3 minute read
Het ABC van chipperen, de ideale techniek om oud en nieuw te combineren
Steeds meer nieuwbouwwoningen en renovatieprojecten kiezen voor een chippermortel als afwerkingslaag. Wat is chipperen precies en hoe werkt deze afwerkingsmethode? Jorg Storme van Interbrickx geeft tekst en uitleg.
De laatste jaren wint het chipperen flink wat terrein op de klassieke vormen van gevelafwerking zoals traditioneel voegwerk, kaleiwerk, verlijmde gevelstenen, gevelbepleistering,… Het tijdloze karakter van deze gevelafwerking verbindt moeiteloos traditionele en hedendaagse elementen met elkaar. Deze duurzame gevelafwerking wordt dan ook zowel toegepast op klassieke woningen als op nieuwbouwprojecten met strakke lijnen.
Wat is chipperen?
Chipperen is het decoratief bewerken/bezetten van de gevelsteen en houdt het midden tussen klassiek voegwerk en kalei. Het geeft een prestigieuze en extra authentieke uitstraling aan de gevels. De methode is vernoemd naar architect David Chipperfield die deze techniek bedacht voor twee projecten in Berlijn.
Chipperen wordt doorgaans uitgevoerd op niet-gevoegde gevels, maar kan in bepaalde gevallen en mits een aangepaste techniek eventueel ook in renovatie worden toegepast. Dat kan dan wel enkel wanneer de voegen nog in goede staat zijn. Anders worden ze best eerst verwijderd. In principe kan de chippermethode op elk type voldoende zuigende gevelsteen worden toegepast. Geglazuurde, hydrofoob behandelde, fabrieksmatig gekaleide en niet-zuigende gevelstenen zijn met andere woorden ongeschikt. Naargelang het beoogde effect kunnen ook veelkleurige gevelstenen of een mix van recuperatiestenen als ondergrond worden gebruikt.
De kostprijs is sterk afhankelijk van de gewenste uitvoering, maar ook van het ontwerp, de bereikbaarheid van de gevels, het bescherm- en afplakwerk, de risico’s,… Al deze elementen kunnen een invloed hebben op de kostprijs, maar doorgaans ligt de prijs ongeveer in lijn met die van een gevelbepleistering.
Uitvoeringen
Chipperen is eigenlijk een verzamelnaam voor de verschillende technieken die men in de volksmond bureren, papvoegen, cementeren, gesluierd voegen,… noemt.
• De lichtste uitvoering is het ‘gesluierd voegen’. In de lastenboeken wordt deze methode vaak omschreven als een Seifert-sluier. Hierbij wordt de gevel vol ingevoegd en zal de vakman bij het uitvlakken van de voeg de chippermortel sluieren over het geveloppervlak. Na uitdroging blijft er dan een gekleurde sluier van chippermortel achter op de gevel. Gladde, rechtlijnige gevelstenen lenen zich het best bij deze techniek en zorgen voor een strakke, moderne uitstraling.
• Bij de ‘geschakeerde techniek’, ook wel bureren of papvoegen genoemd, wordt bij het invoegen, afwisselend de gevelsteen niét, deels tot zelfs volledig gedekt. Door de genuanceerde kleurschakering tussen de mortel en de gevelstenen zelf, zorgt dit voor een ambachtelijk, authentiek, speels effect. Dit effect kan ook behaald worden bij het gebruik van gevelstenen met een verschillende zuigkracht. De ruwere stenen worden zo meer gedekt dan stenen met een gladder oppervlak, waardoor er een geschakeerd effect ontstaat.
• Als derde mogelijkheid heb je het ‘dekkend chipperwerk’. Bij deze (ruwere) techniek die te vergelijken is met ‘cementeren’ worden zowel de voegen als de gevelstenen zo goed als volledig gedekt. Deze uitvoering wordt zowel gekozen bij gevelrenovaties, waarbij de vaak verschillende soorten gevelstenen toch een harmonieus geheel vormen, als bij strakke nieuwbouwprojecten die zich hier onderscheiden door hun imponerend uitzicht.
Deze gevel wordt voorbereid voor dekkende chipperwerken.
Wat al deze technieken gemeenschappelijk hebben, is dat het zeer arbeidsintensieve methodes zijn en enig vakmanschap vereisen om tot een goed resultaat te komen.
De uitvoering
Voor je van start gaat met de chippermortel, is het aangewezen om eerst enkele proefstalen te plaatsen op vooraf gemaakte maquettes. Iedere gevelsteen reageert immers anders en zal een ander resultaat opleveren. Op basis van de maquettes kan de architect of klant zijn fiat geven en kan het staal gebruikt worden als referentie tijdens de werken.
Ook is het belangrijk dat alle gevelvlakken volledig uitgedroogd zijn om de kans op afgetekende vlekvorming en kleurverschillen tot een minimum te herleiden. Daarom is het aangeraden om deze techniek uit te voeren tijdens een warmere, drogere periode. Afhankelijk van de weersomstandigheden bij voorkeur ergens tussen begin april en eind oktober.
De werken gebeuren ook best in een latere afwerkingsfa- se, wanneer het gebouw reeds enige tijd wind- en waterdicht is. Wolkvorming is steeds mogelijk en is ook perfect normaal door verschillen in droogtijd tussen de ongelijke laagdiktes van de bezetting.
Stap voor stap
Na het afdekken van alle werkzones en het bereikbaar maken van de gevels door middel van steigers, worden alle gevoelige materialen zoals daken, ramen, ruiten, dakranden, dorpels,… zorgvuldig afgekleefd. De gevels kunnen eventueel beschermd worden tegen direct zonlicht en nadelige invloed van de wind door middel van steigerdoeken.
Om zowel de porositeit van de ondergrond te regelen, als de aanhechting te bevorderen, breng je eerst een primer aan op basis van ethyleen-vinylacetaat. Deze primers zijn meer ademend dan klassieke aanhechtingsmiddelen op basis van latex (te afstotend voor deze techniek). De ethyleen–vinylacetaatprimer wordt ook gebruikt als additief in het aanmaakwater voor de bereiding van de chippermortel en fungeert als mortelverbeteraar. Hierdoor wordt de mortel elastischer en verkrijg je een betere aanhechting.