Pleun Brink Eindredacteur
Ehsan Razaghi Redacteur
Tahrim Ramdjan Hoofdredacteur
Susanne van Teeffelen Redacteur
To Wiersma Hoofdredacteur
Martine Bolten Visueel redacteur
Bas Staleman Redacteur
Berend Markhorst Visueel redacteur
Fleur Lycklama Redacteur
Sam Langelaan Vormgever
Yoshua Maas Redacteur
Lucie Egberink Vormgever
VOORWOORD Tahrim Ramdjan
Waarom in hokjes denken, als je ook in kleuren kunt denken? Dat is wat wij gedacht hebben toen wij het nieuwe thema voor de Harpoen kozen. En zo is de keus voor een thema op ‘oranje’ gevallen. Onder andere vanwege het volksfeest wat over enkele dagen hier in de stad losbarst (prepare yourself for een overvol Vondelpark, een bezopen Nieuwmarkt en een invasie van het platteland). Maar ook omdat oranje zoveel meer dan dat is. Oranje is de kleur van ons koningshuis. De kleur van ons elftal. De kleur van de zomer (nou ja, misschien iets meer geel dan). De kleur van nota bene onze school. Oranje is een gevoel, oranje is een emotie. Oh ja, en oranje is de leeuw van de ING. En nee, we zijn niet betaald voor deze subtiele sluikreclame. We hebben geprobeerd deze Harpoen zo oranje mogelijk te maken. Veel leesplezier! ■
“Een aardappel lijkt echt op een aardappel” - WIL
INHOUD 2 3 5 7 11 14 15 17 21 23 27 29 33 36 38 41 43 45 47 49
ZON OVERLEVEN DE GUILTY PLEASURE VAN ONS NUCHTERE VOLK ‘SHARING’ IS NIET ALTIJD ‘CARING’ VERBORGEN TALENTEN VAN DOCENTEN GEHOORD OP HET SCHOOLPLEIN BLACK AND BLUE ARE THE NEW ORANGE ‘NEDERLAND, OH NEDERLAND’; HOE VADERLANDSLIEVEND BEN JIJ? DE HARPOEN LEEST...: ‘KROONSZ’ HOROSCOOP GROENE VINGERS EEN EXOTISCHE REIS TIPS EN TOPS AAN HET IG (VOORAL TIPS) GEZEGEND MODERUBRIEK INVULVERHAAL VRIEND EN VIJAND, SAMEN OPGESLOTEN ROODBORSTJE IT’S OK, BLAME EA INTERVIEW MET WILLY
“Kom op, tell me what you want, tell me what you really want!” - NOY 1
ZON
Tahrim Ramdjan
als de zon weer boven ‘t IJ straalt en het duister van de nacht is verstomd terwijl het groen in ‘t Vondel doorkomt en het licht onvoorwaardelijk neerdaalt dan zijn wij uit ons winterslaap gekomen immers is de vreugde terug in ons leven de vreugde, die ons door de zon is gegeven eerder konden we enkel van de zon dromen ■
2
OVERLEVEN To Wiersma
Voor Nederlands moesten we ons verdiepen in de ‘Robinsonade’, de schrijfstijl die op het boek van de beroemdste overlever aller tijden is gebaseerd. Robinson Crusoe was een man, gestrand op een eiland, die volledig op zichzelf en zijn eigen verstand aangewezen was. Deze strijder wist ruim dertig jaar te overleven op het eiland en hield deze gehele tijd een dagboek bij. De derde SE-week dit jaar kwam snel. Te snel. Velen konden nog ontsnappen, maar sommigen bleven haken in hun eigen luiheid en voor hen was het al gauw te laat. Van te voren leek het allemaal mee te vallen, maar zondagavond werd dan toch het moment van de waarheid. Een bekende plek in de SE-week.
Toen ik eenmaal aangekomen op school was, werd de schade van de SE-week duidelijk. Leerlingen, bedolven onder aantekeningen en samengevatte samenvattingen, keken uit hun ogen met de grootste waanzin die een mens kan hebben. Die van de SE-week. Die van ‘ik heb echt wel genoeg tijd om deze vier hoofdstukken samen te vatten en daarna nog alle wiskundesommen te maken van deze periode,’ of de bekende ‘als ik nu mijn boek in plastic inpak, kan ik misschien wel douchen en leren tegelijk.’ Na het eerste SE blijkt de ravage groot. “Vraag vijf was toch A?”geroep klinkt door de gang, een schelle ‘Fuck, maar ik had mijn herkansing hier niet op gezet,’ is het wedergeluid. Buiten regent het. De scholieren verzamelen zich in een kring, zoals dat de gewoonte is van scholieren, en kijken mistroostig naar buiten. De blik in sommige ogen ligt inmiddels op “Was ik maar naar de bakschool gegaan.” Dag twee. Er gaat een wedje rond over de hoeveelheid slaap die de scholieren hebben gehad. “Hoe veel slaap heb jij gehad?! Zes uur zeg je?! Hoe heb je die diagnostische toets van negen dan gemaakt?” Het slachtofferaantal stapelt zich op. Bij het wiskunde SE leveren vijf mensen de toets in na slechts vijftien seconden. den. De stakkers zijn aan een Sudoku begonnen of kijken voor het eerst in drie dagen uit het raam. Een scholier heeft besloten dat het tijd werd om de slaap van gister3
nacht in te halen en heeft zich comfortabel gemaakt op een Atlas. Wanneer de tijd omgeroepen wordt, schieten sommigen verschrikt omhoog en beginnen hun schrijftempo omhoog te gooien naar een woord per seconde. Je weet pas echt dat het erg is, wanneer je speciaal-gemaakte SE-blad, van welgeteld vier pagina’s aan elkaar, vol is. Dag drie. Niet meer bewust van het leven naast de anatomie van een plant en de opbouw van het politieke systeem van Nederland. Zo ver heen, dat er inmiddels melancholisch over vroeger wordt gepraat. Typische kenmerken van mensen die het einde van hun leven naderen, zie ik hier terug in de scholier. Zelfs fysiek lijken de scholieren meer op bejaarden dan ooit tevoren. Door het gebrek aan lichaamsbeweging en het uren zitten nemen ze de houding aan van tachtigjarigen. Mijn medescholier kijkt met samengeperste ogen naar zijn flikkerende laptopscherm. Wanneer ik zijn naam noem, reageert hij niet meer. Dag vier. Het einde is in zicht, maar het is er nog niet. Op een gegeven moment heb je zo veel geschreven dat het hele mechaniek van je hand het helemaal niet meer aan kan. Dan krijg je van die gevallen van een W proberen te schrijven maar dat er een soort Euroteken uitkomt. Het afraffelen lijkt inmiddels een aantrekkelijke keuze. Dan is het laatste SE ingeleverd. De scholieren lopen ontdaan naar buiten en kijken elkaar aan. Eén stelt bier voor, de anderen stemmen in. En zo was het goed. ■
“Ja kijk dan! Nee niet naar mij! Naar de tekst!” - BOZ
4
De guilty pleasure van ons nuchtere volk Susanne van Teeffelen
Koningsdag, Koninginnedag, oranje: het zijn van die dingen waar je half Nederland blij mee maakt. Meestal is de ene Koninginnedag nog niet afgelopen, of men heeft het al over de volgende. Nou ja, tegenwoordig gaat het dan over Koningsdag, maar het principe is nog steeds hetzelfde. Winkels zelf gaan ineens allerlei oranje spullen verkopen die half Nederland ook echt koopt, om vervolgens een week later weg te gooien of in een doos op zolder te stoppen, om vervolgens een jaar later te vergeten dat er op zolder nog zo een debiele oranjepruik is, om er dat jaar erop een nieuwe te kopen, om er tijdens een grote schoonmaak achter te komen dat ze honderd oranjepruiken hebben en tegen zichzelf zeggen dit te onthouden… om er uiteindelijk weer een te kopen. En zo gaat het maar door, elk jaar weer. Een grote massa trekt de binnenstad van Amsterdam in en waarom eigenlijk? Om oude troep in het Vondelpark te kopen of verkopen – ook zo een fenomeen dat ik nooit zal begrijpen: een maand voordat het daadwerkelijk de dag is die we wisten dat zou komen, hebben mensen al hun plekje geclaimd om op de dag die we wisten dat zou komen hun oude spulletjes te verkopen –, of om volgens het Nederlandse “kijken, kijken, niet kopen”-principe alleen langs te lopen, omdat het Vondelpark toevallig op de route ligt naar het Museumplein, waar alle oranjegekken van Nederland naar muziek staan te luisteren. Dan heb je ook nog hen die ‘s nachts al op hun stoeltjes langs de route van de Oranjes gaat zitten om een glimp van de koning op te vangen en om met oranje vlaggetjes te zwaaien. Zij die dat doen zijn weer leuk om naar te kijken voor hen die thuis op de bank met een oranjetompouce naar de reportage op NPO1 kijken. De bankzitters twijfelen op hun beurt weer of ze toch wel of niet nog even last-minute de stad in zullen gaan, omdat het er toch wel gezellig (ook zoiets Nederlands) uitziet. Snel stappen ze dan een overvolle tram in, om niet eens in de stad te worden afgezet (die is te vol), maar ergens ervoor. Zoals je ziet zijn er veel verschillende types Oranjefans. 5
Dan zijn er ook nog mensen als ik. Persoonlijk vind ik Koningsdag wel leuk en alles wat erbij komt. Het probleem is alleen: iemand heeft ooit bedacht alle evenementen waar het écht om gaat op Koningsdag in de ochtend te plaatsen. En ik ga op mij vrije dag (lang leve de monarchie en haar feestdagen!) niet om negen uur ‘s ochtends de stad in of voor de tv zitten, maar lig dan nog lekker in m’n bedje te slapen (of Netflix te kijken… maar daar zullen we het nu maar niet over hebben). Dan kom ik ergens op een onchristelijk uur m’n bed uit, om dan nog net even de koning voor de laatste keer naar de menigte te zien wuiven, waarmee de reportage op de NPO wordt afgesloten. Jammer, denk ik dan, ik heb het weer gemist. Volgend jaar beter! Maar net als die gekken die elk jaar weer hun geld uit geven aan oranjepruiken ben ik die belofte aan mezelf allang weer vergeten. Lang leve de eindeloze herhaling van de hoogtepunten, waar alle zenders en kranten je nog wekenlang mee achtervolgen, zou ik zeggen. Nee, mij zul je niet snel op het Museumplein zien staan, helemaal enthousiast met een oranjepruik, zonnebril en de hele mikmak. Maar voor hen die wel de energie en wil hebben om mee te doen aan de festiviteiten, en god, wat ben ik stiekem toch jaloers op jullie mensen die geen levenloos leven leiden: heel erg veel plezier. Want jongens, laten we nou eerlijk zijn, of je nou actief meedoet of niet: Koningsdag is oer-Hollands gezellig, de ‘guilty pleasure’-dag van elke Nederlander, en dat is iets wat geen enkel land ons nuchtere volk kan ontnemen. ■
“Er zijn heel veel mensen die zeggen: ‘Aoristus is een verleden tijd.’ Die moeten doodgeschoten worden.” - STR 6
‘Sharing’ is niet altijd ‘caring’ Merel Burkunk
Speentjes, rompertjes en babypoeder: twee halen één betalen. Alle luiers van Pampers voor de helft van de prijs. Al weken vallen er dit soort advertenties op de mat van een Amerikaans gezin uit New York. Vreemd, vinden de ouders. De kinderen zijn alweer jaren uit de luiers en moeder is lang niet zo fief meer als op haar dertigste. Wanneer hun tienerdochter een week later bekent dat ze zwanger is vallen alle puzzelstukjes in elkaar… Het Amerikaanse warenhuis Target dat hen de folders toestuurde, wist eerder van de zwangerschap van het meisje dan haar eigen ouders. Dit alles door de toepassing van Big Data. De definitie van Big Data is kortweg een enorme database met ‘historische’ gegevens. Sinds de opkomst van het internet en de verdere digitalisering van ons leven laten we met zijn allen elke dag enorme hoeveelheden data achter bij internetbedrijven als Google, Facebook en Whatsapp. Google weet waar je naar op zoek bent, Facebook weet wat je bezig houdt en Whatsapp weet met wie je contact hebt en waarover. Als je al deze data over iemand in een slimme computer stopt kan deze heel wat over die persoon te weten komen. Zo kwam het warenhuis Target er na data-analyse achter dat zwangere vrouwen vaak minder sterk ruikende shampoos en lotions kopen omdat hun reukvermogen toeneemt tijdens de zwangerschap. De computers van Target analyseerden het winkelgedrag van het meisje, legden zo het verband en overspoelden haar met folders over babyartikelen. Als het al mogelijk is dat een warenhuis eerder achter jouw grootste geheimen komt dan je ouders, of in het ergste geval jijzelf, wat is er dan mogelijk in de toekomst? Wat zal er in de toekomst veranderen in Nederland door de toepassing van Big Data op sociaaleconomisch gebied? Om dit te weten te komen kijken we naar de ontwikkeling van Big Data-gebruik en de gevolgen van de toepassing ervan. Big Data is niets nieuws. Een supermarktketen als Walmart en een bedrijf als Mobil Oil verwerkten en analyseerden al in de vroege jaren negentig een heleboel data. Maar de afgelopen vijf jaar zijn we door intensief internetgebruik zo veel data gaan achterlaten bij bedrijven als Google, Facebook en Whatsapp, dat de data voor veel grootschaligere onderzoeken gebruikt kunnen worden. Hoe meer data, hoe betrouw7
baarder de informatie. De waarde stijgt als de hoeveelheid ervan toeneemt. Verschillende instanties hebben de afgelopen jaren de waarde van deze data ingezien. De reclamewereld paste Big Data bijvoorbeeld als een van de eerste sectoren grootschalig toe. Adverteerders besteedden de afgelopen vijf jaar steeds meer geld aan online advertenties. In 2012 ging volgens een rapport bijna twintig procent van de totale internationale advertentiemarkt online. Bijna twee jaar geleden kwam de Amerikaanse klokkenluider Edward Snowden met zijn eerste onthullingen over hoe de inlichtingendienst NSA toegang heeft tot de persoonlijke data die zijn opgeslagen bij internetbedrijven als Google en Facebook. Deze bedrijven blijken zelfs actief mee te werken aan het afstaan van uw gegevens aan de overheid. Hierdoor gaan de meeste mensen zich nu pas zorgen maken over de toepassing van Big Data en wat dit betekent voor hun privacy. Big Data worden steeds vaker verzameld en daarna toegepast door verschillende instanties. Zo verkoopt Google je klik-gedrag aan adverteernetwerken, die jouw data gebruiken om je persoonlijke advertenties te sturen. In andere woorden: als je grasmaaier kapot gaat en je gaat googelen naar een eventuele nieuwe, is de kans groot dat je op andere sites ongewoon veel grasmaaieraanbiedingen te zien krijgt. Maar niet alleen reclamediensten maken gebruik van de data over je klik-gedrag. Als jij googelt op de woorden ‘bom’, ‘aanslag’ en ‘plattegrond van Schiphol’, gaan er lichtjes branden bij geheime diensten. Verzekeraars gebruiken bergen informatie om risico’s van individuele klanten in te schatten en beurshandelaren voeden hun modellen met tientallen datastromen om handelsrisico’s en buitenkansjes vroeg te zien aankomen. De ‘Quantified Self’-beweging maakt ook gebruik van Big Data. Leden van deze beweging meten de hele dag hun fysieke en geestelijke toestand door middel van sensoren. Van alle verzamelde data worden grafieken gemaakt en zo ontstaan er zeer gedetailleerde medische profielen over mensen. Dit soort toepassingen hebben veel gevolgen voor zowel instanties als burgers. Een belangrijk gevolg van de toepassing van Big Data voor de instanties is het ontstaan van data en harde wetenschap over menselijk gedrag. Zo zijn de traditionele reclamewetten zoals het autoriteitsprincipe op internet opeens meetbaar en kun je veel conclusies trekken uit Big Data in de vorm van honderd duizenden patiëntendossiers. Dit zijn verbanden waar de medische wetenschap decennia voor nodig heeft gehad om aan te tonen. Big Data bieden dus nieuwe mogelijkheden voor de wetenschap. Naar aanleiding van al deze data over individuen bezit men niet alleen harde feiten over menselijk gedrag, maar kan er ook toekomstig gedrag voorspeld worden. Dit kan bijvoorbeeld weer worden toegepast in de reclamewereld. Je kunt iemands 8
koopgedrag voorspellen naar aanleiding van eerder vertoond gedrag of gedrag van een gelijkend persoon, iemand met bijvoorbeeld dezelfde leeftijd, dezelfde interesses en hetzelfde geslacht. De cosmeticawinkel Rituals maakt handig gebruik van deze datatechniek. Zij kunnen op de webshop zien dat sommige klanten eerder iets kopen als er bij staat dat het product vaak verkocht wordt. Andere klanten willen liever iets exclusiefs. Met deze informatie kun je per klant bepalen of je deze informatie over een product wel of niet op de site zet. Hier staat tegenover dat bestaande industrieën door al deze nieuwe informatie een minder grote rol kunnen gaan spelen. Denk bijvoorbeeld aan het interieur van winkels en de klassieke reclamespotjes, eigenlijk alles wat tussen producent en consument in staat. Wetenschappers en reclamemakers zijn wel blij met al die middelen, maar uiteindelijk zijn ze niet meer nodig: Big Data fungeren als keiharde wetenschap. De toepassing van Big Data brengt ook gevolgen met zich mee voor de burgers wiens data gebruikt worden. Enerzijds zijn de gevolgen positief. Op de universiteit van Toronto kunnen onderzoekers de kans op een infectie bij een te vroeg geboren baby voorspellen, 24 uur voordat er symptomen te zien zijn. Ze kwamen er door middel van data-analyse achter dat er juist een infectie op komst is als de vitale functies stabiliseren. In dit geval redt data-analyse levens. Ook bestaan er al apps die kunnen voorspellen of mensen depressief worden en computers die kunnen uitrekenen welke wijken een groot risico hebben op misdaad. Verder brengen de data van de eerder genoemde ‘Quantified Self’-beweging positieve gevolgen mee voor de gezondheidszorg. Huisartsen hebben bijvoorbeeld veel aan deze persoonlijke data. Als patiënten zeggen dat ze weinig slapen weet een huisarts nu precies hoe weinig dat dan is. Dit resulteert in een betere behandeling. Anderzijds zijn er ook negatieve gevolgen. Het verzamelen van al die data van burgers wordt vaak gezien als grote schending van je privacy. Bedrijven en de overheid verzamelen en analyseren jouw data vaak ongevraagd en komen hierdoor een hele boel persoonlijke dingen over je te weten. Er zijn ook negatieve gevolgen van persoonsgerichte reclame voor de burgers. Wanneer advertentienetwerken jouw data gebruiken om gerichte advertenties te sturen, krijg je als het goed is alleen maar advertenties over onderwerpen die jou interesseren, maar er wordt ook misbruik van gemaakt: uit onderzoek van The Wall Street Journal bleek bijvoorbeeld dat sommige webshops de prijs van hun aangeboden producten aanpassen aan de locatie waar iemand woont en dat Apple bezitters dertig procent meer betalen voor de hotelkamers die zij online boeken. Wat er kan gaan veranderen is duidelijk: bedrijven zullen steeds meer gebruik gaan maken van de persoonlijke data van klanten, puur omdat het winstgevend is. De 9
vraag is alleen: wat zijn de gevolgen van het registreren van data voor onze privacy? Het gevaar bestaat dat bedrijven onze data gaan uitwisselen en misbruik zullen maken van al deze informatie. Kijkend naar de ontwikkelingen rondom Big Data tot nu toe is de kans groot dat zelfs huishoudelijke apparaten in de toekomst data gaan verzenden via het internet. Neem bijvoorbeeld de ‘slimme’ koelkast. Als de melk op is krijgt Albert Heijn meteen een verzoek om een nieuw pak melk aan de wekelijkse bestelling toe te voegen. De hier verzamelde data lijken onschuldig, maar uit de eerder genoemde voorbeelden blijkt anders. Kijk maar naar onze tienermoeder in wording. Het meisje had nooit verwacht dat haar shampookeuze haar grote geheim kon onthullen. Wat te denken van een slimme koelkast die informatie geeft over alcoholconsumptie als je een levensverzekering wilt afsluiten? De overheid zal met nieuwe privacywetgeving het alles registrerende Big-Brother-monster in toom moeten houden en wij moeten ons bewust zijn dat onze persoonlijke data goud waard zijn. Sharing is niet altijd caring. ■
“Mijn kind gaat me sowieso heel irritant vinden met m’n grapjes enzo” - ESS 10
Verborgen talenten van docenten Susanne van Teeffelen Docenten kunnen wel meer dan alleen lesgeven. Daarom leek het ons leuk om eens iets nieuws te doen: verborgen talenten van docenten, waarin we laten zien wat onze docenten nog meer kunnen.
J. Ploegmakers (Nederlands): acrobatiek Meneer Ploegmakers kennen we allemaal als de docent Nederlands met de Beats koptelefoon, die elke dag een leuke muts opheeft en voor hen die Nederlands van hem krijgen is de ‘Ploegmakers-onzin’ een bekend fenomeen. Ja, iedereen kent meneer Ploegmakers wel. Maar meneer Ploegmakers heeft ook een heel erg groot talent: hij is heel erg lenig!
E. Guijt (lichamelijke opvoeding): mindfulness Meneer Guijt kennen we als de vrolijke en enthousiaste gymdocent die altijd lachend en zingend door de school rondloopt. Maar naast docent zijn voor klassen vol drukke leerlingen doet hij ook nog iets heel anders, namelijk Mindfulness-trainingen.
11
“Mindfulness is een aandachttraining die je leert om in het moment te zijn. Trainingen bestaan veelal uit wat jullie meditatieoefeningen noemen, maar het is niet echt mediteren. Het is meer een soort van levenswijze – je focussen op je omgeving en niet te veel op je gedachten; je hoofd leeg maken en je focussen op je omgeving door de dingen te zien zoals ze zijn. Ben jij mind full of mindful? Men is zo druk bezig met van alles en nog wat dat ze de dingen om zich heen niet zien. Bij Mindfulness ben je bewust bezig met je hoofd leeg maken. Sinds ik mij er mee bezig houd en bijvoorbeeld ga wandelen in het bos, zie ik ook echt een rij bomen en focus ik me niet meer op mijn drukke gedachtes. Het is een soort van levenswijze.”
“Het klinkt allemaal heel erg zweverig, maar dat valt allemaal wel mee.”
H. de Klerk (wiskunde): hardlopen “Vanaf mijn studietijd (begin jaren ‘70) ben ik een langeafstandsloper. Hardlopen is voor mij de ideale aanvulling bij het leren en werken. Het maakt mijn hoofd leeg en geeft nieuwe energie. Tot twee jaar geleden liep ik ook met enige regelmaat een marathon. Dat kostte mij veel inspanning, maar gaf mij wel een kick: een keer een marathon gelopen en je draagt je hele leven “Gewoon, omdat het kan.” de eretitel van marathonloper bij je! Of ik nog een keer aan een marathon ga beginnen? Ik geniet van een trainingsrondje door de duinen en dan even bonken tegen de zuidwester op het strand. Dat wil ik zo lang mogelijk volhouden.
12
Dan nog even iets anders... het tweede lesuur komt de eerste klas lokaal A37 binnenstormen. Ze willen na gym zonder gezeur bij mij op tijd in de les zijn. Vraagt een leerling aan mij: ‘Mijnheer, mag ik mijn rekenmachine nog halen, hij ligt beneden in mijn kluisje?’ ‘Natuurlijk,’ zeg ik, ‘de tweede bel is nog niet gegaan.’ En denk bij mijzelf: wat een talent loopt hier toch rond!”
I. Landa (scheikunde): naaien “Mijn moeder maakte altijd al onze kleding zelf. Jurkjes, truien, broeken vesten; ze kon alles. Op een gegeven moment wil je natuurlijk gewoon een spijkerbroek, net als de rest, maar ik heb er in mijn jeugd door mijn moeder altijd erg origineel bijgelopen. Ze heeft het mij geleerd, dus tijdens mijn studententijd kon ik m’n eigen galajurk in elkaar zetten. Dat was best handig en goedkoop (en origineel: niemand had dezelfde). Nu kan ik als moeder van drie dochters mijn kunsten botvieren op mijn kinderen. Ze zijn gelukkig nog jong genoeg om het leuk te vinden als ik iets voor ze maak. Dat gaat vanzelf over… Voor het schooltoneel klus ik (zie foto) ook nog wel eens iets in elkaar. Ik kan trouwens ook breien!” ■
“Perz-jij of Perz-ik” - DOE 13
Gehoord op het schoolplein Susanne van Teeffelen & Tahrim Ramdjan
Iedereen heeft het weleens meegemaakt: een leerling maakt een leuke opmerking en de hele klas, inclusief de docent, giert het uit. Het jammere is dat verder niemand van de school kan meegenieten van het plezier. Daarom hebben wij iets nieuws: Gehoord op het schoolplein. Hieronder staan de leukste en opmerkelijkste leerlingenquotes van de afgelopen maanden. En wees maar niet bang, want ze zijn anoniem.
“Mevrouw, ik heb gelogen. Ik heb mijn huiswerk wel!” Leerling 1: “Ze heeft niet zo een sexy dopper als ik. Design en afbreekbaar plastic, mensen, dat jullie het even weten.” Leerling 2: “Dat heb je van mij!”
“Nee mevrouw, ik kan vanmiddag niet nablijven. Ik moet naar de dokter voor mijn mentale dinges.” Leerling 1: “Wat is het grootste eiland van Europa? Leerling 2: “Londen!”
*poging tot grap* “Als je naar iemand wijst, ben je dan een weeskind?”
Vijfdeklasser tijdens een wiskundeproefwerk: “Wat is een schets?”
“Maar meneer, ik ben een muggenzifter…”
Leerling 1: “Wat is de hoofdstad van Polen?” Leerling 2: “Auschwitz!”
Leerling 1: “Jij leert wel echt veel, hè?” Leerling 2: “Iedereen heeft er profijt van als ik leer.”
*tegen docent* “Wacht maar, als ik later minister-president word, laat ik uw pensioen verbieden!”
*doet helemaal wild vest uit* “Ik ga hier helemaal Fifty Shades, hoor!”
“Mijn horoscoop is krab volgens mij…”
Heb jij ook recent een hilarische of oerdomme quote gehoord? Stuur hem in via harpoen@ignatiusgymnasium.nl of via onze brievenbus! ■ 14
Black and blue are the new orange Fleur Lycklama
Het Nederlands elftal is nu al weer fel in de strijd voor een plek in de Europese kampioenschappen van volgend jaar, en omdat ieder EK verschillend is, zal ook dit EK weer anders worden dan alle eerdere. Zo werd er drie jaar geleden nog vrolijk gevoetbald in Oekraïne, maar zal Frankrijk volgend jaar de rol van gastland op zich nemen. Verder zal Guus nu langs de zijlijn de taak van schreeuwlelijk vervullen, in plaats van Louis of Bert. Ook aan het thuisfront zullen er dingen anders zijn, zo zullen er weer nieuwe spaaracties bedacht worden en, misschien nog wel het belangrijkste, zal er ook een nieuw bavariajurkje gepresenteerd worden. Het bavariajurkje. Dat jurkje dat je krijgt bij aankoop van een sixpack Bavaria. Dat jurkje dat op TV perfect lijkt te passen, maar als je hem dan zelf aan hebt, net te breed, te smal, te lang of te kort is. Het is het jurkje van eigen bodem, waarin het gros van de Nederlandse vrouwen zich hult als hun oranje helden op de grasmat hun kunsten vertonen. In 2016 zal Bavaria voor de vierde keer een exemplaar presenteren en, hoewel geen enkel bavariajurkje ooit hetzelfde is, zoals geen enkel EK ooit hetzelfde is geweest, is er toch altijd één overeenkomst geweest: zijn oranje kleur.
15
Maar ook de kleur moet anno 2016 op de schop. Het roer moet volledig om. Ook Bavaria moet immers blijven innoveren. Het biermerk deed al een dappere poging vorig jaar met hun Hollándress. Deze dubbelzijdige jurk bood voor ieder wat wils, aldus de ontwerpers. Hoewel het idee leuk is, bleef de kleur aan beide kanten overheersend oranje. Dat kan beter, vind ik. Ik stel voor dat we dezelfde stof gebruiken als bij de zwart-blauw/wit-gouden jurk. Dan ontstaat er gelijk wat variatie onder de supporters. Black-blue is immers the new orange (of was het nou white-gold?). Als we dan toch aan het innoveren zijn, dan vind ik dat er ook wel wat mag veranderen aan de outfit van de coach. Dat nette pak slaat eigenlijk helemaal nergens op, daar langs het veld. Als de outfit toch niet sportief is, dan pleit ik ervoor dat de coach ook zo’n ‘bavariajurkje nieuwe-stijl’ aan hijst. Dan is dat probleem van emancipatie binnen de voetbalwereld gelijk opgelost. Ik weet zeker dat Guus Hiddink er geweldig uit zal zien in zo’n japon en misschien zelfs wel het goede voorbeeld kan geven aan zijn collega-coaches. Wat de ontwerpers van volgend jaar uiteindelijk zullen besluiten, dat moeten we nog maar zien. Ik weet zeker dat ze al druk bezig zijn met het tekenblok en de naaimachine. Mochten ze er niet uit komen, dan sta ik in ieder geval klaar om ze te helpen. ■
DAV: “Noem eens een paar voormalige wereldrijken.” Leerling: “De Antillen!” DAV: “Zullen we Texel er dan ook maar bij doen?” 16
‘Nederland, oh Nederland’; hoe vaderlandslievend ben jij? Fleur Lycklama
Wie oranje zegt, zegt Nederland. Welk koningshuis heet anders ‘Van Oranje Nassau’ en welk voetbalteam speelt nou volledig in die kleur? Maar heb jij alle speeldata van het Nederlands elftal met koeienletters in je agenda staan en ken jij alle vijftien(!) coupletten van het Wilhelmus uit je hoofd? Of vind je oranje eigenlijk maar een lelijke kleur en ben je op Koninginnedag Koningsdag het liefst nergens in een straal van 100 km van Nederland te bekennen? Hoewel we allemaal Nederlands burger zijn, hoeft dit natuurlijk niet te betekenen dat we ons kikkerlandje ook een warm hart toedragen. Hoe vaderlandslievend ben jij eigenlijk? Doe de test en kom erachter!
1) Op Koningsdag...
a) Reis je, nadat je Koningsnacht hebt doorgehaald, af naar Dordrecht om Zijne Majesteit in levende lijve te kunnen zien. b) Ben je, op miraculeuze wijze, het Kingsday festival binnengekomen en geniet je vooral van de feestjes die de dag met zich meebrengt. c) Ben je op vakantie om maar niet in Nederland te hoeven zijn; je had ook best twee dagen later weg kunnen gaan.
2) De VOC…
a) Heeft massa’s mensen mishandeld en vermoord en zou daarom eigen- lijk uit de geschiedenisboeken gehaald moeten worden. b) Was de eerste organisatie die aandelen uitgaf en ook nog eens een geweldige zeemacht, en zou daarom een eigen VOC-herdenkingsdag moeten krijgen. c) Krijgt genoeg aandacht zoals het is, maar misschien zou er nog iets meer aandacht geschonken kunnen worden aan alle gruwelijkheden die ze veroorzaakt hebben. 17
3) Wanneer het Nederlands elftal speelt…
a) Zit jij met je vrienden voor de bank de wedstrijd te kijken, lekker gezellig! b) Heb je al het oranje dat je kon vinden aangetrokken en zit je met je oran- je vuvuzela helemaal in het spel; niemand mag je storen! c) Zit je in je eentje Netflix te kijken op je kamer en zie je na afloop op nu.nl de uitslag, niet wetend dat ze überhaupt speelden die avond.
4)
Belgen…
a) Vind je supersympathieke mensen, veel aardiger eigenlijk dan die lompe Nederlanders! b) Vind je, hoewel je je ongelooflijk ergert aan hun manier van praten, geen onaardig volk. c) Zijn volslagen idioten waar geen zinnig woord uit te krijgen is.
5) Als je op vakantie andere Nederlanders tegenkomt… a) Zeg je beleefd ‘Hallo, wat toevallig!’ en ga je daarna weer verder met wat je aan het doen was. b) Ga je vooral in een andere taal praten zodat ze niet door hebben dat je ook Nederlands bent. c) Roep je vrolijk: ‘Hee, ook Nederlanders?’ en ga je diezelfde avond nog met ze uit eten; ‘t zijn toch altijd wel de meest gezellige mensen, die Hol- landers.
6) Als buitenlanders je in Amsterdam de weg vragen…
a) Help je hen, het liefst in hun eigen taal, maar als je die niet goed genoeg spreekt, in accentloos Engels. b) Help je hen in je beste Engels, zo zien zij dat Nederlanders die taal hart- stikke goed spreken. c) Doe je alsof je wilt helpen, maar praat je principieel alleen in het Neder- lands; je bent immers in Nederland en de buitenlanders passen zich daar maar aan aan.
18
Puntentelling 1: A=3 B=3 C=1 2: A=1 B=3 C=2 3: A=2 B=3 C=1 4: A=1 B=2 C=3 5: A=2 B=1 C=3 6: A=1 B=2 C=3
6-10 punten Al dat patriottisme, jij moet er maar niet veel van hebben. Wat maakt het uit waar je woont, we leven toch allemaal op planeet aarde? Mensen moeten bij jou niet aan komen zetten met wuppies en juichpakken. Bedenk echter wel of je altijd plezier hebt van die houding. Misschien zitten er ook wel leuke kanten aan het Nederlandse nationalisme? Het zou jammer zijn als je die niet ziet door je vooroordelen...
11-14 punten Jij vindt die Hollandse trots wel geinig, maar weet duidelijk waar je grenzen liggen. Je geniet van de gezellige kanten van de vaderlandsliefde, maar heel veel verder dan dat gaat jouw liefde voor de lage landen niet.
15-18 punten Nederland is volgens jou de beste natie op de aarde, nee, in heel het universum! Bij ‘Holland zingt Hazes’ zit jij op de voorste rij en je lievelingskleur is oranje. Hartstikke goed hoor, dat je weet wat je voorkeuren zijn, maar ga je af en toe niet een beetje te ver en kom je beledigend over op anderen? Misschien is wat zelfreflectie zo af en toe geen slecht idee. ■
Leerling: “Bent u al begonnen met de SE’s na te kijken?” ECK: “Nakijken? Wat is dat?” 19
De Harpoen leest… ‘Kroonsz’ Ehsan Razaghi
Bepalen hoe lang iemand nog te leven heeft, dat is een onderwerp waar vele boeken over zijn geschreven. Zo ook Kroonsz. Dokter Zacharias Kroonsz is een man met een kind. Zijn twee dochters zijn vroeg gestorven en zijn vrouw heeft een depressie. Hij is een rijke arts in de Gouden Eeuw. Hij ontdekt een brief van een van de volgelingen van Jezus, waarin er verteld wordt dat de ziel en het leven aan elkaar genaaid zijn en dat ze losraken als je dood gaat. Zacharias Kroonsz is verbijsterd en werkt aan een uurwerk, dorstig naar kennis. Hij experimenteert met lenzen en dieren, tot hij een lens ontdekt die het licht dubbel breekt. Nadat de geleerde Spinoza de lenzen van Kroonsz slijpt, komt de arts tot grote ontdekkingen. Samen met zijn zoon Wessel onderzoekt hij bejaarden en ziet hij hun levenslijn. En ja, ze gaan op het moment dat Zacharias had voorspeld. Na de plotselinge dood van zijn vrouw doet hij nog meer zijn best om haar terug te krijgen. Hij krijgt nachtmerries van enge wezens waar zijn vader vroeger over vertelde: “Ze eten je op, ze verbranden je, als je zondes begaat!!!” De arts durft na weken verder te gaan en leest uiteindelijk zijn eigen levenslijn. Maar tot zijn angst is die erg kort. Hij heeft niet lang meer te leven… Hij is boos! Boos op God, boos op alles. Hij doet alles om zijn eigen dood tegen te houden. Hij doodt hun dienstmeisje, waarop Wessel zo verliefd was, om haar levenslijn aan de zijne te knopen. Maar de lijn wist beter, die was ook kort, want het meisje zou door Kroonsz vermoord worden. Zacharias was woedend en riep naar God:” Jij bepaalt niet wanneer ik dood ga, dat bepaal ik zelf!!!” Hij pakte een mes en stak het in zijn hart en weer eruit. Hij lag op de grond, hij had geen pijn, voelde niks. Wessel kwam binnen en zag zijn vader. Maar hij hoorde ook een stem, van het o zo mooie dienstmeisje. In een gat, een gat met leegte. En weg was hij. 21
Kroonsz had zijn levenslijn eruit getrokken en leefde niet meer. Maar hij was er wel. Hij communiceerde met de zielen om zijn geliefde Wessel, dochters en vrouw terug te brengen. En met resultaat, Wessel keert terug, rond 2010. Zijn vader was onsterfelijk geworden en hetzelfde deed hij ook bij Wessel, maar het gat van leegte werd groter en Wessel wil het tegenhouden. Ik vond het begin van het boek erg leuk. Een beetje drama, beetje filosofie, wetenschap. Maar langzamer hand werd het een fantasieboek waarin alles mogelijk is. En dat is erg jammer. De schrijver, Marco Kunst, heeft het boek mooi met emoties geschreven. Wanneer Kroonsz ontdekt dat hij dood is, voel je het als lezer ook een beetje. Als Wessel emotieloos is, doordat hij geen leven meer heeft, is dat goed weergegeven. Maar het eind is jammer genoeg een beetje verpest. Ik geef het boek daarom ook een 6. ■
“Hallo? Ja je spreekt toch gewoon Nederlands? Of moet ik je behandelen als een kat; dan moet ik even mijn waterspuit gaan halen.” - BOZ 22
HOROSCOOP; MEI 2015 Fleur Lycklama
Loop jij ook het liefst met een ruime boog om de ladder heen? En gooi je altijd t贸ch maar wel even een snufje zout over je rechterschouder? Bijgelovig of niet, de volgende voorspellingen voor mei 2015 staan in de sterren...
Ram 21 maart - 20 april In mei zul je tot nieuwe inzichten komen. Of dit nou op stage, Schier, in de examenzaal of gewoon op school is; je zult jezelf, en daarmee anderen, beter gaan leren kennen.
Stier 21 april - 21 mei Voor de Stier wordt het deze maand tijd om dat ene te doen waar je 茅igenlijk geen zin in hebt, en wat je al weken voor je uit hebt geschoven. Dus hup! Handjes uit de mouwen en tijd om je kamer op te ruimen, net die tien minuten eerder uit je bed te komen of dat ene boek van je lijst te gaan lezen.
Tweelingen 22 mei - 21 juni Als tweelingen heb je je, in tegenstelling tot een vis, de afgelopen tijd erg ingespannen en zul je daar nu de vruchten van plukken. Zo zul je misschien wel die toets of opdracht terugkrijgen waar je heel erg je best op had gedaan...
Kreeft 22 juni - 22 juli Voor jou is het belangrijk dat je de komende maand rustig adem blijft halen. Het kan namelijk heel goed gebeuren dat je ergens boos om zal worden. Probeer, wanneer dit gebeurt, de reden voor je boosheid te relativeren en verplaats je eens in de ander. Misschien helpt dit om minder negatieve energie uit te stralen, dit is namelijk niet aangenaam voor jou en ook niet voor je omgeving.
23
Leeuw 23 juli - 23 augustus Jij zult de komende maand het gevoel hebben te weinig (letterlijke, maar vooral figuurlijke) ruimte te hebben. Dit kan leiden tot aanvaringen met autoriteiten of andere mensen om je heen. Probeer daarom je grenzen te verleggen, in plaats van eroverheen te gaan.
Maagd 24 augustus - 23 september In mei is het voor jou de uitdaging eens aardig te zijn tegen die persoon die je eigenlijk niet mag. Reageer eens geïnteresseerd op wat deze te vertellen heeft en help hem of haar eens uit de brand. Werk aan je karma dus!
Weegschaal 24 september - 23 oktober Al weken loop je met een groot geheim rond en de komende maand zul je het niet meer voor je kunnen houden. Je móet het bij iemand kwijt. Let erop dat je iemand uitkiest die te vertrouwen is. Je wilt natuurlijk niet dat je ‘secret crush’ erachter komt...
Schorpioen 24 oktober - 22 november Al weken kijk je elke dag op je telefoon, maar elke dag is het weer tevergeefs. Jij bent in mei de gelukkige. Je zult een berichtje krijgen van iemand waar je al heel lang iets van wilt horen.
Boogschutter 23 november - 21 december Ken je dat, het moment wanneer je een gigantische opdracht in je schoot gemikt krijgt en je niet kunt voorstellen dat je die ooit succesvol af gaat krijgen? De boogschutter zal deze maand zo’n uitdaging krijgen. Laat je echter niet afschrikken door de eerste indruk en twijfel niet aan jezelf. Als je extra je best doet zal het je lukken.
24
Steenbok 22 december - 21 januari We zitten alweer bijna negen maanden in de schoolbanken, niet zo gek dat je er af en toe een beetje doorheen zit! Voor jou is het advies in mei wat leuks te doen zodat je even wordt afgeleid van de dagelijkse sleur: Laat je eens helemaal gaan! Het kan soms heel verfrissend werken even te ontspannen en iets geheel anders te doen dan normaal.
Waterman 22 januari -18 februari De komende maand zul je de laatste hand leggen aan een groot project en daarmee weer een belangrijke periode van je puberleven afsluiten. Geef nog niet op! De laatste loodjes zijn vaak het zwaarst....
Vissen 19 februari - 20 maart Hier nog een onderzoeksopdracht, daar nog een proefwerkje, en dan moet de echte eindsprint nog beginnen: deze maand zul je het misschien drukker hebben dan normaal. Laat je hierdoor niet ervan weerhouden nieuwe uitdagingen aan te nemen; al je harde werk is het uiteindelijk waard. ■
*gooit lege pen in prullenbak*: “DIE!” - NOY 25
“Het is niet mijn functie als leraar om feiten over jullie uit te kotsen” - NOY “Soms zie ik kinderen van twaalf of dertien roken, en dan denk ik: HA-HA!” – KOW *schrijft op bord* “‘De pen is van je buurman. Blijf af.’ Dit wordt jullie strafwerk als jullie nu niet stoppen.” -POO
26
GROENE VINGERS Martine Bolten
Albert Heijn heeft het altijd al goed gedaan met de spaaracties. Wuppies, restaurantkortingen, de dwergenfamilie uit Sneeuwwitje, voetbalplaatjes, Donald Duck-poppen, superdieren en‌ weten we nog die Jungle Book-knuffels? Nog geen twee weken nadat de kristalglazenactie was afgelopen, begon heel Nederland met het sparen van de moestuintjes. En zie: kinderen verruilen hun iPads al voor de planten! Zaden en potjes zijn het hele jaar te koop bij menig tuincentrum waar niemand ze koopt; krijgen we ze gratis bij de Albert Heijn, dan doet iedereen zijn uiterste best om er zoveel mogelijk te sparen. Hoe weet Albert Heijn toch elke keer weer heel Nederland mee te krijgen in die acties? Zou het dan toch komen door de reclames overal door de stad en op tv? We kennen namelijk allemaal die AH-reclame voor de moestuintjes, waarin een tÊ schattig jongetje een paar weken bezig met het kweken van enorme planten die de plantenpotten uitreizen, maar uiteindelijk toch weer voor de uitgang van de supermarkt staat te bedelen, nadat zijn oma de groenten tijdens het koken verwerkt heeft als hij niet thuis is.
27
Of ligt het toch aan de praktische functie per spaaractie? Want iedereen wil toch wel die mooie wijnglazen hebben? Maar waarom hadden acties zoals de wuppies en de voetbalplaatjes dan zoveel aanloop? Komt dat dan toch door onze vaderlandsliefde of zijn we stiekem allemaal geïnteresseerd in Nederlandse voetbalteams? En wat gebeurt er ná de spaaracties? Het sparen an sich is nog wel leuk en ik kan me voorstellen dat er nog redelijk veel spanning zit in het openen van elk spaar-attribuut. Maar wat doen we met de gespaarde objecten? Bij de moestuintjes is dat makkelijk: die eten we op. En de kristalglazen zetten we naast alle andere glazen in de kast thuis. Maar wat doen we in godsnaam met een vol boek met voetbalplaatjes, met plastic Donald Duck-poppen of met zeven dwergen, een heks en Sneeuwwitje? Gooien we die na het wekenlange sparen weer weg of bewaren we die in een kast, waar niemand ze ziet of gebruikt, om ze vervolgens alsnog weg te gooien als we ze weer een keer vinden? Uiteindelijk waren al die extra uitgegeven euro’s overbodig en zitten we met een huis vol troep. De zogeheten iGeneratie heeft hun elektronische tablets vervangen voor de aardetabletten die de tuiniers in de bijgeleverde aardebakjes moeten stoppen samen met de zaadjes. Verdere instructies staan duidelijk aan de binnenkant van de omhulsels, hoewel de grote vraag natuurlijk blijft of vijfjarigen wel kunnen lezen. Maar ach, we moeten al lang blij zijn dat deze kinderen een paar minuten van hun iPads en iPhones wegblijven om hun vingertjes te vervuilen aan de natte aarde. Maar het geduld wat
“Ik ben jarig zo’n vijf à zes keer per jaar.” - NOY 28
EEN EXOTISCHE REIS Yoshua Maas
Afgelopen maand ging ik met vrienden een weekendje naar Londen. Mijn vrienden gingen een dag eerder, dus zou ik het van Heathrow tot aan de concerthal, waar we hadden afgesproken, alleen moeten doen. Eenmaal geland op Heathrow nam ik de Piccadilly Line vanaf Terminal vier richting Cockfosters om vervolgens over te stappen op de Piccadilly Line richting Uxbridge. In de metro zat ik tegenover een groep Duitsers, die zo te horen voor het eerst in Londen waren. Ik wilde in de metro nog met iemand bellen, al mislukte de eerste poging aangezien de metro op dat stuk nog onder de grond was, maar wat later lukte dat gelukkig wel. Uiteindelijk stapte ik uit bij Acton Town om over te stappen. Het was al zeven uur ’s avonds en ik had nog niets gegeten, maar op mijn honger na leken er geen problemen te zijn. Ik besloot daarom om een Kitkat te kopen bij een eigenaardig kraampje op het station. De man die allerlei kleine zoetigheden en snackjes verkocht, leek niet veel klanten te krijgen en was daarom erg blij dat ik iets kocht. Nog voordat ik alle vier de Kitkatreepjes op had, stapte ik in de metro richting Uxbridge. Zonder enige bijzonderheden stapte ik drie stations later uit bij Alperton, waar ik bus 83 richting Golders Green Station moest nemen.
Ik zat in de bus in Wembley en er waren nog negen tussenstations voordat ik bij mijn eindstation Wembley Stadium Station was. Het was spits waardoor alles niet even goed doorreed en dat leek de buschauffeur ook erg te ergeren. Het hielp ook niet dat precies dezelfde lijnbus die in precies dezelfde richting reed, voor ons reed, waardoor de buschauffeur zich mogelijk ook nog eens nutteloos ging voelen.
29
De buurt waar de bus doorheen reed was niet bepaald hoogwaardig. Er waren alleen maar Zuidoost-Aziatische, Indiase of islamitische winkels en restaurants te bekennen, de ene mooier dan de andere. De bus reed ook langs een grote Indiase tempel volgens Indiase architectuur. Al tezamen zag het er uit als een zeer diverse wijk met zijn mooie plekjes. De busreis verliep goed tot er op gegeven moment een moeder en een kind richting de buschauffeur liepen. Een moeder die een vermoedelijk Slavische taal sprak en geen Engels en haar dochter die wel keurig Engels sprak hadden hun station Highroad Wembley gemist. Het dochtertje kwam aan de buschauffeur vragen of hij de deur daarom open kon doen. Ze stonden toch voor een rood stoplicht en het station lag letterlijk drie meter achter ons. De buschauffeur zij hierop geërgerd “nee”, en na nog twee keer vragen begon de Slavische moeder met een opgeheven stem dingen te zeggen tegen het kind waar ik niets van verstond. Op het moment dat de moeder en het kind terug naar achteren wilden lopen, begon een vrouw, die Indiaas aandeed, zich in het conflict te mengen met de woorden ‘’Why won’t you open the door for the child, what is the problem?’’ (Indiaas accent) De chauffeur reageerde hier niet op. Op dat moment waren we alweer twee minuten verder en het stoplicht stond nog steeds op rood. Uiteindelijk begonnen de woorden van Indiase vrouw steeds meer te klinken als een betoog over wat goed en juist is. De moeder en haar dochter waren er al lang niet meer mee bezig en stonden geërgerd achter in de bus. Nog een minuut later was het stoplicht net weer op groen gegaan, alleen stonden wij achter in de rij waardoor de bus voor ons van dezelfde lijn nog net door het oranjelicht wist te gaan voordat het licht weer op rood stond. Ondertussen zat ik in een bus vol met geërgerde mensen, waar ik zelf zo langzamerhand ook één van begon te worden. Het was namelijk sneller geweest als ik hier uit zou stappen en de laatste driehonderd meter zou lopen. Overigens had ik nog steeds de verpakking van de Kitkat in mijn handen omdat er geen prullenbak te bekennen was. Na nog eens twee minuten, die als twee uur aanvoelden, reden we door. Twintig meter verder om de hoek was de volgende halte. De moeder en het dochtertje stapten uit en ze liepen langs de bus nog naar voren waarna het dochtertje de bus instapte om de chauffeur een ‘idiot’ te noemen. Al gauw verdwenen de moeder en het dochtertje uit het zicht, maar ondertussen was het betoog over wat goed en juist is van de Indiase vrouw omgeslagen in een verhaal over Gods oordeel. Tot aan Gods oordeel was ik het wel eens met de mevrouw, maar op dat moment begon het irritant te worden. Nog geen twee haltes later besloot zij uit te stappen en nog twee haltes later moest ik eruit. Ik besloot de chauffeur niet te bedanken, wat na mijn vorige bezoek aan Londen, daar heel gebruikelijk bleek te zijn. 30
Nu resteerde mij alleen nog een wandeltocht van ongeveer vier minuten en dan had ik mijn bestemming bereikt. Ik wist niet precies waar ik heen moest lopen, maar ik wist dat de concerthal naast het Wembley Stadium lag, dat toen al zichtbaar was vanaf de halte. Vlak voordat ik mijn bestemming had bereikt vroeg ik een politieagente de weg, al bleek de concerthal letterlijk om de hoek te zijn. Ik kon gelijk naar binnen aangezien het concert al was begonnen en binnen vond ik gelijk een prullenbak voor mijn Kitkatverpakking. Het enige probleem dat ik nu nog had was mijn vrienden vinden bij de staanplaatsen. Ik had ze echter al snel gevonden omdat één van hen boven alle kleinere Britten uitstak. Zo is mijn eerste anderhalf uur in Londen verstreken. ■
*leerling maakt grap* “Ik maak hier de grappen!” – HAM 31
“Een hostie is een vies eetpapierrondje dat het lichaam van Jezus symboliseert.” - POO “De volgende persoon die nu nog aan het raampje gaat zitten gaat erdoor naar buiten.” - ECK *Leerling maakt foto* “Shoot die picca!” - DOE
32
Tips en Tops aan het IG (vooral tips)
1. KrankzinnIG – Susanne van Teeffelen Het is je vast al eens opgevallen hoe onze school zo ijverIG mogelijk achter almachtig veel dingen ‘IG’ plakt. Van MusIG, tot KlassIG, tot ZonnIG: ooit was het grappIG en lollIG, maar nu wordt het toch echt wel een beetje krankzinnIG. OvertollIG vaak dezelfde grap gebruiken heeft een nietIG effect en maakt de mens enigszins humeurIG, zo niet chagrijnIG. Ik snap dat het rampzalIG lastIG is de drang te weerstaan, maar het zou heel erg plezierIG zijn als het uitbundige gebruik van ‘IG’ vanaf nu stopt.
2. De mededeling – Ehsan Razaghi Je hebt het vast al opgemerkt. Zo’n raar ding, als je inlogt op je schoolaccount. Het is een simpele ‘waarschuwing’ met een simpele programmering. Toen ik voor het eerst de mededeling zag, dacht ik meteen…. Whaha. En ik ben niet de enige. Maar ik begreep de school wel. Vele malen heb ik leraren zien waarschuwen en altijd dezelfde smoes, die ik zelf ook vaak gebruikte. “O mag dat niet, o dat wist ik niet…” De school wil dus blijkbaar iedereen duidelijk maken dat je NIET mag eten en drinken op de gang, nou, de leerlingen mogen dat niet. Leraren natuurlijk wel, wat ik erg asociaal vind trouwens. Met het nieuwe beleid wil de school de leerlingen dus waarschuwen en de leraren hebben opdracht gekregen om leerlingen weg te sturen. Maar wees niet bang, niet alle leraren (gelukkig) houden zich daaraan. En als je al betrapt wordt, word je naar de aula gestuurd. Maar dat blijft niet altijd zo, want er komt een volgende stap, een die sommigen heel goed kennen: straf! En die gaat eraan komen, zegt meneer Krekel. Dit alles komt door een aantal die het leuk vinden duizenden euro’s aan schade toe te brengen op school. Computers worden gesloopt, als tekenpapier gebruikt en gevoed met korreltjes brood. En daarom, zegt meneer Krekel, mag je alleen werken in de gang.
33
Maar als de school dit wil laten stoppen, moeten meer leraren leerlingen aanpakken. Of de mededelingmethode werkt, weet de school niet, maar als het nóg niet duidelijk is zie, dan de foto rechts.
3. Die andere Wereldoorlog – Pleun Brink Toen ik in de derde klas zat, gingen wij met onze jaarlaag naar Ieper. Hoewel dit misschien niet de leukste reis was – op het dagje Antwerpen na – was het wel heel interessant. Voor mij was de belangrijkste reden daarvoor dat de reis in het teken stond van de Eerste Wereldoorlog, een oorlog die in Nederland in zekere zin vergeten is. Als je als kind in Amsterdam naar school gaat, word je van jongs af aan ‘doodgegooid’ met informatie over de Tweede Wereldoorlog. In de les, met klassenuitjes naar musea en je hebt zeker iemand die de oorlog heeft overleefd erover horen vertellen. Vaak de opa of oma van een van je joodse klasgenootjes. Zo gaat dat in Amsterdam. De Tweede Wereldoorlog zal altijd een van de belangrijkste onderwerpen zijn die op school behandeld worden. Dit is natuurlijk heel logisch. Ik zal absoluut niet zeggen dat dit minder moet, het is een deel van je opvoeding. De oorlog heeft zo’n impact gehad op Nederland, was zo afschuwelijk en onrechtvaardig, en dat is iets wat herinnerd moet blijven worden. Tijdens de Eerste Wereldoorlog deed Nederland nog niet echt ‘mee’. Deze oorlog is dan ook een stuk minder belangrijk hier en er wordt op school veel minder aandacht aan besteed. Begrijpelijk, absoluut. Maar juist daarom was het zo goed dat we in de derde klas naar Ieper gingen. Vraag een Amsterdams kind naar vergassing of kampen en hij weet meer dan jij, maar loopgraven? Hij heeft geen idee. Maar wij gingen erheen. Met de hele derde klas van het St. Ignatiusgymnasium gingen wij naar Ieper, het Belgische plaatsje waar de Eerste Wereldoorlog iedere dag herdacht wordt. Wij herdachten mee. Met de bus gingen we langs de loopgraven, langs de begraafplaatsen waar de gesneuvelde soldaten lagen, die hadden gestreden in die oorlog waar wij bijna niks vanaf wisten. We waren stil – natuurlijk waren we stil, dat zouden we ook zijn op een andere begraafplaats, maar we waren ook stil omdat we zoveel nieuwe dingen hoorden en zagen over een oorlog die net zo heftig was als die wij met de paplepel ingegoten hadden gekregen, maar die voor ons nooit inhoud of betekenis had gekregen. Tot op dat moment. We wisten al dat wij de laatste waren die erheen gingen. Door bezuinigingen moest de reis afgeschaft worden. Ongeveer een jaar later hoorde ik wat er voor in de plaats kwam: een excursie naar Westerbork. 34
Westerbork. Een kamp dat tijdens de Tweede Wereldoorlog werd gebruikt als doorgangskamp voor de joden. Heftig, ingrijpend en vast een intrigerende excursie. Maar jammer. Ik vind het jammer. Ik vind het jammer omdat, hoewel ik begrijp dat er bezuinigd moest worden, hoewel ik begrijp dat ook dit leerzaam is, Ieper ons echt iets nieuws bracht. Het gaf ons een beeld bij die andere Wereldoorlog, die oorlog waar we eigenlijk niet zo veel mee te maken hebben. Na Ieper ben ik, enigszins toevallig, twee keer naar een voorstelling van Diederik van Vleuten geweest. Beide voorstellingen gingen over de Eerste Wereldoorlog – voor een groot deel ook over Ieper. Van Vleuten deed dat onder meer omdat er in Nederland zo weinig aandacht aan wordt besteed. Het was erg indrukwekkend. Helaas ben ik waarschijnlijk een van de weinigen op onze school die deze voorstellingen gezien heeft – en inmiddels ben ik ook een van de weinigen die op excursie naar Ieper is geweest. Ik heb het privilege gehad om naar beide dingen te gaan, om meer te leren over de Eerste Wereldoorlog. Maar veel huidige leerlingen hebben dat niet. Dat is zonde. Ik vind het echt ontzettend zonde dat zo’n reis, die ons Amsterdammers echt iets nieuws leert over die oorlog, is afgeschaft. Haal het dagje Antwerpen weg dat eraan vastzit, schaf desnoods de Ardennenreis van de vierde klas af, maar bezuinig niet op zo’n bijzondere ervaring als dit. ■
“Doe niet alsof je Mickey Mouse bent!” - BOZ 35
GEZEGEND Tahrim Ramdjan
Het was het meest oninspirerende tijdstip van de dag. Exact één over half negen ’s ochtends. Ik had net voor mijn leven gevochten voor een plek in lijn vijf, om nog maar te zwijgen over de grootste moeite die ik vervolgens had gedaan om zonder teveel gedoe na de laatste bel de school te betreden. De ene dag gaat dat soepeler dan de andere. Comme ci, comme ca. Vandaag ging het vrij soepel – maar ik moest nog wel de Mount Everest naar lokaal A40 betreden. Die ochtend, díe oninspirerende ochtend, had ik als eerst maatschappijleer op mijn lesprogramma staan. En niet zomaar een les maatschappijleer, nee, we gingen een documentaire kijken. Nu is het zo dat bij het minste of geringste stukje film dat we te zien krijgen er al een zucht van opluchting vrijkomt, of een oerkreet in de vorm van “JAAAAAAAA, FILM!”. Deze documentaire was echter niet bepaald entertainment. Het ging over iets met een verzorgingsstaat, of zo. Saai, en vooral op het tijdstip van één over half negen ’s ochtends slaapverwekkend te noemen. Althans, dat was mijn eerste indruk. Eenmaal tegen de eerste reflexen van mijn neervallende oogleden gevochten hebbend, gaf ik de documentaire een kans. En wat ben ik achteraf blij dat ik mijn ogen niet gesloten heb voor die documentaire. In de documentaire kregen we interviews te zien met Limburgers die al hun hele leven in armoede doorbrengen. Een dame van 25 wier moeder in de bijstand leefde en die zelf nu ook in de bijstand leeft. Ze heeft geen geld om een rijbewijs te halen. Een oude meneer van zeventig die zijn hele leven lang in vieze fabrieken heeft gewerkt, waardoor zijn longen naar de mallemoer zijn. En dan nóg een dame, zo van rond de dertig, die al haar hele leven bij de McDonalds werkt. In eerste instantie veroorzaakt het gelach – maar het is eigenlijk best triest. Ze is zwakbegaafd, en werkt daar simpelweg omdat ze niets beters kán, hetzij psychisch, hetzij qua intelligentie. Het deed mij werkelijk de ogen openen. Ik zag de onderkant van de samenleving, die ik normaal nooit zie. Ach ja – kan ik het mezelf kwalijk nemen, als ik immers elke dag in het fort van welvaart, Amsterdam Oud-Zuid, kom? Niet dat ik zelf een en al welvaart ben, hoor. Maar toch – als je elke dag in zo’n gebied komt wat intellectueel en economisch aan de top zit, raak je daaraan gewend. 36
Denk erover na: wat is hetgeen waar je het laatst over geklaagd hebt? Misschien dat tientje wat je niet van je ouders kreeg? Of die iPhone, die je voor de zoveelste keer liet vallen, waar nu een barst in zit? Of nee – dat je misschien niet naar de tandarts of dokter wilde? Het zijn eigenlijk echt non-issues waar wij over klagen en waar wij ons druk over maken. Ik moet helaas concluderen dat dit een tamelijk moralistisch stuk is – iets waar ik normaliter zelf niet erg weg van ben en jij waarschijnlijk ook niet. Maar ik móet het toch zeggen. Beloof me de volgende keer dat je klaagt of piekert om een typisch luxeprobleem even te denken aan die dame in de bijstand; die zwakbegaafde dame in de McDonalds; en aan die oude meneer die zijn leven lang in de fabriek doorbracht. En besef dat wij op zowel economisch als intellectueel vlak aan de top van Nederland zitten; en dat wij eigenlijk helemaal niet zoveel te klagen zouden moeten hebben. Wat zijn we eigenlijk gezegend. ■
“Als je het zo kinderachtig wilt benaderen, ga dan ergens anders met een kleurplaat spelen.” - DAV 37
MODERUBRIEK Martine Bolten
Tjarco Wierda (rechts) – klas 6
Gilles Meester (links) – klas 6
Blouse: ZARA Broek: Jack & Jones Schoenen: Nike
Trui: WE Broek: H&M Schoenen: Vans
38
Georgina van Reeken – klas 4 Jasje: Vila Top: Brandy Melville Broek: Monki Schoenen: Filling Pieces
39
Diede Besseling – klas 5 Blouse: Marbles & Vintage Shirt en tas: Brandy Melville Broek: Monki Schoenen: asos.com
“Ik ben een docent, geen nazi” - STR 40
Invulverhaal Pleun Brink
Gaap! Wat was dat een ________________(je meest gebruikte bijvoeglijke naamwoord) droom zeg. Met een slaperig hoofd word je wakker. Je kijkt op je ________________(eerste telefoon die je ooit gehad hebt) en schiet overeind. Je hebt je _______________(laatste cijfer dat je gehaald hebt) uur verslapen! Snel schiet je uit bed. Je springt onder de douche, die dankzij je broertje nog op ______(het nummer van je kluisje) graden staat. Nadat je je haar hebt gewassen met je favoriete _______________(geur die je vaak ruikt in de school) shampoo, ren je naar je kamer. Je trekt snel een ____________(standaard kledingstuk van je wiskundedocent) aan en sprint naar beneden. Ondertussen kijk je op de klok: de eerste _______(je huisnummer) lessen ga je niet meer halen, maar je moet ontbijten. Terwijl je een ________________(vleeswaar) naar binnen werkt loop je naar buiten. Je haalt je _______________(lelijke kleur) fiets van het slot en je snelt naar school. Wanneer je je fiets voor de deur op slot wilt zetten, komt _______________(vervelendste docent) naar buiten gelopen: of je je fiets onmiddellijk binnen wilt zetten. Je probeert uit te leggen dat je snel naar de les van _______________(personeelslid dat geen docent is) moet, maar ______________(diezelfde vervelendste docent) wil het niet horen. Zuchtend zet je je fiets in de kelder en ren je naar boven. J e kijkt op het rooster: je hebt les in _______________(meest stinkende lokaal). Net als je erheen wilt lopen, zie je opeens _________________(je secret docentencrush) staan met __________________(persoon uit je klas die je het meest haat). Druk _________________(eerste werkwoord dat in je opkomt als onvoltooid deelwoord) lopen ze de trap op. Jij loopt maar ________(nummer van het kamertje van je afdelingsleider) meter achter ze en kunt nog net hun gesprek horen. Ze hebben het over het _____________________(je lievelingsvak) SE van een maand terug, waar jij een (getal onder de 5) voor hebt gehaald. “Kunt u echt niks doen om _____________(jouw naam)s cijfer op te hogen?” hoor je __________________(diezelfde persoon die je haat) vragen. “Regels zijn regels, ik kan je vriend(in) echt niet helpen”, antwoordt _____________(diezelfde secret docentencrush). VRIEND(IN)?! 41
Je schrikt zo erg dat je __________________(beweeglijk werkwoord) over de treden en pal op je _____________(lichaamsdeel) valt. Verbaasd kijken _____________ (persoon die je haat) en ________________(secret docentencrush) om. “____________(Jouw naam)! Gaat het wel?!” roept _________________(persoon die je haat) en hij/zij helpt je overeind. Je kijkt hem/haar aan in zijn/haar diepe _____________(kleur van je favoriete eten uit de kantine) ogen en beseft hoe _________________(beschrijf je mentor in een woord) ze eigenlijk zijn. Net als jullie ________________(lichaamsdelen) elkaar bijna raken, schrik je wakker van het geluid van ______________________________ (liedje wat je maar niet uit je kop krijgt). Je kijkt op je __________________(telefoon die je nu hebt) en haalt opgelucht adem. Het is pas ____________(tijd dat je normaal opstaat) uur en je bent nooit in de buurt geweest bij het ____________________(datzelfde lichaamsdeel als de keer hiervoor) van _________________________(persoon die je haat). ■
*Leest voor* “De volgende lemmata worden onderverdeeld door middel van vette Romeinse cijfers.. Vet man.” - POO 42
Vriend en vijand, samen opgesloten Sara Mohseni
Sara Mohseni heeft het winnende verhaal van de Schrijfwedstrijd voor klas 3 geschreven. Proficiat, Sara! Zittend op de Olijvenberg kijk ik naar de stad. Jeruzalem, de heilige stad. Naast me zit Kalman, mijn beste vriend. Samen zijn we hier geboren en getogen. Samen hebben we hier veel meegemaakt. Maar we zullen nooit écht samen zijn. ‘‘Hassan … Hassan!’’ Hijgend kijk ik op. Ik zie mijn moeder uit het vervallen raam hangen. ‘‘Haal wat rijst bij de supermarkt. Morgen komen Mohammed en Marzieh op bezoek.’’ Vermoeid kijk ik op mijn horloge. ‘’Mam, het is al half acht. Kan ik dat niet morgenochtend halen?’’ ‘‘Nee, Hassan, als je snel vertrekt red je het wel.’’ Ik schiet de versleten bal naar mijn vrienden en geïrriteerd verlaat ik het pleintje. Nadat ik wat geld heb gepakt, sluit ik de deur en ga op pad. Pfoe, de supermarkt is helemaal aan de rand van de wijk. Maar ik besluit me erbij neer te leggen. Het is rustig op straat. De mensen zitten thuis en de meeste winkels zijn gesloten. Ik hoor de wind sierlijk door de bomen fluiten. In de buitenwijk is het op dit tijdstip nooit druk. Als ik terugloop van de supermarkt hoor ik wat rumoer. Angstvallig kijk ik om me heen. Plotseling hoor ik een schot. Snel ren ik een zijstraatje in en ik spring achter een muurtje. Dan hoor ik voetstappen mijn kant op komen. Mijn hart gaat tekeer. Ik kan niet vluchten, want dan word ik gezien. Maar misschien heeft iemand mij al gezien en zal het volgende schot hier worden gelost… Ik druk mezelf tegen het muurtje aan en bescherm mijn hoofd met mijn trillende handen. Het geluid wordt harder en harder. Dan zie ik een jongen verschijnen. Hij schrikt, maar gaat direct naast me zitten. Hij draagt een bijzonder lange zwarte jas. Ik herken het meteen, het is de zwarte jas van de vijand. Ook draagt hij een keppeltje. Ik weet niet wat ik moet doen. Maar dan horen we nog een knal. In een reflex kijken we elkaar aan. Zijn blauwgroene ogen doorboren mijn hart. Ik voel zijn angst. Zijn angst voor wat er komen gaat… Langzamerhand krijg ik een kramp in mijn benen, die omhoog kruipt als een hardnekkige klimop. Bijna heeft de kramp gezegevierd, maar dan horen we plotseling nog een schot. Het schot is harder en killer dan de voorafgaande. Ik voel mijn hartslag in mijn nek tekeergaan. We kruipen dicht tegen elkaar aan als angstige keukens 43
die vrezen voor alles en iedereen om hen heen. Dit was het begin van onze vriendschap, onze geheime vriendschap. Kalman is een jood. Ik ben een moslim. De religieuze grens zal ons altijd scheiden, maar desalniettemin zullen we samen de toekomst tegenmoet gaan. Elke avond zitten we samen op de Olijvenberg te kijken naar de romantische zonsondergang die de haat en nijd een momentje dooft en de vrede laat overheersen. Maar echte vrede zal er nooit zijn. Zeven jaar geleden was de eerste islamitische aanval op de joden. Ik was bang en wist totaal niet wat me overkwam. Tegenwoordig is het elke avond onrustig op straat. Het lijkt wel normaal geworden. Joden en moslims zijn hier vijanden van elkaar, vijanden voor het leven. Zal dit nou de toekomst zijn? Wanneer houdt het op? Wanneer wordt Jeruzalem echt de heilige stad? Ik zal nooit begrijpen waarom hier zoveel haat is. We voelen ons opgesloten in de stad. Opgesloten in deze onophoudelijke nachtmerrie. ■
“Heeft er iemand een oplader bij zich voor 4s die ik zou mogen lenen?” - RUI 44
Roodborstje Fatima Scha
Wat voor mooie producten kunnen de lessen Nederlands voortbrengen? Dat liet Fatima Scha zien. Voor een verwerkingsopdracht bij het gedicht ‘Roodborstje’ van Gerrit Krol maakte Fatima Scha deze mooie tekening. Het gedicht staat hieronder. Een roodborstje dat tegen het raam tikt. Niet tegen het raam, maar tegen het ei waarin het zit en het ei breekt in tweeën. Niet het ei, maar het ijs dat scheurt van Groenland naar beneden. Een zwarte zee, waarin witte vlakten drijven. Geen vlakten, maar bergen. Geen ijs, maar graniet. Nodig voor het roodborstje om zijn snavel te scherpen. Zijn snaveltje sterker dan het ei. Sterker dan Groenland. © Gerrit Krol
45
46
It’s OK, blame EA Bas Staleman
Rond oktober 2014, werd de nieuwste game op het gebied van voetbal uitgebracht: FIFA 15. Ook ik was zo dom genoeg om deze nieuwste game te halen. Niet wetend wat zou volgen… Met veel plezier had ik FIFA 06 t/m 14 gespeeld. Nooit had ik er klachten over (behalve FIFA 10, waarbij de game mode echt waardeloos was). Mensen waarschuwen al decennialang over het einde van de wereld op elke plek en op elke manier die je je maar kan bedenken. Maar hebben ze al gewaarschuwd over het einde van goed voetbal? Aan het begin merkte ik al op dat de gameplay realistischer was dan FIFA 14, maar daarmee is het er niet meteen realistischer op geworden. Zoals Doumbia die opeens word ingehaald door een verdediger, terwijl hij juist 3x zo snel hoort te zijn en ook nog eens een voorsprong van 30 meter had… Dat soort spelsituaties, dat onrealistisch is, wordt door de mooie graphics en al dat soort dingen nog onrealistischer gemaakt. Dat is hetzelfde als wanneer het Ignatius besluit om een keer naar de leerlingen te luisteren en de schoolstrijd een week te laten duren, zoals op andere scholen, omdat ze ‘toch wat ruimte’ in hun ‘al wat kleine’ budget hebben. Of alsof Wilders opeens 47
minister-president wordt. Het is hetzelfde als ik, die een cijfer hoger dan een 7 haal voor een Grieks proefwerk. Het is natuurlijk niet zo erg als er één keertje per wedstrijd zich een absurde spelsituatie voordoet waardoor de scheids moeilijk kan beslissen wat hij moet doen en een verkeerde beslissing maakt (ook al is het de computer). Maar jammer genoeg is dit niet zo. HET GEBEURT ELKE WEDSTRIJD MEERDERE KEREN! Aan elke FIFA speler die dit leest: ‘pray’ als deze dingen je bekend voorkomen. Elke wedstrijd doet de tegenstander een hele minuut over gewoon wisselen; de overtredingen zijn absurd; keepers kunnen opeens niks en de scheids is te laat met buitenspel. Oh, en de commentatoren zijn ziek irritant (voor Youri Mulder met zijn dikke hoofd en Evert Ten Napel met zijn domme stem) en élke keer als het buitenspel is, staat die stomme grensrechter te lachen! Aangezien dit jaar coins kopen makkelijker dan ooit is, zijn er al vele packs geopend en daarbij vele tranen gegoten, vele controllers gebroken en vele quicksell if’s gepackt. Nu is er een probleem waar iedereen mee zit: waarom krijgt mijn favoriete YouTuber 2x TOTY Ronaldo in dezelfde 100k pack opening en ik alleen maar Wallcot en Lichtensteiner (true story)? Hoe zou dat toch komen? Ik zweer – het is een samenzwering. Misschien doet EA wel expres goede spelers in de packs van FIFA YouTubers. Dat zou verklaren waarom iedereen klaagt over packs behalve zij. Packs zijn verslavend en worden gelukkig ook door niemand meer gekocht, sinds niemand ze meer kan betalen! Maar waarom zijn ze toch zo verslavend? Waarom trapt bijna iedereen in deze glanzende en dure val? De antwoorden van deze vragen kan je vinden in de volgende uitgave van de harpoen in mijn nieuwe serie: ‘It’s OK, blame EA’. ■
“Niet zo vrolijk, het is wiskundeles” - KOW 48
Interview met Willy Bas Staleman
Een algemeen leuk en spannend interview met onze goede koning: Willy. We weten allemaal wie hij is en ook weten we allemaal wat hij doet: niks. Maar wat weten we allemaal nou verder van onze goede koning? Krijg het nu allemaal te horen van de enige echte Willy-Alexander.
U heeft ervoor gekozen om gewoon Willy te worden genoemd. Hoezo dat? Waarom niet Willem de vierde?
“Ja het is gewoon dat je authentiek blijft. Weetje, gewoon jezelf zijn. Kom op he, Willem de vierde. Dat is toch geen naam? Ik noem mezelf toch ook niet Rick drie? Dat kan toch niet? Ben toch geen turk? Iedereen noemt me gewoon Willy.”
Maar gewoon Willy kan toch niet? Hoe moeten vertegenwoordigers van andere landen u aanspreken dan? “Nou ja, gewoon Willy. Anders zeggen ze het toch gewoon in hun eigen taal?”
Deze uitbarsting van onze koning dwong mij ertoe om het gespreksonderwerp te veranderen. Ik zet het koningslied op.
Oké, het koningslied dan. Wat vond u daarvan?
“Oh ja, prachtig lied. Geweldige input en gewoon hard aan gewerkt... het representeert gewoon wij Nederlanders. En als Max nou eens een keer die Argentijnse kop van haar hield, dan zou iedereen er van kunnen genieten.”
Oh.. u vindt het koningslied dan serieus mooi?
“Ja, wat is er mis mee dan? Ik vind het koningslied geweldig in elke vorm en daar mag gewoon niet getwijfeld over worden. Maar zet wel ‘ff wat anders op.”
49
Oké, ik heb ook gehoord dat u vakantie had gevierd in Duitsland, vond u dat redelijk geslaagd?
“Zeker, Zeker. Ik heb gewoon veel lol gehad daar, wel een beetje gedoe met de politie. Ze hadden mijn rijbewijs afgepakt, maar toen ze zagen dat ik staatshoofd was, werd het zo weer teruggegeven.”
Hoezo werd uw rijbewijs afgepakt dan?
“Ja, ik was een beetje aan het spelen met het gaspedaal en de claxon. Ook had ik een caravan aan de auto en daar zaten de kinderen in. En dat mocht blijkbaar niet en al dat soort gedoe… de volgende keer ga ik gewoon met het vliegtuig.”
Weet u het zeker? Ik heb gehoord dat het niet altijd zo goed gaat met vliegtuigen en u. “Nou ja, ik ben gewoon wel goed met een stuurknuppel in mijn hand. Maar Maxima, met die domme kop van haar, ging gewoon gelijk met vliegtuig naar Parijs om ‘ff te shoppen. En toen we geen benzine meer hadden keerde ze dat vliegtuig zo op z’n Argentijns in de sloot. Dus ik denk dat Maxima maar even lekker achterblijft.”
Hoe zou u uzelf omschrijven? “Als Willy.”
Dat is volgens mij geen antwoord. “Oh jawel.”
Mag ik nog wat vragen? “Nee, dat was het.”
Weet u het zeker? “Weet jij het zeker?” En zo kwam (volgens mij) ons interview tot een eind. Lees volgende keer weer mijn 3-maandelijkse interview! ■
“Ik laat jou op witte donderdag komen! En dan wordt het een héle witte donderdag!” – HAN 50
Leerling: “Het is koud.” POO: “Dan trek je iets aan.” Leerling: “Nee, u bent koud.” POO: “Ik ben ijskoud.” Leerling: “Maar u staart me zo intimiderend aan!” RIN: “Oh, dat is mijn gewone blik.” Leerling: “Une garçon...” CHT: “Nee, die bestaan niet.” Leerling: “Nee?” CHT: “Nee, vrouwelijke jongens, dat is heel, heel... moelijk.” “Let maar niet op meneer Faber met z’n hiphopherrie.” - ECK “Ik wil me er niet mee bemoeien hoor, maar je kijkt op de verkeerde bladzijde.” - ROZ
51
“Penelope heeft echt het IQ van een aardworm.” - ECK
*Stapt op dode muis* “GATVER! IEUW!” - BRD
“Blijf hier, anders stop ik een pen in je oor.” - WIL
52