01
najaar 2016
cepezed@work
Foto’s: cepezed | Léon van Woerkom
In het Centrum van Utrecht transformeert consortium R Creators momenteel de voormalige Knoopkazerne tot rijkskantoor De Knoop, een algemene werk-, ontmoetings- en vergaderplek voor rijksambtenaren. De herontwikkeling vindt binnen een DBFMO-opdracht van het Rijksvastgoedbedrijf plaats door het consortium R Creators. Integrale samenwerking is daarbij essentieel.
300
R Creators is een samenwerking tussen Strukton, Facilicom en Ballast Nedam die niet alleen verantwoordelijk is voor het ontwerp ( (Design ), de bouw ((Build Build)) en de financieBuild ring ((Finance) van het gebouw, maar ook tot twintig jaar na oplevering voor het onderhoud ( (Maintain ) en de exploitatie (Operate) ervan. Het ontwerp is tot stand gebracht met een brede groep ontwerpers en adviseurs, waaronder architectenbureau cepezed voor de architectuur, Fokkema & Partners voor het huisvestingsconcept en interieur en Rijnboutt voor de stedenbouw en buitenruimte. De contractuele zorg voor twintig jaar onderhoud en exploitatie is tijdens het vormgeven een belangrijke invloed geweest. De uitvoeringskennis en -ervaring aanwezig in het consortium hebben daarnaast sterk bijgedragen aan technisch en financieel haalbare oplossingen. Vier betrokkenen vertellen over hun ervaringen.
Ruben Molendijk
Peter Eitjes Procesmanager Rijksvastgoedbedrijf
Fotografie: cepezed
02
Boven De bestaande Luitenant Generaal Knoopkazerne, gebouwd in 1989. Het gebouw is introvert en ligt als een gesloten bastion in het hart van de stad. Rechts Nieuwe situatie na omvorming tot rijkskantoor De Knoop. Het complex opent zich naar de omgeving en maakt actief deel uit van het stedelijk leven. De oorspronkelijke bouw is grotendeels behouden, waarbij maximaal gebruik is gemaakt van de bestaande eigenschappen en kwaliteiten.
Leon van Berkom Projectmanager elektrotechniek R Creators De tijd was tijdens het project zonder meer één van onze grootste vijanden. De toch al krappe planning had een enorme impact op het team. Daarnaast moesten we werken in BIM, wat veel meer vraagt dan een traditioneel proces. Alleen al qua inrichting van hard- en software is BIM een hele uitdaging. Mede vanwege de beperkte tijd en de hoge eisen was iedereen het er direct over eens dat nauw overleg tussen de consortiumpartners en adviseurs cruciaal was. We hebben daarom wekelijkse themasessies gehouden, waarin we telkens een aantal onderwerpen echt integraal hebben beetgepakt. Om elkaar reistijd te besparen vonden deze de ene keer bij cepezed in Delft plaats en de andere keer bij Strukton in Utrecht. Aan de sessies hebben alle disciplines bijgedragen. Zo’n manier van samenwerken maakt dat iedereen goed naar elkaar luistert en de ontwerpers en adviseurs steeds collectief bijdragen aan mogelijke alternatieven. Mede daardoor is een snel, efficiënt, en integraal ontwerpproces ontstaan. Leonie Bomhof Projectleider Maintain & Operate (MO) en intern opdrachtgever R Creators Als vertegenwoordiger van Maintain & Operate én als intern opdrachtgever ben ik al vanaf dag één betrokken. Wij gaan De Knoop straks 20 jaar onderhouden en samen met de najaar 2016
Rendering: Pixelpool
Peter Eitjes Rogier Joosten Leon van Berkom Leonie Bomhof
Knoop
najaar 2016
Naast een goed ontwerp verwacht ik van een architect in een DBFMO-project een sterke bewaking van de integrale kwaliteit. De architect is zo een krachtige partner van ‘de bouwer’, met een zo hoog mogelijke kwaliteit als gemeenschappelijk doel. En dan niet alleen in de beginfase, maar juist ook als het moeilijk wordt en de spanning tussen geld en kwaliteit voelbaar is. Binnen een DBFMO-organisatie staat de architect wat verder van de opdrachtgever/gebruiker dan bij andere typen projecten. Open communicatie in de verschillende fasen is daardoor minder vanzelfsprekend. Bij De Knoop hebben we getracht dat te ondervangen door zwaar te sturen op samenwerking: neem ons als opdrachtgever mee in de afwegingen en keuzemogelijkheden die spelen binnen het spanningsveld tussen prijs, tijd en kwaliteit, zodat we samen een optimum kunnen bereiken. cepezed heeft aan deze vraag steeds goed gevolg gegeven. We hebben een open dialoog gevoerd waarin het bureau zich voortdurend betrokken en constructief heeft opgesteld en zowel kwaliteit als flexibiliteit heeft getoond. Samen met Fokkema en Rijnboutt heeft cepezed een voorlopig ontwerp gemaakt met een kwaliteit die we erg hebben gewaardeerd. Dat gaf veel
goed omgaan. Ze leverden een werkelijk integrale bijdrage, waarbij ze ook meekeken buiten hun vakgebied en positieve feedback gaven op de andere disciplines. We hebben echt samen de tender gewonnen! Het na gunning uitwerken van het integrale ontwerp was natuurlijk een hele klus. We hebben steeds samen onze ideeën vormgeven en bij de klant gepresenteerd, wat heel goed heeft gewerkt. De architecten hebben zich binnen de samenwerking wel steeds lekker eigenwijs en autonoom getoond ook. Al in de dialoogfasen hebben ze ons mede daardoor soms blij verrast met oplossingen die nog mooier waren dan we verwachtten. En die waarschijnlijk beslissend zijn geweest voor het winnen van de tender!
vertrouwen en mede daarom is de opdracht van harte gegund aan R Creators. Na gunning is dit vertrouwen verstevigd door een goede gezamenlijke uitwerking. Rogier Joosten Tendermanager & integraal ontwerpleider R Creators Een project als De Knoop is alleen maar mogelijk wanneer alle partijen voortdurend intensief met elkaar optrekken, gezamenlijk afwegingen maken en zo eigenlijk als één opereren. R Creators heeft daarom veel aandacht besteed aan samenwerking. Zo hebben we er een heldere strategie voor opgesteld en gecommuniceerd, steeds speciale sessies in het traject opgenomen, was samenwerking een apart agendapunt bij alle overleggen en zijn er bijvoorbeeld trainingen feedback geven en conflicthantering geweest. Dat was echt vernieuwend. Met cepezed, Fokkema en Rijnboutt vind ik het heerlijk werken. Ze zijn zelfstandig, coöperatief, professioneel en inspirerend. Een DBFMO-opdracht leidt altijd weer tot een grote organisatie. Zonder in te boeten op kwaliteit konden de architecten daarmee
cepezed@work
opdrachtgever diensten verlenen aan de gebruikers. Werken in een integraal team voor een Publiek-Private Samenwerking (PPS) is voor mij niet nieuw, maar het blijft iedere keer bijzonder en intensief; de dynamiek is binnen ieder consortium weer anders. Vanuit mijn rol probeer ik voortdurend de gebruiker centraal te stellen. Met cepezed is het prettig samenwerken; wanneer we elkaar opzoeken is er ruimte voor dialoog en luisteren we goed naar elkaars standpunten. Het is dan ook altijd gelukt samen oplossingen te vinden waar alle partijen blij mee zijn. In mijn optiek is de integrale samenwerking bepalend voor het succes van een PPS. Bij De Knoop hebben we deze georganiseerd in zogeheten themasessies. Omdat het niet lukte allemaal voltijds met elkaar in één ruimte of gebouw te werken, gebruikten we deze sessies om met elkaar te sparren, ideeën uit te werken en besluitvorming voor te bereiden. cepezed heeft in het Knoop-team een belangrijke rol vervuld als bedenker van het winnende ontwerp. Dankzij de goede samenwerking levert dat straks een gebouw op waar de gebruikers met plezier in gaan werken!
03
Tekening: cepezed
samenwerking
Tekening: cepezed
Ritme
najaar 2016
Tekening: cepezed
OD
Het voormalige Shell-kantoor aan de Oostduinlaan 75 in Den Haag stamt uit 1968 en is oorspronkelijk ontworpen door H.E. Oud, zoon van J.J.P. Oud. Naar plan van cepezed ondergaat het momenteel een transformatie tot complex met uiteenlopende typen en grootten appartementen. Het ensemble bestaat van origine uit een fors hoogbouwvolume met direct haaks daarop een lager bouwblok dat nu is gesloopt ten gunste van nieuwbouw op de bestaande fundering. Dit binnen een hernieuwde stedenbouwkundige setting met bijzondere aandacht voor de kwaliteit en beleving van de openbare ruimte en het omliggende park Oostduin-Arendsdorp. Op de langsgevels na blijft de hoogbouw vrijwel geheel behouden. Uit oogpunt van zowel duurzaamheid als efficiency zijn de bestaande opzet en fijnmazige constructiestructuur daarbij vertrekpunt geweest. Dit heeft geleid tot gemakkelijk realiseerbare woningen met een bijzondere en flexibele typologie.
Tekening: cepezed
Foto: cepezed | LĂŠon van Woerkom
najaar 2016
project
50m 05
04
0m
Rendering: Beeldenfabriek
Foto: cepezed
Rendering: cepezed
Tekening: cepezed
3d overzicht rek
Boven Dwarsdoorsnede over de hoogbouw. Aan de bestaande parkeerkelder is een laag toegevoegd. Midden Links een bestaande plattegrond met kantoorcellen en in het hart de constructieve kern met trappen, liften en gangen. Rechts een plattegrond met appartementen. De kernzone verschaft toegang en is voorzien van vides. Aan de zeezijde (boven) is de bestaande gang betrokken bij de woningen. Onder (vlnr) Bestaande situatie als Shell-kantoor | Nieuwe situatie met kenmerkende geleding en vergroend voorgebied | Het toegevoegde staalgrid met balkons en extra woonruimte | Impressie appartement.
De hoogbouwwoningen liggen weerszijden van de bestaande kernstrook met liften, trappen en gangen, die zo een belangrijk organiserend element vormt. Met inbreng van vides om de ruimtelijkheid te vergroten, dient het middengebied ook als ontsluitingszone. Aan de entreezijde krijgt het blok een horizontaal gelede, drie meter diepe uitbreiding met balkons en vergrotingen van de achtergelegen woonkamers. Onderbrekingen in deze aanbouw vormen samen twee grootschalige verdiepingen van het gevelvlak, die bijdragen aan een intrigerend aanzicht. De constructieve kopgevels van Franse kalksteen blijven geheel behouden. Aan de zeezijde zijn binnen de contouren van de bestaande bouw loggia’s als buitenruimte opgenomen. De gevelindeling is hier speelser, met een sterke ritmiek van zowel horizontale als verticale belijningen. De voormalige verkeerszone langs de trappen en liften is aan de zeezijde bij de woningen betrokken. Omdat het gebouw destijds is gerealiseerd als kantoor hebben de appartementen een grote vrije hoogte die sterk bijdraagt aan de ruimtelijke kwaliteit.
cepezed@work
Foto: Michiel Plas
Jaar
Foto: Michiel Plas
06
cepezed en het CHDR hebben samen een lange geschiedenis, die zich belangrijk kenmerkt door de eigenzinnigheid van beide ondernemingen. ‘Toen wij in de jaren negentig een eigen gebouw wilden, werd er op het Bio Science Park vooral veel lelijks en dysfunctioneels opgetrokken,’ vertelt professor Cohen in het hoge, lichte bedrijfsrestaurant van zijn researchorganisatie aan de Zernikedreef. ‘Er waren alleen maar ontwikkelaarsgebouwen: schraal, duur en generiek. Voor je ze kon gebruiken, moest je ze eerst nog ingrijpend verbouwen. Wat heb je er dan aan?’ zelf ontwikkelen Uiteindelijk besloot het CHDR zelf te ontwikkelen. ‘We wisten alleen niet hoe dat moest, we hadden daar geen enkel verstand van,’ vertelt Cohen. In zijn ogen is de pret te lezen die hij weer beleeft bij zijn rebelse aanpak van destijds. ‘cepezed heeft ons toen helemaal ondersteund en begeleid. Het bureau ging bijvoorbeeld mee naar de gemeente voor de grondonderhandelingen. Dan troffen we daar toch weer zo’n ontwikkelaar, erbij gehaald door de gemeente. “Wat doet u hier?” vroeg cepezed. De inzet van de hele onderneming was immers de marge van de ontwikkelaar te elimineren en zo alle investering en ontwerpkwaliteit aan onszelf ten goede te laten komen.’ Het resultaat mocht er zijn. Voor een bescheiden budget realiseerden cepezed en het CHDR een gebouw met een verrassende typologie zoals die nog nooit eerder was gezien. Het bestaat uit twee volledig transparante, vrij indeelbare beuken met een atrium ertussen, aan de buitenkant geflankeerd door grote, zwarte schermen van geperforeerd staal. Binnen heerst zo een opvallend open en lichte sfeer, terwijl het gebouw van buitenaf grotendeels aan het oog onttrokken is. ‘Zeker als je het vergelijkt met wat er voor een soortgelijk bedrag verder te koop was, was het revolutionair,’ zegt Cohen. Het gebouw won zowel de Nationale als de Europese Staalprijs, is veel besproken in de internationale architectuurpers en terug te vinden in verschillende monografieën over moderne onderzoeksgebouwen. Ook was het energiezuinig nog voor dit een belangrijk thema in de bouw werd: het CHDR kreeg aanschrijvingen van de energie-
leverancier omdat het niet genoeg verbruikte. ‘Maar bovenal,’ zegt Cohen, ‘paste het gebouw goed bij onze organisatie. Het reflecteerde hoe het CHDR werkt; onze multidisciplinaire activiteiten vragen om openheid en een ontmoetingsplaats. Waar andere gebouwen heel gesloten waren, vervulden die transparantie en dat atrium van ons die behoeften perfect. Die waren voor toen ook echt vooruitstrevend. Naar buiten straalde het gebouw daarnaast het beeld van een integrale organisatie uit. Dat had allemaal merkbaar effect; op klanten, maar ook op personeel. Mensen wilden graag bij ons komen werken.’ CHDR II Voor het nieuwe gebouw volgde de tandem CHDR-cepezed een gelijke manier van werken. Weer besloot het CHDR tot zelf doen en bood cepezed inhoudelijke en procedurele begeleiding. Zo was het bureau vertegenwoordigend gesprekspartner op bijvoorbeeld het gebied van stedenbouw. ‘cepezed is een gerenommeerde firma die de regels kent, voorbeelden kan aandragen en zo ook gezag uitstraalt,’ zegt Cohen. ‘Dat maakt dan dat de gemeente bereid is veren te laten die ze anders nooit zou laten. Ze vond de betrokkenheid van cepezed natuurlijk ook fijn; de architecten leveren een kwaliteit waar de rest van het Bio Science Park niet om bekend staat.’ De samenwerking tussen opdrachtgever en opdrachtnemer verliep wederom uiterst soepel. Omdat veel mensen al lang bij het CHDR werken, kostte het weinig moeite al het echt belangrijke scherp te krijgen en de benodigde informatie op te stellen. Uitgangspunt was daarnaast dat er over de toekomst weinig met zekerheid te zeggen valt en het gebouw dus superflexibel moest zijn. Eigenlijk was er maar één echt voorbehoud. ‘We zeiden: “Als je weer met een zwart gebouw komt, krijg je de opdracht niet.” Toen werd het een wit gebouw,’ lacht Cohen. Wederom prijswinnend ontwierp cepezed ditmaal een strak gedetailleerde toren van acht daglichtrijke verdiepingen onder meer geschikt voor Het Nieuwe Werken. Aan de voorzijde bevinden zich functies als de receptie, een auditorium en de verschillende kantoren, die deels ook zijn verhuurd aan samenwerkingspartners. In de achterzone
cepezed@work
zijn onder andere het bedrijfsrestaurant en de belangrijkste onderzoeksfuncties ondergebracht. De bovenste verdiepingen vormen een comfortabel verblijf voor de proefpersonen. Tussen de voor- en achterzone in bevindt zich een facilitaire strook die ook het trappenhuis bevat. ‘Dit vind ik eigenlijk het aardigste deel van het gebouw,’ vertelt Cohen daarover. ‘Het is echt een ontmoetingsplek en je kunt hier overal iedereen zien. We zwaaien ook steeds naar elkaar.’ Ook nu merkt Cohen een significant effect van het gebouw op zijn bedrijf. Daar zitten veel facetten aan: ‘Het zit ’m in de reacties van klanten, samenwerkingspartners en andere bezoekers, maar ook in hoe de medewerkers en proefpersonen het pand gebruiken: de manieren van werken en verblijven resoneren helemaal met de architectuur. “Dit hebben we nog nooit gezien,” hoor ik vaak; qua ruimte, qua sfeer, qua wat er gebeurt. Sommige proefpersonen komen bij wijze van spreken depressief naar binnen en gaan blij weer naar buiten of willen niet meer weg. Dat zit in de aandacht die ze krijgen, maar ook in het gebouw. Het trekt ook klanten aan en goede werknemers, wat maakt dat we hier meer technologische kennis bijeenbrengen dan anderen. Sinds we hier zitten zijn we alweer zo’n 30 tot 40% per jaar gegroeid.’
najaar 2016
Jeroen Hendriks
Boven De dwarsdoorsnede toont de ruimtelijke opzet van het pand met de drie ongelijke stroken in de diepterichting. Midden Prof. dr. Adam Cohen, directeur CHDR: ‘Door de open trappartij ben je altijd in contact met andere mensen en met wat er in het pand gebeurt.’ Links boven Aanzicht voorzijde aan de Zernikdreef. Om het volume op de gegeven kavel kwijt te kunnen is de nieuwbouw een stuk hoger dan het oorspronkelijke gebouw. Links onder De bovenste verdieping heeft slaapruimten voor langdurig verblijf, daaronder bevinden zich de onderzoekskamers en gemeenschappelijke ruimte.
07
Het Centre for Human Drug Research (CHDR) in Leiden doet onderzoek naar de (bij) werking van medicijnen. Het bedrijf begon eind jaren tachtig in een oude barak naast het Leids Universitair Medisch Centrum. In de jaren negentig betrok het een spraakmakend cepezed-gebouw op het Bio Science Park. Dit werd verschillende keren uitgebreid, maar de onderneming bleef groeien. In 2013 verhuisde zij naar een groter onderkomen direct naast het oude, wederom ontworpen door cepezed. Directeur prof. dr. Adam Cohen van het CHDR: ‘Het is ongelofelijk wat een goed gebouw doet voor een bedrijf.’
Tekening: cepezed
Pret Foto: cepezed | Léon van Woerkom
Tekening: cepezed
interview
najaar 2016
Jaarbeurs Mede door zijn centrale ligging en bereikbaarheid is de Jaarbeurs uitgegroeid tot het grootste beurs- en evenementencomplex van Nederland. Om ook in de toekomst te kunnen concurreren, maakt de organisatie zich op voor een grootschalige herontwikkeling. cepezed en Jaarbeurs hebben hiervoor een masterplan opgesteld dat onder meer is gericht op verduurzaming, efficiënter ruimtegebruik, verbeterde logistiek, meer belevingswaarde en in het verlengde daarvan een sterkere connectie met de omgeving en de stad. Dubbel grondgebruik, de integratie van substantiele groenzones en de activatie van de randen van het complex zijn belangrijke thema’s. Het plan concentreert alle parkeerfaciliteiten aan de overzijde van het Merwedekanaal. Met extra capaciteit en OV-voorzieningen gaat de zone hier functioneren als mobiliteitshub en toegangspoort tot zowel Jaarbeurs als de stad. Door concentratie van het parkeren langs het kanaal en sloop van de bestaande Oranjehal komt langs de Croeselaan ruim acht hectare grond vrij. Onder regie van de gemeente komen hier functies als wonen, werken, horeca, retail, cultuur en leisure. Een centraal element in het masterplan is de voetgangersas tussen het parkeergebied aan de ene kant en het Beatrixtheater/de nieuwe OV-terminal aan de andere. Deze is geflankeerd door levendige en uitnodigende functies als horeca, retail en andere bedrijvigheid. Het masterplan is in de huidige versie geen blauwdruk maar uitgangspunt voor verdere uitwerking en concretisering.
09
ckel
najaar 2016
inspiratie
Hae najaar 2016 08
Haeckel Meer dan uit het werk van andere architecten haal ik mijn inspiratie eigenlijk uit de natuur. Ik ben eindeloos gefascineerd door de veelvormigheid van flora en fauna, maar ook door de efficiëntie die je daarin aantreft en de uiterst complexe manieren waarop in de natuur alles met alles samenhangt. In onze architectuur vertaalt die fascinatie zich niet zozeer in vormentaal; wij staan bekend om ‘de mooiste dozen van Nederland’, niet om gebouwen met bijvoorbeeld een organische vormentaal of iets dergelijks. Qua efficiëntie en integraliteit put ik wel uit de natuur. Ontwerpen en bouwen is in wezen ook een soort evolutionair proces, waarin je voortborduurt op wat er al is en steeds het maximale binnen de gegeven kaders wilt bereiken. Vergaande vereenvoudiging, repetitiviteit en de intelligente verknoping van functies gaan hierbij vaak gelijk op. Razend interessant en van grote grafische kwaliteit zijn de tekeningen door de Duitse vorser Ernst Haeckel (1834-1919). Haeckel had zowel een sterk wetenschappelijke als sterk artistieke inslag. In eerste instantie voelde hij zich hiertussen verscheurd, maar uiteindelijk wist hij de twee te verenigen. Op zoek naar een mooi onderzoek voor het verwerven van een professoraat stuitte hij in de wateren rondom Sicilië op de fantastische structuren van eencellige straaldiertjes. Met één oog op de microscoop en één oog op zijn tekenpapier (!) heeft hij deze minutieus vastgelegd. Grote beroemdheid verwierf hij met zijn lithografische prenten in de reeks Kunstformen der Natur (1899-1904). Deze hebben onder meer veel invloed gehad op de Art Nouveau en het werk van Gaudì. Haeckel muntte ook de term ecologie en was degene die in Duitsland het werk van Darwin bekend maakte. Jan Pesman, partner cepezed
beurs
samenwerking Sinds 2006 werkt cepezed nauw samen met grafisch vormgever Reynoud Homan (1956). Hij verzorgt niet alleen de huisstijl van het bureau, maar ook het ontwerp van de bureaupublicaties binnen de serie het werk van cepezed. Een cassette met daarin de monografie proto-typen en een eerste catalogus was hiervan het begin en werd direct genomineerd voor de prestigieuze RIBA Book Awards.
kiem Homans interesse in grafisch ontwerpen komt deels direct voort uit architectuur. Maar ook waterbouw was belangrijk voor het scherpen van het oog. Zijn ouders hadden op het Zeeuwse Schouwen-Duiveland een zomerhuis geïnspireerd op het werk van Gerrit Rietveld (1888-1964), overigens een oudoom van cepezed-partner Jan Pesman. Het licht in en de ruimtelijke indeling van dat huis fascineerde hem. Net als de ligging ervan in het Zeeuwse landschap, dat zich kenmerkt door orde en openheid. Als kind van de jaren vijftig volgde hij met grote belangstelling de bouw van de Deltawerken. ‘Met de stoere eenvoud van deze ku(n)stwerken kan ik me vereenzelvigen.’ typografie-architectuur De architectuur bleef belangrijk. Eenmaal freelance ontwerper was zijn eerste grote opdracht midden jaren ‘80 de befaamde monografieënreeks over Nederlandse architecten uitgegeven door uitgeverij 010. Wim Quist (1930) vroeg hem vervolgens voor de typografie op en in een aantal van zijn gebouwen: het Cobra Museum voor Moderne Kunst in Amstelveen, Museum Beelden aan Zee in Scheveningen en de scheepsbouwloods van Van der GiessenDe Noord in Krimpen aan den IJssel. Voor dat laatste project was de eis dat de naam te lezen moest zijn vanaf de Van Brienenoordbrug. ‘Van het monumentale karakter van het gebouw was ik me wel bewust, maar de schaal was van een totaal andere orde dan waar ik tot dan toe mee te maken had gehad. Stalen letters waren nodig, zo hoog als een huis.’ Homan ontwikkelde een visie en benadering waarin typografie een integraal onderdeel van
een gebouw vormt, gelijkwaardig aan het architectonisch, interieur-, installatietechnisch en constructief ontwerp. ‘Ik streef naar een vormgeving waarin de typografie het gebouw enerzijds bevestigt in zijn identiteit in de openbare ruimte en anderzijds in de ruimtelijke logica van de architectuur. Het is belangrijk de identiteit van de gebruiker en de functie van het gebouw te doorgronden, die aan de buitenzijde helder te communiceren en binnen door te zetten tot op het kleinste niveau.’ samenwerking met cepezed Via uitgever Hans Oldewarris van 010 ontstond in 2006 het eerste contact met cepezed. Het bureau had al enkele decennia naam gemaakt met vooruitstrevende architectuur, was uit op een nieuwe huisstijl en wilde met het boek prototypen de verschillende aspecten van zijn productontwikkeling, bouwproces en architectuur belichten. Andere uitgaven volgden snel. De cepezed-publicaties kenmerken zich door een heldere typografie gecombineerd met vaak met grote afbeeldingen. Ze hebben een opvallend ruimtelijk karakter waarin het ‘wit’ voor een belangrijk deel bepalend is. In Homans opvatting is wat er niet staat evengoed van belang als wat er wel staat. ‘Het gaat om de balans tussen het iets en het niets. In een letter is het wit net zo belangrijk als het zwart. In architectuur gaat het om de balans tussen massa en ruimte en bij muziek die tussen geluid en stilte.’ De samenwerking gaat verder dan de huisstijl en publicaties alleen. cepezed heeft veel vertrouwen in de kennis en visie van Homan en betrekt hem geregeld bij project- en prijsvraagpresentaties alsook voor gebouwbelettering en bewegwijzering. Zo is Homan in zekere zin het grafisch geweten van het bureau. cepezed waardeert Homan zeer om zijn vermogen goed te luisteren naar de ideeën en ambities die het bureau betreft zijn publicaties en projecten heeft. Met zijn ervaring, inzicht en scherpe vragen komt hij snel tot de kern en tot scherp gestructureerde grafische voorstellen. Homans helderheid en zorgvuldigheid resoneren die van cepezed zelf; het werk van beide zijn prettig in ervaring en altijd verrassend ruimtelijk en ritmisch.
cepezed@work
@work Het concept voor cepezed@work cepezed@work, waarvan dit interview deel uitmaakt, ontstond uit de behoefte meer te laten zien van het proces, de samenwerking en de mensen achter projecten. Een relatief vluchtig periodiek als een krant leent zich goed voor bijvoorbeeld interviews, momentopnamen en allerlei vormen van work in progress. Tegelijk heeft @work een monumentaal formaat dat zeer geschikt is voor het tonen van grootformaat beeld. ‘Neem die 3D BIM-tekening van Medisch Centrum Alkmaar in de eerste editie. Je duikt in zo’n opengewerkte tekening als in een prent van de gebroeders Das, die onder meer zeer gedetailleerde bouw- en procesillustraties maakten voor het populairwetenschappelijke tijdschrift Kijk Kijk. Bij het grote krantformaat hoort de kloeke typografie. De afkortingen van de titels passen bij de naam cepezed, die immers een afkorting is.’ Helderheid, ruimtelijkheid en een vergaande ordering zijn kenmerkend voor het werk van zowel Homan als cepezed en komen ook in @work bij elkaar.
najaar 2016
Meer catalogi, een boek over het project Westraven en een prijswinnende monografie over het detail in de architectuur van cepezed volgden. In 2015 verscheen de eerste editie van cepezed@work; een krant van serieus formaat waarvan dit de tweede editie is. Voor diverse cepezed-projecten verzorgde Homan ook de gebouwbelettering en bewegwijzering. Wat bindt Homan en cepezed? ‘Dat zit ‘m vooral in de ruimtelijke helderheid en leesbaarheid van ons werk.’
project
Foto: Ineke van Oostveen
Wit
11
10
najaar 2016
Jim Navarro
najaar 2016
Wat is je functie? Ik ben architect-projectleider en werk de laatste tijd veel aan het renoveren van klassiekmoderne gebouwen als het Corpac Huis in Tilburg oorspronkelijk ontworpen door Van den Broek en Bakema en station Tilburg oorspronkelijk door Koen van der Gaast. Daarnaast werk ik momenteel samen met cepezed-interieur aan het interieur van een groot labgebouw. Wat is je leukste voorval op de bouw? Voor onder meer het ministerie van Buitenlandse Zaken heb ik veel in het buitenland gedaan. Ieder land heeft daarbij zijn eigen bouwcultuur. Mooie herinneringen heb ik aan Spanje, waar een architect veel aanzien heeft. Bouwvakkers leggen er hun werk neer als de architect langskomt; ze zijn trots op wat ze maken en willen dat graag laten zien. In Dubai was dat heel anders. Daar praten ze niet met een vrouwelijke architect. De communicatie verliep via een mannelijke tussenpersoon, erg frustrerend. In Costa Rica ging het er het meest relaxt aan toe. Pura vida! en mañana zijn er veel gebruikte termen; het leven is tenslotte om ervan te genieten. Van een bouwplanning hadden ze zelfs nog nooit gehoord. Wat was het moeilijkste probleem dat je in de bouw moest oplossen? Het was geen probleem, maar het spannendst in mijn zestienjarige loopbaan bij cepezed was toen de 6,6 miljoen wegende nieuwe passage onder de sporen van station Tilburg werd doorgeperst. De tunnel moest rakelings langs de pylonen van het monumentale stationsdak. Even verderop werd tegelijkertijd aan een andere onderdoorgang gewerkt en vond een instorting met een gewonde plaats. Toen ik daarvan hoorde, schrok ik me rot, maar het had uiteindelijk niets van doen met ons deel.
12
Wat trekt je zo aan in dit werk? Het is heel afwisselend, creatief, technisch en sociaal. Wat het extra uitdagend maakt is dat de opdrachtportefeuille van cepezed enorm divers is.
Wat is je leukste voorval op de bouw? Van een staalconstructie was de brandwerende coating deels niet netjes opgebracht. Een schilder ‘herstelde’ precies de delen die juist wel goed waren. Zijn projectleider trok in eerste instantie wit weg, maar kon er achteraf wel om lachen. Wat is de prettigste partij om mee samen te werken? Een partij als Smeulders Interieurgroep maakt niet alleen mooie dingen, maar is ook oplossingsgericht en communiceert duidelijk. Dat maakt ze heel prettig om mee te werken. Wat was het moeilijkste probleem dat je in de bouw moest oplossen? Zorgen dat alle E-componenten op de posities werden aangebracht die we daarvoor tevoren hadden bedacht. Dat bleek niet altijd vanzelfsprekend helaas. Wat trekt je zo aan in dit werk? De zoektocht op allerlei gebieden naar steeds de juiste oplossing maakt het iedere dag weer afwisselend en uitdagend. Daarbij is niets leuker dan het resultaat te zien van iets waaraan je lang hebt gewerkt. Als dat is zoals het je voor ogen stond en de gebruiker is enthousiast, dan is de voldoening heel groot. Wat is je ultieme project? Ik zou graag nog eens aan een woontoren of een publiek gebouw als een theater of bibliotheek werken. Dat zijn projecten die ieder weer een heel eigen pakket aan eisen, randvoorwaarden en uitdagingen in zich dragen, ze kennen allemaal hun eigen vorm van complexiteit. Dat houdt het lekker afwisselend.
Wat is je ultieme project? Ooit mijn eigen droomhuis bouwen.
1op1
Jeen Pot Wat is je functie? Ik ben architect-projectleider voor uiteenlopende projecten, waaronder cepezed’s nieuwe huisvesting aan de Ezelsveldlaan. Ik ben daarbij behoorlijk allround; ik ontwerp, maar doe ook bijvoorbeeld prijs- en contractvorming en voer directie over de uitvoering; bij ons eigen pand met wel dertig verschillende partijen. Wat is je mooiste detail? De aansluiting van de nieuwe op de bestaande bouw bij ons eigen kantoor dat ik al noemde. Oud en nieuw contrasteren behoorlijk in zowel architectuur als bouwtechniek. We hebben ingezet op de mooiste en slimste oplossingen. De aansluiting is heel minimalistisch en volkomen vanzelfsprekend geworden. Wat is je leukste voorval op de bouw? Centraal Beheer had zo’n televisiereclame met een paar mannen die een betonvloertje stortten. Dat beton stroomde alleen weg via een muizenhol, waardoor het hele huis volliep. “Er gaat altijd meer in dan je denkt,” zei een van die mannen dan. Tijdens de bouw van het CHDR hebben we zo’n zelfde gevalletje gehad: de egalisatievloer bleek via openingen tussen de koppelkokers en de gevelconstructie naar de verdieping daaronder gestroomd te zijn. Wat is de fijnste uitvoerende partij? De leukste uitvoerende partijen zijn natuurlijk die die actief meewerken aan creatieve en esthetische oplossingen. Dat hoeft vaak niet eens te leiden tot extra werk of aanpassingen aan de basissystemen; met het goed benutten van alle mogelijkheden die producten al in zich dragen, kom je al een heel eind. Wat was het moeilijkste probleem dat je in de bouw moest oplossen? Bij renovaties of herbestemmingen, zoals je die momenteel veel hebt, kan het lastig zijn dat dat informatie over de bestaande bouw soms onvolledig of tegenstrijdig is. Dat vraagt dan om grotere toleranties of aanpassingen dan mij esthetisch lief is. Wat trekt je zo aan in dit werk? Uiteindelijk vooral het met een frisse blik ontwerpen en bedenken, maar natuurlijk altijd met de gedachte aan de uitvoering en het gebruik. Die balans is voor mij altijd belangrijk. Zo heb ik voor de NS een serie infobalies ontworpen. Het is fantastisch om in nauwe samenwerking met een uitvoerende partij je papieren ideeën werkelijkheid te zien worden. En dan ‘jouw’ balie op allerlei stations door heel Nederland te zien.
cepezed@work
Wat is je mooiste detail? De toepassing van betonnen dubbel-T platen in het pand voor Hukseflux. Het gebouw heeft hierdoor een stoer en industrieel karakter gekregen, wat goed bij het bedrijf past. Er kwam nog veel bij kijken wat betreft de afstemming met de installaties, plafondeilanden en de vaste inrichting. Maar dat is uiteindelijk wel heel goed gelukt. Wat is de fijnste uitvoerende partij? Dat is natuurlijk de partij die onze ontwerpfilosofie begrijpt, goed meedenkt en precies maakt wat we ontworpen hebben. Ze zijn zeldzaam, maar ze zijn er wel. Vaak zijn het leveranciers met liefde voor hun werk die vernuft en vakmanschap tonen. Maar ik maak het ook wel mee bij hoofdaannemers. Wat is de prettigste partij om mee samen te werken? Met interieurbouwers is het fijn samenwerken. Zij zijn erg nauwkeurig en kunnen de mooiste dingen maken. Ze hebben oog voor detail en hechten net als wij veel waarde aan een goede uitvoering. Wel hangt veel af van het proces en de omstandigheden van een project. Als alles qua planning en budgetbeheersing op orde is, verloopt de samenwerking op zijn best en komt dat uiteraard ten goede aan de kwaliteit. Wat was het moeilijkste probleem dat je in de bouw moest oplossen? Grote problemen heb ik gelukkig nog niet echt meegemaakt. De aansluitingen van het architectonisch op het installatieontwerp zijn vaak uitdagend. Maar een goede afstemming en zorgvuldige uitwerking voorkomen grote bouwfouten.
najaar 2016
Albertien Kers
Wat is je mooiste detail? Ik houd van details die heel eenvoudig en vanzelfsprekend zijn, maar ondertussen onverwacht slim in elkaar steken. De gespannen doekgevel van de Tijdelijke Rechtbank ziet er bijvoorbeeld supersimpel uit. Dat is hij ook, maar er is veel tijd in gaan zitten dat zo te krijgen. Er is extreem weinig materiaal voor gebruikt. Bovendien bestaan de gevelstroken helemaal uit één stuk en zijn ze ook nog eens makkelijk te demonteren weer. Die gevel zit echt goed doordacht in elkaar.
Wat is je functie? Ik ben architect-projectleider en vaak bezig met verschillende projecten tegelijk, die zich dan in verschillende fasen bevinden. Dat maakt het werk erg gevarieerd en leuk.
Wat trekt je zo aan in dit werk? Tijdens de uitvoering wordt het getekende realiteit! Al het voorafgaande werk, alle energie en creativiteit die erin zijn gestopt, komen tot leven. Tegenwoordig kunnen we prachtige 3D-modellen, renders en filmpjes maken, maar een gebouwd project blijft het mooiste en kan je alsnog verrassen. Wat is je ultieme project? Vernieuwend bezig zijn is interessanter dan een bepaalde schaal of functie. Denk daarbij aan de toepassing van nieuwe materialen, bouwsystemen, et cetera. In zowel het ontwerpproces als de uitvoering zorgt dat voor grotere uitdagingen, maar ook voor meer voldoening. 13
Wat is je functie? Ik ben architect-projectleider en onder meer verantwoordelijk voor de Tijdelijke Rechtbank Amsterdam. Daarnaast ben ik nu technisch coördinator voor het Stadhuis Woerden.
Jelle van der Veen
75 project inspiartie
Matthieu de Danschutter
Foto: cepezed | Léon van Woerkom
Foto: cepezed | Léon van Woerkom
Foto: cepezed | Léon van Woerkom
Foto: cepezed | Léon van Woerkom
team
Jeroen Hendriks
meesters in beperking De circulariteitsgedachte kent verschillende benaderingen, maar beperking van grondstoffenbeslag en meer doen met minder middelen zijn daarbinnen constanten. Dat zijn precies aspecten die mede maakten dat cepezed al in 2008 de BNA Kubus, de belangrijkste architectonische oeuvreprijs van Nederland, kreeg toebedeeld. Reductie en doelmatigheid zitten het bureau in het DNA. Al vanaf het begin streeft het naar minimalisatie van de materiaal-, installatie- en energiebehoefte. Onder meer met behulp van ranke constructies, doordachte klimaatconcepten en geïntegreerde oplossingen waarbinnen elementen meerdere doelen tegelijk dienen. De Kubus-jury erkende cepezed destijds dan ook expliciet als pioniers op het gebied van duurzaamheid en efficiency. hergebruik Hergebruik is voor de beperking van materiaalconsumptie een speerpunt, ook in het vastgoed. Het steeds opnieuw volledig benutten van bestaande bouw is daarbij feitelijk zowel het minst belastend als het meest rendabel. Maar dat gaat vaak niet zomaar. Ontwikkelaars hebben vaak gestuurd op de 10-jarige cash flow van de eerste huurder. Snel, met uitsluitend de korte termijn in het vizier en met als resultaat een groot conglomeraat moeilijk aanpasbare gebouwen dat lastig is verder te verhuren. Jarenlange leegstand, verhuur voor bodemprijzen of in het uiterste geval sloop leiden vervolgens tot kapitaalvernietiging, een sterk negatieve impact op de gebouwde omgeving en een zware milieubelasting. cepezed ontwerpt zijn gebouwen al van oudsher op steeds veranderend gebruik. Voortdurend fluctuerend gebruik door vaak steeds andere bewoners is uitgangspunt. cepezed maakt daarom flexibele, aanpasbare gebouwen die eenvoudig van functie kunnen veranderen, makkelijk anders indeelbaar zijn en ook makkelijk in- of extern zijn uit te breiden. Met doordachte routings en ontsluitingen anticiperen de architecten zelfs vaak op meerdere gebruikers tegelijk. Voor cepezed-gebouwen is het dan ook nooit een probleem snel (een) nieuwe huurder(s) te vinden. Zo betrok de Hogeschool Leiden recent nog het voormalige lab- en kantoorgebouw van het Centre for Human Drug Research en maakte er moeiteloos een onderwijsgebouw van.
cepezed@work
project Boven Ex- en interieur van de tijdelijke rechtbank Amsterdam. Linksboven Opbouw van de tijdelijke rechtbank Amsterdam, met een aanpasbare, generieke constructie en schil van geprefabriceerde, de- en remontabele elementen en een afbouw die projectspecifiek en vervangbaar is.
najaar 2016
Kort na de zomer presenteerde het kabinet zijn Rijksbrede programma Circulaire Economie. Het stelt Nederland hierin ten doel vóór 2050 volledig circulair te zijn. Een slimmere en efficiëntere winning van en omgang met energie en grondstoffen moeten schade aan het milieu zoveel mogelijk voorkomen. En tegelijk leiden tot meer winstgevendheid. In 2030 moet het gebruik van primaire grondstoffen reeds met 50% zijn teruggebracht. cepezed draagt aan de gestelde doelen allang actief bij, vaak in samenwerking met gelieerd ontwikkelaar cepezedprojects.
300 meter De Moreelsebrug in Utrecht (zie ook de voor- en achterpagina) is opgebouwd uit secties die ieder op zich bestaan uit twee stalen trogliggers met daartussen een middengebied. De liggers hebben een huid van 12 mm dik staal en zijn ten behoeve van stijfheid voorzien van ribben. Voor een optimaal comfort hebben de aanlandingstrappen aan weerszijden slechts een beperkte hellingshoek. Veel aandacht is besteed aan de aansluitingen op de dragende pylonen.
15
14
najaar 2016
Construktie
remontage Een treffend voorbeeld is de tijdelijke rechtbank in Amsterdam, ontwikkeld door cepezedprojects in samenwerking met Du Prie. cepe-
Cyclus
Schil
intrinsieke waarde Samen met cepezedprojects brengt cepezed de mogelijkheden tot hergebruik momenteel nog een stap verder. Gebouwen zijn daarbij dragers van een intrinsieke waarde, die middels doordacht design en een slimme engineering voor de lange termijn te optimaliseren is. Het belichaamt dan een autonome potentie onafhankelijk van zowel een specifieke gebruiker als een specifieke locatie. Wanneer een gebouw niet meer per se aan één positie gebonden is, is het steeds op andere plekken voor steeds andere functies hoogwaardig bruikbaar en exploitabel.
integraal circulair Een project waarin verschillende benaderingen samenkomen, is een tijdelijk paviljoen naast de voormalige Knoopkazerne in Utrecht, die cepezed momenteel circulair omvormt tot rijkskantoor. De locatie is op termijn gereserveerd voor grootschalige nieuwbouw. Het paviljoen bestaat uit een lichtgewicht en funderingloos prefab bouwpakket dat droog te assembleren is en op enig moment gemakkelijk aanpasbaar en/of elders herbouwbaar. De gevels bestaan goeddeels uit spiegelglazen delen afkomstig van het oude Knoopgebouw. Het paviljoen kan naar wens en behoefte verschillende functies behuizen.
meter
renovatie en transformatie cepezeds basismethodiek is gemakkelijk te transponeren naar uiteenlopende typen opgaven, waaronder de renovatie en/of transformatie van gebouwen die het bureau niet zelf heeft ontworpen. Ook daarbij zet cepezed in op vergaande efficiëntie: een maximaal bruikbaar resultaat dat tot stand komt met minimale middelen en ingrepen. Van het bestaande blijft ondanks de functieverandering zoveel mogelijk intact. Veel sloopelementen als oude deuren en verlichtingsarmaturen vinden hun weg naar andere projecten. De programmabegeleidende brief aan de Tweede Kamer vermeldt cepezeds transformatieproject Park Hoog Oostduin als toonbeeld van circulaire economie.
zed heeft het gebouw ontworpen. Het blijft zo’n vijf jaar in gebruik. Daarna ligt demontage in het verschiet, gevolgd door remontage en hernieuwd gebruik op een andere locatie. Het gebouw is tot stand gebracht met doordachte verbindingen en materialen die tijdens de verschillende gebruikscycli hun technische en esthetische kwaliteit behouden.
Foto: cepezed | Léon van Woerkom
Afbouw
bouwmethodiek cepezed beperkt het grondstoffenverbruik dus door een conceptueel en bouwkundig minimalisme gepaard aan een maximalisatie van de gebruiksmogelijkheden. Een belangrijk aspect van beide is de bouwmethodiek. Een sterke modulaire benadering en volledig demontabele bouwsystemen gebaseerd op geprefabriceerde elementen maken dat de totstandkoming van gebouwen soepel verloopt en een minimum aan afval met zich brengt. Aanpassingen zijn daarnaast eenvoudig, terwijl componenten op lange termijn, bij beëindiging van de levensloop van het gebouw, gemakkelijk herbruikbaar of recyclebaar zijn.
Foto: cepezed | Léon van Woerkom
Tekening: cepezed | Ergocare | Waterloo
project
Connect
project
Foto: Gerrit Serné
najaar 2016 16 cepezed | cepezedinterieur | cepezedprojects ezelsveldlaan 61 | 2611 rv delft | +31 15 2150000 | post@cepezed.nl | www.cepezed.nl Ontwerp: Reynoud Homan en Robbert Zweegman | Lithografie: Marc Gijzen | Druk: Mart. Spruijt
Connect Nog even en in hartje Utrecht zijn de Croeselaan en het Moreelsepark direct met elkaar verbonden. De Moreelsebrug nadert zijn voltooiing en wordt in december 2016 nog in gebruik genomen. Compleet met geïntegreerde bomenlaan staat fietsers en voetgangers dan een prachtige verhoogde esplanade over de treinsporen van Utrecht Centraal ter beschikking. Eenvoud en pragmatiek waren belangrijke ontwerpuitgangspunten. De ruim 300 meter lange brug overspant dan ook niet alle sporen in één keer, maar wordt op ieder perron ondersteund door een V-vormige pyloon; dit heeft moeilijke constructies voorkomen en belangrijk bijgedragen aan de bouwbaarheid. De ranke en sierlijk verlopende verbinding is samengesteld uit 3Dgeengineerde segmenten die ieder bestaan uit stalen trogliggers met een middengebied daartussen. De segmenten zijn door BSB Staal in Friesland met optimale precisie geprefabriceerd en op de bouwplaats met minimale hinder voor het treinverkeer ingehangen.