2 minute read

Materialen

Voorbeeld van de opbouw van een les:

1

Advertisement

Zowel de eerste les (lesson A) als de tweede en laatste les van een song (lesson B) beginnen met de vraag ‘Wat leer je?’ of bij de Engelstalige leerlijn ‘What are you going to learn?’. Hier bespreek je de leerdoelen van de les: wat ze gaan doen, en wat ze daarvoor gaan leren. De kinderen ontdekken in lesson A welke song centraal staat en ze maken kennis met nieuwe woorden, zinnen en grammatica. Dit gebeurt met verschillende luister- en kijkopdrachten op het digibord en aanvullende opdrachten op de worksheet. Zo oefenen ze het nieuwe taalmateriaal, van receptief naar productief. De leerlingen werken toe naar een eindproduct of een eindopdracht aan het eind van lesson B. Denk aan een poster, presentatie, een gesprekje, een kort script voor een filmscene of een fact sheet.

2

3

Bij elke song komt er een luisterfragment in de les aan bod op het digibord en wordt er geoefend met een leestekst. De leestekst is ook ingesproken door een native speaker en kan meegelezen worden in de klas.

5

Een deel van de opdrachten in de les kunnen de leerlingen zelfstandig doorwerken, tijdens de les zelf of in de weektaak bijvoorbeeld. Dit kan via de digitale leerlingomgeving, op geprinte werkbladen of met werkboeken die je bestelt. Dit moment staat steeds duidelijk aangegeven op het digibord.

4

De les wordt altijd afgerond met de karaoke op het digibord! De leerlingen zingen het liedje samen in de klas mee, en dansen er eventueel ook nog bij. Zo wordt meezingen niet alleen leuk maar ook heel leerzaam!

6

Lesson B eindigt altijd met ‘Wat kun je nu?’ of bij de Engelstalige leerlijn ‘Now you can’: waarmee je terugkijkt op het geleerde van de afgelopen twee lessen.

This article is from: