedenis.” Vol trots op het Koninklijke toneel Jose Tojo was zo onder de indruk van Robby’s vertelkunsten dat hij hem uitnodigde om mee te doen aan de volgende productie van het Nationaal Theater: Apinti & Sambura: Two beats, one heart, die verhaalt over de Marrons – tot slaaf gemaakte Surinamers, die hun lot als slaaf ontvluchtten en in de binnenlandse bossen gingen leven - en de inheemse bevolking die hun opving. Precies een jaar nadat hij voor het eerst Het Nationale Theater was binnengelopen tijdens de Dag der Marrons, stond Robby er zelf op het toneel. “Het was een moment vol trots. Reis naar Suriname Na de voorstelling was het tijd om het reguliere lesprogramma te hervatten en stond er onder andere een educatiestage op de planning. Maar Robby kreeg een telefoontje van Jose: de voorstelling zou naar Suriname afreizen. Wilde hij mee? “Ik had sowieso ja gezegd tegen spelen in de voorstelling,” vertelt Robby. “Maar het liefst wilde ik het combineren met een reis naar Suriname, →

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

zodat ik me daar ook echt kon onderdompelen in de lokale theatercultuur.” Robby wist dat de school het aanmoedigde om persoonlijke activiteiten te combineren met de studie en waagde de kans. Zijn studiebegeleiders waren enthousiast en gaven hem de opdracht om eerst een waterdicht plan te schrijven voor een half jaar aan studieinvulling. Hoe zou hij de educatieve lesdoelen bijvoorbeeld bereiken? Hoe ging hij verantwoording afleggen voor wat hij in Suriname deed? “Ik vroeg hulp aan anderen die goed waren in planningen maken en maakte afspraken met docenten, met wie ik voor verschillende onderdelen van mijn studieplan contact zou onderhouden tijdens mijn verblijf” zegt Robby. Robby’s coming-of-age “Ik zou de eerste persoon zijn die het op deze manier deed, benadrukte mijn studiebegeleider. Dus er werd wel wat van mij verwacht.” Het afgelopen jaar was voor Robby naar eigen zeggen als een comingof-age-verhaal. “Waar ik voorheen chaotisch was en anderen nooit om hulp durfde te vragen, moest ik mijn zaakjes nu wel op orde krijgen.” De voorstelling in Suriname werd een groot succes. Naast zijn spirituele ontwikkeling, leerde Robby een middenweg te vinden tussen de gestructureerdheid van het Nederlandse theater en de Surinaamse No Spang-mentaliteit. →

38


Binnenkort zal Robby middelbare scholieren leren over de koloniale systemen van Nederland. En al snel daarna begint hij aan zijn laatste jaar van de opleiding. Hierin hoopt hij vooral al zijn voorgaande ervaringen ‘aan elkaar te ritsen’. En misschien toch nog te kijken hoe hij die ICT-kennis in zijn werk kan integreren… •

VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

39


IRIS JANSSEN

verschillende achtergronden en met hen hebben we gedanst op onder andere Arabische muziek. Ook hebben we gekookt. We hebben heel veel uiensoep gemaakt en het uien snijden inspireerde ons. Van de ui die we sneden maakten we een doek, waar we onze film op projecteerden.”

NL ∕

De international Master Artist Educator (iMAE) en de bacheloropleidingen Docent Theater, Docent Dans en Docent Beeldende Kunst en Vormgeving (DBKV) in Arnhem werken de eerste drie jaar van hun opleiding samen tijdens een interdisciplinair project. In dit project gaan de master- en bachelorstudenten aan de slag met inwoners van Arnhem om samen met hen verborgen verhalen en geschiedenissen een gezicht te geven. Tijdens het project heeft ArtEZ een waardevolle verbinding met buiten, worden de verschillende Arnhemse onderwijsopleidingen samengebracht én kunnen studenten wennen aan het werken met en voor een community, een belangrijk onderdeel van hun studie. Interdisciplinair werken “Het project Moving Histories is een ontmoetingsplek om mensen van andere opleidingen beter te leren kennen en onze krachten te bundelen”, vertelt Sem van der Zouwen, student Docent Dans, die net als vorig jaar meedeed aan dit project. “Vorig jaar hebben we dit ook gedaan, bij de Korianderstraat. Het is altijd weer zoeken, want je komt in een nieuw groepje. Je moet wennen en een dynamiek vinden met elkaar. Die dynamiek hebben we gevonden, vooral in de laatste week voelden we een gezamenlijke drive. We hebben individueel iets uitgewerkt en samengebracht. Mijn groep bestond uit vier studenten van Docent Theater, een andere student van Docent Dans en twee studenten van Docent Beeldende Kunst en Vormgeving. Samen met mijn groep maakte ik een installatie en performance, die uiteindelijk als een soort spiegelbeeld voor de wijk Het Broek kon worden gezien.”

“Door te koken leer je de buurt kennen en de mensen daar. Dat vonden we belangrijk. De mensen bij Stichting ’t Broek Omhoog kregen een kommetje soep, maar als ze een kommetje pakten moesten ze ook een ui snijden. Daardoor ontstaat er sowieso een gesprek. En dat was het doel. Iets doen zodat je ook iets krijgt. Dat zagen we ook bij de stichting: de mensen zijn vrijwilligers, ze komen helpen en mogen ook mee-eten. Onze installatie en performance is in die zin een soort spiegelbeeld. We hebben uiteindelijk vrij weinig met dans gedaan, hoewel we in eerste instantie een choreo wilden maken. De choreografie was er al: mensen komen en krijgen soep. Er is ook een gedicht geschreven door iemand van Docent Theater waarin dingen over de buurt instonden.” Artisteducator De docentenopleidingen leiden je op tot artisteducator. Voor Sem betekent het artisteducatorschap het vinden van een goede balans tussen het maken, het lesgeven en het uitvoeren. Sem: “Mijn opleiding zit meer aan de educator-kant. Ik vind het zelf maken erg leuk. Zo kun je jouw kracht als artisteducator gaan inzien en hoe je die het beste kunt gaan inzetten. Als artisteducator heb je veel invloed als je dat wilt!” •

∕ Filmstill

Een verbindende performance en installatie “We zijn aan het begin van het project gaan helpen bij Stichting ’t Broek Omhoog, een organisatie voor mensen met afstand tot de arbeidsmarkt,” legt Sem uit. “De mensen die daar werken hebben → ∕ Filmstill

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

40


VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

41


IRIS JANSSEN

NL Ferdinand Baron von Maydell, vierdejaars student Docent Dans, kwam naar ArtEZ in Arnhem met een grote liefde voor dans, maar tijdens zijn studie is hij twee maanden níet geblesseerd geweest. Gelukkig wakkerde het project Performance Technology Lab een nieuwe passie bij hem aan: technologie.

Geluk bij een ongeluk Toen Ferdinand al in zijn eerste jaar geblesseerd raakte, viel zijn passie voor dans eerst een tijd weg: “De pijn belemmerde mij in mijn ontwikkeling.” Gelukkig kwam die passie wel weer terug. Ferdinand deed het eerste jaar opnieuw en kreeg de mogelijkheid om een flexibel opleidingstraject te volgen, waarin hij de opleiding een andere invulling kon geven. Dat deed hij met technologie, zijn tweede liefde. De vonk sloeg over tijdens het Performance Technology Lab, een project dat Ferdinand zo leuk vond dat hij het twee keer volgde: in het derde én in het laatste jaar. “Tijdens de week van het Performance Technology Lab kunnen podiumkunstenaars experimenteren met nieuwe en oude technologie in verschillende workshops. Ik volgde een workshop met 360 graden-camera’s en daar wilde ik graag meer mee doen.” Dans en VR combineren Inmiddels studeert Ferdinand af met een onderzoek over VR en dans. “Ik wilde onderzoeken of ik mensen het gevoel van dans kon laten ervaren zonder dat ze per se ooit hadden gedanst. Ik wil mensen in een andere wereld brengen, waarin ze de tijd verliezen, een gevoel hebben van los zijn en losgaan.” “Ik onderzoek hoe ik gevoelens van vrijheid en flow kan triggeren

Eindeloze mogelijkheden Met een studie in de kunsteducatie kun je zowel in het onderwijs als in het buitenschoolse veld werken. Er zijn veel beroepsmogelijkheden. “Dans is een kunstvorm die van meerwaarde is tijdens de ontwikkeling van kinderen. Middelbare scholen zien dat. Daarom introduceren scholen dans steeds meer in hun aanbod.” Ferdinand weet in ieder geval al zeker dat hij op freelancebasis aan de slag gaat. “Mijn doel is om dans met film en technologie te blijven benaderen. Dat kan op allerlei manieren: van filmles geven voor een dansklas tot documentaire-workshops geven.” •

door middel van Virtual Reality.”

Alhoewel het allemaal anders liep dan Ferdinand verwachtte, is hij blij dat hij zijn voorliefde voor dans kan combineren met zijn passie voor technologie. Ferdinands afstudeeronderzoek resulteerde tot een scriptie, presentatie en een eindwerk. Hij maakte onder meer een VR-kunstinstallatie voor één persoon, waarbij de verbinding met het lichaam en de mogelijkheid van beweging centraal staan.

Volg Ferdinand @ftothedance @von_maydell_films

Ondernemende artisteducator Dat Ferdinand door zijn blessure geen dansles kon geven heeft hem overigens niet tegengehouden om zijn eigen draai aan zijn docentschap en rol als artisteducator te geven. “Ik wil nog steeds doceren en mijn passie overbrengen aan iemand anders. Of dat nou via dans, film of technologie is.” “De kracht van kunst is groot en iedere artisteducator heeft een passie. Als ik aan mijn schooltijd terugdenk, dan heb ik het meeste geleerd van de docenten die van hun vak houden.” →

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

42


Picture by: Twan van Gemert

VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR

43


44

44

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023

44


Studenten Dance Artist in Museum Arnhem

NOORTJE BIJVOETS

De opleiding Bachelor Dans heeft dit jaar met een nieuwe naam, Dance Artist, ook een nieuw curriculum gekregen. Hierin wordt de verbinding gelegd met de ruimte om de danskunstenaar heen en wat zich in de wereld afspeelt. Dit gebeurt onder andere door het uitnodigen van niet-Westerse choreografen, door het samenwerken met mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt in een project van Introdans en door werk te creëren buiten de studio of theaterzaal. Binnen het nieuwe curriculum creëren de tweedejaars studenten van Dance Artist duetten in Museum Arnhem. Een waardevolle samenwerking voor zowel de studenten als voor het museum. Deze zomer was de eerste editie, waarbij de studenten zich hetzij lieten inspireren door het bijzondere gebouw, hetzij door de thematiek of de esthetiek van de tentoongestelde objecten. Voorafgaand aan het museumbezoek gaf de Zuid-Afrikaanse choreograaf Jay Pather een introductie over het verschil in site-specific en site-responsive werken. Na een tweetal, door het museum georganiseerde, rondleidingen kozen de studenten waar ze wilden werken en wat hun uitgangspunt zou zijn. Deels werkten de studenten hun ideeën verder uit in het museum, deels in school. Het museum is zes dagen per week open en niet op alle locaties kon er uren geïmproviseerd, onderzocht en gechoreografeerd worden in aanwezigheid van de bezoekers. Het gehele interdisciplinaire onderzoeksproces werd begeleid door een stevig team aan docenten op terrein van choreografie, dramaturgie, spel en muziek: Reut Aviran, Jochem Naafs, Irma Nijenhuis en Silvia Borzelli. De integratie van de verschillende disciplines stelde de dansers in staat hun creatieve horizon te verbreden, te experimenteren met nieuwe concepten en een dieper begrip te ontwikkelen van de onderlinge verbondenheid van de verschillende kunstvormen. Ook is de interactie met het publiek in een museum compleet anders dan in het theater en was dit daarom een interessante ervaring voor deze jonge danskunstenaars.

45

VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR


46

46

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023


47

47

VAN DOCENT NAAR ARTISTEDUCATOR


48

48

ARTEZ ACADEMIE VOOR THEATER & DANS 2023


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.