8 minute read
Boeren sinds 1780
Generaties Vermeiren boeren al sinds 1780 in Minderhout
“Binnen 12 jaar blijft nog maar 10% procent van de boeren over”
LANDBOUW - Jan Vermeiren woont met zijn gezin in hun boerderij in Minderhout. Hij is 54 jaar oud. Zijn ouders en voorouders waren allemaal landbouwers, en dat al sinds 1780. Ook zijn vrouw Monique werkt mee in de stallen. Het koppel is blij dat hun zoon Kay onlangs besloten heeft om al voor de helft in het bedrijf te stappen. Zo zal een eeuwenlange traditie bij de Vermeirens worden voortgezet, en daar is Jan best trots op. Ook zijn vader Fons steekt trouwens nog wel een handje toe. De generaties vinden mekaar in hun liefde voor de boerenstiel…
Jan nam in 1992 het bedrijf over van zijn vader Fons, die zelf dus nog altijd meewerkt in het bedrijf. Jan heeft vroeger landbouwschool gedaan en had al heel wat ervaring opgedaan door met zijn vader in de boerderij te werken. Dat lag anders voor Monique Verhoeven, zijn meewerkende echtgenote. Zij had helemaal geen ervaring met het boerenleven toen ze 28 jaar geleden mee in het bedrijf stapte.
“Maar na drie weken was ik alleen 68 koeien aan het melken, toen Jan en Fons samen weg moesten,” begon ze haar verhaal. “Ik ben diegene die altijd de koeien melkt, zowel ’s morgens als ’s avonds. Nadien zorg ik dan dat de stallen terug proper zijn, doe ik al het administratief werk en probeer ik voor het eten te zorgen. Maar daar is dikwijls weinig tijd voor.”
De boerderij uit 1780 werd tijdens WO2 door een V1 getroffen en brandde helaas helemaal uit. Na de oorlog besloot Jan Vermeiren, de grootvader van Jan, om een nieuwe boerderij te bouwen. Hij herbegon toen met 13 koeien en 1 paard. Ook Fons, de vader van Jan, werkte nog met een paard, maar even later kocht hij een tweedehands Fiat tractor van Jan en Louis Voeten.
Weelde
Het werk is stevig geëvolueerd. “Vroeger moest je als boer enkel handenarbeid uitvoeren, terwijl de boerenstiel nu geëvolueerd is naar meer denkarbeid,” zegt Jan. “Mijn vader had vroeger aardbeien en 30 zeugen. In de jaren ‘80 is hij gestopt met de varkens. In 1992 nam ik het bedrijf over met toen al 30 koeien. In 2007 waren we al gegroeid naar 80 koeien en hadden we de mogelijkheid om verder te groeien door een landbouwbedrijf in Weelde met 80 koeien over te nemen.
Omdat ik aan triathlon doe, fietste ik als training dikwijls naar Weelde. Ook wilde ik mijn loopconditie op peil houden, door regelmatig van Weelde naar huis te lopen. Dan vertrokken we ’s morgens om 4 uur met de auto naar ginder. Terug thuis moesten we dan ook nog de andere koeien melken, voederen en drinken geven. Omdat dit echt wel wat veel werd voor ons twee, kochten we een jaar later onze eerste melkrobot. Bij thuiskomst moesten we dan nog wel de koeien gaan halen die niet door de robot waren gelopen. Het volgende jaar schaften we dan een tweede robot aan. Toen besloten we om de 80 koeien van Weelde te verhuizen naar Minderhout.
Melken met de robots hebben we 12 jaar lang volgehouden. Omdat we op de duur de melkkwaliteit niet meer konden garanderen, schakelden we over naar een mobiele melkwagen die buiten stond. Het was een soort container waar we twee keer 10 koeien mee konden melken.”
Melken
“Hierdoor was de melkkwaliteit wel terug in orde, maar dit bracht dan weer heel wat andere problemen met zich mee,” gaat Monique verder. “Zo moesten de koeien altijd van de stal naar de melkwagen buiten worden geleid en moesten ze een trap op. Daar zijn helaas wel een aantal dieren verongelukt.
En ook het weer speelde ons soms danig parten. We hebben zelfs enkele keren grote hagelbollen te verduren gekregen. Eén volledige melkbeurt duurde vier en een half uur, zodat we negen uur per dag bezig waren met melken alleen. Dat hebben we toch negen maanden volgehouden. Maar dan moet je als koppel echt wel sterk staan om tegenslagen op te kunnen vangen en ook vol te houden.”
“Via onze loonwerker kwamen we dan in contact met een boer uit Hoeven bij Etten-Leur” zegt Jan. “Die had een SAC melkstal van nog maar vijf jaar oud en had er hele goede ervaringen mee. Deze hebben we afgebroken en naar hier verhuisd. Nadien heb ik deze helemaal zelf terug heropgebouwd, met de hulp van mijn zoon Kay.”
SAC is een van oorsprong Deense technologie met verschillende melksystemen die meer ruimte voor de koeien en werkcomfort voor de boer biedt. “Nu melken wij 50 koeien in één keer. Het resultaat is dat we nu onze 230 koeien melken in 3 uur i.p.v. vroeger in 9 uur. Nog een voordeel is dat we elke koe elke dag zelf kunnen controleren. In 1992 hadden we een melkproductie van 230.000 liter. Nu is dat gestegen naar 1.9 miljoen liter melk. Eén van de belangrijkste factoren voor deze hogere productie is de rust in de stal, die heel belangrijk is voor de dieren. We zouden in de nabije toekomst onze stal nog willen uitbreiden tot 250 koeien.”
Papierwerk
“Ik ben blij dat Monique al het administratieve werk doet, want we hebben de laatste jaren ondervonden dat er toch heel wat extra papierwerk is bijgekomen. En in orde zijn en blijven met de wetgeving en allerlei milieunormen en -regels is heel belangrijk. Daarom worden we ook zo veel gecontroleerd… En wij denken wel eens dat elke controleur die langs komt ook nog eens een controleur heeft! We hadden dit allemaal niet gedaan als we niet wisten dat onze zoon Kay het bedrijf later zou overnemen, maar we zijn wel fier dat zo de Vermeiren boerentraditie wordt verder gezet.”
“Ik ben nu 22 jaar oud en heb in de VITO auto-mechanica gestudeerd,” vult Kay aan. “Nadien volgde ik ook nog een landbouwcursus. Ondertussen heb ik ook al vijf jaar een relatie met Sarah, afkomstig uit Hoogstraten. Zij is afgestudeerd als verpleegster en werkt nu in Pulderbos. Volgend jaar gaan we trouwen. Als zij graag als verpleegster verder wil blijven werken, dan kan ik nog altijd met een gast werken. Maar mijn ouders zullen nog zeker 10 jaar, tot hun pensioen, samen meewerken in het bedrijf.”
Monique: “We hebben vroeger veel gelachen met onze Kay en ook met de kinderen die hier kwamen ravotten. Hij speelde altijd op de mesthoop met de hond, maar was nooit ziek! Blijkbaar heeft hij daardoor een natuurlijke weerstand opgebouwd. Ook organiseerden we kinderfeestjes en dat was altijd leuk. Toen waren de kinderen nog blij met simpele activiteiten, zoals rollen in zagemeel, een hindernissenparkoers afleggen met pakken stro of met een touw klimmen over de Mark. Sinds een paar jaar komt de school met een achttal kinderen voor één dag naar hier om wat van de boerenstiel te proeven door wat mee te helpen op onze boerderij. Dat vinden de kinderen echt reuzeplezant.”
Lokaal
Het is hard werken op een boerderij. “Maar wij vinden dat de boog niet altijd gespannen moet staan, dus gunnen wij aan elkaar ook wel wat ontspanning. Zo ga ik elke week 8 km wandelen met vier collega-boerinnen en fiets ik ook wel eens graag,” zegt Monique.
Jan had een droom om in 2016 met de fiets naar Compostella te rijden. Dit heeft hij ook gedaan. “Dat was de mooiste route die ik ooit heb gereden,” zegt hij daarover. “We vertrokken met vier wielrenners in Hoogstraten tot in Lourdes. Dan zijn we met zijn tweetjes verder gereden tot in Compostella, voor een totale afstand van 2.400 km die we aflegden in 12 dagen.”Kay vindt zijn ontspanning in de wekelijkse voetbaltrainingen bij KFC Meerle met op zondag een wedstrijd.
Het koppel zocht naar een manier om o.a. hun melk lokaal te kunnen verkopen. Monique: “Tien jaar geleden zijn we begonnen met een snoep- en een melkautomaat, toen verkochten we melk verpakt in zakken die de mensen in de automaat konden komen afhalen. Vorig jaar hebben we ook een melktap geplaatst, zodat de klanten zelf melk kunnen aftappen. In de zomer bieden we ook ijs en aardbeien aan. Onze melk is heel populair bij buitenlanders, maar ook bij vele jonge gezinnen hier. Nu is ons melkaanbod verdrievoudigd tegenover het begin.”
Sympathie
Jan vult aan: “Maar het gaat ons niet enkel om de bijverdiensten. Eén van de grootste redenen voor deze diversifiëring, is het verhogen van onze visibiliteit als landbouwer. Wij hebben om die reden ook meegedaan aan de acties van de boeren aan de grens met Nederland. Wij voelden toen trouwens heel veel sympathie van de gewone mensen die echt meeleefden met ons.”
De boer van vandaag kan niet blind zijn voor klimaatverandering en milieu. Jan: “Nu is de milieuproblematiek en dus ook de landbouw een grote bekommernis voor de politici. Maar wij denken dat dit probleem zichzelf eigenlijk gaat oplossen. Waarom? Kijk gewoon naar de statistieken. 70% van de huidige landbouwers is ouder dan 55 jaar. Binnen 12 jaar zijn die allemaal gepensioneerd. En van alle landbouwers heeft maar 10% iemand die hun bedrijf zal verderzetten. Wat dus maakt dat tegen 2036 nog maar een tiental procent van de boeren in Vlaanderen zal overblijven. Onze vraag is dan alleen: waar gaat ons eten dan vandaan komen?” (jl)