de puur muziek
23.03.2012 | 15:00 | KRAAKHUIS
guido de neve frank agsteribbe kamermuziek van bach, haendel en kennis
programma
UITVOERDERs
Johann Sebastian Bach (1685-1750) Sonate nr. 2 in A voor klavecimbel en viool, BWV 1015 Chaconne in d uit ‘Partita nr. 2 voor viool, BWV 1004’
Frank Agsteribbe | klavecimbel Guido De Neve | viool
Georg Friedrich Haendel (1685-1759) Suite in E voor klavecimbel, HG II/i/5 Willem Gomaar Kennis (1717-1789) Sonate nr. 6 in G, opus 3
2
kamermuziek van bach, haendel en kennis Johann Sebastian Bach schreef zijn partita’s en sonates voor viool solo in 1720. Hij woonde en werkte in die tijd in Köthen aan het hof van prins Leopold van Anhalt-Köthen — een vruchtbare periode waarin hij veel instrumentale werken schreef zoals de bekende Brandenburgse Concerten en het Welgetemperde Klavier. Op het moment dat Bach de sonates en partita’s voor viool schreef, was instrumentale muziek voor één solo-instrument, zonder begeleiding van een basso continuo, voor veel componisten nog onbekend terrein. De voorbeelden waren schaars en weinig inventief, zeker op het vlak van harmonie en stemvoering. Bach echter tilde met zijn partita’s voor viool — net als met zijn cellosuites en met de solopartita voor fluit overigens — het genre naar een hoger plan. Hij leek de taal van de viool door en door te verstaan en schreef muziek die technisch zeer uitdagend was, maar tegelijk ook een ongekende rijkdom bood aan harmonische wendingen en polyfone stemvoering. En vooral dat laatste is natuurlijk extra bijzonder, als je bedenkt dat dit gerealiseerd werd op een instrument dat boven alles een melodie-instrument is en slechts weinig mogelijkheden bezit om volle akkoorden te spelen. In de beperking toont zich de meester. De ciaconna die we vandaag beluiste-
ren is het laatste deel van de partita nr. 2 in d, BWV 1004. Het stuk is even lang als de vier voorgaande delen van de sonate samen en geldt als een van Bachs meest indrukwekkende creaties – een monument dat op zichzelf staat. De 19de-eeuwse musicoloog Philipp Spitta beschreef de ciaconna als niets minder dan ‘triumph of mind over matter’. De ciaconna is opgebouwd rond een harmonisch thema van vier maten met een chromatisch dalende baslijn die ons telkens opnieuw van de grondtoon naar de dominant voert, een populair harmonisch patroon dat we ook bij veel andere componisten zien opduiken. Bovenop deze eenvoudige basis laat Bach de violist een onvergelijkelijke weelde aan virtuoze passages, arpeggio’s en vol gestreken akkoorden spelen in een schijnbaar eindeloze reeks van variaties. In de Sonate nr. 2 in A voor klavecimbel en viool, BWV 1015 is de viool niet alleen aan het woord, maar is zij deel van een boeiend stemmenspel dat opgeroepen wordt tussen enerzijds de melodielijn in de rechterhand van het klavecimbel en de melodielijn van de viool en anderzijds de baslijn in de linkerhand van de klavecimbel. Het klavecimbel is dus niet langer de vertolker van ‘slechts’ een basso continuo, een akkoordische begeleiding, maar krijgt een evenwaardige
3
melodische rol – obbligato – om ten volle in dialoog te kunnen treden met de viool. Bach schreef een serie van zes dergelijke sonates voor viool en obligaat klavecimbel. Ze waren de eersten in hun soort en Bach creëerde hiermee eigenhandig een nieuw genre.
ruskerk. Vanaf 1750 trok hij naar Leuven, waar hij kapelmeester werd van de SintPieterskerk. Hij was in die tijd vooral befaamd als violist en hij had bewonderaars in hoge kringen. Ook Charles Burney, de reizende musicoloog van zijn tijd, was zeer onder de indruk van Kennis’ virtuoze vioolspel. Kennis schreef vooral kamermuziek, waarin de viool uiteraard alle kansen kreeg om uit te blinken.
Georg Friedrich Haendel was zelf een groot klaviervirtuoos en dat is duidelijk te horen in zijn suites voor klavecimbel. De suite die we vandaag beluisteren maakt deel uit van een set van acht suites die gepubliceerd werden in 1720. Veel van het materiaal schreef Haendel echter al veel eerder bijeen, onder andere tijdens zijn jaren in Hamburg, maar ook tijdens zijn Engelse periode. Naar aanleiding van de publicatie voegde hij nog allerlei nieuw geschreven delen aan het bestaande materiaal toe en voerde hij ook een aanzienlijk aantal correcties door. De suites zijn daardoor als het ware een microkosmos geworden van al de verschillende muzikale invloeden die Haendel tijdens zijn leven onderging en al de verschillende stijlen die hij in zijn composities hanteerde. De vijfde suite eindigt met de bekende variatiereeks die in de negentiende eeuw de ondertitel ‘Harmonious Blacksmith’ meekreeg. De 18de-eeuwse, Vlaamse violist en componist Willem Gommaar Kennis is de grote onbekende op het programma van vandaag. Hij werd geboren in Lier en werkte een groot deel van zijn volwassen carrière daar: eerst als violist, later als kapelmeester van de Sint-Gumma-
4
BIO Frank Agsteribbe (België, 1968) is een veelzijdig musicus die zich profileert als dirigent, klavierspeler en componist. Binnen al zijn activiteiten zoekt hij naar een directe expressie, plasticiteit en levendige kleurrijkheid, dit zowel in opera — als dirigent en continuo — als in barokof hedendaagse muziek. Na zijn studies orgel aan het Koninklijk Vlaams Conservatorium van Antwerpen studeerde hij klavecimbel bij Jos Van Immerseel. Hij speelde bij La Petite Bande, Huelgas Ensemble en Anima Eterna, waarmee hij concerteerde in verschillende Europese landen, Mexico en China. Hij is oprichter, klavecinist en dirigent van het Belgisch barokorkest B’Rock, dat inmiddels een opvallend succesrijk parcours heeft afgelegd in België, Nederland, Oostenrijk, Duitsland en Zuid-Afrika. Frank Agsteribbe is ook dirigent van cantoLX in Luxemburg, en is gastdirigent bij het Collegium Vocale Gent. Hij dirigeerde Mozarts Zauberflöte in Belfast (Castleward Opera), The Rake’s Progress van Stravinsky (Operastudio Vlaanderen en Dartington UK), Orontea van Marc’ Antonio Cesti, La Dafne van Marco da Gagliano en Orfeo van Ferdinando Bertoni (Conservatorium Antwerpen). Voor het Teatro Sao Carlos in Lissabon dirigeerde hij L’Italiana in Algeri van G. Rossini. In 2010 stond Frank Agsteribbe aan het
hoofd van B’Rock tijdens de Operadagen Rotterdam, de Festivals Potsdam Sanssouci, het MA Festival in Brugge, het Klarafestival in Brussel en het Gergiev Festival in Rotterdam. Tijdens het openingsconcert van het KlaraFestival dirigeerde hij Concerto Köln in een Mozartprogramma. Andere belangrijke events waren John Cage’s HPSCHD voor het MA Festival in Brugge en diens Atlas Eclipticalis voor deSingel, Antwerpen. Frank Agsteribbe leidde B’Rock in de opera Indian Queen van Henry Purcell, in een regie van Jan Decorte (2011-12). Daarnaast werkte hij als assistent van René Jacobs in de Munt, en van Andreas Spering in het festival van Aix-en-Provence. Frank Agsteribbe heeft inmiddels ook meer dan 80 composities op zijn naam staan. Belangrijke creaties vonden plaats in Brazilië, Berlijn (Konzerthaus en Deutsche Oper) en het Gaudeamus Festival in Amsterdam. Naast dat alles is Frank Agsteribbe sinds 1989 verbonden als docent en dirigent aan het Koninklijk Conservatorium Antwerpen. Guido de Neve (België, 1963) bleek al op zeer jonge leeftijd te beschikken over een uitzonderlijk muzikaal talent. Al op zijn elfde werd hij als leerling aanvaard
5
aan het Koninklijk Conservatorium van Brussel in de klas van Kati Sebestyen. Enkele jaren later behaalde hij er een Eerste Prijs, met grootste onderscheiding en felicitaties van de jury. Daarna volgden nog de Prijzen ‘Andrès Segovia’ in Granada, ‘Maria Canals’ in Barcelona en de ‘Medaille d’Or’ op het ‘Festival des Jeunes Solistes de Bordeaux’. In Brussel bracht hij het tot Tenuto laureaat en bekroonde de jury van de CERA Bank prijs hem als Vlaanderens meest belovende jonge musicus. In 1984 ontmoette de Neve in Assisi de Hongaarse violist Sandor Végh. Die kennismaking zou zijn verdere ontwikkeling sterk beïnvloeden. In de daaropvolgende intense jaren van zelfstudie ontwikkelde Guido de Neve een zeer persoonlijke manier van interpreteren, die hem naam en faam bezorgde tot ver buiten de landsgrenzen. In 1989 stichtte Guido de Neve het E.Ysaÿe Ensemble, een mobiel kamermuziekgezelschap samengesteld uit de crème van Vlaanderens jonge musici. Hieruit ontstond in 1996 het Spiegel Strijkkwartet waarin Guido de Neve gedurende zes jaar de eerste viool vertolkte. Na vele jaren intensief musiceren besloot hij tot een twee jaar durende artistieke sabbat: een periode van bezinning, herbekijken en herontdekken. Zijn zoektocht naar klank bracht hem o.a. naar de barokviool en intussen ook de romantische viool. Sinds 2004 concerteert Guido de Neve zowel op moderne viool, barokviool en romantische viool om zo de klankwerelden van zowel oude als
moderne instrumenten te exploreren. Zo vertolkte hij o.a. samen met Jan Michiels aan de pianoforte de integrale sonates van Ludwig van Beethoven op historische instrumenten. Samen met Frank Agsteribbe aan het klavecimbel stonden onder meer de sonates van Bach en de Vlaamse Willem Gommaar Kennis op het programma. Ook soloprogramma’s met Bach op barokviool, Ysaÿe op romantische viool en Xenakis op moderne viool zijn allemaal resultaten van deze grondige herbronning. De Neve wordt ook gewaardeerd om zijn opzoekingswerk naar en ‘restauratie’ van onuitgegeven manuscripten. Zo herontdekte hij totaal vergeten meesterwerken van onder meer G. Lekeu, E. Ysaÿe, J. Jongen en A. De Boeck, creaties die zowel in de concertzaal als op cd enorme bijval genoten. Anderzijds is de Neve een bron van inspiratie geworden voor hedendaagse componisten. De jongste jaren werden talrijke werken voor en met hem geschreven. Voor die inzet ter bekendmaking van de Belgische toondichters ontving hij in 1993 de Willem Pelemansprijs. Guido de Neve is ten slotte ook een enthousiast pedagoog. Als docent viool, verbonden aan het Koninklijk Vlaams Conservatorium te Antwerpen, stelt hij al zijn kennis en ervaring ten dienst van jonge aankomende musici.
6
DOOD, VERLIES EN VERLANGEN
LAMENTATIEWEEK
28.03 >
31.03
Marianne brodsky QuarTeT faiThfull Brussels PhilharMonic
Michiel hendryckx
collegiuM Vocale gent
kurt Weill - MattheusPassie - Fado - MuZikale Vertellingen Voor kinderen TickeTs & info: www.debijloke.be | 09 269 92 92
7
binnenkort ZA | 24.03.12 | 20:00 Symfonieorkest Vlaanderen, Vitaly Samoshko (piano) Borodin, Rachmaninov, Sjostakovitsj
ZA | 31.03.12 | 20:00 Brussels Philharmonic, Marianne Faithfull (zang) Milhaud, Weill met workshop voor kinderen (6-12j) van 19:15 tot de pauze
ZO | 25.03.12 | 16:00 deFilharmonie, Dirk Brossé (dirigent), Karlijn Sileghem & Ides Meire (acteurs) KIDconcert: Alice in Wonderland
DO | 19.04.12 | 20:00 Grieks-Byzantijns Koor Grieks-Byzantijnse hymnen voor Pasen
WO | 28.03.12 | 14:00 & 16:00 Michiel Hendryckx (verteller), Benjamin Glorieux (cello) De Grote Oorlog - muzikale vertelling voor kinderen (10-14j)
VR | 20.04.12 | 20:00 deFilharmonie, Collegium Vocale Gent, Accademia Chigiana Siena Dvorak: Stabat Mater, opus 58
WO | 28.03.12 | 20:00 | MIRYZAAL Brodsky Quartet Turina, Puccini, Tanaka, Janacek, Schubert
MA | 23.04.12 | 20:00 Bijloke-Manufactuur ntb
DO | 29.03.12 | 20:00 | UITVERKOCHT Collegium Vocale Gent J.S. Bach: Mattheuspassie
DO | 26.04.12 | 20:00 | MIRYZAAL The Nash Ensemble of London Mozart, Fauré, Ravel, Saint-Saëns
VR | 30.03.12 | 20:00 Paco del Pozo, Antonio Carrión Andalusische passiegezangen
ZA | 28.04.12 | 20:00 Ensemble Inégal & Choeur de Chambre de Namur Zelenka
VR | 30.03.12 | 22:00 João Escada, Maria da Saudade Traditionele fado
WO | 02.05.12 | 20:00 Bram Van Sambeek, Reto Bieri, Benjamin Engeli Van Beethoven, Bruch, Glinka
Bespreekbureau Muziekcentrum De Bijloke Gent J. Kluyskensstraat 2, 9000 Gent Di - vr 10:00 - 12:00 & 13:00 - 17:00 | za 13:00 - 17:00 09 269 92 92 | tickets@debijloke.be | www.debijloke.be
v.u. | Daan Bauwens • tekst | Annemarie Peeters © | Muziekcentrum De Bijloke Gent info@debijloke.be Muziekcentrum De Bijloke is mobiel dankzij het partnership met Gent Motors (www.gentmotors.be)