Climate Change

De weg naar een klimaatbestendig Nederland

Klimaatadaptatie en duurzaamheid zijn niet langer optionele ambities, maar bittere noodzaak. Met een integrale aanpak en innovatieve oplossingen moet een toekomst worden gerealiseerd. Een toekomst waarin Nederland niet alleen beter bestand is tegen de gevolgen van klimaatverandering, maar ook aantrekkelijker en leefbaarder.

Antea Group Nederland, onder leiding van CEO Tanja Lendzion, speelt een actieve rol in deze transitie. Als multidisciplinair ingenieursen adviesbureau hanteert de groep een duidelijke visie op duurzaamheid. Lendzion legt uit: “We helpen onze klanten om door het oerwoud van uitdagingen heen te navigeren. Dat doen we niet alleen technisch, maar ook mensgericht.” Het bedrijf combineert expertise op het gebied van techniek, beleid en participatie om oplossingen te bieden die haalbaar én effectief zijn. De focus ligt niet alleen op externe projecten. Ook intern wil Antea Group een voorbeeld stellen. Het bedrijf heeft zichzelf ten doel gesteld om in 2026 volledig CO2-neutraal te zijn. “Voor ons is 2050 geen ambitieus doel. We willen nú impact maken, en onze mensen trainen om die mentaliteit ook mee te nemen naar onze klanten”, aldus Lendzion.

SDG’s als kompas

Binnen het bedrijf nemen de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG’s) van de Verenigde Naties een belangrijke plaats in. In plaats van alle zeventien doelen te omarmen, richt het bedrijf zich op zeven specifieke SDG’s die aansluiten bij hun expertise. Deze omvatten onder meer schoon water (SDG 6), duurzame steden (SDG 11) en klimaatactie (SDG 13). Bij SDG 13, klimaatactie, kiest Antea Group voor het hoogste ambitieniveau. Het doel is om de opwarming van de

aarde te beperken tot anderhalve graad Celsius. Dit maakt het bedrijf een van de koplopers binnen de wereldwijde groep bedrijven die zich aan de Science Based Targets heeft gecommitteerd. “We hebben onze SDG-doelen vertaald naar concrete acties”, vertelt Lendzion. “Zo hebben we een eigen bos van tien hectare waar we experimenteren met biodiversiteit en duurzaam natuurbeheer. Dit levert niet alleen waardevolle inzichten op, maar ook educatie voor onze mensen en klanten. Het is belangrijk om echt te beginnen en de kleine oplossingen te zoeken zodat je grote stappen kan maken.

Antea Group Nederland anteagroup.nl

We moeten grote uitdagingen als klimaatadaptatie, energietransitie en woningbouw samen aanpakken

Klimaat adaptief ontwikkelen in praktijk

Een van de sterkste voorbeelden van Antea Group’s expertise is te zien in projecten zoals de herontwikkeling van de Meerwijk in Haarlem. In deze wijk met drieduizend huishoudens wordt klimaatadaptatie gecombineerd met andere

opgaven, zoals energietransitie en sociale cohesie. De wijk krijgt onder andere een gasvrij warmtenet, vergroende openbare ruimtes en natuur inclusieve ontwerpen die biodiversiteit bevorderen. Volgens Lendzion is deze geïntegreerde aanpak essentieel: “We moeten grote uitdagingen als klimaatadaptatie, energietransitie en woningbouw samen aanpakken. Dat betekent co-creatie met bewoners, gemeenten en andere stakeholders, zodat iedereen zijn rol begrijpt en we duurzame oplossingen kunnen realiseren. Waar komen de wandelpaden? Kunnen mensen bewegen en spelen en is er wel genoeg stroom in de buurt? Hoe zit het met de mobiliteit en waar kan ik de auto opladen?

Dan heb ik het maar over één woonwijk met allemaal issues die met elkaar in verband staan.”

Complexe uitdagingen vragen om slimme oplossingen

Klimaatadaptatie brengt tal van uitdagingen met zich mee. Droogte leidt tot bodemdaling, wateroverlast vraagt om innovatieve waterbeheerstrategieën en de beperkte ruimte in Nederland maakt het

lastig om al deze opgaven te combineren. Daarnaast zijn wet- en regelgeving en hoge kosten vaak struikelblokken. “Samenwerking is cruciaal”, benadrukt Lendzion. “Geen enkel bureau kan dit alleen. Zelfs wij, met onze brede expertise, moeten samenwerken met andere specialisten en belanghebbenden.” Het opstellen van een gedegen stakeholdersanalyse en het verenigen van alle partijen aan tafel is volgens haar een eerste stap naar succes.

Bij Antea Group draait het niet alleen om techniek en beleidsplannen, maar ook om de menselijke factor. Het bedrijf organiseert regelmatig evenementen en werksessies om bewustwording te vergroten en kennis te delen. Daarnaast wordt veel aandacht besteed aan educatie, bijvoorbeeld door middel van het eerdergenoemde eigen bos. “Het begint met kleine stappen”, zegt Lendzion. “Als iedereen een graad lager stookt of één keer per maand de trein neemt in plaats van de auto, maken we samen een groot verschil. Het gaat om haalbare oplossingen die schaalbaar zijn.”

Met een team van 1800 medewerkers in Nederland en 3600 wereldwijd heeft Antea Group de schaalgrootte om complexe projecten aan te pakken. Toch is de vraag naar goed opgeleid personeel hoog. “Als ik morgen tweehonderd ingenieurs zou kunnen aannemen, zou ik dat direct doen”, zegt Lendzion. Maar ondanks de krapte blijft het bedrijf zich richten op groei en impact. De missie van Antea Group is helder: een toekomst creëren waarin Nederland niet alleen voorbereid is op de uitdagingen van klimaatverandering, maar waarin ook mens, natuur en economie floreren.

Tanja Lendzion, CEO, Antea Group Nederland

Noord-Europese aanpak de drijfveer voor energietransitie

In Noord-Europa wordt al decennialang met een model gewerkt om te verduurzamen en de energietransitie te vervolmaken. Dit is deels gedreven door beperkte toegang tot fossiele brandstoffen, zoals gas in Nederland. Het geheim? Een innovatieve benadering genaamd Energy as a Service.

De energietransitie stelt de industrie voor enorme uitdagingen. Van chemie tot zuivel: bedrijven zoeken naar manieren om de CO₂-uitstoot te verminderen, minder afhankelijk te worden van fossiele brandstoffen en tegelijkertijd kosten beheersbaar te houden. Dit vraagt niet alleen om technologische oplossingen, maar ook om aanzienlijke investeringen en langdurige toewijding. “De makkelijke projecten zijn gedaan. Nu komen de complexe en kapitaalintensievere uitdagingen”, vertelt Victor Donselaar, countrymanager Nederland bij Adven. Met wortels in Noord-Europa heeft Adven zich bewezen als een pionier in duurzame energieoplossingen. Het bedrijf brengt een brede ervaring naar Nederland, dat relatief laat aan de transitie is begonnen. Hier ligt de focus op industriële verduurzaming en het vervangen van aardgas, een belangrijke stap in het behalen van nationale en Europese klimaatdoelstellingen.

Energy as a Service

De sleutel tot Advens succes ligt in hun innovatieve aanpak: Energy as a Service (EaaS). Dit model stelt bedrijven in staat zich volledig te richten op hun kernactiviteiten, terwijl Adven de verantwoordelijkheid voor de energievoorziening overneemt. Donselaar legt uit: “Een melkpoederproducent is geweldig in het maken van melkpoeder, maar niet in het verduurzamen van energieprocessen. En dat hoeft ook niet. Wij zorgen voor alles, van ontwerp en bouw tot financiering en exploitatie.” Het model omvat niet alleen de technische kant, maar ook de financiële. “Wij nemen de volledige investering op ons”, stelt Donselaar. “Bedrijven betalen vervolgens

voor de service, vergelijkbaar met een IT-abonnement. Dat maakt complexe verduurzamingsprojecten toegankelijker, zeker nu terugverdientijden langer worden.”

Noord-Europa versus Nederland

Een concreet voorbeeld is de samenwerking met chemiebedrijf Nobian in Delfzijl. Adven is al enkele jaren actief in Nederland en heeft dit project binnengesleept, dat kan dienen als inspiratie voor toekomstige projecten in Nederland. Adven bouwt daar een elektrische indampinstallatie voor de productie van natronloog. Deze installatie, aangedreven door een industriële warmtepomp, zal jaarlijks 25.000 ton CO₂-uitstoot besparen, gelijk aan 198 miljoen autokilometers. Adven is geheel verantwoordelijk voor het ontwerp, de bouw, investering en het operationele beheer. “Nobian heeft het aangedurfd om dit uit handen te geven en is hierbij echt een voorloper. Bedrijven beginnen in te zien dat samenwerking niet alleen risico’s verlaagt, maar ook helpt om sneller stappen te zetten.”

Met 50 jaar ervaring in Noord-Europa heeft Adven een stevige basis in landen waar duurzaamheid en langetermijndenken een belangrijk onderdeel van de cultuur vormen. “Het verschil met Nederland is duidelijk. Hier zijn we gewend aan aardgas en snelle oplossingen. In Scandinavië hebben we altijd al met beperkte middelen gewerkt en zijn duurzame keuzes diepgeworteld in de cultuur.” Dat verschil uit zich ook in de manier waarop bedrijven omgaan met energieprojecten. In NoordEuropa is het gebruikelijk om duurzame energieprojecten met een partner te realiseren. In Nederland kiezen bedrijven traditioneel vaker voor eigen investeringen. Maar die houding verandert, merkt Donselaar nu al.

grote industriële clusters, zoals de haven van Rotterdam en Brainport Eindhoven is het potentieel groot. Donselaar ziet die kansen duidelijk: “De Nederlandse industrie is zes tot zeven keer groter dan die in Finland. Dat biedt ongekende mogelijkheden.”

Nu komen de complexe en kapitaalintensievere uitdagingen

Met hun Noord-Europese erfgoed biedt Adven die betrouwbare samenwerking. “We zijn niet zomaar een leverancier”, verklaart Donselaar. “Onze klanten zien ons als een partner. Dat betekent dat we gedurende 15 jaar of langer betrokken blijven, zorgen dat de oplossingen blijven werken en meedenken over nieuwe innovaties.”

Toekomst

De Nederlandse industrie staat voor een uitdaging: de afhankelijkheid van aardgas afbouwen en tegelijkertijd productieprocessen verduurzamen. Met

De Nederlandse industrie staat voor een uitdaging

Adven heeft al een solide basis gelegd in Nederland, met een team in Arnhem en een groeiend portfolio aan projecten. Naast Nobian werkt het bedrijf aan verduurzamingsoplossingen voor verschillende sectoren, van chemie tot zuivel. De komende jaren verwacht Adven verdere groei, aangedreven door zowel nieuwe klanten als bestaande partners die hun Scandinavische ervaringen willen uitbreiden naar Nederland. “In Noord-Europa is ons model inmiddels standaard”, zegt Donselaar. “Ik geloof dat we in Nederland op een kantelpunt staan. Bedrijven begrijpen dat de energietransitie niet te stoppen is, maar zoeken naar manieren om de drempels te overwinnen. Wij zijn hier om hen daarbij te helpen.” Met hun focus op langetermijndenken, technologische innovatie en financiële ontzorging positioneert Adven zich als een belangrijke speler in de Nederlandse energietransitie. De energietransitie vraagt om actie, en Adven staat klaar om bedrijven hierin te ondersteunen.

Victor Donselaar, Countrymanager Nederland, Adven

Zonder een rechtvaardige transitie geen succesvol klimaatbeleid

VOORWOORD

Tot voor kort was Bakoe voor velen slechts een stip op de kaart. Recent waren de ogen van de wereld echter gericht op de Azerbeidzjaanse hoofdstad, toen de COP29 klimaatbesprekingen er werden gehouden. Als de op een na grootste klimaatconferentie ooit – achter Dubai vorig jaar – bracht de klimaattop staatshoofden, beleidsmakers en bedrijven bijeen om afspraken te maken over onze gezamenlijke toekomst. Dit jaar werd de COP ook wel de “Finance COP” genoemd, vanwege de onderhandelingen over een nieuw collectief doel voor klimaatfinanciering.

Na twee weken aan de onderhandelingstafel, overheerst bij velen – met name bij ontwikkelingslanden – de teleurstelling. In plaats van de dringend gewenste $1.000 miljard of de gehoopte $500 miljard per jaar voor klimaatsteun aan kwetsbare landen, werd slechts $300 miljard afgesproken. Dit is schrijnend, aangezien juist deze landen het minst bijdragen aan de klimaatcrisis, maar wel het meest lijden onder de gevolgen.

Juist deze ongelijkheid benadrukt het belang van een eerlijke transitie naar een CO₂-neutrale toekomst. Deze ‘Just Transition’ is essentieel om kwetsbare samenlevingen te ondersteunen die onevenredig hard worden getroffen door

klimaatverandering. Het is echter ook cruciaal voor het behoud van sociale stabiliteit en vertrouwen. Naast de publieke sector hebben ook bedrijven hier een duidelijke rol. Door actief bij te dragen aan een eerlijke transitie kan de private sector

ook maatschappelijke impact en waarde op lange termijn creëren. Bijvoorbeeld via het scheppen van groene banen, het investeren in duurzame innovaties en het betrekken van gemeenschappen in de keten.

Door actief bij te dragen aan een eerlijke transitie kunnen bedrijven maatschappelijke impact op lange termijn creëren

COP29 onderstreepte verder dat innovatie en internationale samenwerking de sleutel zijn om klimaatdoelen te behalen. Dit biedt enorme kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven. Sectoren waarin Nederland wereldwijd koploper is, zoals waterbeheer en landbouw, kunnen profiteren van nieuwe marktkansen en partnerschappen. Bovendien vraagt de verduurzaming van ketens om intensievere

samenwerking met leveranciers en afnemers, wat kan leiden tot sterkere en duurzamere netwerken.

Nederlandse bedrijven hebben een unieke kans om proactief een leidende rol te vervullen. Door te investeren in duurzaamheid, te innoveren en samen te werken, kunnen zij voldoen aan de eisen van een veranderende wereld én bijdragen aan een toekomstbestendige economie.

De urgentie van klimaatverandering laat geen ruimte voor aarzeling. Met nog slechts vier jaar om het doel van maximaal 1,5 graad opwarming binnen bereik te houden, is er geen tijd te verliezen. Daarom nodig ik alle bedrijven uit om niet alleen hun klimaatimpact in kaart te brengen, maar ook hun sociale impact. Het is tijd om met klanten, werknemers en leveranciers in gesprek te gaan over een rechtvaardigere klimaattransitie en concreet actie te ondernemen. Een groene en rechtvaardige toekomst vraagt om actie, en samen kunnen wij deze vormgeven.

Tekst: Merei Wagenaar

Sport op een duurzame manier toegankelijk maken

Veel producenten van sportartikelen zien duurzaamheid niet alleen meer als een verantwoordelijkheid, maar als een noodzakelijke strategie om toekomstbestendig te blijven. Ze proberen op innovatieve manieren de duurzaamheidsdoelstellingen te bereiken.

Decathlon heeft een uitgebreide reductiestrategie voor de uitstoot van broeikasgassen die zich onder andere richt op het verduurzamen van bedrijfsactiviteiten, productontwikkeling, circulaire modellen en diverse samenwerkingen met partners. Daarnaast wordt elke nieuwe medewerker getraind in de beginselen van klimaatvraagstukken en uitvoerig geïnformeerd over Decathlons duurzaamheidsdoelstellingen. Ook wordt de Climate Fresk workshop aangeboden om meer bewustzijn te creëren over het wereldwijde probleem.

Bedrijfsactiviteiten

Decathlon wil wereldwijd een reductie van 42% van broeikasgassen realiseren tegen 2030 ten opzichte van 2021. Deze ambitie, gevalideerd door het Science Based Targets initiative, gaat hand in hand met concrete acties. Hieronder vallen bijvoorbeeld hernieuwbare energie voor

alle Nederlandse locaties, het efficiënter maken en verduurzamen van transport en inzetten op minder verpakkings- en opvulmaterialen voor e-commerce.

Productuitstoot

Marijke Heddes, Decarbonization Leader bij Decathlon Nederland, vertelt over hun uitstoot: “Producten die vallen onder onze ecodesign benadering hebben een lagere milieu-impact over de hele levenscyclus. Alternatieven die worden toegepast, zijn bijvoorbeeld het gebruik van gerecyclede materialen en verfmethoden die minder milieubelastend zijn. Zo wordt een deel van ons kampeerassortiment niet geverfd, waardoor we energie en chemicaliën in het productieproces kunnen minimaliseren.”

Circulariteit

Een ander belangrijk element is het uitbreiden van circulaire programma’s.

Denk aan het inruilen en opnieuw verkopen van gebruikte producten via BuyBack en Second Life. Verder biedt Decathlon ook de optie ‘Rental’ aan, wat zich uit in de vorm van kinderfietsabonnementen en de verhuur van onder andere wintersportartikelen.

Als vierde circulaire model houdt het bedrijf zich intensief bezig met reparaties. Het doel is om sportproducten een tweede leven te geven en daarmee de levensduur te verlengen. Wereldwijd hebben ze inmiddels meer dan 3 miljoen interne reparaties uitgevoerd voor fietsen en andere

sportartikelen. Naast een reparatiedienst voorzien ze ook in reserveonderdelen en reparatie- en onderhoudstools, zodat klanten thuis zelf producten kunnen repareren. “Het leveren van circulaire diensten verlaagt niet alleen de impact op het milieu, maar kan ook kostenefficiënt zijn voor klanten. De drempel tot sporten wordt hierdoor verlaagd.” In de ogen van Decathlon moet sport en duurzaamheid voor iedereen toegankelijk zijn, ongeacht budget.

Collectief

Decathlon gelooft in collectieve acties om de impact te vergroten. Zo werkten ze afgelopen jaar aan de ontwikkeling van de eerste onafhankelijke duurzaamheidscertificering voor webshops in Nederland. Dit deden ze samen met Thuiswinkel.org, de belangenvereniging voor webshops, andere e-commerce bedrijven en duurzaamheidsexperts. Daarnaast waren zij een van de eerste webshops die deze certificering hebben behaald. “Naast samenwerkingen willen we andere organisaties echt inspireren om ook aan de slag te gaan met verduurzaming” aldus Heddes.

Decathlon Nederland – Partner Content

Marijke Heddes, Decarbonization leader, Decathlon Nederland

Merei Wagenaar, Executive director UN Global Compact NL

Wind, zon en energieopslag: de pijlers van een duurzaam energiesysteem

De overgang naar een duurzaam energiesysteem is in volle gang. Met een integrale aanpak gericht op wind, zon, systeemintegratie en opslag wordt de transitie naar een CO2-neutraal energiesysteem versneld.

De uitdagingen van de energietransitie zijn groot, maar de kansen nog groter. Inventieve bedrijven zoals het Nederlandse Ventolines spelen een cruciale rol in deze transitie. Bij succesvolle duurzame energieprojecten draait het tegenwoordig niet meer alleen om het toevoegen van hernieuwbare energiecapaciteit. Een belangrijke factor is hoe de impact van extra hernieuwbare energie op het energiesysteem en op de elektriciteitsnetten beheersbaar blijft.

Rens Savenije, Commercieel directeur, Ventolines

“In de dagelijkse praktijk zien wij dit ook. Een succesvol project moet naast financieel rendement ook een bijdrage leveren aan een betrouwbaar, duurzaam én betaalbaar energiesysteem. De missie van Ventolines is duidelijk: duurzame energieprojecten waardevol maken voor iedereen”, legt commercieel directeur Rens Savenije uit.

De rol van wind en zon Wind- en zonne-energie vormen belangrijke pijlers onder de strategie van Ventolines. Het bedrijf was nauw betrokken bij projecten zoals Windplan Groen, het grootste windproject op land in Nederland. Met 86 windturbines kan dit park jaarlijks 1,8 terawattuur aan duurzame elektriciteit leveren. Dit is goed voor ruim 5% van de nationale doelstelling voor duurzame stroomproductie op land tegen 2030.

Daarnaast heeft Ventolines zijn expertise toegepast op Windpark Fryslân, het grootste windpark in een meer ter wereld. “Deze projecten illustreren onze ervaring en onze ambitie om bij te dragen aan een toekomstbestendig energiesysteem”, aldus Savenije.

Inmiddels heeft Ventolines voor zijn klanten de realisatie van meer dan 2 gigawatt aan geïnstalleerd vermogen aan wind- en zonne-energie begeleid en beheert het een asset management portfolio van 1,5 gigawatt. Bovendien werkt het aan steeds meer energieopslag- en systeemintegratieprojecten en richt het zijn blik over de grens naar een aantal interessante internationale markten zoals het gebied rondom de Baltische Zee, Ierland en de Verenigde Staten.

Energieopslag als sleutel tot flexibiliteit

Energieopslag is een belangrijke schakel in de energietransitie. Met de groei van wind- en zonne-energie ontstaat de uitdaging om vraag en aanbod van elektriciteit in balans te houden. Dat is de reden achter de huidige groei van batterijprojecten die elektriciteit opslaan tijdens pieken in het aanbod en beschikbaar stellen tijdens dalen. In de Noordoostpolder begeleidt Ventolines een klant bij de ontwikkeling van het grootste batterijpark van Nederland, Energieopslag Westermeerdijk, met een opslagcapaciteit van één gigawattuur, waarvan de bouw in 2025 begint.

“Batterijen bieden niet alleen de benodigde flexibiliteit in het energiesysteem van de toekomst, maar dragen ook bij aan het verminderen van netcongestie en het optimaal gebruikmaken van netcapaciteit”, legt Savenije uit. Volgens hem zullen batterijen een steeds grotere rol spelen.

“De technologie ontwikkelt zich razendsnel en de kosten blijven dalen, waardoor batterijen een onmisbaar onderdeel van ons energiesysteem worden.”

om projecten succesvol te maken. “Bij complexe projecten, zoals Windplan Groen of Energieopslag Westermeerdijk, draait het om samenwerking. Zonder de steun van de omgeving en een doordachte planning is een dergelijk project niet mogelijk”, zegt Savenije.

Juist in de huidige realiteit waar duurzame projecten soms op weerstand stuiten, is dit essentieel. “Dankzij onze integrale aanpak kunnen we duidelijke afspraken met alle betrokkenen maken en zorgen we ervoor dat iedereen zich gehoord voelt. Dat maakt het verschil tussen succes en mislukking”, aldus Savenije.

De uitdagingen van de energietransitie zijn groot, maar de kansen nog groter

Batterijen zijn een onmisbaar onderdeel van ons energiesysteem

Systeemintegratie: de weg vooruit

Een van de grootste uitdagingen in de energietransitie is het optimaal benutten van het elektriciteitsnet.

Systeemintegratie biedt hier oplossingen, en Ventolines heeft ervaring met het ontwikkelen en implementeren van innovatieve oplossingen op dit gebied. Concepten zoals cablepooling, waarbij meerdere duurzame energieprojecten één netaansluiting delen, en gesloten distributiesystemen, waarbij meerdere projecten samenwerken om uiteindelijk via een privaat net één aansluiting te maken op het hoogspanningsnet, maken duurzame energieprojecten efficiënter en rendabeler.

“De pieken van wind- en zonne-energie vallen zelden samen, waardoor een gedeelde netaansluiting optimaal wordt benut. Dit soort innovaties zorgt niet alleen voor meer duurzame energieproductie, maar versnelt ook de transitie”, legt Savenije uit.

Stakeholders centraal

Ventolines legt de focus op samenwerking met een verscheidenheid aan stakeholders. Lokale gemeenschappen, overheden, netbeheerders, projectontwikkelaars en investeerders worden actief betrokken

Optimisme over de toekomst Ondanks de uitdagingen ziet Savenije de toekomst van de energietransitie positief. “We zitten op een kantelpunt. De kostprijs van duurzame energie daalt nog steeds, en dat maakt het steeds aantrekkelijker om te investeren. Voor veel bedrijven en consumenten is verduurzaming nu niet alleen een morele keuze, maar ook een economische”, legt hij uit.

Bovendien is de technologie in een stroomversnelling geraakt. Innovaties in batterijen, zonne-energie en systeemintegratie maken duurzame energie steeds efficiënter en toegankelijker. “We hebben grote stappen gezet, en dit is nog maar het begin. De komende jaren zullen we een exponentiële groei zien van duurzame energieprojecten, wereldwijd.”

Door ervoor te zorgen dat in elke fase van duurzame energieprojecten de juiste kennis en expertise beschikbaar is, draagt Ventolines bij aan de succesvolle transitie naar een duurzaam energiesysteem. Of het nu gaat om windparken, grootschalige batterijen of innovatieve systeemintegratieprojecten: het bedrijf blijft de weg banen naar een toekomst waarin duurzame energie de norm is. “De energietransitie is niet alleen een uitdaging, maar ook een kans om het verschil te maken”, besluit Savenije.

Visualisatie Energieopslag Westermeerdijk, gemeente Noordoostpolder

Windplan Groen, gemeente Dronten

De puzzelstukjes van waterstof vallen op hun plek

INNOVATIE

Waterstof zal een belangrijke rol spelen in de energietransitie. Er heerst echter nog veel onduidelijkheid rondom deze vorm van energie en dat zorgt voor onrust bij investeerders die benieuwd zijn naar de stand van zaken en de visie van het nieuwe kabinet.

Drs. Herbert Krajenbrink – werkzaam bij het ministerie van Economische Zaken – begrijpt dit en geeft graag opheldering. “Vier jaar terug is de waterstofvisie uitgebracht met de bedoeling om een hele energiesector van de grond te tillen. Waar voor andere energiesoorten zoals wind- en zonne-energie de infrastructuur al aanwezig was, moest dat voor waterstof helemaal opnieuw gelegd worden.”

Naast de afwezigheid van infrastructuur ontbrak het vier jaar terug ook nog aan wetgeving. De overheid moet dus beginnen op nul. “En alle aspecten moeten op elkaar aansluiten. Van het opwekken van de energie tot het omzetten van de waterstof en uiteindelijk een aanbieder en vraag. En dat ook nog binnen een korte tijd, want de doelen die de overheid gesteld heeft, vragen enige snelheid.”

Drs. Herbert Krajenbrink, Werkzaam bij het ministerie van Economische Zaken

Hoewel er een doelstelling van 3 tot 4 gigawatt tegen 2030 is en een grote partij, zoals Shell Holland Hydrogen, al bouwt aan

Focus

een elektrolyser, is dit nog niet voldoende om de ambities te realiseren. “Daarom is het zaak dat er een duidelijke wetgeving vanuit Brussel komt en duidelijkheid over de subsidies. Hierin hebben we gelukkig enorme stappen gemaakt de laatste tijd. Er zijn afspraken gemaakt over de waterstofinfrastructuur – met hergebruik van bestaande leidingen – en er zijn subsidies geopend met 200 miljoen aan elektrolysers en inmiddels zelfs een nieuwe pot met 1 miljard subsidie. Hier kunnen bedrijven op intekenen.”

Tekst: Schrijver

Hoewel het nieuwe kabinet inmiddels bezuinigd heeft op het waterstofverhaal, is er toch nog steeds een budget van 8 miljard over. Krajenbrink: “De boodschap vanuit het kabinet is heel duidelijk: wij gaan door met waterstof, en er zijn nog volop ontwikkelingen wat de markt stabiliseert en nieuwe partijen kan aantrekken.”

De kracht van groene

Statkraft – Partner Content

Vakbeurs InfraTech 2025, voor professionals in de infrasector

VAKBEURS

Van 14 t/m 17 januari 2025 vindt InfraTech plaats in Rotterdam Ahoy, dé ontmoetingsplek voor professionals in de infrasector. Onder het thema “Ruimte voor Ontwikkeling” staan oplossingen voor klimaatverandering, energietransitie en duurzame infrastructuur centraal.

InfraTech biedt een uitgebreid programma met thema’s zoals Klimaat & Verduurzaming, Mobiliteit & Logistiek, Digitalisering en Human Capital. Hoe kunnen we toekomstbestendige infrastructuur realiseren en tegelijk voldoen aan de klimaatdoelstellingen? Deze vragen komen aan bod in keynotes, panels en discussies, geleid door experts en opdrachtgevers zoals Rijkswaterstaat en de Gemeente Rotterdam.

Een hoogtepunt is de InfraTech Innovatieprijs, die op 15 januari wordt uitgereikt aan projecten die bijdragen aan een groenere sector. Duurzaamheid is een rode draad in zowel de genomineerde projecten als op de beursvloer, waar koplopers en innovators hun nieuwste technologieën en materialen presenteren.

InfraTech is een plek om kennis te delen, inspiratie op te doen en samen te werken aan een duurzamer Nederland. Registreer gratis via www.infratech.nl en ontdek oplossingen die bijdragen aan een toekomstbestendige infrastructuur. Samen bouwen we aan een wereld die werkt voor mens, natuur en economie.

waterstof voor een nieuwe energietoekomst

De wereldwijde energietransitie vraagt niet alleen om schone energiebronnen, maar ook om oplossingen die flexibel genoeg zijn om de pieken en dalen in vraag en aanbod op te vangen. Groene waterstof is een energiedrager die hierin een sleutelrol kan spelen.

Binnen de energietransitie wordt waterstof steeds meer gezien als een onmisbare schakel. Niet alleen biedt het een duurzame energiedrager, maar het kan ook worden ingezet als opslagmedium, brandstof en grondstof voor industrieën die moeilijk te verduurzamen zijn. Vooral groene waterstof, geproduceerd met hernieuwbare energie, biedt veel potentie voor sectoren waar elektrificatie geen optie is. “Waterstof is uniek omdat het energie langdurig kan opslaan en later beschikbaar kan stellen, wat cruciaal is voor industrieen en toepassingen waar direct elektrisch gebruik niet haalbaar is”, aldus Rob Smit, Vice President Hydrogen bij Statkraft Nederland. Het duurzame energiebedrijf zet sterk in op groene waterstof.

Naast het verduurzamen van bestaande industrieën kan waterstof ook een oplossing bieden voor netcongestie. “Wanneer er een overschot aan elektriciteit is, kunnen

we waterstof produceren en opslaan voor gebruik op momenten dat de vraag piekt”, legt Smit uit. Dit kan helpen om het energiesysteem stabieler te maken, zeker nu het aandeel wind- en zonneenergie toeneemt. Door deze flexibiliteit voegt waterstof waarde toe aan het energiesysteem en kan het een buffer vormen tegen fluctuaties in vraag en aanbod.

Zephyros-project als bewijsvoering Toch zijn er aanzienlijke uitdagingen. De productiekosten van groene waterstof liggen nog altijd veel hoger dan die van grijze waterstof. Hoge netkosten en beperkte schaalgrootte maken het lastig om concurrerend te zijn. “Zonder subsidies en duidelijke regelgeving is het moeilijk om deze markt van de grond te krijgen”, aldus Smit. Daarnaast is de infrastructuur voor opslag en distributie van waterstof nog in ontwikkeling. Gasunie werkt aan

een landelijke backbone van pijpleidingen, maar dit zal pas op langere termijn beschikbaar zijn.

Een concreet voorbeeld van innovatie in Nederland is het Zephyros-electrolyse project in Den Helder, ontwikkeld door Statkraft in nauwe samenwerking met de Port of Den Helder en andere partners. Dit initiatief begint met kleinschalige waterstofproductie en heeft de ambitie om uit te breiden naar een capaciteit van 150 megawatt. “Met Zephyros zetten we niet alleen in op verduurzaming van

lokale scheepvaart, maar testen we ook hoe we grotere projecten succesvol kunnen opschalen”, aldus Smit. Door klein te beginnen en ervaring op te doen met zowel technologie als markttoepassingen, wordt de weg vrijgemaakt voor toekomstige grootschalige waterstofprojecten.

Ondanks de huidige obstakels is de toekomst van waterstof veelbelovend. Door investeringen in technologie, infrastructuur en beleid kan waterstof niet alleen de CO2-uitstoot verminderen, maar ook een cruciale rol spelen in het oplossen van energievraagstukken. “Groene waterstof biedt ons een manier om sectoren te verduurzamen die tot nu toe moeilijk te bereiken waren. Dit maakt het een onmisbare schakel in de energietransitie”, zegt Smit.

Rob Smit, Vicepresident Hydrogen, Statkraft Nederland

SLIMME OPLOSSINGEN VOOR

NETCONGESTIE OP BEDRIJVENTERREINEN

De gigantische opgave van de energietransitie wordt gekenmerkt door de toenemende elektrificatie en decentralisatie van ons energiesysteem. Dit legt aanzienlijke druk op ons energienet, waarbij er in toenemende mate sprake is van netcongestie. Hierdoor kunnen nieuwe bedrijven zich niet altijd meer vestigen, worden groeimogelijkheden van bedrijven beperkt, maar worden ook verduurzamingsplannen uitgesteld. Naast maximale inspanningen om het energienet zo snel mogelijk uit te breiden worden we met z’n allen uitgedaagd om oplossingen te bedenken waarmee er slimmer en beter gebruik kan worden gemaakt van de bestaande infrastructuur.

WAT IS NETCONGESTIE?

Netcongestie kun je vergelijken met een file. Een file ontstaat als de hoeveelheid auto’s groter is dan de beschikbare ruimte op de weg en een verstopping (congestie) ontstaat. Congestie op het energienet ontstaat wanneer het elektriciteitsnetwerk de vraag naar of het aanbod van elektriciteit op enig moment niet kan verwerken.

OORZAKEN VAN NETCONGESTIE

De belangrijkste oorzaken van netcongestie zijn decentralisering en elektrificatie. Tegenwoordig wordt elektriciteit in toenemende mate lokaal opgewekt met gebruik van zonnepanelen door huishoudens en bedrijven en met windmolens bij stadsgrenzen. Deze vormen van opwekking zijn afhankelijk van wanneer de zon schijnt of de wind waait. Hierdoor ontstaan er piekmomenten op het energienet. Deze worden steeds heftiger, waardoor het net meer onder druk komt te staan. Elektrificatie is het gevolg van de verwachte grootschalige overschakeling op elektriciteit. Zo wordt er bijvoorbeeld een enorme groei verwacht in het aantal elektrische auto’s en warmtepompen, waardoor een steeds grotere stroomvraag zal gaan ontstaan, wat vervolgens de belasting van het energienet verhoogt.

LOKALE UITWISSELING VAN ENERGIE EN CAPACITEIT OM NETCONGESTIE TEGEN TE GAAN

Een voor de hand liggende oplossing is lokale energie-uitwisseling op bijvoorbeeld een bedrijventerrein. Bedrijven hebben verschillende energieprofielen, zoals uiteenlopende vraagpatronen en opwekprofielen. Deze lokaal verschillende vraag- en opwekprofielen bieden ruimte aan bedrijven om energie met elkaar uit te wisselen in wat we een ‘energy hub’ noemen. Bedrijven kunnen via het ENTRNCE Trader-platform bepalen tegen welke voorwaarden een peer-to-peer transactie plaatsvindt. Resterende tekorten en overschotten kunnen ze automatisch via de groothandelsmarkt (peerto-market transactie) verhandelen.

Een mooi voorbeeld waar lokale energie-uitwisseling plaatsvindt is het Amsterdamse Havenbedrijf. Hier wisselen bedrijven in het havengebied via het Trader-platform onderling energie uit en werken ze op piekmomenten slim samen. Vraag en aanbod wordt op elkaar afgestemd en tekorten en overschotten worden automatisch aangevuld of verhandeld op de groothandelsmarkt. Hiermee faciliteert ENTRNCE een decentrale energiemarkt, waarbij bedrijven worden gestimuleerd om zo veel mogelijk energie te verbruiken wanneer lokale opwek beschikbaar is.

Het voordeel van lokale energie-uitwisseling, is dat gelijktijdig lokaal geproduceerde en geconsumeerde elektriciteit niet over grotere afstanden getransporteerd hoeft te worden. Het draagt daarmee bij aan het beter benutten van het energienet. ENTRNCE werkt binnen het EIGEN-subsidietraject samen met consortiumpartners aan een blauwdruk voor de realisatie van energy hubs op bedrijventerreinen. Deze samenwerking richt zich specifiek op het inpassen van grootschalige hernieuwbare energie. Naast het lokaal uitwisselen van energie, wordt vanuit deze samenwerking ook gewerkt aan het mogelijk maken van het uitwisselen van capaciteit. Binnen het ECAH project wordt dit ondertussen in de praktijk gebracht.

Capaciteitsdeling is een manier voor bedrijven om de piekmomenten van hun capaciteitsvraag op elkaar af te stemmen, zodat niet alle bedrijven tegelijk pieken. Over capaciteitsdeling moeten heldere afspraken worden gemaakt die vastgelegd worden in zogenaamde aansluit- en transportovereenkomsten voor groepen (groepsATO’s). Dit zijn overeenkomsten waarbij bedrijven de beschikbare transportcapaciteit bundelen en onderling verdelen.

DE SLEUTEL IS LOKALE SAMENWERKING

Het lokaal delen van zowel energie als capaciteit creëert meer lokale samenwerking. Vanuit deze samenwerking worden partijen gestimuleerd om zoveel mogelijk energie te verbruiken op momenten dat lokale opwek beschikbaar is. En werken partijen samen om piekmomenten op elkaar af te stemmen en capaciteit te delen. Op deze manier ontstaan sneller mogelijkheden voor bedrijven om zich te vestigen, te groeien en te verduurzamen.

DOWNLOAD DE WHITEPAPER

In het whitepaper gaan we dieper in op hoe samenwerking in lokale energie- en capaciteitsuitwisseling bijdraagt aan oplossingen voor netcongestie op bedrijventerreinen. Ook worden de uitdagingen besproken en voorbeelden gegeven waar deze aanpak al in de praktijk wordt gebracht.

Download het whitepaper via www.entrnce.nl/ whitepaper-netcongestie of scan de QR-code.

Nieuwe spelregels voor de Nederlandse energietransitie

ENERGIEWET

Nederland zet met de Energiewet een belangrijke stap richting een moderner en duurzamer energiesysteem. Deze wet, die op 10 december 2024 door de Eerste Kamer is aangenomen, vervangt de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet. De Energiewet introduceert een kader dat innovatie en duurzaamheid stimuleert, en speelt een rol in het voldoen aan Europese verplichtingen. Maar welke gevolgen heeft deze wet?

Waarom is de Energiewet nodig?

De huidige wetgeving sloot niet meer aan bij de eisen van een moderne energiemarkt. De regels rondom piek- en daluren houden bijvoorbeeld geen rekening met de wisselende beschikbaarheid van duurzame energiebronnen zoals zonneen windenergie. Ook belemmert de oude wetgeving initiatieven om lokaal opgewekte energie te benutten.

De Energiewet introduceert meer flexibiliteit, stimuleert innovatie en implementeert onderdelen van het Europese Clean Energy Package. Hoewel Nederland achterloopt, biedt de wet een kans om deze achterstand in te halen en de energietransitie te versnellen.

Wat verandert er?

Een van de meest ingrijpende veranderingen is de introductie van dynamische energietarieven. Deze tarieven fluctueren realtime op basis van vraag en aanbod, waardoor consumenten en bedrijven kunnen besparen door energie

te gebruiken wanneer die goedkoper is. Dit maakt het aantrekkelijker om duurzame energie te gebruiken wanneer deze overvloedig beschikbaar is, zoals dagen met veel zonne-energie. Hiernaast wordt er een gegevensuitwisselingsentiteit opgericht, een centrale organisatie die de veilige en gestandaardiseerde uitwisseling van energiedata tussen partijen in de markt regelt. Dit maakt het mogelijk om technologieën zoals automatische energiebeheer-apps en buurtbatterijen effectief in te zetten.

Praktische impact voor consumenten en bedrijven

De Energiewet biedt consumenten meer controle over hun energiegebruik en -kosten. Zo kunnen huishoudens profiteren van lagere tarieven door slimme apparaten te gebruiken die energieverbruik hierop afstemmen. Voor eigenaren van zonnepanelen wordt het eenvoudiger om overtollige energie lokaal op te slaan en te benutten in plaats van terugleveren aan het net.

Edith Nordmann, Managing Partner | Advocaat ACG International & Chairman Netherlands India Chamber of Commerce and Trade (NICCT)

Bedrijven kunnen voortaan bijvoorbeeld hun productieprocessen afstemmen op momenten met lagere energietarieven. In de industrie en datacenters, waar energie een grote kostenpost is, kan dit een direct concurrentievoordeel opleveren. Bovendien opent de wet nieuwe markten voor technologiebedrijven. Denk aan apps die realtime inzicht geven in energiekosten of platforms voor buurtcoöperaties die profiteren van de gestandaardiseerde datauitwisseling.

Nederland in Europees perspectief

Hoewel Nederland vooruitgang boekt, blijft het totale aandeel hernieuwbare energie met 15% (cijfers uit 2022) ver achter bij landen zoals Zweden en Denemarken. In de eerste helft van 2024

was 53% van de Nederlandse elektriciteit hernieuwbaar, een record, maar het totale energieverbruik is nog sterk afhankelijk van fossiele brandstoffen. De Energiewet kan hierin helpen en Nederland beter positioneren in de Europese energietransitie. Succesvolle modellen uit andere landen, zoals dynamische tarieven in Zweden en energiecoöperaties in Duitsland, tonen aan dat dergelijke innovaties mogelijk en effectief zijn. De uitdaging ligt in het uitvoeren en benutten van deze kansen.

Een goede stap, maar geen eindstation

De Energiewet moderniseert de Nederlandse energiemarkt. Door dynamische tarieven, veilige gegevensuitwisseling en innovatieve technologieën centraal te stellen, is het een basis voor een flexibeler, duurzamer en economisch aantrekkelijker energiesysteem.

De uitdaging ligt echter in de implementatie en in het samenspel tussen overheid, bedrijven en consumenten. Alleen met daadkracht en samenwerking kan Nederland zijn achterstand inhalen en leidend worden in de Europese energietransitie.

Essity – Partner Content

De hygiëne-industrie transformeert met recyclinginnovaties

Een circulaire economie lijkt een ver-van-je-bed-show, maar innovaties in de hygiëne-industrie laten zien dat de toekomst dichterbij is dan gedacht. Door intensieve samenwerking binnen de keten en een focus op duurzaamheid geeft een unieke recyclingservice papieren handdoekjes een tweede leven. Het resultaat? Minder afval, lagere CO₂-uitstoot en een tastbare impact op mens en milieu.

Alles begint bij een andere manier van denken. Dat is de vaste overtuiging van Reneé Remijnse, Sustainability Communications Director bij Essity. “We moeten ophouden afval als afval te zien. Het zijn reststoffen met waarde.” Met die gedachte ontwikkelde Essity het concept voor een recyclingservice die papieren handdoekjes een tweede leven geeft: ze worden opgehaald, verwerkt in eigen fabrieken en omgezet in nieuwe hygiëneproducten. Inmiddels worden er maandelijks meer dan 35 miljoen handdoekjes gerecycled in Europa.

Het succes van dit concept, genaamd Tork PaperCircle®, komt voort uit nauwe samenwerking met verschillende partijen in de keten. “Je hebt de afvalinzamelaars

Reneé Remijnse, Sustainability Communications director, Essity

nodig die handdoekjes apart ophalen, schoonmakers die afval scheiden en fabrieken die de vezels kunnen verwerken. Zonder die samenwerking kom je nergens”, benadrukt Remijnse. Zo wordt voorkomen

dat hoogwaardige papiervezels worden verbrand en kan de totale CO₂-uitstoot tot veertig procent verminderd worden*

Naast het milieuprofiel biedt de service bedrijven ook een kans om hun medewerkers te inspireren. “Uit onderzoek blijkt dat meer dan 80% van de werknemers wil dat hun kantoor duurzamer wordt. Klanten ontvangen een communicatiepakket met posters en stickers om het bewustzijn te vergroten. Een belangrijk aspect van het succes ligt in de balans tussen de drie P’s: People, Planet en Profit. “Om een circulaire innovatie succesvol te maken, moet het goed zijn voor mens, milieu én economisch haalbaar zijn. Alleen dan kun je opschalen en echte impact maken”, aldus Remijnse. De uitdagingen onderweg waren groot. De EU-regelgeving moest worden aangepast om gebruikte handdoekjes als recyclebare grondstof te registreren, en er was tijd nodig om alle partijen in de keten te overtuigen. “We hebben een voorbeeldfunctie. Als wij kunnen laten

Om echt impact te maken, moet het goed zijn voor mens, milieu én de economie

zien dat dit werkt, inspireert dat andere bedrijven om ook actie te ondernemen”, zegt Remijnse. Met Tork PaperCircle® toont Essity dat circulaire innovaties niet alleen haalbaar zijn, maar ook schaalbaar.

Essity

*Schatting op basis van een door derden gecontroleerde levenscyclusanalyse voor gemiddelde EU-condities, waarbij rekening is gehouden met vermeden processen door alternatief gebruik van verse vezels en energie. essity.nl

Tekst: Edith Nordmann Foto: Suzan Alberts

Vooruitgang in duurzaamheid binnen transport en logistiek

De energietransitie in transport en logistiek vraagt om lef en daadkracht. Dus niet wachten op beleid of technologie die nog moet komen, maar nú doen wat mogelijk is. Voorlopers in de branche tonen hoe bedrijven vandaag al een verschil kunnen maken met toegankelijke oplossingen die praktisch en impactvol zijn.

Waar duurzame keuzes vaak complex en kostbaar lijken, laat DCB Energy zien dat dit anders kan. Met een breed netwerk van hubs in Nederland en de Benelux groeit het aanbod van alternatieve brandstoffen en oplaadpunten snel. Hier vinden transportbedrijven niet alleen traditionele brandstoffen, maar ook oplossingen zoals HVO100, LNG en elektrische snelladers die specifiek zijn afgestemd op trucks en bestelwagens. Dit maakt het eenvoudiger dan ooit om duurzaam te rijden, zonder dat grote aanpassingen in het wagenpark nodig zijn.

“Voor ons betekent duurzaamheid niet alleen praten over verandering, maar deze ook zelf inzetten”, vertelt Carola Berkel, CEO van DCB Energy. “Of het nu gaat om de aanleg van nieuwe laadpleinen of uitbreiding naar strategische locaties, we kijken continu naar wat vandaag al kan bijdragen aan een schonere toekomst.”

DCB Energy

Samen vooruit tanken - dcbenergy.nl

Snellaadpleinen voor trucks, DCB

Charge

De vraag naar elektrische laadcapaciteit groeit snel, vooral voor zwaar transport. Hier speelt DCB Energy een toonaangevende rol: het bedrijf is koploper in Nederland als het gaat om snellaadpleinen voor vrachtwagens. Deze locaties zijn uitgerust met snelladers tot 360 kilowatt, waardoor zelfs de grootste voertuigen binnen een uur grotendeels zijn opgeladen uiteraard met volledig groene, hernieuwbare energie. Zo kunnen elektrische trucks blijven rijden met weinig tijdverlies.

De planning voor de komende jaren is ambitieus. “We hebben de ambitie om ons netwerk fors uit te breiden”, zegt Berkel. “Met locaties zoals Assen, Aalsmeer, Breda, Rotterdam-DistriPark, Maasvlakte en Waalwijk verwachten we in 2025 tientallen extra laadpunten beschikbaar te hebben. Daarnaast is er een flagship-locatie in ontwikkeling op de transportzone Meer, grensovergang Hazeldonk aan de E19 in België. Deze HUB wordt niet alleen onze grootste tot nu toe, maar ook de meest innovatieve.”

De Rotterdamse aanpak

In een sector waar de balans tussen economische haalbaarheid en duurzaamheid vaak een spanningsveld vormt, biedt flexibiliteit de oplossing. Naast elektrische oplaadmogelijkheden wordt HVO100, een schone biodiesel die in bestaande dieselmotoren gebruikt kan

worden, steeds breder uitgerold. Deze brandstof reduceert CO2-uitstoot tot maximaal 90%, zonder dat er nieuwe investeringen in voertuigen nodig zijn.

De aanpak gaat verder dan infrastructuur. DCB Energy heeft een standplaats in Spijkenisse in het havengebied van Rotterdam. Het bedrijf zet zich sinds 1961 in voor samenwerking met wagenparkbeheerders, transportondernemingen en chauffeurs, ook om hen te informeren en ondersteunen bij de overstap naar schonere brandstoffen. Een speciaal ontwikkelde portal laat klanten bijvoorbeeld zien hoeveel CO2 ze besparen bij het gebruik van alternatieven zoals HVO100 of LNG. Dit creëert niet alleen bewustzijn, maar biedt ook directe voordelen in tenders en duurzaamheidsrapportages. Het jaar 2025 start voor grote ondernemingen met het verzamelen van duurzaamheidsdata ten bate van CSRD.

voordelen op het gebied van uitstoot, maar ontlast ook het verkeer in stedelijke gebieden.

Waterstof blijft een veelbesproken onderwerp in de sector, maar de hoge kosten en beperkte beschikbaarheid maken het voorlopig een uitdaging. “We hebben een locatie voor waterstof dichtbij Schiphol, Amsterdam”, zegt Berkel. “Maar de businesscase is momenteel lastig. Toch houden we het scherp in de gaten. Zodra de technologie rijper is en de prijs daalt, staan we klaar om op te schalen.”

Vooruit blijven kijken

Duurzaamheid betekent niet

alleen praten over verandering, maar deze ook zelf inzetten

De volgende stap

Met een duidelijke visie op 2030 werkt DCB Energy aan een transportsector die gebruik maakt van diverse brandstoffen en volledig voorbereid op de eisen van zero-emissie zones. In steden zoals Amsterdam en Rotterdam wordt al geëxperimenteerd met logistieke hubs waar grote vrachtwagens goederen afleveren, die vervolgens elektrisch worden vervoerd naar de binnenstad. Dit biedt niet alleen

Hoewel politiek beleid soms vertraagt, blijft DCB Energy vooruit kijken. “We hebben geleerd dat je niet afhankelijk moet zijn van subsidies of regelgeving”, aldus Berkel. “Onze klanten hebben nu al oplossingen nodig, en wij willen daar proactief in ondersteunen.” Deze daadkracht heeft impact, niet alleen in Nederland maar ook daarbuiten, waar nieuwe hubs in België een uitbreiding van het netwerk mogelijk maken. Het resultaat van deze aanpak? Een toekomst waarin duurzaam transport niet alleen een ambitie is, maar een dagelijkse realiteit. Door vandaag de keuzes van morgen mogelijk te maken, werkt DCB Energy aan een sector die klaar is voor de uitdagingen van de komende decennia. Het motto van DCB Energy - samen vooruit tanken - blijkt dus ook haalbaar.

Van elektrische snelladers tot toegankelijke biobrandstoffen, de inspanningen om transport en logistiek duurzamer te maken, werpen hun vruchten af. Dankzij strategische uitbreidingen, innovatieve oplossingen en een pragmatische aanpak kunnen bedrijven en chauffeurs met vertrouwen de weg naar de toekomst inslaan.

Carola Berkel, CEO, DCB Energy

Europa koerst naar een CO2-neutrale toekomst

Duurzaamheid staat hoog op de Europese agenda. Met het ambitieuze beleidsprogramma Fit for 55 wil de Europese Commissie de economie van de EU grondig hervormen om klimaatdoelen te halen. Dit pakket bevat een reeks maatregelen en wetten die burgers en bedrijven voorbereiden op een CO2-neutrale toekomst. Het uiteindelijke doel is duidelijk: in 2030 moet de netto-uitstoot van broeikasgassen met minstens 55% zijn verminderd, als tussenstap naar volledige klimaatneutraliteit in 2050.

Het programma, dat voortbouwt op de Green Deal uit 2019 van Ursula von der Leyen, brengt veel veranderingen met zich mee. Zo omvat het maatregelen om uitstoot te beperken, bijvoorbeeld bij het verwarmen van woningen en het gebruik van auto’s. Vanaf 2035 stopt de verkoop van nieuwe auto’s met een verbrandingsmotor. Ook wordt een koolstofgrensheffing geïntroduceerd, waarmee geïmporteerde goederen uit landen met minder strenge milieuregels worden belast. Daarnaast zullen schepen die binnen de EU varen of een Europese haven aandoen, moeten betalen voor de uitstoot van broeikasgassen. Von der Leyen omschrijft Fit for 55 als “één van de meest ambitieuze hervormingen van het EUbeleid ooit”.

De duurzaamheidsambities van Europa zijn niet nieuw, maar het pakket toont dat er nu daadwerkelijk actie wordt ondernomen. Waar eerdere initiatieven

vaak bleven steken in overleg, is Fit for 55 een concreet plan dat harde keuzes vraagt. De Europese Commissie wil meer verantwoordelijkheid nemen en streng toezien op de naleving van milieuregels. Voor bedrijven betekent dit dat de vrijblijvendheid voorbij is. Hoewel de impact van veel maatregelen pas vanaf 2026 voelbaar zal zijn, wordt bedrijven nu al geadviseerd stappen te zetten om hun CO2-uitstoot te verminderen. Banken benadrukken het belang van inzicht in uitstoot en het opstellen van reductieplannen, terwijl sommige bedrijven al uit eigen beweging vooruitgang boeken. Met de wettelijke basis die Fit for 55 biedt, wordt die urgentie alleen maar groter.

Een belangrijk onderdeel van het pakket is de hervorming van het emissiehandelssysteem (ETS). Dit systeem beperkt het aantal rechten om uit te stoten en laat dat aantal jaarlijks afnemen. Bedrijven kunnen emissierechten kopen,

waarbij marktwerking zorgt voor een stijgende prijs op vervuiling. Dit stimuleert bedrijven om alternatieven te zoeken en uitstoot te verminderen.

Eén van de meest ambitieuze hervormingen van het EUbeleid ooit

Hoewel de exacte impact van het programma nog niet volledig te overzien is, wordt duidelijk dat Fit for 55 zowel uitdagingen als kansen biedt. Bedrijven die nu investeren in duurzame innovaties en CO2-reductie zullen niet alleen voldoen aan toekomstige regelgeving, maar ook concurrentievoordeel behalen in een

DeWarmte – Partner Content

economie die steeds groener wordt. Brussel neemt hierin het voortouw en geeft het signaal dat de tijd van overleg en praten voorbij is. Europa streeft ernaar de mondiale standaard voor duurzaamheid te bepalen en kiest resoluut voor een groene toekomst.

Het Fit for 55-pakket biedt een structurele aanpak van duurzaamheid binnen de EU. Onderdeel hiervan zijn hervormingen van het emissiehandelssysteem, een koolstofgrensheffing en strengere emissie-eisen voor transport, verwarming en industrie. Deze maatregelen vragen om ingrijpende keuzes, maar maken ook duidelijk dat Europa vastberaden is om klimaatneutraliteit te bereiken.

Hogere subsidie op warmtepompen vervalt vanaf 2025

De energietransitie vraagt om duurzame verwarmingsoplossingen. Voor huiseigenaren die willen overstappen op een warmtepomp, biedt 2024 nog gunstige subsidievoorwaarden. Vanaf 2025 veranderen deze regels.

Nu de subsidie op warmtepompen in 2025 daalt, is het tijd om snel te handelen. DeWarmte helpt consumenten met een praktische en betaalbare overstap naar duurzame verwarming. Wie in 2024 nog een aanvraag wil doen, bespaart €575. Tegelijkertijd kan de consument profiteren van innovatieve systemen. “Voor onze klanten betekent dat een verschil van bijna zeshonderd

DeWarmte dewarmte.nl

euro minder steun. Daarom bieden we de mogelijkheid om nog in 2024 een aanvraag te doen. Dat stelt klanten in staat de hogere subsidie van 2024 veilig te stellen, zelfs als de installatie pas volgend jaar plaatsvindt. Bij ons draait alles om gemak”, zegt Sander Wapperom, CEO van DeWarmte.

De hybride warmtepompen kunnen op elke plek in het bestaande cv-systeem worden aangesloten, wat klanten veel meer flexibiliteit geeft. Het modulerende vermogen zorgt ervoor dat de pomp krachtig is in de winter, en fluisterstil wanneer dat kan.

Volledig van het gas af DeWarmte houdt de controle volledig in eigen hand. Van productontwikkeling tot installatie wordt alles door het bedrijf zelf geregeld. Deze werkwijze levert niet alleen een uitstekende klanttevredenheid op, maar garandeert ook betrouwbaarheid en snelheid. Wapperom geeft aan dat klanten

de aanpak van DeWarmte waarderen, wat blijkt uit positieve beoordelingen.

Sinds november biedt het bedrijf naast hybride systemen ook all-electric warmtepompen aan. Deze systemen maken het mogelijk volledig van het gas af te gaan. “Net als onze hybride modellen is dit systeem flexibel te plaatsen en stijlvol ontworpen”, legt Wapperom uit. Een allelectric warmtepomp biedt de mogelijkheid om fossiele brandstoffen te vervangen en volledig gasloos te worden.

invullen. Vervolgens krijg je een offerte waarmee je de subsidie veiligstelt. Daarna kun je op je gemak verder door het proces gaan”, vertelde Wapperom.

Naast financiële voordelen en eenvoud biedt DeWarmte klanten toekomstbestendige oplossingen. De systemen zijn ontworpen om mee te groeien met technologische ontwikkelingen, zoals slimme sturing bij netcongestie en een naadloze overgang naar volledig elektrische verwarming. “Wij geloven in een oplossing die niet alleen nu, maar ook in de toekomst relevant blijft”, aldus Wapperom.

Huiseigenaren besparen tot zeshonderd euro door nu te reserveren

De aanpak is eenvoudig en laagdrempelig. Een reservering plaatsen bij DeWarmte kan via de website en verplicht klanten niet tot een directe aankoop. “Het enige wat je hoeft te doen, is je gegevens

Wie nu besluit een warmtepomp te reserveren, kan tot zeshonderd euro besparen. Tot 31 december 2024 betaal je voor een hybride warmtepomp, inclusief installatie en subsidie, slechts €3785. Voor een all-electric warmtepomp is dat €7685.

LABEL

Tekst: Hugo Schrameyer

Sander Wapperom, CEO, DeWarmte

Bruggen bouwen in complex landschap

De energietransitie dwingt industrieën als olie, gas en chemie tot innovatie en verduurzaming. In dit complexe speelveld is praktische kennis en technische expertise essentieel om grote ambities haalbaar te maken.

Hoe kunnen traditionele bedrijven en innovatieve start-ups hierin stappen zetten naar een duurzame toekomst?

In de industrie, waar Wet- en regelgeving en markteisen voortdurend veranderen, is flexibiliteit een cruciale eigenschap. Ingenieursbureaus met een brede expertise en onafhankelijke positie kunnen hier een groot verschil maken. “Onze onafhankelijkheid maakt dat we klanten vrij kunnen adviseren, zonder gebonden te zijn aan vaste aannemers of commerciële beperkingen”, vertelt Mark Bambacht, Operational Director Vicoma Consultancy & Engineering dat landelijke dekking heeft met 4 vestigingen in Nederland en internationaal een vestiging in India heeft.

Met een team van 300 medewerkers biedt het ingenieursbureau ondersteuning aan sectoren zoals energie, chemie en de maakindustrie. Naast technische expertise en diepgaande kennis van processen, speelt een pragmatische benadering een sleutelrol. “Wij bedenken geen futuristische technologieën, maar zorgen ervoor dat innovaties praktisch toepasbaar zijn in bestaande en nieuwe processen”, aldus Bambacht. Een goed voorbeeld hiervan is de integratie van UV-filtratiesystemen in productieprocessen bij een klant. “We ontwerpen niet de filters zelf, maar zorgen dat ze perfect aansluiten op de bestaande infrastructuur. Dat is onze kracht”, legt Bambacht uit. Door dit soort oplossingen blijven bedrijven compliant en toekomstbestendig, zonder dat ze hun productieprocessen volledig hoeven te vernieuwen.

Van idee naar schaalbaarheid

Naast grote industriële spelers richt Vicoma zich ook op start-ups met

Mark Bambacht,

Operational director Vicoma Consultancy & Engineering

innovatieve concepten. Denk aan Paebbl, een bedrijf dat CO2 opslaat in bouwmaterialen, en H2A (Hydrogen to Amsterdam), dat werkt aan waterstofopslagtechnologie. Deze bedrijven hebben revolutionaire ideeën en Vicoma kan hen helpen hun technologie op grotere schaal toe te passen. “Start-ups brengen frisse ideeën en wij helpen hen om hun concepten schaalbaar te maken. Specifiek helpen we met procesengineering, het ontwerpen van proeffabrieken en zorgen we ervoor dat ze veilig en efficiënt kunnen werken.”, aldus Bambacht.

Het project met Paebbl laat zien hoe technologische expertise baanbrekende innovaties kan ondersteunen. Paebbl heeft een methode ontwikkeld voor de permanente opslag van CO2 via versnelde mineralisatie, een innovatie van een natuurlijk proces. Vicoma hielp dit proces te vertalen naar een proefinstallatie op industriële schaal. Voor H2A Amsterdam ligt de focus op twee aspecten. Enerzijds het

ontwerpen van waterstofopslagtechnologie. Anderzijds de integratie daarvan in industriële processen. Deze technologie speelt een belangrijke rol in een CO2neutrale toekomst en illustreert hoe innovatieve oplossingen aansluiten bij de bredere doelen van de energietransitie. Tussen traditie en transitie De traditionele olie-, gas- en chemiesector staat bekend als conservatief. Toch is verandering onvermijdelijk. Strengere wet- en regelgeving dwingen bedrijven om te verduurzamen, zelfs als de directe financiële voordelen niet altijd zichtbaar zijn. “Veel bedrijven moeten verduurzamen om aan strenge wetgeving te voldoen. Wij helpen hen daarbij, bijvoorbeeld door emissiereductieprojecten te ondersteunen of afvalstromen duurzamer te maken.” De uitdaging ligt vaak in de investeringscases: bedrijven moeten voldoen aan nieuwe regelgeving zonder directe winst te boeken. “Dat is waar onze expertise van pas komt”, verklaart Bambacht. Met pragmatisch en flexibel werken kunnen processen worden aangepast. Dit gebeurt zonder dat de productiecontinuïteit in gevaar komt.

bouwbegeleiding van complexe projecten. Een ander project is de ondersteuning van Mars bij de uitbreiding van hun fabriek in Veghel. Vicoma was hierbij verantwoordelijk voor basic engineering, sloopvoorbereiding en bouwbegeleiding. Dit laat zien hoe technologische kennis in verschillende sectoren wordt toegepast.

Veel bedrijven moeten verduurzamen om aan strenge wetgeving te voldoen

Veelzijdig portfolio met duurzame focus

Naast projecten in de chemische industrie en energiemarkt heeft Vicoma een breder portfolio opgebouwd.Denk hierbij aan het ontwerpen en optimaliseren van gebouwen. Deze tak van Vicoma biedt oplossingen die variëren van vergunningsbegeleiding tot de

Van kostenpost naar kernwaarde Hoewel duurzaamheid vaak wordt gezien als een kostenpost, benadrukt Bambacht dat het steeds meer een noodzakelijke ontwikkeling wordt. “Duurzaamheid is geen trend, maar een structurele verschuiving in hoe bedrijven moeten opereren”, zegt hij. De ervaring die Vicoma heeft met verschillende sectoren, van zware industrie tot food & pharma, stelt hen in staat om oplossingen te bieden die zowel technisch haalbaar als economisch verantwoord zijn. Deze aanpak sluit aan bij de bredere missie van Vicoma: klanten helpen om toekomstbestendig te worden, zonder concessies te doen aan kwaliteit of efficiëntie. In een wereld waar innovatie en verduurzaming hand in hand moeten gaan, bewijzen ze dat pragmatisme en technische kennis cruciaal zijn. Of het nu gaat om start-ups zoals Paebbl en H2A Amsterdam of gevestigde namen in de olie- en chemiesector, Vicoma laat zien hoe grote ambities vertaald kunnen worden naar praktische oplossingen. “De energietransitie draait om concrete stappen”, concludeert Bambacht. Zo bouwt Vicoma bruggen tussen traditie en toekomst, en helpt het bedrijven bij de overgang naar een duurzame economie.

Duurzaamheid is geen trend, maar een structurele verschuiving

Technologieneutraliteit in transport –Focus op EV’s schiet tekort

De verduurzaming van de mobiliteitssector staat hoog op de politieke agenda, en in Nederland lijkt het recept duidelijk: batterij-elektrische voertuigen (EV’s) en waterstof worden gezien als dé oplossing. Maar is deze aanpak wel realistisch voor elke sector? De complexiteit en diversiteit binnen de transportsector worden vaak over het hoofd gezien. Personenvervoer, openbaar vervoer en zwaar transport hebben namelijk elk hun eigen uitdagingen en behoeften. Toch wordt dezelfde technologie voor al deze segmenten gepromoot, terwijl er alternatieven zijn die vandaag al impact kunnen maken.

Fit-for-55 vraagt om actie

Met de Fit-for-55-doelstelling om de CO2-uitstoot tegen 2030 met 55% te verminderen, is tijd een cruciale factor. EV’s en waterstoftechnologie zijn op het eerste oog veelbelovend, maar kampen met serieuze beperkingen. De laadinfrastructuur blijft achter door netcongestie en het trage tempo van de aanleg van laadpalen. Hoewel elektrische personenauto’s steeds betaalbaarder worden, zijn elektrische vrachtwagens voor de meeste transportbedrijven financieel onhaalbaar. Bovendien zijn EV’s door beperkte actieradius en hoge operationele kosten niet geschikt voor langeafstandstransport. Waterstof is technisch nog niet rijp voor grootschalige adoptie.

Deze obstakels vertragen de energietransitie in de transportsector enorm en zetten transportbedrijven onder druk. Hoe kunnen we nú de emissies verminderen zonder te wachten op technologie die pas op lange termijn beschikbaar zal zijn? Tegelijkertijd is het essentieel dat de businesscase sluitend blijft. De Total Cost of Ownership (TCO) en de continuïteit van bedrijfsactiviteiten zijn immers minstens zo belangrijk als het behalen van duurzaamheidsdoelen.

Biobrandstoffen als directe oplossing

In plaats van blind te vertrouwen op één technologie, is een bredere visie essentieel. Biobrandstoffen zoals HVO100, Bio-CNG en Bio-LNG bieden een direct toepasbare

oplossing. Deze brandstoffen kunnen de CO2-uitstoot met gemiddeld 90% verlagen ten opzichte van conventionele diesel. Hun circulaire productieproces, waarbij natuurlijke afvalstromen zoals GFT-afval, plantaardige oliën en mest worden gebruikt, geeft afval een waardevol doel. Bovendien zijn ze inzetbaar zonder grote investeringen in voertuigen of infrastructuur.

Biobrandstoffen leveren niet alleen milieuwinst op, maar bieden ook oplossingen voor andere uitdagingen. Neem de agrarische sector, die kampt met een mestoverschot. Door mest om te zetten in biomethaan, verandert een probleem in een duurzame brandstof. Dit maakt biobrandstoffen niet alleen een milieuvriendelijke, maar ook een economisch slimme keuze.

Tegelijkertijd toont de praktijk dat de economische haalbaarheid van deze oplossingen vaak tekortschiet.

Elektrische vrachtwagens blijven voor veel transportbedrijven financieel onbereikbaar door hoge aanschafkosten en operationele beperkingen zoals actieradius. Biobrandstoffen zoals Bio-CNG en BioLNG bieden daarentegen een directe en rendabele oplossing. Met een groeiende infrastructuur en aanzienlijk lagere kosten kunnen bedrijven hun uitstoot verminderen zonder grote investeringen in nieuwe voertuigen of laadinfrastructuur. Bio-CNG en Bio-LNG combineert duurzaamheid

met economische efficiëntie en daarom biedt dit pragmatische alternatief bedrijven een haalbare route naar verduurzaming.

Biobrandstoffen zijn niet alleen een milieuvriendelijke, maar ook een economisch slimme keuze

Europese oproep tot technologieneutraliteit

Steeds meer organisaties pleiten voor een open benadering van technologieën in de transportsector. Het Network for Sustainable Mobility, gesteund door 24 Europese instellingen, dringt erop aan dat EU-regelgeving meer ruimte biedt voor diverse oplossingen. Ook landen zoals Duitsland, Denemarken, Italië, Tsjechië en Frankrijk benadrukken het belang van een vernieuwd industriebeleid dat naast elektrische voertuigen ook andere technologieën erkent, zoals schonere verbrandingsmotoren op biobrandstoffen. Met een exclusieve focus op EV’s en waterstof behalen we de klimaatdoelen nooit.

De toekomst begint vandaag

Bij OG Clean Fuels geloven we al jaren in een multi-brandstofaanpak. Door verschillende technologieën en brandstoffen te gebruiken, maken we de transitie naar klimaatneutraal wegtransport haalbaar. Onze missie is helder: schone mobiliteit voor iedereen toegankelijk maken en impact creëren.

Biobrandstoffen zijn flexibel en direct toepasbaar, terwijl ze de weg vrijmaken voor de infrastructuur en acceptatie van nieuwe technologieën. Door nu te investeren in een brede brandstoffenmix, kunnen we het pad effenen voor een toekomst waarin schone mobiliteit niet alleen een ambitie, maar een realiteit is.

Marcel Borger, CEO van OG Clean Fuels zegt: “De transitie naar klimaatneutraal transport vraagt om actie en flexibiliteit. Bij OG Clean Fuels geloven we dat een combinatie van technologieën en brandstoffen dé sleutel is om impact te maken. Biobrandstoffen bieden direct toepasbare oplossingen waarmee we zowel emissies als kosten kunnen reduceren, zonder te wachten op de infrastructuur van morgen.”

De energietransitie vraagt om daadkracht en samenwerking. Wij roepen beleidsmakers, bedrijven en investeerders op om hun blik te verruimen en te kiezen voor technologieën die impact maken. Bedrijven in de transportsector kunnen de overstap maken zonder hoge kosten of complexe aanpassingen, terwijl beleidsmakers ervoor kunnen zorgen dat regelgeving ruimte biedt voor een breed scala aan schone oplossingen.

Hoewel EV’s en waterstof de toekomst kunnen vormen, bieden biobrandstoffen een essentiële tussenoplossing. Het is tijd om breder te denken en een realistische aanpak te kiezen, want de energietransitie kan niet wachten.

Gelijkstroom als sleutel tot een duurzame energietoekomst

De energietransitie stelt Nederland voor grote uitdagingen. Het elektriciteitsnet kraakt onder de groeiende vraag, terwijl de verduurzaming van industrie en samenleving versnelling vereist. Gelijkstroomtechnologie (DC) biedt een veelbelovende oplossing om de druk op het elektriciteitsnet te verlichten en energiegebruik efficiënter en duurzamer te maken.

Al meer dan een eeuw wordt elektriciteit hoofdzakelijk via wisselstroom (AC) gedistribueerd. Juist nu, in deze tijd van elektrificatie, kan gelijkstroomtechnologie (DC) een essentiële rol spelen. “Zonnepanelen en batterijen werken van nature op gelijkstroom”, zegt Wilfred Akerboom, Business Developer Manager bij DC Systems. “Bij AC moet je die energie constant omzetten. Dat zorgt voor energieverlies en extra kosten. Met DC slaan we die stappen over, waardoor systemen veel efficiënter worden.”

Wilfred

Akerboom,

Business developer manager, DC Systems

De voordelen reiken echter verder dan energie-efficiëntie. Gelijkstroom biedt veel mogelijkheden. Je kunt energie lokaal opslaan, direct gebruiken of delen via microgrids. Dat vermindert de druk op het elektriciteitsnet en vergroot de energiezekerheid op lokaal niveau. “Met een DC-microgrid kunnen gemeenschappen hun eigen energie beheren en zelfs overschotten delen”, vertelt Rajath Kelamane, managing director van DC Systems. “Dit is een manier om de belasting op het net te verlagen en tegelijkertijd bij te dragen aan het welzijn van de samenleving.”

Lagere kosten, minder verspilling Naast efficiëntie biedt DC-technologie ook economische voordelen. Een belangrijk aspect is de materiaalbesparing. “DC heeft veel minder koper nodig dan traditionele AC-netwerken”, zegt Akerboom. “Koper is niet alleen duur, maar de productie ervan veroorzaakt aanzienlijke CO2-uitstoot. Door minder koper te gebruiken, kunnen we niet alleen kosten besparen, maar ook onze ecologische voetafdruk verkleinen.”

Ook het minimaliseren van energieverspilling speelt een cruciale rol. Apparaten zoals LED-verlichting en warmtepompen functioneren al op gelijkstroom, waardoor de

energieoverdracht veel directer en efficiënter kan verlopen. “Wanneer je stroom opwekt met zonnepanelen, is het zonde om die eerst om te zetten naar AC en daarna weer naar DC”, benadrukt Kelamane. “Door direct op DC te werken, voorkomen we onnodig energieverlies en besparen we kosten op de lange termijn.”

Obstakels en bewustwording

Hoewel de voordelen van DCtechnologie evident zijn, liggen er ook uitdagingen op de weg naar brede adoptie. Een belangrijk obstakel is het gebrek aan bewustwording. “De meeste mensen, van consumenten tot installateurs, zijn gewend aan AC”, zegt Akerboom. “Dat is logisch, want we gebruiken het al meer dan honderd jaar. Maar dat maakt het des te belangrijker om te laten zien hoe DC werkt en wat de voordelen zijn.”

Om die reden heeft DC Systems in Aalsmeer het Direct Current Experience Center geopend. Hier kunnen bezoekers in een hybride AC/DC-omgeving de toepassingen en voordelen van gelijkstroomtechnologie ervaren. “Je kunt een prachtige presentatie geven, maar mensen overtuigen pas echt als ze het zien werken”, vertelt Kelamane. “In ons Experience Center laten we voorbeelden zien zoals bidirectionele laders voor elektrische voertuigen, DC-lichtsystemen en zelfs pompen die al volledig op gelijkstroom draaien.”

Kelamane, Managing director, DC Systems

Daarnaast spelen regelgeving en infrastructuur een belangrijke rol. “Om DC grootschalig toe te passen, hebben we duidelijke standaarden en een ondersteunende regelgeving nodig”, zegt Kelamane. “We werken daarom nauw samen met organisaties zoals de Current/ OS Foundation om deze standaarden te ontwikkelen en de acceptatie van DC te versnellen.”

Een sleutelrol in de energietransitie DC-technologie biedt in het kader van de energietransitie veel voordelen. Het gaat niet alleen om technische en economische voordelen, maar ook om maatschappelijke verbeteringen. “Het gaat niet alleen om efficiëntere systemen, maar ook om het ondersteunen van economische ontwikkeling en het verbeteren van het welzijn”, zegt Kelamane. Hij wijst op de duizenden bedrijven die momenteel op de wachtlijst staan voor een netaansluiting.

“Met DC kunnen we sneller oplossingen bieden. Daardoor kunnen bedrijven hun activiteiten uitbreiden zonder te wachten op grootschalige netuitbreidingen.”

Het potentieel van DC is ook groot in stedelijke gebieden en nieuwe woonwijken.

“Veel nieuwe gebouwen hebben al LED-verlichting, warmtepompen en zonnepanelen, allemaal toepassingen die beter werken op DC”, legt Akerboom uit. “Door een DC-microgrid te installeren, kunnen we niet alleen de energieefficiëntie verhogen, maar ook de bouw- en operationele kosten verlagen.”

De toekomst van DC in Nederland en daarbuiten

DC Systems heeft al indrukwekkende voorbeelden gerealiseerd, zoals de N470, de duurzaamste weg van Nederland, die volledig draait op gelijkstroom en batterijen. Het bedrijf werkt ook samen met partners aan bidirectionele laadoplossingen voor elektrische voertuigen, waarmee energie kan worden terug geleverd aan het net.

Kelamane ziet enorme kansen voor DC in Nederland en daarbuiten. “In landen

met vergelijkbare uitdagingen, zoals de VS en delen van Europa, is de vraag naar flexibele en efficiënte energiesystemen net zo groot. DC biedt een oplossing die schaalbaar is en bijdraagt aan een duurzamere toekomst.”

Met de steun van moederbedrijf Schneider Electric werkt DC Systems aan de verdere ontwikkeling en implementatie van DC-oplossingen. “Sinds onze samenwerking met Schneider zijn er deuren geopend naar nieuwe markten en technologieën”, zegt Kelamane. “Het stelt ons in staat om de ontwikkeling van DCtechnologie te versnellen en deze op grotere schaal beschikbaar te maken.

Directe DC-toepassingen besparen energie en verlagen de kosten op de lange termijn

Een veelbelovende toekomst

Gelijkstroomtechnologie staat aan de vooravond van een doorbraak. DC verlaagt kosten, minimaliseert energieverspilling en vermindert de afhankelijkheid van het elektriciteitsnet. Dit biedt voordelen voor bedrijven, gemeenschappen en de samenleving als geheel. “De energietransitie vraagt om oplossingen die niet alleen duurzaam zijn, maar ook praktisch en betaalbaar”, concludeert Akerboom. “Met DC kunnen we die oplossingen bieden en een fundament leggen voor een toekomst waarin energie efficiënt, toegankelijk en duurzaam wordt.”

Rajath

Met aluminium recycling naar een duurzame toekomst

In een wereld die worstelt met de gevolgen van klimaatverandering en uitputting van natuurlijke hulpbronnen, biedt aluminium een oplossing. Het metaal is veelzijdig, sterk en eindeloos recyclebaar zonder kwaliteitsverlies. Deze eigenschappen maken aluminium belangrijk in de overgang naar een duurzame economie.

Aluminium biedt niet alleen een duurzaam alternatief voor primaire grondstoffen, maar vormt eveneens een bouwsteen in de circulaire economie. Met bijna 90 jaar ervaring in metaalrecycling zet Roba Metals zich in voor innovatieve oplossingen om aluminium op duurzamere manieren te verwerken. “Aluminium kan oneindig worden gerecycled zonder in te leveren op kwaliteit. Noem mij één goede reden waarom we onnodig bauxiet uit de aarde zouden winnen om daar met energieintensieve processen primair aluminium van te maken”, stelt Fred van den Ham, directeur Recycling bij Roba Metals. “Het recyclen van aluminium bespaart tot 95% energie ten opzichte van productie uit ruwe bauxiet. Dat is niet alleen duurzamer, maar ook noodzakelijk gezien de groeiende vraag naar dit metaal.”

Smelterijen

Roba Metals heeft vier eigen smelterijen in Nederland en België. Deze faciliteiten maken het mogelijk om aluminiumafval om te zetten in waardevolle grondstoffen en

legeringen. Deze focus op duurzaamheid heeft hen in staat gesteld innovatieve technieken te ontwikkelen, die verder gaan dan standaard recycling. Zo verwerkt het bedrijf aluminium folie met een kunststofgehalte tot 20%, wat recycling in Europa verder vooruithelpt.

Closed-loop principe

Een van de meest ambitieuze doelen in de aluminiumindustrie is het realiseren van een volledig gesloten kringloop. Hierbij worden aluminiumproducten aan het einde van hun levensduur gerecycled tot nieuwe, gelijkwaardige producten. Van den Ham legt uit: “Het closed-loop principe minimaliseert afvalstromen en vermindert de vraag naar primaire grondstoffen. Het zorgt ervoor dat aluminium keer op keer gebruikt kan worden, met behoud van alle oorspronkelijke eigenschappen.”

Een voorbeeld van deze circulaire aanpak is de samenwerking met Royal Vaassen, een specialist in verpakkingsoplossingen voor levensmiddelen. Paul van den Brink, Country Manager bij Royal Vaassen, vertelt: “Onze aluminiumfolie biedt een 100% barrière tegen vocht en zuurstof, wat de houdbaarheid van producten aanzienlijk verlengt. Door samen te werken met Roba Metals kunnen we nu ook de afvalstromen van onze klanten – zoals de uitgesneden resten van folie – optimaal hergebruiken. Dat is niet alleen goed voor het milieu, maar ook financieel aantrekkelijk voor de klant. Het brengt de kosten omlaag.”

Innovatie als motor

Roba Metals investeert continu in nieuwe technologieën om het recyclingproces

efficiënter en milieuvriendelijker te maken. Zo hebben ze plannen om een extra oven voorzien van de nieuwste energiezuinige technieken aan te schaffen, die de capaciteit met zo’n 15.000 ton per jaar vergroot. Daarnaast onderzoekt het bedrijf de toepassing van pyrolyse, een proces waarbij thermische behandelingen ingezet worden om sterk vervuild aluminium te reinigen. Dit maakt het mogelijk om zelfs aluminium met een kunststofgehalte tot 50% opnieuw te gebruiken.

Van den Ham benadrukt de potentie: “Met deze innovaties reduceren we niet alleen afvalstromen, maar zorgen we ervoor dat we écht niets meer verloren laten gaan. We bekijken zelfs of we de zoutslakken, een restproduct van het smeltproces, straks volledig lokaal kunnen verwerken. Daarmee besparen we maandelijks tientallen vrachtwagenritten naar Duitsland.”

hen ook hun duurzaamheidsdoelen te behalen.” Van den Ham roept daarnaast overheden op om bij te dragen aan deze transitie. “De huidige regelgeving bemoeilijkt het grensoverschrijdend transport van aluminiumafval binnen de EU, terwijl we in Europa juist meer gesloten ketens moeten stimuleren. Een soepeler beleid kan ervoor zorgen dat waardevolle materialen binnen Europa blijven en optimaal worden hergebruikt.”

Toekomstige mogelijkheden

Aluminium kan oneindig worden gerecycled zonder in te leveren op kwaliteit

Gedeelde verantwoordelijkheid

Volgens zowel Roba Metals als Royal Vaassen ligt de sleutel tot succes in samenwerking. “Als we met onze partners duidelijke afspraken maken over afvalscheiding en recycling, kunnen we samen impact maken”, zegt Van den Brink. Hij wijst op de druk die grote consumentenmerken ervaren om hun ecologische voetafdruk te verkleinen: “Met onze gezamenlijke aanpak ontzorgen we niet alleen onze klanten, maar helpen we

De vraag naar aluminium zal de komende jaren blijven groeien, gedreven door de behoefte aan lichtere, sterkere en duurzamere materialen in sectoren als mobiliteit, bouw en verpakkingen. Dit brengt echter ook uitdagingen met zich mee, zoals het waarborgen van voldoende inputmateriaal voor recycling. Toch ziet Van den Ham dit met vertrouwen tegemoet: “Op dit moment is 75% van al het ooit geproduceerde aluminium nog steeds in gebruik. Dat laat zien hoe duurzaam en waardevol dit metaal is.”

Van den Brink sluit zich hierbij aan: “Door innovatieve technieken en slimme samenwerkingen kunnen we de impact van onze industrie verder verkleinen. En laten we niet vergeten: hoe minder afval we creëren, hoe beter. Reduceren blijft altijd de beste oplossing.”

Roba Metals – Partner Content

Roba Metals

Fred van den Ham, Directeur Recycling, Roba Metals

Paul van den Brink, Country manager, Royal Vaassen

TONZON VLOERISOLATIE

Comfortabeler, energiezuiniger én allergeenarmer

Andere techniek - beter effect

Vloerisolatie met TONZON Thermoskussens is gebaseerd op andere natuurkundige principes waardoor het effectiever isoleert. De vloer wordt zelfs warmer dan het luchtlaagje vlak boven de vloer. Dit geeft meer comfort en energiebesparing en is gezonder omdat de vloer veel minder vocht kan opnemen. TONZON combineert de unieke Thermoskussen met een stevig zeil op de kruipruimtebodem. Deze Bodemfolie stopt de verdamping van vocht uit de grond. Dat betekent minder vocht in huis terwijl leidingen en ophangbeugels veel langer meegaan.

kou

Mens en Milieuvriendelijk

Voor het milieu is de TONZON aanpak met afstand de beste keuze. Het heeft veruit de laagste milieukosten (MKI) van alle isolatiematerialen en er komen geen gevaarlijke stoffen vrij. Je kunt dus gewoon thuisblijven tijdens het aanbrengen. Daar komt nog een belangrijk maatschappelijk voordeel bij. De unieke Thermoskussens worden gevuld met lucht die overal gratis aanwezig is. Daardoor is het transportvolume duizendmaal kleiner dan dat van producten met vergelijkbare isolatiewaarden. Dit betekent minder overlast en minder vrachtwagens in jouw straat, binnensteden en op de snelweg. Daarmee bespaar je niet alleen extra CO maar ook veel uitstoot aan 2 (ultra)fijnstof en stikstof in de woonomgeving en natuurgebieden.

Huisstofmijten, schimmels en zilvervisjes hebben een echte hekel aan TONZON Vloerisolatie

Huisstofmijten zijn een groot probleem voor de volksgezondheid. Ze spelen een belangrijke rol bij het ontstaan van o.a. astma en eczeem. Per dag krijgen 50 kinderen de diagnose astma. Ongeveer 20% vanwege luchtvervuiling en 80% vanwege te veel huisstofmijtallergeen in huis. Terwijl luchtvervuiling lastig aan te pakken is, kan de allergenendruk in huis wél eenvoudig worden verlaagd met goede vloerisolatie.

Huisstofmijten gedijen namelijk bij onvoldoende geïsoleerde vloeren omdat daar de relatieve vochtigheid (RV) vanwege de lagere temperatuur vaak tussen de 60 en 80% ligt. Dit is de ideale leefomgeving voor de huisstofmijt.

TONZON Vloerisolatie maakt vloeren warmer en droger dan andere methoden. Daardoor krijgen huisstofmijten, schimmels en zilvervisjes nauwelijks nog kans, terwijl jij meer wooncomfort krijgt met lagere stookkosten. Drie vliegen in een klap. Toch is TONZON vloerisolatie nog heel betaalbaar. En heb je vloerverwarming dan bespaar je extra veel.

Subsidie en financiering

De overheid biedt via RVO subsidie voor vloerisolatie.

Daarnaast kun je via het Nationaal Warmtefonds tegen zeer lage rente lenen, zonder afsluitprovisie en andere kosten. Gezinnen met een gezamenlijk inkomen onder € 60.000,- kunnen zelfs renteloos lenen.

Meer informatie: www.warmtefonds.nl.

Met subside wordt TONZON nog betaalbaarder. De subsidie in onderstaande tabel krijg je wanneer je twee of meer isolatiemaatregelen neemt.

Neem je alleen vloerisolatie dan krijg je de helft.

Richtprijzen voor TONZON Vloerisolatie

Oppervlak Bruto Subsidie Netto

Vraag nu vrijblijvend offerte aan! Meer info op of scan www.tonzon.nl

Doorsnede TONZON kruipruimte

Complete aanpak, vocht en

Kunnen thuisbatterijen het stroomnet ontlasten?

Het Nederlandse stroomnet staat onder druk. Met een groeiend aantal zonnepanelen en de toenemende elektrificatie van huishoudens en bedrijven lopen netbeheerders tegen grenzen aan. De uitdagingen op het gebied van energiebalans vragen om innovatieve oplossingen voor zowel duurzaamheid als efficiëntie. Hoe kunnen huishoudens bijdragen aan een stabieler en toekomstbestendig stroomnet, terwijl ze zelf ook voordeel halen uit hun duurzame keuzes?

Het probleem van een overbelast stroomnet

Nederland is koploper in het gebruik van zonnepanelen. Meer dan 2,6 miljoen huishoudens wekken hun eigen stroom op, deels dankzij de aantrekkelijke salderingsregeling. Maar deze populariteit heeft een keerzijde: op zonnige dagen is de energieopbrengst groter dan de vraag. Dit leidt tot negatieve stroomprijzen en een verstoring van het stroomnet. Het gevolg? Netbeheerders hebben steeds meer problemen om leveringszekerheid te garanderen, wat uiteindelijk ook huishoudens raakt.

Zonder aanpassingen blijft de druk op het net groeien. Regionale netbeheerders waarschuwen voor netcongestie – een situatie waarin het net onvoldoende capaciteit heeft om vraag en aanbod te verwerken. Voor huishoudens met zonnepanelen betekent dit dat hun rendement onder druk komt te staan, zeker nu de afbouw van de salderingsregeling in zicht is.

Een oplossing binnen handbereik

Volgens Hans van der Woude, CEO van Frank Energie, ligt een groot deel van de oplossing bij het slim inzetten van thuisbatterijen. “Thuisbatterijen bieden niet alleen voordelen voor huishoudens, maar helpen ook om de knelpunten op het stroomnet te verzachten”, legt hij uit. Met een thuisbatterij kunnen huishoudens hun zelf opgewekte zonnestroom opslaan en gebruiken wanneer dat het meest gunstig is. Op deze manier wordt niet alleen de energierekening verlaagd, maar wordt ook de druk op het stroomnet verminderd.

Daarom heeft Frank Energie een geïntegreerde aanpak die het gebruik van thuisbatterijen koppelt aan een dynamisch energiecontract. “Onze klanten kunnen hun batterij optimaal benutten door slim te handelen op de energiemarkt of door hun zelf opgewekte stroom op een later moment te verbruiken”, aldus Van der Woude.

Zelfconsumptie als sleutel tot de toekomst

Met de verwachte afschaffing van de salderingsregeling in 2027 wordt het voor huishoudens steeds belangrijker om hun eigen opgewekte energie zelf te verbruiken. Een thuisbatterij maakt dit mogelijk. Het concept werkt eenvoudig: overdag wordt de batterij opgeladen met goedkope zonnestroom, en ’s avonds of tijdens piekmomenten wordt deze stroom gebruikt, wanneer de prijzen op de energiemarkt hoog zijn. Van der Woude: “Huishoudens worden niet alleen minder afhankelijk van het stroomnet, maar profiteren ook van de prijsschommelingen op de energiemarkt. Dit maakt een thuisbatterij een investering

Frank Energie frankenergie.nl

die zichzelf snel terugverdient.” Bovendien stelt de technologie huishoudens in staat om hun energieverbruik te verduurzamen, zonder in te leveren op comfort.

Bijdragen aan een duurzaam energienetwerk

Frank Energie werkt samen met regionale netbeheerders om thuisbatterijen in te zetten als buffer tegen netcongestie. Door energie lokaal op te slaan en beschikbaar te stellen aan het net tijdens momenten van hoge vraag, dragen huishoudens met een thuisbatterij actief bij aan een stabieler energienetwerk. “We zijn in gesprek met netbeheerders om praktische afspraken te maken waarmee we nú al de druk op het stroomnet kunnen verlichten”, zegt Van der Woude.

Klaar voor de toekomst

Hoewel er nog geen subsidies zijn voor de aanschaf van thuisbatterijen, maken verduurzamingsleningen en btw-teruggave het voor veel huishoudens toegankelijk om te investeren. Frank Energie heeft bovendien flexibele oplossingen, zoals

Waarom kiezen voor een thuisbatterij?

dynamische contracten en de mogelijkheid om via een app de batterijstrategie aan te passen.

Van der Woude besluit: “Een thuisbatterij is meer dan een investering in duurzaamheid; het is een stap richting onafhankelijkheid van het stroomnet en een voorbereiding op de toekomst. Het stelt huishoudens in staat om grip te krijgen op hun eigen energieverbruik en tegelijk een bijdrage te leveren aan een duurzame en stabiele energievoorziening.”

De energietransitie vraagt om innovatieve oplossingen die zowel huishoudens als het stroomnet ondersteunen. Frank Energie ontwikkelt daarom diensten om alle stroomslurpers in huis slim aan te sturen.

Een thuisbatterij helpt niet alleen het stroomnet te ontlasten, maar biedt ook financiële voordelen. Profiteer nu van verduurzamingsleningen en btw-teruggave, en verdien je investering sneller terug met handel op de onbalansmarkt. Bij Frank Energie krijg je bovendien de Slim-korting voor maximale besparing op je energiekosten.

Hans van der Woude, CEO, Frank Energie