4 minute read

Verhalen van vroeger

Next Article
Zie mijn mensen

Zie mijn mensen

Dierbare herinneringen

Ieder mens ontmoet op zijn levenspad een aantal figuren die bepalend zijn voor je verdere toekomst en die je als sterren van Bethlehem blijven begeleiden voor de rest van je leven. Anton van der Lee deelt zijn herinneringen aan frater Realinus Donders.

Advertisement

Frater Realinus Donders. Frater Realinus Donders (1879-1966) zal altijd in mijn herinnering blijven als de meest sympathieke onderwijzer die ik ooit heb gehad. In 1943 leerde ik hem kennen in de derde klas van de St. Emiliusschool te Loon op Zand, dat kleine corpulente fraterke met zijn gemillimeterde stekeltjesharen, wat toen nog heel uitzonderlijk was. Hij was een ware kindervriend, vooral voor de allerkleinsten, goedmoedig, een gemotiveerde onderwijzer en ook niet meer de jongste (63).

Realinus was muziek

Ik weet nog dat hij een trucje kende om zijn mond te bewegen als een konijn en op de speelplaats kreeg hij daarom van de eersteklassertjes nogal eens het verzoek: “Frater, doe nog eens als een konijntje”, wat hij dan ook prompt deed, tot grote hilariteit van zijn jeugdig publiek. Maar wie Realinus zei, zei ook muziek. Hij was één en al muziek en het was dan ook geen wonder dat hij een zangmethode had geschreven met als titel: “Geniet van het lied”, zoals gebruikelijk uitgegeven door de eigen Drukkerij van het Jongensweeshuis in Tilburg. Elke frater die op onderwijsgebied iets bijzonders in zijn mars had, kreeg van de overste steevast opdracht tot het samenstellen van een methode, want dat was voor de congregatie een aardige bijverdienste.

Realinus tekende op karton muziekborden met de tekst van een liedje met bijbehorende notenbalk, zo groot als het blad van het schoolbord waaraan hij

het kon ophangen. Alle kinderen konden het vanuit hun bankje gemakkelijk lezen. Hij spaarde tijd noch moeite om zijn leerlingen goed en met plezier liedjes aan te leren. Daarnaast schijnt hij ook nog de nodige buitenschoolse activiteiten te hebben gehad, maar daar had je als kind geen zicht op. Wel heb ik me ooit laten vertellen dat hij in alle Brabantse kerktorens de klokken inventariseerde met opschriften, toonhoogte en dergelijke, een enorm karwei van groot cultureel belang. Weet een van de lezers hier misschien iets meer van? [*]

Geluk en ongeluk

In de vijfde klas, in 1945, trof ik hem tot mijn geluk opnieuw. Hij moet toen eigenlijk al pensioengerechtigd zijn geweest, maar het verwondert mij niet dat deze idealist dan toch nog een jaartje is doorgegaan. Het liep dramatisch af. In deze klas zaten een aantal ongemotiveerde belhamels, die al zó vaak hadden gedoubleerd dat ze alleen nog zaten te wachten op hun veertiende verjaardag, waarop hun leerplicht ophield en zij onmiddellijk de school konden verlaten. Zij maakten hem het lesgeven vrijwel onmogelijk en hij leed daar zodanig onder, dat hij met Pasen van dat leerjaar overspannen alsnog met pensioen moest gaan, terwijl hij zoveel beter verdiend had.

Vele jaren later

In 1965 zocht ik hem op in Huize Steenwijk te Vught, destijds het tehuis voor oude fraters, om hem te gaan zeggen wat voor een fantastische onderwijzer ik hem altijd had gevonden. Zelf had ik inmiddels een akte van volledig bevoegd onderwijzer gehaald, hoewel ik daarna nooit in die branche werkzaam ben geweest. Aanvankelijk had hij moeite om mij in zijn geheugen terug te vinden, te meer omdat hij inmiddels volslagen blind was geworden, maar al spoedig kwamen de beelden van vroeger terug. Hij herinnerde zich toen ook mijn drie oudere broers, die allemaal bij hem in de klas hadden gezeten.

Het deed hem kennelijk goed dat er na zoveel jaren nog een oud-leerling terug kwam om zijn respect voor hem te betuigen. We praatten over het verleden en het actuele. Daarbij bleek dat hij nog steeds het Gregoriaans koortje van de fraters in Huize Steenwijk dirigeerde, ondanks het feit dat hij intussen blind was geworden. Hij kende niet alleen alle vaste gezangen, maar zelfs alle wisselende gezangen van het kerkelijk jaar uit zijn hoofd. Dat waren er vele honderden. Onvoorstelbaar!

Die ene die terugkwam

Toen ik afscheid nam, heb ik mijn bezoek aan mijn favoriete onderwijzer in het licht geplaatst van het Bijbelverhaal over de tien melaatsen, die door Jezus naar de priesters werden gestuurd om genezen verklaard te worden, zodat ze zich daarna weer onder de mensen zouden mogen begeven. Onderweg werden ze gereinigd en negen haastten zich meteen verder voor hun gezondheidsverklaring. Slechts één ervan keerde eerst terug om Jezus te gaan bedanken. “Beschouw mij maar als die ene die terugkwam. Maar al die anderen waren net zo blij met u als ik.” Ik zag tranen van ontroering in de blinde ogen van frater Realinus. Een jaar later overleed hij, 87 jaar oud. Ik had niet veel langer kunnen wachten met mijn dankbetuiging…

Anton van der Lee (Nederland)

* Noot van de redactie: het was frater Getulius Arts die de inventarisatie van zeer vele klokken in Noord- Brabant en daarbuiten maakte. Frater Realinus Donders vergezelde hem vaak op zijn tochten om de klokken te bekijken en beluisteren. Frater Hermenegildus Beris deed onlangs archiefonderzoek naar fraters musici en bundelde zijn bevindingen in een boek. Hierin is een hoofdstuk gewijd aan frater Realinus Donders, en ook aan frater Getulius Arts.

This article is from: