![](https://assets.isu.pub/document-structure/230414052654-2b821547a551f5e591fdf8b04a78d634/v1/51673400d56fad5bc6363560f7869e48.jpeg?width=720&quality=85%2C50)
3 minute read
DIEREN RIJK
Mark Hulsebosch is de derde generatie die aan het roer staat. Hij geniet van zijn werk en van het buitenzijn in de natuur. Mark: ‘Het begon toen mijn opa hier halverwege de vorige eeuw een paar hectares liet omspitten om ze geschikt te maken voor de bollenteelt.’ Grootvaders bedrijf is flink doorgegroeid. Momenteel heeft Mark veertig hectare te onderhouden in De Zilk, en twaalf elders. ‘We doen leuk mee,’ lacht hij bescheiden, en vertelt dat er in de zomer zomaar veertig uitzendkrachten en scholieren op zijn bedrijf kunnen rondlopen.
SEIZOENEN
Advertisement
‘Bollenkweker zijn is een prachtig vak,’ vertelt Mark. ‘Al heb ik eerst mijn weg moeten zoeken. Na mijn studie werktuigbouwkunde werkte en woonde ik een aantal periodes in Canada en heb ik agrarische bedrijven bezocht in China: die ervaringen heb ik meegenomen naar huis. Ik houd van de uiteenlopende aspecten aan het vak: het technische, het economische, het onderhouden van je grond, het vele buitenzijn, alles.’
De bloembollenkwekerij in De Zilk, waar tulpen en hyacinten worden geteeld, heeft veel natuur rondom.
‘Het is heerlijk om de afwisselende seizoenen mee te maken. Bovendien vind ik het erg mooi om te zien hoe de vele voorbijgangers en toeristen genieten van alle kleuren als onze bollenvelden in bloei staan.’
Stikstofvreters
Marks liefde voor de natuur vertaalt zich ook in het zo duurzaam mogelijk willen verbouwen van de gewassen. ‘Om de gronden zo min mogelijk uit te putten, kunnen we hetzelfde gewas grofweg maar eens in de vijf jaar op hetzelfde stuk land plaatsen. Vandaar dat we ook telen op andere plekken in Nederland, om zo uit te komen met de vruchtwisseling. Dat vermindert de druk op de akkers hier. Ik ben trouwens blij dat bollen stikstofvreters zijn. Dat is mooi – zeker in deze tijd.’
Botst het bollenbedrijf niet met de dierenwereld? Mark is stellig: ‘Zeker niet, het voegt toe. De laatste jaren ben ik de natuur om me heen steeds meer gaan waarderen en vallen bijzondere dieren me meer op. Agrariërs zijn juist de hoeders van de natuur. Als het tegen de winter loopt en we de ingeplante percelen afdekken met een dikke laag tarwestro om het wegstuiven van het zand en vorstschade te voorkomen, zie je dat veel vogels daarvan profiteren door er een warm plekje voor zichzelf te maken.’
GELE KWIKSTAARTEN
Op de beschutte akkers tussen de bossen vind je een rijkdom aan dieren, vertelt Mark. ‘Er zitten hier allerlei roofvogels, maar ook patrijzen, gele kwikstaarten en veldleeuweriken. Vele daarvan nestelen tussen de bollen. Daar hebben ze alle tijd om hun eieren uit te broeden. Bij het koppen van de bloemen begin mei raken we de nesten niet, en als we aan het begin van de zomer de bollen rooien, zijn de vogels allang vertrokken.’
Mark heeft gemerkt dat bijzondere flora en fauna je pas gaan opvallen als je je erin verdiept. Door de intensieve cursus Jacht & Faunabeheer te volgen en het daarbij behorende jachtexamen af te leggen, heeft hij veel bewondering voor de natuur gekregen. ‘Het is ongelofelijk wat je allemaal moet weten voordat je een jachtakte kunt aanvragen. Mijn ogen en oren zijn echt geopend. Op deze manier weet je zeker dat enkel mensen met kennis en liefde voor de natuur op pad gaan om het natuurlijke evenwicht in deze streek te behouden.’
![](https://assets.isu.pub/document-structure/230414052654-2b821547a551f5e591fdf8b04a78d634/v1/abf0f8272ad198b0f38834a40c126ab7.jpeg?width=720&quality=85%2C50)
In 2009 en 2010 ploegde een te grote populatie damherten velden om en richtte zo bij kwekers voor honderdduizenden euro’s schade aan. Ook vormden de herten een gevaar voor het doorgaande verkeer. ‘Gelukkig zijn er nu hekken geplaatst en wordt er goed overlegd als de populatie moet worden uitgedund.’
MOOISTE BEROEP
Waar Mark vroeger zonder na te denken met de tractor van a naar b reed, staat hij nu regelmatig even stil voor een haas, eend, torenvalk of buizerd. ‘Daar moet je echt even naar kijken, naar een buizerd. Bijzonder hoe hij zich naar beneden stort om zijn prooi te vangen. Dat is wel een paar minuten vertraging waard!’
Hij doet er, net als zijn collega’s, alles aan om de vogels zich thuis te laten voelen op zijn erf. ‘We doen de dingen weer die onze opa’s ook deden: we plaatsen extra beukenhagen voor leeuweriken en kwikstaarten, of laten bedden staan als er een patrijzennest in zit.’ De bollenkweker is zo bevlogen dat hij ook de scholieren die zomers bij hem werken op allerlei dieren wijst. ‘En zelf zet ik fraaie dingen ook op social media. Ik heb echt het mooiste beroep van de wereld!’