ortho-nieuwsbrief groeninge flash special - juli 2013
Hip-spine syndroom dr. Dirk Oosterlinck, orthopedisch chirurg az groeninge
Inleiding
Beste lezer In deze nieuwsbrief hebben we aandacht voor infecties na prothesechirurgie. Een jaar geleden startten we de werkgroep infecties op met als doelstellingen casusbespreking en adviesverlening. Hip-spine syndroom is de aanwezigheid van zowel degeneratieve spinaal stenose als heupartrose. We beschrijven het syndroom en stellen het behandelingsalgoritme aan u voor. Onder bepaalde voorwaarden kan een nieuwe behandeling (Xiapex®) voor de ziekte van Dupuytren uitgevoerd worden. De handgroep van az groeninge voldoet aan deze voorwaarden. Dr. Dezillie, handchirurg, informeert u over de techniek. Veel leesplezier. Wij wensen u alvast een prettig verlof en een mooie zomer toe.
dr. Dirk Oosterlinck medisch diensthoofd
Door de hogere leeftijdsverwachting is er een verhoogde incidentie van heupartrose en degeneratieve lumbale spinaal stenose. De gelijklopende symptomen maken het onderscheid tussen heup- en rugpathologie niet altijd eenvoudig. Offierski & MacNab beschreven in 1983 voor de eerste keer het ‘hip-spine syndroom’. Een uitgebreide anamnese, klinisch onderzoek en diagnostische testen zijn bepalend voor elke therapeutische beslissing. Maar dan nog is de beslissing niet evident en kan het zijn weerslag hebben op het postoperatieve resultaat en de patiënttevredenheid.
Symptomen
De symptomen voor beide aandoeningen kunnen elkaar overlappen. Heupartrose (hip OA) Pijn ter hoogte van het gewricht, liespijn, startpijn na rust, mogelijk uitstralingspijn naar de dij, bil, knie en
gewrichtsstijfheid ’s morgens en na inactiviteit, beperking van de range of motion en gewrichtsblokkering bij beweging. Degeneratieve lumbale spinaal stenose (DLSS) Neurogene claudicatio, moeilijkheden bij lang staan en wandelen, pijn en zinderingen vanuit de rug die uitstralen naar de benen, houdingsverandering zoals vooroverbuigen geeft verbetering (shopping cart sign).
Klinisch onderzoek
Artrose van de heup • uitlokken van pijn in het aangetaste gewricht bij steunname • verminderde exo- en endorotatie • trendelenburg-gang Degeneratief spinaal stenose Het klinisch onderzoek geeft geen uitsluitsel van de diagnose. Slechts een beperkt aantal patiënten heeft radiculaire symptomen (straight leg raise of femoral stretch test). De anamnese is hierbij zéér belangrijk.
Diagnostische testen Heupartrose
Degeneratief spinaal stenose
RX • Osteofyten • Subchondrale cysten • Gewrichtsspleetvernauwing • Osteonecrose • Cam or pincer impingement
RX • Alignment • Instabiliteit • Degeneratieve wijzigingen in discus of wervel
MRI/MRI arthrogram • Osteonecrose • Labrum scheur • Fractuur • Infection • Tumor
MRI (vroeger CT myelografie) • zenuwbeklemming EMG • Perifere zenuwcompressie • Diabetische perifere neuropathie
Heupinfiltratie onder fluoroscopie
Epidurale injecties onder fluoroscopie