Handen, hart & hoofd aan het bed
Ouderenzorg van de toekomst
Op het strand werden afgelopen zomer heel wat doktersromannetjes uitgelezen. Wekelijks vergapen we ons aan hotshot dokters, die in televisieseries op complexe wijze de strijd tussen leven en dood aangaan. Toch is het juist de minst sexy tak van sport, de ouderenzorg, die onze aandacht de komende jaren nodig heeft. Tekst: Cindy Brouns I Fotografie: Shutterstock
at de zorg onder druk staat, kan niemand zijn ontgaan. Daarnaast kampt Limburg met een enorme vergrijzing. In de periode tussen 1995 en 2016 nam het aandeel 65-plussers toe met meer dan 8 procentpunten tot 22 procent. Bijna overal in Limburg is de meerderheid van de inwoners boven de 50 jaar. Tel die feiten bij elkaar op en je weet dat de ouderen een moeilijke tijd tegemoet gaan. Professor Jan
000
BETERE ZORG
Hamers, hoogleraar ouderenzorg aan de Universiteit Maastricht, viel het op hoe weinig onderzoek er eigenlijk gedaan werd naar de zorg voor deze groeiende en kwetsbare groep. Het was hem duidelijk dat er iets moest gebeuren. Zeventien jaar later is zijn Academische Werkplaats Ouderenzorg (AWO) een internationaal voorbeeldproject.
De doelstelling van de AWO is om betere en nieuwe zorg voor ouderen te realiseren als verbinder tussen ZuidLimburgse partners. De werkplaats bouwt, mede door het implementeren van duobanen, bruggen tussen onderzoek en praktijk en tussen kennis- en zorgorganisaties. Samen wordt er gewerkt aan projecten die getoetst en geïmplementeerd worden. Deze werkwijze met kruisbestuivingen, multidisciplinaire aanpak en duo-aanstellingen is succesvol gebleken om noodzakelijke vernieuwing in de ouderenzorg mogelijk te maken. Professor Hamers vertelt ons dat de AWO op drie belangrijke pijlers steunt: meer onderzoek in de ouderenzorg, de brug slaan tussen
wetenschap en praktijk en partijen met elkaar laten communiceren. BRUGGEN
Voorbeelden van concrete zorgprojecten waar de AWO zich op dit moment mee bezighoudt zijn pijnbestrijding bij dementie, het verhogen van zelfredzaamheid van ouderen en het voorkomen van onvrijwillige zorg. Bij dat laatste moet je denken aan mensen gedwongen douchen of in hun eigen huis opsluiten. Maar de AWO richt zich ook op het anders inrichten van de zorg door ontwikkeling en evaluatie van nieuwe
vormen van verpleeghuiszorg en het verbeteren van de kwaliteit van leven en kwaliteit van zorg. De basis voor de AWO werd in 1998 gelegd. Professor Hamers: “Ik raakte in gesprek met de toenmalig directeur van een MeanderGroepverpleeghuis. We wilden een brug maken tussen de universiteit en het zorgwerkveld om meer onderzoek te kunnen doen naar ouderenzorg en die vergaarde kennis ook op de werkvloer over te brengen. Ik heb vanaf toen één dag in de week gewerkt in het verpleeghuis om te
inventariseren welke mogelijke onderzoekthema’s in de praktijk belangrijk waren.” VRIJHEIDSBEPERKING
Vanuit de werkvloer kwam al snel een zorginhoudelijke onderzoeksvraag. De paramedische hoek had het vermoeden dat mensen niet goed werden vastgebonden. “We onderzochten eerst de frequentie van vastbinden. De resultaten lieten ons schrikken, 30 procent van de mensen binnen het verpleeghuis werd regelmatig vastgebonden.” Cijfers die later overeen bleken te komen met andere verpleeghuizen. Het vastbinden van cliënten bleek dusdanig routinematig te gebeuren, dat medewerkers zelf schrokken van het percentage. 000
UNIEK Het concept dat ten grondslag ligt aan de Academische Werkplaats Ouderenzorg Zuid-Limburg is, vooral door het implementeren van duobanen, uniek. Dat leidt tot internationale belangstelling. De AWO ZuidLimburg dient onder andere als voorbeeld voor een soortgelijke werkplaats die in Portugal wordt opgezet. Daarnaast wordt professor Hamers met regelmaat als gastspreker uitgenodigd in de Verenigde Staten en andere landen.
000
LANGE ADEM
Deze vorm van vrijheidsbeperking werd veelvuldig toegepast bij ouderen met dementie. “De redenering was dat wanneer mensen vastgebonden waren, ze minder snel zouden vallen.” De gedachtegang bleek al snel onterecht. “De angst voor valpartijen en gebroken heupen stond helemaal niet in verhouding met de maatregelen die er toegepast werden. Daarnaast bereik je met dit middel een tegenovergesteld effect. Stel je voor dat je een been breekt en dat zes weken in het gips moet houden. Iedereen weet dat de spiermassa in dit been vervolgens verdwenen is. Als je oudere mensen drie weken vastbindt, zie je een vergelijkbaar effect. Door het gebrek aan spieren, vallen ze juist als je ze dan weer eens laat bewegen. Met de beste bedoelingen werd met deze methode het risico op vallen juist verhoogd.” Door het onderzoek en de inspanningen van de AWO kan zo’n vijftien
jaar later geconcludeerd worden dat deze manier van vrijheidsbeperking in de Zuid-Limburgse verzorgingstehuizen definitief verleden tijd is. Het onderzoek en daaruit volgend beleid heeft zelfs gezorgd voor nationale wetswijzigingen. “Dat geeft aan wat het effect is van samenwerking tussen de zorg
Envida, Zuyderland, Cicero, Vivantes en Mosae meldden zich al snel en ook Zuyd Hogeschool sloot zich aan bij de AWO. “Een van de hoofdkenmerken van dit initiatief is de multidisciplinariteit. We werken niet enkel vanuit de geneeskunde, verpleegkunde, fysiotherapie of psychologie. Alle disciplines zijn vertegenwoordigd in de vorm van medewerkers die gedetacheerd worden, meewerken aan het onderzoek, maar ook vanuit de zorginstellingen. Daarnaast werken we met duobanen. Medewerkers van de universiteit zijn een dag per week werkzaam bij een zorginstelling, hogeschool en andersom.” TRIGGEREN
en de universiteit, maar ook dat dit een proces van de lange adem is.” DUOBANEN
Het project kreeg (inter) nationaal veel aandacht en werd ook elders opgepakt. Zorginstellingen Sevagram,
Vanuit elke aangesloten zorginstelling wordt bekeken welke thema’s belangrijk zijn verder te onderzoeken. “MeanderGroep richt zich momenteel bijvoorbeeld op het anders organiseren van de thuiszorg, Zuyderland op palliatieve zorg, Cicero op hartfalen, Envida op geriatrische revalidatie, Mosae op informele zorg, Sevagram
op bewegen en Vivantes startte onlangs een Zorg Innovatie Atelier. Zo is elke partner voortrekker op een ander gebied. Alle organisaties werken mee aan al die thema’s, ze participeren in de onderzoeken en mogen ook gebruik maken van de kennis die daaruit opgedaan wordt. Zo hebben we bijvoorbeeld niet alleen een duurzame samenwerking tussen universiteit en zorginstellingen gerealiseerd, maar ook tussen medewerkers van de verschillende zorgorganisaties. Op die manier trigger je elkaar de zorg naar een hoger plan te tillen. We concentreren ons sterk op de ouderenzorg in de vorm van professionele verpleeghuiszorg en thuiszorg. Dat is namelijk altijd een ondergeschoven kindje geweest omdat het de minst sexy tak van sport is. Het gaat niet over nanotechnologie of hoogstaand cardiologisch onderzoek. We richten ons juist op basale dingen rondom mensen die kwetsbaar zijn en in hun laatste levensfase zitten.”
COMPETENTIES
TOEKOMST
Een belangrijk thema waar Hamers en zijn team zich nu op richten, is verpleeghuiszorg nieuwe stijl. “Als nieuwe inwoner van een verpleeghuis moet je je aanpassen aan de structuur van de betreffende organisatie. Wij willen dat inrichten volgens een cliëntsysteem waar de bewoner met zijn familie ‘in charge’ is. De zorg moet dienend en coachend zijn. We ontkomen er niet aan dat het verpleeghuis van de toekomst er anders uit gaat zien.” Dat heeft volgens Hamers een aantal oorzaken. Ten eerst blijven ouderen langer thuis wonen. Wanneer ze dan eenmaal in een verpleeghuis terecht komen, levert dat complexe en zware vormen van zorg op, omdat de zorg zich steeds dichter rond het levenseinde concentreert. Dan zijn er natuurlijk nog de veranderingen in technologie, waarvan we volgens Hamers nog niet half weten wat er allemaal op ons af komt.
Als derde noemt Hamers de veranderende verwachtingen van de zorgbehoevenden. “Als je daar telkens in mee wilt kunnen gaan, heb je bepaalde competenties nodig die de huidige medewerkers waarschijnlijk niet bezitten. Dat is geen diskwalificatie van het zittend personeel. De meeste mensen daar doen hun werk gepassioneerd, maar wel met de kennis van twintig jaar geleden. Wij zijn van mening dat je daarom een goede balans in je personeelsbestand nodig hebt waarin zich minimaal een aantal HBO’ers bevindt om vernieuwingen te implementeren. Maar dat is een heel moeilijke discussie. Politici roepen dat er meer handen aan het bed moeten. Buiten het feit dat we die simpelweg niet hebben, gaat dat de kwaliteit niet verbeteren. Die kwaliteitsverbetering moet je zoeken in een betere mix tussen handen, hart en hoofd aan het bed.”
OUDERENZORG NEDERLAND “We hebben onderzoek gedaan naar de kwaliteit van zorg in Europa. Nederland, en dan vooral Limburg, kwam daar gemiddeld genomen heel goed uit. Ik ben van mening dat Nederland voorop loopt wat betreft ouderenzorg. Dat zie je onder andere terug in onderzoek en in de vernieuwende bijdragen door Nederlandse onderzoeksgroepen op internationale congressen.”
000