De optie Project Kunstvakken laat je kennismaken met alle domeinen van het muzisch werken. In het eerste jaar krijg je volgende onderdelen: - Kunstwijs: kunst beschouwen - eXpressief: de muzische taal en bouwstenen actief verkennen - BasiX Ritme en Ruimte: beeld en muziek - BasiX Toon en Klank: beeld en woord (hier in bijlage) - BasiX Muziek - KunsteduX: kunstdidactiek – vakdidactiek Hierbij bieden we een kunststudio aan – een driedaagse/vierdaagse waar we de focus elk jaar op een ander muzisch domein plaatsen. Komend academiejaar zal dit DRAMA zijn.
De kleuren zijn de toetsen, de ogen zijn de harmonieĂŤn, de ziel is een veelsnarige piano. De schilder is de hand die speelt, de toetsen aanslaat om daarmee de ziel te beroeren. (Wassily Kandinsky)
Grietje Moens / Remi Coune
Ah, hier zit muziek in! Deze twee woorden doen ons inderdaad onmiddellijk aan muziek denken. Wat komen ze hier bij beeld doen?
Als muziek spreekt van een klankkleur**, dan zitten we al iets dichterbij, kleur is „ons“ domein, domein van beeld! In de kleurenleer komen we ook het woord toon tegen, toon en tint. Waarbij wij toon gebruiken als de naam voor een kleur: rood, geel, blauw, groen, oranje... zijn tonen. Eigenlijk niet verwonderlijk, want zowel kleur zien als klank horen zijn beide het gevolg van golven (zie BasiX - Kleur & Contrast) **Klankkleur of timbre is de eigenschap van een klank waarmee verschillende muziekinstrumenten en stemmen zich onderscheiden. Een viool klinkt heel anders dan een trompet, een sopraan is anders dan een bas...
Klavier van Skrjabins met kleurtoon ordening.
Kleursonatine in rood van Ludwig Hirschfeld-Mack (Bauhaus) Dit werd gemaakt als begeleiding van zijn gekleurde lichtcomposities.
Jean Miró, ‚Het Lied van de Klinkers’, 1966, 366x114,8cm Een abstract equivalent voor muzikale ideeën: kleurschijfjes. Het verwijst naar een gedicht van Rimbaud, waarin klinkers aan kleuren worden gekoppeld. A = zwart E = wit I = rood O = blauw U = groen kleurintensiteit, vorm en maat (afmeting) creëren een scala aan muziektonen van volle noten tot kleine ritmische accentjes.
Paul Klee: ‚Jong Bos’, 1925, 9,8x32,2cm, inkt en waterverf. Klee stamde uit een zeer muzikale familie en was zelf een zeer goede violist. De kleine pijltjes en vogelpootjes en andere vormpjes suggereren jonge boompjes. Ze zijn aangeplant in horizontale banen zoals muzieknoten op een notenbalk. De kleurvlakken in pastelkleuren zijn partituren van de verschillende instrumenten van het orkest.
Walter Ruttmann Opus III Walter Ruttmann Der Sieger Love and Theft, Studio Film Bilder New ways of sound and colors (MDB)
Eerste kleurakkoord: monochromatische kleuren We weten het al lang, sinds Newton (1643 - 1727) die appel op zijn hoofd kreeg zag hij zoals elk normaal mens sterretjes. Hij was gefascineerd en wou weten van waar al die kleurrijke sterretjes kwamen :-) Zo ontdekte hij dat als het zonlicht door een prisma gaat het witte licht uiteen valt in zeven kleuren, de spectrale kleuren genoemd: rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo en violet (roggbiv) Dit komt omdat de golflengtes op een verschillende manier gebroken worden. Ook overdag, van 's morgens tot ´s avonds zien we dit, doordat het zonlicht gebroken wordt door de dampkring. Nog mooier wanneer door waterdruppeltjes in de lucht de „regenboog“ zichtbaar is (vandaar dat we spectrale kleuren ook regenboog kleuren heten.
Afb. links: breking wit licht door prisma, afb. rechts: platenhoes Pink Floyd, 'Dark Side of the Moon' (ontwerp: Storm Thorgenson)
Monochromatisch licht is licht waarin slechts één golflengte aanwezig is. Bijvoorbeeld het licht van een laser. De rode laser die gebruikt wordt om cd en dvd te schrijven en te lezen, de violette laser om blue-ray schijfjes te bewerken. De groene laser om voetballisten het leven zuur te maken! We spreken dan ook over monochromatische kleuren als de kleur zuiver is, dus zuiver rood, zuiver geel... Worden de kleuren gemengd met een andere kleur dan hebben we geen monochromatische kleur meer zoals bijvoorbeeld oranje of paars. Wat we wel nog tot de monochromatische kleuren rekenen zijn de kleuren die ontstaan door de zuivere kleur te verbleken of verdonkeren. Dit zal trouwens ook zo zijn wanneer monochromatisch licht op een wit of een zwarte ondergrond valt. Dit is het eerste kleurakkoord of kleur harmonie (weer een term uit de muziekwereld) die we bespreken.
Mark Rothko
Van Gogh Nu ja, zo nauw steekt het nu ook weer niet, dat beetje groen en rood is te verwaarlozen, dit is een monochromatisch werk in oranje.
Yves Klein
Mark Rothko
Picasso, blauwe periode (1901 - 1904)
Tony Cragg
Titiaan De kunstenaar gebruikt dus slechts één kleur, maar aangezien je dan niets anders kunt afbeelden als één effen vlak moet de kleur toch wijzigingen ondergaan door ze lichter of donkerder te maken. Toevoegen van wit of zwart is een mogelijkheid, maar ook toevoegen van een natuurlijk lichte kleur zoals geel of een natuurlijk donkere kleur zoals pruisisch blauw kan dit ook bewerkstelligen. Uiteraard in die mate dat de "hoofdkleur" daardoor niet omslaat in een andere kleur, bijvoorbeeld te veel geel bij rood voegen laat dit omslaan in oranje (grens tussen rood en oranje is voor iedereen anders) of toevoegen van een beetje blauw aan geel maakt deze groen. Bij de gele citroen een beetje blauw toevoegen en de toeschouwer denkt: "Mooie limoenen!"
Tweeklank: complementaire kleuren
Complementaire kleuren zijn kleuren die in de kleurencirkel diametraal tegenover elkaar staan zoals rood - groen. zie bij didactisch atelier - kleur - complementair
Bij beide bovenstaande voorbeelden gaat het over een hoofdkleur (rood - geel - blauw) tegenover een mengkleur, ontstaan uit de menging van de twee andere hoofkleuren: rood complementair aan groen (= blauw + geel) blauw complementair aan oranje (= rood + geel) geel complementair aan paars (= rood + blauw)
Maar dus ook "nevenkleuren", zoals op dit voorbeeld (blauw met een beetje rood (dus tussen blauw en paars) en geel met een beetje rood (tussen geel en oranje) zijn complementair. Complementair betekent ook dat de kleuren elkaar "vernietigen", in de praktijk betekent dit dat ze een bruin opleveren. Meng rood met blauw en geel en je krijgt bruin (in theorie zou dit zwart moeten zijn) zie bij didactisch atelier - kleur - subtractief zie bij didactisch atelier - kleur - additief zie bij didactisch atelier - kleur - met pigment
In dit laatste voorbeeld zie je dat de pijl tussen twee kleuren instaat, de kleurencirkel is continu, niet zoals hier in cirkeltjes verdeeld. Het kan ook wijzen op kleuren die verbleekt en/of verdonkerd zijn.
Drieklank Hier gebruiken we een driehoek, gelijkzijdig of gelijkbenig (scherp of stomp) Gelijkzijdig
Hier zijn het de drie hoofdkleuren.
We mogen ons natuurlijk niet blindstaren op alle kleuren in een werk. Vaak speelt ĂŠĂŠn van de akkoorden in een werk, maar slechts als "onderdeel", ze trekken de aandacht zoals hier de bloemen(oranje) met het paarsblauwe en groene aangezicht. Zo kunnen ook de drie mengkleuren gebruikt worden.
Natuurlijk kunnen andere kleuren gebruikt worden, zoals de "aanliggende" kleuren. Gelijkbenig
Vierklank Hier gebruiken we een vierkant of rechthoek
Tony Cragg
Meerklank Hier gebruiken we een regelmatige vijfhoek
Dit werk valt eigenlijk uiteen. De linker vleugel is een complementair contrast rood-groen. De rechter vleugel is eigenlijk een chromatisch akkoord voor geel met een heel klein beetje paars en de romp is chromatisch met overwegend blauw. Staart en bek zijn de menging van de drie hoofdkleuren wat dus bruin en zwart oplevert. De symmetrie in het werk is uiteraard vooral aan de vorm te danken, maar ook aan de overgangen van de kleur. Linker en rechtervleugel worden zo samengehouden door het groen tussen romp en kop. We zien ook een geleidelijke overgang tussen het rood en het groen (linker vleugel) en het geel en groen (rechter vleugel)
Verbleken en verdonkeren Natuurlijk kloppen vorige voorbeelden niet altijd helemaal. We gebruikten een zeer eenvoudige kleurencirkel. Kleuren kunnen verdonkeren of verbleken (wat wij tinten noemen) Bij de tweeklank zal je meestal vrij felle kleuren aantreffen, met de meeste verzadiging (zie voorbeeld onderaan) Meestal echter zullen de kleuren veel minder fel zijn zoals bijvoorbeeld in beide werken van Matisse (onderaan) Het oranje neigt naar het bruine, het blauwpaars is verdonkerd het blauwgroen is fletser
Kleurakkoorden in de mode Een „Andy Warhol“ presentatie van mode foto’s
Platonische lichamen en het Bauhaus Reeds in de tijd van Plato (Athene ca.427 - 347 v.C.)(leerling van Socrates, leraar van Aristoteles) legde men verbanden tussen vorm, kleur, klank en de 5 elementen (nu wordt het element ether nog weinig gebruikt tenzij in esoterische kringen, nu gebruiken we meestal de vier elementen: aarde, lucht, water en vuur)
Merk op dat de kleuren hier niet overeen stemmen met wat we „vandaag“ koppelen aan kleur, bijvoorbeeld water = blauw, vuur = rood... In andere culturen kan dit verschillen, bv. in China en Japan is water = zwart. Bauhaus: een opleiding voor beeldende kunstenaars, ambachten en architectuur van 1919 tot 1932 te Weimar, later verhuisde het naar Dessau en tenslotte één jaar in Berlijn.
Synesthesie Dit is een verschijnsel waarbij zintuigen gemengd worden, het ene zintuig kan een ander oproepen. Iedereen heeft daar wel in min of meerdere mate mee te maken. Deels aangeleerd, zoals de kleur rood heel vaak het gevoel van gevaar teweegbrengt. Een bepaalde geur of smaak kan je doen denken aan iets uit het verleden. Een frisse geur kan je bv. beelden oproepen van toen je klein was en een dagje aan zee doorbracht en de mooie gele bloemen die je maakte om te ruilen tegen schelpjes. Bij een aantal (men schat één op 2000 tot 5000) mensen is dit veel meer uitgesproken. Musicus Frank Zappa zag zijn muziek in de vorm van wiskundige, geometrische figuren. Natuurkundige Richard Feynman zag in natuurkundige formules kleuren. Kandinsky hoorde bij groen de klanken van een viool, bij rood hoorde hij trompetgeschal. Ook Nikolai Rimsky-Korsakov, David Hochney, Pharrell Williams, Duke Ellington... hadden of hebben zintuig vermenging. Liszt bleek regelmatig zijn muzikanten toe te roepen: „Wat meer blauw in deze episode! aub“. Een muzikant die voor het eerste met Liszt moest samenwerken zag waarschijnlijk blauw voor ogen!
Kleur in de taal
Klankgedichten Futuristen en dadaïsten Zie futurisme Zie dadaïsme
Dada werd op de eerste plaats een geruchtmakende literaire kring, ‘Geen artistieke beweging in de geijkte zin,’ schrijft Hans Richter, ‘maar een storm die over de wereld losbrak als de oorlog over de naties’. Dichters die zich schaarden om Hugo Ball zochten onvermoeibaar naar een nieuwe vorm van denken en doen, naar een nieuwe kunst voor een nieuwe vrijheid. Dada zette zich af tegen de gevestigde cultuur en zag in de burger zijn doodsvijand. De dadaïsten schreven verzen en liederen die zij zelf voordroegen en in een vrije visuele typografie lieten drukken. Hun voordrachten, beklemtoond door bruïtistische effecten met geluiden van schrijfmachines, ratels, kleppers, fluiten en trommels, ontlaadden zich in provocerende Dada-soirées op een hemelbestormende wijze onder directe invloed van het futurisme. Ook de lay-out van hun publicaties waarin verschillende drukelementen werden gecombineerd op overeenkomstige wijze als de schilders die in hun collages en montages toepasten, was een voortzetting van het werk van de futuristen, waarmee de dadaïsten vooral door Tzara in contact waren gekomen.
Kurt Schwitters: Die Ursonate in Wellen (stem) Kurt Schwitters: Ursonate (16 foto's) Podiumoptreden van Jaap Blonk met 'Ursonagraphy' van Schwitters
Toon & Klank & Woord: KLANKGEDICHTEN Er zijn zo van die gedichten die iedereen kent, maar ze niet direct kan plaatsen. Wie kent ‚Jantje zag eens pruimen hangen’ niet? Nee, niet het hele gedicht, maar de eerste lijnen: Jantje zag eens pruimen hangen, O! als eieren zo groot. 't Scheen, dat Jantje wou gaan plukken, Schoon zijn vader 't hem verbood. Maar wist je dat dit geschreven was op het einde van de 18de eeuw door Hieronymus van Alphen (1746 - 1803)? Een gedicht om een tekening bij te maken! Paul van Ostaijen Bij ons is vooral Paul van Ostaijen bekend met zijn klankgedichten of typografische gedichten, maar ook andere gedichten van hem kregen grote bekendheid zoals voordien gedichten van Guido Gezelle: ´Het ruisen van het ranke riet´ Een bekend gedicht van van Ostaijen is: Onder de maan schuift de lange rivier Over de lange rivier schuift moede de maan Onder de maan op de lange rivier schuift de kano naar zee Langs het hoogriet langs de laagwei schuift de kano naar zee schuift met de schuivende maan de kano naar zee Zo zijn ze gezellen naar zee de kano de maan en de man Waarom schuiven de maan en de man getweeën gedwee naar de zee Misschien nog bekender zijn zijn klankgedichten, zoals Paukenslag, uit de bundel ‚Bezette Stad’ die hij in 1920 maakte, een bundel over de bezetting van zijn stad Antwerpen tijdens WO I.
Boem Paukeslag door theatergroep in performance gebracht.
Enkele voorbeelden van klankgedichten gemaakt op een bestaand schilderij
Hedendaagse lay-out gebaseerd op klankgedichten
Leerlingenwerk Werk van leerlingen uit de middenschool Abraham Hans uit Oudenaarde (KA Oudenaarde) In de PO-les werden de leerlingen onder leiding van hun leraar L. Van de Vijver, geconfronteerd met werken van Pablo Picasso. Links de reproductie van het werk van Picasso, rechts het werk van de lln. Als je goed kijkt dan zie je dat het werk is opgebouwd uit allemaal vierkanten. Het werk werd eerst in het groot gemaakt, dan versneden en elke ll. moest zijn vierkant schilderen. Nadien werd het werk terug samengesteld. (merk bv. de verspringing aan de rechter kant de bruine band met geel af geboord.)
Groepswerk lln. 2de Mod.
2de Latijnse Gedichten werden geselecteerd door S. Van Wambeke, schilderijen door Van de Vijver. Er werd een boekje uitgegeven. Om de kosten te drukken werden slechts 2 werken in kleur geselecteerd. Ter verduidelijking van de nota’s hier werden het tweede en derde werk hier wel de reproducties van Picasso gebruikt.
Klankgedichten: les voor middengroep (Nederland)
De middenbouw is een benaming die wordt gebruikt voor de middelste leerjaren van het primair onderwijs in Nederland. Op de basisschool wordt de term gebruikt voor de groepen 3,4 en 5 (ongeveer 8-12 jaar)