1 minute read
Vioolbouwer Music All In: altijd goed gestemd
KIMON ARGYROPOULOS OVER KLOPPEN EN LUISTEREN Blijvend op zoek naar het geheim van Stradivari
De in 1981 geboren Athener Kimon Argyropoulos deed zijn opleiding tot vioolbouwer van zijn twintigste tot zijn vijfentwintigste in het Italiaanse Cremona, nota bene de stad waar Antonio Stradivari het levenslicht zag. Al langere tijd woont hij inmiddels in Nederland en is elke zaterdag te vinden bij Music All In, waar hij de afdeling strijkinstrumenten beheert.
Een viool met gebreken wordt door de hand van Kimon volledig in ere hersteld. Het geheim van de perfecte klank is niet zomaar te ontrafelen. Kimon kan alleen gissen: ‘Je hebt al drie soorten hout; vuren voor het bovenblad, esdoorn voor de zijkanten, het achterblad, de hals en de krul en ebbenhout voor de toets. Toen ik als leerling een complete viool bouwde, leerde ik vanaf een ruwe plank gutsen, schaven, schuren, lijmen en buigen. Voortdurend kloppen tegen het hout en luisteren naar de klank. De dikte van de bladen in de gaten houden, zo rond de 4mm. Elk stuk hout is bovendien uniek, dus elke viool ook met zijn eigen klankkleur. Uiteindelijk is het vakmanschap dat de doorslag geeft. Dat had Stradivari in de zeventiende eeuw goed in de gaten. Hij heeft het beste uit een viool gehaald dat er maar bestaat.’ Wereldwijd zijn er zo’n vijf opleidingen en violen worden overal gebouwd. In Cremona leven en werken zo’n tweehonderd vioolbouwers en is daardoor het kloppend hart van de vioolbouw. Kimon: ‘Hierdoor was de keuze voor de opleiding van Cremona door mij snel gemaakt. Het ziet er vriendelijk uit maar is zeker geen makkelijk instrument om te bespelen of om te bouwen. Mijn opa was percussionist, mijn vader fagottist, en ik heb vanaf m’n zesde privé vioolles gekregen. Het urenlang repeteren was echter niet aan mij besteed. Mijn opa was ook meubelmaker en ik werkte veel met hem samen. Zo heb ik de liefde voor muziek en hout kunnen combineren en ben ik vioolbouwer geworden. Ik doe het met veel plezier en hoop het nog lang te kunnen doen. Stradivari is tenslotte ook 93 geworden.’