de puur muziek
12.10.2012 | 20:00 | concertzaal
BRUSSELS PHILHARMONIC Jef Neve Droomt
programma
UITVOERDERS
Frédéric Devreese (°1929) Benvenuta Suite I. Dream II. Habanera III. Waltz IV. Tango
Brussels Philharmonic Henry Raudales | concertmeester Andrew Litton | dirigent Jef Neve | piano
Jef Neve (°1977) Pianoconcerto nr. 2 (compositieopdracht Muziekcentrum De Bijloke) I. Ouverture II. Scherzo III. Molto Cantabile IV. Mysterioso y bene ritmato V. Delicato VI. Molto Percussivo PAUZE Dmitri Sjostakovitsj (1906-1975) Symfonie nr. 12 ‘Het jaar 1917’ in d, opus 112 I. Revolutionair Petrograd II. Razliv III. Aurora IV. Dageraad van de mensheid
2
Jef neve droomt Filmmuziek en klassieke muziek gaan hand in hand, dat bewijzen de werken van de drie componisten die vanavond op het programma staan. Frédéric Devreese maakte furore met zijn evocatieve filmmuziek voor onder anderen André Delvaux. In de ‘Benvenuta suite’ – droom, habanera, wals en tango – vertelt hij de romance tussen een pianiste en haar oudere minnaar. Ook Dmitri Sjostakovitsj wijdde zich aan filmmuziek, een minder bekend aspect van zijn oeuvre. Zijn ervaring in dat genre kwam hem goed van pas in zijn ‘Symfonie nr. 12’, die te beluisteren is als een ironisch getinte soundtrack bij de Russische Oktoberrevolutie en het epische levensverhaal van Lenin. Dé blikvanger van dit programma is natuurlijk de creatie van het ‘Pianoconcerto nr. 2’ van Jef Neve. Het concerto wordt allesbehalve klassiek: doorspekt met jazzy grooves baadt het in een filmische sfeer. Het werk is dan ook het resultaat van drie jaar reizen met eindeloze uren in luchthavens, nieuwe hotelkamers en ontmoetingen met heel veel fascinerende mensen.
sator werkte. Zijn meest intense samenwerking was wellicht diemet de Belgische cinéast André Delvaux, voor wie hij zeven films van een partituur voorzag. André Delvaux vergeleek Devreeses muziek met die van Stravinsky, Weill en zelfs Nino Rota, omdat hij er als componist in slaagt zijn muziek spannend en inventief te houden binnen de grenzen van wat een luisteraar kan herkennen en verwerken, waardoor zijn composities ook zonder de film tot de verbeelding spreken. Naast de filmmuziek voor ‘L’Oeuvre au Noir’ – waarvoor Devreese in 1988 de Joseph Plateau Prijs ontving – kon ook de muziek voor ‘Benvenuta’ op veel bijval rekenen. In deze passionele maar donkere film laat André Delvaux drie verhaallijnen door elkaar lopen: de jonge scenarist François bezoekt Jeanne, auteur van een roman die hij wil verfilmen. Het boek vertelt de romance tussen de jonge pianiste Benvenuta en haar oudere Italiaanse minnaar Livio. De jeugdherinneringen van Benvenuta lopen doorheen de beide verhalen. “De muziek van Frédéric Devreese is nooit opdringerig en roept treffend de even smachtende als donkere emoties van de personages op.” (Piet Goethals, Knack).
Frédéric Devreese - Benvenuta Suite De Belgische componist Fréderic Devreese schreef talrijke opera’s, orkestwerken, concerto’s en kamermuziek. Bekend werd hij vooral door zijn filmmuziekcomposities. De ervaring hiervoor deed hij op aan de toenmalige BRT, waar hij aanvankelijk als televisierealisator, en later als dirigent, producer en filmsonori-
Devreese voorzag zijn filmmuziekcomposities telkens van een orkestsuite, die ook in de concertzaal de filmische taferelen oproept. De muziek voor ‘Benvenuta’ her-
3
werkte hij tot een danssuite: een dromerige prelude leidt een habanera in, gaat over in een meeslepende wals, en eindigt in een uitbundige tango.
creëer ik ‘grooves’ die afkomstig zouden kunnen zijn uit de jazz, niet meteen de traditionele jazz maar eerder het crossovergenre dat aan filmmuziek refereert.”
Jef Neve - Pianoconcerto nr. 2 Pianist en componist Jef Neve behoeft als Belgisch jazzicoon nog weinig inleiding. Als jazzpianist is hij in binnen- en buitenland in de meest uiteenlopende bezettingen en op de meest diverse podia terug te vinden – zo was hij deze zomer nog op Pukkelpop te horen met zijn nieuwste show ‘Sons of the New World’. Daarnaast vindt hij ook nog tijd om te componeren: naast scores voor films als ‘De Helaasheid der Dingen’ en ‘Dagen zonder Lief’, waagt hij zich ook aan het symfonisch repertoire. Na het succes van zijn eerste pianoconcerto volgt nu ook een tweede, in opdracht van Muziekcentrum de Bijloke.
Mozart en Beethoven “Maar er zitten meer invloeden in het werk. Zo is het derde deel het romantische hoogtepunt van dit concerto. Ik heb me niks aangetrokken van onze tijdsgeest. Het is boven alles een compositie die de melodie hoog in het vaandel draagt, en mijn kinderlijke passie voor de schoonheid van Mozart en Beethoven! Het zesde deel is mijn favoriete deel als uitvoerder: het vraagt een enorme ritmische discipline van het orkest en de solist, met als resultaat een pianopartij die graaft in de krochten van het orkest.” Nummer 2 “Bovenal is dit concerto een Pianoconcerto nummer TWEE. Terwijl ik bij het eerste pianoconcerto de grenzen probeerde af te tasten, is dit tweede werk het resultaat van grondige research en persoonlijke ontwikkeling. Ik sta te popelen om met het orkest aan de slag te gaan en het werk tot leven te horen komen!”
“Mijn tweede pianoconcerto” aldus Neve “is het resultaat van drie jaar reizen, eindeloze uren in luchthavens, telkens nieuwe hotelkamers, en ontmoetingen met mensen uit de hele wereld. Het concerto wijkt af van de gebruikelijke driedelige vorm: in een eerste schets had het zeven delen, waarvan er zes de uiteindelijke versie gehaald hebben. De piano speelt ook een minder prominente rol dan je bij een klassiek concerto zou verwachten: het is meer de dialoog tussen orkest en solist die de rode draad vormt. Voor het eerst gebruik ik ook een nieuwe techniek bij het componeren. Door te focussen op een aantal ritmische cellen
Dmitri Sjostakovitsj Symfonie nr. 12, op. 112, ‘Het jaar 1917’ De Russische componist Dmitri Sjostakovitsj werkte vrijwel zijn hele leven onder het juk van het Sovjetregime, dat na de Oktoberrevolutie in 1917 alle kunst- en cultuuruitingen aan banden legde. Aanvankelijk waren de jaren ’20
4
van de vorige eeuw een periode waarin er nog ruimte was voor experiment, en waarbij ook Westerse muziek haar ingang vond in de Russische concertzalen. Maar al gauw bleek de nieuwe staat enkel die kunst te steunen die in dienst stond van de partij. Sjostakovitsj wist zich ondanks deze ongunstige omstandigheden op te werken tot een geliefd en gerespecteerd componist, ook bij de officiële kunstbeschermers. Het tij keerde echter toen Stalin aan de macht kwam, en een volledige onderwerping van de kunstenaars eiste. Stalin legde Sjostakovitsj bovendien nog meer het vuur aan de schenen door hem de ene keer publiekelijk te vernederen – zo verscheen in 1936 het vernietigende artikel ‘Chaos in plaats van muziek’ over Sjostakovitsj’ ‘Lady Macbeth’, waarin de componist gewaarschuwd werd dat zijn werk een “zinloos spel” was “dat weleens slecht kon aflopen” – en de andere keer de hoogste onderscheidingen toe te bedelen. Hierdoor leefde Sjostakovitsj in een voortdurende tweestrijd: enerzijds wilde hij uit angst om opgepakt te worden niet in conflict komen met de autoriteiten, maar anderzijds zou een totale overgave zijn creativiteit beperken. Toch ontvluchtte hij zijn geboorteland niet en wist hij zich tussen de eisen van het communistische bewind door te bewegen, door zijn muziek een dubbele laag mee te geven. Dat ook dit niet zonder gevaar was, vertelt Sjostakovitsj in zijn Getuigenis: “Dit maakt het componeren steeds moeilijker voor me. Dat klinkt wellicht wonderlijk, want meestal
zou het andersom moeten zijn. Als je begrepen wordt, schrijf je gemakkelijker. Maar hier is alles omgekeerd. Want hoe groter je publiek, hoe meer verklikkers. En hoe meer mensen begrijpen waar het over gaat, hoe groter de waarschijnlijkheid dat je wordt aangegeven.” De dood van Stalin in 1953 en de dooi die het regime van Chroesjtsjov inluidde, konden Sjostakovitsj niet geruststellen. Een zekere angst bleef hem achtervolgen, en die had hem nog steeds in zijn greep bij het componeren van zijn twaalfde symfonie. De symfonie was een opdracht in het kader van de viering van het 22ste congres van de communistische partij, ter herdenking van Lenin en de Oktoberrevolutie van 1917. Isaak Glikman, theatercriticus en goede vriend van Sjostakovitsj, bezocht hem terwijl hij werkte aan de compositie: “Toen ik hem zag, was ik onthutst door de pijnlijke uitdrukking op zijn gezicht en zijn verwarring. Hij liet me snel binnen in zijn kleine slaapkamer. Hij zonk neer op het bed, volledig ontwapend, en begon te huilen en te snikken. Ik dacht dat hem of zijn geliefden iets ernstig was overkomen. Op al mijn vragen hakkelde hij tussen zijn tranen door: ‘ze volgen me al een hele tijd, ze vallen mij lastig’. En toen legde hij me uit hoe het entourage van Chroesjtsjov hem druk oplegde om toe te treden tot de partij.” Toen de autoriteiten besloten Sjostakovitsj tot Eerste Secretaris van de Componistenbond van de Russische Federatie
5
BIO
te benoemen, had hij geen keuze meer: hij moest wel lid worden van de partij. Het regime had alle middelen ingezet om hem te profileren als rolmodel van de nieuwe sovjetkunstenaar, en dat maakte de druk niet minder groot. Sjostakovitsj had zijn twaalfde symfonie aanvankelijk opgevat als een satire op het ‘epische’ levensverhaal van Lenin, maar bedacht zich op het laatste nippertje. “Ik begon met een creatief doel en eindigde met een volledig ander plan. Ik was niet in staat om mijn ideeën uit te voeren. Je ziet hoe moeilijk het is om een beeld te schetsen van leiders en leraars.”
Brussels Philharmonic Brussels Philharmonic werd opgericht in 1935 onder de vleugels van de openbare omroep (NIR). Het orkest concerteerde met grote dirigenten en solisten, en creëerde in de loop van zijn bestaan nieuwe werken van wereldvermaarde componisten als Stravinsky, Messiaen en Francesconi. Muziekdirecteur Michel Tabachnik is sinds 2008 een sleutelfiguur in de werking van Brussels Philharmonic. Op een creatieve en publieksvriendelijke manier combineert hij het grote orkestrepertoire met de muziek van de 20ste eeuw. Zijn credo: “We zijn geen museum, wel een platform voor levende muziek.” Samen met het orkest zorgde Tabachnik voor warm onthaalde concerten in binnen- en buitenland.
Het was niet de eerste keer dat Sjostakovitsj zijn eerste schets opgaf uit angst voor een niet-gepaste uitvoering in de ogen van het regime. Deze keer wendde hij compositietechnieken aan uit de filmmuziek – een genre waarin hij overigens ook uitblonk – om een volledig programmatische symfonie te schrijven, die eenvoudigweg de sfeer en gebeurtenissen uit die hele periode rond de revolutie weergeeft. De eerste twee delen geven weer wat voorafgaat aan de revolutie: van ‘Revolutionair Petrograd’, waarin we een beeld krijgen van de rusteloosheid van de bevolking, gaat de focus in ‘Razliv’ naar de plek van waaruit Lenin de gebeurtenissen volgt en stuurt. De naam van het derde deel ‘Aurora’, verwijst naar het schip dat de eerste schoten afvuurde op het Winterpaleis en zo de revolutie inluidde. En dat leidt meteen naar de finale, het optimistische ‘Dageraad van de mensheid’.
Ook op internationaal vlak verovert Brussels Philharmonic een eigen plaats, te beginnen met een residentie in het Parijse Cité de la Musique en jaarlijkse concerten in het Concertgebouw Amsterdam. Voor het seizoen 10-11 en 11-12 werd én wordt het orkest uitgenodigd door het Festival Musica in Straatsburg en het Festival de Besançon, zijn er verschillende tournees in Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Azië, en concerten in Metz, Venetië, Salzburg (Grosses Festspielhaus) en Wenen (Musikverein).
6
Jef Neve Pianist-componist Jef Neve (1977) behaalde in 2000 aan het Leuvense Lemmensinstituut de diploma’s ‘Meester in de Muziek/Jazz’ en ‘Meester in de Muziek/Klassiek’, en het jaar daarop ‘Specialisatie in Kamermuziek’. Masterclasses volgde hij onder meer bij Brad Mehldau, Martial Solal, Lew Tabackin, Billy Hart, Bill Carothers, Kenny Werner en Bruce Barth.
De uitgebreide ervaring die Brussels Philharmonic samen met het Filmfestival Gent opbouwde rond filmmuziek, onder meer met de Golden Globe-winnende filmmuziek voor ‘The Aviator’ van Martin Scorsese, wordt intussen internationaal erkend en resulteert in nieuwe projecten zoals de opnames van soundtracks.
ANDREW LITTON Andrew Litton studeerde piano en orkestdirectie aan de befaamde Juilliard School in New York. Later zou hij verklaren dat zijn keuze voor piano vooral was ingegeven door pragmatische overwegingen: indien hij niet zou slagen als dirigent, kon hij het nog altijd proberen als pianist. Toen hij echter enige tijd later de jongste winnaar werd van de International Conductors Competition van de BBC, wist hij dat hij voluit kon gaan voor zijn droom.
De eerste jaren speelde Neve als freelancepianist met zeer uiteenlopende ensembles – klassieke ensembles, pop bands zoals Get Ready – en als solist met onder meer het Filharmonisch Orkest van Vlaanderen o.l.v. Michel Tilkin. Jef Neve maakt ook deel uit van het Pascal Schumacher/Jef Neve Quartet, waarmee hij twee cd’s opnam, en de eerste prijs won op Tremplin Jazz in Avignon in 2004. Het jazzparcours van Jef Neve is gekend, maar ook in de klassieke muziek is hij actief. In 2007 kreeg hij een compositieopdracht van Muziekcentrum De Bijloke, resulterend in zijn 1ste Pianoconcerto. De wereldpremière vond plaats op 1 en 2 mei 2009, uitgevoerd door het Brussels Philharmonic o.l.v. Michel Tabachnik met Jef Neve aan de piano. De versie voor twee piano’s is ondertussen een eigen leven gaan leiden, en samen met pianist Alexander Gurning al verscheidene keren uitgevoerd. Vandaag voert Jef Neve zijn 2de Pianoconcerto uit, opnieuw een compositieopdracht van Muziekcentrum De Bijloke.
Litton werd vaste dirigent van het Bournemouth Symphony Orchestra van 1988 tot 1994 en daarna, van 1994 tot 2006, van het Dallas Symphony Orchestra. In 2003 werd hij de eerste Amerikaanse dirigent van het Noorse Bergen Philharmonic. Onder zijn impuls ondernam het orkest zijn eerste Amerikaanse tournee in veertig jaar. Naast het puur instrumentale en symfonische werk heeft Litton ook heel wat operaproducties op zijn naam staan. De discografie van Litton telt intussen al bijna honderd plaatopnames, waarbij hij vaak de rollen van solopianist en dirigent combineert.
7
binnenkort VR | 12.10.12 | 20:15 | Handelsbeurs Quatuor Terpsycordes Schubert, Brahms, Schönberg
WO | 31.10.12 World Music Days Of Flanders 15:00 | Nadar, Daan Janssens (artistieke leiding) 17:30 | Spectra Ensemble, Filip Rathé (artistieke leiding) 20:00 | Brussels Philharmonic, Yuki Kakiuchi (dirigent)
ZA | 13.10.12 | 13:00-24:00 | KTA (Lindenlei 48) Inside Jazz | www.insidejazz.be Expo (gratis) & huiskamerconcerten
VR | 02.11.12 | 20:00 European Union Baroque Orchestra, Lars Ulrik Mortensen (artistieke leiding) Rebel, Charpentier, Rameau
ZA | 13.10.12 | 20:00 | Vooruit Marc Ribot Jazz
DO | 08.11.12 | 20:00 | Kraakhuis Solisten van de Byzantijnse Muziek Theosteriktos, Bereketis
WO | 17.10.12 | 20:00 Jakob Bro, Jon Christensen, Thomas Morgan Intiem jazzconcert
ZA | 10.11.12 | 20:00 Orchestra of the Age of Enlightenment, Choir of the Enlightenment Purcell, Haendel
ZO | 21.10.12 | 17:00 | Miryzaal Docentenconcert Series Godfried-Willem Raes DO | 25.10.12 | 20:00 Amsterdam Sinfonietta, Candida Thompson (artistieke leiding en viool), Sol Gabetta (cello) Prokofjev, Vasks, Bruch, Brahms
DI | 13.11.12 | 20:00 | Kraakhuis Octurn Sonic mantras: monniken in een jazzconcert WO | 14.11.12 | 20:00 | Kraakhuis Capriccio Stravagante Trio Frans recital
ZA | 27.10.12 | 20:00 Collegium Vocale Gent, Jan Vermeulen (pianoforte) Schubert: liederen voor mannenkoor
Bespreekbureau Muziekcentrum De Bijloke Gent | J. Kluyskensstraat 2, 9000 Gent Di - vr 10:00 - 12:00 & 13:00 - 17:00 | za 13:00 - 17:00 09 269 92 92 | tickets@debijloke.be | www.debijloke.be v.u. | Daan Bauwens • tekst | Aurélie Walschaert © | Muziekcentrum De Bijloke Gent info@debijloke.be Muziekcentrum De Bijloke is mobiel dankzij het partnership met Gent Motors (www.gentmotors.be)
8