Publiek wil groot en veel en bijzonder | Brothers

Page 1


6

Stad & Regio

zaterdag 28 februari 2015 UN

‘Publiek wil groot en veel en

bijzonder

interview

Brothers in Bunnik verzorgt vanavond na achttien jaar de laatste wekelijkse discoavond. Daarna gooien de broers Marco en Rob Peek het roer om, naar nóg meer grotere ‘events’, megaparty’s en ook besloten bedrijfsfeesten. En hun horecagroep kan nog best wat verder uitdijen - als het maar niet te ver van Bunnik is. TEKST MAARTEN VENDERBOSCH

D

eejay La Fuente moet vanavond voor een spetterende afsluiting zorgen van een jarenlange, tot diep in den lande bekend staande discotraditie aan de Schoudermantel in Bunnik. Hij doet dat door de ‘vetste beats door de speakers te blazen’ en zijn ‘goede vibes en lekkere sounds’ zullen ervoor zorgen dat ‘niemand stil kan blijven staan’. Zo staat het wervend op de affiches. Aanvang elf uur. En dan gaat morgenochtend om halfvijf bij megaclub Brothers in Bunnik de deur weer op de knip.

Straks viert de Jumbo op zaterdagavond zijn bedrijfsfeest bij Brothers? Rob Peek: ,,Om maar wat te noemen. Tot nu toe werden we nooit gebeld voor zoiets, omdat iedereen toch wel wist: vrijdag en zaterdag kun je bij Brothers niet terecht. Nu dat wél kan, hebben we al de eerste aanvragen voor dergelijke feesten binnen. Wij denken dat we een switch maken die ons in staat zal stellen de komende jaren verder te groeien. Dat is ook ons doel: de Horeca Groep Brothers gestaag verder laten groeien, liefst in een bereisbare straal rondom Bunnik. Want we willen niet te ver van huis.’’

Is daarmee de plattelandsdisco formeel ten grave gedragen? Marco Peek (45), die samen met zijn broer Rob (44), Brothers heeft gemaakt tot wat het nu is, één van de grootste uitgaansgelegenheden van Midden-Nederland: ,,Dat wil ik óók weer niet zeggen. Een avondje disco is op zich natuurlijk nog nét zo leuk als twintig jaar geleden. Maar er is in die tijd ook heel veel veranderd. Waardoor wij als horecabedrijf zijn gaan denken dat het tijd is de zaken over een iets andere boeg te gooien. Waar we mee stoppen, dat zijn de vaste clubavonden - zeg maar de avonden die elke week min of meer hetzelfde zijn. Vroeger kenden die een hoop continuïteit onder het publiek. Dat is voorbij. We gaan er niet bij zitten kijken, hoe ze doodbloeden. Waar we wél mee doorgaan, dat zijn de grote themafeesten voor grote doelgroepen. Voor het uitgaanspubliek dat echt een mega-beléving zoekt. Maar ook voor congressen en besloten bedrijfsfeesten. Die laatste markt heeft ons veel te bieden.’’

Bunnik. De vader en moeder van Rob en Marco Peek, nu 80 en 72 jaar oud, zijn er zoon van een fruitboer en dochter van een kippenfokker. Samen besloten ze het roer om te gooien en niet te kiezen voor een bestaan in de fruitsector van de Kromme Rijnstreek, maar voor de horeca. Ze maakten van boerderij De Beesde, in de dorpskern, een goedlopende partyboerderij. Op zaterdagavonden kwamen er achthonderd tot duizend jongeren uit de hele regio stappen. Vanaf hun zestiende werkten Marco en Rob in de zaak, die ze tenslotte overnamen en verplaatsten naar een terrein onderaan de A12, iets buiten het dorp. Daar was vanaf 1997 plek om te kunnen groeien en Brothers botte uit tot een megadisco van zekere naam en faam - in 2003, 2012 en 2013 door het tijdschrift Nightlife uitgeroepen tot populairste discotheek van het land. Naast Brothers hebben jullie Studio A12 gebouwd. Het hele complex gaat nu zo heten. Waarom nu toch afscheid nemen

‘We zijn allang geen discotheek houders meer’

van die naam Brothers? Marco: ,,We zijn ons in 2008 al Brothers Horeca Groep gaan noemen. Dat is ook wat we inmiddels zijn: een horecagroep. We hebben de restaurants Belle en Zuiver in Utrecht, naast The Basket op de Uithof. In Amsterdam hebben we nóg een The Basket, en in Nieuwegein zijn we eigenaar van Down Under. We zijn allang geen discotheekhouders meer. Dat woord wordt ook teveel geassocieerd met jongeren en uitgaan - wij zijn als horecaondernemers verder dan dát gegroeid. Brothers verdwijnt niet, maar we gaan het wel anders organiseren. Voortaan is het de naam van een evenementenbureau. Dat organiseert grote events in Studio A12. Zo simpel is het.’’ Is het goeie ouwe discopubliek dan helemaal verdwenen? Marco: ,,Het is veránderd. Vroeger trof je elkaar lijfelijk in de disco of in het café. Als er je niet bij was geweest, had je echt het gevoel dat je iets had gemist. Door de social media is dat heel anders geworden. Via Facebook, Instagram en livestreaming sta je voortdurend met je vrienden in contact. Je kunt altijd meemaken wat de ander beleeft. Je hoeft elkaar niet per se lijfelijk te treffen, om die ervaring te kunnen delen. Dat heeft effect op het uitgaansgedrag van mensen. Je hóeft niet altijd mee.’’ Rob: ,,Vervolgens is er zó ontzettend veel te kiezen. Het publiek is verwend geraakt. Je moet echt wat te bieden hebben, anders gaan ze wel ergens anders heen. Je hebt onderhand elk weekend wel ergens een megafestival of een groot concert. De Ziggo Dome in Amsterdam is erbij gekomen, daar zijn ook megafeesten. Het zijn allemaal ontwikkelingen waarop


Stad & Regio

zaterdag 28 februari 2015

7

UN

wij moeten inspelen, en dat doe je niet met relatief kleine discoavonden – dat doe je met groot en veel en bijzonder. Droomstof en Playmobeat, bijvoorbeeld, dat zijn een paar avonden van ons, waarmee we willen uitstralen dat we de megaclub van Nederland zijn.’’ In 2012 en 2013 won Brothers de Nightlife Awards. Dankzij onder meer, inderdaad, Playmobeat. In vier zalen van Studio A12 feest in verschillende stijlen, met (volgens de affiches alweer) de beste dj’s uit binnen- en buitenland, een overload aan visuals, lasers en CO2 kanonnen en veel entertainment. En ook urban hits ‘die de billen onafhankelijk van elkaar doen trillen’. Bij het tienjarig bestaan van Brothers in 2007 waren de broers nog zelf iedere clubavond in de zaak te vinden. Ze waren toen nog dertigers. Hun voornemen was met veertig van de vloer af te zijn. Rob was toen al getrouwd en had twee kleine dochtertjes. Marco had trouwplannen voor het daaropvolgende jaar. Inmiddels heeft ook hij twee dochtertjes, zijn broer heeft er drie. (Marco: ,,Als die allemaal de horeca ingaan, moet Brothers weer een andere naam krijgen.’’) Rob: ,,We kwamen in een andere levensfase terecht. Die van het jonge gezin. Dan is het niet meer vol te houden, tot vijf uur in de ochtend Brothers draaien en ’s ochtends vroeg alweer met z’n allen aan het ontbijt willen zitten.’’ Marco: ,,We wilden bovendien als ondernemers groeien. Dat was ook een reden Brothers in de dagelijkse handen te geven van een goede bedrijfsleider met zijn eigen ploeg. Vanuit de gedachte, dat óók, dat wij te oud werden om steeds te kunnen bedenken wat leuk is

voor jongeren van achttien.’’ Zijn jullie nog even onafscheidelijk - dus broers én vrienden? Rob: ,,We doen niet meer alles samen. Als we overal met z’n tweetjes heengaan, werken we maar de helft van de agenda af. Dan blijft er te veel liggen. Dus we hebben de taken verdeeld. Ik doe de contacten met onze bedrijfleiders en de personeelszaken, Marco is meer van de vergunningen, de financiën en het onroerend goed. Maar we weten wel alles van elkaar, uiteraard. En al heeft het gezinsleven ook dát anders gemaakt, doen we toch ook privé veel samen.’’ Marco: ,,We hebben nog dezelfde vrienden. Sommigen van hen hebben nog bij onze ouders gewerkt. En later bij Brothers. Sommigen zijn ook ondernemer geworden. Ze wonen bijna allemaal nog in Bunnik, net als wij. En we gaan eens per jaar met z’n allen skiën. Zonder de vrouwen, en dat al twintig jaar.’’ Waar komt die verknochtheid met Bunnik toch vandaan? Rob: ,,Het is er gewoon prettig wonen. Midden in het land. Je bent zó in Utrecht. We zijn er geboren, onze ouders en familie wonen er. Waar zouden we anders heen moeten?’’ Bovendien: ,,We hebben twee jaar geleden De Beesde (het oude pand in de dorpskern, red.) gekocht. Het was van een neef van ons. We hadden eigenlijk al afscheid genomen van het idee er nog eens iets mee te doen. Maar toen belde hij op, of we eens koffie konden drinken. Hij wou er toch een koper voor gaan zoeken. Nu is het van ons. Net als kasteel Cammingha, dat erbij hoort. We hebben er een locatie voor

Z Marco (l) en Rob Peek. ‘We

hebben plannen Studo A12 verder uit te breiden. Maar eerst wennen aan de nieuwe opzet.’ FOTO JEROEN JUMELET

‘Partydrugs zijn een gigantisch groot probleem aan het worden’

feesten, partijen en evenementen van gemaakt. Je kunt er ook trouwen. Het kasteel was nooit toegankelijk, dat hebben we publiek gemaakt. Op open Monumentendag zijn er zeshonderd mensen wezen kijken. Allemaal Bunnikers. Dat vinden wij leuk. En je moet weten: onze ouders wonen ernaast. Naast de plek, dus, waar zij zelf begonnen zijn met dit verhaal. Dat maakt wel een cirkeltje rond, daar willen we niet vandaan.’’ Deze week publiceerde het Trimbos-instituut alarmerende cijfers over drugsgebruik onder jongeren in het uitgaansleven - precies het onderwerp dat Rob en Marco Peek grote zorgen baart voor de nabije toekomst. Een Houtenaar die een foute xtc-pil slikte belandde in kritieke toestand in het UMC. Marco: ,,Zo’n pilletje kan iemand buiten de deur slikken en vervolgens wordt hij binnen onwel. Wat kun je daar tegen doen? Maar er wordt wel met een schuin oog naar de uitbater gekeken. Partydrugs zijn een gigangtisch groot probleem aan het worden - een groeiend risico voor de bedrijfstak. Hoog tijd dat er veel meer aandacht voor komt, zeker ook vanuit de politiek.’’ Hoe zien de komende tien jaar eruit? Rob: ,,We zoeken nog een paar locaties voor nieuwe horeca. Utrecht? We houden het in de gaten. Maar er kan nog best wat bij.’’ Marco: ,,En we hebben ook plannen Studio A12 verder uit te breiden. Maar eerst wennen aan de nieuwe opzet. Intern liggen er enkele visies op tafel over nog verdere groei op de huidige locatie.’’ Rob: ,,Bunnik, hè? Heeft het állemaal!’’


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.