www.schoolfacilities.nl jaargang 35 nummer 1 september 2018 Platform voor huisvesting en facilitaire processen in het onderwijs Yes! you can Regeldingen Geen mobieltjes Schone school School facilities
Zicht op de regeldingen Onderwijs geven is één ding; een school organiseren is iets heel anders.
Vijfendertig jaar
Schoolfacilities begint aan haar 35e jaar. Daar zijn we best trots op. Wie het blad al langer kent, heeft veel veranderingen gezien. Wat oorspronkelijk een blad voor conciërges was, is nu een blad dat bestuurders, managers en professionals in het onderwijs ondersteunt bij het nemen van beslissingen over alle zaken die niet onderwijsinhoudelijk zijn. Zoals de bedrijfsvoering, het personeel, de huisvesting, de ICT, de schoonmaak en de catering. Zaken die voor leerlingen en docenten zeker zo belangrijk zijn als het onderwijs en ook steeds meer aandacht van het bestuur krijgen.
Nieuwkomers die het blad vers in handen krijgen, zien hopelijk vooral een eigentijds blad. Een blad met oog voor de leerlingen en docenten, hun leer- en werkomgeving en alles wat daarvoor geregeld moet worden. Een blad waarin duurzaam en gezond vanzelfsprekende thema’s zijn, ook in financieel opzicht.
In dit nummer nemen we afscheid van Frits Wolters, de founding father van Schoolfacilities. De man die 34 jaar lang het blad heeft uitgegeven en ook zelf veel heeft geschreven. De man die het ons de afgelopen twee jaar mogelijk heeft gemaakt het uitgeversvak beter te leren kennen en de ruimte heeft gegeven een aantal vernieuwingen door te voeren, zodat het werk kon worden voortgezet. Heel veel dank daarvoor, Frits.
We gaan nu verder op deze weg. Komend jaar willen we graag samen met u bouwen aan het onderwijs van de toekomst. Vanzelfsprekend duurzaam, in contact met de leerling en de school als lerende organisatie. Daar valt nog heel wat voor te regelen.
Graag tot ziens, Ingrid de Moel
Meepraten graag! Wat kan er beter in het onderwijs? En wat mogen scholen niet vergeten dit nieuwe schooljaar?
Frits Wolters
Frits Wolters draagt het stokje over aan Bouwstenen voor Sociaal.
12Informatieplicht energiebesparing De informatieplicht rond energiebespa rende maatregelen stelt nieuwe eisen aan scholen.
Rubrieken: Nieuw op de markt (10), Gezien & Gelezen (16), Beroep & Branche (26), Kennispartners (34). En verder: Schoolfacilities verandert (14), Voor een duurzame samenleving (15), Samen werken aan een schone school (20), Geen cash meer bij de Passie (22), Raamovereenkomst of toch niet? (24), Onderwijs en sport onder één dak (28), Mobieltjes thuis (31)
Colofon
Schoolfacilities is een onafhankelijk magazine voor huisvesting en facilitaire processen in het onderwijs.
Oplage en bereik: Verschijnt 4 keer per jaar in een oplage van 4.200 exemplaren, bij het VO, BVE, HBO, Universiteiten, gemeenten en het bovenschools management van het PO.
Eindredactie: Ingrid de Moel Hooglandseweg Zuid 34 3813 TC Amersfoort Telefoon: 033 - 258 7160 E: redactie@schoolfacilities.nl
Uit ga ve van: Bouwstenen voor Sociaal
ISSN: 1383-6331
Aansprakelijkheid: Uitgever en auteurs verklaren dat deze uitga ve op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld. Zij aanvaarden geen enkele aanspra kelijkheid voor schade, van welke aard ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die zijn gebaseerd op bedoelde informatie.
InhoudVan de redactie 3 Schoolfacilities, september 2018
32
8
4
4
Zicht op de regeldingen
Onderwijs geven is één ding; een school organiseren is iets heel anders. Dat is net als onderwijs een vak apart, of beter gezegd, verschillende aparte vakken. Om een beeld te geven van wat het allemaal inhoudt maakten we een overzicht van wat er zoal voor een school geregeld moet worden.
Door: Schoolfacilities
Waarom dit overzicht? Regelmatig laait er een discussie op over de be leidsruimte van schoolbesturen. Moet het geld voor het onderwijs gelabeld worden zodat het ook echt aan on derwijs wordt besteed en het bestuur het niet kan gebruiken voor bijvoor beeld dure gebouwen? Of moet het bestuur in al zijn wijsheid en in alle vrijheid over het geld kunnen beslis sen en daarin zijn eigen afwegingen kunnen maken?
In de eerste vraag wordt er impliciet vanuit gegaan dat onderwijsinhoud en de faciliteiten daaromheen twee aparte dingen zijn. Dat is natuurlijk niet zo. In de tweede vraag wordt er vanuit gegaan dat het schoolbestuur alle wijsheid in pacht kan hebben. Dat is natuurlijk ook niet zo. Twee weten meer dan één. En als de school goed gebruik weet te maken van de wisdom of the crowd - dat kunnen ook stu denten zijn - kom je nog verder.
Samenhang der dingen Belangrijk om te weten is hoe alles samenhangt, het onderwijs en de faciliteiten eromheen. Hoe is de kwaliteit van de lucht, de sterkte van het licht en de beweging van de leerling van invloed op de leerpres taties? Het is belangrijk dat er zicht is op wat bijdraagt aan onderwijskwali teit, de leer- en werkvreugde. En daar ontbreekt het in het onderwijs nogal eens aan, aldus het laatst verschenen rapport van de onderwijsinspectie.
Scholen kijken volgens de Inspectie te smal naar onderwijskwaliteit. Ze verbinden het niet met financiën, personeel en huisvesting.
Dat heeft gevolgen voor de popu lariteit van werken in het onderwijs. Uit onderzoek dat op verzoek van Schoolfacilities is uitgevoerd door de Hogeschool Arnhem/Nijmegen en Rotterdam, blijkt namelijk dat studen ten facilitair management het po en vo onderwijs niet als toekomstige werk gever zien zitten. “Er wordt niet naar je geluisterd en er wordt kostengestuurd gewerkt. Daardoor kan je je professi onaliteit niet inzetten”, zo is de reactie. Ze werken liever bij zorginstellingen of hotels waar ze met hun deskundig heid waarde kunnen toevoegen aan de bedrijfsactiviteiten.
Problemen lossen elkaar op En dat is jammer. Door de verschillen de aspecten met elkaar te verbinden zou de onderwijskwaliteit misschien omhoog kunnen en ontstaat er meer begrip zijn voor elkaars vak en samen hang in het schoolteam, van directeur tot schoonmaker. Door elkaar aan te spreken op ieders professionaliteit, wordt meedenken en samenwer ken ineens veel leuker. Het zou het onderwijs als werkgever interessanter kunnen maken en het biedt kansen het werk efficiënter in te richten.
In het onderwijs gaat gemiddeld zo’n 80% van het budget naar personeel, 10% naar huisvesting en 10% naar an dere dingen. Als je 1% meer investeert
in een gebouw en daarmee een betere onderwijskwaliteit weet te realiseren, doe je het goed. Als je door die 1% ook extra leerlingen weet te trekken heb je het al snel terugverdiend. Als je door je huisvesting en je bedrijfsvoering beter personeel weet aan te trekken, draagt dat ook bij aan de onderwijskwaliteit en heb je meteen een ander probleem opgelost. En zo zijn er diverse aan grijpingspunten om de zaken goed en slim te regelen.
Missers
Dat het mis kan gaan als dingen niet goed geregeld worden, werd duidelijk bij het VMBO Maastricht. Daar werden de eindexamens van alle 354 kandidaten ongeldig verklaard. De reden? De leerlingen hadden nooit aan het eindexamen mogen beginnen omdat de voorafgaande schoolex amens niet goed waren afgenomen of geregistreerd. Maar er was nog meer aan de hand: volgens ouders zaten alle scholen van de stichting Limburgs Voortgezet Onderwijs in de problemen, niet alleen het vmbo. Waar is het allemaal verkeerd gegaan? In de administratie ontdekte de Inspectie voor het Onderwijs dat leerlingen opvallend vaak een 1.1 kregen. Een cijfer dat in tegenstelling tot een 1 niet bij de schoolleiding gemeld hoeft te worden. ‘Moet nog ingehaald worden’, stond erbij. Maar leerlingen hadden de toets nooit gemaakt en van inhalen was geen sprake. In andere woorden, het programma van toetsing en afsluiting werd niet nageleefd. >>
‘Bijschri van de foto’
5
Schoolfacilities, september 2018 Organisatie onderwijs
En er waren structurele problemen: een teruglopend leerlingenaantal en hoog ziekteverzuim. Docenten zochten elders een baan, waardoor klassen en toetsen uitvielen.
Zicht op leuker werk Wat moet er allemaal geregeld worden? In een poging meer zicht te krijgen op het werk van onderwijs ondersteunend personeel beginnen we met een lijstje wat er over het al gemeen voor het onderwijs geregeld moet worden en vroegen we waar het niet-onderwijsgevend personeel direct na de vakantie en komend jaar mee aan de slag gaat. En we nodigen iedereen uit; docenten, studenten en bestuur, te komen met suggesties om het onderwijs beter en ieders rol daarin leuker te maken.
Druk tijdens zomer Tijdens de zomer wordt er door veel onderwijsondersteunend personeel gewoon doorgewerkt, bijvoorbeeld door Mark Canjels, directiesecretaris bij Building Breda. Dat is een onder wijshuisvestingscoöperatie voor het VO, avo en vmbo in Breda. “Eigenlijk is de zomervakantie één van de druk ste periode voor ons”, zegt hij. “Naast het uitvoeren van groot onderhoud
hebben we ook veel interne activi teiten, zoals facturen wegwerken en de bestuurlijke overleggen voor de laatste maanden van 2018 op de rit zetten. Komend schooljaar zijn we druk bezig met het afronden van het huisvestingsprogramma voor de komende 10 jaar. De focus daarbij ligt op investeren in en het instand houden van het bestaande vastgoed, de onderwijskundige vernieuwingen, duurzaamheid en de herpositionering van het vmbo.”
Collin Schippers, hoofd facilitaire zaken bij DeBasisFluvius heeft het ook druk, zo vlak voor het begin van het nieuwe schooljaar. “Vaak krij gen we in juni of juli pas grip op de wensen en noodzakelijkheden van komend schooljaar. Je merkt dat er interne paniek ontstaat omdat veel directies en docenten dan vragen: ‘Heb ik wel een lokaal voor groep 4?’ Op basis daarvan kan de school de klassenindeling maken en ga ik de ruimte vormgeven”, laat hij weten. Ook gaat er tijd zitten in de uitstra ling van scholen. “Ieder jaar willen scholen “nieuw” beginnen: de vloer moet in de was, want dan glimt het weer mooi.”
‘Bijschri van de foto’
Schoolfacilities, september 2018
Huisvesting
“Schoolbesturen houden zich vaak pas bezig met huisvesting als er problemen zijn, merkt Ed Peters. Hij werkte als rector, schoolbestuurder en toezichthouder in het onderwijs, en is nu zelfstandig bestuurs- en organisatieadviseur en huisves tingsexpert bij Ruimte-OK. “Net zoals scholen een meerjaren per soneelsformatieplan hebben dat afgestemd is op de ontwikkeling in leerlingenaantallen, zouden scho len en schoolbesturen ook over een strategisch huisvestingsplan moeten beschikken”, vindt Peters.
“Daardoor kunnen ze tijdig antici peren op verwachte én onverwachte ontwikkelingen doordat er meer dan één scenario beschreven is.”
Dat betekent volgens Peters dat er meer kennis en inzicht moet ko men in de cultuur van scholen en de relatie tussen raden van toezicht, schoolbestuurders en directies van afzonderlijke scholen. “Met wie communiceer je? En hoe bereik je de juiste mensen om meer aandacht te krijgen voor alles wat met huisvesting te maken heeft? Besef verder, dat ge meenten op portefeuilleniveau naar
Entree Mencia de Mendoza lyceum, Building Breda
6
Organisatie onderwijs
huisvesting kijken en dat wensen over nieuwbouw en renovatie of levensduurverlenging overleg met andere schoolbesturen betekent.”
Het Integraal Huisvestingsplan staat in ieder geval op de agenda van Frank Rubel, beleidsmedewerker huisvesting en facilitaire zaken bij Stichting Swalm & Roer. DeBasisFluvius, waar Collin Schippers werkt, heeft al wel een huisvestingsplan en neemt bovendien zelf het bouwheerschap in handen. Dat scheelt. “Nu weten we beter waar we op focussen en wat we moeten onderhouden. Zo weet ik welke gebouwen op korte termijn gesloopt gaan worden en waar ik in kan investeren. Ik kan de onderhoudsgelden strategisch inzetten en bij onderhoud maatwerk leveren.”
Gebruikers
Duurzaamheid, dat staat het komende schooljaar ook hoog op de to-do lijst. “Zowel uit ambitie als wettelijke verplichting”, aldus Rubel. Op de scholen van Collin Schippers wordt voor nieuw te bouwen panden de BENG-normering ontwerpvereiste. Maar, laat hij weten, de grootste stap qua duurzaamheid is het bewuster omgaan met energie. “En daar hebben we de gebruikers bij nodig. Daarom ga ik aan de slag om het gebruikersgedrag te verbeteren.”
Ook in de mbo-sector wordt hard gewerkt om de doelstellingen van het Klimaatakkoord te halen. Dit jaar leveren scholen een bijdrage aan de nulmeting hoe het er nu voor staat met de energieprestaties en duurzaamheid van schoolgebouwen. Uit het onderzoek wordt duidelijk wat mogelijk is en in welk tempo, om in 2050 aan de klimaatdoelstellingen te voldoen. ■
Stuur die dan naar nieuws@schoolfacilities.nl of attendeer ons hierop via twitter@SF of LinkedIn.
‘Bijschri van de foto’
Heeft u suggesties hoe het onderwijs beter geregeld kan worden?
7 Schoolfacilities, september 2018
Wensenlijst: meepraten graag!
Wat kan er beter in het onderwijs? En wat mogen scholen niet vergeten dit nieuwe schooljaar?
Schoolfacilities ging op onderzoek bij ouders, leerlingen en studenten.
Twee onderwerpen staan hoog op de lijst: privacy en inspraak.
Door: Shane Pattipeilohy
Vroeger konden medewerkers soms iets te makkelijk een ladekast openen om in de dossiers van leerlingen te neuzen. Nu print plaatsgemaakt heeft voor online, zijn de archiefmappen en papieren dossiers
vrijwel verdwenen. Alles gaat online: studieresultaten, adresgegevens en gevoelige medische informatie. Die gegevens kunnen gedeeld worden met medewerkers op school of met aanbieders van digitale leersyste men. Maar dat betekent niet dat er niet meer ongewenst rondgesnuffeld kan worden.
Gegevens? Geen idee Ouders maken zich dan ook zorgen over de privacy van hun kinderen op school. Dat heeft het Landelijk Ouderpanel, een initiatief van Stichting Opvoeden.nl en Ouders & Onderwijs, onderzocht samen met Ouders Online. De helft van de ruim driehonderd ouders die ondervraagd werden, vertrouwt er niet op dat de school gegevens van hun kinderen goed beveiligt. Ook heeft een kwart van de ouders eigenlijk geen idee welke gegevens de school allemaal verzamelt.
Het wantrouwen van de ouders over het beveiligen van de gegevens is misschien niet geheel onterecht. Want ook onderwijskundigen en pedagogen zijn er niet gerust op. Twee jaar geleden vroeg de Nederlandse vereniging van pedagogen en onderwijskundigen aan haar leden hoe scholen omgaan met leerlingen dossiers. Wat bleek? Resultaten van psychologisch onderzoek werden op magister gezet, zodat ook de conciërge toegang had, net als externe medewerkers die slechts een paar leerlingen begeleidden. Ouders werden niet om toestemming gevraagd gegevens te delen en privacyge voelige stukken werden onbeveiligd verstuurd.
Meepraten
Met de nieuwe privacyregels zou dat verleden tijd moeten zijn, maar veel scholen worstelen er nog mee. Wat kunnen zij doen? Volgens het Landelijk Ouderpanel begint het met de zaken op een rijtje te zetten: wie heeft toegang tot welke systemen? Welke gegevens staan daarin? Hoe lang worden ze bewaard? Neem die informatie op in het privacyreglement en zorg ervoor dat het
Zorgen over de privacy van kinderen
Schoolfacilities, september 2018
8
reglement makkelijk te vinden is voor ouders. Ouders zijn zelf vaak terughoudend, bijvoorbeeld bij het plaatsen van foto’s op de sociale media, en willen weten hoe de school met de privacy van hun kinderen omgaat. Het Landelijk Ouderpanel benadrukt dat ouders graag willen meepraten over privacy op school. Betrek ouders dan ook op tijd bij de plannen via de medezeggenschapsraad.
Ontevreden
Niet alleen ouders, ook leerlingen willen meepraten blijkt uit de nieuwe tweejaarlijkse monitor van het LAKS, het Landelijk Aktie Komitee Scholieren. Bijna een kwart van de 75 duizend scholieren die meededen aan het onderzoek zegt ontevreden te zijn over de inspraak die ze op dit moment hebben. Scholieren kregen vragen voorgeschoteld zoals: telt de mening van de leerling mee? En hoe tevreden ben je over de leerlingenraad?
Het gevoel dat je niet mee kunt pra ten over wat er op school gebeurt, is het grootst onder vmbo-scho lieren: van hen is 28% positief over de inspraak, en 30% negatief. Het meest positief over inspraak zijn brugklassers, in de hogere leerjaren neemt dat enthousiasme wat af. Maar wíllen ze ook meepraten? Die vraag werd dit jaar voor het eerst gesteld in het onderzoek van LAKS. Vooral havisten en vmbo’ers hebben
daar niet zoveel zin in: een kwart wil meedenken terwijl de helft er niet op zit te wachten. In het praktijk onderwijs is dat aandeel groter, concludeert het LAKS blij verrast: ruim een derde van de leerlingen wil graag meepraten over het onderwijs op school. Dat is vergelijkbaar met het aantal vwo’ers dat inspraak wil hebben.
Per thema
Hoe die inspraak eruit kan zien? Dat kan eenvoudig rondom één thema, zegt het LAKS, bijvoorbeeld over het schoolplein of de kantine. Plaats een oproep en breng de leerlingen bij elkaar die willen meedenken. De vraag is natuurlijk wel hoe de input vervolgens gebruikt wordt, en hoe de leerlingen daarvan op de hoogte worden gehouden.
Daarnaast hebben veel scholen al een leerlingenraad: zo’n driekwart van de 75 duizend ondervraagde middelbare scholieren weet in ieder geval van het bestaan ervan op zijn of haar school. Ook in de medezeggenschapsraad zitten scholieren. Hoewel elke school verplicht een MR heeft, weten lang niet alle leerlingen dat het bestaat. Ook mbo-scholen, hbo’s en universiteiten zijn wettelijk verplicht om studenten mee te laten praten.
Zelf dingen aankaarten
Pim van Dam, student aan het ROC Leiden, merkte dat hij steeds kriti-
Ik kon zelf dingen aankaarten
scher naar zijn school ging kijken, toen hij eenmaal in de studentenraad van zijn mbo zat. “Ik zat toen in de positie om facilitaire zaken aan te kaarten en dat deed ik dus ook”, zegt hij. Opeens viel het hem op dat de tafels vaak rommelig waren, met achtergebleven koekverpakkingen en pakjes drinken. “En dat terwijl het schoolgebouw het visitekaartje van de school moet zijn. Je kunt de regels wel tien keer herhalen, maar als het niet werkt moet je een andere oplossing zoeken”, zegt hij, “samen mét de studenten.”
De kosten van het printen en kopieren, daar viel Pim ook over. “Het zijn weer extra kosten die studenten moeten maken. Soms zijn docenten zo lief om hun medewerkerspas uit te lenen als we veel moeten printen, daar staat geld op van school. Maar dat is niet erg praktisch.”
Als voorzitter van de studentenraad besprak hij het tijdens een vergadering met het College van Bestuur. Met succes: “we kwamen uit op een tegemoetkoming van €4,- dat op de studentenpas wordt gezet. Dat zijn zo’n honderd velletjes papier die je kunt printen, genoeg voor het eerste jaar.”
Laks
9 Schoolfacilities, september 2018
Nieuw op de markt
Katoenen zakjes
De wereld is in rep en roer door al dat plastic. Ook wanneer ouders voor hun kroost de lunchpakketjes maken, gebruiken ze vaak plastic boterhamzakjes. Wilt u ook meehelpen met het terugdringen van plastic? Lunchskins heeft verschillende formaten en diverse kleuren katoe nen boterhamzakjes. LunchSkins is gemaakt van sneldrogende stof die een voedselveilige laag heeft, polyurethane genaamd. De stof werd oorspronkelijk gemaakt voor gebaksverpakkingen voor bakkerijen, restaurants en thuiskeukens.
Lunchskins zijn vet- en vochtbestendig en dus ook geschikt voor sandwiches en snacks. Het kan zelfs in de vaatwasser. Het zakje gaat dicht met klittenband én er is een apart vakje om de naam van het kind in te schrijven. Lunchskins zijn in Nederland te koop via de webwinkels.
www.lunchskins.com
SignaLEER app
De app signaLEREN helpt jeugdigen om spanning te reguleren. Zo kunnen ze makkelijker herkennen in welke fase van spanningsopbouw ze zitten. Bovendien geeft de app direct opties voor activiteiten, die helpen om de spanning te verminderen, zoals video’s, apps of geluidsopnames. Gedrags-escalaties en emotionele uitbarstingen kunnen hierdoor voorkomen worden.
De app is speciaal bedoeld voor jongeren met gedragsproblemen of emotionele problemen. Ook jongeren met een verstandelijke beperking kunnen de app gebruiken. De app is helemaal op maat te maken. Dat is afhankelijk van de mate waarin een jeugdige in staat is gedrag, gevoel en gedachten bij zichzelf te herkennen. De jongere geeft aan welke signalen van toepassing zijn bij oplopende spanning én hoe hij of zij de spanning kan verminderen. De app is ontwikkeld door psychologen en therapeuten van observatiecentrum De Hondsberg en werkt op Android en iOS.
www.dehondsberg.nl
Duurzaam verhuizen
Met een 100 procent elektrische verhuiswagen de inboedel verhuizen met voorvechter van duurzaam ondernemen: Mondial R. Vlot & Zn. Verhuizingen. Het verhuisbedrijf zette hiervoor de 100 procent elektrische verhuiswagen van samenwerkingspartner Breytner in.
Voor Mondial R. Vlot & Zn. Verhuizingen staat de zorg voor het milieu in de gehele bedrijfsvoering centraal. Zo worden afvalstoffen zoveel mogelijk hergebruikt in nieuwe toepassingen. Daarnaast heeft het bedrijfspand in Sliedrecht een zonnepark op het dak met maar liefst 1440 zonnepanelen.
Als het gaat om elektrisch vervoer is het bedrijf jaren geleden al gestart met het verduurzamen van het wagenpark. Klanten kunnen daardoor kiezen voor een elektrische verhuizing bij Mondial R. Vlot & Zn. met de zero emission verhuiswagen van zusterbedrijf Breytner.
www.rvlot.nl
Schoolfacilities, juni 2018Schoolfacilities, september 2018 10
Warm najaar
Silverline maakt energiezuinige verwarmers voor binnen en buiten, om van een langer seizoen te kunnen genieten. De verwarmers zijn bestand tegen vocht en regen en kunnen ook op een vloer van onbeschermd hout geplaatst worden. Er zijn ook verwarmers voor alleen binnengebruik, die over maximaal zes vierkante meter warmte verspreidt.
Dit jaar zijn er twee nieuwe verwarmers op de markt gebracht die een IP65-certificaat hebben. Dat betekent dat ze afgespoeld kunnen worden en dus duurzaam zijn. In plaats van een verwarmingsstaaf voor een reflector, zoals in de andere verwarmers, geeft hier het hele profiel in de verwarmer warmte af. Daardoor verspreiden ze extra veel warmte. Ze kunnen aan het plafond of op de muur bevestigd worden.
Muuridee
Formica levert laminaat voor wanden, deuren en kasten. Het lichte gewicht van Formica laminaat en het gemak waarmee het op bestaande oppervlaktes kan worden toegepast, biedt flexibiliteit. Daardoor wordt het onder andere gebruikt in Vlaamse scholen die onderdeel zijn van het project ‘Scholen van Morgen’: een project van de overheid om 182 scholen te renoveren of nieuw te bouwen.
De gebruikte materialen binnen de scholen moeten slijtvast, onder houdsvriendelijk en gemakkelijk te vervangen zijn. Scholen die volgens dit initiatief worden gebouwd, worden zodanig ontworpen dat ze in de toekomst kunnen inspelen op veranderende onderwijsbehoeften en kunnen meeveranderen.
De school koos voor toiletwanden van Formica. De deuren zijn nu ondoordringbaar voor vocht en gemakkelijk schoon te maken. Door een materiaal te gebruiken dat inert is en geen voedingsbodem biedt aan microbiële groei, kan de verspreiding van ziektes en mogelijk verzuim worden beperkt.
Touchscreen tafel
Schoolkrijtjes zijn uit, de draadloze multimedia-desk is in. Dat zeggen de makers van M2Desk: een schooltafel die snel is om te toveren tot een draadloze multi-media desk.
In het tafelblad zijn een touchscreen computer en een toetsenbord verzonken die bijna niet te zien zijn. Het aanraakscherm komt omhoog als je erop drukt, en is daarna in hoogte, afstand en kijkhoek te verstellen. Direct achter het werkblad ligt een toetsenbord, makkelijk te pakken zo dat de leerling direct aan de slag kan.
Het ontwerp verbruikt minder energie dan een gemiddelde computer met TFT-monitor en zorgt voor een hoog ergonomisch comfort. De leerling werkt met een digitale pen waardoor de arm altijd wordt ondersteund en kijkhouding en afstand tot het scherm correct zijn. De M2Desk is op vrijwel alle nieuwe en bestaande tafelonderstellen te monteren. De multimedia-tafel is dus eenvoudig te integreren in het klaslokaal.
www.sparkdesign.nl
Schoolfacilities, september 2018
www.silverline.se
Ruim 20 jaar maakte Frits Wolters het vakblad Schoolfacilities. Nu draagt hij het stokje over aan Bouwstenen voor Sociaal. Wolters zelf is nog niet klaar met het onderwijs en gaat verder met zijn signalerings- en advieswerk over de bedrijfsvoering. “Het zou zonde zijn als die kennis wegvloeit.”
Frits Wolters is nog niet klaar met onderwijs
We schrijven 1996. De ROC’s doen hun intreden, de lumpsumfinanciering wordt ingevoerd in het voortgezet onderwijs (universiteiten en hoge scholen waren het voortgezet onderwijs voorgegaan). Scholen krijgen voortaan één grote som geld overgemaakt. Dat geld mogen zij op hun manier besteden. Detail: ze moeten het doen met dit ene bedrag, meer krijgen ze niet. Een goede stap volgens Wolters, maar de overheid vergat één ding. “Schoolbesturen waren gewend aan het declaratiestelsel. De lumpsumfinanciering dwong hen als ondernemers te gaan denken. Dat waren ze niet gewend. Ze werden zonder reddingsboei in het diepe gegooid.”
Bedrijfsmatig denken Lichte verwarring onder de scholen was het gevolg. Opeens moesten zij kritischer naar hun uitgaven gaan kijken; wat is wel belangrijk en wat niet? Binnen de schoolbesturen was
Ik denk
bedrijfsmatig.
er amper kennis om zoiets te kunnen beoordelen, zegt Wolters. “Ik ben een ondernemer en denk bedrijfsmatig. Door mijn ervaring wist ik aardig wat het onderwijs nodig had op het gebied van bedrijfsvoering. Maar dat ondernemend denken, was toen bin nen het onderwijs nog niet iedereen gegeven.”
Geen reclameblad Wolters sprong in dit gat door Schoolfacilities op te richten.
“Vooral mensen uit het facilitaire bedrijfsleven, zeiden dat dit een goed idee was. Met Schoolfacilities wilde ik de kennisbehoefte vervullen op het gebied van bedrijfsvoe ring, zoals catering, telefonie,
Schoolfacilities, september 2018
Door: Tommy van Eldik
12
documentbeheer, schoonmaak, afvalverwerking, etcetera, gekoppeld aan de kennis en oplossingen die het bedrijfsleven te bieden heeft. De in houd - het probleem van de school en de oplossing van het bedrijfsle ven - heeft daarbij altijd centraal gestaan. Daarover heb ik wel eens discussies gehad met bedrijven die puur reclame voor zichzelf wilden maken in het blad. Schoolfacilities is echter geen reclameblad, daar heb ik altijd voor gewaakt. Anders zou het blad allang niet meer hebben bestaan.”
Eerst inhoud, dan planning Wolters was de oprichter en hoofdredacteur van Schoolfacilities, maar deed het werk nooit alleen. “Piet Scheerhoorn en Henk Visschedijk (tegenwoordig directeur Fiac) hebben veel gedaan voor Schoolfacilities. Net als Alice Jansen, zij regelde de totstandkoming van het blad. Qua planning waren Alice en ik het niet altijd met elkaar eens. Mijn uitgangspunt was dat inhoud belangrijker is dan planning. Een blad dat iets te laat wordt bezorgd, dat ben je snel weer vergeten. Maar ga je onzin verkopen, dan blijft dat hangen bij mensen. Soms wijzigde ik de planning, zodat er nog een interessant artikel in het blad kon. Dat was natuurlijk lastig voor Alice. Maar zo zorgden we samen voor een blad met actuele onderwerpen.”
Zelfde problematiek
Wat Wolters is opgevallen in al die jaren, is dat de problematiek - het tekort aan kennis over de bedrijfsvoering - is verbeterd. “Toch is er nog steeds veel behoefte aan. Ook de doelgroep is veranderd. In de beginjaren schreven we vooral voor conciërges. Tegenwoordig is het blad vooral bedoeld voor het management en mensen die in de Raad van Bestuur van een school zitten. Ook die hebben behoefte aan informatie over de bedrijfsvoering, ook al zijn ze er soms, helaas, niet echt in geïnteresseerd. Hun hart ligt vaak vooral bij het onderwijs.“
De schoolagent beteugelde de onrust. Toekomst
Schoolagent
Als het artikel over de schoolagent op het Candea College in Duiven ter sprake komt, begint het gezicht van Wolters te stralen. Een hoogtepunt in de geschiedenis van Schoolfacilities, vindt hij. “In 2001 besloot het Candea College om een schoolagent in te zetten. Vanuit Arnhem kwamen steeds meer probleemjongeren naar het college. Dat zorgde, met name in de weekenden, voor de nodige onrust. De schoolagent beteugelde de onrust. De agenten waren niet in uniform en ongewapend, maar je wist wel dat er een agent rondliep. Geruisloos pikte de schoolagent de onruststokers eruit, waarna het probleem snel in de kiem werd gesmoord en er geen tamtam in de media ontstond.”
Den Haag
Het plan van schoolagent werd aangeboden in Den Haag, maar daarna bleef het stil. Tot enkele jaren geleden D66 het plan afstofte en alsnog wilde doorvoeren. Wolters: “Door die ontwikkeling heb ik besloten dat vuurtje weer aan te wakkeren en me sterk te maken voor de schoolagent. Ik heb inmiddels ook met wat mensen in Den Haag contact gelegd.”
Kennis blij nodig Schoolfacilities bleek een makkelijke ijsbreker tijdens kennismakingen, merkte Wolters. Het noemen van zijn naam zorgde voor veel herkenning en erkenning. Was het altijd hosanna met Schoolfacilities? Nee, benadrukt Wolters. “Waar ik teleurgesteld over ben, is het feit dat de artikelen in Schoolfacilities te weinig opvolging hebben gekregen. Misschien gingen we soms te snel. Het bevestigt wel dat het nog steeds nodig is om kennis over bedrijfsvoering aan te
Schoolfacilities, september 2018
dragen bij het onderwijs. Het zou fantastisch zijn als scholen in de toekomst al bij de eerste stap van de bouw of renovatie van een school rekening zouden houden met de bedrijfsvoering. Denk bijvoorbeeld aan de luchtkwaliteit in de school. Op dat gebied kunnen scholen nog zoveel winst boeken. Nu lekt er nog te veel geld weg door aanpassingen in bestaande gebouwen.”
Niet doodknuffelen Daarom heeft Wolters besloten om niet op zijn lauweren te gaan rusten, nu hij Schoolfacilities heeft overgedragen aan Bouwstenen. “Op verzoek blijf ik voor scholen beschikbaar als zij advies willen over hun bedrijfsvoering. Samen met de specialisten uit mijn netwerk ga ik hen dan helpen.” Of het afscheid van Schoolfacilities met pijn in het hart gaat? “Nee, hoor. Met Bouwstenen heb ik goede afspraken gemaakt. Ik wens Bouwstenen veel succes met het voortzetten van het vakblad en de website. Ik heb Schoolfacilities nooit als mijn kindje gezien. Met kindjes loop je het risico dat je ze doodknuffelt, dat wil ik niet.”
13
“Hoe gaan we dat doen?
Schoolfacilities is méér dan alleen een blad; het maakt deel uit van het platform Bouwstenen voor Sociaal. Een platform waar we huisvestingsmedewerkers, bestuurders of onderhoudsprofessionals met elkaar in contact brengen en laten nadenken hoe we samen kunnen verbeteren. Dat platform is online, waar we op sociale media zoals LinkedIn met elkaar in discussie gaan. Maar ook fysiek, in de vorm van bijeenkomsten waar we informatie uitwisselen en samen nadenken over bijvoorbeeld de omslag naar duurzame schoolgebouwen.
“
Schoolfacilities verandert.Hoe?
In Schoolfacilities verspreiden we de kennis die we samen opdoen, duiken we dieper in belangrijke onderwerpen en gaan het gesprek met anderen aan: met leerlingen, ouders en de gemeente.
“
Interview met Ingrid de Moel, directeur Bouwstenen voor Sociaal
“ We willen samen met betrokkenen het facilitair management binnen het onderwijs professionaliseren.
Dat wil niet zeggen dat het nu niet goed gaat, wel dat het beter kan. We willen van het onderwijs een aantrekkelijke werkgever maken.
niet dat kan. en En
Dat lost veel problemen op: als de bedrijfsvoering van het onderwijs gesmeerd loopt, wordt het voor docenten en onderwijsondersteunend personeel leuker om te werken. En voor leerlingen wordt het leuker om op school te zijn.
Dat betekent dat we samen mét het werkveld slimmer willen worden, met jullie dus. We verspreiden de opgedane informatie via het blad zodat meer mensen er baat bij hebben. We luisteren naar scholen die bijvoorbeeld zeggen: we hebben vijf warmtepompen en ze werken allemaal niet. Om vijf verschillende redenen. Dan vragen wij: waarom werken ze niet? Laten we die praktijkervaring zichtbaar maken en delen met anderen. Zodat we samen slimmer worden.
Dat kunnen we niet zonder de mensen uit het onderwijs zelf. Dit is dus een oproep: doe mee. Deel je ervaringen, je problemen, je wensen. In Schoolfacilities - online, fysiek en op papier – proberen we samen uit te zoeken hoe het zit en worden we samen wijzer.”
“ zelf.
Zowel Schoolfacilities als Bouwstenen voor sociaal zijn te vinden op
Ingrid de Moel
Schoolfacilities, september 2018
14
Het faciliteren van een duurzame samenleving. Dat is de kern van de Agenda Maatschappelijk Vastgoed 2018, de samenwerkingsagenda van scholen, gemeenten en andere organisaties rond publieke voorzieningen en vastgoed.
Kennisnetwerken voor een duurzame samenleving
Vanaf 2015 bestaat het Bouwstenennetwerk voor bestuurders en huisvestingsmedewerkers in het onderwijs. De netwerken zijn er op gericht van elkaar te leren, wijzer te worden en te ontwikkelen.
Leren en ontwikkelen
Zo ontwikkelden huisvestingsmedewerkers uit het onderwijs in 2017 een afwegingskader renovatie/nieuwbouw en een nieuwe benadering voor Integrale Huisvestingsplannen. De resultaten hiervan zijn gratis via Bouwstenen en Schoolfacilities verspreid.
Vanuit de praktijk
Ook dit jaar zijn er diverse netwerken actief. Ze opereren vanuit hun eigen vraagstukken, kracht en praktijk. Geen theoretische verhalen. Samen kijken wat nodig is voor de volgende stap.
Onderwijsbestuurders
Centrale vraag in het bestuurlijk netwerk is hoe vorm te geven aan het onderwijs van de toekomst.
Onderwijshuisvesters
Focus van dit scholennetwerk is de omgeving van het onderwijs en vraagstukken rond huisvesting.
Multifunctioneel gebruik
Dit netwerk richt zich op het gebruik van gebouwen en dan met name hoe je dat samen met anderen doet.
Informatiemanagement
Scholen, gemeenten en andere organisaties verdiepen zich samen in de informatievragen voor goede sturing, zowel rond het gebouw zelf als rond duurzaam en slim gebruik van het gebouw.
Onderhoud
Specialistisch netwerk rond het onderhoud van publieke gebouwen. Hoe organiseer je het onderhoud en hoe kom je tot goede besluiten daarover?
Collegiaal contact
Doel van de netwerken is om van elkaar te leren, te inspireren en elkaar vooruit te helpen door kennisdeling, collegiaal contact en samen verder op zoek te gaan naar nieuwe kennis en inzichten. Bouwstenen faciliteert.
Dwarsverbanden
Bouwstenen zorgt voor de verbinding tussen de netwerken, met sectororganisaties en met andere kennisnetwerken, bijvoorbeeld op het gebied van het Klimaatakkoord.
Duurzaam en slim
Geen netwerk voor duurzaam en slim? Nee, dat zit overal ingebakken, als een soort vanzelfsprekendheid in de maatschappelijke opgave.
‘Bijschri van de foto’
Schoolfacilities, september 2018
Wilt u ook meedoen? Meld u dan aan via www.bouwstenen.nl , stuur een mail naar post@bouwstenen.nl of bel 033 2584339 Bouwstenen 15
Gezien &gelezen
Draaiend zonnevlot
Deze zomer opende Slim Opgewekt het eerste drijvende en met de zon mee roterende vlot in de stad. De installatie ligt in de vijver naast een school in Arnhem. Het was een cadeau aan de gemeente van Slim Opgewekt, een initiatief dat maatschappelijke instellingen wil helpen verduurzamen.
Mede-oprichter Hilde van Dijk: “De drijvende panelen liggen in de wijk zodat ze direct zichtbaar zijn. Dat levert een grotere bewustwording op ten aanzien van verduurzaming en daar is zowel de naastgelegen school als de gemeente blij mee.” De leerlingen van de technische en ITopleidingen van Leerpark Presikhaaf, een onderdeel van het Arentheem
College in Arnhem, gaan straks met de opwekgegevens aan de slag op school. “Daarmee koppel je duurzaam gedrag direct aan de lesstof en krijgen leerlingen kennis mee over de werking en mogelijkheden.”
Normaal gesproken verduurzaamt Slim Opgewekt met zonnepanelen op daken en bijvoorbeeld ledverlichting. Met dit initiatief zoekt de club naar andere mogelijkheden. “Het is voor ons een project met de insteek kennis op te doen en te delen.” Daarom staat de data van het vlot op de website van Slim Opgewekt en draait er realtime een webcam mee. “Iedereen die wil leren van het project, mag meedoen”, aldus Van Dijk.
www.slimopgewekt.nl
Onderwijskunst
In het Nationaal Onderwijsmuseum is de ‘School van de Toekomst’ te zien: kunstwerken die de toekomst van het onderwijs laten zien. Ter ere van het 100-jarig bestaan van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap werden studenten van zeven kunstacademies gevraagd een installatie of een kunstwerk te maken.
Waar meestal wetenschappers het voortouw nemen bij het nadenken over de toekomst van de onderwijs, zijn dat nu kunstenaars en ontwerpers. De verschillen de kunstacademies geven ieder op geheel eigen wijze richting aan deze toekomstvisie; soms architectonisch, abstract en gericht op duurzame ontwikkeling.
De presentatie in het Nationaal Onderwijsmuseum plaatst de visies in historisch perspectief. De bezoeker krijgt ook een beeld van hoe er in het
Foto bron: Onderwijsmuseum
16 Schoolfacilities, juni 2018Schoolfacilities, september 2018
verleden tot nu toe met de toekomst van het onderwijs is omgegaan. De ‘School van de Toekomst’ is nog een paar dagen te zien in het Nationaal Onderwijsmuseum in Dordrecht.
www.onderwijsmuseum.nl
Materialenpaspoort
Als eerste onderwijsinstelling in Nederland laat het Alfa-college in Hoogeveen zich registreren in Madaster, een materialenbibliotheek.
Door alle gebruikte materialen in het gebouw in kaart te brengen, krijgt het ROC een beeld welke materialen bruikbaar zijn voor de vernieuwing van de school. Dat komt in het materialenpaspoort van de school te staan.
Het ROC probeert op meerdere manieren circulair te bouwen: door materiaal dat vrijkomt bij het te slopen bouwdeel opnieuw te gebruiken. En waar dat niet haalbaar is, door te kiezen voor nieuwe bouwstoffen met een extra lange levensduur, zoals vloeren en plafondplaten. Studenten spelen een actieve rol: mbo-studenten Techniek en Bouwkunde van het Alfa-college en hbo’ers van de Hanzehogeschool in Groningen inventariseren de materialen in het onderwijsgebouw met behulp van het programma van Madaster.
Een eerste verkenning laat zien dat de huidige constructie divers bruikbaar materiaal bevat. De aannemer waarmee het Alfa-college de bouw-
plannen uitwerkt, schat zeker een deel te kunnen hergebruiken. Jelle Zijlstra, student bouwkunde aan de Hanzehogeschool, is enthousiast. “Ik denk dat Madaster ervoor zorgt dat je op den duur niet meer een sloper hoeft te betalen, maar dat de sloper betaalt voor de materialen die hij delft uit het gebouw.”
www.cobouw.nl
ROC en omgeving
In het boek ‘The New Craft School’ wordt onderzocht hoe een vakschool (het ROC) zich via haar vormgeving (de architectuur) zich kan positioneren binnen een regionale samenleving. Het boek is in het Engels geschreven door Susanne Pietsch, Eireen Schreurs, Sereh Mandias & Dolf Broekhuizen in samenwerking met Jap Sam Books.
Wat in het boek ter sprake komt is hoe ideeën tot stand komen in de jaren ‘50 tot ‘00. Het laat zien hoe architecten toendertijd nadachten over hoe de vakschool toekomstbestendig kan zijn. Dit door middel van vijf scenario’s van scholen verspreid over Noord-Europa. Van Rotterdam via Groningen tot Berlijn vind je voorbeelden terug van scholen die duidelijk zijn verbonden met haar omgeving en de stad.
Door te kijken naar de samenleving in termen van mens en omgeving en allerlei andere informatie worden besluiten genomen, maar zijn die anno
2018 nog steeds relevant? Ook wordt duidelijk beschreven wat de functie van het gebouw is en waar dat in de toekomst nog terug te vinden is.
Ondanks dat het soms moeilijk is om door de ogen van een architect te kijken, is de conclusie in ieder geval duidelijk: we moeten verder kijken dan de beaamde benodigdheden maar moeten ook vanuit andere perspectieven zoeken naar de school van de toekomst.
www.japsambooks.nl ISBN 978-94-92852-03-8 | €30.-
The New Cra SchoolJap Sam Books
Schoolfacilities, juni 2018Schoolfacilities, september 2018
17
>>
Stressende student
Steeds meer studenten raken door grote werkdruk in de stress. Psychologische problemen zijn het gevolg, wat soms gepaard gaat met verslavingen aan alcohol, drugs of in ternet. De toegenomen prestatiedruk en het leenstelsel worden als oorza ken aangemerkt. Ook zou de sociale media een rol spelen. De drempel om hulp te zoeken is hoog.
Liever buitenspelen
Op democratische scholen mo gen de leerlingen zelf kiezen hoe ze hun tijd invullen: met leren lezen of buitenspelen. Spelen wordt óók als vaardigheid gezien, naast rekenen en lezen. Astrid Schutte liep voor Vrij Nederland drie dagen rond op democratische basisschool De Vallei in Driel.
Leerlingen mogen een toets krij gen, maar het hoeft niet. Alleen de eindtoets aan ter afsluiting van de basisschool is verplicht, zoals voor iedere Nederlandse basisschoolleer ling. Een deel van de filosofie van democratische scholen luidt dat leren frustratie creëert, waardoor kinderen een afkeer van school krijgen. Daarom gaat de school uit van het ‘vrije leren’. Op tien kinderen is één begeleider, daarnaast heeft elke leerling een coach die helpt bij het vormgeven van eventuele leerbehoeften. Als een kind ervoor kiest om te leren, gaat de ont wikkeling snel. Zo merkt de directeur van een van de scholen tegen Schutte op dat leerlingen in twee jaar tijd de alle verplichte stof voor rekenen en taal kunnen afronden.
Psychologen en deskundigen maken zich zorgen omdat de studenten door de lange wachtrijen niet of niet op tijd geholpen kunnen worden door hulpverleners. Geertje Hulzebos van de studentenvakbond LSVB, geeft aan dat universiteiten het probleem seri eus nemen, maar meer actie kunnen ondernemen. Universiteiten, maar ook andere onderwijsinstellingen, moeten meer psychologen in dienst nemen. Ook moet er iets gedaan worden aan de studiedruk.
Dit thema staat bij veel deskundi gen en onderwijsinstellingen op de agenda en heeft volgens velen een hoge prioriteit. De Vereniging van Universiteiten werkt aan een actie plan om het welzijn van studenten te verhogen.
www.volkskrant.nl
Toch is de Inspectie niet tevreden: de veiligheid op de school werd onvol doende beoordeeld en begeleiders hadden te weinig inzicht in de ont wikkeling van de kinderen. De school is nu op zoek naar een manier van tussentijdse toetsing die strookt met het democratisch onderwijs.
www.vn.nl
Gevaarlijk spelen
In bomen klimmen, fikkie stoken en zelfs een zakmes gebruiken: het mag allemaal bij BuitenSpeelOpvang Wijs. En waarom ook niet? Van gevaarlijk spelen leren kinderen veel, vinden ze bij de bso. Daarom krijgen kinderen bij de bso, die actief is in de regio Utrecht, de ruimte om te ontdekken en risico’s te nemen. Een kind dat per ongeluk toch valt, krijgt een pleister met de de tekst ‘goe gespeeld’.
Het gevaarlijk spelen betekent niet dat er geen toezicht is. Als het risico echt te groot is, wordt er ingegrepen. Ook hebben de kinderen een fluittje bij zich en een sleutelhanger met een telefoonnummer van de bso. De pedagogisch medewerkers hebben nauwkeurig beschreven in protocol len op welke leeftijd kinderen welke activiteiten kunnen doen. Zo wil de bso bijdragen aan een verantwoorde ontwikkeling van het kind.
Veel kinderdagverblijven zijn hui verig om kinderen risico’s te laten nemen, omdat ze bang zijn voor boze ouders of een slechte aantekening van de GGD. En dat is jammer, vindt bso Wijs. Pedagogisch beleidsme dewerker Marieke Grijpink verwacht dat er komende tijd een verschuiving plaatsvindt in het omgaan met risico’s in de kinderopvang. “De veilig heidslijst is niet meer een verplicht nummer, maar er wordt echt nage dacht over waarom iets wel of niet mag’’, legt ze uit.
www.nationaleonderwijsgids.nl
“Onderschri bij de foto”
Schoolfacilities, juni 2018
Schoolfacilities, september 2018
18
Lerarentekort
Een dweiltje om een overstroming te stoppen. Zo werden de noodplannen van de onderwijsministers Arie Slob en Ingrid van Engelshoven honend genoemd. Deze zomer presenteerden de ministers een plan om het leraren tekort op te lossen. Zo stelden ze onder andere voor om werkloze docenten weer voor de klas te krijgen en partti mers een dagje meer te laten werken. En om het ziekteverzuim onder leraren omlaag te krijgen.
De algemene onderwijsbond reageer de afwijzend op de plannen. Er moet simpelweg meer geld bij, vond AObvoorzitter Liesbeth Verheggen. “Om het werk weer aantrekkelijk te maken is het nodig dat leraren beter gaan verdienen en minder stress ervaren. Leraren verleiden meer te gaan werken, klassen nog groter maken, bevoegdhe den overdragen aan stagiaires, het lost allemaal niks op en is niet goed voor de leraren of de kinderen die les krijgen.” Alternatieve plannen zijn er te over: op
twitter werden suggesties verzameld om het tekort op te lossen. Zoals bonussen voor starters, coteaching, mensen uit het bedrijfsleven inzetten, het aantal lesuren van het primair onderwijs verlagen naar het europees gemiddelde of het invoeren van een 4-daagse schoolweek. Een school in de Zaamstreek experimen teerde er al mee. Gelukkig is er ook positief nieuws, duurt het nog een paar jaar voor we het in de praktijk zullen terugzien: het aantal aanmeldingen op
de pabo neemt weer toe. De afgelopen zomer was er volop aan dacht voor het nijpende probleem in het onderwijs: het lerarentekort. ■
Schoolfacilities,
Schoolfacilities,
juni 2018
september 2018
Samen
werken aan een schone school
Door: Hago Onderwijs
Schrijf een plan van aanpak om de grootste uitdagingen in het schoonhouden van een hogeschool te tackelen. Met die opdracht zette Hogeschool Windesheim de aanbesteding voor het schoonmaakonderhoud uit onder de inschrijvende partijen. Een kolfje naar de hand van onderwijsexpert Hago, die het contract gegund kreeg.
Het ritme van onderwijs
“We hebben regelmatig evene menten, ook met externe partijen. We verhuren onze locatie soms, verbouwen wel eens en hebben te maken met vakanties. Hago is zich hier bewust van. Het bedrijf kent het ritme van het onderwijs en weet precies welke flexibiliteit nodig is om de schoonmaak binnen die kalender zo goed mogelijk te organiseren.”
“Objectleider Tim van Hago speelt hierin een heel belangrijke rol. Hij stemt af wanneer welke activiteiten plaatsvinden, denkt mee en overlegt de planning met de afdeling facilitair en huisvesting. Dat zijn geen overleggen van uren, maar net even dat persoonlijke contact waarmee je de schoonmaak personaliseert.”
“Planning, flexibiliteit en bewustwording over het belang van schoonmaak: dat zijn dé uitdagingen van schoonmaak in het onderwijs”, vindt Dirk Pieter Halbesma, manager Vastgoed en Facilities bij Hogeschool Windesheim. “Hago heeft ruime ervaring met deze thema’s en dat zie je terug in hun aanpak.”
“Door niet alleen uit te voeren wat er gevraagd wordt maar gericht mee te denken, blijft de organisatie innoveren. Dat zie je terug in een aantal verrassende projecten, innovaties en hun werkwijze.”
Ambassadeurs
Die werkwijze is voornamelijk het leveren van maatwerk want iedere ruimte is anders en iedere afdeling heeft andere behoeften. Daarom initieerde Hago de aanstelling van
van de foto’
‘Bijschri van de foto’
Eva van den Berg en Dirk Pieter Halbesma van Hogeschool Windesheim
‘Bijschri
Schoolfacilities, september 2018 20
Resultaatgericht schoonmaken
afdelingsambassadeurs. Halbesma: “Door ambassadeurs – afgevaardig den van een afdeling – aan te stellen en de wensen per afdeling te inventariseren, passen de schoonmakers hun werk nu aan op de behoeften van de individuele medewerkers en de leerlingen. Zo werken we actief samen aan een schone school.”
Schoonmaakexpert
Eva van den Berg werkt al 15 jaar als schoonmaakster bij Hogeschool Windesheim. Haar functie veranderde de afgelopen jaren flink toen de school de omslag maakte van handelingsgericht (schoonmaken aan de hand van een voorgeschreven werkprogramma) naar resultaatge richt schoonmaken (schoonmaker bepaalt op basis van kijken-denken-doen wat schoongemaakt moet worden en wat even kan wachten).
Een manier van schoonmaken waarin ze nu dus ook veel contact heeft met de ambassadeurs van de verschillende afdelingen en de conciërges.
Kennismaken met Hago Onderwijs?
Eva: “Mijn leidinggevende inventariseert dagelijks wat er op hoofdlijnen moet gebeuren en bespreekt dit met mij en mijn collega’s. Daarnaast stem ik zelf met ambassadeurs af waar nog meer behoefte aan is. Om vervolgens aan de slag te gaan.”
Ze missen me echt Eva geniet enorm van haar werk: “Werken op een school is enorm afwisselend en je hebt veel contact met leerlingen en medewerkers van Windesheim. De mensen zijn aardig
Communicatie over kalender is cruciaal.
en kennen mij goed. Als ik de kantoorkamers inloop, krijg ik de ruimte om mijn werk te doen en maak ik een praatje. Als de mensen mij een
week niet zien, missen ze me echt, zeggen ze.”
Oog voor de omgeving
“Door haar persoonlijke aanpak, doet ze precies het juiste”, ziet Dirk Pieter Halbesma, manager huisvesting & facilitair bij Hogeschool Windesheim.
“Eva heeft oog voor de omgeving en speelt in op wat nodig is. Daarnaast is ze heel toegankelijk en dat is belangrijk voor iemand die overdag op een school schoonmaakt. Misschien nog wel belangrijker dan het realiseren van de gevraagde technische kwaliteit, waar bij Eva overigens ook nooit iets op aan te merken is.”
Dit artikel wordt u aangeboden door Hago Onderwijs
Tel. 088-099 08 90 www.hagoonderwijs.nl
Marcel Mannheims en Matthijs Vos staan u graag te woord.
Marcel:
Mijn naam is Marcel Mannheims, 33 jaar en woonachtig in het prachtige Zuid-Limburg. Ik ben 4,5 jaar werkzaam voor Hago en sinds enkele maanden verantwoordelijk voor het segment Hago Onderwijs. Ik hecht als persoon veel waarde aan eerlijkheid, verwachtingen managen, doen wat je zegt en samen voor het gemeenschappelijke doel gaan. Door
een goede wisselwerking met mijn operationele collega’s en het zorgvuldig opbouwen van mijn netwerk bouw ik verder aan de toekomst van Hago Onderwijs.
Matthijs:
Mijn naam is Matthijs Vos, 31 jaar en woon samen met mijn vrouw en twee kleine kinderen (5 en 3 jaar) in Noord Holland. Ik ben al meer dan 8 jaar werkzaam in de schoonmaakbranche waarvan 6 jaar in de operatie. In deze periode was ik voornamelijk verantwoordelijk voor de schoonmaakdienstverlening van zowel hogescholen als voortgezet en primair onderwijs. Na 6 jaar heb ik de overstap gemaakt naar commercie en ben sinds een paar maanden verantwoordelijk voor het segment onderwijs. Een branche die mij met de paplepel is ingegoten, als zoon van een lerares. Door mijn operationele ervaring in het onderwijs weet ik als geen ander hoe belangrijk ondersteunende dienstverlening als schoonmaak is. Voor het leveren van
een excellente dienstverlening hecht ik veel waarde aan transparantie, kennisdeling en samenwerking.
“Met trots maken we dagelijks schoon bij veel onderwijsinstellingen in Nederland. Van Groningen tot Maastricht, van basisscholen tot Universiteiten. En dat willen we graag zo houden. Daarom is het belangrijk dat wij de verwachtingen van onze klanten overtreffen. Dag in, dag uit. Met schoonmaakdienstverlening die naadloos aansluit op de wensen en behoe en van medewerkers en leerlingen. En door continu mee te denken over de ontwikkelingen die gaande zijn in onderwijsland. Met als belangrijke randvoorwaarden dat de schoonmaker de tijd en ruimte krijgt om zijn werk goed uit te voeren en met respect wordt behandeld. Betrokkenheid, communicatie en waardering zijn hierin de sleutels tot een succesvolle en duurzame samenwerking.”
Schoolfacilities, september 2018
21
Geen cash meer bij de Passie
Door: Tommy van Eldik
En dan gaat je leverancier failliet… Dat overkwam onderwijsorganisatie de Passie. Peter Boskamp, Hoofd ICT, moest tien jaar geleden op zoek naar een nieuwe partij voor het leveren van schoolpassystemen. Een cashloze school was daarbij de ambitie. Een ontmoeting op de beurs Facilitair leverde de perfecte match op.
“Franc van Veen was het”, herinnert Boskamp zich nog. De huidige directeur van inepro had met iBos precies de ‘cashless’ oplossing in huis die de Passie zocht. De Passie heeft drie scholen voor Evangelisch Bijbelgetrouw Onderwijs, in Rotterdam, Utrecht en Wierden. “We wilden niet meer dat conciërges met grote hoeveelheden muntgeld over-
straat zouden gaan om het naar de bank te brengen. Gelukkig is er nooit iets ergs gebeurd, maar het was voor ons voortaan liever voorkomen dan genezen”, legt Boskamp uit. “Het was ook een periode waarin het steeds minder vaak mogelijk was om cash geld bij de bank te storten. Voor onze financial controller was het bovendien veel werk om alle geldstromen in kaart te brengen en de kasboeken te controleren.”
Eén pasje voor alles Met de nieuwe leverancier ging de Passie aan de slag om de cashloze betaalinfrastructuur te realiseren. Leerlingen en medewerkers kregen een pasje dat alles voor hen zou regelen: toegang tot de vier locaties van de Passie, printen, kopiëren, maar ook het kopen van eten en drinken. De pasjes kunnen aan de systemen van andere leveranciers worden gekoppeld. Daardoor zijn ze ook te gebruiken voor onder meer verzuimadministratie en het openen en sluiten van kluisjes.
Onafhankelijk van leverancier “Het systeem hebben we in onge veer drie maanden neergezet”, blikt Boskamp terug. “Dat deden we school voor school. Alle hobbels die we bij de eerste school tegenkwamen, konden we bij de volgende scholen voorkomen. Informatie en uitleg over de devices waren glashelder. Voor de beheerders van de databases was er een training over het aanmaken en verwijderen van accounts en het toekennen van bepaalde rechten aan iemand. Wat een groot voordeel is: inepro maakt de kaartlezers zelf. Het maakt daarbij niet uit welke leveran ciers wij in huis hebben. Of de printer nou van Canon of Ricoh is, inepro zorgt ervoor dat de pasjes uitgelezen kunnen worden op alle apparaten.”
‘Bijschri van de foto’
De pasjes zijn overal te gebruiken
Schoolfacilities, september 2018 22
Juridische kant
“Waar je wel rekening mee moet houden, is het feit dat je niet alleen maar hardware en software aanschaft” geeft Boskamp als tip mee. “Je moet pinlijnen aanvragen, zodat het technisch mogelijk wordt om pinbetalingen te doen in de school. En met de bank sluit je een contract af om pintransacties te mogen uitvoeren. Er zit dus ook een belangrijke juridische kant aan zo’n operatie.”
Glasheldere info over devices
OV-chipkaart
Voor het betalen van eten en drin ken hebben leerlingen, leraren en stafmedewerkers een saldo op hun pasje. Het saldo kun je met pinbeta ling opwaarderen. In feite hetzelfde principe als bij het opwaarderen van een OV-chipkaart. Leerlingen kunnen zelf hun pasje opladen tot een bepaald maximum per keer. Een bewuste keuze, zegt Boskamp. “Voor grotere bedragen, voor het betalen van een excursie of sportkleding, hebben we een speciale online omgeving, waar ouders extra saldo kunnen storten op het pasje van hun zoon of dochter. Afrekenen kunnen de leerlingen met hun pas bij de administratie.” Medewerkers hebben naast hun ‘privésaldo’ voor eten en drinken een budget voor kopiëren en printen op de pas.
Inzicht in geldstromen
Met iBos zijn wandelingen met een koffer vol geld naar de bank verleden tijd. “Dat is niet alleen veiliger, maar het scheelt de conciërge ook behoorlijk wat tijd”, aldus Harald Bassie, systeembeheerder bij de Passie. “En vergeet niet dat cash geld storten ook geld kost. Daar hebben we nu geen last meer van. Voor onze financiële administratie is deze oplossing een zegen. Er zijn geen stromen van
Betalingssysteem
cash geld meer, waardoor we direct inzicht hebben in alle geldstromen binnen de drie scholen. De pasjes kun je op al onze scholen gebruiken, of je nou in Rotterdam, Utrecht of Wierden zit.” Zijn er dan helemaal geen nadelen? Bassie: “Nou, de pasjes gaan zo lang mee dat leerlingen uit het vijfde of zesde jaar niet altijd even blij zijn met hun foto uit de brugklas erop. Maar met de AVG verdwijnt de pasfoto sowieso van de pasjes, dat lost zich dus vanzelf op.”
Aan de slag
Bij de implementatie tien jaar geleden stond de database van iBos nog ‘lokaal’ bij de Passie. Daar wilden Boskamp en Bassie een paar jaar geleden vanaf. “We hebben toen aan inepro gevraagd of we konden overstappen op een SaaS-oplossing, waarbij de database in de cloud zou staan en de leverancier verantwoordelijk zou worden voor beheer en veiligheid. Destijds kon dat nog niet, maar hun afdeling Research & Development is wel aan de slag gegaan met onze vraag.” In mei dit jaar was het zover: de SaaS-oplossing voor de Passie was klaar. Nog niet alles is perfect, benadrukt Bassie. “Onze collega’s van de mediatheek lieten weten dat sommige tekstvelden in de schermpjes van de
kaartlezer te onduidelijk waren. Je zag bijvoorbeeld niet de naam van het document dat je wilde uitprinten. Omdat inepro de kaartlezers zelf produceert, konden ze dat makke lijk zelf aanpassen. Wat dat betreft werken ze zeer pragmatisch.”
Duurzame relatie
Ondanks de kinderziektes is de Passie in zijn nopjes met de SaaSoplossing. Boskamp: “Ik heb meer ruimte in mijn server rack dan voorheen. De kennis over beheer en veiligheid is belegd bij de leverancier. Daardoor hoef ik mijn collega’s niet meer naar bijscholingscursussen op dat gebied te sturen. Scheelt weer tijd en geld. En als er iets is, hebben we een vast contactpersoon voor onze vragen. Hij was tien jaar geleden al betrokken bij het implementeren van iBos en kent onze situatie door en door. Dat vind ik fijn, zo’n laag personeelsverloop. Daardoor kun je een duurzame relatie met iemand opbouwen.“
Dit artikel wordt u aangeboden door inepro
www.inepro.com telefoon 0252-744 044
‘Bijschri van de foto’
23
Schoolfacilities, september 2018
Contracten
Raamovereenkomst of toch niet?
Door: Pro Mereor
Als wij bij binnen ‘aanbestedingsland’ bij onze klanten komen, is de raamovereenkomst meer dan eens een gespreksonderwerp. Soms lijken alle overeenkomsten raamovereenkomsten, maar is dat wel zo?
Een raamovereenkomst heeft een aantal specifieke kenmerken die voorwaardelijk zijn aan dit type overeenkomst. Door een raamovereenkomst goed aan te besteden kunnen prachtige resultaten worden behaald. Echter, als de voorwaarden van een raamovereenkomst niet goed worden aanbesteed, kan dit leiden tot een tijdrovende en kostbare klus. Tijd om hier voor eens en altijd afscheid van te nemen.
Wat is het?
Een raamovereenkomst bestaat uit gemaakte afspraken tussen een aanbestedende dienst en één of meerdere marktpartijen om gedurende een te bepalen looptijd, tegen vooraf overeengekomen voorwaarden en tarieven, bepaalde producten en diensten te leveren.
In de Aanbestedingswet wordt een raamovereenkomst als volgt gedefinieerd: ‘Een raamovereenkomst is een schriftelijke overeenkomst tussen één of meer aanbestedende diensten en één of meer ondernemers met het doel gedurende een bepaalde periode de voorwaarden inzake te plaatsen overheidsopdrachten of speciale
sectoropdrachten vast te leggen. Maar wat maakt dan dat een overeenkomst een raamovereenkomst is?
De essentie van de raamovereenkomst is gelegen in de nadere opdrachtverlening. Een raamovereenkomst is in tegenstelling tot een overheidsopdracht niet gericht op directe opdrachtverstrekking voor de levering van een product of dienst, maar gericht op het vastleggen van voorwaarden voor mogelijk, toekomstig te verstrekken overheidsopdrachten. Een (Europese) aanbesteding voor de totstandkoming van een raamovereenkomst verschilt daarom ook wezenlijk van het aanbesteden van een overheidsopdracht. De wetgever heeft hiervoor specifieke spelregels opgenomen in de Aanbestedingswet.
Nut van de overeenkomst Een raamovereenkomst biedt voordelen wanneer u vaker zaken doet met eenzelfde leverancier. Binnen onderwijsstichtingen sluiten individuele locaties veelal soortgelijke overeenkomsten met één of enkele leveranciers. Weliswaar op verschillende momenten, maar gelijk in behoefte en aard van het product. Een raamovereenkomst biedt dan uitkomst, omdat binnen een raamovereenkomst alle locaties op basis van uniforme en gunstige voorwaarden binnen een beheersbaar contracteringsproces, snelle afnames kunnen realiseren. Daarnaast leidt bundeling van producten en diensten tot een betere onderhandelingspositie en daardoor voor gunstigere voorwaarden en tarieven.
Vormen
Raamovereenkomsten kunnen worden gesloten met één of met meerdere marktpartijen. Dit is een essentieel verschil waarvoor in de Aanbestedingswet belangrijke bepalingen zijn opgenomen.
Overeenkomst met één marktpartij
Bij een raamovereenkomst met één marktpartij zijn alle voorwaarden voor gunning van de overheidsopdrachten opgenomen in de raamovereenkomst1. Deze overheidsopdrachten kunnen worden vergeven door de gecontracteerde marktpartij schriftelijk te raadplegen en verzoeken zijn inschrijving in te vullen (aanbieding doen)2
Overeenkomst met meerdere marktpartijen
Bij een raamovereenkomst met meerdere marktpartijen zijn alle voorwaarden voor gunning van de overheidsopdrachten opgenomen in de raamovereenkomst 3 . De wijze waarop de gunning van overheidsopdrachten plaatsvindt, kan conform de aanbestedingswet respectievelijk plaatsvinden op drie manieren:
Volgens de voorwaarden van de raamovereenkomst, zonder dat de overheidsopdracht opnieuw voor mededinging wordt opengesteld, indien de raamovereenkomst alle voorwaarden bevat met betrekking tot de uitvoering van de betrokken werken, leveringen of diensten alsmede de objectieve voorwaarden ter bepaling van de marktpartijen die deze als partij bij de raamovereenkomst zullen uitvoeren, welke objectieve voorwaarden zijn vermeld in de aanbestedingsstukken voor de raamovereenkomst;
‘Bijschri van de foto’
24
Schoolfacilities, september 2018
•Deels zonder dat de overheidsopdracht opnieuw voor mededinging wordt opengesteld en deels met een nieuwe aankondiging voor de marktpartijen die partij zijn bij de raamovereenkomst, indien de raamovereenkomst alle voor waarden bevat met betrekking tot de uitvoering van de betrokken werken, leveringen of diensten en de aanbestedende dienst deze mogelijkheid in de aanbestedingsstukken voor de raamovereenkomst heeft vermeld;
•Door de overheidsopdracht opnieuw voor mededinging open te stellen voor de marktpartijen die partij zijn bij de raamovereenkomst, indien de raamovereenkomst niet alle voorwaarden bevat met betrekking tot de uitvoering van de werken, leveringen of diensten.
Dit artikel wordt u aangeboden door Pro Mereor
www.pro-mereor.nl Tel. 026-370 14 76
Contracten
Tips en aanbevelingen
Wanneer uw onderwijsorganisatie overweegt om een raamovereen komst aan te gaan, is het van belang goed te kijken of de aard en de afname daarvoor geschikt is. Een raamovereen komst is namelijk een middel en geen doel op zich. Schenk aandacht aan de volgende punten:
Bedenk voor gunning van overheids opdrachten een transparante en objectieve wijze;
• Zorg er tijdens de aanbesteding voor dat alle financiële aspecten voor zover redelijk en mogelijk afgeprijsd zijn door de aangesloten marktpartijen voor een raamovereenkomst;
De looptijd van een raamovereenkomst mag niet langer zijn dan vier jaar4 , tenzij deugdelijk gemotiveerd;
1.
2.142
2.142
Aanbestedingswet.
Aanbestedingswet.
Aanbestedingswet.
• Benoem realistische afnamehoe veelheden, een raamovereenkomst betekent namelijk geen ongelimiteerde afname van producten en diensten’;5
• Probeer verschillen in expiratiedata van de gegunde overheidsopdrachten zoveel mogelijk te voorkomen;
A fbakening producten en diensten met mogelijkheid voor uitbreiding;
• Neem in ieder geval de volgende onderwerpen op in een raamover eenkomst met de daartoe behorende documentatie:
• Looptijd;
• Rangordebepaling documentatie; Prijsafspraken;
• Leveringsvoorwaarden en toepassing;
• Wijze van gunning overheidsopdrachten onder de raamovereenkomst.
4. Artikel 2.140 lid 2 Aanbestedingswet.
5. ECLI:NL: GHDHA: 2013:5247 rechtsoverweging. 4.6
SLIM INKOPEN EN AANBESTEDEN
VOOR U?
Tijdens de tweedaagse workshop Slim Inkopen en Aanbesteden leert u aan de hand van een concrete casus omgaan met actuele inkoopmethodes, inkooptools en van toepassing zijnde aanbestedingsregelgeving. De workshop heeft een sterk interactief karakter; U gaat samen aan de slag met voorbeelden uit uw praktijk.
Beginselen van het aanbestedingsrecht; Doel, reikwijdte en
aanbestedingsprocedures;
Termijnen Europese aanbestedingsprocedures;
Gunnings- en selectiecriteria; Beoordeling van de inschrijvingen.
van de foto’
‘Bijschri
Schoolfacilities, september 2018
25
Pro Mereor | Burgemeester Weertsstraat 69a | 6814 HM Arnhem | T 026 370 14 76 | E info@pro-mereor.nl | pro-mereor.nl ONDERWERPEN Inkoopinstrumenten; Inkoop & organisatieadvies ; Inzicht in het inkoop- en aanbestedingsproces;
structuur van de nieuwe Aanbestedingswet; Verschillende
PRAKTISCH Data 2018: 30 mei en 6 juni, 7 en 14 november Tijd: 9.30 tot 16.30 uur Kosten: € 695,- (ex. btw) 1 dag of € 995,- (ex. btw) 2 dagen Inclusief lunch & syllabus Locatie: Zalencentrum NDC den Hommel, Kennedylaan 9, 3533 KH te Utrecht INSCHRIJVEN? Voor meer informatie en inschrijven kijkt u op: www.pro-mereor.nl/diensten/inkoopadvies/inkooptrainingen WORKSHOP
MEER GRIP OP UW INKOOPPROCES? EFFECTIEF EN RECHTMATIG (EUROPEES) AANBESTEDEN? EN WAT BETEKENEN DE WIJZIGINGEN IN DE NIEUWE AANBESTEDINGSWET
Artikel
lid 1
2. Artikel
lid 2
3. Artikel 2.142 lid 2
Beroep &branche
hebben om het onderwijs betaal baar te houden;
Aanbevelingen
De Landelijke Vereniging Onderwijsadviseurs is een organi satie van onderwijsprofessionals in het gebied tussen onderwijsinstel lingen en gemeenten/VNG. Vanuit de LVO zijn veel bijdragen geleverd aan expertgroep van VNG en PO-Raad, waaruit het rapport “De lat omhoog” resulteerde. Ook werd de Handreiking Renovatie opgesteld, die het gat wil dichten tussen de wetgeving van Wpo, Wvo en WEC en de gemeentelij ke verordeningen.
• In onze bijdrage aan Schoolfacilities meldden we de LVO-aanbevelingen over onderwijshuisvesting:
• Dat ruimte gecreëerd wordt zodat gemeenten en schoolbesturen gezamenlijk ver antwoordelijkheid dragen voor de onderwijshuisvesting;
• Gemeenten en schoolbesturen moeten kennis delen en bundelen;
• Waar mogelijk moet worden toege werkt naar het doordecentraliseren van de zorgplicht voor onder wijshuisvesting naar het speciaal, voortgezet speciaal en voortgezet onderwijs;
• Scholen in het basisonderwijs zou den minimaal 80 leerlingen moeten
“Onderschri bij
foto”
• Er moet een stelsel komen waarin gemeenten en schoolbesturen ge zamenlijk verantwoordelijk worden voor de huisvesting van scholen middels een huisvestingsplan met reële bouwprijzen;
• De normvergoeding moet worden verhoogd om aan de Bouwbesluit eisen te kunnen voldoen.
• Dit laatste kan alleen als er ook aan de inkomstenkant van de gemeenten het nodige gebeurt!
Lees verder op www.lvo-onderwijs.nl
zegt Steven de Vries. Hij is domeinregisseur School & Omgeving bij de PO-Raad en neemt namens het gehele onderwijs deel aan de onderhandelingstafel ‘Gebouwde omgeving’ van het klimaatakkoord.
De eerste concrete uitwerking van het klimaatakkoord volgt in de komende maanden. Toch kunnen scholen en schoolbesturen al afspra ken maken over het verduurzamen van gebouwen. Een middel hiervoor is door de verduurzaming programmatisch aan te pakken via een integraal huisvestingsplan. Hierdoor wordt inzichtelijk welke stappen op de korte en de lange termijn genomen moeten worden om aan de wettelijke verplichting te voldoen van een energieneutraal schoolgebouw.
Nu al beginnen
Veel schoolgebouwen zijn verouderd en hebben een ongezond leerklimaat. De PO-Raad onderschrijft daarom het belang van het klimaatakkoord en ze wil dat schoolbesturen de komende jaren met hun gemeen te afspraken gaan maken over het toewerken naar energieneutrale schoolgebouwen.
“Door als schoolbestuur toe te werken naar een energieneutraal schoolgebouw bouw je aan de toekomstbestendigheid van onze samenleving voor onze kinderen”,
Bespreek vroegtijdig en in samenspraak met de gemeente welke stappen nodig zijn. En wijs iemand aan binnen de school, die zich verantwoordelijk voelt voor ‘de grote verbouwing’, zodat verduurzaming op de agenda komt en blijft staan.
www.poraad.nl
Gevaarlijke stof
Voor scheikundeproefjes hebben vo-scholen allerlei stoffen in huis. Sommige stoffen zijn gevaarlijk
Schoolfacilities, juni 2018
Schoolfacilities, september 2018
26
de
omdat ze brandbaar, explosief of zeer giftig zijn. Ook worden er stoffen gebruikt die op de SZW-lijst van kankerverwekkende stoffen staan. Maar ook buiten het scheikunde practicum kunnen kankerverwekkende stoffen aanwezig zijn, zoals stof van hardhout en lasrook. Voor scholen is het niet altijd duidelijk hoe ze met deze stoffen om kunnen gaan.
Volgens de Arbowet moet de werkgever gevaarlijke en kankerverwekkende stoffen vervangen door andere ongevaarlijke of minder gevaarlijke stoffen. Zijn deze niet voorhanden, dan moet de werkgever in de risico-inventarisatie en -evaluatie de strikte noodzaak van het gebruik van die stof aangeven. Sociale partners kunnen echter niet met zekerheid zeggen of er sprake is van strikte noodzaak in de context van het voortgezet onderwijs bij het onderwijskundig doel als het geven van een demonstratie of practicum.
Daarom raadt Voion het gebruik van stoffen af die op de SZW-lijst van kankerverwekkende stoffen staan en adviseert deze te vervangen door andere, niet kankerverwekkende stoffen. Dit advies is na uitvoerig overleg met de NVON, de KVLO en sociale partners tot stand gekomen.
Het advies over hoe om te gaan met kankerverwekkende stoffen kunt u vinden op www.voion.nl
Ouders
Ouders & Onderwijs (www.OudersOnderwijs.nl) is dé vraagbaak voor ouders met schoolgaande kinderen. Waar vragen zijn, is Ouders & Onderwijs voor informatie en advies. Gratis en onafhankelijk. Voor ouders én voor medezeggenschapsraden. Wij zijn een luisterend oor voor ouders, we geven hen informatie over hun rechten en plichten. En we geven tips om met school het goede gesprek aan te gaan over de zorgen die ze hebben. Een goede relatie tussen ouders en school is in het belang van het kind.
Ouders kunnen bij ons terecht met hun mening over diverse onderwerpen via het Landelijk Ouderpanel en oudergesprekken in de regio. We verbinden oudergroepen en netwerken rond onderwijs met elkaar en hebben een eigen netwerk voor ouders in de medezeggenschap. De mening van ouders brengen we ieder jaar in kaart met de Staat van de Ouder. De inbreng van ouders gebruiken we ook in onze rol als gesprekspartner voor de overheid en de onderwijssector.
De activiteiten van Ouders & Onderwijs worden volledig bekostigd met subsidie van het ministerie van OCW.
Een vraag? Bel 0800-5010 of mail naar vraag@oudersonderwijs.nl.
Meepraten
Uit de monitor van het LAKS (Landelijk Aktie Komitee Scholieren) van 2018 blijkt dat weinig leerlingen op het praktijkonderwijs (34%) en het vmbo (34%) tevreden zijn over faciliteiten op school. Het LAKS vindt het belangrijk dat iedere leerling in een fijne omgeving naar school gaat. Het LAKS ziet daarom graag dat er vaker met de leerlingen in gesprek wordt gegaan over de onderwijsomgeving.
Een goede manier volgens het LAKS om leerling inspraak te realiseren bij schoolvoorzieningen is thematische participatie: leerling inspraak gecentreerd rondom een thema op de school, bijvoorbeeld het schoolplein of de schoolkantine. Dit is mogelijk op een eenvoudige wijze: plaats een oproep voor leerlingen om mee te denken over een schoolvoorziening, verzamel een groepje enthousiaste leerlingen en vraag om input. Enerzijds versterk je als school hiermee de medezeggenschap en betrokkenheid van leerlingen bij je onderwijsomgeving, anderzijds geeft het een mooie mogelijkheid om de tevredenheid onder de leerlingen te vergroten op het gebied van schoolfaciliteiten.
www.laks.nl
“Onderschri bij de foto”
Schoolfacilities, juni 2018Schoolfacilities, september 2018
Schoolfacilities, juni 2018
27
Onderwijs en sport onder één dak, het kan!
Door: Tommy van Eldik
Onderwijs en sport onder één dak, dat klinkt logisch. Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat beweging goed is voor de leerprestaties. En als de sportvoorziening ’s avonds en in het weekend door sportverenigingen of de buurt kan worden gebruikt maak je ook nog eens efficiënter gebruik van de ruimte. Het beheer van een MFA met onderwijs en sport is echter geen sinecure.
Botsende belangen Dat bleek ook weer tijdens een bijeenkomst over onderwijshuis-
vesting en sportaccommodaties van Bouwstenen voor Sociaal op 21 juni 2018. De belangen van de betrokken partijen stroken niet altijd met elkaar. Scholen willen na schooltijd liever geen overlast in het gebouw. Voor verenigingen of buurtinitiatieven is een gebouw met onderwijs- en sportfaciliteiten juist een uitermate geschikte en betaalbare plek voor hun activiteiten.
Wie betaalt wat?
of vierkante meters? Ook de plaatselijke politiek kijkt over de schouder mee of het allemaal wel goed gaat. De gemeenteraad is benieuwd of de investering in een MFA het gewenste maatschappelijke rendement oplevert. Ook willen zij weten of het beheer van de accommodatie naar behoren verloopt en er voldoende opbrengsten uit de exploitatie worden gehaald. ‘Hoe ga je om met al die factoren?’, is de vraag voor veel gemeenten.
‘Bijschri van de foto’
Ook het verdelen van de kosten voor het gebruik van de MFA kan tot onderlinge frictie leiden. Want hoe bepaal je de hoogte van het bedrag: op basis van gebruikte uren
‘Bijschri van de foto’
28
Onder één dak
Schoolfacilities, september 2018
Dicht na schooltijd
Dat een gemeente wel eens water bij de wijn moet doen, heeft Melger Seebregts van de gemeente Amsterdam in de praktijk ervaren.
In de hoofdstad zijn in de voorbije jaren meerdere eigentijdse MFA’s neergezet met uitstekende sportfaciliteiten. Kijkend naar de exploitatie heb je echter met andere factoren te maken. Seebregts: “We hebben een school in Amsterdam die fel tegenstander is van andere exploitanten en beheerders in het gebouw. Na schooltijd is de accommodatie dicht, omdat er vanuit de school geen beheer is. De sportzalen in de MFA blijven daardoor leeg, dat is zonde.”
Wat is van ons?
In Amsterdam zijn gelukkig diverse voorbeelden van scholen die wel enthousiast zijn over onderwijs en sport in één gebouw. Maar ook dan kunnen er vervelende situaties ontstaan.
“Het is wel eens voorgekomen dat de leerlingen van een school de sporthal in de MFA als ‘iets van hen’ gingen beschouwen, terwijl de sporthal in feite niet bij de school hoort.”, legt Seebregts uit. “Leerlingen lopen daar continu in en uit de sporthal. Daar hebben de gebruikers van de sporthal last van.”
‘Three is a crowd’
In de wijk IJburg staat een MFA waarbij onderwijs en sport onder één dak zitten met een apparte-
Onder één dak
mentencomplex. Daar is het Engelse spreekwoord ‘two is company, three is a crowd’ van toepassing, aldus Seebregts. “Het gebouw heeft voor iedere functie een beheerder. Je merkt dat de beheerders van het schoolgedeelte en het deel met appartementen niet altijd even blij zijn met de gebruikers van de sporthal. Voor die laatste groep is het een behoorlijk gedoe om boven te komen.” Een ander nadeel is de situering van de sporthal op de bovenste verdieping. Daardoor is het exploiteren van de kantine, in handen van de gemeente, ontzettend lastig. “Vijf pachters hebben het geprobeerd, maar zonder succes. De mensen komen er gewoon niet vanwege de locatie.”
Zoektocht
Hoe mooi het gebouw en de faciliteiten ook zijn, het succes van een MFA valt of staat met de onderlinge verstandhouding tussen alle betrokken partijen. Dat laatste blijft een zoektocht, beaamt Seebregts. Zoektochten gaan gepaard met vallen en opstaan. Desalniettemin is Amsterdam nog steeds positief over de combinatie school en sport in een MFA. “Als gemeente blijven we op zoek naar het ideale samenspel tussen alle partijen. Op Zeeburgereiland wordt momenteel een concept ontwikkeld waarbij de sporthal net naast de school staat. Daarnaast zijn er op het eiland meerdere velden waarop
gesport kan worden. We zijn uitermate hoopvol over dit concept.”
Louter MFA’s Amersfoort besloot 20 jaar geleden om alleen nog multifunctionele accommodaties te bouwen. In die periode werd SRO opgericht. SRO is onder meer in Amersfoort verantwoordelijk voor het uitvoeren van beheer en onderhoud van maatschappelijk vastgoed (sporthal, gymzaal en zwembad). In Amersfoort is de gemeente aandeelhouder, in andere gemeentes wordt via een joint venture gewerkt. SRO en de betreffende gemeente zijn dan aandeelhouder en gezamenlijk wordt ieder jaar de opdracht en begroting opgesteld.
Verbouwing met problemen Sinds 1997 zijn in Amersfoort vier MFA’s opgeleverd. Bij de eerste MFA maakte de gemeente, verantwoordelijk voor de welzijns- en sportactiviteiten, deel uit van een VvE waarin ook een kinderopvang en twee scholen zaten. Na de oplevering verkocht de kinderopvangorganisatie haar eigendom aan het pensioenfonds van de opvang, dat vervolgens startte met een verbouwing. Op technisch vlak en in de communicatie met de andere eigenaren ging er het nodige mis, vertelt Yvonne Wesselink van de gemeente Amersfoort. “De verbouwing zorgde voor hoge kosten voor de VvE. De schoolbesturen,
IJburg College, Amsterdam
Sporthal Calvijn College, Amsterdam
29 Schoolfacilities, september 2018
>>
die hiermee geen rekening hadden gehouden, legden de kosten terug bij de gemeente.” Allerminst een wenselijke situatie voor de betrokken partijen. Daarom ging Amersfoort op zoek naar een ander beheermodel.
Geen misverstanden
Bij de andere MFA’s sloot Amersfoort een MeerPartijenOvereenkomst voor exploitatie en beheer af met de aanwezige partijen in de accommodatie (onder meer basisonderwijs, welzijn en kinderopvang). De gemeente blijft eigenaar van de MFA, SRO doet de uitvoering van het eigenaarsonderhoud. “Alle risico’s ten aanzien van de accommodaties zijn hiermee evenredig verdeeld”, zegt Wesselink. “Zo kunnen daarover geen misverstanden meer ontstaan.”
Duidelijkheid en rust
In de overeenkomst is vastgelegd dat de kosten voor het gebruik van de accommodatie worden verdeeld op basis van de vierkante meters die iedere organisatie gebruikt. De accommodaties hebben een vaste beheerder. Annalies van Zoeren van SRO merkt dat deze constructie voor duidelijkheid en rust zorgt. “Als er een kraan stuk gaat, regelt de beheerder een nieuw exemplaar. SRO zorgt voor de schoonmaak in de accommodatie. Energie-inkoop gaat via grote contracten. De partijen in de accommodatie hebben zo geen last van gedoe, dat vinden ze fijn. Ieder kwar-
taal krijgen ze een rapportage over de financiële stand van zaken en kan er, indien nodig, worden bijgestuurd.”
Geen zorgen
In De Bron, één van de nieuwe MFA’s in Amersfoort, plukt men de vruchten van deze aanpak. Onderwijs en kinderopvang maken gebruik van hun deel van de accommodatie, zonder zich zorgen te hoeven maken over zaken als beheer en schoonmaak. Na schooltijd kunnen (sport) verenigingen met een toegangscode het pand in en in de sportzaal trainen of wedstrijden spelen. Voor calamiteiten is er een 24-uurs dienst die altijd gebeld kan worden.
Groot of klein
Van Zoeren merkt wel dat sportverenigingen de voorkeur hebben voor een sporthal (groter dan een sportzaal). Het onderwijs heeft over het algemeen liever kleinere sportruimtes, zodat de eventuele geluidsoverlast beperkt blijft. De sportfaciliteiten in De Bron voldoen nu niet aan de KNVB-richtlijnen voor zaalvoetbal. Officiële KNVBwedstrijden kunnen er niet worden gespeeld. Daardoor zijn er minder mogelijkheden om de sportzaal te exploiteren ten bate van een kostendekkende situatie. Een onderwerp waarover de aanwezigen graag een volgende keer willen doorpraten. ■
Wat logisch is, is nog geen praktijk
Het is planologisch gezien een behoorlijke uitdaging om een schoolgebouw goed in te passen in haar omgeving. Een sporthal bij de school betekent vaak een verdubbeling van de ruimtevraag. Het werken met samengestelde budgetten voor onderwijs-, sport- en buurtactiviteiten brengen extra fi nanciële en planningsrisico’s met zich mee.
Vanwege wet- en regelgeving is het erg ingewikkeld om een efficiënte exploitatie- en beheer organisatie in te richten.
Meedoen?
Dat kan.
Wilt u meedoen met één van de netwerken die binnen Bouwstenen actief zijn, bijvoorbeeld over beleid en vastgoed, onderwijs, multifunctionele accommodaties of sportaccommodaties? Of wilt u partner worden?
Meld u dan aan via www.bouwstenen.nl, stuur een mail naar post@bouwstenen.nl of bel 033 2584339.
‘Bijschri van de foto’
De Bron, Amersfoort
Schoolfacilities, september 2018 30
Mobieltjes thuis
Door: Schoolfacilities
Franse kinderen die dit najaar weer naar school gaan, moeten hun mobieltjes thuis laten. Er geldt namelijk een smartphoneverbod. De Franse Tweede Kamer heeft besloten dat leerlingen onder de 15 geen smartphone op school mogen. Moeten we de smartphone alsnog verbieden?
Het lijkt een gelopen race. Het ene na het andere onderzoek laat immers zien dat het gebruik van smartphones afleidend werkt en de leerprestaties van leerlingen vermindert. Soms zorgt de aanwezigheid van een telefoon al voor afleiding, terwijl hij niet eens gebruikt wordt. Dat merkten wetenschappers van de de University of Southern Maine, die twee groepen opdrachten lieten uitvoeren, de ene met telefoon en de andere zonder. De telefoonloze groep scoorde veel beter.
En onderzoekers van de London School of Economics vergeleken de toetsresultaten van scholen voor en nadat een smartphoneverbod werd ingevoerd. Ze maakten hun toetsen 6.4% beter ná invoering van het verbod. Vooral scholieren met leerproblemen hadden baat bij het verbod: zij scoorden 14% hoger toen ze hun telefoon thuis moesten laten.
Weg ermee
Verbieden dat ding, is de reactie van veel docenten. “Elke les zie ik hoe het telefoongebruik leerlingen afleidt en afhoudt van hun werk. Boeken worden vaak vergeten, maar de telefoon nooit”, schreef docent Vincent Fiddelaar in Trouw. Hij sprak zelfs met werkgevers die geen zin hadden
om mbo-studenten te begeleiden, omdat ze altijd op hun telefoon kijken. “Als wij leerlingen moeten voorbereiden op hun toekomstige plaats in de maatschappij dan moeten we hen misschien soms wel eens beperkingen opleggen.”
Docent Johannes Visser, die voor de Correspondent over onderwijs schrijft, was enthousiast toen zijn mentorklas een week lang de telefoons buiten het klaslokaal hield. Nog belangrijker: de leerlingen zagen zelf ook voordelen. Ze konden beter bij de les blijven, en begonnen dan maar aan dat ene boek. Omdat ze toch niets beters te doen hadden.
Geboren met telefoon
Toch zijn er mensen die een totaalverbod op smartphones in de klas niet zien zitten. Zoals van Anouk Gielen, vorig schooljaar voorzitter van het LAKS. “We moeten scholieren juist leren met de aanwezigheid van smartphones om te gaan. Om gewoon aan de slag te gaan en die telefoon een tijdje in de tas te laten zitten”, zei ze tegen het Parool.
“Kinderen van nu worden ongeveer geboren met een telefoon in de hand. Dat moeten we niet ontkennen, maar bedenken hoe we mediawijsheid in het onderwijs gaan vormgeven. Scholieren moeten leren hoe ze de discipline om hun telefoon weg te leggen kunnen opbouwen, maar ook over hoe veilig om te gaan met sociale media.” Gielen wordt gesteund door Israëlisch onderzoek van een paar jaar geleden, waarin de onderzoekers concluderen dat het verbieden van telefoons minder effectief is dan het reguleren ervan.
Leerling
In België heeft het Franse besluit de discussie aangewakkerd. Smartphones en andere digitale tools maken nu eenmaal deel uit van onze maatschappij, betogen tegenstanders. We kunnen leerlingen dus beter leren hoe ze daarmee om moeten gaan, dan het verbieden.
“Onze kinderen beschermen voor de smartphone doen we niet door hen ervan af te schermen”, aldus een opiniestuk in het Vlaamse weekblad Knack. “Bespreek cyberpesten tijdens de lessen godsdienst. Behandel fake news tijdens de lessen geschiedenis, terwijl je je leerlingen laat zoeken naar voorbeelden op een sociaal netwerk. Enkel zo zorg je dat leerlingen voorbereid de volwassen wereld intrekken.” Telefoons met mate dus, mét educatieve bijsluiter.
Schoolfacilities, september 2018 Smartphone 31
Begin op tijd; Informatieplicht rond energiebesparing
De informatieplicht rond energiebesparen de maatregelen stelt nieuwe eisen aan scholen. Ze moeten zelf in actie komen en zich verantwoorden. Het is van belang tijdig te beginnen.
Stef Strik, coördinator energie besparing bij het ministerie van Economische Zaken en Klimaat, legt uit waar het idee van de informa tieplicht vandaan komt. “Via de Wet milieubeheer worden al 25 jaar eisen gesteld aan energiebesparing. Er is nooit goed op gehandhaafd en ik weet uit ervaring dat het ook best lastig is. Er is nog geen bedrijf gesloten omdat er onvoldoende aandacht was voor energiebesparing. De informatieplicht heeft vooral tot doel dat partijen zich bewust worden van de mogelijkheden energie te besparen. Dat zij nagaan welke maatregelen er zijn en waar om ze die wel of niet toepassen. Dat moeten ze als straks, als de wet in werking is, zelf motiveren.
Erkende maatregelen
In principe zijn alle scholen, ook kleine, op basis van de Wet milieubeheer verplicht energiebesparende maatregelen te treffen. Er is speciaal voor onderwijsinstellingen een lijst met erkende maatregelen die zich in vijf jaar of minder terugverdienen. Maatregelen die scholen geacht worden te nemen. Denk aan isolatie, slimme meters en LED-verlichting, tijdschakelaars, aanwezigheidsde tectors, gebalanceerde ventilatie, warmteterugwinning of lagere stroomspanning.
Grootverbruikers
De informatieplicht geldt alleen voor middelgrootverbruikers van energie. Het gaat om bedrijven, gemeenten en scholen die meer dan 50.000 kWh elektriciteit en/of meer dan 25.000 m3 gas per jaar gebruiken. “Dat is dan zonder saldering”, legt Strik uit. “Bedrijven mogen de energie die ze zelf opwekken daar niet vanaf trekken. Het gaat in eerste instantie niet om de opwekking, maar om het maximaal gebruik maken van de besparingsmogelijkheden.”
Informatieplicht
De verwachting is dat zo’n 125.000 tot 200.000 bedrijven en instellingen onder de informatieplicht gaan vallen. Strik: “Het Ministerie werkt samen met VNO/NCW en MKB aan een communicatietraject om bedrijven te informeren over deze informatieplicht. Dat doen we vooral via brancheverenigingen. Daarnaast kunnen betrokkenen voor vragen straks bellen met een helpdesk bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).
Vooral grotere scholengemeen schappen, voortgezet onderwijs, beroepsonderwijs en universiteiten zullen onder de informatieplicht gaan vallen. Zij ontvangen hierover begin 2019 een brief.
Melden
“Voor de registratie van de informatieplicht gaat er begin 2019 een landelijk, digitaal registratiesysteem in de lucht. Scholen die onder de informatieplicht vallen moeten daarin voor 1 juli 2019 aangeven welke maatregelen ze wel en niet hebben genomen. Gemotiveerd afwijken kan, maar na 1 juli kan de melding niet meer worden gewijzigd”, legt Strik uit. “Na 1 juli 2019 worden de melders
‘Bijschri van de foto’
‘Bijschri van de foto’
door: Schoolfacilities
Schoolfacilities, september 2018 32
beoordeeld en in categorieën ingedeeld: groen voor scholen die de boel op orde hebben, oranje voor scholen waar nog mogelijkheden ongebruikt zijn, rood voor scholen die te weinig hebben gedaan en zwart voor scholen die geen melding hebben gedaan.”
Tijdig starten
Juli 2019 lijkt nog ver weg, maar het verzamelen van informatie en het up-to-date maken van het informatiesysteem vraagt de nodige aandacht. Daar valt voor veel scholen nog wat te doen. En om te voorkomen dat er straks een handhaver op de stoep staat, kan het handig zijn de maatregelen die op korte termijn, binnen nu en 1 juli 2019, kunnen worden getroffen vast te leggen en voor de rest een goed antwoord te formuleren en de maatregelen in te plannen.
Handhaving
De handhaving richt zich in eerste instantie vooral op de bedrijven uit de categorie rood en zwart. Het bevoegd gezag krijgt deze gegevens vanuit het Rijk doorgespeeld en kan dit gebruiken voor de prioritering van het toezicht. Het toezicht wordt gedaan door de gemeenten of de 29
Energiebesparing
Actualisatie erkende maatregelen
Omgevingsdiensten die Nederland rijk is. Strik: “Er worden voor het toezicht extra middelen vanuit het Rijk in het gemeentefonds gestort, als doeluitkering. Het bevoegd gezag kan dan gebruik maken van het standaard handhavingsprotocol. Scholen die niet voldoen krijgen eerst een brief, daarna worden verdere acties ondernomen.”
Gaan gemeenten zichzelf handhaven?
De hamvraag is natuurlijk hoe de handhaving in de praktijk gaat lopen. Gaan gemeenten de Wet milieubeheer handhaven als scholen onvoldoende maatregelen hebben getroffen? Veel scholen uit het primair en voortgezet onderwijs zullen direct weer bij de gemeente aankloppen voor financiering van de maatregelen.
Gaan gemeenten dan zichzelf handhaven? Strik: “Gemeenten maken zichzelf erg ongeloofwaardig als ze wel energie- en klimaatbeleid voeren en bedrijven hierop aanspreken, maar zelf niet in actie komen. Ik heb er alle vertrouwen in dat scholen en gemeenten de energiebesparing serieus oppakken, en zo ook een bijdrage leveren aan het behalen van de landelijke energie- en klimaatdoelen voor 2020.”
Op de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) zijn lijsten met erkende maatregelen te vinden voor de gezondheidszorg- en welzijnszorginstellingen, kantoren, onderwijsinstellingen, sport en recreatie, hotels en restaurants en de detailhandel. In de zomer van 2018 zijn ze tekstueel verduidelijkt, geüniformeerd en zijn de terugverdientijden geactualiseerd. Maatregelen die in het verleden niet rendabel werden geacht, zijn opnieuw doorgerekend. Daarnaast zijn nieuwe technische opties op hun rendabiliteit beoordeeld. Medio oktober 2019 is er nog een internetconsultatie over de maatregelen en het juridisch traject rond de informatieplicht.
Zie www.infomil.nl/ onderwerpen/duurzaamheid-energie/energiebesparing/ erkende-maatregelen/
Meer weten over de informatieplicht?
Kom op 4 december naar de jaarbijeenkomst van Bouwstenen en ga in gesprek met elkaar, scholen en gemeenten, de brancheverenigingen en betrokken Ministeries. Stef Strik zal er ook bij zijn. Zie www.bouwstenen.nl/jaarbijeenkomst voor het programma en de mogelijkheid u aan te melden.
‘Bijschri van de foto’
Stef Strik
Schoolfacilities, september 2018 33
De schoonmakers van lerend Nederland
Schoon… Schoon is van iedereen. Ook van iedereen in het onderwijs. Daarom zetten duizenden Hago-medewerkers zich elke dag graag in voor meer dan 259.000 leerlingen en studenten in het basis- en voortgezet onderwijs, MBO, HBO en wetenschappelijk onderwijs.
Hago is het grootste schoonmaakbedrijf van Nederland. Een landelijk opererend familiebedrijf met ruime ervaring in de schoonmaakdienstverlening en specialistische schoonmaak. We maken onder meer schoon in het onderwijs, kantoren, industrie, treinen, op Schiphol en in de zorg. ’s Ochtends, ’s avonds en steeds vaker overdag.
Wij staan aan de basis van bijzondere momenten in het leven van vrijwel iedereen. Zo ook in het onderwijs. Van basisscholen tot en met universiteit zorgen wij voor een schone en veilige leeromgeving. Zodat leerlingen en studenten het beste uit zichzelf kunnen halen. En daar zijn wij bij Hago ontzettend trots op. Want schoonmaken is een vak, een vak dat zich bij ons de afgelopen jaar enorm ontwikkeld heeft.
Hago staat voor schoonmaak op maat, die past bij de wensen van iedereen. Schoonmaak waar je geen omkijken naar hebt. Meedenkend en proactief handelend vanuit ons eigen vakspecialisme. Klantkennis combineren met vakkennis. Ons voortdurend blijven ontwikkelen om het beste uit onszelf te halen. Vooruitgang door mensenwerk. Samen stappen zetten. Dat is waar wij elke dag weer voor gaan.
Nederland B.V.
Koffie in het onderwijs
Koffie en onderwijs gaan goed samen. Want werken in het onderwijs is mooi, maar kan ook pittig zijn. Een goede kop koffie komt dan als geroepen. Fortune Coffee biedt een praktische, betaalbare maar vooral lekkere oplossing voor de koffievoorziening bij jou op school.
Met verschillende soorten automaten kies je altijd een automaat die aansluit op jouw wensen. Met een vriesdroogautomaat tap je binnen enkele seconden een kop koffie. De freshbrewautomaat biedt verschillende koffievariaties, die smaken als de koffie thuis. Voor luxe kies je een bonenautomaat, waarbij voor elke kop koffie bonen vers gemalen worden.
Niet alleen zorgen we voor koffie en automaten. Ook voor warme chocolademelk, thee, waterkoelers en soep staan we voor je klaar. Zo bied je het totaalplaatje aan je medewerkers en docenten aan, maar ook gasten, ouders op ouderavonden of leerlingen.
Persoonlijk contact hoort bij onderwijs. Ook wij vinden dit erg belangrijk. Daarom regel je alles rondom de koffie met één contactpersoon. De koffieleverancier komt geregeld langs om de voorraad aan te vullen en onderhoud te plegen. Toch een storing? Dan staan we vaak dezelfde dag nog op de stoep. Zo geniet iedereen altijd van lekkere koffie.
Wil je meer weten over wat Fortune voor jouw school kan betekenen, of de koffie eens proeven? Bel gerust naar 0800-1012 of bezoek onze website fortune.nl en maak een afspraak met de koffieleverancier bij jou in de buurt.
Fortune Coffee
Telefoonnummer: 0800-1012
Marcel Mannheims en Matthijs de Vos
34 Kennispartners Schoolfacilities, juni 2018Schoolfacilities, september 2018
Hago
Contactpersonen: Marcel Mannheims: 06-474 16 557 Matthijs Vos: 06-523 64 174
Kennispartners
Ict voor een goed jaar
Voor een goede start van een nieuw schooljaar is het belangrijk dat de ict op jouw school goed is geregeld. Kennisnet geeft 4 tips.
Zorg voor goede ict
Niets is vervelender dan het schooljaar starten zonder goed werkend internet of een virus in het systeem. Een soepel begin van het schooljaar vraagt om een professionele ict-infrastructuur. Hoe doe je dat als schoolbestuur of schoolleider? In de Kennisnet-podcast over ict-infrastructuur, geven Michael van Wetering en Hans Pronk, experts op het gebied van ict-infrastructuur en internettechnologie, adviezen over hoe je dat aanpakt. Beluister deze podcast via kn.nu/podcast-ict. Ook helpen we je op weg met de Handreiking Internetverbinding. Een handige brochure waar je alles leest over toegang tot het internet. Ook vind je er tips en adviezen die jou helpen bij de afweging wat voor jouw school het beste werkt. Benieuwd? Lees de handreiking via kn.nu/handreiking-internetverbinding.
Beheer je devices
Werk je met devices of wil je met devices gaan werken? Denk dan goed na over het beheer ervan. Mobile Device Management (MDM) helpt je hiermee. Dit is software waarmee je tablets, laptops en Chromebooks e ectief inzet in de klas, doordat je ze op afstand beheert.
De tijd die je vooraf investeert, win je later dubbel en dwars terug. Benieuwd naar MDM en wil je ermee aan de slag? Kennisnet helpt scholen op weg met praktijkverhalen in de podcast en een praktische brochure over MDM-software. Daarin lees je wat MDM is, waarom het past in een moderne ict-inrichting en hoe je de juiste keuze maakt voor jouw organisatie door de handige keuzehulp. Lees de brochure via kn.nu/MDM.
Privacy op orde
Dit jaar is de nieuwe Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) ingegaan. Deze nieuwe privacywetgeving verplicht scholen om het beleid rond informatiebeveiliging en privacy (IBP) op orde te hebben. Om scholen hierbij te helpen, hebben Kennisnet en de sectorraden de aanpak IBP ontwikkeld. Deze aanpak helpt scholen bij het maken van IBP-beleid. Ga aan de slag met de aanpak IBP zodat je school voldoet aan de nieuwe privacywetgeving. De aanpak voor het primair en voortgezet onderwijs vind je op kn.nu/aanpakIBP-po-vo. De Aanpak IBP voor het mbo en vind je op kn.nu/ aanpak-IBP-mbo.
Verminder werkdruk
Wat kunnen scholen doen om werkdruk te verminderen, eventueel met behulp van ict? In een praktische verkenning bij vier basisscholen in het primair onderwijs onderzochten Kennisnet en de PO-Raad hoe en op welke manier ict de werkdruk kan verminderen.
Meer weten? Via kn.nu/werkdrukverminderen lees je meer over de verkenning naar werkdruk in het onderwijs. Wil je zelf aan de slag? Op versnellingsvragen.nl/werkdruk vind je praktische informatie over de aanpak in de scholen en hoe jij zelf aan de slag kunt.
Kennisnet Telefoonnummer: 0800-321 22 33
Lumia van Rentokil
Lumia van Rentokil
35 Schoolfacilities, juni 2018Schoolfacilities, september 2018
‘Bijschri van de foto’ ‘Bijschri van de foto’ Kom ook! ‘Duurzaam en fris’ 4 december 2018 WTC Rotterdam Meer informatie en aanmelden: www.bouwstenen.nl/ jaarbijeenkomst