1 minute read
Samenwerken mag meer zijn dan alleen maar een woord
In twee verhalen, volledig los van elkaar, kan je in dit nummer het woordje ‘samenwerken’ terugvinden. Zowel vleesveehouder Dieter De Baere als Vlaams landbouwminister Jo Brouns neemt het woord in de mond. En terecht, samen kom je verder dan alleen. Het is misschien een cliché, maar wel eentje dat klopt. Maar waar de vleesveehouder in zijn vleesconcept duidelijk het resultaat ervan aantoont, blijven vele anderen enkel hangen in het woordgebruik. De daad volgt niet. Niet dat de Vlaamse minister niet wil, hij roept terecht op om vanuit de Nederlandse en Vlaamse problematiek samen oplossingen te zoeken en te bieden. Het is eerder een politiek gegeven. Zowel in Nederland als in Vlaanderen blinken onze verkozenen des volks niet meteen uit in het samen werken aan een gemeenschappelijk doel. Uitgestoken handen worden genegeerd, soms zelfs genadeloos afgehakt. Het eigen verhaal primeert, want het zorgt voor een tevreden achterban. Niet het besturen van een land of het oplossen van een maatschappelijk probleem is het doel, wel de verkiezingen van 2024.
Advertisement
Ooit vertelde een politicus me dat het compromis de dood van de verkiezingswinst is. Er wordt gewerkt van verkiezing naar verkiezing.
Nog een woord dat menig opiniemaker of politicus in de mond neemt: er moet ‘toekomstperspectief’ zijn voor een doelgroep, ook voor de landbouwsector. Niets mis mee, ze – politici van elke politieke kleur – zijn het er allemaal over eens. Alleen hoe dat perspectief eruit moet zien verschilt van kleur tot kleur. En op zich is ook daar weinig mis mee, visies mogen verschillen. Maar je moet toch wel helder hebben dat zulk perspectief voor een landbouwsector een economische invulling moet hebben. Hoe een sector er ook uit ziet, de boterham moet een boer er toch mee verdienen. Anders is je perspectief waardeloos. En net daar ontbreekt het te vaak, hoe goed gemeend de visie ook is. Korte keten, bio, kleinschaligheid, allemaal mooi en waardevol. Maar wie denkt dat we enkel maar mogen produceren in onze regio wat we zelf verbruiken, stuurt maar meteen zijn telefoon terug naar het oosten.