Wilhelminapark Tilburg

Page 1

Wilhelminapark

Wilhelminapark is een productie van Brabants Dagblad

foto Marie-ThÊrèse Kierkels/Beeldwerkt


● Zomerserie over het Wilhelminapark in Tilburg

Het Brabants Dagblad neemt een kijkje in de oudste tuin van Tilburg

Een uniek park, mengelmoes van oude glorie en hedendaags leven. Het Brabants Dagblad legt deze zomer in een reeks van verhalen het vergrootglas op het Wilhelminapark. Bewoners, werkers, middenstanders, uitbaters en parkhangers vertellen over hoe het is en hoe het was. Werkte u aan het Wilhelminapark, in een leerlooierij of textielfabriek? Was u te vinden in de melksalon of op de kegelbaan? Heeft u er de liefde van uw leven gevonden of meed u juist het park vanwege de liefde? Of heeft u andere verhalen? Deel ze op:

Oude grandeur Gerrit Gielen & Pamela Kribbe

Go irke str. Smid spad

bd.nl/wilhelminapark

Su perio 5046 r de Be e r straat

Familie Oostelbos

Wijkagent Duco van den Bosch

Studentenhuis

Familie Oo O ost s Oostelbos

WILHELMINAPARK INAPARK APA K

Gasthuisring

THERESIA HE SIA 5041

Lange

Nieuwstraa t

Burgemeester 5038

KNEGTEL

Bert Goessen & Jet Weeterings

Brok xlaa n

Willem van Asten

Kunstenaars van ’Park’

Bar Gezellig & Ehl-i Keyiff

Ysbrand Hettema H & Greg van Hest

䢇 䢇 䢇

Het heden legt het vaak af tegen de aaibare versie van het verleden. Was het nieuwe park wel zo’n idylle, dik honderd jaar geleden?

Achter de gesloten poort is onder meer de spirituele praktijk van Gerrit Gielen, dochter Laura Gielen (beiden op de foto) en Pamela Kribbe te zien. foto Jeroen van Eijndhoven/Beeld Werkt Huisnr. 130

䢇 Eigentijdse architectuur is vooral aan de zuidrand te vinden. Architect Willem van Asten bouwde er zijn eigen, moderne woning in een opvallend rijtje van vier. foto Marie-Thérèse Kierkels/Beeld Werkt Huisnr. 69


BRABANTS DAGBLAD

Drie generaties Oostelbos wonen er aan het Wilhelminapark. De oudste in een gerestaureerd huis, de middelste en de jongste generatie in de ‘Fiat Multipla’ onder de huizen. foto John Schouten/BW Huisnummers 103 en 112

Werelden van verschil ontmoeten elkaar. De Turkse loungebar Ehl-i Keyif is vooral op vrijdagen en zaterdagen druk. Bar Gezellig heeft elke dag volk over de vloer. foto Joris Buijs/Beeld Werkt Huisnummers 42 en 40

Wijkagent Duco van den Bosch kent de parkzitters en de risicoplaatsen in het park. Het politiebureau is inmiddels gesloten. Hij fietst elke dag vanuit de Stationsstraat door het park. foto Jeroen van Eijndhoven/Beeld Werkt Huisnr. 6

Het kostte Bert Goessen en Jet Weeterings twee tropenjaren om de voormalige melkfabriek in oude glorie terug te brengen. Wonen in een rijksmonument. foto Marie-Thérèse Kierkels/Beeld Werkt Huisnr. 63

en moderne rafels Het Wilhelminapark is een groene trendy oase geworden. Met rafelranden, dat dan weer wel.

Als in 1850 de Heren van Tilburg gronden verkopen – tijdens de Industriële Revolutie – rijzen hier de textielfabrieken en leerlooierijen op. De herdgang wordt een wijk van fabrieken en arbeiders.

Architectuur door Joke Knoop

E

r is een Wilhelminapark voor en na de metamorfose. Wie twintig jaar niet in het park is geweest, zal versteld staan. De ingrijpende make over in 1996 heeft zijn vruchten afgeworpen. In het gras liggen jonge mensen onbekommerd van de zon te genieten. Bij de draaimolen spelen kinderen, op de stoelen (er zijn geen bankjes) en in hun scootmobielen groepen ouderen bij elkaar om de dag door te nemen. Hondenbezitters wisselen weetjes uit, kantoormedewerkers strekken de benen. Ziehier de trendy spot die Wilhelminapark heet; een soort Vondelpark van het zuiden. Maar wie beter kijkt, ziet ook de rafelranden: de bezoekers die niet gewapend zijn tegen het leven. In de schaduw van een nutshuisje slaapt een man. Zijn plastic zakken duiden op een bewogen bestaan. Onder de grote boom tegenover de Aldi nuttigt een man schielijk een blik bier en dat is niet de eerste van vandaag. Het park trekt mensen aan die ‘niet voor de bomen komen’, aldus bewoonster Wilma Oostelbos. Bij de ingangen van het park wijzen bordjes op het verbod om drugs en alcohol te gebruiken. Het is het enige dat nog herinnert aan barre tijden, van vóór 1996. Want in de jaren tachtig en begin negentig gold er een samenscholingsverbod en werd er preventief gefouil-

leerd door de politie. Er was overlast van drugsgebruikers en -dealers, van prostituees en van homoseksuele bedrijvigheid. Het Wilhelminapark was met name in de avonduren een no go area. Totdat in 1996 de gemeente rigoureus snoeide en iedereen dwars door het park kon kijken. Tegenwoordig is verstoppertje spelen echt een kinderspel.

Aaibaar verleden Vandalisme is van alle tijden. De oude Wilhelminalinde, de boom met een hekje, weet dat de geschiedenis zich herhaalt. Het is nota bene deze boom die een dag na het planten door booswichten is ontdaan van de schors. Bovendien zijn de medaillons in het hekwerk bekrast, zo noteert de hermandad. We schrijven dan september 1898, het kroningsjaar van Wilhelmina en het jaar dat het park officieel is geopend. Het heden legt het vaak af tegen de aaibare versie van het verleden. Was het nieuwe park wel zo’n idylle, dik honderd jaar geleden? Feit is dat de aanleg van het park een impuls is voor het gebied, dat tot die tijd een kwade naam had. ‘Dees kaant’, de stad ten zuiden van de spoorlijn, keek neer op het noorden waar ook het park ligt. Dat werd ‘ginne kaant’ genoemd. Bewoners van ‘ginne kaant’ werden geringschattend Turken genoemd. De Kuiperstraat – nog steeds een zijstraat van het Wilhelminapark – had dezelfde faam als de volkswijk Koningswei.

Pas enkele jaren na de aanleg vestigen de fabrikanten zich aan de randen van het park. Enkele bekende namen van het Wilhelminapark: De Beer, Eras, Enneking, Kessels, Mannaerts, Mommers, Pessers, Swagemakers, Verbunt. Zij wonen vooral aan de west- en de noordzijde. Hun riante onderkomens worden gebouwd door gerenommeerde architecten. Er zijn fraaie staaltjes te bewonderen van art deco, jugendstil, Amsterdamse school en van de weelderige bouwstijl die eclectisch wordt genoemd. Het Wilhelminapark is terecht een beschermd stadsgezicht. Aan de zuidkant zijn de meeste winkels en uitspanningen te vinden. Er is in de eerste helft van de vorige eeuw een bloeiend uitgaansleven: een concertzaal, een filmzaal, kegelbanen, nachtkroeg, cafés en de melksalon waar ijsjes en melk te koop waren. Desondanks kwam de rest van Tilburg zelden aan deze ‘ginne kaant’. Anno 2015 is het Wilhelminapark een sjiek stukje Tilburg. Maar schijn bedriegt. De voor-

Zonnebadende jeugd en mensen die ‘niet voor de bomen’ komen, bevolken het Wilhelminapark

1898

sprong van destijds is een nadeel. De grote panden zijn nauwelijks bewoond door gezinnen. Het zijn veelal kantoren en studentenpanden met een eigen dynamiek. Tussen de donkere kantoorpanden brengen studenten ’s avonds leven in de brouwerij. In drie panden wordt begeleid gewoond. Gezinnen hebben hun eigen ritme. De sociale samenhang is miniem. Het is doorgaans jong volk dat bij het park woont: meer studenten dan anderen. Studenten zijn de grootgebruikers van het park.

is het jaar dat het park officieel wordt geopend. Het is tevens het kroningsjaar van Wilhelmina. De oudste inwoner van Tilburg, de 96-jarige H. Wilborts, plant 12 september de Wilhelminalinde. De boom, met hekje, is er nog.

Romantisch

monumenten telt het Wilhelminapark: zeven rijksmonumenten (inclusief het standbeeld van Peerke Donders). Twaalf panden zijn gemeentelijke monumenten. Het gebied is beschermd stadsgezicht.

Het park nodigt uit tot aangenaam verblijven. Het telt veertig monumentale bomen. Het is ontworpen door Leonard Springer. Hij tekende een romantisch park met exotische gewassen, een bruggetje, vijver, fontein, een kiosk. Maar het park is veranderd: fontein en kiosk zijn verdwenen, net als de twee herten die tot de oorlog bij de ingang stonden. De herten waren spoorloos tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ze werden daarna teruggevonden, maar bleken van zink te zijn. Ze zijn niet teruggeplaatst. Wel is na de oorlog de naam Wilhelminapark in ere hersteld. Tijdens de bezetting mocht niets verwijzen naar het koningshuis. De groene oase moest Noorderpark heten. De volksmond bleef over het Wilhelminapark praten. Die parknaam was en is niet weg te denken.

Met dank aan: Fons van den Hout van de Stadsgidserij, Guido Jacobs die er als kind woonde, Cees van Raak, schrijver van Het Wilhelminapark van Tilburg, Anita de Haas en Guy Horrichs voor hun minutieuze telwerk.

19 126 panden telt het Wilhelminapark: 42 woningen, 19 appartementen, 20 kantoren, 17 studentenhuizen, 11 met maatschappelijke functie en 8 winkels. Het gebied Gasthuisstraat telt 5.455 inwoners. Het park is niet apart vermeld in de statistieken.

3 panden staan te koop of te huur. Hoogste vraagprijs van een koopwoning is 549.000 voor huisnummer 70. Dat is een van de vier moderne woningen tegen de Veldhovenring aan. Laagste prijs: 282.500 voor modern appartement.

30 Er wonen vermoedelijk meer studenten dan gezinnen aan het Wilhelminapark. Dat is niet exact na te gaan. In enkele oude villa’s baden studenten in de luxe van een jaccuzi. foto Marie-Thérèse Kierkels/Beeld Werkt Huisnr. 108

Een ‘nest’ kunstenaars heeft zijn plek gevonden in het oude Maria Goretti. Zeventien ateliers en een expositieruimte. Met de musa en galeries vlakbij ontstaat een kunstwalhalla. foto Jeroen de Jong/Beeld Werkt Huisnr. 53

Ysbrand Hettema was sigarenwinkelier. Atleet Greg van Hest heeft er een hardloopwinkel. Ze ontmoeten elkaar voor het eerst en delen herinneringen aan de oude middenstand. foto Marie-Thérèse Kierkels/BW Huisnr. 43 en 45

is het huisnummer dat niet is te vinden aan het Wilhelminapark. Er zijn meer huisnummers vervallen door sloop of samenvoeging. De huisnummering (1 tot en met 143) wijkt af: even en oneven nummers staan naast elkaar.


● Wat rest is een genotsmiddelenverbod: geen alcohol, geen drugs

Wijkagent: zero tolerance maar ook een oogje dicht Het Brabants Dagblad neemt een kijkje in en om de oudste tuin van Tilburg

Het Wilhelminapark had tot in de jaren negentig een slechte naam. Hoe is de situatie nu? door Joke Knoop

E

een op een stoel - bankjes zijn er met opzet niet - die wat verscholen in het lover staat. Als Van den Bosch overlast verwacht, grijpt hij in. Dan sommeert hij de drank weg te gooien en schrijft hij een bekeuring uit. Maar, tekent hij aan, iedereen heeft het recht in het park te zitten. Dus ook de dakloze Danny die vertederd naar moeder eend en haar kuikens kijkt. „De mensen zouden het kleine meer moeten waarderen”, zegt hij wijs. Danny zet het blikje bier naast zich, een beetje verscholen onder zijn jas. Hij is een stille genieter.

Duco van den Bosch op de dienstfiets. foto Jeroen van Eijndhoven/Beeld Werkt

Verloederd Een kwart eeuw geleden, in de jaren negentig, was het Wilhelminapark verloederd. Prostitutie, berovingen, drugsdealers verpestten de sfeer. Het park had bovendien de naam een homoontmoetingsplaats te zijn. In 1996 greep de gemeente fors in. De bosschages aan de rand van het park werden gesnoeid, 21 bomen werden gekapt. Dit tot ongenoegen van

Smid pad s-

lke werkdag rijdt wijkagent Duco van den Bosch met de fiets door het Wilhelminapark. Het park is zogeheten aandachtsgebied van de overheid. Borden bij de ingangen wijzen op het genotsmiddelenverbod: alcohol en drugs zijn uit den boze. Alle andere verboden zijn inmiddels van de baan, zoals het gebiedsverbod voor prostituees en het samenscholingsverbod. Het preventief fouilleren is eveneens verleden tijd. Vergeleken bij pakweg twintig jaar geleden is het Wilhelminapark een oase van rust. „Het park heeft de functie die het hoort te hebben”, zegt wijkagent Duco van den Bosch. Er komen ouders en grootouders met hun kleinkinderen. De ouderen met hun scootmobielen hebben hun eigen stek. Hondenbezitters passeren de groepjes jongeren die chillen met een flesje wijn. Ai, een fles wijn. Strookt dat wel met het genotsmiddelenverbod? De wijkagent schudt het hoofd: „Ik zal ze er wel op aanspreken, want het verbod geldt natuurlijk voor iedereen. Maar je moet ook kijken waarom het is ingesteld. En dat is om overlast te voorkomen. Studenten met een fles wijn behoren niet tot de doelgroep. Een boete is vooral bedoeld voor de notoire overlastveroorzakers.” Ofwel: het verschil tussen de letter en de geest van de wet. Duco van den Bosch kent de zwakke plekken van het park. Bij de dikke boom, tegenover de Aldi, houden zich nu en dan alcoholisten op. Soms zit er

‘Ik ben niet helemaal tevreden, dan zou ik achterover leunen’

140

W i lh el m in ap a

WILHELMINAWILHELMINA W LH M PARK

130 137

ar k

136

134 133

Wilh

6

elm inap a rk

11

131 132

bomenliefhebbers, want er zaten zeldzame exemplaren bij. Voorbijgangers kunnen sindsdien dwars door het park kijken. Met de buurt en met Traverse zijn afspraken gemaakt. De wijkagent: „Het park is geen zorgenkind meer, maar we blijven waakzaam.” Omwonenden en parkgebruikers betreuren het verdwijnen van het politiebureau op huisnummer 6. Het team Wilhelminapark is opgeheven in het kader van de vorming van de Nationale Politie. Wijkagent Van den Bosch: „Burgers klagen dat het onveiliger is geworden door het vertrek van het team. Maar dat is een gevoel, de cijfers laten een ander beeld zien (zie kader). Wij zijn vaker hier, want als we (de twee wijkagenten-red) naar onze wijk willen vanaf het bureau aan de Stationsstraat, moeten we er wel door.” Als er overlast is, komt dat van de studentenhuizen, met name de dispuutshuizen waar grote feesten worden gehouden. Bijna drie jaar geleden kwam het park in het nieuws met een grootschalige inval in een amfetaminelab op een achterterrein. Het lab is niet specifiek voor het Wilhelminapark: in dezelfde maand augustus werden in de stad liefst vier drugslabs opgerold.

NSB agent

129

Het is overigens niet de eerste keer dat een politiebureau verdwijnt. In 1963 sloot het oude kantoor, op nummer 126, met het stadswapen boven de deur. Dat is in 1910 gebouwd als politiebureau met bovenwoning. Tijdens de oorlog woonde NSB-agent Piet Gerrits op dit adres. Nu zijn er acht wooneenheden voor begeleid wonen. Is de wijkagent een tevreden man? „Nou nee, niet helemaal. Want dan

DALENDE TENDENS In de politiestatistieken neemt het aantal incidenten af: 52 in 2012, 41 in 2014, 12 tot juni 2015. In 2013 waren het er echter 68. Daarvan hadden er 38 te maken met overtreding van de algemene politieverordening (verstoring openbare orde, alcoholverbod). Eenvoudige mishandeling: 6 (2012), 8 (2013), 7 (2014), daarna geen. Zware mishandeling: 1 (2012), 2 (2013), daarna nul. Bezit hard drugs: 2 (in 2012), de jaren daarna 0. Bezit softdrugs: 2 in 2012 en 2 in 2013. Daarna geen. Handel softdrugs: 1 in 2014, rest nul. Overlast alcohol/drugs: 5 (2012), 8 (2013), 5 (2014) en nul. Overlast prostitutie: 14 (2012), 9 (2013), 13 (2014) en 4 (2015). Vervaardigen harddrugs: 2 in 2012, rest nul. Vervaardigen softdrugs: 1 (2012), 2 (2013) en 3 (2014), rest nul. zou ik achterover leunen en dat kan niet. Maar ik ben wel trots op dit unieke stukje Tilburg. Dit moeten we koesteren, er is een rustige sfeer, het park is een geliefde lunchplek geworden.” En die geplande nieuwe camera’s dan, aan de rand van het park? Die zijn niet gericht op het park maar op de omringende wegen. Doorgaand verkeer, weet de wijkagent, brengt altijd risico’s mee.

bd.nl/wilhelminapark Het hele dossier Wilhelminapark


BRABANTS DAGBLAD

● Oude en nieuwe ondernemers tevreden met park en parkeerruimte

De middenstand is gekrompen tot 6 winkels BRABANTS DAGBLAD NEEMT EEN KIJKJE IN EN OM DE OUDSTE TUIN VAN TILBURG

Greg van Hest en Ysbrand Hettema kennen het Wilhelminapark van professie. door Joke Knoop

ten. Ysbrand Hettema was een van die vele ondernemers. Samen met zijn broer Yke had hij bijna 45 jaar een sigarenzaak. Ysbrand woonde met zijn gezin boven de zaak op nummer 45. Hun vader had eerder een sigarenzaak. „Het was een gouden tent”, zegt de ondernemer in ruste die inmiddels met zijn echtgenote naar een andere straat is verhuisd. De broers stopten met hun zaak nadat collega Jan Paaijmans aan het Westerpark het leven liet bij een overval. Dat was in 1999. Ze verkochten hun pand en er is geen winkel meer teruggekomen. In het pand ernaast, nummer 43, verkoopt Greg van Hest sinds 2007 zijn hardloopspullen in de Runshop. In het kader van deze artikelenreeks ontmoeten beide mannen elkaar voor de eerste keer. Meteen vinden ze hun grote gemeenschappelijke deler: ondernemen aan het Wilhelminapark met zijn woelige geschiedenis met criminele randjes. Hettema: „Af en toe viel het licht uit. Dan dachten we aan een wietplantage in de buurt.” Van Hest weet als de dag van gisteren dat zijn pand voluit op tv kwam, omdat in een loods daarachter een amfetaminelab werd opgerold. Dat was in 2012. „De brandweer zei dat we veel geluk hadden dat het lab nog niet in

BEDRIJVIGHEID TOEN EN NU

Ysbrand Hettema (links) en Greg van Hest. foto Marie-Thérèse Kierkels/Beeld Werkt „Dit is het mooiste stukje Tilburg”, vinden beide mannen. Van Hest prijst zich gelukkig dat zijn vader Ad hem in 2007 attendeerde op dit ruime pand. Hij noemt de voordelen: volop parkeerruimte, een groot pand en een mooi uitzicht. „De eerste twee jaar had ik er last van dat ik niet in een winkelstraat zat. Dit is niet echt een a-lokatie. Maar die heb ik ook niet nodig. Ik heb een gericht publiek.” Aardige bijkomstigheid: zijn betovergrootouders hadden een schoenmakerij op het achterpleintje, waar voorheen ook expediteur Verhoeven zat. Een stukje straat met kinderkopjes herinnert aan de tijd dat paard en wagen het vervoermiddel was. Waar nu de sportschoenen in gelid staan, was vroeger café Atlanta, later café Jack de Jong, café Stillekens. De laatste wilde er ooit een nachtclub vestigen, maar kreeg de vergunningen niet rond.

Achterommetjes Het Wilhelminapark kent veel achterommetjes en gangen die leiden naar oude loodsen en schuurtjes. Van Hest, een gelauwerd atleet, heeft het plein achter de winkel gedoopt in het Tilburg Ten Miles plein. Het is ’s avonds fel verlicht en in de avonduren sluit een groot hek het terrein af. Toeval of niet, juist op het moment dat het tweetal met de krant spreekt, rijdt een politieauto het achterterrein op. Om misverstand te voorkomen: beide ondernemers spreken over een tijd die voorbij is. De rust is weergekeerd.

W i lh el m in ap

‘De duurste sigaar kostte 40 gulden. Een kapitaal in die tijd’

48 ar k

WILHELMINAPARK Wil h

42

42b

43

45

40

elm inap a rk

Het Wilhelminapark heeft veel nijverheid gekend: leerlooierijen, rijtuigenfabriek, sigarenfabriek, bierbrouwerij, melkfabriek. De middenstand van weleer: schoenmakers, bakkers, melkboer (nu woning met reclamefiguurtje op het raam), handel in koloniale waren, kapper, modezaken (herenmode, bruidsmode, dames- en kinderhoeden), kruidenier, glazenier, slijter, slagerij, electra, fotografen, poelier. Nu: Runshop op nr. 43, fietsenmaker Rabico 44a, meubelmaker 42c, Foto Schmidlin 43, Aldi 48. Allemaal aan de zuidzijde. Alleen bakkerij Van Iersel op 98 zit aan de noordzijde.

werking was. De leidingen waren zo slecht aangelegd, dat er brand was uitgebroken als ze waren begonnen”, aldus Van Hest. Er zat toen een bandenhandel in, waarvan de twee eigenaren opvallend afwezig waren. Dat is voltooid verleden tijd, want de panden op het achterterrein zijn bezet. Een fietsenmaker en een meubelmaker hebben de twee panden in gebruik.

Smid pad s-

E

r zijn welgeteld zes winkels aan het Wilhelminapark. Lang geleden waren tien vingers bij lange na niet genoeg om alle bedrijvigheid op een rij te zet-

39 38 42c 39C

Ysbrand Hettema deed zaken in een tijd dat iedereen rookte. Aan het Wilhelminapark waren meer sigarenzaken gevestigd. Even verderop, waar nu nr. 69 is, stond in 1905 de grootste sigarenfabriek van Tilburg van de familie Majoie. In 1958 is de productie gestopt. De sigarenbandjes van Gulden Vlies zijn anno 2015 gewild onder verzamelaars.

Brand De Hettema’s hebben een inktzwarte bladzijde in hun familiegeschiedenisboek. Lang geleden ontstond brand in het magazijn van de sigarenwinkel. Vader Hettema liep brandwonden op bij het redden van twee kinderen uit het magazijn. Een van die kinderen was zijn zoon. De andere kinderen van het gezin Hettema doneerden huid voor hun broertje. Het was Ysbrands eerste kennismaking met het ziekenhuis. Hij zal tot zijn zeventigste verjaardag liefst 143 keer bloed doneren. De gebroeders Hettema hadden de hele buurt als klant: zowel de mensen uit de arbeiderswoningen als de fabrikanten uit de villa’s. Atleet Greg van Hest kwam er als kind voor de voetbalplaatjes. De arbeiders kwamen er voor de tabak en de lotto. Voor de gegoede burgerij waren er sigaren. De duurste? Hettema: „De Cohiba van veertig gulden. Per stuk. Dat was een kapitaal.”

44a bd.nl/wilhelminapark Het hele dossier Wilhelminapark


● Bij Black and White kom je slank binnen, maar na een jaar zit er wel tien kilo aan

Dispuutshuis vol bier, bullen en belevenissen Brabants Dagblad neemt een kijkje in en om de oudste tuin van Tilburg

De eeuwenoude geschiedenis van het pand waar herendispuut Black and White zetelt, wordt niet vergeten. door Karlijn Houterman

H

Het Koetshuis Toch praten ze liever over het hier en nu, in plaats van hoe het pand er ooit heeft uitgezien. „Kijk, dit is onze jacuzzi.” Een studentenhuis wordt niet snel

in verband gebracht met luxe. Toch mogen de studenten niet klagen. Op elke verdieping hebben ze een badkamer en de kamers waarin ze leven, zijn groot. De keuken is niet te onderscheiden van een professionele uit een restaurant en ze hebben in de tuin ‘het Koetshuis’ staan. Eigenlijk maar een duur woord voor een hok dat eruit ziet als een vervallen kroeg. „Ja, die moeten we nog even opruimen. Pas een feestje gehad”, legt Sander uit. Feestjes, daar houden de heren wel van. En waar gefeest wordt, wordt gedronken. Het dispuut heeft daarom een contract met leverancier Inbev. Elke maand worden er twintig kratten bier afgeleverd. Op de vraag of ze dan ook bekend zijn met de bierbuik wordt er hard gelachen. „Dat noemen we de ‘eerstejaarstienkilo’. Je komt hier slank binnen, maar na een jaar zit er wel tien kilo aan. Dan heb je natuurlijk wel een mooie tijd.” Zo vertellen ze graag over het zeventiende lustrum dat het dispuut in maart heeft gevierd. Langs de

108 BESTAAT 112 JAAR

Marie-Thérèse Kierkels/Beeld Werkt

hele gevel van het huis hingen lange zwarte vlaggen. Binnen waren kamers omgetoverd tot clubs, muren waren wit en zwart geverfd en in de gang was een stage gebouwd waar dj’s hun platen konden draaien. Het lustrum wordt dit jaar afgesloten met een reis naar Vietnam. Hoe ze aan al dat geld komen? Sander: „Nou, ik heb nu nog zeventien cent op mijn rekening. Dat is ook het studentenleven.” De andere heren vullen snel aan: „We sparen jarenlang voor zo’n lustrum via een gezamenlijke rekening. Het is niet dat we dit elk jaar kunnen doen.”

Overlast

Op elke verdieping hebben de studenten een badkamer

Na de verhalen over Black and White blijkt wel dat het geen gewoon studentenhuis is. Feestjes worden groots aangepakt. En wil je in het huis wonen, onderga je een ontgroening. „Nee, we vertellen niet hoe die dag eruit ziet. Dat is strikt geheim.” Eenmaal wonend in het huis heb je tevens veel verplichtingen. Zo moet je als nieuweling al snel je gezicht aan de

W i lhe lm ina pa rk

WILHELMINAPARK ar

k

112

111

110

108

107

106 t/m 106f

buren laten zien. „Even een hand schudden, want we vinden het belangrijk dat we niet als overlast worden aangezien.” Om dat nog meer uit te stralen heeft het dispuut afgelopen zomer een barbecue georganiseerd voor de hele buurt. De geruchten over geluidsoverlast en ander ‘gedoe’ gaan dan ook niet over Black and White, geeft René aan. „Als we een feest geven, staat het licht en geluid gericht op het huis. Niet naar de buren toe. Om twaalf uur zijn onze deuren dicht en komt er niemand meer buiten tijdens een feest. En bij een lustrum, waar wel vijfhonderd man op afkomt, bieden we onze directe buren een hotelovernachting aan. Hier kiezen ze nooit voor, omdat ze weten dat het maar voor een avond is.”

Lingerie Een andere verplichting is dat er op woensdag geen vrouwen binnen mogen. Het is die avond dispuutavond, dé avond waarop wordt besproken welke vrouwen de afgelopen dagen wél in het huis rondliepen. „Menig vrouw kent dit huis. Een leuk studentengrapje is dat we na een ‘wilde avond’ de lingerie van de dames houden. Die hangen we dan op aan de kroonluchters in het huis.” Hoe hecht de groep ook lijkt, ze zijn altijd op zoek naar nieuwe bewoners. Voor de liefhebbers: er staan nog enkele kamers vrij in het huis van Black and White aan het Wilhelminapark.

estr

ilh

ap

dek

W

m el

in

Ste aat

In 1903 werd de eerste steen gelegd bij de twee herenhuizen onder één kap. Ze werden gebouwd in eclectische stijl, in opdracht van August de Wijs. De Wijs woonde, tot zijn dood, op nummer 107. Op nummer 108 woonde onder andere de tricotagefabrikant Christianus de Wijs en Professor Kaag. In 1959 werd het pand verkocht aan de Stichting Studentenhuisvesting Tilburg en zo kwam het vervolgens in handen van WonenBreburg. In 2006 hebben oud-leden van het herendispuut het huis via een zelfopgerichte stichting gekocht.

Leden van Black and White in een van de herenkamers. foto

D r . N o le straat ns-

ard wordt er een tik tegen de bel gegeven in de gang van herendispuut Black and White. ‘Koffieee’, wordt er nog harder geroepen. De veertien mannen die in het studentenhuis wonen eten elke dag samen, drinken elke dag samen koffie. En elke dag met elkaar ‘chillen’. Maar de afwas doe je alleen. „Na het eten spelen we een spel waarin er eentje de klos is. Ja, echt de klos, want afwas van veertien man is niet tof”, zegt René Wijnen (20). Samen met Sander Grondman (20) laat René het huis zien. Het is een van de 24 dispuutshuizen van studentenvereniging Olof. Net als de andere huizen hangt ook dit huis vol met bullen van oud-leden. Juist hier heeft het wel iets bijzonders. Bullen met een geschiedenis in een huis vol geschiedenis. De mannen zijn trots dat ze in zo’n groot huis wonen. En ja, ze kennen de geschiedenis van het pand. „Bij elk lustrum maken we een boek over de totstandkoming van dit pand en het herendispuut”, zegt Wijnen. „We kennen de monumentale waarde. Dat vinden we zelfs zo belangrijk dat we bezig zijn met een kleine renovatie.”

bd.nl/wilhelminapark Het hele dossier Wilhelminapark


BRABANTS DAGBLAD

● Een spirituele praktijk heeft draai gevonden aan Wilhelminapark

De wondere wereld achter dichte poorten Brabants Dagblad neemt een kijkje in en om de oudste tuin van Tilburg

Verrassingen liggen achter de grote panden met dichte poorten. Zoals een tennisbaan en een spirituele praktijk. door Joke Knoop

D Organisch

had tot voor enkele jaren geleden een deeltijdbaan als informaticus in het St. Elisabeth Ziekenhuis. Het echtpaar schat dat er enkele honderden mensen per jaar hun praktijk bezoeken.

‘De grond zegt mij: je bent vrij om te zijn wie je bent’

Ze zijn beiden vergroeid met dit stukje Tilburg. Omdat Pamela een boek schreef over een bezielde aarde, aan haar de vraag hoe zij haar verblijf aan het Wilhelminapark ervaart. „Ik voel dat dit stukje grond mij de ruimte heeft gegeven mezelf te ontplooien volgens mijn eigen natuur; het is een plek die vrijheid uitstraalt. Na de Randstad en de sfeer van de universiteit achter me gelaten te hebben, was en is deze plek een ruimte die openheid en onconventionaliteit uitstraalt. De grond zegt mij: je bent vrij om te zijn wie je bent.”

bd.nl/wilhelminapark

Kuip

erstr

a

130

WILHELMINAPARK at

137

elm

136

inap

134

ark

133 6

Pamela Kribbe en Gerrit Gielen in hun aards paradijs, achter de poort. foto Jeroen van Eijdnhoven/Beeld Werkt

GEWIJDE AARDE

Vergroeid

140

Wil h

Het is een paradijsje, midden in de stad. Pamela Kribbe, haar man Gerrit Gielen en hun dochter Laura Gielen delen het grote binnenterrein met de bewoners van het Tramstation: de zus van Gerrit en haar man. Twee families, samen zeven mensen. Vroeger waren de gronden en de panden van de nummers 130, 131 en 132 eigendom van de Hollandsche Buurtspoorwegen. Daar waren de werkplaats en de remises van de tram die pal voor de deur van het café Tramstation stopte. In 1937 zijn alle tramlijnen in Tilburg opgeheven. Nog steeds is het één geheel, met uitzondering van het Turkse theehuis dat binnenkort weer open gaat. Het terrein achter poort nr. 130 kent een lange geschiedenis. Houthandel Van Meerendonk was er vele jaren gevestigd. In het huis van Gerrit en Pamela rest nog een kluisdeur, die nu toegang geeft tot het bezemhok. Het raam in de woonkamer is vroeger het loket geweest. In 1990 kocht de zwager van Gerrit café Tramstation en bijbehorende percelen. Er hebben jarenlang studenten gehuisd en nog worden er kamers verhuurd. Een vorige eigenaar heeft er een tennisbaan aangelegd. In een van de bouwsels repeteerde voorheen Green Lizard, de Tilburgse band die van 1994 tot 2008 furore maakte. In dat pand is nu de praktijkruimte van het echtpaar gevestigd: Aurelia, voor spiritualiteit en innerlijke groei, spirituele hypno- en reïncarnatietherapie.

In 1999 betrok Gerrit het pand achter de poort. Het was in de tijd dat het Wilhelminapark in een kwade reuk stond. Toen het park bevolkt werd door drugs- en alcoholgebruikers. „Ik heb er nooit last van gehad”, zegt hij. In 2001 trok Pamela bij hem in en een jaar later werd hun dochter Laura geboren. Gerrit Gielen geeft individuele behandelingen en Pamela Kribbe heeft vijf boeken op haar naam staan over zingeving, spiritualiteit en esoterie. De boeken zijn in meerdere talen verschenen. Zij geeft groepstherapie. Ze is gepromoveerd in filosofie, maar heeft de wetenschap losgelaten. „Het was te technisch, te veel boekenwijsheid. Er was geen plaats voor esoterie, omdat het niet wetenschappelijk genoeg was. Wij zijn te alternatief voor de wetenschap”, zegt zij. Ze geven lezingen en sessies in Tilburg en in Frankrijk, Duitsland en binnenkort in China. Hij studeerde natuur- en sterrenkunde, volgde een cursus filosofie en Smid pad s-

e wereld achter de poort van nummer 130 is een klein vrijstaatje. Op een flinke lap grond liggen de restanten van wat ooit een betonnen tennisbaan was. Moeizaam is een deel verwijderd voor bloemen en planten. Er staat een speelhut op hoge palen waar stokrozen groeien, een boot ligt op zijn kop, een garage, nog een schuur, opslag van werkmateriaal, een kasje met tomaten, een praktijkruimte, een werkplaats die weer toegang biedt tot de achtertuin van het voormalige café Tramstation (in 1920 gebouwd). Er leven kippen, katten, honden.

131 132 129

127 t/m 127d

In het verleden telde het Wilhelminapark drie kloosters. Op de plaats van huisnr 6 (voormalig politiebureau) stond tot 1890 het missiehuis van de paters van het Heilig Hart (beter bekend als de Rooi Harten). Zij gingen naar het grote klooster aan de Bredaseweg. In 1905 bouwden de zusters Carmelitessen een klooster. De zusters kochten er panden bij en in 1928 begonnen zij een kinderhuis. Dat groeide uit tot Maria Goretti, huis voor ‘verlaten kinderen’. In 1963 werd het nieuwe kindertehuis in gebruik genomen. In 1972 verlieten de zusters het Wilhelminapark. In de gebouwen zitten veel instellingen: onder andere de Pollepel, kunstenaars, kinderdagverblijf. Op huisnummer 114 prijkt het grote Franciscusbeeld boven de deur van een immens pand dat nu bewoond wordt door mensen van allerlei pluimage. Van 1910 tot 1985 huisden er de zusters Franciscanessen van de Heilige Familie. Het klooster kreeg de naam St. Franciscusgesticht. De zusters Franciscanessen richtten zich met name wijkverpleging en bejaardenzorg Het klooster is in 1928 gebouwd door architect C. van Meerendonk. Hij was ook de architect van café Tramstation. Op nr 117 was tot 2003 de Turkse Süleymaniye moskee gevestigd. Volgens het kadaster is het complex in 2004 verkocht aan Mustafa Alkan in Istanbul. Er hebben krakers in gewoond. Volgens buurtbewoners bewonen Poolse mensen nu het pand.


● Foto’s van de melkfabriek


BRABANTS DAGBLAD

● Voormalige melkfabriek terug in oude glorie hersteld

Twee tropenjaren breken, bouwen aan monument Brabants Dagblad neemt een kijkje in en om de oudste tuin van Tilburg

Het restaureren van de voormalige melkfabriek kostte Bert Goessen en Jet Weeterings heel wat kruim. door Joke Knoop

B

ert Goessen en Jet Weeterings wonen in het opvallendste pand van het Wilhelminapark: de voormalige melkfabriek. Twee jaren werkten ze er aan om de bouwval van toen bewoonbaar te maken. „Het waren tropenjaren”, zegt hij. Resultaat: een pareltje. In 1992 was Jet Weeterings meteen verkocht, toen het gebouw eindelijk te koop kwam. Haar partner moest even slikken: „Waar beginnen we aan!” Op de grote tafel ligt een fotoalbum van een vervallen pand. „De bomen groeiden uit de dakgoot”, benadrukt zij. In die jaren was de NV Coöperatieve Tilburgsche Melkinrichting en Zuivelfabriek (CTM) het onderdak voor studenten die er anti-kraak woonden. De fabriek zat er nog aan vast en daar schuilden zwervers en junks. Campina was eigenaar van het geheel, totdat de gemeente het kocht voor een appartementencomplex. De voorkant was gemeentelijk monument (later rijksmonument) en mocht niet gesloopt worden. Even, zo weten Goessen en Weeterings, was er het plan om er een gemeentelijke dienst in te vestigen. Maar de renovatie bleek te duur. In die tijd fietste Jet Weeterings regelmatig langs het pand. Als geboren en getogen Tilburgse ergerde ze zich aan het verdwijnen van het oude moois in de stad. Ze schreef een brief aan de gemeente: zij en haar partner waren geïnteresseerd. Ruim twee jaar later kwam het pand in de openbare

verkoop. Koopsom: 225.000 gulden. „Geen symbolisch bedrag dus, maar een marktconforme prijs”, drukt Goessen geruchten de kop in. De restauratie heeft minstens evenveel gekost. Veel werk hebben ze met vriend Ad van Weereld en haar vader Jan Weeterings verzet. De eerste bezichtiging. Goessen: „Jet loopt enthousiast voor ons uit. Ad en ik kijken bij elke opmerking van haar elkaar aan: ja, maar... dat is veel werk.” Zij: „Bert verklaarde me voor gek. Maar ik kon door de puinhoop heenkijken.” Hij: „Het was een donker hol, mistroostig, desolaat, vochtig.” Zij: „Natuurlijk zag ik de puinhoop maar ik zag ook de mogelijkheden.” Hij: „Als Jet niet zo standvastig was geweest, hadden we dit niet gedaan en zonder Ad hadden we dit niet gekund.” Ze begonnen welgemoed aan het werk waarvoor ze een jaar hadden uitgetrokken. Het werden er twee. Hij:

66

k

63

dek estr

il

m

rk

Ste aat

W

l he

pa

‘Iedereen zei: waar begin je aan. Luifel De opvallende luifel aan de voorkant Nou was ik is in ere hersteld. De lambrisering in dat wel oude staat teruggebracht. Jet Weeterings: „We waren toen in de veertig, gewend’ nu zouden we er niet meer aan begin-

68

WILHELMINAPARK

a in

„Iedereen zei: waar begin je aan? Nou was ik die opmerkingen wel gewend, uit de tijd dat ik in 1983 Cinecitta mee oprichtte.” (Terzijde: Goessen nam onlangs afscheid als programmeur). Goessen, Weeterings en vrienden begonnen met het dak en daarna de achterzijde. De nieuwe achtergevel geeft de contouren weer van de gesloopte fabriek. Ze sloopten, schilderden, slepen sleuven in de muren, haalden parket weg en hergebruikten het elders, maakten mallen voor de ‘kopjes’ op de pilaren buiten, bikten oude tegeltjes af. Vader Jan Weeterings verrichtte monnikenwerk met het afkrabben van de zwarte verf, die over de karakteristieke glas in lood zat.

Ja, maar

D r . N o le straat ns-

W i lh el m in ap ar

Het opgeknapte woongedeelte van de melkfabriek. foto’s Marie-Thérèse Kierkels/BW

62

nen. Goessen: „We hadden gelukkig geen deadline. Een deadline veroorzaakt alleen maar stress en is contraproductief.” Hebben ze nooit met de handen in het haar gezeten? Zij: „Een keer heeft Bert de moed laten zakken. We waren een heel eind, alles was gestuukt.” Hij: „Ik moest iets ophalen, kwam binnen en zag dat de muren zeiknat waren. Het had veel geregend en het water viel als een zak naar benden. Dat kwam van zeven poreuze schoorstenen. Het opknappen van zeven schoorstenen hadden we niet ingecalculeerd en dat konden we niet zelf.” Ze kregen toestemming vijf van de zeven schoorstenen neer te halen. Tijdens de restauratie was het pand een gemeentelijk monument. Dat ver-

ART NOUVEAU VAN 1914 De Coöperatieve Tilburgsche Melkinrichting en Zuivelfabriek (nr. 63) is in 1914 gebouwd op initiatief van artsen. De melk werd te vaak met vervuild water aangelengd. In 1994 is de fabriek gesloopt; woonhuis en kantoor bleven overeind. Jos Donders ontwierp dit deel in eenvoudige art nouveau. In het naar voren springende deel was de directiewoning met winkel eronder, in het midden de melksalon en rechts de fabrieksingang. Er bestond een klein terras waar men een glas melk of een ijsje kon nuttigen. Sinds 15 jaar zit galerie Via Venezia (glaskunst) van Leo Wolfs beneden. Boven wonen eigenaren Bert Goessen en Jet Weeterings. Bronnen: Het Wilhelminapark van Tilburg van Cees van Raak, Fons van den Hout van de Stadsgidserij, architectuurgids Midden-Brabant. eiste nauw overleg met de monumentencommissie. Dat verliep over het algemeen goed, want ‘we wilden het mooi maken, het pand in oude glorie herstellen’. De gemeente Tilburg was blij met de nieuwe bestemming. De ambtenaren vreesden destijds dat het Wilhelminapark in de avonduren een verlaten stuk stad zou worden omdat er steeds meer kantoren kwamen. Dat valt anno 2015 mee, mede dankzij de vele studentenpanden waar het leven juist in de avond begint.

bd.nl/wilhelminapark


● Kunstenaarsinitiatieven, galeries en musea om het Wilhelminapark

Nieuw kunstenkwartier boven de spoorlijn? Brabants Dagblad neemt een kijkje in en om de oudste tuin van Tilburg

Wordt of is het Wilhelminapark het epicentrum van de Tilburgse beeldende kunstbeweging? door Joke Knoop

G Kapel

De kapel (tot 1982) heeft begin vorige eeuw al heel wat bestemmingen gekend: balzaal, filmzaal, concertzaal, kegelbaan. Nadat de zusters vertrokken, was het een kunstenaarsatelier en nu een expositieruimte. Kunstenaarsinitiatief Park is twee jaar geleden eigenlijk ontstaan door schaarste aan gemeentelijke middelen. Er gebeurde te weinig met die prachtige hoge witte ruimte, vonden vier gevestigde kunstenaars: Rob Moonen,

KUNSTPROJECTEN

Rob Moonen, Reinoud van Vught, Linda Arts, en René Korten (vlnr.) in een installatie in opbouw in de kapel van Park. foto Jeroen de Jong/Beeld Werkt

‘Hier aan Wilhelminapark zit de meeste kunst’ Reinoud van Vught

ning, Faxx en - dichter in de buurt galerie Artikel, Lego. Sindsdien, vanaf 2013, organiseert Park vijf grote projecten per jaar. De vier initiatiefnemers exposeren niet zelf in Park, tenzij een gastcurator dat wil. Park toont de actuele ontwikkelingen in de kunst. Ze laat werk van kunstenaars zien ‘met gedegen ervaring en bewezen kwaliteit’. Wie dat zijn? Professionele kunstenaars die met hun kunst geld willen verdienen en die ambitie hebben. Dat kunnen jongeren en ouderen zijn. De kunst is om deze kunstenaars te koppelen aan anderen, aldus de initiatiefnemers. Voorbeeld: dankzij een gastcurator uit New York hebben drie kunstenaars geëxposeerd in deze werelstad. Na anderhalf jaar durven de vier kunstenaars te zeggen dat Park meetelt in het kunstencircuit. Dankzij groepstentoonstellingen hebben ruim honderd kunstenaars, regionaal, natio-

55

W i lh el m in ap

ar k

54

WILHELMINAPARK

53 52

Wilh elm

51

inap

50

ark

Sinds 2013 exploiteert de Stichting Park de expositieruimte in de kapel van Maria Goretti, nummer 53. Er zijn vijf grote projecten per jaar. De initiatiefnemers van Park zijn Rob Moonen, Reinoud van Vught, René Korten en Linda Arts. Grootste kunsttrekker is het museum De Pont op nummer 1. Voorts zijn er galerie Via Venezia (glaskunst), Wil van Dusseldorp, Gladdins en de zeventien ateliers op nummers 53 en 54. Aan de zijkant van het gebouw, in de Stedekestraat, is een wandreliëf van Kees Mandos te zien van spelende kinderen. In 1955 gemaakt.

Linda Arts, René Korten en Reinoud van Vught. Volgens Moonen wilde de gemeente al vijftien jaar een centrum voor beeldende kunst. In het vorige decennium kreeg cultuurmakelaar Bert Matthijssen onder andere de opdracht een tentoonstellingsruimte te realiseren. Hij had deze kapel op het oog en zette een klankbordgroep op. De groep zag echter niets gebeuren met haar ideeën, terwijl de gemeente in de toenmalige cultuurnota het beeld neerzette van een gerealiseerd kunstplatform. Moonen: „Het bleek dat kunstenaars de kapel konden huren om hun werk tentoon te stellen voor duizend euro per maand. Er zijn slechts twee exposities geweest. De kapel stond vooral leeg. Dat wilden we niet op zijn beloop laten, dus zijn we met zeven kunstenaars naar de toenmalige wethouder Marjo Frenk gegaan. Die wilde een plan van ons.” Het kunstenaarsinitiatief was welkom. In die tijd verdwenen veel podia: Ruimte X, Argument, De VerschijSmid pad s-

roeit het Wilhelminapark uit tot een kunstkwartier? De potentie is er wel, vooral als het om de beeldende kunsten gaat. De Pont (huisnummer 1) is de grote trekker van de buurt en hetzelfde geldt voor het TextielMuseum, verder weg in de Goirkestraat. Bezoekers aan beide musea passeren het Wilhelminapark met de galerien Studio Van Dusseldorp, galerie Via Venezia (in de voormalige melkfabriek) en de voormalige Annie van Dierenschool/Maria Goretti/ klooster (de nummers 54 en 53). In dat grote gebouw is een soort minicampus te vinden. Ateliers Tilburg heeft er zestien ateliers voor kunstenaars en zes leslokalen. Park is een kunstenaarsinitiatief dat op nummer 53 tentoonstellingen organiseert in de voormalige kloosterkapel. Voor de deur staat een betonnen auto.

naal en internationaal, hun werk getoond. „We geven de kunst ook een nieuwe impuls”, stelt René Korten. Linda Arts vult aan dat kunstenaars graag willen exposeren als ze de grote ruimte zien. Natuurlijk is er onderling discussie over elk project. Consensus is dodelijk, is het motto.

Kostenplaatje Het kostenplaatje: Park ontvangt 60.000 euro subsidie per jaar. Daarvan betaalt de stichting 12.000 (netto) aan huur terug aan de gemeente. De inspanningen van het viertal worden met een bescheiden vergoeding gecompenseerd. Park ziet de toekomst met vertrouwen tegemoet. Wellicht geeft de nieuwe stationstunnel extra toeloop als mensen via de Stedekestraat naar de twee musea lopen. Samenwerking met De Pont is er al, ze stemmen de openingen op elkaar af. Het Wilhelminapark is veelbelovend voor de kunst, stellen zij. Reinoud van Vught: „Hier aan het Wilhelminapark zit de meeste kunst.” Dat klopt voor een deel. Hier ligt bijvoorbeeld een van de grote kunstwerken van Nederland. In de hardstenen rand die het park omlijst staat het gedicht Roeien ’s Middags van Martinus Nijhoff: We gleeën/ Getweeëen/ Tesaam in een boot/ De stroom was mee en/ Terwijl we niets deeën/ Vooruit zij toch schoot/ De weien/ In rijen/ Schoven voorbij … / En wij niets zeien:/ In stil verblijen/ Elkander nabij!

48 bd.nl/wilhelminapark


BRABANTS DAGBLAD

● Eigentijdse huizen uit 1995, elk met een eigen karakteristieke uitstraling

Vier monumenten van de toekomst op een rij Brabants Dagblad neemt een kijkje in en om de oudste tuin van Tilburg

Waar ooit de grootste sigarenfabriek van Tilburg stond, prijken nu vier moderne woningen. door Joke Knoop

V

MODERNE STADSWAND

De moderne woning van Miek en Willem van Asten met zicht op het achterhuis (foto boven). Aan de straatkant valt het houten rasterwerk direct op (foto rechtsboven). Miek en Willem van Asten: ‘bevoorrecht om hier te wonen’ (foto rechtsonder). foto’s Marie-Thérèse Kierkels/Beeld Werkt

familie Van Asten heeft een dichte gevel, dat daarnaast heeft kenmerkende glazen stenen en metalen schuine deuren. Het hoekhuis heeft weer een trappetje en een souterrain, zoals de oude woningen aan het Wilhelminapark. De vier huizen zijn samen 25 meter breed. Voorheen stond er de sigarenfabriek Gulden Vlies, van de familie Majoie. Er werkten destijds meer dan honderd mensen. In 1958 werd de productie stopgezet. De sigarenbandjes zijn nog altijd geliefd bij verzamelaars. Recent stuurde Willem van Asten sigarenbandjes op naar Spanje. Toevallig had hij er een paar.

Op de eerste woonlaag verbindt een glazen gang de keuken/eetkamer met de woonkamer in het achterhuis. „Dit is onze zondagse kamer, onze doe-kamer, want we zitten hier nooit stil. We doen altijd iets”, vertelt Miek. De bovenste twee woonlagen aan de voorzijde herbergen slaapkamers. Wat is aantrekkelijk aan deze plek? Miek van Asten roemt het dorpse aan de achterkant, de diepe tuin, de vogeltjes. Hij houdt van de stad, de geluiden, menselijk gedrang, de lusten en de lasten. Hij vindt de stad op de stoep voor zijn huis. Binnen is genoeg ruimte voor welke stemming dan ook.

‘Zomerhuis’

Ze wonen er graag, hoewel het twintig jaar geleden voor de kinderen een grote overgang was. Zij verhuisden van de Hagelkruisstraat met zijn vele onderlinge contacten naar het Wilhelminapark met minder sociale cohesie. Het park? Daar zitten zij zelden, net zoals hun buurtbewoners. De meeste bewoners hebben immers diepe achtertuinen om te vertoeven. Wat Miek en Willem van Asten betreft blijven ze er tot in lengte van dagen wonen. Willem: „Dit is de plek waar ik me thuis voel. Ik voel me bevoorrecht hier te wonen. Niet anoniem in een straat, maar bij een park waar iedereen toch bij betrokken is.” Het mooiste huis? Natuurlijk eigen haard en het totale rijtje van vier. Een woning staat te koop, een ander huis is eerder van eigenaar verwisseld. Architect Van Asten: „Dit zijn monumenten van de toekomst. Dit hoort ook tot beschermd stadsgezicht.”

Willem van Asten heeft er vele jaren zijn architectenbureau gehad op de benedenverdieping. Daar is nu een slaap- en werkkamer van gemaakt, met deuren naar de diepe achtertuin. „Ons zomerhuis”, zegt Willem. Zijn vrouw Miek heeft er haar werkruimte voor haar kunstzinnige projecten.

Schuiven Het zijn vier totaal verschillende woningen geworden. De vier architecten hebben met hun maquettes zo lang geschoven tot er een ideale samenstelling ontstond. Het huis links naast de

71

W i lhelm inapa rk

WILHELMINAPARK el

m

pa

rk

69

dek

W

ilh

a in

Ste estr

eke Sted

68

hof

aat

Nr. 69: Willem van Asten verborg de toegang naar zijn huis en de ramen achter een zeef van hout. Het licht kan de ruimtes gemakkelijk bereiken, maar de inkijk is beperkt. Tussen het rasterwerk en de gevel is een ruimte van anderhalve meter breed. Nr. 69 A is ontworpen door W. Smulders. Een uit gele baksteen opgetrokken gesloten gevel. De ramen zijn gericht op het park. Op de begane grond zijn de eetkeuken, woonkamer, badkamer en slaapkamer. De keuken staat tussen een binnen- en een achtertuin. Nr. 70: een wand van glazen bouwstenen schermt het huis af. Daardoor ontstaat een schimmenspel van zowel buiten naar binnen als andersom. De entree ligt een stukje achter de voorgevel. M. Rijnvos Voorwinde architecten ontwierp het huis. Nr. 70 A: ten opzichte van de andere drie ontwierp Pieter Hoogmoed een open huis. Linkerzijde vooral van glas, rechts rode baksteen. Het huis sluit aan bij de oude herenhuizen door een trapje en een souterrain. Bron: Architectuurgids Midden Brabant.

ken. „Het is net een gevangenis, heb ik ooit iemand horen zeggen. Mensen hebben altijd een beeld bij dit huis.” En daar is hij trots op, dat het geen anoniem huis is, dat opgaat in het geheel. Het rijtje van vier daarentegen vertegenwoordigt opvallende hedendaagse architectuur tussen de jaren dertig woningen en grote villa’s. De huizen zijn in 1995 gebouwd. Onder supervisie van architect Bert Dirrix kregen vier prijswinnende architecten de opdracht om een stedelijke wand te ontwerpen. De wand moet een bemiddelaar zijn tussen het openbare en het privéleven. Willem van Asten over zijn huis: „Het raster zeeft de invloeden van buiten naar binnen en andersom. Beide werelden staan in verbinding met elkaar.”

D r . N o le straat ns-

ier woningen in een rij van de hand van vier hedendaagse architecten. En toch één geheel creëren. De vruchten van die dans van architecten zijn te zien aan de oostzijde van het Wilhelminapark, daar waar iets verder de Veldhovenring begint. Daar staan de vier eigentijdse huizen, elk met een eigen karakteristieke uitstraling. Willem van Asten is een van die vier architecten. Bijzonder: hij is de enige die in zijn schepping woont: het huis met het houten rasterwerk, helemaal rechts. Hij leeft daar met zijn vrouw Miek. De vier kinderen zijn de deur uit en zijn kantoor is inmiddels verhuisd. Er schuilt een zee van ruimte achter de smalle achtergevel. Van Asten heeft achter de vier bouwlagen aan de voorzijde nog een achterhuis gebouwd van twee bouwlagen. Soms, zo vertelt Van Asten, proberen mensen door de spijlen heen te kij-

M

rms r. Sto

tr.

69a

70

70a

72

73

Overgang

66 bd.nl/wilhelminapark


● Horeca: van bomen over de wereld tot dansen en chillen

Werelden van verschil floreren pal naast elkaar Brabants Dagblad neemt een kijkje in en om de oudste tuin van Tilburg

De horecazaken aan het Wilhelminapark trekken allemaal een heel eigen publiek. door Joke Knoop

A

lle goede dingen in drieën, zo lijkt het als het om de horeca aan het Wilhelminapark gaat. Kaffee Lambiek wordt bezocht door de goede verstaanders onder Tilburgers. Met livemuziek, uitgebreide bierkaart, en praat over wat beter kan en vooral wat beter moet. Veel bomen over de wereld dus, in deze hoek van het park. Aan de andere kant is dansen en chillen tot levenskunst verheven. Selim Kucuknar van Ehl-i Keyif en Peter de Jongh van Bar Gezellig zijn buurmannen die het goed met elkaar kunnen vinden, ofschoon hun kroegen werelden van verschil zijn. Bar Gezellig doet zijn naam eer aan met een traditionele inrichting van een dansbar. Bij Ehl-i Keyif overheerst de Turkse sfeer.

een Surinaamse Tilburger die van sfeermaken (onder meer partyboot Albatros) zijn beroep maakt. Door hem gaat Bar Gezellig multiculti, want Tilburg heeft in Anils ogen geen tent waar iedereen, ongeacht kleur en geaardheid, zich welkom voelt. Een initiatief met succes, want in de weekeinden zitten/dansen er per avond zeker tachtig mensen van achttien tot tachtig jaar. Anils geheim is de muziek en dat is van alles wat. André Hazes (‘mijn grote favoriet’), Billie Holiday, salsa, rock, Turks, Marokkaans en Surinaams. Tussendoor zijn er thema-avonden met workshops dansen en nog het een en ander. Anil is er trots op dat hij zwarte mensen aan de polonaise krijgt: „Dat is uniek.” Uitbater Peter de Jongh is optimistisch over Bar Gezellig. „We zijn nog in een opbouwende fase. Het gaat goed.” Binnenkort wil hij er maaltijden serveren, want in veel culturen zijn feesten en eten onlosmakelijk. Anils familie staat er klaar voor. Zijn

Herman Brood

Smid pad s-

Het is moeilijk om buiten het centrum een bar als Bar Gezellig te exploiteren, zo weet Peter de Jongh. In september nam hij Alt Wien over. Vroeger een legendarisch café waar – zo wil het verhaal – Herman Brood nul op rekest kreeg toen hij een hele fles wodka wilde. De toenmalige kasteleinse Toos Tak gaf de artiest te verstaan dat hij een glas kon krijgen en dat hij naar de slijter moest voor een fles. Alt Wien was die glorietijd ver voorbij toen De Jongh er in stapte. „Het was te veel bruin café met veel vaste zitters en te weinig omzet. Ik wilde meer leven in de brouwerij.” Precies op dat moment doet Anil zijn intrede bij Bar Gezellig. Anil is

Peter de Jongh en Selim Kucuknar. foto Joris Buijs/Beeld Werkt moeder kan goed koken. Bij de buren, bij Selim Kucuknar, kennen ze de combinatie van vieren en eten. Zijn hele familie is in touw om vrijdag- en zaterdagavonden de vele bezoekers te voeden en te laven. Hun publiek komt van heinde en verre: Amsterdam, Rotterdam, Nijmegen en ook uit België. Het zijn bezoekers van achttien tot veertig jaar, verreweg de meesten met roots in Turkije. Ook Kucuknar onderneemt in een legendarisch pand: De Roode Haan.

Gegoede burgerij

Ehl-i Keyif en Bar Gezellig, broederlijke buren

De Roode Haan was in het verleden in trek bij de gegoede burgerij rondom. Er zijn kegelbanen en er is een flinke feestzaal. Die laatste is anno 2015 een grote loungeruimte met waterpijpen en met een podium voor bandjes, veelal met hedendaagse Turkse muziek. De oude marmeren wandkast in het bargedeelte herinnert aan de vervlogen tijden.

Sinds 2006 is het in Turkse handen. Selim Kucuknar nam het pand twee jaar geleden over van een vriend. Hij gooide de zaak om, maakte meer plaats voor het loungen en creëerde vooraan een barretje dat elke avond open is. „We wilden een plaats waar je alles kunt doen: kaarten, rummikubben, voetbal kijken, biertje drinken, waterpijp roken. We dachten dat het een gat in de markt zou zijn. Het gaat goed, we mogen niet klagen.” Terzijde: het rookverbod geldt hier niet. Als dat werkelijkheid zou worden, dan zijn de gevolgen groot. Volgens Kucuknar is Ehl-i Keyif een van de grootste loungetenten in Nederland. Wat de naam betekent? „Mensen die weten wat genieten is.”

bd.nl/wilhelminapark

UITGAAN VROEGER EN NU

W i lh el m in ap

48 ar k

45 43

WILHELMINAPARK Wil h

elm

40

inap ark

39 38 42c 39C

42

42b

44a

Het Wilhelminapark telt binnenkort vijf horeca-etablissementen: café Lambiek, Ehl-i Keyif, Bar Gezellig, de Pollepel en het Turks theehuis naast het voormalige café Tramstation dat binnenkort heropent. Horeca-uitbaters in het verleden: Tramstation, De Zwarte Leeuw (nr. 31), het terras van de Melkfabriek (nu galerie voor glaskunst, nr. 63A), een café van Stillekens in wat nu de Runshop is, de avondbar van Joop de Rijk (nr. 137) Nachtbar Palet. T Schipperke (nu Lambiek), café Wilhelmina, Trocadero, Alt Wien (de drie voorgangers van Bar Gezellig). Bovendien waren er voorheen

een concertzaal, filmzaal in waar later Maria Goretti (nu Park) was. Aan het Wilhelminapark was bierbrouwer Jacobus van Roessel gevestigd, van De Posthoorn met als bekend bier De Drie Hoefijzers. De Roode Haan is wellicht de eerste uitspanning in dit deel van de stad. In 1620 wordt in stukken gewag gemaakt van herberg De Haen. In 1911 verrijst het huidige pand, ontworpen door Jos Donders, bouwsom 1.202,50 gulden. Bronnen: ‘Het Wilhelminapark van Tilburg’ van Cees van Raak en Fons van den Hout van de Stadsgidserij.


BRABANTS DAGBLAD

● Een Zwitsers chalet: mooi of lelijk? Een tussenweg is er niet

De Fiat Multipla tussen de glorieuze architectuur Brabants Dagblad neemt een kijkje in en om de oudste tuin van Tilburg

Drie generaties Oostelbos bewonen twee markante huizen aan het park. Stijl: van mooi tot omstreden. door Joke Knoop

‘H

et is net als met de Fiat Multipla. Je vindt die auto mooi of spuuglelijk. Zo ook is het met onze woning. Het is een raar pand.’ Coen Oostelbos, eigenaar en bewoner van nummer 103, het pand dat – op zijn zachtst gezegd – detoneert met de statige herenhuizen, zegt het ronduit. Zijn huis is gebouwd in 1961, in de stijl van een Zwitsers chalet. Een vreemde eend in de bijt tussen al die huizen met rijke details en een enkel modern monument. Installateur Oostelbos weet het: er zijn mensen die het pand foeilelijk vinden, maar die kunnen dan ook niet achter de voordeur kijken. Want achter de voorgevel schuilt een ruim, eigentijds huis met een flinke tuin, waar ruimte is voor een zwembad dat beduidend groter is dan de gebruikelijke particuliere postzegelformaten.

Schenkers

Roos, Wilma, Tom en Coen Oostelbos. In het midden Lydia Philbert. foto John Schouten/Beeld Werkt

waargemaakt. Al vanaf de eerste dag van haar huwelijk, de dag dat ze introk bij haar schoonouders aan het Smidspad, wenste ze aan het park te wonen. „Ik fietste elke dag van het Smidspad naar onze zaak aan de Veldhovenring. Dan zag ik die grote, mooie herenhuizen aan het park en dan dacht ik: hier wil ik wonen.”

Picknicken

‘Ik zou wel weer een fontein willen, nu is er maar een froezeltje’

D r . N o le straat ns-

Zijn moeder Wilma Oostelbos woont daarentegen in een huis dat onomstreden mooi wordt gevonden. Dat is nummer 112, een wit gepleisterd huis met slechts één bouwlaag. Haar huis kent een woelige geschiedenis. Het is gebouwd in 1860 en is tot ver in de vorige eeuw bewoond door leerlooiers van wie de firma Schenkers de bekendste zal zijn. De chroomlederfabriek Schenkers is begin jaren tachtig weggesaneerd wegens stankoverlast. De

lederfabriek en de schoorsteen uit 1917 zijn in 1993 gesloopt. Het woonhuis is een tijd ‘bewoond’ geweest door zwervers en verslaafden totdat het in de openbare verkoop kwam. Wilma en haar man Kees Oostelbos kochten in 1995 het pand om daar oud te worden. Wilma: „Ik fietste er langs en was meteen verkocht; mijn man zag een grote puinhoop. Niemand was positief, maar ik zag het voordeel dat je alles kon vernieuwen. We konden gelijkvloers gaan wonen.” Ze ruimden het pand leeg. Wilma somt op: gebruikte condooms, spuiten, seksboekjes, poep. Ze stripten het pand, lieten de buitengevel van het gemeentelijke monument in tact, metselden een spouwmuur aan de binnenzijde, vernieuwden alles. Ze zetten een garage neer die zoon Coen gekscherend ‘premie A garage’ noemt, omdat die zo stijlvol is. Na twee jaar werken was het huis in oude luister hersteld, inclusief de oude stoeptegels voor de deur en het authentieke hekwerk. Wilma heeft haar oude droom

WILHELMINAPARK a rk p ilh

in

112

a

Ste dek

W

bd.nl/wilhelminapark

EEN VEELHEID AAN BOUWSTIJLEN

W i lhelm inapa rk

m el

Haar man heeft er slechts een half jaar van kunnen genieten. Daarna overleed hij in dit huis. Wilma woont er nu achttien jaar en denkt niet aan verkassen. „Een appartement kan altijd nog.” Zoon Coen en zijn vrouw Lydia Philbert hopen eveneens oud te worden in hun ‘Fiat Multipla’. Hoe denken hun kinderen, de derde generatie Oostelbos aan het park, er over? De tweeling Tom en Roos (14) is er geboren en getogen. Ze zijn nog te jong om ver vooruit te kijken. Voor-

alsnog hebben ze het er naar hun zin. Roos picknickt er met haar vriendinnen, Tom herinnert zich de kinderfeestjes met levend stratego in het park. Rottigheid in het park? Niemand van de Oostelbossen heeft daar persoonlijk ervaring mee. Ze hebben wel wensen. Wilma ziet graag een ‘mooier park’. „Er stond een prachtige fontein, nu is er maar een froezeltje. De ondergrond van de paden vind ik niks; als het regent sta je in de modder. Pluspuntje: mensen ruimen vaker de hondenpoep op.” Zoon Coen wil meer activiteiten in het park. „Hoe meer, hoe beter, zoals dat dancefeest onlangs. Er mag veel meer gebeuren, daar wordt het levendiger van.”

estr

ekeh

of

aat

Sted

Mr. S

torms

tr.

111

110

108

107

106 t/m 106f

105 104

103

Het Zwitsers chalet, nummer 103, is een vreemde eend in de bijt. Temeer omdat het Wilheminapark zijn grandeur ontleent aan de oude fabrikantenvilla’s die begin vorige eeuw zijn gebouwd. De villa’s zijn ontworpen in een typerende setting van directeurswoning en dienstwoning aan de voorzijde, het achterhuis met daarachter de fabrieken en vervolgens de arbeiderswoningen. Van de fabrieken is er geen een meer over. De fabriek van Thomas de Beer is nu museum De Pont. De eenlaagshuizen, zoals nummer 112 van Wilma Oostelbos, zijn van oudere

datum. De fabrikantenvilla’s laten een keur van bouwstijlen zien: art deco en art nouveau, Amsterdamse School, jugendstil en de weelderige klassieke stijl die eclectisch wordt genoemd. Opvallend zijn de panden van de voormalige zuivelfabriek en de Roode Haan, beide met een voorgevel van verblendsteen. Deze panden hebben een rijksmonumentenstatus. Het Wilhelminapark telt zeven rijksmonumenten en negentien gemeentelijke monumenten. Het Wilhelminapark is beschermd stadsgezicht.


● De oudste tuin van Tilburg maakt veel herinneringen los

Joost en Peter zijn de bewaarders van het park Brabants Dagblad neemt een kijkje in en om de oudste tuin van Tilburg

Last but not least: twee mannen die zich ‘verlustigen’ aan het groen. Plus lezersherinneringen aan de oudste tuin. door Joke Knoop

V

oor Joost Werkhoven, rondleider van de Stichting Stadsbomen Tilburg, is het Wilhelminapark een festijn: al die bijzondere bomen in het park. Werkhoven wijst op de doodsbeenderenboom: voor de leek een iel boompje tussen de grote reuzen. De boom met de macabere naam blijkt zeldzaam te zijn. Even verderop staat een onooglijke stam met onevenwichtige takken. Dit blijkt de uiterst zeldzame epaulettenboom te zijn (de Pterostyrax hispida). „Hij ziet er niet uit, de boom was altijd wat minder vitaal”, geeft Werkhoven toe. Hopelijk is dat verholpen zodra de epaulettenboom een grotere boomspiegel heeft. Nog meer verrassingen voor de leek: de struikeik en de driekleurige beuk (blad: groen, beetje rood en roze randje) waarvan er maar drie in deze maat in Nederland staan. De scharlaken eik is de dikst geregistreerde in zijn soort. De Hollandse iep is de oudste van Tilburg, vermoedelijk geplant in 1870. Het is een van achttien iepen die vroeger aan de westkant van het park stonden. De rest is gesneuveld door de iepenziekte. Joost Werkhoven kan nog meer vertellen. Over de snode plannen in 1996 van de gemeente om 35 bomen (inclusief een aantal bijzondere) te kappen, omdat het park een opener karakter moest krijgen. Met uitzondering van de Hollandse iep, de doodsbeenderenboom en de scharlaken eik stonden

alle bovengenoemde bomen op de kaplijst. Dankzij de inzet van Vrienden van het Wilhelminapark (inmiddels ter ziele), de landelijke Bomenstichting en de Nederlandse Dendrologische Vereniging kunnen we er nog altijd van genieten. Nog een dankzegging: de Stichting Stadsbomen heeft samen met de gemeente achttien bomen aangeplant, ter vervanging van bomen die verloren zijn gegaan. Daaronder de doodsbeenderenboom, die er eerder niet stond maar wel door parkontwerper Springer elders veel is toegepast. Vandaar dus.

Bordje Bij de meeste zeldzame bomen staat een bordje. Dat leidt vaak tot een goedmoedige twist met Peter Smulders, die aan het park woont op huisnummer 120. Bij de zeldzame struikeik hoort een bordje, vindt Smulders. Daar moet Werkhoven niet aan denken, uit vrees voor vandalisme. Smulders werpt tegen: „Het gaat om draagvlak voor het park.”

Joost Werkhoven (rechts) en Peter Smulders aan het werk in het Wilhelminapark.

foto Jeroen de Jong/Beeld Werkt

䢇 䢇 䢇

Het groene park als een never ending story

Het is een terugkerend discussiepunt tussen de twee mannen die elk weekeinde uit vrije wil het zwerfafval opruimen. Hun werk leidt tot hilarische misverstanden. Soms denken voorbijgangers dat het tweetal een werkstraf heeft. Werkhoven: „Dan zouden we toch heel wat op onze kerfstok hebben. We doen dit al tien jaar.” Hun oogst van een zomerse zaterdag is vier volle vuilniszakken, vooral gevuld met bierblikjes (ondanks een alcoholverbod). Spuiten vinden ze niet meer sinds Traverse een gebruiksruimte heeft voor drugsverslaafden. Joost Werkhoven kan uren bomen over het park; volgens hem een ‘never-ending story, altijd verrassend’. En dan te bedenken dat het park ook een haven had kunnen zijn, in plaats van de huidige Piushaven. Werkhoven heeft er nog papieren van.

Lezersherinneringen Lezers van de serie over het Wilhelminapark reageerden op de oproep om hun herinneringen te delen.

80 SOORTEN BOMEN 䢇

Het Wilhelminapark heeft welgeteld 140 bomen. Daarvan zijn er 50 aangeplant tijdens de aanleg van het park in 1898. Er zijn 60 monumentale bomen (80 jaar of ouder, met een verwachte levensduur van tenminste 10 jaar). Er staan 80 soorten bomen. Parkontwerper Leonard Springer was bekend om zijn verscheidenheid aan bomen. Zeldzame bomen: de Wilhelminaboom (een koningslinde, met hekjes rondom), de (dikke) Canadese populier, epaulettenboom, struikeik, Hollandse iep, Scharlaken eik (de dikste in Nederland), doodsbeenderenboom, de groenblijvende eik.

Jan van der Steen was de laatste bedrijfsdirecteur van de Coöperatieve Tilburgse Melkinrichting. Hij was degene die de fabriek moest sluiten. Van der Steen schrijft dat in 1913, tijdens de bouw van de melkfabriek, de net benoemde directeur Terwisscha van Scheltinga overleed. Van der Steen over zijn werkzame leven: „Bij de aankondiging van de sluiting, in 1976, stonden er 320 werknemers op de loonlijst (waarvan 120 melkbezorgers). Twee keer per dag werden de melkbussen aangevoerd, met tractoren en vrachtwagens. Zeven dagen per week. Dat gaf vele activiteiten rondom het Wilhelminapark. Van deze melk werden hier veel producten geproduceerd (boter consumptiemelk-producten et cetera). Vanuit dit bedrijf werd sinds 1958 het Amerikaans leger in Duitsland bevoorraad met dagverse melk. De sigarenfabriek Het Gulden Vlies op nr 70 werd in 1963 door de CTM gekocht en daar werd een nieuw kantoor gebouwd.” Hetty Nabbe ging met haar vijf broertjes en zusjes en haar moeder op woensdagmiddagen naar de speeltuin. Op zo’n mooie dag, vermoedelijk in 1971, ging het mis. Haar broertje zat met zijn arm vast in een ton, een speeltoestel. „Niemand kreeg zijn arm los. Mijn moeder belde de brandweer. Er kwamen twee brandweervoertuigen met sirenes, waaronder een hoogwerker. Twee brandweermannen droegen een grote kist het speeltuintje binnen. Een andere brandweerman liep naar het speeltoestel waar mijn broertje vastzat. Hij pakte zijn arm en hop de arm was los.”

bd.nl/wilhelminapark


BRABANTS DAGBLAD

● Foto’s uit de oude doos

Interieur kegelbaan De Roode Haan

Wandeltocht scholengemeenschap Willem II

Feest fanfare Wilhelminapark

Aanleg fietspad Wilhelminapark

Archieffoto’s Beeld Werkt Brand Thomas de Beer Pondres


� Foto’s uit de oude doos

De herten bij de ingang aan de zijde van de Gasthuisring. De herten verdwenen tijdens de oorlog. Nadien werden ze teruggevonden in een opslagplaats bij het Wilhelminakanaal. Toen bleek dat ze niet van brons waren, maar van zink. De herten zijn niet teruggeplaatst. Fotobron: Regionaal Archief Tilburg.

Toen de vijver nog een grote fontein had. Fotobron: Regionaal Archief Tilburg.


BRABANTS DAGBLAD

� Foto’s uit de oude doos

Voltooid verleden tijd: societeit van de zangvereniging Orpheus (nu nummer 53). In 1901 gebouwd en in 1915 gekocht door de zusters Carmelitessen. In 1955 gesloopt voor uitbreiding kindertehuis en school. Fotobron: Regionaal Archief Tilburg.

Op de plaats waar nu de draaimolen staat, was vroeger een kiosk. Fotobron: Regionaal Archief Tilburg.


● Verhalen uit de oude en nieuwe doos over het Wilhelminapark (deel een)

Van Maria Goretti en de Annie van Dierenschool Lezers delen hun herinneringen. Onder meer over het wachten op het eerste salaris van de vrouwenschool.

J

os de Kousemaeker was het eerste personeelslid in vaste dienst bij de Annie van Dierenschool, die was gevestigd in het voormalige Maria Gorettihuis, op nummer 55. Ze schrijft: „De Annie van Dieren school (officiële naam: Stichting Vakopleiding Vrouwenbond FNV Tilburg; latere benaming: VVS Zuid-Nederland) werd, naar voorbeeld van de Alida de Jong school in Utrecht, opgericht in 1985. De school werd vernoemd naar Annie van Dieren. Zij was het eerste vrouwelijke raadslid voor de PvdA in de gemeente Tilburg. Zonder vrouwen als Annie was het nooit mogelijk geweest een school als deze op te richten. Bij mijn indiensttreding was er nog geen directeur, er waren alleen de zes initiatiefneemsters van de Tilburgse afdeling van de Vrouwenbond FNV. Ook was er nog geen schoolgebouw. We hadden de beschikking over één kantoortje in het gebouw van de FNV, destijds gevestigd aan St. Annaplein 21. In dit kantoortje stond één telefoontoestel; van thuis had ik pen en papier meegenomen! Er was zelfs geen geld bij mijn indiensttreding.

Wachten op salaris Op mijn eerste salaris (de school werd gesubsidieerd door het toenmalige Gewestelijk Arbeidsbureau Midden-Brabant en het Europees Sociaal Fonds) moest ik een half jaar wachten. Geen bezwaar; het was allemaal voor het goede doel. Dit goede doel was het verzorgen van korte, arbeidsmarktgerichte, kwaliteitsopleidingen alléén voor vrouwen. Hierbij werden geen formele eisen gesteld aan de vooropleiding en aan hun leeftijd. Ook werd het lesrooster afgestemd op vrouwen met schoolgaande kinderen en was er kinderopvang in hetzelfde gebouw. De opleidingen waren betaalbaar, ook voor vrouwen met een uitkering of een bescheiden gezinsinkomen.

Verjaardag In september 1985 begonnen de eerste cursisten. De officiële opening, door Annie van Dieren in hoogsteigen persoon, vond plaats op 12 oktober 1985, mijn verjaardag. Wat een cadeau! Onder anderen minister Jan de Koning van Sociale Zaken en Werkgele-

Minister Ritzen op bezoek bij cursisten Archieffoto Beeld Werkt

genheid hield een openingstoespraak. Vrij snel was uitbreiding noodzakelijk. Toenmalig burgemeester van Tilburg, mr. Gerrit Brokx, nam in december 1988 de nieuwe ruimte op een feestelijke bijeenkomst in gebruik. Er zijn ongetwijfeld nog veel vrouwen in Tilburg en omgeving die hun economische zelfstandigheid, misschien zelfs een stukje levensgeluk, te danken hebben aan de Annie van Dieren school. Door allerlei maatschappelijke veranderingen besloten de subsidiegevers de subsidiekraan dicht te draaien. Je zou kunnen stellen dat de Annie van Dieren school ten onder is gegaan aan zijn eigen succes. En ik? Ik heb er uiteindelijk bijna 15 jaar met veel plezier gewerkt. Mijn drie kinderen vonden hun plekje in het kinderdagverblijf van de school. Het is er nog steeds: Willemijntje. (dit is de ingekorte versie van een eerder verhaal op de website Het Geheugen van Tilburg.

Multifuntioneel Hans van Acker (van het assurantiekantoor Van Acker & Vermeulen) heeft 28 jaar zijn kantoor aan het Wilhelminapark gehad, waar nu de hardloopwinkel van Greg van Hest zit. In 1977 kocht Van Acker het pand Wilhelminapark 42A van het transportbedrijf Wed. A. Verhoeven. Hij schrijft: „Het pand had tien kamers met daarachter een administratiekantoortje van het transportbedrijf. Achterin bevonden zich de stallen. Het transportbedrijf was er niet meer`, maar aan de betonnen drinkbakken die langs de kant stonden was te zien dat daar de paarden hadden gestaan. In het oude administratiekantoor van het transportbedrijf hebben wij in 1977 ons assurantiekantoor gevestigd (42 b): assurantiekantoor Van Acker & Van Hoof. Het voorhuis hadden we ingericht en omgebouwd als studentenhuis. Dit is nog steeds een studentenhuis. De stal-

len achterin hadden we verhuurd aan “de Fietsenhal”.Tussen ons en naast Hettema zat een café, café Atlanta. Later café Jack de Jong. Het pand waar nu Greg van Hest zijn hardloopwinkel heeft, hebben we in 1990 gekocht voor ons assurantiekantoor. Tot 2005 heeft ons kantoor Van Acker & Vermeulen er gezeten.”

GITP Nummer 25 is een opvallend pand met een arduinen entree, hardstenen onderkant en ‘schoorsteentjes’ in jugendstil. José van Lieshout kent het gebouw op haar duimpje. Zij schrijft: „In 1975 ging ik stage lopen bij het GITP dat toen al bijna dertig jaar op nummer 25 gevestigd was, wat nog steeds het geval is. Van 1901 tot 1946 werd het pand bewoond door de families Mommers en later Eras. Het moet een erg royaal en chic woonhuis zijn geweest. De indeling is niet erg veranderd in de loop der tijden. De voordeur heeft een hoefijzervormige hardstenen omlijsting. De ruime hal met marmeren vloer en muren, een mooi hoog en gedecoreerd plafond en dikke houten deuren maakt indruk. De open trap heeft een houten leuning die beneden eindigt in een vogelkop, de kop van een valk. Niet toevallig, want de architect heette Jan van der Valk. Hij heeft meer Jugendstilgebouwen ontworpen. De keuken werd secretariaat, later werd daar de voorkamer bij getrokken. Die voorkamer was een soort herenkamer, of rookkamer. Er was een prachtige brede marmeren schoorsteenmantel. Er waren natuurlijk ook een salon en een huiskamer met daar tussenin schuifdeuren. De achterkamer had openslaande tuindeuren, glas-in-loodramen en aan de muren zijden Japanse panelen. Het zag er allemaal nog prachtig uit. Die achterkamer werd testzaal. Daar zijn in de loop der jaren duizenden mensen getest, veelal in opdracht

van bedrijven die personeel zochten. Die mensen zaten daar de hele dag allerlei schriftelijke testen te doen en werden af en toe uit de zaal gehaald door een van de psychologen. Die nam de kandidaat mee naar zijn of haar eigen kamer voor een gesprek en voor enkele individuele testen. Lunchen werd lange tijd gedaan in de Rode Haan. Boven was ooit een badkamer met een gietijzeren bad op pootjes. De slaapkamers op de tussenverdieping hadden ook veel moois qua deuren, plafonds, ramen, vloeren, maar op de bovenste etage zag het er veel soberder uit. Daar sliep oorspronkelijk waarschijnlijk het bedienend personeel, de vrouwen aan de ene kant, de mannen aan de andere kant. Op die zolderetage zijn nog enkele ruime, diepe, donkere kasten. Ik vertelde tijdens een open monumentendag aan kinderen wel eens dat daarin onderduikers hadden gewoond. Dat maakte indruk. Er was ook een royale tuin en een koetshuis. Ze hebben allebei plaats moeten maken voor parkeerterrein.

Positieve energie Enkele jaren geleden is het kantoorpersoneel verhuisd naar Eindhoven. Het pand heeft toen een jaar leeg gestaan. Daarna is het grondig opgeknapt en weer een fraaie kantoorruimte geworden voor opnieuw medewerkers van GITP. De heer Roelant Lyppens heeft er lange tijd de scepter gezwaaid. Hij zorgde uitstekend voor het pand, had er zijn hart aan “verpand”. Hij heeft ook geregeld dat nummer 26 werd aangekocht en dat het een geheel werd. Ik heb gedurende dertig jaar als psychologe in dit prachtige pand mogen werken. Er werd hard gewerkt, maar ook veel gepraat, gelachen, er werden feestjes gegeven en tussen de middag gingen we vaak het park in. Er zat volgens mij behoorlijk wat positieve energie in het huis.


BRABANTS DAGBLAD

● Verhalen uit de oude en nieuwe doos (deel twee)

Jeugdherinnering: dode zwanen en ‘n frisse duik Oude herinneringen en nieuwe verhalen. Een ding is zeker: het Wilhelminapark kent vele vertellers.

D

aphne van Breemen woont sinds vier jaar aan het Wilhelminapark. Ze ligt vaak in het park in de zon en zodra ze rondfietsende politieagenten ontwaart, verbergt ze haar biertje. In het park geldt immers een genotmiddelenverbod. Ze woont in Wilhelminapark 124A, een studentenpand monumentaal met nog de originele marmeren vloer. Haar huisbaas vertelde haar dat het huis voor de komst van studenten is bewoond door een oude dame, die een nakomeling was van de bakkersfamilie Van der Westen. Die familie had bijna honderd jaar een bakkerswinkel in het naastgelegen pand, nr 125 (op de hoek met het Smidspad). „De voorkant diende als bakkerswinkel en de achterkant als bakkerij. De rest van het pand (wat nu dus 12a is) deed dienst als woonhuis. Toen de bakkersfamilie uit 125 trok en dit geen bakkerij meer was, is er een muur tussen gebouwd en werd 125 een apart woonhuis. In 124a bleef de vrijgezelle dochter (aldus mijn huisbaas) wonen van bakker Van der Westen. In 125 kwam een nieuw gezin. Mijn huisbaas ‘kent’ de familie/dit verhaal vanwege het kopen van ons pand 124a toentertijd. Het huis waarin ik woon is monumentaal. Het heeft nog de originele marmeren vloer.”

Dode zwanen Bert van Caulil heeft heel wat uurtjes in zijn jeugd doorgebracht in het park. Hij speelde op het podium, viste in de vijver. Hij schrijft: „Tijdens de oorlog zijn er door de Duitsers diverse zwanen in het park doodgeschoten en opgegeten. Als jongen van negen jaar heb ik in het park in een schuttersputje een Duitse helm gevonden. Die heb ik onder mijn trui meegenomen. Later heb ik deze helm cadeau gegeven aan een Canadese soldaat.” Nog een herinnering: „Onze buurman fietste met zijn zoon langs het park. Zijn zoon zei: Pa kijk eens naar boven. Het zit er vol met kraaien. Terwijl vader naar boven keek, had juist een kraai zijn achterdeur open gedaan. En zie het uitwerpsel ging recht op het oog van e buurman. En zie het uitwerpsel ging recht op het oog van de buurman. Hij heeft nooit meer bij het park omhoog gekeken.”

De groentezaak van de ouders van Diny van Draanen. __foto privebezit Diny van Draanen

Twee gezinnen onder één dak

Hanneke Santegoeds en Frank de Jong woonden dertien jaar in het mooie pand nr 120. Zij kochten in 1986 met vrienden het redelijk vervallen studentenhuis annex kantoorpand. Ze verbouwden het en brachten het terug in de oude staat. In 1999 vertrok het gezin van Santegoeds en de Jong. Zij schrijft: „Een prachtig huis van een bekende oude textielfabrikant Pessers (bijnaam ‘de Gouden Bult’) met bijzondere glas en lood ramen met textielafbeeldingen. Wij woonden er dertien jaar met twee gezinnen, ieder met een eigen huiskamer en slaapkamers maar ook veel gezamenlijk ruimtes en een prachtige grote stadstuin. En er werden maar liefst vijf kinderen geboren, die in zo’n groot huis en gigantische tuin een geweldige tijd hadden. Helaas werd een groot gedeelte van onze tuin later gedwongen verkocht aan de gemeente Tilburg voor nieuwbouw. Dat koste onze honderd-jarige tamme kastanjeboom het leven. Wij hebben nooit moeite gehad met het Wilhelminapark, door ons onze voortuin genoemd. Soms was het rumoerig en soms werd er gedeald, maar vooral waren er veel leuke momenten, speeltuin, vijver, eenden,

schaatsen en zelfs een keer de Parade voor de deur. Mensen die in de zijstraten woonden hadden, zoals zij zeiden, veel overlast, wij niet. Wij woonden drie huizen vanaf de Turkse moskee, ook dat had heel veel leuke kanten, vriendelijke mensen, oproep tot gebed, zang en in de ramadan vroeg gebed en veel auto’s. Maar de sfeer en het standaard bosje bloemen dat we kregen van de moskee maakte ook dat goed. We hebben en houden veel herinneringen.”

Groentezaak De ouders van Diny van Draanen hebben aan het Wilhelminapark een groentenzaak (zie foto) gehad, op de plaats waar nu de Aldi is. Haar ouders, Adrianus van der Linden en Cornelia van den Berg, zijn later verhuisd naar de Noordstraat waar de familie een grossierderij had in groenten. Mevrouw Van Draanen herinnert zich dat haar moeder het verschil niet wist tussen peterselie en selderij. Gelukkig is dat allemaal goed gekomen.

Brug te steil Peter van Gorp rilt bij zijn herinnering: „Ik was vier of vijf jaar en wilde op een winterse dag wel even onder het bruggetje door steppen. Dit redde

ik niet en ik reed zo de vijver in. Gelukkig heeft mijn moeder er mij uit kunnen halen. Gevolg: een virus achter mijn oog en nog steeds een hekel aan koud water.” Henny koestert het park. „Er stond daar een kiosk,waarin gevleugelde diertjes verbleven. Ik was zéér blij dat ik in het Wilhelminapark mijn tijdverdrijf had ,want ik vertelde allerlei verhalen aan de vogels; mijn hele lief en leed! Ik vind het een prachtig park!!”

De fameuze herten Mary Wijman verhuisde in 1939 op 5-jarige leeftijd naar de Gasthuisring 28. Dat huis was gebouwd door haar vader. Zij schrijft: „Toen kwam de oorlog op 10 mei 1940. Kan me nog alles herinneren van het Wilhelminapark, met name de herten aan de ingang van het park,waar mijn broer en ik op klommen als we naar bakker v.d.Westen, begin Smidspad, of naar bakker Klerks aan het Smidspad brood Gingen halen. Ook de Koningin Wilhelminaboom met het prachtige hek er omheen vlak bij de vijver her inner ik me. En met mijn moeder naar het park: eendjes voeren en met fietsje over het bruggetje. Wij hebben er tot 1955 gewoond.”


● Bijzondere architectuur, zeldzame bomen, verrassende kunst op één kaart, toelichting

Wandelen en verwonderen Has

Tj eu ke Ti m m er m an ss tr aa t

Goir

str.

1

kezi

j

Smid

spad

139

1 38 Voorheen Galerie Artikel 53 PARK 63 a Galerie Via Venezia 110 Studio Van Dusseldorp 125 Studio W125

20 21

architectuur breed-huizen eclecticistische stijl Art Nouveau Art Deco Amsterdamse School

Ku

traa s r e ip

t

ina

34 35 & 112 12 & 20 21 25 26 13 14 & 63 139 kunst 69 70 Museum De Pont.

12 13 14

elm

graphic Willem Buijs

d en . H lei . J . p M rP o n t

12

Wilh

WILHELMINAPARK

selt

25 26

modern architectuurensemble

bomen 1 2 3 4 5

Eendepootboom (Ginkgo) Iep Katsuraboom Driekleurige beuk Groenblijvende eik

3


op volgende pagina.

A br ah am K ui jp er str aa t

n in oudste tuin Tilburg

jstr.

k s t r.

lensst r

Alfrin

Dr . No

Kard.

ooftstr.

aat

Visser 't H

25

112 110

apark

Wil

apa n i m l he

rk

69 70

1

5

63

lt-

WILHELMINAPARK

Van van Ysse S a s s es t r a a t

Wilhelmin

63 a

3

apar k

W

53

G a s t h u is r in g

raat

38

Mr

-

tra s m r o . St

at

t ge Le Sa roekstraa ten B

2

eke d e t S ekest Sted

34 35

il

lm e h

a

k hof

4

in

r pa


● Toelichting op de wandelkaart (vorige pagina)

Lopen en slenteren langs kunst, architectuur en groen Het Wilhelminapark heeft veel (te) verhalen: over de oude glorie, de nieuwe tijd, het bijzondere groen, de architectuurstijlen, de kunsten. Daarom drie wandelingen. Schrijver Cees van Raak, auteur van het boek Het Wilhelminapark van Tilburg, stippelt een kunstroute uit. Joost Werkhoven, die rondleidingen verzorgt van de Stichting Stadsbomen, geeft een toplijstje van bijzondere bomen. Architect Willem van Asten, woonachtig in een van de moderne huizen aan het park, belicht vijf bijzondere huizen aan het Wilhelminapark.

Kunstroute Cees van Raak: „Een rondje kunst langs het Wilhelminapark begint op nummer 1. Hier is sinds september 1992 het De Pont gevestigd, museum voor hedendaagse kunst. Het museum is ondergebracht in een voormalige textielfabriek. Op de linkerhoek met de Gasthuisstraat, op nummer 38, was van 1985 tot 2001 galerie Artikel van kunstenaars Jan Spit en Gerrie Peeterman gevestigd. In de etalage is nog steeds verrassende kunst te zien. Verder langs het voormalige café-restaurant De Rooie Haan, waarvan het mooie tableau - met haan - gelukkig bewaard is gebleven. Op nummer 53 komen we via een lange gang in de voormalige kapel van het klooster/tehuis Ma-

ria Goretti. Hier heeft sinds 2013 PARK, platform for visual arts, onderdak. (Zie artikel met de kop: Nieuw kunstenkwartier boven de spoorlijn?). Een aantal keren per jaar vinden er tentoonstellingen plaats. Aan dezelfde zijde op nummer 63a is in de voormalige melksalon van de C.T.M. - let ook hier op het mooie tegeltableau - sinds 1999 glasgalerie Via Venezia te bezoeken. Men vindt er internationale glaskunst, verlichtingsobjecten, design en andere kunstvormen. Een lust voor het oog! We steken door het park naar de overzijde waar galerie Studio Van Dusseldorp op nummer 110 te vinden is. Begonnen als fotostudio - vandaar de naam - is het momenteel een belangrijke kunstgalerie met wisselende tentoonstellingen die werk tonen werk van befaamde kunstenaars uit binnen en buitenland. Zowel schilderijen, werken op papier, fotografie als beelden worden er geëxposeerd. Er is tevens een beeldentuin. Vanaf het prille begin onder de bezielende leiding van Wil en Anneke van Dusseldorp. Tenslotte is op de hoek met het Smidspad, nummer 125, galerie W125 gevestigd. Weliswaar vinden er de laatste jaren slechts sporadisch tentoonstellingen plaats, er worden wel steeds kunstobjecten geëtaleerd, vaak keramiek. Ook worden er nog steeds workshops in het atelier van beeldhouwer Joke van Egten gegeven.

Architectuur

Architect Willem van Asten van bureau Van Asten Doomen, woont in een van de moderne huizen (nrs 69-70) aan het park. Hij belicht vijf architectuurstijlen van het Wilhelminapark. „Het Wilhelminapark was al vóór 1900 een belangrijke stedelijke ruimte. In de periode van vóór 1900 zijn er breed-huizen zonder verdieping en afgedekt met een zadeldak. Enkele mooie voorbeelden uit de periode van midden 19e eeuw op huisnummers 34-35 en 112. (1845 en 1860). Rond 1900 worden veel breedhuizen vervangen door grote herenhuizen voor de textielfabrikanten. Zo rond 1880 tot ca. 1910 komen er woonhuizen in een Eclecticistische stijl: een mengeling van stijlen uit vroegere periodes door elkaar. In die tijd waren er al kant-en-klare bouwdelen als balkonnetjes, hekwerken, zinken dakkapellen, sierlijsten en ornamenten. Mooie voorbeelden: nr. 12, 20-21. (1908 en 1890). Ook rond 1900 zoeken archtiecten naar vernieuwing. Van de opkomende Art Nouveau-Stijl begin 1900 hebben we op nr. 25-26 (1901) een prachtig voorbeeld van architect Jan van der Valk. Uit de Art Nouveau ontwikkelt zich rond 1910 een nieuwe stijl: Art Deco. Een veel meer gestileerde architectuur geïnspireerd door nieuwe techniek. Prachtige voorbeelden: nr. 13-14 van architect Jos Donders ( 1911) en van dezelfde hand, nr. 63 de voormalige melksalon van de zuivelfabriek (1913).

In Amsterdam ontwikkelt zich in de jaren 1920-30 een ornamentele baksteen gevelarchitectuur: de Amsterdamse school. Een bescheiden voorbeeld: nr 139 van architect Pierre Wayers. Een boeiende metselwerkcompositie met naar voren geplaatste gevelvlakken in de natuursteenplint en het metselwerk, met erkers, hoek- en gevelornamentiek. Een stedelijke ruimte wordt interessant door de omhulling van panden en wanden die ook iets vertellen. Zo vertellen ook de vier meest recent gebouwde architectuurpanden op nrs. 69 t/m 70a een verhaal (zie artikel onder de kop: Vier monumenten van de toekomst op een rij). Door vier architecten is hier op basis van het gezamenlijk thema, eigentijds en modern vorm gegeven aan een arc chitectuurensemble van een bijzonder niveau.”

Bomen Joost Werkhoven van de Stichting Stadsbomen maakt een top vijf van bijzondere bomen. Nummer 1 op de kaart: Eendepootboom (Ginkgo). Deze boom is, denken we, rond 1950 geplant. Het is voor zover bekend de dikste Ginkgo van Tilburg. Goethe schreef geïnspireerd door zijn muze een prachtig gedicht over deze boomsoort met als laatste regels ‘ervaar je niet in mijn gedicht dat ik een ben en gespleten’. Wie het Ginkgoblad bekijkt ziet dat het een is en ook gespleten. Nummer 2: De iep (Ulmus hollandica ‘Belgica’). Dit is de enige

parkboom die er al stond voordat het park in 1898 werd aangelegd. Daarom kreeg deze als enige een in natuursteen gevat boombordje. Op ons verzoek krijgt deze prachtige, unieke iep, zeer gevoelig voor iepziekte jaarlijks in mei een spuit tegen deze ziekte. Nummer 3: de katsuraboom (Cercidiphyllum japonicum). Wie goed kijkt ziet dat het twee bomen zijn. Ze zijn in 1898 geplant bij de aanleg van het park. De succesvolle ontwerper en dendroloog/bomenkenner Leonard Springer (1855 - 1940) heeft deze unieke bomen op een solitaire plek aan de vijver geplaatst. Mooier kan haast niet. Zo tonen ze in de winter hun fijne, unieke, dan goed zichtbare takkenstructuur. Nummer 4: de driekleurige beuk (Fagus sylvatica ‘Tricolor’). Er staan slechts enkele exemplaren van deze omvang in Nederland. Het roodgroene blad heeft een unieke roze rand, fraai oplichtend als het zonlicht door de bladeren speelt. In 1996 zou deze boom wegens een renovatie van het park gekapt gaan worden. Door verzet is ook deze zeldzame boom terecht gespaard gebleven. Nummer 5: groenblijvende eik (Quercus turnerii). Deze boom is in 2007 in het park geplant als een van in totaal achttien stuks. De gemeente met Stichting Stadsbomen namen daarvoor het initiatief. Deze zeldzame eik behoudt in de winter zijn groene blad!


BRABANTS DAGBLAD

● Foto uit de oude doos

Het standbeeld van Peerke Donders met daarnaast het Peerke Donders Comité. Fotobron: Regionaal Archief Tilburg.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.