7 minute read

In de kijker

Frater Wout van den Hout

Er zijn en waren nogal wat fraters met een zeker creatief talent. Ze maken schilderijen, tekeningen, beeldhouwwerken of ander bijzonder vakwerk. Het geeft een andere, soms onbekende kijk op de makers. Deze rubriek presenteert steeds een selectie uit dit werk. Voor deel 14 van deze rubriek gingen we op bezoek bij frater Wout van den Hout.

Advertisement

De liefde voor tekenen begon voor frater Wout van den Hout (1938) toen hij in de 6e klas van de Thomasschool in Goirle zat, en er op 5 december bezoek kwam van Sinterklaas. Die sinterklaas was frater Justus van den Boom, dat zag Wout wel. Wout wilde toen al frater worden. “Als jij later frater wilt worden, dan moet je wel beter leren tekenen,” zei Sinterklaas. Wout vatte dit op als een aanmoediging en deed zijn best. Hij kreeg tekenles van frater Justus, en later, op de St. Stanislausschool, van frater Meinulphus van Grootel. Wout had talent, en het verlangen om mooie dingen te maken groeide.

In 1963 – hij was inmiddels zelf frater – vertrok hij naar de missie in Namibië. Daar las hij in weekblad Elzevier een artikel over het afstandsonderwijs van de Famous Artists School. Er waren locaties in New York, Londen, Parijs, Rome, en in Amsterdam-Osdorp. Dit wilde hij. Frater Wout kreeg toestemming van zijn overste om zich in te schrijven. Om de zes weken, drie jaar lang, moest hij vanuit Namibië een opdracht insturen naar het kantoor in Osdorp. Dat ging toen nog per post.

Frater Wout tekende graag en veel, en om dat te combineren met zijn baan als onderwijzer zat hij vaak tot middernacht in zijn klaslokaal te tekenen. Regelmatig vroegen leerlingen hem iets voor hen te maken. Menig poëziealbum werd verfraaid door een tekening van frater Wout. “Vaak wilden ze een tekening van een dier”, vertelt frater Wout, “en dat vind ik zelf ook leuk. Het mooiste dier vind ik het paard.” Het talent van frater Wout werd ook door anderen opgemerkt. De hoofdredacteur van het bisdomblad ‘Angelus’ in Namibië vroeg hem om illustraties te maken, en daar gaf Wout graag gehoor aan. Frater Wout van den Hout in zijn kamer in WZC Joannes Zwijsen.

Voor echte modellen was geen tijd en geen geld, dus voor portretten zocht frater Wout foto’s in tijdschriften om na te tekenen. De reeks portretten van Namibische vrouwen in traditionele kledij is zo ontstaan. Het liefst werkt frater Wout met oliepastels. Ook maakte hij het ontwerp voor de kruiswegstaties in mozaïek, in Döbra, Namibië. Hierover verscheen een uitgebreid artikel in Fraters CMM nr. 1/2014. Twee keer deed hij mee aan een groepstentoonstelling: in Windhoek en in Walvisbaai.

Voor frater Wout is tekenen een manier om dienstbaar te zijn. Hij gaf zijn tekeningen dan ook vaak cadeau aan mensen in zijn omgeving. “Iets moois maken is fijn. En iets moois geven aan iemand is ook fijn.”

Herero vrouw (oliepastel). Himba vrouw (oliepastel). Himba vrouw (oliepastel).

Paard (oliepastel). Kaart met vlinders, frater Wout maakte deze voor zijn zus (oliepastel).

Mantelmadonna (uit een reeks pentekeningen).

Herdershond (oliepastel). Een van de kruiswegstaties in mozaïek in Döbra, Namibië.

Barmhartige Samaritaan (collage van gekleurd, gescheurd papier). Kaart ter gelegenheid van een kloosterfeest (potloodtekening). Voorblad van ‘Angelus’, het bisdomblad van Windhoek, met een illustratie van frater Wout (pentekening).

Van Padang naar Provincie Indonesië

Op 21 mei 2022 werd het jubileumjaar (100 jaar) van de Fraters CMM in Indonesië officieel geopend. Dit kan zeker niet los worden gezien van de voorgangers die zich lieten inspireren door de spiritualiteit van barmhartig en broederschap toen zij voet aan wal zetten op de archipel.

Padang

Het begon allemaal in de stad Padang, op WestSumatra. Op 21 mei 1923 begonnen de fraters Paulus Jacobs, Severinus Aarts, Hermenigildus Fromm, Theodatus van Oers, en Claudius Kok hun missie in Indonesië. Zij openden twee lagere scholen: de Europese Lagere School en de Hollands Chinese School. De invloed van de Fraters CMM was groot, vooral op het gebied van onderwijs en jongerenwerk. Er was een liturgiegroep, een toneelgroep, een koor, een muziekband, een sportteam, een bibliotheek en Engelse groep. In 1924 kreeg de school van de fraters een subsidie van de regering en werd erkend als de beste school van die tijd.

In 1928 openden de fraters in Padang een MULO (middelbare school). Na de tweede wereldoorlog ontwikkelde deze school zich tot ‘SMA (hogere middelbare school) Don Bosco Padang’. De situatie in Indonesië was in die tijd niet gemakkelijk. In alle streken van Indonesië, ook in de stad Padang, deden zich onlusten voor. Er waren bijna geen Nederlandse fraters meer, terwijl er onder Indonesische jongens nog weinig roeping was. In december 1976 werd de CMMcommuniteit in de stad Padang overgedragen aan het bisdom.

Van Padang naar Manado, Tomohon, Medan…

Ondertussen was het prille werk van de congregatie uitgebreid naar andere delen van Indonesië. Al op 4 september 1924 zetten frater Ernest Adriaanse en frater Radulf Bax voet aan wal in Manado en Tomohon. In Manado namen ze het onderwijs op de Hollands Chinese School over. In 1927 gingen de fraters ook in Medan aan de slag, met pater Hermenigild Mimpen als directeur van de Hollands Chinese School aldaar. De eerste vijf fraters in Indonesië, Padang 1923.

… En verder

Geleidelijk aan kwamen er steeds meer communiteiten in verschillende delen van Indonesië, en meer en meer Indonesische jonge mannen sloten zich aan. Momenteel zijn er ongeveer 120 fraters in Indonesië. Zij wonen en werken in Bisdom Sibolga, Aartsbisdom Medan, Aartsbisdom Semarang, Bisdom Manado, Aartsbisdom Makassar, Bisdom Banjarmasin, Bisdom Tanjung Selor, Aartsbisdom Kupang en Bisdom Larantuka.

Er is goede hoop dat de congregatie in Indonesië zich zal blijven ontwikkelen volgens de verwachtingen van de stichter Mgr. Joannes Zwijsen. “Vreugde en hoop, verdriet en angst van de kerk ter plaatse, van de wereldkerk en van alle mensen zullen ook de onze zijn” (Constituties I, 177).

frater Yonas Paso, CMM (Indonesië)

Bron: Frater CMM di Indonesia. Sebuah Sejarah dari Tahun 1923 sampai Tahun 1997 (Fraters CMM in Indonesië. Een geschiedenis van 1923 tot 1997), door fr. Pieter Jan van Lierop CMM, 1997.

Frater Rosario de Jesus Martins met enkele leerlingen.

Vóór Covid-19 was Casa de Apoio steeds drukbezet.

Bijles in Brazilië

De congregatie wordt wereldwijd geconfronteerd met allerlei vormen van materiële en geestelijke noden. In hun apostolaat proberen fraters deze samen met anderen te verlichten. In de eenentwintigste aflevering van deze rubriek laten we iets zien van de activiteiten van de fraters in Brazilië.

Een van de kerntaken van de Fraters CMM is opvoeding en onderwijs, met name voor kansarme jongeren en kinderen. "Casa de Apoio ao estudante" (Huis voor steun aan leerlingen) in Belo Horizonte is door de fraters in Brazilië opgericht ten behoeve van kinderen die naar openbare basisscholen gaan waar de kwaliteit van het onderwijs wat minder goed is dan aan de – veel duurdere - particuliere scholen in Brazilië. In Casa de Apoio krijgen deze leerlingen bijles en kunnen ze onder begeleiding hun huiswerk maken.

De kinderen worden begeleid door een aantal door de congregatie betaalde vakkrachten en enkele vrijwilligers. Naast bijles in de reguliere vakken worden er ook andere activiteiten aangeboden zoals computerles, educatieve spelletjes, sport en schilderen.

Het is interessant dat de ‘Broederschapscampagne’, gepromoot door de Katholieke Kerk van Brazilië, dit jaar "Broederschap en Onderwijs" als thema heeft, met als motto: "Spreek met wijsheid, onderwijs met liefde" (Spreuken 31, 26). Dit motto is een uitnodiging en inspiratie voor de congregationele scholen en andere vormen van apostolaat waarin we kinderen en jongeren mogen begeleiden en onderwijzen.

frater Damasus Dobat CMM (voorheen missionaris in Brazilië, nu lid generaal bestuur)

Touwtjespringen. Het computerlokaal

Een potje dammen. Huiswerkbegeleiding en bijles.

This article is from: